STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2017

FEDERAAL AGENTSCHAP VOOR DE KINDERBIJSLAG STATISTISCH OVERZICHT VAN DE KINDERBIJSLAG 30 JUNI 2017 Gedetailleerde gegevens STATISTISCH OVERZICHT NR. 5

Verantwoordelijke uitgever: Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag Voor alle inlichtingen kan men zich wenden tot het Federaal Agentschap voor de Kinderbijslag (FAMIFED), Departement Ondersteuning - Research Trierstraat 70-1000 Brussel Website: www.famifed.be Bijkomende exemplaren kunnen op verzoek bekomen worden. Deze inlichtingen mogen gereproduceerd worden, mits vermelding van de bron. Dit document is louter informatief en mag niet beschouwd worden als een rechtsgeldig document.

1. VOORWOORD 2. DEFINITIES 3. BELGIË Pagina 8 16 3.1. TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG 17 33 4.1. TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG 34 50 5.1. TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG 51 67 6.1. TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG 68 84 7.1. TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG 85 101 8.1. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 103 8.2. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 113 4. VLAAMSE GEMEENSCHAP 5. WAALS GEWEST 6. DUITSTALIGE GEMEENSCHAP 7. GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE VAN BRUSSEL-HOOFDSTAD (GGC) 8. BAREMA INHOUD 5

1. VOORWOORD

1. VOORWOORD 6 1. VOORWOORD In het kader van de zesde staatshervorming droeg het federaal niveau op 1 juli 2014 de bevoegdheid voor de kinderbijslag over aan de Vlaamse Gemeenschap, de Duitstalige Gemeenschap, het Waalse Gewest en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (GGC) voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, die hierna deelentiteiten genoemd worden. Via de Algemene Kinderbijslagwet (AKBW) 1 werd tegelijkertijd één wetgevend kader ingevoerd voor de gezinsbijslag van de werknemers, de zelfstandigen en de werknemers van de openbare sector. Naast de AKBW bestaat er nog een residuair stelsel: het stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag (GGB). Sinds 2015 beschikt FAMIFED over de volledige gegevens per deelentiteit voor alle statistieken. De cijfers in dit document kunnen dus niet langer vergeleken worden met de vorige statistische reeksen. 1 Publicatie in het Belgisch Staatsblad van 5 mei 2014. 30.06.2017

1. VOORWOORD 7 Voor de opmaak van de cijfers per deelentiteit, baseert deze studie zich op de aanknopingsfactoren die overeengekomen zijn tussen de verschillende deelentiteiten om de tijdens de overgangsfase betaalde gezinsbijslag ten laste te nemen. De belangrijkste factor hiervan is de woonplaats van het kind. Voor de kinderen waarvan de woonplaats buiten België gesitueerd is, is het regionale selectiecriterium de vestigingseenheid 2 van de huidige of laatste werkgever in België van de rechthebbende. Als de vestigingseenheid niet bepaald is, moet het adres van de exploitatiezetel van de huidige of laatste werkgever van de rechthebbende in acht genomen worden. Als er geen adres van een werkgever kan worden bepaald, moet het huidige of laatste domicilie van de rechthebbende in België in acht genomen worden. In laatste instantie wordt het adres van het betaalbureau van het bevoegde fonds gebruikt. 2 Onder vestigingseenheid verstaat men een plaats die men geografisch gezien kan identificeren door een adres, waar ten minste een activiteit van de onderneming wordt uitgeoefend of van waaruit de activiteit wordt uitgeoefend (art. I.2, 16 Boek I van het Wetboek van economisch recht). Een vestigingseenheid is dus een afzonderlijke exploitatiezetel, afdeling of onderafdeling van een onderneming (bv. atelier, fabriek, winkel, kantoor etc.) die geografisch gezien met een adres gelokaliseerd kan worden. Op die plaats of vanuit die plaats worden een of meer hoofdactiviteiten (of secundaire of ondersteunende activiteiten) voor rekening van de onderneming/instelling/vereniging uitgeoefend. Elke onderneming/instelling/vereniging heeft in principe ten minste een vestigingseenheid. Elke vestigingseenheid krijgt een eigen identificatienummer dat structureel losstaat van het identificatienummer van de juridische entiteit tot waar ze op dat moment behoort. 30.06.2017

2. DEFINITIES

2. DEFINITIES 9 2. DEFINITIES De verschillende begrippen die in de tabellen van dit statistisch overzicht worden gebruikt, worden hierna gedefinieerd. Zie www.famipedia.be voor meer informatie en voor de wetsverwijzingen. ACTOREN ACTOR De verschillende actoren van de kinderbijslag zijn: de rechthebbenden, de bijslagtrekkenden en de rechtgevende kinderen. RECHTHEBBENDE De rechthebbende is de persoon, in principe de vader, die het recht op kinderbijslag verkrijgt. BIJSLAGTREKKENDE De bijslagtrekkende is de persoon die het kind opvoedt en aan wie de kinderbijslag wordt betaald. De bijslagtrekkende is doorgaans de moeder of de natuurlijke persoon of rechtspersoon die de rol van de moeder vervult. BIJSLAGTREKKEND GEZIN Dit is het gezin aan wie de kinderbijslag daadwerkelijk betaald wordt. EENOUDERGEZIN Een eenoudergezin is een gezin dat bestaat uit een bijslagtrekkende die alleen woont met één of meer kinderen. 30.06.2017

2. DEFINITIES 10 EENOUDERTOESLAG Dit is de toeslag bovenop de basiskinderbijslag voor eenoudergezinnen van wie het maandelijks bruto-inkomen een bepaald grensbedrag niet overschrijdt. Er bestaan twee gezinscategorieën. De eerste categorie betreft de eenoudergezinnen die een eenoudertoeslag voor alle kinderen ontvangen en die hier vermeld worden onder 'verhoogde schaal art. 41'. De tweede categorie betreft de eenoudergezinnen die ook een sociale toeslag art. 42bis (langdurig werklozen of gepensioneerden) of 50ter (invaliden) ontvangen en die pas vanaf rang 3 daadwerkelijk een eenoudertoeslag ontvangen. In de tabellen van dit overzicht worden ze vermeld onder 'verhoogde schaal art. 42bis' en 'verhoogde schaal art. 50ter'. RECHTGEVEND KIND Dit is het kind voor wie de kinderbijslag betaald wordt. KIND MET EEN AANDOENING Dit is een kind met een lichamelijke of geestelijke beperking dat tot zijn/haar 21 jaar een bijkomende uitkering voor die beperking ontvangt. In sommige tabellen van dit overzicht worden die kinderen ook vermeld als kinderen 'met een handicap'. Soort evaluatiesysteem Het betreft het type systeem waarmee de ernst van de aandoening van het kind op een schaal bepaald wordt. Momenteel bestaan het oude en het (op 1 mei 2003 ingevoerde) huidige systeem naast elkaar. Oud evaluatiesysteem In dat bijna uitgedoofde systeem gaat het om de kinderen met een lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid van minstens 66 %. De toeslag is afhankelijk van de zelfredzaamheidsgraad van het kind en wordt bepaald op een schaal van 0 tot 9 punten. 30.06.2017

2. DEFINITIES 11 Huidig evaluatiesysteem In dit systeem, dat in 2003 werd ingevoerd, ontvangt men een toeslag naargelang de gevolgen van de aandoening op drie gebieden: de lichamelijke of geestelijke ongeschiktheid (pijler 1), de activiteit en de participatie van het kind (pijler 2) en de gevolgen voor de familiale omgeving (pijler 3). Die pijlers worden beoordeeld op een schaal van 0 tot 36 punten. De toeslag wordt bepaald op basis van het resultaat van de beoordeling. PERSONEN MET EEN HANDICAP OUDER DAN 25 JAAR De rechtgevenden die vóór 1 juli 1966 geboren zijn en erkend zijn als volledig ongeschikt om te werken of in een beschutte werkplaats tewerkgesteld worden, worden als personen met een handicap ouder dan 25 jaar beschouwd. Zij ontvangen de gewone kinderbijslag. Aangezien ze geen toeslag voor kinderen met een aandoening ontvangen, worden ze in dit overzicht niet meegerekend bij de kinderen 'met een handicap', maar bij de kinderen 'zonder handicap'. TYPE PLAATSING Kinderen kunnen op twee manieren geplaatst worden: bij een privépersoon of in een instelling. BIJ EEN PRIVÉPERSOON GEPLAATST KIND (ART. 70TER AKBW) Wanneer een kind bij een privépersoon geplaatst is, ontvangt het pleeggezin de volledige kinderbijslag. Er kan ook een forfaitaire bijslag toegekend worden aan de persoon die de kinderbijslag vóór de plaatsing in het pleeggezin ontving, op voorwaarde dat die persoon regelmatig contact met het kind houdt. IN EEN INSTELLING GEPLAATST KIND (ART. 70 AKBW) Wanneer het kind in een instelling geplaatst is, wordt twee derde van de kinderbijslag betaald aan de instelling of aan de overheid die het kind op basis van de reglementering betreffende de jeugdbescherming voor haar rekening in een instelling heeft geplaatst. Eén derde wordt aan de persoon die vóór de plaatsing de bijslagtrekkende was betaald of wordt op een spaarrekening gestort. 30.06.2017

2. DEFINITIES 12 SECTOREN EN STELSELS ALGEMENE KINDERBIJSLAGWET - AKBW Dit is de wet voor de kinderbijslag in België waarin de bedragen staan die aan de gezinnen betaald worden. Die wet werd op 1 juli 2014 ingevoerd en maakt de kinderbijslagwetgeving voor werknemers, die voor zelfstandigen en die voor de overheidssector tot één geheel. SECTOR In dit overzicht betekent het begrip sector de beroepssector waartoe de rechthebbende behoort (werknemers, zelfstandigen, openbare sector of stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag). ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG Dit is het stelsel van de kinderbijslag op basis van de Algemene Kinderbijslagwet (AKBW). Die is van toepassing op de werknemers, de zelfstandigen en de openbare sector, dus op alle rechtgevenden met uitzondering van diegenen die gewaarborgde gezinsbijslag ontvangen. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG (GGB) Dit is het residuaire gezinsbijslagstelsel voor gezinnen die geen aanspraak kunnen maken op kinderbijslag in een ander (Belgisch, buitenlands of internationaal) stelsel en één van de voorwaarden van wie de bestaansmiddelen een bepaald grensbedrag niet overschrijden. DEELENTITEIT De deelentiteiten zijn de delen van de federale staat die politiek autonoom zijn binnen hun bevoegdheidsdomeinen. Bij de zesde staatshervorming op 1 juli 2014 werd de bevoegdheid voor kinderbijslag van de federale overheid aan de deelentiteiten overgedragen. Dit zijn de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Duitstalige Gemeenschap en de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie (GGC) voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. De gegevens in dit overzicht zijn steeds per deelentiteit beschikbaar. 30.06.2017

2. DEFINITIES 13 RECHTSGRONDEN RANG De rang van het kind betekent in dit overzicht de volgorde van het kind in het gezin: het oudste kind krijgt rang 1, het volgende krijgt rang 2 en zo gaat het verder tot "rang 3 en meer", waartoe alle kinderen vanaf rang 3 behoren. In het overzicht vindt u ook het begrip "rang 2 en meer", waartoe alle kinderen vanaf rang 2 behoren. KINDERBIJSLAGSCHAAL Dit is het bedrag dat de bijslagtrekkende gezinnen ontvangen op basis van de Algemene Kinderbijslagwet (AKBW) of de wet tot instelling van gewaarborgde gezinsbijslag (GGB). De verschillende bedragen vindt u in het barema van de kinderbijslag. GEWONE SCHAAL - ART. 40 AKBW De gewone schaal is het basisbedrag dat alle gezinnen ontvangen, met uitzondering van de gezinnen die de verhoogde schaal art. 50bis AKBW voor wezen (zie art. 50bis AKBW) ontvangen. Het bedrag van de gewone schaal is afhankelijk van de rang van het kind. VERHOOGDE SCHALEN Het gaat om de volgende verhoogde schalen: art. 50bis AKBW voor wezen en de sociale toeslagen die bovenop de gewone schaal betaald kunnen worden: art. 50ter AKBW voor kinderen van invaliden, 42bis AKBW voor kinderen van gepensioneerden of van personen die minstens zes maanden werkloos zijn en art. 41 AKBW voor eenoudergezinnen. 30.06.2017

2. DEFINITIES 14 Verhoogde schaal Art. 50bis AKBW Dit is een forfaitaire bijslag die voorrang heeft op ieder ander recht voor een wees die minstens één van beide ouders verloren heeft. De schaal wordt standaard toegekend wanneer het kind beide ouders verloren heeft of als het geen contact met de overlevende ouder meer heeft en op voorwaarde dat de overlevende ouder niet opnieuw huwt of gaat samenwonen. Gezinnen die deze schaal krijgen, ontvangen de gewone schaal niet. Verhoogde schaal Art. 50ter AKBW Dit is een sociale toeslag bovenop de gewone toeslag als de rechthebbende invalide of al meer dan zes maanden arbeidsongeschikt is, en van wie het maandelijks bruto-inkomen een bepaald grensbedrag niet overschrijdt. Verhoogde schaal Art. 42bis AKBW Dit is een sociale toeslag bovenop de gewone toeslag als de rechthebbende gepensioneerd of al meer dan zes maanden werkloos is, en van wie het maandelijks bruto-inkomen een bepaald grensbedrag niet overschrijdt. Verhoogde schaal Art.41 AKBW Dit is een sociale toeslag boven op de gewone toeslag voor eenoudergezinnen van wie het maandelijkse bruto-inkomen een bepaald grensbedrag niet overschrijdt. Die toeslag wordt wel pas vanaf het derde kind toegekend aan gezinnen die een verhoogde bijslag art. 50ter AKBW of art. 42bis AKBW ontvangen. Bijzondere schaal Art. 10, 3 GGB Dit is een toeslag voor geplaatste kinderen, specifiek op basis van de wet tot instelling van gewaarborgde gezinsbijslag (GGB). Wanneer een kind ten laste van een overheid in een instelling is geplaatst, wordt een bijzondere forfaitaire bijslag toegekend aan de persoon die vlak voor de plaatsing kinderbijslag voor dat kind ontving, op voorwaarde dat die persoon regelmatig contact blijft houden met het kind. 30.06.2017

2. DEFINITIES 15 ANDERE KRAAMGELD Het kraamgeld is een premie die bij de geboorte van een kind wordt betaald. De premie varieert naargelang het om een eerste of een volgende geboorte in het gezin gaat. ADOPTIEPREMIE De adoptiepremie is een premie die een gezin ontvangt wanneer het een kind adopteert. KINDERBIJSLAGFONDS Een kinderbijslagfonds is een instelling die kinderbijslag betaalt. Er bestaan verschillende, zowel openbare als private kinderbijslagfondsen. Hun aantal kan door overnames en fusies doorheen de tijd veranderen. De volledige lijst vindt u op de website van FAMIFED. In dit overzicht worden de kinderbijslagfondsen fondsengenoemd. 30.06.2017

3. BELGIË

3.1. TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG

3.1. TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG INHOUDSTAFEL Pagina 3.1.1. INLEIDING 3.1.2. SAMENVATTENDE TABELLEN 3.1.2.1. Rechthebbenden, bijslagtrekkende gezinnen en rechtgevende kinderen per stelsel 20 3.1.2.2. Rechtgevende kinderen per schaal en per stelsel 20 3.1.2.3. Rechtgevende kinderen per rang en per stelsel 21 3.1.2.4. Rechtgevende kinderen per leeftijdsgroep en per stelsel 21 3.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 3.1.3.1. Rechthebbenden op kinderbijslag 3.1.3.2. Bijslagtrekkende gezinnen 3.1.3.3. Rechtgevende kinderen: 3.1.3.3.1. Verdeling per schaal en per leeftijdsgroep 3.1.3.3.2. Verdeling per schaal en per rang 3.1.3.3.3. Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, AKBW) 3.1.3.4. Kraamgeld en adoptiepremie 3.1.3.5. Geplaatste kinderen 3.1.4. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 3.1.4.1. Rechthebbenden op kinderbijslag 3.1.4.2. Bijslagtrekkende gezinnen 3.1.4.3. Rechtgevende kinderen: 3.1.4.3.1. Verdeling per schaal en per leeftijdsgroep 3.1.4.3.2. Verdeling per schaal en per rang 3.1.4.4. Kraamgeld en adoptiepremie 3.1.5. OVERZICHT PER KINDERBIJSLAGFONDS 3.1.5.1. Rechthebbenden, bijslagtrekkende gezinnen en rechtgevende kinderen per kinderbijslagfonds 3.1.5.2. Rechtgevende kinderen per schaal en per kinderbijslagfonds 19 22 23 24 24 24 25 26 26 27 28 29 29 29 30 31 32

3.1.1. INLEIDING 19 3.1.1. INLEIDING Voor de telling van de kinderbijslag wordt de volledige Belgische kinderbijslag meegerekend die betaald wordt voor kinderen die in België of in het buitenland opgevoed worden. Die berekening gebeurt tweemaal per jaar en geeft de situatie op 30 juni of 31 december weer van het jaar in kwestie. In dit statistisch overzicht worden de aantallen eerst op nationaal niveau en vervolgens per entiteit voorgesteld. Dit deel betreft het nationaal niveau. Deze telling bevat een reeks tabellen die op basis van de voormelde gegevens zijn opgesteld: in samenvattende tabellen wordt eerst een globaal overzicht gegeven van de aantallen van alle stelsel van de kinderbijslag samen. Vervolgens worden het algemene stelsel van de kinderbijslag en het stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag apart behandeld. Het geheel wordt afgerond met een overzicht per kinderbijslagfonds. Zie de rubriek Definities voor meer informatie over de hier gebruikte termen. TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG BELGIË 30.06.2017

3.1.2. SAMENVATTENDE TABELLEN 20 3.1.2.1. RECHTHEBBENDEN, BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN EN RECHTGEVENDE KINDEREN PER STELSEL STELSEL RECHTHEBBENDEN BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN RECHTGEVENDE KINDEREN Algemeen stelsel van de kinderbijslag 1.579.172 1.625.757 2.808.535 Stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag 12.601 12.691 27.188 1.591.773 1.638.448 2.835.723 3.1.2.2. RECHTGEVENDE KINDEREN PER SCHAAL EN PER STELSEL SCHAAL ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG Gewone schaal art. 40, AKBW 2.305.446 593 Verhoogde schaal art. 41, AKBW 146.926 20 Verhoogde schaal art. 42bis, AKBW 170.826 26.362 Verhoogde schaal art. 50ter, AKBW 140.071 Verhoogde schaal art. 50bis, AKBW 45.266 119 Speciale schaal art. 10, 3, GGB 94 2.808.535 27.188 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG BELGIË 30.06.2017

3.1.2. SAMENVATTENDE TABELLEN 21 3.1.2.3. RECHTGEVENDE KINDEREN PER RANG EN PER STELSEL RANG ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG Rang 1 1.571.730 11.546 Rang 2 870.379 7.740 Rang 3 en + 366.426 7.902 2.808.535 27.188 3.1.2.4. RECHTGEVENDE KINDEREN PER LEEFTIJDSGROEP EN PER STELSEL LEEFTIJDSGROEP ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 0-5 jaar 724.756 10.548 6-11 jaar 774.440 8.487 12-17 jaar 738.584 6.041 18-24 jaar 553.184 2.112 +25 jaar 17.571 2.808.535 27.188 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG BELGIË 30.06.2017

3.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 22 3.1.3.1. RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG AANTAL KINDEREN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + AANTAL RECHTHEBBENDEN 1.579.172 715.458 596.569 196.578 52.122 12.690 3.641 1.266 484 177 187 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG BELGIË 30.06.2017

3.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 23 3.1.3.2. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN AANTAL KINDEREN ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50ter, AKBW invaliden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen 1 608.272 62.519 45.743 41.941 21.054 779.529 2 515.917 26.094 24.805 21.078 7.904 595.798 3 155.478 7.359 12.854 9.637 1.986 187.314 4 35.632 1.804 5.587 4.042 433 47.498 5 7.405 397 1.770 1.302 101 10.975 6 1.889 112 580 411 18 3.010 7 603 29 196 155 11 994 8 256 6 66 55 3 386 9 93 2 23 20-138 10 en + 84-11 20-115 1.325.629 98.322 91.635 78.661 31.510 1.625.757 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG BELGIË 30.06.2017

3.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 24 3.1.3.3. RECHTGEVENDE KINDEREN 3.1.3.3.1. VERDELING PER SCHAAL EN PER LEEFTIJDSGROEP LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDE KINDEREN hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) 0-5 jaar 617.057 5.403 29.757 450 45.321 665 23.886 547 1.637 33 717.658 7.098 724.756 6-11 jaar 625.283 14.496 41.218 1.480 46.942 1.736 34.641 2.014 6.407 223 754.491 19.949 774.440 12-17 jaar 571.461 16.269 43.328 1.658 41.795 1.930 43.350 3.227 14.872 694 714.806 23.778 738.584 18-24 jaar 432.781 6.631 26.830 699 31.560 877 30.959 1.447 20.897 503 543.027 10.157 553.184 +25 jaar 16.065 1.506 17.571 17.571 2.262.647 42.799 142.639 4.287 165.618 5.208 132.836 7.235 43.813 1.453 2.747.553 60.982 2.808.535 3.1.3.3.2. VERDELING PER SCHAAL EN PER RANG RANG VAN DE RECHTGEVENDE KINDEREN ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50ter, AKBW invaliden ARTIKEL 50ter, AKBW invaliden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen ARTIKEL 50bis, AKBW wezen hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) ALGEMEEN Rang 1 1.261.834 24.074 86.832 2.632 84.741 2.845 72.132 4.147 31.450 1.043 1.536.989 34.741 1.571.730 Rang 2 722.240 13.261 39.060 1.156 45.854 1.472 35.679 1.920 9.421 316 852.254 18.125 870.379 Rang 3 en + 278.573 5.464 16.747 499 35.023 891 25.025 1.168 2.942 94 358.310 8.116 366.426 2.262.647 42.799 142.639 4.287 165.618 5.208 132.836 7.235 43.813 1.453 2.747.553 60.982 2.808.535 ALGEMEEN (*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, AKBW) TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG BELGIË 30.06.2017

3.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 25 3.1.3.3.3. RECHTGEVENDE KINDEREN JONGER DAN 21 JAAR MET EEN AANDOENING EN RECHTGEVEND OP EEN TOESLAG (ART. 47, AKBW) 3.1.3.3.3.1. OUD SYSTEEM 0-3 punten 4-6 punten 7-9 punten ZELFREDZAAMHEIDSGRAAD AANTAL TOESLAGEN 38 14 24 76 3.1.3.3.3.2. HUIDIG SYSTEEM ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING minimum 4 punten in de 1ste pijler en minder dan 6 punten over de 3 pijlers 6-8 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler 6-8 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler 9-11 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler 9-11 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler 12-14 punten over de 3 pijlers 15-17 punten over de 3 pijlers 18-20 punten over de 3 pijlers + 20 punten over de 3 pijlers AANTAL TOESLAGEN 55 27.637 1.778 8.035 5.886 7.585 3.977 2.595 3.358 60.906 3.1.3.3.3.3. VAN DE TWEE SYSTEMEN 60.982 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG BELGIË 30.06.2017

3.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 26 3.1.3.4. KRAAMGELD EN ADOPTIEPREMIE AANTAL GEBOORTES DIE AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN TOT DE TOEKENNING VAN EEN KRAAMGELD EN AANTAL KINDEREN WAARVOOR EEN ADOPTIEPREMIE WERD BETAALD RANG GEBOORTES ADOPTIES Eerste rang Volgende rangen 28.092 30.874 88 18 58.966 106 3.1.3.5. GEPLAATSTE KINDEREN TYPE PLAATSING AANTAL GEPLAATSTE KINDEREN In een instelling (art. 70, AKBW) Bij een particulier (art. 70ter, AKBW) (*) 17.592 3.948 (*) Het gaat om het aantal bij een particulier geplaatste kinderen voor wie een forfaitaire uitkering betaald wordt aan de persoon die vóór de plaatsing de kinderbijslag ontving. TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG BELGIË 30.06.2017

3.1.4. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 27 3.1.4.1. RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG AANTAL KINDEREN AANTAL RECHTHEBBENDEN 1 5.124 2 3.423 3 2.194 4 1.136 5 448 6 166 7 64 8 22 9 15 10 en + 9 12.601 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG BELGIË 30.06.2017

3.1.4. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 28 3.1.4.2. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN AANTAL KINDEREN ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 10, 3, GGB Speciale schaal voor geplaatste kinderen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen 1 186 9 38 4.950 37 5.220 2 86 2 16 3.337 9 3.450 3 35 1 6 2.130 10 2.182 4 17 1-1.098 7 1.123 5 9 - - 441-450 6 1-1 158 1 161 7 - - - 60-60 8 - - - 23-23 9 - - - 14-14 10 en + 1 - - 7-8 335 13 61 12.218 64 12.691 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG BELGIË 30.06.2017

3.1.4. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 29 3.1.4.3. RECHTGEVENDE KINDEREN 3.1.4.3.1. VERDELING PER SCHAAL EN PER LEEFTIJDSGROEP LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDE KINDEREN ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 10, 3, GGB Speciale schaal voor geplaatste kinderen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen 0-5 jaar 251 9 27 10.252 9 10.548 6-11 jaar 135 6 34 8.276 36 8.487 12-17 jaar 135 5 31 5.825 45 6.041 18-24 jaar 72-2 2.009 29 2.112 +25 jaar 593 20 94 26.362 119 27.188 3.1.4.3.2. VERDELING PER SCHAAL EN PER RANG RANG VAN DE RECHTGEVENDE KINDEREN ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 10, 3, GGB Speciale schaal voor geplaatste kinderen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen Rang 1 245 8 48 11.186 59 11.546 Rang 2 180 4 30 7.497 29 7.740 Rang 3 en + 168 8 16 7.679 31 7.902 593 20 94 26.362 119 27.188 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG BELGIË 30.06.2017

3.1.4. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 30 3.1.4.4. KRAAMGELD EN ADOPTIEPREMIE AANTAL GEBOORTES DIE AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN TOT DE TOEKENNING VAN EEN KRAAMGELD EN AANTAL KINDEREN WAARVOOR EEN ADOPTIEPREMIE WERD BETAALD RANG GEBOORTES ADOPTIES Eerste rang Volgende rangen 340 838 - - 1.178 - TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG BELGIË 30.06.2017

3.1.5. OVERZICHT PER KINDERBIJSLAGFONDS 31 3.1.5.1. RECHTHEBBENDEN, BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN EN RECHTGEVENDE KINDEREN PER KINDERBIJSLAGFONDS KINDERBIJSLAGFONDS RECHTHEBBENDEN BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN RECHTGEVENDE KINDEREN 2 Group S 111.484 116.895 198.679 3 Mensura 64.079 66.668 112.742 13 Attentia 125.141 128.469 220.509 19 Acerta 176.119 180.665 315.619 32 Securex 103.165 106.117 182.888 35 ADMB 93.277 95.554 163.833 39 Partena 192.754 199.855 346.223 41 UCM 88.571 92.715 155.770 43 Xerius 177.704 182.549 325.240 62 FZK 2.146 2.197 3.769 78 Horizon 15.848 16.305 27.746 99 FAMIFED - AKBW 428.884 437.768 755.517 99 FAMIFED - GGB 12.601 12.691 27.188 1.591.773 1.638.448 2.835.723 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG BELGIË 30.06.2017

3.1.5. OVERZICHT PER KINDERBIJSLAGFONDS 32 3.1.5.2. RECHTGEVENDE KINDEREN PER SCHAAL EN PER KINDERBIJSLAGFONDS KINDERBIJSLAGFONDS ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50ter, AKBW invaliden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen ARTIKEL 10, 3, GGB Speciale schaal voor geplaatste kinderen 2 Group S 157.627 12.589 12.325 12.429 3.709 198.679 3 Mensura 92.870 5.183 7.281 5.735 1.673 112.742 13 Attentia 194.416 9.082 7.275 6.590 3.146 220.509 19 Acerta 272.485 14.163 12.400 11.896 4.675 315.619 32 Securex 150.259 9.540 10.406 9.608 3.075 182.888 35 ADMB 142.319 7.925 5.882 5.510 2.197 163.833 39 Partena 282.364 16.712 21.887 18.958 6.302 346.223 41 UCM 123.178 9.822 10.190 9.551 3.029 155.770 43 Xerius 285.638 16.011 11.557 8.752 3.282 325.240 62 FZK 3.237 213 104 154 61 3.769 78 Horizon 23.134 1.797 1.400 1.047 368 27.746 99 FAMIFED - AKBW 577.919 43.889 70.119 49.841 13.749 755.517 99 FAMIFED - GGB 593 20 26.362 119 94 27.188 2.306.039 146.946 197.188 140.071 45.385 94 2.835.723 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG BELGIË 30.06.2017

4. VLAAMSE GEMEENSCHAP

4.1.1. INLEIDING 36 4.1.1. INLEIDING Voor de telling van de kinderbijslag wordt de volledige Belgische kinderbijslag meegerekend die betaald wordt voor kinderen die in België of in het buitenland opgevoed worden. Die berekening gebeurt tweemaal per jaar en geeft de situatie op 30 juni of 31 december weer van het jaar in kwestie. In dit statistisch overzicht worden de aantallen eerst op nationaal niveau en vervolgens per entiteit voorgesteld. Dit deel betreft de Vlaamse Gemeenschap. Deze telling bevat een reeks tabellen die op basis van de voormelde gegevens zijn opgesteld: in samenvattende tabellen wordt eerst een globaal overzicht gegeven van de aantallen van alle stelsel van de kinderbijslag samen. Vervolgens worden het algemene stelsel van de kinderbijslag en het stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag apart behandeld. Het geheel wordt afgerond met een overzicht per kinderbijslagfonds. Zie de rubriek Definities voor meer informatie over de hier gebruikte termen. TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG VLAAMSE GEMEENSCHAP 30.06.2017

4.1.2. SAMENVATTENDE TABELLEN 37 4.1.2.1. RECHTHEBBENDEN, BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN EN RECHTGEVENDE KINDEREN PER STELSEL STELSEL RECHTHEBBENDEN BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN RECHTGEVENDE KINDEREN Algemeen stelsel van de kinderbijslag 887.740 910.701 1.580.393 Stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag 3.699 3.714 8.195 891.439 914.415 1.588.588 4.1.2.2. RECHTGEVENDE KINDEREN PER SCHAAL EN PER STELSEL SCHAAL ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG Gewone schaal art. 40, AKBW 1.375.984 97 Verhoogde schaal art. 41, AKBW 67.619 8 Verhoogde schaal art. 42bis, AKBW 60.579 8.040 Verhoogde schaal art. 50ter, AKBW 55.457 Verhoogde schaal art. 50bis, AKBW 20.754 14 Speciale schaal art. 10, 3, GGB 36 1.580.393 8.195 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG VLAAMSE GEMEENSCHAP 30.06.2017

4.1.2. SAMENVATTENDE TABELLEN 38 4.1.2.3. RECHTGEVENDE KINDEREN PER RANG EN PER STELSEL RANG ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG Rang 1 881.027 3.531 Rang 2 503.293 2.347 Rang 3 en + 196.073 2.317 1.580.393 8.195 4.1.2.4. RECHTGEVENDE KINDEREN PER LEEFTIJDSGROEP EN PER STELSEL LEEFTIJDSGROEP ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 0-5 jaar 405.361 3.099 6-11 jaar 439.013 2.660 12-17 jaar 415.583 1.922 18-24 jaar 309.450 514 +25 jaar 10.986 1.580.393 8.195 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG VLAAMSE GEMEENSCHAP 30.06.2017

4.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 39 4.1.3.1. RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG AANTAL KINDEREN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + AANTAL RECHTHEBBENDEN 887.740 389.327 354.397 108.184 26.596 6.300 1.770 647 282 111 126 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG VLAAMSE GEMEENSCHAP 30.06.2017

4.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 40 4.1.3.2. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN AANTAL KINDEREN ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50ter, AKBW invaliden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen 1 351.673 28.431 15.712 16.337 8.996 421.149 2 320.634 12.575 8.472 8.320 3.945 353.946 3 91.115 3.201 4.303 3.663 948 103.230 4 19.577 774 2.133 1.708 173 24.365 5 4.005 182 744 562 45 5.538 6 1.050 52 255 156 8 1.521 7 359 12 96 71 5 543 8 167 3 47 25 3 245 9 61 1 13 12-87 10 en + 61-6 10-77 788.702 45.231 31.781 30.864 14.123 910.701 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG VLAAMSE GEMEENSCHAP 30.06.2017

4.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 41 4.1.3.3. RECHTGEVENDE KINDEREN 4.1.3.3.1. VERDELING PER SCHAAL EN PER LEEFTIJDSGROEP LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDE KINDEREN hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) 0-5 jaar 364.383 3.182 12.032 184 15.087 232 9.246 220 778 17 401.526 3.835 405.361 6-11 jaar 375.549 9.051 18.867 674 16.589 620 13.693 867 2.994 109 427.692 11.321 439.013 12-17 jaar 341.560 10.455 20.640 854 15.491 785 17.232 1.404 6.825 337 401.748 13.835 415.583 18-24 jaar 257.643 4.177 13.011 355 11.416 359 12.140 655 9.447 247 303.657 5.793 309.450 +25 jaar 9.984 1.002 10.986 10.986 1.349.119 26.865 65.552 2.067 58.583 1.996 52.311 3.146 20.044 710 1.545.609 34.784 1.580.393 4.1.3.3.2. VERDELING PER SCHAAL EN PER RANG RANG VAN DE RECHTGEVENDE KINDEREN ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50ter, AKBW invaliden ARTIKEL 50ter, AKBW invaliden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen ARTIKEL 50bis, AKBW wezen hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) ALGEMEEN Rang 1 749.830 15.282 39.810 1.274 29.187 1.126 28.136 1.840 14.043 499 861.006 20.021 881.027 Rang 2 439.716 8.384 18.356 567 16.029 548 14.027 823 4.675 168 492.803 10.490 503.293 Rang 3 en + 159.573 3.199 7.386 226 13.367 322 10.148 483 1.326 43 191.800 4.273 196.073 1.349.119 26.865 65.552 2.067 58.583 1.996 52.311 3.146 20.044 710 1.545.609 34.784 1.580.393 ALGEMEEN (*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, AKBW) TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG VLAAMSE GEMEENSCHAP 30.06.2017

4.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 42 4.1.3.3.3. RECHTGEVENDE KINDEREN JONGER DAN 21 JAAR MET EEN AANDOENING EN RECHTGEVEND OP EEN TOESLAG (ART. 47, AKBW) 4.1.3.3.3.1. OUD SYSTEEM 0-3 punten 4-6 punten 7-9 punten ZELFREDZAAMHEIDSGRAAD AANTAL TOESLAGEN 10 6 7 23 4.1.3.3.3.2. HUIDIG SYSTEEM ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING minimum 4 punten in de 1ste pijler en minder dan 6 punten over de 3 pijlers 6-8 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler 6-8 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler 9-11 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler 9-11 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler 12-14 punten over de 3 pijlers 15-17 punten over de 3 pijlers 18-20 punten over de 3 pijlers + 20 punten over de 3 pijlers AANTAL TOESLAGEN 34 17.519 914 4.536 2.447 4.350 1.919 1.363 1.679 34.761 4.1.3.3.3.3. VAN DE TWEE SYSTEMEN 34.784 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG VLAAMSE GEMEENSCHAP 30.06.2017

4.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 43 4.1.3.4. KRAAMGELD EN ADOPTIEPREMIE AANTAL GEBOORTES DIE AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN TOT DE TOEKENNING VAN EEN KRAAMGELD EN AANTAL KINDEREN WAARVOOR EEN ADOPTIEPREMIE WERD BETAALD RANG GEBOORTES ADOPTIES Eerste rang Volgende rangen 15.795 16.852 52 13 32.647 65 4.1.3.5. GEPLAATSTE KINDEREN TYPE PLAATSING AANTAL GEPLAATSTE KINDEREN In een instelling (art. 70, AKBW) Bij een particulier (art. 70ter, AKBW) (*) 11.243 2.668 (*) Het gaat om het aantal bij een particulier geplaatste kinderen voor wie een forfaitaire uitkering betaald wordt aan de persoon die vóór de plaatsing de kinderbijslag ontving. TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG VLAAMSE GEMEENSCHAP 30.06.2017

4.1.4. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 44 4.1.4.1. RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG AANTAL KINDEREN AANTAL RECHTHEBBENDEN 1 1.404 2 1.066 3 675 4 322 5 131 6 55 7 26 8 8 9 7 10 en + 5 3.699 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG VLAAMSE GEMEENSCHAP 30.06.2017

4.1.4. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 45 4.1.4.2. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN AANTAL KINDEREN ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 10, 3, GGB Speciale schaal voor geplaatste kinderen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen 1 30 5 12 1.368 4 1.419 2 22-6 1.042 2 1.072 3 3 1 4 661 2 671 4 1 - - 322-323 5 2 - - 128-130 6 - - - 53-53 7 - - - 26-26 8 - - - 9-9 9 - - - 6-6 10 en + - - - 5-5 58 6 22 3.620 8 3.714 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG VLAAMSE GEMEENSCHAP 30.06.2017

4.1.4. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 46 4.1.4.3. RECHTGEVENDE KINDEREN 4.1.4.3.1. VERDELING PER SCHAAL EN PER LEEFTIJDSGROEP LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDE KINDEREN ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 10, 3, GGB Speciale schaal voor geplaatste kinderen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen 0-5 jaar 44 5 11 3.034 5 3.099 6-11 jaar 17 1 11 2.628 3 2.660 12-17 jaar 22 2 12 1.883 3 1.922 18-24 jaar 14-2 495 3 514 +25 jaar 97 8 36 8.040 14 8.195 4.1.4.3.2. VERDELING PER SCHAAL EN PER RANG RANG VAN DE RECHTGEVENDE KINDEREN ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 10, 3, GGB Speciale schaal voor geplaatste kinderen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen Rang 1 52 3 21 3.447 8 3.531 Rang 2 28 2 11 2.302 4 2.347 Rang 3 en + 17 3 4 2.291 2 2.317 97 8 36 8.040 14 8.195 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG VLAAMSE GEMEENSCHAP 30.06.2017

4.1.4. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 47 4.1.4.4. KRAAMGELD EN ADOPTIEPREMIE AANTAL GEBOORTES DIE AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN TOT DE TOEKENNING VAN EEN KRAAMGELD EN AANTAL KINDEREN WAARVOOR EEN ADOPTIEPREMIE WERD BETAALD RANG GEBOORTES ADOPTIES Eerste rang Volgende rangen 108 249 - - 357 - TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG VLAAMSE GEMEENSCHAP 30.06.2017

4.1.5. OVERZICHT PER KINDERBIJSLAGFONDS 48 4.1.5.1. RECHTHEBBENDEN, BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN EN RECHTGEVENDE KINDEREN PER KINDERBIJSLAGFONDS KINDERBIJSLAGFONDS RECHTHEBBENDEN BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN RECHTGEVENDE KINDEREN 2 Group S 47.150 49.053 84.224 3 Mensura 54.690 56.791 95.456 13 Attentia 79.719 81.705 140.214 19 Acerta 146.475 150.154 261.903 32 Securex 48.512 49.887 85.689 35 ADMB 79.418 81.266 137.676 39 Partena 80.999 83.545 144.848 41 UCM 4.145 4.247 7.483 43 Xerius 141.097 144.828 258.885 62 FZK 25 26 43 78 Horizon 9.042 9.287 15.798 99 FAMIFED - AKBW 196.468 199.912 348.174 99 FAMIFED - GGB 3.699 3.714 8.195 891.439 914.415 1.588.588 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG VLAAMSE GEMEENSCHAP 30.06.2017

4.1.5. OVERZICHT PER KINDERBIJSLAGFONDS 49 4.1.5.2. RECHTGEVENDE KINDEREN PER SCHAAL EN PER KINDERBIJSLAGFONDS KINDERBIJSLAGFONDS ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50ter, AKBW invaliden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen ARTIKEL 10, 3, GGB Speciale schaal voor geplaatste kinderen 2 Group S 71.946 4.067 3.168 3.765 1.278 84.224 3 Mensura 81.556 4.076 4.412 4.056 1.356 95.456 13 Attentia 127.211 5.042 3.146 3.204 1.611 140.214 19 Acerta 230.187 10.836 8.244 8.770 3.866 261.903 32 Securex 74.087 3.885 3.018 3.440 1.259 85.689 35 ADMB 121.262 6.322 3.943 4.339 1.810 137.676 39 Partena 126.374 5.790 5.138 5.545 2.001 144.848 41 UCM 6.425 339 301 300 118 7.483 43 Xerius 231.377 11.556 7.377 6.107 2.468 258.885 62 FZK 40 - - 3-43 78 Horizon 13.534 879 607 565 213 15.798 99 FAMIFED - AKBW 291.985 14.827 21.225 15.363 4.774 348.174 99 FAMIFED - GGB 97 8 8.040 14 36 8.195 1.376.081 67.627 68.619 55.457 20.768 36 1.588.588 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG VLAAMSE GEMEENSCHAP 30.06.2017

5. WAALS GEWEST

5.1.1. INLEIDING 53 5.1.1. INLEIDING Voor de telling van de kinderbijslag wordt de volledige Belgische kinderbijslag meegerekend die betaald wordt voor kinderen die in België of in het buitenland opgevoed worden. Die berekening gebeurt tweemaal per jaar en geeft de situatie op 30 juni of 31 december weer van het jaar in kwestie. In dit statistisch overzicht worden de aantallen eerst op nationaal niveau en vervolgens per entiteit voorgesteld. Dit deel betreft het Waals Gewest. Deze telling bevat een reeks tabellen die op basis van de voormelde gegevens zijn opgesteld: in samenvattende tabellen wordt eerst een globaal overzicht gegeven van de aantallen van alle stelsel van de kinderbijslag samen. Vervolgens worden het algemene stelsel van de kinderbijslag en het stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag apart behandeld. Het geheel wordt afgerond met een overzicht per kinderbijslagfonds. Zie de rubriek Definities voor meer informatie over de hier gebruikte termen. TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG WAALS GEWEST 30.06.2017

5.1.2. SAMENVATTENDE TABELLEN 54 5.1.2.1. RECHTHEBBENDEN, BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN EN RECHTGEVENDE KINDEREN PER STELSEL STELSEL RECHTHEBBENDEN BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN RECHTGEVENDE KINDEREN Algemeen stelsel van de kinderbijslag 522.511 541.941 911.585 Stelsel van de gewaarborgde gezinsbijslag 4.713 4.752 10.264 527.224 546.693 921.849 5.1.2.2. RECHTGEVENDE KINDEREN PER SCHAAL EN PER STELSEL SCHAAL ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG Gewone schaal art. 40, AKBW 705.996 266 Verhoogde schaal art. 41, AKBW 58.171 3 Verhoogde schaal art. 42bis, AKBW 66.974 9.907 Verhoogde schaal art. 50ter, AKBW 61.343 Verhoogde schaal art. 50bis, AKBW 19.101 47 Speciale schaal art. 10, 3, GGB 41 911.585 10.264 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG WAALS GEWEST 30.06.2017

5.1.2. SAMENVATTENDE TABELLEN 55 5.1.2.3. RECHTGEVENDE KINDEREN PER RANG EN PER STELSEL RANG ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG Rang 1 522.369 4.201 Rang 2 272.538 2.838 Rang 3 en + 116.678 3.225 911.585 10.264 5.1.2.4. RECHTGEVENDE KINDEREN PER LEEFTIJDSGROEP EN PER STELSEL LEEFTIJDSGROEP ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 0-5 jaar 224.533 3.995 6-11 jaar 247.491 3.164 12-17 jaar 247.013 2.269 18-24 jaar 186.928 836 +25 jaar 5.620 911.585 10.264 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG WAALS GEWEST 30.06.2017

5.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 56 5.1.3.1. RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG AANTAL KINDEREN 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 en + AANTAL RECHTHEBBENDEN 522.511 250.914 185.518 63.456 16.747 3.996 1.236 426 138 40 40 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG WAALS GEWEST 30.06.2017

5.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 57 5.1.3.2. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN AANTAL KINDEREN ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50ter, AKBW invaliden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen 1 201.306 25.641 20.901 20.276 9.631 277.755 2 152.479 9.967 10.105 9.343 3.109 185.003 3 47.146 2.908 4.733 4.133 760 59.680 4 10.691 674 1.811 1.445 180 14.801 5 2.102 158 538 467 35 3.300 6 538 44 196 181 7 966 7 155 14 54 66 5 294 8 53 3 11 25-92 9 18-6 5-29 10 en + 11-3 7-21 414.499 39.409 38.358 35.948 13.727 541.941 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG WAALS GEWEST 30.06.2017

5.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 58 5.1.3.3. RECHTGEVENDE KINDEREN 5.1.3.3.1. VERDELING PER SCHAAL EN PER LEEFTIJDSGROEP LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDE KINDEREN hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) 0-5 jaar 180.334 1.607 12.614 164 18.461 289 10.156 243 657 8 222.222 2.311 224.533 6-11 jaar 188.949 4.263 16.318 579 18.021 775 14.963 932 2.601 90 240.852 6.639 247.491 12-17 jaar 180.368 4.709 17.013 630 15.889 851 19.393 1.518 6.338 304 239.001 8.012 247.013 18-24 jaar 138.595 1.979 10.156 269 12.338 350 13.495 643 8.892 211 183.476 3.452 186.928 +25 jaar 5.192 428 5.620 5.620 693.438 12.558 56.529 1.642 64.709 2.265 58.007 3.336 18.488 613 891.171 20.414 911.585 5.1.3.3.2. VERDELING PER SCHAAL EN PER RANG RANG VAN DE RECHTGEVENDE KINDEREN ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50ter, AKBW invaliden ARTIKEL 50ter, AKBW invaliden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen ARTIKEL 50bis, AKBW wezen hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) hand. (*) ALGEMEEN Rang 1 394.142 6.979 34.832 1.013 35.263 1.270 32.778 1.917 13.715 460 510.730 11.639 522.369 Rang 2 215.122 3.873 15.110 437 17.495 623 15.264 877 3.621 116 266.612 5.926 272.538 Rang 3 en + 84.174 1.706 6.587 192 11.951 372 9.965 542 1.152 37 113.829 2.849 116.678 693.438 12.558 56.529 1.642 64.709 2.265 58.007 3.336 18.488 613 891.171 20.414 911.585 ALGEMEEN (*) Rechtgevende kinderen jonger dan 21 jaar met een aandoening en rechtgevend op een toeslag (art. 47, AKBW) TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG WAALS GEWEST 30.06.2017

5.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 59 5.1.3.3.3. RECHTGEVENDE KINDEREN JONGER DAN 21 JAAR MET EEN AANDOENING EN RECHTGEVEND OP EEN TOESLAG (ART. 47, AKBW) 5.1.3.3.3.1. OUD SYSTEEM 0-3 punten 4-6 punten 7-9 punten ZELFREDZAAMHEIDSGRAAD AANTAL TOESLAGEN 23 5 15 43 5.1.3.3.3.2. HUIDIG SYSTEEM ERNST VAN DE GEVOLGEN VAN DE AANDOENING minimum 4 punten in de 1ste pijler en minder dan 6 punten over de 3 pijlers 6-8 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler 6-8 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler 9-11 punten over de 3 pijlers en minder dan 4 punten in de 1ste pijler 9-11 punten over de 3 pijlers en minimum 4 punten in de 1ste pijler 12-14 punten over de 3 pijlers 15-17 punten over de 3 pijlers 18-20 punten over de 3 pijlers + 20 punten over de 3 pijlers AANTAL TOESLAGEN 14 8.565 642 2.729 2.617 2.419 1.419 836 1.130 20.371 5.1.3.3.3.3. VAN DE TWEE SYSTEMEN 20.414 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG WAALS GEWEST 30.06.2017

5.1.3. ALGEMEEN STELSEL VAN DE KINDERBIJSLAG 60 5.1.3.4. KRAAMGELD EN ADOPTIEPREMIE AANTAL GEBOORTES DIE AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN TOT DE TOEKENNING VAN EEN KRAAMGELD EN AANTAL KINDEREN WAARVOOR EEN ADOPTIEPREMIE WERD BETAALD RANG GEBOORTES ADOPTIES Eerste rang Volgende rangen 8.395 9.261 27 4 17.656 31 5.1.3.5. GEPLAATSTE KINDEREN TYPE PLAATSING AANTAL GEPLAATSTE KINDEREN In een instelling (art. 70, AKBW) Bij een particulier (art. 70ter, AKBW) (*) 5.270 1.103 (*) Het gaat om het aantal bij een particulier geplaatste kinderen voor wie een forfaitaire uitkering betaald wordt aan de persoon die vóór de plaatsing de kinderbijslag ontving. TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG WAALS GEWEST 30.06.2017

5.1.4. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 61 5.1.4.1. RECHTHEBBENDEN OP KINDERBIJSLAG AANTAL KINDEREN AANTAL RECHTHEBBENDEN 1 1.979 2 1.174 3 811 4 436 5 199 6 72 7 23 8 8 9 7 10 en + 4 4.713 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG WAALS GEWEST 30.06.2017

5.1.4. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 62 5.1.4.2. BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN AANTAL KINDEREN ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 10, 3, GGB Speciale schaal voor geplaatste kinderen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen 1 82 1 19 1.907 13 2.022 2 36 1 5 1.137 4 1.183 3 12-2 788 2 804 4 10 - - 418 5 433 5 5 - - 197-202 6 - - 1 67-68 7 - - - 22-22 8 - - - 8-8 9 - - - 7-7 10 en + 1 - - 2-3 146 2 27 4.553 24 4.752 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG WAALS GEWEST 30.06.2017

5.1.4. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 63 5.1.4.3. RECHTGEVENDE KINDEREN 5.1.4.3.1. VERDELING PER SCHAAL EN PER LEEFTIJDSGROEP LEEFTIJD VAN DE RECHTGEVENDE KINDEREN ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 10, 3, GGB Speciale schaal voor geplaatste kinderen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen 0-5 jaar 109-8 3.876 2 3.995 6-11 jaar 59 2 21 3.067 15 3.164 12-17 jaar 64 1 12 2.176 16 2.269 18-24 jaar 34 - - 788 14 836 +25 jaar 266 3 41 9.907 47 10.264 5.1.4.3.2. VERDELING PER SCHAAL EN PER RANG RANG VAN DE RECHTGEVENDE KINDEREN ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 10, 3, GGB Speciale schaal voor geplaatste kinderen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen Rang 1 93 2 18 4.065 23 4.201 Rang 2 82 1 13 2.730 12 2.838 Rang 3 en + 91-10 3.112 12 3.225 266 3 41 9.907 47 10.264 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG WAALS GEWEST 30.06.2017

5.1.4. STELSEL VAN DE GEWAARBORGDE GEZINSBIJSLAG 64 5.1.4.4. KRAAMGELD EN ADOPTIEPREMIE AANTAL GEBOORTES DIE AANLEIDING HEBBEN GEGEVEN TOT DE TOEKENNING VAN EEN KRAAMGELD EN AANTAL KINDEREN WAARVOOR EEN ADOPTIEPREMIE WERD BETAALD RANG GEBOORTES ADOPTIES Eerste rang Volgende rangen 116 308 - - 424 - TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG WAALS GEWEST 30.06.2017

5.1.5. OVERZICHT PER KINDERBIJSLAGFONDS 65 5.1.5.1. RECHTHEBBENDEN, BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN EN RECHTGEVENDE KINDEREN PER KINDERBIJSLAGFONDS KINDERBIJSLAGFONDS RECHTHEBBENDEN BIJSLAGTREKKENDE GEZINNEN RECHTGEVENDE KINDEREN 2 Group S 51.494 54.587 90.499 3 Mensura 6.035 6.376 10.733 13 Attentia 32.400 33.432 55.702 19 Acerta 20.635 21.297 36.424 32 Securex 41.750 43.100 73.203 35 ADMB 7.449 7.673 13.203 39 Partena 76.130 79.568 134.503 41 UCM 76.647 80.480 134.491 43 Xerius 25.352 26.264 45.240 62 FZK 652 672 1.173 78 Horizon 4.771 4.930 8.153 99 FAMIFED - AKBW 179.196 183.562 308.261 99 FAMIFED - GGB 4.713 4.752 10.264 527.224 546.693 921.849 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG WAALS GEWEST 30.06.2017

5.1.5. OVERZICHT PER KINDERBIJSLAGFONDS 66 5.1.5.2. RECHTGEVENDE KINDEREN PER SCHAAL EN PER KINDERBIJSLAGFONDS KINDERBIJSLAGFONDS ARTIKEL 40, AKBW Gewone schaal ARTIKEL 41, AKBW eenoudergezinnen ARTIKEL 42bis, AKBW langdurig werklozen en gepensioneerden ARTIKEL 50ter, AKBW invaliden ARTIKEL 50bis, AKBW wezen ARTIKEL 10, 3, GGB Speciale schaal voor geplaatste kinderen 2 Group S 69.353 6.518 5.922 6.668 2.038 90.499 3 Mensura 7.174 717 1.511 1.119 212 10.733 13 Attentia 47.732 2.694 2.146 2.054 1.076 55.702 19 Acerta 29.772 2.169 2.099 1.828 556 36.424 32 Securex 58.163 4.436 4.745 4.467 1.392 73.203 35 ADMB 10.929 781 619 590 284 13.203 39 Partena 107.730 7.235 8.189 8.357 2.992 134.503 41 UCM 106.145 8.562 8.624 8.451 2.709 134.491 43 Xerius 37.427 3.075 2.384 1.748 606 45.240 62 FZK 981 56 41 63 32 1.173 78 Horizon 6.533 593 555 340 132 8.153 99 FAMIFED - AKBW 224.057 21.335 30.139 25.658 7.072 308.261 99 FAMIFED - GGB 266 3 9.907 47 41 10.264 706.262 58.174 76.881 61.343 19.148 41 921.849 TELLING VAN DE KINDERBIJSLAG WAALS GEWEST 30.06.2017