PTA profiel: Bouwen, wonen en interieur

Vergelijkbare documenten
Profiel vak: Bouwen Wonen Interieur

HET EXAMENREGLEMENT. Artikel 1. Algemeen

Koudum. Schooljaar 2014 / 2015 VMBO 3T. Programma van Toetsing en Afsluiting

PTA Mobiliteit en transport

PTA leerweg: 3BB profiel: Zorg en welzijn

PTA leerweg: 4KB profiel: Zorg en Welzijn

Inleiding. Beste leerling,

I. Examencommissie pag. 2. II. Reglement : Begrippen pag Algemene bepalingen pag Overige bepalingen pag. 6

Inleiding. Beste leerling,

Programma van toetsing en afsluiting Profiel Bouwen, Wonen en Interieur Basis beroepsgerichte leerweg. Module 1 Bouwproces en -voorbereiding

Examen Reglement Onderwerp Examenreglement VWO, HAVO, VMBO Stichting Openbaar Onderwijs Groningen

Algemene regels schoolexamens & PTA d Oultremontcollege

Toelichting examenreglement

PTA profiel: Produceren, installeren en energie

PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING (PTA), regeling Schoolexamen leerjaar 4 Vwo Het College WEERT versie 1 september 2016

ALGEMEEN DEEL VAN HET PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING. MAVO 3 en 4 HAVO 4 en 5 VWO 4, 5 en 6 cursus

B. Eindexamenreglement VMBO

Examen Reglement Postbus AS Groningen groepgroningen.nl K.v.K Datum

Toelichting examenreglement

Inhoud: 1. Algemeen 1.1 Inhoud en doel van het PTA pagina Het PTA en de wet pagina Bijzondere gevallen pagina Begrippen pagina 2

Exameninformatie Klas 3

Inhoud: 1. Algemeen 1.1 Inhoud en doel van het PTA pagina Het PTA en de wet pagina Bijzondere gevallen pagina Begrippen pagina 2

EXAMENREGLEMENT VMBO. In dit examenreglement wordt verstaan onder:

Exameninformatie Klas 4

Schoolexamenwijzer Helicon vmbo

PTA Studie: 4KB Profiel: Bouwen, Wonen en Interieur. Van Lodenstein College Zuiderinslag MR Hoevelaken. Tel.

PTA Studie: 3BB Profiel: Bouwen, Wonen en Interieur. Van Lodenstein College Zuiderinslag MR Hoevelaken Tel.

MAVO 3 en 4 cursus

Verkort examenreglement klas 4 VMBO (basisberoepsgerichte leerweg en kaderberoepsgerichte leerweg) voor extraneus leerlingen van

HAVO 4 en 5 Atheneum 4, 5 en 6 cursus

Examen 2018 Reglement

Algemene regels schoolexamens d Oultremontcollege

PTA profiel: economie en ondernemen

HAVO 4 en 5 Atheneum 4, 5 en 6 cursus

ALGEMEEN DEEL VAN HET PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING. HAVO 4 en 5 Atheneum 4, 5 en 6 cursus

Profiel vak: Bouwen Wonen Interieur

Profiel vak: Bouwen Wonen Interieur

Iedere deelnemer aan het schoolexamen wordt geacht kennis te nemen van het programma van toetsing en afsluiting.

College voor Toetsen en Examens; waarborgt de kwaliteit en de organisatie van de examens.

REGELING SCHOOLEXAMEN TWEEDE FASE HAVO en VWO versie 31 juli Begripsbepaling Organisatie van het schoolexamen 2

Algemeen deel PTA 0. BEPALINGEN VOORAF A. VAKKEN EN PROGRAMMA. B. OPZET SCHOOLEXAMEN.

ALGEMEEN DEEL VAN HET PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING. MAVO 3 en 4 cursus

Het college van bestuur en docentenexaminatoren van het Scala College voor gymnasium-atheneumhavo-vmbo te Alphen aan den Rijn,

Algemeen deel PTA 0. BEPALINGEN VOORAF A. VAKKEN EN PROGRAMMA. B. OPZET SCHOOLEXAMEN.

Schoolexamenwijzer Helicon vmbo

PROGRAMMA van TOETSING en AFSLUITING

PTA Havo 4 Cohort 2015

Vmbo: de nieuwe profielen en de zak-slaagregeling

Amsterdam, september PTA 3e leerjaar Sector: Zorg & Welzijn/Economie Afdeling: Verzorging/Administratie Gemengde leerweg

Kader examenreglementen

Toelichting op het Programma van Toetsing en Afsluiting (PTA) Schooljaar

1. Begripsbepaling Organisatie van het schoolexamen Algemene bepalingen Verschillende soorten toetsen

Examenreglement

Modulen Theorie en vragen 5 praktijkopdrachten 1 eindopdracht Afsluitende toets

VOORWOORD. Aan de examenkandidaten,

Examenreglement. fsluiting. rogramma van. Theoretische/Gemengde leerweg (3TOP & 4TOP)

Het eindexamen vmbo Cohort

Addenda Examenreglement Reviuslyceum leerjaar 5 en 6

Kader examenreglementen

Voorwoord 3 Informatie herkansing klas 4 4 Aanvraag herkansing klas 4 5 Aanvraag herkansing CSPE 6. Basisberoepsgerichte leerweg klas 4 7

PTA Bouwen, wonen en interieur (1200)

PTA Bouwen, wonen en interieur (1200)

Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs te Haarlem

Amsterdam, september PTA 3e leerjaar Sector: Zorg & Welzijn/Economie Afdeling: Verzorging/Administratie Basisberoepsgerichte leerweg

Algemene regels schoolexamens d Oultremontcollege

SG Newton programma voor toetsing en afsluiting, Cohort Programma voor Toetsing & Afsluiting SG Newton, Hoorn

REGELING EXAMENS EXAMEN 2014

1. INLEIDING ALGEMENE BEPALINGEN Afnemen eindexamen Indeling eindexamen Onregelmatigheden... 3

Examenreglement

Schoolexamenwijzer. Helicon VMBO Groen. Voor als je examen doet in Helicon VMBO Groen

Examenreglement. ( ) havo klas 4 vwo klas 4,5. Belangrijk!

PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING (PTA), regeling Schoolexamen Tweede Fase Havo en Vwo. Philips van Horne S.G. WEERT versie 1 september 2013

Examenreglement Schooljaar

Algemene regels schoolexamens d Oultremontcollege

Inleiding. Beste leerling,

VOORWOORD. Aan de examenkandidaten.

Reglement Schoolexamen Gerrit van der Veen College (bijlage bij het Examenreglement ZAAM) klassen HAVO 4, 5 en VWO 4, 5, 6

De Afdeling advisering van de Raad van State gehoord (advies van 13 april 2016, nr. W /I);

Kader examenreglementen

Examenreglement. Sint Annaparochie

PTA en exameninformatie

Examenboekje Helicon VMBO Groen

Schoolexamenreglement

DE GEMENGDE LEERWEG 3 & 4 Weert,

PTA 3e leerjaar Sector: Zorg & Welzijn/Economie Afdeling: Verzorging/Administratie kaderberoepsgerichte leerweg

Examenreglement. rogramma van oetsing en fsluiting. Basisberoepsgerichte leerweg

Examenreglement. voor de eindexamens vwo, havo en vmbo Connect College Echt

ALGEMEEN DEEL VAN HET PROGRAMMA VAN TOETSING EN AFSLUITING TL HAVO - VWO

EXAMENREGLEMENT VWO. In dit examenreglement wordt verstaan onder:

Schoolexamenreglement havo / vwo. Onderwijsgemeenschap Venlo & Omstreken

B. Het schoolexamen (SE) en het programma van toetsing en afsluiting (PTA)

SAENREDAM COLLEGE

Informatieavond PTA en examenreglement 3 vmbo-t, 4 havo en 4/5 vwo

Hofstad Lyceum. Examenreglement VWO / HAVO. Hofstad Lyceum Colijnplein HA Den Haag

Uitslagbepaling nieuwe beroepsgerichte programma s vanaf invoering nieuwe examenprogramma s 1 augustus 2016

EXAMENREGLEMENT VMBO T-K-B SCHOOLJAAR SCHOLENGEMEENSCHAP GROENEWALD. Z:\WORD\JAf\EX.REGL.VMBO doc 1

B. Het schoolexamen (SE) en het programma van toetsing en afsluiting (PTA)

Reglement Schoolexamen Programma van Toetsing en Afsluiting

EXAMENREGLEMENT

Transcriptie:

2017-2018 leerweg: profiel: 4BB Bouwen, wonen en interieur

Inleiding Beste leerling, Hierbij ontvang je het boekje met het (Programma van Toetsing en Afsluiting) en het Examenreglement. Dit boekje is belangrijk. Als je in de bovenbouw van het vmbo zit, is het examen eigenlijk al begonnen. Veel toetsen in klas 3 tellen mee voor het Schoolexamen en in klas 4 telt alles mee. Realiseer je dus dat het examenreglement al direct vanaf klas 3 ook voor jou van toepassing is. Het Programma van Toetsing en Afsluiting () is een overzicht van alle toetsen en opdrachten die je moet maken. Voor klas 3 staan er toetsen in die alleen meetellen voor de overgang naar klas 4 (de jaartoetsen), maar ook toetsen die al meetellen voor het examen (SE-toetsen). De cijfers die je daarvoor krijgt, gaan dus mee naar klas 4. Als je in klas 4 zit, zijn alle toetsen, praktijkopdrachten en werkstukken belangrijk voor het examen. Deze tellen allemaal mee en vormen, samen met de SE-toetsen die je in klas 3 hebt behaald, het Schoolexamen (SE). Zie voor de uitleg van de verschillende toetsen de uitleg bij het. Het examenreglement bevat allerlei regels rond de toetsen en examens. Je moet daarvan goed op de hoogte zijn. Je hebt als leerling plichten, maar ook rechten. Voor je aan het examen begint, krijg je nog een apart boekje met alle bijzonderheden rond de examens en het rooster. Als leerling ben je verplicht je aan het examenreglement en het te houden. Maar ook de docenten moeten zich hieraan houden. In sommige gevallen is dat niet mogelijk, bijvoorbeeld door ziekte. In gevallen waarin dat nodig is, kan de voorzitter van de examencommissie (volgens regel 6.5.4) een maatregel nemen die afwijkt van het reglement en/of. Uiteraard doen we dat niet zomaar, maar in zorgvuldig overleg met allen die daarmee te maken hebben. Op school is er een commissie, die alles rond de examens regelt, de examencommissie. Mocht je vragen hebben over het reglement of het, of als je vindt dat er iets niet goed gaat, kun je altijd terecht bij je docent, mentor of teammanager. Ook kun je bij de leden van de examencommissie terecht. We hopen dat je werk op school mag leiden tot het behalen van je diploma. We hopen dat je je werk mag doen in afhankelijkheid van de Heere. We wensen je daarbij Zijn zegen toe. De examencommissie, J.J. Kleijbergen (voorzitter) J. de Jager (secretaris) M.A.W. Kater E. van den Brink 2

Regels rond SE-toetsen In het examenreglement wordt alles geregeld wat met het examen te maken heeft. Ook SE toetsen zijn onderdeel hiervan. Hieronder volgt een korte uitleg van het gedeelte wat gaat over de SE toetsen. Let op: dit is een uitleg, de tekst van het examenreglement is bindend. SE-toetsen In leerjaar 3 ben je al bezig om cijfers te halen die meetellen voor het eindexamen. Voor het beroepsgerichte vak (BB en KB) telt bijna alles mee voor het eindexamen. Voor de andere vakken zijn er één of meer toetsen die meetellen voor het eindexamen. Deze toetsen noemen we SE-toetsen. Je kunt in je nakijken welke toetsen dit zijn. De overige toetsen (jaartoetsen) die je in leerjaar 3 behaalt tellen mee voor de overgangsregeling naar leerjaar 4, en tellen dus niet mee voor het eindexamen. Voor leerjaar 4 telt alles mee voor het examen, dus voor alle onderdelen geldt ook het examenreglement. Omdat SE toetsen examenwerk zijn, is het belangrijk dat je aanwezig bent als de toets gemaakt wordt. Als je ziek bent, of door een andere geldige! reden absent bent, moet je dat melden. Onregelmatigheden Als je op een oneerlijke manier een cijfer voor een onderdeel wilt behalen, pleeg je fraude. Dit kan zijn: spieken, een (gedeelte van een) werkstuk van een ander inleveren, enz. Dit wordt in het reglement omschreven als onregelmatigheid. Ook het niet tijdig inleveren van werkstukken, het zonder geldige redenen niet aanwezig zijn bij een toets is een onregelmatigheid, en kan worden bestraft. De straf op de onregelmatigheid is afhankelijk van de ernst van de overtreding. Dit kan variëren van een waarschuwing, het cijfer 1 voor de toets of zelfs uitsluiting van deelname aan het examen. Ook wordt dit aan de inspecteur gemeld en je ouders krijgen hierover een brief. Wel is het zo dat je eerst mag komen vertellen wat er gebeurd is, dus we passen hoor en wederhoor toe. Beoordeling van toetsen De beoordeling van een toets is meestal een cijfer (op één tiende nauwkeurig), behalve sectorwerkstuk en CKV- en LO onderdelen, deze worden met voldoende of goed beoordeeld. Het cijfer hoeft niet altijd tussen 1 en 10 te liggen. Voor praktijkwerkstukken b.v. ligt het cijfer b.v. tussen 4 en 8. Handelingsdelen worden niet becijferd. Daar krijg je de beoordeling goed, voldoende, matig of slecht voor. Deze moeten wel minimaal voldoende worden gemaakt. Voor praktische opdrachten mogen punten worden gegeven voor het tijdig inleveren (dus te laat inleveren kan je punten kosten). Inhalen toetsen Als je door een geldige reden een toets hebt gemist moet deze worden ingehaald. Je bent daar zelf verantwoordelijk voor. Zorg dus dat je tijdig afspraken maakt met je vakdocent. 3

ing Bij elk vak in het staat welke toets(en) je mag heren. Regels voor heren: je mag maximaal 4 SE-toetsen heren (in leerjaar 3+4 samen). je mag per vak maximaal 2 toetsen heren. je mag per ronde maximaal 2 toetsen heren. in het kun je zien of een toets hert mag worden (er staat dan ja achter). Na hering telt het hoogste cijfer mee. In leerjaar 3 is er één mogelijkheid om in juni 2018 een toets te heren. In leerjaar 4 zijn drie momenten waarop je mag heren. Voor dit cursusjaar is dat: 5 december 2017 6 februari 2018 begin april 2018 (je krijgt hierover nog bericht) Let op: om mee te doen moet je een opgaveformulier bij je teammanager halen. Op het formulier staat wat je moet doen. Op de monitor staat wanneer en waar de heringen zijn. Wanneer ben je geslaagd? Voor cursusjaar 2017-2018 gelden voor het vmbo de volgende regels: 1) Je hebt de rekentoets gemaakt. Het cijfer hiervoor telt niet mee. 2) Je voor het vak Nederlandse taal als eindcijfer een 5 of hoger hebt behaald. 3) Het gemiddelde van al je centraal examencijfers 5,5 of hoger is (tel al je centraal examencijfers bij elkaar op en deel dit door het aantal centrale examens die je hebt gedaan). Met een gemiddelde van 5,49 of lager ben je gezakt. 4) Lichamelijke opvoeding, je sectorwerkstuk (voor GL/TL), CKV moet voldoende of goed zijn. 5) Je eindcijfers ook aan de volgende eisen voldoen: - al je eindcijfers zijn 6 of hoger, of - je hebt één 5 en al je andere eindcijfers zijn 6 of hoger, of - je hebt maximaal één 4 en al je andere eindcijfers zijn 6 of hoger, waarvan er ten minste één 7 of hoger is, of - je hebt maximaal twee 5-en en al je andere eindcijfers zijn 6 of hoger, waarvan er ten minste één 7 of hoger is. - geen eindcijfer is 3 of lager (dus ook niet voor een beroepsgericht keuzevak). Let op: om te slagen moet je dus aan alle vijf de eisen voldoen. Als je aan één van de eisen niet voldoet, ben je gezakt. Voor LeerWerkTraject geldt dat Nederlands én het beroepsgerichte vak minimaal een 6 moeten zijn. De rekentoets moet zijn gemaakt, maar het cijfer telt nog niet mee. 4

Uitleg Soorten toetsen In leerjaar 3 en 4 worden verschillende type toetsen afgenomen. Deze worden in gegroepeerd in zogenaamde periodes. Per vak wordt gebruikgemaakt van (een combinatie) van onderstaande mogelijkheden: I- Jaartoetsen Jaartoetscijfers worden alleen in klas 3 gegeven. Deze tellen alleen mee voor de overgang van klas 3 naar klas 4. In klas 4 komen geen jaartoetsen meer voor. Dan telt alles mee voor het schoolexamen De ring in het voor de jaartoetsen is: 3JT1 toetsen in leerjaar 3, 1e periode 3JT2 toetsen in leerjaar 3, 2e periode 3JT3 toetsen in leerjaar 3, 3e periode II- Schoolexamentoetsen (SE-toetsen) SE-cijfers tellen mee voor het schoolexamencijfer. De ring in het voor SE toetsen is: 3SE1 toetsen in leerjaar 3, 1e periode 3SE2 toetsen in leerjaar 3, 2e periode 3SE3 toetsen in leerjaar 3, 3e periode 3SE toetsen in leerjaar 3, zonder periodekenmerk 4SE1 toetsen in leerjaar 4, 1e periode 4SE2 toetsen in leerjaar 4, 2e periode 4SE3 toetsen in leerjaar 4, 3e periode 4SE toetsen in leerjaar 4, zonder periodekenmerk III- Handelingsdelen Dit zijn onderdelen die wel worden beoordeeld, maar waarvoor geen cijfer wordt gegeven. De beoordeling moet wel voldoende zijn. III- Modules SE-Cijfers die in een module gegroepeerd worden. De modulegemiddeldes tellen mee voor het schoolexamencijfer: M01 moduleeenheid 1 M02 moduleeenheid 2 Enz In het staan verschillende vakken die werken met modules. Bij de berekening van de eindcijfers is er een andere berekeningsmanier als wanneer er niet met modules wordt gewerkt. Als een vak met modules werkt, is zo n module een afgerond geheel van een bepaald onderwerp, thema of profielgedeelte. Binnen een module worden er cijfers gegeven voor verschillende onderdelen van een module (herken aan de aanduiding M01). Deze cijfers hebben een wegingsfactor (deze staan in de kolom weging). Deze wegingsfactor kan per onderdeel van een module verschillend zijn. Van al de cijfers van deze module wordt een gemiddelde uitgerekend, rekening houdend met de wegingsfactor. Dat gemiddelde cijfer is het modulegemiddelde. 5

Binnen een vak kunnen meerdere modules zijn. De verschillende modules worden apart uitgerekend aan de hand van de onderliggende cijfers. De modulegemiddelden hebben in een ook wegingsfactor. Het eindgemiddelde van een vak wordt dan berekend door van de eindgemiddelden van de modules het gemiddelde te berekenen (weer rekening houdend met de wegingsfactor). In sommige gevallen zijn er naast modules ook nog SE-cijfers. In dat geval wordt het eindgemiddelde uitgerekend door van de SE cijfers én de modulegemiddelden samen één gemiddelde te berekenen (rekening houdend met de wegingsfactor). Een voorbeeld: omschrijving Nr. weging Per. Cijfer Modulegemiddelde 01 381 1 M01 Modulegemiddelde 02 382 2 M02 SE toets X 301 1 4 SE1 7,4 SE toets Y 302 1 4 SE2 6,8 Onderdeel 1 451 1 M01 8,1 Onderdeel 2 452 1 M01 4,9 Onderdeel 3 452 3 M01 6,3 Onderdeel 1 461 1 M02 7,6 Onderdeel 2 462 2 M02 6,1 Onderdeel 3 463 2 M02 5,8 Onderdeel 4 464 3 M02 8,1 Berekening cijfer: Eerst wordt het modulegemiddelde M01 en M02 uitgerekend: M01: (1 x 8,1 + 1 x 4,9 + 3 x 6,3) : 5 = 6,4 M02: (1 x 7,6 + 2 x 6,1 + 2 x 5,8 + 3 x 8,1) : 8 = 7,0 Dan wordt het eindgemiddelde uitgerekend: 6,4 x 1 = 6,4 (module 1) 7,0 x 2 =14,0 (module 2) 7,4 x 1 =7,4 (SE 301) 6,8 x 1 =6,8 (SE 302) Totaal 34,6 : 5 = 6,9 Berekening cijfers: Het rapportcijfer van leerjaar 3 is een gewogen gemiddelde gebaseerd op alle toetsen van het type 3JT, 3SE en de reeds behaalde module gemiddelden Het rapportcijfer van leerjaar 4 is een gewogen gemiddelde gebaseerd op de schoolexamentoetsen en modulegemiddelden van leerjaar 3 én 4 die tot dat tijdstip zijn gemaakt. Het schoolexamencijfer in leerjaar 4 is een gewogen gemiddelde gebaseerd op de schoolexamentoetsen en de modulegemiddeldes van leerjaar 3 én 4. De schoolexamencijfers voor maatschappijleer en Kunstvakken I worden vastgesteld op basis van de schoolexamentoetsen. Voor deze vakken is geen centraal examen, dus het schoolexamencijfer is tevens het eindcijfer voor dat vak. 6

Uitleg Betekenis kolommen : De kolommen zijn alleen ingevuld als dat van toepassing is. CODE Gem. Onder deze staat de toets in Magister (PER= periode; = module) In deze kolom wordt aangegeven in welke rapportperiode de SE-toets gepland staat. Dit is een indicatie. De toets mag in een andere periode worden getoetst. Modules kunnen het hele jaar door worden getoetst. Dit wordt door de docent aangegeven via Magister. In deze kolom staat Gem bij de modulegemiddelden. Dit betekent dat dit cijfer het gewogen gemiddelde is van de module-onderdelen. De module onderdelen staan in de regels eronder (zie uitleg hierboven). De omschrijving van de toets, PO, handelingsdeel of module (onderdeel) de wegingsfactor die aan de module (dus het totaalcijfer van de module) wordt gegeven (m.b.t. het berekenen van het eindcijfer van het vak). de wegingsfactor die wordt gegeven aan de toets, PO, handelingsdeel of moduleonderdeel. : In deze kolom staat ja als een toets (onderdeel) her is. (f) In deze kolom staat een P als het een praktische opdracht betreft (de beoordeling hiervan is een cijfer óf een G, V, M of O) en een H als het een handelingsdeel betreft. (de beoordeling hiervan is een G, V, M of O; de weging is altijd 0) In deze kolom wordt aangegeven welke eindtermen (onderdelen uit de syllabus) in de betreffende toets, PO, handelingsdeel of module aan de orde komt. Als er een f (= facultatief) achter een toets staat, betekent dit dat de toets niet verplicht moet worden afgenomen. De vaksectie of de docent is vrij of de toets wordt afgenomen. 7

Profiel / arrangement In leerjaar 3 volg je het nieuwe beroepsgerichte programma voor het vmbo. Je hebt gekozen voor een profiel. Dit profiel is jouw beroepsrichting. Binnen het profiel kies je voor een arrangement. Dat is het geheel van de verplichte profielmodules en de keuzevakken. Het beroepsgerichte vak (arrangement) bestaat uit 2 delen: 1. (verplicht) profielvak 2. keuzevakken 1. Het verplichte profielvak. Dit bestaat uit profielmodulen (minimaal 4 voor BB en KB en minimaal 2 voor GL). Je volgt deze profielmodulen in leerjaar 3. In het kun je lezen welke onderdelen hiervoor worden getoetst. Deze toetsen vormen samen het SE-cijfer voor het verplichte profielvak. Naast het SE-gedeelte maak je aan het eind van leerjaar 3 ook een praktijkexamen (cspe) voor het verplichte profielvak. Het eindcijfer voor het verplichte profielvak wordt als volgt berekend: Het SE-cijfer: per profielmodule wordt een (gewogen) gemiddelde berekend. De gemiddelden voor de profielmodulen vormen samen het SE cijfer voor het verplichte profielvak. Het CSPE-cijfer: het cijfer wat je haalt voor het praktijkexamen (cspe). Deze 2 cijfers (SE + CSPE) worden gemiddeld. Dit is het eindcijfer voor het verplichte profielvak. 2. Naast het verplichte profielvak moet je nog keuzevakken volgen (voor BB en KB minimaal 4 en voor GL minimaal 2). Voor deze keuzevakken zijn geen centrale examens. Het eindcijfer wordt gevormd door het gemiddelde van de keuzevakken. Het eindcijfer voor het beroepsgerichte vak bestaat voor BB en KB uit 2 cijfers (de 2 cijfers komen beiden op de cijferlijst te staan). Voor de GL worden de 2 cijfers gemiddeld tot één eindcijfer. Voor GL geldt: - 2 keuzevakken - 1 eindcijfer 8

per vak Dit boekje is samengesteld voor alle leerlingen uit jouw klas van je eigen team/profiel. Het kan zijn dat er meer vakken in worden beschreven dan je zelf hebt. In het eerste gedeelte vind je de vakken die verplicht zijn voor alle leerlingen. In het 2 e gedeelte staan de vakken die afhankelijk zijn van de keuze die je hebt gemaakt. Voor die vakken hoef je natuurlijk alleen te voldoen aan het voor die vakken die je zelf volgt. 1. Verplichte vakken voor alle leerlingen: CODE VAK: Godsdienst 301 4SE1 Hemelvaart en Pinksteren BG 1 1 II-B8 302 4SE1 Huwelijk en seksualiteit Eth 1, 2 2 VL- B15,B16,B17,B18 303 4SE1 De christelijke gemeente BG 2 1 lll-b1-4,b1-5,b1-6 321 4SE2 Paulus jeugd en bekering BG 4 1 ll-b9, lll-b3-2,4 323 4SE2 De eerste zendingsreizen BG 5 1 ll-b8 324 4SE2 Het tiende gebod Eth 5 2 Vl-B26, B28 341 4SE3 De evangelische beweging Eth 6 2 V-E2,E3,E4 342 4SE3 Jakobus en zijn brief BG 7 1 ll-b10 344 4SE3 Johannes en de Openbaring BG 8 1 ll-b6-1,2,4 CODE VAK: Maatschappijleer 281 3SE Thema 1 Pluriforme samenleving (Par. 1-5), cultuur en socialisatie 2 JA 282 3SE Thema 2 Verzorgingsstaat (Par. 1-5), sociale verschillen 2 283 3SE Thema 3 Media (Par. 1-5) 2 284 3SE Thema 4 Politiek (Par. 1-5), macht en zeggenschap 2 JA 285 3SE Thema 5 Rechtsstaat ( Par. 1-5), kennis justitie en strafrecht 2 286 3SE Praktische opdracht 2 P VAK: Kunstvakken 1 CODE 281 3SE kunstdossier KV 1 1 9

CODE VAK: Loopbaan oriëntatie 281 3SE Alle verplichte opdrachten op de route van dedecaan.net 0 H 282 3SE Deelname aan minimaal 4 loopbaangesprekken en daarvan verslag doen in dedecaan.net 0 H 301 4SE1 Verslag van bezoek voorlichtingsavond, open dag/avond of meeloopdag op een MBO-opleiding in lijn met de keuze die 0 H gemaakt wordt 341 4SE3 Invullen van digitaal doorstroomdossier (DDD) 0 H 342 4SE3 Maken van een eindpresentatie waarin de keuze voor het vervolgonderwijs wordt toegelicht 0 H 343 4SE3 Samenvatting maken van het loopbaandossier als voorbereiding op het intakegesprek bij het MBO 0 H CODE VAK: Bewegingsonderwijs 201 3SE1 Softbal 1 H K4 204 3SE1 Verspringen 1 H K7 215 3SE1 Alg. vaardigheden 1 1 H K2,3 216 3SE1 Alg. vaardigheden 2 1 H K2,3 221 3SE2 Floorball 1 H K4 223 3SE2 Balanceren: ballopen/circusactiviteit 1 H K5 224 3SE2 Stoeien/zelfverdediging 0 H K8 225 3SE2 Springen: keuze mini trampoline 1 H K5 226 3SE2 Ringzwaaien 1 H K5 235 3SE2 Alg. vaardigheden 3 1 H K2,3 236 3SE2 Alg. vaardigheden 4 1 H K2,3 241 3SE3 Voetbal 1 H K4 242 3SE3 Lopen: hardlopen 1 H K7 245 3SE3 Vrije activiteit 1 H K4,5,7,8 256 3SE3 Alg. vaardigheden 5 1 H K2,3 301 4SE1 Spel (doelspel) 1 K4 302 4SE1 Spel (slag en loopspel) 1 K4 303 4SE1 Spel (volleybal) 1 H K4 304 4SE1 Turnen (springen) 0 H K5 305 4SE1 Sportoriëntatie 0 H K9 306 4SE1 Atletiek (hoogspringen) 1 K7 307 4SE1 Alg. vaardigheden 1 1 K2,3 308 4SE1 Zelfverdediging (trefspelen) 0 K8 309 4SE1 Alg. vaardigheden 1 H K2,3 321 4SE2 Spel (terugslagspel) 0 H K4 322 4SE2 Turnen (zwaaien) 1 K5 323 4SE2 Alg. vaardigheden 2 1 K2,3 341 4SE3 Vrije activiteit 1 K4,5,7,8 10

CODE VAK: Nederlands 281 3SE Woordenboek 1 282 3SE Zakelijke brief/e-mail/sollicitatiebrief 1 283 3SE Spreekbeurt 1 284 3SE Reflectie op eigen werk 0 H 301 4SE1 H1 2 K1, 3-8 302 4SE1 H1 Spelling/gramm (pv-lv,wwspelling en leestekens) 1 K2 303 4SE1 H2 Woordenschat 1 K3 304 4SE1 H2 (m.u.v. woordenschat) 2 K1,2, 4-8 305 4SE1 H2 Spelling/gramm (znw en bijv nw,wwspelling vdw) 1 K2 321 4SE2 Kijk- en luistertoets 2 K4 322 4SE2 H3 Poëzie 1 K8 323 4SE2 H3 (m.u.v. Poëzie) 2 K1, 3-7 324 4SE2 H3 Spelling/gramm (ev,samengest zin,wwspell tot.) 1 K2 325 4SE2 Leestekst - voorbeeldexamen 1 JA K4 11

CODE VAK: Engels 202 3SE1 Basiswoorden blz. 1 en 2 EN-NL 1 JA 204 3SE1 Lezen 1 K1-4 215 3SE1 Facultatieve toets 1 222 3SE2 Basiswoorden blz. 3 en 4 EN-NL 1 JA 224 3SE2 Lezen 2 K1-4 235 3SE2 Facultatieve toets 1 242 3SE3 Basiswoorden blz. 5 en 6 EN-NL 1 JA 243 3SE3 Spreken (taaldorp) 2 K1-3,6 244 3SE3 Luisteren 2 K1-3,5 245 3SE3 Schrijven 1 K1-3,7 V2 246 3SE3 Facultatieve toets 1 302 4SE1 Basiswoorden blz. 7 en 8 EN-NL 1 JA 303 4SE1 Lezen 2 K1-4 304 4SE1 Spreken (taaldorp) 2 K1-3,6 315 4SE1 Facultatieve toets 1 322 4SE2 Basiswoorden blz. 9 en 10 EN-NL 1 JA 323 4SE2 Lezen 2 K1-4 324 4SE2 Cito kijk/luister (toetsweek) 2 K1-3,5 325 4SE2 Facultatieve toets 1 326 4SE2 Excursie (indien gevolgd) 1 327 4SE2 Eindtoets: basiswoorden blz. 1 t/m 10 (facultatief) 2 381 M01 Gem Portfolio Gem. module 1 3 K1-7 V2 401 M01 Thema A 1 402 M01 Thema B 1 403 M01 Thema C (facultatief) 1 382 M02 Gem Portfolio Gem. module 2 3 K1-7 V2 421 M02 Thema A 1 422 M02 Thema B 1 423 M02 Thema C (facultatief) 1 383 M03 Gem Portfolio Gem. module 3 3 K1-3,7 V2 441 M03 Thema A 1 442 M03 Thema B 1 443 M03 Thema C (facultatief) 1 384 M04 Gem Portfolio Gem. module 4 3 K1-7 V2 461 M04 Thema A 1 462 M04 Thema B 1 463 M04 Thema C (facultatief) 1 385 M05 Gem Portfolio Gem. module 5 3 K1-7 V2 481 M05 Thema A 1 482 M05 Thema B 1 483 M05 Thema C (facultatief) 1 12

2. AVO- vakken (afhankelijk van de gemaakte keuze): CODE VAK: Wiskunde 281 3SE Praktische opdracht 2 P 282 3SE Statistiek host 4 2 JA K7 301 4SE1 Hast 1 rekenen 2 K3,5 302 4SE1 Hast 1 SO (facultatief) 1 303 4SE1 Hfst 2 verbanden 3 JA K3,5 304 4SE1 Hfst 3 meetkunde 3 K6 315 4SE1 Extra toets (Facultatief) 1 321 4SE2 Hfst 5 rekenen 2 K3,5 322 4SE2 Hfst 6 meetkunde 3 K6 323 4SE2 Hfst 7 verbanden 3 K3,5 324 4SE2 Hfst 7 SO (facultatief) 1 335 4SE2 Extra toets (Facultatief) 1 341 4SE3 Hfst 8 meetkunde 3 K6,7 342 4SE3 Hfst 1 t/m 3 1 K3,5,6,7 343 4SE3 Proefexamen 0 H 344 4SE3 Huiswerkschrift + WS min. 80% maken 0 H CODE VAK: Natuur Scheikunde 1 281 3SE H2: Licht 2 JA K7 282 3SE H6: Beweging 2 K3,K9 301 4SE1 H8: Elektriciteit in huis 2 K10,K5 302 4SE1 H9: Geluid 2 K3,K8 303 4SE1 Tentamen H8 en H9 3 K3,K5,K8,K10 321 4SE2 H10: Bouw van de materie 2 K10,K11 323 4SE2 Practicum 0 JA H K2,K3 341 4SE3 H11: Op weg naar het examen 3 JA K3/V2 342 4SE3 Examentraining 0 H 13

3. Beroepsgerichte profielvakken: a. (verplichte) profielmodulen Deze profielmodulen heb je in klas 3 al gevolgd en examen in gedaan. Voor de duidelijkheid staan ze hieronder nog vermeld. Profiel: Bouwen, wonen en interieur Profielmodule: Bouwproces en bouwvoorbereiding (bpbv) 381 M01 Gem Bouwplaats inrichting 1 1 401 M01 Vaktekening bouwplaats 1 P/BWI/1.1 382 M02 Gem Bouwhaak maken 1 1 421 M02 Bouwhaak maken 1 P/BWI/1.2 383 M03 Gem Jalons plaatsen 1 1 441 M03 Jalons plaatsen 1 P/BWI/1.2 384 M04 Gem Bouwraam maken 1 1 461 M04 Bouwraam maken 1 P/BWI/1.2 462 M04 Vaktekening profielen 1 P/BWI/1.2 385 M05 Gem Het stellen van profielen 1 1 481 M05 Profielen stellen met meterpeil 1 P/BWI/1.2-3 386 M06 Gem Buitendeurkozijn stellen 1 1 501 M06 Vaktekening profielen 1 P/BWI/1.3 502 M06 Deurkozijn stellen 1 P/BWI/1.3 387 M07 Gem Bouwproces en voorbereiding in theorie 6 6 521 M07 Maken en aftoetsen theorie 1 Ja P/BWI/1 14

Profiel: Bouwen, wonen en interieur Profielmodule: Bouwen vanaf de fundering (bfun) 381 M01 Gem Een stevig fundament 1 1 401 M01 Bekisting stellen 1 P/BWI/1.1-2 en 2.1 402 M01 Schets 1 P/BWI/1.2 382 M02 Gem Stellen van een buitenraamkozijn 1 1 421 M02 Profielen stellen 1 P/BWI/2.2, 1.2-3 422 M02 Stellen raamkozijn 1 P/BWI/2.2, 1.2-3 383 M03 Gem Metselen van halfsteensmuur met rollaag 1 1 441 M03 Metselen 1 P/BWI/2.2, 1.2-3 442 M03 Vaktekening 1 P/BWI/2.2 en 1.2 384 M04 Gem Metselen & isoleren 1 1 461 M04 Buitenmuur metselen 1 P/BWI/2.2-3, 1.3 385 M05 Gem Rolsteiger & ladder 1 1 481 M05 Rolsteiger opbouwen 1 P/BWI/1.2, 2.4 482 M05 Ladder plaatsen 1 P/BWI/1.2 386 M06 Gem Buitengevel metselen 1 1 501 M06 Stellen van 2 profielen 1 P/BWI/2.2, 1.2 502 M06 Buitenmuur metselen 1 P/BWI/2.2, 1.1-2 387 M07 Gem Bouwen vanaf de fundering in theorie 6 6 521 M07 Maken en aftoetsen theorie 1 Ja P/BWI/1 15

Profiel: Bouwen, wonen en interieur Profielmodule: Hout- en meubelverbindingen (hmvb) 381 M01 Gem Lijstwerk maken (enkelvoudige verbinding) 1 1 401 M01 Schets domino verbinding 1 P/BWI/3.1-2 en 4.1 402 M01 Lijstmaken 1 P/BWI/3.1-2 en 4.3 382 M02 Gem Designlamp maken 1 1 421 M02 Schets maken van lamp 1 P/BWI/3.1-2 en 4.1 422 M02 Lamp maken 1 P/BWI/3.1-2 en 3.4 383 M03 Gem Krat maken (eenvoudige verbinding) 1 1 441 M03 Schets maken van krat 1 P/BWI/3.1-2 en 4.1 442 M03 Werktekening maken van krat 1 P/BWI/3.1-2 en 4.1 443 M03 Krat maken 1 P/BWI/3.1-2 en 4.3 384 M04 Gem Kruk/tafel maken 1 1 461 M04 Vaktekening maken van kruk/tafel 1 P/BWI/4.1 462 M04 Kruk/tafel maken 1 P/BWI/3.1-2 en 4.3 385 M05 Gem Kastje met klep maken 1 1 481 M05 Schets van een verbinding 1 P/BWI/3.1-2 en 4.1 482 M05 Vaktekening maken van kastje 1 P/BWI/3.1-2 en 4.1 483 M05 Kastje maken 1 P/BWI/3.1-2 en 4.3 386 M06 Gem (Dartbord) kast maken 1 1 P/ 501 M06 Schets van een verbinding 1 P/BWI/3.1-2 en 4.1 502 M06 Werktekening 1 P/BWI/3.1-2 en 4.1 503 M06 Kastje maken 1 P/BWI/3.1-2 en 4.3 387 M07 Gem Hout- en meubelverbindingen in theorie 6 6 P/BWI/3 en 4 521 M07 Maken en aftoetsen theorie 1 P/BWI/3 en 4 16

Profiel: Bouwen, wonen en interieur Profielmodule: Design en decoratie (ddec) 381 M01 Gem Decoratie maken 1 1 401 M01 Decoreren 1 P/BWI/4.2 en 4.4 382 M02 Gem Meubel stijlen 1 1 421 M02 Decoreren 1 P/BWI/4.2 en 4.4 422 M02 Reflecteren 1 P/BWI/4.2 383 M03 Gem Dienblad maken & decoreren 1 1 441 M03 Werktekening maken 1 P/BWI/4.1 442 M03 Dienblad maken 1 P/BWI/4.3 en 3.1-2 443 M03 Schilderen & decoreren 1 P/BWI/4.2 en 4.4 384 M04 Gem Kast maken & decoreren 1 1 461 M04 Werktekening maken 1 P/BWI/4.1 462 M04 Kast maken, monteren 1 P/BWI/4.3 en 3.1-2 463 M04 Kast decoreren 1 P/BWI/4.2 en 4.4 385 M05 Gem Kubustagel maken & decoreren 1 1 481 M05 Schets maken 1 P/BWI/4.1 482 M05 Schets uitwerken in 3D programma 1 P/BWI/4.1 483 M05 Kubus maken 1 P/BWI/4.3 en 3.1-2 484 M05 Kubus decoreren 1 P/BWI/4.2 en 4.4 386 M06 Gem Display maken en decoreren 1 1 501 M06 Werktekening maken 1 P/BWI/4.1 502 M06 Display maken & decoreren 1 P/BWI/4.2 en 4.4 387 M07 Gem Design & decoratie in theorie 1 1 521 M07 Maken & aftoetsen theorie 1 P/BWI/3 en 4 17

b. Keuzevakken (afhankelijk van de gemaakte arrangementkeuze) Afgelopen jaar heb je al een keuzevak gevolgd. Omdat dit per leerling verschillend is, wordt dit hier niet afgedrukt. Je kunt dit op de website van school vinden én in Magister bij het behaalde cijfer van dat keuzevak. Hieronder vind je de keuzevakken waar je een keuze uit hebt gemaakt wat hoort bij jouw arrangement. Met opmerkingen [JdJ1]: tekst voor lj 3 anders dan 4) Profiel: Bouwen, wonen en interieur Keuzevak: Constructieve aansluitingen en afwerking (caa) 381 M01 Gem Constructieve aansluitingen en afwerkingen 1 1 K/BWI/1 401 M01 Werkzaamheden voorbereiden voor het maken van kozijnen, ramen en deuren 1 K/BWI/1 402 M01 Aansluiting tussen verschillende materialen 1 K/BWI/1 afwerken 403 M01 Theorietoets 1 Ja K/BWI/1 Profiel: Bouwen, wonen en interieur Keuzevak: Schoonmetselwerk (schm) 381 M01 Gem Schoonmetstelwerk 1 1 K/BWI/2 401 M01 Constructieve oplossingen in 1 K/BWI/2 halfsteensmuren maken 402 M01 Metselwerk uitvoeren 1 K/BWI/2 403 M01 Theorietoets 1 Ja K/BWI/2 Profiel: Bouwen, wonen en interieur Keuzevak: Schilderen van hout- en steenachtige ondergronden (shso) 381 M01 Gem Schilderen en afwerken van hout- en steenachtige ondergronden 401 M01 Houtachtige ondergronden schilderen en afwerken 1 1 K/BWI/3 1 K/BWI/3 402 M01 Steenachtige ondergronden schilderen en 1 K/BWI/3 afwerken 403 M01 Theorietoets 1 Ja K/BWI/3 18

Profiel: Bouwen, wonen en interieur Keuzevak: interieurbouw, stands en betimmeringen (isb) 381 M01 Gem Interieur, stands en betimmeringen 1 1 K/BWI/4 401 M01 Eenvoudige kasten en opbergsystemen 1 K/BWI/4 ontwerpen en maken 402 M01 Betimmeringen en stands ontwerpen en 1 K/BWI/4 aanbrengen 403 M01 Theorietoets 1 Ja K/BWI/4 Profiel: Bouwen, wonen en interieur Keuzevak: Gevelopeningen (geve) 381 M01 Gem Gevelopeningen 1 1 K/BWI/6 401 M01 Werkzaamheden voorbereiden voor het 1 K/BWI/6 maken van kozijnen, ramen en deuren 402 M01 Houten kozijnen en ramen maken 1 K/BWI/6 403 M01 Ramen en deuren afhangen en sluit 1 K/BWI/6 maken 404 M01 Theorietoets 1 Ja K/BWI/6 Profiel: Bouwen, wonen en interieur Keuzevak: Daken en kapconstructies van hout (dkch) 381 M01 Gem Daken en kapconstructies 1 1 K/BWI/7 401 M01 Werkzaamheden voorbereiden voor het aanbrengen van daken en kapconstructies 402 M01 Constructies maken voor platte daken en dakranden afwerking 403 M01 Constructies maken voor hellende daken, afdichten en afwerken 1 K/BWI/7 1 K/BWI/7 1 K/BWI/7 404 M01 Theorietoets 1 Ja K/BWI/7 19

Profiel: Bouwen, wonen en interieur Keuzevak: Vloeren (vloe) 381 M01 Gem Vloeren 1 1 K/BWI/8 401 M01 Ondergronden van vloeren beoordelen en de behandeling van deze vloer voorbereiden 1 K/BWI/8 402 M01 Ondergronden van vloeren repareren en 1 K/BWI/8 voorbehandelen 403 M01 Vloerafwerking aanbrengen 1 K/BWI/8 404 M01 Theorietoets 1 Ja K/BWI/8 Profiel: Bouwen, wonen en interieur Keuzevak: Bijzonder metselwerk (bmsw) 381 M01 Gem Bijzonder metselwerk 1 1 K/BWI/10 401 M01 Bijzonder metsel- en lijmwerken 1 K/BWI/10 voorbereiden 402 M01 Bijzonder metsel- en lijmwerken tekenen 1 K/BWI/10 en berekenen 403 M01 Bijzonder metsel- en lijmwerken uitvoeren 1 K/BWI/10 404 M01 Theorietoets 1 Ja K/BWI/10 Profiel: Bouwen, wonen en interieur Keuzevak: Scheidingswanden (schw) 381 M01 Gem Scheidingswanden 1 1 K/BWI/11 401 M01 Aanbrengen en afwerken van gipsplaten op regels 402 M01 Metal-stud scheidingswand met kozijn monteren, afwerken en demonteren 403 M01 Een bestaande scheidingswand van een wandsysteem met profielen en beplating en/of beglazing monteren en demonteren 1 K/BWI/11 1 K/BWI/11 1 K/BWI/11 404 M01 Theorietoets 1 Ja K/BWI/11 20

Profiel: Bouwen, wonen en interieur Keuzevak: Wandafwerking (wafw) 381 M01 Gem Wandafwerking 1 1 K/BWI/12 401 M01 Aanbrengen gipspleister op metselwerk en 1 K/BWI/12 afwerken met sierpleister 402 M01 Aanbrengen sierpleister met figuur en 1 K/BWI/12 stucstop op dun pleister 403 M01 Aanbrengen van behang 1 K/BWI/12 404 M01 Theorietoets 1 Ja K/BWI/12 Profiel: Bouwen, wonen en interieur Keuzevak: Onderhoud schilderwerk (osw) 381 M01 Gem Onderhoud schilderwerk 1 1 K/BWI/14 401 M01 Houtachtige ondergronden beoordelen, behandel- en onderhoudsplan opstellen en uitvoeren 402 M01 Steenachtige ondergronden beoordelen, behandel- en onderhoudsplan opstellen en uitvoeren 403 M01 Metaalachtige en kunststof ondergronden beoordelen, voorbehandelen, repareren en afwerken 1 K/BWI/14 1 K/BWI/14 1 K/BWI/14 404 M01 Theorietoets 1 Ja K/BWI/14 Profiel: Bouwen, wonen en interieur Keuzevak: Glaszetten (glsz) 381 M01 Gem Glas 1 1 K/BWI/15 401 M01 Glas snijden en verwerken 1 K/BWI/15 402 M01 Enkelglas plaatsen 1 K/BWI/15 403 M01 Dubbelglas plaatsen 1 K/BWI/15 404 M01 Theorietoets 1 Ja K/BWI/15 Profiel: Bouwen, wonen en interieur Keuzevak: Meubelmaken (meub) 381 M01 Gem Meubelmaken 1 1 K/BWI/14 401 M01 Meubels maken van hout en 1 K/BWI/14 plaatmateriaal 402 M01 Theorietoets 1 Ja K/BWI/14 21

Profiel: Bouwen, wonen en interieur Keuzevak: Interieurontwerp en -design 381 M01 Gem Interieurontwerp en design 1 1 K/BWI/19 401 M01 Interieur ontwerpen 1 K/BWI/19 402 M01 Interieur elementen in samenhang met interieur ontwerpen en maken 403 M01 Interieur elementen en een interieur decoreren en presenteren 404 M01 Tekst en logo opmaken in een signprogramma, plotten en monteren 1 K/BWI/19 1 K/BWI/19 1 K/BWI/19 405 M01 Digitaal bestand opmaken, printen en 1 K/BWI/19 monteren 406 M01 Theorietoets 1 Ja K/BWI/19 22

Examenreglement EXAMENREGLEMENT vmbo, havo en vwo cursusjaar 2017-2018 Examenreglement voor het vmbo, havo en vwo van het Van Lodenstein College te Amersfoort / Hoevelaken / Kesteren, vastgesteld op grond van artikel 31 van het Eindexamenbesluit VO. 1 ALGEMEEN 1.1 Examenreglement 1.1.1 Het examenreglement omvat procedurele en organisatorische regelingen ter uitvoering van het schoolexamen (SE) en het centraal examen (CE), alsmede enige inhoudelijke bepalingen. Het CPE (Centraal Praktisch Examen) en het CSPE (Centraal Schriftelijk Praktisch Examen) maken deel uit van het CE. 1.1.2 Het examenreglement wordt jaarlijks vastgesteld door het bevoegd gezag voor een nieuw cohort. 1.1.3 Het examenreglement treedt in werking op 1 augustus 2017. 1.1.4 Het examenreglement heeft een geldigheidsduur van een jaar. 1.1.5 Indien daarvoor aanleiding bestaat, kan het bevoegd gezag, op voorstel van de directie, het reglement tussentijds wijzigen. 1.2 Begripsbepalingen 1.2.1 Kandidaat: iedere leerling die door het bevoegd gezag is toegelaten tot de bovenbouw van het vmbo, havo of vwo. 1.2.2 Bevoegd gezag: het College van Bestuur van de Stichting Onderwijs op Reformatorische grondslag waaronder het Van Lodenstein College ressorteert. 1.2.3 Inspectie/inspecteur: als in artikel 1 van de wet op het Onderwijstoezicht bedoeld. 1.2.4 Examinator: degene die is belast met het afnemen van het examen in één of meer vakken. 1.2.5 Directeur: de directeur van de opleiding. 1.2.6 (Eind)examen: examen in de voorgeschreven vakken, zoals in de wet omschreven. 1.2.7 Examencommissie: een door het bevoegd gezag benoemde commissie als bedoeld in de wet. 1.2.8 Commissie van beroep: een commissie als bedoeld in artikel 5 van het Eindexamenbesluit VO. 1.2.9 Vakken: vakken en andere programmaonderdelen. 1.2.10 Examendossier: een dossier dat alle onderdelen omvat van het schoolexamen, zoals dit gedurende de bovenbouw wordt opgebouwd. 1.2.11 De bovenbouw: leerjaar 3 en 4 van het vmbo, leerjaar 4 en 5 van het havo en leerjaar 4, 5 en 6 van het vwo. 1.2.12 Programma van toetsing en afsluiting (): een programma waarin is opgenomen een omschrijving van de inhoud van de toetsen, van de wijze waarop getoetst wordt en van de beoordeling en weging van het resultaat. 1.2.13 Toets: een schriftelijke, mondelinge of digitale toets of een (praktische) opdracht waarvan het cijfer meetelt voor het schoolexamen. 1.2.14 Combinatiecijfer: een cijfer dat in het havo bestaat uit het rekenkundig gemiddelde van de afgeronde eindcijfers van de vakken godsdienst en maatschappijleer en van het profiel-werkstuk. In het vwo bestaat het combinatiecijfer uit het rekenkundig gemiddelde van de afgeronde eindcijfers van de vakken godsdienst, maatschappijleer en het profielwerkstuk. 1.2.15 Handelingsdeel: een activiteit voor een vak waarvoor het niet goed mogelijk of wenselijk is een cijfer vast te stellen. 1.2.16 Rekentoets: rekentoets als bedoeld in artikel 29, vijfde lid, van het Eindexamenbesluit VO en het wijzigingsbesluit van 24 november 2015. 1.2.17 Protocol: Een protocol is een document waarin beschreven staat hoe een bepaald onderdeel van het examenreglement moet worden uitgevoerd. 1.2.18 Protocollant: de persoon die naast een examinator een protocol invult. 23

1.3 Algemene bepalingen 1.3.1 De directeur en de examinatoren nemen onder verantwoordelijkheid van het bevoegd gezag het examen af. 1.3.2 De directeur draagt de werkzaamheden op aan respectievelijk de voorzitters en de secretarissen van de examencommissies van de drie locaties, te weten: de heren A. Heijboer en H. Beijeman (locatie Amersfoort); de heren J.J. Kleijbergen en J. de Jager (locatie Hoevelaken); de heren H. van Eckeveld en R.S. de Jager (locatie Kesteren). Het examen voor een vak kan bestaan uit alleen een SE, dan wel uit een SE en een centraal examen. 1.3.3 Op het Van Lodenstein College functioneert een commissie van beroep. Deze bestaat uit drie leden, lid CvB met onderwijsportefeuille (of zijn plaatsvervanger, de voorzitter van het CvB), de voorzitter van de medezeggenschapsraad (of zijn plaatsvervanger) en een extern jurist, mr. J.S. Beukens (of als plaatsvervanger mr. L. Bolier). Als adres van de commissie fungeert het adres van het College van Bestuur: Commissie van beroep voor de examens van het Van Lodenstein College, p/a Postbus 405, 3800 AK Amersfoort. 1.4 Onregelmatigheden 1.4.1 Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig deel van het examen aan enige onregelmatigheid schuldig maakt of heeft gemaakt, of indien een kandidaat zich bewust onttrekt aan een onderdeel van het SE of het centraal examen, kan de voorzitter van de examencommissie maatregelen nemen. 1.4.2 De maatregelen bedoeld in 1.4.1. die al dan niet in combinatie met elkaar genomen kunnen worden, zijn: a. het toekennen van het cijfer 1 voor een toets van het SE, de rekentoets of het centraal examen; b. het ontzeggen van de deelname of de verdere deelname aan één of meer toetsen van het SE, de rekentoets of het centraal examen; c. het ongeldig verklaren van één of meer toetsen van het reeds afgelegde deel van het SE, de rekentoets of het centraal examen; d. het bepalen dat het diploma en de cijferlijst slechts kunnen worden uitgereikt na een hernieuwd examen in door de voorzitter van de examencommissie aan te wijzen onderdelen. Indien het hernieuwd examen, genoemd onder 1.4.2 d, betrekking heeft op één of meer onderdelen van het CE, legt de kandidaat dat examen af in een volgend tijdvak van het CE. 1.4.3 Indien een kandidaat zich onttrekt aan het maken van een (onderdeel van) het SE, kunnen maatregelen zoals beschreven in artikel 1.4.2 worden genomen. Onder het zich onttrekken aan wordt mede verstaan het zonder geldige reden niet aanwezig zijn bij een toets, het niet tijdig inleveren van een voorgeschreven werkstuk, het zich onttrekken aan de werkstukbegeleiding het niet tijdig inleveren van de voorgeschreven dossiers, handelingsdelen en praktische opdrachten en elke andere nalatigheid met betrekking tot de toetsing van de leerstof. 1.4.4 Alvorens een beslissing zoals bedoeld in 1.4.2 of 1.4.3 wordt genomen, hoort de voorzitter van de examencommissie de kandidaat. De minderjarige kandidaat kan zich door ouder(s), voogd(en) of verzorger(s) laten bijstaan. De voorzitter van de examencommissie deelt zijn beslissing mee aan de kandidaat, zo mogelijk mondeling en in ieder geval schriftelijk. In de schriftelijke mededeling wordt tevens gewezen op het bepaalde in 1.4.5. De schriftelijke mededeling wordt tegelijkertijd in afschrift toegezonden aan de inspectie en aan de ouders, voogden of verzorgers van de kandidaat indien deze minderjarig is. 1.4.5 De kandidaat kan tegen een beslissing van de voorzitter van de examencommissie in beroep gaan bij de commissie van beroep. Het beroep wordt binnen vijf dagen nadat de beslissing schriftelijk aan de kandidaat is bekendgemaakt, schriftelijk bij de commissie van beroep ingediend. De commissie stelt een onderzoek in en beslist binnen twee weken na ontvangst van het beroepsschrift, tenzij zij deze termijn gemotiveerd heeft verlengd met ten hoogste twee weken. De commissie stelt bij haar beslissing zo nodig vast op welke wijze de kandidaat alsnog in de gelegenheid zal worden gesteld het eindexamen geheel of gedeeltelijk af te leggen onverminderd het bepaalde in de laatste volzin van artikel 1.4.2. De commissie deelt haar beslissing schriftelijk mede aan de kandidaat, aan de ouders, voogden of verzorgers van de kandidaat indien deze minderjarig is, aan de directeur en aan de inspectie. 24

2 INHOUD VAN HET EXAMEN 2.1 Keuze (leerweg en) eindexamenvakken 2.1.1 De kandidaten kiezen, met inachtneming van de wettelijke bepalingen en de bepalingen van de school, in welke vakken zij examen willen afleggen. De kandidaten van het vmbo kiezen naast de vakken ook een leerweg. Voor kandidaten geldt deze keuze voor zover het bevoegd gezag hen in de gelegenheid heeft gesteld zich op het examen in die vakken voor te bereiden. 2.1.2 De kandidaten kunnen, voor zover het bevoegd gezag hun dat toestaat, in meer vakken examen afleggen dan in de vakken die ten minste tezamen een eindexamen vormen. Kandidaten die extra vakken volgen, kunnen deze alleen laten vallen na toestemming van de teammanager. Extra bepalingen voor het havo-vwo: 2.1.3 Het bevoegd gezag kan de kandidaten van het havo in de gelegenheid stellen om één of meer van de havo-vakken te vervangen door een vwo-vak. 2.1.4 Het vak godsdienst maakt samen met de wettelijk voorgeschreven vakken deel uit van het combinatiecijfer. Extra bepalingen voor het vmbo: 2.1.5 In leerjaar 2 wordt in overleg met de leerlingen en de ouders een leerweg vastgesteld. 2.1.6 Wanneer een kandidaat van leerweg KB naar BB wordt overgeplaatst, ongeacht het tijdstip, worden de behaalde SE-cijfers van de AVO-vakken geherwaardeerd naar de nieuwe leerweg. Indien dit niet mogelijk is, wordt door de voorzitter van de examencommissie een andere oplossing gezocht binnen de wettelijke mogelijkheden. 3 HET SCHOOLEXAMEN 3.1 Algemeen 3.1.1 Het schoolexamen wordt afgenomen conform de artikelen 32 t/m 35 van het Eindexamenbesluit VO. 3.1.2 Het schoolexamen bestaat uit een examendossier. Het examendossier is het geheel van de onderdelen van het schoolexamen, zoals gedocumenteerd in een door het bevoegd gezag gekozen vorm. 3.1.3 Het bevoegd gezag bepaalt het tijdstip waarop het schoolexamen begint. Het schoolexamen wordt afgesloten voor de aanvang van het eerste tijdvak van het centraal examen. 3.1.4 Het bevoegd gezag kan, in afwijking van art. 3.1.3, een kandidaat die ten gevolge van ziekte of een andere van zijn wil onafhankelijke omstandigheid het schoolexamen niet heeft kunnen afsluiten voor de aanvang van het eerste tijdvak, in de gelegenheid stellen het schoolexamen in dat vak af te sluiten vóór het centraal examen in dat vak, doch na de aanvang van het eerste tijdvak. 3.1.5 Voor elk examenvak afzonderlijk zijn de toetsen geregeld in het dat jaarlijks vóór 1 oktober aan de kandidaten wordt uitgereikt. In het programma van toetsing en afsluiting staat vermeld: a. een overzicht van de toetsen van het schoolexamen; b. een planning van de toetsen; c. een omschrijving van de te toetsen leerstof; d. een omschrijving van de wijze van toetsing; e. de wijze waarop het eindcijfer van het schoolexamen wordt berekend. Ook de toetsen die niet meetellen voor het schoolexamencijfer (overgangstoetsen) staan voor het vmbo, havo en vwo met dezelfde gegevens in het vermeld. 3.1.6 Ten minste vijf lesdagen voor het begin van elke toets ontvangen de kandidaten mededeling van: a. de plaats waar de toetsen worden afgenomen; b. het tijdstip waarop de toetsen worden afgenomen; c. de duur van de toetsen. 3.2 Beoordeling 3.2.1 De vaksecties dienen voor 1 mei bij de directeur een overzicht in van de bij de verschillende toetsen te vragen stof. De directeur zorgt ervoor, dat deze overzichten uiterlijk 1 oktober aan de kandidaten op naam worden uitgedeeld. 25

3.2.2 De opgaven voor de toetsen en de daarbij behorende normen worden door de vaksecties vastgesteld. 3.2.3 Mondelinge toetsen worden afgenomen door de examinator. De examinator vult hiervan een protocol in. 3.2.4 Mondelinge toetsen worden via opnameapparatuur vastgelegd. Zo nodig kan de voorzitter van de examencommissie of de secretaris een protocollant aanwijzen, die een protocol van de toets invult. 3.2.5 Het protocol vermeldt de datum, de beoordelingscriteria, de behandelde onderwerpen en de daarvoor behaalde resultaten. De examinator stelt het cijfer vast nadat hij in het geval een protocollant aanwezig is de protocollant gehoord heeft. Het protocol wordt na afloop door de examencommissie bewaard. 3.2.6 Opgaven, normen, het gemaakte werk, de opnamen van de mondelinge toetsen, eventueel de gemaakte protocollen, en de cijfers worden zo spoedig mogelijk bij de secretaris van de examencommissie ingeleverd. Hierbij dient rekening te worden gehouden met het in 3.2.15 gestelde. 3.2.7 Deelname aan een toets betekent dat het eenmaal gemaakte werk zijn geldigheid behoudt. De criteria aan de hand waarvan de beoordeling plaatsvindt van werkstukken, praktische opdrachten, practica, handelingsdelen en het profiel/sectorwerkstuk, worden bij het verstrekken van de opdracht aan de kandidaat bekendgemaakt. 3.2.8 Elke toets die meetelt voor het eindcijfer SE, wordt gewaardeerd met een cijfer, dat door de examinator wordt bepaald. Dit cijfer wordt aangegeven in tienden nauwkeurig. 3.2.9 De vakken culturele en kunstzinnige vorming en lichamelijke opvoeding worden beoordeeld met voldoende' of goed. Deze beoordeling gaat uit van de mogelijkheden van de kandidaat en geschiedt op de grondslag van het genoegzaam afsluiten van de desbetreffende vakken, zoals blijkend uit het examendossier. 3.2.10 Het profielwerkstuk havo/vwo wordt beoordeeld met een cijfer 4,0 of hoger, dat onderdeel uitmaakt van het combinatiecijfer. Deze beoordeling geschiedt op de grondslag van het genoegzaam voltooien van het profielwerkstuk, zoals blijkend uit het examendossier. Het profielwerkstuk wordt uiterlijk op 1 maart voorafgaand aan het centraal examen ingeleverd. 3.2.11 Het sectorwerkstuk vmbo wordt beoordeeld met voldoende of goed. Deze beoordeling geschiedt op de grondslag van het genoegzaam voltooien van het sectorwerkstuk, zoals blijkend uit het examendossier. Het sectorwerkstuk wordt beoordeeld door ten minste twee examinatoren. Het sectorwerkstuk wordt uiterlijk op 1 maart voorafgaand aan het centraal examen ingeleverd. 3.2.12 Handelingsdelen worden niet becijferd, maar dienen naar behoren te zijn uitgevoerd. 3.2.13 In de normering van praktische opdrachten kunnen punten toegekend worden voor het tijdig inleveren van de opdracht. Deze punten bedragen maximaal 20% van het cijfer. 3.2.14 In het geval een kandidaat zich onredelijk beoordeeld acht, is beroep mogelijk op de voorzitter van de examencommissie. Een beroep moet schriftelijk, binnen vijf werkdagen nadat het resultaat van de toets bekend is, bij de voorzitter van de examencommissie worden ingebracht. Deze kan besluiten de toets opnieuw te laten beoordelen of opnieuw af te laten nemen. Indien de kandidaat niet de gelegenheid krijgt om de toets over te doen of men anderszins niet tot overeenstemming komt, kan de kandidaat tegen de genomen beslissing in beroep gaan bij de commissie van beroep volgens de procedure zoals gesteld in artikel 1.4.5. 3.2.15 Van elke beoordeling die bij het bepalen van het eindoordeel over een kandidaat meetelt, stelt de examinator de kandidaat zo spoedig mogelijk in kennis. Hij licht hem desgewenst in over de totstandkoming van het cijfer. De kandidaten hebben het recht het door hen gemaakte werk in te zien. 3.2.16 Voor het begin van het centraal examen maakt de voorzitter van de examencommissie aan de kandidaat bekend, voor zover van toepassing: a. welke cijfers hij heeft behaald voor het schoolexamen; b. de beoordeling van de vakken waarvoor geen cijfer wordt vastgesteld en de beoordeling van het profiel/sectorwerkstuk. 3.2.17 Het cijfer van het schoolexamen wordt uitgedrukt in een cijfer uit een schaal van cijfers lopende van 1 tot en met 10. Indien in een vak tevens centraal examen wordt afgelegd, worden de in het eerste lid genoemde cijfers gebruikt met de daartussen liggende cijfers met 1 decimaal. 26

Het cijfer voor het SE is het gewogen gemiddelde van de beoordelingen, die voor de toetsen van het SE aan de kandidaat zijn gegeven afgerond op 1 decimaal. 3.2.18 Indien een kandidaat in een vak door twee of meer docenten is geëxamineerd, bepalen deze in onderling overleg het cijfer voor het betreffende onderdeel van het SE. 3.2.19 In de beoordelingsnormen voor een toets kan maximaal 20% van het aantal te behalen punten worden toegekend voor aan de toetsstof gerelateerde onderdelen die in de periode voorafgaand aan de toets zijn beoordeeld. Dit moet worden aangegeven in het. De eisen voor deze regeling dienen in een studiewijzer duidelijk verwoord te zijn. Indien deze 20% onderdeel is van een SEtoets, is dit deel niet her en vervangt het cijfer van de hering het gehele cijfer. 3.2.20 Elk cijfer voor een vak dat onderdeel is van het combinatiecijfer moet een 4,0 of hoger zijn. Indien het profielwerkstuk met een cijfer lager dan 4,0 wordt beoordeeld, moet de kandidaat een extra opdracht maken voor het profielwerkstuk, waarna het geheel opnieuw beoordeeld wordt. Als (voor zover van toepassing) een of meer cijfers van de vakken godsdienst en maatschappijleer lager dan een 4,0 zijn, wordt één extra hering aangeboden. 3.3 Uitstel van een toets 3.3.1 Uitstel van een SE-toets kan aan een kandidaat worden verleend in geval van ziekte, of een andere van zijn wil onafhankelijke omstandigheid, zulks ter beoordeling van de teammanager en van de voorzitter van de examencommissie, mits de ouders of verzorgers de school voor het begin van de toets (telefonisch) op de hoogte stellen. Te denken valt aan een bruiloft, begrafenis of andere bijzondere omstandigheid. De mededeling hiervan dient binnen zeven dagen schriftelijk door ouders of verzorgers bevestigd te worden. De kandidaat aan wie uitstel verleend is, wordt daarmee in zijn heringsmogelijkheden niet beperkt. De kandidaat verliest het recht het verzuimde werk in te halen wanneer een geldig schriftelijk bericht van het verzuim niet binnen de gestelde termijn is ontvangen. Indien een -onderdeel niet kan worden gemaakt of ingeleverd vanwege omstandigheden die te voorzien zijn, moet uitstel vooraf schriftelijk aangevraagd worden bij de teammanager, zulks met opgave van redenen. Onder dezelfde voorwaarden kan uitstel verleend worden voor het inleveren van een werkstuk. Een kandidaat die in de laatste toetsperiode van het leerjaar uitstel krijgt van een SE-toets, heeft het recht om de gemiste toets in te halen. Deze kandidaat verliest het recht om deze ingehaalde toets te heren. 3.3.2 Een uitgestelde toets vindt plaats op een door de teammanager nader te bepalen tijdstip. 3.3.3 Aan zieke kandidaten die uitstel op een onderdeel van het SE hebben gekregen, kan de gelegenheid geboden worden toch aan het SE deel te nemen: a. indien en voor zover mogelijk thuis of elders, zulks ter beoordeling van de voorzitter van de examencommissie; b. zo spoedig mogelijk na herstel met inachtneming van het bepaalde in 3.1.3 en 3.1.4. 3.4 ing SE Bepalingen voor havo- en vwo-kandidaten: 3.4.1 Iedere havo- en vwo-kandidaat krijgt aan het eind van elk cursusjaar de gelegenheid maximaal twee SE-toetsen van dat jaar over te doen. 3.4.2 Een havo-kandidaat mag in de totale periode maximaal twee toetsen heren van hetzelfde vak. Een vwo-kandidaat mag in de totale periode maximaal drie SE-toetsen heren van hetzelfde vak. Een toets mag slechts één keer hert worden. 3.4.3 De hering dient vóór een nader te bepalen datum schriftelijk te worden aangevraagd bij de teammanager. Daarvoor dient gebruik gemaakt te worden van een door hem uitgereikt formulier. 3.4.4 Een hering van een SE-toets kan aangevraagd worden, ongeacht het cijfer dat voor de desbetreffende toets behaald is. 3.4.5 Alleen wanneer het heringscijfer hoger is, vervalt het eerder behaalde cijfer. 3.4.6 Alle SE-toetsen, die als her zijn aangemerkt in het, kunnen hert worden. Praktische opdrachten zijn niet her, tenzij anders vermeld. Het profielwerkstuk is niet her. 27

3.4.7 Het vak godsdienst maakt onderdeel uit van het combinatiecijfer. Elk afzonderlijk deel van het combinatiecijfer dient minstens een 4 te zijn. Bij onvoldoende prestatie voor een SE-toets voor het vak godsdienst kan door de teammanager een taak opgelegd worden. Bepalingen voor vmbo-kandidaten: 3.4.8 Iedere kandidaat krijgt de gelegenheid maximaal vier volgens het als herbare toetsen aangemerkte SE toetsen over te doen. Per heringsronde mogen maximaal twee heringen worden afgelegd. Leerjaar 3 vmbo heeft één heringsronde, leerjaar 4 vmbo heeft er drie. 3.4.9 Iedere kandidaat mag over de totale periode maximaal twee toetsen van hetzelfde vak heren. Een toets mag slechts één keer hert worden. 3.4.10 De hering dient vóór een nader te bepalen datum schriftelijk door middel van een daarvoor bestemd formulier te worden aangevraagd. Kandidaten uit de basis- en kaderberoepsgerichte leerweg vragen dit aan bij de secretaris van de examencommissie. Kandidaten uit de gemengde en theoretische leerweg bij de teammanager. 3.4.11 Een hering dient te worden aangevraagd na overleg met de examinator. 3.4.12 Alleen wanneer het heringscijfer hoger is, vervalt het eerder behaalde cijfer. 3.4.13 Bij elk vak wordt in het aangegeven of er bepaalde onderdelen hert kunnen worden en, indien dat mogelijk is, welke dat zijn. In geval van overmacht door ziekte of anderszins kan toegestaan worden dat de kandidaat meer toetsen overdoet, zulks ter beoordeling van de voorzitter van de examencommissie. 3.5 examen SE Bepaling havo-vwo: 3.5.1 Indien voor een vak waarvoor geen CE wordt afgenomen en dit vak ook niet in het combinatiecijfer is opgenomen, het eindcijfer van het SE onvoldoende (minder dan 5,5) is, ondanks de heringen genoemd in 3.4.1 tot en met 3.4.6, krijgt de kandidaat de gelegenheid een herexamen in dit vak te doen. Dit herexamen kan zowel de gehele examenstof of een gedeelte bevatten, zulks ter beoordeling van de voorzitter van de examencommissie. In dit geval geldt een eindcijfer met een maximum van 6. Bepaling vmbo: 3.5.2 Als voor het vak maatschappijleer 1 het eindcijfer van het SE onvoldoende (lager dan 6) is, krijgt de kandidaat de gelegenheid een herexamen te doen in dit vak. Dit herexamen omvat de door de voorzitter van de examencommissie aangegeven onderdelen van het examenprogramma. Het hoogste van de cijfers behaald bij het herexamen en het schoolexamen geldt dan als eindcijfer. 3.6 Afsluiting schoolexamen 3.6.1 Het schoolexamen kan pas worden afgesloten als alle -onderdelen zijn afgerond. 3.7 Overige bepalingen 3.7.1 De resultaten van het schoolexamen die behaald zijn in een niet-examenjaar komen te vervallen als de kandidaat niet wordt bevorderd tot een volgend leerjaar. 3.7.2 De schoolexamenresultaten die behaald zijn in het laatste leerjaar komen te vervallen als de kandidaat niet slaagt voor het examen. 3.7.3 Voor de kandidaat die tot een leerjaar in de bovenbouw wordt toegelaten, nadat in dat leerjaar reeds toetsen zijn afgenomen, stelt de teammanager een regeling vast, in overleg met de betrokken docent(en) en de kandidaat en na goedkeuring van de voorzitter van de examencommissie. 3.7.4 Voor kandidaten die doorstromen naar een opleiding met een hoger niveau of afstromen naar een opleiding met een lager niveau, stelt de teammanager een regeling vast waarin wordt bepaald hoe wordt omgegaan met de in de nieuw gekozen opleiding reeds afgenomen SE-onderdelen en na goedkeuring van de voorzitter van de examencommissie. 28