CBCS BELEIDSREGEL INTEGERE BEDRIJFSVOERING BIJ INCIDENTEN EN INTEGRITEITSGEVOELIGE FUNCTIES
|
|
- Adam van der Zee
- 6 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 Januari 2011 CBCS BELEIDSREGEL INTEGERE BEDRIJFSVOERING BIJ INCIDENTEN EN INTEGRITEITSGEVOELIGE FUNCTIES 1. Algemeen Deze beleidsregel beoogt om de integriteit van de financiële sector te versterken door de onder toezicht van de Bank staande instellingen (hierna: de instellingen) een aantal organisatorische maatregelen aan te reiken ter bevordering van een integere bedrijfsvoering. De onderhavige regel richt zich op de integriteitsrisico s die inherent zijn aan de bedrijfsvoering en die zich onder meer manifesteren bij de werving en selectie van functionarissen op voor de integere bedrijfsvoering cruciale posities en bij incidenten. Meer specifiek gaat het om: 1. het opzetten, uitwerken en implementeren van beleid, procedures en maatregelen gericht op het integer handelen van de medewerkers waaronder de screening van medewerkers met name in integriteitsgevoelige functies; 2. de interne vastlegging en behandeling van incidenten die een risico vormen voor een integere bedrijfsvoering, inclusief het melden aan de Bank van bepaalde incidenten waarvan de aard en ernst zodanig zijn dat de Bank uit het oogpunt van toezicht hiervan op de hoogte dient te zijn. 2. Integriteitstoezicht 2.1. Integriteit van de financiële sector Onder integriteit van de financiële sector verstaat de Bank, dat de instellingen en daarmee verbonden (rechts)personen zich duidelijk houden aan normen gebaseerd op: formele en/of materiele wetgeving, door de Bank uitgevaardigde beleidsregels en voorschriften, door de financiële instellingen en/of sector zelf opgestelde gedragscodes, en/of ongeschreven maatschappelijk aanvaarde gedragsregels. Voor elke norm geldt dat (de schijn van) inbreuk op die norm het vertrouwen schaadt of kan schaden in: a) de nakoming van de uit het verrichten van financiële diensten voortvloeiende verplichtingen van de instellingen tegenover de afnemer van de door hen aangeboden of verrichte financiële diensten, of b) de behoorlijke werking van de financiële sector waarop de instellingen werkzaam zijn Integriteitstoezicht Deze normen zijn alleen voor het integriteitstoezicht op een instelling relevant indien voor die normen geldt dat de aard en of mate van een inbreuk daarop een gevaar betekent of zou kunnen betekenen voor het vertrouwen in de betrokken instellingen, hun beleidsbepalers of de markten. Met andere woorden, het integriteitstoezicht richt zicht op de wijze waarop een instelling zich duidelijk houdt aan genoemde normen, en meer in het bijzonder, aan de maatregelen die een dergelijke instelling heeft getroffen ter bevordering en handhaving van de integriteit binnen haar instelling. Norminbreuken in deze kunnen niet alleen afbreuk doen aan het vertrouwen in de instelling zelf,
2 maar kunnen ook van invloed zijn op de andere deelnemers van de financiële sector en op de financiële sector zelf. Er wordt daarom bij het integriteitstoezicht gekeken naar het integriteitsbeleid bij een onder toezicht van de bank staande instelling en naar de opzet en werking van systemen van risicoanalyse en - beheersing op het gebied van onder meer: het voorkomen van verwijtbare betrokkenheid bij benadeling van derden, misbruik van voorwetenschap en witwassen van gelden. De instelling heeft een duidelijke zorgplicht ten aanzien van een integer bestuur en bedrijfsvoering en wordt daarom geacht zodanige maatregelen te treffen dat zij handelt volgens de geldende zorgvuldigheidsnormen en niet verwijtbaar betrokken raakt bij onoorbare praktijken Invalshoeken van het integriteitstoezicht Het integriteitstoezicht van de Bank heeft de volgende invalshoeken: a) persoonlijke integriteit van bestuurders en medewerkers; b) organisatorische integriteit van de financiële instelling; c) relationele integriteit; d) integriteit met betrekking tot marktgedrag. Ad a) De instellingen hebben een zorgplicht ten aanzien van de persoonlijke integriteit van hun bestuurders en medewerkers. Aandachtspunten voor het toezicht hierbij zijn fraude, corruptie, en belangenverstrengeling van bestuurders in ruime zin (inclusief Raad van Commissarissen en Raad van Toezicht) en medewerkers. Het kan dan gaan om onrechtmatige onttrekkingen met daarmee bevoordeling en het verhullen van deze onttrekkingen door middel van manipulatie (van gegevens). Ook belangenverstrengeling van bestuurders in ruime zin en van medewerkers van financiële instellingen, bijvoorbeeld door nevenfuncties bij zakelijke relaties, vormt een belangrijk aandachtspunt. De persoonlijke integriteit van bestuurders betreft het hebben van bepaalde gedragseigenschappen, waaronder: waarheidslievendheid, verantwoordelijkheidszin, wetsgetrouwheid, onkreukbaarheid, rechtschapenheid en dergelijke. Hiervoor wordt verwezen naar de Beleidsregel Betrouwbaarheidstoetsing CBCS. Ad b) Organisatorische integriteit van de instelling. Dit betreft de interne procedures en maatregelen op het gebied van Administratieve Organisatie en Interne Controle ter bestrijding van inbreuken op de integriteit. Ad c) Relationele integriteit. Dit heeft betrekking op het marktgedrag van de instelling in haar relatie tot derden, alsmede op het gedrag van derden dat de integriteit van de instelling aantast, zoals verzekeringsfraude. Bij het integriteitstoezicht vanuit deze invalshoek kan worden gedacht aan de melding van ongebruikelijke transacties en de verder gaande toepassing van het ken-uw cliënt - principe ( customer due diligence ). Ook zijn aandachtspunten de illegale verwerving van gelden door financiële instellingen en het meewerken aan/althans onvoldoende maatregelen nemen tegen de toegang van derden tot/en het gebruik door derden van financiële markten voor illegaal verworven waarden (witwassen). Ad d) Integriteit met betrekking tot marktgedrag. Deze ziet toe op een integer marktgedrag van de instelling, waaronder het voorkomen van ondermeer koersmanipulatie, c.q. koersstabilisatie rond 2
3 emissies en het bijsturen van koersen teneinde andere gerelateerde transacties te beïnvloeden (zoals het drukken van koersindices op expiratiedatum). Dit aandachtspunt heeft in overwegende mate betrekking op de effectenmarkt. Nu Curaçao en Sint Maarten een effectenbeurs kennen speelt dit integriteitsaspect niet alleen bij de internationale instellingen zoals de beleggingsinstellingen, doch ook lokaal. 3. Beleidsregel ter bevordering van een integere bedrijfsvoering door onder toezicht van de Bank staande instellingen 3.1. Inkadering van de begrippen incidenten en integriteitsgevoelige functies In deze regel wordt verstaan onder: 1. incidenten: voorvallen die een serieus risico vormen voor integere bedrijfsvoering van de instelling en hiermee de integriteit van de financiële sector, zoals gedefinieerd door de Bank. Het betreft hierbij een gedraging 1 van een (mede)beleidsbepaler 2 of andere medewerker van de instelling, van een andere (rechts)persoon die werkzaamheden verricht ten behoeve van de instelling of van een derde, dan wel een overtreding van de ingevolge de toezichtswet 3 gestelde voorschriften op het gebied van integere bedrijfsvoering. 2. integriteitgevoelige functies: a) de functies van leidinggevende functionarissen die ressorteren onder de door de Bank op betrouwbaarheid getoetste (mede)beleidsbepalers in de eerste echelon van de onder toezicht staande financiële instelling (bijvoorbeeld directeuren van businessunits, stafdirecteuren, hoofden van stafdiensten, adjunct-directeuren en overige leden van het managementteam op het niveau van de tweede echelon); b) de zogenoemde sleutelfuncties waaraan een bevoegdheid is verbonden die een wezenlijk risico bevat voor de integere bedrijfsvoering van de financiële instelling en die betrekking hebben op: 1 Conform de Beleidsregel Betrouwbaarheidstoetsing CBCS valt onder niet-integere gedragingen tenminste een gedrag (een doen en/of nalaten), dat blijkt geeft van de afwezigheid van eigenschappen zoals: waarheidslievendheid, verantwoordelijkheidszin, wetsgetrouwheid, openheid, oprechtheid, prudentie, punctualiteit, onkreukbaarheid, discretie, rechtschapenheid en eventuele nader (te bepalen) overige eigenschappen. 2 Onder (mede)beleidsbepaler verstaat de Bank: directeur, bestuurslid, lid Raad van Commissarissen of Raad van Toezicht, houder van gekwalificeerde deelneming, andere (mede)beleidsbepalers zoals directeur of lid Raad van Commissarissen van beheerder, bewaarder of investment manager, of overige, en natuurlijke persoon met ontheffing conform artikel 45 LTBK De Toezichtwet betreft de gezamenlijke dan wel ieder afzonderlijke Landsverordening Toezicht Bank- en Kredietwezen 1994, Landsverordening Toezicht Verzekeringsbedrijf 1990 en diens uitvoeringsbesluiten, de Landsverordening Toezicht Ondernemingspensioenfondsen 1985, de Landsverordening Toezicht Effectenbeurzen 1998, de Landsverordening Toezicht Beleggingsinstellingen en Administrateurs 2002, de Landsverordening Toezicht Trustwezen 2003, de Landsverordening Assurantiebemiddelingsbedrijf 2003 maar ook andere en toekomstige toezichtregelingen. 3
4 de beschikking over of het beheer van vermogen of waarden van de instelling of derden dan wel het aangaan van verplichtingen namens de instelling (vertrouwensfuncties); de toegang tot persoon- of bedrijfsgevoelige informatie over de instelling of derden (risicofuncties); de uitvoering van controlerende of toezichthoudende werkzaamheden ten aanzien van de administratieve organisatie en het systeem van interne controle van de instelling en de naleving van toepasselijke regelgeving en interne voorschriften (overige functies); c) ook de functies binnen de gegeven definitie, die door personen worden vervuld die niet op basis van een arbeidsovereenkomst bij de financiële instelling werkzaam zijn, maar bijvoorbeeld op inhuur- of detacheringsbasis te werk zijn gesteld Voorschiften voor de behandeling van incidenten 1. De instelling draagt zorg voor de uitwerking en implementatie van beleidsprocedures en organisatorische maatregelen voor een integere behandeling van incidenten en een integriteitsbewuste bedrijfscultuur, geïntegreerd in de bedrijfsprocessen. 2. De instelling zorgt in ieder geval voor een degelijke administratieve vastlegging van incidenten waarbij tenminste moet worden vastgelegd: a) de kenmerken van het incident; b) gegevens over degene(n) die het incident heeft(hebben) bewerkstelligd en; c) de genomen maatregelen hieromtrent. 3. De instelling informeert de Bank schriftelijk 4 uit eigen beweging en onverwijld omtrent incidenten als bedoeld in het tweede lid bij: a) gedane of voorgenomen aangifte hiervan bij justitiële autoriteiten; b) (potentiële) bedreiging voor het voortbestaan van de instelling; c) ernstige tekortkoming in de opzet en werking van de maatregelen voor een integere bedrijfsvoering door de instelling; d) verwachte ernstige mate van publiciteit, financiële gevolgen en reputatieschade aan de instelling, dan wel financiële sector; of e) alle overige gevallen, inclusief de onderstaand opgesomde, waarbij door de ernst, de omvang of de overige omstandigheden van het incident het onmiskenbaar is dat de Bank hiervan in kennis moet worden gesteld: (interne en externe) fraudezaak bij de instelling; inval bij de instelling door het Openbaar Ministerie (huiszoeking) of onderzoek ter plaatse door de Belastingdienst; (derden)beslagen boven de Naf op tegoeden van een cliënt van de instelling en/of op de activa van de instelling; rechtszaken die naar het oordeel van de (mede)beleidsbepalers gevolgen met zich mee kunnen brengen voor de financiële positie en/of de reputatie van de instelling dan wel voor de sector. 4 Een mondelinge berichtgeving dient altijd te worden gevolgd door een schriftelijke informatieverstrekking binnen 24 uur. 4
5 Uit de verplichting een integere bedrijfsvoering zoveel mogelijk te waarborgen vloeit voort dat de instelling dient te zorgen dat het risico op niet-integer optreden van medewerkers van de instelling en (rechts)personen die werkzaamheden ten behoeve van de instelling verrichten, of een relatie met de instelling onderhouden, of wensen aan te gaan, zoveel mogelijk wordt beperkt en beheerst. Dit betekent onder andere dat de interne organisatie van de instelling zodanig moet zijn opgezet dat incidenten die inbreuk kunnen maken, of hebben gemaakt, op de integriteit van de instelling, worden geconstateerd, vastgelegd en aanleiding zijn tot het nemen van correctieve maatregelen. Dit proces laat onverlet dat de instelling op basis van een risicoanalyse preventief maatregelen heeft genomen ter beheersing van dit integriteitsrisico. Behalve maatregelen tegen degene die het incident heeft bewerkstelligd, kunnen gepaste maatregelen ook bestaan uit het verbeteren van interne procedures of het aanpassen van beleid. Benadrukt wordt dat de administratieve vastlegging een instrument is ten behoeve van de instelling zelf. De Bank zal de administratieve vastlegging weliswaar in het kader van het lopende toezicht, c.q. integriteitsaudit, kunnen inzien op grond van zijn inlichtingen- en inzagerecht, maar dit toezicht zal er vooral op gericht zijn te verifiëren of de instelling op de juiste manier met de onderhavige voorschriften omgaat. Het bepaalde onder 3.1, sub 1 is bepalend voor de vraag welke soorten incidenten vastgelegd moeten worden. De niet-integere gedraging, afkomstig van een persoon of rechtspersoon die werkzaamheden verricht onder verantwoordelijkheid van de instelling, dient in het kader van de uitoefening van die werkzaamheden plaats te hebben gevonden. Onder een persoon of rechtspersoon waarvan de werkzaamheden onder verantwoordelijkheid van de instelling vallen, wordt zowel een persoon in dienst van de instelling begrepen als bijvoorbeeld ook een tussenpersoon of een (rechts)persoon die in het kader van uitbesteding voor de instelling werkzaamheden verricht Voorschriften voor de behandeling en screening van medewerkers in integriteitsgevoelige functies 1. De instelling draagt zorg voor de bepaling van een beleid en de uitwerking en implementatie hiervan in beleidsprocedures en organisatorische maatregelen. Doelstelling moet hierbij zijn: het handhaven en bevorderen van de integriteit van in dienst tredende en in dienst zijnde functionarissen in de bedrijfsprocessen en het creëren van een integriteitsbewuste bedrijfscultuur. 2. De instelling houdt in ieder geval een overzicht bij van de bij haar voorkomende integriteitsgevoelige functies, als bepaald onder 3.1, sub 2, met vermelding per functie van de taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden. 3. In het geval een instelling een medewerker in dienst heeft (in-employment screening) of neemt (pre-employment screening) die werkzaam zal zijn in een integriteitsgevoelige functie, dient zij zich een oordeel te vormen over de betrouwbaarheid van betrokkene. Hiertoe gaat zij er ten minste toe over: a) schriftelijke inlichtingen omtrent de betrouwbaarheid van betrokkene in te winnen bij de werkgever(s) bij wie betrokkene de laatste vijf jaar of korter werkzaam is geweest; b) van de betrokken sollicitant toestemming alsmede een volmacht te vragen voor het inwinnen van inlichtingen bij de (oud)werkgever(s) als bedoeld in sub 3, onder a; 5
6 c) de betrokkene (via een sollicitatieformulier) expliciet te vragen naar voorvallen (incidenten) uit het verleden die betekenis kunnen hebben voor het oordeel over de betrouwbaarheid van betrokkene; d) de betrokkene een verklaring omtrent het gedrag, in de zin van de Landsverordening op de justitiële documentatie en op de verklaringen omtrent het gedrag, te laten overleggen (P.B. 1968, no.213). In deze voorschriften komt de verantwoordelijkheid van de instelling tot uitdrukking om het integere handelen van de medewerkers te bevorderen en te bewaken. Daartoe zal zij de nodige maatregelen moeten treffen. Het zal daarbij in de eerste plaats moeten gaan om interne procedures om nieuwe medewerkers voor integriteitsgevoelige functies te toetsen ( screenen ). Daarnaast zijn interne procedures nodig voor het toetsen van medewerkers die al in dienst zijn van de instelling en in een integriteitsgevoelige functie worden benoemd. Voorts ligt het in de rede dat de instelling niet alleen bij benoeming de betrokken persoon toetst, maar ook nadien maatregelen neemt als bepaalde relevante informatie over de betrokkene bij haar bekend wordt. Het is aan de instelling om te bepalen welk systeem voor een dergelijke employment-screening het meest geschikt is. Zo kan men, indien daartoe aanleiding bestaat, betrokkene vragen naar wijzigingen in antecedenten die van belang zijn voor zijn of haar betrouwbaarheid, of een voorziening treffen waarbij dergelijke informatie binnen de organisatie een adequaat vervolg krijgt, eventueel met tussenkomst van een vertrouwenspersoon of compliance officer. Wat betreft het systeem van toetsing van nieuwe medewerkers in integriteitsgevoelige functies stelt deze aanbeveling de minimale eisen waaraan de interne procedures bij financiële instellingen moeten voldoen. Het is van belang dat een instelling voor haar beeldvorming over de geschiktheid van een kandidaat voor een integriteitsgevoelige functie ook in voldoende mate gewicht toekent aan de betrouwbaarheid van de betrokkene. Daarom is in sub 3, onder a bepaald dat de instelling inlichtingen inwint met betrekking tot iemands betrouwbaarheid bij de werkgever(s) bij welke betrokkene de laatste vijf jaar werkzaam is geweest. Indien deze een arbeidsverleden heeft dat korter is dan vijf jaar geldt deze bepaling ten aanzien van die kortere periode. Indien één of meer van de bedoelde werkgevers gedurende de laatste vijf niet een financiële dienstverlener is geweest, ontslaat dit de instelling bedoeld in sub 1 niet van de verplichting om inlichtingen met betrekking tot iemands betrouwbaarheid in te winnen. Daarnaast dient de instelling de sollicitant te vragen naar incidenten uit het verleden die voor de oordeelsvorming over zijn betrouwbaarheid relevant zijn. Deze vraagstelling zou onderdeel kunnen uitmaken van een sollicitatieformulier. Mocht dit niet gebruikt worden, dan zal een notitie van de betrokken personeelsfunctionaris over het antwoord van de sollicitant in het sollicitatie- of personeelsdossier te vinden moeten zijn. Tot slot moet een specifiek voor de betrokken functie afgegeven verklaring omtrent het gedrag overgelegd worden door de betrokkene. In sub 3, onder b is bepaald dat de instelling van de aan te stellen medewerker vraagt dat deze instemt met het inwinnen van inlichtingen bij de vorige werkgever(s). Hiermee wordt voorkomen dat een voormalige werkgever weigert informatie te verstrekken omdat betrokkene geen toestemming heeft gegeven en deze voormalige werkgever niet het risico wil lopen dat juridische stappen van de (oud) werknemer volgen. De werkgever is hierbij verplicht ook voor sollicitanten nadelige informatie te verstrekken. Het blijft wel mogelijk dat tussen sollicitant en instelling afgesproken wordt dat pas in 6
7 een laat stadium van de selectieprocedure tot benadering van (een) vorige werkgever(s) wordt overgegaan. Gelet op de geheimhoudingsplicht die mogelijk op een vorige werkgever rust, zal de werknemer door middel van een volmacht moeten regelen dat de instelling de gegevens kan verkrijgen. Indien geen inlichtingen van de vorige werkgever(s) worden ontvangen of uit het inwinnen van informatie negatieve gegevens over de betrokken medewerker naar voren komen, dan betekent dat nog niet automatisch dat aanstelling niet plaats mag vinden. Het blijft de verantwoordelijkheid van de instelling om de situatie te beoordelen en de relevantie, aard en ernst van de verkregen gegevens af te zetten tegen de zwaarte van de functie en de daarvoor noodzakelijke betrouwbaarheid Voorschriften voor het verstrekken van inlichtingen door (oud)werkgever(s) over voormalige medewerkers 1. Een instelling waaraan inlichtingen over een betrokkene als bedoeld onder 3.3. worden gevraagd ten behoeve van een andere instelling die onder toezicht staat van de Bank, dient: a) schriftelijk te verklaren dat zij geen aanleiding heeft om aan de betrouwbaarheid van betrokkene te twijfelen; dan wel, b) indien daartoe aanleiding bestaat, schriftelijk inlichtingen te verstrekken en wel zodanig dat de verzoekende instelling zich voor de beoordeling van de betrouwbaarheid van de sollicitant een juist en zo volledig mogelijk beeld kan vormen omtrent betrokkene. 2. Onverminderd het bepaalde in sub 1 van deze regeling onthoudt een instelling zich van het doen van uitspraken of het afgeven van verklaringen aangaande de betrouwbaarheid van een (voormalige) medewerker indien zij weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat daarmee een onjuist beeld van de betrokken medewerker wordt gegeven. Het bepaalde in sub 1 regelt dat iedere onder toezicht staande instelling aan wie in het onderhavige kader informatie wordt gevraagd, deze schriftelijk verstrekt. Daarbij geldt dat, indien zich ten aanzien van betrokkene geen feiten en/of omstandigheden hebben voorgedaan die de instelling aanleiding hebben gegeven om te twijfelen aan diens betrouwbaarheid, de instelling een verklaring van die strekking afgeeft aan de verzoekende instelling. Indien zich die feiten en/of omstandigheden wel hebben voorgedaan, verstrekt de instelling de informatie daarover juist en zo volledig mogelijk opdat de verzoekende instelling zich een zo goed mogelijk beeld terzake kan vormen. Een dergelijke situatie kan zich bijvoorbeeld voordoen bij ontslag wegens dringende reden en bij ontbinding van de arbeidsovereenkomst. Het bepaalde in sub 2 bevat meer in algemene zin aanwijzigingen ten aanzien van het doen van uitingen over de betrokken persoon zonder dat er een concreet verzoek om inlichtingen van een mogelijke nieuwe werkgever voorligt. Een voorbeeld daarvan is het getuigschrift dat bij het einde van het dienstverband wordt afgegeven door de werkgever. Deze bepaling wil voorkomen dat werkgevers in het kader van een minnelijke afvloeiing een te rooskleurig beeld geven van de betrouwbaarheid van de medewerker. Hierbij zij opgemerkt dat niet is beoogd met deze bepaling (bij de administratieve vastlegging) afbreuk te doen aan het bepaalde in artikel 1614z van het Burgerlijk Wetboek; De werkgever is verplicht bij het eindigen der dienstbetrekking de arbeider op diens verzoek een getuigschrift uit te reiken. 7
8 3.5. Compliance Functie Integere Bedrijfsvoering bij Melden Incidenten en Integriteitsgevoelige Functies Het beheer van incidenten en integriteitsgevoelige functies betreft een compliance functie in het kader van naleving integere bedrijfsvoering en wordt daarom neergelegd bij de hiertoe aangewezen Compliance Officer(s). De hiertoe aangewezen Compliance Officer draagt mede zorg voor: 1. De uitwerking en implementatie van beleidsprocedures en organisatorische maatregelen voor een integere behandeling van incidenten en een integriteitsbewuste bedrijfscultuur, geïntegreerd in de bedrijfsprocessen. 2. Bepaling van een beleid voor de behandeling en screening van medewerkers in integriteitsgevoelige functies en de uitwerking en implementatie hiervan in beleidsprocedures en organisatorische maatregelen. Doelstelling moet hierbij zijn: het handhaven en bevorderen van de integriteit van in dienst tredende en in dienst zijnde functionarissen in de bedrijfsprocessen en het creëren van een integriteitsbewuste bedrijfscultuur. 8
CBCS 1 BELEIDSREGEL INTEGERE BEDRIJFSVOERING BIJ ONDER MEER BELANGENVERSTRENGELING, INCIDENTEN EN INTEGRITEITS- GEVOELIGE FUNCTIES 2
1 juli 2013 CBCS 1 BELEIDSREGEL INTEGERE BEDRIJFSVOERING BIJ ONDER MEER BELANGENVERSTRENGELING, INCIDENTEN EN INTEGRITEITS- GEVOELIGE 2 Door middel van deze vernieuwde Beleidsregel Integere Bedrijfsvoering
Nadere informatieRegeling integriteitsgevoelige functies kredietinstellingen en verzekeraars
DNB/PVK Regeling integriteitsgevoelige functies kredietinstellingen en verzekeraars Regeling van De Nederlandsche Bank N.V. en de Pensioen- & Verzekeringskamer ingevolge de artikelen 22a en 30ca Wet toezicht
Nadere informatie4204 REGELING INCIDENTEN KREDIETINSTELLINGEN EN VERZEKERAARS NEDERLANDSE STAATSCOURANT VAN 23 DECEMBER 2003 NR 248
4204 REGELING INCIDENTEN KREDIETINSTELLINGEN EN VERZEKERAARS NEDERLANDSE STAATSCOURANT VAN 23 DECEMBER 2003 NR 248 Regeling van De Nederlandsche Bank N.V. en de Pensioen- & Verzekeringskamer ingevolge
Nadere informatieKoninkrijk seminar Lisette Buckley Senior Policy Advisor Integrity Supervision
Koninkrijk seminar 2016 Lisette Buckley Senior Policy Advisor Integrity Supervision 1 Integriteit in de financiële sector Integere uitoefening van het bedrijf Richtlijn Integere Bedrijfsvoering Wat wordt
Nadere informatieINTEGRITEITSBELEID Bestuursbureau Stichting pensioenfonds Werk en (re)integratie 1-3-2012
INTEGRITEITSBELEID Bestuursbureau Stichting pensioenfonds Werk en (re)integratie 1-3-2012 2 Inhoudsopgave INHOUDSOPGAVE 3 INTEGRITEITSBELEID PENSIOENFONDS WERK EN (RE)INTEGRATIE 4 1. Aanleiding 4 2. Doelstelling
Nadere informatieVOORSCHRIFTEN ter uitvoering van de artikelen 3 lid 2, 8 lid 2 en 11 lid 1 van de Landsverordening Toezicht Trustwezen
BANK VAN DE NEDERLANDSE ANTILLEN (CENTRAL BANK) VOORSCHRIFTEN ter uitvoering van de artikelen 3 lid 2, 8 lid 2 en 11 lid 1 van de Landsverordening Toezicht Trustwezen WILLEMSTAD, mei 2004 VOORSCHRIFTEN
Nadere informatieINTEGRITEITSBELEID STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE GROOTHANDEL IN TEXTIELGOEDEREN EN AANVERWANTE ARTIKELEN. Integriteitsbeleid - Bpf Tex
INTEGRITEITSBELEID STICHTING BEDRIJFSTAKPENSIOENFONDS VOOR DE GROOTHANDEL IN TEXTIELGOEDEREN EN AANVERWANTE ARTIKELEN Juli 2014 Integriteitsbeleid - Bpf Tex H OOFDSTUK 1 AAN L E I DI NG Het bestuur van
Nadere informatieScreeningsbeleid Stichting Pensioenfonds Grontmij. Beleid en procedures ten aanzien van screening
Screeningsbeleid Stichting Pensioenfonds Grontmij Beleid en procedures ten aanzien van screening De Bilt, 28 september 2010 1 INHOUD BLAD 1. DOELSTELLING SCREENINGSBELEID 2 2. DEFINITIES 2 3. TOEPASSELIJKHEID
Nadere informatieInhoudsopgave. BLANCO SPACES ZUIDAS - 6TH FLOOR BARBARA STROZZILAAN HN AMSTERDAM T. +31 (0)
Inhoudsopgave Inleiding... 2 1. Compliance Charter... 3 1.1. Definitie, missie en doel... 3 1.1.1. Definitie... 3 1.1.2. Missie en doel... 3 1.2. Reikwijdte... 3 1.2.1. Binnen scope... 3 1.2.2. Buiten
Nadere informatieCompliance charter Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V.
Compliance charter Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V. [geldend vanaf 26 september 2018, PF18-177] Artikel 1 Definities De definities welke in dit compliance charter worden gebruikt, worden
Nadere informatieIntegriteitsbeleid. Pensioenfonds Metaal en Techniek. Rijswijk
Integriteitsbeleid Pensioenfonds Metaal en Techniek Rijswijk Inhoud Integriteitsbeleid Pensioenfonds Metaal en Techniek 1. Aanleiding... 3 2. Doelstelling integriteitsbeleid... 3 3. PMT en toepasselijkheid...
Nadere informatieGEDRAGSCODE ingevolge artikel 5:68 Wet op het financieel toezicht en artikel 20 Besluit financieel toetsingskader pensioenfondsen
Stichting Pensioenfonds Avery Dennison GEDRAGSCODE ingevolge artikel 5:68 Wet op het financieel toezicht en artikel 20 Besluit financieel toetsingskader pensioenfondsen Artikel 1 Definities 1.1. Verbonden
Nadere informatieCompliance Charter. Pensioenfonds NIBC
Compliance Charter Pensioenfonds NIBC Vastgesteld in bestuursvergadering 9 december 2016 Inleiding Pensioenfonds NIBC voert de pensioenregeling van NIBC Bank N.V. uit. Het pensioenfonds is een stichting
Nadere informatieJanuari 2011 BELEIDSREGEL BETROUWBAARHEIDSTOETSING CBCS
Januari 2011 BELEIDSREGEL BETROUWBAARHEIDSTOETSING CBCS Beleidsregel betreffende de betrouwbaarheidstoetsing van (kandidaat)(mede)beleidsbepalers van onder toezicht van de Bank staande instellingen, alsmede
Nadere informatieStichting Pensioenfonds Ecolab. Compliance Charter. Voorwoord
Stichting Pensioenfonds Ecolab Compliance Charter Voorwoord Het Compliance Charter beschrijft de definitie, doelstellingen, scope, en taken en verantwoordelijkheden van de betrokkenen in het kader van
Nadere informatie1.4 Waar in deze gedragscode staat geschreven hij of zijn moet tevens worden gelezen zij of haar.
Gedragscode Artikel 1. Definities 1.1 Verbonden personen zijn: a. leden van de raad van toezicht, leden van het bestuur, leden van het verantwoordingsorgaan; b. alle medewerkers van het pensioenfonds,
Nadere informatieIntegriteitsbeleid. Stichting Pensioenfonds DHV
Integriteitsbeleid Stichting Pensioenfonds DHV december 2010 Integriteitsbeleid Stichting Pensioenfonds DHV dossier : pf977 registratienummer : pf977 versie : 2 december 2010 Stichting Pensioenfonds DHV
Nadere informatieStichting Metro Pensioenfonds
Stichting Metro Pensioenfonds Integriteitsbeleid Versie maart 2017 Vorige versie vastgesteld in de bestuursvergadering van 4 december 2015 Stichting Metro Pensioenfonds Integriteitsbeleid, versie maart
Nadere informatieCBCS REGELING BETREFFENDE HET AANTAL TOEGESTANE (MEDE) BELEIDSBEPALENDE FUNCTIES PER PERSOON
CBCS REGELING BETREFFENDE HET AANTAL TOEGESTANE (MEDE) BELEIDSBEPALENDE FUNCTIES PER PERSOON 1. Wettelijke basis en doel Deze regeling is een aanvullende regeling op de Beleidsregel & Vragenformulier Betrouwbaarheidstoetsing
Nadere informatieIntegriteitbeleid. Stichting Pensioenfonds PostNL
Stichting Pensioenfonds PostNL Versie december 2015 Inhoudsopgave 1 Aanleiding 3 2 Doelstelling integriteitbeleid 3 3 Stichting Pensioenfonds PostNL en toepasselijkheid 4 4 Specifieke maatregelen 5 4.1
Nadere informatieGedragscode Medewerkers Eumedion
Gedragscode Medewerkers Eumedion Herzien op 19 december 2011 1. Definities Artikel 1 In deze Gedragscode wordt verstaan onder: Medewerkers: alle medewerkers van Eumedion, onafhankelijk van de duur waarvoor
Nadere informatieHoofdlijnen inhoud INTEGRITEITPLAN
Hoofdlijnen inhoud INTEGRITEITPLAN Mei 2009 Hoofdlijnen inhoud integriteitplan De wettelijke verplichting voor integer handelen bij een pensioenfonds is opgenomen in artikel 143 van de Pensioenwet. Dit
Nadere informatieBNG Compliance Charter
BNG Compliance Charter Koninginnegracht 2 2514 AA Den Haag T 070 3750 750 www.bng.nl Contactpersoon Compliance, Integriteit en Veiligheidszaken T 070 3750 677 N.V. Bank Nederlandse Gemeenten, statutair
Nadere informatieStichting Pensioenfonds voor Dierenartsen
Stichting Pensioenfonds voor Dierartsen Incidentenregeling Artikel 1 Pensioenfonds: Incident: Definities Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen een gedraging of een gebeurtenis die een ernstig gevaar
Nadere informatieGEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2010 Nr. 67
GEMEENTEBLAD VAN UTRECHT 2010 Nr. 67 Beleidsregels behorend bij het Bankreglement van de Kredietbank Utrecht (besluit van 29 juni 2010) Het college van burgemeester en wethouders van Utrecht; gelet op
Nadere informatieIncidentenregeling Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V.
Incidentenregeling Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V. [geldend vanaf 1 juli 2014, PB14-235] Artikel 1 Definities De definities welke in deze incidentenregeling worden gebruikt zijn nader
Nadere informatieI n c i d e n t e n r e g e l i n g. Stichting Pensioenfonds PostNL
I n c i d e n t e n r e g e l i n g Stichting Pensioenfonds PostNL Versie december 2015 Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 2 Regelgeving 3 3 Samenhang interne regelingen 3 4 Inhoud incidentenregeling 4 2 1 Inleiding
Nadere informatieIncidenten- regeling
Incidentenregeling Uitgave januari 2015 Incidentenregeling (januari 2015) Voorliggende Incidentenregeling beschrijft de wijze waarop het Pensioenfonds acteert in geval van melding van een (dreigend) Incident.
Nadere informatieStichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zoetwarenindustrie;
Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zoetwarenindustrie Reglement incidenten- en klokkenluidersregeling Artikel 1 pensioenfonds: incident: Definities Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Zoetwarenindustrie;
Nadere informatieCONVENANT. De Stichting Autoriteit Financiële Markten (hierna: AFM) en
CONVENANT Inzake de samenwerking tussen de Stichting Autoriteit Financiële Markten en de Stichting Dutch Securities Institute ter bevordering van het integriteittoezicht en de handhaving van de deskundigheid
Nadere informatieCompliance Charter. Voor pensioenfondsen die pensioenadministratie en/of vermogensbeheer geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed
Compliance Charter Voor pensioenfondsen die pensioenadministratie en/of vermogensbeheer geheel of gedeeltelijk hebben uitbesteed September 2008 Inhoudsopgave 1 Voorwoord 1 2 Definitie en reikwijdte 2 3
Nadere informatieAnalyse integriteitsrisico
Besproken in de bestuursvergadering van 3 december 2015 Versie 29 november 2015 Opgesteld door Mol & Pensioen 1 Inleiding Van belangenverstrengeling is sprake wanneer persoonlijke of professionele belangen,
Nadere informatieDe bedrijfscode van JNW makelaars.
De bedrijfscode van JNW makelaars. Pagina Inleiding 2 1. Toepasselijkheid 2 2. Toezichthouder 2 3. Integer handelen 3 4. Onrechtmatig handelen 3 5. Nieuwe medewerkers 3 6. Cliëntenonderzoek 3 7. Betrokkenheid
Nadere informatieStichting Metro Pensioenfonds. Incidenten- en Klokkenluidersregeling
Stichting Metro Pensioenfonds Incidenten- en Klokkenluidersregeling Onderdeel van het Integriteitsbeleid Versie maart 2017 Vorige versie vastgesteld in de bestuursvergadering van 4 december 2015 Stichting
Nadere informatieIncidentenregeling Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V.
Incidentenregeling Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V. [geldend vanaf 22 maart 2017, PF17-058] Artikel 1 Definities De definities welke in deze incidentenregeling worden gebruikt zijn nader
Nadere informatieKlokkenluidersregeling
Klokkenluidersregeling Vastgesteld door de directie op 26 oktober 2015 en goedgekeurd door de raad van commissarissen op 2 november 2015. In werking getreden op 1 januari 2016. Inleiding Vastned Retail
Nadere informatieIntegriteitbeleid. Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Zorgverzekeraars. Vastgesteld in de bestuursvergadering van 14 mei 2018
Integriteitbeleid Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Zorgverzekeraars Vastgesteld in de bestuursvergadering van 14 mei 2018 Versie 2018 Inhoud Integriteitbeleid Stichting Bedrijfstakpensioenfonds Zorgverzekeraars
Nadere informatie2. Compliance officer: de functionaris die door het bestuur van het fonds als compliance officer is benoemd.
INCIDENTENREGELING Artikel 1. Definities 1. Bestuur: het bestuur van het fonds. 2. Compliance officer: de functionaris die door het bestuur van het fonds als compliance officer is benoemd. 3. Fonds: Stichting
Nadere informatieKlokkenluidersregeling SKOR
Klokkenluidersregeling SKOR Tiel, 8 maart 2017 0 Preambule De regeling voor het melden van een vermoeden van een misstand binnen de Stichting Katholieke Onderwijsbelangen Rivierenland biedt een heldere
Nadere informatieREGLEMENT RAAD VAN BESTUUR
REGLEMENT RAAD VAN BESTUUR Opgesteld door de Raad van Toezicht van de Stichting SWZ, statutair gevestigd te Son (gemeente Son en Breugel) en vastgesteld bij besluit van de Raad van Toezicht van 08-09-2016
Nadere informatieGEDRAGSCODE REGLEMENT STICHTING COLLECTIEVE MAROR-GELDEN NEDERLAND Herziene versie 22 augustus 2017
GEDRAGSCODE REGLEMENT STICHTING COLLECTIEVE MAROR-GELDEN NEDERLAND Herziene Artikel 1 Definities 1.1. Verbonden personen zijn: 1.1.a. de medewerkers van Stichting Collectieve Maror-gelden Nederland (COM),
Nadere informatieCOMPLIANCE RICHTLIJNEN
Meldpunt Ongebruikelijke Transacties Afdeling Toezicht COMPLIANCE RICHTLIJNEN Ter bevordering van de naleving en handhaving van de Wet MOT en WID, voor een effectieve bestrijding van Money Laundering en
Nadere informatieVoorbeeld Incidentenregeling voor een Uitvoeringsorganisatie
Voorbeeld Incidentenregeling voor een Uitvoeringsorganisatie Mei 2009 1 Incidentenregeling van Inleiding Deze Incidentenregeling geeft aan welke stappen gevolgd moeten worden
Nadere informatieRegeling Incidenten InleIdIng Vastned directie Regeling Incidenten Raad van Commissarissen
Regeling Incidenten Vastgesteld door de directie op 26 oktober 2015 en goedgekeurd door de raad van commissarissen op 2 november 2015. In werking getreden op 1 januari 2016. Inleiding Vastned Retail N.V.
Nadere informatie6.1.9 Klokkenluidersregeling
Werkveld Datum Instemming/Advies GMR Vastgesteld CvB CvB 8 mei 2017 19 april 2017 20 april 2017 Klokkenluidersregeling Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen Stichting
Nadere informatiedan wel degene die anders dan uit dienstbetrekking arbeid verricht of heeft verricht;
Klokkenluidersregeling KSU Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand Versie Datum Wijzigingen 1.0 Initieel document Artikel 1. Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder:
Nadere informatieBouwfonds Investment Management Belangenconflictenbeleid (Samenvatting)
Bouwfonds Investment Management Belangenconflictenbeleid (Samenvatting) October 2013 Bouwfonds Investment Management Belangenconflictenbeleid (Samenvatting) Inhoudsopgave 1. Inleiding 3 2. Belangenconflicten
Nadere informatieKlokkenluidersregeling
Klokkenluidersregeling Instemming GMR d.d. 6 november 2018 Vastgesteld bevoegd gezag d.d. 7 november 2018 Inhoud Inleiding Artikel 1. Begripsbepalingen Artikel 2. Informatie, advies en ondersteuning voor
Nadere informatieStichting Pensioenfonds KAS BANK
Stichting Pensioenfonds KAS BANK Compliance Charter Januari 2017 Inhoudsopgave 1 Voorwoord... 2 2 Definitie en reikwijdte... 2 3 Missie van compliance... 2 Integriteit van het bestuur... 3 Integere bedrijfsvoering...
Nadere informatieStichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Houthandel;
Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Houthandel Reglement incidentenregeling Artikel 1 Pensioenfonds: Incident: Definities Stichting Bedrijfstakpensioenfonds voor de Houthandel; een gedraging, datalek
Nadere informatieKlokkenluidersregeling
2016 Klokkenluidersregeling Radarscholen Vereniging voor PC onderwijs te Schouwen-Duiveland 1-11-2016 KLOKKENLUIDERSREGELING RADAR Concept : 8 november 2016. Deze regeling is gebaseerd op de modelregeling
Nadere informatieMisstandenregeling (Klokkenluiders- en Incidentenregeling)
Misstandenregeling (Klokkenluiders- en Incidentenregeling) Stichting Pensioenfonds Grontmij 28 september 2010 1. DOELSTELLING MISSTANDENREGELING (KLOKKENLUIDERS- EN INCIDENTENREGELING) Stichting Pensioenfonds
Nadere informatieDefinities Stichting Pensioenfonds van de ABN AMRO Bank N.V.
Definities [geldend vanaf 1 juni 2015, PB15-220] Artikel 1 Definities 1.1 De bank: ABN AMRO Bank N.V. 1.2 Belanghebbenden: De werkgever en allen, die op grond van de statuten en de desbetreffende bepalingen
Nadere informatieIncidentenregeling Stichting Pensioenfonds Notariaat
Stichting Pensioenfonds Notariaat Artikel 1. Definities a. bestuur: het bestuur van het fonds; b. compliance officer: de functionaris die door het bestuur van het fonds als compliance officer is benoemd;
Nadere informatieKlokkenluiders- en incidentenregeling. Stichting Pensioenfonds Chemours Nederland
Klokkenluiders- en incidentenregeling Stichting Pensioenfonds Chemours Nederland Klokkenluiders- en incidentenregeling Inleiding De klokkenluiders- en incidentenregeling bevat een procedure voor interne
Nadere informatieRegeling melden misstand (klokkenluidersregeling)
Regeling melden misstand (klokkenluidersregeling) datum: 29-11-2016 Artikel 1. Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. werknemer: degene die krachtens arbeidsovereenkomst arbeid verricht
Nadere informatieFondsdocumenten SNPF. Incidentenregeling
Fondsdocumenten SNPF Incidentenregeling Incidentenregeling Artikel 1. Definities a. bestuur: het bestuur van het fonds; b. compliance officer: de functionaris die door het bestuur van het fonds als compliance
Nadere informatieTVM gedragscode integriteit
TVM gedragscode integriteit versie 3.6 maart 2013 LST I. Definities 1.1 TVM: de Coöperatie TVM U.A. en alle rechtspersonen met wie TVM een groep vormt zoals bedoeld in artikel 2:24b BW 1.2 Raad van bestuur:
Nadere informatieVoorbeeld Incidentenregeling voor een Pensioenfonds
Voorbeeld Incidentenregeling voor een Pensioenfonds Mei 2009 1 Incidentenregeling van Inleiding Deze Incidentenregeling geeft aan welke stappen gevolgd moeten worden indien het vermoeden
Nadere informatieBNG Regeling melding (vermeende) misstand
Koninginnegracht 2 2514 AA Den Haag T 0703750750 www.bngbank.nl BNG Regeling melding (vermeende) misstand BNG Bank is een handelsnaam van N.V. Bank Nederlandse Gemeenten, statutair gevestigd te Den Haag,
Nadere informatieRegeling melden (dreigende) misstand (klokkenluidersregeling)
Regeling melden (dreigende) misstand (klokkenluidersregeling) Stichting Respont Vaststelling 12-4-2017 Inhoudsopgave Artikel 1. Begripsbepalingen... 3 Artikel 2. Informatie, advies en ondersteuning voor
Nadere informatieIncidentenregeling van Stichting Sportfondsen Pensioenfonds (SSP)
Incidentenregeling van Stichting Sportfondsen Pensioenfonds (SSP) Inleiding Deze incidentenregeling geeft aan welke stappen gevolgd moeten worden indien het vermoeden bestaat dat er sprake is van een incident
Nadere informatieStichting Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland. Integriteitbeleid. Vastgesteld en gewijzigd in de bestuursvergadering van 13 mei 2015
Stichting Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland Integriteitbeleid Vastgesteld en gewijzigd in de bestuursvergadering van 13 mei 2015 1 Inhoud Integriteitbeleid Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland INTEGRITEITBELEID
Nadere informatieIntegriteitsbeleid Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen Vastgesteld in de bestuursvergadering van 19 april 2016
Integriteitsbeleid Stichting Pensioenfonds voor Dierenartsen Vastgesteld in de bestuursvergadering van 19 april 2016 1 Inhoud INTEGRITEITSBELEID STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DIERENARTSEN... 3 1. AANLEIDING...
Nadere informatieRegeling Melding Vermoeden Misstand
Regeling Melding Vermoeden Misstand 1. ALGEMEEN Artikel 1 Begripsbepalingen 1. In deze regeling wordt verstaan onder: a. Ambtenaar: een ieder die werkzaam is of is geweest bij de Modulaire Gemeenschappelijke
Nadere informatieIntegriteitsbeleid Stichting Bpf Zoetwaren
Integriteitsbeleid Stichting Bpf Zoetwaren Memo Integriteitsbeleid; september 2015 pag. 1 Inhoud Integriteitsbeleid Bpf Zoetwaren 1. Aanleiding... 3 2. Doelstelling integriteitsbeleid... 3 3. Bpf Zoetwaren
Nadere informatieAanvraagformulier ten behoeve van een trustkantoor welke diensten verricht naar Caribisch Nederland
Aanvraagformulier ten behoeve van een trustkantoor welke diensten verricht naar Caribisch Nederland De Nederlandsche Bank NV (DNB) zal de op grond van dit aanvraagformulier verstrekte gegevens opnemen
Nadere informatieRegeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand binnen SCOH en SPCP (klokkenluidersregeling)
Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand binnen SCOH en SPCP (klokkenluidersregeling) Artikel 1. Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. werknemer: degene die krachtens
Nadere informatieGedragscode Pensioenfonds Ecolab. Artikel 1. Definities
Gedragscode Pensioenfonds Ecolab Artikel 1. Definities 1.1. Verbonden personen zijn: a. alle medewerkers van het pensioenfonds, onafhankelijk van de duur waarvoor of de juridische basis waarop zij werkzaam
Nadere informatieAanvraagformulier ten behoeve van een trustkantoor welke een bijkantoor 1 heeft in Caribisch Nederland
Aanvraagformulier ten behoeve van een trustkantoor welke een bijkantoor 1 heeft in Caribisch Nederland De Nederlandsche Bank NV (DNB) zal de op grond van dit aanvraagformulier verstrekte gegevens opnemen
Nadere informatieStichting Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland. Reglement intern toezicht. In werking
Stichting Pensioenfonds Wolters Kluwer Nederland Reglement intern toezicht In werking 01-01-2019 Artikel 1. Begripsbepalingen: De begripsbepalingen als opgenomen in artikel 1 van de statuten van het pensioenfonds
Nadere informatieTaken en bevoegdheden Compliance Officer Bijlage H bij ABTN
Taken en bevoegdheden Compliance Officer Bijlage H bij januari 2017 Dit document heeft 9 pagina s Versiebeheer Versie Auteur Datum Revisie V1.0 Bestuur SPF 14 februari 2014 Herijking ivm Code Pensioenfondsen
Nadere informatieGedragscode Stichting pensioenfonds SC Johnson. I Toelichting op de Gedragscode
Stichting pensioenfonds SC Johnson Gedragscode 2015 I Toelichting op de Gedragscode De verbonden personen (bestuursleden, leden VO, ambtelijk secretaris en de interne administrateur) dienen jaarlijks een
Nadere informatieKLOKKENLUIDERSREGELING. Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen het St. Michaël College
KLOKKENLUIDERSREGELING Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen het St. Michaël College Augustus 2015 INHOUD Inleiding Interne procedure voor het melden van een ernstige
Nadere informatieRegeling melden misstand (klokkenluidersregeling) Stichting Delta-onderwijs
Regeling melden misstand (klokkenluidersregeling) Stichting Delta-onderwijs Artikel 1. Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. werknemer: degene die krachtens arbeidsovereenkomst arbeid
Nadere informatieSpeciale nieuwsbrief over personentoetsingen
Speciale nieuwsbrief over personentoetsingen Beste relatie, Hierbij ontvangt u de digitale nieuwsbrief van de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Deze speciale nieuwsbrief over personentoetsingen is opgesteld
Nadere informatieVereniging voor Christelijk Voortgezet Onderwijs te Rotterdam en omgeving De Wet op het voortgezet onderwijs.
Definitieve versie, 7-11-2017 De raad van bestuur van Vereniging voor Christelijk Voortgezet Onderwijs te Rotterdam en omgeving besluit gelet op richtlijn 9 van de Code Goed Onderwijsbestuur VO tot vaststelling
Nadere informatieRegeling melden misstand (klokkenluidersregeling)
Regeling melden misstand (klokkenluidersregeling) datum: 29-11-2016 Artikel 1. Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan onder: a. werknemer: degene die krachtens arbeidsovereenkomst arbeid verricht
Nadere informatieNr Melding. vermoedens misstanden gemeente Alkmaar (voormalig Klokkenluidersregeling)
Dit gebied vrijhouden Begin onder de streep van gemeenteblad Via menu kunt u een nieuw artikel beginnen, met de [Tab] toets is het niveau aan te passen. Met ga je naar de
Nadere informatieKlokkenluidersregeling Stichting VCO Oost-Nederland
Klokkenluidersregeling Stichting VCO Oost-Nederland Regeling melden vermoeden van een misstand. Klokkenluidersreglement Stichting VCO Oost-Nederland 1 Voorwoord De regeling inzake het omgaan met een vermoeden
Nadere informatieRegeling melden vermoeden van een misstand bij de Stichting Onderwijsgroep Zuid-Hollandse Waarden voor Primair en Voortgezet Onderwijs
Regeling melden vermoeden van een misstand bij de Stichting Onderwijsgroep Zuid-Hollandse Waarden voor Primair en Voortgezet Onderwijs (Klokkenluidersregeling OZHW voor PO en VO) Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Nadere informatieStichting Pensioenfonds Cargill B.V. Incidentenregeling. Stichting Pensioenfonds Cargill B.V.
Incidentenregeling Stichting Pensioenfonds Cargill B.V. Inleiding Deze incidentenregeling geeft aan welke stappen gevolgd moeten worden indien het vermoeden bestaat dat er sprake is van een Incident binnen
Nadere informatieCompliance Charter. a.s.r
Compliance Charter a.s.r Status: definitief Versie: 4.0 Datum opgesteld: 19 september 2013 Goedgekeurd door: Raad van Bestuur op 29 november 2013 Goedgekeurd door: Audit & Risicocommissie op 9 december
Nadere informatieK l o k k e n l u i d e r r e g e l i n g
K l o k k e n l u i d e r r e g e l i n g Inhoudsopgave 1 Inleiding 3 1.1 Inleiding 3 1.2 Regelgeving 3 1.3 Samenhang interne regelingen 3 2 Artikelen 5 2.1 Artikel 1. Definities 5 2.2 Artikel 2. Melden
Nadere informatieAnalyse belangenverstrengeling
Analyse belangenverstrengeling Besproken in de bestuursvergadering van 7 mei 2015 Versie 31 mei 2015 Opgesteld door Mol & Pensioen 1 Inleiding Van belangenverstrengeling is sprake wanneer persoonlijke
Nadere informatieTVM gedragscode integriteit
TVM gedragscode integriteit versie 3.9 juli 2015 LST/JOK I. Definities 1.1 TVM: de Coöperatie TVM U.A. en alle rechtspersonen met wie TVM een groep vormt zoals bedoeld in artikel 2:24b BW 1.2 Raad van
Nadere informatieBESTUURSREGLEMENT. Voor [naam betreffende stichting/vennootschap]
BESTUURSREGLEMENT Voor [naam betreffende stichting/vennootschap] 1 Inleiding 1.1 Dit bestuursreglement is een reglement in de zin van art. [...] van de statuten van [naam betreffende stichting/vennootschap]
Nadere informatieb. compliance officer: de functionaris die door het bestuur van het fonds als compliance officer is benoemd;
Incidenten- en Klokkenluidersregeling Bpf MITT Artikel 1 Definities a. bestuur: het bestuur van het fonds; b. compliance officer: de functionaris die door het bestuur van het fonds als compliance officer
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2000 2001 27 869 Wijziging van de Wet toezicht kredietwezen 1992 en de Wet op het consumentenkrediet teneinde de reikwijdte van de bepalingen inzake de informatieverstrekking
Nadere informatieRegeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand Ons Middelbaar Onderwijs. ( Klokkenluidersregeling )
Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand Ons Middelbaar Onderwijs ( Klokkenluidersregeling ) Preambule De regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand Ons Middelbaar
Nadere informatie2006 no. 14 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA
2006 no. 14 AFKONDIGINGSBLAD VAN ARUBA LANDSBESLUIT, houdende algemene maatregelen, van 12 mei 2006 ter uitvoering van de artikelen 15 en 16, derde lid, van de Landsverordening Veiligheidsdienst Aruba
Nadere informatieGedragscode Nieuwe Steen Investments n.v.
Inleiding Het zijn mensen die de activiteiten van Nieuwe Steen Investments N.V. (NSI) gestalte geven. Deze gedragscode verschaft de directie en de medewerkers van NSI de richtlijnen die er toe strekken
Nadere informatieKlokkenluidersregeling/ Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand
Klokkenluidersregeling/ Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een misstand Preambule De klokkenluidersregeling/ regeling betreffende het omgaan met een vermoeden van een misstand binnen Vitus
Nadere informatieRegeling melden (vermoeden van een) misstand of schending integriteit
Regeling melden (vermoeden van een) misstand of schending integriteit November 2013, Buitenpost vastgesteld door (P)MR in februari 2014 Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 1. In deze regeling wordt
Nadere informatieKlokkenluidersregeling. Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen het Regius College Schagen
Klokkenluidersregeling Regeling inzake het omgaan met een vermoeden van een ernstige misstand binnen het Regius College Schagen Versie: 18 november 2014 Inhoud INLEIDING...3 INTERNE PROCEDURE VOOR HET
Nadere informatieMANAGEMENTSTATUUT SAMENWERKINGSVERBAND PO SWV 30.06
MANAGEMENTSTATUUT SAMENWERKINGSVERBAND PO SWV 30.06 Artikel 1 - Definitiebepaling In dit managementstatuut wordt verstaan onder: Vereniging: de Vereniging Samenwerkingsverband PO 30.06; Algemene vergadering:
Nadere informatieStichting Pensioenfonds KAS BANK
Stichting Pensioenfonds KAS BANK Klokkenluidersregeling Januari 2017 Inhoudsopgave Inleiding... 3 Regelgeving... 3 Samenhang interne regelingen... 3 Artikel 2. Melden misstand... 5 Artikel 3. Onderzoek
Nadere informatieStichting Pensioenfonds KAS BANK
Stichting Pensioenfonds KAS BANK Incidentenregeling Januari 2017 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Regelgeving... 2 Samenhang interne regelingen... 2 Artikel 1. Definities... 3 Artikel 2. Melden incidenten...
Nadere informatieCONVENANT. De Stichting Autoriteit Financiële Markten (hierna: Autoriteit-FM) en
CONVENANT Inzake de samenwerking tussen de Stichting Autoriteit Financiële Markten en de Stichting Dutch Securities Institute ter bevordering van het integriteittoezicht en de handhaving van de deskundigheid
Nadere informatie