Inspectierapport Doomijn BSO Kennedylaan (BSO) Kennedylaan 3 3844 BA Harderwijk Registratienummer 812287277 Toezichthouder: GGD Noord- en Oost-Gelderland In opdracht van gemeente: Harderwijk Datum inspectie: 19-12-2017 Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek Status: Definitief Datum vaststelling inspectierapport: 27-12-2017
Inhoudsopgave Inhoudsopgave... 2 Het onderzoek... 3 Observaties en bevindingen... 4 Overzicht getoetste inspectie-items... 8 Gegevens voorziening... 10 Gegevens toezicht... 10 Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum... 11 2 van 11
Het onderzoek Onderzoeksopzet Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek. Beschouwing De BSO maakt deel uit van kinderopvangorganisatie Doomijn. Buitenschoolse opvang Kennedylaan is gevestigd in Christelijke basisschool De Wegwijzer. De BSO bestaat uit twee ruimtes voor de opvang van de bso-kinderen. Bevindingen op hoofdlijnen Uit de observatie van de te gebruiken binnenruimte is geconstateerd dat één van de twee ruimtes niet voldoet aan ingerichte ruimte voor de BSO. De inrichting is schools. De bevindingen zijn terug te lezen in het rapport. Advies aan College van B&W De toezichthouder adviseert het college om te handhaven conform handhavingsbeleid. 3 van 11
Observaties en bevindingen Pedagogisch klimaat Binnen dit domein zijn de volgende basisdoelen geobserveerd en beoordeeld: waarborging emotionele veiligheid; ontwikkeling van persoonlijke competentie; ontwikkeling van sociale competentie; overdracht van normen en waarden. Tijdens de observatie van de pedagogische praktijk wordt gebruik gemaakt van het Veldinstrument observatie pedagogische praktijk 4-12 jaar. Om een helder beeld te krijgen van beleid, visie en praktijk is het beleidsplan gecontroleerd op inhoud en volledigheid en getoetst aan de hand van de praktijkobservatie. Pedagogische praktijk De inspectie vindt plaats op een dinsdagmiddag vanaf 15.10. Gedurende de volgende momenten heeft een pedagogische observatie plaatsgevonden: Eet- en drinkmoment binnenkomst kinderen koekjes versieren activiteit slijm maken vrij spelen / buitenspelen Het volgende is onder andere geobserveerd ten aanzien van de pedagogische basisdoelen (waarbij de schuingedrukte tekst uit het veldinstrument is overgenomen en de tekst daarna een uitwerking daarvan is in zoals deze is geobserveerd in de praktijk): Het waarborgen van de emotionele veiligheid De beroepskrachten communiceren met de kinderen. Elk kind wordt individueel begroet. Beroepskrachten doen dit op een enthousiaste en persoonlijke manier. 'hoi,wat gezellig dat je er bent, ga lekker zitten, hoe was het op school. De beroepskrachten hebben gesprekjes met kinderen waarbij beiden bijdragen aan de voortgang en inhoud van het gesprek(dialoog). Zij sluiten meestal op passende wijze aan op de situatie e'/of de vraag van een kind. Er is verbaal en non-verbaal contact Tijdens het fruit eten en drinken van limonade wordt er door de beroepskracht met de kinderen en ook door kinderen onderling gesprekjes gevoerd. Door de beroepskracht wordt gevraagd hoe het op school was. De activiteit van de middag wordt uitgelegd. Er heerst een ontspannen, open sfeer in de groep Het eet- en drinkmoment oogt als een prettig samen zijn. Alle kinderen en de beroepskracht zitten aan tafel. De kinderen vertellen om de beurt hun verhalen. De kinderen luisteren naar elkaar en reageren op elkaars verhalen. De beroepskracht toont een actieve luisterhouding naar de kinderen; ze buigt naar voren, maakt oogcontact, vat samen en stelt open vragen aan de kinderen. Zorgdragen voor de ontwikkeling van de persoonlijke competentie Initiatief / kiezen (4-12) De beroepskrachten sluiten aan op wensen en ideeën van een kind bij het organiseren van activiteiten. Zij begeleiden een kind om zelf te (leren) kiezen en initiatief te nemen. Een jongen heeft al een tijdje gevraagd om slijm te maken. Vandaag gaat dit gebeuren en de jongen en de overige groepsgenoten vinden het geweldig. 4 van 11
Programma (4-12) Het programma bestaat uit vrij spel en gestructureerde individuele en groepsactiviteiten. De activiteiten zijn gevarieerd en bieden zowel rustmomenten als actieve uitdaging. Er worden koekjes versierd die net gebakken zijn, de kinderen kunnen vrij spelen en slijm maken. Eén groep gaat ook in de middag buitenspelen. Zorgdragen voor de ontwikkeling van de sociale competentie De kinderen zijn deel van de groep. De beroepskrachten moedigen gesprekken tussen henzelf en de kinderen, en tussen kinderen onderling aan, door zowel luisteren als praten. Beroepskracht en kind dragen beiden bij aan de inhoud van en voortgang van het gesprek. Tijdens het eet en drinkmoment zijn er gesprekjes tussen de beroepskracht en kinderen, maar ook tussen kinderen onderling. Zowel de beroepskracht als de kinderen luisteren naar elkaar en geven elkaar de gelegenheid om iets te vertellen. Ook wordt er dan een vraag over gesteld aan het kind wat verteld. Zorgdragen voor de overdracht van normen en waarden Afspraken, regels en omgangsvormen zijn herkenbaar aanwezig en worden toegepast. Bij binnenkomst staat het fruit en de kan met drinken klaar. De beroepskracht wijst de kinderen op het plassen en het wassen van hun handen. De kinderen moeten ook aan tafel zitten om te eten en drinken. Wel wordt er gewacht tot iedereen heeft voordat men kan gaan eten. Als de kinderen gaan buitenspelen, weten de kinderen hoever ze kunnen gaan. De beroepskrachten bespreken met de kinderen waar de kinderen wel of niet mogen komen. De kinderen weten waar ze aan toe zijn. Conclusie De houder draagt zorg voor het waarborgen van de vereiste competenties. Gebruikte bronnen: Interview Observaties 5 van 11
Personeel en groepen Dit hoofdstuk belicht de inspectiebevindingen over het domein Personeel en groepen. Er worden eisen gesteld aan het personeel, in dit domein wordt toegelicht of aan de eisen hieromtrent wordt voldaan. Tevens worden er eisen gesteld aan hoe de houder met de opvang in groepen dient om te gaan. De bevindingen over deze voorwaarden worden beschreven en beoordeeld. Verklaring omtrent het gedrag Uit een steekproef op de locatie blijkt dat de aanwezige beroepskracht in het bezit is van een VOG die voldoet aan de voorwaarden. De VOG's zijn afgegeven op: - 3 maart 2016-30 aug 2016-16 oktober 2013-11 juni 2015 Conclusie Hiermee wordt voldaan aan de voorwaarden. Passende beroepskwalificatie Uit een steekproef op de locatie blijkt dat de aanwezige beroepskracht in het bezit is van een beroepskwalificatie conform CAO. De aanwezige beroepskrachten zijn in het bezit van SPW niveau 3 diploma. Conclusie Hiermee wordt voldaan aan de voorwaarde. Opvang in groepen De groep bestaat uit twee basisgroepen. In het BSO lokaal zitten 15 kinderen, en in het schoollokaal zitten 6 kinderen. Conclusie Hiermee wordt voldaan aan de voorwaarden Beroepskracht-kindratio Op de groep in het bso-lokaal zijn 15 kinderen aanwezig met één vaste beroepskracht en één vaste invalkracht. Op de andere groep (klaslokaal) zijn 6 kinderen aanwezig met één vaste beroepskracht en één beroepskracht die boventallig is. Zij is aan het revalideren. Conclusie Er wordt voldaan aan de voorwaarden omtrent de opvang in groepen. Gebruikte bronnen: Interview Observaties Diploma beroepskracht Verklaringen omtrent het gedrag 6 van 11
Accommodatie en inrichting De houder van een kindercentrum moet zorgdragen voor passend ingerichte ruimtes voor spelen (zowel binnen als buiten) die in overeenstemming zijn met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. Hieronder volgen de bevindingen en beoordelingen over de voorwaarden met betrekking tot het domein "ruimte en inrichting". Binnenruimte De kleine groep van 6 kinderen zit in een klaslokaal. Er staan twee tafels in het midden aan elkaar met krukken eromheen. De ruimte oogt niet als een BSO ruimte. In de ruimte staat een bank voor de BSO waar de kinderen op kunnen zitten. Dit is een zeer klein hoekje. Er staat ook een schooltafel voor. De lerares van school blijft ook aanwezig in de groep tijdens de bso-tijd. De bso-ruimte is niet passend ingericht als zijnde een bso-ruimte. Hiermee wordt niet voldaan aan de eisen van de wet kinderopvang. Uit bovenstaande constatering(en) / bevinding(en) blijkt dat aan de volgende voorwaarde(n) niet is voldaan. De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en Gebruikte bronnen: Observaties 7 van 11
Overzicht getoetste inspectie-items Pedagogisch klimaat Pedagogische praktijk De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en Personeel en groepen Verklaring omtrent het gedrag De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven vanaf 1 maart 2013. (art 1.50 lid 3 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee maanden. (art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen De verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger is vóór aanvang van de werkzaamheden aan de houder overgelegd en bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder dan twee jaar. De actuele verklaring omtrent het gedrag is niet ouder dan twee jaar, te rekenen vanaf de dag van afgifte van de meest actuele verklaring omtrent het gedrag. (art 1.50 lid 4, 8 en 9 en 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 en 3.8g Wet kinderopvang en kwaliteitseisen Passende beroepskwalificatie Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals opgenomen in de meest recent aangevangen cao kinderopvang. (art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en 8 van 11
Opvang in groepen De opvang vindt plaats in basisgroepen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en Beroepskracht-kindratio De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar. - 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste: - 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en Accommodatie en inrichting Binnenruimte De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen. (art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 6 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 8 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en 9 van 11
Gegevens voorziening Opvanggegevens Naam voorziening : Doomijn BSO Kennedylaan Aantal kindplaatsen : 36 Gegevens houder Naam houder : Travers Kinderopvang Adres houder : Burg Drijbersingel 11 Postcode en plaats : 8021 DA Zwolle Website : www.doomijn.nl KvK nummer : 05027189 Aansluiting geschillencommissie : Ja Gegevens toezicht Gegevens toezichthouder (GGD) Naam GGD : GGD Noord- en Oost-Gelderland Adres : Postbus 3 Postcode en plaats : 7200 AA Zutphen Telefoonnummer : 088-4433000 Onderzoek uitgevoerd door : de heer D. Terlien Gegevens opdrachtgever (gemeente) Naam gemeente : Harderwijk Adres : Postbus 149 Postcode en plaats : 3840 AC HARDERWIJK Planning Datum inspectie : 19-12-2017 Opstellen concept inspectierapport : 20-12-2017 Zienswijze houder : 22-12-2017 Vaststelling inspectierapport : 27-12-2017 Verzenden inspectierapport naar houder : 28-12-2017 Verzenden inspectierapport naar : 28-12-2017 gemeente Openbaar maken inspectierapport : 03-01-2018 10 van 11
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport. Hierbij de zienswijze voor rapport bso Kennedylaan: Gezien de groei van zowel de school als van de bso en het gebrek aan extra ruimtes, moeten we helaas roeien met de riemen de we hebben. We zijn al steeds in gesprek met de leerkrachten van de talenschool om de ruimte minder schools te maken, maar het moet ook werkbaar zijn voor de talenschool. Daarnaast willen we ook wederom in gesprek met vco en wellicht ook de gemeente om dit gezamenlijk probleem op te lossen. 11 van 11