Gemeente van Christus, 1 Timoteüs 6:6-19, Oogstdienst U, jij hebt ze vast wel eens gezien: de jaarlijkse lijsten van het tijdschrift Quote over de allerrijkste mensen. De Top 500 van rijken in onze wereld. Een aparte lijst ook van de rijken in Nederland. Twee maanden geleden verschenen die lijsten weer, met in ons eigen land een nieuwe nummer 1. Frits Goldschmeding heet hij, hij is de oprichter van Randstad, de uitzendbureaus, en dat heeft hem kennelijk geen windeieren gelegd. 3,2 miljard is zijn geschatte vermogen. 3,2 miljard, dan heb je het dus over een drie en een twee en dan nog acht nullen, zoveel euro s mag deze meneer Goldschmeding tot zijn bezit rekenen. En dan is hij eigenlijk nog maar een kleintje als je de wereldwijde top 500 daarnaast legt. Met bovenaan de baas van Amazon, de internetwinkel, Jeff Bezos, met 90 miljard euro en op plaats 2 de computerman Bill Gates met een slordige 72 miljard. Het duizelt je bij zulke bedragen Is er eigenlijk iets mis met rijkdom? Is geld slecht, is rijk-zijn slecht? De Bijbel zegt er natuurlijk best pittige dingen over. Ik denk aan het woord van Jezus: Hoe moeilijk zal een rijke het Koninkrijk van God binnengaan. En Hij vertelde de gelijkenis van de rijke man en de arme Lazarus, en u, jij weet hoe het in dat verhaal met de rijke man afloopt, dat is niet best. Al zie je in die gelijkenis ook het punt waar het op aankomt: Het is niet het rijk-zijn van deze rijke man op zich dat hem van God en Gods rijk heeft buitengesloten. Het is dat hij zich afsluit voor de arme aan zijn deur, dat hij niet van delen weet en de gave van het geven niet kent. Niet dat hij rijk is, maar hoe hij rijk is, dat is het grote punt. Rijken, ze komen voor in de Bijbel... Neem Abraham, Isaak en Jakob, die waren zeer rijk. Grootverdieners met hun enorme veestapels... Als er rond 1800 voor Christus een Quote top 500 was geweest, hadden zij er beslist in gestaan. En dan hebben we Job, die was ook steenrijk. En een paar eeuwen later Salomo, die rijk was en dan wordt hij nog eens extra gezegend door God wordt hij nog rijker. Een kandidaat voor de eerste plaats op de lijst denk ik, koning Salomo. Die mocht ervaren dat Gods zegen heel concreet kan zijn. Je wordt gezegend met schapen en runderen, ezels en kamelen, met goud en kostbaarheden, of ook met een mooi huis, een goede baan, een prettig inkomen, een nieuwe auto. Nee, niet rijk-zijn op zich is het probleem in de Bijbel Wel: hoe ben ik rijk? Want wie veel gegeven is, heeft ook veel te verantwoorden. Wie vijf talenten kreeg toevertrouwd, om een beeld uit een andere gelijkenis van Jezus te gebruiken, die zal ook over vijf talenten bevraagd worden door onze Heer: wat heb jij ermee gedaan? Heb je Mij ermee gediend? Zag je je medemens ook staan? Heb je mijn minste broeders en zusters ermee gediend? Ook in ons Bijbelgedeelte is het niet het rijk-zijn op zich waar de apostel Paulus zijn pijlen op richt. Paulus spreekt in vers 9 niet over mensen die rijk zijn, maar wie rijk wil worden... En daarmee komt het misschien ook opeens heel dichtbij.
De echte rijken ja in zekere zin zijn wij in Nederland natuurlijk bijna allemaal rijk maar goed, de rijken van het blad Quote, daartoe rekenen wij ons niet, dan kunnen we bij wijze van spreken achterover leunen als daarover kritische woorden klinken. Maar hier gaat het over een veel langere lijst, waar denk ik miljoenen Nederlanders opstaan. Waar u, jij en ik ook zomaar op kunnen staan. De lijst van mensen die zo graag rijk willen zijn. En wat doen we niet allemaal voor... En wat laten we er niet allemaal voor... En wat beïnvloedt het de belangrijke keuzes in je leven, je studie, werk, je partner en ga maar door. En dan houdt Paulus, ja houdt de Bijbel, Gods Woord, ons vanmorgen een best confronterende spiegel voor. Luister maar wat de apostel schrijft in vers 9: Wie rijk wil worden, staat bloot aan verleiding, raakt in een valstrik en valt ten prooi aan dwaze en schadelijke begeerten die een mens in het verderf storten en ten onder doen gaan. Dat is nog al een zin Misschien denk je: nou Paulus, is het zo erg? Misschien moet je van binnen haast wat glimlachten bij al deze forse woorden Nou, toch even doorlezen, zou ik zeggen, en proberen te proeven waar het Paulus om gaat. Rijk willen worden..., als dat je drive is in het leven, openlijk of heimelijk, als je daarvoor gaat, je geld en je goed, je welvaart..., pas op wat je doet, zegt de apostel. Levensgevaarlijk is het... Want, en dan komt vers 10: De wortel van alle kwaad is geldzucht. Het verlangen naar geld, rijkdom, het is de wortel van alle kwaad. Dat beeld van de wortel moet je je dan dus even goed voorstellen. Een wortel waar een plant of boom uitgroeit, takken, bladeren, bloemen, vruchten, het komt allemaal voort uit de wortel en wordt daardoor gevoel. Zo is het nu ook met geldzucht en het kwaad, beweert Paulus. Zoals die takken en vruchten haast als vanzelf uit de wortel van een plant groeien, zo groeit het kwaad bijna als vanzelf uit dat verlangen naar geld en goed. Je kunt er op wachten Je kunt ook gewoon om je heen kijken, en dan zie het gebeuren, toch? Ik denk aan al het gedoe rond de dividendbelasting, of aan de ophef rond de buitensporige salarisverhogingen van managers die ook geen benul lijken te hebben van wat ze daarmee nou eigenlijk doen. En die dan ook nog aan de top staan van bedrijven waar van alles fout is gegaan en toegedekt en enorme schade is veroorzaakt, en de reden? Ja, al weer geldzucht Geldzucht als de wortel van alle kwaad, zegt Paulus, maar dan kijkt hij vanmorgen niet alleen de grote graaiers van de multinationals en de bankwereld aan. Hij kijkt ook ons aan. God kijkt ons in zijn Woord aan. In deze oogstdienst, deze dankdag voor gewas en arbeid die we vandaag hebben. En we willen danken voor welvaart en goede gaven die we ontvingen, maar hoe zit dat nou bij jou? Hoe is dat met jouw verlangen naar altijd meer, altijd beter, steeds rijker. Welke rol speelt het? Welke invloed heeft het op wie jij bent als mens? Als mens voor je medemens? Als mens voor God?
Ja zomaar zou het ook jou kunnen gebeuren, waarschuwt Paulus, dat de geldzucht een keten van daden en woorden in gang zet, die je steeds verder weg leiden van hoe God jou heeft bedoeld. Geldzucht als de wortel van alle kwaad Nog niet zo gek is het, ja al te waar is het helaas, wat Paulus hier schrijft. En zomaar gebeurt het je, het heeft iets sluipends. Ik heb mensen ontmoet die in een latere fase van hun leven terugkeken op hoe dat allemaal was gegaan. En ze dachten aan jongere jaren, toen ze 20 waren, 30 waren En net zo goed verlangden ze toen naar een goede baan met een beetje leuk salaris, een huis en een fijne partner, een gezin misschien; niks mis mee, dat hoort bij het leven, voor al die dingen ben je als mens ook voor bedoeld. Maar daar waren toch ook nog de idealen, de gedachte aan rechtvaardigheid die je belangrijk vond; hoe je om wilde gaan met mensen, met God ook; zijn Koninkrijk waarvoor jouw leven er toe doet En met verbijstering keken deze mensen terug. Waar dat allemaal gebleven was, hoe het met de jaren verwaterd was, op de achtergrond geraakt. Hoe kon dit nou toch gebeuren? Hoe heb ik het laten gebeuren? En ze herkenden heel concreet wat Paulus er nog achteraan zegt: Door zich daaraan over te geven, zijn sommigen van het geloof afgedwaald en hebben zichzelf veel leed berokkend. En hun rijkdom was hen niet tot zegen. De rijkdom heeft hen bedrogen. Nee dat moet ik anders zeggen: Niet de rijkdom was het probleem. Maar dat verlangen naar altijd meer en beter heeft hen bedrogen. Als een macht die hen helemaal te pakken kreeg en er leek geen weg terug meer Ja, hoe dan wel? Hoe kunnen we, ook vandaag in deze Oogstdienst, nou wel op een goede manier danken voor onze rijkdom, op goede manier daar ook mee omgaan. Ik wil u en jou vanuit ons Bijbelgedeelte vijf tips geven. Een handvol adviezen van de apostel Paulus, voor elke vinger één. Vijf tips: de eerste: Leer dat genoeg ook genoeg mag zijn. Paulus schrijft in vers 8: Wij hebben voedsel en kleren, laten we daar tevreden mee zijn. Daarmee laat Paulus ook iets zien van zijn eigen leven als rondtrekkend apostel met nauwelijks bezit, en nee dat is niet de Bijbelse richtlijnen voor alle mensen en alle omstandigheden. Het legt wel de vinger bij de pols: mag genoeg ook bij jou genoeg zijn? Laat je tevredenheid, je geluk niet bepalen door dat wat je nog weer extra moest bereiken of kopen, want daar zit het niet in. Ergens weten we dat ook wel, denk ik. Ga nou eens na bij je zelf: de gelukkigste momenten van je leven hebben vaak niets met geld en goed te maken. - maar gewoon op een vrije dag over het strand lopen en het zand en het water aan je voeten voelen. - die ontmoeting met je vriend of vriendin ergens op die bijzondere plek die helemaal niet duur of sjiek was - of gewoon zo n moment waarop je in je geloof iets ervaart van de goedheid van God die soms ineens als een lichtstraal over je leven valt, juist soms in omstandigheden die helemaal niet welvarend zijn, en toch, Hij was daar, je wist hem nabij En ja, daar kan een mens dan genoeg aan hebben. Genoeg mag echt genoeg zijn.
Tip nummer 2: bedenk dan ook dat je een mens van God bent. De apostel roept het ons toe in vers 11: Maar jij, een dienaar van God, moet je hier verre van houden. Jij, een dienaar van God: mens van God, staat er letterlijk. Dat betekent: jouw leven is met God verbonden. Door je Doop, door het geloof, door Jezus, je bent gelinkt aan Hem. Dat zet jouw leven in een kader, in een perspectief. Dat geeft ook je levensopdracht aan, mens van God, ja dan ook dienaar van God ben je, geroepen Hem te dienen, heel concreet proberen te leven zoals Hij wil. Ook met jouw geld en jouw goed dus... wat wil God daarmee? En dan ben ik al bij tip nummer 3. We lezen gewoon verder in vers 11: Streef naar rechtvaardigheid, vroomheid, geloof, liefde, volharding en zachtmoedigheid, staat daar. Juist een dankdienst voor Gods goede gaven is een wake-up call om te gaan voor een wereld zoals God die wil. Om je leven met alles wat je kreeg te verbinden met dat Koninkrijk van Jezus dat aan het komen in onze wereld. Dat voorgoed aanbreekt als Hij terugkomt, maar nu al groeien de vruchten, nu al ontstaan de bouwstenen die er een plek zullen hebben. Ze groeien, ze ontstaan in uw en jouw en mijn leven. Bijvoorbeeld door hoe wij omgaan met ons geld en goed. Als woorden als rechtvaardigheid en liefde leidend voor ons mogen zijn. En dan tip nummer 4: Je mag er voluit van genieten. Ja, dat zegt de Bijbel dus ook. Dat zegt Paulus ook in ons gedeelte. In vers 17 heeft hij het over God die ons rijkelijk van alles voorziet om ervan te genieten. Het staat er heel krachtig, en dat na al die waarschuwende woorden. En het lijkt wel of onze oudere Bijbelvertalingen dit daarom niet aandurfden, we mogen de dingen gebruiken, vertaalden ze heel voorzichtig. Maar dat staat er niet. God wil ook dat wij van zijn gaven genieten. Ook van de materiële dingen, van het geld dat je besteden kunt en van de spullen die je kopen kunt. En in een oogstdienst en elke dat van je leven mag je ook echt danken voor wat je ontving, en mag er ook echt van genieten. Het wrange is dan denk ik dat juist mensen die altijd maar rijker willen worden, dat niet kunnen. Want ze hebben het veel te druk met geld verdienen om te kunnen genieten. Maar God ziet graag blijde mensen die genieten van het goede dat Hij hen schonk De vijfde en laatste tip, en dan is hand vol: weet te delen. Lees maar wat Paulus zegt in vers 18 over de rijken in de gemeente waar zijn jonge medewerker Timoteüs werkte: Draag hun op om goed te doen, rijk te zijn aan goede daden, vrijgevig en bereid om te delen. Het staat direct na dat zinnetje over genieten Het hoort dus bij elkaar. Mijn geluk en het geluk van mijn naaste hangen samen. God vraagt niet van mij dat ik mij vanwege het ongelukkige lot van mijn medemens nooit meer gelukkig kan voelen. Daar help ik mijn naaste niet mee. Geniet van wat je gekregen hebt èn laat een ander meegenieten.
Dat is de Bijbelse levensstijl. En een oogstdienst vieren, dankdag houden, is ook: dat weer voor ogen houden. Om het dan ook te doen. In het leven van alledag. Amen