Inzake de gemeenteraadsverkiezingen van 8 oktober 2006 in de gemeente Aarschot.

Transcriptie

1 OPENBARE ZITTING DE RAAD VOOR VERKIEZINGSBETWISTINGEN VLAAMS-BRABANT Inzake de gemeenteraadsverkiezingen van 8 oktober 2006 in de gemeente Aarschot. 1. Procedure Gelet op het bezwaarschrift van de heer Johan Van de Schoot, van de partij Groen! te Aarschot, dat bij het secretariaat van de Raad voor Verkiezingsbetwistingen werd ingediend op 11 oktober 2006; Gelet op de ontvangstmeldingen d.d. 20 oktober 2006 aan de verzoekende partij en aan de indieners van de lijsten. Gelet op het feit dat de indieners van de lijsten een kopie van het verzoekschrift hebben ontvangen en werd meegedeeld aan de verzoekende partij en aan de indieners van de lijsten dat men inzage kan nemen van het dossier; Gelet op de aangetekende mededelingen d.d. 30 oktober 2006 aan de verzoekende partij en aan de indieners van de lijsten van de verkiezing die ervan in kennis werden gesteld dat de Raad op 9 november 2006 het ingediende bezwaar in behandeling zal nemen; Gelet op de volgende stukken: - het bovengenoemde bezwaarschrift d.d. 11 oktober het proces-verbaal van het gemeentelijk hoofdbureau Aarschot d.d. 8 oktober het proces-verbaal van stembureau 3 te Aarschot d.d. 8 oktober het proces-verbaal van stemopnemingsbureau B7 d.d. 8 oktober het proces-verbaal van stemopnemingsbureau 6 d.d. 8 oktober het proces-verbaal van stembureau 14 d.d. 8 oktober de aanstippingslijst van stembureau 14 - het proces-verbaal van stemopnemingsbureau B4 d.d. 8 oktober het proces-verbaal van stembureau 7 d.d. 8 oktober De brief d.d. 10 oktober 2006 van de heer Koen Willebrords, voorzitter gemeentelijk hoofdbureau te Aarschot. - De brief d.d. 24 oktober 2006 van de heer Bart Van Tongelen, voorzitter stemopnemingsbureau B7 - De brief d.d. 26 oktober 2006 van de heer Kurt Geysels, voorzitter van stembureau 14 - De lijst van de afwezige kiezers (formulier A49a) en de bewijsstukken van de afwezige kiezers van stembureau 14, opgevraagd bij de vrederechter te Aarschot

2 2 - De schriftelijke verklaring d.d. 27 oktober 2006 van mevrouw Valerie Borgions, voorzitter van stembureau 3 te Aarschot. Gelet op de uiteenzetting van de zaak door de heer Wouter Blomme, verslaggever; Gelet op de mondelinge toelichting van de heer Johan Van de Schoot en mevrouw Betty Kiesekoms ter zitting; Gehoord in openbare zitting d.d. 9 november Overwegende dat er nog geen dertig dagen verlopen zijn sedert de indiening van het bezwaarschrift; 2. Ontvankelijkheid 2.1.Verzoeker 2.1.a Hoedanigheid Overwegende dat verzoeker kandidaat was in de gemeente Aarschot op de lijst Groen! en dat het bezwaarschrift werd ingediend namens Groen!. Verzoeker beschikt bijgevolg over de vereiste hoedanigheid. 2.2.b. Belang Overwegende dat Groen! slechts 34 stemmen tekort komt om een tweede zetel te behalen en de aangehaalde onregelmatigheden bijgevolg de zetelverdeling kunnen beïnvloeden. Overwegende dat het vereiste belang aanwezig is Het verzoekschrift Overwegende dat het proces-verbaal van het hoofdstembureau werd afgesloten op 8 oktober Het verzoekschrift werd tegen ontvangstbewijs neergelegd op 11 oktober 2006, binnen veertig dagen te rekenen van de dagtekening van het proces-verbaal. Overwegende dat het bezwaarschrift de naam en woonplaats vermeldt van verzoeker, dat het door verzoeker is ondertekend en het het voorwerp van het bezwaar vermeldt; 3. Gegrondheid Overwegende dat verzoeker het bezwaar indient op grond van een aantal onregelmatigheden tijdens de gemeenteraadsverkiezingen van 8 oktober 2006 in de stad Aarschot. Overwegende dat verzoeker zijn bezwaar baseert op volgende middelen: 1. Van het stembureau3, gelegen in het centrum van Aarschot, werd de stembus terug gevonden door een niet bevoegd persoon dus niet afgeleverd door de voorzitter van het stembureau. Daarbij komt dat deze stembus niet verzegeld was door de voorzitter van dat stembureau. Er was geen enkel document/pv bijgevoegd of terug te vinden. Doordat geen verzegeling aanwezig was, kan deze bus onrechtmatig doorzocht zijn geworden en/of gemanipuleerd zijn geweest.

3 3 2. In stemopnemingsbureau 6 waren er in een bepaalde stembus 30 stembrieven tekort. Volgens de bijgevoegde documenten/pv moesten 676 brieven aanwezig zijn. Er werden er slechts 647 teruggevonden. Werden deze 29 brieven onrechtmatig weggenomen? 3. In stemopnemingsbureau 4 moesten in een bepaalde stembus 702 brieven aanwezig zijn in plaats van de 699 getelde. Dit werd vermeld in het PV van dit bureau 4. Overwegende dat wat het eerste middel betreft de voorzitter van het gemeentelijk hoofdbureau, de heer Koen Willebrords, in een brief d.d. 10 oktober 2006 het volgende meedeelt: dat de voorzitter van het stemopnemingsbureau B7 op zondag 8 oktober aan het gemeentelijk hoofdbureau had gemeld dat de bus met de stembiljetten van stembureau 3 niet verzegeld werd teruggevonden in het stemopnemingslokaal zonder enig document of proces-verbaal. Overwegende dat bij het sorteren en inpakken van alle stukken op maandagmorgen 9 oktober 2006 de documenten van stembureau 3 werden teruggevonden. Overwegende dat in het proces-verbaal van stembureau 3 geen opmerkingen werden genoteerd door de voorzitter, mevrouw Valerie Borgions en dat er 668 uitgebrachte stemmen voor de gemeenteraadsverkiezingen waren. Overwegende dat het proces-verbaal van stembureau 3 door alle leden van het stembureau werd ondertekend. Overwegende dat uit het proces-verbaal van stemopnemingsbureau B7 blijkt dat de stembiljetten om 14u57 bij de voorzitter van het bureau in ontvangst zijn genomen en dat er ook toen 668 stembiljetten aanwezig waren. Overwegende dat de andere twee stembussen voor stemopnemingsbureau B7 in ontvangst werden genomen om 14u 55 en 15u 07. Overwegende dat de voorzitter van stemopnemingsbureau B7, de heer Bart Van Tongelen in zijn brief d.d. 24 oktober 2006 aan de raad voor verkiezingsbetwistingen verklaart dat de voorzitter van het hoofdbureau hem meedeelde dat stembus 3, onverzegeld en niet begeleid door enig document was teruggevonden in de gang van het stemopnemingsbureau. Dat twee leden van het stemopnemingsbureau deze stembus zijn gaan ophalen in de gang en dat om 14u57 de leden met de stembus bij de voorzitter zijn toegekomen. Dat er geen ontvangstbewijs werd afgegeven voor stembus 3 en dat de voorzitter van het stemopnemingsbureau geen sleutels heeft ontvangen en de stembus niet was afgesloten toen ze bij de voorzitter terechtkwam. Overwegende dat de voorzitter van stemopnemingsbureau B7 verder verklaart dat in stembus 3 het aantal stembiljetten aanwezig was dat op de buitenkant van de stembus vermeld stond. Overwegende dat mevrouw Valerie Borgions, voorzitter van stembureau 3 in haar verklaring stelt dat de stembus niet werd verzegeld. Dat zij echter zelf de stembus naar het juiste stemopnemingsbureau heeft gebracht, samen met de secretaris. De bijzitters hadden de bus

4 4 op de verkeerde plaats afgeleverd. De voorzitter is teruggegaan en heeft de stembus op de juiste plaats gezet. De sleutels werden door de voorzitter en de oudste bijzitter bewaard. Overwegende dat het niet-verzegelen van een stembus een onregelmatigheid betreft, maar uit het onderzoek van de zaak met voldoende zekerheid kan worden opgemaakt dat zij geen aanleiding heeft gegeven tot het manipuleren van stembiljetten aangezien de voorzitter van het stembureau de stembus zelf naar het stemopnemingsbureau heeft gebracht en de stembus reeds om 14u 57 werd ontvangen door de voorzitter van het stemopnemingsbureau. Overwegende dat verzoeker geen gegevens aandraagt waaruit zou kunnen worden afgeleid dat deze onregelmatigheid aanleiding heeft gegeven tot frauduleuze handelingen en dat bovendien het aantal uitgebrachte stemmen zoals genoteerd in het PV van stembureau 3 overeenstemt met het aantal stembiljetten die in de stembus gevonden zijn in het stemopnemingsbureau. Overwegende dat wat het tweede middel betreft in het proces-verbaal van stemopnemingsbureau 6 vermeld staat dat er voor stembureau 14, 647 stembiljetten werden teruggevonden in het stemopnemingsbureau terwijl op de stembus 676 stembiljetten vermeld stond. Overwegende dat er geen opmerkingen terug te vinden zijn in het proces-verbaal van stembureau 14 en dat er vermeld staat dat er 676 uitgebrachte stemmen zijn. Overwegende dat bij het nazicht van de aanstippingslijst van de kiezers in stembureau 14 volgende kon worden vastgesteld. - op de kiezerslijst stonden 685 kiezers - 9 namen werden niet aangekruist - er waren 11 volmachtformulieren - bij 34 kiezers stonden de namen aangekruist maar stonden er ook opmerkingen bij (M.A., V.A., M.V, werkattest, vak.attest, Z.A.) Overwegende dat de voorzitter van stembureau 14, de heer Kurt Geysels in zijn brief d.d. 26 oktober 2006 verklaart dat er geen 676 brieven konden aanwezig zijn in de desbetreffende stembus, gelet op het feit dat er geen rekening werd gehouden met het aantal niet uitgebrachte stemmen (ziekte, vakantie,..). Dat het met andere woorden een louter mathematische vergissing is die moet blijken uit het formulier waarop de namen werden vermeld van alle personen die ofwel niet opgedaagd zijn, ofwel verontschuldigd zijn ingevolge medisch attest of vakantieattest (dit is het formulier A49a). De afkortingen achter de naam staan voor de reden waarom men niet in persoon is opgedaagd: M.A. medisch attest, V.A. vakantieattest, werkattest: attest werkgever, Z.A. zonder attest. Overwegende dat formulier A49a (=lijst van de afwezige kiezers met verantwoordingsstukken waarbij de belanghebbenden hun afwezigheid rechtvaardigen), door de Raad voor Verkiezingsbetwistingen werd opgevraagd bij de vrederechter te Aarschot. Overwegende dat uit dit formulier A49a kan worden afgeleid dat de kiezers waar er een opmerking achter stond, gelegitimeerd afwezig waren en bijgevolg geen stem hebben

5 5 uitgebracht. Dat deze dan ook verkeerdelijk bij de uitgebrachte stemmen werden bijgerekend. Overwegende dat uit het onderzoek door de Raad voor Verkiezingsbetwistigen duidelijk blijkt dat het verschil tussen het aantal opgegeven stembiljetten en het aantal teruggevonden biljetten een louter mathematische vergissing betreft. Overwegende bovendien dat een verschil tussen het getal van de op de oproepingslijsten aangeduide kiezers en het aantal stembiljetten gevonden in de stembus, slechts ontvankelijk kan worden aangevoerd als andere feiten bedrog tijdens de kiesverrichtingen doen vermoeden (R.v.St., Verk. Landen, nr. 2407, 29 april 1953) Overwegende dat wat het derde middel betreft, in het proces-verbaal van stemopnemingsbureau 4 werd opgenomen dat er in stembureau 7, 702 stembiljetten werden teruggevonden na telling in plaats van de 699 die in het PV van het stembureau 7 vermeld staan. Dat men moet vaststellen dat er 3 stembiljetten meer aanwezig waren dan in het PV van stembureau 7 vermeld werd. Overwegende dat als algemene regel kan gesteld worden dat een verschil tussen het aantal stembiljetten teruggevonden in de stembus en het aantal vermeld in het proces-verbaal van stembureau, de vernietiging van de verkiezing slechts meebrengt indien het verschil van aard is de zetelverdeling tussen de partijen te beïnvloeden. (R.v.St. Verk. Sint-Lambrechts- Woluwe, nr , 4 maart 1977) Overwegende dat rechtspraak van de Raad van State bovendien stelt dat een tekort of een teveel van één stembiljet in een bepaalde stembus de vernietiging van de verkiezing niet meebrengt omdat één bijkomende stem voor de verzoekers niet voldoende is om een zetel bij te krijgen (R.v.St. Verk. Wielsbeke, nr , 8 maart 1983). Overwegende dat in casu een teveel van 3 stembiljetten geen verschil is van die aard om de zetelverdeling tussen de partijen te beïnvloeden. Overwegende dat uit de voorgaande opmerkingen blijkt dat de drie middelen van dit bezwaar ongegrond zijn. BESLIST Artikel 1 Het bezwaar ingediend door de heer Johan Van de Schoot, namens Groen! Aarschot wordt verworpen. Artikel 2 Binnen drie dagen wordt deze beslissing ter kennis gebracht aan de gemeenteraad van Aarschot en van verzoeker, dit laatste met een ter post aangetekende brief. Binnen drie dagen wordt deze beslissing eveneens ter kennis gebracht van de indieners van de lijsten voor de verkiezing.

6 6 Artikel 3 Binnen acht dagen na de kennisgeving van deze beslissing, kunnen de betrokkenen inzage nemen van het dossier op het secretariaat van de Raad voor Verkiezingsbetwistingen. Artikel 4 Overeenkomstig artikel 85 septies van de Gemeentekieswet kan tegen deze beslissing van de Raad voor Verkiezingsbetwistingen binnen de acht dagen na de kennisgeving nog beroep worden ingesteld bij de Raad van State, Wetenschapsstraat 33, 1040 Brussel. Leuven, in openbare zitting van 9 november Aanwezig:. Lucien Renders. Voorzitter Kaat Leus. Lid Wouter Blomme Lid Kris Vermeersch Secretaris