MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE"

Transcriptie

1 MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST nr. MHHC/M/1516/0157 van 23 augustus 2016 in de zaak MHHC/1415/0086/M/0076 In zake: de heer Paul WEEMAES, wonende te 9130 Kieldrecht, Kreek 88 verzoekende partij tegen: het VLAAMSE GEWEST vertegenwoordigd door de Vlaamse regering, ten verzoeke van de Vlaamse minister van Omgeving, Natuur en Landbouw bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaten Willem SLOSSE en Stijn BRUSSELMANS kantoor houdende te 2018 Antwerpen, Mechelsesteenweg 64, bus 201 waar woonplaats wordt gekozen verwerende partij I. VOORWERP VAN DE VORDERING Het beroep, ingesteld met een aangetekende brief van 10 augustus 2015 en geregulariseerd met een aangetekende brief van 28 augustus 2015, strekt tot de vernietiging van de beslissing van de gewestelijke entiteit van 18 juni 2015, gekend onder nummer 12/AMMC/910-M/SM. De bestreden beslissing legt aan de verzoekende partij een alternatieve geldboete op van 870 euro (145 euro verhoogd met de opdeciemen) wegens de schending van artikel 13, 4 van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu (hierna het Natuurdecreet) en artikel 8, 2.1 van het besluit van de Vlaamse regering van 23 juli 1998 tot vaststelling van nadere regels ter uitvoering van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu (hierna Natuurbesluit). II. VERLOOP VAN DE RECHTSPLEGING De verwerende partij heeft een antwoordnota ingediend en heeft het administratief dossier neergelegd. De verzoekende partij heeft geen wederantwoordnota ingediend. De partijen zijn opgeroepen voor de zitting van 30 juni 2016, waar de vordering tot vernietiging werd behandeld. Kamervoorzitter Marc VAN ASCH heeft verslag uitgebracht. De verzoekende partij en advocaat Stijn BRUSSELMANS, die verschijnt voor de verwerende partij, zijn gehoord. MHHC - 1

2 Het decreet van 4 april 2014 betreffende de organisatie en de rechtspleging van sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges (DBRC-decreet) en het besluit van de Vlaamse regering van 16 mei 2014 houdende de rechtspleging voor sommige Vlaamse bestuursrechtscolleges (Procedurebesluit) zijn toegepast. De debatten worden gesloten. III. FEITEN Op donderdag 5 april 2012 wordt het Agentschap voor Natuur en Bos ingelicht door een ambtenaar van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, afdeling Maritieme Toegang dat de verzoekende partij samen met een andere man diverse meidoornstruiken aan het afzagen is op een perceel dat in technisch beheer is van het Agentschap voor Natuur en Bos. De verzoekende partij wordt gevraagd de werkzaamheden te staken. Op vrijdag 6 april 2012 gaat de verbalisant samen met de betrokken ambtenaar ter plaatse en stelt vast dat verschillende struiken zijn afgezaagd/afgeknipt. De restanten liggen nog ter plaatse. Specifiek doet de verbalisant de volgende vaststellingen: Struik 1: 11 takken afgezaagd/afgeknipt met een diameter tussen 05 cm - 13 cm Struik 2: 7 takken afgezaagd/afgeknipt met een diameter tussen 03 cm - 12 cm Struik 3:10 takken afgezaagd/afgeknipt met een diameter tussen 1,5 cm - 04 cm Struik 4: 27 takken afgezaagd/afgeknipt met een diameter tussen 1 cm - 04 cm Struik 5: 28 takken afgezaagd/afgeknipt met een diameter tussen 1 cm - 09 cm Struik 6: 22 takken afgezaagd/afgeknipt met een diameter tussen 1 cm - 08 cm Deze vaststellingen worden opgenomen in het proces-verbaal nr. DE.64J.H /12, afgesloten op 18 april 2012 en verzonden op 27 april De verzoekende partij schrijft op 15 mei 2012 het Agentschap voor Natuur en Bos en de afdeling Maritieme Toegang aan. In haar brief zet de verzoekende partij uiteen dat haar boomgaard in het verleden reeds werd getroffen door een zware bacterievuurbesmetting, met een aanzienlijke inkomstenderving tot gevolg. Ze wijst er op dat zij reeds meerdere malen het Agentschap voor Natuur en Bos verzocht heeft om de meidoornstruiken te snoeien binnen de wettelijke termijnen die voorzien zijn in artikel 4 van het Koninklijk besluit van 23 juni 2008 en verzoekt met aandrang om jaarlijks de meidoornstruiken in het beheer van het Agentschap voor Natuur en Bos die binnen een straal van 1 km van haar boomgaard gelegen zijn, te snoeien binnen de voorziene wettelijke termijnen. In haar verhoor van 16 juni 2012 stelt de verzoekende partij: Ik heb inderdaad verschillende takken afgezaagd/afgeknipt in het natuurgebied putten Weiden gelegen aan de openbare weg Hogendijk te 9130 Beveren (Kieldrecht). Dit betroffen takken van meidoornstruiken (Crataegusstruiken). Het is bij wet verplicht (Belgisch staatsblad van 11/07/08 artikel 4) van deze takken tussen 01 november en 01 maart te snoeien. Ik heb dit vorig jaar eveneens gedaan. De reden hiervoor is dat ik juist langs de andere kant van de weg een perenboomgaard heb liggen. Als ik deze takken niet afknip bestaat de kans dat mijn ganse boomgaard besmet geraakt met perevuur of bacterievuur. Hierdoor sterft de volledige perenboom af. Bovendien is dit enorm besmettelijk. Ik heb reeds contact opgenomen met de eigenaar (Maritieme Toegang) en MHHC - 2

3 met het Agentschap voor Natuur en Bos. Ik heb dan een brief ontvangen van de eigenaar die de zaak ging aankaarten bij ANB. Hopelijk kan uw Ambt de verantwoordelijken van ANB duidelijk maken dat zij de eerste partij zijn, die in gebreke zijn gebleven en dat zij bij wet verplicht zijn, van zelf de meidoornstruiken te snoeien. Indien uw Ambt zo vriendelijk zou zijn van hen in kennis te stellen van de wettelijke bepalingen, zullen zij zich volgend jaar hopelijk houden aan deze wettelijke verplichtingen, waardoor wij niet verplicht zullen worden van zelf gedurende een halve dag de takken te snoeien. Het Agentschap voor Natuur en Bos antwoordt op 4 juli 2012 dat artikel 4 van het koninklijk besluit van 23 juni 2008 betrekking heeft op de verplichte jaarlijkse snoeibeurt van hagen die (geheel of gedeeltelijk) bestaan uit meidoorns. Deze snoeibeurt dient uitgevoerd te worden tussen 1 november en 1 maart omdat de verspreidingskans in geval van een bacterievuurbesmetting dan het kleinst is. 'Snoeien' heeft volgens het Agentschap betrekking op het regelmatig terugzetten van de jaarlijkse aangroei. 'Hagen' zijn lineair aangeplante houtachtige gewassen die aangeplant werden door mensen. De houtkant in kwestie is echter geen haag gezien deze zich daar spontaan gevestigd heeft. Artikel 4 van voormeld koninklijk besluit is volgens het antwoord van het Agentschap dus niet van toepassing. Op 12 juli 2012 wordt een navolgend proces-verbaal opgesteld met nummer DE.64J.H /12-01 waarin wordt vastgesteld dat de verbalisant nabij het natuurgebied Putten west wordt aangesproken door de zoon van de verzoekende partij die meedeelt dat hij de tweede verdachte was. Op 26 juli 2012 meldt de procureur des Konings dat hij niet zal overgaan tot strafrechtelijke vervolging. Met een brief van 30 oktober 2012 brengt de gewestelijke entiteit de verzoekende partij op de hoogte van haar voornemen om een alternatieve bestuurlijke geldboete op te leggen en nodigt zij de verzoekende partij uit om schriftelijk haar verweer mee te delen. De verzoekende partij bezorgt haar schriftelijk verweer aan de gewestelijke entiteit met een aangetekende brief van 11 december In haar schriftelijk verweer wijst de verzoekende partij er op dat zij nooit in kennis is gesteld van de beslissing van de procureur des Konings om het dossier niet te behandelen maar door te sturen naar de gewestelijke entiteit. De verzoekende partij wijst er verder nog op dat de periode tussen de dag dat de procureur des Konings beslist heeft niet te vervolgen en de kennisgeving door de gewestelijke entiteit van het voornemen om een bestuurlijke geldboete op te leggen, langer is dan de decretaal voorziene termijn van 30 dagen. De gewestelijke entiteit legt op 18 juni 2015 de vermelde bestuurlijke geldboete op. Deze beslissing wordt aan de verzoekende partij betekend met een aangetekende brief van 10 juli De verwerende partij motiveert haar beslissing als volgt: 3.1 Het milieumisdrijf en de toerekenbaarheid aan de overtreder Overwegende dat artikel 2.6 van het Natuurdecreet bepaalt dat kleine landschapselementen lijn-of puntvormige elementen zijn, met inbegrip van de bijhorende vegetaties waarvan het uitzicht, de structuur of de aard al dan niet resultaat zijn van menselijk handelen, en die deel uitmaken van de natuur; dat in casu de houtkant van meidoornstruiken beschouwd wordt als een klein landschapselement. MHHC - 3

4 Overwegende dat artikel 13 4 van het Natuurdecreet bepaalt dat het geheel of gedeeltelijk wijzigen van kleine landschapselementen, i.c. een houtkant, gelegen in natuurgebied, afhankelijk wordt gemaakt van het verkrijgen van een vergunning; dat artikel van het Natuurbesluit bepaalt dat het rooien of anderszins verwijderen en het beschadigen van houtkanten beschouwd wordt als een vergunningsplichtige wijziging van een klein landschapselement indien dit plaatsvindt in natuurgebied. Overwegende dat door vermoedelijke overtreder een houtkant afgezaagd werd zonder te beschikken over een vergunning. Overwegende dat bovenvermelde feiten een schending uitmaken van artikel 13 4 van het Natuurdecreet en artikel van het Natuurbesluit. Overwegende dat vermoedelijke overtreder opwerpt dat hij nooit door de Procureur in kennis werd gesteld van zijn beslissing om het dossier niet strafrechtelijk te behandelen. Overwegende dat het DABM geen verplichting oplegt aan de Procureur om de vermoedelijke overtreder in kennis te stellen van zijn beslissing; dat artikel DABM erin voorziet dat de vermoedelijke overtreder op de hoogte wordt gebracht door AMMC van de beslissing om het dossier niet strafrechtelijk te behandelen, hetgeen in casu is gebeurd. Overwegende dat vermoedelijke overtreder opwerpt dat AMMC de 30-dagen termijn om kennis te geven van de opstart van de boeteprocedure niet heeft gerespecteerd; dat deze termijn, zoals voorzien in artikel DABM, niet uitdrukkelijk op straffe van verval is voorgeschreven en aldus een termijn van orde betreft; dat de overschrijding van betreffende termijn niet tot nietigheid van onderhavige beslissing kan leiden. Overwegende dat bovenvermelde feiten vallen onder de definitie van milieumisdrijf conform artikel DABM waarvoor een alternatieve bestuurlijke geldboete kan worden opgelegd. Overwegende dat het milieumisdrijf niet wordt betwist en vaststaat in hoofde van de overtreder. 3.2 De hoogte van de geldboete Overwegende dat bij de bepaling van de hoogte van de geldboete rekening wordt gehouden met de ernst van het milieumisdrijf, de frequentie en de omstandigheden waarin het milieumisdrijf is gepleegd of beëindigd De ernst van de feiten Overwegende dat de regelgeving inzake natuurbehoud en de vrijwaring van het natuurlijk milieu gericht is op de bescherming, de ontwikkeling, het beheer en het herstel van de natuur en het natuurlijk milieu en op de handhaving of het herstel van de daartoe vereiste milieukwaliteit. Overwegende dat het beleid gericht is op het nemen van alle maatregelen die nodig zijn voor de uitvoering van internationale overeenkomsten of verdragen betreffende het natuurbehoud of van akten betreffende het natuurbehoud, met inbegrip van Europese richtlijnen, vastgesteld op grond van internationale verdragen. Overwegende dat de Vlaamse regering alle nodige maatregelen neemt ter aanvulling van de bestaande regelgeving om over het gehele grondgebied van het Vlaamse Gewest de MHHC - 4

5 milieukwaliteit te vrijwaren die vereist is voor het behoud van de natuur en om het standstill-beginsel toe te passen zowel wat betreft de kwaliteit als de kwantiteit van de natuur. Overwegende dat de houtkant in kwestie, gelet op de definitie bepaald in artikel 2.6 van het Natuurdecreet, een klein landschapselement is. Overwegende dat kleine landschapselementen erg belangrijk zijn voor de migratie van dieren en planten; dat kleine landschapselementen, zoals houtkanten, belangrijk zijn voor fauna als broedplaats, dekking en foerageerplaats; dat er een beleid gevoerd wordt gericht op het bewaren en verbeteren van deze verbindingsfunctie; dat dit de biodiversiteit bevordert. Overwegende dat de houtkant in kwestie gelegen is in natuurgebied; dat deze houtkant een lengte van ca. 30 m had; dat deze houtkant afgezaagd werd zonder dat hiervoor een vergunning afgeleverd werd; dat deze houtkant bovendien op eigendom van het Vlaams gewest gelegen is. Overwegende dat, wat de ernst van dit milieumisdrijf betreft, er in het gehele dossier (voor het overige) geen bijzondere elementen zijn die meegenomen worden bij het bepalen van de hoogte van de boete. Overwegende dat de feiten derhalve voldoende ernstig zijn om te worden gesanctioneerd met een alternatieve bestuurlijke geldboete De frequentie Overwegende dat overtreder in zijn verhoor aangeeft dat hij vorig jaar ook de houtkant afgezaagd heeft; dat derhalve rekening wordt gehouden met de factor frequentie bij het bepalen van de hoogte van de boete De omstandigheden Overwegende dat de overtreder per schrijven van 30 oktober 2012 op de hoogte werd gebracht van het voornemen om een alternatieve bestuurlijke geldboete, al dan niet vergezeld van een voordeelontneming, op te leggen; dat overeenkomstig artikel DABM AMMC een boetebeslissing neemt binnen een termijn van honderdtachtig dagen na deze kennisgeving; dat deze honderdtachtigdagentermijn een termijn van orde is, waarvan de overschrijding niet gesanctioneerd wordt. Overwegende dat deze beslissingstermijn inmiddels verstreken is; dat AMMC in casu van oordeel is dat de feiten voldoende ernstig zijn om alsnog een bestuurlijke geldboete op te leggen; dat wegens het overschrijden van de beslissingstermijn het boetebedrag evenwel verlaagd wordt met één vijfde rekening houdend met de termijn die verstreken is sedert de start van de bestuurlijke boeteprocedure. Overwegende dat, wat de omstandigheden van dit milieumisdrijf betreft, er (voor het overige) in het gehele dossier geen bijzondere elementen zijn die meegenomen worden bij het bepalen van de hoogte van de boete. Dit is de bestreden beslissing. MHHC - 5

6 IV. ONTVANKELIJKHEID VAN DE VORDERING TOT VERNIETIGING A. Ontvankelijkheid wat betreft de tijdigheid van het beroep en het belang van de verzoekende partij Uit het dossier blijk dat het beroep tijdig werd ingesteld en dat de verzoekende partij over het rechtens vereiste belang beschikt. B. Schending van artikel 15 van het Procedurebesluit 1. De verwerende partij werpt op dat het verzoekschrift geen uiteenzetting van de feiten bevat en artikel 15 van het Procedurebesluit miskent. Om die reden moet het verzoekschrift volgens de verwerende partij als onontvankelijk worden afgewezen. 2. Overeenkomstig artikel 15, 4 van het Procedurebesluit moet het verzoekschrift een uiteenzetting bevatten van de feiten en de ingeroepen middelen. De verzoekende partij zet in haar verzoekschrift concreet uiteen dat zij, nadat zij zonder resultaat eerst bij het Agentschap voor Natuur en Bos had geïnformeerd naar de eigenaar van de dijk, zelf takken heeft afgezaagd om haar boomgaard te beschermen tegen bacterievuur. Voor deze feiten is een proces-verbaal opgesteld, waarnaar de verzoekende partij ook concreet verwijst. De verwerende partij heeft dit ook zo begrepen en op basis van de feiten zoals uiteengezet in het verzoekschrift haar verweer ten gronde gevoerd. De exceptie wordt verworpen. V. ONDERZOEK VAN DE VORDERING TOT VERNIETIGING ENIG MIDDEL Standpunt van de partijen 1. In het verzoekschrift zet de verzoekende partij uiteen dat zij niet de intentie had om een overtreding te begaan en dat zij in de veronderstelling was dat zij handelde in overeenstemming met de wet van 11 augustus De verzoekende partij haalt aan dat ze in het verleden reeds te kampen had met bacterievuur in haar boomgaard en hierdoor veel schade heeft geleden. Het is volgens haar dan ook van het grootste belang dat de bomen tijdig gesnoeid worden, zodat de ziekte zich niet opnieuw kan verspreiden. De verzoekende partij heeft naar eigen zeggen zonder gevolg verschillende malen contact had opgenomen met het Agentschap voor Natuur en Bos en het nodige gedaan om te achterhalen wie de eigenaar van de bomen was. Aangezien het wettelijk verplicht was de takken te snoeien tussen 1 november en 1 maart, heeft zij gezien de hoogdringendheid zelf de takken dan maar afgezaagd om mogelijke toekomstige schade te vermijden. In wezen betwist de verzoekende partij aldus de kwalificatie van de feiten als een milieumisdrijf. Zij stelt immers dat zij op grond van artikel 4 van het koninklijk besluit van 23 juni 2008 is overgegaan MHHC - 6

7 tot het snoeien van de meidoornstruiken. Tevens voert zij aan dat zij de feiten niet met opzet heeft gepleegd, minstens dat er sprake is van dwaling. 2. De verwerende partij antwoordt hierop dat iedereen wordt geacht de wet te kennen en de verzoekende partij dus niet kon voorhouden niet te hebben geweten dat voor het snoeien van de houtkant een vergunning vereist was zoals voorgeschreven door artikel 13 en 14 van het Natuurdecreet. De verzoekende partij betwist niet dat zij zonder de vereiste vergunning de houtkant heeft verwijderd. Er kan volgens de verwerende partij geen discussie bestaan over het feit dat de verzoekende partij de gepleegde feiten intentioneel heeft begaan. De verzoekende partij zou immers in verschillende brieven aan zowel de afdeling Maritieme Toegang als aan het Agentschap voor Natuur en Bos hebben aangekondigd dat zij de werken zou gaan uitvoeren. Hieruit blijkt volgens de verwerende partij overduidelijk het opzet als moreel bestanddeel. Zelfs indien er geen sprake zou zijn van opzet, is er volgens de verwerende partij sprake van een gebrek aan voorzorg of voorzichtigheid. De verzoekende partij had als een normale en zorgvuldige burger moeten weten dat voor het kappen van de houtkant een vergunning noodzakelijk was en dat artikel 4 van het koninklijk besluit van 23 juni 2008 voorschrijft dat enkel hagen gesnoeid moeten worden, doch geen houtkanten. De meidoorns waarvan sprake zijn struiken die zich spontaan hebben gevestigd en zijn dus geen aangeplante hagen. Indien er toch sprake zou zijn van een wettelijke verplichting om de meidoornstruiken te kappen, ontslaat dit volgens de verwerende partij de verzoekende partij er niet van een natuurvergunning aan te vragen, nu het perceel waarop de kappingswerken werden uitgevoerd, gelegen is in een natuurgebied en de kappingswerken ook de wijziging van een klein landschapselement met zich meebrengen. De regels van de bacterievuurbestrijding stellen de regels van het Natuurdecreet, en specifiek de verplichting om een natuurvergunning aan te vragen, niet buiten werking. In zoverre de verzoekende partij met de verwijzing naar de hoogdringendheid bedoelt dat zij zou geconfronteerd zijn met een overmachtssituatie, is de verwerende partij van oordeel dat er in geen geval sprake is van een macht die de verzoekende partij niet kon weerstaan en die haar vrije wil uitschakelde. Beoordeling door het College 1. De vergunningsplicht. De bestreden beslissing legt een geldboete op wegens het afzagen van houtkant zonder te beschikken over een vergunning en in het bijzonder wegens schending van artikel 13, 4 van het Natuurdecreet en artikel 8, 2.1 van het Natuurbesluit De verwerende partij stelt in haar antwoordnota onder punt IV, punt 2 het volgende: Vastgesteld moet worden dat iedereen geacht wordt de wet te kennen. Verzoekende partij kan dan ook niet voorhouden niet te hebben geweten dat voor het snoeien van de houtkant een vergunning vereist was zoals voorgeschreven door artikel 13 en art. 14 Natuurdecreet Navolgend stelt de verwerende partij: MHHC - 7

8 Verzoekende partij betwist niet dat deze zonder de vereiste vergunning de houtkant heeft verwijderd. De verwerende partij gaat er bijgevolg van uit dat het snoeien van de meidoornstruiken vergunningsplichtig is, omdat zulks geleid heeft tot de verwijdering van de houtkant. 1.2 Luidens artikel , tweede lid DABM kan een alternatieve bestuurlijke geldboete opgelegd worden voor de milieumisdrijven vermeld in de artikelen tot en met septies DABM. Artikel ter DABM bepaalt: Wie opzettelijk, in strijd met de wettelijke voorschriften of in strijd met een vergunning: met behoud van de toepassing van artikel 13, 6, van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, de vegetatie, vermeld in artikel 13, 4, of in uitvoering van artikel 13, 4, van hetzelfde decreet, zonder vergunning wijzigt; wordt gestraft met een gevangenisstraf van een maand tot vijf jaar en met een geldboete van 100 tot euro of met één van die straffen. Wie door gebrek aan voorzorg of voorzichtigheid, in strijd met de wettelijke voorschriften of in strijd met een vergunning: met behoud van de toepassing van artikel 13, 6, van het decreet van 21 oktober 1997 betreffende het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, de vegetatie, vermeld in artikel 13, 4, of in uitvoering van artikel 13, 4, van hetzelfde decreet, zonder vergunning wijzigt; wordt gestraft met een gevangenisstraf van een maand tot drie jaar en met een geldboete van 100 tot euro of met één van die straffen. 1.3 Artikel 2.6 Natuurdecreet definieert kleine landschapselementen: 6 kleine landschapselementen: lijn- of puntvormige elementen met inbegrip van de bijhorende vegetaties waarvan het uitzicht, de structuur of de aard al dan niet resultaat zijn van menselijk handelen, en die deel uitmaken van de natuur zoals: bermen, bomen,... bronnen, dijken, graften, houtkanten, hagen, holle wegen, hoogstamboomgaarden, perceelsrandbegroeiingen, sloten, struwelen, poelen, veedrinkputten en waterlopen; Artikel 13, 4 Natuurdecreet bepaalt: 4. Onverminderd de bepalingen van 3 wordt het wijzigen van de vegetatie of het geheel of gedeeltelijk wijzigen van kleine landschapselementen of de vegetatie ervan, voor zover de Vlaamse regering die wijzigingen niet verbiedt, afhankelijk gemaakt van het verkrijgen van een vergunning. Het gaat daarbij om de volgende gebieden: 1 de groengebieden, de parkgebieden, de buffergebieden, de bosgebieden, de natuurontwikkelingsgebieden, de valleigebieden, de brongebieden, de agrarische gebieden met ecologisch belang of waarde, de agrarische gebieden met bijzondere waarde MHHC - 8

9 en de met al deze gebieden vergelijkbare bestemmingsgebieden, aangewezen op de plannen van aanleg of de ruimtelijke uitvoeringsplannen van kracht in de ruimtelijke ordening; 2 de beschermde duingebieden, aangeduid krachtens artikel 52 van de wet van 12 juli 1973, toegevoegd bij decreet van 14 juli 1993 houdende maatregelen tot bescherming van de kustduinen; 3 de gebieden afgebakend volgens of in uitvoering van internationale overeenkomsten of verdragen betreffende het natuurbehoud of van akten betreffende het natuurbehoud, met inbegrip van Europese richtlijnen, vastgesteld op grond van internationale verdragen. Artikel 8, 2.1 Natuurbesluit bepaalt: Voor zover ze niet verboden zijn door het bepaalde in artikel 7, worden volgende activiteiten beschouwd als vergunningsplichtige wijzigingen van kleine landschapselementen of de vegetatie ervan, indien ze plaatsvinden in een of meerdere van de gebieden bepaald in artikel 13, 4 en 5, van het decreet : 1 het rooien of anderszins verwijderen en het beschadigen van houtachtige beplantingen op weg-, waterweg of spoorwegbermen of op het talud van holle wegen, van houtachtige beplantingen langs waterlopen, dijken of taluds, van heggen, hagen, houtkanten, houtwallen, bomenrijen en hoogstamboomgaarden. Op basis van het voormeld artikel 13, 4 Natuurdecreet is een vergunning vereist voor het wijzigen van kleine landschapselementen die onder meer gelegen zijn in natuurgebied. Onder kleine landschapselementen worden op basis van artikel 2, 6 Natuurdecreet onder meer houtkanten en hagen begrepen die deel uitmaken van de natuur, en dit onafgezien of ze al dan niet het resultaat zijn van menselijk handelen. Onder het wijzigen van deze landschapselementen wordt op grond van artikel 8, 2, 1 Natuurbesluit onder meer het rooien of anderzijds verwijderen en het beschadigen ervan verstaan. Overeenkomstig artikel 9 van het Natuurbesluit geldt de vergunningsplicht evenwel niet voor normale onderhoudswerken, als bedoeld in artikel 13, 6, 4, Natuurdecreet. Van belang is bijgevolg of de gewraakte handelwijze dient aanzien te worden als het snoeien van de meidoornstruiken, hetgeen in principe niet vergunningsplichtig is, tenzij de snoeiwijze dusdanig is dat zij niet meer leidt tot een spontaan herstel en bijgevolg tot het verwijderen van de struiken. 1.4 Uit de feiten blijkt dat de verzoekende partij verschillende meidoornstruiken heeft gesnoeid, sommige tot laag bij de grond. Deze struiken bevonden zich tegenover haar boomgaard op een dijk die gelegen is in natuurgebied en beheerd wordt door het Agentschap Natuur en Bos. Het wordt door de partijen niet betwist dat de meidoornstruiken te beschouwen zijn als kleine landschapselementen in de zin van artikel 2, 6 Natuurdecreet. Het afzagen of afknippen van takken van deze meidoornstruik kan evenwel niet zonder meer worden gelijkgesteld met het rooien of verwijderen dan wel beschadigen ervan. Enkel in het geval dat de verzoekende partij de meidoornstruiken door haar snoeiwerk zou hebben beschadigd of dat zij op een dermate wijze heeft gesnoeid dat dit gelijk te stellen valt met rooien, had zij voor haar handelingen een vergunning moeten vragen op basis van artikel 13, 4 Natuurdecreet. De verwerende partij verwijst met één enkele zin naar aanvullende informatie van de verbalisant, zonder dit evenwel nader te specificeren, waaruit zou blijken dat de houtkant zich niet spontaan heeft hersteld. MHHC - 9

10 Uit de bijgevoegde foto s in het administratief dossier kan het College echter niet zonder meer afleiden dat de meidoornstruiken zich niet spontaan herstelden dan wel gerooid of beschadigd werden door het snoeiwerk van de verzoekende partij en of er in casu dus wel sprake is van een milieumisdrijf door de verzoekende partij. In het kader van het algemeen rechtsbeginsel in dubio pro reo dat zoals in strafzaken ook terzake toepassing vindt, ligt de bewijslast bij de gewestelijke entiteit. Het College kan slechts vaststellen dat twijfel bestaat en in de bestreden beslissing niet afdoende wordt aangetoond dat de snoeiwijze zoals toegepast door de verzoekende partij dermate destructief is dat zij niet meer leidt tot een spontaan herstel, in welk geval (en slechts dan) een voorafgaande vergunning vereist is. 2. Dwaling Het College stelt vast dat de verzoekende partij over de ten laste gelegde feiten stelt in haar verhoor van 16 juni 2012: Ik heb inderdaad verschillende takken afgezaagd/afgeknipt in het natuurgebied Putten Weiden gelegen aan de openbare weg Hogendijk te 9130 Beveren (Kieldrecht). Dit betroffen takken van meidoornstruiken (Crataegusstruiken). Het is bij wet verplicht (Belgisch staatsblad van 11 juli 2008 artikel 4) van deze takken tussen 01 november en 01 maart te snoeien. Ik heb dit vorig jaar eveneens gedaan. De verzoekende partij haalt aan dat zij haar boomgaard wilde beschermen tegen bacterievuur en niet de intentie had om een overtreding te plegen. Zij dacht te handelen in overeenstemming met artikel 4 het Koninklijk besluit van 23 juni 2008 betreffende de maatregelen om het binnenbrengen en het verspreiden van bacterievuur te voorkomen, waardoor zij in wezen de kwalificatie van de feiten als een milieumisdrijf betwist omwille van dwaling. Aangezien de verzoekende partij tevergeefs reeds verschillende malen bij het Agentschap voor Natuur en Bos had geïnformeerd naar de eigenaar van het betrokken perceel en verschillende malen had gevraagd de meidoorns te snoeien (hetgeen door de verwerende partij niet blijkt betwist te worden) en gelet op het schadelijk karakter van bacterievuur, is het College van oordeel dat het de verzoekende partij bovendien niet ten kwade kan geduid worden dat zij zelf het initiatief heef genomen om de meidoornstruiken na 1 maart alsnog te snoeien. Artikel 4 van het koninklijk besluit van 23 juni 2008 bepaalt: De niet met het organisme besmette hagen of delen van hagen van Crataegus L. moeten gesnoeid worden tijdens de periode tussen 1 november en 1 maart. Het Agentschap Natuur en Bos, die het betreffend perceel in beheer heeft, stelt in haar brief van 4 juli 2012 dat houtkant geen haag is gezien deze zich daar spontaan gevestigd heeft en bijgevolg niet onder toepassing valt van het koninklijk besluit van 23 juni Los van de vraag of een haag zich niet op natuurlijke wijze kan vormen stelt het College vast dat het Agentschap in voormelde brief zelf toegeeft dat artikel 4 soms wordt geïnterpreteerd. In de mate dat zij erkent dat zelfs specialisten discussiëren over de toepassingswijze van preventieve maatregelen ter voorkoming van bacterievuurbesmetting, kan naar het oordeel van het College aan de verzoekende partij niet verweten worden, door het stilzitten van het Agentschap Natuur en Bos, zelf de nodige preventieve maatregelen genomen te hebben ter vrijwaring van haar nabijgelegen boomgaard. Het College MHHC - 10

11 merkt in dat verband op dat het Agentschap Natuur en Bos in dezelfde brief wel artikel 3 van het koninklijk besluit van toepassing acht, ingeval van een effectieve besmettingshaard. Los van de vraag of de gewraakte handelwijze al dan niet vergunningsplichtig was, heeft de verzoekende partij naar het oordeel van het College gehandeld zoals elk redelijk en vooruitziend persoon in dezelfde omstandigheden het zou hebben gedaan ter vrijwaring van zijn eigendom. Het College merkt hierbij op dat de verspreiding van bacterievuur een erg gevaarlijke plantenziekte is, die omzeggens niet meer kan tegengehouden worden eens de besmetting is uitgebroken. In het licht van een vroegere besmetting, en het gemis aan reactie vanwege het Agentschap Natuur en Bos, beheerder van het betreffend perceel, op vorige vragen tot tussenkomst vanwege de verzoekende partij, stelt het College vast dat minstens sprake is van verschoonbare dwaling omtrent de toepasselijkheid van artikel 4 van het koninklijk besluit van 23 juni 2008, die in essentie of minstens mede veroorzaakt is door het gemis aan reactie vanwege het Agentschap Natuur en Bos, die het betreffende perceel in beheer had, Het middel is gegrond. OM DEZE REDENEN BESLIST HET MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE 1. Het College vernietigt de beslissing van de gewestelijke entiteit van 18 juni 2015, met nummer 12/AMMC/910-M/SM. 2. De behandeling van het beroep heeft geen kosten met zich gebracht, zodat een beslissing over de kosten van het geding zonder voorwerp is. Dit arrest is uitgesproken te Brussel, in openbare zitting op 23 augustus 2016, door het Milieuhandhavingscollege, eerste kamer, samengesteld uit: Marc VAN ASCH, voorzitter van de eerste kamer met bijstand van Chana GIELEN, toegevoegd griffier De toegevoegd griffier, De voorzitter van de eerste kamer, Chana GIELEN Marc VAN ASCH MHHC - 11

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-15/34-K7 van 31 augustus 2015 In de zaak van de heer [ ] wonende te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST van 16 mei 2017 met nummer MHHC/M/1617/0076 in de zaak met rolnummer 1516/MHHC/0109/M Verzoekende partij de bvba JACQUES GHEYSENS vertegenwoordigd door advocaat Thomas BAILLEUL

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST nr. MHHC/M/1516/0042 van 14 januari 2016 in de zaak 14/MHHC/79-M In zake : de heer [ ] wonende te [ ] verzoekende partij tegen: het VLAAMSE GEWEST vertegenwoordigd door

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST nr. MHHC/M/1516/0123 van 12 mei 2016 in de zaak MHHC/1415/0078/M/0061 In zake: de heer Jean PAUL DE COCKER, wonende te 1641 Sint-Pieters-Kapelle, Philipskouterstraat 7,

Nadere informatie

Beslissing. tegen. hierna de. hierna de

Beslissing. tegen. hierna de. hierna de Milieuhandhavingscollege Beslissing MHHC-10/4-VK van 15 december 2010 In de zaak van de heer [ ], wonendee te [ ], hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST van 28 maart 2017 met nummer MHHC/M/1617/0045 in de zaak met rolnummer 1516/MHHC/0097/M Verzoekende partij Verwerende partij Marc Broucke, met woonplaatskeuze te 8830 Hooglede,

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC/M/1516/0030 van 26 november 2015 In de zaak van de bvba 10POND, met maatschappelijke zetel te 9770 Kruishoutem, Duifhuisstraat 21, voor en namens wie optreedt mr. Koen

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-13/35-VK van 18 april 2013 In de zaak van de BVBA [ ] met maatschappelijke zetel te [ ] voor en namens wie optreedt mr. Albert COPPENS, advocaat, met kantoor te 9300

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST van 8 november 2016 met nummer RvVb/A/1617/0231 in de zaak met rolnummer 1314/0771/A/2/0738 Verzoekende partij 1. de heer Tom BELMANS 2. mevrouw Christ l MAES 3.

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST van 25 juli 2017 met nummer MHHC- M /1617/0114 in de zaak met rolnummer 1516/MHHC/0147/M Verzoekende partij de bvba M.V.T. TRANS vertegenwoordigd door advocaat Noëlla VIAENE

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-15/14-K7 van 12 maart 2015 In de zaak van de heer [ ] wonende te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST van 19 juni 2018 met nummer RvVb/A/1718/1022 in de zaak met rolnummer 1516/RvVb/0396/A Verzoekende partij Verwerende partij mevrouw Marina VERPLANCKE, wonende te

Nadere informatie

AGROFORESTRY - JURIDISCHE ASPECTEN

AGROFORESTRY - JURIDISCHE ASPECTEN AGROFORESTRY - JURIDISCHE ASPECTEN Studiedag Beveren-Waas: agroforestry 2 SEPT 2014 Regelgeving LV inzake agroforestry Regelgeving beleidsdomein Landbouw en Visserij: BVR Agroforestry: BVR van 30 juli

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2011/0162 van 9 november 2011 in de zaak 2010/0276/SA/3/0255 In zake: 1.... 2.... beiden wonende te... advocaat Gert BUELENS kantoor houdende te 2800 Mechelen,

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST nr. MHHC/M/1516/0113 van 26 april 2016 in de zaak MHHC/1415/0065/M/0053 In zake: de nv AGROTECH BELGASIA, met zetel te 8870 Izegem, Gentse Heerweg 78 waar woonplaats wordt

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST nr. MHHC/M/1516/0109 van 21 april 2016 in de zaak MHHC1415/0063/M/0051 In zake: de bvba GREENERGY bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaten Isabelle LARMUSEAU en Alison

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST van 28 november 2017 met nummer MHHC/M/1718/0044 in de zaak met rolnummer 1617/MHHC/0016/M Verzoekende partij de heer Robert VAN HOORICK, wonende te 9160 Lokeren, Gentdam

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST nr. MHHC/M/1516/0085 van 31 maart 2016 in de zaak MHHC/1415/0022/M/0019 In zake: de gemeente WELLEN, vertegenwoordigd door het college van burgemeester en schepenen, met

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/4.8.14/2014/0038 van 24 juni 2014 in de zaak 1314/0216/A/4/0183 In zake: de heer Daniël VANDERVELPEN bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat Geert DEMIN

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST nr. MHHC/M/1516/0121 van 12 mei 2016 in de zaak MHHC/1415/0072/0061 In zake: de heer John DE GENDT, wonende te 1080 Sint-Agatha-Berchem, René Comhairelaan 1, bus 009, waar

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-13/100-VK van 5 december 2013 In de zaak van de heer [ ] wonende te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse

Nadere informatie

hierna de tegen voor wie hierna de

hierna de tegen voor wie hierna de Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-13/25-VK van 21 maart 2013 In de zaak van de heer [ ] wonendee te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2014/0287 van 22 april 2014 in de zaak 1213/0576/A/1/0539 In zake: mevrouw Martine VAN BOCXLAER, wonende te 9940 Evergem, Langerbrugsestraat 36 verzoekende

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST van 28 november 2017 met nummer MHHC/M/1718/0043 in de zaak met rolnummer 1617/MHHC/0008/M Verzoekende partij de heer Filip VAN DE VYVER, wonende te 9160 Lokeren, Gentdam

Nadere informatie

hierna de tegen hierna de

hierna de tegen hierna de Milieuhandhavingscollege Arrestt MHHC-12/18-VK van 24 april 2012 In de zaak van de heer [ ] wonendee te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse

Nadere informatie

Aanvraag van een vergunning voor het wijzigen van vegetatie of van kleine landschapselementen

Aanvraag van een vergunning voor het wijzigen van vegetatie of van kleine landschapselementen Aanvraag van een vergunning voor het wijzigen van vegetatie of van kleine landschapselementen ANB-47-20131016 In te vullen door de behandelende afdeling ontvangstdatum registratienummer Waarvoor dient

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST van 26 september 2017 met nummer RvVb/A/1718/0092 in de zaak met rolnummer 1617-RvVb-0521-A Verzoekende partij de nv ASPIRAVI vertegenwoordigd door advocaat Gregory

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-13/49-VK van 29 mei 2013 In de zaak van de heer [ ] wonende te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST van 26 september 2017 met nummer RvVb/A/1718/0094 in de zaak met rolnummer 1617/RvVb/0579/SA Verzoekende partijen Verwerende partij 1. de heer William ROTTIERS

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST van 28 maart 2017 met nummer MHHC/M/1617/0047 in de zaak met rolnummer 1516/MHHC/0099/M Verzoekende partij de bvba IMBRECHTS, met zetel te 1910 Kampenhout, Haachtsesteenweg

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN VOORZITTER VAN DE DERDE KAMER ARREST nr. A/2013/0075 van 19 februari 2013 in de zaak 2010/0528/SA/3/0681 In zake: de nv... bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat

Nadere informatie

Beslissing. tegen. hierna de. hierna de

Beslissing. tegen. hierna de. hierna de Milieuhandhavingscollege Beslissing MHHC-10/3-VK van 15 december 2010 In de zaak van de heer [ ] wonendee te [ ], hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST van 11 september 2018 met nummer RvVb/A/1819/0052 in de zaak met rolnummer 1718/RvVb/0029/A Verzoekende partij mevrouw Gerda BORREMANS vertegenwoordigd door advocaat

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. RvVb/A/1516/1202 van 7 juni 2016 in de zaak 1213/0253/SA/8/0233 In zake: de heer David DE CORTE mevrouw Mia LEFEVRE 3. de heer Luc LEFEVRE 4. de heer Wouter

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2014/0492 van 22 juli 2014 in de zaak 2010/0393/A/3/0470 In zake: de heer..., wonende te... verzoekende partij tegen: de deputatie van de provincieraad van

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. RvVb/A/1516/1294 van 28 juni 2016 in de zaak 1314/0440/A/4/0401 In zake: de heer Alain CHABEAU advocaat Dominique VERMER kantoor houdende te 1160 Brussel, Tedescolaan

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-15/31-K6 van 13 augustus 2015 In de zaak van de heer [ ] wonende te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST van 13 juni 2017 met nummer MHHC/M/1617/0091 in de zaak met rolnummer 1516/MHHC/0137/M Verzoekende partij Verwerende partij de heer Marc VAN DER SMISSEN, wonende te 1730

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN TUSSENARREST nr. A/2011/0030 van 23 maart 2011 in de zaak 2010/0319/SA/3/0300 In zake: 1. de vzw... 2. mevrouw... 3. de heer... bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat

Nadere informatie

HANDHAVINGSCOLLEGE ARREST

HANDHAVINGSCOLLEGE ARREST HANDHAVINGSCOLLEGE ARREST van 13 maart 2018 met nummer HHC/M/1718/0072 in de zaak met rolnummer 1617/MHHC/0076/M Verzoekende partij Verwerende partij de heer Stephan VANDENWIJNGAERT, met woonplaatskeuze

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2015/0008 van 13 januari 2015 in de zaak 1314/0021/A/2/0050 In zake: 1. de heer Albert VRANKEN 2. mevrouw Marie-Joanna BRABANTS bijgestaan en vertegenwoordigd

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. RvVb/A/1516/0901 van 5 april 2016 in de zaak 1213/0305/SA/1/0295 In zake: de heer Geert STANDAERT bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaten Koen GEELEN

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. RvVb/A/1516/1500 van 30 augustus 2016 in de zaak 1011/0774/SA/2/0731 In zake: de heer... advocaat Johan VERSTRAETEN kantoor houdende te 3000 Leuven, Vaartstraat

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. RvVb/A/1516/0697 van 1 maart 2016 in de zaak RvVb/1415/0538/SA/0518 In zake: het college van burgemeester en schepenen van de stad OUDENBURG bijgestaan en vertegenwoordigd

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2012/0457 van 7 november 2012 in de zaak 1011/0835/A/3/0784 In zake: de heer.., wonende te.. bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat Geert VRINTS kantoor

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST nr. MHHC/M/1516/0093 van 14 april 2016 in de zaak MHHC/1415/0032/M/0024 In zake: de heer Ludwig VAN DE WEGHE, wonende te 9270 Kalken, Krimineelstraat 21a vertegenwoordigd

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST nr. MHHC/M/1516/0041 van 14 januari 2016 in de zaak 14/MHHC/78-M In zake : mevrouw [ ] wonende te [ ] verzoekende partij tegen: het VLAAMSE GEWEST vertegenwoordigd door

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST van 3 oktober 2017 met nummer MHHC/M/1718/0014 in de zaak met rolnummer 1516/MHHC/0034/M Verzoekende partij de heer Stijn VAN EYCK vertegenwoordigd door advocaat Robert

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2014/0524 van 5 augustus 2014 in de zaak 1213/0539/A/2/0507 In zake: de heer Marc ALLOING verzoekende partij tegen: de deputatie van de provincieraad van

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. RvVb/A/1516/1485 van 30 augustus 2016 in de zaak 1314/0012/A/1/0008 In zake: INTERCOMMUNALE WATERLEIDINGSMAATSCHAPPIJ VAN VEURNE-AMBACHT, met zetel te 8670

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-15/12-K7 van 26 februari 2015 In de zaak van de heer [ ] wonende te [ ] voor en namens wie optreedt mr. Sarah BERNAERS, advocaat, met kantoor te 9100 SINT-NIKLAAS,

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST nr. MHHC/M/1516/0048 van 21 januari 2016 in de zaak 14/MHHC/89-M In zake:... verzoekende partij tegen: het VLAAMSE GEWEST vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, ten

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/4.8.14/2015/0033 van 4 augustus 2015 in de zaak 1415/0262/A/2/0254 In zake: 1. de heer Marc DE SMET 2. de heer Marnix DECOCK beiden wonende te 8500 Kortrijk,

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST van 2 augustus 2016 met nummer RvVb/A/1516/1389 in de zaak met rolnummer 1516/RvVb/0046/SA Verzoekende partij mevrouw Pauline PENNE vertegenwoordigd door advocaat

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST van 25 juni 2019 met nummer RvVb-A-1819-1144 in de zaak met rolnummer 1718-RvVb-0447-A Verzoekende partijen de gemeente SINT-KATELIJNE-WAVER, vertegenwoordigd door

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-13/82-VK van 10 oktober 2013 In de zaak van de heer [ ] wonende te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST nr. MHHC/M/1516/0153 van 26 juli 2016 in de zaak MHHC/1415/0093/M/0082 In zake: bvba J. KRIJNEN KEUKENS bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat Harry HENDRICKX kantoor

Nadere informatie

hierna de tegen 6/24, hierna de

hierna de tegen 6/24, hierna de Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-12/30-VK van 5 juli 2012 In de zaak van de NV [ ] met maatschappelijke zetel te [ ] voor en namens wie optreedt mr. Greg JACOBS, advocaat, met kantoor te 1831 DIEGEM,

Nadere informatie

Beslissing. tegen. hierna de. hierna de

Beslissing. tegen. hierna de. hierna de Milieuhandhavingscollege Beslissing MHHC-10/2-VK van 15 december 2010 In de zaak van de heer [ ] wonendee te [ ], hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege 14_PS_ Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-14/53-VK van 25 augustus 2014 In de zaak van de BVBA [ ] met maatschappelijke zetel te [ ] voor en namens wie optreedt de heer [ ], zaakvoerder, hierna de verzoekende

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN VOORZITTER VAN DE DERDE KAMER ARREST nr. S/2011/00007 van 9 februari 2011 in de zaak 2010/0401/SA/3/0363 In zake: 1.... 2.... bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2011/0209 van 20 december 2011 in de zaak 2010/0635/A/2/0589 In zake:... bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat Ludo OCKIER kantoor houdende te 8500

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN TUSSENARREST

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN TUSSENARREST RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN TUSSENARREST van 9 oktober 2018 met nummer RvVb/A/1819/0155 in de zaak met rolnummer 1617/RvVb/0701/A Verzoekende partijen 1. de heer Johan VANDEVENNE 2. mevrouw Gerda

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST van 9 mei 2017 met nummer RvVb/A/1617/0839 in de zaak met rolnummer RvVb/1415/0697/SA/0682 Verzoekende partijen de heer Tjerk BOERSMA mevrouw Melina CRAEYBECKX

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN VOORZITTER VAN DE DERDE KAMER TUSSENARREST nr. S/2013/0269 van 17 december 2013 in de zaak 1112/0485/SA/3/0437 In zake: 1. de heer..., wonende te... 2. mevrouw..., wonende

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2011/0212 van 20 december 2011 in de zaak 2010/0705/A/2/0711 In zake:... verzoekende partij tegen: het college van burgemeester en schepenen van de gemeente

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-15/19-K6 van 2 april 2015 In de zaak van de heer [ ] wonende te [ ] voor en namens wie optreedt de heer [ ] wonende te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege 14_PS_ Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-14/50-VK van 25 augustus 2014 In de zaak van de heer [ ] wonende te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN VOORZITTER VAN DE DERDE KAMER TUSSENARREST nr. S/2015/0029 van 24 maart 2015 in de zaak 1213/0772/SA/3/0732 In zake: 1. de stad TIELT, vertegenwoordigd door het college

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST van 16 augustus 2016 met nummer RvVb/S/1516/1447 in de zaak met rolnummer 1516/RvVb/0336/SA Verzoekende partijen 1. de heer Kristoffel VOSSEN 2. mevrouw Simonne

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST van 20 augustus 2019 met nummer RvVb-S-1819-1323 in de zaak met rolnummer 1819-RvVb-0607-SA Verzoekende partijen 1. de heer Jules DHOOGHE 2. mevrouw Evelyne VAN

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-14/37-VK van 12 juni 2014 In de zaak van de heer [ ] wonende te [ ] voor en namens wie optreedt mr. Mary VANDE ROSTYNE, advocaat, met kantoor te 9950 WAARSCHOOT, Molenstraat

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. RvVb/A/1516/0601 van 16 februari 2016 in de zaak RvVb/1415/0481/A/0466 In zake: de heer Theodoor GORISSEN bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat Antoon

Nadere informatie

NATUURVERGUNNINGSAANVRAAG

NATUURVERGUNNINGSAANVRAAG NATUURVERGUNNINGSAANVRAAG (in drie exemplaren in te dienen) (Bijlage II bij het besluit van de Vlaamse regering van 23 juli 1998 houdende nadere regels ter uitvoering van het decreet van 21 oktober 1997

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST van 20 februari 2018 met nummer MHHC/M/1718/0066 in de zaak met rolnummer 1617/MHHC/0069/M Verzoekende partij de bvba AURO-TECH, met woonplaatskeuze te 9111 Sint-Niklaas,

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2010/0033 van 20 oktober 2010 in de zaak 2010/0309/A/3/0291 In zake:... bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat Geert AMPE kantoor houdende te 8400

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN VOORZITTER VAN DE TIENDE KAMER ARREST nr. UDN/2015/0005 van 19 maart 2015 in de zaak RvVb/1415/0006/UDN In zake: 1. de heer Yves VANNERUM 2. mevrouw Kathleen CRABBE advocaten

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2013/0757 van 17 december 2013 in de zaak 1011/0065/A/8/0609 In zake: het college van burgemeester en schepenen van de GEMEENTE ZINGEM, met kantoren te 9750

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST nr. MHHC/M/1516/0047 van 21 januari 2016 in de zaak 14/MHHC/88-M In zake:... verzoekende partij tegen: het VLAAMSE GEWEST vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, ten

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2015/0296 van 19 mei 2015 in de zaak 1011/0224/A/3/00193 In zake: het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, bijgestaan en vertegenwoordigd

Nadere informatie

AGROFORESTRY - JURIDISCH ASPECTEN. Infoavond Agroforestry 17 augustus 2012

AGROFORESTRY - JURIDISCH ASPECTEN. Infoavond Agroforestry 17 augustus 2012 AGROFORESTRY - JURIDISCH ASPECTEN Infoavond Agroforestry 17 augustus 2012 Agroforestry in het juridisch landschap Agroforestry was in Vlaanderen al aanwezig voor 2011 Voorbeelden: populieraanplant met

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2014/0074 van 21 januari 2014 in de zaak 1011/0238/A/8/0207 In zake: 1. de heer... 2. mevrouw... beiden wonende te... verzoekende partijen tegen: de deputatie

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST van 16 mei 2017 met nummer MHHC/M/1617/0083 in de zaak met rolnummer 1516/MHHC/0131/M Verzoekende partij de heer Jozef ROUGES, wonende te 9080 Zaffelaere, Dam 27 Verwerende

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST nr. MHHC/M/1516/0145 van 5 juli 2016 in de zaak MHHC/1415/0060/M/0048 In zake: de heer Lambert HOMMERS, wonende te 3650 Dilsen-Stokkem, Brammerstraatje 44, waar woonplaats

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST van 27 november 2018 met nummer RvVb-A-1819-0351 in de zaak met rolnummer 1718-RvVb-0415-SA -Verzoekende partijen 1. de heer Willy WANTE 2. de heer Mohamed TABLA

Nadere informatie

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. A R R E S T. nr van 4 maart 2010 in de zaak A /XII-5232.

RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. A R R E S T. nr van 4 maart 2010 in de zaak A /XII-5232. RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK. A R R E S T nr. 201.488 van 4 maart 2010 in de zaak A. 185.318/XII-5232. In zake : Mario DE VILLA, die woonplaats kiest bij advocaat G. Vanhoucke, kantoor

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-14/45-VK van 10 juli 2014 In de zaak van de heer [ ] wonende te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door de Vlaamse

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2011/0068 van 11 mei 2011 in de zaak 2010/0306/A/3/0288 In zake: mevrouw..., wonende te 1020 Brussel,... bijgestaan en vertegenwoordigd door: advocaat Damien

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN VOORZITTER VAN DE DERDE KAMER TUSSENARREST nr. S/2013/0109 van 30 april 2013 in de zaak 1213/0084/SA/3/0072 In zake: 1. de heer Allan MULLER 2. mevrouw Marjan TEMMERMAN

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST nr. A/2014/0157 van 25 februari 2014 in de zaak 1011/0356/A/8/0070 In zake: De nv in oprichting...,... verzoekende partij tegen: de GEWESTELIJKE STEDENBOUWKUNDIGE

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST van 9 januari 2018 met nummer MHHC/M/1718/0056 in de zaak met rolnummer 1617/MHHC/0056/M Verzoekende partij de heer Benedict KNOPS vertegenwoordigd door advocaat Jan STIJNS,

Nadere informatie

Hof van Cassatie van België

Hof van Cassatie van België 31 MAART 2015 P.14.0392.N/1 Hof van Cassatie van België Arrest Nr. P.14.0392.N 1. M L E V U, beklaagde, 2. H R G V B, beklaagde, eisers, met als raadsman mr. Jaak Haentjens, advocaat bij de balie te Dendermonde.

Nadere informatie

52-VK van. hierna de. tegen. voor wie. hierna de. 6 november 2012

52-VK van. hierna de. tegen. voor wie. hierna de. 6 november 2012 Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-12/5 52-VK van 6 november 2012 In de zaak van de heer [ ] wonendee te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd door de

Nadere informatie

II. Verloop van de rechtspleging

II. Verloop van de rechtspleging RAAD VAN STATE, AFDELING BESTUURSRECHTSPRAAK VOORZITTER VAN DE XIIe KAMER A R R E S T nr. 206.888 van 12 augustus 2010 in de zaak A. 195.910/XII-6147 In zake: Luc VAN PAESSCHEN bijgestaan en vertegenwoordigd

Nadere informatie

Milieuhandhavingscollege

Milieuhandhavingscollege Milieuhandhavingscollege Arrest MHHC-13/63-VK van 16 juli 2013 In de zaak van de NV [ ] met maatschappelijke zetel te [ ] hierna de verzoekende partij te noemen, tegen het VLAAMSE GEWEST, vertegenwoordigd

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN TUSSENARREST

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN TUSSENARREST RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN TUSSENARREST van 16 januari 2018 met nummer RvVb/S/1718/0444 in de zaak met rolnummer RvVb/1415/0466/SA/0443 Verzoekende partijen 1. de heer Jeroen DEVENYN 2. de heer

Nadere informatie

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE

MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE MILIEUHANDHAVINGSCOLLEGE ARREST nr. MHHC/M/1516/0055 van 28 januari 2016 in de zaak 14/MHHC/91-M In zake:... verzoekende partij tegen: het VLAAMS GEWEST vertegenwoordigd door de Vlaamse Regering, ten verzoeke

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN ARREST van 8 november 2016 met nummer RvVb/A/1617/0256 in de zaak met rolnummer 1415/0122/A/6/0092 Verzoekende partij Verwerende partij Tussenkomende partijen de heer

Nadere informatie

401l10/N - Commissie van Beroep van 18 oktober 2010 (defmitieve beslissing)

401l10/N - Commissie van Beroep van 18 oktober 2010 (defmitieve beslissing) 401l10/N - Commissie van Beroep van 18 oktober 2010 (defmitieve beslissing) Beroep tegen een terechtwijzing. "(... ) verschijnt. In de zaak 0401l10/(... )/N van: de heer [X], bedrijfsrevisor, wonende (...

Nadere informatie

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN TUSSENARREST

RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN TUSSENARREST RAAD VOOR VERGUNNINGSBETWISTINGEN TUSSENARREST van 16 januari 2018 met nummer RvVb/S/1718/0445 in de zaak met rolnummer RvVb/1415/0484/SA/0468 Verzoekende partijen 1. de heer Jeroen DEVENYN 2. de heer

Nadere informatie