Definities Gebruiker is de mede-eigenaar die in de aan hem/haar toebedeelde periode van het vaarseizoen met de Lara vaart. Gebruikersperiode is de periode van het vaarseizoen die in gezamenlijk overleg tussen de mede-eigenaars is toebedeeld aan een van de mede-eigenaars om met de Lara te kunnen varen 1. Algemeen. 1.1. Besluiten worden zo veel mogelijk in consensus genomen. Alleen als dit bij een verschil van mening na uitvoerig overleg niet mogelijk blijkt te zijn, geldt de meerderheid van stemmen. Elke mede-eigenaar heeft 2 stemmen. 1.2. Voor 15 januari van het vaarseizoen worden afspraken gemaakt over de verdeling van de zeilweken in het komende seizoen en wie wanneer gaat varen. De periodes en weken dat men gaat varen worden in overleg bepaald. 1.3. Jaarlijks worden er een begroting en een onderhoudsplan opgesteld. 1.4. De partijen wijzen elk jaar één van hen aan die de andere mede-eigenaren vertegenwoordigt bij taken zoals het beheer van de gemeenschappelijke rekening, het verlenen van opdrachten en doen van betalingen (m.b.t. onderhoud, ligplaats e.d.), de verzekering, registratie van het schip etc. Deze taken kunnen verdeeld worden. 1.5. De penningmeester van de gezamenlijke rekening legt jaarlijks rekening en verantwoording af aan de andere mede-eigenaren. 1.6. Ten behoeve van de boot wordt een verzekering afgesloten een WA en uitgebreide cascoverzekering. 1.7. Het vaargebied is conform het verzekerd gebied (europeese wateren). Het is de gebruiker niet toegestaan dit vaargebied te verlaten. In gezamenlijk overleg kan een ander vaargebied gekozen worden. 2. Onderhoud en Financiën 2.1. De mede-eigenaren verbinden zich het schip goed te onderhouden en daarvoor ieder jaar werkzaamheden te (laten) verrichten aan de boot. Leidraad voor het onderhoud is de onderhoudschecklist. De verdeling van de werkzaamheden die zelf gedaan kunnen worden, wordt in onderling overleg geregeld en elke medeeigenaar zal daar in ongeveer gelijke mate aan meedoen. 2.2. In gezamenlijk overleg wordt besloten over de aanschaf van nieuwe onderdelen en/of de nodige reparaties. 2.3. Ten behoeve van het jaarlijkse onderhoud en de overige (vaste) lasten zullen de mede-eigenaren elk jaar voor 1 januari een jaarlijks vast te stellen bedrag overmaken op de gezamenlijke rekening. Bij te late betaling zal een rente worden berekend van 1% per maand. 2.4. Indien een mede-eigenaar niet in staat is aan zijn financiële verplichtingen te voldoen die voortkomen uit deze overeenkomst, zal hij gedurende de periode dat hij/zij in gebreke blijft het schip niet kunnen gebruiken. De financiële verplichtingen blijven echter doorlopen. 2.5. Indien tijdens het gebruik van de boot reparaties dienen plaats te vinden, kan elke mede-eigenaar zonder overleg hiertoe opdracht geven tot maximaal 250.
Boven de 250 wordt altijd elke eigenaar benaderd voor overleg. Voor bedragen tussen 250 en 500 euro is het akkoord van 1 andere mede-eigenaar voldoende. Bij bedragen tussen 500 en 750 euro is het akkoord van 2 andere mede-eigenaars vereist. Als 2 dagen na het moment informeren van de medeeigenaars nog geen antwoord is verkregen of als voor het behoud van het schip meteen reparatie noodzakelijk is, is gebruiker gemachtigd zelfstandig te besluiten. 2.6. Aanschaf van items voor het schip zijn voor rekening van de koper tenzij in overleg met de andere mede-eigenaars over de aankoop is besloten of deze aankoop naderhand door de andere mede-eigenaars wordt geaccepteerd. 3. Inventaris 3.1. Aan de hand van de inventarislijst wordt zowel bij de aanvang als bij het einde van de gebruiksperiode gecontroleerd welke goederen in-, aan- en op het zeiljacht aanwezig zijn. Indien aan het einde van een gebruiksperiode blijkt dat enig artikel, dat bij aanvang wel aanwezig was, niet meer aanwezig of bruikbaar is, dan is de gebruiker aansprakelijk voor de betaling van de schade, voorzover deze niet door de verzekering wordt gedekt. 3.2. De inventarislijst dient steeds te worden gedateerd en voor akkoord achtergelaten op het schip in het logboek. 4. Gebruik en overdracht: 4.1. Elke mede-eigenaar heeft recht op een gelijk aantal (6) weken vaartijd. 4.2. De boot zal zoals is aangegeven in de Turkse wetgeving- niet aan derden in gebruik worden gegeven, worden verhuurd of anderszins commercieel worden ingezet, tenzij in gezamenlijk overleg anders wordt besloten. 4.3. In een noodsituatie waarin de schipper of bemanning niet in staat is om de boot zelf naar de vaste ligplaats terug te varen, kan een beroep worden gedaan op een bekwame vervangende schipper. 4.4. Elke schipper dient in het bezit zijn van een ICC verklaring (Internationaal Vaarbewijs). 4.5. Gebruiker zal het schip beheren volgens goed zeemanschap en zich grondig op de hoogte stellen en houden van bijzonderheden van het vaargebied en de weerberichten. 4.6. Het is de gebruiker tijdens zijn/haar gebruik verboden om reizigers te vervoeren anders dan de in de bemanningslijst opgegeven bemanning. 4.7. Het is verboden andere vaartuigen te slepen uitgezonderd noodgevallen. 4.8. Men zal het zeiljacht alleen met jachtschoeisel met witte zolen (laten) betreden. De schoenen waarmee men op de wal loopt zo min mogelijk op het schip gebruiken om te voorkomen dat ongedierte aan boord komt. 4.9. Geen van de eigenaars heeft recht op een bepaalde periode van het vaarseizoen. Indien meerdere mede eigenaars in een zelfde periode willen varen, heeft die mede-eigenaar eerste recht van keuze die het langst geleden in die periode gevaren heeft. 4.10. Als buiten de normale verdeling van 6 vaarweken per mede-eigenaar met de boot gevaren wordt en/of op de boot verbleven wordt, zal de gebruiker
daarvoor een - in overleg vast te stellen - vergoeding betalen die ten goede komt aan de gezamenlijke rekening. 4.11. Bij het begin van een nieuwe gebruikersperiode zal door de gebruiker voor afvaart de inspecties en werkzaamheden voor afvaart uit de schipperschecklist worden nagelopen en uitgevoerd. 4.12. Tijdens het gebruik zal gebruiker het schip beheren en onderhouden volgens de dagelijkse inspecties en werkzaamheden van de schipperschecklist. Schade en/of problemen die voortkomen uit het nalaten of niet goed uitvoeren van deze in de checklist genoemde zaken zijn voor verantwoordelijkheid en voor rekening van de gebruiker, indien deze schade niet gedekt wordt door de verzekering. 4.13. De gebruiker vaart de boot na gebruik terug naar de ligplaats in de haven, tenzij in onderling overleg met de volgende gebruiker anders is overeengekomen. In ieder geval laat de gebruiker het schip achter op een veilige en goed beschermde ligplaats. Schade en/of problemen die voortkomen uit een slechte keuze van de ligplaats zijn voor verantwoordelijkheid en voor rekening van de gebruiker, indien deze schade niet gedekt wordt door de verzekering. 4.14. Aan het einde van iedere gebruikersperiode zal de boot voor vertrek van binnen en van buiten zorgvuldig worden schoongemaakt en worden alle inspecties en werkzaamheden voor vertrek uit de schipperschecklist uitgevoerd. Schade en/of problemen die voortkomen uit het nalaten of niet goed uitvoeren van deze in de checklist genoemde zaken zijn voor verantwoordelijkheid en voor rekening van de gebruiker, indien deze schade niet gedekt wordt door de verzekering. 4.15. Aan het einde van iedere gebruikersperiode controleert de gebruiker het schip nauwkeurig op schades of andere onregelmatigheden en maakt daar foto s en aantekeningen van. Het is ook verstandig voor vertrek gedetailleerde foto s van de romp te maken. 4.16. Als door overschrijding van het uur van terugbezorging, door welke oorzaak dan ook ontstaan, de volgende gebruiker het schip niet kan gebruiken is de vorige gebruiker een bedrag verschuldigd van 100 euro per dag aan de volgende gebruiker, tenzij de volgende gebruiker toestemming heeft verleend de tijdsduur te overschrijden. De volgende gebruiker wordt met dit bedrag schadeloos gesteld. 5. Schade en boetes 5.1. Indien tijdens het varen schade ontstaat aan of door de boot, zal de gebruiker hiervan zo spoedig mogelijk melding maken aan de verzekeringsmaatschappij en de andere mede-eigenaren. De gebruiker zal het bedrag van het eigen risico dragen evenals een eventuele verhoging van verzekeringspremie in de daarop volgende jaren, die het gevolg is van verlies of vermindering van de no-claim korting. 5.2. Schade en/of mankementen aan het schip die voortkomen uit het nalaten of niet goed uitvoeren van de controles en werkzaamheden van de checklist zijn - indien niet gedekt door de verzekering - voor rekening van de gebruiker. 5.3. Sleep- en bergingskosten die niet gedekt zijn door de verzekering komen voor rekening van de mede-eigenaar die de hulp heeft ingeroepen. 5.4. Boetes worden betaald door degene die de overtreding heeft begaan.
5.5. Kosten voor inspectie van romp en kiel na een onverhoopt aan de grond lopen, komen indien niet gedekt door de verzekering- voor rekening van de gebruiker. 5.6. Elke schipper dient bij aanvang en bij vertrek van een gebruiksperiode het schip in- en uitwendig te controleren aan de hand van de checklist. Geconstateerde beschadigingen of bijzonderheden worden beschreven op de schipperschecklist en gefotografeerd. 5.7. De schipper wordt verondersteld de noodzakelijke kennis te bezitten of te vergaren om de eenvoudige klussen aan boord zelf te verrichten. Leidraad hiervoor is het boekje uit de boordbibliotheek: klussen aan je boot. Werkzaamheden die hierin worden beschreven, worden geacht door de schipper zelf uitgevoerd te kunnen worden of te laten doen voor eigen rekening en eigen verantwoordelijkheid. 5.8. Noodzakelijk technisch onderhoud zal steeds voor de afvaart in een nieuwe gebruiksperiode worden verricht. Desondanks kan het voorkomen dat men onderweg zodanige pech ontmoet, dat directe reparatie noodzakelijk is. Indien de schipper niet bij machte deze reparatie zelf uit te voeren, mogen deze uitsluitend geschieden door vakkundige reparateurs. De schipper is in al deze verantwoordelijk. 5.9. Reparaties van geringe omvang kunnen zonder overleg geschieden doch bij reparaties boven een jaarlijks vast te stellen basisbedrag behoeft men vooraf verkregen toestemming van de andere mede-eigenaars. 5.10. De reparatienota, het defecte onderdeel en het bewijs van betaling kan men bij terugkomst aan de penningmeester overhandigen, waar na akkoord het betaalde bedrag vergoed zal worden. 5.11. Alleen de directe reparatiekosten kunnen worden gedeclareerd uit de gezamenlijke pot. Alle gevolgschade en situaties die ontstaan onder verantwoordelijkheid van de schipper in relatie met deze schade, zijn in principe voor de verantwoordelijkheid en kosten van de schipper. Deze kosten worden eventueel alleen in bijzondere omstandigheden geheel of gedeeltelijk vergoed uit de gezamenlijke pot, na overleg en instemming van de overige schippers. 5.12. Bij zodanige zware schade dat het schip niet langer bruikbaar is worden zo spoedig mogelijk de mede-eigenaars en de verzekering ingelicht. Ten bewijze van de schadeoorzaak dient een bewijs te worden overlegd. Bij aanvaringen een door beide partijen en indien mogelijk ook een door getuigen ondertekende verklaring. Het schadeformulier van de verzekering dient hierbij door beide partijen volledig te worden ingevuld. Bij brand en diefstal bovendien ook een politie rapport. 5.13. Elke schipper is verantwoordelijk voor het in orde zijn van de benodigde papieren in elk land dat het schip aandoet tijdens zijn vaarperiode. Boetes of andere (indirecte) kosten of in beslagname van het schip die het gevolg zijn van het niet juist volgen van de officiele procedures zijn voor verantwoordelijkheid en voor rekening van betreffende schipper. 6. Beëindiging:
6.1. Deze overeenkomst wordt in beginsel aangegaan voor de levensduur van de boot, of indien in onderling overleg anders wordt overeengekomen voor een kortere duur. 6.2. Indien een mede-eigenaar de overeenkomst wenst te beëindigen dient daarbij een opzegtermijn van minimaal 1 maand in acht te worden genomen. De medeeigenaar is zelf verantwoordelijk voor de verkoop van zijn deel van het schip, waarbij in eerste instantie de andere mede-eigenaren de mogelijkheid moet worden geboden om zijn deel over te nemen tegen de dan geldende marktwaarde. De financiële verplichtingen voortkomende uit deze overeenkomst (kosten onderhoud, beheer, ligplaats, verzekering etc.) blijven voor rekening van de uittredende partij tot het moment van verkoop van zijn deel. 6.3. Indien mede-eigenaren geen gebruik wensen te maken van de mogelijkheid om het deel van een uittredende partij over te nemen, kunnen beide partijen een ander voordragen om mede-eigenaar te worden. De verkoop aan de nieuwe mede-eigenaar kan alleen plaatsvinden na kennismaking met- en instemming van de blijvende mede-eigenaren. 6.4. Indien een mede-eigenaar komt te overlijden treden de erfgenamen in diens plaats voor zowel de rechten als de plichten die voortkomen uit deze overeenkomst. Slechts één van deze erfgenamen is gemachtigd mede-eigenaar te worden indien de overige mede-eigenaars akkoord zijn met zijn/haar toetreding. 6.5. Het schip mag niet dienen als onderpand voor zakelijke- of privéschulden die worden aangegaan met derden. Ingeval een mede-eigenaar failliet wordt verklaard of in surcéance van betaling komt te verkeren hebben de andere mede-eigenaren het recht om zijn aandeel te kopen. 6.6. Indien over de uitleg van deze overeenkomst onenigheid ontstaat of een medeeigenaar zijn verplichtingen niet nakomt kunnen partijen in onderling overleg overeenkomen advies te vragen aan de ANWB. 6.7. Indien een van de mede-eigenaars zijn verplichtingen voortkomende uit deze overeenkomst niet nakomt of het schip niet op de juiste wijze gebruikt en/of beheerd volgens de andere mede-eigenaars mogen zij hem/haar bij besluit van 6 stemmen het gebruik van het schip ontzeggen.