Advies nr. 48 van 30 maart 2009 betreffende het Belgisch operationeel plan influenzapandemie

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Advies nr. 48 van 30 maart 2009 betreffende het Belgisch operationeel plan influenzapandemie"

Transcriptie

1 Advies nr. 48 van 30 maart 2009 betreffende het Belgisch operationeel plan influenzapandemie Vraag om advies van 20 maart 2008, van mevr. L. Onkelinx, Minister van Sociale zaken en Volksgezondheid, betreffende het operationeel plan influenzapandemie

2 INHOUD VAN HET ADVIES Adviesvraag I. Inleiding II. Het Belgisch noodplan III. Juridisch kader 1. Internationale rechtsregels 2. Belgische federale wetgeving 2.a. Patiëntenrechten 2.b. De opeising 2.c. De quarantainemaatregelen 2.d. Evacuatie en verplaatsingsverbod 3. Regelgeving Gemeenschappen 3.a. Regelgeving Vlaamse Gemeenschap 3.b. Regelgeving Franse Gemeenschap 3.c. Regelgeving Brussels Hoofdstedelijk Gewest 3.d. Regelgeving Duitstalige Gemeenschap 4. Deontologische regels 5. De lege ferenda: Kaderwet Influenza 6. Besluit IV. Ethische overwegingen 1. Volksgezondheid 2. Solidariteit 2.a. De medewerking van de burgerbevolking 2.b. De medewerking van de gezondheidsberoepen 3. De beschikbaarheid van de middelen en van het personeel 3.a. De beschikbaarheid van ziekenhuisbedden en hun omkadering 3.b. De beschikbaarheid van beademingstoestellen en hun bediening 3.c. De beschikbaarheid van maskers 3.c.1. De chirurgische maskers 3.c.2. De ademhalingsmaskers 3.d. De beschikbaarheid van antivirale middelen 4. Keuzen bij het aanwenden van de middelen 4.a. Prioritering en deprioritering, principieel 4.b. Prioritering Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 2

3 4.b.1 Prioritering van bepaalde beroepscategorieën 4.b.2. Prioritering voor vaccinatie met het pandemisch vaccin 4.c. Deprioritering 4.d. Het Minnesota Pandemic Ethics Project 5. Intra-en internationale solidariteit V. Besluiten en aanbevelingen Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 3

4 Adviesvraag Op 20 maart 2008 stelde mevr. Laurette Onkelinx, Minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid, de volgende adviesvraag aan het Raadgevend Comité voor Bio-ethiek: "De Belgische overheid investeerde, vanaf eind 2005, in de opmaak van een operationeel plan voor het beheer van een grieppandemie in ons land. Dit operationeel plan werd uitgewerkt binnen het Interministerieel Commissariaat Influenza (ICI), met een staf bestaande uit medewerkers van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de Voedselketen en Leefmilieu (FOD VVVL), het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid (WIV), het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten (FAGG) en van de diensten van de Gewesten en Gemeenschappen. In het vooruitzicht van een mogelijke pandemie werkt ons land verder continu aan de actualisering van dit bestrijdingsplan, overeenkomstig wetenschappelijke aanbevelingen, en maakt ons land onder andere werk van het aanleggen van een voorraad antivirale middelen, maskers en vaccins. Overeenkomstig artikelen 1 en 8 van het Samenwerkingsakkoord van 15 januari 1993 tot oprichting van een Raadgevend Comité voor Bio-ethiek, ben ik zo vrij het advies te vragen met betrekking tot een aantal ethische problemen die relevant zijn voor het Interministerieel Commissariaat Influenza. Al deze ethische problemen hebben te maken met de grote onzekerheid in verband met wat ons te wachten staat in het geval van een pandemie. Een pandemie zal veroorzaakt worden door een nog onbekend virus; daarom is het ook onmogelijk om het uiteindelijke scenario te voorzien. In onze voorbereiding gebruiken we twee scenario's: één ernstiger, gelijklopend met wat er tijdens de pandemie van 1918 geobserveerd werd en één minder ernstig scenario. het staat echter vast dat de vraag naar zorg tijdens een pandemie veel groter zal zijn dan normaal. Bovendien zal de zorgenverstrekking onder druk komen te staan doordat ook het medisch personeel getroffen zal worden door de pandemie. Daarom stel ik me vragen omtrent eventuele prioriteiten die gesteld zullen moeten worden, onder andere voor wat betreft de antivirale geneesmiddelen, vaccins en de toegang tot de zorgverstrekking. 1) De Belgische Staat heeft antivirale geneesmiddelen gekocht die nodig zijn voor de samenstelling van een strategische voorraad op nationaal niveau. Dergelijke antivirale middelen kunnen zowel preventief als ter behandeling van patiënten met symptomen gebruikt worden. De nationale voorraad is voorzien om alle zieken te kunnen behandelen voor een scenario waarbij tot 30 % van de bevolking ziek wordt. De onvoorspelbaarheid van een pandemie brengt evenwel bepaalde problemen met zich mee. De omvang noch de timing ervan kan vooraf bepaald worden. Daarom is het ook moeilijk te voorspellen of onze strategische voorraad zal volstaan om alle personen die influenzasymptomen vertonen te kunnen behandelen met antivirale middelen. Bijgevolg moet men er ook van uitgaan dat het niet onmogelijk is dat men keuzes zal moeten maken en bepaalde prioriteiten zal moeten stellen ten aanzien van bepaalde groepen. Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 4

5 2) Wat betreft de (pre)pandemische vaccins werkt het Interministerieel Commissariaat Influenza met de volgende strategie. Er zal genoeg prepandemisch vaccin aangekocht worden om de hele Belgische bevolking een eerste dosis te kunnen verstrekken, ook wordt er al een bestelling geplaatst om zo snel mogelijk een tweede dosis pandemisch 1 vaccin voor de hele bevolking geleverd te krijgen. Gezien de onzekerheid wat betreft de timing en de volledigheid van de levering van het pandemisch vaccin zou het kunnen dat er zich op ethisch vlak tevens het probleem van prioriteiten stelt. Namelijk welke groep van mensen komt het eerst in aanmerking voor vaccinatie indien er problemen zouden zijn met de levering? 3) Voor de toegang tot zorgverstrekking stelt zich een identiek probleem. Net als de rest van de bevolking zal ook de groep van gezondheidsbeoefenaars getroffen worden door de pandemie. Het absenteïsme kan hoog oplopen, eventueel over een lange periode. Dit kan de continuïteit van de gezondheidszorg in de eerste en tweede lijn danig compromitteren. Bovendien is de capaciteit van de Belgisch ziekenhuizen niet onbeperkt, zowel wat betreft bedden, beademingstoestellen als personeel. Net als bij vaccins en de antivirale middelen zullen dus vermoedelijk bepaalde prioriteiten gesteld moeten worden." De plenaire vergadering van het Comité van 26 mei 2008 verklaarde de vraag ontvankelijk en verwees ze naar de beperkte commissie I. Inleiding De Spaanse griep van 1918 heeft een 40-tal miljoen mensen gedood over de wereld. Het virus was een gemuteerd vogelgriepvirus dat op de mens werd overgebracht. De Aziatische griep van 1957 en de Hong Konggriep van 1968 hadden minder dramatische gevolgen. Hier ging het om een recombinatie van vogelgriep met een menselijk griepvirus. Op de Belgische website spreekt men van een dodelijke grieppandemie ongeveer om de 40 jaar. De laatste dateert van 1977, de Russische griep, verantwoordelijk voor 1 miljoen doden in de wereld. Het virus was een wederverschijning van het H1N1-virus van de Spaanse griep. De Wereld Gezondheids Organisatie (WGO) spreekt over een drietal pandemieën per eeuw met tussenpozen van 10 tot 50 jaar. Sinds eind 2003 braken er verschillende haarden van vogelgriep uit, eerst in Azië, nadien ook in Afrika en in Europa. Het virus is een A/H5N1 virus. Totnogtoe werden hoofdzakelijk mensen besmet die in aanraking kwamen met getroffen vogels. Mens tot mensbesmetting kwam uitzonderlijk voor en enkel bij personen die in nauw contact leefden met elkaar. Op telden we wereldwijd 397 besmette mensen waarvan er 249 gestorven zijn, volgens door de WGO bevestigde bronnen. Al naargelang het land, wordt al het pluimvee in en rond bedrijven of boerderijen, waar vogelgriep werd vastgesteld, uitgeroeid of niet. 1 Hier wordt klaarblijkelijk het prepandemisch vaccin bedoeld. Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 5

6 De WGO vreest een mutatie van het vogelgriepvirus of een recombinatie ervan met een menselijk griepvirus zodat het virus ook overdraagbaar zou worden van mens tot mens en heeft momenteel fase 3 afgekondigd, wat een pandemische alertfase is. Ze heeft alle landen ertoe aangezet om zich voor te bereiden op een mogelijke pandemie. De WGO onderscheidt 6 verschillende fasen. In fase 4 komen mens-tot-menscontaminaties voor, maar de verspreiding is sterk gelokaliseerd, wat er zou op wijzen dat het virus nog niet goed aangepast is aan de mens. In fase 5 blijft de aandoening gelokaliseerd, maar meer mensen zijn aangetast. Tijdens deze beide fasen zal er in België over gewaakt worden dat besmette mensen onmiddellijk worden opgenomen en het virus niet kunnen verspreiden. Akkoorden hierover bestaan met alle luchthavens. Fase 6 is de pandemische fase, waarin de verspreiding is toegenomen en de wereldbevolking treft. II. Het Belgisch noodplan België heeft eind 2005 en begin 2006 een operationeel noodplan voor een grieppandemie uitgewerkt. Het plan werd uitgewerkt door het Interministerieel Commissariaat Influenza (I.C.I.) in samenwerking met medewerkers van de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van de voedselketen en Leefmilieu 2, van het Wetenschappelijk Instituut Volksgezondheid en het Federaal Agentschap voor de Veiligheid van de Voedselketen (FAVV). De Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken, de Federale Overheidsdienst Buitenlandse Zaken, Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, het Ministerie van de Franse Gemeenschap, het Ministerie van de Duitstalige Gemeenschap, het Ministerie van het Waalse Gewest en het Ministerie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest werden hierbij betrokken. In het operationeel plan wordt duidelijk gemaakt wie instaat voor wat en hoe, zowel voor wat de communicatie naar de burgers en naar de zorgverleners betreft, als voor de opvolging van de besmette patiënten en van de personen met wie zij contact hadden. Er werd een Interministerieel Coördinatiecomité Influenza opgericht met vertegenwoordigers van de Gemeenschappen en de Gewesten, dat ondersteund wordt door ambtenaren van de FOD Volksgezondheid en een beroep kan doen op de departementale crisiscellen, voorzien in art. 5 van de bijlage bij het KB van 31 januari 2003 voor noodplannen, die een coördinatie op nationaal niveau vereisen. Een Stuurgroep Influenza is voorzien, alsook een Wetenschappelijk Comité Influenza dat samenwerkt met de Hoge Gezondheidsraad en met het Wetenschappelijk Comité van de FOD Volksgezondheid. Indien de pandemie uitbreekt en moet worden overgegaan naar de crisisconfiguratie komt er een centrale coördinatie met een Beheerscel, waarvan het voorzitterschap toekomt aan de Minister van Binnenlandse Zaken; een Evaluatiecel, waarvan het voorzitterschap toekomt aan 2 Wordt verder in de tekst aangeduid als FOD Volksgezondheid. Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 6

7 de directeur-generaal van de FOD Volksgezondheid, een Informatiecel, die voorgezeten wordt door de communicatieverantwoordelijke van de Minister van Volksgezondheid en een EcoSoc-cel die de sociaal-economische gevolgen van de pandemie evalueert. Beslissingen van de Beheerscel die op lokaal niveau moeten uitgevoerd, worden door de evaluatiecel aan de provinciale crisiscentra (zie KB 31 januari 2003) medegedeeld. Internationale en vooral Europese samenwerking is voorzien. In een draaiboek, dat beschikbaar is op internet, wordt voor de verschillende beroepsgroepen die de eerstelijnsgezondheidszorg uitmaken beschreven wat van hen verwacht wordt tijdens de verschillende WGO-fasen en hoe ze zich kunnen beschermen. Er wordt ook een callcenter opgericht en zowel de beheerscel als de provinciale cellen zullen hun instructies via deze kanalen bekend maken. Tijdens de pandemie worden in alle gemeenten en steden onder de verantwoordelijkheid van de burgemeester lokale zorgmeldpunten opgericht, waar mogelijke grieppatiënten zich kunnen aanmelden, maar die naast hun consultatiefunctie een databank bijhouden en oproepbaar zijn voor informatie. Zij coördineren ook de thuiszorg voor patiënten in samenwerking met thuiszorgplatforms en vrijwilligers. De coördinatie van de lokale zorgmeldpunten gebeurt door de provinciegouverneurs die hun gegevens communiceren aan de nationale crisiscel van het Crisis- en Coördinatiecentrum van de regering. De bevolking wordt langs alle mogelijke kanalen (radio, televisie, kranten, enz.) geïnformeerd over de stand van zaken en van haar wordt verwacht dat ze de nodige instructies opvolgt om de verspreiding van het virus zo goed mogelijk tegen te houden. Bepaalde locaties, waar veel mensen samenkomen, zullen desgevallend gesloten worden. Sommige massamanifestaties, zoals concerten en sportevenementen, kunnen worden afgelast. In het draaiboek Pandemieplanning Belgische ziekenhuizen wordt het St.-Pietersziekenhuis in Brussel aangeduid als het eerste referentieziekenhuis, dus als de instelling waar de eerste verdachte gevallen dienen opgenomen te worden. Van alle ziekenhuizen wordt verwacht dat ze een coördinator influenza aanduiden, die in samenwerking met de hoofdgeneesheer en de directie de opvang van grieppatiënten regelt. De provinciegouverneurs krijgen te horen welke de bedcapaciteit is van de verschillende ziekenhuizen in hun provincie en spelen deze informatie door naar de lokale zorgmeldpunten. Ziekenhuizen organiseren afzonderlijke opvangruimten (wachtzalen, urgentiediensten, en ziekenhuisbedden) om de van griep verdachte patiënten op te vangen. Niet-dringende interventies worden geweerd, zodat het medisch en paramedisch personeel beschikbaar blijft voor de grieppatiënten. Patiënten kunnen zich slechts wenden tot de ziekenhuizen wanneer ze doorverwezen werden door een huisarts. Zoveel mogelijk mensen worden thuis verzorgd. Ze krijgen van hun huisarts of van de arts van het lokale zorgmeldpunt antivirale middelen en chirurgische maskers (zie hiervoor Hoofdstuk IV, punt 3.c.1.), met de boodschap bezoek te vermijden, een chirurgisch masker op te zetten wanneer ze in contact komen met huisgenoten en dit gedurende 7 dagen na de uitbraak van de symptomen. Het virus zou overdraagbaar zijn Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 7

8 gedurende 7 dagen, maar het is reeds actief de dag die voorafgaat aan de symptomatische uitbraak. Bij elke vaststelling van de pandemische griep worden de mensen opgespoord met wie de patiënt in contact kwam. Een hele regelgeving werd uitgewerkt voor de opvang van Belgen die in het buitenland verblijven tijdens de uitbraak van de pandemie en er wordt uitdrukkelijk voorzien dat alle vreemdelingen die zich op het Belgisch grondgebied bevinden, welke ook hun statuut is (legaal of illegaal) dezelfde behandeling genieten als de Belgen. In het noodplan wordt vermeld dat er gesprekken aan de gang zijn met onze buurlanden (Nederland, Duitsland, Frankrijk en het Groothertogdom Luxemburg) om medical shopping te vermijden evenals de opeising door een van deze landen van zorgverleners, die in één land hun verblijfplaats hebben gekozen, maar in een ander tewerkgesteld zijn. Een specifiek pandemisch vaccin zal slechts tussen de 4 à 6 maanden na de uitbraak van het nieuwe virus beschikbaar zijn. Het is momenteel allesbehalve zeker dat het vaccin zal kunnen aangemaakt worden ten behoeve van de 6 miljard bewoners van de aarde, integendeel. Ook op dat vlak is het risico groot dat bepaalde bevolkingsgroepen, laat staan continenten, uit de boot vallen. Intussen wordt er aan een prepandemisch vaccin gewerkt, met de bedoeling een, al was het maar gedeeltelijke, bescherming te bieden en aldus het aantal zieken te verminderen. De juiste protectieve waarde van dit vaccin valt moeilijk in te schatten. Het Europees Geneesmiddelenagentschap heeft het licht op groen gezet voor de introductie van het Prepandemisch influenzavaccin (H5N1) (gesplitst virion, geïnactiveerd, met adjuvans) GlaxoSmithKlineBiologicals in mei Dit vaccin is hetzelfde als de reeds in de Europese Unie goedgekeurde Prepandrix dat ook door GlaxoSmithKline werd op punt gezet met gewone geïnactiveerde griepstammen (A en B) en een geïnactiveerde Vietnamese H5N1-stam. Twee injecties zijn nodig met een tussenpoos van 3 weken om een voldoende immuniteit te bekomen. Een door de commissie gehoorde expert bevestigde dat een algemene vaccinatie van de Belgische bevolking met het prepandemisch vaccin voorzien is, zoals ook in de brief die de Minister aan het Raadgevend Comité verstuurde, vermeld staat. Aangezien dit vaccin slechts een kortdurende bescherming biedt, zal het pas worden toegediend vanaf het moment dat de pandemische uitbraak van het virus waarschijnlijk lijkt, dus vanaf fase 5. In het noodplan wordt een veralgemeende vaccinatie tegen pneumokokken aangeraden, meer speciaal voor kinderen tot de leeftijd van 5 jaar, teneinde het dragerschap te vermijden. Een pneumokokkeninfectie is inderdaad de klassieke bacteriële complicatie van een influenza-infectie en vaak verantwoordelijk voor een fatale afloop. De overheid stelt eveneens 32 miljoen chirurgische maskers ter beschikking. Deze maskers verminderen het contaminatierisico dat een zieke betekent voor zijn omgeving en ze worden Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 8

9 dus voorzien voor alle patiënten, zowel de ambulante (dit wil zeggen mensen die zich naar het zorgmeldpunt begeven), als diegenen die thuis worden verzorgd of gehospitaliseerd zijn. Ook worden 6 miljoen meer performante ademhalingsmaskers van het type FFP2 voorzien voor het verzorgingspersoneel. Deze maskers moeten om de 2 à 4 uur worden vervangen. In het Belgisch noodplan wordt echter verduidelijkt dat deze maskers enkel worden gedragen bij blootstelling aan een microbiële aerosol. De overheid heeft aan alle laboratoria voor klinische biologie 3 testkits bezorgd met telkens een ademhalingsmasker zodat de huisarts in geval van vermoeden van vogelgriep een nasofaryngiaal staal kan nemen en doorsturen voor analyse naar het labo van het Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid. Antivirale middelen zijn, op aanraden van de Hoge Gezondheidsraad, voorzien voor de behandeling van 30% van de bevolking. Een deel ervan bestaat onder de vorm van gebruiksklare Tamiflu (Roche) in capsules en poeder voor orale suspensie (stofnaam: oseltamivir), gebruiksklare Relenza (GSK), een poeder voor inhalatie (stofnaam: zanamivir), terwijl een deel als bulk grondstof oseltamivirfosfaat samen met conditioneringsmateriaal en excipiënten is opgeslagen bij de medische component van het Belgisch leger, waar de nodige competentie bestaat om de grondstof te verwerken tot tabletten. Deze antivirale middelen worden uitdrukkelijk voorzien voor de behandeling van zieken en zijn niet bestemd voor profylactisch gebruik, ook niet voor de gezondheidswerkers 3. III. Juridisch kader 4 De centrale juridische vraag, die nauw samenhangt met de ethische overwegingen, is: hoe de rechten en de vrijheden van het individu te verzoenen met een aantal maatregelen van overheidswege die nodig worden geacht om de ziekte in te dijken, zoals het opeisen van personen en het afzonderen van besmette personen? 3 In andere landen is er een stock antivirale middelen voorzien voor 5, 10, 20, 30 tot 50 % van de bevolking. 4 Er wordt hier niet ingegaan op de institutionele en organisatorische aspecten van het beheer van crisissen op gemeentelijk, provinciaal en nationaal vlak, die o.m. geregeld worden door: -het KB van 18 april 1988 tot oprichting van het Coördinatie- en Crisiscentrum van de regering (BS 4/5/88); -het KB van 31 januari 2003 tot vaststelling van het noodplan voor de crisisgebeurtenissen en - situaties die een coördinatie of een beheer op nationaal niveau vereisen (BS 21/2/03); -het KB van 16 februari 2006 betreffende de nood- en interventieplannen (BS 15/3/06, ed. 2). Deze plannen hebben een algemeen karakter en viseren niet specifiek het geval van de uitbraak van een besmettelijke ziekte als een grieppandemie. De specifieke structuren die werden voorzien voor het opvangen van een grieppandemie worden trouwens besproken in hoofdstuk II Het Belgisch noodplan. Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 9

10 1. Internationale rechtsregels - Art. 5 van het Europees Verdrag tot bescherming van de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden (EVRM) bepaalt dat eenieder recht heeft op persoonlijke vrijheid en veiligheid. Niemand mag van zijn vrijheid worden beroofd, behalve in navolgende gevallen en langs wettelijke weg: [ ] e) in het geval van rechtmatige gevangenhouding van personen die een besmettelijke ziekte zouden kunnen verspreiden, van geesteszieken, van verslaafden aan alcohol of verdovende middelen of van landlopers;. - Art. 8 van het EVRM bepaalt: 1. Een ieder heeft recht op respect voor zijn privé leven, zijn familie- en gezinsleven, zijn woning en zijn correspondentie. 2. Geen inmenging van enig openbaar gezag is toegestaan in de uitoefening van dit recht, dan voor zover bij de wet is voorzien en in een democratische samenleving noodzakelijk is in het belang van de nationale veiligheid, de openbare veiligheid of het economisch welzijn van het land, het voorkomen van wanordelijkheden en strafbare feiten, de bescherming van de gezondheid of de goede zeden of voor de bescherming van de rechten en vrijheden van anderen. (onze cursivering). - Het Internationaal Sanitair Reglement 5 (2005) van de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO) bepaalt dat de staten die het Reglement onderschreven vanaf 15 juni 2007 over twee jaar beschikken om hun capaciteiten te evalueren en nationale actieplannen uit te werken en vervolgens nog over drie jaar om te voldoen aan de voorschriften van het reglement inzake surveillance en actie, alsook betreft de voorschriften inzake luchthavens, havens en sommige welbepaalde grensposten. Dit Reglement verplicht de onderschrijvende staten gevallen van cholera, pest en gele koorts te signaleren en geeft de WGO heeft ook een onderzoeksrecht 6. - Beslissing nr. 2119/98/CE van 24 september 1998 van het Europees Parlement en van de Raad bepaalt dat iedere Lidstaat de andere Lidstaten en de Europese Commissie via het communautaire netwerk EWRS (Early Warning Rapid System) moet informeren over de aard en de draagwijdte van de noodmaatregelen die hij heeft genomen of zal nemen. 2. Belgische federale wetgeving 2.a. Patiëntenrechten 5 te raadplegen op 6 D. Bloem, M. Nazarian & G.V. Grigorieff, «La quarantaine médicale humaine, réflexions juridiques, éthiques et sanitaires sur une pandémie», voetnoot 9, in Médecine et droit, Questions d'actualité en droit médical et en bioéthique, 2007, Anthemis, Louvain-la-Neuve. Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 10

11 Art. 8 1, 1 e lid van de Wet betreffende de rechten van de patiënt van 22 augustus 2002 bepaalt dat de patiënt het recht heeft om geïnformeerd, voorafgaandelijk en vrij toe te stemmen in iedere tussenkomst van de beroepsbeoefenaar. Hij heeft dus het recht zijn toestemming voor een tussenkomst te weigeren of in te trekken (art. 8, 4). Wanneer in een spoedgeval geen duidelijkheid aanwezig is omtrent de al dan niet voorafgaande wilsuitdrukking van de patiënt of zijn vertegenwoordiger, gebeurt iedere noodzakelijke tussenkomst van de beroepsbeoefenaar onmiddellijk in het belang van de gezondheid van de patiënt (art. 8, 5). Art van dezelfde wet stelt dat geen inmenging is toegestaan met betrekking tot de uitoefening van het recht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer en de intimiteit van de patiënt dan voor zover het bij wet is voorzien en nodig is voor de bescherming van de volksgezondheid of voor de bescherming van de rechten en de vrijheden van anderen. (onze cursivering). 2.b. De opeising De opeising is een publiekrechtelijk procedé waarbij de overheid zich in bijzondere omstandigheden de medewerking van burgers verzekert of zich bepaalde zaken toe-eigent. 7 De Belgische wetgeving kent de militaire en de burgerlijke opeising. We hebben het hier enkel over de burgerlijke opeising van personen. Opeising gebeurt slechts in uitzonderlijke omstandigheden, wanneer de normale middelen als het rekruteren van personeel via benoeming of arbeidsovereenkomst niet meer volstaat. De voornaamste bepalingen die van belang kunnen zijn in een situatie van pandemie zijn de volgende: - art. 4 van de wet van 8 juli 1964 betreffende de dringende geneeskundige hulpverlening verplicht de geneesheren gevolg te geven aan de opvordering door de overheid; - art. 9, 3 van het KB nr. 78 van 10 november 1967 betreffende de uitoefening van de geneeskunst, de verpleegkunde, de paramedische beroepen en de geneeskundige commissies geeft aan de gezondheidsinspecteur en aan de inspecteur der apotheken de bevoegdheid maatregelen te nemen om het normale verloop van de wachtdiensten te verzekeren, indien die in het gedrang zou komen; - voor opvorderingen in het kader van het KB van 1 maart 1971 betreffende de profylaxe tegen overdraagbare ziekten, zie punt 2.c. hieronder; 7 J. Dujardin, M. Van Damme & J. Vande Lanotte, Overzicht van het Belgisch administratief recht, 2002, Kluwer, Mechelen, nr Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 11

12 - voor opvorderingen in het kader van de regelingen van de Gemeenschappen betreffende de profylaxe tegen overdraagbare ziekten, zie punt 3 hieronder; - artikel 17 van de wet van 5 augustus 1992 op het politieambt bepaalt dat in geval van ramp, onheil of schadegeval de politiediensten van het getroffen gebied bevoegd zijn om in afwachting van de tussenkomst van de bevoegde overheden alle maatregelen te treffen om de in gevaar verkerende personen te beschermen, onder meer door de medewerking van de bevolking te vorderen, die hieraan gevolg moet geven; - art van het KB van 16 februari 2006 betreffende de nood- en interventieplannen (BS 15 maart 2006) voorziet dat in een noodsituatie de medische hulpmiddelen onder het administratief gezag geplaatst worden van de federale gezondheidsinspecteur en de operationele leiding berust bij de directeur medische hulpverlening; - art. 181 van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid (BS 31 juli 2007, err. BS, 1 oktober 2007) voorziet dat de minister of zijn gemachtigde bij het optreden van de diensten van de civiele veiligheid en voor hun noden de personen en zaken die hij nodig acht kan opvorderen. Dezelfde bevoegdheid wordt verleend aan de burgemeester, die deze bevoegdheid kan delegeren aan de zonecommandant of de officieren ter plaatse. De Koning legt de modaliteiten van de vergoeding van de kosten van de opvordering vast. - voor de privé-sector voorziet de wet van 19 augustus 1948 betreffende de prestaties van algemeen belang in vredestijd dat de paritaire comités de maatregelen, prestaties of diensten moeten bepalen welke verzekerd moeten worden in geval van collectieve en vrijwillige stopzetting van de arbeid of in geval van collectieve afdanking van het personeel, teneinde zekere levensbehoeften of sommige taken te verzekeren welke geboden zijn door een onvoorziene noodzakelijkheid. Deze vitale behoeften moeten bepaald worden door de paritaire comités. De aanduiding van de personen die in bepaalde ondernemingen tewerkgesteld moeten worden omdat zij onmisbaar zijn om in de vitale behoeften te voorzien moet gebeuren in overleg tussen werkgevers en werknemers. Het is slechts indien de sociale partners niet tot een akkoord kunnen komen dat deze personen kunnen worden gevorderd door de minister van Tewerkstelling en Arbeid of de minister van Economische Zaken en Energie of hun afgevaardigden, bv. de provinciegouverneurs 8. 2.c. De quarantainemaatregelen - het Gezondheidsdecreet van 18 juli 1831 voorziet in art. 1, 3 dat het Staatshoofd per besluit de buitengewone maatregelen vastlegt die het binnendringen van of de vrees voor een pestilente ziekte zouden noodzaken aan de grenzen of op het grondgebied. Het decreet maakt het mogelijk personen afkomstig uit landen waar een infectie woedt voor min of meer 8 J. Dujardin, M. Van Damme & J. Vande Lanotte, Overzicht van het Belgisch administratief recht, op cit. nr. 295; W. Van Eeckhoutte, Arbeidsrecht , Gandaius, Kluwer Rechtswetenschappen België, 1999, Antwerpen, nrs Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 12

13 lange tijd in quarantaine te plaatsen. Zij kunnen zelfs van het grondgebied verwijderd worden indien de quarantaine niet kan worden georganiseerd zonder gevaar voor de volksgezondheid. Inbreuken worden streng bestraft 9 (eigen vertaling); - art.1 van de Gezondheidswet van 1 september 1945 bepaalt dat de Koning gemachtigd is bij wege van algemeen reglement en na advies van de Hoge Gezondheidsraad alle nodige profylaxe en saneringsmaatregelen evenals organisatie- en controlemaatregelen te nemen om overdraagbare ziekten die een algemeen gevaar vormen te voorkomen of te bestrijden en waarvan de lijst zal worden opgesteld na eensluidend advies van de Hoge Gezondheidsraad (eigen vertaling); - art.1 van het KB van 1 maart 1971 betreffende de profylaxe tegen overdraagbare ziekten, gewijzigd bij KB van 18 november 1976, voorziet dat aangifte moet worden gedaan van alle bewezen of verdachte gevallen van onderstaande ziekten: I. Quarantainabele ziekten: 1. Quarantainabele ziekten die zijn opgenomen in het Internationaal Sanitair Reglement van de Wereldgezondheidsorganisatie: Cholera, gele koorts, pest en pokken (ook Alastrim); 2. Ziekten die in het nationale vlak als quarantainabele ziekten worden behandeld: Al dan niet hemorragische koortstoestanden, veroorzaakt door een virus uit de volgende families: a) Arbo- en Togavirus (type knokkelkoorts en Kongovirus); b) Arenavirus (type Lassakoorts en Amerikaanse hemorragische koortstoestanden); c) Rhabdovirus (type Marburgkoorts en Johannesburgkoorts); II. Niet-quarantainabele ziekten met verplichte internationale aangifte: Vlektyfus, febris recurrens, poliomyelitis, griep die epidemische afmetingen aanneemt, paludisme (onze cursivering); III. Overdraagbare ziekten met verplichte nationale aangifte: 1. Bacteriële ziekten: [ ] 2. Virusziekten: Virusencefalitis, hepatitis infectiose, hondsdolheid; 3. Ziekten die door rickettsiae en pararickettsiae worden veroorzaakt: [ ] 4. Parasitaire ziekten: [ ] 9 D. Bloem, M. Nazarian, M. & G.V. Grigorieff, op cit. p Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 13

14 Aangifte moet eveneens worden gedaan van elk pathologisch geval waarover een onzekere diagnose bestaat, maar waarvan het epidemische karakter vaststaat of waarvan de symptomatologie die is van een ernstige epidemische aandoening. De met de aangifte belaste personen moeten bovendien [...] de gezondheidsinspecteur inlichten over elk geval dat de kenmerken vertoont van een andere ernstige of epidemische infectieziekte, zelfs indien de diagnose nog niet definitief is gesteld. (onze cursivering). Het koninklijk besluit van 1 maart 1971 voorziet ook nog het volgende: Art. 6bis bepaalt dat wanneer een bewezen of verdacht geval van quarantainabele ziekte gemeld wordt aan één van de overheidspersonen, [ ], elk van hen, in geval van noodzaak, elke ziekenhuisdienst binnen de grenzen van zijn ambtsgebied (kan) vorderen om de afzondering als voorzorgsmaatregel te bewerkstelligen en de gepaste geneeskundige zorgen te verzekeren. (onze cursivering). Art. 6ter. 1 voorziet dat die vordering betrekking heeft: 1 zowel op het gebruik van de gebouwen, de terreinen, de uitrusting en het personeel van de gevorderde dienst; [ ] 2. De vorderende overheid kan bovendien bevel geven de gevorderde dienst, vooraf of onmiddellijk, geheel of gedeeltelijk, te doen ontruimen door de patiënten die er in opgenomen zijn en wier aanwezigheid in de betrokken dienst de doeltreffendheid van de profylaxe zou kunnen in gevaar brengen [ ]. Art. 6quater bepaalt dat indien een geneesheer-ambtenaar van het Ministerie van Volksgezondheid en van het Gezin, tot wiens bevoegdheid de gezondheidsinspectie aan de lands-, zee-, rivier- en luchtgrenzen, en ondermeer in de havens en luchthavens, behoort, ervan in kennis wordt gesteld, dat er een bewezen of verdacht geval van een quarantainabele ziekte, zoals in artikel 1, I, van dit besluit bepaald, in België binnengebracht werd of aanwezig is, die geneesheer-ambtenaar eveneens elke ziekenhuisdienst gelegen op Belgisch grondgebied kan vorderen om voor de afzondering bij wijze van profylactische maatregel en voor de aangewezen geneeskundige behandeling te zorgen van personen die lijden aan of verdacht worden te lijden aan de betrokken quarantainabele ziekte [ ]. (onze cursivering). Art. 6quinquies bepaalt [ ] dat de directie van de betrokken inrichting, met alle middelen die in haar macht liggen, de uitvoering van de vordering vergemakkelijkt, verzekert en controleert onder meer door elk bewezen of verdacht geval van de kwestieuze (overdraagbare) ziekte onmiddellijk in de gevorderde dienst op te nemen. Elk gevorderd personeelslid wordt persoonlijk door toedoen van de directie, mondeling en daarna schriftelijk, in kennis gesteld van de vordering. [ ] De vordering blijft van kracht zolang ze niet is ingetrokken door de vorderende overheid, op advies van de in artikel 6septies vermelde profylaxecommissie. Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 14

15 [ ]. (onze cursivering). Inbreuken op dit koninklijk besluit worden, naargelang van het overtreden artikel, gesanctioneerd met straffen voorzien in het Gezondheidsdecreet van 18 juli 1831 of de Gezondheidswet van 1 september 1945 (art. 10). Opgelet: dit koninklijk besluit werd: - voor de Vlaamse Gemeenschap opgeheven en vervangen; - voor het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gedeeltelijk opgeheven en vervangen; - voor de Franse Gemeenschap aangevuld. Zie hiervoor verder onder 3. Opmerking: er werden geen bepalingen gevonden over het mee in quarantaine plaatsen van medisch personeel, zoals blijkbaar in Canada gebeurde n.a.v. de SARS-epidemie d. Evacuatie en verplaatsingsverbod Art. 182 van de wet van 15 mei 2007 betreffende de civiele veiligheid (BS 31 juli 2007, err. BS, 1 oktober 2007): "De minister of zijn gemachtigde kan in geval van dreigende omstandigheden de bevolking, ter verzekering van haar bescherming, verplichten zich te verwijderen van plaatsen of streken die bijzonder blootgesteld, bedreigd of getroffen zijn, en degenen die bij deze maatregelen betrokken zijn een voorlopige verblijfplaats aanwijzen; om dezelfde reden kan hij iedere verplaatsing of elk verkeer van de bevolking verbieden.". 3. Regelgeving Gemeenschappen Artikel 5 1, 1, I, 2 van de Bijzondere Wet op de Hervorming van de Instellingen van 8 augustus 1980, genomen ter uitvoering van art. 128 van de Grondwet, bepaalt dat de Gemeenschappen bevoegd zijn voor de gezondheidsopvoeding alsook de activiteiten en diensten op het vlak van de preventieve gezondheidszorg, met uitzondering van de nationale maatregelen inzake profylaxe. 3.a. Regelgeving Vlaamse Gemeenschap - het decreet van 21 november 2003 op het preventief gezondheidsbeleid (BS 3/2/2004) vervangt het KB van 1 maart 1971 en voorziet met name in art. 47 meer specifieke quarantainemaatregelen; - in afwachting van het in werking treden van het besluit ter uitvoering van dit decreet, dat in voorbereiding is, blijft de ter zake geldende regelgeving die op het ogenblik van de 10 D. Bloem, M. Nazarian, & G.V. Grigorieff, «La quarantaine médicale humaine, réflexions juridiques, éthiques et sanitaires sur une pandémie», op cit., p Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 15

16 inwerkingtreding van dit decreet van kracht is, o.m. met betrekking tot profylaxe van besmettelijke ziekten, van toepassing. Het betreft hier met name: - het decreet van 5 april 1995 betreffende de profylaxe van besmettelijke ziekten (BS 19 juli 1995); - het besluit van de Vlaamse regering van 19 april 1995 tot uitvoering van het decreet van 5 april 1995 betreffende de profylaxe van besmettelijke ziekten (BS 14 juli 1995). Art. 5 1 van het decreet van 5 april 1995 betreffende de profylaxe van besmettelijke ziekten bepaalt dat ter voorkoming en bestrijding van de in dit decreet bedoelde ziekten de bevoegde ambtenaren-artsen: 1 personen die aangetast zijn door zo'n ziekte en die hierdoor een bijzonder gevaar van besmetting voor de gemeenschap vormen, kunnen verplichten een gepaste medische behandeling te volgen met het oog op het bestrijden van deze besmettelijkheid en zo nodig hun het bevel geven tot tijdelijke afzondering in een door de ambtenaren-artsen bepaalde ziekenhuisafdeling; 2 bij vaststelling van zo'n ziekte, de personen die door hun beroepsactiviteit deze ziekte kunnen overdragen onderwerpen aan medisch onderzoek, nodig voor de opsporing van de besmettingsbron; 3 de onder 2 vermelde personen die besmet blijken en de ziekte kunnen overdragen, de uitoefening van beroepsactiviteiten verbieden zolang zij hierdoor een bijzonder gevaar betekenen voor de volksgezondheid; [ ] 6 de nodige ruimten in ziekenhuizen opeisen voor de opname en de afzondering van personen die besmet zijn of bij wie een ernstige besmetting wordt vermoed. (onze cursivering). De in het decreet bedoelde ziekten, waarvan de aangifte onmiddellijk moet gebeuren, staan opgesomd in Bijlage I bij bovenvermeld Besluit van de Vlaamse regering van 19 april 1995, waaronder 11 Elke andere ernstige besmettelijke ziekte die niet in de lijst is opgenomen en die een epidemisch karakter dreigt aan te nemen. (onze cursivering). 3.b. Regelgeving Franse Gemeenschap Het koninklijk besluit van 1 maart 1971 werd aangevuld door: - het besluit van 17 juli 2002 van de Regering van de Franse Gemeenschap betreffende de profylaxe tegen overdraagbare ziekten in het school- en studentenmilieu (BS 26/10/02); Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 16

17 - het besluit van 17 juli 2002 van de Regering van de Franse Gemeenschap tot vaststelling van de lijst van de overdraagbare ziekten waarvoor profylactische en opsporingsmaatregelen moeten worden getroffen (BS 26/10/02). 3.c. Regelgeving Brussels Hoofdstedelijk Gewest Het besluit van 19 februari 2004 van het Verenigd College van de Gemeenschappelijke Gemeenschapscommissie van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 19 februari 2004 tot wijziging van het koninklijk besluit van 1 maart 1971 betreffende de profylaxe tegen overdraagbare ziekten (BS 16/3/04) voorziet in art. 1 onder meer dat de Leden van het Verenigd College, bevoegd voor het Gezondheidsbeleid, in dringende gevallen de lijst van aan te geven ziekten kunnen aanvullen. Er moet tevens melding worden gemaakt van elk pathologisch geval waarover een onzekere diagnose bestaat, maar waarvan het epidemische karakter vaststaat of waarvan de symptomatologie die is van een ernstige epidemische aandoening (onze cursivering). 3.d. Regelgeving Duitstalige Gemeenschap Geen reglementering gevonden. 4. Deontologische regels De Code van Geneeskundige Plichtenleer van de Orde van Geneesheren voorziet onder meer: Art. 3 De uitoefening van de geneeskunde is een bij uitstek menslievende opdracht; de geneesheer waakt in alle omstandigheden over de gezondheid van de enkeling en van de gemeenschap.[ ]. Art. 5 De geneesheer moet al zijn zieken even gewetensvol verzorgen, ongeacht hun sociale stand, hun nationaliteit, hun overtuiging, hun faam en zijn persoonlijke gevoelens jegens hen.. Art. 6 Elke geneesheer moet, ongeacht zijn functie of specialiteit, onverwijld hulp bieden aan een zieke die in onmiddellijk gevaar verkeert.. Art. 7 Bij algemene noodsituaties mag een geneesheer zijn zieken niet verlaten tenzij hij daartoe door de bevoegde overheid wordt verplicht.. Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 17

18 Art. 8 De geneesheer moet zich bewust zijn van zijn sociale plichten tegenover de gemeenschap.. Art. 99 De geneesheer moet zowel de onaantastbare rechten van de menselijke persoon eerbiedigen als zijn plichten tegenover de gemeenschap vervullen.. Art. 101 De geneesheer moet zijn persoonlijke bijdrage leveren in de gezamenlijke opdracht van het medisch korps om de volksgezondheid te verbeteren. In eerbied voor de medische deontologie en de rechten van de enkeling werkt het medisch korps mee aan die vormen van de sociale zekerheid die als doel hebben alle burgers de beste gezondheidszorgen te verstrekken.. Tijdens de SARS-epidemie in Canada werd het contact tussen artsen en aangetaste patiënten in bepaalde ziekenhuizen tot een minimum beperkt, waardoor zij in zekere mate vrijgesteld werden van hun zorgplicht 11. Anderzijds kan men zich afvragen in hoeverre artsen zich moeten blijven inzetten in weerwil van de risico s voor eigen veiligheid en gezondheid. In zijn advies van 24 januari 2009 over deze problematiek 12 stelt de Nationale Raad van de Orde van Geneesheren dat de arts een deontologische plicht heeft om te behandelen en te verzorgen. Dit niet alleen omdat hij zich, zoals trouwens elke burger, wettelijk niet bloot kan stellen aan schuldig verzuim, contract- of beloftebreuk, maar vooral wegens de verwachtingsvolle sociale rol die hij opneemt. Zo houdt de bewuste keuze om arts te worden en te zijn, onafscheidbaar de aanvaarding in van een plicht tot behandeling en zorg. Deze plicht is geen vrijblijvende randvoorwaarde, maar behoort tot de kern die toelaat de professie van arts te definiëren (cfr. artikel 7 van de Code van geneeskundige plichtenleer). [ ] Het door de arts aanvaarden van de behandelingsplicht betekent niet onmiddellijk het volledig moeten wegcijferen van zijn eigen veiligheid, noch van het bestaan van andere conflicterende, veelal familiale plichten. Zo stonden bij de betrokken zorgverstrekkers tijdens de recente SARS-dreiging de vrees hun familieleden te besmetten, praktische problemen bij de dagelijkse opvoeding en zorg voor hun kinderen en existentiële vragen rond de opvang van hun naasten, moesten ze door hun werk bezwijken, erg op de voorgrond. [ ] De praktijk mag zich in casu niet alleen beperken tot een oordeel over welke plicht het hoogste appel heeft, maar dient gepaard te gaan met een aanpak die ruimte schept om 11 D. Bloem, M. Nazarian & G.V. Grigorieff, «La quarantaine médicale humaine, réflexions juridiques, éthiques et sanitaires sur une pandémie», op cit., p Advies van 24/01/09 betreffende de behandelingsplicht, te raadplegen op Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 18

19 tegenstrijdige waarden naast elkaar te laten bestaan. Zo brengt de behandelingsplicht van de arts ook dwingende plichten mee voor de maatschappij en de zorginstellingen. Naast sociale ondersteuning onder vorm van aangepaste verzekeringen voor ziekte, invaliditeit, overlijden, kinderzorg..., dienen deze de veiligheid van de diverse zorgverstrekkers in de frontlijn te maximaliseren.. 5. De lege ferenda: Kaderwet Influenza Uit een hoorzitting met een expert bleek dat er gewerkt wordt aan een zgn. Kaderwet Influenza, die zou worden uitgevaardigd bij het begin van een pandemie en die een aantal bestaande wettelijke bepalingen zou wijzigen om het hoofd te bieden aan de crisissituatie. Ter illustratie twee voorbeelden. Zo zou een uitzondering voorzien worden op de bepaling dat bankbiljetten steeds langs de Nationale Bank moeten passeren, waar versleten en beschadigde exemplaren uit omloop worden genomen. De banken voorzien namelijk een gebrek aan geld in de verdeelautomaten, mochten er in geval van pandemie niet genoeg geldtransporten kunnen georganiseerd worden. Een ander voorbeeld vormt de Vlaamse regeling die begrafenisondernemers verbiedt meer als één lijk te vervoeren. Ook hierop zou een uitzondering voorzien worden. 6. Besluit Alhoewel er enige verschillen zijn in regelgeving betreffende isolatie- en quarantainemaatregelen tussen de Gemeenschappen, en hierdoor mogelijk enkele onduidelijkheden en aarzelingen ontstaan, lijkt de huidige wetgeving te voldoen om gevallen tot en met WHO-fase 5 aan te pakken, d.w.z. individuen of kleine clusters personen die door de ziekte zijn aangetast. Eenmaal de pandemie in fase 6 is beland, zal deze wetgeving in de praktijk minder nuttig zijn, omdat men natuurlijk niet de hele bevolking kan gaan isoleren en/of in quarantaine plaatsen. Op dat ogenblik zal de communicatie van aangepaste gezondheidsmaatregelen zeer belangrijk zijn. Bij wijze van voorbeeld kan gewezen worden op de raad zoveel mogelijk thuis te blijven, zich voldoende te bevoorraden, overbodige bezoeken en verplaatsingen te vermijden en geactualiseerde hygiënische aanbevelingen in acht te nemen. Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 19

20 IV. Ethische overwegingen 1. Volksgezondheidsethiek Van een overheid wordt verwacht dat ze haar bevolking beschermt door de aanleg en het onderhoud van een aantal noodzakelijke voorzieningen, zodat aan haar fundamentele noden en rechten kan voldaan worden en er bvb. voor gezorgd wordt dat alle kinderen naar school kunnen gaan, dat iedereen over drinkwater beschikt, gehuisvest is, dat de mobiliteit van de burgers verzekerd is, dat straten en wegen onderhouden worden, dat er voldoende gezondheidswerkers zijn om zieken op te vangen, dat de vervuiling van de ingeademde lucht verminderd wordt, en zo verder. Ook wordt ervan verwacht dat ze de nodige informatie verspreidt om het haar burgerbevolking mogelijk te maken vrije en adequate keuzes te maken in overeenstemming met hun eigen, intieme overtuigingen. Als vroeger gebleken is dat de overheid soms een al te paternalistische houding aannam en in functie van de morele overtuiging van een meerderheid wetten uitvaardigde en acties ondernam waardoor de autonomie van sommige burgers geschaad werd, dan is daar in de laatste decennia, althans in de Westerse wereld, verandering in gekomen. Meer en meer komt het recht van de burger tot het nemen van autonome beslissingen tot uiting. In België zijn de opheffing van de wet op de landloperij, zowel als de uitvaardiging van de wet op de patiëntenrechten hier duidelijke voorbeelden van. Uit het op 4 november 1950 aangenomen Europees Verdrag tot Bescherming van de Rechten van de Mens en de fundamentele vrijheden (EVRM ) kan worden afgeleid dat een overheid privérechten kan beknotten wanneer dit noodzakelijk is voor de bescherming van derden tegen een besmetting. België beschikt hiervoor over een hele regelgeving (cfr. supra). Het noodplan werd noch opgesteld, noch uitgewerkt met de bedoeling aan de burgers één of andere gedragsregel op te leggen in hun persoonlijke en familiale levenssfeer, die desgevallend niet zou overeenstemmen met hun eigen visie of overtuiging. Dit plan is opgesteld om het contaminatierisico van derden te verminderen en om de opvang van zieken in de beste omstandigheden te regelen. Bedoeling is aan zoveel mogelijk mensen goed en aan zo weinig mogelijk kwaad te doen. Ethisch gezien valt er niets op te merken op de uitwerking van een noodplan door de overheid en op de installatie van een reeks cellen die de evolutie van de pandemie kunnen volgen en eventueel maatregelen zullen nemen om de persoonlijke vrijheid van de burgers te limiteren teneinde levens te redden. Dat de overheid een plan uitwerkte en een site opende op internet, bewijst dat ze handelt in overeenstemming met het voorzorgsprincipe en de burgers zo goed mogelijk wil inlichten over het potentieel gevaar dat ze lopen. Er is blijkbaar geen sprake in het noodplan van het opleggen van nieuwe dwangmaatregelen; er wordt integendeel van uitgegaan dat de Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 20

21 burgerbevolking consequent de instructies zal volgen. De operationele plannen van de meerdere Europese landen volgen dezelfde lijn en in zijn advies nr. 106 vestigt het Franse CCNE 13 de aandacht op het gevaar dat zou kunnen schuilen in het verder uitbreiden van deze beperkingen op de fundamentele vrijheden dan wat noodzakelijk is voor de bestrijding van de grieppandemie, ofwel wegens een maximalistische (en dus onaangepaste) opvatting van het voorzorgsbeginsel, ofwel voor demagogische doeleinden. Het noodplan voorziet verder de inrichting van een bevraging van de bevolking (p.41) om na te gaan hoe zij denkt over een pandemie, hoe groot de angst is en hoe ze zich kan voorbereiden. Tijdens de crisisfase zullen alle mogelijke middelen worden aangewend om met het publiek te communiceren. In functie van de evolutie van een mogelijke pandemie vergt het proportionaliteitsprincipe dat er verder over gewaakt wordt dat van de opgelegde restricties waardevolle resultaten kunnen verwacht worden. Om redenen van openbaar belang is het Franse Comité in het bovengenoemde advies van mening dat bij een pandemie, de individuele vrijheid die bestaat in het weigeren van de vaccinatie, niet moet worden in acht genomen. Hoewel er grond bestaat om alle tijd die nodig is uit te trekken om een persoon die het pandemievaccin weigert te overtuigen, om te proberen hem te doen begrijpen welk gevaar die weigering inhoudt voor hemzelf en voor de anderen, bestaat er geen grond om aan zijn weigering van verzorging gevolg te geven. Het openbaar belang heeft hier de overhand op het respect voor de autonomie van de persoon. De Nuffield Council 14 (UK) is van mening dat het bij een pandemie absoluut noodzakelijk is om een toezichtsysteem in te voeren op de evolutie van de ziekte en op de wijze waarop de infectie gebeurt. De Council is dus van oordeel dat het aanvaardbaar is om de inzameling van geanonimiseerde gegevens te organiseren die het mogelijk maakt de verspreiding van de infectie te bestuderen, zonder de instemming van de betrokken personen en voor zover er geen inbreuk is op hun persoonlijke levenssfeer. Dat neemt volgens de Nuffield Council niet weg dat het in bepaalde situaties gerechtvaardigd kan zijn om gegevens op naam in te zamelen, ondanks de inbreuk op de persoonlijke levenssfeer en de vertrouwelijkheid waartoe dergelijke maatregelen voor de betrokken personen leiden, indien het belang van de volksgezondheid op het spel staat. Vanuit ethisch standpunt zou het derhalve te verantwoorden zijn om te proberen alle contacten te identificeren die een vermoedelijk besmette persoon recent met andere personen heeft gehad. In België heeft deze epidemiologische maatregel een wettelijke basis wat betreft een aantal ziekten zoals tuberculose, zonder dat dit geleid heeft tot polemiek onder de bevolking. 2. Solidariteit 13 Zie 14 Rapport Public health: ethical issues, o.m. paragrafen 4.39 en 4.43, zie Advies nr. 48 van 30 mars Definitieve versie 21

5 JULI Koninklijk besluit tot oprichting van een nationale raad voor dringende geneeskundige hulpverlening.

5 JULI Koninklijk besluit tot oprichting van een nationale raad voor dringende geneeskundige hulpverlening. 5 JULI 1994. - Koninklijk besluit tot oprichting van een nationale raad voor dringende geneeskundige hulpverlening. BS : 16-09-1994 in voege 16/09/1994 (art. 11) Gewijzigd door: KB BS in voege blz 04/07/2004

Nadere informatie

Doel Wanneer Wat/wie. ( ) binnen een termijn van 6 maand te rekenen vanaf de dag waarop de burgemeester de eigenaar op de hoogte heeft gesteld ( )

Doel Wanneer Wat/wie. ( ) binnen een termijn van 6 maand te rekenen vanaf de dag waarop de burgemeester de eigenaar op de hoogte heeft gesteld ( ) Doel Wanneer Wat/wie Nieuwe Gemeentewet Art. 134bis Herhuisvesting van daklozen ( ) binnen een termijn van 6 maand te rekenen vanaf de dag waarop de burgemeester de eigenaar op de hoogte heeft gesteld

Nadere informatie

SITUATIESCHETS. > Eind 2006 Tsjetsjeen doet driemaal een asielaanvraag telkens onder een andere naam > April 2007 opname in Gasthuisberg:

SITUATIESCHETS. > Eind 2006 Tsjetsjeen doet driemaal een asielaanvraag telkens onder een andere naam > April 2007 opname in Gasthuisberg: ETHISCHE HANGIJZERS BIJ INFECTIEZIEKTEBELEID PATIENT MET HIV EN MDR-TB Dr. Annemie Forier Arts infectieziektebestrijding Antwerpse geneeskundige dagen 16/09/2017 SITUATIESCHETS > Eind 2006 Tsjetsjeen doet

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU KONINKLIJK BESLUIT VAN 17 OKTOBER 2011 BETREFFENDE DE DISPATCHING VAN

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU

FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU FEDERALE OVERHEIDSDIENST BINNENLANDSE ZAKEN EN FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU KONINKLIJK BESLUIT VAN 17 OKTOBER 2011 BETREFFENDE DE 112-CENTRA EN

Nadere informatie

KONINKLIJK BESLUIT VAN 10 AUGUSTUS 1998 TOT OPRICHTING VAN DE COMMISSIES VOOR DRINGENDE GENEESKUNDIGE HULPVERLENING. (B.S

KONINKLIJK BESLUIT VAN 10 AUGUSTUS 1998 TOT OPRICHTING VAN DE COMMISSIES VOOR DRINGENDE GENEESKUNDIGE HULPVERLENING. (B.S MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU KONINKLIJK BESLUIT VAN 10 AUGUSTUS 1998 TOT OPRICHTING VAN DE COMMISSIES VOOR DRINGENDE GENEESKUNDIGE HULPVERLENING. (B.S. 02.09.1998) Gelet

Nadere informatie

Noodplanning, civiele veiligheid en crisisbeheer in België

Noodplanning, civiele veiligheid en crisisbeheer in België Noodplanning, civiele veiligheid en crisisbeheer in België De wet van 31 januari 1963 betreffende de civiele bescherming, vervolledigd door het Koninklijk Besluit van 16 februari 2006 betreffende de nood-

Nadere informatie

A D V I E S NR Zitting van dinsdag 18 december

A D V I E S NR Zitting van dinsdag 18 december A D V I E S NR. 2.112 ------------------------------ Zitting van dinsdag 18 december 2018 ---------------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit - Artikel 3 van de wet van

Nadere informatie

Datum: 24/05/1994 B.S.: 21/07/1994

Datum: 24/05/1994 B.S.: 21/07/1994 Datum: 24/05/1994 B.S.: 21/07/1994 24 MEI 1994. - Wet tot oprichting van een wachtregister voor vreemdelingen die zich vluchteling verklaren of die vragen om als vluchteling te worden erkend. ALBERT ll,

Nadere informatie

VLAAMSERAAD ONTWERP VAN DECREET

VLAAMSERAAD ONTWERP VAN DECREET Stuk 652 (1994-1995) - Nr. 1 ARCHW WAAMSE RAAD TWUGU~~ORGEN VLAAMSERAAD ZIl-HNG 1994-1995 16 DECEMBER 1994 ONTWERP VAN DECREET houdende goedkeuring van het verdrag inzake psychotrope stoffen en de bijlagen,

Nadere informatie

[Artikel 1. K.B. van 10 augustus 1998, art. 2 (inw. 1 januari 1999) (B.S ) - Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :

[Artikel 1. K.B. van 10 augustus 1998, art. 2 (inw. 1 januari 1999) (B.S ) - Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder : KONINKLIJK BESLUIT VAN 2 APRIL 1965 HOUDENDE VASTSTELLING VAN DE MODALITEITEN TOT INRICHTING VAN DE DRINGENDE GENEESKUNDIGE HULPVERLENING EN HOUDENDE AANWIJZING VAN DE GEMEENTEN ALS CENTRA VAN HET EENVORMIG

Nadere informatie

FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU

FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU KONINKLIJK BESLUIT VAN 25 APRIL 2014 TOT DEFINIËRING VAN DE FUNCTIE, DE OPDRACHTEN EN HET COMPETENTIEPROFIEL VAN DE

Nadere informatie

Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987

Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987 Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 1987 Wet van 3 december 1987, Stb. 635, houdende regels betreffende de inlichtingen- en veiligheidsdiensten Zoals deze is gewijzigd bij de wetten van 02-12-1993(Stb.759)

Nadere informatie

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, in het bijzonder artikel 5, 1 en 92bis;

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, in het bijzonder artikel 5, 1 en 92bis; Ontwerp van samenwerkingsakkoord tussen de federale, gewestelijke en gemeenschapsoverheden voor het coördineren van de gegevensverwerking in het gezondheidsbeleid en de bijstand aan personen Gelet op artikelen

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Gezondheid

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Gezondheid Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling Gezondheid SCSZ/09/149 BERAADSLAGING NR 09/081 VAN 15 DECEMBER 2009 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE

Nadere informatie

BERICHT AAN DE GEMEENTEN GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN VAN 14 OKTOBER 2012

BERICHT AAN DE GEMEENTEN GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN VAN 14 OKTOBER 2012 BERICHT AAN DE GEMEENTEN GEMEENTERAADSVERKIEZINGEN VAN 14 OKTOBER 2012 INSCHRIJVING VAN VREEMDELINGEN DIE IN BELGIË VERBLIJVEN EN DIE GEEN ONDERDANEN ZIJN VAN EEN LIDSTAAT VAN DE EUROPESE UNIE De omzendbrief

Nadere informatie

Noodplanning in scholen. Theorie

Noodplanning in scholen. Theorie Noodplanning in scholen Theorie 1. Wettelijke basis Noodplanning in scholen (theorie) ARAB: algemeen reglement voor de arbeidsbescherming De werkgever is verplicht om de nodige maatregelen te nemen om

Nadere informatie

MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR

MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR Publicatie : 2002-07-17 MINISTERIE VAN VERKEER EN INFRASTRUCTUUR 26 JUNI 2002. - Koninklijk besluit houdende oprichting van een Federale Commissie voor de Verkeersveiligheid en een Interministerieel Comité

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; 1/6 Advies nr 09/2010 van 17 maart 2010 Betreft: Advies betreffende het ontwerp van Koninklijk besluit houdende uitvoering van artikel 3, 5, 3 van de Wet tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer

Nadere informatie

Rampenbestrijding: actoren, regelgeving en bevoegdheden

Rampenbestrijding: actoren, regelgeving en bevoegdheden Rampenbestrijding: actoren, regelgeving en bevoegdheden Steven Lierman Referendaris bij het Hof van Cassatie Deeltijds docent UA Rampenbestrijding is geen eenduidig begrip Nieuwe uitdagingen in een risicomaatschappij

Nadere informatie

de federale Ombudsman medische regularisatie WERKING VAN DE AFDELING 9TER BIJ DE DIENST VREEMDELINGENZAKEN

de federale Ombudsman medische regularisatie WERKING VAN DE AFDELING 9TER BIJ DE DIENST VREEMDELINGENZAKEN de federale Ombudsman medische regularisatie WERKING VAN DE AFDELING 9TER BIJ DE DIENST VREEMDELINGENZAKEN Onderzoek / 02 Samenvatting van het onderzoeksverslag medische regularisatie De werking van de

Nadere informatie

Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken Algemene Directie Crisiscentrum Geïntegreerde permanentie

Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken Algemene Directie Crisiscentrum Geïntegreerde permanentie Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken Algemene Directie Crisiscentrum Geïntegreerde permanentie Mevrouw en Mijnheer de Burgemeester via de Provinciegouverneurs, de Hoge Ambtenaar van de Brusselse

Nadere informatie

MEDISCHE REGULARISATIE De werking van de afdeling 9ter bij de Dienst Vreemdelingenzaken

MEDISCHE REGULARISATIE De werking van de afdeling 9ter bij de Dienst Vreemdelingenzaken Samenvatting van het onderzoeksverslag MEDISCHE REGULARISATIE De werking van de afdeling 9ter bij de Dienst Vreemdelingenzaken INLEIDING Artikel 9ter van de vreemdelingenwet vertaalt de bezorgdheid van

Nadere informatie

Coordinatie--Rechten--patient--Samenstelling-werking--KB doc

Coordinatie--Rechten--patient--Samenstelling-werking--KB doc 1 APRIL 2003. - Koninklijk besluit tot regeling van de samenstelling en de werking van de Federale Commissie Rechten van de Patiënt ingesteld bij artikel 16 van de wet van 22 augustus 2002 betreffende

Nadere informatie

VERZOEKSCHRIFT TOT VRIJLATING (Artikels 71 e.v. van de Wet van 15 december 1980)

VERZOEKSCHRIFT TOT VRIJLATING (Artikels 71 e.v. van de Wet van 15 december 1980) VERZOEKSCHRIFT TOT VRIJLATING (Artikels 71 e.v. van de Wet van 15 december 1980) Aan Mevrouw/Mijnheer de Voorzitter van de Raadkamer van de Correctionele Rechtbank te Brussel Justitiepaleis Poelaertplein

Nadere informatie

CIJFERS INFECTIEZIEKTEN IN BEELD 2013 ANTWERPEN infectieziektebestrijding /

CIJFERS INFECTIEZIEKTEN IN BEELD 2013 ANTWERPEN infectieziektebestrijding / / Rapport CIJFERS INFECTIEZIEKTEN IN BEELD 213 ANTWERPEN infectieziektebestrijding /24.6.214 24.6.214 cijfers infectieziekten in beeld 213 Antwerpen 1/33 Inhoudstafel 1 Overzichtstabel 213 3 2 Cijfers

Nadere informatie

De hiërarchie der normen

De hiërarchie der normen De hiërarchie der normen De hiërarchie der normen houdt in dat er een rangorde bestaat tussen de verschillende reglementaire teksten. Dit betekent dat een lagere norm niet mag indruisen tegen een hogere

Nadere informatie

REGLEMENT BETREFFENDE HET ONDERSTEUNEN VAN VRIJWILLIGERSWERK DOOR HET AANBIEDEN VAN EEN VERZEKERING

REGLEMENT BETREFFENDE HET ONDERSTEUNEN VAN VRIJWILLIGERSWERK DOOR HET AANBIEDEN VAN EEN VERZEKERING REGLEMENT BETREFFENDE HET ONDERSTEUNEN VAN VRIJWILLIGERSWERK DOOR HET AANBIEDEN VAN EEN VERZEKERING DE PROVINCIERAAD VAN WEST-VLAANDEREN Gelet op artikel 2 en artikel 42 van het Provinciedecreet; Overwegende

Nadere informatie

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid

Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid 1 Informatieveiligheidscomité Kamer sociale zekerheid en gezondheid IVC/KSZG/18/222 BERAADSLAGING NR. 18/122 VAN 2 OKTOBER 2018 INZAKE DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS OVER HET VERLOOP VAN DE VASTSTELLING

Nadere informatie

BIJGEWERKTE COÖRDINATIE

BIJGEWERKTE COÖRDINATIE BIJGEWERKTE COÖRDINATIE 10 JULI 1990 - Koninklijk besluit houdende vaststelling van de normen voor de erkenning van initiatieven van beschut wonen ten behoeve van psychiatrische patiënten(1)(2) HOOFDSTUK

Nadere informatie

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap,

Gelet op het Verdrag tot oprichting van de Europese Economische Gemeenschap, l EGIRichtiijn 681360 c1 4-3 C14-3 Richtlijn inzake de opheffing van de beperkingen van de verplaatsing en het verblijf van de werknemers der Lid-Staten en van hun familie binnen de Gemeenschap [68/360/EEG)

Nadere informatie

Hoofdstuk 1 - Inleidende bepalingen p.2. Hoofdstuk 2 - Opdrachten van de ombudspersoon p.3

Hoofdstuk 1 - Inleidende bepalingen p.2. Hoofdstuk 2 - Opdrachten van de ombudspersoon p.3 HUISHOUDELIJK REGLEMENT OMBUDSFUNCTIE INHOUDSTAFEL Inleiding p.2 Hoofdstuk 1 - Inleidende bepalingen p.2 Artikel 1 Begripsomschrijving p.2 Artikel 2 Toepassingsgebied p.3 Hoofdstuk 2 - Opdrachten van de

Nadere informatie

Antivirale middelen tijdens een grieppandemie

Antivirale middelen tijdens een grieppandemie Antivirale middelen tijdens een grieppandemie Standpunt van de overheid over het gebruik ter voorkoming van ziekte 1. Samenvatting Bedrijven en organisaties die een vitale rol spelen bij het zo goed mogelijk

Nadere informatie

CIJFERS INFECTIEZIEKTEN IN BEELD2013 WEST-VLAANDEREN Infectieziektebestrijding/

CIJFERS INFECTIEZIEKTEN IN BEELD2013 WEST-VLAANDEREN Infectieziektebestrijding/ Rapport CIJFERS INFECTIEZIEKTEN IN BEELD213 WEST-VLAANDEREN Infectieziektebestrijding/24.6.214 24.6.214 cijfers infectieziekten in beeld213 West- 1/31 Inhoudstafel 1 Overzichtstabel 213 3 2 Cijfers infectieziekten

Nadere informatie

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994;

Gelet op de artikelen 127, 128, 135, 136, 163, 166 en 178 van de gecoördineerde grondwet van 17 februari 1994; Collegebesluit nr. 07/326 19 september 2007 Besluit houdende het reglement betreffende het ondersteunen van vrijwilligerswerk door het aanbieden van een verzekering Het College, Gelet op de artikelen 127,

Nadere informatie

MEDEDELING AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING

MEDEDELING AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING MINISTER-PRESIDENT VAN DE VLAAMSE REGERING VLAAMS MINISTER VAN BUITENLANDS BELEID EN ONROEREND ERFGOED MEDEDELING AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Europees Sociaal Handvest: conclusies over

Nadere informatie

24 APRIL Koninklijk besluit tot wijziging van diverse bepalingen inzake welzijn op het werk (1)

24 APRIL Koninklijk besluit tot wijziging van diverse bepalingen inzake welzijn op het werk (1) NL FR einde eerste woord laatste woord Publicatie : 2014-05-23 FEDERALE OVERHEIDSDIENST WERKGELEGENHEID, ARBEID EN SOCIAAL OVERLEG 24 APRIL 2014. - Koninklijk besluit tot wijziging van diverse bepalingen

Nadere informatie

WET OP DE RECHTEN VAN DE PATIENT

WET OP DE RECHTEN VAN DE PATIENT WET OP DE RECHTEN VAN DE PATIENT (22 augustus 2002, B.S. 26 september 2002) Bijgaande samenvatting verwoordt de beperkte folder uitgegeven door de Federale Overheidsdienst Volksgezondheid, Veiligheid van

Nadere informatie

HOOFDSTUK I - ALGEMENE BEPALINGEN HOOFDSTUK II - DE HOGE RAAD VOOR DE OPLEIDING VOOR DE OPENBARE BRANDWEERDIENSTEN

HOOFDSTUK I - ALGEMENE BEPALINGEN HOOFDSTUK II - DE HOGE RAAD VOOR DE OPLEIDING VOOR DE OPENBARE BRANDWEERDIENSTEN KONINKLIJK BESLUIT VAN 4 APRIL 2003 TOT INSTELLING VAN EEN HOGE RAAD VOOR DE OPLEIDING VOOR DE OPENBARE BRAND-WEERDIENSTEN EN TWEE SUPRA-PROVINCIALE OPLEIDINGSRADEN VOOR DE OPENBARE BRANDWEERDIENSTEN.

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 18 juli 2017

A D V I E S Nr Zitting van dinsdag 18 juli 2017 A D V I E S Nr. 2.044 ------------------------------ Zitting van dinsdag 18 juli 2017 ----------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit houdende diverse maatregelen inzake detachering

Nadere informatie

27 APRIL Koninklijk besluit betreffende de kwalitatieve toetsing van de verpleegkundige activiteit in de ziekenhuizen

27 APRIL Koninklijk besluit betreffende de kwalitatieve toetsing van de verpleegkundige activiteit in de ziekenhuizen 27 APRIL 2007. - Koninklijk besluit betreffende de kwalitatieve toetsing van de verpleegkundige activiteit in de ziekenhuizen BS 04/06/2007 gdp 1 / 6 HOOFDSTUK I. - Algemene bepalingen Artikel 1. Met het

Nadere informatie

Koninklijk besluit van 30 mei 1997 houdende de versterking van de doeltreffendheid van de instrumenten voor financiële steun aan de export

Koninklijk besluit van 30 mei 1997 houdende de versterking van de doeltreffendheid van de instrumenten voor financiële steun aan de export Koninklijk besluit van 30 mei 1997 houdende de versterking van de doeltreffendheid van de instrumenten voor financiële steun aan de export Koninklijk besluit houdende de versterking van de doeltreffendheid

Nadere informatie

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU

MONITEUR BELGE BELGISCH STAATSBLAD FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU 55165 FEDERALE OVERHEIDSDIENST VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU 7 APRIL 2017. Wet houdende diverse bepalingen inzake landbouw [C 2017/40263] FILIP, Koning der Belgen, Aan allen

Nadere informatie

NOOD- EN INTERVENTIEPLANNEN

NOOD- EN INTERVENTIEPLANNEN NOOD- EN INTERVENTIEPLANNEN KB van 16/2/2006 + Ministeriële Omzendbrief 26/10/2006 Postgraduaat Rampenmanagement 2008/2009 1 Enkele begrippen Coördinatiecomité (CC) multidisciplinaire cel die de bevoegde

Nadere informatie

pagina 1 van 7 13/06/1986 Wet betreffende het wegnemen en transplanteren van organen (B.S., 14 februari 1987, err., B.S., 26 februari 1987) Orgaantransplantatie Rechtspraak Rechtsleer Hoofdstuk I. Algemene

Nadere informatie

15 DECEMBER Koninklijk besluit. houdende uitvoering van de artikels 13 tot en met 17. van de wet op de ziekenhuizen, zoals gecoördineerd

15 DECEMBER Koninklijk besluit. houdende uitvoering van de artikels 13 tot en met 17. van de wet op de ziekenhuizen, zoals gecoördineerd 15 DECEMBER 1987. - Koninklijk besluit houdende uitvoering van de artikels 13 tot en met 17 van de wet op de ziekenhuizen, zoals gecoördineerd door het koninklijk besluit van 7 augustus 1987. BS 25/12/1987in

Nadere informatie

FOD VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU BRUSSEL, 09/04/2009

FOD VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU BRUSSEL, 09/04/2009 FOD VOLKSGEZONDHEID, VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU BRUSSEL, 09/04/2009 Directoraat-generaal Organisatie gezondheidszorgvoorzieningen --- NATIONALE RAAD VOOR ZIEKEN- HUISVOORZIENINGEN. ---

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de wet betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, gecoördineerd op 10 mei 2015, artikel 56, 61 en 88;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de wet betreffende de uitoefening van de gezondheidszorgberoepen, gecoördineerd op 10 mei 2015, artikel 56, 61 en 88; Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de erkenning van de bijzondere beroepstitels en bijzondere beroepsbekwaamheden voor de beoefenaars van de verpleegkunde en de registratie als zorgkundige DE

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 5 november

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 5 november A D V I E S Nr. 1.913 -------------------------------- Zitting van woensdag 5 november 2014 ------------------------------------------------------- Ontwerp van koninklijk besluit tot wijziging van het

Nadere informatie

( ) binnen een termijn van 6 maand te rekenen vanaf de dag waarop de burgemeester de eigenaar op de hoogte heeft gesteld ( )

( ) binnen een termijn van 6 maand te rekenen vanaf de dag waarop de burgemeester de eigenaar op de hoogte heeft gesteld ( ) Doel Wanneer Wat/wie Nieuwe Gemeentewet Art. 134bis Herhuisvesting van daklozen ( ) binnen een termijn van 6 maand te rekenen vanaf de dag waarop de burgemeester de eigenaar op de hoogte heeft gesteld

Nadere informatie

12 DECEMBER Wet tot vaststelling van de arbeidsduur. van de geneesheren, de tandartsen, de dierenartsen,

12 DECEMBER Wet tot vaststelling van de arbeidsduur. van de geneesheren, de tandartsen, de dierenartsen, 12 DECEMBER 2010. - Wet tot vaststelling van de arbeidsduur van de geneesheren, de tandartsen, de dierenartsen, kandidaat-geneesheren in opleiding, kandidaat-tandartsen in opleiding en studenten-stagiairs

Nadere informatie

ZONDER BLOED OP VRAAG VAN DE PATIENT

ZONDER BLOED OP VRAAG VAN DE PATIENT ZONDER BLOED OP VRAAG VAN DE PATIENT ETHISCH EN JURIDISCH AANVAARDBAAR? HERMAN NYS Leuven en Maastricht INHOUD VOORSTELLING 1. WETTELIJK KADER 2. MEDISCH DEONTOLOGISCH KADER 3. RAADGEVEND COMITE BIOETHIEK

Nadere informatie

CIJFERS INFECTIEZIEKTEN IN BEELD 2013 OOST-VLAANDEREN Infectieziektebestrijding/

CIJFERS INFECTIEZIEKTEN IN BEELD 2013 OOST-VLAANDEREN Infectieziektebestrijding/ / Rapport CIJFERS INFECTIEZIEKTEN IN BEELD 213 OOST-VLAANDEREN Infectieziektebestrijding/24..214 Inhoudstafel 1 Overzichtstabel 213 3 2 Cijfers infectieziekten Oost- 213 3 Cijfers infectieziekten 213 1

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende vaststelling van de regels tot bepaling van de bedragen

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de erkenning van beoefenaars van paramedische beroepen

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de erkenning van beoefenaars van paramedische beroepen Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de erkenning van beoefenaars van paramedische beroepen DE VLAAMSE REGERING, Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, gewijzigd

Nadere informatie

MEMORIE VAN TOELICHTING

MEMORIE VAN TOELICHTING ONTWERP VAN DECREET HOUDENDE INSTEMMING MET HET SAMENWERKINGSAKKOORD VAN XXX TUSSEN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP, DE FRANSE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE EN DE GEMEENSCHAPPELIJKE GEMEENSCHAPSCOMMISSIE BETREFFENDE HET

Nadere informatie

21 MEI Koninklijk besluit houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen.

21 MEI Koninklijk besluit houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen. 21 MEI 1965. - Koninklijk besluit houdende algemeen reglement van de strafinrichtingen. HOOFDSTUK II. - Toezicht Afdeling 1. - Algemene bepaling

Nadere informatie

Hervorming geestelijke gezondheidszorg 107 voor volwassenen Toekomstige hervorming voor kinderen Sector Arbeids- & Organisatiepsychologie

Hervorming geestelijke gezondheidszorg 107 voor volwassenen Toekomstige hervorming voor kinderen Sector Arbeids- & Organisatiepsychologie Deontologische vragen m.b.t. samenwerken in teams en netwerken Prof. Adélaïde BLAVIER, PhD Centre d Expertise en Psychotraumatismes et Psycho-Légale Département de Psychologie, Université de Liège (ULg)

Nadere informatie

Provincieraadsbesluit

Provincieraadsbesluit 6e Directie Welzijn en Gezondheid Provincieraadsbesluit betreft verslaggever STEUNPUNT VRIJWILLIGERSWERK Reglement betreffende de provinciale collectieve verzekering vrijwilligerswerk de heer Eddy Couckuyt

Nadere informatie

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET

VLAAMS PARLEMENT ONTWERP VAN DECREET Stuk 1125 (2001-2002) Nr. 1 VLAAMS PARLEMENT Zitting 2001-2002 21 maart 2002 ONTWERP VAN DECREET houdende instemming met het Aanvullend Protocol nr. 5 bij de Herziene Rijnvaartakte, ondertekend in Straatsburg

Nadere informatie

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15;

Gelet op de wet van 15 januari 1990 houdende oprichting en organisatie van een Kruispuntbank van de Sociale Zekerheid, inzonderheid op artikel 15; SCSZ/07/007 1 BERAADSLAGING NR. 07/004 VAN 9 JANUARI 2007 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE VERENIGING ZONDER WINSTOOGMERK CIMIRE AAN DE RIJKSDIENST VOOR PENSIOENEN MET HET

Nadere informatie

CIJFERS INFECTIEZIEKTEN IN BEELD 2013 VLAAMS-BRABANT Infectieziektebestrijding/

CIJFERS INFECTIEZIEKTEN IN BEELD 2013 VLAAMS-BRABANT Infectieziektebestrijding/ / Rapport CIJFERS INFECTIEZIEKTEN IN BEELD 213 VLAAMS-BRABANT Infectieziektebestrijding/24..214 24..214 cijfers infectieziekten in beeld 213 Vlaams-Brabant 1/32 Inhoudstafel 1 Overzichtstabel 213 3 2 Cijfers

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 60.323/3 van 24 november 2016 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van het bedrag ter financiering van de creatie van bijkomende

Nadere informatie

KLINISCHE BIOLOGIE BLOEDAFNAMEN

KLINISCHE BIOLOGIE BLOEDAFNAMEN Klinische biologie - Bloedafnamen Doc: a029028 Tijdschrift: 29 p. 63 Datum: 01/01/1981 Origine: NR Thema's: Biologie (Klinische-) Bloedafname KLINISCHE BIOLOGIE BLOEDAFNAMEN BLOEDAFNAMEN IN EEN LABORATORIUM

Nadere informatie

KONINKLIJK BESLUIT VAN 16 FEBRUARI 2006 BETREFFENDE DE NOOD- EN INTERVENTIEPLANNEN. (B.S. 15.03.2006) Eerste deel BEPALINGEN BETREFFENDE NOODPLANNING

KONINKLIJK BESLUIT VAN 16 FEBRUARI 2006 BETREFFENDE DE NOOD- EN INTERVENTIEPLANNEN. (B.S. 15.03.2006) Eerste deel BEPALINGEN BETREFFENDE NOODPLANNING KONINKLIJK BESLUIT VAN 16 FEBRUARI 2006 BETREFFENDE DE NOOD- EN INTERVENTIEPLANNEN. (B.S. 15.03.2006) ALBERT II, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, Onze Groet. Gelet op de

Nadere informatie

Tweede advies inzake artikel 17novies Ziekenhuiswet

Tweede advies inzake artikel 17novies Ziekenhuiswet FOD VOLKSGEZONDHEID, 22/01/2007 VEILIGHEID VAN DE VOEDSELKETEN EN LEEFMILIEU --- DIRECTORAAT-GENERAAL ORGANISATIE GEZONDHEIDSZORGVOORZIENINGEN --- FEDERALE COMMISSIE RECHTEN VAN DE PATIËNT --- Ref. : FCRP/17novies2/erratum

Nadere informatie

Boek I, titel 2 van het Wetboek van economisch recht Hoofdstuk 5. Definities eigen aan boek XIV:

Boek I, titel 2 van het Wetboek van economisch recht Hoofdstuk 5. Definities eigen aan boek XIV: Vrij beroep 1/ België Wet van 15 mei 2014 houdende invoeging van Boek XIV "Marktpraktijken en consumentenbescherming betreffende de beoefenaars van een vrij beroep" in het Wetboek van economisch recht

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2003 2004 28 868 Wijziging van de Infectieziektenwet en de Quarantainewet ter bestrijding van de gevaren van pokken, SARS en andere ernstige infectieziekten

Nadere informatie

Datum : 21/10/2002 BS : 29/10/2002

Datum : 21/10/2002 BS : 29/10/2002 Datum : 21/10/2002 BS : 29/10/2002 Omzendbrief betreffende de aanvraag tot verblijf of vestiging in het Koninkrijk, ingediend op basis van artikel 40 van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang

Nadere informatie

25 APRIL Koninklijk besluit houdende. vaststelling van de normen. waaraan een functie `zeldzame ziekten' moet voldoen

25 APRIL Koninklijk besluit houdende. vaststelling van de normen. waaraan een functie `zeldzame ziekten' moet voldoen 25 APRIL 2014. - Koninklijk besluit houdende vaststelling van de normen waaraan een functie `zeldzame ziekten' moet voldoen om te worden erkend en erkend te blijven BS 08/08/2014 HOOFDSTUK 1. - Algemene

Nadere informatie

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 10 juli

A D V I E S Nr Zitting van woensdag 10 juli A D V I E S Nr. 1.410 ------------------------------ Zitting van woensdag 10 juli 2002 ---------------------------------------------- Outplacement - Uitvoering van de wet van 5 september 2001 tot verbetering

Nadere informatie

13 JUNI 1986. - Wet betreffende het wegnemen en transplanteren van organen.

13 JUNI 1986. - Wet betreffende het wegnemen en transplanteren van organen. 13 JUNI 1986. - Wet betreffende het wegnemen en transplanteren van organen. BS 14/02/1987 in voege 24/02/1987 Gewijzigd door: WET 17/02/1987 BS 14/04/1987 WET 07/12/2001 BS 31/12/2002 WET 22/12/2003 BS

Nadere informatie

De Federale Regering, De Vlaamse Regering, De Waalse Regering, De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, De Regering van de Duitstalige Gemeenschap,

De Federale Regering, De Vlaamse Regering, De Waalse Regering, De Brusselse Hoofdstedelijke Regering, De Regering van de Duitstalige Gemeenschap, OVEREENKOMST TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIË EN DE REPUBLIEK MALI INZAKE HET VERRICHTEN VAN BETAALDE WERKZAAMHEDEN DOOR BEPAALDE GEZINSLEDEN VAN HET DIPLOMATIEK EN CONSULAIR PERSONEEL Het Koninkrijk België,

Nadere informatie

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ;

De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ; 1/7 Advies nr 44/2017 van 30 augustus 2017 Betreft: advies over een Koninklijk besluit ter uitvoering van de wet van 25 december 2016 betreffende de verwerking van passagiersgegevens, houdende diverse

Nadere informatie

Gelet op de aanvraag van de FOD Sociale Zekerheid van 11 april 2005; Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 27 juni 2005;

Gelet op de aanvraag van de FOD Sociale Zekerheid van 11 april 2005; Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 27 juni 2005; SCSZ/05/99 1 BERAADSLAGING NR. 05/035 VAN 19 JULI 2005 M.B.T. DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS DOOR DE FEDERALE OVERHEIDSDIENST SOCIALE ZEKERHEID (DIRECTIE-GENERAAL PERSONEN MET EEN HANDICAP ) AAN DE

Nadere informatie

Arbeidsovereenkomst voor adjunct-apotheker (onbepaalde duur)

Arbeidsovereenkomst voor adjunct-apotheker (onbepaalde duur) Arbeidsovereenkomst voor adjunct-apotheker (onbepaalde duur) Tussen enerzijds de heer/mevrouw... wonende te... hierna genoemd eerste ondergetekende of werkgever en anderzijds de heer/mevrouw... apotheker,

Nadere informatie

Art. 3. De hoofdgeneesheer dient over de mogelijkheden te beschikken om de kwaliteitszorg in het ziekenhuis te bevorderen.

Art. 3. De hoofdgeneesheer dient over de mogelijkheden te beschikken om de kwaliteitszorg in het ziekenhuis te bevorderen. Koninklijk besluit van 15 december 1987 houdende uitvoering van de artikels 13 tot en met 17 van de wet op de ziekenhuizen, zoals gecoördineerd door het koninklijk besluit van 7 augustus 1987. (B.S. 25.12.1987)

Nadere informatie

BESCHIKKING van het Comité van Ministers van de Benelux Economische Unie met betrekking tot het grensoverschrijdend spoedeisend ambulancevervoer

BESCHIKKING van het Comité van Ministers van de Benelux Economische Unie met betrekking tot het grensoverschrijdend spoedeisend ambulancevervoer BESCHIKKING van het Comité van Ministers van de Benelux Economische Unie met betrekking tot het grensoverschrijdend spoedeisend ambulancevervoer Het Comité van Ministers van de Benelux Economische Unie,

Nadere informatie

GRATIS VRIJWILLIGERSVERZEKERING: REGLEMENT

GRATIS VRIJWILLIGERSVERZEKERING: REGLEMENT GRATIS VRIJWILLIGERSVERZEKERING: REGLEMENT Dit Reglement regelt de modaliteiten inzake het aanbieden van een Collectieve Verzekering vrijwilligerswerk, gefinancierd met middelen van de Vlaamse Overheid,

Nadere informatie

20 JULI BOUDEWIJN, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, ONZE GROET.

20 JULI BOUDEWIJN, Koning der Belgen, Aan allen die nu zijn en hierna wezen zullen, ONZE GROET. 1 08.08.2016 20 JULI 1971 KONINKLIJK BESLUIT BETREFFENDE DE OPRICHTING VAN EEN NATIONAAL COMITE VOOR DE VEILIGHEID DER BURGERLIJKE LUCHTVAART EN VAN PLAATSELIJKE COMITES VOOR DE VEILIGHEID DER LUCHTHAVENS

Nadere informatie

Koninklijk besluit betreffende de documenten voor het verblijf in België van bepaalde vreemdelingen.

Koninklijk besluit betreffende de documenten voor het verblijf in België van bepaalde vreemdelingen. Datum : 30/10/1991 Gewijzigd door het K.B. van 17/10/2000 (B.S. : 21/11/2000) Gewijzigd door het K.B. van 25/05/2005 (B.S. : 13/06/2005) B.S. : 17/12/1991 (Bijgewerkt 14/06/2005) Koninklijk besluit betreffende

Nadere informatie

Ontwerp van decreet ( ) Nr maart 2014 ( ) stuk ingediend op

Ontwerp van decreet ( ) Nr maart 2014 ( ) stuk ingediend op stuk ingediend op 2413 (2013-2014) Nr. 3 19 maart 2014 (2013-2014) Ontwerp van decreet tot wijziging van het decreet van 13 juli 2007 houdende bevordering van een meer evenwichtige participatie van vrouwen

Nadere informatie

Influenza... Informatie van de FOD Volksgezondheid. Wat is een grieppandemie?

Influenza... Informatie van de FOD Volksgezondheid. Wat is een grieppandemie? Influenza... Informatie van de FOD Volksgezondheid. Wat is een grieppandemie? Een nieuwe griep die zich heel snel verspreidt in bijna alle landen van de wereld. Grieppandemieën worden veroorzaakt door

Nadere informatie

C14-1 Richtlijn voor de coördinatie van de voor vreemdelingen geldende bijzondere maatregelen ten aanzien van verplaatsing en verblijf, die

C14-1 Richtlijn voor de coördinatie van de voor vreemdelingen geldende bijzondere maatregelen ten aanzien van verplaatsing en verblijf, die EGIRichtlijn 641221 c14-1 C14-1 Richtlijn voor de coördinatie van de voor vreemdelingen geldende bijzondere maatregelen ten aanzien van verplaatsing en verblijf, die gerechtvaardigd zijn uit hoofde van

Nadere informatie

NL SANCO/2010/ NL NL

NL SANCO/2010/ NL NL SANCO/2010/ EUROPESE COMMISSIE Brussel, 18.11.2010 SEC(2010)1440 definitief WERKDOCUMENT VAN DE DIENSTEN VAN DE COMMISSIE over de lering die kan worden getrokken uit de H1N1-pandemie en over de bescherming

Nadere informatie

Reglement met betrekking tot de collectieve provinciale verzekering vrijwilligerswerk

Reglement met betrekking tot de collectieve provinciale verzekering vrijwilligerswerk directie Welzijn, Gezondheid, Wonen, Jeugd en Ontwikkelingssamenwerking dienst Maatschappelijke Participatie Reglement met betrekking tot de collectieve provinciale verzekering vrijwilligerswerk HOOFDSTUK

Nadere informatie

17 JUNI Ministerieel besluit tot vaststelling van de functie van logistiek assistent (1) De Minister van Volksgezondheid, Gelet op de wet van

17 JUNI Ministerieel besluit tot vaststelling van de functie van logistiek assistent (1) De Minister van Volksgezondheid, Gelet op de wet van 17 JUNI 1997. Ministerieel besluit tot vaststelling van de functie van logistiek assistent (1) De Minister van Volksgezondheid, Gelet op de wet van 29 juni 1981 houdende de algemene beginselen van de sociale

Nadere informatie

VR DOC.0797/1

VR DOC.0797/1 VR 2019 2405 DOC.0797/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN WERK, ECONOMIE, INNOVATIE en SPORT NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van Samenwerkingsakkoord tussen de Federale staat, het Waals Gewest, het

Nadere informatie

Overeenkomst ter vervanging (adjunct)

Overeenkomst ter vervanging (adjunct) Overeenkomst ter vervanging (adjunct) Tussen enerzijds de heer/mevrouw... wonende te... hierna genoemd eerste ondergetekende of werkgever en anderzijds de heer/mevrouw... apotheker, wonende te... hierna

Nadere informatie

Wet houdende diverse bepalingen betreffende gezondheid 13 december 2006 Verschenen in het Belgisch Staatsblad

Wet houdende diverse bepalingen betreffende gezondheid 13 december 2006 Verschenen in het Belgisch Staatsblad Wet houdende diverse bepalingen betreffende gezondheid 13 december 2006 Verschenen in het Belgisch Staatsblad 22.12.2006 A. Omkadering De Gezondheidswet werd goedgekeurd op 13 december 2006 en is gepubliceerd

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Sociale Zekerheid» SCSZ/08/133 BERAADSLAGING NR. 08/039 VAN 1 JULI 2008 MET BETREKKING TOT DE MEDEDELING VAN PERSOONSGEGEVENS UIT

Nadere informatie

Brussel, De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

Brussel, De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer; KONINKRIJK BELGIE Brussel, Adres : Hallepoortlaan 5-8, B-1060 Brussel Tel. : +32(0)2/542.72.00 E-mail : commission@privacy.fgov.be Fax.: : +32(0)2/542.72.12 http://www.privacy.fgov.be/ COMMISSIE VOOR DE

Nadere informatie

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid»

Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid» Sectoraal Comité van de Sociale Zekerheid en van de Gezondheid Afdeling «Gezondheid» SCSZG/11/134 BERAADSLAGING NR 11/088 VAN 18 OKTOBER 2011 MET BETREKKING TOT DE NOTA BETREFFENDE DE ELEKTRONISCHE BEWIJSMIDDELEN

Nadere informatie

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz. (Tekst geldend op: 05-03-2012) Besluit van 22 december 1988, houdende vaststelling van een algemene maatregel van rijksbestuur tot regeling van de vrijwillige hulpverlening aan gewonden, zieken, krijgsgevangenen,

Nadere informatie

Aan de hoofdgeneesheer van het ziekenhuis van de provincie Antwerpen Aan de directeur van het woon- en zorgcentrum, gelegen in de provincie Antwerpen

Aan de hoofdgeneesheer van het ziekenhuis van de provincie Antwerpen Aan de directeur van het woon- en zorgcentrum, gelegen in de provincie Antwerpen Directoraat-Generaal Basisgezondheidszorg en Crisisbeheer Provinciale Geneeskundige Commissie van Antwerpen UW BRIEF VAN UW REF. ONZE REF. PGC DATUM 25-1-2013 BIJLAGE(N) 0 CONTACT Carina Trouwkens TEL.

Nadere informatie

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 12 mei 2005; A. CONTEXT VAN DE AANVRAAG EN ONDERWERP ERVAN

Gelet op het auditoraatsrapport van de Kruispuntbank ontvangen op 12 mei 2005; A. CONTEXT VAN DE AANVRAAG EN ONDERWERP ERVAN SCSZ/05/69 1 BERAADSLAGING NR. 05/026 VAN 7 JUNI 2005 M.B.T. DE RAADPLEGING VAN HET WACHTREGISTER DOOR DE DIENST VOOR ADMINISTRATIEVE CONTROLE VAN HET RIJKSINSTITUUT VOOR ZIEKTE- EN INVALIDITEITSVERZEKERING

Nadere informatie

ZETELAKKOORD TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE

ZETELAKKOORD TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE ZETELAKKOORD TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE EN HET INTERNATIONAAL COMITE VAN HET RODE KRUIS ZETELAKKOORD TUSSEN HET KONINKRIJK BELGIE EN HET INTERNATIONAAL COMITE VAN HET RODE KRUIS HET KONINKRIJK BELGIË,

Nadere informatie

VR DOC.1297/3BIS

VR DOC.1297/3BIS VR 2018 1611 DOC.1297/3BIS Samenwerkingsakkoord tussen de Vlaamse Gemeenschap, het Waalse Gewest, de Franse Gemeenschap, de Gemeenschapscommissie, de Franse Gemeenschapscommissie en de Duitstalige Gemeenschap

Nadere informatie

Wet van 24 februari 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars (B.S. 9.III.1978) (gecoördineerd tot 3 juni 2007)

Wet van 24 februari 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars (B.S. 9.III.1978) (gecoördineerd tot 3 juni 2007) Wet van 24 februari 1978 betreffende de arbeidsovereenkomst voor betaalde sportbeoefenaars (B.S. 9.III.1978) (gecoördineerd tot 3 juni 2007) Gewijzigd bij: Wet van 15 mei 2007 tot verbetering van het sociaal

Nadere informatie

HOOFDSTUK I.- Definities. Artikel 1.- Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder:

HOOFDSTUK I.- Definities. Artikel 1.- Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: Koninklijk besluit van 30 januari 2003 tot vaststelling van de criteria, de voorwaarden en de nadere regels voor de toekenning van de toelage tot ondersteuning van acties die betrekking hebben op de bevordering

Nadere informatie