^ Numerieke modellering van trekpalen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "^ Numerieke modellering van trekpalen"

Transcriptie

1 Director, ^ Numerieke modellering van trekpalen 1 it 1. w )r. ir. S. van Baai s... Bakker Anticiperend one ouwspeurwerk SW-R December 1997 J #1

2 Ministerie van Verkeer en Waterstaat Directoraat Generaal Rijkswaterstaat BIBLIOTHEEK Bouwdienst Rijkswaterstaat Bouwdienst Rijkswaterstaat Postbus LA Utrecht 3IBLIOTHEEK BOUWDIENST RIJKSWATERSTAAT -R C &t.«l..k.dka Praktijkvoorbeeld: Numerieke modellering van trekpalen Auteur: Opdrachtgever: Opdracht: Afdeling: Rapport nr.: Datum: Dr. ir. S. van Baars Ir. K.J. Bakker Anticiperend onderzoek 2542 Bouwspeurwerk BSW-R December 1997 Ministerie van Verkeer en Waterstaat Directoraat Generaal Rijkswaterstaat Bouwdienst Griffioenlaan LA Utrecht Tel Fax blad 2 van 18

3 Titel: Praktijkvoorbeeld: Numerieke modellering van trekpalen Schrijver: Dr. ir. S. van Baars Datum rapport: December 1997 Project: Anticiperend onderzoek 2542 Rapportnummer: BSW-R Versie: Definitief Naam en adres opdrachtnemer: Bouwdienst Rijkswaterstaat Bouwspeurwerk Postbus LA Utrecht tei: fax: Naam en adres opdrachtgever: Samenvatting: Om meer inzicht te krijgen in de bezwijkdraagvermogens van trekpalen is er ten behoeve van de inritten van de Tweede Beneluxtunnel een trekpalen onderzoek bij De Gaag (Schipluiden) uitgevoerd. In het rapport over dit onderzoek van Grondmechanica Delft zijn de bezwijkdraagvermogens van de palen vergeleken met analytische berekeningen. Er wordt algemeen geconcludeerd dat het analytisch berekenen van trekpalen nog steeds omgeven wordt met grote onzekerheden. Het is daarom wenselijk dat het numeriek berekenen van trekpalen tot grotere zekerheden zal leiden. In dit rapport is gekeken in hoeverre er numeriek gerekend kan worden aan trekpalen, hoe dit moet worden gedaan en wat de reken resultaten zijn in vergelijking met de gemeten bezwijkdraagvermogens van de trekpalen bij De Gaag. Hiertoe is de vibro-combi paal bij De Gaag met het eindige elementen programma Plaxis doorgerekend. Het numeriek berekende bezwijkdraagvermogen van deze paal ligt veel dichter (-16%) bij het gemeten bezwijkdraagvermogen, dan het analytisch berekende bezwijkdraagvermogen (+55%). Het modeleren van trekpalen met numerieke computerprogramma's lijkt dus goed mogelijk te zijn. Prefab trekpalen zijn echter minder nauwkeurig te berekenen dan de in de grond gevormde palen, zoals bijvoorbeeld de vibro-combi paal. Dit komt omdat in het eerste geval de normaal spanningen in de belastingsfase minder goed bekend zijn. De grootte van de opspanning van de grond bij prefab palen is nog niet volledig bekend. Ook zullen zaken als het dynamische heien versus het statisch rekenen, het gedrag van de laag tussen paal en grond, het tijdsafhankelijke gedrag en de gevolgen van de stijfheidsverschillen van de grondlagen nog extra aandacht behoeven. Trefwoorden: Trekpaal, Numeriek, Praktijkproef, Bezwijkdraagvermogen Distributie: CUR-commissie C94, Bouwdienst Aantal 18 bladzijden: Prijs: fl 10,- Namens opdrachtnemer: Paraaf: Namens opdrachtgever: Paraaf: Dr. ir S. van Baars ' Ir. K.J. Bakker blad 3 van 18

4 Title: Praktijkvoorbeeld: Numerieke modellering van trekpalen Author: Dr. ir. S. van Baars Date report: December 1997 Project: Anticipating research 2542 Report number: BSW-R Version: Final Name and address contractor: Bouwdienst Rijkswaterstaat Bouwspeurwerk Postbus LA Utrecht tei: fax: Name and address principal: Summary: Case study: Numerical modelling of tension piles In order to obtain more insight in the bearing capacity of tension piles, a research project has been carried out, near the location De Gaag (Schipluiden), as a test for the entrances of the Second Benelux Tunnel. In the report of Delft Geotechnics about this research project, the bearing capacities of the piles are compared with analytical calculations. The general conclusion is that the analytical calculation of tension piles is still surrounded by big uncertainties. It is therefore desirable that the numerical calculations of tension piles will lead to bigger certainties. In this report there is a focus on questions like; can tension piles be analytically calculated, how can this be done, and what are the results in comparison with the measured bearing capacity of the tension piles of De Gaag? Therefore the vibro-combi piles of De Gaag are modelled with the finite element program Plaxis. The numerical calculated bearing capacity of this pile is much closer (-16%) to the measured bearing capacity than the analytical calculated bearing capacity (+55%). The modelling of tension piles with numerical computer models seems to be successful. However, prefab piles can't be calculated as accurate as piles made in the ground, such as vibro-combi piles. This is because the normal stresses during loading are less known for prefab piles. The compressioning of the soil during the driving of the prefab pile is not yet fully understood. Also other questions need extra attention like, dynamical pile driving versus statical calculations, the interface behaviour between pile and soil, time depending behaviour en the consequences of the stiffness differentiation of the soil layers. Key words: Tension pile, Numerics, Case study, Bearing capacity Distribution: CUR-commissie C94, Bouwdienst Number of pages: 18 Price: fl 10,- On behalf of contractor: Initials: On behalf of pricipal: Initials:: Dr. ir S. van Baars IT. K.J. Bakker blad 4 van 18

5 INHOUD 1. SAMENVATTING 6 2. INLEIDING 7 3. TYPE TREKPALEN 7 4. TREKPALEN EN ANALYTISCH REKENEN 8 5. TREKPALEN EN NUMERIEK REKENEN 8 6. VIBRO-COMBI PAAL DE GAAG PAALKEUZE GRONDPROFIEL DE GAAG INSTALLATIE VAN DE TREKPAAL NUMERIEKE MODELLERING VAN DE GEOMETRIE Grond Paal Tussenlaag Steundruk A (mortel) U Steundruk B (grond) Opspanning t.g.v. heien NUMERIEKE MODELLERING VAN DE TREKPROEF RESULTATEN TREKPROEF RETOURBELASTING AANDACHTSPUNTEN DYNAMISCH HEIEN VERSUS STATISCH REKENEN GEDRAG VAN DE TUSSENLAAG TIJDSAFHANKELIJK GEDRAG GEVOLGEN VAN DE STIJFHEIDSVERSCHILLEN CONCLUSIES AANBEVELING 18 blad 5 van 18

6 1. Samenvatting Om meer inzicht te krijgen in de bezwijkdraagvermogens van trekpalen is er ten behoeve van de inritten van de Tweede Beneluxtunnel een trekpalen onderzoek bij De Gaag (Schipluiden) uitgevoerd. In het rapport over dit onderzoek van Grondmechanica Delft zijn de bezwijkdraagvermogens van de palen vergeleken met analytische berekeningen. Er wordt algemeen geconcludeerd dat het analytisch berekenen van trekpalen nog steeds omgeven wordt met grote onzekerheden. Het is daarom wenselijk dat het numeriek berekenen van trekpalen tot grotere zekerheden zal leiden. In dit rapport is gekeken in hoeverre er numeriek gerekend kan worden aan trekpalen, hoe dit moet worden gedaan en wat de reken resultaten zijn in vergelijking met de gemeten bezwijkdraagvermogens van de trekpalen bij De Gaag. Hiertoe is de vibro-combi paal bij De Gaag met het eindige elementen programma Plaxis doorgerekend. Het numeriek berekende bezwijkdraagvermogen van deze paal ligt veel dichter (-16%) bij het gemeten bezwijkdraagvermogen, dan het analytisch berekende bezwijkdraagvermogen (+55%). Het modeleren van trekpalen met numerieke computerprogramma's lijkt dus goed mogelijk te zijn. Prefab trekpalen zijn echter minder nauwkeurig te berekenen dan de in de grond gevormde palen, zoals bijvoorbeeld de vibro-combi paal. Dit komt omdat in het eerste geval de normaal spanningen in de belastingsfase minder goed bekend zijn. De grootte van de opspanning van de grond bij prefab palen is nog niet volledig bekend. Ook zullen zaken als het dynamische heien versus het statisch rekenen, het gedrag van de laag tussen paal en grond, het tijdsafhankelijke gedrag en de gevolgen van de stijfheidsverschillen van de grondlagen nog extra aandacht behoeven. blad 6 van 18

7 2. Inleiding Bij de afritten van tunnels zorgen de hoge waterstanden vaak voor grote op te nemen trekkrachten. Deze trekkrachten worden in de regel door trekpalen opgenomen. Tot nog toe worden de bezwijkdraagvermogens van alle type trekpalen met analytische formules bepaald. Nu komt er van verschillende kanten de vraag of deze bezwijkdraagvermogens ook met numerieke modellen te bepalen zijn. Zo is deze vraag afkomstig van de CUR commissie C94, de commissie die onderzoek verricht naar drie-dimensionale effecten bij ondergrondse constructies. Ook is er eenzelfde vraag afkomstig van de projectgroep Tweede Beneluxtunnel. Om meer inzicht te krijgen in de bezwijkdraagvermogens van trekpalen heeft Rijkswaterstaat ten behoeve van de inritten van de Tweede Beneluxtunnel een trekpalen onderzoek bij De Gaag (Schipluiden) uitgevoerd in samenwerking met Grondmechanica Delft. Er was van te voren een voorspelling gemaakt van de bezwijkdraagvermogens van de trekpalen. Deze voorspelling was gebaseerd op sondeergegevens. De algemene conclusie in het rapport ( CO /195) van Grondmechanica Delft is, dat het analytisch berekenen van trekpalen nog steeds omgeven wordt met grote onzekerheden. Het is daarom wenselijk dat het numeriek berekenen van trekpalen tot grotere zekerheden zal leiden. In dit rapport zal gekeken worden in hoeverre er numeriek gerekend kan worden aan trekpalen, hoe dit moet worden gedaan en wat de reken resultaten zijn in vergelijking met de gemeten bezwijkdraagvermogens van De Gaag. De meeste numerieke reken resultaten zijn verkregen met het eindige elementen programma Plaxis. Er wordt gerekend met een modellering zoals die is voorgesteld door ir. Van Niekerk in het Plaxis Bulletin nr 15 (Maart 1996). Voor Plaxis gebruikers zal, als aanvulling bij de berekeningen, tussen rechte haken, de specifieke Plaxis termen worden vermeld. 3. Type trekpalen Er is een groot aantal verschillende type trekpalen. De meest bekende typen zijn: 1. Prefab beton paal 2. Stalen buis paal 3. Stalen profiel paal zoals de HP-paal 4. Vibro paal 5. Vibro-Combi paal De prefab beton paal is een geprefabriceerde paal die in de grond geheid wordt en daarna direct op trek kan worden belast. De stalen buis paal en de overige profiel palen worden net als de prefab beton paal geheid en kunnen daarna op trek worden belast. Omdat ze duurder zijn dan betonnen trekpalen en ook corrosie gevoeliger zijn, worden ze alleen in speciale gevallen toegepast. Bijvoorbeeld bij grote optredende buigende momenten, zwaar heiwerk of grote trekkrachten. De vibro paal is een in de grond gevormde paal. De grond wordt verdrongen door het inheien van een terug te winnen stalen buis, met achterlating van een stalen voetplaat. Het voordeel van de vibro paal is dat deze niet door het heien beschadigd kan worden omdat de paal pas na het heien gemaakt wordt. Ook hoeft de wapening niet op het transport van de paal afgestemd te worden, maar alleen op de uiteindelijke functie. De vibro-combi paal is een vibro paal gecombineerd met een geprefabriceerde kern, die alle wapening bevat en na het heien in de stalen buis wordt gehangen. De ruimte tussen buis en prefab kern wordt opgevuld met mortel (cement + water + zand) waarna de buis wordt getrokken. blad 7 van 18

8 Voor numerieke berekeningen kunnen we deze type palen in twee groepen verdelen: de prefab palen en de in de grond gevormde palen. De prefab betonnen paal, de stalen buis paal en de stalen profiel paal zijn alien prefab palen die direct na het heien op trek belast kunnen worden. De normaalspanning op de paalwand wordt bepaald door het opspannen van de grond ten gevolge van het heien. Hoeveel deze spanning in de eindsituatie is, is moeilijk te voorspellen. De vibro paal en de vibro-combi paal zijn in de grond gevormde palen die pas ontstaan na het heien. De grond is wel eerst opgespannen door het heien, maar wordt weer ontlast tijdens het trekken van de stalen buis. De horizontale (korrel)spanningen zijn dus vooral afhankelijk van de druk in het vloeibare beton (vibro paal) of de vloeibare mortel (vibro-combi paal). Deze druk is bekend. 4. Trekpalen en analytisch rekenen Een van de meest gebruikte analytische methoden om het bezwijkdragvermogen van trekpalen te berekenen, is de Qc-methode. Met deze methode wordt de maximale schuifkracht langs de paal voor iedere grondlaag bepaald door de conusweerstand met een factor te vermenigvuldigen. Deze factor hangt af van de soort grond en het type trekpaal. Daarna wordt de schuifweerstand langs de hele paal gesommeerd om het bezwijkdraagvermogen te berekenen. Het voordeel van deze methode is de eenvoudigheid. Aan de hand van een sondering kan snel en simpel een voorspelling van het bezwijkdraagvermogen worden gedaan. Het nadeel van deze methode is onnauwkeurigheid ten gevolge van de empirische relaties. Er wordt een vaste relatie gelegd tussen de conusweerstand aan de ene kant en de sterkte van de grond of de laag tussen de paal en grond aan de andere kant. Ook wordt er niet goed rekening gehouden met de horizontale spanningen tegen de trekpaal. Zo wordt ten eerste bij het heien van een paal de grond veel meer verdrongen en opgespannen dan bij het in de grond duwen van een hele dunne sondeerconus. Ten tweede wordt, bij de in de grond gevormde palen, de grond daarna weer ontlast bij het trekken van de heibuis. Ook hier houdt de Qc-methode geen rekening mee. Ten derde hangt de druk van het beton of de mortel af van, zowel de diepte, alsook het verschil tussen het maaiveld en het betonpeil (bovenkant paal). Aangezien bij De Gaag het beton niet tot aan het maaiveld is doorgestort, maar 11,5 meter lager, is de druk veel lager dan gebruikelijk. Het is dan ook zeker dat het analytisch berekende bezwijkdraag-vermogen van de in de grond gevormde palen veel te hoog zal uitvallen. Bij numerieke berekeningen kunnen al deze zaken wel worden meegenomen. 5. Trekpalen en numeriek rekenen Het berekenen van de bezwijktreksterkte van een trekpaal is in feite een 3-dimensionaal probleem, maar als er alleen axiaal (omhoog) getrokken wordt dan is het probleem tot een 2-dimensionaal axiaal symmetrisch probleem te vereenvoudigen. Als er ook een radiale (opzij) trekkracht is, dan moet er echt 3-dimensionaal gerekend worden. In Nederland worden dit soort numerieke en grondmechanische problemen meestal met het computer programma Plaxis berekend. Sinds kort is ook het computer programma Diana uitgebreid met modulen om dit soort problemen te kunnen berekenen. Veel ervaring met dit programma op het gebied van grondmechanica is er overigens nog niet. Daarom is Diana met Plaxis vergeleken in het rapport "Case studie numerieke modellering trekpaal in grond", wat in opdracht van de Cur C94 commissie is gemaakt. Er wordt geconcludeerd dat de resultaten van Diana en Plaxis in voldoende mate met elkaar overeenstemmen. Het numeriek rekenen aan trekpalen is niet volkomen nieuw, maar er wordt nog steeds gerekend met bepaalde vooronderstellingen, die nog niet allemaal geverifieerd zijn. In hoofdstuk " 7. Aandachtspunten" wordt hier verder op ingegaan. blad 8 van 18

9 6. Vibro-combi paal De Gaag 6.1 Paalkeuze Bij het trekpalen onderzoek De Gaag zijn 3 vibro palen, 3 vibro-combi palen, 2 HP palen en een stalen buispaal geplaatst en proefbelast. Voor dit rapport is een van de type trekpalen bij De Gaag uitgekozen om als voorbeeld doorgerekend te worden. Er is gekozen voor een in de grond gevormde paal. De keuze hiervoor werd bepaald door de volgende gegevens: 1. De vibro paal en de vibro-combi paal zijn goedkoper dan de stalen palen. 2. De vibro paal en de vibro-combi paal worden meer toegepast dan de stalen palen. 3. De grondopspanning t.g.v. het heien is voor de stalen palen niet goed bekend. 4. Er zijn meer trekproeven gedaan op de in de grond gevormde palen Bij het installeren van de vibro palen is een te dik beton mengsel gebruikt. Hierdoor is de grond niet goed opgespannen en waren de palen te smal en bevatten ook veel lucht insluitingen (zoals bleek bij het uitgraven van de palen). De keuze voor het modelleren en narekenen is daarom op de vibro-combi palen gevallen. 6.2 Grondprofiel De Gaag Het maaiveld van het proefterrein bevindt zich op ongeveer NAP -1,6 m. Het grondprofiel bij De Gaag is tamelijk complex. Zo bevinden zich onder het proefterrein 16 grondlagen en is de grondwaterstand onder de diepste kleilaag lager (Mv -3,0 m) dan boven deze kleilaag (Mv -2,0 m). Deze grondwatersprong maakt de numerieke modellering iets lastiger. De 16 grondlagen zijn vereenvoudigd tot de volgende 6 grondlagen (zie tabel 1): Nr. Grond r. G50 c y^op 6 klei (+veen) klei (+zand) ,0 4 zand B ,0 3 veen ,5 2 klei ,5 1 zand A ,5 Tabel 1. Grondgegevens De gemeten draagvermogens van de proefopstelling bij De Gaag zijn vergeleken met handberekeningen. Deze zijn gebaseerd op sondeergegevens en niet op numerieke berekeningen. Daarom zijn er wel veel sondeergegevens aanwezig, maar nauwelijks gegevens om de stijfheid- en sterkteeigenschappen van de grondlagen te schatten. De grondgegevens in tabel 1 vormen derhalve een redelijke schatting die toch nog met enige voorzichtigheid gehanteerd moet worden. 6.3 Installatie van de trekpaal Voorafgaand aan de paalinstallatie is ter plaatse van iedere paal een casing (0 1,1m) tot Mv -11,5 m geinstalleerd onder gelijktijdige ontgraving in de casing. Daarna is een stalen buis (0 508 mm) met blad 9 van 18

10 een paalschoen (0 557 mm) in de casing geplaatst en tot een diepte van Mv -26,4 m geheid. Vervolgens is een gei'nstrumenteerde prefab kern (0 320 mm) in de buis geplaatst en is de omliggende ruimte opgevuld met mortel tot Mv -11,5 m. De paal is dus niet geinstalleerd in de bovenste twee kleilagen. De reden hiervoor is dat men dacht dat het draagvermogen van deze lagen pas tot ontwikkeling zou komen na het bezwijken van de zand lagen. Door met een casing de bovenste lagen aan de kant te houden zouden de metingen niet worden verstoord door dit effect. Bij paal B zijn problemen met het heiblok opgetreden die enkele malen tot een stilstand bij het heien van maximaal een kwartier hebben geleid. Er zijn geen redenen om aan te nemen dat dit het bezwijkdraagvermogen van deze paal heeft beinvloed, alhoewel deze beduidend hoger ligt dan die van paal A en C. 6.4 Numerieke modellering van de geometrie Grond Om numeriek te kunnen rekenen moet de gehele geometrie gemodelleerd worden. Hiertoe is een afbakening gemaakt met randen op een diepte van Mv -35 m en op een afstand van 10 m van de paalas. Er wordt gerekend met 15-knoops driehoekselementen die tussen 6 verticalen en 15 horizontalen liggen. De posities hiervan worden voornamelijk bepaald door de paalwand (w), de paallengte (1), de randen (r), de grondlagen (g), extra punten voor zwakke grond zoals klei en veen (xz) en extra punten voor hoge grondlagen (xh). In tabel 2. Wordt de positie van de horizontalen weergegeven (van onder naar boven in meters ten opzichte van het maaiveld) samen met de reden voor die positie , , , ,5-11, r xh 1 xh xh xh g xz g xz g 1 g g r Tabel 2. Horizontalen En voor de positie van de verticalen (in meters vanaf de paalas) vinden we dan: 0 0,258 0,5 1, r w r Tabel 3. Verticalen De elementen zijn gegroepeerd in 2 blokken [meshblock] te weten een klein blok onder de paalvoet en een groot blok aan de buiten zijde van de paalwand. Zo zijn er 4 elementen in het eerste blok en 112 in het tweede blok (zie figuur 1,2 en 3). De grondlagen zijn onderverdeeld zoals weergegeven in tabel Paal Normaal gesproken kan de paal met een staaf [beam] worden gemoduleerd, maar omdat hier sprake is van zowel een paal als een casing zit er en een staaf I tussen Mv -26,4 m en Mv -11,5 m (zie figuur 1) en een staaf II tussen -Mv 11,5 m en Mv 0 m. Deze kunnen tijdens het rekenen [staged construction] worden aangezet [beam = +]. blad 10 van 18

11 De paal heeft een uitwendige straal van 0,258 m. De casing is voor het gemak in het verlengde geplaatst van de paalwand. De straal van de casing komt dan ook op 0,258 m en niet op 0,550 m. Dit maakt de modellering een stuk gemakkelijker. Dit vereenvoudigt de geometrie terwijl het resultaat nauwelijks wordt beinvloed. Bovendien kan deze geometrie later prima gebruikt worden om te kijken naar het effect van het installeren van de paal tot aan het maaiveld. Belangrijk is dat de stijfheidsparamaters [EA en EI] van de staven niet te groot worden gekozen om numerieke problemen te voorkomen en ook niet te klein anders reageert de paal te slap Tussenlaag Zoals reeds is geschreven, is er nog enige onduidelijkheid over de juiste modellering van de tussenlaag [interface]. Wel is bekend dat de sterkte van een ruwe tussenlaag niet teveel gereduceerd moet worden. De reductiefactor [Rinterface] voor de sterkte van ruwe oppervlakten moet dus tussen de 0,8 of de 1,0 zitten. Er is in het voorbeeld van dit rapport gerekend met een reductiefactor van 0,9. Op Mv -11,5 m ontstaat er op de rand van de casing en de trekpaal een sprong in de korrelspanningen. Aangezien een tussenlaag maar een integratieknoop heeft op dit punt, is er maar een rek en een spanning. De sprong kan dus alleen goed gemodelleerd worden als er een extra integratieknoop komt. Dit kan door haaks op de tussenlaag een andere tussenlaag te leggen. Deze tussenlaag hoeft niet ver door te lopen omdat die er alleen voor de extra knoop ligt (zie figuur 1). Omdat de waterdruk P een sprong maakt bij Mv 18,5 m is er ook een sprong in de korrelspanning. Ook hier is dus een kleine haakse tussenlaag nodig.. Figuur 1. Verbindingsplot Figuur 2. Steundruk A (mortel) Figuur 3. Steundruk B (grond) Steundruk A (mortel) Voor de eindfase wordt aangenomen dat de korrelspanning tegen de paal afhangt van de steundruk in de mortel [load A] tijdens het uitharden. Het gewicht van de mortel is vastgesteld op blad 11 van 18

12 Ybeton = 22 kn / m 3. De mortel is gestort tot een diepte van Mv -11,5 m. Aangezien de grondwaterstand onder de kleilaag een meter lager staat, terwijl dit niet het geval is voor de vloeibare mortel, wordt er beneden Mv -18,5 m met een extra druk van 10 kpa gerekend. Zo vinden we dat steundruk A sterk afhankelijk is van de diepte z: CT/=-(Z + 11,5)(22-10) {+10} Onderin de paal (z = Mv -26,4 m) vinden we dus een maximale horizontale en ook een verticale korrelspanning van 188,8 kpa (zie figuur 2). In het geval van een trekpaal die tot aan het maaiveld gemaakt wordt is de steundruk hoger. De horizontale en verticale steundruk onderin de paal komt dan op: a A ' = 26,4 x (22-10) + 3 x 10 = 346,8 kn Deze hogere steundruk wordt gebruikt bij een later voorbeeld, waarbij gekeken is naar de invloed op het bezwijkdraagvermogen als de trekpaal tot aan het maaiveld wordt gestort Steundruk B (grond) In de beginfase wordt de steundruk gelijk gekozen aan de horizontale korrelspanning. Om niet bij iedere grondlaag opnieuw een sprong te hebben in de horizontale korrelspanning, is gekozen om de horizontale gronddruk coefficient overal gelijk te nemen, namelijk: K 0 = 0,5. Omdat er met twee grond blokken [mesh block] gerekend wordt die niet gelijke hoogte hebben is het met Plaxis niet mogelijk om de initiele spanningen automatisch te genereren. Dit moet dus ook numeriek gebeuren met een belastingstap van het eigen gewicht [Mweight = 1], zodat met de dwarscontractiecoefficient de horizontale spanningen wordt bepaald: v = 1 / 3<=> K 0 = 1/ 2. De horizontale korrelspanningen worden dus berekend met: Onderin de paal (z = Mv -26,4 m) vinden we dan een maximale horizontale korrelspanning van 111,75 kpa en een verticale korrelspanning van 223,5 kpa (zie figuur 3) Opspanning t.g.v. heien Om het opspannen van de grond ten gevolge van het heien te simuleren, wordt de horizontale korrelspanning tijdelijk vergroot. In feite is dit een simplistische weergave van een complexe werkelijkheid. Omdat er bij de in de grond gevormde palen later toch weer ontlast wordt, zal de fout niet al te groot zal zijn. Aangenomen wordt dat de grond niet volkomen passief reageert. De horizontale gronddruk coefficient zal dus nooit de passieve waarde halen: K<K p. Indien er gekozen wordt voor K = 2 dan moet de horizontale korreldruk tijdelijk met een factor / = K IK 0 = 210,5 = 4 vergroot worden [load B = 4] om het heien te simuleren. 6.5 Numerieke modellering van de trekproef De numerieke modellering van de trekproef bestaat uit twee delen. Als eerste moet de installatie van de paal gesimuleerd worden en als tweede het trekken van de paal. Het eerste deel is een belangrijk deel, omdat het de grondspanningen op de paal bepaald. De totale trekproef kan in een aantal fasen worden onderverdeeld: blad 12 van 18

13 Steundruk B (grond) wordt aangezet terwijl de linkerrand (toekomstige paalwand) nog wordt tegengehouden voor horizontale verplaatsingen. De steundruk werkt dus nog alleen bovenop het eerste grondblok in verticale richting. Ook het eigen gewicht van de grond wordt aangezet. [step 1 : load B = 1, boundary_x = vast, Mweight = 1] B De casing (Staaf II) wordt aangezet. [step 2 : staged construction, beam II = + ] C. De linkerrand wordt onderin losgelaten. De bovenste drie knopen blijven de casing (staaf II) nog op zijn plaats houden. Onderin zorgt steundruk B voor evenwicht. [step 3-4 : onderin: boundary_x = los] D. Om het opspannen van de grond ten gevolge van het heien te simuleren wordt steundruk B (grond) vergroot met een factor 4. [step 5-9 : load B = 4] E. Door het trekken van de stalen heibuis wordt de grond weer ontlast, maar ook weer direct belast met de vloeibare mortel. De verhoogde steundruk B wordt dus tegelijkertijd vervangen door steundruk A (mortel). [step 9-14 : load B = 0, load A = 1] F. Door het uitharden van de trekpaal wordt de hele linkerrand tegengehouden voor vervormingen in de horizontale richting. De trekpaal (staaf I) wordt aangezet en de casing (staaf II) wordt uitgezet om te verhinderen dat die ook meegetrokken wordt. [step 15 : boundaryx = vast, staged construction, beam I = +, beam II = -] De trekpaal is nu klaar om uit de grond getrokken te worden. G. De verplaatsingen van de vorige stappen kunnen op nul gezet worden. Door een enkel punt op de linkerrand ter hoogte van de trekpaal een verplaatsing op te leggen (figuur 4 en 5), komt de hele paal de grond uit. [step : reset displacements, Z Mdispl = 0,40] Figuur 4. Randvoorwaarden Figuur 5. Verplaatsing op een punt Bouwdienst Rijkswaterstaat blad 13 van 18

14 Door de verticale kracht [Force y] te vermenigvuldigen met 2 n (de kracht was immers per radiaal uitgerekend) en deze waarde uit te zetten tegen de totale verplaatsing [Sum-Mdisp] wordt de krachtverplaatsing grafiek verkregen (zie figuur 6) ,04 0,06 0,08 0,1 verplaatsing [m] Figuur 6. Trekkracht versus verplaatsing van de vibro-combi paal Het bezwijken van de grond blijkt erg plaatselijk te zijn, namelijk direct naast de paalwand (figuur 7). Plastische punten worden alleen naast of op de paalwand gevonden en onder de paalvoet. cr,b C :t>_. A = 0,1 B = 0,3 C = 0,5 D = 0,7 E = 0,9 Figuur 7. Verhouding van de schuifspanning t.o.v. de maximale schuifspanning Bouwdienst Rijkswaterstaat blad 14 van 18

15 6.6 Resultaten trekproef De gemeten bezwijkdraagvermogens van de drie vibro-combi palen bij De Gaag wijken sterk af van de analytisch berekende bezwijkdraagvermogens. Dit geldt zowel voor de berekeningen gebaseerd op de sondeergegevens van voor het maken van de palen alsook voor de berekeningen gebaseerd op de sondeergegevens van na het maken van de palen. De analytische berekende bezwijkdraagvermogens, gebaseerd op de vooraf gemaakte sonderingen, zijn gemiddeld 55% te hoog. Paal Gemeten [kn] Berekend Sondering vooraf Berekend Sondering achteraf A B C Tabel 5. Gemeten en analytisch berekende bezwijkdraagvermogen Het bezwijkdraagvermogen van de trekpaal bij De Gaag is volgens de numerieke simulatie 1740 kn (figuur 6). Dit is slechts 16 % te laag. Ook ligt de numerieke waarde erg dicht bij de gemeten waarden van paal A en paal C. 6.7 Retourbelasting Bij De Gaag is de proefopstelling die de trekpaal uit de grond trekt op het maaiveld geplaatst. Dit betekent dat er een retourbelasting is van de trekkracht. De proefopstelling zet zich immers af tegen de grond. In de numerieke berekeningen is dit verwaarloosd. Daarom is er aanvullend een 2D axiaal symmetrische berekening gemaakt met op enige afstand van de trekpaal een puntlast (dus een lijnlast voor 3D). Hieruit kwam dat de retourbelasting minder dan 1% invloed had op het bezwijkdraagvermogen van de paal. De reden hiervoor is waarschijnlijk eenvoudig. De trekpaal vindt zijn sterkte op een grote diepte. De retourbelasting is dan al volkomen verspreid en kan ten opzichte van de heersende korrelspanningen verwaarloost worden. 7. Aandachtspunten Het numeriek rekenen aan trekpalen is niet volkomen nieuw, maar toch zijn er nog een aantal zaken die zeer zeker nog extra aandacht verdienen. Er wordt namelijk gerekend met bepaalde vooronderstellingen, maar deze zijn nog niet allemaal geverifieerd. Een paar van deze aandachtspunten worden hieronder beschreven. 7.1 Dynamisch heien versus statisch rekenen De computer programma's Plaxis en Diana, maar ook de meeste andere eindige elementen programma's zijn gebaseerd op statisch evenwicht. Deze toestand geldt niet tijdens het dynamisch heien, waardoor het heien in feite niet goed te modelleren is. Hierdoor ontstaat de vraag welke blad 15 van 18

16 kunstgrepen uitgehaald moeten worden om de gevolgen van het heien toch zo goed mogelijk gemodelleerd te krijgen. En als dit al goed mogelijk is, wat is dan de fout van deze benadering? Duidelijk is wel dat deze fout voor de in de grond gevormde palen (vibro en vibro-combi) kleiner is dan voor de prefab palen. Dit komt omdat bij de in de grond gevormde palen de spanningen tegen de paal in de eindtoestand afhangen van de vloeibare beton- of morteldruk tijdens fabricatie. Voor de prefab palen hangen deze spanningen af van het minder voorspelbare opspannen van de grond door het heien. Bij de simulatie van de in de grond gevormde palen wordt de grond dus maar tijdelijk opgespannen. Voor de trekproef uit dit rapport bleek dat als die tijdelijke opspanning zou worden overgeslagen in de numerieke berekening, dat er slechts een afname van het bezwijkdraagvermogen van 6% is. Het niet volledig juist moduleren van deze tijdelijke opspanning zal dus niet al te grote gevolgen hebben voor de in de grond gevormde palen. 7.2 Gedrag van de tussenlaag In de numerieke berekening van de trekpaal wordt er een tussenlaag [interface] tussen de paalwand en de grond gemodelleerd. Het is ten eerste de vraag of het wel terecht (Is deze laag er wel?). Ten tweede kan men zich afvragen hoe deze moet worden gemodelleerd en met welke parameters? Uit onderzoek van onder andere Tejchman en Wu (Int. Journ. Num. and Anal. Meth. In Geomechanics, vol 19, , 1995) blijkt dat ruw staal zeer goed schuifweerstand kan overbrengen. Het is dus verstandig om bij ruwe grenslagen de sterkte van de grenslaag niet of nauwelijks te reduceren. In dit rapport is gerekend met een reductiefactor [Rinterface] van 0,9. Hiermee wordt een bezwijkdraagvermogen gevonden van 1740 kn. Indien gerekend wordt met een reductie factor van 0,8 dan wordt een bezwijkdraagvermogen van 1540 kn gevonden. Dit betekend dat de reductiefactor vrijwel lineair in de berekening zit: 0,9-0, ~6^-* 1740 * 1 1 / 0 Meestal wordt de grond gemoduleerd met het Mohr-Coulomb model en de tussenlaag met het Coulomb model. Het is belangrijk om de verschillen te zien tussen deze twee modellen. De grondspanning wordt gemoduleerd met twee (of drie) normaal spanningen (cr^ en cr^) en een schuifspanning (r ). De spanning in de tussenlaag wordt gemoduleerd door slechts een normaal spanning (cr n ) en een schuifspanning. Er wordt dus in de grond naar de maximale schuifspanning in alle richtingen gezocht, terwijl er bij de tussenlaag maar een bezwijkrichting toegestaan is. Dit betekent dat bij een verticale tussenlaag in zand (K g = 0,5 en ^ = 30 ) de grond eerder bezwijkt dan de tussenlaag als de sterkte van de tussenlaag niet gereduceerd is [Rinterface = 1,0] en dat de grond zelfs nog eerder bezwijkt dan een horizontale tussenlaag als de sterkte hiervan gehalveerd is [Rinterface = 0,5]. Een reductiefactor kleiner dan een betekent dus niet automatisch dat de tussenlaag maatgevend is voor bezwijken. Bij de vibro palen wordt soms de stalen buis tijdens het trekken om de paar centimeter omlaag geduwd om het vloeibare beton onder extra druk te zetten (extra tijdelijke opspanning) en om de grond geribbeld te maken, zodat er een extra ruwheid ontstaat. Het is dus aan te raden om bij vibro palen een grotere waarde voor de reductiefactor te gebruiken dan bij vibro-combi palen. Dit levert dan ook een groter bezwijkdraagvermogen op. blad 16 van 18

17 7.3 Tijdsafhankelijk gedrag Voor grondmechanische berekeningen is de factor tijd een hele belangrijke, vooral bij cohesieve grondsoorten. Zo maakt het uit of een paal snel of langzaam wordt getrokken. In het voorbeeld van dit rapport is een relatief snelle proef nagerekend en er is daarom met de ongedraineerde cohesie van de cohesieve lagen gerekend. Voor het berekenen van trekpalen bij de afritten van een tunnel zou dit niet correct zijn omdat er een zeer langdurige trekbelasting op de paal aanwezig is. Er moet dan op zijn minst met gedraineerde sterkten gerekend worden. Misschien moet er zelfs een reductie op de cohesie (c') toegepast worden om te grote verplaatsingen ten gevolge van het kruipgedrag van de cohesieve lagen te voorkomen. 7.4 Gevolgen van de stijfheidsverschillen In het geval van De Gaag vinden we bovenin vooral cohesieve lagen (klei en een beetje veen) en op grotere diepten vooral niet-cohesieve lagen (zand). Deze onderste lagen hebben een grotere stijfheid waardoor wel eens gedacht wordt dat deze als eerst bezwijken en pas daarna de bovenste lagen. Hierdoor kunnen deze lagen niet op hetzelfde moment voor de benodigde sterkte zorgen. Het bezwijkdraagvermogen voor de totale paal zou dan lager zijn dan voor het draagvermogen van de onderkant en bovenkant van de paal gesommeerd. Dit heeft er toe geleid dat de in de grond gevormde palen bij De Gaag alleen in de onderste lagen zijn gemaakt. Een casing zorgt ervoor dat de grond bovenin aan de kant blijft. Toch is het verstandig om zich af te vragen of deze redenering wel juist is en of deze redenering tot een maximaal ontwerp leidt. Als men het beton of de mortel bij de in de grond gevormde palen tot aan het maaiveld zou storten, dan zou ook in de onderste lagen de korrelspanning tegen de trekpaal veel hoger zijn en dus ook het bezwijkdraagvermogen. Om dit na te gaan is dit ook numeriek gesimuleerd. Omdat de casing op dezelfde afstand gemoduleerd was, kan de simulatie met de oude geometrie plaatsvinden. Voor het trekken van de totale paal wordt dan de casing (staaf II) samen met het onderste deel van de trekpaal (staaf I) getrokken. Voor de situatie met een laag mortel niveau (De Gaag) werd een bezwijkdraagvermogen van 1740 kn gevonden. Met een hoog mortel niveau bleek alleen al het onderste deel van de trekpaal 3550 kn te kunnen mobiliseren bij een verplaatsing van 0,10 m. Dit is dus veel meer. Dat komt dus alleen door de hogere mortel druk. Het trekken van alleen het bovenste deel van de paal leverde 700 kn op. De totale paal bleek 4200 kn te kunnen mobiliseren. Hetgeen inderdaad iets minder is dan de gesommeerde = 4250 kn. Van deze 4250 kn werd de eerste 3910 kn al bij een verplaatsing van 0,025 m gemobiliseerd. Zo zien we dat met het storten van de mortel tot aan het maaiveld, ten eerste tot meer dan 140% extra bezwijkdraagvermogen kan worden verkregen en ten tweede dat de gedachtegang dat de sommering van de twee afzonderlijke delen tot een te hoge bezwijkdraagvermogen leidt (bij grote stijfheidsverschillen) maar voor een erg klein deel (1%) waar. De belangrijkste reden hiervoor is dat tijdens bezwijken van een specifieke laag de schuifspanning vrijwel constant blijft. blad 17 van 18

18 8. Conclusies Het numeriek berekende bezwijkdraagvermogen van de vibro-combi paal De Gaag ligt veel dichter (-16%) bij het gemeten bezwijkdraagvermogen, dan het analytisch berekende bezwijkdraagvermogen (+55%). Het moduleren van trekpalen met numerieke computerprogramma's lijkt goed mogelijk te zijn. In de grond gevormde palen kunnen beter berekend worden dan de prefab trekpalen, omdat in het eerste geval de normaal spanningen in de belastingsfase beter bekend zijn. Zaken als het dynamische heien versus het statisch rekenen, het gedrag van de laag tussen paal en grond, het tijdsafhankelijke gedrag en de gevolgen van de stijfheidsverschillen van de grondlagen behoeven nog extra aandacht 9. Aanbeveling Er wordt aanbevolen om door middel van onderzoek meer licht te werpen op de zaken die in hoofdstuk "7. Aandachtspunten" beschreven worden, te weten: Het dynamische heien versus het statisch rekenen Het gedrag van de laag tussen paal en grond Het tijdsafhankelijke gedrag De gevolgen van de stijfheidsverschillen van de grondlagen blad 18 van 18

Funderingen. schachtbreedte worden bepaald. Door middel van de formule d = b 4 π equivalent van deze paal worden bepaald.

Funderingen. schachtbreedte worden bepaald. Door middel van de formule d = b 4 π equivalent van deze paal worden bepaald. Funderingen Om de constructie van de voetgangersbrug te kunnen dragen is een voldoende stevige fundering nodig. Om de samenstelling van de ondergrond te kunnen bepalen zijn sonderingen gemaakt. Deze zijn

Nadere informatie

Simulatie van onthechtingsmechanismen bij betonconstructies versterkt met uitwendig gelijmde koolstofvezelwapening. DOV mei 2004 Ernst Klamer

Simulatie van onthechtingsmechanismen bij betonconstructies versterkt met uitwendig gelijmde koolstofvezelwapening. DOV mei 2004 Ernst Klamer Simulatie van onthechtingsmechanismen bij betonconstructies versterkt met uitwendig gelijmde koolstofvezelwapening DOV mei 2004 Ernst Klamer Afstudeercommissie Prof. dr. ir. D.A. Hordijk (TU/e) Dr. ir.

Nadere informatie

Het verticale evenwicht van een verankerde damwand

Het verticale evenwicht van een verankerde damwand Het verticale evenwicht van een verankerde damwand ir. D. Grotegoed Ballast Nedam Engineering ir. R. Spruit Ingenieursbureau Gemeentewerken Rotterdam Figuur 1 Damwand te Harlingen verticaal belast door

Nadere informatie

Effect installatiemethode van open stalen buispalen op de conusweerstand

Effect installatiemethode van open stalen buispalen op de conusweerstand Effect installatiemethode van open stalen buispalen op de conusweerstand Ir. J.A. Jacobse GEO2 Engineering B.V. Ir. J.H van Dalen Strukton Engineering B.V. In opdracht van Rijkswaterstaat directie Zeeland

Nadere informatie

In deze notitie wordt kort ingegaan op de verankering van bomen in de rivierbodem. Uitganspunten dienen te worden gecontroleerd op juistheid.

In deze notitie wordt kort ingegaan op de verankering van bomen in de rivierbodem. Uitganspunten dienen te worden gecontroleerd op juistheid. Behoort bij het ontwerpbesluit van burgemeester en wethouders van Heerde van 22-03-2017 Notitie Contactpersoon Gijs Jansen Datum 13 februari 2017 Kenmerk N004-1227237GJE-pws-V01-NL Verankering van bomen

Nadere informatie

Niet-lineaire mechanica datum: Algemeen 2 Vraag 1 3 Vraag 2 8 Vraag 3 11 Vraag 4 14 Vraag 5 17 Vraag 6 19

Niet-lineaire mechanica datum: Algemeen 2 Vraag 1 3 Vraag 2 8 Vraag 3 11 Vraag 4 14 Vraag 5 17 Vraag 6 19 Naam: Patrick Damen Datum: 17 juni 2003 INHOUDSOPGAVE Algemeen 2 Vraag 1 3 Vraag 2 8 Vraag 3 11 Vraag 4 14 Vraag 5 17 Vraag 6 19 pagina: 1 van 20 Algemeen Om de zestal vragen van de opgave niet-lineaire

Nadere informatie

Zwelbelasting op funderingen, SBRCURnet/COB commissie C202. Erik Kwast Kwast Consult Marco Peters Grontmij Nederland

Zwelbelasting op funderingen, SBRCURnet/COB commissie C202. Erik Kwast Kwast Consult Marco Peters Grontmij Nederland Zwelbelasting op funderingen, SBRCURnet/COB commissie C202 Erik Kwast Kwast Consult Marco Peters Grontmij Nederland Inhoud Plan van Aanpak commissie C202 Literatuuronderzoek Ontwerppraktijk Workshop Voorlopige

Nadere informatie

Pons bij funderings palen. Onderzoek naar vorm ponskegel bij op druk belaste palen onderwaterbetonvloer

Pons bij funderings palen. Onderzoek naar vorm ponskegel bij op druk belaste palen onderwaterbetonvloer 1 Onderzoek naar vorm ponskegel bij op druk belaste palen onderwaterbetonvloer Pons bij funderings palen In bouwputten worden regelmatig onderwaterbetonvloeren toegepast met daaronder trekpalen. Er zijn

Nadere informatie

Uitvoeringsfiche Soil mix wanden Type 2: wanden opgebouwd uit panelen

Uitvoeringsfiche Soil mix wanden Type 2: wanden opgebouwd uit panelen Uitvoeringsfiche Soil mix wanden Type 2: wanden opgebouwd uit panelen a. Typering van het systeem De grond wordt in situ mechanisch vermengd met een bindmiddel. Deze menging met een frees resulteert in

Nadere informatie

Uitvoeringsfiche Soil mix wanden Type 1: wanden opgebouwd uit kolommen

Uitvoeringsfiche Soil mix wanden Type 1: wanden opgebouwd uit kolommen Uitvoeringsfiche Soil mix wanden Type 1: wanden opgebouwd uit kolommen a. Typering van het systeem De grond wordt in situ mechanisch vermengd met een bindmiddel. Deze menging met een speciale mengbeitel

Nadere informatie

De ingevoerde geometrie en de berekende grondparameters zijn opgenomen in bijlage 3 en 6.

De ingevoerde geometrie en de berekende grondparameters zijn opgenomen in bijlage 3 en 6. Kenmerk R012-1205944BXB-irb-V01-NL Verticale beddingsconstante omhoog Verticale beddingsconstante omlaag Horizontale beddingsconstante Wandwrijving bij axiale verplaatsing van de leiding De ingevoerde

Nadere informatie

Memo. Op basis van de bij de sondering aangetroffen grondslag is de maatgevende grondopbouw gekozen en weergegeven in onderstaande tabel.

Memo. Op basis van de bij de sondering aangetroffen grondslag is de maatgevende grondopbouw gekozen en weergegeven in onderstaande tabel. Memo nummer 201210297096.22-01 datum 29 oktober 2012 aan Bas Hoorn Oranjewoud van Pieter Erenstein Oranjewoud kopie Erik Kwast Oranjewoud project Prov NH, zettingsberekening N23 projectnummer 0 betreft

Nadere informatie

Hoekselijn. Geotechnische aspecten geluidsschermen. Documentnummer R HL. BIS-nummer V. Datum 11 december 2015

Hoekselijn. Geotechnische aspecten geluidsschermen. Documentnummer R HL. BIS-nummer V. Datum 11 december 2015 Hoekselijn Geotechnische aspecten geluidsschermen Documentnummer R.2015.064.HL BIS-nummer 2009-049-V Datum 11 december 2015 Opdrachtgever Projectbureau Hoekselijn Opsteller Ir. D. Wilschut Autorisatie

Nadere informatie

Sterkte van veen. J.B.A. Weijers Rijkswaterstaat

Sterkte van veen. J.B.A. Weijers Rijkswaterstaat Sterkte van veen J.B.A. Weijers De dijk en omgeving. Jachthaven Uitdam uitdam March 19, 2013 2 Globale geometrie. Uitdam 3 Opbouw van de veenlaag 4 Karakterisering van veen. De variabiliteit in veen wordt

Nadere informatie

Volker Staal en Funderingen

Volker Staal en Funderingen Pagina: 1 van 8 INHOUDSOPGAVE PAG. 1 ALGEMEEN 2 1.1 Projectomschrijving 2 1.2 Wijziging beheer 2 1.3 Distributie 2 1.4 Bijbehorende documenten 2 2 UITGANGSPUNTEN DOCUMENTEN 3 2.1 Normen 3 2.1.1 Richtlijnen

Nadere informatie

CRUX Engineering B.V. COBc congres 2016 Alkmaar november Dr.ir.ing. Almer van der Stoel.

CRUX Engineering B.V. COBc congres 2016 Alkmaar november Dr.ir.ing. Almer van der Stoel. CRUX Engineering B.V. COBc congres 2016 Alkmaar november 2016 Dr.ir.ing. Almer van der Stoel www.cruxbv.nl Inhoud Introductie Geotechnisch ontwerp EEM Paalklasse factoren na januari 2017 Vragen 2 Introductie

Nadere informatie

Notitie : In de grond gevormde palen met grondverwijdering

Notitie : In de grond gevormde palen met grondverwijdering Notitie : In de grond gevormde palen met grondverwijdering Waarom een notitie? Waarom een notitie? Onduidelijkheid van de norm? Waarom een notitie? Onduidelijkheid van de norm? of Landelijk handelen volgens

Nadere informatie

Gemeente Schiedam. Ophogen en herinrichten Kethel Oost

Gemeente Schiedam. Ophogen en herinrichten Kethel Oost Gemeente Schiedam Ophogen en herinrichten Kethel Oost Bewonersavond> Inleiding Inleiding Inleiding Het vervolg Grond zakt en verplaatst horizontaal Wegen zakken en worden opgehoogd: na bouwrijp maken

Nadere informatie

ONTWERP BERLINERWAND T.B.V. KELDER WONING KAVEL 20, RIETEILAND OOST TE AMSTERDAM

ONTWERP BERLINERWAND T.B.V. KELDER WONING KAVEL 20, RIETEILAND OOST TE AMSTERDAM ONTWERP BERLINERWAND T.B.V. KELDER WONING KAVEL 20, RIETEILAND OOST TE AMSTERDAM 16.2171a Opdrachtgever : Fam. Van Riesen de Jong Burg. Haspelslaan 364 1181 NG Amstelveen Architect : Marco van Veldhuizen

Nadere informatie

Uitvoeringsfiche Palenwanden Type 1: in elkaar geplaatste palen (secanspalenwand)

Uitvoeringsfiche Palenwanden Type 1: in elkaar geplaatste palen (secanspalenwand) Uitvoeringsfiche Palenwanden Type 1: in elkaar geplaatste palen (secanspalenwand) a. Typering van het systeem Door het snijdend in elkaar uitvoeren van primaire en secundaire palen is het mogelijk om een

Nadere informatie

Effect van aardbevingen op leidingen de robuustheid van HDD. Paul Hölscher, Deltares i.s.m. Henk Kruse

Effect van aardbevingen op leidingen de robuustheid van HDD. Paul Hölscher, Deltares i.s.m. Henk Kruse Effect van aardbevingen op leidingen de robuustheid van HDD Paul Hölscher, Deltares i.s.m. Henk Kruse Onderwerpen 1. Verwachten we schade door geïnduceerde aardbevingen? 2. Wat speelt een rol? 3. Hoe berekenen

Nadere informatie

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = 140.650 en Y = 447.600.

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = 140.650 en Y = 447.600. Bijlage I Technische beoordeling van de vergunningsaanvraag van Ontwikkelingsverband Houten C.V. voor het onttrekken van grondwater ten behoeve van de bouw van een parkeerkelder onder het nieuw realiseren

Nadere informatie

MFG 70. Bouwputten. HRO theorie MFG 70 1

MFG 70. Bouwputten. HRO theorie MFG 70 1 MFG 70 Bouwputten HRO theorie MFG 70 1 Ondiepe bouwput Ontgraving met taluds en bemaling HRO theorie MFG 70 2 Voorbeeld van verschillende grondwaterregimes open water zand klei zand HRO theorie MFG 70

Nadere informatie

BEREKENING SCHEURKANSEN VOOR VERHARDENDE BETONNEN ELEMENTEN

BEREKENING SCHEURKANSEN VOOR VERHARDENDE BETONNEN ELEMENTEN BEREKENING SCHEURKANSEN VOOR VERHARDENDE BETONNEN ELEMENTEN MSc. H.W.M. van der Ham Dr. E.A.B. Koenders Prof. Dr. K. van Breugel DIANA Ontwikkelings Verening Technische lezingen 31 oktober 26 Presenting

Nadere informatie

New rules for swell load on foundations (floors and piles) in excavation (presentation of new SBRCURnet Recommendation C202)

New rules for swell load on foundations (floors and piles) in excavation (presentation of new SBRCURnet Recommendation C202) New rules for swell load on foundations (floors and piles) in excavation (presentation of new SBRCURnet Recommendation C202) Erik Kwast Kwast Consult Marco Peters Grontmij Nederland BV Content Approach

Nadere informatie

AE1103 Statics. 25 January h h. Answer sheets. Last name and initials:

AE1103 Statics. 25 January h h. Answer sheets. Last name and initials: Space above not to be filled in by the student AE1103 Statics 09.00h - 12.00h Answer sheets Last name and initials: Student no.: Only hand in the answer sheets! Other sheets will not be accepted Write

Nadere informatie

Onderzoek op HP palen bij aquaduct "de Gaag" CO juli 1995

Onderzoek op HP palen bij aquaduct de Gaag CO juli 1995 Onderzoek op HP palen bij aquaduct "de Gaag" CO-35 13 10162 juli 1995 Onderzoek op HP palen bij aquaduct "de Gaag" CO-351310/62 juli 1995 geer/351310.62 Opgesteld in opdracht van: Bouwdienst Rijkswaterstaat

Nadere informatie

Schroefpalen. Schroefpalen bestaan in diverse uitvoeringen: - schroefpaal, ofwel mortelschroefpaal; - buisschroefpaal; - verbuisde schroefpaal.

Schroefpalen. Schroefpalen bestaan in diverse uitvoeringen: - schroefpaal, ofwel mortelschroefpaal; - buisschroefpaal; - verbuisde schroefpaal. BAM Speciale Technieken Schroefpalen Verbuisde schroefpalen direct naast kunstwerk, A2 Den Bosch Schroefpalen zijn trillingsarme en geluidsarme, in de grond gevormde avegaarpalen. Ze zijn toepasbaar in

Nadere informatie

Informatiebundel. Proefbelasting op druk met trekpalen

Informatiebundel. Proefbelasting op druk met trekpalen Informatiebundel Proefbelasting op druk met trekpalen INHOUDSOPGAVE 1. INLEIDING 2. PRINCIPEWERKING VAN PROEFBELASTING MET TREKPALEN 3. OPSTELLING EN WERKWIJZE 4. MEETTOESTELLEN EN TOEBEHOREN 5. PAALKEUZE

Nadere informatie

Project : RIF 010. Rapport : 0433 RAP 001 WBR

Project : RIF 010. Rapport : 0433 RAP 001 WBR Project : RIF 010 Rapport : 0433 RAP 001 WBR Haalbaarheid studie bouwmethodiek RIF 010 MKR_17-11-2014.docx 0433 RAP 001 WBR rev 0_Toetsing Opdrachtgever : TBI Infra B.V. Projectnaam : RIF 010 Projectnummer

Nadere informatie

Bouwdienst Rijkswaterstaat. Doorkiesnummer Bijlage(n) Uw kenmerk

Bouwdienst Rijkswaterstaat. Doorkiesnummer Bijlage(n) Uw kenmerk Ministerie van Verkeer en Waterstaat Directoraat-Generaal Rijkswaterstaat Bouwdienst Rijkswaterstaat Aan HeB t.a.v. Dhr. P.P. Numan Postbus 605 3195 ZG Rotterdam Contactpersoon A.J.c. van Aart Datum 08-10-98

Nadere informatie

Draagkracht funderingspalen een up-date (2)

Draagkracht funderingspalen een up-date (2) Draagkracht funderingspalen een up-date (2) Frits van Tol Deltares, TU-Delft Met bijdragen van: CUR-commissie Inleiding Titels mijn Funderingsdag lezingen 2010. Draagvermogen geheide palen Internationale

Nadere informatie

Niet-lineaire mechanica INHOUD LES 2. Voorbeeld van de EEM bij onderzoek. Software voor constructieberekeningen

Niet-lineaire mechanica INHOUD LES 2. Voorbeeld van de EEM bij onderzoek. Software voor constructieberekeningen INHOUD LES 2 Voorbeeld van de EEM bij onderzoek Software voor constructieberekeningen Betrouwbaarheid van elementenberekeningen Gereduceerde stijfheid om imperfecties in rekening te brengen (Load-Dependent

Nadere informatie

Proefbouwkuip Oosterweelverbinding in Antwerpen ir. Jan Couck (Vlaamse overheid) ir. Kristof Van Royen (Denys NV)

Proefbouwkuip Oosterweelverbinding in Antwerpen ir. Jan Couck (Vlaamse overheid) ir. Kristof Van Royen (Denys NV) GEOTECHNIEKDAG 3 november 2015 Proefbouwkuip Oosterweelverbinding in Antwerpen ir. Jan Couck (Vlaamse overheid) ir. Kristof Van Royen (Denys NV) INHOUD PRESENTATIE PROEFBOUWKUIP 1. Betrokken partijen 2.

Nadere informatie

Flexvloer. Inhoud presentatie. Inleiding Doelstelling Dwarskrachtcapaciteit Stijfheid Conclusies Aanbevelingen

Flexvloer. Inhoud presentatie. Inleiding Doelstelling Dwarskrachtcapaciteit Stijfheid Conclusies Aanbevelingen Flexvloer Onderzoek naar de constructieve aspecten van een nieuw vloersysteem Henco Burggraaf Presentatie DOV 31 oktober 6 Inhoud presentatie capaciteit 2 1 Flexvloer Nieuw vloersysteem met netwerk van

Nadere informatie

rib OOH4a Invloed bouwputten op de omgeving HRO ribooh4a Bouwputten 1

rib OOH4a Invloed bouwputten op de omgeving HRO ribooh4a Bouwputten 1 rib OOH4a Invloed bouwputten op de omgeving HRO ribooh4a Bouwputten 1 Damwand in bebouwde omgeving HRO ribooh4a Bouwputten 2 HRO ribooh4a Bouwputten 3 Bouwputten: Invloed op omgeving Invloed grondwater

Nadere informatie

Op zoek naar de werkelijke of voldoende sterkte!?

Op zoek naar de werkelijke of voldoende sterkte!? TU-Delft - Betonconstructies Op zoek naar de werkelijke of voldoende sterkte!? Dick Hordijk 1 Onze bruggen komen op leeftijd en belasting is hoger dan bij het ontwerp Wat nu? 2 3 4 5 Wat te doen als de

Nadere informatie

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS

COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS COGNITIEVE DISSONANTIE EN ROKERS Gezondheidsgedrag als compensatie voor de schadelijke gevolgen van roken COGNITIVE DISSONANCE AND SMOKERS Health behaviour as compensation for the harmful effects of smoking

Nadere informatie

De uitvoering gebeurt in verschillende fasen : in een eerste fase worden de primaire panelen uitgevoerd op posities

De uitvoering gebeurt in verschillende fasen : in een eerste fase worden de primaire panelen uitgevoerd op posities Infofiche 56.6 Soil mix -wanden. Type 2 : wanden opgebouwd uit panelen Verschenen : juli 2012 De Infofiche over soil mix -wanden waarbij de wanden opgebouwd zijn uit panelen, is essentieel voor iedereen

Nadere informatie

De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie

De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en. Discrepantie De Relatie tussen Betrokkenheid bij Pesten en Welbevinden en de Invloed van Sociale Steun en Discrepantie The Relationship between Involvement in Bullying and Well-Being and the Influence of Social Support

Nadere informatie

Stap 2. Geometrisch niet-lineair model Het elastisch weerstandsmoment dat nodig is om dit moment op te nemen is

Stap 2. Geometrisch niet-lineair model Het elastisch weerstandsmoment dat nodig is om dit moment op te nemen is Uitwerking opgave Pierre Hoogenboom, 9 november 001 a = 15 m, b = 7 m en c = 4 m. Aangenomen: Vloeispanning 40 MPa Veiligheidsfactor vloeispanning 1, Van Amerikaanse Resistance Factors (Phi) wordt geen

Nadere informatie

Schuifspanningen loodrecht op een cilindrisch gat

Schuifspanningen loodrecht op een cilindrisch gat Schuifspanningen loodrecht op een cilindrisch gat Colin van Weelden CT3000 Bachelor Eindwerk Begeleiders: 1379550 TU Delft P.C.J. Hoogenboom Delft, Juni 2010 C.B.M. Blom Voorwoord Dit rapport is het eindresultaat

Nadere informatie

CT2121 EXPERIMENT 1 ONDERZOEK NAAR DE VALIDITEIT VAN DE BUIGINGSTHEORIE FORMULIER 1: AFTEKENFORMULIER

CT2121 EXPERIMENT 1 ONDERZOEK NAAR DE VALIDITEIT VAN DE BUIGINGSTHEORIE FORMULIER 1: AFTEKENFORMULIER CT2121 EXPERIMENT 1 ONDERZOEK NAAR DE VALIDITEIT VAN DE BUIGINGSTHEORIE FORMULIER 1: AFTEKENFORMULIER Naam Studienummer LET OP: NA HET JUIST INVULLEN VAN DE VERPLAATSINGEN BIJ ONDERDEEL 4 KRIJG JE EEN

Nadere informatie

SAMENVATTING. www.woerden.nl/onderwerpen/wonen-en-leefomgeving/grondwaterstand en funderingen

SAMENVATTING. www.woerden.nl/onderwerpen/wonen-en-leefomgeving/grondwaterstand en funderingen SAMENVATTING Aanleiding In het westelijke deel van het Schilderskwartier zijn de woningen gefundeerd op houten palen met betonopzetters. Uit onderzoeken in de jaren 90 is gebleken dat de grondwaterstand

Nadere informatie

Bijlage 2 Resultaat ontwerp wacht- en opstelplaatsen

Bijlage 2 Resultaat ontwerp wacht- en opstelplaatsen Bijlage 2 Resultaat ontwerp wacht- en opstelplaatsen Rapport Vlaams Nederlandse Scheldecommissie Pagina 83 van 88 MEMO Project : [Nieuwe Zeelsluis Terneuzen] Onderwerp : [Damwand wachtplaats westelijke

Nadere informatie

Grondwater- en contaminantenstroming

Grondwater- en contaminantenstroming Grondwater- en contaminantenstroming Prof. Dr. Ir. H. Peiffer Oefening 7 : Doorstroming door dijklichaam met damwand Academiejaar 2006-2007 Bart Hoet Christophe Landuyt Jan Goethals Inhoudopgave Inleiding...

Nadere informatie

EEM rekentechnieken. Ontwikkeling eenvoudig ongedraineerd schuifsterkte model op basis van de SHANSEP benadering

EEM rekentechnieken. Ontwikkeling eenvoudig ongedraineerd schuifsterkte model op basis van de SHANSEP benadering EEM rekentechnieken Ontwikkeling eenvoudig ongedraineerd schuifsterkte model op basis van de SHANSEP benadering POV ST ABILITEIT Auteur: Ronald Brinkgreve : 14 december 2015 Versie: 1.0 Inleiding Volgens

Nadere informatie

Hei/trilproef Aquaduct N57

Hei/trilproef Aquaduct N57 Hei/trilproef Aquaduct N57 Abjan Jacobse GEO2 Engineering 20 april 2011 Inhoud presentatie 1.Project N57 2.Aanleiding proef 3.Doelstellingen proef 4.Uitvoering 5.Bespreking resultaten 6.Conclusies + discussie

Nadere informatie

Kan de CUR226-ontwerprichtlijn paalmatrassen beter? Suzanne van Eekelen Deltares, Delft University of Technology, NGO-I&K

Kan de CUR226-ontwerprichtlijn paalmatrassen beter? Suzanne van Eekelen Deltares, Delft University of Technology, NGO-I&K Kan de CUR226-ontwerprichtlijn paalmatrassen beter? Suzanne van Eekelen Deltares, Delft University of Technology, NGO-I&K Wat is een paalmatras? GR = geosynthetic reinforcement GR Ontwerprichtlijnen 1.

Nadere informatie

Polderconstructies cement-bentonietwanden / folieschermen - Aquaduct RW31. Polderconstructies cementbentonietwanden

Polderconstructies cement-bentonietwanden / folieschermen - Aquaduct RW31. Polderconstructies cementbentonietwanden Polderconstructies cementbentonietwanden / folieschermen - Aquaduct RW31 Ing. Onno Dijkstra, Fugro GeoServices BV Ir. Klaas Siderius, Fugro GeoServices BV Roel Atema, Boskalis BV/ MNO Vervat BV 10 oktober

Nadere informatie

Rapport grondmechanisch onderzoek. Wegen- en rioleringswerken, Molenstraat - De Haan 15/376

Rapport grondmechanisch onderzoek. Wegen- en rioleringswerken, Molenstraat - De Haan 15/376 Geosonda Keizer Karellaan 292b 1083 Brussel Tel +32 (0)2 479 32 41 Fax +32 (0)2 478 29 67 Rapport grondmechanisch onderzoek Wegen- en rioleringswerken, Molenstraat - De Haan 15/376 Opdrachtgever: Werf:

Nadere informatie

gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang? gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang?

gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang? gedrag? Wat is de invloed van gender op deze samenhang? Is er een samenhang tussen seksuele attituden en gedragsintenties voor veilig seksueel Is there a correlation between sexual attitudes and the intention to engage in sexually safe behaviour? Does gender

Nadere informatie

Lto. 0fis.vi. sj^u*. -l(a I r> au (,

Lto. 0fis.vi. sj^u*. -l(a I r> au (, Lto 0fis.vi sj^u*. -l(a I r> au (, STICHTING BOOGBRUG VIANEN Walkade 15 3401 DR IJsselstein tel/fax 030 687 29 34 Berekening sterkte boogbrug Vianen Vergelijking sterkte hoofddraagconstructie van de boogbrug

Nadere informatie

: Vermeld op alle bladen van uw werk uw naam. : Het tentamen bestaat uit 4 bladzijden inclusief dit voorblad.

: Vermeld op alle bladen van uw werk uw naam. : Het tentamen bestaat uit 4 bladzijden inclusief dit voorblad. POST HBO-OPLEIDINGEN Betonconstructeur BV Staalconstructeur BmS Master of structural engineering Toegepaste mechanica Materiaalmodellen en niet-lineaire mechanica docent : dr.ir. P.C.J. Hoogenboom TENTAMEN

Nadere informatie

WAARSCHUWING : Vermeld op alle bladen van uw werk uw naam!

WAARSCHUWING : Vermeld op alle bladen van uw werk uw naam! POST HBO-OPLEIDINGEN Betonconstructeur BV Staalconstructeur BmS Professional master of structural engineering Toegepaste mechanica Materiaalmodellen en niet-lineaire mechanica docent : dr ir P.C.J. Hoogenboom

Nadere informatie

RAPPORT GRONDMECHANISCH ONDERZOEK

RAPPORT GRONDMECHANISCH ONDERZOEK RAPPORT GRONDMECHANISCH ONDERZOEK 10869 Nieuwbouwproject WVI, Moorslede Geosonda bvba Keizer Karellaan 292b 1083 Brussel BTW: BE 0452 403 644 www.geosonda.be info@geosonda.be +32 (0)2 479 32 41 1. Administratieve

Nadere informatie

Eindige elementenberekeningen

Eindige elementenberekeningen Paalmatrasproeven II Eindige elementenberekeningen Ir. Theresa den Boogert TU Delft (nu Mobilis) Ing. Piet van Duijnen Movares (nu Mobilis) Ir. Marco Peters Grontmij Ir. Suzanne van Eekelen Deltares/TU-Delft

Nadere informatie

TNO-rapport WATERSTOFDIFFUSIE IN EEN CONSTRUCTIEDETAIL VAN STAAL VOORZIEN VAN EEN ZINKLAAG

TNO-rapport WATERSTOFDIFFUSIE IN EEN CONSTRUCTIEDETAIL VAN STAAL VOORZIEN VAN EEN ZINKLAAG IT 00 * * FI _ NO 4 5 ilzm 1 W. - j r* * * * * * Ri.:istaaI Pctu' 20.)(iO 3'2 LA U'çhi TNO-rapport 99M1-00809ISCAJVIS WATERSTOFDIFFUSIE IN EEN CONSTRUCTIEDETAIL VAN STAAL VOORZIEN VAN EEN ZINKLAAG TNO

Nadere informatie

P. Vermeulen Heiwerken B.V.

P. Vermeulen Heiwerken B.V. BEM1304156 gemeente Steenbergen Funderingsrapport t.b.v. antennemast KPN site aan de Heenweg te De Heen Behoort bij beschikking d.d. nr.(s) 31-10-2013 ZK13000761 Omgevingsmanager Datum : 6-9-2013 Project

Nadere informatie

Door palen naast elkaar uit te voeren, is het mogelijk om een wand te vormen die dienstdoet als beschoeiing (zie afbeelding 1).

Door palen naast elkaar uit te voeren, is het mogelijk om een wand te vormen die dienstdoet als beschoeiing (zie afbeelding 1). Infofiche 56.4 Palenwanden. Type 2 : Naast elkaar geplaatste palen die elkaar raken (tangenspalenwanden) Verschenen : juli 2012 Deze Infofiche over palenwanden van het type 2 waarbij de palen naast elkaar

Nadere informatie

P. Vermeulen Heiwerken B.V.

P. Vermeulen Heiwerken B.V. Funderingsrapport t.b.v. T-Mobile antennemast site 131092 aan de Maaslaan te Zwolle Datum : 25-11-2015 Project no. : 10.484 Constructeur : P. Vermeulen Heiwerken Opdrachtgever: Turris B.V. De Bonkelaar

Nadere informatie

Rapport voor D-Sheet Piling 9.2. Ontwerp van Damwanden Ontwikkeld door Deltares

Rapport voor D-Sheet Piling 9.2. Ontwerp van Damwanden Ontwikkeld door Deltares BEM1502769 gemeente Steenbergen Rapport voor D-Sheet Piling 9.2 Ontwerp van Damwanden Ontwikkeld door Deltares Bedrijfsnaam: Ingenieursbureau Walhout Civil Datum van rapport: 4/23/2015 Tijd van rapport:

Nadere informatie

Teeuw Grondmechanica v.o.f. Lekdijk 134, 2865 LG Ammerstol tel:

Teeuw Grondmechanica v.o.f. Lekdijk 134, 2865 LG Ammerstol tel: Geotechnisch advies voor: Grondonderzoek Koningskerk aan de Dr. J. de Koninglaan 2 te Schipluiden Opdrachtnummer 16-5150 Opdrachtgever : Specht Bouw b.v. Industrielaan 24 2671 CT Naaldwijk Auteur : ir.

Nadere informatie

URGENTIE : NORMAAL Fax bericht nr. : 2 : SPOED Datum : 19 augustus 2011 Aantal pagina's : 10

URGENTIE : NORMAAL Fax bericht nr. : 2 : SPOED Datum : 19 augustus 2011 Aantal pagina's : 10 URGENTIE : NORMAAL Fax bericht : 2 : SPOED Datum : 19 augustus 2011 Aantal pagina's : 10 Aan : Pieters Bouwtechniek Delft B.V. Telefax : Per e-mail T.a.v. : Dhr. R. Doomen C.C. Aan : Pieters Bouwtechniek

Nadere informatie

Afb. 1. Wand met soil mix -kolommen : klassieke uitvoering (links) en gestaffelde uitvoering (rechts).

Afb. 1. Wand met soil mix -kolommen : klassieke uitvoering (links) en gestaffelde uitvoering (rechts). Infofiche 56.5 Soil mix -wanden. Type 1 : wanden opgebouwd uit kolommen Verschenen : juli 2012 De Infofiche over soil mix -wanden waarbij de wanden opgebouwd zijn uit kolommen, is essentieel voor iedereen

Nadere informatie

Basismechanica. Blok 2. Spanningen en vervormingen

Basismechanica. Blok 2. Spanningen en vervormingen Blok 2 2.01 Een doorsnede waarin de neutrale lijn (n.l.) zich op een afstand a onder de bovenrand bevindt. a = aa (mm) De coordinaat ez van het krachtpunt (in mm). 2 2.02 Uit twee aan elkaar gelaste U-profielen

Nadere informatie

: Vermeld op alle bladen van uw werk uw naam. : Het tentamen bestaat uit 4 bladzijden inclusief dit voorblad.

: Vermeld op alle bladen van uw werk uw naam. : Het tentamen bestaat uit 4 bladzijden inclusief dit voorblad. POST HBO-OPLEIDINGEN Betonconstructeur BV Staalconstructeur BmS Master of structural engineering Toegepaste mechanica Materiaalmodellen en niet-lineaire mechanica docent : dr. ir. P.C.J. Hoogenboom TENTAMEN

Nadere informatie

Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive

Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive Gender, Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive 1 Het Effect van Gender op de Relatie tussen Persoonlijkheidskenmerken en Seksdrive Gender Effect on the Relationship between Personality Traits and Sex Drive

Nadere informatie

Module 8 Uitwerkingen van de opdrachten

Module 8 Uitwerkingen van de opdrachten Module 8 Uitwerkingen van de opdrachten Opdracht 1 Analyse De constructie bestaat uit een drie keer geknikte staaf die bij A is ingeklemd en bij B in verticale richting is gesteund. De staafdelen waarvan

Nadere informatie

Teeuw Grondmechanica v.o.f. Lekdijk 134, 2865 LG Ammerstol tel:

Teeuw Grondmechanica v.o.f. Lekdijk 134, 2865 LG Ammerstol tel: Geotechnisch advies voor: Nieuwbouw kantoorpand aan de Hollandse kade 23 Woerdense Verlaat Opdrachtnummer 15-5164 Opdrachtgever: Vereniging Natuurmonumenten Postbus 9955 1243 ZS 's-graveland Auteur: ir.

Nadere informatie

Nieuwbouw woning aan de Kooiwalweg te Barendrecht. Bouwbedrijf De Vries en Verburg BV Postbus AB Stolwijk WN april 2014.

Nieuwbouw woning aan de Kooiwalweg te Barendrecht. Bouwbedrijf De Vries en Verburg BV Postbus AB Stolwijk WN april 2014. Rapport betreffende RESULTAAT GRONDONDERZOEK Nieuwbouw woning aan de Kooiwalweg te Opdrachtgever: Bouwbedrijf De Vries en Verburg BV Postbus 59 2820 AB Stolwijk Rapportnummer: Datum rapport: Revisie rapport:

Nadere informatie

Funderingsadvies Kaasmaakschuur Avonturenboerderij Molenwaard te Groot-Ammers

Funderingsadvies Kaasmaakschuur Avonturenboerderij Molenwaard te Groot-Ammers Funderingsadvies Kaasmaakschuur Avonturenboerderij Molenwaard te Groot-Ammers Funderingsadvies Kaasmaakschuur Avonturenboerderij Molenwaard te Groot-Ammers ADCIM Geotechniek b.v. Rembrandtlaan 650 3362

Nadere informatie

Rapport grondmechanisch onderzoek. Kleuterweg Heusden-Zolder

Rapport grondmechanisch onderzoek. Kleuterweg Heusden-Zolder Geosonda Keizer Karellaan 292b 1083 Brussel Tel +32 (0)2 479 32 41 Fax +32 (0)2 478 29 67 Rapport grondmechanisch onderzoek Kleuterweg Heusden-Zolder 14-217.1 Opdrachtgever: Werf: Geotechnisch adviseur:

Nadere informatie

Directoraat -Generaal Rijkswaterstaat

Directoraat -Generaal Rijkswaterstaat Ministene van Verkeer en Waterstaat Directoraat -Generaal Rijkswaterstaat Bouwdienst Rijkswaterstaat Berekeningsmethoden Boorfrontstabiliteit Overzicht Berekeningsmethoden Boorfrontstabiliteit Vloeistofschild

Nadere informatie

Versterken van rijwoningen. Ir. Mark Spanenburg RC

Versterken van rijwoningen. Ir. Mark Spanenburg RC Versterken van rijwoningen Ir. Mark Spanenburg RC Even kennismaken Ir. M.M.J. Spanenburg, seismisch adviseur BAM A&E Binnen BAM A&E kenniscentrum aardbevingen: - BAM Advies & Engineering - BAM Infraconsult

Nadere informatie

Onderzoeken of het veilig en haalbaar is om radioactief afval te bergen

Onderzoeken of het veilig en haalbaar is om radioactief afval te bergen Onderzoeken of het veilig en haalbaar is om radioactief afval te bergen Radioactief afval is gevaarlijk. Het zendt stralen uit die we niet kunnen zien, voelen, ruiken of horen. Maar die stralen kunnen

Nadere informatie

PROJECT 1: Kinematics of a four-bar mechanism

PROJECT 1: Kinematics of a four-bar mechanism KINEMATICA EN DYNAMICA VAN MECHANISMEN PROJECT 1: Kinematics of a four-bar mechanism Lien De Dijn en Celine Carbonez 3 e bachelor in de Ingenieurswetenschappen: Werktuigkunde-Elektrotechniek Prof. Dr.

Nadere informatie

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim

De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim De Relatie tussen Werkdruk, Pesten op het Werk, Gezondheidsklachten en Verzuim The Relationship between Work Pressure, Mobbing at Work, Health Complaints and Absenteeism Agnes van der Schuur Eerste begeleider:

Nadere informatie

Datum : 6 oktober Project : restautatie(in- en extern) monumentale boerderij Dorpstraat 13 Plaats : JISP

Datum : 6 oktober Project : restautatie(in- en extern) monumentale boerderij Dorpstraat 13 Plaats : JISP Datum : 6 oktober 2016 Opdrachtnummer : 710253 Project : restautatie(in- en extern) monumentale boerderij Dorpstraat 13 Plaats : JISP Opdrachtgever : Fam. Alofs Dorpstraat 13 1546 LD Jisp Constructeur

Nadere informatie

Infofiche 56.3 Palenwanden. Type 1 : in elkaar geplaatste palen (secanspalenwand)

Infofiche 56.3 Palenwanden. Type 1 : in elkaar geplaatste palen (secanspalenwand) Infofiche 56.3 Palenwanden. Type 1 : in elkaar geplaatste palen (secanspalenwand) Verschenen : juli 2012 Deze Infofiche over palenwanden van het type 1 waarbij de palen in elkaar geplaatst worden, is essentieel

Nadere informatie

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en

Effecten van een op MBSR gebaseerde training van. hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en Effecten van een op MBSR gebaseerde training van hospicemedewerkers op burnout, compassionele vermoeidheid en compassionele tevredenheid. Een pilot Effects of a MBSR based training program of hospice caregivers

Nadere informatie

Grondwatereffectberekening Paleis het Loo. 1. Inleiding. 2. Vraag. Datum: 16 september 2016 Goswin van Staveren

Grondwatereffectberekening Paleis het Loo. 1. Inleiding. 2. Vraag. Datum: 16 september 2016 Goswin van Staveren Grondwatereffectberekening Paleis het Loo Project: Grondwatereffectberekening Paleis het Loo Datum: 16 september 2016 Auteur: Goswin van Staveren 1. Inleiding Voor de ondergrondse uitbreiding van het museum

Nadere informatie

Geotechniek en Eurocode 7

Geotechniek en Eurocode 7 Ir. G. Hannink, voorzitter NENcommissie Geotechniek Geotechniek en Eurocode 7 Inhoud van de presentatie Geotechniek Eurocode 7 Paalfactoren Kennisoverdracht Toekomstperspectief Het nieuwe Bouwbesluit is

Nadere informatie

Herbouw loods Berekening nieuwe fundering

Herbouw loods Berekening nieuwe fundering Opdrachtgever: Arnold de Visser Herbouw loods Berekening nieuwe fundering d.d. 24 november 2014 Inhoudsopgave Inhoudsopgave 1 Inleiding en uitgangspunten 2 Berekening fundering 3 Bijlage I - Schets fundering

Nadere informatie

Rapport grondmechanisch onderzoek. Provinciaal domein Puyenbroeck. Wachtebeke Locatie 4 - loods logistiek 15/165.4

Rapport grondmechanisch onderzoek. Provinciaal domein Puyenbroeck. Wachtebeke Locatie 4 - loods logistiek 15/165.4 Geosonda Keizer Karellaan 292b 1083 Brussel Tel +32 (0)2 479 32 41 Fax +32 (0)2 478 29 67 Rapport grondmechanisch onderzoek Provinciaal domein Puyenbroeck, Wachtebeke Locatie 4 - loods logistiek 15/165.4

Nadere informatie

THEMA IS BEZWIJKEN HET BEREIKEN VAN DE VLOEIGRENS?

THEMA IS BEZWIJKEN HET BEREIKEN VAN DE VLOEIGRENS? CTB3330 : PLASTICITEITSLEER THEMA IS BEZWIJKEN HET BEREIKEN VAN DE VLOEIGRENS? M M - N N + + σ = σ = + f f BUIGING EXTENSIE Ir J.W. Welleman bladnr 0 kn Gebruiksfase met relatief geringe belasting WAT

Nadere informatie

Ongedraineerd rekenen met de EEM

Ongedraineerd rekenen met de EEM Ongedraineerd rekenen met de EEM Ontwikkeling van een geavanceerd SHANSEP model op basis van NGI-ADP POV ST ABILITEIT Auteur: Dr.ir. R.B.J. Brinkgreve : 17 augustus 2016 Versie: 1.1 Inleiding Vanuit de

Nadere informatie

Module 5 Uitwerkingen van de opdrachten

Module 5 Uitwerkingen van de opdrachten Module 5 Uitwerkingen van de opdrachten Opdracht 1 Deze oefening heeft als doel vertrouwd te raken met het integreren van de diverse betrekkingen die er bestaan tussen de belasting en uiteindelijk de verplaatsing:

Nadere informatie

Uitvoeringsfiche Berlijnse wanden Type 1: beschotting aangebracht tijdens de uitgraving

Uitvoeringsfiche Berlijnse wanden Type 1: beschotting aangebracht tijdens de uitgraving Uitvoeringsfiche Berlijnse wanden Type 1: beschotting aangebracht tijdens de uitgraving a. Typering van het systeem Beschoeiing, bestaande uit verticale profielen (figuur 1), die geplaatst worden voor

Nadere informatie

Vergelijking Q-last en puntlasten op magazijnvloeren. Puntlasten op vloeren vaak onderschat. Puntlasten op vloer vaak onderschat

Vergelijking Q-last en puntlasten op magazijnvloeren. Puntlasten op vloeren vaak onderschat. Puntlasten op vloer vaak onderschat Vergelijking Q-last en puntlasten op magazijnvloeren Puntlasten op vloeren vaak onderschat 48 8 17 1 Niels Punt, Lex van der Meer ABT bv Nieuwe kleding, nieuwe laptop, nieuwe fiets? Het wordt steeds gewoner

Nadere informatie

Van Rossum Raadgevend Ingenieurs BV Postbus AG Amsterdam Dhr. D.J. Kluft

Van Rossum Raadgevend Ingenieurs BV Postbus AG Amsterdam Dhr. D.J. Kluft NOTITIE AAN CONTACTPERSOON Van Rossum Raadgevend Ingenieurs BV Postbus 31290 1030AG Amsterdam Dhr. D.J. Kluft DATUM PROJECTNUMMER DOCUMENTNUMMER VERSIE PAGINA S 19 februari 2016 16173 NT16173a1 1 5 CRUX

Nadere informatie

Memo Ref: NC / M13.032C Datum: 16 september 2013 Pagina: 1 van 5

Memo Ref: NC / M13.032C Datum: 16 september 2013 Pagina: 1 van 5 Pagina: 1 van 5 Aan Hoogheemraadschap van Delfland, t.a.v. dhr. P.Jol Van RPS advies- en ingenieursbureau bv Datum 16 september 2013 Projectref. NC13040319 Kenmerk M13.032C Onderwerp Foppenpolder, fundering-

Nadere informatie

Mechanica van Materialen: Voorbeeldoefeningen uit de cursus

Mechanica van Materialen: Voorbeeldoefeningen uit de cursus Mechanica van Materialen: Voorbeeldoefeningen uit de cursus Hoofdstuk 1 : Krachten, spanningen en rekken Voorbeeld 1.1 (p. 11) Gegeven is een vakwerk met twee steunpunten A en B. Bereken de reactiekrachten/momenten

Nadere informatie