HANDLEIDING PARTICIPATIE IN HET M.E.R.-PROCES



Vergelijkbare documenten
HOE REAGEREN OP DE KENNISGEVING VAN EEN PLAN- MILIEUEFFECTRAPPORT?

Gemeente Beveren RUP TEXAMSITE. Procesnota januari 2019

Gemeente Schilde RUP "De Vogelenzang " Procesnota Juli 2018

RUP Dennenstraat Gemeente Lanaken. Procesnota Juli 2018

RUP Omvormen kleine industriegebieden. Stad Lier Procesnota

RUP Ibogem Procesnota juni Gemeente Kruibeke

Gemeente Bocholt RUP AFSCHAFFING OMLEIDINGSWEG N747 KAULILLE. procesnota november 2018

GEMEENTE HEUVELLAND RUP Brandweerkazerne. Procesnota mei 2019

RUP Tabaart Stad Bilzen. Procesnota oktober 2017

Vormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen. Pascal Van Ghelue Geograaf Dienst Begeleiding Gebiedsgerichte Planprocessen

Vormen van milieueffectrapportage in Vlaanderen

Een overzicht van de mer-procedure en bespreking van de terinzagelegging van de kennisgeving

RUP Hippodroom Stad Tongeren. Procesnota Maart 2018

RUP s Kernen Gemeente Zaventem. Procesnota september RUP Zaventem Noord RUP Zaventem Zuid RUP Nossegem RUP Sterrebeek RUP Sint-Stevens-Woluwe

RUP Zaventem Noord RUP Zaventem Zuid RUP Nossegem RUP Sterrebeek RUP Sint-Stevens-Woluwe Gemeente Zaventem. Procesnota januari 2019

RUP Moleneiland. Publieke raadpleging tem Informatievergadering en mini-workshop

RUP AZ Nikolaas Stad Sint-Niklaas. Procesnota

Terinzagelegging Kennisgeving voor MER Eurostadium 25 augustus Karen Polfliet Arcadis Belgium

RUP AZ Nikolaas Stad Sint-Niklaas. Procesnota

RUP Bavikhove Dorp West. Publieke raadpleging tem Informatievergadering

WAT IS DE SITUATIE VANDAAG?

RUP Eiland. Publieke raadpleging tem Informatiemarkt

Ontheffing tot het opstellen van een MER. Ontheffingsbeslissing. Project:

PROVINCIE ANTWERPEN STAD HERENTALS GEMEENTE GROBBENDONK RUIMTELIJK UITVOERINGSPLAN HAZENPAD VERZOEK TOT RAADPLEGING BIJLAGE BUNDELING ADVIEZEN

GEMEENTE HERSELT. RUP Woonkernen Deelplan Landelijke woonlinten. Verordenend deel Stedenbouwkundige voorschriften

leeswijzer bij de kenningsgevingsnota Plan-MER ontsluiting Haspengouw - E40

Infomoment Verapazbrug

Goedkeuringsverslag milieueffectrapport

BETREFT: plan MER screening

HANDLEIDING PARTICIPATIE IN HET M.E.R.-PROCES

PROCESNOTA 1.0 (26/04/2018)

PRUP Regionaal bedrijventerrein Jagersborg te Maaseik Herziening RUP s Stad Maaseik. Procesnota februari 2018

E R K E N N I N G M E R - D E S K U N D I G E A A N V R A A G F O R M U L I E R

2 planningsproces. ting van: DD-MM-JJJJ

PROVINCIERAAD VAN ANTWERPEN

Gemeente Wijnegem Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Wommelgemsteenweg. Procesnota Dossier WIJ1022

gemeente zwevegem RUP Transfo herziening A procesnota april 2019, fase startnota

WELKE PROCEDURES EN STUDIES MOET EEN

Milieueffectrapport voor het uitbreiden van een varkensbedrijf

PROCESNOTA RUP BEKINA PROVINCIE: OOST-VLAANDEREN GEMEENTE: KLUISBERGEN. Dossier nr RUP BEKINA DE ONTWERPERS:

Gemeente Wijnegem Gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Somtrans. Procesnota Dossier WIJ1024

N O T A B E T R E F F E N D E D E B E H A N D E L I N G V A N D E WOONWIJKEN L U T T E R Z E L E

In kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage werden op basis van een lijst aangeleverd door de dienst MER volgende instanties geraadpleegd:

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende nadere regels voor de milieueffectrapportage over projecten en voor de omgevingsveiligheidsrapportage

Gemeente Bree RUP Het gehucht t Hasselt. Procesnota november 2018

Hengelhoef informatievergadering 5 december 2013

p r o c e s n o t a R U P B e e l d b e p a l e n d e B a k e n s i n h e t l a n d s c h a p

2 planningsproces. 2.2 agenda RUP-procedure

Goedkeuring milieueffectrapport. Kerncentrale van Doel hernieuwing van de Vlarem-vergunning

gemeente zwevegem RUP Gemeentepark procesnota december 2018, fase scoping

Stad WAREGEM RUP WINDHOEK. november 2018 procesnota

/11/2015

Pittem RUP Ruimtelijke kwaliteit centrum pittem

STAD MENEN RUP HAGEWINDE

In kader van het onderzoek tot milieueffectrapportage werden op basis van een lijst aangeleverd voor de dienst MER volgende instanties geraadpleegd:

HERZIENING GRS. Kaartenbundel richtinggevend gedeelte Stad Ieper

Openluchtrecreatieve verblijven PRUP Molenzijdse Heide (Merksplas) en Hof van Eeden / t Heultje (Westerlo)

Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan

PROCESNOTA. fase raadpleging publiek en adviesronde. versie publicatie. Gemeente Opwijk. Ringlaan Opwijk. Tel.

Stad WAREGEM RUP WINDHOEK. juni 2018, procesnota, fase scopingnota

gemeente SPIERE-HELKIJN RUP LANDSCHAPSAFWERKING procesnota juli 2018, start

PROCESNOTA. Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan. PRUP Galloo - Ropswalle Gemeente Menen 1.0 (21/06/2018) algplanid: RUP_30000_213_00161_00001

gemeente anzegem RUP reynaert procesnota augustus 2018, fase scopingnota

RUP Decof. Procesnota. Fase: Startnota. Mei Plan_id: RUP_36008_214_00409_0001

gemeente zwevegem RUP De Geit november 2018, procesnota, fase scoping

ZELZATE RUP EUROHAL. Procesnota

Varkensbedrijf Kodeva te Torhout

Gemeentelijk Ruimtelijk UitvoeringsPlan Wijziging BPA Kleine Kromstraat

gemeente lendelede RUP site neirynck procesnota april 2019, procesnota

Stad harelbeke RUP MOLENeiland. juli 2018, fase scopingnota

ADVIEZEN OP HET VERZOEK TOT RAADPLEGING RUP KLEIN SCHRIEKEN HEIST-OP-DEN-BERG

Jouw stem in het Gewestelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan

Stad Lier RUP Azelhof. Procesnota april 2018

GEmeente Lendelede RUP Vandewalle - VENTILO NV. juni 2017, Procesnota, fase startnota

RUP ZORGDORP STARTNOTA

Gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan Kasteelpark de Merode Procesnota 1

Complexe Projecten. Het strategisch niveau van de onderzoeksfase

PROVINCIE LIMBURG PRUP Regionale bedrijven SCANIA Parts Logistics en Weltjens Transport nv. Procesnota juli 2018

voor de vaststelling van ruimtelijke uitvoeringsplannen, vermeld in artikel 3, de toepasselijke procedureregels van de Vlaamse Codex Ruimtelijke

gemeente anzegem RUP Reynaert juli 2017, procesnota, fase startnota

Gemeente Glabbeek RUP Zonevreemde recreatie. Procesnota mei 2018

gemeente Zwevegem RUP Omleidingsweg IMOG en Moen-Trekweg december 2017, startnota

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 25 januari 2014 betreffende het onroerend erfgoed;

gemeente lendelede RUP dorpskom maart 2018, Procesnota, Fase scopingnota

Richtlijnen voor het Project-MER Oiltanking AGT

PROCESNOTA. Provinciaal Ruimtelijk Uitvoeringsplan. Prup Camping Ter Hoeve De Panne 1.0 (04/01/2019) algplanid: RUP_30000_213_00165_00001

Uitbreiding historisch gegroeid bedrijf Aertssen te Stabroek. geïntegreerd planproces gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan

Stad harelbeke RUP eiland. november 2017, procesnota, fase startnota

Ontheffing tot het opstellen van een MER. Ontheffingsbeslissing. Project: Gemengd Regionaal Bedrijventerrein Veedijk te Turnhout.

Stad harelbeke RUP Natuurgebied zuid. december 2018, procesnota, voorlopig vastgesteld

Stad harelbeke RUP eiland. maart 2018, procesnota, fase scopingnota

PITTEM RUP DE POSTERIJ

HANDLEIDING. Overzicht van de procedurele en inhoudelijke wijzigingen n.a.v. de omzetting van de Europese projectm.e.r.- richtlijn (2014/52/EU)

Stad harelbeke RUP Natuurgebied zuid. januari 2018, procesnota, fase startnota

PROCESNOTA 1.0 (04/04/2019)

Wiga NV: uitbreiding van een varkenshouderij tot varkens te Heuvelland

RUISELEDE RUP ZORGDORP

Informatiemoment PRUP Camping Ter Hoeve (De Panne) Infomoment 6 februari 2019

Gecontroleerd overstromingsgebied met gereduceerd getij Bovenzanden

Aanvraag van een planologisch attest

Transcriptie:

HANDLEIDING PARTICIPATIE IN HET M.E.R.-PROCES Definitieve versie Opdrachtgever: LNE, afd. AMNE, dienst Mer

COLOFON Opdracht: Handleiding participatie in het m.e.r.-proces Definitieve versie Opdrachtgever: Vlaamse Overheid, Afdeling Milieu-, Natuur- en Energiebeleid Dienst Mer Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 BRUSSEL Opdrachthouder: Antea Belgium nv Roderveldlaan 1 2600 Antwerpen T : +32 (0)3 221 55 00 F: +32 (0)3 221 55 01 www.anteagroup.be BTW: BE 414.321.939 RPR Antwerpen 0414.321.939 IBAN: BE81 4062 0904 6124 BIC: KREDBEBB Antea Group is gecertificeerd volgens ISO9001 Identificatienummer: 2238503030/ivm Datum: Maart 2013 April 2013 Juni 2013 Juli 2013 Juli 2013 status / revisie: Versie 01 Versie 02 Versie 03 Versie 04 Versie 05 Vrijgave: Jan Parys, Directeur Controle: Cedric Vervaet, Account Manager Projectmedewerkers: Inge Van der Mueren, MER-deskundige Antea Belgium nv 2013 Zonder de voorafgaande schriftelijke toestemming van Antea Group mag geen enkel onderdeel of uittreksel uit deze tekst worden weergegeven of in een elektronische databank worden gevoegd, noch gefotokopieerd of op een andere manier vermenigvuldigd.

INHOUD 1 WAT IS MILIEUEFFECTRAPPORTAGE?...4 1.1 MILIEUEFFECTRAPPORTAGE: EERST DENKEN, DAN DOEN...4 1.2 MILIEUEFFECTRAPPORTAGE OP VERSCHILLENDE NIVEAUS...4 2 PARTICIPATIE TIJDENS DE M.E.R.-PROCEDURE...6 2.1 DE KENNISGEVING...6 2.2 HET DEFINITIEVE MER...8 3 UITBREIDING VAN DE WETTELIJKE VERPLICHTE PARTICIPATIE...9 2238503030 - Handleiding participatie in het m.e.r.-proces pagina 3

1 Wat is milieueffectrapportage? Er wordt een bepaald project of plan opgevat in uw omgeving. De uitvoering daarvan zal mogelijk effecten hebben op het leefmilieu. Daarom moet de initiatiefnemer van het plan of project in bepaalde gevallen een milieueffectrapportageproces doorlopen. 1.1 Milieueffectrapportage: eerst denken, dan doen Milieueffectrapportage (m.e.r.) is een procedure waarbij, vóórdat een activiteit of ingreep plaatsvindt, de milieugevolgen ervan bestudeerd, besproken en geëvalueerd worden. Het betreft hier de gevolgen voor de gezondheid en veiligheid van de mens, de ruimtelijke ordening, de biodiversiteit, de fauna en flora, de energie- en grondstoffenvoorraden, de bodem, het water, de atmosfeer, de klimatologische factoren, het geluid, het licht, de stoffelijke goederen, het cultureel erfgoed met inbegrip van het architectonisch en archeologisch erfgoed, het landschap, de mobiliteit, en de samenhang tussen de genoemde factoren. Via dit milieuonderzoek (m.e.r.) wordt getracht om de potentieel negatieve en positieve effecten voor het milieu in een vroeg stadium van de besluitvorming te kennen. Zo kunnen negatieve milieueffecten worden voorkomen, gemilderd of gecompenseerd en positieve milieueffecten versterkt. Milieueffectrapportage gaat de besluitvorming van een plan of project dus vooraf en zorgt ervoor dat de overheid die beslist of het plan/project al dan niet doorgaat (gemeente, provincie, gewest), voldoende kennis heeft van de mogelijke milieueffecten als gevolg van dat plan of project. 1.2 Milieueffectrapportage op verschillende niveaus In de bij decreet bepaalde gevallen moet de milieueffectrapportage gedocumenteerd worden in een milieueffectenrapport (MER) 1. In deze gevallen moet het publiek geconsulteerd worden tijdens de m.e.r.-procedure (zie hoofdstuk 2). Bij het besluitvormingsproces van een plan (dit betreft meestal het vaststellen of goedkeuren van een ruimtelijk uitvoeringsplan of RUP 2 ) zal nagegaan worden of voor het plan een plan-mer (plan-milieueffectenrapport) moet opgemaakt worden. Bij het besluitvormingsproces van een project (het goedkeuren van een project door het verlenen van een vergunning voor dat project) wordt dan weer onderzocht of een project-mer dient opgemaakt te worden. 1 In welke gevallen een MER verplicht op te stellen is, is vastgelegd in het DABM (Decreet Algemene Bepalingen Milieubeleid van 5 april 1995 zoals herhaaldelijk gewijzigd). 2 Een RUP is een plan waarmee een overheid in een bepaald gebied de ruimtelijke bestemming (woongebied, industriegebied, landbouwgebied, natuurgebied ) vastlegt. Op basis van de stedenbouwkundige voorschriften die zijn opgenomen in een RUP kunnen - eens het RUP is goedgekeurd - stedenbouwkundige vergunningen afgeleverd worden. Voor bepaalde projecten maakt men een project-mer voorafgaand aan de opmaak van een stedenbouwkundige vergunning of een andere vergunning (milieuvergunning, kapvergunning, natuurvergunning ). 2238503030 - Handleiding participatie in het m.e.r.-proces pagina 4

Er bestaan m.a.w. twee soorten MER s die vaak aan elkaar gerelateerd zijn. Een plan kan in een latere fase verder worden uitgewerkt in een aantal projecten. Een plan-mer kan evenzo worden gedetailleerd en verfijnd in één of meerdere project-mer s. Het is niet zo dat een project en project- MER steeds voorafgegaan wordt door een plan en plan-mer. Project-MER s worden bv. ook opgemaakt voor hervergunningen van bestaande bedrijven zonder dat het bestemmingsplan moet worden aangepast. 2238503030 - Handleiding participatie in het m.e.r.-proces pagina 5

2 Participatie tijdens de m.e.r.-procedure Dit hoofdstuk handelt over de wettelijk verplichte inspraakmogelijkheden bij het opmaken van een plan-mer of project-mer. 2.1 De kennisgeving 2.1.1 Wat is een kennisgeving? Aan een MER begint men niet zomaar. Een eerste stap bestaat uit het schrijven van een kennisgeving. U wordt hierbij in kennis gesteld dat de milieueffecten van een plan of project zullen onderzocht worden en in een plan-mer of project-mer zullen worden neergeschreven. Tijdens de procedure voor de milieueffectrapportage hebt u volgens de wet de mogelijkheid om in te spreken op die kennisgeving. De kennisgeving schetst hoe men het MER zal maken. In een eerste deel beantwoordt de initiatiefnemer van het plan of project o.a. de volgende vragen die ingaan op het plan of project zelf: Wat is het doel van het plan of project? Wat houdt het plan of project juist in? Waar is het plan of project precies gelokaliseerd? Een tweede onderdeel van de kennisgeving is de beschrijving van de methode die men zal hanteren om de milieueffecten te omschrijven, te voorspellen, in te schatten, te berekenen en te beoordelen op hun significantie of aanzienlijkheid. Anders gesteld: hoe men het MER zal opmaken, komt in een kennisgeving aan bod. Een kennisgeving zal zich bijgevolg beperken tot de beschrijving van de methode van het nog te voeren milieuonderzoek; het latere MER zal pas een volledige en uitvoerige uitwerking van de milieueffecten of resultaten van het gevoerde milieuonderzoek bevatten. Het eigenlijke MER wordt opgemaakt op basis van de inhoud van de kennisgeving, de adviezen van Vlaamse overheidsadministraties en openbare besturen én op basis van uw inspraakreactie! In de beschrijving van de methode leest u: Hoe men welke milieueffecten zal beschrijven, meten en beoordelen; Welk gebied men zal bestuderen; Welke bronnen men zal raadplegen (veldopnames, kaarten, databanken ) tijdens het onderzoek naar de milieueffecten; Welke mogelijke alternatieven er zijn (doelstellings-, bestemmings- of locatiealternatieven). 2.1.2 Uw inspraak in de kennisgeving Wat is uw rol? U wilt reageren op de kennisgeving? Als omwonende of belanghebbende kent u de lokale situatie als geen ander. Daarom kan u helpen met het volgende: Misschien vindt u dat een bepaald effect over het hoofd gezien wordt of dat de methode voor de meting/berekening/beschrijving/inschatting van het effect niet goed is. Misschien wilt u wijzen op bepaalde aandachtspunten binnen of in de omgeving van het plangebied (speelterreinen, verkeersproblematiek, landbouwgebieden, fauna en flora, 2238503030 - Handleiding participatie in het m.e.r.-proces pagina 6

beschermde monumenten en landschappen ) waarvan geen melding gemaakt wordt in de kennisgeving. Misschien wilt u een alternatief (andere locatie, andere bestemming, andere inrichting ) of een milderende maatregel (buffer, geluidsmuur ) voorstellen. Een opmerking die bruikbaar is voor het toekomstig uit te voeren milieuonderzoek is bijvoorbeeld: Met bepaalde opmerkingen helpt u de milieueffectrapportage echter niet verder. Bijvoorbeeld: Reacties zoals "Ik ben tegen het plan", "Ik wil niet dat het project doorgaat"... zijn reacties die thuishoren in andere procedures (zie ook verder in hoofdstuk 2.2 van deze handleiding). Het betreft reacties over het plan of project zelf en niet over het nog te voeren milieuonderzoek. Zulke reacties gaan immers niet over milieueffecten. De terinzagelegging tijdens de m.e.r.-procedure (d.i. de periode waarbinnen u uw opmerkingen kan geven over het nog uit te voeren onderzoek naar de milieueffecten van het plan of project) is enkel bedoeld om u inspraak te geven over de inhoud van het nog op te stellen MER. Hoe kan u reageren? Iedereen die dit wenst, kan schriftelijk reageren op de kennisgeving. Op de website van de dienst Mer (http://www.lne.be/themas/milieueffectrapportage) kunt u de kennisgeving gedurende een periode van 30 dagen raadplegen. Ook op uw gemeente- of stadhuis kunt u de kennisgeving inkijken. Binnen deze periode van 30 dagen, die terinzagelegging wordt genoemd, kan u reageren. Noteer al uw opmerkingen en suggesties en bezorg ze aan uw stad of gemeente. U kunt uw reactie opsturen naar of rechtstreeks afgeven op het stad- of gemeentehuis. Een aangetekend schrijven is niet nodig. Uw stad of gemeente verzamelt alle opmerkingen en stuurt ze naar de dienst Mer. 2238503030 - Handleiding participatie in het m.e.r.-proces pagina 7

U kunt uw opmerkingen ook rechtstreeks aan de dienst Mer bezorgen, per brief of via email: Departement Leefmilieu, Natuur en Energie Dienst Milieueffectrapportagebeheer Inspraak MER (naam van het plan of project in te vullen) Koning Albert II-laan 20 bus 8 1000 BRUSSEL mer@vlaanderen.be Op http://www.lne.be/themas/milieueffectrapportage/inspraak/hoe-inspreken vindt u bovendien een inspraakformulier terug dat u kan invullen en versturen naar de dienst Mer. Dit formulier is eveneens toegevoegd in bijlage bij deze handleiding. Dit is geen verplichting. U kunt ons uw inspraakreactie ook zonder dit formulier bezorgen. En daarna? In een volgende stap zal de dienst Mer alle opmerkingen van burgers, betrokken administraties en overheden verwerken tot richtlijnen. Deze richtlijnen moet de initiatiefnemer volgen om het definitieve MER op te stellen. De richtlijnen zijn verdere aanwijzingen die de initiatiefnemer van het plan of project (en de eventuele erkende MER-deskundigen, die in opdracht van de initiatiefnemer het MER schrijven) moet volgen bij de opmaak van een MER. Anders gesteld vormen de binnengekomen adviezen en inspraakreacties, samen met de kennisgeving, het vertrekpunt voor het opstellen van het MER. De richtlijnen kunt u raadplegen op de website van de dienst Mer (www.lne.be/themas/milieueffectrapportage). U krijgt dus geen individueel antwoord op uw inspraak, maar u kan in de richtlijnen wel lezen hoe met uw inspraakreactie wordt omgegaan. Uw inspraakreactie zal evenwel zelden letterlijk terug te vinden zijn in de richtlijnen, maar wordt erin verwerkt. Bepaalde inspraakreacties die niet thuishoren binnen de m.e.r.-procedure worden niet verwerkt in de richtlijnen, nl.: reacties die geen deel uitmaken van de decretaal vereiste elementen van een MER (bv. economische impact, kosten-baten-analyse, persoonlijke voorkeuren van omwonenden of gemeentebesturen, draagvlakvorming, waardevermindering of vermeerdering van onroerend goed per perceel, mogelijke sociale effecten zoals stadsvlucht, verhoging criminaliteit, ); reacties die gaan over procedurele aspecten buiten de m.e.r.-procedure (bv. inspraak in het voortraject); reacties die betrekking hebben op niet-inhoudelijke zaken (verklaring symbolen, legende figuren, wijze van formuleren, spellingsfouten ). Deze worden wel overgemaakt aan het studiebureau voor verwerking. 2.2 Het definitieve MER Daarna wordt het milieueffectenrapport opgesteld. Het door de dienst Mer goedgekeurde milieueffectenrapport kan u raadplegen tijdens het openbaar onderzoek in de verdere procedure van het plan of project (bv. openbaar onderzoek ruimtelijk uitvoeringsplan of stedenbouwkundige vergunningsaanvraag). Tijdens deze fase kunnen geen inspraakreacties gegeven worden op het milieueffectenrapport zelf, maar het goedgekeurde milieueffectenrapport kan wel gebruikt worden om reacties (zoals bezwaren) op het voorliggende plan of project te onderbouwen. 2238503030 - Handleiding participatie in het m.e.r.-proces pagina 8

3 Uitbreiding van de wettelijke verplichte participatie Teneinde tot een kwaliteitsvol en gedragen plan of project te komen, kan het interessant zijn om de wettelijk verplichte inspraakmogelijkheden uit te breiden tot een breder participatietraject of participatie te voorzien bij m.e.r.-procedures waar geen wettelijke verplichting daartoe bestaat (zoals bij plan- en project-m.e.r.-screeningen en ontheffingdossiers). Dit is evenwel steeds de keuze van de initiatiefnemer van het plan of project. Om de initiatiefnemer van een plan of project bij te staan in de keuze voor een participatietraject tijdens het milieueffectrapportage (m.e.r.)-proces werd een handleiding participatie in het m.e.r.- proces opgemaakt. Deze omvat een praktische leidraad voor participatie in het m.e.r.-proces voor de initiatiefnemer. Tevens geeft de handleiding inzicht in de redenen waarom een initiatiefnemer al dan niet voor een breder participatietraject zou kunnen kiezen. Het gebruik van deze handleiding door initiatiefnemers is vrijblijvend en ze dient dan ook als dusdanig geïnterpreteerd te worden. De manier waarop de initiatiefnemer participatiemogelijkheden voorziet voor zijn plan of project ligt eveneens niet vast en zal verschillen van plan tot plan en van project tot project. Waar dit tijdens de m.e.r.-procedure niet mogelijk is, kan de initiatiefnemer in een breder participatietraject bv. wel participanten laten meedenken over het plan of project zelf. De initiatiefnemer kan er bv. ook voor kiezen om meer participatiemomenten te voorzien tijdens de opmaak van het MER dan wettelijk verplicht. De mogelijkheden om buiten de wettelijk voorziene inspraakmomenten te participeren bij het planof projectproces worden bepaald door de initiatiefnemer en u zal hier op vrijwillige basis aan kunnen deelnemen. U dient zich er echter van bewust te zijn dat de initiatiefnemer de resultaten van de participatie zal gebruiken om zijn plan of project uit te werken en keuzes te maken. Participatie is dus niet vrijblijvend! Algemeen geldt dat hoe vroeger u inspreekt, hoe meer kans dat u impact hebt op het plan of project. Wanneer bredere participatiemogelijkheden worden geboden, is het dan ook aan te raden om hierop in te gaan. 2238503030 - Handleiding participatie in het m.e.r.-proces pagina 9