Gemeente van Jezus Christus. 1. Hoe durven jullie hier vanmorgen te verschijnen?

Transcriptie

1 Dienstnummer: 1305 zondag: 8 e zondag na Epifanie datum: plaats: De Bron, Assen Schriftlezingen (onderstreept = hoofdlezing): Jeremia 7:1-15; Lucas 6:39-49 liederen: ps 31:1,4,5; ps 92:1,2; Lb 177:1,2,3; Lb 313:3,4; Lb 992; Zingende gezegend 215:1,2,4 eventuele bijzonderheden: Gemeente van Jezus Christus 1. Hoe durven jullie hier vanmorgen te verschijnen? Hoe durven jullie hier naartoe te komen en hier, in deze kerk, dit gebouw waar de naam van Jezus Christus aan verbonden is-, hoe durven jullie hier naar binnen te gaan? Hoe durven jullie, met je vuile handen waar het onrecht aan kleeft, met je boze hart waar alleen maar kwaad uit voortkomt? Hoe durven jullie hier in dit huis van de Heer te komen terwijl jullie zondigen tegen alle wetten en regels van die Heer, terwijl jullie met alles wat jullie doen precies het omgekeerde doen van wat die Heer bedoelt? Denken jullie soms dat het hier een rovershol is? Dat jullie hier op zondag mooi met je uitgestreken gezichten op de stoelen kunnen gaan zitten en mooi jullie liedjes zingen, terwijl jullie doordeweeks blind zijn voor je naaste, de zwaksten in de samenleving voorbijkijken en alleen maar oog hebben voor alles wat God verboden heeft? Denken jullie soms dat het hier allemaal niet uitmaakt, dat je hier niks kan gebeuren? Hoe durven jullie hier vanmorgen te verschijnen...? Stel je eens voor dat toen u vanmorgen de kerk wilde ingaan-, dat er toen iemand bij de deur had gestaan die allemaal zulke dingen tegen u gezegd zou hebben Hoe zou u zich voelen als u zo was begroet? Zou u zich aangesproken voelen...?

2 2 2. Ja, Jeremia want van hém komen die woorden, híj is het die bij de deur staat, bij de ingang van de tempel in Jeruzalem, Jeremia is nogal van het planken zagen van dik hout. Dat lijkt nog wel even verder te gaan dan een splinter of balk in je oog. Jullie roepen het wel mooi: de tempel van de Heer, de tempel van de Heer, de tempel van de Heer is dit, om daar voor God te verschijnen, om daar de liturgie, het feest van Gods heil, te vieren en je dienst aan God te doen. Maar zo mooi is het niet. Er kleeft bloed aan jullie handen want voor de vreemdelingen en de wezen en de weduwen is het bij jullie bepaald géén feest; en God en zijn geboden dienen jullie nou ook niet bepaald; integendeel, jullie dienen ándere goden en jullie houden je niet aan de Tien Woorden die God jullie gegeven heeft. Maar, zo lopen jullie je onheil tegemoet, zo is er voor jullie geen toekomst in dit land; op deze 'plaats' staat er letterlijk, deze 'makoom', dus: dan is er hier geen plaats voor jullie, dan wordt dit nooit een 'mokum' voor jullie, nooit een aarde die goed is, een wereld zoals God die bedoelt. Want dat, dat kan het alleen maar worden als jullie je leven beteren, als jullie recht doen aan elkaar en aan de zwaksten en aan God zelf. En zolang jullie blijven zeggen:

3 3 dit is de tempel van de Heer, zolang jullie je hier in deze tempel, deze kerk, veilig wanen en denken dat er niks kan gebeuren, nou, ga dan maar eens in Silo kijken. Daar stond vroeger Gods heiligdom. Maar kijk maar eens wat dáármee gebeurd is vanwege al die wandaden van mijn volk: het is vernietigd. Ga maar eens kijken op al die plaatsen waar vroeger heiligdommen, kerken, stonden, maar waar die nu niet meer bestaan omdat de mensen dachten dat het wel goed was, dat het er niet zo serieus op aankwam, dat je handel en je wandel niet zo belangrijk waren, dat je wel vroom elke zondag in de kerk kon zitten zonder dat daar in de samenleving iets van te merken was, zonder dat je christelijke politiek ook écht christelijk was Vind je het gek dat er zoveel 'heiligdommen' verdwenen zijn? Kijk je er echt van op dat Gods gemeente in dit land nog maar zo weinig toekomst heeft en er nog maar zo weinig plaats lijkt te zijn voor de kerk? 3. a. Ja, Jeremia is nogal extreem. Maar, zo belangrijk, zo fundamenteel is het blijkbaar dat je woorden en je daden één zijn; dat je niet alleen zégt: dit is een heilige plaats, hier eren en dienen wij God, maar dat je dat er ook heel concreet van máákt, doordat ook de ménsen je heilig zijn -vooral de zwaksten-; doordat je ook zelf probeert een heilige levenswandel te gaan; doordat je je niet overgeeft aan al die machten die in onze wereld een bijna goddelijke status hebben

4 4 -zoals bijvoorbeeld de economie, dus worden er miljoenen uitgegeven voor de KLM maar blijft het moeilijk om geld voor de zorg vrij te spelen, durven we geen CO 2 -belasting aan de grote vervuilers op te leggen maar gaat onze energierekening wél flink omhoog-, dat je het dus concreet maakt doordat je je niet overgeeft aan zulke goddelijke machten en allerlei heren dient, maar alleen vertrouwt op Gód de Heer en alleen Hém dient. b. Zo belangrijk, zo fundamenteel is het blijkbaar dat je niet alleen belíjdt, niet alleen zégt: Jezus is Heer, maar dat je dat ook concreet maakt, dat dat ook wáár wordt in je levenswandel, dat je ook dóet wat je belijdt en zegt. Zo belangrijk is dat blijkbaar, want het is het fundamentele verschil tussen of het huis van je geloof en je leven overeind blijft in een crisis, òf dat het meteen bij het eerste het beste onheil in elkaar stort en er alleen nog maar een bouwval, een puinhoop overblijft. 4. a. Waar is het gebouw van úw geloof op gebouwd, wat voor basis heeft het huis van jóuw leven? God is mijn rots, zul je misschien zeggen; Jézus is de vaste rots van mijn behoud, zult u misschien zingen. Dat is mooi, maar dan roep je alleen nog maar Heer, Heer tegen Jezus. Maar het gaat er juist om dat je de woorden van Jezus hoort én doet; woord en daad zullen één zijn, daar moet geen onderscheid in zijn, horen is altijd gehoor-zamen. Alleen dát is een rotsvast fundament.

5 5 b. Daar moet je wél dieper voor willen graven, zo maakt Jezus duidelijk met die gelijkenis van die twee huizenbouwers. Daar moet je wél dieper voor willen graven dan de oppervlakkigheid van snel en makkelijk even je levenshuis optrekken waarin je alleen maar bezig bent met de leuke dingen van het leven; dieper graven ook dan de oppervlakkigheid van een flitsende kerk of een simpel geloof, van een niet zo diepgaande eredienst met alleen maar leuke liedjes en een makkelijke preek en waarin je alleen maar gepamperd wordt in je eigen religieuze gevoelens. Diep graven, dat is in het Jodendom een beeld voor grondig studie van de torah, van goed en aandachtig luisteren naar de woorden van God, van telkens weer nieuwe vragen durven stellen en niet tevreden zijn met het eerste het beste antwoord. Dán kom je blijkbaar uit bij een stevig fundament, dán ga je die woorden van de torah en van Jezus blijkbaar ook dóen. En dan waai je dus ook niet meteen om bij de eerste de beste crisis; dan wordt onze kerk en onze gemeente ook niet meteen een puinhoop als het water ons aan de lippen staat. c. Het is dus een fundamenteel verschil: of je alleen maar naar de kerk komt omdat je dat wel een veilig en lekker gevoel geeft, omdat de muziek en de liederen zo mooi zijn, omdat de verhalen uit de Bijbel en de woorden van Jezus zo interessant zijn en de dominee het zo mooi kan vertellen (of niet natuurlijk), omdat we het hier zo gezellig en leuk hebben met elkaar;

6 6 óf, dat je naar de kerk komt omdat je dieper wil graven dan in onze oppervlakkige samenleving meestal gebeurt, omdat je je leven wil beteren en rechtvaardig wilt handelen, omdat je gelooft dat het hier gaat om 'wonen in het land', om Gods goede aarde, om zijn Koninkrijk; omdat je -met de woorden uit Lucas-, omdat je je als leerling alles eigen wil maken van je leermeester Jezus, omdat je niet langer blind wil zijn vooral voor de balk in je eigen oog maar visie wil krijgen om de ander te leiden en te helpen, omdat je je leven vruchtbaar wil laten zijn met goede vruchten; kortom, of je naar de kerk komt om Jezus' woorden te horen én te doen, omdat je er heilig van overtuigd bent dat ons levenshuis en ons geloofshuis alleen dán overeind kan blijven staan. 5. Durf ík hier daarom vanmorgen te verschijnen...? Nou, mijn fundament is ook niet zo stevig, ik hóór de woorden van Jezus wel maar of ik ze ook dóe Maar, juist dáárom wil ik door de poort van deze tempel, deze kerk naar binnengaan. Want hier komt dat woord van Jezus tot klinken, hier graven we dieper met elkaar, hier proberen we ons leven te beteren, hier wordt die vraag telkens weer gesteld: Wat vraagt de Heer nog meer van ons dan dat wij recht doen en trouw zijn en wandelen op zijn weg? 1 En hier zingen we het ook, als bemoediging en inspiratie: Het is de Géést die ons beweegt dat wij Gods wil doen en omzien 1 Liedboek, Zingen en bidden in huis en kerk, lied 992: 1, te zingen na de preek

7 7 naar alles wat er leeft. 2 Daarom: zalig zij die het Woord van God horen, het bewaren in hun hart én het ook dóen. AMEN. 2 idem, vers 4