Vragen en antwoorden toeristenbelasting en watertoeristenbelasting Algemeen 1. Wat is toeristenbelasting en watertoeristenbelasting en wat zijn de verschillen? Toeristenbelasting wordt in Leeuwarden geheven voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente; tegen een vergoeding in welke vorm dan ook; door personen die niet binnen de gemeente zijn ingeschreven. Watertoeristenbelasting wordt in Leeuwarden geheven voor het houden van verblijf op vaartuigen die aanwezig zijn in wateren binnen de gemeente; tegen een vergoeding in welke vorm dan ook; door personen die niet binnen de gemeente zijn ingeschreven. Belangrijkste verschil is dus dat de toeristenbelasting gekoppeld is aan een overnachting, terwijl het voor de watertoeristenbelasting voldoende is dat er een verblijf op een vaartuig plaatsvindt. 2. Wat is houden van verblijf? Iedereen die niet in de gemeente Leeuwarden is ingeschreven en wel enigszins duurzaam in de gemeente verblijft (en voor dat verblijf betaalt) moet is principe toeristenbelasting en watertoeristenbelasting betalen. Door de ruime wettelijke omschrijving is geen beperking af te leiden over de duur of het doel van het verblijf. Het begrip verblijf houden veronderstelt slechts een verblijf van enige duur. Toeristenbelasting en watertoeristenbelasting zijn dus beide verblijfsbelastingen, overigens zonder de vereiste dat het verblijf voor toeristische doeleinden plaatsvindt. Bij de land -toeristenbelasting is bijna altijd sprake van plaatsgebondenheid. Daarom wordt aangesloten bij een overnachting op die plaats. Bij de watertoeristenbelasting staat het houden van verblijf van personen op vaartuigen centraal. 3. Wat wordt verstaan onder een vergoeding in welke vorm dan ook. De woorden 'tegen vergoeding' voorkomen dat bijvoorbeeld het logeren bij familie of bekenden in de heffing moet worden betrokken. De woorden in welke vorm dan ook worden opgenomen om de gevallen waarin de vergoeding bijvoorbeeld in natura wordt gedaan of een woningruil met gesloten beurzen wordt overeengekomen, ook in de heffing te kunnen betrekken. Andere voorbeelden zijn: een parkbijdrage, servicekosten of de huurprijs van een lig- of standplaats. 4. Wat is het tarief en welke vrijstellingen zijn er? Voor de toeristenbelasting is het tarief 1 per persoon per overnachting. Voor de watertoeristenbelasting is het tarief 1 per etmaal of deel van een etmaal. Onder een etmaal
wordt in dit verband een aaneengesloten tijdvak van 24 uren verstaan. Kinderen jonger dan vijf jaar zijn vrijgesteld. 5. Per 25 mei 2018 is de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) van toepassing. De gemeente vraagt aan ondernemers het verblijven te registeren en daarnaast de naam en woonplaats van de gasten. Past deze systematiek van de gemeente binnen de regels van de AVG? Inhoudelijk is er op dit punt geen verschil tussen de huidige Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) en de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) die vanaf 25 mei 2018 gaat gelden. In artikel 8 van de Wbp staat dat persoonsgegevens slechts mogen worden verwerkt als de gegevensverwerking noodzakelijk is om aan een wettelijke verplichting te voldoen. In artikel 6 van de AVG staat dat de verwerking alleen rechtmatig is als dit noodzakelijk is om te voldoen aan een wettelijke verplichting. Dus in beide gevallen blijkt dat het opvragen van persoonsgegevens, zoals naam en woonplaats, toegestaan is als de belastingplichtige aan een wettelijke verplichting moet voldoen. Deze verplichting is in de gemeente Leeuwarden vastgelegd in de verordeningen voor de toeristenbelasting en watertoeristenbelasting. Toeristenbelasting 6. Ik verhuur een kavel aan iemand die daar zijn eigen chalet/stacaravan op heeft staan. U moet toeristenbelasting in rekening brengen als de huurder niet in de gemeente Leeuwarden is ingeschreven. Het maakt geen verschil in welk type accommodatie (stacaravan, tent, etc.) men verblijft. De huur is de vergoeding voor het houden van verblijf. Of de eigenaar de stacaravan alleen zelf gebruikt en verder niet verhuurt, is niet van belang. Als de eigenaar van de caravan deze accommodatie aan anderen verhuurt, kan deze persoon zelf belastingplichtige worden voor de toeristenbelasting. Zie ook bij forfaitaire regeling. 7. De gasten op mijn recreatiepark hebben een eigen accommodatie op een eigen kavel. Er is toeristenbelasting verschuldigd zodra sprake is van houden van verblijf met overnachting tegen een vergoeding in welke vorm dan ook. Als u als exploitant van het recreatiepark aan uw gasten een parkbijdrage vraagt als vergoeding van bijv. receptie, bewaking, schoonmaak, terreinonderhoud ed., valt dat onder de vergoeding die toegerekend kan worden aan het verblijf (water of energie voor de accommodatie valt daar niet onder). Dus ook in deze situaties bent u belastingplichtig voor de toeristenbelasting, maar kunt u uw gasten (mits niet ingeschreven in de gemeente) deze toeristenbelasting in rekening brengen. Zie ook bij forfaitaire regeling. 8. Als niet-ingezetene van de gemeente heb ik een recreatiewoning in eigendom en verhuur deze niet, ik gebruik deze alleen zelf. Er is in beginsel geen toeristenbelasting verschuldigd, want u betaalt geen vergoeding aan uzelf voor het houden van verblijf met overnachting. Als er echter een parkbijdrage verschuldigd is aan het recreatiepark voor bijv. receptie, bewaking, schoonmaak, terreinonderhoud ed, is dat een vergoeding die toegerekend kan worden aan uw verblijf. De parkhouder is dan belastingplichtig en kan aan u dan toeristenbelasting doorberekenen. Zie ook de vorige vraag.
9. Ik woon niet in Leeuwarden maar ik ben hier alleen maar voor mijn werk. Geldt voor mij een vrijstelling als ik hier moet overnachten? Nee, de reden van uw verblijf is niet van belang voor de heffing van toeristenbelasting. Het is niet vereist dat het verblijf in de gemeente voor toeristische doeleinden plaatsvindt. 10. Welke specifieke vrijstellingen kent de toeristenbelasting? Er is een vrijstelling opgenomen voor mensen die in een verzorg- of verpleeginstelling zijn opgenomen en voor asielzoekers die verblijven onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers. Daarnaast is er een vrijstelling voor kinderen jonger dan vijf jaar. Watertoeristenbelasting 11. Ik heb een boothuis/ligplaats die ik verhuur aan iemand die niet in de gemeente Leeuwarden woont. Ben ik nu belastingplichtig voor de watertoeristenbelasting? Ja, u bent belastingplichtige voor de watertoeristenbelasting voor ieder bezoek/verblijf van diegene die op een vaartuig aanwezig is in wateren binnen de gemeente. Uiteraard moet de verhuur dan wel tegen betaling geschieden. Het maakt daarbij geen verschil of het een gewone ligplaats betreft of een boothuis. Ook is niet van belang of het stuk water uw eigendom is of door u wordt gepacht. Evenmin is van belang of er verder wel of geen voorzieningen zijn. Als de huurder niet in de gemeente Leeuwarden woont bent u belastingplichtig voor de watertoeristenbelasting en bent u voor ieder verblijf van deze huurder watertoeristenbelasting verschuldigd. U bent bevoegd om deze watertoeristenbelasting te verhalen bij de huurder. Zie ook bij forfaitaire regeling. 12. Ik verhuur een boothuis/ligplaats. Er wordt niet overnacht en het is ook niet toegestaan om hier te overnachten. Voor watertoeristenbelasting is het niet van belang dat er een overnachting plaats vindt. 13. Valt verhuur van boten of het maken van een rondvaart ook onder de watertoeristenbelasting? Nee, bootverhuur op zich en rondvaarten etc. vallen niet onder de watertoeristenbelasting. De Hoge Raad heeft bepaald dat een rondvaart als een vermakelijkheid moet worden aangemerkt. Hiervoor mag alleen belasting worden geheven in de vorm van een zgn. vermakelijkheidsretributie. Dan mag niet voor hetzelfde ook nog watertoeristenbelasting worden geheven, ook al kennen we in Leeuwarden niet zo n retributie. Bepalend is of iemand actief vermaakt wordt. Voorbeelden hiervan zijn o.a. een tocht op een rondvaartboot, een cruiseschip of een praam. Ook is in de jurisprudentie meermaals geoordeeld dat verhuur van boten ook onder het begrip vermaak valt. Dat betekent overigens niet dat wanneer met een gehuurde boot wordt aangelegd in een jachthaven in de gemeente en hiervoor een vergoeding betaald wordt geen watertoeristenbelasting verschuldigd is. Degene die dit verblijf biedt (de jachthavenexploitant) is in dat geval wel degelijk belastingplichtig voor de watertoeristenbelasting welke hij in rekening
kan brengen aan degene die met zijn gehuurde boot verblijft in die haven. Datzelfde geldt ook voor cruiseschepen die in de gemeente aanleggen en hiervoor havengeld moeten betalen. 14. Op mijn recreatiepark verhuur ik staanplaatsen en ligplaatsen. Als ik zowel een staan- als een ligplaats aan dezelfde gast verhuur, moet ik dan twee keer (water-)toeristenbelasting berekenen? Nee, voor de ligplaats geldt een vrijstelling voor de watertoeristenbelasting als aan dezelfde persoon ook al toeristenbelasting in rekening is gebracht voor de staanplaats. Dat geldt dus ook als voor een staan/seizoenplaats de toeristenbelasting volgens de forfaitaire regeling is berekend. 15. Als ik op dezelfde dag twee verschillende jachthavens in de gemeente Leeuwarden aandoe, moet ik dan ook twee keer watertoeristenbelasting betalen? Nee, het tarief van 1 per persoon geldt voor het verblijf binnen één etmaal, waarbij een gedeelte van een etmaal als een vol etmaal wordt gerekend. Dus als bij de eerste keer aandoen van een (jacht)haven al watertoeristenbelasting is betaald, is dat bedoeld voor het gehele etmaal en is bij het aandoen van de tweede (jacht)haven geen watertoeristenbelasting verschuldigd. Uiteraard zult u bij het aandoen van de tweede of volgende (jacht)haven wel moeten aantonen dat reeds watertoeristenbelasting is betaald. 16. Welke specifieke vrijstellingen gelden voor de watertoeristenbelasting? Er is geen watertoeristenbelasting verschuldigd door degenen die verblijf houden aan boord van hospitaalschepen of vaartuigen die als zodanig dienst doen met een charitatief karakter, kano's, roei- en volgboten en motor- en zeilboten met een lengte van ten hoogste 4 meter of op een vaartuig dat zich op last of bevel van de overheid in het gemeentelijke watergebied bevindt. Tot slot is er een vrijstelling voor kinderen jonger dan vijf jaar. Forfaitaire regeling 17. Moet ik iedere keer als de accommodatie die ik verhuur wordt gebruikt, toeristenbelasting in rekening brengen? Voor iedere keer dat van de accommodatie of het vaartuig gebruik wordt gemaakt, moet u in principe toeristenbelasting of watertoeristenbelasting in rekening brengen en een verblijfregister/ havenboekje bijhouden. Eenvoudiger kan het zijn om een vast bedrag per jaar in rekening te brengen op grond van de zogenoemde forfaitaire regeling. De forfaitaire berekeningswijze is bedoeld voor situaties waarin meestal geen administratie wordt gevoerd, of waar een aanslagregeling naar het werkelijke verblijven tot bovengemiddelde administratieve inspanningen leidt. Dit laatste doet zich bijvoorbeeld voor bij seizoens- of jaarplaatsen of vaste ligplaatsen, waarbij de ondernemer geen goed zicht heeft op de dagelijkse bezetting. U kunt dan als exploitant kiezen voor het forfait en ook de ligplaats- of standplaatshouder dit bedrag doorberekenen.
18. Moet een passant in een jachthaven watertoeristenbelasting betalen als deze persoon ook al watertoeristenbelasting voor een vaste ligplaats voor het hele jaar (de forfaitaire berekening) heeft betaald? Nee, als voor een vaste ligplaats binnen de gemeente door de exploitant al watertoeristenbelasting in rekening is gebracht, hoeft niet nogmaals watertoeristenbelasting berekend te worden als deze persoon als passant een jachthaven in de gemeente Leeuwarden aandoet. Immers, de forfaitaire regeling gaat uit van een vastgesteld etmalen voor een vastgesteld personen voor het verblijf binnen de gehele gemeente gedurende het gehele belastingjaar. De ligplaatsfactuur waarop de toeristenbelasting staat vermeld, kan daarvoor als bewijs dienen. 19. Is het verplicht om als exploitant van de forfaitaire regeling gebruik maken? Nee, de forfaitaire berekening is bedoeld als een tegemoetkoming voor vaste lig- en staanplaatsen waarbij doorgaans geen administratie wordt gevoerd of waar vastleggingen naar het werkelijke overnachtingen tot bovengemiddelde administratieve inspanningen leidt. Als er wel een administratie wordt gevoerd, mag op een bij de aangifte gedaan verzoek de maatstaf van heffing op het werkelijk overnachtingen/ verblijven worden gedaan. De regeling mag gelden per afzonderlijke lig- of staanplaats. 20. Als een ligplaats of boothuis maar voor een deel van het jaar wordt verhuurd, moet de forfaitaire regeling dan naar rato worden toegepast? Nee, als er voor gekozen wordt de forfaitaire berekening voor Watertoeristenbelasting te hanteren moet deze worden toegepast voor het hele jaar. 21. Berekening forfaitair bedrag Toeristenbelasting artikel omschrijving personen overnachtingen tarief 6-2-a vaste jaarplaatsen 2,6 52 135,20 6-2-b vaste seizoenplaatsen 2,5 53 132,50 6-2-c seizoenplaatsen 2,5 47 117,50 6-2-d-1 voorseizoen 2,3 30 69,00 6-2-d-2 verlengd voorseizoen 2,3 39 89,70 6-2-d-3 naseizoen 2,3 18 41,40 6-2-d-4 maandarrangement 2,3 12 27,60 watertoeristenbelasting artikel omschrijving personen verblijven tarief 6-3 vaste ligplaats 2,3 17,1 39,33