kinder Paaswake 15 april 2017 De Wijngaard Zutphen
Woord van welkom we gaan staan Laat de kinderen tot Mij komen Laat de kinderen tot Mij komen, alle alle kinderen. Laat de kinderen tot Mij komen, niemand mag hen hinderen, want de poorten van Mijn Rijk staan voor kinderen open. Laat ze allen, groot en klein, bij Mij binnenlopen. Laat de mensen tot Mij komen, over alle wegen. Laat de mensen tot Mij komen, houd ze toch niet tegen, want de poorten van Mijn Rijk gaan ook voor hen open, als ze aan een kind gelijk bij Mij binnenlopen. we gaan weer zitten Kind: Waarom is deze avond zo anders dan andere avonden? Waarom luisteren we naar wat we al weten en waarom gaan we terug naar het begin? Dominee: Om niet te vergeten wie wij zijn, om te herkennen en te geloven, dat wij kinderen van God zijn. Dit is de avond waarop wij gedenken hoe God hemel en aarde geschapen heeft en hoe het licht de duisternis verjoeg. Allen: DIT LICHT ZAL ONZE NACHT VERSLAAN. HALLELUJA. 2
We lezen het scheppingsverhaal DE 1E DAG Toen was het avond geweest en morgen geweest, de eerste dag De eerste kaars wordt aangestoken DE 2E DAG Toen was het avond geweest en morgen geweest, de tweede dag In het begin zijn de wolken en luchten, in het begin is de hemel ontstaan. God sprak zijn woord en de wateren vluchtten: zo bracht Hij scheiding en ruimte aan. De tweede kaars wordt aangestoken 3
DE 3E DAG Toen was het avond geweest en morgen geweest, de derde dag In het begin is de aarde gekomen, in het begin uit de diepte der zee. In het begin kwam het gras en de bomen, bloeiden de bloemen en graasde het vee. De derde kaars wordt aangestoken DE 4E DAG Toen was het avond geweest en morgen geweest, de vierde dag In het begin zijn de sterren gaan branden, in het begin kwam de zon en de maan. Boven het land en de zee en de stranden wijzen zij wegen en tijden aan. De vierde kaars wordt aangestoken DE 5E DAG Toen was het avond geweest en morgen geweest, de vijfde dag In het begin kwamen de vogels gevlogen, in het begin werd hun lied al gehoord. Vissen in t water, wat leeft op het droge; God schiep de dieren, elk naar hun soort. De vijfde kaars wordt aangestoken 4
DE 6E DAG Toen was het avond geweest en morgen geweest, de zesde dag In het begin riep God mensen tot leven, in het begin was het woord in hun mond. Wat was het goed op de aarde te leven, wat was God blij dat de wereld bestond. De zesde kaars wordt aangestoken DE 7E DAG God zegende de zevende dag en heiligde die. In het begin was God klaar met zijn werken, in het begin kwam de aarde tot stand. Alles wat leeft mag nu elke dag merken: werken en rusten zijn in Gods hand. De zevende kaars wordt aangestoken 5
Kind: Dan zou alles in de wereld toch goed moeten zijn? Dan zou iedereen toch gelukkig kunnen leven? Dominee: Inderdaad, zo had God het gewild. Maar het gaat niet goed met de schepping van God. Het leven van planten, dieren en mensen wordt bedreigd. Wij weten wel hoe dat komt. Gebed over donker worden in de wereld De kaarsen worden één voor één gedoofd. 1. Wij denken aan de kinderen die alleen zijn, zonder vader en moeder, zonder vriendjes, zonder huis. 2. Wij denken aan oude mensen die ziek zijn en niemand hebben. 3. Wij denken aan mensen die moeten leven in landen waar oorlog is en die altijd bang zijn. 4. Wij denken aan mensen in landen waar honger is en dorst. 5. Wij denken aan mensen die moeten vluchten en alles wat zij hebben moeten achterlaten. 6. Wij denken aan kinderen die gepest worden. 7. Wij denken aan Jezus, die door zijn vrienden in de steek werd gelaten en die stierf aan het kruis. Kind: Heeft het duister dan toch gewonnen van het licht? Dominee: Nee, gelukkig niet. God bracht zijn zoon in onze wereld Hij was het licht in de duisternis Hij stond op uit de dood. Hij liet zien hoeveel God van ons houdt. Korte stilte 6
Plotseling klinkt: Het Licht van Christus. De Paaskaars wordt binnengedragen en we geven het licht aan elkaar door. Het witte feestkleed wordt op de tafel neergelegd en aan de preekstoel gehangen, de dominee krijgt de witte stola om en de bloemen worden op tafel gezet. Water, brood en druiven worden op tafel gezet. De wereld staat vol vrolijk licht. (melodie: Daar juicht een toon.) 1. De wereld staat vol vrolijk licht, de schepping heeft zich opgericht, want zie de Heer is opgestaan! De Heer is waarlijk opgestaan! 2. En als jou dit bericht verblijdt, zing met ons mede en belijdt Christus de Heer is opgestaan! De Heer is waarlijk opgestaan! (het wordt licht in de kerk, we blazen de kaarsen uit) Paasevangelie Op de eerste dag van de week gingen ze al vroeg naar het graf, met de zalf die ze hadden klaargemaakt. Daar merkten ze dat de steen van het graf was weggerold. Ze gingen naar binnen, maar vonden daar het lichaam van Jezus niet. 7
Ze waren in verwarring, die vrouwen bij het graf. Ineens zagen ze daar twee mannen staan, met blinkend witte kleren aan. Ze werden bang en durfden niet te kijken. Toen zeiden de mannen tegen hen : Waarom zoeken jullie bij dode mensen, iemand die leeft? Hij is hier niet, maar Hij is opgewekt uit de dood. Denk maar eens terug aan wat Hij tegen jullie gezegd heeft toen Hij nog in Galilea was : Ik, de mensenzoon, moet in handen vallen van slechte mensen. Ik zal aan het kruis gehangen worden, maar op de derde dag zal ik opstaan. Toen herinnerden de vrouwen zich weer wat Hij gezegd had. Ze gingen daar weer vandaan en vertelden dit allemaal aan de elf leerlingen en alle anderen : De Heer is opgestaan! ALLEN : DE HEER IS WAARLIJK OPGESTAAN! Kom laat ons zingen. (melodie: U zij de glorie) Kom laat ons zingen, nu God met ons is; en laat ieder horen dat het Pasen is. Vanaf deze avond wordt het nieuws gehoord: voortaan heeft het leven toch het laatste woord! Laat ons dan zingen, nu God met ons is en laat ieder horen dat het Pasen is. 8
Doopgedachtenis Kind: Houdt God nog steeds van ons? Ook van mij? Dominee: Jazeker. Hij houdt ook van jou. In deze nacht, de Paasnacht werd heel vroeger gedoopt. mensen werden ondergedompeld in water en kregen direct daarna een prachtig wit kleed aan. Als mensen worden gedoopt, toen en nu, kan iedereen zien: God houdt van deze mens. In deze nacht willen we daar nu bij stil te staan: het teken van de doop. Het teken dat zegt: God houdt van ons. Ook van van jou. Het water wordt in de doopvont gegoten. Iedereen kan naar voren komen. Je zegt je doopnamen en krijgt dan een kruisje met water op je voorhoofd. Jouw leven staat aan het begin 4. Het teken is een heilgeheim: God wil met jou verbonden zijn. Hij is nabij waar je ook bent, omdat Hij je bij name kent. O Heer bevestig ons bestaan, noem ons bij onze naam. 5. Zo komt jouw leven aan het licht, zo krijgt het zin, zo krijgt het zicht. Gods adem heeft je aangeraakt en jou tot bondgenoot gemaakt! O Heer bevestig ons bestaan, noem ons bij onze naam 9
Het Heilig Avondmaal Kind: Zijn dat alle tekenen die Jezus ons gaf? Dominee: In het verhaal van Jezus lezen we dat Hij heel vaak met mensen at. Soms met een hele grote groep buiten, soms met een groepje thuis. Samen eten, dan praat je met elkaar Samen eten, dan leer je elkaar kennen Samen eten schept een band. Daarom delen we brood en zal een mandje met druiven rondgaan. Gebeden Inzameling van gaven voor het Hospice Paasgedicht Een engel zei: "Hij is hier niet Wees blij, maak je geen zorgen Het graf is leeg, dus zing een lied op de paasfeestmorgen. Ja Here God, wij loven U omdat U ons liet weten, dat Jezus leeft - heel dicht bij U - en ons nooit zal vergeten. 10
De Heer is waarlijk opgestaan Refrein: De Heer is waarlijk opgestaan, halleluja! 2. Vrouwen uit Jeruzalem, kwamen vroeg en zochten Hem. Refrein. 3. En hoe groot was hun verdriet, want zij vonden Jezus niet. Refrein. 4. Maar een engel sprak hen aan: "Die gij zoekt is opgestaan." Refrein. 5. "Denkt toch aan zijn eigen woord, dat gij vroeger hebt gehoord." Refrein. 6. "Hij, de grote mensenzoon, gaat door 't graf heen naar zijn troon." Refrein. 7. "Zoekt Hem bij de doden niet, maar zingt mee het hoogste lied." Refrein. Zegen We geven elkaar een hand en wensen elkaar "Vrolijk Pasen" 11
Voorganger: ds. Ronald Heins Organist / pianist: Wilmer de Jong Koster: Carla van Wouwe m.m.v. Martin Mannak, Sineke Oegema, Adriaan van Oosten, Dolf Ponger, Everdien Praamsma en Tineke Wijers 12