Voorstel beleidsnotitie paracommercialisme Drank- en Horecawet Meierijstad 2017 Voorwoord Dit adviesrapport is opgesteld door Koninklijke Horeca Nederland afdeling Meijerijstad. Hierbij is gekeken naar een zo groot mogelijk draagvlak en eerlijk ondernemen voor alle betrokken partijen bij de drie voorgaande gemeenten Veghel, Schijndel en Sint-Oedenrode in de nieuwe gemeente Meierijstad. Wellicht kan bijgaand voorstel een handvat zijn om samen te werken naar een optimale en gezonde toekomst voor zowel horecaondernemers als paracommerciële instellingen in onze mooie gemeente. 1. Inleiding 2. Definiëring 3. Beleidsuitgangspunten 4. Overgangs- en slotbepalingen Bijlage 1 Paracommercieel gedrag bij paracommerciële instellingen / stroomschema Bijlage 2 Bijeenkomsten van persoonlijke aard met betrekking tot paracommerciële instellingen Bijlage 3 Uitwerking handhaving
1. Inleiding: Steeds meer taken vanuit de landelijke overheid zijn nu onderdeel geworden van gemeentelijk beleid zo ook de paracommercie en de handhaving daarvan. Deze gewijzigde Drank- en Horecawet (hierna DHW) stelt vanaf 1 januari 2014 een verordening verplicht ter voorkoming van oneerlijke mededinging door paracommerciële rechtspersonen onder meer sportverenigingen, dorpshuizen en scholen bij het verstrekken van alcoholhoudende drank. Maatschappelijke verantwoordelijkheid nemen bij het verstrekken van alcoholhoudende drank dient voor alle drankverstrekkers mede prioriteit te zijn. Niet alleen de commerciële horeca maar ook de kantines en gemeenschapsaccommodaties moeten dit met elkaar uitstralen en juist samenwerken. De gemeente heeft als verantwoordelijkheid een gedegen paracommercieel beleid vast te stellen de vorm van een verordening. Dit in samenwerking met betrokken partijen. Een eerlijk speelveld is de grootste uitdaging. Niet enkel de commerciële horeca vraagt duidelijke voorwaarden en regels waaraan paracommerciële instellingen zich moeten houden. Het is ook in het belang van een verantwoorde alcoholverstrekking. Een éénduidig beleid in Meierijstad geeft een positieve impuls voor horeca en verenigingsleven. Het is voor een ieder wenselijk dat er binnen zeer afzienbare tijd tevens een goed en uitvoerbaar handhavingsbeleid tot stand komt. Zonder handhaving is het beleid een papieren tijger. Doelen om tot het beleid is te komen zijn onder meer een goede regulering van de ongewenste concurrentie en het op verantwoorde wijze omgaan met het verstrekken van alcohol. Dit is onder meer te bereiken door: Te komen tot een duidelijke definiëring van het begrip paracommercie, hierin helderheid en duidelijkheid te verkrijgen over wat onder oneerlijke concurrentie wordt verstaan; Te komen tot regulering van paracommercie door middel van het vaststellen en opleggen van voorschriften en beperkingen ingevolgde de DHW; Aan te geven hoe instrumentaria zoals privaatrechtelijke voorwaarden, vergunningverlening en handhaving benut kunnen worden voor het realiseren van het voorgestane te complexe beleid; 2. Definiëring: In de DHW wordt onder paracommerciële rechtspersonen verstaan: Een rechtspersoon, niet zijnde een naamloze vennootschap of een besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid, die zich naast activiteiten en recreatieve, sportieve, sociaal-culturele, educatieve, levensbeschouwelijke of godsdienstige aard richt op de exploitatie in eigen beheer van een horeca bedrijf. Oneerlijke concurrentie is: Een vanuit het oogpunt van ordelijk economisch verkeer ongewenste mededinging bij het verstrekken van alcoholhoudende drank door paracommerciële rechtspersonen. De commerciële horeca realiseert zich dat het voor paracommerciële inrichtingen wel mogelijk moet zijn om
club-gerelateerde activiteiten te organiseren waarbij alcohol wordt verstrekt. De paracommerciële inrichtingen dienen zich te realiseren dat zij gekozen hebben voor een bepaalde vorm van exploitatie van hun horecainrichting. Meerdere elementen van deze exploitatie beïnvloeden de prijsstelling van de aangeboden horecadiensten van vereniging of stichtingen, waardoor oneerlijke concurrentie kan ontstaan. De ongelijke voorwaarden kunnen onder meer bestaan uit: 1. De directe dan wel indirecte subsidieverstrekking; 2. De versoepelde eis van het bezit van een diploma Sociale Hygiëne 3. Het regelmatig en vaak structureel werken met vrijwilligers; 4. Het van toepassing zijn van fiscaal gunstiger voorwaarden (BTW vrijstelling) 5. Het ter beschikking hebben van of huren van accommodaties tegen niet marktconforme prijzen; 6. Het niet voor eigen rekening en risico exploiteren van de horeca-inrichting; Artikel 4 drank en horecawet Artikel 4 1. Bij gemeentelijke verordening worden ter voorkoming van oneerlijke mededinging regels gesteld waaraan paracommerciële rechtspersonen zich te houden hebben bij de verstrekking van alcoholhoudende drank. 2. Bij zodanige verordening is het de gemeente toegestaan rekening te houden met de aard van de paracommerciële rechtspersoon. 3. De in het eerste lid bedoelde regels hebben in elk geval betrekking op de volgende onderwerpen: a. de tijden gedurende welke in de betrokken inrichting alcoholhoudende drank mag worden verstrekt; b. in de inrichting te houden bijeenkomsten van persoonlijke aard, zoals bruiloften en partijen; c. in de inrichting te houden bijeenkomsten die gericht zijn op personen die niet of niet rechtstreeks bij de activiteiten van de betreffende rechtspersoon betrokken zijn. 4. De burgemeester kan met het oog op bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard voor een aaneengesloten periode van ten hoogste twaalf dagen ontheffing verlenen van de bij of krachtens dit artikel gestelde regels. 5. De ontheffing, of een afschrift daarvan, is in de inrichting aanwezig. 6. Met toepassing van artikel 28, eerste lid, laatste zinsnede, van de Dienstenwet is paragraaf 4.1.3.3. van de Algemene wet bestuursrecht niet van toepassing op een aanvraag om een ontheffing als bedoeld in het vierde lid. Naast deze gemeentelijke verordening is het ook mogelijk regels op te nemen in de APV. De voorkeur van Koninklijke Horeca Nederland gaat uit naar regels die worden opgenomen in een gemeentelijke verordening.
3. Beleidsuitgangspunten De mogelijkheden tot het voeren van beleid met betrekking tot het voorkomen oneerlijke concurrentie zijn onder meer: De Drank- en Horecawet Verbinden van voorschriften aan het verlenen van een subsidie Voorschriften in bestuursreglement Privaatrechtelijke voorschriften Ruimtelijke ordening door bepalingen in het bestemmingsplan Handhaving Artikel 4 van de DHW geeft aan dat de gemeente een verordening moet opstellen ter voorkoming van oneerlijke concurrentie waaraan paracommerciële rechtspersonen zich moeten houden. Deze voorwaarden hebben betrekking op: Openings- en schenktijden Activiteiten van persoonlijke aard Bijeenkomsten gericht op personen die niet bij de paracommerciële rechtspersoon zijn betrokken Daarnaast mag een burgemeester volgens de DHW volgens artikel 4, lid 4 bij bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard voor een aaneengesloten periode van ten hoogste twaalf dagen een ontheffing verlenen. Om binnen het stelsel van beperkende voorwaarden enerzijds enige flexibiliteit in te bouwen, maar anderzijds de ontheffingsmogelijkheden niet ongelimiteerd toe te passen dienen beleidsregels te worden opgenomen. Onderstaande drie punten geeft kort de mogelijkheden weer: Voorschriften in bestuursreglement De DHW regelt dat het bestuur van een vereniging of stichting voor het verkrijgen van een drank- en horecavergunning een reglement dient vast te stellen dat waarborgt dat de verstrekking van alcoholhoudende drank in de inrichting gedurende de openingstijden verantwoord geschiedt. Bij paracommerciële instellingen maakt de DHW een onderdeel uit van het bestuurdersreglement. In ieder geval is duidelijk aangegeven: Kwaliteitseisen aan de barvrijwilliger Op welke dagen en tijdstippen bedrijfsmatig of anders dan om niet alcoholhoudende drank wordt verstrekt. Deze dagen en tijdstippen hangen ook in de horeca-inrichting. Op welke wijze wordt toegezien op de naleving van het reglement. Dit zijn minimumregels. In het reglement kunnen aanvullende regels worden opgenomen. Uiteraard is het mogelijk, in aanvulling op bovenstaande eisen, bepalingen op te nemen ten aanzien van: 1. Regels omtrent omgaan met agressie en normafwijkend gedrag. 2. Het tegengaan van drugsgebruik en seksuele intimidatie. 3. Beperkingen assortiment alcoholhoudende dranken. 4. Het beleid ter promotie van alcoholvrije dranken. 5. De prijsverhouding tussen alcoholhoudende en alcoholvrije dranken. 6. Bepalingen betreffende paracommercie.
Het heeft de voorkeur dat er vanuit de gemeente op gezette tijden aan alle paracommerciële instellingen actuele informatie dan wel een reminder verstrekt wordt zodat bestuurders te allen tijde op de hoogte zijn. Bestemmingsplan In de bestemmingsplannen is het planologisch beleid vertaald in voorschriften met plankaarten. Deze geeft beperkte mogelijkheden tot handhaving. Een bestemmingsplan geldt niet om concurrentieverhoudingen te reguleren. Ruimtelijke elementen kunnen bijdragen tot een omgeving waarbinnen een eerlijk speelveld ontstaat. Ook zou de gemeente zich op moeten leggen om geen constructies binnen haar beleid toe te staan die ongewenste concurrentie tot gevolg hebben. Handhaving Bij beleid hoort ook een adequate handhaving, zowel preventief als repressief. Zonder handhaving is het beleid een papieren tijger. Het handhavingsbeleid op dit terrein dient onderdeel uit te maken van deze nota en een plaats te krijgen binnen het integrale handhavingsbeleid van de gemeente. Het melden van oneerlijke concurrentie is een precaire zaak. Er moet een mogelijkheid zijn dit anoniem te kunnen doen volgens het stroomschema oneerlijke mededinging volgens informatiewijzer Paracommercie van KHN. Hierover zullen nadere afspraken moeten worden gemaakt. Paracommerciële instellingen doen veel goed werk voor de gemeenschap maar ook zij dienen zich te houden aan de hiervoor geldende regels. Handhaving in enge zin is het door controle en toepassen (of dreigen ermee) van bestuursrechtelijke of strafrechtelijke middelen bereiken dat voorschriften worden nageleefd. Daarnaast zien wij als borging een stappenplan handhaving als een van de mogelijkheden om oneerlijke concurrentie tegen te gaan. 4. Overgangs- en slotbepalingen De oorspronkelijke geldende regels in de voormalige gemeenten komen te vervallen zodra dit beleid is vastgesteld in een verordening.
Bijlage 1: Paracommercieel gedrag bij paracommerciële instellingen: Schenktijden paracommerciële rechtspersonen Schenktijden dienen te zijn gekoppeld aan openingstijden en op correcte wijze worden afgestemd op primaire activiteit van de vereniging. Prijsacties en Happy Hours Hierin moeten duidelijke afspraken gemaakt worden voor een goed alcoholmatigingsbeleid. Schenken onder de noemer ½ van de ½, happy hour, meters bier dit is niet maatschappelijk verantwoord. Ter bescherming van de (jeugd)volksgezondheid en in het belang van de openbare orde is het wenselijk om dit en zo ook reclame van prijsacties en happy hours te verbieden.
Bijlage 2. Bijeenkomsten van persoonlijke aard met betrekking tot paracommerciële instellingen In overleg met verenigingen zullen ook verenigingen en stichtingen de mogelijkheid moeten krijgen om buiten de regels zoals die in de verordening zijn vastgesteld, een aantal activiteiten per jaar te mogen organiseren. Zonder limitatief te willen zijn moet er wel een link zijn met verenigings- of stichtings-gebonden activiteiten. Er zijn uitzonderingen bespreekbaar, een paracommercieel rechtspersoon dient hiervoor ontheffing aan te vragen. Voorstel hierin is 4x per kalenderjaar. Hierover moeten nadere afspraken worden gemaakt die ook zullen worden gehandhaafd bij het niet nakomen ervan. Bijlage 3. Uitwerking handhaving Indien in strijd wordt gehandeld met de mogelijkheden tot het voeren van beleid met betrekking tot het voorkomen en/of beperken van het verschijnsel paracommercie. Preventie: Voorlichting ten aanzien van de opgelegde voorschriften en de vergunningverlening Hulp bij het up-to-date houden van de horecavergunning en ondersteuning bieden Aanreiken van standaarden en modellen in het kader van lopende projecten (voorbeeld alcohol en jeugd) en verplichtingen correct uitvoeren (voorbeeld: invoering bestuurs-regelement, checklist e.d.) Natuurlijk zal er, nadat de preventieve acties zijn uitgezet, ook gecontroleerd gaan worden of deze voorschriften ook nageleefd worden. Preventieve en administratieve controle: De controle van zowel commerciële als paracommerciële horeca dienen op gelijke wijze door de Bijzondere Opsporings Ambtenaren te worden gecontroleerd. Er moeten duidelijke aanwijzingen en signalen zijn dat een paracommerciële instelling handelt in strijd met de daarvoor geldende regels. Indien boa controleert en een overtreding constateert, wordt dit gerapporteerd aan de burgemeester. Repressie: Sanctionering conform het handhavingsbeleid en de bepalingen van de Drank- en Horecawet.