Eind- en toetstermen. Blusgassystemen 2

Vergelijkbare documenten
VEBON. VEBON-NOVB Eind- en toetstermen Projecteringsdeskundige Brandmeldsinstallaties

VEBON. VEBON-NOVB Eind- en toetstermen Onderhoudsdeskundige Brandmeldinstallaties

Eind- en toetstermen BMI

ROOKBEHEERSINGSSYSTEMEN

VEBON Eind- en Toetstermen Ontwerpdeskundige Rookbeheersingssystemen VEBON

VEBON. VEBON-NOVB Eind- en toetstermen Deskundige Brandmeldtechniek

Eind- en toetstermen PD OAI

Eind- en toetstermen Brandpreventie Deskundige I

Bijlage A. Programma van Eisen (PvE)

Programma van Eisen Brandmeldinstallaties (BMI) Volgens NEN 2535:2017

Eind- en toetstermen Brandpreventie Deskundige II

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie conform NEN C1-2010

PROGRAMMA VAN EISEN BRANDMELDINSTALLATIE

Programma van Eisen (PvE) branddetectie

Rapport van Onderhoud

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie Conform NEN 2535:2009 en correctie C1:2010

Rapport van Onderhoud

Eind- en toetstermen sprinkler 1. Aankomend sprinklertechnicus 2. Sprinklertechnicus

Alle storingen die niet kunnen worden opgeheven, moeten direct worden gemeld aan de onderhouder. telefoonnummer

PROGRAMMA VAN EISEN BEM ZK Behorend bij de installatie: Ouderenzorg Anders Van Glymesstraat LM Steenbergen

Al-Beveiliging Service B.V. Buitenhaven 7a 5211 TP s-hertogenbosch Telefoon : info@al-beveiliging.nl. Logboek Brandmeldsysteem

Programma van Eisen (PvE) Brandmeldinstallatie conform NEN 2535

Programma van Eisen. Het Programma van Eisen is onderverdeeld in een drietal blokken, te weten: 1. Gegevens 2. Eisen 3.

Programma van Eisen. Brandmeldinstallatie (conform NEN2535:2009 bijlage A) Ontruimingsinstallatie (conform NEN2575:2012 bijlage A)

Introductie NPR 5313 Computerruimtes en datacenters -

Art 3.64 / / Verkeersruimte wordt verkeersroute Een verkeersruimte mag volgens het bouwbesluit niet door een verblijfsgebied lopen. Pag

Rapport van onderhoud brandmeld- en ontruimingsinstallatie

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie

Logboek. Alle storingen die niet kunnen worden opgeheven moeten direct worden gemeld aan het branddetectiebedrijf / onderhouder.

A.3 Model PvE BEM

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie Conform NEN 2535:2009 en correctie C1:2010

Programma van Eisen. Brandmeld- en Ontruimingsalarminstallatie Gezondheidszorgcomplex te Schagen

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie

Programma van Eisen. Handleiding

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie

PROGRAMMA VAN EISEN BRANDMELDINSTALLATIE

Inhoud Beheer Brandmeldinstallaties Hardware Brandmeldinstallatie 3 Beheerdersfunctie

Brandmeldinstallaties

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie

Brandveiligheid volgens plan

Programma van Eisen HANDLEIDING

Rapport van Oplevering

PROGRAMMA VAN EISEN BMI & AOI

BLUSCENTRALE TYPE BMC 8010

Programma van Eisen (PvE)

Rapport van Onderhoud

RAPPORT VAN ONDERHOUD. Brandmeldsystemen

Rapport van Oplevering CCV Inspectieschema s, zoals genoemd in het Bouwbesluit 2012

Installatiedeskundige Brandmeldinstallaties (3 daagse opleiding)

Programma van Eisen. Programma van eisen nr. 1165MA10-PvE01. Logiesfunctie. Amsterdamsestraatweg MA Halfweg

PROGRAMMA VAN EISEN. Kreekweg AZ Vlaardingen, Postbus AG Vlaardingen

Programma van Eisen. (Conform NEN2575:2004 met wijzigingsplan NEN2575:2004/C1:2006) : 20 mei 2011

PROGRAMMA VAN EISEN BRANDMELD-/ONTRUIMINGSALARMINSTALLATIE NIEUWBOUW BEDRIJFSPAND ROMAR VOSS BV ROGGEL

Rapport van Onderhoud Brandmeld- & Ontruiminginstallatie

Programma van Eisen Brandmeldinstallaties

Eindtermen Adviseur in de beveiliging (ABV)

Programma van Eisen Brandmeld- en Ontruimingsalarminstallatie

PROGRAMMA VAN EISEN BRANDMELDINSTALLATIE (NEN2535) ONTRUIMINGSALARMINSTALLATIE (NEN2575)

De procesruimtes zijn beschouwd als industriefunctie. De kantoren zijn beschouwd als kantoorfunctie.

Brandmeldsystemen. De hoogwaardige techniek die wij toepassen is voor ons als een stille kracht.

Programma van Eisen brandmeldinstallatie

WAAR BLIJFT HET ONDERHOUDSPLAN?

Rookbeheersing. Rookbeheersingsystemen regelgeving en randvoorwaarden. Ronald Driessens. rookbeheersingsdeskundige

RAPPORT VAN OPLEVERING BRANDMELDINSTALLATIES BR

Enquête Onderhoud brandmeldinstallaties Vereniging van BeveiligingsOndernemingen in Nederland

Naam: Adres: Hoog. Midden. Laag n.v.t. Adres: Newtonstraat 1. Telefoon: Brandweer. Verzekeraar. Eigenaar / Gebruiker

Logboek Brandmeldinstallatie

Prog ramma van Eiser IIIWlm~~~~!!~~~l~~""p"".,;,

Beheerder Brandmeldinstallaties Opgeleid Persoon (OP)

Aanvraagformulier tentvergunning

Programma van Eisen (PvE) Brandmeld- en ontruimingsalarminstallatie van het Gastenhuis te Leusden

Naam: Adres: Relatienummer: Hoog. Midden. Laag. Voorgaande: Huidige: Soort: Adres: Adres: Telefoon: Naam Opgeleid Persoon: Brandweer.

Programma van Eisen. Documentnr.: UPD-T7485 pve 0.1 Brandmeld- en ontruimingsalarminstallaties versie 2015a1. - Concept -

Nee, deze dient autonoom te zijn, de reden hiervoor is het voorkomen van storende invoelden door andere installaties.

Van de brandmeldinstallatie weet u het volgende: De installatie is voorgeschreven door de brandweer.

Soetendaalseweg 68 70, Rotterdam. Programma van Eisen. Brandmeldinstallatie

Rapport van Oplevering

Sjaak Taal. Omgevingsvergunning. Gecertificeerde BMI/OAI (BIO) Inspectiecertificaat

Hi-Safe Systems BV. Brandveiligheid of schijnveiligheid; weet wat je wilt beveiligen en hoe dit te realiseren? Kees Huijgens MIFireE

Rapport van Oplevering

-Initiële inspectie- + -Vervolginspectie- -Bouwkundige voorzieningen-

PROGRAMMA VAN EISEN ONTRUIMINGSALARMINSTALLATIE LUIDALARM TYPE B

Programma van Eisen. Documentnummer: Datum opmaak: PvE-opsteller. Inspectiefrequentie: Bouwwerk:

BEDIENINGSINSTRUCTIE BLUSCENTRALE TYPE 8010

Enquête Onderhoud brandmeldinstallaties 2008

Bijlage 3 Gebruikseisen voor bouwwerken. Bijlage behorende bij artikel 6.2.1, eerste lid

Praktijkvraagstukken Brandmeldinstallatie & Ontruimingsalarminstallatie

RAPPORT VAN OPLEVERING BRANDMELDINSTALLATIES BR

PRODUKTINFORMATIE. BRANDMELDCENTRALE essertronic 8000C esserbus-plus

Logboek ontruimingsinstallatie

BRANDMELDCENTRALE TYPE BMC 80

Handreiking installeren BMI

Programma van Eisen Brandmeld- en Ontruimingsinstallatie NEN2535+C1:2010 // NEN2575

Beheer en onderhoud RWA installatie parkeergarage

Brandbeveiliging op maat werk voor dé specialist. 22 MAART 2007 sinds 1927

FAQ Brandveiligheid NEN 2535

-Initiële inspectie- + -Vervolginspectie- .-Organisatorische maatregelen-

Nederlandse norm. (nl) NEN Beheer, controle en onderhoud van brandbeveiligingsinstallaties - Deel 1: Brandmeldinstallaties

Logboek Brandmeldinstallatie

Transcriptie:

Eind- en toetstermen Blusgassystemen 2 CertoPlan B.V. Postbus 510 3430 AM NIEUWEGEIN Nevelgaarde 50 3436 ZZ NIEUWEGEIN Telefoon (0)88 998 30 30 Website www.certoplan.nl Mail examens@certoplan.nl CertoPlan januari 2016 1 / 6

EINDTERMEN BLUSGASSYSTEMEN 2 De kandidaat dient: A. Algemeen op grond van gebleken theoretische en praktische kennis van brand, brandbeveiliging, technische uitvoering en voorschriften betrekking hebbend op automatische blusgasinstallaties, in staat te worden geacht tot het zelfstandig overeenkomstig de voorschriften ontwerpen van een automatische blusgasinstallatie. B. Brandveiligheid uitgebreide kennis te hebben van het verschijnsel brand, brandoorzaken, brandgedrag van vaste stoffen, vloeistoffen en gassen, branduitbreiding en rookverspreiding. Voorts van de brandrisicobeoordeling en de in relatie hiermee te nemen maatregelen. C. Techniek uitgebreide kennis te hebben van de hedendaagse techniek op het gebied van blusgassystemen en apparatuur en de toepassing hiervan, tevens kennis te hebben van de eigenschappen van blusgassen en het bepalen van het brandrisico in relatie tot het blusgasconcentraat. D. Projectie uitgebreide kennis te hebben van de projectering van brandmeldsystemen in verschillende soorten gebouwen, overeenkomstig geldende nationale en Europese normen en voorschriften. E. Bouwkundig kennis te hebben van de bouwkunde in relatie tot brandveiligheid en de samenhang tussen structuur, vorm en bouwkundige uitvoering van een gebouw en de in een gebouw aan te brengen passieve en actieve brandveiligheidsvoorzieningen. F. Brandbeveiligingsinstallaties kennis te hebben van de verschillende passieve en actieve brandveiligheidsvoorzieningen en de eventuele aansturing van dit soort voorzieningen door de blusgasinstallatie. G. Normering en regelgeving kennis te hebben van de normering op het gebied van de brandveiligheid, zowel nationaal (NEN) als internationaal (CEN). Voorts van de regels die overheid en verzekeraars stellen op het gebied van de brandveiligheid. H. Uitvoering kennis te hebben van de procedures van de inbedrijfstelling. I. Onderhoud kennis te hebben van het noodzakelijke onderhoud en in een onderhoudsschema vast te kunnen leggen welk onderhoud dient te worden uitgevoerd. CertoPlan januari 2016 2 / 6

TOETSTERMEN BLUSGASSYSTEMEN 2 Achter de toetsterm is tussen haakjes aangegeven op welke eindtermen de betreffende toetsterm betrekking heeft alsmede het niveau waarop gevraagd kan worden. (K= kennis, I = inzicht en T = toepassing) De kandidaat: A. Algemeen A.1 dient basiskennis te hebben van de grondbeginselen van brand, branduitbreiding, alsmede de beveiliging daartegen. (T) A.2 kan een PvE lezen en interpreteren. (T) A.3 kan een installatieplattegrond lezen en interpreteren. (T) A.4 kan een projectie maken op een installatieplattegrond. (T) A.5 kan een blokschema maken. (T) A.6 kan een functiematrix maken. (T) B. Brandveiligheid B.1 kent de factoren van de verbrandingsvijfhoek en hun rol bij het verbrandingsproces. (K) B.2 kan de verdeling in perioden met hun kenmerken van het verbrandingsproces verklaren. (K) B.3 weet wat vuurbelasting is en wat verbrandingswaarde inhoudt. (K) B.4 kan de genormeerde brandklassen en de relatie tussen brandstoffen en blusstoffen benoemen (deelbegrippen: vaste stoffen, vloeistoffen, gassen, brandklassen A, B, C, D, F). (K) B.5 kan de werking en toepassing van blusstoffen verklaren. (I) B.6 kent brandverloop en uitbreiding (deelbegrippen: straling, convectie, geleiding, beginperiode, ontwikkelingsperiode, brandperiode, doofperiode). (K) B.7 Explosie (deelbegrippen: explosiegrenzen, gasexplosie, stofexplosie). (K) B.8 Bijzondere omstandigheden (deelbegrippen: verhoogde luchtdruk, verhoogd zuurstofgehalte, vernevelde brandbare vloeistof, stofwolk). (K) C. Techniek C.1 heeft uitgebreide kennis van de functie, toepassing en werking van: (T) het blussen van een brand (deelbegrippen: wegnemen zijden branddriehoek of vijfhoek, beschikbare blusstoffen); de blusstof water (deelbegrippen: blussende werking, verneveling, oppervlaktespanning, effect op brandbare vloeistoffen, gevaarlijke reacties); de blusstof schuim (deelbegrippen: blussende werking, schuim afbrekende eigenschappen, afbrandsnelheid, AFFF, chemisch schuim voor vetbrand ); de blusstof poeder (deelbegrippen: blussende werking; soorten poeders, nadelen poeder); de blusstof blusgas (deelbegrippen: inerte blusgassen, chemische blusgassen, CO 2 ); de toepassing van de verschillende blusstoffen bij de verschillende brandklassen (deelbegrippen: inerte blusgassen, chemische blusgassen, CO 2 ). C.2 dient kennis te hebben van blusgasbeveiligingen. De examenkandidaat is in staat de volgende begrippen te noemen en te omschrijven: (K) de toepasbaarheid van blusgasbeveiligingen (deelbegrippen: blusgasinstallatie, brandmeldinstallatie, bouwkundige aspecten, organisatorische aspecten, ruimtebeveiliging, objectbeveiliging, normen); de typen blusgassen (deelbegrippen: soorten inerte gassen, soorten chemische gassen, CO 2, samenstelling en opbouw typenummer, werkingsprincipe, eigenschappen, gevaaraspecten, blusconcentratie, veiligheidsfactor); CertoPlan januari 2016 3 / 6

de dichtheid van blusgassen (deelbegrippen: dichtheid ten opzichte van lucht, lekkage, gasvormig, vloeistof); de veiligheidsgrenzen van blusgasconcentraties (deelbegrippen: NOAEL, LOAEL, ALC, LC 50 waarde); een berekening van de verschillende blusgassen en de blusgasconcentratie; kan grafieken van werkdrukken / temperatuur bepalen en interpreteren; Het begrijpen en interpreteren van luchtdoorlatendheidsonderzoeken. D. Projectie D.1 dient gedegen kennis te hebben van de opbouw van blusgasinstallaties. De examenkandidaat is in staat de volgende begrippen te noemen en te omschrijven: de blusgascilinders (deelbegrippen: PED, TPED, pilotcilinders, keuringstermijn, vervoer onder druk, stijgbuis, klasse manometer, inhoudsbewaking, inhoudsmeting, druk, gewicht, vloeistofniveau, toelaatbare afwijking); opstelling blusgascilinders (deelbegrippen: regelgeving, weersinvloeden, temperatuur, brandgevaar, bereikbaarheid, mechanische bescherming, afstand tot beveiliging, etikettering, ventilatie); blusgasleidingwerk (deelbegrippen: werkdruk, leidingen, verbindingen, bevestiging, corrosie, dimensionering, reiniging, beproeving); appendages (deelbegrippen: flexibele slangen, overdrukveiligheid, terugslagkleppen, cilinderafsluiters, activeringsmethoden, restrictor, afblaasbevestiging, sectieafsluiter, nozzle, dirt trap); kan een berekening maken van het aantal cilinders met de bijbehorende veiligheidsgrenzen; kan onder- en overdruk voorzieningen bepalen en interpreteren; kan leidingwerk van een blusgasinstallatie ontwerpen met de bijbehorende hydraulische berekeningen. D.2 dient gedegen kennis te hebben van brandmeldinstallaties ten behoeve van blusgasbeveiligingen. De examenkandidaat is in staat de volgende begrippen te noemen en te omschrijven: (K) opbouw brandmeldinstallatie (deelbegrippen: handbediening, vertragingsknop, brandmeldcentrale, bluscommandocentrale, energievoorziening, sturingen, typen automatische brandmelders, aspiratiesystemen, hooggevoelige melders); systeem- en kwaliteitseisen brandmeldinstallatie (deelbegrippen: prestatie-eisen, brandgrootte, ongewenste meldingen, onechte meldingen, systeembeschikbaarheid, tweegroepsafhankelijkheid, tweemelderafhankelijkheid, alarmtussengeheugen, alarmintegrerende melder, multi-sensor melder); veiligheidsvoorzieningen voor blusgasinstallaties (deelbegrippen: akoestische alarm, optisch alarm, tijdvertraging, hand/automatisch schakelaar, blokkeerschakelaar, blokkeerinrichting, blusvertragingsknop); bewakingsomvang brandmeldinstallatie (deelbegrippen: ruimtebewaking, objectbewaking, brandweerpaneel, nevenpaneel, toegang terrein); functiebehoud brandmeldinstallatie (deelbegrippen: methoden voor verkrijging functiebehoud, functiebehoudende kabel, bevestiging functiebehoudende kabel, NPR 2576, lijnbewaking). CertoPlan januari 2016 4 / 6

E. Bouwkundig E.1 heeft kennis van bouwkundige aspecten ten aanzien van blusgasbeveiligingen. De examenkandidaat is in staat de volgende begrippen te noemen en te omschrijven: brandwerendheid ruimte (deelbegrippen: WBDBO, regelgeving); overdrukvoorzieningen (deelbegrippen: overdruk en onderdruk door blussing, sterkte gebouwconstructie, netto/bruto doorlaat, aansturing overdrukvoorziening, locatie overdrukvoorziening, berekeningsmethoden); ruimtedichtheid (deelbegrippen: doorfan-test, standtijd, hoogte van het te beveiligen risico, recirculatie, bouwkundige wijzigingen). E.2 kan preventieve brandveiligheidsmaatregelen beoordelen. (T) E.3 kan organisatorische maatregelen beoordelen. (T) E.4 kan bouwkundige voorzieningen beoordelen. (T) E.5 kan installatietechnische voorzieningen bepalen. (T) F. Brandbeveiligingsinstallaties F.1 heeft kennis van onderstaande brandbeveiligingsvoorzieningen en weet hoe hij deze moet aansturen: (K) ontruimingsalarminstallatie; brandblusinstallatie (brandslanghaspels); sprinklerinstallatie; gasblusinstallaties; lichtschuiminstallatie; waternevelinstallatie; voorzieningen voor rook- en brandwerende scheidingen; luchtbehandelings- en ventilatie-installatie; rook- en warmte afvoerinstallatie (RWA); overdrukinstallatie; liftinstallatie; ontgrendelen brandweeringang; rolluiken; flitslichten; doormelding (brandalarm en storing). G. Normering en regelgeving G.1 heeft kennis van de onderwerpen welke van toepassing zijn op de brandveiligheid in: (K) de Woningwet; Brandweerwet; Bouwbesluit; Bouwverordening; Arbo-wet; Wet milieubeheer; NEN-EN 15004. G.2 dient kennis te hebben van veiligheid, Arbo- en milieuaspecten ten aanzien van blusgasbeveiligingen. De examenkandidaat is in staat de volgende begrippen te noemen en te omschrijven: het werken met en vervoer van blusgascilinders (deelbegrippen: vervoer, hulpmiddelen, afschermkappen, regelgeving, gevaarlijke spanning); milieuaspecten (deelbegrippen: ODP, GWP, ALT, klimaatverandering, Kyoto-protocol, Protocol van Montreal). CertoPlan januari 2016 5 / 6

H. Uitvoering H.1 dient gedegen kennis te hebben van beheer en onderhoud ten aanzien van blusgasbeveiligingen. De examenkandidaat is in staat de volgende begrippen te noemen en te omschrijven: (K) de taken van de beheerder (deelbegrippen: regelgeving, beheerder, logboek, periodieke tests); de taken van de onderhouder (deelbegrippen: nominale staat, onderhoudsdeskundige). H.2 kent de eisen voor inbedrijfstelling. (K) H.3 kent de eisen voor oplevering en beproeving en deze uitvoeren. (K) I. Onderhoud I.1 kent de definitie onderhoud kan de elementaire soorten onderhoud verklaren. (K) I.2 kent de definitie nominale staat. (K) I.3 weet welke noodzakelijke documenten bij oplevering dienen te worden overgedragen. (K) I.4 kan een onderhoudsschema voor periodieke controle en preventief onderhoud opstellen. (T) CertoPlan januari 2016 6 / 6