Algemeen deel commissioningsrichtlijnen Beschrijving STAP en commissioning

Vergelijkbare documenten
Richtlijn voor de commissioning van een trap Kwaliteitsmethode gericht op de kwaliteitsbeheersing en prestatieborging van een trap

Richtlijn voor de commissioning van een brandwerende doorvoering

Richtlijn voor de commissioning van een houten vloer. Afdeling eigenaar: A/AMS/TRE/AOA Versienummer: 1.0 Datum:

Richtlijn voor de commissioning van een buitenwand. Afdeling eigenaar: A/AMS/TRE/AOA Versienummer: 1.0 Datum:

Richtlijn voor de commissioning van een blusgasinstallatie

Richtlijn Site Acceptance Test Verdeelinrichtingen Naam eigenaar:

Richtlijn voor de commissioning van een dak. Afdeling eigenaar: A/AMS/TRE/AOA Versienummer: 1.0 Datum:

Richtlijn voor de commissioning van een HWA/VWA-systeem

Richtlijn voor de commissioning van noodverlichting

Richtlijn voor de commissioning van een no-break installatie

Richtlijn voor de commissioning van een brandmeldinstallatie. Afdeling eigenaar: A/AMS/TRE/AOA Versienummer: 1.0 Datum:

Richtlijn voor de commissioning van een rolpad. Afdeling eigenaar: A/AMS/TRE/AOA Versienummer: 1.0 Datum:

Richtlijn voor de commissioning van een verwarmingsketel. Afdeling eigenaar: A/AMS/TRE/AOA Versienummer: 1.0 Datum:

Richtlijn voor de commissioning van een gasvoorzieningsinstallatie. Versienummer: 1.0 Datum:

Richtlijn voor de commissioning van een Onderverdeelinrichting. Versienummer: 1.0 Datum:

Richtlijn voor de commissioning van een aardings- en potentiaalvereffeningsinstallatie

Richtlijn voor de commissioning van een koelmachine. Afdeling eigenaar: A/AMS/TRE/AOA Versienummer: 1.0 Datum:

Richtlijn voor de commissioning van een sprinklerinstallatie. Afdeling eigenaar: A/AMS/TRE/AOA Versienummer: 1.0 Datum:

Richtlijn voor het uitvoeren van een Total Operational Acceptance Test van Noodstroomvoorzieningen

Richtlijn Factory Acceptance Test Verdeelinrichtingen Naam eigenaar:

Richtlijn voor de commissioning van een sanitaire groep. Afdeling eigenaar: A/AMS/TRE/AOA Versienummer: 1.0 Datum:

Richtlijn voor het uitvoeren van een Total Operational Acceptance Test van Brandveiligheidsvoorzieningen

Overzicht richtlijnen, ontwerpgrondslagen en procedures. Naam document Versie Datum Proceseigenaar * Richtlijnen (functionele eisen)

Overzicht richtlijnen, ontwerpgrondslagen en procedures. Naam document Versie Datum Proceseigenaar * Richtlijnen (functionele eisen)

Richtlijn voor de commissioning van een noodstroominstallatie. Versienummer: 1.0 Datum:

Programma van Eisen voor Brandweerliften (PvE) SBCL

Bouwbesluit 2012, logiesfunctie, zorgplicht, handhaving, bestaande bouw, doorvoering Datum: 2 juni 2019 Status:

Besluit Brandveilig Gebruik Bouwwerk

Management Advies Centrum Noord BV. Projectmanagement in praktijk

FSE op luchthaven Schiphol. 9 juni 2010 Peter van Wijk

Voorbeeld INVENTARISATIE VOORZIENINGEN

1. BOUWKUNDIG ONDERHOUD 3 2. INSTALLATIE TECHNISCH ONDERHOUD WERKTUIGBOUWKUNDIG (WT) 4 3. ELEKTROTECHNISCH ONDERHOUD (ET) 6 4.

Bijlage A. Programma van Eisen (PvE)

Programma van Eisen Brandmeldinstallatie conform NEN C1-2010

Technical Inspection Service

Beschrijving. Verbouwniveau brandwerende doorvoering. Advies Definitief

Ministerie van Infrastructuur en Milieu Beheerst naar beheer

RICHTLIJNEN VOOR ONDERHOUD

OPNAME-RAPPORT APK-KEURING GEBOUWEN. Opsteller. Namens. Datum onderzoek. Aanwezig Naam Namens. Naam bouwwerk. Straat. Gemeente. Bestemming bouwwerk

Programma van Eisen (PvE) Brandmeldinstallatie conform NEN 2535

Inleiding... pagina 1. Presentatie NEN pagina 2. Introductieopleiding NEN- EN en NEN pagina 2

Brandveiligheidsmanagement inrichtingen binnen uw Zorgorganisatie. Iwan van Oijen Brafon Brandveiligheidsmanagement

VEILIGHEIDSREGIO HAAGLANDEN. RAPPORT VAN OPLEVERING Rook- en warmteafvoerinstallaties (RWA)en Rookbeheersingsinstallaties in parkeergarages

Brandpreventie. Werk nr Datum: HOOFDGEBOUW (2014)

Overdrachtsdocument Uitvoeringfase / beheerfase

NIEUWBOUW WIJKSPORTVOORZIENINGEN PERNIS

Projecten Onderhoudswerk district Raam Onderhoudsnaam district Hertogswetering. J. van den Brand

VEBON. VEBON-NOVB Eind- en toetstermen Onderhoudsdeskundige Brandmeldinstallaties

Aantoonbaar brandveilig bouwen: hoe doe je dat?

Openbaar Meld Systeem door Eric Verbeek

Amsterdam Airport Schiphol

Referentie model "Operationeel beheer en Onderhoud" voor het FttH netwerk van Sterk Midden Drenthe

Gemeenschappelijk Operator Netwerk CUWI Common Use Wireless Infrastructure. 21 april 2016 Teun ten Have

Bijlage 14 voor de Europees openbare aanbesteding van. Datamigratie. Dienst Uitvoering Onderwijs. Beschrijving Transitieplan

Inspectielijst Ingangsdatum: 1 juli 2017

VEILIGHEIDSREGIO HAAGLANDEN. RAPPORT van oplevering

VEILIGHEIDSREGIO HAAGLANDEN RAPPORT VAN OPLEVERING BRANDMELDINSTALLATIE

VEBON. VEBON-NOVB Eind- en toetstermen Projecteringsdeskundige Brandmeldsinstallaties

Verduurzamen meerjarenonderhoud bij basisscholen

Vrijgaveadvies. Project <naam project>

Kiwa N.V. 3/12/14. Roy Senden. Partner for progress

Plan van Aanpak Pilot

Bestaande ontruimingsalarminstallaties

Beschrijving. Horeca en wonen in één brandcompartiment. Advies Definitief

Brandmeldcentrale BMC-V

Inspecties van brandveiligheid

Bijlage 7. Procedure Wijzigingsbeheer voor het beheer van KLIVIA

ADVIES. Registratienummer: 1308 Brandwerend rolscherm OV-busterminal Trefwoorden: Brandwerendheid, beoordelingscriteria, EI, EW Datum: 3 oktober 2013

Arnold Bosch: Remko de Haan: 1967 architect vastgoed

Checklijsten Stappenplan Brandveiligheidsanalyse borging

A.1 Uitgangspunten en opbouw van het PvE

Beheersbaarheid van Brand Project:

VEILIGHEIDS- EN GEZONDHEIDSPLAN

BEM Ontruimingsplan. Tijdelijke huisvesting de Lindenburgh De Ambacht CV Nieuw-Vossemeer

NIEUWBOUW KINDERDAGVERBLIJF DE ARK AGRA MATIC BV

AMSTERDAM ARENA ENERGIE OPSLAG Brandveiligheid 10 MEI 2017

REFERENTIE BIJLAGE 1 PRA-FORMULIER BIJLAGE 2 INTERACTIE MATRIX (VOORBEREIDING PRA

CERTIFICEREN IN GEBRUIK STELLEN SERVICE EN ONDERHOUD VERVANGINGSADVIES

Hercontrole (Loze) brandmelding Telefoonnummer: Omschrijving voorschrift NvT NG V AP OT Vluchtwegen / uitgangen

Reflectie op interne en externe hulpverlening.

ZITTINGZAAL VAN DE MAATWERKOPLOSSINGEN VOOR DIGITALE ZITTINGZALEN TOEKOMST + +

Handleiding integrale beproeving type 2, brandveiligheid

RISICO-INVENTARISATIE

CERTIFICEREN BMI / OAI IN DE PRAKTIJK

Vrijblijvende projectinformatie Te huur Winkel- en horecaruimte in Hart van s-gravenzande te s-gravenzande

PROJECT PLAN VOOR DE IMPLEMENTATIE VAN EEN STANDAARD SITE VOOR DE VERENIGING O3D

REFERENTIE BIJLAGE 1 PRA-FORMULIER BIJLAGE 2 INTERACTIE MATRIX (VOORBEREIDING PRA

Aantoonbaar brandveilig bouwen: hoe doe je dat?

Planning & Control. Inleiding. Inhoudsopgave

kenmerk Error! Bookmark not defined. datum pagina 1/5

Commissioning in de praktijk

Handleiding uitvoering ICT-beveiligingsassessment

Servicebedrijf HR. Brandveiligheid II UMC St Radboud

VEILIGHEIDSREGIO HAAGLANDEN. RAPPORT van oplevering. Automatische deuren

1 Inleiding vereist kwaliteitsniveau... 2

AMSTERDAM ARENA ENERGIE OPSLAG Brandveiligheid 9 DECEMBER 2016

ATEX expert groep. Zeeuwse Innovatie Starter ATEX donderdag 12 oktober E. de Brouwer (DOW) / A. Platteeuw (Yara)

ATRIA EN HET BOUWBESLUIT

Transcriptie:

Beschrijving STAP en commissioning Opgesteld door : N.A.M. Schmidt Bedrijfsonderdeel : A/ASM/TRE/AOA Opdrachtgever : M.E. Bos Bedrijfsonderdeel : A/ASM/TRE/AOA Documentnummer : RC-ALG-01 Versie : 1.0 Datum : 20 december 2013 Status : Definitief

Schiphol Nederland B.V. Copyright 2013 Dit document is eigendom van de Schiphol Nederland B.V. (SNBV). Gebruik hiervan, evenals het (doen) aanbrengen van elke aanvulling / wijziging behoeft uitdrukkelijke toestemming van de SNBV. Ontstane schade anders dan door normaal gebruik / slijtage, dit ter beoordeling van de SNBV, komt voor rekening van de betreffende gebruiker / schadeveroorzaker. SNBV sluit elke aansprakelijkheid voor schade, ontstaan door het gebruik van de in dit document gegeven informatie, nadrukkelijk uit. Van dit document mag niets worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt d.m.v. druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze dan ook, zonder voorafgaande toestemming van de SNBV. 20 december 2013 i

DOCUMENTBEHEER Documentgegevens Opdrachtgever Opgesteld door A/ASM/TRE/AOA, M.E. Bos A/ASM/TRE/AOA, N.A.M. Schmidt Titel Algemeen deel commissioning richtlijnen Documentnummer RC-ALG-01 Versienummer 1.0 Datum 20 december 2013 Status Definitief Documenttype Trefwoord(en) Richtlijn Acceptatiecriteria, Commissioning, In-bedrijfname, Ingebruikname, Kwaliteit, Oplevering, Overdracht, Prestatieborging, Richtlijn, Site Acceptance Test. Verzendlijst n.t.b. Document historie Datum Versie Documentstatus Wijziging Omschrijving activiteit 20-12-2013 1.0 Algemeen deel commissioning richtlijnen Door Naam opstellers N.A.M. Schmidt Goedkeuring Naam Functie Paraaf Datum M.E. Bos Adviseur A/TRE/AOA 20 december 2013 ii

INHOUDSOPGAVE 1 Algemeen STAP en commissioning... 1 1.1 Algemeen... 1 2 Commissioning team... 3 2.1 Algemeen... 3 2.2 Samenstelling team bij uitvoering TOAT s... 3 3 Acceptatie... 5 4 Verantwoordelijkheid tijdens de fases... 6 5 Uitvoering commissioning... 7 5.1 Commissioningplan... 7 5.2 Verstoring operationele proces... 7 5.3 Uitvoering TOAT... 7 5.4 Oplevering versus uitvoering TOAT... 7 5.5 Ingebruikname versus oplevering bedrijfsmiddel... 8 5.6 Oplevering bedrijfsmiddelen in afzonderlijke ruimtes... 9 5.7 Instructie/ training van beheerders en gebruikers bij overdracht... 9 6 Bedrijfsmiddelen in relatie tot mechanische brandscheiding en brandcompartiment... 10 Bijlage 1: Overzichtslijst bedrijfsmiddelen en commissioningsrichtlijnen... 11 Bijlage 2: Bedrijfsmiddelen in relatie tot mechanische brandscheiding en brandcompartiment 13 20 december 2013 iii

AFKORTINGEN A AAS ASM AOM FAT IV MP OM SAT STAP (T)OAT TRE VIAT WP Aviation Amsterdam Airport Schiphol Asset Management Airport Operational Manager Factory acceptance test Installatieverantwoordelijke Managing Product Delivery Operational Manager Site acceptance test STandaard Aanpak Projecten (Total) operational acceptance test Terminal Real Estate, beheerder Terminal (A/ASM/TRE) Voorschriften Informatie Aanlevering Terminalcomplex Work Package 20 december 2013 iv

BEGRIPPEN EN DEFINITIES Bedrijfsmiddel Commissioning Commissioning Autoriteit Factory Acceptance Test Inbedrijfname Ingebruikname Oplevering Overdracht Project Restpunt Schouw Site Acceptance Test Product of een samenstelling van producten die dienst doen ter ondersteuning van de (dagelijkse) operatie. Het gefaseerde proces met allerlei activiteiten gericht op de inbedrijfname en prestatieborging van bedrijfsmiddelen. Functionaris, aangesteld door de projectboard en onafhankelijk van de adviseur en installateur, die het commissioningsproces begeleidt vanaf initiatieffase tot en met de overdracht. Test van het bedrijfsmiddel in de fabriek in een vooraf bepaalde testopstelling en onder vooraf vastgestelde voorwaarden en procedures. Het moment dat het afzonderlijke bedrijfsmiddel in functie wordt gesteld of hersteld waarvoor het is bedoeld met als doel om de correcte werking van het bedrijfsmiddel aan te tonen. De inbedrijfname betreft een testsituatie en dient voorafgaand aan de SAT plaats te vinden. Bij afgekeurde SAT dient het bedrijfsmiddel indien nodig uit bedrijf te worden genomen om eventuele aanpassingen door te voeren. Het moment waarop het gebouw, gebouwdeel, bedrijfsmiddel of voorziening, ofwel het geheel aan bedrijfsmiddelen waaruit het project bestaat, integraal in die functie gebruikt gaat worden waarvoor het is bedoeld. Een operationele ingebruikname kan alléén plaatsvinden wanneer er géén restpunten zijn die een veilig en verantwoord gebruik in de weg staan. Het moment waarop de (hoofd-)aannemer of installateur het project, dat bestaat uit nieuwbouw van of aanpassing aan een gebouw, gebouwdeel, bedrijfsmiddel of voorziening, voltooid heeft en aan het commissioning team ter beschikking stelt. Het moment dat het aangepaste bedrijfsmiddel of verzameling van aangepaste bedrijfsmiddelen deel uitmakend van het project, formeel wordt overgedragen aan het commissioning team. Op dit moment dient alle voor de bedrijfsvoering relevante informatie/ documentatie volledig door de projectorganisatie aangeleverd te zijn, dient eventuele training of instructie aan bedienend personeel gegeven te zijn en zijn er geen restpunten meer, dan wel is er overeenstemming over nog uit te voeren werkzaamheden. Geheel van samenhangende activiteiten in een tijdelijke organisatie om, binnen gestelde condities, een van te voren gedefinieerd resultaat op te leveren. (Bouw-)activiteit benodigd aan een bedrijfsmiddel of een verzameling van bedrijfsmiddelen ten behoeve van het volledig (storingsvrij) functioneren van het bedrijfsmiddel of verzameling van bedrijfsmiddelen om daarmee te voldoen aan vooraf gestelde eisen. Bezichtiging van de status van het project op locatie waarbij de (status van de) uitvoering van het project wordt beoordeeld. Een schouw kan voor de verschillende vakdisciplines apart georganiseerd worden. Visuele check en/of functionele test van het bedrijfsmiddel op locatie waar het bedrijfsmiddel zijn uiteindelijke functie moet uitoefenen. 20 december 2013 v

1 Algemeen STAP en commissioning 1.1 Algemeen AAS heeft voor de uitvoering van haar projecten gekozen voor de STandaard Aanpak voor Projecten (STAP). Het doel van STAP is het hanteren van één uniforme projectaanpak voor geheel Schiphol. Een uniforme structuur en aanpak leidt tot lagere kosten en hogere kwaliteit van projectrealisatie. Het proces wordt transparanter en de uitkomsten meer voorspelbaar. STAP bestaat uit een aantal processtappen. Zij vormen een verzameling activiteiten die noodzakelijk zijn voor het besturen van een project, het managen van het projectproces en de inhoudelijke realisatie van het project. De STAP methode beoogt zoveel mogelijk de documenten die nodig zijn om het project te besturen en de documenten die nodig zijn om de inhoudelijke voortgang in het project te boeken, zoals bijvoorbeeld een Programma van Eisen (PvE), schetsontwerp en oplevering- en overdracht-protocol, te definiëren en te standaardiseren. Een belangrijk thema dat tijdens de processen een rol speelt is het thema kwaliteit. Tijdens de processen worden de door het projectteam geformuleerde initiële kwaliteitsverwachtingen en acceptatiecriteria verfijnd en verder uitgewerkt in specifieke projectproducten, zogenaamde Product Descriptions. Voor het proces Managen van Productoplevering tijdens de Uitvoering is de kwaliteit uitgewerkt door bepaalde milestones en activiteiten te definiëren die nodig zijn om het werk of product uit te voeren en het afgeronde werk op te leveren. Dit noemt men ook wel commissioning, ofwel de methode of het proces gericht op de kwaliteitsbeheersing en prestatieborging van een product. Onderstaande figuur geeft weer uit welke milestones en activiteiten het commissioningstraject tijdens de uitvoering bestaat. = Commissioningsdocumenten Figuur 1: Milestones en activiteiten Commissioning tijdens de Uitvoering Aan elke milestone zijn zogenaamde in- en outputdocumenten verbonden, de zogenaamde commissioningsdocumenten, waarmee de kwaliteit van het product van te voren wordt vastgelegd en achteraf kan worden getoetst. In tabel 1 staat weergegeven welke in- en output documenten per milestone van kracht zijn. 20 december 2013 1

Mileston e Omschrijving milestone Type document Commissioningsdocumenten (1) (2) Richtlijn (3) R U V W Factory Acceptance Test (FAT) In-bedrijfname Site Acceptance Test (SAT) (Total) operational Acceptance Test ((T)OAT) Uitgangspunten commissioningsproces en -documenten Tabel 1: In- en outputdocumenten commissiongsproces Inputdocument = Protocol (4) FAT Protocol In-bedrijfname protocol SAT protocol (T)OAT protocol X Oplevering opleveringsprotocol Y In-gebruikname In-gebruikname protocol Outputdocument = Rapport (5) FAT rapport In-bedrijfname rapport SAT rapport (T)OAT rapport Proces-verbaal van oplevering Product documentatie/ rapport van ingebruikname Z Overdracht Overdrachtsprotocol Overdrachtsformulier Voorliggend Algemeen deel is een onderdeel van de Product Description en bevat de uitgangspunten voor de commissioningsactiviteiten en documenten (kolom 4 en 5) voor de milestones uit figuur 1, voor zover van toepassing voor het onderhavige bedrijfsmiddel. Het document beperkt zich tot de in figuur 1 met gele pijlen aangegeven milestones. Op basis van de commissioningsrichtlijn van het betreffende bedrijfsmiddel/ installatie worden door (hoofd-) aannemer/ uitvoerende partij de commissioningsprotocollen (kolom 4) en rapportages (kolom 5) voor het desbetreffende project of bedrijfsmiddel opgesteld en aangeleverd, conform onderstaand processchema: Commissioningsrichtlijn betreffend bedrijfsmiddel Protocol (4) Opmerkingen op protocol Uitvoering commissioning activiteit o.b.v.protocol Rapport (uitgewerkt protocol) (5) Product opdrachtgever Documenten aannemer Gezamenlijke activiteit Figuur 2: proces commissioningsdocumenten De uitgangspunten die per milestone voor het desbetreffende bedrijfsmiddel/ installatie van kracht zijn, staan weergegeven in de afzonderlijke specifieke richtlijnen per bedrijfsmiddel. Zie hiervoor ook de overzichtslijst in bijlage 1. 20 december 2013 2

2 Commissioning team 2.1 Algemeen Uitgangspunt van commissioning is dat bij de uitvoering van projecten door de project manager een commissioning team wordt gevormd, dat de commissioningsactiviteiten gaat uitvoeren (zie ook hoofdstuk 5). Het team bestaat normaliter uit onderstaande functies: Basis samenstelling voor alle bedrijfsmiddelen: Commissioning Autoriteit 1 ) Vertegenwoordiger Asset Manager 2 ) Vertegenwoordiger Asset Owner 2 ) Vertegenwoordiger namens hoofdaannemer 1) De Commissioning Authoriteit (CA) wordt aangesteld door de projectmanager (PM) in overleg met de Project Board; rol kan ook door PM of, bij kleine projecten of modificaties, door verantwoordelijk beheerder ingevuld worden. 2) Dikwijls wordt deze functie gecombineerd en uitgevoerd door één en dezelfde persoon Extra voor elektrotechnische bedrijfsmiddelen/ bedrijfsmiddelen met relevante elektronische componenten: Installatieverantwoordelijke (IV) Asset Owner Installatieverantwoordelijke (IV) namens hoofdaannemer Optioneel voor alle bedrijfsmiddelen (projectafhankelijk): Vertegenwoordiger Proces Owner Schiphol (gebruikers, bijvoorbeeld Security, Bagage) Vertegenwoordiger namens ontwerpteam Onderaannemer/ leveranciers Vertegenwoordiger Service Provider Overige projectbetrokkenen (bijvoorbeeld brandweer, KMAR, certificerend orgaan; zie ook 2.2) Projecten zijn er in alle vormen en maten. De werkelijke samenstelling van het commissioning team dient op het onderhavige project en op de betreffende milestone te worden afgestemd. Hierbij kan gekozen worden om bepaalde functies te combineren of extra functies in te zetten. In overleg met de Project Board stelt de project manager het commissioning team samen. De leden van het commissioning team dienen in principe bij alle relevante momenten aanwezig te zijn, tenzij anders afgesproken of aangegeven. 2.2 Samenstelling team bij uitvoering TOAT s Bij het uitvoeren van de Total Operational Acceptance Tests zijn, gezien het integrale karakter, dikwijls meerdere partijen betrokken dan per afzonderlijk bedrijfsmiddel. Hierbij valt onder andere te denken aan: Specifieke (functies van) afdelingen van AAS (bv. afdeling brandveiligheid van A/ASM/TRE/I) Functioneel beheerder specifieke systemen Regiecentrum (alarmcentrale en operationele plekken) Technisch Operational Management (TOM; meestal via RC) (A)OM-ers Afdeling Security Afdeling Bagage Afdeling Schiphol Real Estate Afdeling Consumers 20 december 2013 3

Bevoegd gezag Brandweer Schiphol KMAR/ douane Service providers diverse onderhoudspercelen De projectmanager dient voor de TOAT s, indien noodzakelijk in samenspraak met de Project Board, het juiste commissioning team samen te stellen. 20 december 2013 4

3 Acceptatie In principe geldt voor de acceptatie van de bedrijfsmiddelen, dat zonder acceptatie van het bij de betreffende milestone behorende product of document, niet naar de volgende milestone kan worden overgegaan. Werkzaamheden ten behoeve van de vigerende milestone worden dan herhaald net zolang totdat acceptatie heeft plaatsgevonden. Voorts is het uitgangspunt dat, met betrekking tot het gerealiseerde bedrijfsmiddel of installatie, voldaan is aan alle relevante aspecten van de van toepassing zijnde (i) (inter)nationale, regionale en lokale wet- en regelgeving en (ii) privaatrechtelijke regelingen, waarvan het bestaan van algemene bekendheid van betrokken partijen wordt verondersteld. Over eventuele afwijkingen of ontheffingen dient in de voorbereidingsfase aantoonbaar vóóraf afstemming te zijn geweest. Acceptatie van (de kwaliteit van) het te realiseren product vindt in principe plaats door: Ondertekening goedkeuringsblad rapportage/ proces verbaal/ overdrachtsformulier door alle leden commissioning team Paraferen van elke pagina van de rapportage/ proces verbaal/ overdrachtsformulier van aannemer door alle leden van het commissioning team. N.B. De acceptatie op bovengenoemde wijze heeft uitsluitend tot het gevolg dat het project naar de volgende milestone kan gaan en verandert op geen enkele wijze het eigenaarschap of de verantwoordelijkheid voor het bedrijfsmiddel, zoals vastgelegd in het volgende hoofdstuk. In alle gevallen geldt dat de CA pas voor akkoord kan tekenen nadat alle andere leden van het commissioning team dat hebben gedaan. Eventuele afwijkingen alleen in overleg met CA. Voorbeeld parafering niet-elektrotechnisch bedrijfsmiddel: Paraaf CA Paraaf Asset Owner Paraaf hoofdaannemer Paraaf ontwerpteam Paraaf Service Provider Voorbeeld parafering elektrotechnisch bedrijfsmiddel: Paraaf CA Paraaf Asset Owner Paraaf ontwerpteam Paraaf IV-er Asset Owner Paraaf IV-er aannemer 20 december 2013 5

4 Verantwoordelijkheid tijdens de fases Met betrekking tot het eigenaarschap en de verantwoordelijkheid tijdens de diverse milestones en tussenliggende fases geldt in principe: Milestone Naam Verantwoordelijkheid bedrijfsmiddel Eigenaarschap Asset owner * Hoofdaannemer * R FAT X U In-bedrijfname X V SAT X W (T)OAT** X** X Oplevering X Hoofdaannemer Y In gebruikname X Asset Owner Schiphol Z Overdracht X Group *** Tabel 2: Verantwoordelijkheid per milestone * Voor alle elektrotechnische gerelateerde bedrijfsmiddelen wordt de rol van Asset owner en van hoofdaannemer in principe vervuld door de Installatieverantwoordelijke of diens gedelegeerde. ** Geldt indien een TOAT binnen het project wordt uitgevoerd. Indien een TOAT vanwege preventief onderhoud op initiatief van en/of door beheerorganisatie wordt uitgevoerd (zie ook paragraaf 5.3), zijn bedrijfsmiddelen doorgaans reeds in eigendom van Asset Owner Schiphol Group. *** Het eigenaarschap kan soms verdeeld zijn over meerdere asset owners. Bijvoorbeeld een deur uitgerust met toegangsbeheer (TGB), met gedeeld eigenaarschap tussen A/ASM en afdeling Access Control. De afzonderlijke commissioningsrichtlijnen beschrijven enkel het A/ASM-gedeelte. Voor feitelijke ingebruikname zie paragraaf 5.3. 20 december 2013 6

5 Uitvoering commissioning 5.1 Commissioningplan In het project dient in samenwerking met het commissioning team een project specifiek en integraal commissioningsplan of testplan te worden opgesteld. In dat plan dient, afhankelijk van de grootte en complexiteit van het project, te worden aangegeven op welke milestones welke onderdelen getoetst gaan worden. Hierbij dienen de volgende documenten als basis: Commissioningsrichtlijnen van de afzonderlijke bedrijfsmiddelen TOAT s brandveiligheidsvoorzieningen en noodstroomvoorzieningen Zie bijlage 1 voor het overzicht van commissioningsrichtlijnen per bedrijfsmiddel. De richtlijnen voor de afzonderlijke bedrijfsmiddelen geven de milestones weer die van belang zijn en de acceptatiecriteria die aan de diverse milestones en daaraan gekoppelde activiteiten gesteld worden. Het is de taak van het project om bij het opstellen van het integraal commissioningsplan te beoordelen of en in welke mate de afzonderlijke richtlijnen gehanteerd kunnen worden en of, wanneer en in welke mate de TOAT s van toepassing zijn. Het commissioningsplan dient afgestemd te worden met het commissioning team. 5.2 Verstoring operationele proces Bij de SAT, de (T)OAT en in mindere mate de oplevering kunnen, afhankelijk van de complexiteit van het project, systemen of bedrijfsmiddelen worden getest die deel uitmaken van bestaande operationele infrastructuren of gekoppeld zijn aan andere operationele systemen of (rand-)apparatuur. In die gevallen is het uitgangspunt dat de verstoringen van het operationele proces tot een minimum beperkt dienen te blijven. Dit kan inhouden dat testen buiten de operationele tijden uitgevoerd moeten worden. Een en ander dient opgenomen te worden in het commissioningsplan. 5.3 Uitvoering TOAT De Total Operational Acceptance Test kan uitgevoerd worden door het project of door de (interne) lijn organisatie. Indien uitgevoerd door het project, dan betreft het meestal een integrale test van systemen, installaties en bedrijfsmiddelen binnen de projectdemarcatie, vaak deel uitmakend van een gebouw of gebouwdeel. Indien uitgevoerd door de interne organisaties, dan betreft het meestal een geheel gebouw, gebouwdeel of verzorgingsgebied. In beide situaties geldt dat op basis van de bestaande Richtlijnen TOAT s (brandveiligheidsvoorzieningen en noodstroomvoorzieningen) specifieke TOAT-protocollen moeten worden opgesteld. 5.4 Oplevering versus uitvoering TOAT In de afzonderlijke commissioningsrichtlijnen per bedrijfsmiddel, wordt bij de Uitgangspunten TOAT in een aantal gevallen vermeld dat het bedrijfsmiddel is opgenomen in de TOAT Brandveiligheidsvoorzieningen en/of Noodstroomvoorzieningen. Daarbij wordt vervolgens bij de opleveringsvoorwaarden vermeld dat het bedrijfsmiddel alléén kan worden opgeleverd indien de TOAT(S) hebben plaatsgevonden en het bedrijfsmiddel ook op andere criteria is beproefd. In een project van enige omvang komt het echter geregeld voor dat afzonderlijke bedrijfsmiddelen op zich gereed zijn om opgeleverd te kunnen worden, maar dat de (T)OAT binnen het project nog niet aan de orde is, omdat het project zich nog in een te vroeg stadium bevindt. Vanuit veiligheids- of operationele overwegingen kan het echter wél van belang zijn het bedrijfsmiddel op te leveren om deze zodoende operationeel in gebruik te nemen. In die gevallen dienen binnen het commissioning team maatregelen te worden overwogen en bepaald om de operationele ingebruikname van het gebruiksmiddel niet in de weg te staan. Mogelijke oplossingen kunnen zijn: 20 december 2013 7

Bij geen gelegenheid tot uitvoering TOAT brandveiligheidsvoorzieningen (bvv): Functionele test sturing afzonderlijk bedrijfsmiddel door brandmeldcentrale zoals beschreven in de TOAT Brandveiligheidsvoorzieningen uitvoeren tijdens de SAT van het afzonderlijke bedrijfsmiddel. Tijdens de later uit te voeren TOAT bvv kan de test dan worden herhaald. Dit dient zeker te geschieden indien na de afzonderlijke test een of meerdere systeemwijzigingen zijn doorgevoerd. Bij geen gelegenheid tot uitvoering TOAT noodstroomvoorzieningen: Functionele test bedrijfskritische systemen en installaties op urgente en vitale voeding zoals beschreven in de TOAT noodstroomvoorzieningen uitvoeren tijdens de SAT van het afzonderlijke bedrijfsmiddel. Tijdens de later uit te voeren TOAT kan de test dan worden herhaald. Dit dient zeker te geschieden indien na de afzonderlijke test een of meerdere systeemwijzigingen zijn doorgevoerd. Algemeen: Opstellen en implementeren van tijdelijke maatregelen om de risico s van het niet volledig functioneel geteste bedrijfsmiddel te kunnen beheersen en hiervan vervolgens melding te maken in de commissioningsdocumenten. De uiteindelijke oplossingen en (beheers-)maatregelen zijn projectafhankelijk en worden door het commissioning team bepaald. 5.5 Ingebruikname versus oplevering bedrijfsmiddel Voor elk bedrijfsmiddel is de oplevering een belangrijk moment; hierbij wijzigt het eigenaarschap naar de uiteindelijk Asset Owner. Na de oplevering kan in principe de operationele ingebruikname plaatsvinden. Tijdens die milestone worden door de technisch beheerder van A/ASM/TRE dikwijls geen andere criteria opgegeven anders dan aangegeven tijdens de oplevering. Echter, feitelijke ingebruikname van het bedrijfsmiddel in het gebied waarin het zich bevindt gaat, afhankelijk van het project, dikwijls in samenspraak met overige partijen. De volgende voorbeelden illustreren dit: Situatie waarbij een bedrijfsmiddel zich bevindt in een douanescheiding of gebiedsscheiding (critical/ non-critical), bijvoorbeeld een (elektrische) deur. Deze is dan dikwijls uitgerust met toegangsbeheer (TGB). Conform afzonderlijke commissioningsrichtlijnen van A/ASM wordt de deur opgeleverd. Feitelijke ingebruikname kan gezien het TGB-aspect en gebiedsscheiding echter alleen plaatsvinden in samenspraak met Security en eventueel overig betrokkenen. Situatie waarbij een rolpad in een passagiersgebied is gerealiseerd. Conform afzonderlijke commissioningsrichtlijnen van A/ASM kan het rolpad opgeleverd worden. Feitelijke ingebruikname is echter afhankelijk van de status van het gebied waarin het zicht bevindt. Indien bijvoorbeeld de sprinklerinstallatie boven het rolpad of in de rolpadbak niet correct functioneert of de compartimentering niet voldoet, kan besloten worden het gebied (en daarmee ook het rolpad) niet in gebruik te nemen. Situatie waarbij een (clustering van) bedrijfsmiddelen een gedeelde asset owner hebben en waarbij de feitelijke ingebruikname, naast de acceptatiecriteria van A/ASM/TRE, mede gebaseerd is op acceptatiecriteria van overige partijen (bijvoorbeeld het geval bij een metaaldetectiepoort). Deze situatie is per project verschillend. Commissioning team dient de situatie te beoordelen en in samenspraak met gerelateerden (zie 2.2) een besluit m.b.t. het bedrijfsmiddel te nemen. 20 december 2013 8

5.6 Oplevering bedrijfsmiddelen in afzonderlijke ruimtes Veel bedrijfsmiddelen bevinden zich in (kleine) afzonderlijke ruimtes die speciaal voor die bedrijfsmiddelen gerealiseerd zijn of worden. Hierbij geldt: De technische ruimte is opgeleverd conform de eisen die gelden voor technische ruimtes. Hiervoor is dan een separaat commissioningstraject doorlopen. Indien dit formeel nog niet heeft kunnen plaatsvinden omdat het project nog niet zover is, maar indien het uit veiligheids- of operationele overwegingen wél van belang is die bedrijfsmiddelen op te leveren, geldt: De ruimte is veilig te betreden Er bevinden zich geen bouwmaterialen/ troep in de ruimte Alle voorzieningen die een veilig gebruik van de ruimte moeten garanderen zijn aanwezig De toegang tot de ruimte is alleen voor bevoegde personen mogelijk 5.7 Instructie/ training van beheerders en gebruikers bij overdracht In de afzonderlijke commissioningsrichtlijnen van de bedrijfsmiddelen staat in een aantal gevallen dat instructie en/ of training van de beheerders en/of gebruikers van het systeem dient te hebben plaatsgevonden. Doelstelling hiervan is dat betrokken partijen bekend zijn met het systeem. Specifiek hierbij geldt: Dat onderhoudspersoneel in staat is het systeem: o In en buiten werking te stellen o Veilig te stellen o Storingen op juiste waarde te kunnen inschatten en i.h.k.v. eerstelijns onderhoud corrigerende acties te kunnen uitvoeren o Eerstelijns preventief onderhoud te kunnen uitvoeren Dat bedienend personeel in staat is: o Het systeem of installatie operationeel te kunnen bedienen o Storingen op juiste operationele waarde te kunnen interpreteren o Maatregelen te nemen om bij storingen de situatie operationeel veilig te stellen 20 december 2013 9

6 Bedrijfsmiddelen in relatie tot mechanische brandscheiding en brandcompartiment Enkele elektrische en niet-elektrische bedrijfsmiddelen waarvoor specifieke commissioningsrichtlijnen bestaan, kunnen tevens onderdeel zijn van een mechanische brandscheiding of brand-of rookwerende scheidingen in een brandcompartiment. De relatie hiertussen en welke richtlijn(-en) voor die bedrijfsmiddelen geraadpleegd dienen te worden, staan vermeld in de tabel van bijlage 2. Dezelfde tabel is verder opgenomen in: RC-IN-BV-07: mechanische brandscheiding RC-IN-BV-09: brandcompartiment RC-FA-LB-02: elektrisch aangedreven afsluitinstallatie 20 december 2013 10

Bijlage 1: Overzichtslijst bedrijfsmiddelen en commissioningsrichtlijnen Onderstaand overzicht geeft een beeld van het totaal van bedrijfsmiddelen van A/TRE en of hiervoor reeds commissioningsrichtlijnen beschikbaar zijn. Er geldt: commisioning-richtlijn fase 1, april 2013 commissioning-richtlijn fase 2, november 2013 commissioning-richtlijn fase 2; bedrijfsmiddel opgenomen in andere richtlijn commisioning-richtlijn fase 3, nog op te stellen Voor fase 1 geldt dat het Algemeen Deel geïntegreerd is in de afzonderlijke richtlijnen. Bij fase 2 is het Algemeen Deel een separaat document (dit document), waarnaar in de afzonderlijke commissioningsrichtlijnen wordt verwezen. Voor vragen kan contact opgenomen worden met A/TRE. 20 december 2013 11

TOAT Data- en spraak Transport en logistieke assets = FACILITY Zwakstroom/ Communicatie/ beveiliging = INFRA Bouwkunde = FACILITY Brandveiligheid = INFRA Facility Services = FACILITY Mechanical Engineering = INFRA Electrical Engineering = INFRA Alg TRE Bedrijfsmiddelen Naam richtlijn Technische beheerder/ gesproken met: Opmerkingen Algemeen deel commissioning RC-ALG-01 (De-)centale units vluchtw egbebording (Cooper Menvier) RC-IN-ET-01 Harm de Jong zie RC-IN-ET-15 Aansluitingen aarding en vereffening RC-IN-ET-18 opgenomen in RC-IN-ET-18 Aansluitingen gebuikstoestellen RC-IN-ET-02 Aansluitingen metalen gestellen RC-IN-ET-18 opgenomen in RC-IN-ET-18 Aansluitpunten preferent en niet-preferent RC-IN-ET-04 Bliksemafleiderinstallatie (daknet) RC-IN-ET-18 opgenomen in RC-IN-ET-18 Brandstofcel RC-IN-ET-06 Brandstoftank (voorraadtank) RC-IN-ET-08 Harm de Jong opgenomen in RC-IN-ET-08 Brandstoftransportinstallatie RC-IN-ET-08 Harm de Jong Brandw erende doorvoeringen RC-IN-ET-09 Harm de Jong Eindverdeelinrichtingen RC-IN-ET-10 Hoofdverdeelinrichting RC-IN-ET-11 Kabeltracé RC-IN-ET-12 Harm de Jong No-break installatie RC-IN-ET-13 Harm de Jong Noodstroominstallatie - ENKELE NSA RC-IN-ET-14 Noodverlichting RC-IN-ET-15 Harm de Jong Normale verlichting RC-IN-ET-16 Oplaad- en opstellocaties RC-IN-ET-17 Potentiaalvereffening RC-IN-ET-18 Harm de Jong Potentiaalvereffening (hoofdaardring) RC-IN-ET-18 opgenomen in RC-IN-ET-18 Onderverdeelinrichtingen RC-IN-ET-20 Veiligheidsaarde (aardpen) RC-IN-ET-18 opgenomen in RC-IN-ET-18 Voedingskabels RC-IN-ET-21 Warmtekrachtkoppeling RC-IN-ET-22 WCD's RC-IN-ET-23 Afvoer (HWA/VWA) RC-IN-WB-01 Willem Boerefijn Besturingen (KLIVIA) RC-IN-WB-02 Marcel van Beek Gasvoorzieningsinstallaties RC-IN-WB-03 Keukenafzuiging incl. brandw erende kanalen RC-IN-WB-04 Willem Boerefijn Koudeopw ekking en transport - koelmachine RC-IN-WB-05 Luchtbehandeling RC-IN-WB-06 Willem Boerefijn Olie en vetvanginstallaties RC-IN-WB-07 Persluchtinstallaties RC-IN-WB-08 Rookzuilen RC-IN-WB-09 Tapw aterinstallaties w arm-koud RC-IN-WB-10 Warmteopw ekking en transport RC-IN-WB-11 WKK's RC-IN-WB-12 Zonw ering RC-IN-WB-13 Balies en baliestoelen RC-FA-FS-01 Glasbew assing RC-FA-FS-02 Groenvoorzieningen RC-FA-FS-03 Houten vloeren RC-FA-FS-04 Inrichtingselementen RC-FA-FS-05 Kunstobjecten (niet elektrisch) RC-FA-FS-06 Plaagdierbestrijding RC-FA-FS-07 Prullenbakken RC-FA-FS-08 Sanitaire groep RC-FA-FS-09 Vloerbedekking RC-FA-FS-10 Aanvalskasten RC-IN-BV-01 opgenomen in RC-IN-BV-04 Alarmklepruimte en veldcomponenten (bluspomp sprinkler) RC-IN-BV-02 BHV-kast RC-IN-BV-03 Blusleidingen RC-IN-BV-04 Robert Volmer/ Mattijs Bos Brandblussers RC-IN-BV-05 Brandmeldcentrale en relaiskast RC-IN-BV-06 Brandscheiding, mechanisch RC-IN-BV-07 Robert Volmer/ Mattijs Bos Brandslanghaspels RC-IN-BV-08 Robert Volmer/ Mattijs Bos Brandcompartiment RC-IN-BV-09 Robert Volmer/ Mattijs Bos EVAC RC-IN-BV-10 Blusgasinstallaties RC-IN-BV-11 Robert Volmer/ Mattijs Bos Managementsysteem RC-IN-BV-12 OMS RC-IN-BV-06 Ontruimingsinstallatie RC-IN-BV-13 Robert Volmer/ Mattijs Bos Sprinklermeldcentrales RC-IN-BV-14 Veldcomponenten RC-IN-BV-06 Vluchtw egbebording RC-IN-ET-15 Robert Volmer opgenomen in RC-IN-BV-15 Vluchtw egplattegronden RC-IN-BV-18 RWA-installatie RC-IN-BV-19 Aanrijdbeveiligingen RC-FA-BK-01 Banklining RC-FA-BK-02 Binnenplafonds RC-FA-BK-03 Binnenw anden RC-FA-BK-04 Binnenw and openingen RC-FA-BK-05 Buitenplafonds RC-FA-BK-06 Buitenw anden (gevels) RC-FA-BK-07 Buitenw and openingen (deuren) RC-FA-BK-08 Daken incl. looprooster en valbeveiliging RC-FA-BK-09 Hekw erken RC-FA-BK-10 Paul van Laar Trappen RC-FA-BK-11 Paul van Laar Vloeren - onafgew erkt (constructievloer) RC-FA-BK-12 Vloeren - afgew erkt RC-FA-BK-13 (hoofd)draagconstructie RC-FA-BK-14 Paul van Laar brandw erende afw erking constructie-elementen RC-FA-BK-15 Attentiesignalen (alarmknoppen) RC-IN-CB-01 Buizenpost RC-IN-CB-02 CAI RC-IN-CB-03 CCTV RC-IN-CB-04 Intercom RC-IN-CB-05 Ion-scan RC-IN-CB-06 Klokkennet RC-IN-CB-07 Kunstobjecten incl. elektrische componenten RC-IN-CB-08 Metaaldetectiepoort RC-IN-CB-09 Ruud van Santen Omroepinstallaties RC-IN-CB-10 Attila Houthuyse, Stanley Scheidler Security-scan RC-IN-CB-11 Slechthorenden voorzieningen RC-IN-CB-12 X-ray machine RC-IN-CB-13 Ruud van Santen n.v.t. Afsluitingsinstallaties deuren DDN en DDT RC-FA-LB-01 Richard Jongejan/ Kees Eggerding Afsluitingsinstallaties elektrisch aangedreven RC-FA-LB-02 Richard Jongejan/ Kees Eggerding Wisselgatedeuren RC-FA-LB-03 Afsluitingsinstallaties niet-elektrisch aangedreven RC-FA-LB-04 Afsluitingsinstallaties terugloopbeveiliging RC-FA-LB-05 Richard Jongejan/ Kees Eggerding Gevelonderhoud installaties RC-FA-LB-06 Goederenheffers/ klein goederenliften RC-FA-LB-07 Hoogw erkers RC-FA-LB-08 Karrenregulateurs RC-FA-LB-09 Liften RC-FA-LB-10 Richard Jongejan/ Kees Eggerding Rolpaden RC-FA-LB-11 Richard Jongejan/ Kees Eggerding Roltrappen RC-FA-LB-12 Richard Jongejan/ Kees Eggerding Hellingbanen RC-FA-LB-13 Verstelbare buro's RC-FA-LB-14 Wayfinding en neon RC-FA-LB-15 C2000 en DTRS-systemen (Tetra) RC-OV-01 Willem Blom Systemen Schiphol Telematics (data/ telefonie/ intercom) RC-OV-02 Willem Blom Systemen Schiphol Telematics Wifi RC-OV-03 Systemen derden (GSM/ mobiele providers) RC-OV-04 EMC-beheer RC-AO-OV-02 Ynze Reitsma Zenders en ontvangers RC-AO-OV-02 Ynze Reitsma TOAT noodstroomvoorziening RC-IN-ET-25 Harm de Jong TOAT brandmeldinstallatie met alle koppelingen en sturingen RC-IN-BV-06 Robert Volmer 20 december 2013 12

Bijlage 2: Bedrijfsmiddelen in relatie tot mechanische brandscheiding en brandcompartiment 20 december 2013 13

Elektrisch Niet- elektrisch Bedrijfsmiddel Elektrisch Brandwerend Brandwerende bekleding hoofd(draag)constructie Vloeren Gevel/ buitenwand/ binnenwand vast nee ja Specifieke commissioningsrichtlijn 1 2 3 Specifieke brandveiligheids aspecten opgenomen in richtlijn mechanische brandscheiding Specifieke aspecten m.b.t. compartimentering opgenomen in richtlijn Brandcompartiment Opgenomen in TOAT Brandveiligheidsvoorziening en RC-IN-BV-07 RC-IN-BV-09 RC-IN-BV-22 RC-FA-BK-14/ RC-FA-BK-15 nee nee nee nee ja RC-FA-BK-12 nee algemene aspecten nee nee nee RC-FA-BK-12 nee nee nee nee nee RC-FA-BK-04/ RC-FA-BK-07 nee nee nee nee ja RC-FA-BK-04/ RC-FA-BK-07 nee algemene aspecten nee Brandwerende doorvoeringen nee ja RC-IN-ET-09 nee algemene aspecten nee Afsluitingsinstallaties - deuren nee nee RC-FA-BK-05 / 08 nee nee ja; vluchtroutes nee ja RC-FA-BK-05 / 08 ja algemene aspecten ja; deuren met push-bar; deuren op kleefmagneten met sturing door bmc ja nee RC-FA-LB-02 nee nee ja; vluchtroutes ja ja RC-FA-LB-02 nee algemene aspecten ja; vluchtroutes; sturing bmc deuren cellen en ophoudruimten Afsluitingsinstallaties - rolluiken ja nee RC-FA-LB-02 nee nee nee Mechanische brandscheiding - brandwerende rolluiken en deuren deel uitmakend van brandwerend rolluik ja Uitvoering ja RC-IN-BV-07 ja algemene aspecten ja; vluchtroutes en koppeling bmc Mechanische brandscheiding - bandwerende roldoeken of schuifdeuren ja ja RC-IN-BV-07 ja algemene aspecten ja; vluchtroutes en koppeling bmc Brandkleppen ja ja RC-IN-WB-06 nee nee ja; koppeling bmc Brandkleppen nee ja RC-IN-WB-06 nee nee ja; koppeling bmc Brandluiken (bagage) ja ja niet aanwezig(asset Bagage) nee algemene aspecten ja; koppeling bmc RC-FA-BK-12 (schuingedrukt) = (nog) niet beschikbaar 20 december 2013 14