Risicoberekening LPG tankstation Total Drentse Poort Nieuw Buinen
Opdrachtgever: Gemeente Borger-Odoorn Mevrouw M. Sieders Postbus 3 7875 ZG EXCLOO Opdrachtnemer: AM&V bv Hoofdstraat 86 9531 AJ Borger Telefoon:+31 (0)599-23 55 28 Dossier: AM&V2012020 Versie: 01 Datum: 07-12-2012 Opsteller: dhr. ing. A. Kesting Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopiëren, opnamen of enige andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van AM&V bv. pagina 2 van 13
Inhoudsopgave 1 INLEIDING... 4 1.1 Algemeen...4 1.2 Situatie Total Drentse Poort...4 1.3 Indeling rapport...4 2 REKENMETHODIEK LPG TANKSTATION VOLGENS HET RIVM... 5 2.1 Algemeen Bevi...5 2.1.1 Uitgangspunten rekenmethodiek...5 2.2 s reservoir...5 2.3 s intrinsiek falen tankauto...6 2.4 s BLEVE tankauto...6 2.5 s Falen Pomp...7 2.6 s Falen losslang...7 2.7 Populatiegegevens...8 3 RESULTATEN... 9 3.1 Plaatsgebonden risico volgens Revi...9 3.1.1 Plaatsgebonden risico bestaande situatie berekend...10 3.1.2 Plaatsgebonden risico nieuwe situatie berekend...10 3.2 Groepsrisico...11 3.2.1 Groepsrisico bestaande situatie berekend...11 3.2.2 Groepsrisico nieuwe situatie berekend...12 4 CONCLUSIE... 13 4.1 Conclusie Plaatsgebonden risico...13 4.2 Conclusie Groepsrisico...13 4.3 Oplossingen m.b.t. PR...13 pagina 3 van 13
1 Inleiding 1.1 Algemeen In opdracht van de Gemeente Borger-Odoorn is er een risicoberekening van het LPG tankstations Total Drentse Poort gelegen aan de Drentse Poort 1 te Nieuw Buinen uitgevoerd. Voor de bepaling van het groepsrisico in standaard situaties is een LPG groepsrisico berekeningsmodule beschikbaar, de LPG-rekentool. Om gebruik te maken van de LPG-rekentool moeten er aan een aantal voorwaarden worden voldaan. Het aanwezig zijn van een bovengrondse LPG voorraadtank is geen standaard situatie en moet het groepsrisico middels een QRA berekend worden. 1.2 Situatie Total Drentse Poort Nabij het vulpunt en het bovengrondse reservoir van het LPG tankstation wil de firma Onrust het voormalig pand van Autobedrijf Royal Trip aan de Drentse Poort 1b weer in gebruik nemen. Omdat dit een nieuwe ontwikkeling is zal het groepsrisico en plaatsgebonden risico opnieuw moeten worden bepaald en worden getoetst aan de wettelijke eisen vanuit het Besluit externe veiligheid inrichtingen milieubeheer, Bevi. 1.3 Indeling rapport In dit rapport wordt in hoofdstuk 2 allereerst de berekeningsmethodiek, respectievelijk de aannames wat betreft aanwezigheid van bevolking aangegeven. In de hoofdstuk 3 worden de resultaten behandeld en in hoofdstuk 4 zal de conclusie worden gegeven. pagina 4 van 13
2 Rekenmethodiek LPG tankstation volgens het RIVM 2.1 Algemeen Bevi Een LPG tankstation is een inrichting die valt onder het Bevi, artikel 2 lid 1 e. Conform artikel 2 lid 2 is het Bevi ook van toepassing op een bestemmingsplanwijziging. Hieruit volgt dan dat er moet worden voldaan aan de grens- en richtwaarde zoals genoemd in artikel 8 1 e en 2 e lid van het Bevi. De grenswaarde van 10-6 geldt voor kwetsbare objecten en de richtwaarde van 10-6 geldt voor beperkt kwetsbare objecten. Voor LPG tankstations met een bovengronds reservoir geldt een afstand van 120 meter vanaf dat reservoir tot al dan niet (geprojecteerde) kwetsbare en beperkt kwetsbare objecten. Die afstand geldt ongeacht de doorzet van LPG per jaar. 2.1.1 Uitgangspunten rekenmethodiek Voor LPG-tankstations moeten scenario s worden meegenomen voor het opslagvat inclusief leidingwerk en de verlading inclusief de tankauto. Voor de verlading zijn de volgende scenario s van belang: intrinsiek falen van de tankauto BLEVE tankauto ten gevolge van brand (warme BLEVE) BLEVE tankauto ten gevolge van externe beschadiging (koude BLEVE) falen pomp falen losslang De berekening moet worden uitgevoerd met propaan als karakteristieke stof. De rekenmethode is beschreven aan de hand van een referentie LPG-tankstation met een LPG-doorzet van 1.000 m 3 per jaar. 2.2 s reservoir Tabel 1 s voor opslagvat onder druk Basisfrequentie factor Frequentie O.1 opslagvat - Instantaan falen 5 x 10-7 5 x 10-7 O.2 opslagvat 10 minuten 5 x 10-7 5 x 10-7 O.3 opslagvat 10 mm gat 1 x 10-5 1 x 10-5 O.4 vloeistofleiding Breuk leiding 1,25" 5 x 10-7 10 5 x 10-6 O.5 vloeistofleiding lek 0,125" 1,5 x 10-6 10 1,5 x 10-5 O.6 afleverleiding breuk 1,25" 5 x 10-7 75 3,75 x 10-5 O.7 afleverleiding lek 0,125" 1,5 x 10-6 75 1,125 x 10-4 pagina 5 van 13
2.3 s intrinsiek falen tankauto Tabel 2 s voor de LPG-tankauto Basisfrequentie factor Frequentie T.1 tankauto - Instantaan falen (vulgraad 100%) 5 x 10-7 70 x 0,5/8766 T.2 tankauto grootste aansluiting (vulgraad 100%) 5 x 10-7 70 x 0,5/8766 9 9 2,00 x 10-2,00 x 10 - Opmerkingen: Bij een LPG-omzet van 1.000 m 3 per jaar is het aantal verladingen gelijk aan 70 per jaar voor het referentie LPG-tankstation. De aanwezigheid is 0,5 uur per bezoek. 2.4 s BLEVE tankauto Tabel 3 s BLEVE van de LPG-tankauto (voorzien van een hittewerende coating) ten gevolge van brand tijdens de verlading BLEVE frequentie (uur 1 ) factor Frequentie B.1 BLEVE tankauto (vulgraad 100%) 5,8 x 70 x 0,5 x 0,05 1,02 x 10-10 -10 9 Opmerking: - Bij een LPG-tankauto voorzien van een hittewerende coating is de faalfrequentie voor een warme BLEVE van een tankauto gereduceerd met een factor 20 ten opzichte van de standaard faalfrequentie in de Handleiding Risicoberekeningen Bevi versie 3.0, paragraaf 3.15. Tabel 4 BLEVE scenario s van de LPG-tankauto voorzien van een hittewerende coating ten gevolge van brand voor de situatie dat het vulpunt binnen alle toetsingsafstanden ligt Brandfrequentie (per 100 verladingen) factor Frequentie B.2 BLEVE tankauto - vulgraad 100% 2 x 10-6 70/100 x 0,33 x 0,19 x 0,05 4,39 x 10-9 B.3 BLEVE tankauto - vulgraad 67% 2 x 10-6 70/100 x 0,33 x 0,46 x 0,05 1,06 x 10-8 B.4 BLEVE tankauto - vulgraad 33% 2 x 10-6 70/100 x 0,33 x 0,73 x 0,05 1,69 x 10-8 pagina 6 van 13
Tabel 5 s BLEVE van de LPG-tankauto ten gevolge van externe beschadiging faalfrequentie (per 100 verladingen) factor Frequentie B.5 BLEVE tankauto - vulgraad 100% 2,3 10-7 70/100 x 0,33 5,31 x 10-8 B.6 BLEVE tankauto - vulgraad 67% 2,3 10-7 70/100 x 0,33 5,31 x 10-8 B.7 BLEVE tankauto - vulgraad 33% 2,3 10-7 70/100 x 0,33 5,31 x 10-8 2.5 s Falen Pomp Tabel 6 s voor het falen van de pomp Basis faal frequentie factor Frequentie P.1 Breuk pomp, doorstroombegrenzer sluit 1 10-4 0,94 x 70 x 0,5/8766 3,75 x 10-7 P.2 Breuk pomp, doorstroombegrenzer sluit niet 1 10-4 0,06 x 70 x 0,5/8766 2,40 x 10-8 P.3 lek pomp 4,4 10-3 70 x 0,5/8766 1,76 x 10-5 Opmerkingen: Uitgangspunt is dat er 70 verladingen per jaar zijn met een verladingsduur van 0,5 uur. De effecten van de doorstroombegrenzer worden meegenomen. Aangenomen is dat deze bij het breukscenario een faalkans heeft van 0,06 en niet in werking treedt bij het lekscenario. 2.6 s Falen losslang Tabel 7 s voor het falen van de losslang Basis faalfrequentie (uur 1 ) factor Frequentie L.1 Breuk losslang 2, doorstroombegrenzer sluit L.2 Breuk losslang 2, doorstroombegrenzer sluit niet 4 10-6 0,88 x 0,1 x 70 x 0,5 4 10-6 0,12 x 0,1 x 70 x 0,5 1,23 x 10-5 1,68 x 10-6 L.3 lek losslang 0,2 4 10-5 70 x 0,5 1,40 x 10-3 pagina 7 van 13
2.7 Populatiegegevens Voor het bepalen van de bevolkingsgegevens is gebruik gemaakt tabel 16.2 en 16.4 van de Handreiking verantwoordingsplicht groepsrisico. Zie onderstaand tabel. In de handreiking is het volgende weergegeven: Bedrijven 1 persoon per 100 m 2 bedrijfsvloeroppervlakte Woningen 2,4 personen per woning Tabel Populatiegegevens. Populatie Aanwezigheid overdag Aanwezigheid s nachts Bestaand nieuw Bestaand Nieuw Onrust 0 35 0 0 Autobedrijf Royal Trip 10 0 0 0 2Rent 22,84 22,84 0 0 2Rent(2) 8,36 8,36 0 0 Aalbers 14,25 14,25 0 0 Aldi 70 70 0 0 Autobedrijf Trip 5,9 5,9 0 0 Bedrijf 18,73 18,73 0 0 Bedrijf II 13,94 13,94 0 0 Bedrijf III 4,84 4,84 0 0 Bedrijf IV 2,72 2,72 0 0 Bedrijf IX 3,12 3,12 0 0 Bedrijf V 4,06 4,06 0 0 Bedrijf VI 2,26 2,26 0 0 Bedrijf VII 4,17 4,17 0 0 Bedrijf VIII 4,04 4,04 0 0 Bedrijf X 1,12 1,12 0 0 Esso 3,16 3,16 0 0 HAWI 10,17 10,17 0 0 HB Construction 11,69 11,69 0 0 HB Groep 7,36 7,36 0 0 Plaatzetterij Drentse Poort 15 15 0 0 Sanders 7,7 7,7 0 0 Schildersgroep Noord 8,3 8,3 0 0 TSV Montage bv 4,8 4,8 0 0 Voordeelshop 25,8 25,8 0 0 Woning 1,7 1,7 2,4 2,4 pagina 8 van 13
3 Resultaten 3.1 Plaatsgebonden risico volgens Revi Uit de Regeling externe veiligheid inrichtingen blijkt dat het plaatsgebonden risicocontour 120 meter vanaf het bovengrondse reservoir is, zie figuur 1. Binnen deze contour liggen een aantal beperkt kwetsbare objecten maar geen kwetsbare objecten. Er wordt voldaan aan de grenswaarde 10-6. Er wordt echter niet voldaan aan de richtwaarde van 10-6. Dit geldt zowel voor de bestaande als nieuwe situatie. Autobedrijf Royal Trip was in het verleden ook een beperkt kwetsbaar object. Figuur 1 pagina 9 van 13
3.1.1 Plaatsgebonden risico bestaande situatie berekend Figuur 2 3.1.2 Plaatsgebonden risico nieuwe situatie berekend Figuur 3 pagina 10 van 13
= 10-6 = 10-7 = 10-8 In figuur 2 en 3 is te zien dat voor zowel de bestaande als nieuwe situatie er geen verschil is voor het plaatsgebonden risico. In beide situaties ligt er een beperkt kwetsbaar object binnen de 10-6 contour. 3.2 Groepsrisico 3.2.1 Groepsrisico bestaande situatie berekend pagina 11 van 13
3.2.2 Groepsrisico nieuwe situatie berekend pagina 12 van 13
4 Conclusie 4.1 Conclusie Plaatsgebonden risico Uit zowel de berekende als de waarde vanuit het Revi volgt dat er wordt voldaan aan de grenswaarde maar niet aan de richtwaarde. Het bevoegd gezag moet volgens artikel 5 2 e lid van het Bevi rekening houden met de richtwaarde bij het vaststellen van een bestemmingsplanherziening, zoals hier sprake van is. Het niet voldoen aan de richtwaarde is echter geen saneringsgeval. Het bevoegd gezag moet het niet voldoen wel motiveren. 4.2 Conclusie Groepsrisico Zowel in de bestaande als in de nieuwe situatie blijft het groepsrisico onder de oriënterende waarde. De verlading in de dag-periode levert de grootste bijdrage aan het groepsrisico. Als de verlading in de nieuwe situatie alleen nog maar mag plaatsvinden in de nacht dan zal het groepsrisico afnemen t.o.v. de bestaande situatie. 4.3 Oplossingen m.b.t. PR Er zijn twee mogelijke oplossingen om wel te voldoen aan de richtwaarde: Ten eerste is het ondergronds brengen van het LPG-reservoir. En ten tweede het verkopen van het LPG-tankstation aan Onrust. Deze situatie was er vroeger ook maar bij het loskoppelen van tankstation en autobedrijf is deze situatie ontstaan. pagina 13 van 13