SPD Bedrijfsadministratie. Correctiemodel CORPORATE GOVERNANCE 7 MAART UUR. SPD Bedrijfsadministratie B / 10

Transcriptie

1 SPD Bedrijfsadministratie Correctiemodel CORPORATE GOVERNANCE 7 MAART UUR SPD Bedrijfsadministratie B / 10

2 2015 NGO-ENS B / 10

3 Opgave 1 (19 punten) Vraag 1 Vraag 2 Vraag 3 (4 punten) Dit is geregeld in artikel 2:391 BW. Ook juist is Titel 9 BW boek 2. (3 punten) Combined Code on Corporate Governance. Familiebedrijven zijn niet beursgenoteerd en behoren niet tot de groep ondernemingen die de Corporate Governance Code moeten toepassen. Nederlandse beursgenoteerde ondernemingen met een balanstotaal van meer dan 500 miljoen euro moeten de Code wel toepassen. Familiebedrijven niet beursgenoteerd 2 punten Nederlands beursgenoteerd 2 punten, meer dan 500 miljoen euro ook 2 punten, Vraag 4 Ja er is in de code ruimte voor aanpassingen. Ondernemingen kunnen van de code afwijken, mits de betreffende vennootschap in het jaarverslag uitleg geeft over de toepassing van de code, met name daar waar wordt afgeweken van principe en bestpractice. (Principe I, bestpractice 1.1) Ja: 2 punten, antwoord juist: 3 punten, Principe I, bestpractise 1: punt SPD Bedrijfsadministratie 3 / 10

4 Opgave 2 Vraag 5 Een aandelenpakket van ten minste 10 procent in de vennootschap zelf. De betreffende commissaris bestuurder of commissaris is bij een vennootschap die ten minste 10% van de aandelen in de vennootschap bezit. Antwoord juist 3 punten, percentage juist 3 punten, maximaal 6 punten SPD Bedrijfsadministratie 4 / 10

5 Opgave 3 (9 punten) Vraag 6 Vraag 7 (3 punten) Onder stakeholders wordt verstaan alle natuurlijke personen en rechtspersonen die belang hebben bij het welslagen van de onderneming. Voorbeelden van stakeholders die sociaal/maatschappelijk betrokken zijn bij de vennootschap: Afnemers Overheid Actiegroepen Omwonenden Werkgeversorganisaties Per juist antwoord 2 punten, maximaal 6 punten. Alleen de drie eerste antwoorden beoordelen SPD Bedrijfsadministratie 5 / 10

6 Opgave 4 (15 punten) Vraag 8 Vraag 9 (3 punten) Global Reporting Initiatief (12 punten) Deze drie onderdelen zijn: 1. profiel (indeling in een sector) over onder meer strategie, het profiel en de bestuursstructuur; 2. managementbenadering (naleving protocollen en richtlijnen) over de wijze waarop een organisatie met bepaalde onderwerpen omgaat; 3. prestatie-indicatoren over economische, milieugerelateerde en sociale prestaties. Per juist onderdeel 2 punten, per juiste toelichting 2 punten, maximaal 12 punten SPD Bedrijfsadministratie 6 / 10

7 Opgave 5 (5 punten) Vraag 10 (5 punten) De principes taak en werkwijze bestuur en taak en werkwijze van de raad van commissarissen geven aan dat bij het vervullen van hun taak ook de in aanmerking komende belangen van bij de vennootschap betrokkenen in aanmerking worden genomen. SPD Bedrijfsadministratie 7 / 10

8 Opgave 6 (15 punten) Vraag 11 (5 punten) De raad van commissarissen bespreekt ten minste eenmaal per jaar buiten de aanwezigheid van het bestuur zowel het functioneren van het college van bestuur en dat van de individuele bestuurders en de conclusies die hieraan worden verbonden. Bespreken functioneren 3 punten, conclusies 2 punten, maximaal 6 punten Vraag 12 Vraag 13 (4 punten) De voorzitter van de raad van commissarissen ziet erop toe dat de commissarissen alle informatie ontvangen die nodig is voor een goede uitoefening van hun taak en dat de contacten met de raad van bestuur naar behoren verlopen. De klokkenluidersregeling, waarbij werknemers zonder gevaar voor hun rechtspositie vermeende onregelmatigheden binnen de vennootschap kunnen rapporteren aan de voorzitter van de raad van bestuur of aan een door hem aan te wijzen functionaris. Zaken die het functioneren van bestuurders betreft worden gerapporteerd aan de voorzitter van de raad van commissarissen. Regeling juist 3 punten, uitwerking juist 3 punten, maximaal 6 punten SPD Bedrijfsadministratie 8 / 10

9 Opgave 7 Vraag 14 Risk-assessment is het inschatten van risico s, terwijl Risk-response het reageren op risico s is. Bij het inschatten van risico s (Risk-assessment) wordt beoordeeld wat de kans is dat een risico zich voordoet en wat de omvang van de gevolgen van het risico zal zijn. Bij Risk-response wordt nagegaan hoe met de te verwachten risico s moet worden omgegaan, zoals hoe ze vermeden, geaccepteerd, gereduceerd of overgedragen kunnen worden. Verschil juist 2 punten, omschrijving juist punten, maximaal 6 punten SPD Bedrijfsadministratie 9 / 10

10 Opgave 8 (25 punten) Vraag 15 (4 punten) Van de auditcommissie kan geen voorzitter zijn: de voorzitter van de raad van commissarissen een voormalig bestuurder van de vennootschap Per juist antwoord 2 punten, maximaal 4 punten Vraag 16 Vraag 17 Vraag 18 Vraag 19 (5 punten) De auditcommissie is betrokken bij het opstellen van het werkplan van de intern auditor en de intern auditor heeft de mogelijkheid rechtstreeks met de voorzitter van de auditcommissie te communiceren. (5 punten) De raad van commissarissen doet na advies van de auditcommissie en van de raad van bestuur te hebben ingewonnen een aanbeveling aan de algemene vergadering van aandeelhouders, die vervolgens de externe accountant benoemt. ( 5 punten) Er is sprake van een structuurvennootschap indien een vennootschap drie jaar onafgebroken aan de volgende voorwaarden heeft voldaan: het eigen vermogen bedraagt ten minste euro de vennootschap heeft een ondernemingsraad ingesteld de vennootschap en haar dochters hebben samen ten minste 100 werknemers in dienst Het benoemen en ontslaan van bestuurders en het vaststellen van de jaarrekening geschiedt bij structuurvennootschappen door de raad van commissarissen, bij niet-structuurvennootschappen door de algemene vergadering. Einde van het examen SPD Bedrijfsadministratie 10 / 10