Model berekening frictiekosten SVHW Rotterdam, 16 juli 2014
Kader (artikel 25 gemeenschappelijke regeling SVHW) Artikel 25 Uittreding 1. Voor uittreding uit de regeling wordt een opzegtermijn van ten minste één jaar in acht genomen. Gedurende drie jaren na de datum van toetreding tot de regeling is uittreding niet mogelijk. 2. Het voornemen tot uittreding wordt bij aangetekende kennisgeving aan de voorzitter van het bestuur medegedeeld. 3. Na ontvangst van de in het tweede lid vermelde kennisgeving wordt een in overleg met de uittredende deelnemer aan te wijzen onafhankelijke registeraccountant opdracht verleend een liquidatieplan op te stellen als ware tot opheffing van de regeling besloten. Het liquidatieplan wordt vastgesteld door het bestuur en de daarin voor de uittredende deelnemer omschreven financiële verplichtingen zijn bindend. Bij het vaststellen van het liquidatieplan wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met hetgeen is bepaald in artikel 20. 4. Nadat het liquidatieplan is vastgesteld is de uittredende deelnemer gehouden om binnen zes maanden de daarin voor de uittredende deelnemer omschreven financiële verplichtingen aan het SVHW te voldoen. 5. De kosten van het opstellen van het liquidatieplan komen voor rekening van de deelnemer, die het voornemen heeft om uit te treden. 1
Frictiekosten Definitie Frictiekosten ontstaan door het uittreden van deelnemers die tot gevolg hebben dat een gedeelte van de dekking van de kosten van de organisatie wegvallen door een lagere deelnemersbijdrage. Frictiekosten hebben met name betrekking op vaste kosten. Indien geen vergoeding wordt ontvangen voor de frictiekosten, heeft het wegvallen van een gedeelte van de deelnemersbijdrage een hogere deelnemersbijdrage voor de achterblijvende deelnemers tot gevolg (dit geld met name wanneer er tegelijkertijd geen nieuwe deelnemers zijn). Vaste kosten zijn kosten die niet op korte termijn door de organisatie kunnen worden beïnvloed. Deze kosten hebben te maken met externe wet- en regelgeving (personeelskosten) c.q. met aangegane verplichtingen in het verleden. In onderstaande figuur is de beïnvloedbaarheid in z n algemeenheid van de verschillende kostensoorten op korte termijn weergegeven: 2
Kosten structuur SVHW (begroting 2014) De totale kosten van SVWH o.b.v. de begroting 2014 zijn 11,9 miljoen. De samenstelling van de kosten 2014 van SVHW zijn: Een bedrag van circa 7,0 miljoen bestaat uit vaste kosten (= 58,9% van de totale kosten) en zijn derhalve kosten die niet direct vervallen wanneer de organisatie minder activiteiten heeft uit te voeren. De specificatie van deze kosten is als volgt: 3
Kosten structuur SVHW (begroting 2014) Algemeen beheer Bedrag Percentage vd totale kosten Frictieksoten Personele kosten 4.900.000 41,1% 4.900.000 Personeel derden 200.000 1,7% Onderhoud gebouwen 165.000 1,4% 165.000 Nutsvoorzieningen 70.000 0,6% 70.000 Porti en telefoon 260.000 2,2% Kosten interne faciliteiten 75.000 0,6% 75.000 Kapitaallasten 159.000 1,3% 159.000 Verzekeringen 10.000 0,1% 10.000 Kantoorartikelen / abonnementen 160.000 1,3% 160.000 Salarisadministratie 20.000 0,2% 20.000 Belastingen 16.000 0,1% 16.000 Diensten van derden 55.000 0,5% Onvoorzien 50.000 0,4% Totaal algemeen beheer 6.140.000 51,4% Kosten automatisering 1.450.000 12,1% 1.450.000 Totaal alg beheer en automatisering 7.590.000 63,6% 7.025.000 58,9% van de totale kosten 76,4% van de totale deelnemersbijdrage 4
Deelnemersbijdrage (begroting 2014) Gemeente Aantal inwoners Bijdrage Bedrag per inwoner Relatieve bijdrage Ouderkerk 8.049 60.000 7 0,7% Strijen 8.848 78.000 9 0,8% Vlist 9.773 75.000 8 0,8% Bergambacht 9.908 77.000 8 0,8% Korendijk 10.801 82.000 8 0,9% Schoonhoven 11.814 96.000 8 1,0% Bernisse 12.426 112.000 9 1,2% Aalburg 12.749 104.000 8 1,1% Cromstrijen 12.780 113.000 9 1,2% Zederik 13.434 124.000 9 1,3% Nederlek 13.992 114.000 8 1,2% Woudrichem 14.416 116.000 8 1,3% Brielle 16.072 147.000 9 1,6% Hardinxveld-Giessendam 17.654 156.000 9 1,7% Alblasserdam 19.467 155.000 8 1,7% Oud-Beijerland 23.415 197.000 8 2,1% Albrandswaard 25.003 182.000 7 2,0% Werkendam 26.423 193.000 7 2,1% Nieuwkoop 26.974 222.000 8 2,4% Binnenmaas 28.962 248.000 9 2,7% Molenwaard 29.102 249.000 9 2,7% Hellevoetsluis 39.442 348.000 9 3,8% Barendrecht 47.053 372.000 8 4,0% Goeree-Overflakkee 48.312 531.000 11 5,8% Lansingerland 55.265 491.000 9 5,3% Waterschap Hollandse Delta 4.465.000 48,6% RAD 88.000 1,0% 9.195.000 100% 5
Deelnemersbijdrage per klasse-grootte (begroting 2014) Aantal Totale bijdrage Bijdrage < 1% 5 372.000 1% < Bijdrage < 2% 11 1.325.000 2% < Bijdrage < 3% 6 1.291.000 3% < Bijdrage < 4% 1 348.000 4% < Bijdrage < 5% 1 372.000 5% < Bijdrage < 6% 2 1.022.000 Bijdrage > 45% 1 4.465.000 27 9.195.000 6
Aandeel vaste kosten per gemeente (begroting 2014) Gemeente Relatieve bijdrage Frictiekosten Personeel Kapitaallasten Automatisering Overig Ouderkerk 0,7% 45.840 31.974 1.038 9.462 3.367 Strijen 0,8% 59.592 41.566 1.349 12.300 4.377 Vlist 0,8% 57.300 39.967 1.297 11.827 4.209 Bergambacht 0,8% 58.828 41.033 1.331 12.142 4.321 Korendijk 0,9% 62.648 43.698 1.418 12.931 4.602 Schoonhoven 1,0% 73.344 51.158 1.660 15.139 5.387 Bernisse 1,2% 85.568 59.685 1.937 17.662 6.285 Aalburg 1,1% 79.456 55.421 1.798 16.400 5.836 Cromstrijen 1,2% 86.332 60.218 1.954 17.819 6.341 Zederik 1,3% 94.736 66.079 2.144 19.554 6.959 Nederlek 1,2% 87.096 60.750 1.971 17.977 6.397 Woudrichem 1,3% 88.624 61.816 2.006 18.293 6.510 Brielle 1,6% 112.308 78.336 2.542 23.181 8.249 Hardinxveld-Giessendam 1,7% 119.184 83.132 2.698 24.600 8.754 Alblasserdam 1,7% 118.420 82.599 2.680 24.443 8.698 Oud-Beijerland 2,1% 150.508 104.981 3.407 31.066 11.055 Albrandswaard 2,0% 139.048 96.987 3.147 28.700 10.213 Werkendam 2,1% 147.452 102.849 3.337 30.435 10.831 Nieuwkoop 2,4% 169.608 118.303 3.839 35.008 12.458 Binnenmaas 2,7% 189.473 132.159 4.288 39.108 13.917 Molenwaard 2,7% 190.237 132.692 4.306 39.266 13.973 Hellevoetsluis 3,8% 265.873 185.449 6.018 54.878 19.529 Barendrecht 4,0% 284.209 198.238 6.433 58.662 20.876 Goeree-Overflakkee 5,8% 405.685 282.969 9.182 83.736 29.798 Lansingerland 5,3% 375.125 261.653 8.490 77.428 27.554 Waterschap Hollandse Delta 48,6% 3.411.270 2.379.391 77.209 704.105 250.564 RAD 1,0% 67.232 46.895 1.522 13.877 4.938 100% 7.025.000 4.900.000 159.000 1.450.000 516.000 7
Aandeel frictiekosten kosten per gemeente per grootte klasse (begroting 2014) Aantal Totaal bedrag frictiekosten Gemiddeld bedrag frictiekosten Bijdrage < 1% 5 285.000 57.000 1% < Bijdrage < 2% 11 1.012.000 92.000 2% < Bijdrage < 3% 6 984.000 164.000 3% < Bijdrage < 4% 1 266.000 266.000 4% < Bijdrage < 5% 1 284.000 284.000 5% < Bijdrage < 6% 2 780.000 390.000 Bijdrage > 45% 1 3.411.000 3.411.000 27 7.022.000 8
Voorstel model berekening frictiekosten per gemeente Uitgangspunt model Frictiekosten worden uitgedrukt in een percentage van de totale deelnemersbijdrage (voorbeeld: o.b.v. de begroting 2014 is dit 76,4%; 7.025K / 9.195K). In het model zijn acht grootteklassen opgenomen. De relatieve omvang van deelnemerbijdrage (= in een percentage van de totale deelnemersbijdrage) is bepalend voor de klasse-indeling. Per grootteklasse wordt een periode vastgesteld die nodig is om de frictiekosten om te buigen. Uitganspunt hierbij is dat de frictiekosten van een kleinere opdrachtgever sneller zijn om te buigen dan van een grotere opdrachtgever. De organisatie moet in staat zijn om binnen 36 maanden de organisatie aan te passen aan een lagere deelnemersbijdrage van 25%. Bij een verlaging van de deelnemersbijdrage van 25% of meer wordt een liquidatieplan opgesteld (inclusief sociaalplan etc.). Voor iedere deelnemer geldt een minimale termijn van 18 maanden voor de berekening van de frictiekostenvergoeding. Deze minimale termijn is noodzakelijk door dat de organisatie pas in staat is vanaf het moment dat een gemeente is uitgetreden de bedrijfsvoering aan te gaan passen aan de veranderende situatie. In het jaar voorafgaande aan het uittreden van een gemeente zijn er in beginsel slechts beperkte mogelijkheden om hier op te anticiperen, omdat de dienstverlening aan alle opdrachtgevers moet plaatsvinden op basis van de afspraken die hier over zijn gemaakt (kwantiteit en kwaliteit). 9
Voorstel model berekening frictiekosten per gemeente Wanneer tegelijkertijd meerdere gemeenten besluiten tot uittreden uit de gemeenschappelijke regeling, worden de relatieve omvang van deze gemeenten bij elkaar opgeteld en worden deze gemeenten in de grootteklasse ingedeeld op basis van de optelling van de relatieve aandelen. De aan deze grootteklasse gekoppelde termijn is dan bepalend voor de berekening van de frictiekostenvergoeding. Voor gemeenten die uit de gemeenschappelijke regeling treden en personeel van SVHW overnemen, kan het algemeen bestuur besluiten om de in de tabel gehanteerde termijnen voor het berekenen van de frictiekostenvergoeding te verlagen ( maatwerk ). 10
Voorstel model berekening frictiekosten per gemeente In onderstaande tabel is een voorbeeld van een staffel opgenomen voor de periode die de organisatie nodig heeft om de frictiekosten om te buigen. Termijn voor ombuigen frictiekosten Bijdrage < 1% 18 maanden 1% < Bijdrage < 2% 21 maanden 2% < Bijdrage < 3% 24 maanden 3% < Bijdrage < 4% 27 maanden 4% < Bijdrage < 5% 30 maanden 5% < Bijdrage < 10% 33 maanden 10% < Bijdragen < 25% 36 maanden Bijdrage > 25% Liquiditatieplan 11
Voorbeeld uittreden gemeente X Gemeente X met een bijdrage van 124.000. Aandeel bijdrage gemeente X is 1,3% van de totale bijdrage. Gemeente X valt in grootteklasse 1% < Bijdrage < 2%. Aandeel frictiekosten in een percentage van de totale deelnemersbijdrage 2014 is 76,4%. Frictiekosten gemeente X: = 76,4% van 124.000 is 94.736. Termijn frictiekosten grootteklasse 1% < Bijdrage < 2% is 21 maanden. Frictiekosten vergoeding gemeente X is: 21/12 * 94.736 = 165.788 12
Attentiepunt De frictiekostenvergoeding is in beginsel niet bestemd voor de dekking van kosten die de organisatie nog blijft verrichten voor de uitgetrede gemeente. Deze kosten hebben met name betrekking op incassokosten van aanslagen van de jaren die de gemeente deel heeft genomen in de gemeenschappelijke regeling. 13
Deloitte refers to one or more of Deloitte Touche Tohmatsu Limited, a UK private company limited by guarantee, and its network of member firms, each of which is a legally separate and independent entity. Please see www.deloitte.nl/about for a detailed description of the legal structure of Deloitte Touche Tohmatsu Limited and its member firms. Deloitte provides audit, tax, consulting, and financial advisory services to public and private clients spanning multiple industries. With a globally connected network of member firms in more than 150 countries, Deloitte brings world-class capabilities and high-quality service to clients, delivering the insights they need to address their most complex business challenges. Deloitte has in the region of 200,000 professionals, all committed to becoming the standard of excellence. This communication contains general information only, and none of Deloitte Touche Tohmatsu Limited, its member firms, or their related entities (collectively, the Deloitte Network ) is, by means of this publication, rendering professional advice or services. Before making any decision or taking any action that may affect your finances or your business, you should consult a qualified professional adviser. No entity in the Deloitte Network shall be responsible for any loss whatsoever sustained by any person who relies on this communication. 14