Vehicle Security System VSS 1. Handleiding voor systeeminstelling - Dutch

Maat: px

Weergave met pagina beginnen:

Download "Vehicle Security System VSS 1. Handleiding voor systeeminstelling - Dutch"

Brecht Maes
7 jaren geleden
Aantal bezoeken:

1 Vehicle Security System VSS 1 Handleiding voor systeeminstelling - Dutch

2 Geachte klant, In deze handleiding vindt u de informatie en bedieningen die nodig zijn om de installatie van het alarmsysteem te bevestigen; bepaalde functies in-/uit te schakelen; de laatste 3 alarmoorzaken op te sporen. Informatie over het gebruik van het alarmsysteem vindt u in de handleiding van het alarmsysteem. VSS1 1

3 Programmeermodus Met deze functie kunt u verschillende systeemopties in-/uitschakelen en informatie ophalen uit het systeem. Voor toegang tot de programmeermodus, gaat u als volgt te werk: Ga eerst naar de programmeermodus. Selecteer daarna de functie die u wenst door het aantal maal dat u de deur opent te tellen. Eens u klaar bent in die modus, selecteert u een andere, of u verlaat de modus door 30 seconden te wachten, of door de sleutel opnieuw op ON of OFF te draaien. 1 De procedure starten Het alarmsysteem moet uitgeschakeld zijn, en alle deuren gesloten. 2 Toegang tot programmeermodus Voor auto s met afstandsbediening: Steek de sleutel in het contact. Draai de sleutel binnen de 20 seconden 5 maal in de stand IG ON (IG OFF -> ON). Uiteindelijke stand van de sleutel: IG ON, lampje alarmstatus (LED) brandt gedurende 30 s. Voor auto s met smart-sleutel: De smart-sleutel moet binnen in het voertuig zijn. Zonder de koppeling in te drukken, de startschakelaar binnen de 20 seconden indrukken tot de status IG ON 5 maal is bereikt (IG OFF -> ON). Uiteindelijke status van de startschakelaar: IG ON, lampje alarmstatus (LED) brandt gedurende 30 s. Als IG OFF-> ON meer dan 5 maal wordt bediend, moet u de sleutel uit het contact trekken en bovenstaande procedure herhalen. VSS1

4 3 Programmeermodus selecteren Binnen de 30 s de programmeermodus selecteren door het volgende aantal maal de deur te openen/te sluiten (tel het aantal maal sluiten). Een: Zoemer AAN/UIT (zie paragraaf 2.8) Twee: Automatische deurvergrendeling AAN/UIT (zie paragraaf 2.3) Drie: Bevestiging alarmgeheugen (zie paragraaf 2.5) Vier: Bevestiging installatie (zie paragraaf 2.9) Vijf: Bijkomende autoclaxon AAN/UIT (zie paragraaf 2.6) Negen: Passief inschakelen AAN/UIT (zie paragraaf 2.4) (niet beschikbaar voor België). 4 Programmeermodus bevestigen Draai de sleutel of druk de startschakelaar in de stand OFF, (IG ON -> OFF) voor toegang tot de gekozen programmeermodus. De keuze wordt bevestigd door het knipperen van de knipperlichtjes en de zoemer die hetzelfde aantal keer biept zoals het voormelde aantal maal openen/sluiten van de deur. Om opnieuw te starten vanaf punt 3 moet u de sleutel in de stand ON draaien (IG OFF -> ON). Nu moet u de gewenste functionaliteit kiezen. 5.1 De instellingen wijzigen Aantal maal deur sluiten: Een: Zoemer AAN/UIT 1) Open en sluit de deur één maal binnen de 30 s (status alarmlicht (LED) gaat branden). Eén maal: Zoemer UIT. Twee maal: Zoemer AAN. 2) Draai de sleutel (IG OFF > ON > OFF) De LED gaat UIT en de knipperlichtjes gaan het aantal maal branden dat de deur werd geopend/gesloten. 3) Draai de sleutel binnen de 30 seconden naar de stand ON om opnieuw te starten vanaf punt 3). VSS1 3

5 Twee: Automatische deurvergrendeling AAN/UIT. 1) Open en sluit de deur twee maal binnen de 30 s (LED gaat branden). Een maal: Automatische deurvergrendeling UIT. Twee maal: Automatische deurvergrendeling AAN. 2) Draai de sleutel (IG OFF > ON > OFF). De LED gaat UIT en de knipperlichtjes gaan het aantal maal branden dat de deur werd geopend/gesloten. 3) Draai de sleutel binnen de 30 seconden naar de stand ON om opnieuw te starten vanaf punt 3). Vijf: Bijkomende autoclaxon AAN/UIT. 1) Open en sluit de deur vijf maal binnen de 30 s (LED gaat branden). Een maal: Claxon UIT. Twee maal: Claxon AAN. 2) Draai de sleutel (IG OFF > ON > OFF). De LED gaat UIT en de knipperlichtjes gaan het aantal maal branden dat ls de deur werd geopend/gesloten. 3) Draai de sleutel binnen de 30 seconden naar de stand ON om opnieuw te starten vanaf punt 3). dit is niet voor alle automodellen mogelijk. Negen: Passief activeren AAN/UIT. 1) Open en sluit de deur negen maal binnen de 30 s (LED gaat branden). Een maal: Passief activeren UIT. Twee maal: Passief activeren AAN. 2) Draai de sleutel (IG OFF > ON > OFF). De LED gaat UIT en de knipperlichtjes gaan het aantal maal branden dat de deur werd geopend/gesloten. 3) Draai de sleutel binnen de 30 seconden naar de stand ON om opnieuw te starten vanaf punt 3). 5.2 Diagnostiekmodus Drie: Bevestiging alarmgeheugen. 1) Open en sluit de deur vier maal binnen de 30 s (LED gaat branden). 2) Wanneer een deur wordt geopend binnen de 30s (LED AAN) na het kiezen van de instelmodus. 3) Het systeem geeft de laatst alarmen door het aantal maal dat het knipperlichtje brandt en de zoemer biept (0,35s. AAN/UIT - 2 s pauze tussen de verschillende indicaties). Een: Volumetrische sensor Twee: Bijkomende sensor (bijv. sensor voor kantelen) Drie: Deuren Vier: Koffer Vijf: Motorkap. 4 VSS1

6 Zes: Contact Zeven: Geknoei met batterij (losgekoppeld) Acht: Geknoei met cobrabus. Na de indicatie en als de deur binnen de 30 s wordt gesloten en opnieuw geopend, wordt de alarmgeheugenindicatie opnieuw geactiveerd. Draai de sleutel binnen de 30 s naar de stand ON om opnieuw te starten vanaf punt 3). Vier: Bevestiging installatie. 1) Het systeem kan bevestigen dat de installatie correct is gebeurd. 2) Wanneer een inbraak wordt gedetecteerd, dan gaan het lampje alarmstatus (LED) en het knipperlichtje knipperen gedurende de detectietijd. 3) Als er een andere alarmsituatie wordt gedetecteerd (deur, koffer, motorkap open, bijkomende sensor) gaat het lampje alarmstatus (LED) branden en de sirenezoemer gaat continu zolang de alarmsituatie aanwezig is. Controle-modus installatie wordt beëindigd na 5 min. of wanneer de autosleutel in de stand OFF of ON wordt gedraaid. Bij het verlaten van de controle-modus installatie gaat het lampje alarmstatus (LED) UIT en de sirenezoemer en het knipperlichtje gaan twee maal aan. Draai de sleutel binnen de 30 seconden naar de stand ON om opnieuw te starten vanaf punt 3). 6 Programmeermodus verlaten 30 seconden zonder één enkele bediening (alle nieuwe gegevens worden opgeslagen) of draai de sleutel in de stand OFF vanaf punt 3) zonder de deuren te openen/te sluiten. VSS1 5

7 7 Activeren zonder binnenbewegingsdetectie Als u de auto moet vergrendelen terwijl er iemand in zit (passagier, kind, hond, ) moet u de inbraaksensor uitschakelen. Centrale deurvergrendeling (In de deur van de bestuurder) Ontgrendelen Vergrendelen Inschakelstappen Indicatie noodknipperlicht Lampje alarmstatus (LED) Zoemer 1 De bestuurderdeur openen. 2 Zet de centrale deurvergrendelschakelaar 3 maal in de vergrendelen ontgrendelstand met de bestuurderdeur open. (tussen elke maal drukken hoogstens 5 seconden wachten). LED-indicatie gaat gedurende 5 minuten snel knipperen, of tot u het systeem geactiveerd. 2 bieps wanneer de sensoren worden gedesactiveerd. 3 Sluit alle deuren, de motorkap en de koffer, sluit daarna binnen de 5 minuten de auto met de afstandsbediening of de smart-sleutel. Knippert éénmaal. AAN gedurende 30 seconden, begint dan te knipperen. OPMERKING: De binnensensor wordt maar voor 1 maal gedesactiveerd. Wanneer het systeem de volgende maal wordt geactiveerd, wordt ook de binnensensor opnieuw geactiveerd. 6 VSS1

8 8 Garage-modus Als u uw auto naar uw erkende dealer moet brengen en de afstandsbediening niet wilt afgeven, kunt u het alarmsysteem voor een beperkte tijd desactiveren. In de garage-modus worden alle alarmfuncties van het systeem gedesactiveerd. Deze modus moet als volgt handmatig worden geactiveerd: 1. Uitschakelen met de afstandsbediening 2. Sleutel in contact steken en op IG ON draaien 3. De deur binnen 30 seconden 7 maal openen en sluiten 4. De sleutel op IG OFF draaien De knipperlichten knipperen éénmaal (bevestiging). Na 5 maal de motor te hebben gestart, wordt de garage-modus uitgeschakeld. De knipperlichten gaan twee maal aan. VSS1 7

9 PZ???-?????-EU Publication no. ASM

Vergelijkbare documenten

Vehicle Security System VSS3 - Vehicle original remote

Vehicle Security System VSS3 - Vehicle original remote Originele afstandsbediening van het voertuig leidraad bij het instellen - Dutch Geachte klant, In deze handleiding vindt u de informatie en bedieningen