VERKEERSEDUCATIEVE ROUTE VOOR FIETSERS IN HERENTHOUT VERKEERSVAARDIGHEDEN INOEFENEN

Vergelijkbare documenten
doe-fiche fietser Opstappen en wegrijden uw kind politie Bilzen - Hoeselt - Riemst nog niet kiest de dichtsbijzijnde plaats waar de rit kan beginnen.

Verkeerseducatieve Route Centrumschool Zwevegem

VERO voor voetgangers basisschool Pulle

6. Als fietser veilig in het verkeer

1. Een stilstaand voertuig voorbijrijden 2. Rechts een weg inslaan

Beschrijving route Noorderwijk. Start Klavertje Ring

De Grote Verkeerstoets /08/ Ja. 2. Neen, want ik mag hier niet links afslaan. 3. Neen, want ik heb mijn arm niet uitgestoken.

Beschrijving route Noorderwijk. Start Klavertje Ring

Het Fietsexamen. Voorwoord:

6. Als fietser veilig in het verkeer

FIETSPROEF BERLAAR (nieuw parcours - gezien wegenwerken in het dorp)

*** L E G E N D E. Moeilijkheidsgraad van het knooppunt: * niet echt moeilijk ** opletten geblazen *** ogen en oren wijd open!

VERKEERSBEGRIPPEN. bij het Verkeersexamen Overzicht van verkeersbegrippen, die belangrijk zijn voor kinderen. verkeersbegrip uitleg

-Je moet stoppen, ook afslaan mag niet. (denk aan: niet tegen de armen rijden)

7 Manoeuvres en bewegingen

Dienst Preventie Stad Turnhout Politie Regio Turnhout

Beoordelingsfiches VERO Deerlijk

VERKEERSBEGRIPPEN. bij Verkeersexamen Overzicht van verkeersbegrippen, die belangrijk zijn voor kinderen. verkeersbegrip uitleg

MOBIEL 21. brugge.be

Verkeersborden. Eindtermen. Doelgroep. Lesdoel. Lager onderwijs: Lesfiche verkeers- en mobiliteitseducatie BASISONDERWIJS

Beoordelingsfiches VERO Harelbeke

IK LEER FIETSEN! PRAKTIJKBOEKJE VOOR CURSISTEN

Fiets wijzer. examen. Dienst Preventie Stad Turnhout Politie Regio Turnhout FIETSWIJZER / FIETSEXAMEN

Hallo zesdeklasser, afspraken fiets tiptop in orde Helm en fluohesje rechts afslaat links afslaat Wees steeds alert

Een stilstaand voertuig voorbijrijden

Oversteken als voetganger via het zebrapad.

Tip: oefen het examen op beschikbaar vanaf 7 maart

Infoavond Mobiliteit en Veiligheid. Bleydenbergschool Wilsele dorp 26/04/2010

OEFENFICHE KRUISPUNT MET VERKEERSLICHTEN OVERSTEKEN FIETS EXAMEN HET GROTE 1. INTRO 2. VOORAF 3. VERKENNEN. Onderstaande vragen kunnen daarbij helpen:

Kies het goede verkeersbord

Verkeersbordenspeurtocht

VERKEERSEDUCATIEVE ROUTE VOOR VOETGANGERS VERKEERSVAARDIGHEDEN INOEFENEN BASISSCHOOL KLIM-OP HERENTHOUT

CURIEUZE NEUZEN WERKBOEK

4e leerjaar. Stap 11. Fiets(st)er, ken jouw plaats. Met de z van zien en van zeggen Met de s van schrijven

Fiche Leerlingen. De plaats op de openbare weg binnen de bebouwde kom

Kies het goede verkeersbord

FIETSEXAMEN WIJK STENE

GROTE VERKEERSTOETS 2017

Theorieles groep 5/6

Verkeerseducatieve Route Vrije Basisschool Boven-Lo, Kessel-Lo

Maak je kinderen wegwijs in het verkeer

FIETSEXAMEN OOSTENDE

VERKEER. Handleiding. Proeflessen THEMA 1

Beste Ouder, De leerlingen moeten ook allemaal een fluohesje aandoen en een fietshelm opzetten.

5. De plaats van de fietser op de openbare weg 1 M. Is er een fietspad, dan moeten fietsers daar op rijden, tenminste indien het berijdbaar is.

Tijdens de verkeerslessen hebben we met de kinderen gepraat over veilig fietsen.

Kaartspel verkeerstekens voor fietsers en voetgangers

Fietsexamen 3de graad 15 mei 2014

VERKEERSEDUCATIEVE ROUTE VOOR VOETGANGERS VERKEERSVAARDIGHEDEN INOEFENEN BASISSCHOLEN T KLAVERTJE EN DE LUCHTBALLON HERENTHOUT

Verkeersbegrippen. Overzicht van verkeersbegrippen die belangrijk zijn voor kinderen. Fietspad/tweerichtingenfietspad. Bestuurder. Voetganger.

Verkeersveiligheidsplan. Veilig verkeer rond de Godelindeschool

Algemene informatie. Na het kijken Na het bekijken van de aflevering kunt u gebruik maken van de volgende lessuggesties.

VEILIG OP STAP. Te voet of per fiets, alleen of in groep

Hallo, Hallo, ik ben Mathias.. Ik leg het parcours af van het Groot Fietsexamen. Fietsen jullie mee? We vertrekken aan de achterpoort van het

VERKEERSBEGRIPPEN. Overzicht van verkeersbegrippen, die belangrijk zijn voor kinderen. verkeersbegrip uitleg. verkeersbegrip uitleg

VERKEERSEDUCATIEVE ROUTE T BIESKE IN GELLIK VERKEERSEDUCATIE VOOR VOETGANGERS EN FIETSERS MEI 2016

De verkeersborden voor kinderen

HET PARCOURS STAP VOOR STAP

Lesfiche 1 FIETSCONTROLE EN INDIVIDUELE VAARDIGHEDEN.

De verkeersborden voor kinderen

VEILIG OP STAP. Te voet of per fiets, alleen of in groep

Fietsvaardigheid in groep

Fietsproef Nijlen (2016)

VERKEER. Proeflessen. Handleiding THEMA 1

PARCOURS KLEIN FIETSEXAMEN VIJFDE LEERJAAR

Bromfiets SECUNDAIR ONDERWIJS. Doelgroep. VOET'en. Lesfiche verkeers- en mobiliteitseducatie. Leerlingen van de tweede en de derde graad

Fietsvaardigheidstraining in uw school

FIETSEXAMEN WIJK STENE

Fiche Leerkracht CORRECT Rijgedrag 1

Een STREEPJE voor... De betekenis van verkeerstekens op het wegdek

VEILIG OP STAP. Te voet of per fiets, alleen of in groep

verkeersregels voor kinderen

Bijzondere weggedeelten

VEILIG OP STAP. Te voet of per fiets, alleen of in groep

Fietsen en reglementering Info avond wegcode fietsersbond PZ HEKLA Dienst verkeer Hoofdinspecteur Steven Van Leeuwe

P P P P P P P P P P P P P P P P P P P

Stap 6. Met de z van zien en van zeggen Met de s van schrijven. Wat is er toch aan de hand? Alsmaar drukker en drukker

Route Bekijk het door de ogen van leerlingen! Resultaten: Stabroek - GO De Stappe

Welkom 23/10/2014. Open WiFi netwerk: t Godshuis

Het eerste wat we gaan behandelen is afslaan naar rechts 1

PARCOURS KLEIN FIETSEXAMEN VIJFDE LEERJAAR

Kinderen en veilig fietsen.

We hopen je met dit document voldoende informatie te bezorgen om de leerlingen ook na de toets gericht te evalueren en bij te scholen.

Hoofdstuk 1. In het dorp

Jullie zoon of dochter zit nu in zijn laatste jaar lager onderwijs. Vanaf volgend schooljaar moet

Verkeersexamen, de route door Heel.

Kinderen op de fiets

Hoofdstuk 1. Buiten de bebouwde kom

EEN STREEPJE VOOR... De betekenis van verkeerstekens op het wegdek. Regionaal Orgaan Verkeersveiligheid Gelderland. Platform en Kenniscentrum

Kruispunten met de borden

Veilig je draai vinden...

VOORWOORD. Beste fietser,

FIETSEXAMEN MECHELEN. Vertrek en aankomst in het Vrijbroekpark. Te volgen richting : naar Hombeeksesteenweg

Lesfiche 2 FIETSEN IN GROEP.

1. Stop 2. Oversteken (of doorrijden) in de richting van de armen 3. Afslaan naar rechts. Signalen agent

Een kruispunt. is geen jungle

Fietsen in voetgangerszones

Actieplan: Voorrang 2 Oversteekplaats voor voetgangers / fietsers

VERVOER VAN EN NAAR DE CLUB/WEDSTRIJD

Transcriptie:

VERKEERSEDUCATIEVE ROUTE VOOR FIETSERS IN HERENTHOUT VERKEERSVAARDIGHEDEN INOEFENEN

INHOUD Inleiding 4 1 Met de groep op stap 5 2 Betrokkenen bij de VERO 6 3 Algemene oefeningen en tips 7 4 Didactische aanpak 9 5 Verkeerseducatieve route voor fietsers 10 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 Startpunt hoek Vonckstraat Maasweg 12 1.1 Plaats van de fietser op de openbare weg 12 1.2 Verkeersborden 13 Hoek Vonckstraat Leopoldstraat: links afslaan 14 2.1 Links afslaan op een T-kruispunt 14 2.2 Beperkt eenrichtingsverkeer 15 2.3 Langs geparkeerde auto s fietsen 15 Kruispunt Leopoldstraat Molenstraat: oversteken 17 3.1 Kruispunt zonder verkeerlichten oversteken 17 Kruispunt Koestraat Bergense Steenweg: linksaf 18 4.1 Links afslaan op een kruispunt met voorrang aan rechts 18 4.2 Voorrang aan rechts info 19 Hoek Zwanenberg Albertstraat: rechtsaf 20 5.1 Rechts afslaan op T-kruispunt 20 Hoek Albertstraat Bouwelse Steenweg: rechtsaf 21 6.1 Rechts afslaan op een T-kruispunt 21 6.2 Oppassen voor in- en uitritten 22 Kruispunt Bouwelse Steenweg Gelderstraat: linksaf 23 7.1 Doorlopend fietspad info 23 7.2 Fietsoversteekplaats 23 7.3 Rechts afslaan 25 Vredesplein Nijlense Steenweg: linksaf 26 8.1 Verkeersborden 26 8.2 Links afslaan op een druk T-kruispunt (voorrang verlenen) 26 Hoek Nijlense Steenweg Van Reynegomlaan: rechtsaf 28 Hoek Van Reynegomlaan Jodenstraat: linksaf 29 10.1 Links afslaan op T-kruispunt (voorrang verlenen) 29 Jodenstraat Doornboompad: rechtsaf 31 11.1 Kruispunt oversteken voorrang aan rechts 31 11.2 Voorrang aan rechts verlenen herhaling 32 Hoek Doornboompad Langstraat: linksaf 33 12.1 Links afslaan op druk T-kruispunt naar een fietspad 33 2

13. Hoek Langstraat Itegemse Steenweg: linksaf 35 13.1 Links afslaan via de fietsoversteekplaats 35 13.2 Bushalte Langstraat : opletten voor in- en uitstappende reizigers 35 14 Hoek Itegemse Steenweg Sint-Gummarusstraat: linksaf 37 14.1 Links afslaan op T-kruispunt 37 14.2 In- en uitrit van een parking voorbijrijden 38 15 Hoek Sint-Gummarusstraat Schoetersstraat: rechtsaf 39 16 17 Variant A: langs de Schoetersstraat terug naar het startpunt Kruispunt Schoetersstraat Zusterstraat: oversteken 40 16.1 Herhaling kruispunt oversteken voorrang aan rechts 40 Hoek Schoetersstraat Vonckstraat: rechtsaf 41 16 17 18 Variant B: langs de Maasweg terug naar het startpunt Kruispunt Schoetersstraat Zusterstraat: rechtsaf 42 Hoek Liefkenshoek Maasweg: linksaf 43 17.1 Fietsstraat info 43 Aankomst aan de school je fiets veilig stallen 44 6 Verkeersbordenfiche 45 7 Wat betekent... 47 Colofon 48 3

INLEIDING Een verkeerseducatieve route of VERO is een vast uitgestippelde route in een schoolomgeving langs verkeerssituaties die leerrijk zijn voor kinderen. Je kan een VERO te voet of met de fiets afleggen. De voorwaarde is dat kinderen voldoende fietsvaardig zijn om op straat te fietsen. Samen de straat opgaan, houdt een leerproces in over het verkeer, de verkeersborden en -regels, je eigen houding op straat en de mate waarin weggebruikers met elkaar rekening houden. Doelstellingen van een verkeerseducatieve route: - Kinderen kunnen als voetganger en fietser veilig deelnemen aan het verkeer. - Kinderen maken al doende kennis met het verkeersreglement. - Kinderen kunnen zichzelf beschermen in het verkeer. - Kinderen kunnen anticiperen op het gedrag van andere weggebruikers en houden daarmee rekening. - Kinderen zijn vertrouwd met verkeerssituaties en de basisverkeersborden en -regels op hun weg naar school. Voordelen van een verkeerseducatieve route: - Het is een route in de schoolomgeving met begeleidende info voor verkeers- en mobiliteitseducatie in de praktijk. - Kinderen kunnen hun vaardigheden als voetganger of fietser regelmatig oefenen. - Je kan de route geheel of gedeeltelijk afleggen. - Je legt de route op je eigen tempo af. - Je gaat op stap wanneer je wil: tijdens de schooluren, maar ook erbuiten. - Als je ouders erover informeert, dan kunnen ze ook zelf met hun kinderen gaan oefenen. 4 Deze handleiding beschrijft een VERO met de fiets. Het is een leidraad voor leerkrachten, ouders en begeleiders die kinderen in de praktijk vertrouwd willen maken met het dagelijks verkeer. De handleiding bestaat uit: - een inleiding; - een kaart met de route; - fiches met telkens: - een korte situatieschets; - informatie bij de situatie, een verkeersbord of -regel; - een of meer oefeningen die je ter plekke kan doen; - foto s bij de route; - een fiche met verkeersborden en hun betekenis; - een verklarende lijst met verkeerstermen. Als je de route aflegt in de volgorde zoals beschreven in de tekst, dan volgen de foto s elkaar op. De foto s kan je ter voorbereiding of nabespreking van de oefeningen gebruiken in de klas. Veel fietsplezier! Gemeente Herenthout heeft ook twee VERO s voor voetgangers in de omgeving van haar basisscholen. Je kan deze routes en de bijhorende brochures downloaden via onderstaande link https://www.herenthout.be/inwoners/mobiliteit-en-werken/.

1 MET DE GROEP OP STAP Kinderen maken veel verplaatsingen in groep. Ook de VERO zullen ze meestal in groep afleggen. ENKELE TIPS - Om als groep goed zichtbaar te zijn vanop een afstand, kan je fluohesjes dragen. - Als groep blijf je bij elkaar. - Als de groep een straat oversteekt, kijkt elk kind goed uit. - Iedereen luistert aandachtig naar wat de begeleider zegt. - De kinderen luisteren naar elkaar en laten elkaar uitspreken. - Als kinderen vragen hebben, kunnen ze die ter plaatse stellen. 5

2 BETROKKENEN BIJ DE VERO LEERKRACHTEN EN OUDERS Zij zijn de belangrijkste verkeersopvoeders. Met de VERO kunnen zij samen met de kinderen verkeerssituaties nog beter onder de knie krijgen. Ouders kunnen ook begeleiden bij het afleggen van de route. BEWONERS Je kan bewoners op voorhand meedelen dat hun straat deel uitmaakt van een VERO en hen informeren over het doel en nut ervan. Doordat ze op de hoogte zijn, kunnen ze ook extra voorzichtig zijn tegenover kinderen. GEMEENTE De gemeente kan de route bewegwijzeren, al is dat niet echt nodig vermits de route volledig beschreven wordt in deze handleiding. De borden kunnen wel interessant zijn voor buitenstaanders. Ze wijzen erop dat er kinderen in de buurt kunnen zijn en dat ze dus extra voorzichtig moeten zijn. Er is een infopaneel geplaatst aan het startpunt van de route op de hoek van de Vonckstraat en de Maasweg. 6

3 ALGEMENE OEFENINGEN EN TIPS VOETGANGERS EN FIETSERS - Elk stukje van de openbare weg (voetpad, gelijkgrondse berm, fietspad, zebrapad, verkeersplateau, ) goed bekijken en leren benoemen. - Op verschillende plaatsen bespreken waar je moet stappen of fietsen. - Leren stoppen vooraleer over te steken! Nooit zomaar de straat over fietsen. - Nooit oversteken in een bocht! Verder stappen of fietsen tot waar je een goed zicht hebt en waar je zelf beter gezien wordt. - Uitzonderlijk kan het gebeuren dat een kind hulp moet vragen om over te steken. Leer de kinderen daarom hoe ze hulp kunnen vragen. Vooral bij de jongste kinderen kan je een vast zinnetje inoefenen dat ze dan kunnen gebruiken, zoals Mevrouw, wilt u me helpen oversteken a.u.b.? - Een kruispunt steeds recht oversteken. FIETSERS - Op het fietspad of rechts op de rijbaan fietsen als er geen fietspaden zijn. - Je plaats durven innemen: ongeveer 1 meter afstand houden ten opzichte van de rand van de weg of geparkeerde auto s. - Kinderen tot 9 jaar mogen met een kinderfiets (wieldiameter tot 50 centimeter) op het voetpad rijden als ze voetgangers niet in gevaar brengen. 7 DE WETTELIJKE UITRUSTING VAN DE FIETS Veel scholen organiseren een bezoek van een fietsenmaker om de kinderen te leren hun fiets te onderhouden of laten de lokale politie komen voor een fietscontrole. Hieronder vind je de nodige info om zelf samen met de kinderen de fietsen na te kijken. Je doet dit best elke keer voor je met de klas gaat fietsen, zo wordt het een goede gewoonte. Ter illustratie kan je een fietscontrolekaart gebruiken (van VIAS, het vroegere BIVV). Wat moet een fiets hebben: - Een fietsbel hoorbaar vanaf 20 meter. - Verlichting en reflectoren. Gewone fietsen moeten uitgerust zijn met: - een witte reflector vooraan; - een rode reflector achteraan; - op elke pedaal twee witte of gele reflectoren; - op elk wiel twee gele of oranje reflectoren vastgemaakt aan de spaken en/of op elke band twee witte reflecterende stroken.

3 ALGEMENE OEFENINGEN EN TIPS - Kleine fietsen, terrein- en koersfietsen zonder spatbord moeten niet uitgerust zijn met die reflectoren als ze enkel overdag bij goede zichtbaarheid gebruikt worden. - Lichten en reflectoren zijn verplicht op ALLE fietsen waarmee je op de openbare weg rijdt tussen het vallen van de avond en het aanbreken van de dag, en als het niet mogelijk is om duidelijk te zien op een afstand van 200 meter. Lichten mogen op de fiets, op de fietser of op de boekentas bevestigd worden en mogen knipperen. Leerlingen zorgen er best voor dat ze altijd goede lichten op de fiets of bij zich hebben. Zo komen ze niet voor verrassingen te staan. Zorg er indien nodig voor dat de batterijen voldoende geladen zijn! - Remmen: een rem voor- en achteraan. Kinderfietsen met een wieldiameter kleiner dan 50 centimeter moeten slechts één rem hebben. - Verder moeten uiteraard de banden, de ketting, het stuur en het zadel in orde zijn. - Je schooltas maak je goed vast achter op de fiets of draag je op je rug. Neem nooit bagage mee in je hand of aan het stuur. - Draag een fietshelm. Een fietshelm beschermt je bij aanrijdingen en als je valt. Een helm beschermt je hoofd als je tegen de stoeprand, een muur, de grond of je eigen fiets terechtkomt. Als je een fietshelm draagt, verminder je de kans op een hoofd- en hersenletsel. 8

4 DIDACTISCHE AANPAK IN DE KLAS - Je kan vooraf verkeersborden en -regels bespreken, eventueel aan de hand van de foto s in de handleiding. - Kinderen moeten voldoende fietsvaardig en vertrouwd met de basisverkeersregels zijn. Dat kan door vooraf fietsvaardigheidsoefeningen te organiseren op de speelplaats. Volgende vaardigheden zouden de kinderen al onder de knie moeten hebben: - Het gebruik van de versnellingen. - Omkijken zonder te slingeren. - De arm uitsteken bij het veranderen van richting. - Links afslaan. - Voorrang aan rechts geven. - Rechts afstappen: het is gemakkelijker en veiliger (kant van het voetpad). - Nadat je de route hebt afgelegd, kan je aan de hand van de foto s in de handleiding bepaalde situaties, oefeningen en verkeersborden nog een keer bespreken in de klas. OP STRAAT - De kinderen kunnen individueel (buiten schooltijd) en in groep (in schoolverband) op straat hun fietsvaardigheden inoefenen. Ze leren de verkeersregels en -borden toe te passen en geraken meer vertrouwd met andere verkeersdeelnemers. - Zorg ook steeds dat de kinderen en jijzelf op een reglementaire en veilige plaats staan als je uitleg geeft. Blokkeer dus geen fiets- of voetpaden. 9 EVALUATIE - Je kan de kinderen vragen wat hen het meest is bijgebleven van de route en de oefeningen, wat ze leuk en minder leuk vinden, wat ze veilige en gevaarlijke plaatsen vinden, wat ze moeilijk en gemakkelijk vinden,... - Na het oefenen op de route kunnen de leerkrachten alle bevindingen en ervaringen bundelen en op basis daarvan later eventueel de route aanpassen, info en oefeningen aanvullen,... - De leerlingen kunnen het parcours afleggen en de begeleider gaat na of ze dat op een veilige en verantwoorde manier doen. Mogelijke proeven hierbij zijn: 1 Einde derde leerjaar - De leerlingen leggen een fietsvaardigheidstest af op de speelplaats. 2 Einde vierde leerjaar - De leerlingen rijden een eenvoudige omloop, waarbij ze bewijzen dat ze: - op de juiste plaats rijden; - op een correcte manier rechts afslaan. 3 Begin zesde leerjaar - De leerlingen leggen een omloop af waarbij o.a. volgende vaardigheden worden getest: - je plaats weten op de openbare weg; - rechts en links afslaan; - een kruispunt oversteken; - manoeuvres zoals vertrekken, inhalen en stoppen. Voor begeleide fietsvaardigheidstraining op school, kan je een beroep doen op het aanbod Meester op de fiets. Voor meer info surf je naar www.meesteropdefiets.be. Voor achtergrondinformatie over een verkeerseducatieve route, kan je de brochure Met de klas de straat op lezen van de Vlaamse Stichting Verkeerskunde.

5 VERKEERSEDUCATIEVE ROUTE VOOR FIETSERS - De totale afstand van de route bedraagt 4,4 kilometer. De route passeert langs de drie basisscholen in Herenthout. - De route start en eindigt aan het pleintje op de hoek van de Vonckstraat met de Maasweg aan het infopaneel over de VERO. - De route is ingedeeld in 17 etappes. Bij elke etappe horen een of meerdere info- en oefenmomenten rond concrete verkeerssituaties. Deze worden op de volgende pagina s beschreven. - Het is mogelijk om slechts een deel van de route af te leggen of om een ander vertrekpunt te kiezen op de route. Je volgt de route wel best in de beschreven richting, op de kaart is dat in tegenwijzerzin. 10

11 Startpunt VERO... Stopplaatsen langs de route voor info en oefeningen

1 STARTPUNT HOEK VONCKSTRAAT MAASWEG Verzamel met de leerlingen op het pleintje aan het infobord over de VERO. Hier geef je infomoment 1.1. Bekijk met de kinderen ook de vele verkeersborden op het einde van de Maasweg: een goede gelegenheid om de verschillende soorten verkeersborden op te frissen vooraleer de fietstocht aan te vatten (info 1.2). 1.1 PLAATS VAN DE FIETSER OP DE OPENBARE WEG De algemene regels zijn: - Op fietspaden mag je met twee naast elkaar rijden, als je andere weggebruikers van het fietspad niet hindert of in gevaar brengt. Moet je andere weggebruikers kruisen of inhalen, of word je ingehaald, dan fiets je achter elkaar. - Is er geen fietspad, dan mogen fietsers binnen de bebouwde kom met twee naast elkaar rijden op de rijbaan, behalve wanneer kruisen met een tegenligger niet mogelijk is. Buiten de bebouwde kom moeten fietsers achter elkaar rijden bij het naderen van achteropkomend verkeer. - Op de rijbaan hou je best een beetje ruimte vrij langs je rechterkant. Anders loop je het risico van de rijbaan gereden te worden of ga je misschien in de goot rijden met kans op vallen. Laat ongeveer 1 meter afstand ten opzichte van de stoeprand of geparkeerde auto s. - Let op voor parkerende auto s. Als een autobestuurder stopt bij een lege parkeerplaats en zijn richtingaanwijzer aanzet, stop je en wacht je best tot de wagen geparkeerd is. 12

1.2 VERKEERSBORDEN Er zijn verschillende soorten verkeersborden. De grote groepen zijn: gevaarsborden, gebodsborden, verbodsborden, voorrangsborden en aanwijzingsborden. - Een gevaarsbord kondigt een gevaar aan, iets waarvoor je moet opletten. - Een gebodsbord legt een bepaald gebod op, iets wat je moet doen. - Een verbodsbord legt een bepaald verbod op, iets wat je niet mag doen. - Een voorrangsbord geeft aanwijzingen over wie waar voorrang heeft. - Een aanwijzingsbord vertelt wat er is: bijvoorbeeld een oversteekplaats voor fietsers, een verkeersplateau, Voorbeelden van de verschillende soorten verkeersborden vind je in de verkeersbordenfiche achteraan. OEFENING Bespreek de verkeersborden met de kinderen. Vraag een kind om een ander aanwijzingsbord, verbodsbord,.. te beschrijven. Vraag de andere kinderen zo snel mogelijk te zeggen waar die beschrijving voor staat. Een voorbeeld: het is een groot, vierkant bord met een zwarte rand, waarop een afbeelding van gebouwen in het zwart staan. 13 13

2 HOEK VONCKSTRAAT LEOPOLDSTRAAT: LINKS AFSLAAN De route start in de Vonckstraat en gaat centrum uitwaarts. In de Vonckstraat is er geen fietspad, rij hier dus rechts op de rijbaan. Dertig meter voorbij het startpunt sla je links af, de Leopoldstraat in. Info en oefenmoment 2.1 doe je best op het pleintje. Ook in de Leopoldstraat is er geen fietspad. Fiets aan de rechterkant op de rijbaan. De Leopoldstraat is een straat met beperkt eenrichtingsverkeer. Hou even halt bij het verkeersbord in het begin van de Leopoldstraat en geef infomoment 2.2. Aan de rechterkant staan vaak auto s geparkeerd op de rijbaan. Hou halt achter een geparkeerde auto en leg uit hoe je er veilig voorbij fietst (2.3). Je laat de kinderen vervolgens verder fietsen tot aan het eerst volgende kruispunt met de Molenstraat. 2.1 LINKS AFSLAAN OP EEN T-KRUISPUNT Links afslaan is het moeilijkste manoeuvre voor kinderen. Ze moeten de techniek grondig ingeoefend hebben tijdens hun fietsvaardigheidstraining, vooraleer ze die in het echte verkeer toepassen. Bij een T-kruispunt mondt de ene weg loodrecht uit op de andere en stopt. Als je een T-kruispunt oversteekt, moet je, afhankelijk van de plaats waar je staat en de richting die je uit wil, kijken naar alle richtingen vanwaar verkeer kan komen. Links afslaan in de Leopoldstraat doe je als volgt: - Vertraag voor je de Leopoldstraat nadert. - Ter hoogte van de Leopoldstraat stop je aan de rechterkant van de rijbaan. - Kijk over je linkerschouder (naar het verkeer achter je) of het veilig is om af te slaan. - Kijk ook naar de andere richtingen vanwaar verkeer kan komen. In dit geval kijk je naar de tegenliggers in de Vonckstraat. - Als de rijbaan in beide richtingen vrij is, sla je met een zo groot mogelijke bocht links af. - Opgelet: de voetgangers op het zebrapad hebben voorrang. - Fiets met beide handen aan het stuur verder langs de rechterkant op de rijbaan. 14 OEFENING Doe de oefening eerst voor terwijl je de verschillende stapjes die je doet, luidop zegt. Laat de kinderen de stapjes ook nog eens luidop zeggen en laat ze vervolgens om de beurt het manoeuvre doen. De andere kinderen wachten even verderop aan de kant van de rijbaan in de Leopoldstraat.

2.2 BEPERKT EENRICHTINGSVERKEER De Leopoldstraat is een straat met eenrichtingsverkeer. Dat wordt aangegeven door een blauw rechthoekig bord met witte pijl. De witte pijl duidt de verplichte richting aan die je moet volgen. Aan het einde van de weg staat in de andere richting een rond rood bord met een witte streep. Dat bord verbiedt alle bestuurders, dus in principe ook fietsers, om de straat in deze richting in te rijden. WAAROM BEPERKT EENRICHTINGSVERKEER? Onder het blauwe bord hangt een wit onderbordje met het logo van een fiets en een bromfiets klasse A en twee pijlen (één naar boven, één naar beneden). Fietsers en ook bromfietsers mogen hier dus wel in de twee richtingen rijden. De automobilisten die deze straat inrijden, worden door dit onderbord gewaarschuwd dat fietsers ook uit de andere richting kunnen komen. Vele automobilisten letten hier niet op en verwachten meestal geen tegenliggers. Hou dus goed rechts als je de straat via de Molenstraat inrijdt. Maar fiets ook niet te dicht tegen de rand: fiets op ongeveer één meter afstand van de rand van de weg of van de geparkeerde auto s. Zo zien de bestuurders je goed komen. En vertraag als er een tegenligger aankomt. VRAAGGESPREK Wat betekent het blauwe bord met de witte pijl? In welke richting mag je hier fietsen? Hoe weten autobestuurders die van de andere kant komen, dat ze die straat niet in mogen rijden? 15 2.3 LANGS GEPARKEERDE AUTO S FIETSEN In de Leopoldstraat heb je vaak te maken met auto s die geparkeerd staan op de rijbaan of autobestuurders die hun parkeerplaats willen verlaten. De situatie met geparkeerde voertuigen in de Leopoldstraat verandert regelmatig omdat er beurtelings parkeren van toepassing is: de eerste helft van de maand staan de auto s geparkeerd aan de rechterkant van de rijbaan, de tweede helft aan de linkerkant. We raden aan om te oefenen in beide situaties. In de tweede helft van de maand wanneer de auto s links op de rijbaan geparkeerd staan, rij je dus best van de Molenstraat richting Vonckstraat, dit is in de tegengestelde richting van het autoverkeer. Pas onderstaande tips toe afhankelijk van de concrete situatie. Jonge fietsers leren best anticiperend kijken. Dat wil zeggen: geconcentreerd vooruitkijken om zoveel mogelijk risicosituaties tijdig te kunnen inschatten. De Leopoldstraat is niet erg breed. Let dus op wanneer je geparkeerde auto s voorbijrijdt. Dat doe je best zo: - Luister of de motor van de auto draait en kijk of zijn richtingaanwijzer werkt. Als de autobestuurder aanstalten maakt om weg te rijden, steek je de auto best niet voorbij. - Minder snelheid en kijk voor je uit. Komt er een tegenligger aan? Kan je de auto voorbijrijden zonder de tegenligger te hinderen? - Kijk over je linkerschouder. Komt er achterliggend verkeer aan? - Versnel of vertraag afhankelijk van het verkeer voor en achter je. Stop indien nodig. - Steek je linkerarm uit voor je uitwijkt. - Rij het voertuig langs links voorbij. Wijk geleidelijk uit naar links en niet plotseling. - Breng je linkerarm weer naar het stuur terwijl je de auto voorbijrijdt. - Kijk of er iemand in de auto zit die het portier zou kunnen openen. Hou in dat geval voldoende afstand ongeveer 1 meter van de auto. - Fiets na het voorbijsteken weer rechts op de rijbaan. Op het moment van een onverwachte situatie is een snelle beslissing nodig: hard remmen en tijdig kunnen stoppen, veilig kunnen uitwijken, Plots kunnen uitwijken op een veilige manier is zeer moeilijk en vraagt veel vaardigheid en ervaring.

OEFENING Leg deze oefening uit bij een geparkeerde auto op een rustige plek. Doe de oefening voor terwijl je luidop zegt wat je doet. Laat de kinderen daarna oefenen. Vraag hen hardop te zeggen wat ze zien en doen. Zo krijg je zicht op het leerproces dat zich bij hen afspeelt. De kinderen zijn op die manier ook verplicht om de techniek te verwoorden. 16

3 KRUISPUNT LEOPOLDSTRAAT MOLENSTRAAT: OVERSTEKEN Na het info- en oefenmoment 3.1, rij je de Koestraat in. Ook hier is geen fietspad en auto s kunnen in de beide richtingen rijden. Fiets hier dus aan de rechterkant op de rijbaan. Gezien de rijbaan smal is, kan je best achter mekaar rijden. Ook in de Koestraat geldt beurtelings parkeren: afhankelijk van de datum in de maand staan auto s hier links of rechts geparkeerd op de rijbaan. Herhaal hier oefening 2.3. Laat de kinderen verder fietsen tot aan het kruispunt met de Bergense Steenweg. Daar hou je halt. 3.1 KRUISPUNT ZONDER VERKEERLICHTEN OVERSTEKEN Het kruispunt van de Leopoldstraat met de Molenstraat is verhoogd. Oversteken doe je hier als volgt: - Vertraag voor je aan het kruispunt komt. - Kijk goed naar de verkeersborden en de wegmarkeringen om te weten wie voorrang heeft op dit kruispunt en vanuit welke richtingen het verkeer kan komen. - In dit geval moet je voorrang verlenen aan het verkeer in de Molenstraat. Dat merk je aan het verkeersbord Voorrang verlenen (de omgekeerde driehoek) en de haaientanden op het wegdek. Het verkeer, zowel auto s als fietsers, kan vanuit alle richtingen komen: van links en rechts (in de Molenstraat) en vanuit de tegengestelde richting (in de Koestraat). - Stop en plaats een voet op de grond om goed te kunnen kijken. - Kijk voor het oversteken naar links en naar rechts. Als de rijbaan volledig vrij is, steek je over. - Geef voorrang aan de voetgangers die via de zebrapaden willen oversteken! - Met beide handen aan het stuur rij je verder, hou daarbij rechts van de rijbaan. OEFENING Vraag de leerlingen welke voorrangsregels hier gelden en hoe ze dat kunnen zien. Vraag hen ook uit welke richting het verkeer kan komen. Laat hen vervolgens om de beurt het kruispunt naderen en oversteken of laat hen zeggen wanneer het veilig is voor de klasgroep om over te steken. 17

4 KRUISPUNT KOESTRAAT BERGENSE STEENWEG: LINKSAF Vooraleer op het kruispunt links af te slaan en de Zwanenberg in te rijden, geef je infoen oefenmoment 4.1. Breng ook de voorrang-aan-rechtsregel onder de aandacht van de leerlingen met infomoment 4.2. In de Zwanenberg is er geen fietspad, rij dus aan de rechterkant van de rijbaan. Verderop waar de Ristenstraat aan je rechterkant uitmondt in de Zwanenberg, herhaal je met de kinderen de voorrang-aan-rechtsregel. Laat de kinderen vervolgens verder rijden tot aan de kruising met de Albertstraat. 4.1 LINKS AFSLAAN OP EEN KRUISPUNT MET VOORRANG AAN RECHTS Links afslaan op dit kruispunt doe je als volgt: - Vertraag als je het kruispunt nadert. - Kijk over je linkerschouder of het veilig is om af te slaan. Zorg ervoor dat je goed rechts blijft rijden op de rijbaan. - Steek je linkerarm uit om aan te geven aan de bestuurders achter je dat je links wil afslaan. - Wijk geleidelijk uit naar links tot in het midden van de rijbaan (voorsorteren). Breng je linkerhand terug naar je stuur. - Terwijl je het kruispunt nadert, bekijk je ook wie er hier voorrang heeft. Kijk daarbij goed naar de verkeersborden en de wegmarkeringen en bekijk vanuit welke richtingen auto s en fietsers kunnen komen: - er zijn geen verkeersborden die iets zeggen over al dan niet voorrang verlenen. In zo n situatie geldt voorrang aan rechts (4.2). Het witte kruis op het wegdek bevestigt dit. - Auto s en fietsers kunnen van rechts en links en uit de tegengestelde richting komen. - In deze situatie moet je voorrang verlenen aan - de autobestuurders en fietsers die van rechts uit de Bergense Steenweg komen; - de tegenliggers die uit de Koestraat komen, tegenliggers hebben altijd voorrang bij linksaf slaan. - Je hebt in deze situatie zelf voorrang op de bestuurders die van links komen uit Zwanenberg. - Steek je linkerarm uit om aan te geven dat je links wil afslaan. - Kijk links, rechts en voor je of er verkeer aankomt. - Als het veilig is, sla je met beide handen aan het stuur met een zo groot mogelijke bocht links af, fiets verder langs de rechterkant van de rijbaan. - Let op de voetgangers aan het zebrapad: zij hebben voorrang! Zijn de leerlingen nog niet heel vaardig, dan stoppen ze best aan dit kruispunt en plaatsen ze een voet op de grond, vooraleer ze de bocht nemen. Later kunnen ze de techniek om in een vloeiende beweging de bocht te nemen, verder inoefenen. 18

OEFENING Overloop samen met de kinderen de verschillende stapjes en probeer samen met hen te weten te komen wie voorrang heeft en vanwaar het verkeer kan komen. Laat de kinderen de verschillende stapjes luidop formuleren. Doe vervolgens de oefening voor en laat de kinderen daarna in kleine groepjes oefenen nadat ze eerst nog eens alle stapjes luidop hebben herhaald. 4.2 VOORRANG AAN RECHTS INFO Voorrang aan rechts geldt op elk kruispunt waar geen verkeerslichten, verkeersborden of een politieagent de voorrang regelen. Voorrang aan rechts betekent dat je voorrang moet geven aan een bestuurder (automobilist of fietser) die van rechts komt aangereden. Zelfs als hij gestopt is, behoudt hij toch zijn voorrang. Vaak staan er aanwijzingen aan het kruispunt om een bestuurder eraan te herinneren dat op dit kruispunt voorrang aan rechts geldt: zoals een verkeersbord met het kruis of een kruis gemarkeerd op de weg. Wees als fietser altijd op je hoede! Sommige bestuurders nemen het niet altijd zo nauw met deze voorrangaan-rechtsregel. Ook al heb je zelf voorrang, vertraag steeds en zoek oogcontact met de bestuurders vooraleer je doorrijdt. 19 19

5 HOEK ZWANENBERG ALBERTSTRAAT: RECHTSAF Op de hoek van de Zwanenberg en de Albertstraat geef je info- en oefenmoment 5.1. Rij vervolgens de Albertstraat in. De Albertstraat is opnieuw een beperkte eenrichtingsstraat waar fietsers in beide richtingen mogen fietsen. Stop even bij het verkeersbord en vraag de kinderen in welke richting auto s en fietsers mogen rijden. Herhaal info en oefening 2.1. In de buurt van de school heb je in de Albertstraat vaak te maken met geparkeerde auto s of autobestuurders die hun parkeerplaats verlaten. De auto s staan hier aan de linkerkant op de rijbaan geparkeerd. Wees als fietser alert voor automobilisten die hun parkeerplaats verlaten en rij goed rechts op de rijbaan. Herhaal de tips onder 2.3. Laat de kinderen vervolgens doorrijden tot waar de Albertstraat uitmondt in de Bouwelse Steenweg. 5.1 RECHTS AFSLAAN OP T-KRUISPUNT Bij een T-kruispunt mondt de ene weg loodrecht uit op de andere en stopt. Als je op een T-kruispunt afslaat, moet je, afhankelijk van de plaats waar je staat en de richting die je uit wil, kijken naar alle richtingen vanwaar verkeer kan komen. Hier doe je dit zo: - Minder je snelheid. - Kijk vanuit welke richtingen er verkeer kan komen: - de Albertstraat is een eenrichtingsstraat, maar er kunnen wel fietsers uit komen; - uit de Zwanenberg kunnen auto s en fietsers komen, maar mogen er geen auto s inrijden. - Kijk over je linkerschouder naar de bestuurders achter je, zij slaan ook rechts af. - Kijk naar de tegenliggers in de Zwanenberg. Deze bestuurders kunnen ook de Albertstraat inrijden. Je hebt wel voorrang, maar je kan best voorzichtig zijn. - Steek je arm uit naar rechts om aan te geven wat je van plan bent. - Je neemt een scherpe of kleine bocht naar rechts. - Met beide handen aan het stuur rij je verder. 20 OEFENING Overloop samen met de kinderen de verschillende stapjes. Doe de oefening voor. Laat de kinderen luidop de stapjes herhalen en laat hen om de beurt oefenen. Vraag daarbij de leerlingen hardop te zeggen wat ze zien en doen. Zo krijg je zicht op het leerproces dat zich bij hen afspeelt. De kinderen zijn op die manier ook verplicht om de techniek te verwoorden.

6 HOEK ALBERTSTRAAT BOUWELSE STEENWEG: RECHTSAF Na het info- en oefenmoment 6.1 sla je rechts af en fiets je de Bouwelse Steenweg in. Rij hier weer rechts op de rijbaan. Langs de Bouwelse Steenweg zijn er veel in- en uitritten aan de huizen. Met info- en oefenmoment 6.2 maak je de kinderen attent op de gevaren bij het voorbijrijden ervan. Herhaal ook hier de tips i.v.m. het voorbijrijden van geparkeerde auto s (2.3). Nabij het kruispunt met de Mikhoeve en de Gelderstraat, begint het fietspad. Neem hier het eenrichtingsfietspad tot aan het verhoogde kruispunt. Daar hou je halt. 6.1 RECHTS AFSLAAN OP EEN T-KRUISPUNT Op dit T-kruispunt mondt de Albertstraat loodrecht uit op de Bouwelse Steenweg. Rechts afslaan doe je hier als volgt: - Bij het naderen van het T-kruispunt vertraag je. - Pas de voorrangsregels toe: kijk hiervoor naar de verkeersborden en wegmarkeringen. In dit geval een verkeersbord Voorrang verlenen en haaientanden op het wegdek van de Albertstraat. Je moet hier dus voorrang verlenen aan het verkeer op de Bouwelse Steenweg. - Steek je rechterarm uit om aan weggebruikers achter je duidelijk te maken dat je rechts wil afslaan. - Als de rijbaan vrij is, neem je een kleine bocht naar rechts. - Let op voetgangers die via het zebrapad wensen over te steken: zij hebben voorrang. 21

6.2 OPPASSEN VOOR IN- EN UITRITTEN Op de Bouwelse Steenweg hebben verschillende huizen een parkeerplaats aan de woning. De autobestuurders rijden achteruit van de parking en zien je dus niet altijd. Let goed op. Enkele punten waarop je kan letten: - Is er net iemand in de auto gestapt? - Brandt het witte licht dat wil zeggen dat de auto in achteruit staat? - Zie je iemand in de auto zitten? - Zie je de auto bewegen? - Hoor je de motor? OEFENING Laat de leerlingen opsommen waaraan je kunt zien of een auto misschien gaat vertrekken. Laat de leerlingen een eindje fietsen en vraag hen bij elke oprit goed te kijken of er geen auto staat die gaat vertrekken. Is dat niet het geval, dan moeten ze oké roepen en mogen ze verder fietsen. Komt een leerling aan een auto die aan een van de risicopunten voldoet, dan vertraagt hij, kijkt goed naar de auto en stopt zodra de auto de straat nadert. 22

7 KRUISPUNT BOUWELSE STEENWEG GELDERSTRAAT: LINKSAF Aan het kruispunt op de Bouwelse Steenweg sla je links af en fiets je de Gelderstraat in. Dat doe je in drie fasen: eerst dwars je de Mikhoeve op het doorlopend fietspad (info 7.1), dan gebruik je de fietsoversteekplaats (info 7.2) om de Bouwelse Steenweg over te steken en vervolgens keer je aan de andere kant van de Bouwelse Steenweg even terug om dan rechts de Gelderstraat in de rijden (info 7.3). In de Gelderstraat is geen fietspad. Fiets hier aan de rechterkant op de rijbaan. Laat de kinderen doorrijden tot aan het Vredesplein op je linkerkant. 23 7.1 DOORLOPEND FIETSPAD (INFO) Een doorlopend fietspad is een fietspad dat afgebakend is door twee evenwijdige onderbroken witte lijnen. Fietsers op dit fietspad hebben voorrang, ook op de auto s die van rechts komen! Een doorlopend fietspad tref je vaak aan op een kruispunt of op een rotonde. 7.2 FIETSOVERSTEEKPLAATS Een fietsoversteekplaats is een strook op de rijbaan waarlangs fietsers veilig kunnen oversteken. Een fietsoversteekplaats herken je aan het blauwe aanwijzingsbord Oversteekplaats voor fietsers en aan een strook afgebakend met witte vierkanten of parallellogrammen op de rijbaan. Fietsers die de oversteekplaats willen oprijden hebben nooit voorrang! Soms wordt dit met haaientanden op de rand van het fietspad en de rijbaan aangegeven. Komt er een auto aan terwijl je al aan het oversteken bent, dan moet die natuurlijk wel stoppen.

Hier is de fietsoversteekplaats uitsluitend aangeduid met de witte parallellogrammen aan beide zijden. Oversteken, doe je hier zo: - minder je snelheid bij het naderen van de fietsoversteekplaats; - steek even je linkerarm uit zodat de fietsers achter je op het fietspad weten welke richting je uit wil; - stop ter hoogte van de fietsoversteekplaats en plaats je aan de linkerkant op het fietspad. Zet hiervoor een voet op de grond; - kijk goed links en rechts; - als de rijbaan vrij is, steek je over tussen de witte blokken met beide handen aan het stuur. OPGELET - Het verschil met een zebrapad: bij een zebrapad heeft de voetganger die wil oversteken wel voorrang en moeten bestuurders stoppen wanneer ze een voetganger zien die wil oversteken, bij een fietsoversteekplaats niet! - Het verschil met een doorlopend fietspad: een doorlopend fietspad (info 7.1) is afgebakend met witte onderbroken smalle strepen en de fietser heeft hier voorrang, een fietsoversteekplaats is afgebakend met witte vierkanten/parallellogrammen en de fietser heeft geen voorrang. 24 Doorlopend fietspad Fietsoversteekplaats Laat de leerlingen vervolgens om de beurt oversteken via de fietsoversteekplaats waarbij ze luidop moeten zeggen wat ze doen.

7.3 RECHTS AFSLAAN Herhaal hier de techniek onder 5.1. Nog even dit: vergeet niet je rechterarm uit te steken vooraleer je rechts afslaat om duidelijk te maken wat je plan is. Kijk ook over je linkerschouder naar autobestuurders achter je die ook rechts willen afslaan. Je verlaat hier immers het fietspad en je moet terug een plaats innemen op de rijbaan in de Gelderstraat. 25 25

8 VREDESPLEIN NIJLENSE STEENWEG: LINKSAF Aan het einde van de Gelderstraat waar het Vredesplein begint, geef je infomomenten 8.1 en 8.2. Bekijk samen met de kinderen de verkeersborden die je hier opmerkt en bespreek hoe je hier links moet afslaan, de Nijlense Steenweg in richting centrum. Op de Nijlense Steenweg zijn er links en rechts eenrichtingsfietspaden. Fiets op het fietspad aan de rechterkant van de rijbaan. Vijftig meter verderop waar Van Reynegomlaan rechts uitmondt in de Nijlense Steenweg, hou je opnieuw halt. 8.1 VERKEERSBORDEN Vestig hier de aandacht op de verschillende soorten verkeersborden. Herhaal info 1.2 en gebruik daarbij ook de verkeersbordenfiche achteraan in de brochure. OEFENING Wat willen deze verkeersborden zeggen? Welke soort borden zijn dit (gebodsborden, aanwijzingsborden, )? Mogen we hier met de fiets links afslaan? 26 8.2 LINKS AFSLAAN MET VOORSORTEERSTROOK OP EEN DRUK T-KRUISPUNT (VOORRANG VERLENEN) Let bij het naderen van het T-kruispunt op de verkeersborden en de wegmarkeringen. De witte pijlen op het wegdek dienen als hulp bij het voorsorteren. De omgekeerde driehoek en de haaientanden betekenen dat bestuurders ook fietsers! voorrang moeten geven aan de auto s en fietsers op de Nijlense Steenweg. Links en rechts van de Nijlense Steenweg is er een fietspad. Je moet dus de rijbaan oversteken en het fietspad aan de rechterkant van de rijbaan nemen. Links afslaan naar dit eenrichtingsfietspad doe je zo: - Vertraag bij het naderen van het T-kruispunt. - Ter hoogte van het begin van het Vredesplein kijk over je linkerschouder om na te gaan of er geen achterliggers zijn. Zorg ervoor dat je goed rechts blijft rijden. - Steek je linkerarm uit als er geen verkeer nadert. - Wijk geleidelijk uit naar links en neem de linker voorsorteerstrook, de rijstrook met op het wegdek een witte pijl naar links (voorsorteren). Breng je linkerhand terug naar je stuur. - Rij aan de rechterkant binnen de linkerrijstrook. Wees alert voor autobestuurders die hun parkeerplaats verlaten op het Vredesplein! - Stop aan de haaientanden en plaats een voet op de grond om goed te kunnen kijken of er links en rechts geen voertuigen aankomen. 26

- Kijk aan het kruispunt ook links en rechts of de beide fietspaden op de Nijlense Steenweg vrij zijn. Ook fietsers op het fietspad hebben voorrang. - Kijk ook of er geen voetgangers op het zebrapad willen oversteken. Zij hebben voorrang. - Als zowel de rijbaan, het fietspad en het zebrapad op de Nijlense Steenweg vrij zijn, maak je een grote bocht naar links naar het fietspad. - Rij verder op het eenrichtingsfietspad aan de rechterkant van de rijbaan. OEFENING Vraag de leerlingen welke voorrangsregels hier gelden en hoe ze dat kunnen zien. Bespreek met hen de verschillende verkeersborden en wegmarkeringen. Laat hen vervolgens om de beurt het kruispunt naderen en oversteken, of laat hen zeggen wanneer het veilig is voor de klasgroep om over te steken. 27

9 HOEK NIJLENSE STEENWEG VAN REYNEGOMLAAN: RECHTSAF Om rechts af te slaan en de Van Reynegomlaan in te rijden, herhaal je de techniek onder 5.1 en 7.3. In de Van Reynegomlaan is er geen fietspad. Rij op de rijbaan aan de rechterkant. Let goed op in de buurt van de in- en uitritten aan de huizen aan je rechterkant. Herhaal eventueel oefening 6.2. De beplanting langsheen de rijbaan beperkt hier het zicht voor autobestuurders die de rijbaan op willen rijden. Let dus extra goed op. Laat de kinderen doorrijden tot waar de Van Reynegomlaan uitmondt in de Jodenstraat. 28

10 HOEK VAN REYNEGOMLAAN JODENSTRAAT: LINKSAF Na info- en oefenmoment 10.1, sla je links af en fiets je de Jodenstraat in. In de Jodenstraat fiets je aan de rechterkant op de rijbaan. Verderop in de Jodenstraat is er een asverschuiving in de rijbaan naar links. De kinderen blijven hier gewoon rechts de rijbaan volgen. Om veilig langs de geparkeerde auto s te fietsen, herhaal je de techniek onder (2.3). Laat de kinderen vervolgens doorrijden tot waar het Doornboompad rechts uitmondt in de Jodenstraat en laat hen halt houden bij het straatnaambordje. 10.1 LINKS AFSLAAN OP T-KRUISPUNT (VOORRANG VERLENEN) Het manoeuvre hier is een variante op 2.1 en 8.2. Links afslaan op dit T-kruispunt doe je als volgt: - Vertraag bij het naderen van het T-kruispunt. - Kijk over je linkerschouder om na te gaan of er geen achterliggers zijn. Zorg ervoor dat je goed rechts blijft rijden. - Steek je linkerarm uit als er geen verkeer nadert. - Neem je stuur opnieuw met beide handen vast en rij naar het midden van de rechter rijstrook als er geen verkeer achter je is of als de auto s achter je stoppen. - Wijk geleidelijk uit naar links tot in het midden van de rijbaan (voorsorteren). Breng je linkerhand terug naar je stuur. - Terwijl je het kruispunt nadert, bekijk je ook wie hier voorrang heeft. Kijk daarbij goed naar de verkeersborden en de wegmarkeringen en bekijk vanuit welke richtingen auto s en fietsers kunnen komen: - Het verkeersbord Voorrang verlenen en de haaientanden geven aan dat het verkeer in de Jodenstraat voorrang heeft. - Auto s en fietsers kunnen van rechts en links komen. - Steek je linkerarm uit om aan te geven dat je links wil afslaan. - Kijk links en rechts of er geen verkeer aankomt. - Als het veilig is, sla je met beide handen aan het stuur met een zo groot mogelijke bocht links af, fiets verder langs de rechterkant van de rijbaan. 29 OPGELET De voetgangers op het zebrapad hebben voorrang.

OEFENING Vraag de leerlingen welke voorrangsregels hier gelden en hoe ze dat kunnen zien. Bespreek met hen de verschillende verkeersborden en wegmarkeringen. Laat hen vervolgens om de beurt het kruispunt naderen en oversteken of laat hen zeggen wanneer het veilig is voor de klasgroep om over te steken. 30 30

11 JODENSTRAAT DOORNBOOMPAD: RECHTSAF Het Doornboompad is een zeer smal eenrichtingsstraatje waar fietsers en bromfietsen in twee richtingen mogen rijden. Als fietser moet je rekening houden met de fietsers in de tegengestelde richting, daarom rij je achter mekaar wanneer er tegenliggers zijn. Volg het Doornboompad, waar het pad breder is en in twee richtingen kan gereden worden, hou je halt. Geef hier info- en oefenmoment 11.1. Verderop passeer je enkele zijstraten aan je rechterkant. Rij telkens rechtdoor. Breng hier de voorrangaan-rechtsregel in herinnering (herhaal 4.2). Laat de kinderen vervolgens doorrijden tot waar het Doornboompad uitmondt in de drukke Langstraat. Daar hou je halt. 11.1 KRUISPUNT OVERSTEKEN VOORRANG AAN RECHTS Herhaal hier de techniek om een kruispunt zonder verkeerslichten over te steken (3.1). Op dit kruispunt geldt de voorrang-aan-rechtsregel: - Er zijn geen verkeersborden en er is een wit kruis op de rijweg gemarkeerd (4.2). - Automobilisten en fietsers kunnen zowel van links als van rechts, als vanuit de tegenrichting komen. - Ook hier moet je voorrang verlenen aan de voetgangers op het zebrapad. 31

11.2 VOORRANG AAN RECHTS VERLENEN HERHALING Een honderdtal meter verderop passeer je een paar kleinere zijstraten aan je rechterkant: Luttelvelden en Lochtstraat. Er zijn hier geen verkeersborden, soms is er een wit kruis op de rijweg gemarkeerd. Oefen hier verder de voorrang-aan-rechtsregel (4.2). 32

12 HOEK DOORNBOOMPAD LANGSTRAAT: LINKSAF Geef eerst info- en oefenmoment 12.1. De Langstraat is een drukke weg. In de Langstraat rij je aan de rechterkant van de rijbaan op het tweerichtingsfietspad. Hou hier rekening met fietsers in de tegenovergestelde richting en rij tijdig achter mekaar. Laat de kinderen verder fietsen tot waar de Langstraat uitmondt in de Itegemse Steenweg. In de buurt van het plantsoentje voor de splitsing laat je de kinderen stoppen en hun fiets even aan de kant zetten. 33 12.1 LINKS AFSLAAN OP DRUK T-KRUISPUNT NAAR EEN FIETSPAD Om op dit T-kruispunt links af te slaan, herhaal je de techniek onder 10.1. Omdat Doornboompad een rustige straat is, kan de fietser hier veilig voorsorteren. Voor het achterliggend verkeer is het zo duidelijk dat de fietser links wil afslaan. ALTERNATIEF Kinderen die de techniek om links af te slaan nog niet goed beheersen, raden we aan om met de fiets aan de hand de Langstraat over te steken via het zebrapad enkele meters verderop aan de rechterkant van het kruispunt. In dit geval blijf je in het Doornboompad aan de rechterkant op de rijbaan fietsen tot aan het kruispunt. Je sorteert dus niet voor. Ter hoogte van de haaientanden stap je van je fiets en ga je met je fiets aan de hand verder op het voetpad tot aan het zebrapad.

Oversteken op het zebrapad doe je zo: - stoppen aan de stoeprand, - eerst links kijken, - dan rechts (om een algemeen beeld van de straat te krijgen), - terug links (om zeker te zijn dat die richting wel veilig is), - weer naar rechts (om zeker te zijn dat ook deze richting veilig is), - oversteken terwijl je naar links kijkt, - voor het midden van de rijbaan naar rechts kijken, - goed doorstappen, niet treuzelen. - Kijk goed uit voor je het tweerichtingsfietspad opgaat! De zebrastrepen zijn niet doorgetrokken over het fietspad. Je hebt hier dus als voetganger geen voorrang. - Als het fietspad vrij is, stap je terug op je fiets en fiets je verder aan de rechterkant van de rijbaan op het fietspad. 34

13 HOEK LANGSTRAAT ITEGEMSE STEENWEG: LINKSAF Vanuit de Langstraat de Itegemse Steenweg inrijden, is een gevaarlijk manoeuvre. De Itegemse Steenweg is een drukke baan. Bovendien komen er vanuit de Uilenberg veel auto s de Itegemse Steenweg opgereden in de richting van het centrum. En zijn er veel auto s die vanuit de Langstraat rechtsaf slaan richting Itegem. De kinderen moeten hier alert gemaakt worden op verschillende gevaren. Om hier links af te slaan, gebruik je best de fietsoversteekplaats. Geef eerst info- en oefenmoment 13.1. Na het oversteken van de Itegemse Steenweg neem je het fietspad aan de rechterkant van de rijbaan. 150 meter verderop laat je de kinderen halt houden bij de bushalte van De Lijn aan je rechterkant. Geef hier info- en oefenmoment 13.2. Laat de kinderen vervolgens doorrijden tot waar de Sint-Gummarusstraat aan de linkerkant uitmondt in de Itegemse Steenweg. 13.1 LINKS AFSLAAN VIA DE FIETSOVERSTEEKPLAATS Herhaal hier de basistechniek voor het gebruik van een fietsoversteekplaats (7.2). Analyseer grondig dit kruispunt met de kinderen en oefen het oversteken hier meermaals in. Enkele tips in deze specifieke situatie: Oogcontact is hier zeer belangrijk met de bestuurders die vanuit de Uilenberg rechts afslaan centrum inwaarts én met de bestuurders die vanuit de Langstraat links afslaan. Bij twijfel laat je de kinderen wachten tot de rijbaan volledig vrij is alvorens over te steken langs de fietsoversteekplaats. Op de Itegemse Steenweg zijn er fietspaden aan beide kanten van de rijbaan. Bij het oversteken via de fietsoversteekplaats kijk je dus goed of de fietspaden in de beide richtingen vrij zijn. Hinder ook de fietsers niet die links vanuit het centrum komen. 35 13.2 BUSHALTE LANGSTRAAT : OPLETTEN VOOR IN- EN UITSTAPPENDE REIZIGERS In de buurt van een bushalte kan je als fietser best voorzichtig zijn voor in- en uitstappende busreizigers. Als je mensen ziet wachten aan de halte, vertraag dan best. Doe dit ook wanneer een lijnbus links of rechts van je op zijn halteplaats stopt. Als fietser heb je op het fietspad wel voorrang. Gebruik je fietsbel wanneer voetgangers de doorgang op het fietspad belemmeren.

OEFENING Stel volgende vragen aan de kinderen: Welke informatie vind je terug op de haltepaal? - De naam van de halte: Langstraat. - Informatie over de buslijnen die hier voorbijkomen, in dit geval buslijnen 511, 513 en 943. Waar kan je de dienstregeling en het traject van de bussen nog terugvinden? - Op www.delijn.be. - Je kan voor deze informatie ook in het gemeentehuis terecht. Leer de kinderen ook dat het belangrijk is om goed uit te kijken wanneer je als busreiziger in of uit een bus stapt. Komt er geen verkeer aan? Hinder je geen andere voetgangers of fietsers? Pas wanneer het veilig is, stap je in of uit de bus. 36

14 HOEK ITEGEMSE STEENWEG SINT-GUMMARUSSTRAAT: LINKSAF Links afslaan en de Sint-Gummarusstraat inrijden, kan je hier op twee manieren doen: al fietsend of met de fiets aan de hand. Onder 14.1 worden beide technieken uitgelegd. In de Sint-Gummarusstraat is er geen fietspad. Fiets dus aan de rechterkant op de rijbaan. Enkele meters verderop passeer je de parkinguitrit van de Delhaize. Maak de kinderen hier alert voor bestuurders die onverwacht de rijbaan op kunnen rijden (14.2). Verderop passeer je aan je rechterkant een zijstraat. Herhaal hier de voorrang-aan-rechtsregel (4.2). Laat de kinderen daarna doorrijden tot waar de Sint-Gummarusstraat uitmondt in de Schoetersstraat. 14.1 LINKS AFSLAAN OP T-KRUISPUNT Vanop het fietspad in de drukke Itegemse Steenweg links afslaan en de Sint-Gummarusstraat inrijden, doe je zo: - Rij op het fietspad aan de rechterkant van de rijbaan tot net voorbij de kruising met Sint-Gummarusstraat aan je linkerkant. - Steek je linkerarm uit om aan te geven dat je links wil afslaan. Achterop rijdende fietsers weten zo dat je misschien gaat stoppen. - Stop aan de rand van het fietspad. - Kijk goed links achter je en rechts voor je in de Itegemse Steenweg of er bestuurders aankomen, zij hebben voorrang. - Kijk ook naar het verkeer dat uit de Sint-Gummarusstraat komt en zoek oogcontact. Je hebt als fietser voorrang op de bestuurders die uit de St-Gummarusstraat komen en naar links willen, maar wees op je hoede. - Als de rijbaan volledig vrij is, steek je al fietsend over. - In de Sint-Gummarusstraat fiets je op de rijbaan aan de rechterkant verder. 37 OPGELET Steek de Itegemse Steenweg recht over ter hoogte van de rechterkant van Sint-Gummarusstraat, niet schuin. OEFENING Vraag de leerlingen hardop te zeggen wat ze zien en doen. Zo krijg je zicht op het leerproces dat zich bij hen afspeelt. De kinderen zijn op die manier ook verplicht om de techniek te verwoorden.

ALTERNATIEF Als de kinderen de techniek om links af te slaan nog niet voldoende beheersen, of als het heel druk is, raden we aan om de Itegemse Steenweg over te steken met de fiets aan de hand via het zebrapad enkele meters verderop aan de rechterkant van de kruising met de Sint-Gummarusstraat (12.1). Let op: de strepen van het zebrapad zijn niet doorgetrokken over het fietspad. Je hebt dus als voetganger geen voorrang op de fietsers die op het fietspad rijden! 38 14.2 IN- EN UITRIT VAN EEN PARKING VOORBIJRIJDEN In de Sint-Gummarusstraat passeer je aan je rechterkant de in- en uitrit van de parking van een supermarkt. Autobestuurders die een parking in- en uitrijden, moeten altijd voorrang aan je geven. Het kan echter zijn dat ze je niet tijdig zien. Pas je snelheid aan en let erop dat ze je duidelijk zien. Probeer oogcontact te maken met de bestuurder. OEFENING Fiets een paar keer voorbij de parking. Zorg ervoor dat de kinderen trager fietsen en oogcontact maken met de bestuurder.

15 HOEK SINT-GUMMARUSSTRAAT SCHOETERSSTRAAT: RECHTSAF Hier herhaal je de techniek om rechts af te slaan (6.1). De verkeersituatie is in dit geval lichtjes anders omdat hier de voorrang-aan-rechtsregel van toepassing is (4.2). Het wit gemarkeerde kruis op de rijweg benadrukt dat. Als fietser heb je dus voorrang op de autobestuurders en fietsers die van links uit de Schoetersstraat komen. Wees echter op je hoede en zoek oogcontact met de bestuurders vooraleer je rechts afslaat! Denk er ook aan om de voetgangers die willen oversteken op het zebrapad voorrang te geven, ook wanneer ze van links komen! De voorrang-aan-rechtsregel is niet van toepassing op voetgangers op een zebrapad. 39 Aan het eerstvolgende kruispunt van Schoetersstraat met de Zusterstraat laat je de kinderen halt houden. VARIANT A: LANGS DE SCHOETERSSTRAAT TERUG NAAR HET STARTPUNT VOLGENDE P. 40 VARIANT B: LANGS DE MAASWEG TERUG NAAR HET STARTPUNT VANAF P. 42.

16 A KRUISPUNT SCHOETERSSTRAAT ZUSTERSTRAAT: OVERSTEKEN Na de herhalingsoefening om een kruispunt zonder verkeerslichten over te steken (16.1), fiets je de Schoetersstraat in. Er is hier geen fietspad. Rij op de rijbaan aan de rechterkant. In het gedeelte van de Schoetersstraat tussen de Zusterstraat en de Vonckstraat is beperkte eenrichting van toepassing: auto s kunnen alleen in de richting van de Vonckstraat rijden, fietsers en bromfietsers kunnen in de beide richtingen rijden. Breng de betekenis van het verkeersbord Beperkte eenrichtingsverkeer even terug onder de aandacht van de kinderen (2.2). In de buurt van de schoolpoort kan het zeer druk zijn: overstekende kinderen, geparkeerde auto s, vooral s ochtends en s avonds. Herhaal de oefening Fietsen langs geparkeerde auto s (2.3). Omdat ook hier beurtelings parkeren van toepassing is, is het aan te raden om op verschillende tijdstippen (eerste helft en tweede helft van de maand) en in de beide richtingen te oefenen: mee met het autoverkeer richting Vonckstraat én in de tegenrichting naar de Zusterstraat. Op de hoek van de Schoetersstraat en de Vonckstraat laat je de kinderen even halt houden. 16.1 HERHALING KRUISPUNT OVERSTEKEN VOORRANG AAN RECHTS Herhaal hier de techniek om een kruispunt zonder verkeerslichten over te steken (3.1 en 11.1). Op dit kruispunt geldt de voorrang-aan-rechtsregel: - Er zijn geen verkeersborden en er is een wit kruis op de rijweg gemarkeerd (4.2). - Automobilisten en fietsers kunnen zowel van links als van rechts komen. - Vanuit de tegenrichting kunnen er enkel fietsers en bromfietsers komen. - Ook hier moet je voorrang verlenen aan de voetgangers op het zebrapad. 40

17 A HOEK SCHOETERSSTRAAT VONCKSTRAAT: RECHTSAF Rechts afslaan op dit T-kruispunt doe je volgens de techniek ingeoefend onder 6.1. In de Vonckstraat is er geen fietspad en rij je op de rijbaan aan de rechterkant. Na 40 meter ben je terug aan het startpunt van de VERO. 41

16 B KRUISPUNT SCHOETERSSTRAAT ZUSTERSTRAAT: RECHTSAF Hier herhaal je de techniek om rechts af te slaan op een T-kruispunt (6.1 en 15.1). Het verschil tussen een gewoon kruispunt en een T-kruispunt is, dat je bij dit kruispunt ook moet kijken naar het tegenliggend verkeer dat uit de Schoetersstraat kan komen. In dit geval gaat het enkel om fietsers en bromfietsen. De regel zegt dat je voorrang hebt, maar maak toch best oogcontact met de fietsers en bromfietsers die uit de tegenliggende richting komen. Laat de kinderen vervolgens verder rijden tot waar de Maasweg aan je linkerkant uitmondt in de Liefkenshoek. 42

17 B HOEK LIEFKENSHOEK MAASWEG: LINKSAF Aan dit T-kruispunt herhaal je de techniek om links af te slaan op een T-kruispunt (2.1). Aan het begin van de Maasweg stop je even met de kinderen bij het verkeersbord Fietsstraat. Vraag hen wat het verbodsbord precies betekent, in welke richting auto s hier mogen rijden en in welke richting fietsers mogen rijden. De auto s rijden hier in tegengestelde richting. Kijk dus uit voor het tegenliggend verkeer en ga tijdig opzij om doorgang te verlenen. Aan het einde van de Maasweg ben je terug aangekomen aan de start van de VERO. 17.1 FIETSSTRAAT: INFO Een fietsstraat is een straat op maat van fietsers. Auto s zijn er wel toegelaten maar fietsers hebben voorrang op het gemotoriseerd verkeer. - Fietsers mogen de hele breedte van de rijweg innemen (in het geval van eenrichtingsverkeer) of de helft van de rijbaan langs de rechterzijde ingeval van tweerichtingsverkeer. - Gemotoriseerde voertuigen mogen fietsers niet inhalen. - Auto s mogen ook niet sneller rijden dan 30 km per uur in een fietsstraat. - Het begin en het einde van een fietsstraat wordt aangeduid met blauwe aanwijzingsborden (foto s verkeersborden begin en einde fietsstraat F111 en F113) en een logo op het wegdek. - Alhoewel niet verplicht, verkiezen de meeste gemeenten rood gekleurd asfalt voor fietspaden. Fietsstraten vinden we in straten waar veel gefietst wordt en waar eerder weinig autoverkeer doorkomt; bv. in woonwijken, schoolbuurten,... 43 43

18 AANKOMST AAN JE SCHOOL JE FIETS VEILIG STALLEN Terug aangekomen aan je school kan je ter afsluiting volgende tips geven rond je fiets veilig stallen en een bijhorende oefening inlassen. Kinderen kunnen deze oefening ook thuis doen. 18.1 TIPS OM JE FIETS VEILIG TE STALLEN: - Stal je fiets bij voorkeur in een fietsenstalling. - Stal je fiets nooit op een plaats waar dat verboden is of waar het een gevaarlijke hindernis vormt voor voetgangers of eventuele andere fietsers. - Zorg ervoor dat je een goed en veilig slot hebt. - Stal je fiets steeds slotvast en maak hem vast aan een vast voorwerp, ook al is het maar voor heel even. - Neem waardevolle voorwerpen (zoals fietshelm of boekentas) van de fiets of uit de fietszakken. - Laat je fiets registreren bij de politie/gemeente. - Wordt je fiets toch gestolen, doe dan zo snel mogelijk aangifte bij de politie. OEFENING De leerlingen moeten bij het startsein zo snel mogelijk hun fiets wegzetten, op slot doen en weer bij de leerkracht komen staan. Vervolgens kijken ze wie zijn fiets correct gestald heeft, wie zijn fiets hinderlijk geplaatst heeft en wie zijn fiets niet goed heeft vastgemaakt. 44

6 VERKEERSBORDENFICHE GEVAARSBORDEN Gevaarlijke bocht. Bocht naar links. Verhoogde inrichting. Plaats waar veel kinderen komen. VOORRANGSBORDEN Voorrang verlenen. Kruispunt waar de algemene regel, voorrang van rechts, geldt. Stoppen en voorrang verlenen. Voorrang op het volgende kruispunt. Fietsers mogen het driekleurige verkeerslicht voorbij rijden in de richting van de pijl. 45 VERBODSBORDEN Verboden richting voor ieder bestuurder. Verboden toegang voor bestuurders van rijwielen. Het onderbord betekent dat dit verbod niet geldt voor fietsers. Verboden toegang, in beide richtingen, voor iedere bestuurder. Verboden toegang voor voetgangers. Verboden om aan het volgende kruispunt af te slaan in de richting van de pijl.

GEBODSBORDEN Verplicht de door de pijl aangeduide richting te volgen. Verplicht rondgaand verkeer. Deel van de openbare weg voorbehouden voor het verkeer van voetgangers, van fietsen en van tweewielige bromfietsen klasse A. Deel van de openbare weg voorbehouden voor het verkeer van voetgangers en fietsers. Verplicht fietspad. AANWIJZINGSBORDEN Oversteekplaats voor voetgangers. 46 Schoolomgeving : zone van een of meer openbare wegen of gedeelten ervan, waarin de toegang tot een school is inbegrepen en waar maximum 30 km/uur geldt. Oversteekplaats voor fietsers. Bestaande aanduiding begin en einde bebouwde kom. Einde van een bebouwde kom. Dit verkeersbord wordt rechts geplaatst op elke uitvalsweg van een bebouwde kom; het mag links herhaald worden. Opstelvak voor fietsers en bestuurders van tweewielige bromfietsen. Doodlopende straat maar fietsers en voetgangers kunnen wel door. Wegwijzer. De afstand in km kan op de wegwijzer aangeduid zijn. Fietsstraat, de fietser heeft absolute voorrang op gemotoriseerde voertuigen. Eénrichtingsverkeer. Dit onderbord geeft aan dat fietsers wel mogen in beide richtingen rijden. Onder/bovengrondse oversteekplaats voor voetgangers.

7 WAT BETEKENT... Bebouwde kom Een gebied met bebouwing dat men aankondigt met de verkeersborden F1 en F3 (www.wegcode.be). In de bebouwde kom mag je maximum 50 km/uur rijden. Bestuurder Al wie een voertuig bestuurt of trek-, last- en rijdieren of vee geleidt of bewaakt, ook fietsers. Bestuurders van voortbewegingstoestellen (skaters, steppers, skeelers, rolstoelpatiënten, rollators ) moeten de regels die van toepassing zijn op fietsers volgen als ze zich sneller voortbewegen dan stapvoets. Zij zijn dus ook bestuurders. Doodlopende straat Doodlopende weg, uitgezonderd voor voetgangers en fietsers. Het aanwijzingsbord moet voetgangers en fietsers duidelijk maken dat een doodlopende weg voor hen doorlopend is. Doorlopend fietspad Een fietspad afgebakend door twee evenwijdige onderbroken witte lijnen. Fietsers op dit fietspad hebben voorrang, ook op de auto s die van rechts komen. Doorlopend voetpad of trottoir Een voetpad dat over de rijbaan loopt. Fietsopstelvak De zone, al dan niet aansluitend op een fietspad, afgebakend door twee stopstrepen met een wit fietssymbool, duidt de plaats aan waar fietsers zich moeten opstellen als het verkeerslicht op rood staat. Fietspad Het deel van de openbare weg voorbehouden voor het verkeer van fietsen en tweewielige bromfietsen klasse A, door verkeersborden of door wegmarkeringen. 47 Geparkeerd voertuig Een voertuig dat langer stilstaat dan nodig is om in of uit te stappen of om te laden of te lossen. Kruispunt De plaats waar twee of meer openbare wegen samenkomen. Manoeuvre Een zijdelingse verplaatsing of verandering van richting. Overweg De kruising van een openbare weg door een of meer aangelegde sporen buiten de rijbaan. Rijbaan Het deel van de openbare weg ingericht voor het voertuigenverkeer. Verkeersplateau Een verhoging op de rijbaan die dient om de snelheid te matigen. Voertuig Elk middel van vervoer te land. Voetpad Het deel van de openbare weg dat voor voetgangers is voorbehouden. Weggebruiker Elke persoon die gebruikmaakt van de openbare weg. Zebrapad Een oversteekplaats voor voetgangers. Zone 30 Een zone afgebakend door verkeersborden F4a en F4b. Binnen een zone 30 mag je maximum 30 km/uur rijden. Zachte weggebruiker Een voetganger of fietser. OPGELET: Een gebruiker van een voortbewegingstoestel (skateboard, skeelers, step, rolstoel, rollator...) wordt beschouwd als een voetganger als hij zich niet sneller voortbeweegt dan stapvoets. Hij is een fietser als hij zich wel sneller dan stapvoets voortbeweegt en wordt dan ook geacht op het fietspad te rijden.

COLOFON Redactie Sabine Verstraeten, Mobiel 21 vzw Ilse Vleugels, Mobiel 21 vzw Foto s Ilse Vleugels, Mobiel 21 vzw Nadine Maes, Mobiel 21 vzw Kaarten Nadine Maes, Mobiel 21 vzw Lay-out Nadine Maes, Mobiel 21 vzw Met dank aan de basisscholen t Klavertje, De Luchtballon en Klim-op Politiezone Neteland. ISBN 9789491511356 D/2017/6695/05 Datum December 2017 Verantwoordelijke uitgever Elke Bossaert, Mobiel 21 vzw Mobiel 21 realiseerde deze brochure op vraag van gemeente Herenthout. 48 Mobiel 21 vzw Vital Decosterstraat 67 A / 0101 3000 LEUVEN Tel. +32 (0)16 23 94 65 info@mobiel21.be www.mobiel21.be Met de financiële steun van Provincie Antwerpen. Alle rechten voorbehouden. Behoudens de uitdrukkelijk bij wet bepaalde uitzonderingen mag niets van deze uitgave worden verveelvoudigd, vertaald of aangepast, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt, door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze dan ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Mobiel 21 vzw 2017