Belangrijke aandachtspunten

Vergelijkbare documenten
RISICO MINIMALISATIE MATERIAAL BETREFFENDE TENOFOVIRDISOPROXIL-BEVATTENDE PRODUCTEN VOOR VOORSCHRIJVERS.

Risico minimalisatie materiaal betreffende tenofovirdisoproxil voor voorschrijvers - Brochure controle nierfunctie bij behandeling van volwassenen

Risicominimalisatie materiaal betreffende Tenofovirdisoproxil bevattende producten voor voorschrijvers

Risico Minimalisatie Materiaal betreffende Tenofovirdisoproxil-bevattende producten voor voorschrijvers

Tabel 1: Controle van de nierfunctie bij patiënten zonder risicofactoren voor de nieren

Risico minimalisatie materiaal betreffende tenofovirdisoproxil voor voorschrijvers - Brochure controle nierfunctie bij behandeling van volwassenen

BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINFORMATIE

Tabel 1: Controle van de nierfunctie bij patiënten zonder risicofactoren voor de nieren

Risico minimalisatie materiaal betreffende Aripiprazol Sandoz (aripiprazol)

RIVASTIGMINE TEVA 4,6 MG/24 U, 9,5 MG/24 U,

Risicominimalisatiemateriaal betreffende Valdoxan (agomelatine) voor zorgverleners:

Belangrijke veiligheidsinformatie voor voorschrijvers. over Emtricitabine/Tenofovirdisoproxil Krka voor een

Educatieve PrEP-brochure voor voorschrijvers 1

BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINFORMATIE

Risico Minimalisatie Materiaal. betreffende tolcapon 100 mg en 200 mg tabletten. voor patiënten

Nederland. Risico minimalisatie materiaal betreffende Mycofenolaat (Myfenax, Mycofenolaatmofetil Teva, Accempa) voor voorschrijvers

Voorlichtingsmateriaal betreffende sebelipase alfa voor de zorgverlener. Belangrijke veiligheidsinformatie

Risicominimalisatie materiaal betreffende Exjade (deferasirox) voor patiënten met bloedtransfusie-afhankelijke aandoeningen en chronische

Risico minimalisatie materiaal betreffende testosteronundecanoaat voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg

Educatieve PrEP-brochure voor voorschrijvers 1

RISICO MINIMALISATIE MATERIAAL BETREFFENDE BARICITINIB VOOR DE VOORSCHRIJVER, APOTHEKER EN VERPLEEGKUNDIGE

RIVASTIGMINE TEVA 4,6 MG/24 U, 9,5 MG/24 U,

Risico minimalisatie materiaal betreffende voriconazol voor voorschrijvers. Checklist voor gezondheidszorgbeoefenaars

RECONSTITUTIE, DOSERING EN TOEDIENING

RISICO MINIMALISATIE MATERIAAL BETREFFENDE BARICITINIB VOOR DE VOORSCHRIJVER, APOTHEKER EN VERPLEEGKUNDIGE

Behandeling met ustekinumab. Risico minimalisatie materiaal: Veiligheidsinformatie betreffende ustekinumab voor patiënten

Voorlichtingsmateriaal betreffende Kanuma (sebelipase alfa) voor de zorgverlener. Belangrijke veiligheidsinformatie

Risicominimalisatie materiaal voor voorschrijvers betreffende mycofenolaatbevattende

<GEADRESSEERDE> <ADRES> <POSTCODE WOONPLAATS> <Datum> Ref.: lvd/015086

Lees ook de volledige bijsluiter die u aantreft in de verpakking van dit geneesmiddel.

Risico-minimalisatiemateriaal betreffende Tasigna (nilotinib) voor voorschrijvers en apothekers

Risico minimalisatie materiaal betreffende Emitricitabine/Tenofovirdisoproxil voor voorschrijvers

Risico minimalisatie materialen betreffende Inflectra (infliximab) voor de voorschrijvers

Breda, 25 juni 2018 Ref.: PHNL/HIV/0618/0006

Belangrijke Veiligheidsinformatie over prasugrel

Informatiefolder Leflunomide voor voorschrijvers (in opleiding)

Aanvullende veiligheidsinformatie betreffende leflunomide voor de voorschrijvers

Richtlijn voor apothekers betreffende. Alofisel. (darvadstrocel) Ontvangst- en bewaringsinstructies. Versie

Risicominimalisatie materiaal voor patiënten betreffende mycofenolaat-bevattende geneesmiddelen

Samenvatting van risico s en acties om deze te voorkomen of verminderen:

Richtlijn voor chirurgen betreffende. Alofisel. (darvadstrocel) Wijze van toedienen. Versie

MEER INFORMATIE OVER UW NIEUWE ADRENALINE AUTO-INJECTOR

Voorlichtingsbrochure voor patiënten

Risicominimalisatiemateriaal voor patiënten die worden behandeld met rituximab

Artsenbrochure. bij de behandeling van patiënten met Cryopyrin-Associated Periodic Syndromes (CAPS) met Ilaris

Risico-minimalisatiemateriaal betreffende Tasigna (nilotinib) voor voorschrijvers en apothekers

Risicominimalisatie-materiaal voor patiënten die worden behandeld met rituximab

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

CAPS, TRAPS, HIDS/MKD, FMF

Alphen aan den Rijn, november 2015

Artsenbrochure. bij de behandeling van patiënten met jichtartritis met Ilaris

ANNEX III WIJZIGINGEN IN DE SAMENVATTINGEN VAN DE PRODUCTKENMERKEN EN DE BIJSLUITER

ANNEX I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Risicominimalisatiemateriaal betreffende rituximab* voor zorgverleners

RISICO MINIMALISATIE MATERIAAL BETREFFENDE FLIXABI (INFLIXIMAB) VOOR VOORSCHRIJVERS

Betreft: Risico minimalisatie materialen betreffende ACTYNOX (50% v/v distikstofoxide en 50% v/v zuurstof) voor zorgverleners

Richtlijn voor chirurgen betreffende. Alofisel. (darvadstrocel) Wijze van toedienen. gids behorende bij de instructievideo.

RECONSTITUTIE, DOSERING EN TOEDIENING

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

voorschrijven aan patiënten

Package Leaflet

KEYTRUDA (pembrolizumab)

Tenofovir disoproxil Sandoz 245 mg, filmomhulde tabletten

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Informatiefolder Leflunomide voor patiënten

isotretinoïne 10 mg en 20 mg zachte capsules Zwangerschapspreventie programma

Informatie voor patiënt, ouders en/of verzorgers van de patiënt

KEYTRUDA (pembrolizumab)

Aanvullende veiligheidsinformatie betreffende leflunomide voor de voorschrijvers

Therapeutische indicaties en behandelschema s van bortezomib voor de behandeling van multipel myeloom

BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINFORMATIE

RICHTLIJN BETREFFENDE INSTANYL VOOR APOTHEKERS

Risico minimalisatie materiaal betreffende Keytruda (pembrolizumab) voor voorschrijvende artsen. KEYTRUDA (pembrolizumab)

Leidraad voor artsen voor het beoordelen en monitoren van cardiovasculaire risico bij het voorschrijven van atomoxetine

CAPS, TRAPS, HIDS/MKD, FMF

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

Betreft: Risico minimalisatie materiaal betreffend Voriconazol B-Medical (voriconazol) voor voorschrijvers

Inzicht krijgen in interferentie van Darzalex (daratumumab) met bloedcompatibiliteitstesten

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

INFLECTRA (infliximab) RISICO MINIMALISATIE MATERIALEN BETREFFENDE INFLECTRA (INFLIXIMAB) VOOR DE VOORSCHRIJVERS. Biologics

Patiënteninformatie voor de behandeling met Revlimid (lenalidomide)

Informatie voor beroepsbeoefenaren in de gezondheidszorg. Brochure Veiligheidsadvies

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

EMTRICITABINE/TENOFOVIRDISOPROXIL TEVA 200 mg/245 mg filmomhulde tabletten

ARTSEN INFORMATIEGIDS zoledroninezuur

Bijgevoegd vindt u de risico minimalisatie materialen.

Belangrijke risico-informatie over bèta-interferonen: risico op trombotische microangiopathie en nefrotisch syndroom

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE GEBRUIK(ST)ER. Trimethoprim Aurobindo 100 mg, 300 mg, tabletten. Trimethoprim Aurobindo 300 mg, tabletten.

Voriconazol Vraag- en antwoordbrochure voor de gezondheidszorgbeoefenaren

Risicominimalisatiemateriaal betreffende rituximab* voor zorgverleners

Risico minimalisatie materiaal voor voorschrijvers betreffende: Colobreathe met de Turbospin poederinhalator

Datum 26 april 2017 Betreft GVS beoordeling tenofovir alafenamide (Vemlidy ) Onze referentie

Risico minimalisatie materiaal voor voorschrijvers betreffende: Colobreathe met de Turbospin poederinhalator

BIJSLUITER: INFORMATIE VOOR DE PATIËNT. Loratadine Sanias 10 mg, tabletten. loratadine

UW NIEUWE COPD BEHANDELING

Risico minimalisatie materiaal betreffende. voor patiënten

HANDLEIDING VOOR DE VOORSCHRIJVER

BIJLAGE I SAMENVATTING VAN DE PRODUCTKENMERKEN

INFORMATIE OVER UW ADRENALINE AUTO-INJECTOR voor de noodbehandeling van anafylaxie. EpiPen/EpiPen Junior ADRENALINE auto-injector 0,3/0,15 mg

Transcriptie:

1.8.2 armm Rev.nr. 1711 Pag. 1 van Risicominimalisatiemateriaal voor voorschrijvers Brochure controle nierfunctie bij behandeling van volwassenen met chronische hepatitis B De risico minimalisatie materialen voor (als fumaraat), zijn beoordeeld door het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG). Deze materialen beschrijven aanbevelingen om belangrijke risico s van het geneesmiddel te beperken of te voorkomen. Het gebruik van (als fumaraat) verhoogt het risico op een nierfunctiestoornis. Controleer de creatinineklaring van alle patiënten alvorens een behandeling met TDF te starten. Tijdens behandeling met TDF moet de nierfunctie (creatinineklaring en ) regelmatig worden geëvalueerd. Bij patiënten met een nierfunctiestoornis dient de dosering te worden aangepast. HIV-positieve patiënten hebben een verhoogd risico op een nierfunctiestoornis, waarvoor bepaling van de nierfunctie bij aanvang en later nodig is. Voor die volwassen patiënten met op fumaraat (TDF)-gebaseerde regimes worden hieronder specifieke aanbevelingen vermeld. Belangrijke aandachtspunten Controleer de creatinineklaring van alle patiënten alvorens een behandeling met TDF te starten. Tijdens behandeling met TDF moet de nierfunctie (creatinineklaring en ) regelmatig worden geëvalueerd (na een behandeling van twee tot vier weken, na een behandeling van drie maanden en daarna om de drie tot zes maanden bij patiënten zonder risicofactoren voor de nieren) (zie tabel 1 hiernaast). Bij patiënten die het risico lopen op een nierfunctiestoornis is een frequentere controle van de Bij patiënten met een nierfunctiestoornis mag TDF alleen worden gebruikt als de mogelijke voordelen van de behandeling opwegen tegen de mogelijke risico s, terwijl de dagelijkse dosis van TDF mogelijk moet worden aangepast (zie tabel 2 hiernaast) of het doseringsinterval van TDF mogelijk moet worden verlengd (zie tabel 3 hiernaast). Bij patiënten bij wie de creatinineklaring is gedaald tot < 50 ml/min of is gedaald tot < 1,0 mg/dl (0,32 mmol/l) dient overwogen te worden om de behandeling met TDF te onderbreken. Bovendien moet overwogen worden om de behandeling met TDF te onderbreken bij progressieve afname van de nierfunctie wanneer er geen andere oorzaak is vastgesteld. Het gelijktijdige of recente gebruik van nefrotoxische geneesmiddelen moet worden vermeden. Controle van de nierfunctie Tabel 1: Controle van de nierfunctie bij patiënten zonder risicofactoren Vóór TDF Tijdens de eerste 3 maanden met TDF Frequentie Bij aanvang Na 2 tot 4 weken en na 3 maanden Parameter Creatinineklaring > 3 maanden met TDF Om de 3 tot 6 maanden

1.8.2 armm Rev.nr. 1711 Pag. 2 van Gebruik bij nierfunctiestoornis Tabel 2: Aanpassingen van aanbevolen dagelijkse dosis voor patiënten met een nierfunctiestoornis Tenofovir 33mg/g granules Creatinineklaring (ml/min) 50-80 30-49* 20-29* 10-19* van (7,5 schepjes) daags noodzakelij k) van 132 mg (4 schepjes) van 65 mg (2 schepjes) van granules van 33 mg (1 schepje) Haemodialyse patiënten* 16,5 mg (0,5 schepje) kan worden toegediend na voltooiing van elke 4 uur durende hemodialysesessie. * Deze dosisen zijn niet bevestigd in klinisch onderzoek. Daarom moeten de klinische respons op de behandeling en de nierfunctie nauwlettend worden opgevolgd. Voor patiënten die geen hemodialyse nodig hebben, die 33 mg/g granuleskrijgen en die een creatinineklaring hebben van < 10 ml/min kunnen geen aanbevelingen voor de dosering worden gegeven. Tabel 3: Aanpassingen van het doseringsinterval voor patiënten met een nierfunctiestoornis efavirenz 600 mg, emtricitabine 200 mg en emtricitabine 200 mg/ rilpivirine 25 mg/ Creatinineklaring (ml/min) Hemodialyse 50-80 30-49 10-29 patiënten Niet aanbevolen voor gebruik bij patiënten met een matigernstige of ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring < 50 ml/min). Niet aanbevolen voor gebruik bij patiënten met een matigernstige of ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring < 50 ml/min).

1.8.2 armm Rev.nr. 1711 Pag. 3 van emtricitabine 200 mg en Tenofovirdisoproxil Elke 48 uur* Om de 48 uur** Niet aanbevolen voor gebruik bij patiënten met een ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring < 30 ml/min) of bij patiënten die hemodialyse nodig hebben. Ernstige nierfunctiestoornis elke 72-96 uur (dosering tweemaal per week); hemodialysepatiënten elke 7 dagen na voltooiing van een hemodialysesessie.*** * Een van het doseringsinterval van de vaste emtricitabine 200 mg en wordt aanbevolen voor patiënten met een creatinineklaring tussen 30 en 49 ml/min. Deze van het doseringsinterval is niet bevestigd in klinisch onderzoek; de klinische respons op de behandeling moet bij deze patiënten nauwlettend worden opgevolgd. Beperkte gegevens van klinisch onderzoek wijzen erop dat het verlengde doseringsinterval niet optimaal is en dat het zou kunnen leiden tot verhoogd toxiciteit en eventueel een ontoereikende respons. ** De van het doseringsinterval van bij patiënten met een matige (creatinineklaring van 30 tot 49 ml/min) en ernstige (minder dan 30 ml/min) nierfunctiestoornis is niet bevestigd in klinisch onderzoek en de klinische respons op de behandeling moet bij deze patiënten nauwlettend worden opgevolgd. Beperkte gegevens van klinisch onderzoek wijzen erop dat het verlengde doseringsinterval niet optimaal is en dat het zou kunnen leiden tot verhoogde toxiciteit en eventueel een ontoereikende respons. *** In de veronderstelling van 3 hemodialysesessies per week van elk ongeveer 4 uur of na 12 uur cumulatieve hemodialyse. Voor patiënten die geen hemodialyse nodig hebben, die krijgen en die een creatinineklaring hebben van < 10 ml/min kunnen geen aanbevelingen voor de dosering worden gegeven. Aanvullende informatie betreffende -bevattende producten is beschikbaar in de Samenvatting van productkenmerken (SmPC) en bijsluiter op www.cbg-meb.nl. Voor het snel onderkennen van bijwerkingen blijven spontane meldingen van groot belang. In Nederland kunt u vermoede bijwerkingen melden bij Nationaal Bijwerkingen Centrum Lareb. U kunt daarvoor gebruik maken van het meldingsformulier dat u op internet kunt vinden (www.lareb.nl). Bijwerkingen kunnen ook altijd gemeld worden bij de houder van de handelsvergunning van het product. De naam en contactgegevens van de vergunninghouder staan vermeld op de verpakking en in de bijsluiter.

1.8.2 armm Rev.nr. 1711 Pag. 4 van Risicominimalisatiemateriaal voor voorschrijvers Brochure controle nierfunctie bij behandeling van volwassenen met HIV De risico minimalisatie materialen voor -bevattende producten, zijn beoordeeld door het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG). Deze materialen beschrijven aanbevelingen om belangrijke risico s van het geneesmiddel te beperken of te voorkomen. Het gebruik van, verhoogt het risico op een nierfunctiestoornis. Controleer de creatinineklaring van alle patiënten alvorens een behandeling met TDF te starten. Tijdens behandeling met TDF moet de nierfunctie (creatinineklaring en ) regelmatig worden geëvalueerd. Bij patiënten met een nierfunctiestoornis dient de dosering te worden aangepast. Belangrijke aandachtspunten Controleer de creatinineklaring van alle patiënten alvorens een behandeling met TDF te starten. Tijdens behandeling met TDF moet de nierfunctie (creatinineklaring en ) regelmatig worden geëvalueerd (na een behandeling van twee tot vier weken, na een behandeling van drie maanden en daarna om de drie tot zes maanden bij patiënten zonder risicofactoren voor de nieren) (zie tabel 1 hiernaast). Bij patiënten die het risico lopen op een nierfunctiestoornis is een frequentere controle van de Bij patiënten met een nierfunctiestoornis mag TDF alleen worden gebruikt als de mogelijke voordelen van de behandeling opwegen tegen de mogelijke risico s, terwijl de dagelijkse dosis van TDF mogelijk moet worden aangepast (zie tabel 2 hiernaast) of het doseringsinterval van TDF mogelijk moet worden verlengd (zie tabel 3 hiernaast). Bij patiënten bij wie de creatinineklaring is gedaald tot < 50 ml/min of is

1.8.2 armm Rev.nr. 1711 Pag. 5 van gedaald tot < 1,0 mg/dl (0,32 mmol/l) dient overwogen te worden om de behandeling met TDF te onderbreken. Bovendien moet overwogen worden om de behandeling met TDF te onderbreken bij progressieve afname van de nierfunctie wanneer er geen andere oorzaak is vastgesteld. Het gelijktijdige of recente gebruik van nefrotoxische geneesmiddelen moet worden vermeden. Controle van de nierfunctie: Tabel 1: Controle van de nierfunctie bij patiënten zonder risicofactoren voor de Nieren Vóór TDF Tijdens de eerste 3 maanden met TDF > 3 maanden met TDF Frequentie Bij aanvang Na 2 tot 4 weken en na 3 maanden Parameter Creatinineklaring Creatinineklaring en Om de 3 tot 6 maanden Creatinineklaring en Gebruik bij nierfunctiestoornis Tabel 2: Aanpassingen van aanbevolen dagelijkse dosis voor patiënten met een Nierfunctiestoornis Tenofovir 33mg/g granules Creatinineklaring (ml/min) 50-80 30-49* 20-29* 10-19* van (7,5 schepjes) daags noodzakelij k) van 132 mg (4 schepjes) van 65 mg (2 schepjes) van granules van 33 mg (1 schepje) Haemodialyse patiënten* 16,5 mg (0,5 schepje) kan worden toegediend na voltooiing van elke 4 uur durende hemodialysesessie. * Deze dosisen zijn niet bevestigd in klinisch onderzoek. Daarom moeten de klinische respons op de behandeling en de nierfunctie nauwlettend worden opgevolgd. Voor patiënten die geen hemodialyse nodig hebben, die fumaraat 33 mg/g granules krijgen en die een creatinineklaring hebben van < 10 ml/min kunnen geen aanbevelingen voor de dosering worden gegeven. Tabel 3: Aanpassingen van het doseringsinterval voor patiënten met een Nierfunctiestoornis Creatinineklaring (ml/min) Hemodialyse 50-80 30-49 10-29 patiënten Niet aanbevolen voor gebruik bij patiënten met een matigernstige of ernstige

1.8.2 armm Rev.nr. 1711 Pag. 6 van efavirenz 600 mg, emtricitabine 200 mg en emtricitabine 200 mg/ rilpivirine 25 mg/ emtricitabine 200 mg en Tenofovirdisoproxil nierfunctiestoornis (creatinineklaring < 50 ml/min). Niet aanbevolen voor gebruik bij patiënten met een matigernstige of ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring < 50 ml/min). Elke 48 uur* Om de 48 uur** Niet aanbevolen voor gebruik bij patiënten met een ernstige nierfunctiestoornis (creatinineklaring < 30 ml/min) of bij patiënten die hemodialyse nodig hebben. Ernstige nierfunctiestoornis elke 72-96 uur (dosering tweemaal per week); hemodialysepatiënten elke 7 dagen na voltooiing van een hemodialysesessie.*** * Een van het doseringsinterval van de vaste emtricitabine 200 mg en wordt aanbevolen voor patiënten met een creatinineklaring tussen 30 en 49 ml/min. Deze van het doseringsinterval is niet bevestigd in klinisch onderzoek; de klinische respons op de behandeling moet bij deze patiënten nauwlettend worden opgevolgd. Beperkte gegevens van klinisch onderzoek wijzen erop dat het verlengde doseringsinterval niet optimaal is en dat het zou kunnen leiden tot verhoogde toxiciteit en eventueel een ontoereikende respons. ** De van het doseringsinterval van bij patiënten met een matige (creatinineklaring van 30 tot 49 ml/min) en ernstige (minder dan 30 ml/min) nierfunctiestoornis is niet bevestigd in klinisch onderzoek en de klinische respons op de behandeling moet bij deze patiënten nauwlettend worden opgevolgd. Beperkte gegevens van klinisch onderzoek wijzen erop dat het verlengde doseringsinterval niet optimaal is en dat het zou kunnen leiden tot verhoogde toxiciteit en eventueel een ontoereikende respons. *** In de veronderstelling van 3 hemodialysesessies per week van elk ongeveer 4 uur of na 12 uur cumulatieve hemodialyse. Voor patiënten die geen hemodialyse nodig hebben, die krijgen en die een creatinineklaring hebben van < 10 ml/min kunnen geen aanbevelingen voor de dosering worden gegeven. Aanvullende informatie betreffende is beschikbaar in de Samenvatting van productkenmerken (SmPC) en bijsluiter op www.cbg-meb.nl. Voor het snel onderkennen van bijwerkingen blijven spontane meldingen van groot belang. In Nederland kunt u vermoede bijwerkingen melden bij Nationaal Bijwerkingen Centrum Lareb. U kunt daarvoor gebruik maken van het meldingsformulier dat u op internet kunt vinden (www.lareb.nl). Bijwerkingen kunnen ook altijd gemeld worden bij de houder van de handelsvergunning van het product. De naam en contactgegevens van de vergunninghouder staan vermeld op de verpakking en in de bijsluiter.

1.8.2 armm Rev.nr. 1711 Pag. 7 van Risicominimalisatiemateriaal voor voorschrijvers Brochure behandeling van adolescenten (12-18 jaar) met HIV De risico minimalisatie materialen voor TDF ( (als fumaraat)), zijn beoordeeld door het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG). Deze materialen beschrijven aanbevelingen om belangrijke risico s van het geneesmiddel te beperken of te voorkomen. Het gebruik van (als fumaraat), verhoogt het risico op een nierfunctiestoornis en een daling van de botmineraaldichtheid (BMD). Controleer creatinineklaring en van alle patiënten alvorens een behandeling met TDF te starten. Tijdens behandeling met TDF moet de nierfunctie (creatinineklaring en ) regelmatig worden geëvalueerd. Bij patiënten die het risico lopen op een nierfunctiestoornis is een frequentere controle van de TDF mag niet worden gebruikt bij adolescenten met een nierfunctiestoornis. TDF kan leiden tot een daling van de botmineraaldichtheid (BMD). Belangrijke aandachtspunten Een multidisciplinaire benadering wordt aanbevolen voor de behandeling van adolescenten. Controleer creatinineklaring en van alle patiënten alvorens een behandeling met TDF te starten. Tijdens behandeling met TDF moet de nierfunctie (creatinineklaring en ) regelmatig worden geëvalueerd (na een behandeling van twee tot vier weken, na een behandeling van drie maanden en daarna om de drie tot zes maanden bij patiënten zonder risicofactoren voor de nieren) (zie tabel 1). Bij patiënten die het risico lopen op een nierfunctiestoornis is een frequentere controle van de TDF mag niet worden gebruikt bij adolescenten met een nierfunctiestoornis. Beoordeel de nierfunctie opnieuw binnen 1 week als tijdens de behandeling met TDF wordt bevestigd dat < 3,0 mg/dl (0,96 mmol/l) is. Als nierafwijkingen worden vermoed of vastgesteld, dient een nefroloog te worden geraadpleegd zodat de behandeling met TDF eventueel onderbroken kan worden. Bovendien moet overwogen worden om de behandeling met TDF te onderbreken bij progressieve afname van de nierfunctie wanneer er geen andere oorzaak is vastgesteld. Het gelijktijdige of recente gebruik van nefrotoxische geneesmiddelen moet worden vermeden. TDF kan leiden tot een daling van de botmineraaldichtheid (BMD). De effecten van TDF, die gepaard gaan met veranderingen in BMD, op de gezondheid van het bot op lange termijn en het latere risico op fracturen zijn op dit moment nog niet bekend bij adolescenten. Als botafwijkingen worden vermoed of vastgesteld, dient een endocrinoloog en/of nefroloog te worden geraadpleegd. Behandeling van effecten op de nieren Tabel 1: Controle van de nierfunctie bij adolescente patiënten zonder risicofactoren voor de nieren

1.8.2 armm Rev.nr. 1711 Pag. 8 van Vóór TDF Tijdens de eerste 3 maanden met TDF > 3 maanden met TDF Frequentie Bij aanvang Na 2 tot 4 weken en na 3 maanden Parameter Om de 3 tot 6 maanden Dosis aanbevelingen voor TDF bij kinderen en adolescenten De volgende formuleringen van tenofovir zijn beschikbaar voor gebruik bij kinderen en adolescenten afhankelijk van leeftijd en gewicht: Leeftijd (jaren) Lichaamsgewicht (kg) TDF formuleringen ( per dag) 12 tot <18 >35 tablet 6 tot <12 28 tot < 204 mg tablet 6 tot <12 22 tot <28 163 mg tablet 6 tot <12 17 tot <22 123 mg tablet 2 tot <18 >10 33 mg/g granules Doseringsaanbevelingen voor de tenofovir 33 mg/g granules voor HIV-1 geïnfecteerde kinderen en adolescenten van 2 tot <18 jaar zijn als volgt: Lichaamsgewicht (kg) Eenmaal daags schepjes 10 tot <12 2 12 tot <14 2,5 14 tot <17 3 17 tot <19 3,5 19 tot <22 4 22 tot <24 4,5 24 tot <27 5 27 tot <29 5,5 29 tot <32 6 32 tot <34 6,5 34 tot <35 7 >35 7,5 Aanvullende informatie betreffende tenfovofirdisoproxilfumaraat is beschikbaar in de Samenvatting van productkenmerken (SmPC) en bijsluiter op www.cbg-meb.nl. Voor het snel onderkennen van bijwerkingen blijven spontane meldingen van groot belang. In Nederland kunt u vermoede bijwerkingen melden bij Nationaal Bijwerkingen Centrum Lareb. U kunt daarvoor gebruik maken van het meldingsformulier dat u op internet kunt vinden (www.lareb.nl). Bijwerkingen kunnen ook altijd gemeld worden bij de houder van de handelsvergunning van het product. De naam en contactgegevens van de vergunninghouder staan vermeld op de verpakking en in de bijsluiter.

1.8.2 armm Rev.nr. 1711 Pag. 9 van Risicominimalisatiemateriaal voor voorschrijvers Brochure behandeling van kinderen en adolescenten (2-18 jaar) met chronische hepatitis B De risico minimalisatie materialen voor TDF ( (als fumaraat)), zijn beoordeeld door het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (CBG). Deze materialen beschrijven aanbevelingen om belangrijke risico s van het geneesmiddel te beperken of te voorkomen. Het gebruik van (als fumaraat), verhoogt het risico op een nierfunctiestoornis en een daling van de botmineraaldichtheid (BMD). Controleer creatinineklaring en van alle patiënten alvorens een behandeling met TDF te starten. Tijdens behandeling met TDF moet de nierfunctie (creatinineklaring en ) regelmatig worden geëvalueerd. Bij patiënten die het risico lopen op een nierfunctiestoornis is een frequentere controle van de TDF mag niet worden gebruikt bij adolescenten met een nierfunctiestoornis. TDF kan leiden tot een daling van de botmineraaldichtheid (BMD). Belangrijke aandachtspunten Een multidisciplinaire benadering wordt aanbevolen voor de behandeling van adolescenten. Controleer creatinineklaring en van alle patiënten alvorens een behandeling met TDF te starten. Tijdens behandeling met TDF moet de nierfunctie (creatinineklaring en ) regelmatig worden geëvalueerd (na een behandeling van twee tot vier weken, na een behandeling van drie maanden en daarna om de drie tot zes maanden bij patiënten zonder risicofactoren voor de nieren) (zie tabel 1). Bij patiënten die het risico lopen op een nierfunctiestoornis is een frequentere controle van de TDF mag niet worden gebruikt bij adolescenten met een nierfunctiestoornis. Beoordeel de nierfunctie opnieuw binnen 1 week als tijdens de behandeling met TDF wordt bevestigd dat < 3,0 mg/dl (0,96 mmol/l) is. Als nierafwijkingen worden vermoed of vastgesteld, dient een nefroloog te worden geraadpleegd zodat de behandeling met TDF eventueel onderbroken kan worden. Bovendien moet overwogen worden om de behandeling met TDF te onderbreken bij progressieve afname van de nierfunctie wanneer er geen andere oorzaak is vastgesteld. Het gelijktijdige of recente gebruik van nefrotoxische geneesmiddelen moet worden vermeden. TDF kan leiden tot een daling van de botmineraaldichtheid (BMD). De effecten van TDF, die gepaard gaan met veranderingen in BMD, op de gezondheid van het bot op lange termijn en het latere risico op fracturen zijn op dit moment nog niet bekend bij adolescenten. Als botafwijkingen worden vermoed of vastgesteld, dient een endocrinoloog en/of nefroloog te worden geraadpleegd. Behandeling van effecten op de nieren Tabel 1: Controle van de nierfunctie bij adolescente patiënten zonder risicofactoren voor de nieren

1.8.2 armm Rev.nr. 1711 Pag. 10 van Vóór TDF Tijdens de eerste 3 maanden met TDF > 3 maanden met TDF Frequentie Bij aanvang Na 2 tot 4 weken en na 3 maanden Parameter Om de 3 tot 6 maanden Aanvullende informatie betreffende is beschikbaar in de Samenvatting van productkenmerken (SmPC) en bijsluiter op www.cbg-meb.nl. Voor het snel onderkennen van bijwerkingen blijven spontane meldingen van groot belang. In Nederland kunt u vermoede bijwerkingen melden bij Nationaal Bijwerkingen Centrum Lareb. U kunt daarvoor gebruik maken van het meldingsformulier dat u op internet kunt vinden (www.lareb.nl). Bijwerkingen kunnen ook altijd gemeld worden bij de houder van de handelsvergunning van het product. De naam en contactgegevens van de vergunninghouder staan vermeld op de verpakking en in de bijsluiter.