Pesach. (voorbij gaan/passeren/overslaan)

Vergelijkbare documenten
Welke instelling heeft God bepaald en waarom mag er niet gegeten worden wat gezuurd is?

Welke plaag moesten zij aankondigen; wanneer zou de vijfde plaag een feit worden en had Gods volk last van deze plaag?

DAG DATUM TIJDSTIP GEBEURTENIS BIJBELTEKST 4 dagen voor Pesach

Want als u weigert Mijn volk te laten gaan, zie, dan zal Ik morgen sprinkhanen op uw grondgebied brengen. 5

U daalde neer van Uw troon om mens te zijn. Van de stal naar het kruis droeg U mijn pijn. Van het kruis naar het graf. Uit het graf weer opgestaan.

Voordat in Leviticus de zeven feesten aan bod zijn wordt eerst een wekelijks feest benadrukt. Welke heilige samenkomst is dat?

Pascha. Feest van de ongezuurde broden

INLEIDING BIJBELSE FEESTEN

Door welke gebeurtenis waren de vijanden van Israël bang geworden voor Gods volk?

Witte donderdag 21 april 2011

Welkom & Mededelingen

Deel 1 PESACH EN PASEN

Brandoffer; (Leviticus 1) Spijsoffer; (Leviticus 2) Dank of vredesoffer; (Leviticus 3) Zondoffer; (Leviticus 4) Schuldoffer; (Leviticus 5)

orde van dienst op zondag 16 juni 2019 om 9.30 uur in de Hervormde Gemeente Veen In deze dienst wordt Flore Eefje Maria Timmermans gedoopt.

De offers in Leviticus

LES 10 EEN PASCHA EN EEN DOORPAS OP DE BELOFTEWEG. Exodus 1-14

WITTE DONDERDAG Schriftlezing: Exodus 12: 1 8 & (NBV) I Kor. 5: 6 8 (NBG) Thema: de nacht van het Lam

Inhoud: Het Lam van God door Jurgen Hofmann

Waar was Mozes mee bezig, welke berg naderde hij en tot welk inzicht kwam Mozes?

De maaltijd van de Heer!

Lukas 22, Jezus: meer dan Pesach

Wat was de reden dat Gods volk in de woestijn zaten te mopperen?

Wanneer begint het Pascha?

De Mo adiem: Pascha en Ongezuurde Broden

- 1 - Paas- Pinkster- en Loofhuttenfeest (en hun betekenis voor ons)

Jezus is onze Hogepriester Zijn leven

Brandoffer; (Leviticus 1) Spijsoffer; (Leviticus 2) Dank of vredesoffer; (Leviticus 3) Zondoffer; (Leviticus 4) Schuldoffer; (Leviticus 5)

Fig. Bloed strijken aan de bovendorpel en zijposten. (Bron: Bible-History.com)

het Pascha zelf en het feest der ongezuurde broden. Paas- Pinkster- en Loofhuttenfeest (en hun betekenis voor ons)

Hoe lang en waarom was het volk Israël in de woestijn Sinaï?

Het Paaslam. door: E. Dennett. Exodus 12. Gods gerechtigheid, zowel in het oordeel als in de verlossing. Christus, ons Paaslam

Succesvolle gemeenten

Hoe reageerden de inwoners van Gibeon op de overwinning van Israël dankzij de Hulp van God?

Komt tot de bruiloft

Brandoffer; (Leviticus 1) Spijsoffer; (Leviticus 2) Dank of vredesoffer; (Leviticus 3) Zondoffer; (Leviticus 4) Schuldoffer; (Leviticus 5)

Het is van belang dat de les wordt gelezen door het kind met hulp van een ouder.

Seidermaaltijd met kinderen

Brandoffer; (Leviticus 1) Spijsoffer; (Leviticus 2) Dank of vredesoffer; (Leviticus 3) Zondoffer; (Leviticus 4) Schuldoffer; (Leviticus 5)

Leeftijd: alle-leeftijden Thema: bijbel, feest, Pasen, Voedsel, Vrijheid Tijdsduur: 20+ min.

dag 1 dag 2 dag 4 dag 3 thema thema symbool symbool persoon persoon lezen lezen dagtekst dagtekst thema thema symbool symbool persoon persoon lezen

Wegwijs in de Bijbel. 3 e avond met Mozes door de woestijn

Jezus in het midden van de Bijbelse feesten

De tabernakel. De Bijbel Open. God wil mensen ontmoeten

Matteüs 26,28 Het kruis van Christus: zijn bloed voor ons vergoten

Week 1: Dagen tellen. p Lezen!

alles in zijn eigen rangorde... en op de bestemde tijd

Priesterschap onder het Oude Verbond Priesterschap in deze tijd Meer informatie... 4 Bron... 4

16 tot de dag na de zevende sabbat zult gij tellen, vijftig dagen; dan zult gij een nieuw spijsoffer de HERE brengen.

Pesach / Feest der Ongezuurde broden. Sjemot 12: Jozua 5: 2 6: 1 Johannes 12: 20 28a

Welke voorbereidingen trof Jozua; wat valt daarbij op en is het goed om alles grondig uit te zoeken?

Stille Week Liturgieboekje voor de vieringen. in De Ark. Krimpen aan den IJssel

ETS-Bijbelcursus. Exodus. Inhoud van de les. Doelstellingen van deze les

Waar ging Mozes heen en wat was het verzoek?

Naar welke berg trokken zij op en hoe lang waren zij toen uit Egypte?

Voorganger: Laten wij de Heer aanroepen om de nood van deze wereld en zijn naam prijzen, want zijn barmhartigheid kent geen einde.

Welke les moesten de Egyptenaren leren?

WITTE DONDERDAG DONDERDAG 28 MAART 2013

WITTE DONDERDAG. 18 april 2019 PAASKERK AMSTELVEEN

Parasja Bo (Kom) Sjemot (Exodus) 10:1-13:16

Wij zingen voor de dienst: Lied 216:1, 2 en 3

Preek over Exodus 12 : 21-28, Matt. 7: 13,14 HSV. Broeders, zuster, gemeente,

Over de betekenis van Bijbelse voorjaarsfeesten

20 Februari. H. Bijzondere Feesten. 1. Pascha en het Feest van Ongezuurde Broden

Welke opdracht kreeg Ezra van de koning van Perzië, Arthahsasta?

En met zijn zuster die maagd is, die nauw aan hem verwant is, die nog niet aan een man toebehoort. Met haar mag hij zich verontreinigen.

22 Februari. 3. Vredeoffers

PARASHA METZORA Leviticus 14: 1 15: 33

De offers in Leviticus

Bijbel voor Kinderen presenteert DE UITTOCHT UIT EGYPTE

Exodus 12, God is machtig èn God beschermt - in het bloed van Jezus

20 Februari. H. Bijzondere Feesten. 1. Pascha en het Feest van Ongezuurde Broden

PROTESTANTSE GEMEENTE TE WOENSDRECHT

ETS-Bijbelcursus. Leviticus. Inhoud van de les. Doelstellingen van deze les

Kijk niet achterom. richt je op wat voor je ligt

Pascha & Ongezuurdebrodenfeest

De Sabbat in de Thora

Maand 9 week 1: De tabernakel.

De exodus. Foto s van het materiaal

Grote of Sint Nicolaas Kerk Protestantse gemeente Muiden Witte Donderdag 18 april 2019 VOORBEREIDING

Jeshua, ons Pesachram dat de zonde der wereld wegneemt

Genesis 3:19 HSV In het zweet van uw gezicht zult u brood eten, totdat u tot de aardbodem terugkeert, omdat u daaruit genomen bent; want stof bent u

U luistert naar: een dienst waarin openbare geloofsbelijdenis wordt afgeleid door Michaël Jongman, Petra Treep, Marijke Polman en Ton Ringenier

EEN PRINS WORDT EEN HERDER

Vrienden van onze Heer Jezus Christus,

LEVITICUS. Wetten voor het brandoffer. De HEERE riep Mozes en sprak tot hem vanuit de ontmoetingstent: 2

Welkom in deze dienst Voorganger is ds. S.J. Verheij

Het Plengoffer. Wat is een plengoffer?

Welk goed nieuws kondigde Maleachi aan?

SEDER = orde. Muziek (Bea, Jetske, Johannes) Welkom. 1 We zingen Lied 78 : 1 en 2

Hoe lang zou Gods volk in ballingschap zijn en wie zou voor de bevrijding zorgen?

Maand 9 week 1: De tabernakel.

De feesten van de Heer. C. Noorlander

DE CEDERMAALTIJD. BIBLESPACE 10 APRIL 2017 Pagina 1

Liturgie morgendienst Zondag 21 juli Gezang 448 vers 1 Liedboek voor de kerken

ORDE VAN DIENST zondag 14 april 2019

De aanbidding van het gouden kalf Een feest voor de HEER? Een gouden kalf voor de HEER?

Brandoffer; (Leviticus 1) Spijsoffer; (Leviticus 2) Dank of vredesoffer; (Leviticus 3) Zondoffer; (Leviticus 4) Schuldoffer; (Leviticus 5)

Liturgie avonddienst Thema: zie, het Lam Gods (met viering maaltijd van de Heer)

Welkom in de Menorah. Witte Donderdag 2015

Transcriptie:

Pesach (voorbij gaan/passeren/overslaan) Binnenkort is het weer zover. Op de 14 e dag van de eerste maand Nisan, tussen de twee avonden, gaan we opnieuw het Pesachfeest vieren. We doen dit binnen onze Yeshiva in kleine groepjes in onze huizen. Over het hoe en waarom proberen we hieronder iets duidelijker te zijn: Wanneer In Leviticus 23:5 staat: In de eerste maand, op de veertiende dag van de maand, tegen het vallen van de avond, is het Pascha voor de HEERE. In Numeri 9: 2-3 staat: Laten de Israëlieten het Pascha houden op zijn vastgestelde tijd. Op de veertiende dag in deze maand, tegen het vallen van de avond, moet u het houden, op zijn vastgestelde tijd; u moet het houden volgens alle bijbehorende verordeningen en bepalingen. In Deuteronomium 16:1 staat: Neem de maand Abib in acht en houd het Pascha voor de HEERE, uw God, want in de maand Abib heeft de HEERE, uw God, u in de nacht uit Egypte geleid. Daarom vieren we het Pesachfeest op de 14 e dag van de eerste maand van het jaar in de maand van Abib. Abib betekent; de maand van de jonge en rijpe korenaren. De naam Abib, of Aviv, is na de Babylonische ballingschap de maand Nisan genoemd. Waar In Exodus 12:3-4 staat Spreek tot heel de gemeenschap van Israël: Op de tiende dag van deze maand moet ieder voor zich een lam per familie nemen, een lam per gezin. Maar als het gezin te klein is voor een lam, dan moet hij er samen met de buurman, die het dichtst bij zijn gezin woont, één nemen, overeenkomstig het aantal personen. U moet bij het lam rekening houden met wat ieder eten kan. In Exodus 12:46 staat In één huis moet het gegeten worden. U mag van het vlees niets uit het huis naar buiten brengen, en u mag er geen been van breken. Als er staat dat er één lam per gezin genomen moet worden dan zegt dat ten eerste iets over de hoeveelheid aan vlees die er gegeten wordt. Een lam van één jaar levert na de slacht ongeveer 15-18 kg vlees op. Ten tweede zegt dat iets over de hoeveelheid aan personen die aan één lam deel kunnen nemen. Want als je uit gaat van een gemiddelde consumptie van 450 gram vlees per persoon dan is één lam voldoende voor maximaal 40 huisgenoten rekening houdend met vrouwen, kinderen en ouderen. Bijna een halve kilo vlees lijkt misschien veel maar naast bittere kruiden en ongezuurd brood is het alles wat er gegeten wordt. Dus als we er van uitgaan dat indertijd een huishouding bestond uit een familie van gemiddeld 6-10 personen met daarbij een huishouding van nog eens 4 personen, dan lijkt het er op dat er niet meer dan 2 gezinnen bij elkaar kwamen om deel te nemen aan het lam. In Exodus 12:10 staat: U mag daarvan ook niets overlaten tot de morgen. Wat er de volgende morgen van over is, moet u met vuur verbranden. Als dat er zo staat, dan lijkt het er op alsof er altijd wel iets overblijft van het lam, al was het alleen al de kop, botten en ingewanden. Dus mag hieruit opgemaakt worden dat het vieren van Pesach is bedoeld voor een relatief klein gezelschap dat in ieder geval in één huis past. Voor sommigen is het huis al vol als er 6 personen aanwezig zijn, terwijl bij anderen het huis groot genoeg is om een feest te kunnen vieren met wel 40 mensen. Daarom vieren wij Pesach in onze huizen.

Waarom In Exodus 12:14 staat: Deze dag moet voor u een gedenkdag worden. U moet hem vieren als een feest voor de HEERE. U moet hem vieren als een eeuwige verordening, al uw generaties door. In Exodus 12:24-27 staat: Houd dit als verordening voor u en uw kinderen, tot in eeuwigheid. En het zal gebeuren, als u in het land komt dat de HEERE u geven zal, zoals Hij gesproken heeft, dan moet u deze dienst in acht nemen. En het zal gebeuren, als uw kinderen tegen u zullen zeggen: Wat betekent deze dienst voor u? dat u moet zeggen: Dit is een Pascha-offer voor de HEERE, Die in Egypte de huizen van de Israëlieten voorbijging, toen Hij de Egyptenaren trof en onze huizen bevrijdde. Toen knielde het volk en boog zich neer. In Exodus 13: 8-10 staat: En op die dag moet u uw zoon vertellen: Dit gebeurt om wat de HEERE voor mij gedaan heeft, toen ik uit Egypte vertrok. En het moet voor u als een teken op uw hand zijn, en als een herinnering tussen uw ogen, opdat de wet van de HEERE op uw lippen is, want de HEERE heeft u met sterke hand uit Egypte geleid. Daarom moet u deze verordening in acht nemen op de daarvoor vastgestelde tijd, van jaar tot jaar. Een gedenkdag en een eeuwigdurende verordening, dat is het Pesachfeest. Centraal in het Pesach feest staat de verordening dat de vader aan zijn zoon verteld van G ds daden bij de uittocht. Doordat de vader dit verhaal aan zijn zoon verteld brengt het bij hemzelf de herinnering van zijn eigen bevrijding en verlossing boven. We geloven dat er van dit persoonlijke getuigenis kracht uitgaat omdat het een persoonlijk verhaal is en daarom is het is zaak dat die eerste verbazing en eerste liefde niet verdwijnt of vervaagt. Vandaar dat het Pesachfeest ieder jaar opnieuw in acht moet worden genomen zodat de vader en zijn zoon beseffen dat hun redding af heeft gehangen en nog steeds af hangt van het bloed van het lam. De vertelling van het verhaal over de uittocht van Egypte is niet alleen een historisch verhaal, maar het is ook een persoonlijk verhaal van een persoonlijke bevrijding en uittocht. En omdat het een persoonlijk getuigenis is zou om die reden het zo kunnen zijn dat er geen vreemden bij mogen zijn. In Exodus 12:4 staat: dan moet hij er samen met de buurman, die het dichtst bij zijn gezin woont Het woord dat hiervoor wordt gebruikt kan ook vertaald worden met ingezetene, die het naaste bij je staat. Vrij vertaald is dat dus een naaste die je dicht aan het hart ligt. Door die persoonlijke getuigenis jaar op jaar met de kinderen en met intimi te delen komen we sterker te staan in het besef van onze afhankelijkheid en vreugde over die overwinning. Zoals het in het boek Openbaring 12:11 staat: En zij hebben hem (de tegenstander) overwonnen door het bloed van het Lam en door het woord van hun getuigenis.. Daarom mag bij het vieren van het Pesachfeest die intimiteit en geborgenheid niet verloren gaan. Iedereen die in een huis aanwezig is, kent niet alleen elkaar, maar kent ook het lam en heeft deel aan dat ene lam. Wie Om die reden is het G ds instelling dat iedereen die aan het Pesachfeest deelneemt, ook deel uitmaakt van het Verbond. Daarom moeten alle mannen zijn besneden en mogen alleen degene aan het Pesach deelnemen die ingeschreven zijn in G ds Koninkrijk, namelijk G ds volk. In Exodus 12:43-49 staat: En de HEERE zei tegen Mozes en Aäron: Dit is de verordening voor het Pascha: geen enkele vreemdeling mag ervan eten. Maar elke slaaf die u van iemand met geld gekocht hebt, mag ervan eten, zodra u hem besneden hebt. Geen vreemdeling en dagloner mag ervan eten. In één huis moet het gegeten worden. U mag van het vlees niets uit het huis naar buiten brengen, en u mag er geen been van breken. Heel de gemeenschap van Israël moet dit doen. Als er nu een vreemdeling bij u verblijft en als die voor de HEERE het Pascha wil houden, laat dan al wie mannelijk is bij hem, besneden worden. Dan mag hij naar voren komen om het Pascha te houden, en zal hij zijn als een ingezetene van het land. Niemand echter die onbesneden is, mag ervan eten. Eén wet is er voor de ingezetene en voor de vreemdeling die te midden van u verblijft.

In Numeri 9: 14 staat: En wanneer er een vreemdeling bij u verblijft, moet ook hij het Pascha voor de HEERE houden. Volgens de verordening van het Pascha en de bepaling ervan, zo moet hij het houden. Voor u geldt één verordening, zowel voor de vreemdeling als voor de ingezetene van het land. Deze instelling is uitdrukkelijk genoemd bij dit feest terwijl dat bij de andere Moadim, de ingestelde tijden van G d niet expliciet wordt beschreven. Of iemand nu voortkomt uit een van de stammen van Yaacov, een slaaf is, een bijwoner of een vreemdeling is die deelneemt aan het Pesachfeest, iedereen is van harte welkom. Er is alleen een duidelijk voorbehoud dat een IEDER van het mannelijk geslacht besneden is. G ds instelling is dat deelname aan het lam alleen is weggelegd voor degene die door besnijdenis ingezetene is van Zijn Volk, Zijn Koninkrijk en Zijn Thorah. Deelname aan het lam, dus het houden van Pesach is niet bedoeld voor degene die Thorah niet houden en is het dus geen multicultureel feest en zeker geen poppenkast. Daarom neemt binnen onze Yeshiva iedere man die zijn huis openstelt voor het vieren van het Pesachfeest daarin zelf de verantwoording en heeft hij toezicht bij de keuze van de gasten. Een uitzondering Doordat het voor kan komen dat iemand precies op het moment van Pesach onderweg is of onrein is geldt de volgende instructie. In Numeri 9:6-14 staat: Nu waren er mensen die vanwege het aanraken van het dode lichaam van een mens onrein waren, en op die dag het Pascha niet konden houden. Daarom kwamen zij die dag naar voren, vóór Mozes en vóór Aäron. En die mensen zeiden tegen hem: Wij zijn onrein vanwege het aanraken van het dode lichaam van een mens. Waarom zouden wij afgehouden worden om de offergave van de HEERE op zijn vastgestelde tijd in het midden van de Israëlieten aan te bieden? Mozes zei tegen hen: Blijf staan, dan zal ik horen wat de HEERE u gebiedt. Toen sprak de HEERE tot Mozes: Spreek tot de Israëlieten en zeg: Iedereen onder u of onder de generaties na u, wanneer hij onrein is vanwege het aanraken van een dood lichaam of ver onderweg is, moet toch voor de HEERE het Pascha houden. In de tweede maand, op de veertiende dag, tegen het vallen van de avond, moeten zij het houden; met ongezuurde broden, en met bittere kruiden moeten zij het eten. Zij mogen er niets van over laten blijven tot de volgende morgen en mogen er geen been van breken; volgens alle verordeningen voor het Pascha moeten zij het houden. Maar de man die rein is en niet onderweg is, en die nalaat om het Pascha te houden, die persoon moet van zijn volksgenoten worden afgesneden. Hij heeft immers de offergave van de HEERE niet op zijn vastgestelde tijd aangeboden; die persoon moet zijn zonde dragen. En wanneer er een vreemdeling bij u verblijft, moet ook hij het Pascha voor de HEERE houden. Volgens de verordening van het Pascha en de bepaling ervan, zo moet hij het houden. Voor u geldt één verordening, zowel voor de vreemdeling als voor de ingezetene van het land. Een offer brengen in onreine toestand is uitgesloten. Soms is dat niet te voorkomen net zoals er oponthoud kan zijn vanwege een reis. Desondanks is het vieren van het Pesachfeest zo belangrijk in G ds ogen dat in de volgende maand op dezelfde dag er een tweede Pesach plaats kan vinden. Ondanks dat het feest van de ongezuurde broden (Chag HaMatzot) een ander feest is, hoewel het onlosmakelijk verbonden is met Pesach, is het met deze instructie duidelijk dat de ongezuurde broden hierbij gegeten moeten worden. Het is niet zo dat deze tweede kans ook geldt voor Chag HaMatzot, maar alleen voor het Pesachfeest. Daarom zien we door deze instelling de ernst die G d maakt met de instructie om juist dit feest in acht te nemen. Alles draait om het lam en het bloed dat redding brengt. Hoe In Exodus 12: 3-14 staat: Spreek tot heel de gemeenschap van Israël: Op de tiende dag van deze maand moet ieder voor zich een lam per familie nemen, een lam per gezin. Maar als het gezin te klein is voor een lam, dan moet hij er samen met de buurman, die het dichtst bij zijn gezin woont, één nemen, overeenkomstig het aantal personen. U moet bij het lam rekening houden met wat ieder

eten kan. U moet een lam zonder enig gebrek hebben, een mannetje van een jaar oud. U moet het van de schapen of van de geiten nemen. U moet het in bewaring houden tot de veertiende dag van deze maand, en heel de verzamelde gemeenschap van Israël zal het slachten tegen het vallen van de avond. En zij zullen van het bloed nemen en het aan de beide deurposten strijken en aan de bovendorpel, aan de huizen waarin zij het eten zullen. Zij moeten het vlees dezelfde nacht nog eten; op vuur gebraden, met ongezuurde broden, en met bittere kruiden moeten zij het eten. U mag daarvan niets rauw eten, en zeker niet in water gekookt, maar alleen op vuur gebraden, met zijn kop, met zijn poten en zijn ingewanden. U mag daarvan ook niets overlaten tot de morgen. Wat er de volgende morgen van over is, moet u met vuur verbranden. En zo moet u het eten: uw middel omgord, uw schoenen aan uw voeten en uw staf in uw hand. U moet het met haast eten, het is Pascha voor de HEERE. Want Ik zal in deze nacht door het land Egypte trekken en alle eerstgeborenen in het land Egypte treffen, van de mensen tot het vee. En Ik zal aan al de goden van de Egyptenaren strafgerichten voltrekken, Ik, de HEERE. En het bloed zal u tot een teken zijn aan de huizen waarin u verblijft. Als Ik het bloed zie, zal Ik u voorbijgaan en er zal geen plaag onder u zijn die verderf teweegbrengt, als Ik het land Egypte zal treffen. Deze dag moet voor u een gedenkdag worden. U moet hem vieren als een feest voor de HEERE. U moet hem vieren als een eeuwige verordening, al uw generaties door. In Exodus 13: 3-4 staat: Daarna zei Mozes tegen het volk: Gedenk deze dag, waarop u uit Egypte, uit het slavenhuis, vertrokken bent, want de HEERE heeft u met sterke hand vanhier uitgeleid. Daarom mag wat gezuurd is, niet gegeten worden. Vandaag vertrekt u, in de maand Abib. In Exodus 34: 25 staat: U mag het bloed van Mijn offer niet offeren met iets dat gezuurd is, en het offer van het Pascha mag niet tot de volgende morgen overblijven. In Deuteronomium 16:2-4 staat: Dan moet u voor de HEERE, uw God, het paaslam slachten, kleinvee en runderen, op de plaats die de HEERE zal uitkiezen om Zijn Naam daar te laten wonen. U mag er niets wat gezuurd is bij eten. Zeven dagen moet u er ongezuurd brood bij eten, brood van de ellende want met haast bent u uit het land Egypte vertrokken om de dag te gedenken dat u uit het land Egypte trok, alle dagen van uw leven. Er mag bij u zeven dagen lang geen zuurdeeg gezien worden, in heel uw gebied; en van het vlees dat u op de avond van de eerste dag slacht, mag niets tot de morgen overblijven. De wijze waarop het feest gevierd moet worden is duidelijk uit de tekst te halen. Dat begint met het uitzoeken van het lam, vervolgens het lam in huis nemen, de gemeenschappelijke slacht, het smeren van het bloed aan de beide deurposten en aan de bovendorpel van het huis, het braden en de manier van eten, de bittere kruiden, het ongezuurde brood en tot slot het verbranden van het overschot. Echter. er is een groot probleem door de volgende bepaling: In Deuteronomium 16:5-7 staat: U mag het paaslam niet slachten binnen een van uw poorten die de HEERE, uw God, u geeft. Maar op de plaats die de HEERE, uw God, zal uitkiezen om Zijn Naam daar te laten wonen, daar moet u het paaslam slachten, in de avond, als de zon ondergaat, op het tijdstip dat u uit Egypte trok. Dan moet u het koken (lett. gaar maken) en eten op de plaats die de HEERE, uw God, zal uitkiezen. Daarna, in de morgen, moet u zich omkeren en teruggaan naar uw tenten. Het paaslam moet gemeenschappelijk geslacht worden door de priesters op de plek die G d uitkiest om Zijn naam te laten wonen. Het paaslam mag dus niet zomaar ergens worden geslacht. In 1 Koningen 11:36 staat: En aan zijn zoon zal Ik één stam geven, zodat Mijn dienaar David alle dagen een lamp voor Mijn aangezicht zal hebben in Jeruzalem, de stad die Ik voor Mij heb verkozen om Mijn Naam daar te vestigen. De stad waar G d Zijn naam heeft gevestigd is Jeruzalem en daar zal iedereen naar toe moeten om het Pesachlam te slachten en te eten. Maar het verdrietige is dat de Tempel er op dit moment niet is en daardoor de priesters niet hun dienst kunnen doen. Daarom hopen en bidden wij vurig dat de Tempel er snel weer zal komen zodat we het Pesachfeest kunnen vieren zoals het is bedoeld.

Tot die tijd maken we ernst met de instellingen die we wél kunnen toepassen en gedenken onze verlossing op deze avond tijdens een maaltijd met geroosterd vlees, ongezuurd brood en bittere kruiden. Ieder huisgezin doet dit op zijn eigen manier en geeft aan deze instelling een persoonlijke invulling waarbij als uitgangspunt de opdracht centraal staat: En op die dag moet u uw zoon vertellen: Dit gebeurt om wat de HEERE voor mij gedaan heeft, toen ik uit Egypte vertrok. En het moet voor u als een teken op uw hand zijn, en als een herinnering tussen uw ogen, opdat de wet van de HEERE op uw lippen is, want de HEERE heeft u met sterke hand uit Egypte geleid. Daarom moet u deze verordening in acht nemen op de daarvoor vastgestelde tijd, van jaar tot jaar. Exodus 13:8-10 Want de essentie bij het Pesachfeest is:..opdat de wet van de HEERE op uw lippen is..want dit is de liefde tot God, dat wij Zijn geboden in acht nemen..1joh.5:2 Chag Shameach Shalom Yeshivat HaChaverim Adam van der Weijden Gebruikte teksten voor de instellingen van Pesach Gebruikte vertaling: De Herziene Staten Vertaling (HSV) Exodus 12 Instelling van het Pascha 1 De HEERE zei tegen Mozes en tegen Aäron in het land Egypte: 2 Deze maand zal voor u het begin van de maanden zijn. Hij zal voor u de eerste zijn van de maanden van het jaar. 3 Spreek tot heel de gemeenschap van Israël: Op de tiende dag van deze maand moet ieder voor zich een lam per familie nemen, een lam per gezin. 4 Maar als het gezin te klein is voor een lam, dan moet hij er samen met de buurman, die het dichtst bij zijn gezin woont, één nemen, overeenkomstig het aantal personen. U moet bij het lam rekening houden met wat ieder eten kan. 5 U moet een lam zonder enig gebrek hebben, een mannetje van een jaar oud. U moet het van de schapen of van de geiten nemen. 6 U moet het in bewaring houden tot de veertiende dag van deze maand, en heel de verzamelde gemeenschap van Israël zal het slachten tegen het vallen van de avond. 7 En zij zullen van het bloed nemen en het aan de beide deurposten strijken en aan de bovendorpel, aan de huizen waarin zij het eten zullen.

8 Zij moeten het vlees dezelfde nacht nog eten; op vuur gebraden, met ongezuurde broden, en met bittere kruiden moeten zij het eten. 9 U mag daarvan niets rauw eten, en zeker niet in water gekookt, maar alleen op vuur gebraden, met zijn kop, met zijn poten en zijn ingewanden. 10 U mag daarvan ook niets overlaten tot de morgen. Wat er de volgende morgen van over is, moet u met vuur verbranden. 11 En zo moet u het eten: uw middel omgord, uw schoenen aan uw voeten en uw staf in uw hand. U moet het met haast eten, het is Pascha voor de HEERE. 12 Want Ik zal in deze nacht door het land Egypte trekken en alle eerstgeborenen in het land Egypte treffen, van de mensen tot het vee. En Ik zal aan al de goden van de Egyptenaren strafgerichten voltrekken, Ik, de HEERE. 13 En het bloed zal u tot een teken zijn aan de huizen waarin u verblijft. Als Ik het bloed zie, zal Ik u voorbijgaan en er zal geen plaag onder u zijn die verderf teweegbrengt, als Ik het land Egypte zal treffen. 14 Deze dag moet voor u een gedenkdag worden. U moet hem vieren als een feest voor de HEERE. U moet hem vieren als een eeuwige verordening, al uw generaties door. 15 Zeven dagen moet u ongezuurde broden eten. Meteen op de eerste dag moet u het zuurdeeg uit uw huizen wegdoen, want ieder die iets gezuurds eet, van de eerste tot de zevende dag, die persoon moet uit Israël worden uitgeroeid. 16 Op de eerste dag moet er een heilige samenkomst zijn, en ook moet u een heilige samenkomst hebben op de zevende dag. Geen enkel werk mag op die dag gedaan worden. Alleen dat wat door iedere persoon gegeten wordt, mag door u klaargemaakt worden. 17 Neem dan het feest van de ongezuurde broden in acht, want op deze zelfde dag zal Ik uw legers uit het land Egypte geleid hebben. Daarom moet u deze dag in acht nemen als een eeuwige verordening, al uw generaties door. 18 In de eerste maand moet u ongezuurde broden eten vanaf de avond van de veertiende dag van de maand tot de avond van de eenentwintigste dag van de maand. 19 Zeven dagen lang mag in uw huizen geen zuurdeeg gevonden worden, want ieder die iets gezuurds zal eten, die persoon moet uit de gemeenschap van Israël uitgeroeid worden, of hij nu een vreemdeling is of een ingezetene van het land. 20 U mag niets eten wat gezuurd is. In al uw woongebieden moet u ongezuurde broden eten. 21 Toen riep Mozes al de oudsten van Israël bijeen en zei tegen hen: Kies uit, en neem voor uzelf kleinvee voor uw gezinnen, en slacht het paaslam. 22 Neem dan een bosje hysop en doop het in het bloed dat in een schaal is, en strijk van het bloed dat in de schaal is, op de bovendorpel en op de beide deurposten. Maar wat u betreft, niemand mag de deur van zijn huis uit gaan, tot de volgende morgen. 23 Want de HEERE zal het land doortrekken om Egypte te treffen, maar als Hij het bloed zal zien op de bovendorpel en op de beide deurposten, dan zal de HEERE de deur voorbijgaan en de verderver niet toestaan om uw huizen binnen te komen om u te treffen. 24 Houd dit als verordening voor u en uw kinderen, tot in eeuwigheid. 25 En het zal gebeuren, als u in het land komt dat de HEERE u geven zal, zoals Hij gesproken heeft, dan moet u deze dienst in acht nemen. 26 En het zal gebeuren, als uw kinderen tegen u zullen zeggen: Wat betekent deze dienst voor u? 27 dat u moet zeggen: Dit is een Pascha-offer voor de HEERE, Die in Egypte de huizen van de Israëlieten voorbijging, toen Hij de Egyptenaren trof en onze huizen bevrijdde. Toen knielde het volk en boog zich neer. 28 De Israëlieten gingen weg en deden zoals de HEERE Mozes en Aäron geboden had, zo deden zij. 29 En het gebeurde te middernacht dat de HEERE alle eerstgeborenen in het land Egypte trof, vanaf de eerstgeborene van de farao, die op zijn troon zou zitten, tot aan de eerstgeborene van de gevangene, die zich in de gevangenis bevond, en alle eerstgeborenen van het vee. 30 Toen stond de farao 's nachts op, hij en al zijn dienaren en alle Egyptenaren. En er was een luid geschreeuw in Egypte, want er was geen huis waarin geen dode was.

31 En hij riep Mozes en Aäron in de nacht, en zei: Sta op, ga weg uit het midden van mijn volk, zowel u als de Israëlieten, en ga weg, dien de HEERE, zoals u gesproken hebt. 32 Neem zowel uw kleinvee als uw runderen mee, zoals u gesproken hebt, en ga heen. Maar zegen ook mij! 33 De Egyptenaren drongen sterk aan bij het volk, om het snel uit het land te laten gaan, want zij zeiden: Wij gaan anders allemaal sterven! 34 Toen pakte het volk zijn deeg op nog vóór het gezuurd was. Hun baktroggen waren in hun kleren op hun schouders gebonden. 35 De Israëlieten hadden gedaan overeenkomstig het woord van Mozes en hadden van de Egyptenaren zilveren voorwerpen, gouden voorwerpen en kleren gevraagd. 36 Bovendien had de HEERE het volk genade gegeven in de ogen van de Egyptenaren, zodat zij hun het gevraagde gaven. Zo beroofden zij de Egyptenaren. 37 Zo trokken de Israëlieten van Rameses naar Sukkoth, ongeveer zeshonderdduizend man te voet, mannen alleen, vrouwen en kleine kinderen niet meegerekend. 38 Ook trok een grote groep van mensen van allerlei herkomst met hen mee, en kleinvee en runderen, zeer veel vee. 39 Zij bakten ongezuurde koeken van het deeg dat zij uit Egypte meegebracht hadden, want het was niet gezuurd, omdat zij uit Egypte waren verdreven en niet hadden kunnen wachten, en ook geen proviand voor zich hadden klaargemaakt. 40 De verblijfsduur van de Israëlieten, de tijd die zij in Egypte gewoond hadden, was vierhonderddertig jaar. 41 En het gebeurde na verloop van vierhonderddertig jaar, op deze zelfde dag gebeurde het: alle legers van de HEERE zijn uit het land Egypte vertrokken. 42 Een nacht van waken was dit voor de HEERE om hen uit het land Egypte te leiden. Daarom is dit een nacht ter ere van de HEERE: een waken voor alle Israëlieten, al hun generaties door. 43 En de HEERE zei tegen Mozes en Aäron: Dit is de verordening voor het Pascha: geen enkele vreemdeling mag ervan eten. 44 Maar elke slaaf die u van iemand met geld gekocht hebt, mag ervan eten, zodra u hem besneden hebt. 45 Geen vreemdeling en dagloner mag ervan eten. 46 In één huis moet het gegeten worden. U mag van het vlees niets uit het huis naar buiten brengen, en u mag er geen been van breken. 47 Heel de gemeenschap van Israël moet dit doen. 48 Als er nu een vreemdeling bij u verblijft en als die voor de HEERE het Pascha wil houden, laat dan al wie mannelijk is bij hem, besneden worden. Dan mag hij naar voren komen om het Pascha te houden, en zal hij zijn als een ingezetene van het land. Niemand echter die onbesneden is, mag ervan eten. 49 Eén wet is er voor de ingezetene en voor de vreemdeling die te midden van u verblijft. 50 Alle Israëlieten deden zoals de HEERE Mozes en Aäron geboden had, zo deden zij. 51 En het gebeurde op deze zelfde dag dat de HEERE de Israëlieten uit het land Egypte leidde, ingedeeld naar hun legereenheden. Bijzondere bepalingen: Exodus 13:1-16 1 Toen sprak de HEERE tot Mozes: 2 Heilig voor Mij alle eerstgeborenen: alles wat de baarmoeder opent onder de Israëlieten, van de mensen en van het vee, dat behoort Mij toe.

3 Daarna zei Mozes tegen het volk: Gedenk deze dag, waarop u uit Egypte, uit het slavenhuis, vertrokken bent, want de HEERE heeft u met sterke hand vanhier uitgeleid. Daarom mag wat gezuurd is, niet gegeten worden. 4 Vandaag vertrekt u, in de maand Abib. 5 Het zal gebeuren, als de HEERE u gebracht heeft in het land van de Kanaänieten, Hethieten, Amorieten, Hevieten en Jebusieten, dat Hij uw vaderen gezworen heeft u te geven, een land overvloeiend van melk en honing, dat u dan in deze maand dit dienstwerk zult verrichten: 6 Zeven dagen moet u ongezuurde broden eten, en op de zevende dag zal er een feest zijn voor de HEERE. 7 Zeven dagen lang moeten er ongezuurde broden gegeten worden. Wat gezuurd is, mag bij u niet gezien worden, ja, geen zuurdeeg mag er in heel uw gebied bij u gezien worden. 8 En op die dag moet u uw zoon vertellen: Dit gebeurt om wat de HEERE voor mij gedaan heeft, toen ik uit Egypte vertrok. 9 En het moet voor u als een teken op uw hand zijn, en als een herinnering tussen uw ogen, opdat de wet van de HEERE op uw lippen is, want de HEERE heeft u met sterke hand uit Egypte geleid. 10 Daarom moet u deze verordening in acht nemen op de daarvoor vastgestelde tijd, van jaar tot jaar. 11 Het zal gebeuren, als de HEERE u in het land van de Kanaänieten gebracht heeft, zoals Hij u en uw vaderen gezworen heeft, en Hij het u gegeven heeft, 12 dat u alles wat de baarmoeder opent, aan de HEERE zult afstaan. Ook alles wat de baarmoeder opent van de dracht van het vee dat u toebehoort: de mannetjes zullen voor de HEERE zijn. 13 Maar alles wat de baarmoeder van een ezelin opent, moet u vrijkopen met een lam. Als u het niet vrijkoopt, moet u het de nek breken. Maar wat de mensen betreft, moet u alle eerstgeborenen onder uw zonen vrijkopen. 14 Het zal gebeuren, als uw zoon u morgen vraagt: Wat is dit? dat u tegen hem zult zeggen: De HEERE heeft ons met sterke hand uit Egypte, uit het slavenhuis, geleid. 15 Want toen de farao zich verhardde en weigerde ons te laten gaan, gebeurde het dat de HEERE alle eerstgeborenen in het land Egypte doodde, van de eerstgeborene van de mens tot de eerstgeborene van het vee toe. Daarom offer ik aan de HEERE de mannetjes van alles wat de baarmoeder opent, maar alle eerstgeborenen van mijn zonen koop ik vrij. 16 Dit zal tot een teken zijn op uw hand en tot een band tussen uw ogen, want de HEERE heeft ons met sterke hand uit Egypte geleid. Exodus 34: 25 U mag het bloed van Mijn offer niet offeren met iets dat gezuurd is, en het offer van het Pascha mag niet tot de volgende morgen overblijven. Leviticus 23:5 1 De HEERE sprak tot Mozes: 2 Spreek tot de Israëlieten en zeg tegen hen: De feestdagen van de HEERE, die u moet uitroepen, zijn heilige samenkomsten. Dit zijn Mijn feestdagen: 3 Zes dagen mag er werk verricht worden, maar op de zevende dag is het sabbat, een dag van volledige rust, een heilige samenkomst. Geen enkel werk mag u doen. Het is in al uw woongebieden een sabbat voor de HEERE. 4 Dit zijn de feestdagen van de HEERE, de heilige samenkomsten, die u op hun vastgestelde tijd moet uitroepen. 5 In de eerste maand, op de veertiende dag van de maand, tegen het vallen van de avond, is het Pascha voor de HEERE. Numeri 9: 6-14

6 En op de vijftiende dag van die maand is het Feest van de ongezuurde broden voor de HEERE. Zeven dagen lang moet u dan ongezuurde broden eten. 7 Op de eerste dag moet u een heilige samenkomst hebben. Geen enkel dienstwerk mag u dan doen. 8 Zeven dagen lang moet u de HEERE een vuuroffer aanbieden. Op de zevende dag is er dan een heilige samenkomst. Geen enkel dienstwerk mag u dan doen. 1 De HEERE sprak tot Mozes in de woestijn Sinaï, in het tweede jaar nadat zij uit het land Egypte vertrokken waren, in de eerste maand: 2 Laten de Israëlieten het Pascha houden op zijn vastgestelde tijd. 3 Op de veertiende dag in deze maand, tegen het vallen van de avond, moet u het houden, op zijn vastgestelde tijd; u moet het houden volgens alle bijbehorende verordeningen en bepalingen. 4 Mozes zei tegen de Israëlieten dat zij het Pascha moesten houden. 5 Zij hielden het Pascha op de veertiende dag van de eerste maand, tegen het vallen van de avond, in de woestijn Sinaï. Overeenkomstig alles wat de HEERE Mozes geboden had, zo deden de Israëlieten. Verandering van de vastgestelde tijd 6 Nu waren er mensen die vanwege het aanraken van het dode lichaam van een mens onrein waren, en op die dag het Pascha niet konden houden. Daarom kwamen zij die dag naar voren, vóór Mozes en vóór Aäron. 7 En die mensen zeiden tegen hem: Wij zijn onrein vanwege het aanraken van het dode lichaam van een mens. Waarom zouden wij afgehouden worden om de offergave van de HEERE op zijn vastgestelde tijd in het midden van de Israëlieten aan te bieden? 8 Mozes zei tegen hen: Blijf staan, dan zal ik horen wat de HEERE u gebiedt. 9 Toen sprak de HEERE tot Mozes: 10 Spreek tot de Israëlieten en zeg: Iedereen onder u of onder de generaties na u, wanneer hij onrein is vanwege het aanraken van een dood lichaam of ver onderweg is, moet toch voor de HEERE het Pascha houden. 11 In de tweede maand, op de veertiende dag, tegen het vallen van de avond, moeten zij het houden; met ongezuurde broden, en met bittere kruiden moeten zij het eten. 12 Zij mogen er niets van over laten blijven tot de volgende morgen en mogen er geen been van breken; volgens alle verordeningen voor het Pascha moeten zij het houden. 13 Maar de man die rein is en niet onderweg is, en die nalaat om het Pascha te houden, die persoon moet van zijn volksgenoten worden afgesneden. Hij heeft immers de offergave van de HEERE niet op zijn vastgestelde tijd aangeboden; die persoon moet zijn zonde dragen. 14 En wanneer er een vreemdeling bij u verblijft, moet ook hij het Pascha voor de HEERE houden. Volgens de verordening van het Pascha en de bepaling ervan, zo moet hij het houden. Voor u geldt één verordening, zowel voor de vreemdeling als voor de ingezetene van het land. Numeri 28:16-25 16 In de eerste maand, op de veertiende dag van de maand, is het Pascha voor de HEERE, 17 en op de vijftiende dag van deze maand is het feest; zeven dagen moeten er ongezuurde broden gegeten worden. 18 Op de eerste dag moet er een heilige samenkomst zijn; geen enkel dienstwerk mag u dan doen. 19 Maar u moet een vuuroffer als brandoffer aan de HEERE aanbieden: twee jonge stieren de jongen van een rund één ram en zeven lammeren van een jaar oud. Ze moeten zonder enig gebrek zijn. 20 En het bijbehorende graanoffer moet meelbloem zijn, met olie gemengd; drie tiende efa moet u bij de jonge stier doen, en twee tiende bij de ram. 21 Een tiende efa per lam moet u bij de zeven lammeren doen. 22 Vervolgens één bok als zondoffer om verzoening voor u te doen. 23 Naast het morgenbrandoffer, dat tot voortdurend brandoffer dient, moet u deze dingen doen.

24 Dienovereenkomstig moet u zeven dagen lang elke dag het voedsel van het vuuroffer bereiden als een aangename geur voor de HEERE; het moet bereid worden naast het voortdurende brandoffer, met het bijbehorende plengoffer. 25 Op de zevende dag moet u een heilige samenkomst houden; geen enkel dienstwerk mag u dan doen. Numeri 33:3-4 3 Zij braken op van Rameses; in de eerste maand, op de vijftiende dag van de eerste maand, de dag na het Pascha, vertrokken de Israëlieten door een opgeheven hand, voor de ogen van alle Egyptenaren, 4 terwijl de Egyptenaren hen begroeven die de HEERE onder hen getroffen had, alle eerstgeborenen; ook had de HEERE strafgerichten voltrokken over hun goden. Deuteronomium 16:1-8 1 Neem de maand Abib in acht en houd het Pascha voor de HEERE, uw God, want in de maand Abib heeft de HEERE, uw God, u in de nacht uit Egypte geleid. 2 Dan moet u voor de HEERE, uw God, het paaslam slachten, kleinvee en runderen, op de plaats die de HEERE zal uitkiezen om Zijn Naam daar te laten wonen. 3 U mag er niets wat gezuurd is bij eten. Zeven dagen moet u er ongezuurd brood bij eten, brood van de ellende want met haast bent u uit het land Egypte vertrokken om de dag te gedenken dat u uit het land Egypte trok, alle dagen van uw leven. 4 Er mag bij u zeven dagen lang geen zuurdeeg gezien worden, in heel uw gebied; en van het vlees dat u op de avond van de eerste dag slacht, mag niets tot de morgen overblijven. 5 U mag het paaslam niet slachten binnen een van uw poorten die de HEERE, uw God, u geeft. 6 Maar op de plaats die de HEERE, uw God, zal uitkiezen om Zijn Naam daar te laten wonen, daar moet u het paaslam slachten, in de avond, als de zon ondergaat, op het tijdstip dat u uit Egypte trok. 7 Dan moet u het koken en eten op de plaats die de HEERE, uw God, zal uitkiezen. Daarna, in de morgen, moet u zich omkeren en teruggaan naar uw tenten. 8 Zes dagen moet u ongezuurde broden eten. Op de zevende dag is er een bijzondere samenkomst voor de HEERE, uw God; dan mag u geen werk doen.