Verkort examenreglement klas 4 VMBO (basisberoepsgerichte leerweg en kaderberoepsgerichte leerweg) voor extraneus leerlingen van

Transcriptie

1 Verkort examenreglement klas 4 VMBO (basisberoepsgerichte leerweg en kaderberoepsgerichte leerweg) voor extraneus leerlingen van VSO Elimschool Regels voor het schoolexamen / centraal examen 1. Examenreglement Dit verkorte examenreglement geeft de belangrijkste bepalingen weer. De tekst van het uitgebreide examenreglement is echter altijd doorslaggevend en is verkrijgbaar bij de schoolleider VSO en wordt gepubliceerd op de website van de school. 2. Examen Voor sommige vakken (zoals maatschappijleer / ma-1, lichamelijke opvoeding / l.o. en kunstvak / CKV) geldt dat deze alleen een schoolexamen kennen. Voor andere vakken bestaat er naast het schoolexamen ook een centraal examen. Delen van het schoolexamen kunnen worden getoetst en beoordeeld in en vanaf het derde leerjaar. Elke leerling legt binnen het examen een rekentoets af. Deelname aan de rekentoets is voor elke leerling verplicht. Het behaalde cijfer wordt vermeld op een bijlage bij de cijferlijst. Het behaalde resultaat (cijfer) telt echter in 2015 nog niet mee voor de uitslagbepaling. Vanaf 2016 telt het behaalde cijfer wel mee in de uitslagbepaling: er mag dan nog hoogstens één vijf gehaald worden voor de vakken Nederlands en rekenen (kernvakkenregeling voor het VMBO). 3. Examendossier Van elke leerling wordt het schriftelijk examenwerk bewaard tot tenminste 6 maanden na het afronden van zijn/ haar examen. Zie artikel 24 van het examenreglement. 4. Absentie en te laat komen Indien een kandidaat (leerling) door ziekte of andere vorm van overmacht niet in staat is deel te nemen aan een toets van het examen, dan dient de schoolleider VSO daarvan vóór de aanvang van deze toets telefonisch of schriftelijk door (één van) zijn ouder(s)/verzorger(s) in kennis te worden gesteld. Een door ziekte of overmacht gemiste toets tijdens een schoolexamenperiode kan worden ingehaald, mits een en ander voor aanvang van de toets gemeld is aan de schoolleider VSO die onder de verantwoordelijkheid van de examencommissie hiervoor toestemming geeft. Een kandidaat die te laat komt meldt zich bij de examenleiding/schoolleider VSO Deze bepaalt of hij nog kan worden toegelaten tot de zitting. Hij levert het werk in op het tijdstip dat voor de andere kandidaten geldt. Kandidaten die meer dan een half uur na de aanvang van de zitting aankomen, mogen niet meer deelnemen aan de zitting. Wanneer een kandidaat begint aan een zitting, wordt het werk volgens de richtlijnen beoordeeld. 5. Onregelmatigheden (afwezig zijn zonder kennisgeving vooraf of fraude) Indien een kandidaat zich ten aanzien van enig deel van het eindexamen aan enige onregelmatigheid of fraude schuldig maakt of heeft gemaakt of zich onttrekt aan enig deel van het examen, kunnen maatregelen genomen worden. Deze maatregel kan zijn het niet mogen inhalen van de toets en de toekenning van het cijfer 1 voor een toets van het schoolexamen of het centraal examen. In het ernstigste geval kan besloten worden dat de kandidaat wordt uitgesloten voor een deel of de rest van het examen. Indien een van bovenstaande maatregelen wordt toegepast wordt de kandidaat en zijn/haar ouders/wettelijke vertegenwoordigers hiervan schriftelijke mededeling gedaan. De kandidaat en zijn/haar ouders hebben dan de mogelijkheid om binnen 3 schooldagen na bekendmaking bezwaar aan te tekenen bij de geschillencommissie (zie ook punt 9). 1

2 Ter voorkoming van onregelmatigheden gelden voor de schriftelijke toetsen de volgende regels: - Tassen mogen niet bij de tafel van de kandidaat staan, maar worden voor in het lokaal of, indien daar toezicht is, daar buiten geplaatst. - Etuis worden op de grond naast de tafel gelegd. - De tafeltjes worden uit elkaar geplaatst. - Het is niet toegestaan programmeerbare rekenmachines te gebruiken. 6. Beoordeling Voor elke af te leggen toets wordt een cijfer gegeven in één decimaal nauwkeurig. Het eindcijfer van alle schoolexamentoetsen (SE) wordt berekend volgens een van te voren vastgestelde weging (voor percentages zie per vak) en wordt afgerond op één decimaal nauwkeurig. (Bijv.: het eindcijfer SE 7,45 wordt afgerond op 7,5, het cijfer 7,43 wordt afgerond op 7,4). Opmerking: Bij de vaststelling van het eindexamencijfer (E) wordt bij de bepaling van de uitslag van het eindexamen standaard afgerond op een geheel getal. Hierbij is de eerste decimaal bepalend voor de afronding (dus: het berekend gemiddelde cijfer 7,45 wordt als eindcijfer (E) afgerond / afgekapt op 7). 7. Herkansing voor onderdelen van het schoolexamen Iedere leerling heeft recht op een herkansing als hij: 1. Een cijfer lager dan 5,5 behaalt voor een schriftelijke toets die deel uit maakt van het schoolexamen en die voor herkansing in aanmerking komt volgens het PTA. (zie PTA) Verder geldt: 2. Elke kandidaat heeft recht op maximaal 3 herkansingen per periode (leerjaar 4 kent 2 periodes) 3. Het hoogste van de cijfers behaald bij de herkansing en bij de eerder afgelegde toets van het schoolexamen geldt als definitief cijfer voor die toets. 4. Herkansingen voor toetsen vinden plaats binnen twee weken na afsluiting van de periode. 5. Bij het niet op tijd inleveren van een handelingsopdracht of praktische opdracht verliest de kandidaat een herkansingsmogelijkheid. Voor boekverslagen geldt dat ze tot de laatste herkansingsdag mogen worden ingeleverd. Indien dit na de door de docent bepaalde inleverdatum is kunnen, indien dit van te voren duidelijk is afgesproken, er punten in mindering worden gebracht op het behaalde resultaat. 6. De regels voor de toepassing van het eerste tot en met het vijfde lid worden opgenomen in het programma van toetsing en afsluiting. Indien een verruiming van deze regel van toepassing is voor een bepaald vak, bijv. vanwege de opbouw van de lesstof, dan wordt dit in het PTA vermeld. Wanneer een leerling onrechtmatig afwezig is bij een toets krijgt de leerling hiervoor het cijfer 1,0. Bij deze afwezigheid bepaalt de schoolleider VSO of er sprake is van onrechtmatige afwezigheid. Dit cijfer (1,0) wordt bij het bepalen van de mogelijke herkansingen van een leerling beschouwd als een regulier behaalde 1,0 en kan indien het pta het toelaat als een van de drie mogelijke herkansingen in aanmerking komen. Als een leerling één of meerdere voortgangstoetsen om een geldige reden niet heeft afgelegd of als er sprake is van bijzondere omstandigheden kan de schoolleider VSO een bij de leerling passende maatregel nemen. Als een leerling tijdens de herkansing van een toets onterecht afwezig is (te beoordelen door de schoolleider VSO, vervalt het recht op herkansing van die toets en wordt voor de herkansing het cijfer 1 toegekend. 2

3 Als er sprake is van bijzondere omstandigheden kan de schoolleider VSO een bij de leerling passende maatregel nemen. Herexamen schoolexamen. 1 De kandidaat die eindexamen vmbo aflegt voor een vak waarin alleen een schoolexamen wordt afgelegd en het vak in leerjaar 3 wordt afgesloten, heeft indien het eindresultaat onvoldoende is de mogelijkheid om via de schooleider VSO een herexamen voor dat vak aan te vragen bij de unitleider van CSG Reggesteyn. Dit herexamen zal plaats vinden binnen drie maanden na het bekend worden van de eindbeoordeling. en, in het geval van bewegingsleer, uiterlijk drie werkdagen voor de start van het CE. De regels voor de toepassing van deze bepaling worden opgenomen in het programma van toetsing en afsluiting. 2 Het hoogste van de cijfers behaald bij de herkansing en bij de eerder afgelegde toets van het schoolexamen geldt als definitief cijfer voor die toets. Verdere herkansingen die niet vallen onder het recht op herkansing zoals hiervoor genoemd, zijn slechts mogelijk in uitzonderlijke, evidente gevallen, zulks ter beoordeling van de examencommissie. Een verzoek tot een dergelijke herkansing dient door de kandidaat schriftelijk te worden gedaan bij de schoolleider VSO uiterlijk 5 dagen nadat de beoordeling van het werk aan de kandidaat is medegedeeld. De schoolleider VSO brengt de zaak in bij de examencommissie. Ook de schoolleider VSO kan een gemotiveerd verzoek tot een dergelijke herkansing indienen. De voorzitter van de examencommissie kan toestaan dat reeds afgelegde delen van het schoolexamen, die volgens het examenreglement ongeldig zijn verklaard, herkanst kunnen worden. 8. Praktische opdrachten & Handelingsdelen 8a. Praktische opdrachten (PO) Praktische opdrachten dienen te zijn uitgevoerd uiterlijk op de door de school vastgestelde datum. Ingeval er een schriftelijke en /of digitale uitwerking van deze Praktische opdracht wordt verlangd, dan dient deze ook uiterlijk op deze vastgestelde datum te worden ingeleverd bij de vakdocent persoonlijk. Als een kandidaat door ziekte of andere vorm van overmacht niet in staat is de praktische opdracht op tijd uit te voeren resp. in te leveren, dan dient de schoolleider VSO daarvan voor de vastgestelde inleverdatum door de ouder resp. verzorger van de kandidaat telefonisch of schriftelijk op de hoogte te worden gesteld. Indien de kandidaat op de vastgestelde datum slechts een deel van zijn opdracht heeft gemaakt, dan dient hij dat gemaakte deel ter beoordeling in te leveren. Aan de hand van de voor dit onderdeel van het schoolexamen geldende normering wordt de score vastgesteld. Deze score wordt vervolgens omgezet in een cijfer. De kandidaat die in gebreke blijft deze bepaling na te komen, wordt geacht zich aan dit gedeelte van het schoolexamen te onttrekken. Er kunnen dan maatregelen genomen worden. Zie onder punt 5 Onregelmatigheden. Opmerking: Bij een digitale uitvoering van een praktische opdracht kan door de kandidaat steeds een backup opgemaakt worden op een CD-R(W). Problemen met het niet functioneren van een computer (en randapparatuur) worden daarom niet als een geldige reden geaccepteerd voor het niet op tijd uitvoeren resp. inleveren van de praktische opdracht. 8b. Handelingsdelen (H) 3

4 Handelingsdelen bevatten handelingsopdrachten waarvan per kandidaat door de examinator (docent) moet worden vastgesteld of deze naar behoren zijn uitgevoerd. (dan volgt de aantekening voldoende op de cijferlijst). De in het PTA opgenomen handelingsdelen dienen in leerjaar 4 te zijn uitgevoerd voor aanvang van het centraal examen. Indien handelingsdelen niet zijn afgerond kan de uitslag van het examen van de betreffende kandidaat niet worden bepaald. Het uitreiken van een diploma is dan niet aan de orde. 9. Geschillencommissie: In geval de unitleider besluit om tegen een kandidaat maatregelen te nemen in verband met onregelmatigheden of fraude en de kandidaat (c.q. ouders) het hiermee niet eens zijn moet binnen drie schooldagen contact worden opgenomen met de schoolleider VSO, die de zaak meldt bij de unitleider. Indien overleg het geschil niet heeft opgelost, brengt de unitleider deze zaak op verzoek van de kandidaat (c.q. ouders) in de geschillencommissie. De geschillencommissie doet, na de betrokkenen te hebben gehoord, binnen een week na aanmelding van het geschil, uitspraak. Deze uitspraak is bindend en wordt schriftelijk aan de kandidaat meegedeeld. 10. Commissie van beroep: De kandidaat (c.q. ouders) kunnen tegen een uitspraak van de geschillencommissie in beroep gaan bij een door het bevoegd gezag van de school ingestelde commissie van beroep. Het beroep moet schriftelijk bij de commissie van beroep worden ingesteld, uiterlijk drie dagen nadat de uitspraak van de geschillencommissie schriftelijk aan de kandidaat is meegedeeld. Het adres van de commissie van beroep inzake onregelmatigheden Eindexamen is: Commissie van beroep inzake onregelmatigheden Eindexamen Postbus AW Hengelo Zie examenreglement CSG Reggesteyn extraneus leerlingen, artikelen 4.6 en Bewaring Het werk van het schoolexamen wordt indien mogelijk (gelet op de aard van de toets) gedurende zes maanden na de vaststelling van de uitslag van het examen bewaard. Daarna wordt het vernietigd. 12. Afwijkende wijze van examinering Als een kandidaat niet op een normale manier examen kan doen, bijvoorbeeld vanwege dyslexie, slechtziendheid, doofheid of een andere handicap, kan worden toegestaan *) dat het examen geheel of gedeeltelijk wordt afgelegd op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van de betreffende kandidaat. De kandidaat moet een schriftelijk verzoek daartoe vóór 1 december van het lopende cursusjaar bij de schoolleider VSO hebben ingediend. *) Ten behoeve van de Inspectie dient een verklaring, van een daartoe bevoegde deskundige (psycholoog of orthopedagoog), overlegd te kunnen worden. 13. Enkele opmerkingen met betrekking tot het Centraal Examen 1. Het Centraal Examen wordt gehouden in de periode april tot en met juni 2015 van het 4 e leerjaar. 2. De examenuitslag wordt in juni 2015 bepaald aan het einde van leerjaar 4 op grond van de eindcijfers, volgens onderstaande regels: a. de kandidaat die eindexamen heeft afgelegd aan een school voor v.m.b.o. en al zijn 4

5 eindcijfers heeft behaald binnen een schooljaar, is geslaagd indien: het rekenkundig gemiddelde van zijn bij het centraal examen behaalde cijfers ten minste 5,50 is (deze eis geldt niet voor leerwerktraject kandidaten), en hij tevens: b. voor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger, of c. voor ten hoogste één van zijn examenvakken het eindcijfer 4 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger waarvan ten minste één 7 of hoger, of d. voor twee van zijn examenvakken het eindcijfer 5 heeft behaald en voor zijn overige examenvakken een 6 of hoger waarvan ten minste één 7 of hoger. 2 Voor de toepassing van het eerste lid, onderdelen a, b en c wordt het eindcijfer (diplomacijfer) van het afdelingsvak (beroepsgericht programma) of intrasectorale programma in de basisberoeps- en kaderberoepsgerichte leerweg meegerekend als twee eindcijfers. 3 Voor de kandidaat die eindexamen heeft in de basisberoepsgerichte leerwegleerwerktraject geldt dat hij is geslaagd indien hij voor zijn twee verplichte examenvakken (Nederlands en het beroepsgerichte vak) eindcijfers heeft behaald van 6 of meer. 4 In aanvulling op het eerste lid geldt dat voor het sectorwerkstuk in de gemengde en theoretische leerweg, en bovendien de vakken culturele en kunstzinnige vorming en lichamelijke opvoeding van het gemeenschappelijk deel van elke leerweg, moeten zijn beoordeeld als 'voldoende' of 'goed'. Bij onvoldoende wordt niet voldaan aan de regels voor het slagen. 3. Voor alle leerwegen geldt dat voor het bepalen van het eindcijfer, het schoolexamencijfer (SE) en het cijfer voor het centraal examen (CSPE/CPE/CSE/CDE) elk eenmaal meetellen. 4. Iedere kandidaat in de basisberoepsgerichte leerweg en de kaderberoepsgerichte leerweg kan herkansen voor het praktijkexamen (CSPE) van het beroepsgerichte vak voor het gehele vak of een / enkele onderdelen daarvan. Daarnaast mag de kandidaat ook herkansen voor één vak van het centrale examen. De BB en KB kandidaten die als centraal examen geen schriftelijk examen maken maar een digitaal flexibel examen (op de computer) mogen herkansen voor één vak van het dit digitaal flexibel examen. Het hoogste van de cijfers, behaald bij de herkansing en bij het eerder afgelegd centraal examen (CE) geldt als definitief cijfer bij het Centraal Examen. Op grond hiervan wordt weer het eindcijfer berekend en wordt de uitslag volgens bovenstaande regels opnieuw vastgesteld. De rekentoets is voor leerlingen die vanaf 2014 eindexamen doen onderdeel van het examen. - De rekentoets wordt afgenomen in het laatste examenjaar. In afwijking hierop kan het bevoegd gezag een leerling uit het voorlaatste leerjaar toelaten tot de rekentoets - Het cijfer van de rekentoets is tevens het eindcijfer - De leerling heeft recht op één herkansing van de rekentoets binnen de periode waarin de rekentoets wordt afgenomen. - Leerlingen die uiterlijk in 2015 eindexamen doen krijgen het cijfer van de rekentoets vermeld op een bijlage bij de cijferlijst, zonder dat dit cijfer meetelt bij het bepalen van de einduitslag 5