De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag. Datum 1 maart 2016 Betreft Evaluatie wet Eindtoetsing PO

Vergelijkbare documenten
Tweede Kamer der Staten-Generaal

Datum 4 april 2016 Antwoord op schriftelijke vragen van de leden Ypma en Vermue (beiden PvdA) van meervoudige schooladviezen

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Evaluatie Wet Eindtoetsing PO

Hierbij zend ik u het antwoord op de vragen van het lid Van Meenen (D66) van uw Kamer inzake de aanmeldleeftijd in het onderwijs.

Uw brief van. 10 februari 2006

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG. Datum 27 oktober 2015 Uitkomsten onderzoek sturen op cijfers

Evaluatie Wet Eindtoetsing PO

Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA Den Haag

Verplichte heroverweging basisschooladvies bij hogere eindtoetsscore

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Datum 4 november 2016 Schriftelijk overleg over het SO over het advies van de Raad van State inzake de rekentoets

Veel gestelde vragen over de overgang van basis naar voortgezet onderwijs (POVO) 13 maart 2015

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Gelet op de artikelen 34.4 en 34.6 van het Besluit bekostiging WPO;

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Overstap van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs. Rotterdamse plaatsingswijzer Schooljaar

Onderwerp en positionering van de beleidsdoorlichtingen In de beleidsdoorlichtingen van de ADR staan de volgende beleidsdoelstellingen centraal:

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Capellenborg. Plaatsingsbeleid in het eerste leerjaar

13 Wet eindtoetsing primair onderwijs

Datum 18 januari 2013 Betreft Aanbieding rapport Inspectie doorstroming vmbo-havo

Procedure schooladvies

Datum 1 november 2016 Eindtoetsresultaten en de overgang van leerlingen naar het voortgezet onderwijs in schooljaar

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG. Datum 4 december 2015 Eerste inzichten Wet Eindtoetsing PO

Procesgang PO-VO. Leidend in deze is de BOVO procedure. 1. De totstandkoming van het basisschooladvies;

Overstap van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs. Rotterdamse plaatsingswijzer Schooljaar

Den Haag, 29 februari 2016

Wijzigingen overgang PO-VO. Peter van Putten Joop Groos Rosanne Mulder

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

D 1.35 Beleidsnotitie Eindtoets en schooladvies VO. STATUS: Vaststelling DB Besluit College van Bestuur

31289 Voortgezet Onderwijs Primair Onderwijs. Brief van de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

Afspraken over de overgang van basis- naar voortgezet onderwijs

Overgangsprocedure PO-VO 2019

December Betreft: de overgang van primair naar voortgezet onderwijs. Geachte ouders/verzorgers,

PROCEDURE ADVISERING PO/VO

Protocol Overgang PO-VO Montessorischool Het Mozaïek

Procesgang PO-VO. Leidend in deze is de BOVO procedure

Brief van de minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs en Media. Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Overgangsprocedure PO-VO 2019

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Toelatingsprocedure PO en VO Velsen

Datum 4 juli 2019 Betreft Analyse naar aanleiding van de eerste tussenrapportage over onderwijs

Procesgang PO-VO. Leidend in deze is de BOVO procedure

Procesgang PO-VO. 1. De totstandkoming van het basisschooladvies;

Toelatingsprocedure PO en VO Velsen

Procesgang PO-VO. Leidend in deze is de BOVO procedure. 1. De totstandkoming van het basisschooladvies;

Naar het voortgezet onderwijs! POVO procedure Utrecht

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Procesgang PO-VO Leidend is de BOVO procedure

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Draaiboek planning en procedure overstap po-vo Noord-Kennemerland

Protocol. Overstap po-vo

Uitleg voor ouders over De Rotterdamse Plaatsingswijzer

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Postbus EA..DEN HAAG

Procedure schooladvies

Procedure schooladvies VO Basisschool St. Dionysius

Protocol overgang PO - VO

Doorverwijzen naar het voortgezet onderwijs

Eindtoets & Overgang PO-VO.

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Voorbereiden. Rotterdamse Plaatsingswijzer LWOO. Versie 1

Protocol verwijzing naar voortgezet onderwijs

Uitleg voor ouders over De Rotterdamse Plaatsingswijzer

Dit advies, gedateerd 3 april 2015, nr. W /l, bied ik U hierbij aan.

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA..DEN HAAG

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

24 april 2008 PO/Kwaliteit/3518

Protocol Advisering PO VO OBS De Straap

Datum 29 november 2018 Kamerbrief over schooladviezen en resultaten op eindtoets in schooljaar

Naar het VO. Stichtse Vecht. POVO Procedure naarhetvo.nl

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG. Datum 20 januari 2014 Voorhang ontwerp-toetsbesluit PO

Procesgang PO- VO Leidend in deze is de BOVO Procedure

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Aan de voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA.DEN HAAG. Datum 11 januari 2017 Betreft doorstroom vmbo-havo

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Primair Onderwijs Onze referentie

Beleid advisering basisschool De Duinsprong

De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Handreiking schooladvies

Protocol overgang PO - VO

DEFINITIEF RAPPORT VAN BEVINDINGEN KWALITEITSONDERZOEK BIJ KONINGIN BEATRIXSCHOOL

Kansengelijkheid in het onderwijs in Den Haag

Tweede Kamer der Staten-Generaal

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

De overstap naar voortgezet (speciaal) onderwijs in 2016

Povo. Ouderbrochure POVO. Uitleg voor ouders over de overstap van de basisschool naar het voortgezet onderwijs

Naar de brugklas. Informatie voor ouders over de overgang van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs in Amsterdam, schooljaar

Naar het VO. Utrecht. POVO Procedure naarhetvo.nl

Tweede Kamer der Staten-Generaal

P.O. V.O. Protocol advisering. Primair Onderwijs - Voortgezet Onderwijs

Pilot leerwinst en toegevoegde waarde in het voortgezet onderwijs. Alex Coenen

Protocol schooladvies groep 8

Drentse Onderwijs monitor

ONDERZOEK IN HET KADER VAN HET VIERJAARLIJKS BEZOEK OP BASISSCHOOL JOHANNES PAULUS

Transcriptie:

>Retouradres Postbus 16375 2500 BJ Den Haag De voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA Den Haag. Primair Onderwijs Rijnstraat 50 Den Haag Postbus 16375 2500 BJ Den Haag www.rijksoverheid.nl Datum 1 maart 2016 Betreft Evaluatie wet Eindtoetsing PO Bijlagen Doel en opzet evaluatie wet Eindtoetsing PO Overgang van leerlingen van primair naar voortgezet onderwijs.879659 1. Aanleiding Op 20 januari jongstleden vond een plenair debat plaats naar aanleiding van een bericht dat middelbare scholen de Cito-toets nog laten meewegen bij de toelating van leerlingen. In dit debat heb ik toegezegd uw Kamer nader te informeren over de opzet en het tijdpad van de evaluatie van de wet Eindtoetsing PO en de inhoudelijke aandachtspunten in deze evaluatie. Naar aanleiding van dit debat zijn drie moties aangenomen, achtereenvolgens van de leden Siderius c.s., Van Meenen en Ypma c.s. 1 In deze brief geef ik de toegezegde informatie en schets ik hoe ik deze moties uitvoer. Daarnaast is er schriftelijk overleg geweest naar aanleiding van de brief die op 4 december is verzonden over de eerste inzichten in de wet Eindtoetsing PO. 2 Mijn reactie op de inbreng in dit overleg stuur ik u parallel toe. Tot slot heb ik mede naar aanleiding van het plenair debat op 20 januari, een brief gestuurd aan alle scholen en besturen in het primair en voortgezet onderwijs, om hen nogmaals te informeren over de wet- en regelgeving die geldt voor de overgang van leerlingen van primair naar voortgezet onderwijs. Deze brief stuur ik u bijgaand ter kennisname toe. 2. Evaluatie wet Eindtoetsing PO De invoering van de eindtoetsing en de daarmee samenhangende overgang tussen primair en voortgezet onderwijs zijn ingrijpend. In de WPO is daarom in artikel 188b een evaluatiebepaling opgenomen. Op basis hiervan worden de doeltreffendheid en effecten van deze wijzigingen in de praktijk nauwgezet gevolgd met een vierjarige evaluatie. Zoals in de brief van 4 december 2015 is aangekondigd, zal ik begin 2017 een tussenrapportage naar uw Kamer sturen die specifiek ingaat op de overgang po-vo. De eindrapportage van de evaluatie als bedoeld in de wet verschijnt in december 2018. De evaluatie wordt uitgevoerd door Oberon in samenwerking met de Universiteit Twente. De evaluatie omvat een procesevaluatie en een effectevaluatie. Bij de 1 Kamerstukken II, 2015-2016, 31289 nr. 275, 278 en 283. 2 Kamerstukken II, 2014-2015, 31289 nr. 272. Pagina 1 van 7

procesevaluatie gaat het om vragen als: verlopen advisering en plaatsing volgens wet- en regelgeving? Hoe verloopt het proces van bijgestelde adviezen in relatie tot de organisatie in het voortgezet onderwijs? Hoe ervaren scholen voor primair en voortgezet onderwijs en ouders de latere afname van de eindtoets, de advisering door de basisschool en de toelating en plaatsing door de vo-school? Hoe verloopt de samenwerking tussen po- en vo-scholen? En zijn ouders tevreden over de manier waarop de basisschool met hen communiceert over het schooladvies? De effectevaluatie brengt in beeld wat de effecten zijn van de vernieuwde wet- en regelgeving. Kernvragen hierbij zijn: zijn veranderingen zichtbaar in op- en afstroom van leerlingen in het voortgezet onderwijs? En is er sprake van een verband tussen enerzijds waargenomen trends en anderzijds factoren als leerlinggewicht, regio en het type schooladvies (meervoudig of enkelvoudig)? In de bijlage is een uitgebreidere beschrijving van de evaluatie opgenomen. De tussenrapportage zal zowel ingaan op de procesevaluatie als de effectevaluatie. Daarbij past wel de kanttekening dat effecten nog maar beperkt zichtbaar zullen zijn, omdat de tussenrapportage zich baseert op (ervarings)gegevens van twee schooljaren (2014/2015 en 2015/2016). 2.1 Tijdpad evaluatie De evaluatie van de wet Eindtoetsing PO is gestart in het najaar van 2014, op het moment dat de vernieuwde regelgeving van kracht werd. De evaluatie strekt zich uit over vier jaar en zal in december 2018 zijn afgerond. In december 2018 zal van vier cohorten van leerlingen bekend zijn hoe de afname van de eindtoetsen en de schooladvisering zijn verlopen. Van twee leerlingcohorten is dan tevens bekend op welk niveau zij zitten in het 2 e en 3 e leerjaar in het voortgezet onderwijs. Dit laatste vormt een belangrijke graadmeter voor de kwaliteit van de schooladviezen. In de onderstaande figuur wordt het tijdpad van de evaluatie weergegeven. Activiteit Wanneer Voorbereiding onderzoek Najaar 2014 1e ronde, 2015 Mei november 2015 Analyse van plaatsingswijzers en afspraken vo-scholen (extra) Maart - juli 2016 2e ronde, 2016 Mei november 2016 Tussenrapportage Januari 2017 3e ronde, 2017 Mei november 2017 4e ronde, 2018 Mei november 2018 Eindrapportage evaluatie December 2018 2.2 Inhoudelijke aanscherping van de evaluatie In het debat op 20 januari van dit jaar en in het schriftelijk overleg naar aanleiding van de brief over de eerste inzichten in de wet Eindtoetsing PO uitte uw Kamer de zorg dat het aandeel gemengde of dubbele schooladviezen daalt. Net als uw Kamer vind ik dit een ongewenste ontwikkeling. In de evaluatie is jaarlijks voorzien in een tussentijdse aanscherping en aanvulling van de vragenlijsten die uitgaan naar schoolleiders en ouders. Omdat ik de uitvoering van de vernieuwde regelgeving goed wil volgen, zal de evaluatie in 2016 met de volgende onderwerpen worden aangevuld: Pagina 2 van 7

de informatieoverdracht tussen po- en vo-scholen (op welke moment en op wiens initiatief); de tevredenheid van ouders over de schooladvisering, de eventuele bijstelling daarvan, toelating en de communicatie daarover; en de vraag of de vernieuwde regelgeving leidt tot het afnemen van meer toetsen door scholen, zoals intelligentietesten. Daarnaast zal naar aanleiding van de motie van Siderius c.s., over het niet meer toestaan van plaatsingswijzers die alleen enkelvoudige adviezen voorschrijven, een extra analyse worden gemaakt van plaatsingswijzers (zie verder onder 3.1). Uw Kamer vroeg eveneens aandacht voor een mogelijk verband tussen enerzijds afgegeven schooladviezen en anderzijds factoren als leerlinggewicht, etniciteit en regio. Dit maakt reeds deel uit van de evaluatie. 3. Uitvoering moties 3.1 Plaatsingswijzers die enkelvoudige adviezen voorschrijven (nr. 275) In reactie op de motie van mevrouw Siderius het volgende. In het voorjaar 2015 heeft de inspectie een quick scan uitgevoerd om snel inzicht te krijgen in de ervaringen met de overgang po-vo, na de inwerkingtreding van de wet Eindtoetsing PO. 3 De inspectie keek daarbij onder andere naar de werking van een aantal plaatsingswijzers. 4 De onderzochte plaatsingswijzers bleken in de meeste gevallen te voldoen aan de wetgeving, of zijn aangepast nadat de inspectie wees op afspraken die niet conform wet- en regelgeving waren. In de motie wordt verzocht om het niet meer toe te staan dat in plaatsingswijzers wordt afgesproken dat basisscholen zich verplichten tot het afgeven van alleen enkelvoudige schooladviezen. Net als uw Kamer vind ik een dergelijke afspraak ongewenst. Leerlingen bij wie het beeld minder eenduidig is, zijn juist gebaat bij een gemengd advies. De regelgeving is op dit punt helder: de basisschool is eigenaar en daarmee verantwoordelijk voor het schooladvies; dat kan een enkelvoudig of een meervoudig advies zijn. Vo-scholen mogen de beslissing of een leerling wordt toegelaten, alleen baseren op het basisschooladvies. Dit is benadrukt in de brief over de overgang po-vo die ik onlangs naar alle scholen en besturen in primair en voortgezet onderwijs heb gestuurd. Een meervoudig advies kan dus geen grond zijn voor een vo-school om een leerling niet toe laten, indien de school beide schoolsoorten aanbiedt. Als dat wel gebeurt, kunnen ouders en basisscholen dit bij de inspectie melden en treedt de inspectie daar tegen op. Naar aanleiding van de motie heb ik besloten de evaluatie aan te vullen met een extra analyse van de plaatsingswijzers die momenteel in omloop zijn. Doel van deze aanvulling is een landelijk beeld te krijgen en daarmee antwoord op de vraag in welke mate plaatsingswijzers onwettige of ongewenste afspraken bevatten. Tevens kan zo worden nagegaan of de plaatsingswijzers die de 3 Zie de brief aan de Kamer d.d. 4 december 2015, Kamerstukken II, 2014-2015, 31289 nr. 272. 4 In veel regio s hebben de gezamenlijke besturen en scholen een plaatsingswijzer opgesteld die de basisscholen houvast biedt om een goed schooladvies op te stellen en het vo vertrouwen geeft in de kwaliteit van dat advies. Hierin staan onder meer afspraken die scholen hebben gemaakt om de overgang van po naar vo zo soepel mogelijk te laten verlopen. Pagina 3 van 7

inspectie in 2015 heeft bekeken, inmiddels daadwerkelijk zijn aangepast. Over de uitkomsten hiervan rapporteer ik u begin 2017 in de genoemde tussenrapportage. Daarnaast worden signalen over ongewenste afspraken in plaatsingswijzers goed gevolgd, waaronder plaatsingswijzers die alleen enkelvoudige adviezen voorschrijven. Dit gebeurt in samenwerking met Ouders & Onderwijs, de PO- Raad, de VO-raad en het loket van de inspectie. In het geval van een plaatsingswijzer met ongewenste afspraken of afspraken die ingaan tegen de regelgeving, spreekt de inspectie de opstellers hierop aan. 3.2 Moment van overdracht van het onderwijskundig rapport (nr. 278) De motie van de heer Van Meenen verzoekt de regering ervoor te zorgen dat toetsen in het primair onderwijs louter ter ondersteuning van het schooladvies mogen worden gebruikt en niet kunnen worden opgevraagd door het voortgezet onderwijs. Deze motie legt het initiatief tot overdracht van toetsgegevens die deel uitmaken van het onderwijskundig rapport volledig bij de basisschool. Dit maakt het voor vo-scholen moeilijker om onderliggende toetsgegevens uit het onderwijskundig rapport te gebruiken als selectiemiddel. De huidige regelgeving schrijft voor dat vo-scholen hun toelating louter baseren op het basisschooladvies. Als blijkt dat een vo-school hier niet naar handelt, dan spreken de inspectie of de betrokken ouders de school hierop aan. Ik zie vooralsnog geen aanleiding om de regelgeving hieromtrent aan te scherpen. Oneigenlijk gebruik van toetsgegevens om te beslissen of een leerling kan worden toegelaten in het voortgezet onderwijs kan, met de huidige regelgeving en het toezicht op de naleving daarvan, voldoende worden tegengegaan. Naar aanleiding van de motie laat ik wel beter in beeld brengen welke gegevens vo-scholen nu werkelijk nodig hebben om leerlingen zo goed mogelijk te kunnen plaatsen en te kunnen voorzien in een doorgaande leerlijn. 5 De huidige inhoud van het onderwijskundig rapport is wellicht te sterk gericht op cognitieve prestaties en op zorgaspecten. Mogelijk vormen gegevens over de non-cognitieve vaardigheden van leerlingen en gegevens over deelname aan extracurriculaire activiteiten, voor vo-scholen een waardevolle aanvulling. Verder, zoals ik aangaf in de brief over mijn plan van aanpak toptalenten 2014 2018, zou het onderwijskundig rapport beter benut kunnen worden voor individuele leerroutes van toptalenten. 6 Ik zal in lijn met plan van aanpak toptalenten verkennen welke informatie het onderwijskundig rapport zou moeten bevatten over de talentontwikkeling en de onderwijsbehoeften van leerlingen, zodat vo-scholen deze informatie kunnen gebruiken als startpunt voor maatwerk. 3.3 Leerlingen met meervoudige adviezen plaatsen op het hoogste niveau (nr. 283) De motie van mevrouw Ypma c.s. verzoekt om te communiceren dat basisscholen altijd een meervoudig schooladvies kunnen of mogen geven en dat leerlingen met een meervoudig schooladvies zich ook altijd mogen aanmelden voor het hoogste van de twee onderwijsniveaus. Ook verzoekt de motie om te communiceren dat 5 Overigens zullen vanaf 2016 in het onderwijskundig rapport ook gegevens worden opgenomen over de beheersing van de referentieniveaus. Deze gegevens zijn voor voscholen eveneens belangrijk met het oog op een doorgaande leerlijn. 6 Vergaderjaar 2013 2104, 33 750 VII, nr. 99. Pagina 4 van 7

het wenselijk is dat vo-scholen leerlingen op het betreffende onderwijsniveau accepteren; en daarmee te bevorderen dat vo-scholen leerlingen met een meervoudig schooladvies op het hoogste van de daarin genoemde onderwijsniveaus accepteren. Naar aanleiding van de motie heb ik op 15 februari jl. de eerder genoemde brief aan alle po- en vo-scholen en hun besturen gestuurd. De brief meldt dat ouders van een leerling met een meervoudig advies hun zoon of dochter altijd mogen aanmelden bij een vo-school van het hoogste niveau. Zo mogen ouders van een leerling met het advies havo/vwo, hun kind altijd aanmelden bij een vwo-school. Is de vo-school een brede scholengemeenschap, dan is de school verplicht de leerling toe te laten. Wel heeft de vo-school de wettelijke ruimte om te bepalen op welk niveau de leerling precies wordt geplaatst. Ik vind het daarbij belangrijk dat de school ouders goed bij deze plaatsing betrekt en deze toelicht alvorens tot definitieve plaatsing over te gaan. Gaat het om categorale school dan heeft de school de mogelijkheid om deze leerling niet toe te laten. Wanneer de leerling dit niveau namelijk niet blijkt aan te kunnen, kan de vo-school geen passend programma meer aanbieden. Verder wijs ik u erop dat, zoals ik u eerder meldde, het leerresultatenmodel dat de inspectie gebruikt voor de berekening van het onderbouwrendement van voscholen, is aangepast. 7 De beoordeling van de leerresultaten vormt daarmee geen beletsel meer voor vo-scholen om leerlingen met een meervoudig advies op het hoogste niveau te plaatsen. Zoals eerder aangegeven, stuur ik parallel aan deze brief, u een brief toe over mijn plan van aanpak ten aanzien van brede brugklassen. Met dit plan stimuleer ik vo-scholen ervoor te zorgen dat leerlingen met een meervoudig advies de kans krijgen om hun schoolperiode in het voortgezet onderwijs te starten in een dakpanbrugklas. 4. Tot slot De invoering van de eindtoetsing en wijzigingen in de overgang po-vo zijn, zoals ik eerder heb aangegeven, ingrijpend. Daarbij constateer ik dat de thematiek van deze overgang in de belangstelling staat. Op zichzelf is dat goed omdat het er ook toe leidt dat scholen en besturen in het primair en voortgezet onderwijs elkaar meer opzoeken. Een goede overgang van iedere leerling begint immers met een directe communicatie tussen de scholen en de directe betrokken leerkrachten. Ik verwacht daarvan ook effecten te zien in de tussenrapportage die uw Kamer begin 2017 ontvangt en eind 2018 bij de evaluatie van de wet Eindtoetsing PO. Afgezien van deze evaluatie worden signalen over ongewenste praktijken actief gevolgd en laat ik zo nodig daarop actie ondernemen. de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Sander Dekker 7 Kamerstukken II, 2014-2015, 31 289, nr. 266. Pagina 5 van 7

Bijlage: Doel en opzet evaluatie wet Eindtoetsing PO De evaluatie van de wet Eindtoetsing PO wordt uitgevoerd door onderzoeksbureau Oberon, in samenwerking met de Universiteit Twente. De evaluatie omvat een effectevaluatie en een procesevaluatie. 1. Effectevaluatie De effectevaluatie beoogt antwoord te geven op de vraag of de doelstellingen van de wet worden gerealiseerd en of dit het gevolg is van de wet. Daarbij dient onderscheid gemaakt te worden naar de drie niveaus waarop de wet eindtoetsing po zicht richt: leerling-, school- en stelselniveau. We lichten deze niveaus hieronder nader toe. Leerlingniveau Een betere aansluiting tussen po en vo laat zich meten aan de mate van congruentie tussen schooladvies, eindtoetsscore en positie in derde of vierde leerjaar vo. Een tweede indicator is de mate van op- en afstroom van leerlingen in de eerste twee/drie jaar op het vo. Als laatste indicator geldt het percentage leerlingen dat in de eerste drie jaar van het vo een jaar doubleert. Schoolniveau Op schoolniveau is de mate waarin de school (meer) opbrengstgericht gaat werken als gevolg van het verplichte gebruik van een leerlingvolgsysteem en het gebruik van de verplichte eindtoets daarbij, de belangrijkste indicator. Stelselniveau Tenslotte dient gekeken te worden of voor het gehele primair onderwijs de aansluiting tussen po en vo is verbeterd en of de sector in grotere mate opbrengstgericht werkt. Op grond van het bovenstaande zijn de onderzoeksvragen voor de effectevaluatie als volgt geformuleerd: 1. Wat is het effect op de plaatsing op en doorstroming binnen vo van het primaat van het schooladvies? 2. In welke mate is er meer of minder congruentie tussen schooladvies, eindtoetsadvies en positie in het derde of vierde leerjaar van het vo als gevolg van de invoering van de wet Eindtoetsing PO? 3. In welke mate treedt er een verandering op in de op- en afstroom van leerlingen? Treden hierin verschillen op voor verschillende groepen leerlingen? 4. Op welke wijze is de overgang van po naar vo verbeterd door de invoering van de verplichte eindtoets? 5. In welke mate draagt de eindtoetsing bij aan doorlopende leerlijnen bij de overgang van po naar vo en in welke mate dragen de referentieniveaus hieraan bij? 6. In hoeverre is de eindtoets een effectief instrument voor scholen om opbrengstgericht te werken? Is hierin een verschil te zien tussen scholen die eerder wel of niet een eindtoets gebruikten? 7. In hoeverre heeft de centrale positie van het schooladvies bij de toelating tot het vo effect op het gewicht dat wordt gehecht aan de score op de eindtoets/druk die op de eindtoets ligt? Deze onderzoeksvragen zullen deels worden beantwoord op basis van nadere analyses van cijfers afkomstig van DUO (BRON). Het gaat dan om informatie die betrekking heeft op toetsscores, adviezen en onderwijsposities. Daarnaast zullen Pagina 6 van 7

enquêtes en interviews worden benut, die worden afgenomen in het kader van de procesevaluatie (zie hieronder). 2. Procesevaluatie De procesevaluatie richt zich op de uitvoering van de nieuwe wet- en regelgeving: wordt deze nageleefd, in welke mate zijn betrokkenen tevreden over de verschillende onderdelen en welke knelpunten ervaren betrokkenen bij de uitvoering. De opbrengst van de procesevaluatie is drieledig: 1. Implementatie: de uitkomsten geven een beeld van de implementatie van de nieuwe wet- en regelgeving. 2. Onderbouwing effectevaluatie: de uitkomsten zijn tevens bruikbaar om de bevindingen van de effectevaluatie te onderbouwen. Doordat de procesevaluatie zicht geeft op het verloop van de uitvoering en mogelijke knelpunten, wordt duidelijk of gevonden effecten daadwerkelijk aan de nieuwe wet- en regelgeving kunnen worden toegeschreven. 3. Input voor bijstelling wet- en regelgeving: Er ontstaat tevens zicht op onderdelen van de wet- en regelgeving die aangescherpt of bijgesteld kunnen worden met het oog op versterking van de effecten. De vier inhoudelijke onderdelen van de nieuwe wet- en regelgeving zijn gebruikt om de onderzoeksvragen voor de procesevaluatie te ordenen. Het gaat daarbij om de volgende onderdelen: verplichte eindtoets; verlate eindtoets; schooladvies: heroverweging en bijstelling; toelating tot het vo. Voor de procesevaluatie worden verschillende informatiebronnen benut, te weten: gegevensbestanden van DUO en Inspectie, documenten, enquêtes onder schoolleiders po en vo, enquêtes onder ouders, en interviews met vertegenwoordigers van relevante partijen. Pagina 7 van 7