overeenkomstig art.18 Gemeentedecreet), Karina Smets, René Wouters, Marina Clé, Rist Heylen,

Vergelijkbare documenten
Belasting op de ophaling en verwerking van afval - diftar huis-aan-huis

Belasting op de ophaling en verwerking van afval - diftar huis-aan-huis

Belasting op ophalen en verwerken afval - diftar huis-aan-huis aanslagjaren 2010, 2011 en 2012 goedgekeurd door de gemeenteraad op 14 december 2009

BELASTINGSREGLEMENT OPHALING EN VERWERKING HUISVUIL EN GFT-AFVAL

Diftar. Belasting op ophaling en verwerking van huisvuil en GFT-afval - vanaf 01 januari 2009 tot en met De in openbare vergadering zetelende

GEMEENTERAAD 4 JUNI 2013 BELASTING VOOR HET INZAMELEN EN VERWERKEN VAN HUISHOUDELIJKE AFVALSTOFFEN VIA HET DIFTARSYSTEEM

BELASTING OP HET AAN HUIS OPHALEN EN VERWERKEN VAN AFVAL GEMEENTERAAD 7 NOVEMBER 2016

GEMEENTERAAD 28 MAART 2017 BELASTINGREGLEMENT VOOR HET INZAMELEN EN VERWERKEN VAN AFVALSTOFFEN VIA HET DIFTARSYSTEEM

Belastingreglement op motoren

GEMEENTE GRIMBERGEN. UITTREKSEL UIT HET NOTULENBOEK VAN DE GEMEENTERAAD ZITTING VAN 20 DECEMBER 2007

Belasting op drijfkracht van motoren,

Belasting op drijfkracht Artikel 1: Er wordt ten behoeve van de gemeente voor de periode met ingang van 1 januari 2013 en eindigend op 31

8. BELASTING OP DRIJFKRACHT

Gemeente 2330 Merksplas Arrondissement Turnhout Provincie Antwerpen

STADSBESTUUR TIELT WEST-VLAANDEREN. Belasting op drijfkracht

GOEDGEKEURD Besluit Zitting van 10 december 2018 FINANCIËN _GR_00167 Belasting op ophaling en verwerking van afval

dienst financiën R E G L E M E N T BELASTING OP DE DRIJFKRACHT Gemeenteraad van

GOEDGEKEURD Besluit Zitting van 7 maart 2016 FINANCIËN

Openbaar onderzoek Dit reglement zal worden afgekondigd en bekendgemaakt volgens de bepalingen van artikel 186 en 187 van het gemeentedecreet.

Bekendmaking volgens art. 286, 287 en 288 van het decreet lokaal bestuur.

DRIJFKRACHT DER MOTOREN Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op de geldende begrotingsonderrichtingen terzake;

Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie - en gemeentebelastingen,

ONDERWERP: Algemeen reglement inzake al de gemeentelijke belastingen. Aanpassing vanaf DE GEMEENTERAAD,

GEMEENTE KAMPENHOUT PROVINCIE VLAAMS-BRABANT

Contantbelastingreglement vastgesteld door de gemeenteraad op 16 december 2013

dienst financiën: Gemeentelijk belastingsreglement inzake de activeringsheffing op onbebouwde percelen en kavels ( )

Belasting op onbebouwde percelen

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD. Zitting van 30 maart 2015

BELASTING OP DE MOTOREN

Belasting op het gebruik van motoren voor de periode

Belasting op vaste reclameinrichtingen. aanplakborden voor publieksdoeleinden

BELASTINGREGLEMENT AANGAANDE DE DRIJFKRACHT VAN MOTOREN

dienst financiën: Gemeentebelastingen - Algemene gemeentebelasting juridisch kader

VERGADERING VAN ZES APRIL TWEEDUIZEND EN NEGEN Verhaegen Mark.: voorzitter-burgemeester; Ooms Maurice, Daems Geert, Leflot Anja, Wauters

Reglement. Gemeentebelasting op de vestiging van nietcommerciële. Vastgesteld door de gemeenteraad op 22 oktober 2015

Reglement: algemene gemeentelijke heffing voor bedrijven

Home / Bestuur / Belastingen en retributies / Belastingen Belasting op de drijfkracht van motoren

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD

DE GEMEENTERAAD, BESLUIT:

GEMEENTELIJK REGLEMENT INZAKE DE ACTIVERINGSHEFFING OP ONBEBOUWDE GRONDEN EN KAVELS VOOR DE PERIODE

GEMEENTERAAD VAN 12 APRIL 2007

Ontwerpbesluit Zitting van 18 december 2017 ONDERSTEUNING

Algemeen reglement betreffende de vestiging en de invordering van gemeentebelastingen. Datum van de beraadslaging van de gemeenteraad: 26 juni 2014

11. BELASTING OP ONBEBOUWDE BOUWGRONDEN IN WOONGEBIED EN OP ONBEBOUWDE KAVELS (ACTIVERINGSHEFFING)

dienst financiën R E G L E M E N T

VERGADERING VAN TWEEËNTWINTIG DECEMBER TWEEDUIZEND EN TIEN Aanwezig:

Samenvatting De gemeenteraad van de stad Turnhout hecht zijn goedkeuring aan het belastingreglement op drijfkracht.

VERGADERING DINSDAG ACHTTIEN DECEMBER TWEEDUIZEND EN TWAALF. Aanwezig : Geert Daems: burgemeester-voorzitter; Anja Leflot, Jef Wauters: schepenen;

De raad. Gelet op het gemeentedecreet;

Goedkeuring aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting voor het dienstjaar 2009

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD

GEMEENTERAAD - ONTWERPBESLUIT

Provincie Arrondissement Gemeente Oost-Vlaanderen Dendermonde Buggenhout

Gelet op de nieuwe gemeentewet, meer bepaald artikel 117, alinea 1 en artikel 118, alinea 1 ;

BELASTING OP LEEGSTAND EN VERWAARLOZING VAN BEDRIJFSRUIMTEN

GEMEENTE GRIMBERGEN. Y UITTREKSEL UIT HET NOTULENBOEK VAN DE GEMEENTERAAD ZITTING VAN 18 DECEMBER 2008

Besluit Zitting van 30 november 2015

S T A D M E C H E L E N

AGENDAPUNT VAN DE GEMEENTERAAD VAN HAMME IN ZITTING VAN 22/02/2017 Referentienummer agendapunt: GR/2017/012

BELASTINGREGLEMENT AANGAANDE DE INNAME VAN OPENBAAR DOMEIN

GECOÖRDINEERDE VERSIE.

De gemeenteraad besliste op 31 maart 2014 het belastingreglement op het ophalen en verwerken van restafval en gft goed te keuren.

AGENDAPUNT VAN DE GEMEENTERAAD VAN HAMME IN ZITTING VAN 22/02/2017 Referentienummer agendapunt: GR/2017/011

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD ZITTING VAN 17/12/2013

Goedkeuring reglement heffing op leegstand van woningen en gebouwen voor het aanslagjaar 2017

Overwegende dat dit Uitvoeringsplan het algemeen kader vormt voor de selectieve inzameling van diverse fracties,

Uittreksel uit de notulen van de Gemeenteraad van de stad Kortrijk Zitting van 18/11/2013 Type behandeling: openbaar

Momenteel is er in Turnhout een volume DIFTAR-systeem. Inwoners betalen per restafvalzak en per aangeboden gft-container (scheurbandjes systeem).

Voor de aanslagjaren 2015 tot en met 2019 wordt een jaarlijkse belasting geheven op de inname van de openbare weg door:

VERGADERING VAN VIJF SEPTEMBER NEGENTIENHONDERD EN ELF

Aangifte aanslagjaar 2016 (toestand van t/m )

Uittreksel uit de notulen van de gemeenteraad Zitting van 16 december 2015

UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD

De werken worden uitgevoerd, hetzij door de stadsdiensten, hetzij door een openbare of private onderneming, op last van het stadsbestuur.

01. Goedkeuring verslag vorige vergadering De gemeenteraad van Vorselaar, Keurt eenparig het verslag van de raadszitting van 7 november 2016 goed.

De belasting bedraagt minimum 75,00 EUR en maximum ,00 EUR per belastingplichtige ongeacht het belastbaar vermogen.

Uittreksel uit de notulen van de GEMEENTERAAD van 22 december 2014

AANGIFTEFORMULIER. Verspreiding niet-geadresseerde reclamedrukwerk of gelijkgestelde producten.

UITTREKSEL UIT HET REGISTER VAN DE BERAADSLAGINGEN VAN DE GEMEENTERAAD.

Belastingsreglement op het indienen of melden van omgevingsvergunningen en andere ruimtelijke attesten of vergunningen

UITTREKSEL UIT HET NOTULENBOEK VAN DE GEMEENTERAAD

UITTREKSEL UIT HET REGISTER VAN DE BERAADSLAGINGEN VAN DE GEMEENTERAAD VAN DE STAD TIENEN OPENBARE ZITTING

2. Beveiligde zending: één van de hiernavolgende betekeningswijzen: a) een aangetekend schrijven; b) een afgifte tegen ontvangstbewijs.

Taksreglement betreffende het gebruik van een woonplaats door een bewoner die niet in de bevolkingsregisters is ingeschreven.

GEMEENTEBESTUUR WACHTEBEKE Dorp 61 Provincie Oost-Vlaanderen UITTREKSEL UIT DE NOTULEN VAN DE GEMEENTERAAD VAN DE GEMEENTE WACHTEBEKE

Financiën - Goedkeuren van het reglement vermindering op de algemene gemeentebelasting voor gezinnen

GEMEENTERAADSZITTING. 15 december 2015

De werken worden uitgevoerd, hetzij door de stadsdiensten, hetzij door een openbare of private onderneming, op last van het stadsbestuur.

2 beveiligde zending: een van de hiernavolgende betekeningwijzen, hetzij een aangetekend schrijven, hetzij een afgifte tegen ontvangstbewijs

Belasting op leegstaande gebouwen en woningen voor de periode

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 7 november 2016 (Gemeenteblad 2016, nr. XXX);

Titel. Inhoudstafel Tekst Begin

Gemeenteraad - 19/03/2018. ruimtelijke ordening - Inès Van Hove

De belasting bedraagt minimum 75,00 EUR en maximum ,00 EUR per belastingplichtige ongeacht het belastbaar vermogen.

GEMEENTERAAD VAN 18 NOVEMBER 2013

UITTREKSEL UIT HET REGISTER VAN DE BERAADSLAGINGEN VAN DE GEMEENTERAAD.

Voor de aanslagjaren 2015 tot en met 2019 wordt een jaarlijkse belasting geheven op de vestigingen.

BELASTING VOOR PANDEN OPGENOMEN IN HET LEEGSTANDSREGISTER (goedgekeurd in zitting van de gemeenteraad van 13 december 2013)

GemeentebestuurAARTSELAAR

Retributiereglement betreffende de inzameling van huishoudelijk afval aanslagjaar 2015

Transcriptie:

VERSLAG VAN DONDERDAG TWEEENTWINTIG DECEMBER TWEEDUIZEND EN ELF. Aanwezig: Geert Daems, burgemeester-voorzitter; Maurice Ooms, Anja Leflot, Jef Wauters, Hilde Van Looy, schepenen; Jef Van Bael, OCMW voorzitter / schepen Jules Scheerens, Louis Van Den Broek, Rigo Huyskens, Jos Voet, Sabine Indekeu, Geert Vleugels, Gunther Vleugels, Gust Van den Bruel (bijgestaan door Meurrens Mark, vertrouwenspersoon overeenkomstig art.18 Gemeentedecreet), Karina Smets, René Wouters, Marina Clé, Rist Heylen, Ann Peeters, Liesbeth Piot, raadsleden; Rob Goris, secretaris; Verontschuldigd: Mark Verhaegen, Stijn Cools, raadsleden. Vanaf punt A 2 vervoegt raadslid Geert Vleugels de vergadering. Vanaf punt A 2 vervoegt raadslid Ann Peeters de vergadering. Vanaf punt A 60 verlaat raadslid Jef Wauters de vergadering. Vanaf punt A 61 vervoegt raadslid Jef Wauters de vergadering. Vanaf punt A 61 verlaat raadslid René Wouters de vergadering. Na punt A 61 vervoegt raadslid René Wouters de vergadering. De vergadering wordt geopend om 20u30 uur. OPENBARE ZITTING A 1. BESLISSING: Gratis grondverwerving te Hulshout, Hulshout-veld, afdeling I, sectie D, deel van nummer 305/L. Definitieve beslissing. Gelet op de nieuwe gemeentewet; Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op de principiële gemeenteraadsbeslissing d.d.07.07.1998 houdende gratis grondverwerving in verkavelingen; Gelet op de verkavelingsvergunning d.d. 25.10.2010, met gemeentelijk dossiernummer 794, betreffende een verkaveling gelegen in Hulshout-veld; Overwegende dat volgens de verkavelingsvergunning een gedeelte van de verkaveling dient te worden afgestaan aan de gemeente Hulshout ter inlijving in het openbaar wegennet; Gelet op het metingsplan van Landmetersbureel Marcel Van den Vonder, d.d. 03.11.2011, waarop het gratis over te dragen perceel, gekadastreerd als Hulshout, afdeling I, sectie D, deel van nummer 305/L, staat afgebeeld als lot 1A, met een grootte van respectievelijk 2a 32ca; Gelet op de uittreksels uit het kadastrale plan en de kadastrale legger; Gelet op het hypothecair getuigschrift van de heer Hypotheekbewaarder te Turnhout; Gelet op het bodemattest afgeleverd door OVAM; Gelet op de ontwerpakte. Bovenstaande motivering integraal herhalend en overnemend beslist de gemeenteraad het perceel gelegen in Hulshout-veld, gekadastreerd als Hulshout, afdeling I, sectie D, deel van nummer 305/L, gratis over te nemen van de huidige eigenaar, voor openbaar nut, ter inlijving in het openbaar domein. Het bedoelde perceel staat afgebeeld op het metingsplan van landmetersbureel Marcel Van den Vonder, d.d. 03.11.2011, als lot 1A met een grootte van respectievelijk 2a 32ca. Het bijgevoegde dossier wordt definitief goedgekeurd. De akte zal worden verleden voor de heer Vonnicq Vermeulen, notaris met standplaats te Hulshout. De burgemeester en secretaris worden gemachtigd de akte en alle erop betrekking hebbende stukken namens de gemeente te ondertekenen. De heer Hypotheekbewaarder wordt ontslagen van de verplichting een inschrijving van ambtswege te nemen bij de overschrijving van de akte. Artikel 6: Deze beslissing zal, via lijst van behandelde punten, overeenkomstig TITEL VIII Bestuurlijk toezicht en externe audit, Hoofdstuk I Bestuurlijk toezicht, Afdeling III Algemeen bestuurlijk toezicht, art. 252 par. 1, binnen 20 dagen na het nemen van dit besluit verzonden worden aan de provinciegouverneur. Raadslid Geert Vleugels, raadslid Ann Peeters vervoegen de vergadering van de gemeenteraad. A 2. BESLISSING: Grondinnemingen voor de aanleg van bufferbekkens in Zwartlandstraat en Peerdekerkhofstraat - principiële beslissing en opmaak innemingsplannen. Gelet op de beslissing van het schepencollege d.d. 01.12.2008 houdende aanstelling van studiebureau Mebumar België nv voor diverse rioleringsprojecten, waaronder het project voor de weg- en rioleringswerken in de Peerdekerkhofstraat en Paalsteenstraat; Overwegende dat er besprekingen werden gehouden met het studiebureau Mebumar en de opdrachtgever Pidpa-HidroRio waarbij volgende principes werden vastgesteld:

- het rioleringsstelsel dient te worden ontworpen als een 2 DWA-stelsel; - de weg zal worden ontworpen met een wegbreedte van 4m waarbij de weg wordt heraangelegd in asfalt en de opritten worden terug aangelegd in de oorspronkelijke toestand; - de Peerdekerkhofstraat zit in het fietsnetwerk van Vlaanderen. Er moet onderzocht worden of zowel fietspaden als grachten aangelegd kunnen worden binnen de bestaande rooilijn. Gelet op de haalbaarheidsstudie, opgemaakt door Pidpa-HidroRio d.d. 11.05.2009, waarbij het volgende wordt vermeld: - de gemeente wenst een vrijliggend tweerichtingsfietspad aan te leggen, gecombineerd met de HidroRio werken, waardoor het niet mogelijk is om hier een grachtenstelsel te voorzien; - aangezien er niet kan gewerkt worden met open grachten, dient de berging voornamelijk in het rioleringsstelsel te worden voorzien; - gezien de strenge voorwaarden opgelegd door de provincie is het technisch niet haalbaar alles in de riolering te bergen. Het is aangewezen om na te gaan welke terreinen er in aanmerking komen om een bufferbekken in te planten. Overwegende dat studiebureau Mebumar voorstelt om twee bufferbekkens aan te leggen, namelijk één in de Zwartlandstraat en één in de Peerdekerkhofstraat langs de kant van Heist-op-den-Berg; Gelet op het voorontwerpplan met aanduiding van de bufferbekkens; Gelet op de beslissing van het schepencollege van Heist-op-den-Berg d.d. 25.01.2011 houdende principieel akkoord met het voorstel van HidroRio voor de weg-en rioleringswerken, incl. aanleg bufferbekken, in de Peerdekerkhofstraat; Overwegende dat ons bestuur de procedure tot grondverwervingen dient op te starten; Overwegende dat volgende benaderende oppervlakten in te nemen grond noodzakelijk zijn voor de aanleg van de bufferbekkens: -bufferbekken kant Heist-op-den-Berg: op perceel 271A: +/- 1070m² op perceel 271B: +/- 1675m² -bufferbekken Zwartlandstraat: +/- 1055m² Overwegende dat beide zones nog in detail dienen opgemeten te worden; Overwegende dat studiebureau Mebumar voorstelt om de noodzakelijke grondverwervingsplannen op te maken; Overwegende dat de vergoeding voor de opmaak van deze grondverwervingsplannen zal geschieden overeenkomstig het bestek Projnr. K-06-055 d.d. 27.10.2008, ART.3 AANVULLENDE STUDIES en Art. 15-Erelonen betalingen; Overwegende dat in begroting 2011 op art. 421/07/731/51 de nodige kredieten voorzien zijn voor de grondverwervingen Bovenstaande motivering integraal herhalend en overnemend beslist de gemeenteraad principieel akkoord te gaan met de grondinnemingen in de Zwartlandstraat en Peerdekerkhofstraat voor de aanleg van de bufferbekkens. Aan studiebureau Mebumar België nv, Damstraat 218 te 9180 Moerbeke-Waas wordt opdracht gegeven om de nodige grondverwervingsplannen op te maken. Studiebureau Mebumar en Pidpa-HidroRio zullen van deze beslissing in kennis worden gesteld. Het schepencollege krijgt opdracht verder het nodige hiervoor te doen. Deze beslissing zal, via lijst van behandelde punten, overeenkomstig TITEL VIII Bestuurlijk toezicht en externe audit, Hoofdstuk I Bestuurlijk toezicht, Afdeling III Algemeen bestuurlijk toezicht, art. 252 par. 1, binnen 20 dagen na het nemen van dit besluit verzonden worden aan de provinciegouverneur. A 3. BESLISSING: Wijziging exploitatiebudget nr. 3 en wijziging investeringsbudget nr. 7, dienstjaar 2011 Gelet op de procedures, van toepassing op begrotingen en begrotingswijzigingen, vastgelegd in het ARG van 10.02.1945, artikels 30-35 en KB van 02.08.1990, art. 15; Gelet op het Koninklijk Besluit van 02.08.1990, houdende invoering van de nieuw gemeentelijke boekhouding met ingang van 01.01.1995; Gelet op de instructies voor het opstellen van de budgetten en meerjarenplannen voor 2010 ten behoeve van de gemeenten van het Vlaams Gewest, omzendbrief BB-2010/04 d.d. 16 juli 2010; Gelet op het gemeentedecreet van 15.07.2005 en meer bijzonder de artikels 252 260 betreffende het bestuurlijk toezicht en het algemeen bestuurlijk toezicht; Overwegende dat het administratief toezichtdecreet van 28 april 1993 van toepassing blijft op de begrotingen, begrotingswijzigingen en het meerjarig financieel beleidsplan van de gemeenten; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 en errata; Gelet op het advies van het MAT. BESLUIT: De wijziging van het exploitatiebudget nr. 3 - dienstjaar 2011, wordt met 15 ja-stemmen, tegen 0 neen-stemmen bij 4 onthoudingen (Louis Van Den Broek, René Wouters, Rist Heylen, Ann Peeters) vastgesteld als volgt:

Volgens het oorspronkelijke budget of de vorige wijziging Verhoging + Verlaging - Na de voorgestelde Wijziging Alg.resultaat budgetrekening 2009 Resultaat budgetrekening 2010 (geraamd/definitief) Alg.resultaat budgetrekening 2010 (geraamd/definitief) Budgetwijziging 2011 Ontvangsten van het eigen dienstjaar Uitgaven van het eigen dienstjaar Ontvangsten vorige dienstjaren Uitgaven vorige dienstjaren Ontvangsten overboekingen Uitgaven overboekingen Geraamd resultaat van het budget 2011 3.413.696,00 1.198.924,59 0,00 0,00 3.413.696,00 1.198.924,59 4.612.620,59 4.612.620,59 9.864.065,83 12.778.135,96 629,53 0,00 1.300.000,00 61.201,99 408.546,23 89.722,00 0,00 14.128,31 0,00 0,00 0,00 441.765,00 0,00 13.100,00 0,00 0,00 10.272.612,06 12.426.092,96 629,53 62.230,30 0,00 1.300.000,00 4.274.642,59-304.695,92 454.865,00 3.515.081,67- Geraamd algemeen resultaat van het budget 2011 1.097.538,92 De wijziging van het investeringsbudget nr. 7 - dienstjaar 2011, wordt met 15 ja-stemmen tegen 0 neen-stemmen bij 4 onthoudingen (Louis Van Den Broek, René Wouters, Rist Heylen, Ann Peeters) - vastgesteld als volgt: Alg.resultaat budgetrekening 2009 Resultaat budgetrekening 2010 Volgens het oorspronkelijke budget of de vorige wijziging Verhoging + 2.343.563,42 1.116.071,74-0,00 0.00 Verlaging - Na de voorgestelde Wijziging 2.343.563,42 1.116.071,74- Alg.resultaat 2010 Budgetwijziging 2011 budgetrekening Ontvangsten van het eigen dienstjaar Uitgaven van het eigen dienstjaar Ontvangsten vorige dienstjaren Uitgaven vorige dienstjaren Ontvangsten overboekingen Uitgaven overboekingen Geraamd resultaat van het budget 2011 1.227.491,68 1.227.491,68 7.155.000,00 9.529.891,00 110.000,00 0,00 1.300.000,00 0,00 0,00 310.968,71 30.810,00 46.500,00 0,00 0,00 2.315.000,00 3.488.500, 00 0,00 0,00 0,00 0,00 1.184.891,00-326.658,71 1.173.500, 00 4.840.000,00 6.352.359,71 30.810,00 156.500,00 1.300.000,00 0,00 338.049,71- Geraamd algemeen resultaat van het budget 2011 889.441,97

Deze beslissing zal, met de budgetwijzigingen 3 en 7, overeenkomstig art. 7 van het decreet van 28.04.1993 en errata en het decreet van 22.02.1995 en errata, houdende regeling van het algemeen toezicht op de gemeenten, aan de Vlaamse Regering en de Bestendige Deputatie worden overgemaakt. A 4. BESLISSING: Aanvullende belasting op de personenbelasting - aanslagjaar 2012. Overwegende dat de gemeenteraad 1300 opcentiemen op de onroerende voorheffing voor het dienstjaar heeft goedgekeurd; Gelet op de artikelen 465 en 469 van het wetboek van de inkomstenbelastingen 1992; Na beraadslaging; BESLUIT: met 16 ja-stemmen, tegen 1 neen-stem (René Wouters) bij 2 onthoudingen (Louis Van Den Broek, Rist Heylen) Voor het aanslagjaar 2012, ingaande op 01 januari 2012 en voor een termijn van één jaar, eindigend op 31 december 2012, wordt een aanvullende gemeentebelasting gevestigd op de belasting op de natuurlijke personen die op 01 januari van het jaar dat zijn naam geeft aan het dienstjaar, in de gemeente gedomicilieerd zijn. Het percentage van de belasting is voor al de belastingplichtigen gesteld op 7,0 % van het gedeelte van de personenbelasting dat voor hetzelfde dienstjaar aan de staat verschuldigd is. De vaststelling en de inning van de gemeentebelasting zullen door toedoen van de administratie der Directe Belastingen geschieden, overeenkomstig het bepaalde in artikel 469 van het wetboek van de inkomstenbelastingen 1992. A 5. BESLISSING: Opcentiemen op de onroerende voorheffing - aanslagjaar 2012. Gelet op de circulaire van de gemeenschapsminister van Binnenlandse Aangelegenheden en Openbaar Ambt d.d. 03 oktober 1990 en 06 maart 1991, houdende richtlijnen inzake het vaststellen van de provincie- en gemeenteopcentiemen op de onroerende voorheffing; Gelet op artikel 3, 5 van de bijzondere wet van 16 januari 1989 en errata betreffende de financiering van de Gemeenschappen en de Gewesten; Gelet op het decreet van 9 juni 1998 houdende bepalingen tot wijziging van het wetboek van de inkomstenbelasting voor wat betreft de onroerende voorheffing; Na beraadslaging; BESLUIT: met 15 ja-stemmen tegen 1 neen-stem (René Wouters) bij 3 onthoudingen (Louis Van Den Broek, Rist Heylen, Ann Peeters) Voor het aanslagjaar 2012, ingaande op 01 januari 2012 en voor een termijn van één jaar, eindigend op 31 december 2012, worden 1.300 opcentiemen op de onroerende voorheffing geheven. Deze gemeenteopcentiemen worden ingevorderd door het Vlaams Gewest, overeenkomstig de regels bepaald voor de heffing van de gewestbelasting. A 6. BESLISSING: Opcentiemen op de door het Vlaamse Gewest geheven heffing ter bestrijding van leegstand en verkrotting van bedrijfsgebouwen - aanslagjaar 2012. Gelet op het decreet van 19 april 1995 en errata, houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 01 juli 1997 tot uitvoering van het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten; Overwegende dat op grond van het artikel 15 van voornoemd besluit de gemeenten in de mogelijkheid zijn om opcentiemen te heffen op de heffing van het Vlaamse Gewest; Gelet op de financiële toestand van de gemeente. Voor het aanslagjaar 2012, ingaande op 01 januari 2012 en voor een termijn van één jaar, eindigend op 31 december 2012, worden 50 opcentiemen geheven op de heffing van het Vlaamse gewest, ingevoerd door

het decreet van 19 april 1995 houdende maatregelen ter bestrijding en voorkoming van leegstand en verwaarlozing van bedrijfsruimten. De gemeente doet een beroep op de medewerking van de Administratie bevoegd voor de ruimtelijke ordening, met het oog op de invordering van deze opcentiemen. Deze verordening wordt binnen de maand die volgt op de inwerkingtreding ervan bij aangetekende brief bezorgd aan het Agentschap Vlaamse Belastingdienst Leegstandsheffing Bedrijfsruimten, Koning Albert II-laan 35 bus 62, 1030 Brussel. A 7. BESLISSING: Opcentiemen op de door het Vlaamse gewest geheven heffing ter bestrijding van verkrotting van gebouwen en/of woningen - aanslagjaar 2012. Gelet op het decreet van 22 december 1995 en errata houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996, meer bepaald Hoofdstuk VIII, afdeling 2; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 2 april 1996 (BS 01 mei 1996) en errata betreffende de heffing ter bestrijding van de leegstand en de verkrotting van gebouwen en/of woningen; Gelet op het decreet van 05 mei 2004 betreffende een aantal grondige wijzigingen, aangebracht in de modaliteiten en in de procedure voor de vestiging van de gewestelijke heffing op leegstand en verwaarlozing van gebouwen en/of woningen; Gelet op de financiële toestand van de gemeente. Voor het aanslagjaar 2012, ingaande op 01 januari 2012 en voor een termijn van één jaar, eindigend op 31 december 2012, worden 50 opcentiemen geheven op de heffing van het Vlaamse gewest ter bestrijding van verkrotting van gebouwen en/of woningen, ingesteld door het decreet van 22 december 1995 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1996, meer bepaald Hoofdstuk VIII, afdeling 2. De gemeente doet een beroep op de medewerking van het Agentschap Vlaamse Belastingdienst voor de inning van deze opcentiemen. Deze verordening wordt binnen de maand die volgt op de inwerkingtreding ervan bij aangetekende brief bezorgd aan: Agentschap Vlaamse Belastingdienst Verkrottingsheffing woningen Koning Albert II-laan 35 bus 62 1030 Brussel A 8. BESLISSING: Contantbelasting op ophaling en verwerking van afval, volgens principe 'vervuiler betaalt' - aanslagjaar 2012. De Gemeenteraad baseert zich op volgende regels en motieven: Gelet op het Gemeentedecreet, inzonderheid artikel 42 en 43; Gelet op de Grondwet inzonderheid artikel 173; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen; Gelet op het decreet van 2 juli 1981 betreffende de voorkoming en het beheer van afvalstoffen, inzonderheid artikel 15 en latere wijzigingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 5 december 2003 tot vaststelling van het Vlaams reglement inzake afvalvoorkoming en beheer, VLAREA en latere wijzigingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling van het Uitvoeringsplan Huishoudelijke Afvalstoffen en het besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling en het uitvoeringsplan gescheiden Inzameling Bedrijfsafval van Kleine Ondernemingen; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 17.12.2003 en 28.04.2008 houdende beheersoverdracht aan de intergemeentelijke vereniging IOK Afvalbeheer voor de activiteiten inzake afvalbeheer, zoals verwoord in artikel 4 van de statuten van IOK Afvalbeheer; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 28.04.2008 houdende participatie in het DIFTAR-project van de opdrachthoudende vereniging IOK Afvalbeheer; Gelet op de principebeslissing van het college van burgemeester en schepenen van 14.04.2008 om vanaf 01.01.2009 het DIFTAR-systeem te starten bij de huis-aan-huisinzameling van restafval en GFT; Gelet op het advies van de milieuraad d.d. 07.12.2011; Overwegende dat het DIFTAR-systeem impliceert dat restafval en GFT (indien men niet opteert voor thuiscomposteren van GFT) aangeboden moeten worden in daartoe voorziene containers die voorzien zijn van een elektronische gegevensdrager, waarbij het aangeboden afval wordt gewogen en geregistreerd; Overwegende dat papier en karton, PMD, grof huisvuil en glas huis aan huis worden ingezameld; Overwegende dat textiel selectief wordt ingezameld in textielcontainers die op verschillende plaatsen in de gemeente staan;

Overwegende dat verschillende soorten afval op het containerpark in verschillende deelstromen selectief worden ingezameld; Overwegende dat herbruikbare goederen ter beschikking van de kringloopwinkel kunnen worden gesteld; Overwegende dat de kosten van inzameling, hergebruik, recyclage, nuttige toepassing en verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen zwaar doorwegen op de gemeentelijke financiën; Overwegende dat de gemeentelijke inkomsten en uitgaven in evenwicht dienen te zijn; Overwegende dat de kosten van inzameling, hergebruik, recyclage, nuttige toepassing en verwijdering van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen verhaald worden op de aanbieders deels via een vast belastingbedrag en deels via een contantbelasting, die gedifferentieerd wordt in functie van de afvalsoort en in functie van het aangeboden gewicht; Overwegende dat het vast belastingbedrag is verschuldigd voor: de terbeschikkingstelling van inzamelrecipiënten voor huisvuil en met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen; Overwegende dat voor de ophaling en verwerking van het aangeboden restafval en GFT en het vergelijkbaar bedrijfsafval een contantbelasting per kilogram gewogen gewicht is verschuldigd. Overwegende dat de invoering van een gedifferentieerde contantbelasting, naast een vast belastingbedrag, de gemeente toelaat deels het principe de vervuiler betaalt toe te passen, waarbij prioriteit verleend wordt aan afvalvoorkoming, in tweede instantie hergebruik en tenslotte recyclage van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen wordt gestimuleerd. Overwegende dat het thuiscomposteren van het GFT de voorkeur heeft op de selectieve inzameling; elke inwoner van de gemeente heeft bijgevolg de keuze tussen gratis thuiscomposteren en betalende huis aan huis inzameling van GFT. Indien men opteert voor het laatste wordt het GFT tweewekelijks huis aan huis ingezameld door middel van containers; Overwegende dat voor de grote restafval- en GFT-containers van 1100 l de gebruiker extra zal moeten betalen ten opzichte van degene die een 40 l, 120 l of 240 l container gebruikt. Overwegende dat voor tijdelijk containergebruik, voor de vervanging of herstelling van containers en/of elektronische gegevensdrager en/of onderdelen hiervan, voor de omruiling van een container en voor de plaatsing van een slot specifieke contantbelastingen worden voorzien. Met ingang van 01.01.2012 en voor een termijn eindigend op 31.12.2012 wordt een belasting gevestigd op het ophalen en verwerken van huisvuil en GFT en met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen via het DIFTAR-systeem. Onder huisvuil of restafval wordt verstaan: Alle afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van de particuliere huishouding en/of afvalstoffen ontstaan door een daarmee vergelijkbare bedrijfsactiviteit zowel naar hoeveelheid als naar samenstelling en die in een daartoe bestemde recipiënt kunnen worden aangeboden met uitzondering van papier en karton, PMD, glas, textiel, KGA (Klein Gevaarlijk Afval), GFT, snoeihout, oude metalen, houtafval, herbruikbare goederen en andere selectief ingezamelde afvalstoffen. Onder GFT wordt verstaan: Groente-, Fruit- en Tuinafval of organisch composteerbaar afval zoals aardappelschillen, loof en schillen van vruchten, groente- en fruitresten, doppen van noten, theebladeren en theezakjes, koffiedik en papieren koffiefilters, huishoudpapier, snijbloemen en kamerplanten, versnipperd snoeihout, haagscheersel, gazonmaaisel, bladeren, stro, onkruid en resten uit groente- en siertuin en die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en/of uit een bedrijfsactiviteit die vergelijkbaar is met een huishouden. De belasting is hoofdelijk verschuldigd door: de referentiepersoon van elk gezin als zodanig ingeschreven in de bevolkingsregisters of in het vreemdelingenregister, verder omschreven als gezin ; de referentiepersoon van elk gezin die op het grondgebied van de gemeente op het even welke woning of woongelegenheid in gebruik heeft, hetzij tijdelijk, hetzij als tweede verblijf of zich het gebruik ervan voorbehoudt zonder nochtans ingeschreven te zijn in de bevolkingsregisters of in het vreemdelingenregister en die geïnitialiseerd zijn als ophaalpunt van huisvuil en/of GFT en als dusdanig gekend zijn als afvalproducent gebruik makend van container(s) voorzien van een elektronische gegevensdrager, verder omschreven als gezin ; ieder natuurlijk persoon en rechtspersoon die als hoofd- en of bijkomende activiteit op het grondgebied van de gemeente een commerciële, industriële, landbouw- of dienstverlenende activiteit uitoefent en die geïnitialiseerd zijn als ophaalpunt en per afzonderlijk ophaalpunt van huisvuil en/of GFT en als dusdanig gekend zijn als afvalproducent gebruik makend van container(s) voorzien van een elektronische gegevensdrager, verder omschreven als bedrijf ; vereniging, scholen, gemeenschapshuizen, rusthuizen, kerkfabrieken, openbare en semi-openbare instellingen, en die geïnitialiseerd zijn als ophaalpunt en per ophaalpunt van huisvuil en/of GFT en als dusdanig gekend zijn als afvalproducent gebruik makend van container(s) voorzien van een elektronische gevensdrager; Een tijdelijke containergebruiker is een inrichter van evenementen e.d. aan wie gedurende minstens 1 dag en maximum 1 maand één of meerdere containers ter beschikking worden gesteld door IOK Afvalbeheer in opdracht van de gemeente voor het inzamelen en verwerken van huisvuil dat op het evenement ontstaat. Voor de plaatsing van een tijdelijke container aan de inrichter van een evenement wordt een contantbelasting aangerekend voor het leveren en het afhalen van de container(s). Dit bedrag is samengesteld op basis van het aantal en type container per fractie en wordt samengesteld uit: Overzicht plaatsingstarieven voor tijdelijke containers per containertype en fractie

Containertype huisvuil 240 L container 10,00 EUR 1100 L container 25,00 EUR Bijkomend wordt voor het gebruik van de containers, voor de ophaling en verwerking van de ingezamelde hoeveelheden en voor een eventuele herstelling of vervanging een contantbelasting aangerekend door IOK Afvalbeheer in opdracht van de ontvanger aan de inrichter van een evenement en dit volgens de tarieven vastgelegd in artikel 8 en 9. Het huisvuil en GFT worden aangeboden in respectievelijk grijze en groene container(s) die door de gemeente via IOK Afvalbeheer ter beschikking worden gesteld. Deze containers zijn eigendom van IOK Afvalbeheer. De container bevat een ingebouwde elektronische gegevensdrager waardoor de identiteit van de normale gebruiker is gekend. De containers behoren toe aan de fysische locatie (gebouw, infrastructuur of domein) van het aansluitpunt. Per aansluitpunt zijn de volgende toekenningsregels voor de containers van toepassing: Zowel voor GFT als voor huisvuil is het maximaal toekenbaar volume voor een gezin en een bedrijf 240 liter en mits er wordt voldaan aan de hierna vermelde redenen van afwijking van het standaardvolume. Voor huisvuil: o het standaard volume voor de container is 120 L o mits afdoende motivering kan hier van afgeweken worden volgens: container van 40 L voor aansluitpunten met specifieke bewoning: appartement of studio aanéénsluitende bebouwing serviceflats bejaardenwoning verder dan 150 m afgelegen van de reguliere ophaalronde kan een aansluitpunt beschikken over de nodige containers van 40 L container van 240 L voor aansluitpunten met een grotere afvalproductie: grote gezinnen (vanaf 4 personen) bedrijven erkende onthaalouders omwille van medische redenen studentenkamers (vanaf 5 personen) gemeenschapshuizen en rusthuizen jeugd-, cultuur-, sport- en andere verenigingen kerkfabrieken scholen openbare en semi-openbare instellingen verhuring voor evenementen een container van 1100 L voor de volgende aansluitpunten: gemeenschapshuizen en rusthuizen parochiezalen begraafplaatsen jeugd-, cultuur-, sport- en andere verenigingen kerkfabrieken scholen openbare en semi-openbare instellingen verhuring voor evenementen Voor GFT: o het standaard volume voor de container is 120 L o container van 40 L voor aansluitpunten met specifieke bewoning: appartement of studio aanéénsluitende bebouwing serviceflats bejaardenwoning verder dan 150 m afgelegen van de reguliere ophaalronde kan een aansluitpunt beschikken over de nodige containers van 40 L o 2 de container van 120 L voor aansluitpunten met een grotere afvalproductie: voor gezinnen bedrijven studentenkamers (vanaf 5 personen) gemeenschapshuizen en rusthuizen jeugd-, cultuur-, sport- en andere verenigingen kerkfabrieken scholen openbare en semi-openbare instellingen o een container van 1100 L voor de volgende aansluitpunten: gemeenschapshuizen en rusthuizen parochiezalen begraafplaatsen jeugd-, cultuur-, sport- en andere verenigingen kerkfabrieken scholen

openbare en semi-openbare instellingen gemeentelijke diensten Afwijkingen op deze toekenningsregels kunnen enkel worden toegestaan door het college van burgemeester en schepenen. De eerste betalingsuitnodiging voor de vooraf te betalen provisie zal worden opgestuurd door IOK Afvalbeheer in opdracht van de ontvanger vanaf de initiatiedatum teneinde vanaf deze datum effectief met het aanrekeningsysteem per aansluitpunt te kunnen starten. De eerste betalingsuitnodiging bedraagt 70 EUR per aansluitpunt. Per container van 1100 L wordt het bedrag van de eerste betalingsuitnodiging verhoogd met 250 EUR. Artikel 6: De hierna gedefinieerde contantbelastingen in de artikelen 7, 8, 9, 10 en 11 worden in mindering gebracht van de vooraf betaalde provisie op het ogenblik zoals vermeld in deze artikelen. Van zodra het drempelbedrag is overschreden wordt een betalingsuitnodiging verstuurd door IOK Afvalbeheer in opdracht van de ontvanger. Het bedrag van deze uitnodiging zal berekend worden voor het geraamde gebruik van het DIFTAR-systeem voor het volgende jaar gebaseerd op de historiek van het aansluitpunt van de afgelopen 3 maanden. Indien de historiek korter is dan 3 maanden, dan is het bedrag van de nieuwe betalingsuitnodiging berekend volgens artikel 5. Het drempelbedrag bedraagt 10 EUR per aansluitpunt. Per container van 1100 L wordt het drempelbedrag verhoogd met 50 EUR. Artikel 7: Een vast belastingbedrag is verschuldigd voor: de terbeschikkingstelling van inzamelrecipiënten voor huisvuil en met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen Dit bedrag bedraagt per aansluitpunt 3 EUR per maand, en wordt verrekend op de provisie. Evenwel voor de terbeschikkingstelling van een GFT-container van 40l of 120l is een bijkomende belasting ten bedrage van 2 EUR per maand verschuldigd die eveneens wordt verrekend op de provisie. Dit bedrag verhoogt met 2 EUR per maand per container indien de belastingplichtige volgens de toekenningsregels vermeld in artikel 4 van dit reglement, beschikt over meerdere GFT-containers van 120l. Voor de terbeschikkingstelling van een grote container van 1100 L (zowel beschikbaar voor restafval als voor GFT-afval) is hier bovenop een bijkomende belasting ten bedrage van 6 EUR per maand verschuldigd die wordt verrekend op de provisie. Artikel 8: Voor de ophaling en verwerking van het aangeboden afval is naast de in voorgaand artikel vermelde belasting, een contantbelasting per kilogram gewogen gewicht verschuldigd. De contantbelasting per kilogram gewogen gewicht voor de ophaling en verwerking van het aangeboden afval wordt in mindering gebracht van de vooraf betaalde provisie op het ogenblik dat de kipbeweging van de aangeboden container door de ophaalwagen wordt geregistreerd en is vastgesteld op: 0,2 EUR per kilogram aangeboden huisvuil; 0,1 EUR per kilogram aangeboden GFT. Artikel 9: Bij vervanging of herstelling van containers en/of elektronische gegevensdrager en/of onderdelen die door toedoen van de containergebruiker onbruikbaar zijn geworden, wordt voor de vervanging of herstelling volgende contantbelasting aangerekend: Overzicht vervangings- en herstellingskosten: Soort interventie 40 L 120 L 240 L 1100 L wiel met wielas nvt 4,39 EUR 4,44 EUR nvt deksel met dekselas 6,93 EUR 3,38 EUR 4,69 EUR nvt Beugel 4,09 EUR nvt nvt nvt Romp 22,31 EUR 20,91 EUR 26,16 EUR nvt Slot 35,00 EUR 35,00 EUR 35,00 EUR 35,00 EUR vervanging elektronische gegevensdrager 7,34 EUR 7,34 EUR 7,34 EUR 7,34 EUR vervanging container met elektronische gegevensdrager 33,34 EUR 28,68 EUR 35,30 EUR 242,99 EUR Bovenvermelde contantbelastingen worden in mindering gebracht van de vooraf betaalde provisie op het ogenblik van vervanging en/of herstelling. Deze contantbelastingen zijn niet verschuldigd wanneer de containerhouder het bewijs levert dat het verlies of de beschadiging van de container niet werd veroorzaakt door of het resultaat is van enige nalatigheid van zijnentwege. Artikel 10: Bij omruiling van een container op vraag van de containergebruiker, wordt een contantbelasting van 10,00 EUR aangerekend. Dit bedrag wordt in mindering gebracht van de vooraf betaalde provisie op het ogenblik van de omruiling. Bij nieuwe containergebruikers of bij wijziging van de gezinssituatie waardoor andere toekenningsregels van toepassing zijn, zal (zullen), bij wijze van overgangsmaatregel, de container(s) op verzoek éénmalig gratis worden omgeruild. Artikel 11: Indien de containergebruiker verzoekt om een slot te plaatsen, dan wordt er per slot eenmalig een contantbelasting van 35,00 EUR aangerekend. De contantbelasting wordt in mindering gebracht van de provisie op het ogenblik van de plaatsing van het slot. Artikel 12:

Bij een afmelding als referentiepersoon naar aanleiding van verhuizing of van een overlijden of een gelijkaardige omstandigheid, die schriftelijk moet gebeuren, wordt het DIFTAR-systeem afgesloten en wordt het, na afrekening van de verschuldigde belastingen, nog beschikbare bedrag van de voorafbetaalde provisie door IOK Afvalbeheer in opdracht van de ontvanger teruggestort op het rekeningnummer van de persoon bepaald in artikel 2. De containers worden voor verder gebruik geblokkeerd. Artikel 13: De vestiging en de invordering van de belasting evenals de regeling van de geschillen ter zake, gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen procedure van de provincie- en gemeentebelasting. Artikel 14: Indien geen bezwaren worden ingediend gedurende het openbaar onderzoek, wordt deze verordening als definitief aanzien en overgemaakt aan de hogere overheid. Artikel 15: Een afschrift van dit reglement zal ter kennisgeving worden overgemaakt aan IOK Afvalbeheer, OVAM en Departement LNE, afdeling Milieu-inspectie. A 9. BESLISSING: Belasting op de inname van het openbaar domein ten gevolge van bouw- en andere werken - aanslagjaar 2012. Gelet op de begrotingsnoodwendigheden van de gemeente; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen; Voor het aanslagjaar 2012, ingaande op 01 januari 2012 en voor een termijn van één jaar, eindigend op 31 december 2012, wordt ten behoeve van de gemeente een belasting geheven op de ingenomen oppervlakte van het openbare domein ten laste van diegenen die: a) materiaal, materieel, evenals voertuigen (die in werkende toestand breder zijn dan 3 meter) die niet geparkeerd worden conform de verkeerswetgeving, nodig voor de uitvoering van geplande werken, plaatst of laat plaatsen, ten gevolge van bouwwerken; b) bij bouw- of verbouwingswerken, een deel van het openbaar domein afsluit of laat afsluiten. De belastingvoet wordt als volgt vastgesteld: - 3,00 per m² voor de eerste 5 dagen voor werken van korte duur (maximaal 5 dagen); - 6,00 per m² per maand voor de eerste zes maanden; - 12,00 per m² per maand voor de volgende zes maanden; - 19,00 per m² per maand voor vanaf de dertiende maand; Een gedeelte van een maand geldt voor een volle maand, behoudens voor de eerste vijf dagen. De belasting wordt vastgesteld volgens de ingenomen oppervlakte van het openbaar domein. Voor het berekenen van deze oppervlakte, wordt elk deel van een vierkante meter voor één eenheid gerekend. Op het eerste verzoek van het gemeentebestuur moet, binnen de 24 uren, de ingenomen oppervlakte worden vrijgemaakt, zoniet zullen deze werken uitgevoerd worden door of in opdracht van de gemeente en worden de kosten verhaald op de aanvrager, en indien deze niet bekend is op de bouwheer. 1 De aanvraag tot inname van het openbaar domein dient gericht te worden aan het gemeentebestuur van Hulshout ten minste 21 kalenderdagen voor de geplande inname. Een aanvraagformulier kan afgehaald worden op de technische dienst van het gemeentebestuur of kan opgevraagd worden op de website www.hulshout.be van de gemeente. Zij vermeldt alle elementen (o.a. naam en adres aanvrager, opdrachtgever, adres werken, aard werken, eigenaar van de weg, voorziene periode, plan of schets, ) die noodzakelijk zijn voor het berekenen van de belasting. Hetzelfde geldt voor iedere aanvraag tot wijziging van de machtiging. De belasting is verschuldigd zolang het ophouden van het gebruik van het openbaar domein aan het gemeentebestuur niet betekend werd. 2 Naar aanleiding van deze aangifte wordt aan de belastingplichtige een vergunning afgeleverd voor de privatisering van het openbaar domein. Deze vergunning dient verplicht geafficheerd op de plaats waar de inname van het openbaar domein gebeurt. 3 Deze aangifte geldt tevens als fiscale aangifte. Bij innamen van het openbaar domein zonder voorafgaande aangifte of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast volgens de gegevens waarop het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep. De overeenkomstig artikel 2 ingekohierde belasting wordt verhoogd met 75. Het bedrag van deze verhoging wordt eveneens ingekohierd. Artikel 6: Van de belasting zijn vrijgesteld de inname van het openbaar domein ten gevolge van: a) het oprichten of verbouwen van woongelegenheden door de Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen of door haar gewestelijke en/of plaatselijke bouwmaatschappijen; b) werken die uitgevoerd worden door of in opdracht van openbare besturen, en daarmee gelijkgestelde instellingen, alsook de instellingen van openbaar nut;

c) de restauratie van als monument geklasseerde gebouwen, van gebouwen gelegen in een als stadsgezicht beschermde zone en van niet-geklasseerde historische panden, als dusdanig door het college van burgemeester en schepenen erkend. Artikel 7: De belasting wordt contant betaald tegen afgifte van een betalingsbewijs. Bij gebreke van betaling wordt de belasting ingekohierd en wordt een kohierbelasting. Artikel 8: De vestiging en de invordering van de belasting evenals de regeling van de geschillen terzake, gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen procedure van de provincie- en gemeentebelasting. Artikel 9: A 10. BESLISSING: Belasting op motoren - aanslagjaar 2012. Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen; Gelet op de financiële noodzakelijkheid; BESLUIT: met 17 ja-stemmen tegen 2 neen-stemmen (René Wouters, Rist Heylen) bij 0 onthoudingen Voor het aanslagjaar 2012, ingaande op 01 januari 2012 en voor een termijn van één jaar eindigend op 31 december 2012, wordt ten bezware van de nijverheids-, handels- en landbouwbedrijven, een belasting van 20 per kilowatt geheven op de motoren, ongeacht de krachtbron waarmede zij worden voortbewogen. De belasting is verschuldigd indien de belastingplichtige motoren voor de uitbating van zijn inrichting of van deze bijgebouwen gebruikt. Dienen als bijgebouw van een inrichting beschouwd, elke instelling of onderneming en elke werf van om het even welke aard, die gedurende een ononderbroken tijdvak van minstens drie maanden op het grondgebied van de gemeente is gevestigd. De belasting is niet verschuldigd aan de gemeente, zetel van de inrichting, voor de motoren gebruikt in hierboven bedoelde bijgebouwen, in de verhouding waarin die motoren kunnen worden belast door de gemeente waar het bijgebouw is gelegen. Wanneer hetzij een inrichting, hetzij een hierboven bedoeld bijgebouw, geregeld en duurzaam een motor gebruikt voor de verbinding met een of meer bijgebouwen of met een verkeersweg, is daarvoor de belasting verschuldigd in de gemeente waar hetzij de inrichting, hetzij het hoofdgebouw is gevestigd: De belasting wordt berekend op basis van het onmiddellijk voorafgaand kalenderjaar. In afwijking op wat voorafgaat zal bij begin van bedrijfsuitbating in de loop van het belastingjaar, alsmede in geval van aanwending van motorkracht in de hiervoor bedoelde bijgebouwen, de belasting berekend worden volgens de duur van de ingebruikneming van de motoren gedurende het belastingjaar, naar rato van 1/12 van het jaartarief per begonnen maand. Deze bedrijven zullen voorlopig aangeslagen worden op basis van het in aanmerking te nemen motorvermogen dat in gebruik is op het ogenblik van de aanvang van de belastbare toestand. Indien echter op het einde van het jaar blijkt dat het in de loop van het belastingjaar aangewend vermogen hoger was, zal op grond hiervan een herberekening van de totaal verschuldigde belasting gebeuren. De belasting wordt gevestigd op navermelde grondslagen: a) omvat de inrichting slechts één motor, dan wordt de belasting gevestigd volgens de kracht opgegeven in het besluit waarbij vergunning tot het plaatsen van de motor wordt verleend, of akte wordt genomen van de plaatsing. b) omvat de inrichting verschillende motoren, dan wordt de belastbare kracht vastgesteld door de krachten, opgegeven in het besluit waarbij vergunning tot het plaatsen van de motoren verleend of akte van die plaatsing wordt genomen, op te tellen, en deze som te voorzien van een simultaanfactor, die verandert volgens het aantal motoren. Deze factor, gelijk aan de eenheid van één motor, wordt tot en met 30 motoren met 1/100e van de eenheid per bijkomende motor verminderd, en blijft daarna onveranderd en gelijk aan 0,70 voor 31 motoren en meer. Zijn belastingvrij: 1 De motoren die gans het jaar, voorafgaand aan het belastingjaar, stilliggen. Het stilliggen voor een duur gelijk aan of langer dan een maand, geeft aanleiding tot belastingvermindering in verhouding tot het aantal maanden gedurende dewelke de motoren werden stilgelegd. Voor de berekening van de vermindering wordt rekening gehouden met de simultaanfactor welke op de inrichting van toepassing is. Met een inactiviteit voor de duur van één maand wordt gelijkgesteld, de activiteit die beperkt is tot één dag werk op vier weken in bedrijven die met de RVA een akkoord hebben aangegaan inzake de activiteitsvermindering om een massaal ontslag van personeel te voorkomen Met een activiteit voor een duur van één maand wordt eveneens gelijkgesteld, de inactiviteit gedurende een periode van vier weken, gevolgd door een activiteitsperiode van één week, als het gebrek aan werk te wijten is aan economische oorzaken. Indien het stilliggen van de motoren enkel te wijten is aan de sluiting van het bedrijf wegens jaarlijkse vakantie, zal deze periode niet in aanmerking genomen worden voor het bekomen van de belastingvermindering.

Geen belastingvermindering kan worden verleend, tenzij bij ter post aangetekende of tegen ontvangstbewijs afgegeven bericht, waarbij de datum van het stilleggen en de datum van weder in gang stellen van de motor bekendgemaakt wordt aan het gemeentebestuur. Voor de berekening van de belastingvermindering gaat de stillegging eerst in na ontvangst van het eerste bericht. Bij afwijking van de in de laatste twee zinnen voorziene procedure, zal de vrijstelling ten voordele van de bouwondernemingen die verplaatsbare motoren gebruiken, volgens de hierna bepaalde regelen kunnen worden bekomen; deze ondernemingen zullen voor iedere aan de belasting onderworpen machine, een boekje moeten bijhouden waarin de dagen worden vermeld gedurende dewelke de machine in gebruik is en de werf waar zij is opgesteld. Aan het einde van het jaar zal de ondernemer zijn aangifte invullen aan de hand van de in elk boekje voorkomende gegevens, met dien verstande dat er over de gegrondheid van de in de boekjes ingeschreven gegevens steeds fiscaal toezicht kan worden uitgeoefend. De procedure is echter voorbehouden voor de bouwondernemingen die een geregelde boekhouding voeren, die een schriftelijke aanvraag tot het schepencollege zullen richten en de toelating van dat college zullen hebben bekomen; 2 De voertuigen waarop de staatsverkeersbelasting toepasselijk is, alsmede deze welke speciaal van die belasting zijn vrijgesteld; 3 De motor die een elektrische generator aandrijft, voor het gedeelte van het vermogen dat gebruikt wordt voor het aandrijven van de generator; 4 De persluchtmotor; 5 De motoren gebruikt voor waterbemaling, alsmede deze gebruikt voor ventilatie en verlichtingstoestellen; 6 De motoren van draagbare toestellen; 7 De reservemotor, dit wil zeggen, deze waarvan de werking niet onmisbaar is voor de goede gang van zaken en die slechts werkt in uitzonderingsgevallen, voor zover zijn inwerkingstelling niet voor gevolg heeft dat de productie wordt verhoogd; 8 De wisselmotor, dit wil zeggen, deze die uitsluitend bestemd is voor hetzelfde werk als een andere, welke hij tijdelijk moet vervangen. De reserve- en wisselmotoren kunnen worden aangewend om tezelfdertijd te werken als deze die normaal gebruikt worden gedurende de nodige tijd om de voortzetting van de productie te verzekeren; 9 De motoren die in gasstations worden gebruikt om de compressoren aan te drijven, welke instaan voor het drukregime in de vervoerleidingen; 10 De cultivator. Levert een onlangs geplaatste motor niet dadelijk het normaal rendement op omdat de ermede aan te drijven installaties onvolledig zijn, dan wordt de niet gebruikte kracht aanzien als reservekracht, in zover dat zij 20 % van de in het vergunningsbesluit opgegeven kracht overtreft. Deze kracht wordt voorzien van de simultaanfactor die op de inrichting van toepassing is. In dat geval is de aangegeven kracht slechts geldig voor drie maanden en moet de aangifte om het kwartaal vernieuwd worden zolang deze uitzonderingstoestand duurt. Onder onlangs geplaatste motoren wordt verstaan deze waarvan de ingebruikstelling dateert van het voorgaande of van het voorlaatste jaar. De motoren die van de belasting zijn vrijgesteld, alsmede deze welke stilliggen, worden niet in aanmerking genomen voor het bepalen van de simultaanfactor. Artikel 6: Wanneer de motoren uit oorzaak van een ongeval niet meer in staat zijn om meer dan 80 % van de geleverde kracht te verbruiken, wordt de belasting berekend op de verbruikte kracht, op voorwaarde dat de gedeeltelijke activiteit minstens drie maanden duurt, en dat de beschikbare kracht niet voor andere doeleinden wordt gebruikt. De gedeeltelijk buiten gebruikstelling moet binnen de acht dagen bericht worden aan het gemeentebestuur bij aangetekend schrijven of schriftelijk tegen ontvangstbewijs. Artikel 7: Wanneer de installaties van een nijverheidsbedrijf voorzien zijn van meetapparaten voor het maximum kwartuurvermogen, waarvan de opnemingen maandelijks door de leverancier van elektrische energie worden gedaan met het oog op het factureren ervan en bijaldien in de artikelen 1 tot 6 gedurende een periode van tenminste twee jaar, wordt het bedrag der belastingen, betreffende de volgende dienstjaren, op verzoek van de exploitant, vastgesteld op basis van een belastbaar vermogen, bepaald in functie van de variatie, van het ene tot het ander jaar, van het rekenkundig gemiddelde der twaalf maandelijkse maximum kwartuurvermogens. Daartoe berekent het bestuur de verhouding tussen het vermogen, dat voor het jongste belastingjaar op grond van het bepaalde in de artikelen 1 tot 6 aangeslagen werd en het rekenkundig gemiddelde der twaalf maandelijkse maximum kwartuurvermogens opgenomen tijdens hetzelfde jaar; deze verhouding wordt "verhoudingsfactor" genoemd. Vervolgens wordt het belastbaar vermogen elk jaar berekend door vermenigvuldiging van het rekenkundig gemiddelde der twaalf maximum kwartuurvermogens van het jaar met de verhoudingsfactor. De waarde van de verhoudingsfactor wordt niet gewijzigd zolang het rekenkundig gemiddelde van de maximum kwartuurvermogens van een jaar niet meer dan 20 % verschilt van die van het refertejaar; d.w.z. van het jaar dat in aanmerking werd genomen voor de berekening van de verhoudingsfactor. Bedraagt het verschil meer dan 20 % dan telt het bestuur de belastbare elementen teneinde een nieuwe verhoudingsfactor te berekenen. Om het voordeel van de bepalingen van dit artikel te genieten, moet de exploitant, voor 31 januari van het belastingjaar een schriftelijke aanvraag bij het gemeentebestuur indienen met opgave van de maandelijkse

waarden van het maximum kwartuurvermogen, welke in zijn installaties werden opgenomen tijdens het jaar, voorafgaande aan dat met ingang waarvan hij om de toepassing van deze bepalingen verzoekt; hij moet er zich voorts toe verbinden bij zijn jaarlijkse aangifte de opgave der maandelijkse waarden van het maximum kwartuurvermogen van het belastingjaar te voegen om het bestuur toe te laten, te allen tijde, de in zijn installatie gedane metingen van leveringen van elektrische energie, te controleren. De exploitant, die deze wijze van aangifte, controle en aanslag kiest, verbindt zich door zijn keuze voor een tijdvak van vijf jaar. Behoudens verzet van de exploitant of van het bestuur bij het verstrijken van het optietijdvak wordt dit stilzwijgend verlengd voor een nieuw tijdvak van vijf jaar. Artikel 8: De telling van de belastbare elementen worden gedaan door de beambten van het gemeentebestuur. Deze ontvangen van de belanghebbenden een geschreven en geformuleerde aangifte gelijk aan het model door het gemeentebestuur voorgeschreven. Artikel 9: De exploitant is gehouden de eventuele veranderingen of verplaatsingen, welke zijn installaties in de loop van het jaar mocht ondergaan hebben, aan het gemeentebestuur bekend te maken, behoudens wanneer hij op geldige wijze de regeling bedoeld in artikel 7 heeft gekozen. Artikel 10: Bij gebreke van een aangifte of bij onvolledige, onjuiste of onnauwkeurige aangifte wordt de belastingplichtige ambtshalve belast volgens de gegevens waarover het gemeentebestuur beschikt, onverminderd het recht van bezwaar en beroep. Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve vaststelling van de belasting, betekent het college aan de belastingplichtige, per aangetekend schrijven, de motieven om gebruik te maken van deze procedure, de elementen waarop de aanslag is gebaseerd evenals de wijze van bepaling van deze elementen en het bedrag van de belasting. De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig dagen volgend op de datum van verzending van de betekening om zijn opmerkingen schriftelijk voor te dragen. Artikel 11: De overeenkomstig art. 10 ambtshalve ingekohierde belasting wordt verhoogd met een bedrag gelijk aan de verschuldigde belasting. Het bedrag van deze verhoging wordt ingekohierd. Artikel 12: De belasting wordt geïnd door middel van een kohier, dat vastgesteld en uitvoerbaar verklaard wordt door het college van burgemeester en schepenen. De belastingschuldigen ontvangen kosteloos een aanslagbiljet. De belasting is betaalbaar binnen twee maanden te rekenen van de verzending van het aanslagbiljet. Artikel 13: De vestiging en de invordering van de belasting evenals de regeling van de geschillen terzake, gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en gemeentebelasting. Artikel 14: A 11. BESLISSING: Belasting op aanplakborden - aanslagjaar 2012. Gelet op de begrotingsnoodwendigheden van de gemeente; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen; Voor het aanslagjaar 2012, ingaande op 01 januari 2012 en voor een termijn van één jaar, eindigend op 31 december 2012, wordt ten behoeve van de gemeente een jaarlijkse belasting ingevoerd op de aanplakborden voor publiciteitsdoeleinden. Onder aanplakborden wordt verstaan; elke constructie in onverschillig welk materiaal, geplaatst langs de openbare weg of op een plaats in open lucht die zichtbaar is vanaf de openbare weg, waarop reclame wordt aangebracht door aanplakking, vasthechting, schildering of door elk ander middel met inbegrip van muren of gedeelten van muren en de omheiningen, die gehuurd of gebruikt worden om er reclame op aan te brengen. Voor de berekening van de belasting wordt de nuttige oppervlakte van het bord in aanmerking genomen, zijnde oppervlakte die door aanplakking kan worden gebruikt, met uitzondering van de omlijsting. Voor de muren is alleen dat gedeelte van de muur belastbaar dat werkelijk voor reclame wordt gebruikt. Hierbij dient de bedekte totale oppervlakte beschouwd te worden als één bord, ook indien er verschillende reclames op voorkomen. Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld op 60 per vierkante meter oppervlakte van het bord. De belasting is verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersoon die beschikt over het recht om gebruik te maken van het aanplakbord en in bijkomende orde, als de gebruiker niet gekend is, door de eigenaar van de grond, van de muur of de omheining waarop het bord zich bevindt of reclame is aangebracht.