Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel D Uitgave 2018

Vergelijkbare documenten
Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel D

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel D. Uitgave 2013

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel D Uitgave 2013

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel D

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel D Uitgave 2008

3. Overzicht van PVC dakbedekkingsconstructies voor normale daken in relatie tot de bevestiging aan de ondergrond/onderconstructie

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel B Uitgave 2008

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel B

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel B. Uitgave 2018

DEEL B BITUMEN DAKBEDEKKINGSCONSTRUCTIES EN -SYSTEMEN, ONTWERPRICHTLIJNEN

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel B Uitgave 2013

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel B. Uitgave 2013

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Leeswijzer. Uitgave 2013

BDA PRAKTIJKBLAD DAKEN Ontwerp

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel A Uitgave 2008

KOMO attest. Bouwbesluit. Attest houder. Deel 3 dakbanen

DEEL A. 1 Samenstelling van een dakbedekkingsconstructie INFORMATIE VOOR DAKBEDEKKINGSCONSTRUCTIES EN DAKBEDEKKINGSSYSTEMEN

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel A Uitgave 2013

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel A

KOMO attest. Bouwbesluit. Attest houder. Deel 2 dakbanen

KOMO Attest K99430/01

KOMO Attest K91312/02

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel A. Uitgave 2018

Icopal Universal Verwerkingsrichtlijnen

UNIDEK FLAT ROOFS.

UTHERM ISOLATIEPLATEN. 03. ISOLATIEPLATEN

UNILIN PIR ISOLATIEPLATEN Voor platte daken 2017

KOMO GAF. kwaliteitsverklaring. Dakbedekkingsystemen vervaardigd met EverGuard TPO / EverGuard Extreme TPO dakbanen

UNILIN ISOLATIEPLATEN PIR Voor platte daken

KOMO. Icopal B.V. kwaliteitsverklaring. Dakbedekkingsystemen vervaardigd met Icopal Universal dakbanen

Monarfin De milieubewuste kunststof daksystemen van eigen bodem

Monarplan FPO De nieuwe, milieubewuste kunststof daksystemen van Icopal

KOMO attest. Bouwbesluit. IIGO S.r.l. BIIG dakbanen

VERWERKINGSVOORSCHRIFTEN

KOMO attest. Bouwbesluit. EPDM Systems. Topskin LSFR EPDM

KOMO attest BOUWBESLUIT

KOMO POLYFIN AG. kwaliteitsverklaring. Dakbedekkingsystemen vervaardigd met Polyfin FPO dakbanen

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel E Uitgave 2013

NEN 6050, eindelijk definitief. Waarom is de NEN 6050 ontwikkeld? Wat is de NEN 6050 en wat houdt het precies in? Door wie is de NEN 6050 ontwikkeld?

KOMO Attest K92101/02

KOMO attest BOUWBESLUIT. Copernit S.p.A. Nummer: ATT-697/1 Uitgegeven: Geldig tot: Onbepaalde tijd Vervangt: N.v.t.

Royal Elastofol Supreme

KOMO attest BOUWBESLUIT. Polyglass S.p.A. Mineral Elastoflex SA P 3,5 anti fire

Monarplan Het waterdichte systeem voor vlakke en hellende daken

KOMO kwaliteitsverklaring

Monarplan PVC Het waterdichte systeem voor vlakke en hellende daken

TECHNISCHE BEPALINGEN EN WERKBESCHRIJVING

Cosmofin. Cosmofin. Het waterdichte systeem voor vlakke en hellende daken

KOMO. Fatra, a.s. kwaliteitsverklaring. Dakbedekkingsystemen vervaardigd met Fatrafol / Ekoplan PVC-P dakbanen

KOMO attest. Bouwbesluit. SealEco Ltd. Ecoseal EP TPO

KOMO attest-met-productcertificaat

attest-met-productcertificaat Nummer K47473/02 Vervangt K47473/01 Uitgegeven d.d Geldig tot Onbepaald Pagina 1 van 9

NEN 6050 Brandveilig werken op het dak

Handboek AaboFlagon TPO

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel E Uitgave 2018

UNILIN PIR ISOLATIEPLATEN juli 2017

Carlisle Construction Materials B.V.

KOMO attest-met-productcertificaat

KOMO attest BOUWBESLUIT. Canam Sales B.V. FiduCia dakbanen. Nummer: ATT-709/1 Uitgegeven: Geldig tot: Onbepaalde tijd Vervangt: N.v.t.

1. ALGEMEEN 2. BASISPRINCIPES DAKOPBOUW MET EUROTHANE EN POWERDECK

UNILIN PIR ISOLATIEPLATEN Januari, 2016

KOMO kwaliteitsverklaring K67907/03

KOMO kwaliteitsverklaring

OC-Plan. Bewezen kwaliteit!

Nummer K83802/01 Vervangt - Uitgegeven D.d. - Geldig tot Pagina 1 van 11

Professionele daksystemen voor plat dak

Beoordelingsrichtlijn

attest-met-productcertificaat Nummer K58280/01 Vervangt Uitgegeven Geldig tot Onbepaald Pagina 1 van 12 Royal EPDM / Royal EPDM Prefab

Monarfin Dakbanen voor het vervaardigen van dakbedekkingsystemen op basis van FPO (flexible polyolefine), voorzien van een drager

1 Firestone EPDM Daksystemen

Wat is WOLFIN? Bestaande afdichtingsmembranen FPO TPO APP SBS PVC - WOLFIN PIB EPDM. Bitumineuze membranen. Hoogpolymere membranen.

De nieuwe generatie SBS & APP bitumen dakbanen

Dakbanen voor het vervaardigen van dakbedekkingssystemen op basis van polyvinylchloride (PVC-P) voorzien van een drager.

KOMO attest BOUWBESLUIT IIGO S.R.L.

KOMO attest-met-productcertificaat

KOMO attest. Bouwbesluit. Carlisle Construction Materials GmbH. RESITRIX dakbanen

KOMO Attest K91309/01

Nummer K7050/08 Vervangt K7050/07. Uitgegeven d.d Geldig tot Onbepaald Pagina 1 van 21

BDA Agrément BAR /01/A

KOMO attest BOUWBESLUIT. Altena Dakspecialiteiten. RONAGUM APP dakbanen

RS 100/1000 ML BESTAAND

KOMO kwaliteitsverklaring

KOMO attest-met-productcertificaat

attest-met-productcertificaat Nummer K7050/07 Vervangt K7050/06 Uitgegeven d.d Geldig tot Onbepaald Pagina 1 van 19

BDA Agrément BAR /01/A

Icopal Universal Verwerkingsrichtlijnen

KOMO attest-met-productcertificaat

Dakbanen voor het vervaardigen van dakbedekkingsystemen op basis van plastomeer bitumen

KOMO kwaliteitsverklaring

KOMO attest BOUWBESLUIT

BDA Agrément BAR /01/A

KOMO Attest K92091/02

Compleet assortiment hoogwaardige dakbanen

KOMO. kwaliteitsverklaring. Dakbedekkingsystemen vervaardigd met HERTALAN EPDM dakbanen

KOMO attest-met-productcertificaat

INHOUDSOPGAVE 1. ALGEMEEN 2. BASISPRINCIPES DAKOPBOUW MET RECTICEL INSULATION

KOMO attest. Bouwbesluit. Icopal B.V. EshaGum dakbanen

Icopal Universal Icopal Universal

KOMO attest BOUWBESLUIT. TechnoNicol-Vyborg Ltd. TechnoELAST SBS

KOMO kwaliteitsverklaring

Transcriptie:

Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen Deel D Uitgave 2018 Alle opdrachten aan Kiwa BDA Dakadvies worden aanvaard en uitgevoerd volgens De Nieuwe Regeling DNR 2011. Niets van de inhoud van dit rapport mag aan derden ter hand worden gesteld zonder voorafgaande toestemming van zowel de opdrachtgever als Kiwa BDA Dakadvies

Inhoud Blad Deel D Kunststof PVC-, TPO-(FPO-), TPE-, rubber (EPDM-) en POCB- dakbedekkingsconstructies en -systemen, ontwerprichtlijnen 1. Algemeen 1 2. Materialen 2 3. Overzicht van PVC-dakbedekkingsconstructies voor normale daken in relatie tot de bevestiging aan de ondergrond/ onderconstructie 5 4. Overzicht van TPO- (FPO-), TPE-dakbedekkingsconstructies voor normale daken in relatie tot de bevestiging aan de ondergrond/onderconstructie 9 5. Overzicht van EPDM-dakbedekkingsconstructies voor normale daken in relatie tot de bevestiging aan de ondergrond/ onderconstructie 12 6. Overzicht POCB-dakbedekkingsconstructies voor normale daken in relatie tot de bevestiging aan de ondergrond/ onderconstructie 15 7. Kunststof en rubber dakbedekkingssystemen 18

Blad 1 DEEL D: Kunststof PVC-, TPO-(FPO-), TPE-, rubber (EPDM-) en POCB- dakbedekkingsconstructies en -systemen, ontwerprichtlijnen 1 Algemeen Dit deel betreft de geharmoniseerde ontwerprichtlijnen voor kunststof PVC-, TPO-(FPO-), TPE-, rubber (EPDM-) en POCB- dakbedekkingsconstructies en -systemen. De Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen is samengesteld door VEBIDAK, DAKMERK en BDA Dakadvies B.V. en vastgesteld door het College van Deskundigen ISDA als bijlage van BRL 4702. De Vakrichtlijn gesloten dakbedekkingssystemen wordt periodiek geactualiseerd onder begeleiding van de genoemde organisaties. Rapporteur: ir. C.W. van der Meijden, Kiwa BDA Dakadvies

Blad 2 2 Materialen 2.1 Coderingssysteem kunststof en rubber dakbanen De productcodering voor PVC-, TPO-, EPDM- en POCB-dakbedekkingsmaterialen bestaat uit een aantal karakters waarmee de soort wordt aangegeven. Codering Chemische naam Productgroep PVC Polyvinylchloride Thermoplasten FPO Flexibele polyolefine of TPO Thermoplastische polyolefine Thermoplasten TPE Thermoplastische Elastomeren Thermoplasten EPDM Etheen Propeen Dieen Monomeer Elastomeren (gepolymeriseerde tot etheen propeen dieen terpolymeer) POCB Polyolefine copolymerisaat bitumen - gewapende dakbanen op basis van gewapende kunststof/bitumen compounds Thermoplast 2.2 PVC-P dakbanen, niet bitumenbestand homogene PVC-dakbanen PVC-dakbanen met een drager van glasvlies met polyestermat gecacheerde PVC-dakbanen met een drager van glasvlies met polyestermat gecacheerde PVC-dakbanen PVC-dakbanen met een drager van polyesterweefsel PVC-dakbanen met een drager van glasweefsel PVC-dakbanen met een combinatiedrager

Blad 3 2.3 TPO-(FPO-), TPE-dakbanen homogene TPO-(FPO-), TPE-dakbanen TPO-(FPO-) dakbanen met een drager van glasvlies TPO-(FPO-), TPE-dakbanen met een drager van polyesterweefsel met polyestervlies gecacheerde TPO-, (FPO-), TPE-dakbanen TPO-(FPO-)dakbanen met een drager van een polyesterglascombinatie met polyestervlies gecacheerde TPO-(FPO-)dakbanen met een drager van glasvlies 2.4 EPDM-dakbanen homogene EPDM-dakbanen en membranen homogene EPDM-dakbanen met lasrand eenzijdig met SBS-gemodificeerd bitumen, gecacheerde EPDM-dakbanen met een drager van glaslegsel EPDM-dakbanen met een drager van glaslegsel EPDM-dakbanen met een drager van polyesterweefsel met polyestervlies gecacheerde EPDM-dakbanen met lasrand 2.5 POCB-dakbanen Gewapende dakbanen op basis van gewapende kunststof/bitumen compounds.

Blad 4 2.6 Kwaliteitseisen Voor kunststof en rubberen dakbedekkingsmaterialen gelden de volgende kwaliteitseisen: BRL 1511 : Baanvormige dakbedekkingssystemen, Deel 1 : Algemene bepalingen (2015) Deel 3 : Specifieke bepalingen voor gewapende dakbanen op basis van gewapende kunststof/bitumen compounds Deel 4 : Specifieke bepalingen voor kunststof en rubber dakbanen (2015) NEN-EN 13956 : Flexibele banen voor waterafdichting kunststof en rubber banen 2013 voor waterafdichting voor daken Definities en eigenschappen

Blad 5 3 Overzicht van PVC-dakbedekkingsconstructies voor normale daken in relatie tot de bevestiging aan de ondergrond/onderconstructie Ondergrond 11) Onderconstructie Mechanisch bevestigd Losliggend geballast 7)8) Houten delen 3) N L Houtachtige platen 3) N L HWC 3) -- L Monolietbeton 3) N L Cellenbeton 3) N L Geprofileerd staal -- -- Omgekeerd dak (XPS) met beton op afschot 3) -- L Dakpanelen Sandwichpaneel, metalen huiden N 9) L Sandwichpaneel, houtachtige huiden -- L Dakelement, houtachtige huiden 1) -N -L Isolatie EPB ongecoat 2) N L EPB gecoat 2) EPS ongecacheerd 2)10) N L EPS gecacheerd naakt glasvlies 2) N L EPS gecacheerd gebitumineerd glasvlies 2) -- -- EPS gecacheerd mineraal gecoate glasvlies 2) N L XPS 2)10) N L MWR niet afgewerkt 2) N L MWR gecacheerd met naakt glasvlies 2) N L PUR/PIR gecacheerd gebitumineerd glasvlies 2) -- -- PUR/PIR gecacheerd mineraal gecoate glasvlies N L PUR/PIR gecacheerd aluminiumfolie 2) N L PUR/PIR gecacheerd aluminiumlaminaat / kraftpapier 2) N L CG ongecacheerd -- -- CG PE film -- -- C-EPS -- L 3)

Blad 6 Ondergrond 11) Bestaande dakbedekking 4) Mechanisch bevestigd Losliggend geballast 7)8) Bitumen losliggend geballast 3) N L Bitumen bevestigd onafgewerkt 3) N L Bitumen bevestigd en afgewerkt met leislag 3) N L Teermastiek geballast 5) -- -- PVC losliggend geballast 6) -- -- PVC mechanisch bevestigd 6) -- -- PVC gekleefd 3) N L EPDM losliggend geballast N L EPDM mechanisch bevestigd N L EPDM gekleefd N L TPO losliggend geballast N L TPO mechanisch bevestigd N L TPO gekleefd N L ECB losliggend geballast 3) N L ECB mechanisch bevestigd 3) N L ECB gekleefd 3) N L POCB losliggend geballast 3) N L POCB mechanisch bevestigd 3) N L POCB gekleefd 3) N L Codering bevestiging N Mechanisch bevestigd L Losliggend geballast 1) 2) 3) 4) 5) 6) 7) 8) Dakelementen altijd voorzien van een warmdakopbouw. Een dampremmende laag of sluitlaag toepassen. Een scheidingslaag van thermisch gebonden polyestermat, 250 gr/m 2 toepassen. De bestaande dakbedekkingsconstructie beoordelen op geschiktheid, zie paragraaf 6.5.04 van deel A. De bestaande teermastiek verwijderen, zie opmerking paragraaf 6.5.03 van deel A. Het bestaande PVC-dakbedekkingssysteem verwijderen. De weekmaker van de PVC-dakbanen moet gestabiliseerd zijn tegen microorganismen. Een nieuwe of gereinigde ballastlaag toepassen.

Blad 7 9) 10) 11) De leverancier van de sandwichpanelen moet de rekenwaarde van de bevestigingsmiddelen aantonen en accorderen. Een scheidingslaag van naakt glasvlies, 120 gr/m 2 toepassen (in verband met eis vliegvuur). Bij PVC-dakbedekkingssystemen een scheidingslaag of een gecacheerde PVCdakbaan ontwerpen met uitzondering van de volgende isolatiematerialen: EPB ongecoat MWR niet afgewerkt MWR gecacheerd met naakt glasvlies PUR/PIR gecacheerd mineraal gecoate glasvlies PUR/PIR gecacheerd aluminiumfolie PUR/PIR gecacheerd aluminiumlaminaat/kraftpapier P en F : Voor de partieel en/of volledig gelijmde en/of gekleefde dakbedekkingssystemen geldt een aanvullend prestatieconcept van de betreffende leverancier dat in een kwaliteitsverklaring dient te zijn vastgelegd bijvoorbeeld in een KOMO -certificaat.

Blad 8 Algemeen Bij PVC-dakbedekkingssystemen een scheidingslaag of een gecacheerde PVC-dakbaan ontwerpen met uitzondering van de volgende isolatiematerialen. EPB ongecoat MWR niet afgewerkt MWR gecacheerd met naakt glasvlies PUR/PIR gecacheerd mineraal gecoate glasvlies PUR/PIR gecacheerd aluminiumfolie PUR/PIR gecacheerd aluminiumlaminaat/kraftpapier. Losliggende en geballaste systemen zijn toepasbaar onder voorwaarde dat de onderconstructie berekend is op het extra gewicht van de ballastlaag. Bij alle PVC-dakbedekkingssystemen kim- en randfixatie toepassen (zie deel E, par. 4.2.2.). In verband met gevaar van overmatige inwendige condensatie zijn ongeïsoleerde onderconstructies uitsluitend toepasbaar boven ruimten die onder klimaatklasse I zijn te rangschikken. Bij ongeïsoleerde onderconstructies (bijvoorbeeld monoliet beton) rekening houden met de thermische werking van de onderconstructie. Op geprofileerde stalen dakplaten altijd een thermische isolatie toepassen. Op steenachtige onderconstructies met een afschotlaag (zandcement, schuimbeton of dergelijke) een dampremmende laag toepassen. Op een gesloten onderconstructie of ondergrond (bestaande dakbedekking, dampremmende laag of sluitlaag) compartimenten aanbrengen ter beperking van schade bij onverhoopte lekkage (zie hoofdstuk detaillering). Bij PVC-dakbedekkingssystemen direct contact met rubberen matten of rubberen tegeldragers voorkomen.

Blad 9 4 Overzicht TPO-(FPO-), TPE-dakbedekkingsconstructies voor normale daken in relatie tot de bevestiging aan de ondergrond/onderconstructie Ondergrond Onderconstructie Mechanisch bevestigd Losliggend geballast 7) Houten delen 3) N L Houtachtige platen 3) N L HWC 3) -- L Monolietbeton 3) N L Cellenbeton 3) N L Geprofileerd staal -- -- Omgekeerd dak (XPS) met beton op afschot -- L Dakpanelen Sandwichpaneel, metalen huiden N 8) L Sandwichpaneel, houtachtige huiden -- L Dakelement, houtachtige huiden 1) N L Isolatie EPB ongecoat 2) N L EPB gecoat 2)3) N L EPS ongecacheerd 2)9) N L EPS gecacheerd naakt glasvlies 2) N L EPS gecacheerd gebitumineerd glasvlies 2)3) N L EPS gecacheerd mineraal gecoate glasvlies 2) N L XPS 2)9) N L MWR niet afgewerkt 2) N L MWR gecacheerd met naakt glasvlies 2) N L PUR/PIR gecacheerd gebitumineerd glasvlies 2) N L PUR/PIR gecacheerd mineraal gecoate glasvlies N L PUR/PIR gecacheerd aluminiumfolie 2) N L PUR/PIR gecacheerd aluminiumlaminaat / kraftpapier 2) N L CG ongecacheerd -- -- CG PE film -- -- C-EPS -- L 3)

Blad 10 Ondergrond Bestaande dakbedekking 4) Mechanisch bevestigd Losliggend geballast 7) Bitumen losliggend geballast 3) N L Bitumen bevestigd onafgewerkt 3) N L Bitumen bevestigd en afgewerkt met leislag 3) N L Teermastiek geballast 5) -- -- PVC losliggend geballast 6) -- -- PVC mechanisch bevestigd 6) -- -- PVC gekleefd 3) N L EPDM losliggend geballast N L EPDM mechanisch bevestigd N L EPDM gekleefd N L TPO losliggend geballast N L TPO mechanisch bevestigd N L TPO gekleefd N L ECB losliggend geballast 3) N L ECB mechanisch bevestigd 3) N L ECB gekleefd 3) N L POCB losliggend geballast 3) N L POCB mechanisch bevestigd 3) N L POCB gekleefd 3) N L Codering bevestiging N Mechanisch bevestigd L Losliggend geballast 1) 2) 3) 4) 5) 6) 7) 8) 9) Dakelementen altijd voorzien van een warmdakopbouw. Een dampremmende laag of sluitlaag toepassen. Een scheidingslaag of beschermlaag toepassen. De bestaande dakbedekkingsconstructie beoordelen op geschiktheid, zie paragraaf 6.5.04 van deel A. De bestaande teermastiek verwijderen, zie opmerking paragraaf 6.5.03 van deel A. Het bestaande PVC-dakbedekkingssysteem verwijderen. Een nieuwe of gereinigde ballastlaag toepassen. De leverancier van de sandwichpanelen moet de rekenwaarde van de bevestigingsmiddelen aantonen en accorderen. Een scheidingslaag van naakt glasvlies, 120 gr/m 2 toepassen.

Blad 11 P en F : Voor de partieel en/of volledig gelijmde en/of gekleefde dakbedekkingssystemen geldt een aanvullend prestatieconcept van de betreffende leverancier dat in een kwaliteitsverklaring dient te zijn vastgelegd bijvoorbeeld in een KOMO -certificaat. Algemeen Losliggende en geballaste systemen zijn toepasbaar onder voorwaarde dat de onderconstructie berekend is op het extra gewicht van de ballastlaag. In verband met gevaar van overmatige inwendige condensatie zijn ongeïsoleerde onderconstructies uitsluitend toepasbaar boven ruimten die onder klimaatklasse I zijn te rangschikken. Bij ongeïsoleerde onderconstructies (bijvoorbeeld monolietbeton) rekening houden met de thermische werking van de onderconstructie. Op geprofileerde stalen dakplaten altijd een thermische isolatie toepassen. Op steenachtige onderconstructies met een afschotlaag (zandcement, schuimbeton of dergelijke) een dampremmende of sluitlaag toepassen. Op een gesloten onderconstructie of ondergrond (bestaande dakbedekking, dampremmende laag of sluitlaag) compartimenten aanbrengen ter beperking van schade bij onverhoopte lekkage. Bij alle TPO- (FPO-) en TPE-dakbedekkingssystemen kim- en randfixatie toepassen (zie deel E paragraaf 4.3.2.).

Blad 12 5 Overzicht EPDM-dakbedekkingsconstructies voor normale daken in relatie tot de bevestiging aan de ondergrond/onderconstructie Ondergrond Onderconstructie Mechanisch bevestigd Losliggend geballast 7) Houten delen N L Houtachtige platen N L HWC 3) -- L Monolietbeton 3) N L Cellenbeton 3) N L Geprofileerd staal -- -- Omgekeerd dak (XPS) met beton op afschot -- L Dakpanelen Sandwichpaneel, metalen huiden N 8) L Sandwichpaneel, houtachtige huiden -- L Dakelement, houtachtige huiden 1) N L Isolatie EPB ongecoat 2) N L EPB gecoat 2) N L EPS ongecacheerd 2)9) N L EPS gecacheerd naakt glasvlies 2) N L EPS gecacheerd gebitumineerd glasvlies 2) N L EPS gecacheerd mineraal gecoate glasvlies 2) N L XPS 2)9) N L MWR niet afgewerkt 2) N L MWR gecacheerd met naakt glasvlies 2) N L PUR/PIR gecacheerd gebitumineerd glasvlies 2) N L PUR/PIR gecacheerd mineraal gecoate glasvlies N L PUR/PIR gecacheerd aluminiumfolie 2) N L PUR/PIR gecacheerd aluminiumlaminaat / kraftpapier 2) N L CG ongecacheerd -- -- CG PE film -- -- C-EPS -- L 3)

Blad 13 Ondergrond Bestaande dakbedekking 4) Mechanisch bevestigd Losliggend geballast 7) Bitumen losliggend geballast 3) N L Bitumen bevestigd onafgewerkt 3) N L Bitumen bevestigd en afgewerkt met leislag 3) N L Teermastiek geballast 5) -- -- PVC losliggend geballast 6) -- -- PVC mechanisch bevestigd 6) -- -- PVC gekleefd 3) N L EPDM losliggend geballast N L EPDM mechanisch bevestigd N L EPDM gekleefd N L TPO losliggend geballast N L TPO mechanisch bevestigd N L TPO gekleefd N L ECB losliggend geballast 3) N L ECB mechanisch bevestigd 3) N L ECB gekleefd 3) N L POCB losliggend geballast 3) N L POCB mechanisch bevestigd 3) N L POCB gekleefd 3) N L Codering bevestiging N Mechanisch bevestigd L Losliggend geballast 1) 2) 3) 4) 5) 6) 7) 8) 9) Dakelementen altijd voorzien van een warmdakopbouw. Een dampremmende laag of sluitlaag toepassen. Een beschermlaag (bijvoorbeeld polyestermat) toepassen. De bestaande dakbedekkingsconstructie beoordelen op geschiktheid, zie paragraaf 6.5.04 van deel A. De bestaande teermastiek verwijderen, zie opmerking paragraaf 6.5.03 van deel A. Het bestaande PVC dakbedekkingssysteem verwijderen. Een nieuwe of gereinigde ballastlaag toepassen. De leverancier van de sandwichpanelen moet de rekenwaarde van de bevestigingsmiddelen aantonen en accorderen. Een scheidingslaag van naakt glasvlies, 120 gr/m 2 toepassen.

Blad 14 P en F : Voor de partieel en/of volledig gelijmde, gekleefde dakbedekkingssystemen geldt een aanvullend prestatieconcept van de betreffende leverancier dat in een kwaliteitsverklaring dient te zijn vastgelegd bijvoorbeeld in een KOMO -certificaat. Algemeen Losliggende en geballaste systemen zijn toepasbaar onder voorwaarde dat de onderconstructie berekend is op het extra gewicht van de ballastlaag. In verband met gevaar van overmatige inwendige condensatie zijn ongeïsoleerde onderconstructies uitsluitend toepasbaar boven ruimten die onder klimaatklasse I zijn te rangschikken. Bij ongeïsoleerde onderconstructies (bijvoorbeeld monoliet beton) rekening houden met de thermische werking van de onderconstructie. Op geprofileerde stalen dakplaten altijd een thermische isolatie toepassen. Op steenachtige onderconstructies met een afschotlaag (zandcement, schuimbeton of dergelijke) een dampremmende of sluitlaag toepassen. Op een gesloten onderconstructie en ondergrond (bestaande dakbedekking, dampremmende laag) compartimenten ontwerpen ter beperking van schade bij eventuele lekkage (zie deel E).Bij alle EPDM-dakbedekkingssystemen kim- en randfixatie toepassen (zie deel E, paragraaf 4.3.2.). Bij alle ondergronden met uitzondering van houten delen, houtachtige platen, sandwich panelen of isolatiemateriaal een beschermlaag (bijvoorbeeld polystermat) toepassen.

Blad 15 6 Overzicht POCB-dakbedekkingsconstructie voor normale daken in relatie tot de bevestiging aan de ondergrond/onderconstructie Ondergrond Mechanisch bevestigd Losliggend geballast 6) Volledig gekleefd Onderconstructie Houten delen N L -- Houtachtige platen N L -- HWC -- L -- Monolietbeton N L -- Cellenbeton N L -- Geprofileerd staal -- -- -- Omgekeerd dak (XPS) met beton op afschot -- L F Dakpanelen Sandwichpaneel, metalen huiden N 7) L -- Sandwichpaneel, houtachtige huiden -- L -- Dakelement, houtachtige huiden 1) N L -- Isolatie EPB ongecoat 2) N L -- EPB gecoat 2) N L -- EPS ongecacheerd 2)8) N L -- EPS gecacheerd naakt glasvlies 2) N L -- EPS gecacheerd gebitumineerd glasvlies 2) N L -- EPS gecacheerd mineraal gecoate glasvlies 2) N L -- XPS 2)8) N L -- MWR niet afgewerkt 2) N L -- MWR gecacheerd met naakt glasvlies 2) N L -- PUR/PIR gecacheerd gebitumineerd glasvlies 2) N L -- PUR/PIR gecacheerd mineraal gecoate glasvlies 2) N L -- PUR/PIR gecacheerd aluminiumfolie 2) N L -- PUR/PIR gecacheerd aluminiumlaminaat / 2) kraftpapier N L -- CG ongecacheerd -- -- -- CG PE film -- -- -- C-EPS -- L 3) --

Blad 16 Ondergrond Bestaande dakbedekking 3) Mechanisch bevestigd Losliggend geballast 6) Volledig gekleefd Bitumen losliggend geballast N L F 6) Bitumen bevestigd onafgewerkt N L F Bitumen bevestigd en afgewerkt met leislag N L -- Teermastiek geballast 4) -- -- -- PVC losliggend geballast 5) -- -- -- PVC mechanisch bevestigd 5) -- -- -- PVC gekleefd 8) N L -- EPDM losliggend geballast N L -- EPDM mechanisch bevestigd N L -- EPDM gekleefd N L -- TPO losliggend geballast N L -- TPO mechanisch bevestigd N L -- TPO gekleefd N L -- ECB losliggend geballast N L -- ECB mechanisch bevestigd N L -- ECB gekleefd N L -- POCB losliggend geballast N L F 6) POCB mechanisch bevestigd N L F POCB gekleefd N L F Codering bevestiging N Mechanisch bevestigd L Losliggend geballast F Volledig koud gekleefd 1) 2) 3) 4) 5) 6) 7) 8) Dakelementen altijd voorzien van een warmdakopbouw. Een dampremmende laag of sluitlaag toepassen. De bestaande dakbedekkingsconstructie beoordelen op geschiktheid, zie paragraaf 6.5.04 van deel A. De bestaande teermastiek verwijderen, zie opmerking paragraaf 6.5.03 van deel A. Het bestaande PVC-dakbedekkingssysteem verwijderen. Een nieuwe of gereinigde ballastlaag toepassen. De leverancier van de sandwichpanelen moet de rekenwaarde van de bevestigingsmiddelen aantonen en accorderen. Een scheidingslaag van naakt glasvlies, 120 gr/m 2 toepassen.

Blad 17 Algemeen Losliggende en geballaste systemen zijn toepasbaar onder voorwaarde dat de onderconstructie berekend is op het extra gewicht van de ballastlaag. In verband met gevaar van overmatige inwendige condensatie zijn ongeïsoleerde onderconstructies uitsluitend toepasbaar boven ruimten die onder klimaatklasse I zijn te rangschikken. Bij ongeïsoleerde onderconstructies (bijvoorbeeld monolietbeton) rekening houden met de thermische werking van de onderconstructie. Op geprofileerde stalen dakplaten altijd een thermische isolatie toepassen. Op steenachtige onderconstructies met een afschotlaag (zandcement, schuimbeton of dergelijke) een dampremmende of sluitlaag toepassen. Op een gesloten onderconstructie of ondergrond (bestaande dakbedekking, dampremmende laag of sluitlaag) compartimenten aanbrengen ter beperking van schade bij onverhoopte lekkage. Bij alle mechanisch bevestigde en gekleefde POCB-dakbedekkingssystemen kim- en randfixatie toepassen (die deel E paragraaf 3.7.3.).

Blad 18 7 Kunststof en rubber dakbedekkingssystemen 7.1 Verantwoording Van kunststof en rubber dakbedekkingssystemen dient te worden aangetoond dat ze aan een prestatieconcept voldoen. In het algemeen kan dit worden aangetoond met een kwaliteitsverklaring, bijvoorbeeld een KOMO -certificaat. Aan de hand van het bovenstaande is een selectie gemaakt van de meest in de praktijk voorkomende dakbedekkingssystemen die in kwaliteitsverklaringen voorkomen. De dakbedekkingssystemen zijn gerangschikt naar hun bevestigingswijze. 7.2 PVC-P dakbanen (niet bitumenbestand) 7.2.1 Mechanisch bevestigde dakbedekkingssystemen Code NK t S Een laag met polyestermat gecacheerde of met polyesterweefsel gewapende PVC-dakbanen, dik minimaal 1,5 mm, mechanisch bevestigen in de onderconstructie. Varianten: Verdekt in de overlappen bevestigd. Bevestigd met een rail door de dakbaan en afgewerkt met PVC-stroken. Opmerking: Afhankelijk van de ondergrond een scheidingslaag toepassen, zie hoofdstuk 3 en deel E paragraaf 3.4.1.

Blad 19 7.2.2 Losgelegde en geballaste dakbedekkingssystemen Code LK t G (een scheidingslaag toepassen, afhankelijk van de ondergrond, zie hoofdstuk 3 en deel E paragraaf 3.4.1.). Een laag met glasvlies of glasweefsel gewapende PVC-dakbanen, dik minimaal 1,5 mm. Een ballastlaag. 7.3 TPO-(FPO-), TPE-dakbanen 7.3.1 Mechanisch bevestigde dakbedekkingssystemen Code NK t S (TPO-(FPO-), TPE) Een laag TPO-(FPO-), TPE-dakbanen, dik 1,5 mm bevestigen in de onderconstructie. Varianten: Verdekt in de overlappen bevestigd. Bevestigd met een rail, door de dakbaan en afgewerkt met TPO-(FPO-), TPE-stroken. Opmerking: Afhankelijk van de ondergrond een scheidingslaag toepassen, zie hoofdstuk 4 en deel E paragraaf 3.5.1.

Blad 20 7.3.2 Losgelegde en geballaste dakbedekkingssystemen Code LK t G (TPO-, FPO) Een TPO-(FPO-) dakbanen met drager van glasvlies, dik 1,5 mm. Een ballastlaag. Code LK t GS (TPO-, FPO) Een laag TPO-(FPO-) dakbanen met drager van glasvlies en een polyestercacheerlaag, dik 1,5 mm. Een ballastlaag. Opmerking: Afhankelijk van de ondergrond een scheidingslaag toepassen, zie hoofdstuk 4 en deel E paragraaf 3.5.1. 7.4 EPDM-dakbanen 7.4.1 Mechanisch bevestigde dakbedekkingssystemen Code NK e (EPDM) Een laag homogene EPDM-dakbanen of een EPDM-membraan, dik minimaal 1,1 mm, mechanisch bevestigen in de onderconstructie. Code NK e G (EPDM) Een laag eenzijdig met SBS-bitumen gecacheerde EPDM-dakbanen, dik 2,5 mm, met een drager van glaslegsel mechanisch bevestigen in de onderconstructie. Code NK e S (EPDM) Een laag met polyestervlies gecacheerde EPDM-dakbanen, dik 1,2 mm, met een lasrand mechanisch bevestigen in de onderconstructie.

Blad 21 Het mechanisch bevestigen is afhankelijk van het merk en type EPDM, bijvoorbeeld: verdekt in de overlappen (met polyestervlies gecacheerd en met lasrand/eenzijdig met SBS-bitumen gecacheerd, met een drager van glasvlies en met een drager van polyesterweefsel); gelast op schijven/drukverdeelplaten (bijvoorbeeld inductie) (homogene EPDM-dakbanen of membraan); bevestigd met rail door de dakbaan en afgedicht met zelfklevende EPDM-stroken (homogene EPDM-dakbanen of membraan); bevestigd met drukverdeelplaten en bevestigingsmiddelen door de dakbanen of membraan en afgedicht met gesealde EPDM-stroken (homogene EPDM-dakbanen of EPDMmembraan); met 'blinde' overlappen (homogene EPDM-dakbanen); met gewapende en bovenzijdig zelfklevende stroken, die onder het membraan mechanisch worden bevestigd. Opmerking: Afhankelijk van de ondergrond een beschermlaag toepassen, zie hoofdstuk 5 en deel E paragraaf 3.6.1.1. 7.4.2 Losgelegde en geballaste dakbedekkingssystemen Code LK e (EPDM) Een laag homogene EPDM-dakbanen of een EPDM-membraan, dik minimaal 1,1 mm. Een ballastlaag. Code LK e G (EPDM) Een laag eenzijdig met SBS-bitumen gecacheerde EPDM-dakbanen, dik 2,5 mm of een EPDM-membraan, dik minimaal 1,2 mm met een drager van glasvlies. Een ballastlaag.

Blad 22 Code LK e S (EPDM) Een laag met polyestervlies gecacheerde EPDM-dakbanen, dik 1,2 mm met lasrand. Een ballastlaag. Opmerking: Afhankelijk van de ondergrond een beschermlaag toepassen, zie hoofdstuk 5 en deel E paragraaf 3.6.1.1. 7.5 POCB 7.5.1 Mechanisch bevestigde dakbedekkingssystemen Code NK t GS (POCB) Een laag POCB-dakbanen, verdekt in de overlap, mechanisch bevestigen in de onderconstructie. 7.5.2 Losgelegde en geballaste dakbedekkingssystemen Code LK t GS (POCB) Een laag POCB-dakbanen, losgelegd. Een ballastlaag. 7.5.3 Volledig gekleefde dakbedekkingssystemen Code FK t GS (POCB) Een laag POCB-dakbanen, volledig koud gekleefd.

Blad 23 7.6 Gebruiksdaken 7.6.1 Algemeen Gebruiksdaken worden onderscheiden in: 01. Daken met een zware afwerking die in geval van een waterlekkage het vrijwel onmogelijk maakt om zonder zeer ingrijpende maatregelen de oorzaak te vinden dan wel te herstellen. Voorbeelden hiervan zijn onder andere: a. intensief begroeid; b. dakterrasdaken met klinkerbestrating; c. parkeerdaken. 02. Daken met een lichte afwerking die in geval van een waterlekkage met relatief eenvoudige maatregelen zijn te herstellen omdat in de dakbedekkingsconstructie preventieve voorzieningen zijn getroffen. Voorbeelden hiervan zijn onder andere: a. extensief begroeid dak op een gecompartimenteerde warm-dakconstructie; b. terrasdaken met dakterrastegels op een gecompartimenteerde warm-dakconstructie; c. zonnedaken (energiedaken) op een gecompartimenteerde warm-dakconstructie. 7.6.2 Zware gebruiksdaken Er zijn bovendien steeds meer gebruiksdaken met een gecombineerde functie waarbij er gelegenheid is voor zowel parkeren als wandelen en recreëren. Deze daken kennen vooral in de uitvoeringsfase, maar ook in gebruiksfase een zware gebruiksbelasting, waardoor deze een extra veiligheid tegen beschadigingen of de gevolgen daarvan dienen te bezitten.

Blad 24 Het uitgangspunt voor een duurzame waterdichtheid is een volledig gekleefd dakbedekkingssysteem bijvoorbeeld bij een omgekeerd-dak op een monoliet betonnen onderconstructie. Indien er sprake is van een afschotlaag dient deze te bestaan uit Spramexbeton. Een ander voorbeeld is een warm-dak met cellulair glasisolatie. In geval van begroeide daken tuindaken of gebruiksdaken met een gecombineerde functie moet de toplaag inclusief de overlapverbindingen van een wortelvaste kwaliteit zijn conform NEN-EN 13948. Isolatiematerialen moeten voldoen aan gebruiksklasse D volgens BRL 1309. Het dakbedekkingssysteem moet voldoen aan de klasse parkeerdaken volgens BRL 1511. Van het isolatiemateriaal moet zijn aangetoond dat deze geschikt is voor de beoogde toepassing en bestand is tegen de verwachte gebruiksbelasting. Toetsing moet plaatsvinden op: breuksterkte vervorming (ook lange duur); 2% met maximum van 3 mm 01. Intensief begroeid dak Geïsoleerd Omgekeerd daksysteem met een volledig gekleefd dakbedekkingssysteem volgens code FBSKeG en een wortelvaste toplaag, XPS-isolatie en een ventilerende drainagelaag. Warm-daksysteem met CG-tegels, een volledig gekleefd dakbedekkingssysteem volgens code FBSK e G en een wortelvaste toplaag. Ongeïsoleerd Een volledig gekleefd dakbedekkingssysteem volgens code FBSK e G en een wortelvaste toplaag.

Blad 25 02. Terrasdaken met klinkerbestrating en intensieve begroeiing Geïsoleerd Omgekeerd daksysteem met een volledig gekleefd dakbedekkingssysteem volgens code FBSKeG of en een wortelvaste toplaag, XPS-isolatie en een ventilerende drainagelaag. Warm-daksysteem met CG-tegels, een volledig gekleefd dakbedekkingssysteem volgens code FBSK e G en een wortelvaste toplaag. Ongeïsoleerd Een volledig gekleefd dakbedekkingssysteem volgens code FBSK e G en een wortelvaste toplaag. 03. Parkeerdaken Geïsoleerd Omgekeerd daksysteem met een volledig gekleefd dakbedekkingssysteem volgens code FBSKeG of en een wortelvaste toplaag, XPS-isolatie en een ventilerende drainagelaag. Warm-daksysteem met CG-tegels, een volledig gekleefd dakbedekkingssysteem volgens code FBSK e G en een wortelvaste toplaag. Ongeïsoleerd een volledig gekleefd dakbedekkingssysteem volgens code FBSK e G en een wortelvaste toplaag.

Blad 26 04. Systeemomschrijvingen Code FBSK e G Aanbrengmethode: gieten en koud kleven Omschrijving: Een laag gebitumineerde polyestermat kleven met bitumen 110/30. Een synthetische primerlaag. Een zelfklevende laag eenzijdig met SBS-bitumen gecacheerde EPDM-dakbanen, met een drager van glaslegsel, de overlappen thermisch gelast. Notatie: onderlaag GF 260 P 11 toplaag ZK EPDM-dakbanen, SBS-gecacheerd en zelfklevend 7.6.3 Lichte gebruiksdaken Deze daken zijn uitgevoerd als warm-dak met een volledig gekleefde bitumen dampremmende laag of sluitlaag en een thermische isolatie van EPS 100 (of hoger), XPS, PIR, C-EPS of CG (in combinatie met dakbedekkingssysteem volgens code FBSK e G) en op regelmatige afstanden gecompartimenteerd (conform de aanwijzingen in Deel E van de Vakrichtlijn). De genoemde isolatiematerialen moeten voldoen aan begaanbaarheidsklasse C of D volgens BRL 1309. Het dakbedekkingssysteem moet voldoen aan de klasse intensief beloopbaar volgens BRL 1511. De optredende vervorming van het isolatiemateriaal als gevolg van lange duur drukbelasting mag niet meer zijn dan 2% met een maximum van 3 mm.

Blad 27 01. Extensief begroeid dak Geïsoleerd Warm-daksysteem met een mechanisch bevestigd, losgelegd of volledig gekleefd dakbedekkingssysteem volgens code: TPO, FPO, TPE; NK t S, LK t G of LK t GS EPDM; NK e, NK e G, NK e S, LK e, LK e G of LK e S POCB; NK t GS, LK t GS of FK t GS 02. Terrasdaken Geïsoleerd Warm-daksysteem met een losgelegd of volledig gekleefd dakbedekkingssysteem volgens code: PVC; LK t G TPO, FPO, TPE; LK t G of LK t GS EPDM; LK e, LK e G of LK e S POCB; LK t GS of FK t GS 03. Zonnedak Geïsoleerd Warm-daksysteem met een losgelegd of volledig gekleefd dakbedekkingssysteem volgens code: PVC; LK t G TPO, FPO, TPE; LK t G of LK t GS EPDM; LK e, LK e G of LK e S POCB; LK t GS of FK t GS Voor de verdere eisen en richtlijnen aan de dakbedekkingsconstructie en het zonneenergiesysteem wordt verwezen naar ISSO-Handboek zonne-energie; bouwkundige- en installatietechnische richtlijnen voor zonne-energiesystemen.