AUDIO/VIDEO CONTROL RECEIVER GEINTEGREERDE AUDIO/VIDEO-VERSTERKER RX-D201S / RX-D202B INSTRUCTIONS GEBRUIKSAANWIJZING LVT A [E]

Transcriptie

1 AUDIO/VIDEO CONTO ECEIVE GEINTEGEEDE AUDIO/VIDEO-VESTEKE X-D201S / X-D202B INSTUCTIONS GEBUIKSAANWIJZING VT A [E]

2 Waarschuwingen, voorzorgen en andere mededelingen Voorzichtig STANDBY/ON schakelaar! Om de stroomtoevoer geheel uit te schakelen, trekt u de stekker uit het stopkontakt. Anders zal er altijd een geringe hoeveelheid stroom naar het apparaat lopen, ongeacht de stand van de STANDBY/ON schakelaar. U kunt het apparaat ook met de afstandsbediening aan- en uitschakelen. VOOZICHTIG Ter vermindering van gevaar voor brand, elektrische schokken, enz.: 1. Verwijder geen schroeven, panelen of de behuizing. 2. Stel dit toestel niet bloot aan regen of vocht. VOOZICHTIG Zorg dat u de ventilatieopeningen en -gaten niet afsluit. (Als de ventilatieopeningen en -gaten worden afgesloten door bijvoorbeeld papier of een doek, kan er hitte in het apparaat worden opgebouwd.) Zet geen bronnen met open vuur, zoals brandende kaarsen, op het apparaat. Wees milieubewust en gooi lege batterijen niet bij het huishoudelijk afval. ege batterijen dient u in te leveren met het KCA of bij een innamepunt voor batterijen. Stel dit apparaat niet bloot aan regen, vocht, drupwater of spatwater en plaats geen enkel voorwerp waarin zich een vloeistof bevindt, zoals een vaas, op het apparaat. Voorzichtig: Zorg Voor Goede Ventilatie Om gevaar voor brand of een elektrische schok te voorkomen, dient u bij opstelling van het apparaat op de volgende punten te letten: Voorkant: Voldoende ruimte vrij houden. Zijkanten: Minstens cm aan weerszijden vrij houden. Bovenkant: Niets bovenop plaatsen; cm speling geven. Achterkant: Minstens 15 cm ruimte achteraan vrij houden. Onderkant: Opstellen op een egaal horizontaal oppervlak. Bovendien moet er rondom voldoende luchtdoorstroming zijn, zoals in de afbeelding aangegeven. Minstens 15 cm tussenruimte Wand of meubilair X-D201S / X-D202B Voorkant Standard op minstens 15 cm van de vloer Vloer G-1

3 Inhoudsopgave Namen van onderdelen... 2 Starten... 4 Voor de installatie... 4 Controleren van de bijgeleverde accessoires... 4 Plaatsen van batterijen in de afstandsbediening... 4 Aansluiten van de antennes voor FM en AM (MG)... 5 Aansluiten van de luidsprekers... 6 Aansluiten van videocomponenten... 7 USB-verbinding... Aansluiten van het netsnoer...11 Basisbediening Inschakelen van de spanning Kiezen van de weer te geven bron Instellen van het volume Tijdelijk uitschakelen van het geluid Veranderen van de displayhelderheid Uitschakelen van de stroom met de inslaaptimer Basisinstellingen Gemakkelijk instellen van de luidsprekerinformatie Quick Speaker Setup Instellen basisonderdelen Bedieningsprocedure Instellen van de luidsprekers Activeren van de EX/ES/PIIx instelling EX/ES/PIIx Kiezen van het hoofd- of subkanaal DUA MONO Instellen van de lage tonen Gebruik van de nacht-functie MIDNIGHT MODE Instellen van de digitale (DIGITA IN) ingangsaansluitingen DIGITA IN 1/ Instellen van de automatische functie AUTO MODE Kiezen van de componentvideo-ingangsfunctie DVD VIDEO IN/VIDEO VIDEOIN egelen van het geluid Instellen basisonderdelen Bedieningsprocedure Instellen van het luidsprekeruitgangsniveaus Instellen van de egalisatiepatronen D EQ 63Hz/250Hz/1kHz/4kHz/16kHz Instellen van de lage tonen Instellen van de geluidsparameters voor de Surround-/ DSP-functies Bediening van de tuner Handmatig afstemmen op zenders Gebruik van voorkeurzenders Kiezen van de FM-ontvangstfunctie Gebruik van DS (adio Data System) voor ontvangst van FM-zenders Opzoeken van een programma aan de hand van PTY-codes Tijdelijk overschakelen len naar een ander gewenst radioprogramma Voor realistische geluidsvelden eproductie met een bioscoopeffect Introductie van de Surround-functie Introductie van de DSP-functies Gebruik van de Surround-/DSP-functies Activeren van de Surround-/DSP-functies Bediening van andere JVC toestellen Bediening van componenten van een ander merk Oplossen van problemen Technische gegevens

4 Namen van onderdelen DV TEST 1 TV A/V CONTO ECEIVE EFFECT *CENTE *SUBWF 4 C.TONE 7 *FONT *FONT *D.EQ FEQ*S BACK *S BACK AUDIO DV/DVD VC TV/STB ETUN TA/NEWS/INFO 0 SUOUND SOUND *EVE EC PAUSE MEMOY FM MODE DV/DVD DVD 2 5 *SU 8 0 VC USB TV VOUME CHANNE ENTE 3 6 *SU 9 VIDEO FM/AM TV/VIDEO MUTING STANDBY/ON DISPAY MODE EX/ES/P x *EVE MENU TUNING/EW PTY-PTY SEACH-PTY FF/TUNING DIMME SEEP STB CONT ANAOG/ DIGITA VOUME EMOTE CONTO M-SXD201 p q w e r t y u i o Afstandsbediening Zie de tussen haakjes aangegeven bladzijden voor details. 1 DV/DVD functieschakelaar (37, 40) 2 Cijfertoetsen (26, 36 40) 1, 0, +, 0+ Toetsen voor het instellen van de luidspreker, het subwooferuitgangsniveau en geluid (22) TEST, FONT, FONT, EFFECT, CENTE, SUBWF, C. TONE, SU, SU, D. EQ FEQ, S BACK, S BACK ETUN toets (36) 3 SOUND toets (22 24) 4 Bedieningstoetsen voor DVD-recorder of DVD-speler* cursor toetsen (3, 2, 5, ), ENTE (37, 40) Toetsen voor het instellen van de luidsprekers, het subwoofer-uitgangsniveau en D.EG FEQ niveau (22) EVE9, EVE( Bedieningstoetsen voor DS (27, 28, 30) (PTY, PTY9, TA/NEWS/INFO, PTY SEACH, DISPAY MODE 5 MENU toets voor DVD-recorder of DVD-speler* (37, 40) 6 Bedieningstoetsen voor videocomponenten (36, 37, 39, 40) 4, 3,, 7, 8, EW, FF, EC PAUSE Bedieningstoetsen voor tuner (25, 26) ( TUNING, TUNING 9, MEMOY, FM MODE 7 Bronkeuzetoetsen (12, 25, 36 40) DV/DVD, VC, VIDEO, TV, USB, FM/AM 8 CHANNE +/ toetsen (36 40) 9 TV VOUME +/ toetsen (36, 38) p STANDBY/ON toetsen (12, 36 40) AUDIO, DV/DVD, VC, TV/STB q SUOUND toets (35) w EX/ES/PIIx toets (18) e DIMME toets (14) r SEEP toets (14) t STB CONT toets (40) y ANAOG/DIGITA toets (12) u TV/VIDEO toets (36, 38) i VOUME +/ toets (13) o MUTING toets (14) * Deze toetsen kunnen worden gebruikt voor het bedienen van een JVC DVD-recorder of DVD-speler indien de functiekeuzeschakelaar op DV of DVD is gesteld (zie bladzijde 37). Gebruik de bij uw DVD-recorder of DVD-speler geleverde afstandsbediening indien deze toetsen niet normaal functioneren. Zie tevens de bij uw DVD-recorder of DVD-speler geleverde gebruiksaanwijzing voor details aangaande bedieningen. Voor bediening van een DVD-recorder (AEEN JVC toestellen) moet u de functieschakelaar (1) naar DV drukken. Voor bediening van een DVD-speler, moet u de functieschakelaar (1) naar DVD drukken. 2

5 Zie de tussen haakjes aangegeven bladzijden voor details. Voorpaneel AUDIO/VIDEO CONTO ECEIVE SOUCE SEECTO / MUTI JOG MASTE VOUME STANDBY/ON DIMME SETTING ADJUST SUOUND DV / DVD VC VIDEO TV USB FM/AM SET / TUNE PESET PHONES USB p q w e 1 STANDBY/ON toets en standby lampje (12) 2 DIMME toets (14) 3 SETTING toets (15, 17) 4 ADJUST toets (21) 5 SUOUND toets (35) 6 Bronlampjes DV/DVD, VC, VIDEO, TV, USB, FM/AM 7 SET toets (15, 17, 21) TUNE PESET toets (26) 8 SOUCE SEECTO (12, 26) MUTI JOG (15, 17, 21, 26, 35) 9 MASTE VOUME regelaar (13) p PHONES aansluiting (13) q USB aansluiting () w Displayvenster (zie hieronder) e Afstandsbedieningsensor (4) Displayvenster =~ ANAOG DIGITA AUTO INEA PCM DIGITA 96 / 24 DUA MONO C S.WF FE S S S SB SB SB AUTO SU HEADPHONE P x NEO : 6 DSP 3D-PHONIC VITUA SB DS TA NEWS INFO TUNED STEEO AUTO MUTING SEEP AUTO MODE DIGITA EQ C.TONE B.BOOST MIDNIGHT INPUT ATT MHz #$ % ^ & * ( ) 1 ANAOG indicator (13) 2 DUA MONO indicator (19) 3 AUTO SU (surround) indicator (35) 4 HEADPHONE indicator (13, 32) 5 Indicators voor DS-bediening (27, 30) DS, TA, NEWS, INFO 6 Indicators voor tuner-bediening (25) TUNED, STEEO 7 DIGITA EQ indicator (22) 8 AUTO MUTING indicator (26) 9 C.TONE indicator (24) 0 B.BOOST indicator (23) - MIDNIGHT indicator (19) = INPUT ATT (demping) indicator (23) ~ SEEP indicator (14)! Digitaal signaalformaatindicators (13, 31, 32) DIGITA AUTO, INEA PCM,,, Signaal- en luidsprekerindicators (14) # NEO:6 indicator (32) $ VITUA SB indicator (34) % 3D-PHONIC indicator (32, 33) ^ DSP indicator (33, 34) & en indicator (31 33) * AUTO MODE indicators (20) ( Hoofddisplay ) Frequentie-eenheidindicators MHz (voor FM-zenders), khz (voor AM (MG)-zenders) Achterpaneel COMPONENT VIDEO Y PB P AV IN/OUT TV DIGITA IN 1(DV/DVD) 2(VIDEO) VIDEO AUDIO VIDEO IN VIDEO IN DV/DVD IN SUOUND BACK SUOUND SPEAKES SPEAKES IGHT EFT IGHT EFT AM OOP ANTENNA FM 75 AM EXT COAXIA CENTE FONT SPEAKE SPEAKES IGHT EFT SUBWOOFE OUT VIDEO IN DV/DVD IN MONITO OUT VC DV/DVD VIDEO S-VIDEO CAUTION:SPEAKE IMPEDANCE Netsnoer (11) 2 COMPONENT VIDEO (Y, PB, P) aansluitingen (8, 9) VIDEO IN, DV/DVD IN, MONITO OUT 3 AV IN/OUT aansluitingen (7) TV, VC, DV/DVD 4 DIGITA IN aansluitingen () Coaxiaal: 1(DV/DVD) Optisch: 2(VIDEO) 5 ANTENNA aansluitingen (5) 6 SUBWOOFE OUT aansluiting (6) 7 VIDEO aansluitingen (9) VIDEO (composiet video), S-VIDEO 8 AUDIO aansluitingen (8, 9) VIDEO IN, DV/DVD IN 9 uidsprekeraansluitingen (6) SUOUND BACK SPEAKES, SUOUND SPEAKES, CENTE SPEAKE, FONT SPEAKES 3

6 Starten Plaatsen van batterijen in de afstandsbediening Voor gebruik van de afstandsbediening moet u eerst de twee bijgeleverde batterijen plaatsen Voor de installatie Algemeen voorzorgen Zorg dat uw handen droog zijn. Schakel alle apparatuur uit. ees de gebruiksaanwijzing van alle apparaten die u aan wilt sluiten aandachtig door. Plaatsing Plaats de receiver op een vlakke plaats die niet aan vocht en stof onderhevig is. De omgevingstemperatuur mag niet lager zijn dan 5 C en niet hoger worden dan 35 C. Zorg voor voldoende ventilatie rond de ontvanger. Bij gebrek aan ventilatie kan de ontvanger oververhit en beschadigd raken. Zorg dat er voldoende afstand tussen de receiver en de TV is. Veiligheid Steek geen metalen voorwerpen in de ontvanger. aat de ontvanger intact. Verwijder geen schroeven, beschermplaten of onderdelen. Stel de ontvanger niet bloot aan vochtigheid zoals regen. Trek niet aan het netsnoer om de stekker te ontkoppelen. Pak de stekker beet voor het ontkoppelen zodat het snoer niet kan worden beschadigd. Trek de stekker uit het stopcontact indien u het toestel voor langere tijd niet gaat gebruiken, bijvoorbeeld wanneer u op vakantie gaat. Met de stekker in het stopcontact gestoken, wordt er altijd een kleine hoeveelheid stroom verbruikt. Deze receiver heeft een ingebouwde ventilator die in werking treedt wanneer het receiver wordt ingeschakeld. Zorg dat er voldoende vrije ruimte rond de receiver is zodat deze goed door de ventilator kan worden gekoeld. 1 Druk op de batterij-afdekking op de achterkant van de afstandsbediening en schuif open. 2 Plaats de batterijen. Zorg dat de polen in de juiste richting wijzen: (+) naar (+) en ( ) naar ( ). 3 Plaats de deksel weer terug. Vervang de batterijen indien het bereik van de afstandsbediening kleiner wordt of de afstandsbediening niet meer goed werkt. Gebruik in dat geval twee 6(SUM-3)/AA(15F) droge cel batterijen. De bijgeleverde batterijen dienen uitsluitend voor het in gebruik nemen. Plaats andere batterijen voor langdurig gebruik. ET OP: Voorkom het lekken of barsten van batterijen en let daarom op het volgende: Plaats batterijen altijd met de polen in de juiste richting in het vak van de afstandsbediening: (+) naar (+) en ( ) naar ( ). Gebruik uitsluitend het gespecificeerde type batterij. Batterijen van dezelfde afmetingen hebben namelijk mogelijk een ander voltage. Vervang altijd beide batterijen tegelijkertijd door nieuwe. Stel batterijen niet aan hitte of vlammen bloot. icht de afstandsbediening bij gebruik recht naar de afstandsbedieningsensor van de voorpaneel. Afstandsbedieningsensor ET OP: Steek de stekker van het netsnoer pas in het stopcontact nadat alle andere verbindingen zijn gemaakt. Controleren van de bijgeleverde accessoires Controleer dat u alle hieronder beschreven accessoires heeft. Neem direct contact op met de plaats van aankoop indien er accessoires ontbreken. Afstandsbediening ( 1) Batterijen ( 2) ingantenne voor AM (MG) ( 1) FM-antenne ( 1) 4

7 AM EXT Aansluiten van de antennes voor FM en AM (MG) Steek de stekker van het netsnoer pas in het stopcontact nadat alle andere verbindingen zijn gemaakt. ingantenne voor AM (MG) (bijgeleverd) Verbind een FM-buitenantenne (niet bijgeleverd) indien de ontvangst van FM slecht is. Druk de lipjes van de ring in de openingen van de basis om de ringantenne voor AM (MG) in elkaar te zetten. AM OOP ANTENNA Verbind een enkel vinylgeïsoleerd buitendraad (niet bijgeleverd) indien de ontvangst van AM (MG) slecht is. AM EXT FM 75 COAXIA ANTENNA FM-antenne (bijgeleverd) Aansluiten van de antenne voor AM (MG) Verbind de bijgeleverde ringantenne voor AM (MG) met de AM OOP aansluitingen. Verbind het witte snoer met de AM EXT aansluiting en het zwarte snoer met de H aansluiting. icht de ring voor een optimale ontvangst. Verbind een enkel vinyl-geïsoleerd buitendraad (niet bijgeleverd) met de AM EXT aansluiting indien de ontvangst slecht is. Houd in dat geval de ringantenne voor AM (MG) ook aangesloten. OPMEKINGEN Indien het draad van de ringantenne voor AM (MG) met vinyl is bedekt, moet u het vinyl van het uiteinde verwijderen door het te draaien zoals u hier rechts ziet. Controleer dat de antennegeleiders geen contact met andere aansluitingen, aansluitsnoeren en het netsnoer maken. Dit zou namelijk de ontvangst van zenders verslechteren. Aansluiten van de antenne voor FM Verbind de bijgeleverde FM-antenne met de FM 75 Ω COAXIA aansluiting als tijdelijke oplossing. ol de FM-antenne in horizontale richting uit. Verbind een FM-buitenantenne (niet bijgeleverd) indien de ontvangst slecht is. Alvorens een 75 Ω coaxkabel met een stekker (IEC of DIN 45325) aan te sluiten, moet u de bijgeleverde FM-antenne ontkoppelen. 5

8 AM EXT Aansluiten van de luidsprekers Steek de stekker van het netsnoer pas in het stopcontact nadat alle andere verbindingen zijn gemaakt. Opstelling van de luidsprekers SW C S S Middenluidspreker (C) SB (*SB) SB SUBWOOFE OUT echtersurroundachterluidspreker (SB) SUOUND BACK SUOUND CENTE FONT SPEAKES SPEAKES SPEAKE SPEAKES IGHT EFT IGHT EFT IGHT EFT CAUTION:SPEAKE IMPEDANCE 6-16 *inkersurroundachterluidspreker (SB) echtersurroundluidspreker (S) inkervoorluidspreker () inkersurroundluidspreker (S) echtervoorluidspreker () Subwoofer met stroomcircuit (SW) ET OP: Gebruik luidsprekers met de SPEAKE IMPEDANCE die bij de luidsprekeraansluitingen (6 Ω 16 Ω) is vermeld. Sluit NIET meer dan één luidspreker op één luidsprekeraansluiting aan. Aansluiten van de luidsprekers Schakel alle apparaten uit alvorens verbindingen te maken Draai een stukje van de isolatie bij het uiteinde van ieder luidsprekersnoer en verwijder dat stukje. 2 Open de aansluiting (1), en steek het luidsprekersnoer (2) in de aansluiting. Voor iedere luidspreker moet u de (+) en ( ) aansluitingen op het achterpaneel met respectievelijk de met (+) en ( ) gemarkeerde aansluitingen van de luidsprekers verbinden. 3 Sluit de aansluiting *Indien u slechts één luidspreker als surroundachterluidspreker gebruikt U kunt tevens een surroundgeluid krijgen met slechts één surroundachterluidspreker. Indien u slechts één surroundachterluidspreker gebruikt; stel SB OUT op <1SPK> (zie bladzijde 17) en verbind de surroundachterluidspreker met de aansluiting voor de linkersurround-achterluidspreker. (U hoort geen geluid indien u de luidspreker met de aansluiting voor de rechtersurround-achterluidspreker heeft verbonden.) Aansluiten van een subwoofer met stroomcircuit Met een subwoofer kunt u de lage tonen verbeterd weergeven of de oorspronkelijke FE (lage frequentie) signalen van digitale software reproduceren. Verbind middels een CA tulpstekkersnoer (niet bijgeleverd) de ingangsaansluiting van een subwoofer met eigen stroomcircuit met de SUBWOOFE OUT aansluiting op het achterpaneel. Zie tevens de gebruiksaanwijzing van de subwoofer. Na het aansluiten van alle luidsprekers en/of een subwoofer moet u de juiste informatie voor de aangesloten luidsprekers instellen voor een optimaal surroundeffect. Zie bladzijden 15 tot 19 voor details. OPMEKING U kunt de subwoofer op iedere gewenste plaats installeren daar de lage tonen niet-richtinggevoelig zijn. Plaats normaliter echter voor de luisterplaats. 6

9 AM EXT Aansluiten van videocomponenten Steek de stekker van het netsnoer pas in het stopcontact nadat alle andere verbindingen zijn gemaakt. SCAT verbinding U kunt het beeld bekijken en geluid horen van weergavecomponenten door eenvoudig een verbinding met de SCAT kabel te maken. Indien uw videocomponenten een digitale uitgangsaansluiting hebben, dient u deze tevens met de digitale aansluiting te verbinden zoals beschreven bij Digitale verbinding (zie bladzijde ). ET OP: Indien u een apparaat voor verbetering van het geluid, bijvoorbeeld een grafische equalizer, tussen het broncomponent en dit toestel aansluit, wordt het via dit toestel weergegeven geluid mogelijk vervormd. Gebruik GEEN TV die via een videorecorder is verbonden of een TV met ingebouwde videorecorder; het beeld wordt anders mogelijk vervormd. Schakel de spanning van alle componenten uit alvorens verbindingen. De afbeeldingen van de in- en uitgangsaansluitingen zijn standaardvoorbeelden. Zie bij het aansluiten van andere componenten tevens de betreffende gebruiksaanwijzingen daar de namen van aansluitingen op het achterpaneel per component verschillend zijn. AV IN/OUT TV VC DV/DVD TV SCAT kabel (niet bijgeleverd) DVD-recorder of DVD-speler OPMEKINGEN Kies de analoge ingangsfunctie. Zie Kiezen van de analoge of digitale ingangsfunctie op bladzijde 12. Indien de TV meerdere SCAT aansluitingen heeft, moet u in de gebruiksaanwijzing van de TV controleren welke videosignalen voor iedere aansluiting beschikbaar zijn. Sluit vervolgens de SCAT kabel overeenkomstig juist aan. Videorecorder Ingang Uitgang Specificaties van de SCAT aansluiting Naam aansluiting TV VC DV/DVD Audio / Composiet Video S-video (Y/C) GB Audio / Composiet *1*2 *1*2 *1*2 Video S-video (Y/C) *2 GB *2 T-V INK *3 *3 *3 : Beschikbaar, : Niet beschikbaar *1 Signalen die van een SCAT aansluiting worden ingevoerd, kunnen niet via dezelfde SCAT aansluiting worden uitgestuurd. *2 Het videoformaat van de uitgestuurde videosignalen is consistent met het formaat van de ingevoerde videosignalen. Wanneer bijvoorbeeld S-video signalen naar dit toestel worden ingevoerd, kunnen geen andere signalen dan S-video signalen via dit toestel worden uitgestuurd. Zie de bij de videocomponenten geleverde gebruiksaanwijzingen voor het controleren van de instelling voor het ingang/uitgang van videosignalen. *3 De signalen voor de T-V INK functie gaan altijd via het toestel. VEVOG OP DE VOGENDE BADZIJDE 7

10 AM EXT Voor TV en videoformaat Dit receiver kan de videosignalen niet veranderen. Indien het videosignaal van het ene videocomponent verschilt van het videosignaal van het andere videocomponent (bijvoorbeeld het ene signaal is S-video en het andere signaal Composiet), kunnen de beelden niet juist worden getoond. U moet in dat geval de videosignalen van alle videocomponenten veranderen of u moet het videosignaal van de TV veranderen wanneer u naar een andere bron schakelt. Voor een analoge decoder Voor het bekijken of opnemen van een gecodeerd programma met uw videorecorder, moet u een analoge decoder met de videorecorder verbinden en vervolgens het gecodeerde kanaal van de videorecorder kiezen. Indien er geen vereiste aansluiting voor de decoder op uw videorecorder is, verbind dan de decoder met de TV. Zie tevens de bij de betreffende apparatuur geleverde gebruiksaanwijzingen. Voor T-V INK U kunt de T-V INK functie tevens gebruiken indien u een voor T-V INK geschikte TV en videorecorder met dit receiver verbindt middels volledige draad SCAT kabels. Zie de bij de TV en videorecorder geleverde gebruiksaanwijzingen voor details aangaande T-V INK. Verbind de SCAT kabel met de EXT-2 aansluiting van uw met JVC s T-V INK compatibele TV voor gebruik van de T-V INK functie. Bepaalde videocomponenten zijn geschikt voor datacommunicatie, bijvoorbeeld T-V INK. Zie tevens de bij deze componenten geleverde gebruiksaanwijzingen voor details. Audio-/videoverbinding Behalve de SCAT aansluitingen heeft deze receiver tevens de volgende video-aansluitingen: Component video-ingang/uitgang: VIDEO IN, DV/DVD IN, MONITO OUT Composiet en S-video-ingang: VIDEO IN BEANGIJK De component videosignalen van de COMPONENT VIDEO aansluitingen worden uitsluitend via de MONITO OUT aansluitingen uitgestuurd. Indien de TV derhalve via de SCAT aansluiting (TV) met de receiver is verbonden en een spelend videocomponent via de component video-aansluitingen (VIDEO IN of DV/DVD IN) met de receiver is verbonden, kunt u het weergavebeeld niet op de TV bekijken. 7 Verbinden van een DVD-recorder of DVD-speler met de DV/DVD IN aansluitingen Voor optimale weergave van Dolby Digital en DTS multikanaal software (inclusief Dual Mono software), moet u de DVD-recorder of DVD-speler via de digitale ingangsaansluitingen verbinden (zie bladzijde ). Indien u een DVD-recorder of DVD-speler met de stereo-uitgangsaansluitingen verbindt: COMPONENT VIDEO Y PB Groen Blauw Schakel de spanning van alle componenten uit alvorens verbindingen. Component videokabel (niet bijgeleverd) P ood VIDEO IN DV/DVD IN MONITO OUT DVD-recorder of DVD-speler Å AUDIO VIDEO IN DV/DVD IN Wit ı ood Stereo audiokabel (niet bijgeleverd) OPMEKINGEN Verbind geen verschillende componenten met de AUDIO DV/DVD IN aansluitingen en AV IN/OUT (SCAT) DV/DVD aansluiting (zie bladzijde 7); geluid van beide componenten wordt anders tegelijkertijd via de luidsprekers weergegeven. Kies de analoge ingangsfunctie. Zie Kiezen van de analoge of digitale ingangsfunctie op bladzijde 12. U kunt digitaal geluid beluisteren indien u een verbinding met een digitale coaxiale of optische kabel heeft gemaakt. Bij het verlaten van de fabriek is de audioingangsfunctie voor een DVD-recorder en DVD-speler voor de digitale coaxiale aansluiting (DIGITA IN 1 (DV/DVD)). ingesteld. Zie bladzijde voor details aangaande een digitale verbinding. Indien u een DVD-recorder of DVD-speler met de componentvideoingangsaansluitingen heeft verbonden, moet u de componentvideo-ingangsfunctie (DVD VIDEO IN) juist kiezen. Het beeld zal anders niet op de TV kunnen worden getoond. Zie bladzijde 20 voor details. Å Naar component video-uitgang Sluit Y, PB en P juist aan. ı Naar links/rechts audiokanaaluitgang 8

11 AM EXT AM EXT Steek de stekker van het netsnoer pas in het stopcontact nadat alle andere verbindingen zijn gemaakt. 7 Verbinden van een ander videocomponent met de VIDEO IN aansluitingen Indien uw videocomponenten S-video (Y/C-gescheiden) en/of component video (Y, PB, P) aansluitingen hebben, kunt u deze middels een S-videokabel (niet bijgeleverd) en/of een component videokabel (niet bijgeleverd) verbinden. Middels deze aansluitingen krijgt u een betere beeldkwaliteit, op volgorde van: Component video > S-video > Composiet video Kies VIDEO als bron (zie bladzijde 12) voor weergave van het videocomponent dat met deze aansluitingen is verbonden. COMPONENT VIDEO Y PB Groen Blauw Schakel de spanning van alle componenten uit alvorens verbindingen. Component videokabel (niet bijgeleverd) P ood VIDEO IN DV/DVD IN MONITO OUT Å Videorecorder, enz. Å VIDEO VIDEO IN VIDEO S-VIDEO AUDIO VIDEO IN DV/DVD IN Wit ood ı Stereo audiokabel (niet bijgeleverd) Ç Î Composiet videokabel (niet bijgeleverd) S-videokabel (niet bijgeleverd) OPMEKINGEN Kies de analoge ingangsfunctie. Zie Kiezen van de analoge of digitale ingangsfunctie op bladzijde 12. U kunt digitaal geluid beluisteren indien u een verbinding met een digitale coaxiale of optische kabel heeft gemaakt. Bij het verlaten van de fabriek is de audioingangsfunctie voor andere video-apparatuur dan een DVD-recorder en DVD-speler voor de digitale optische aansluiting (DIGITA IN 2 (VIDEO)) ingesteld. Zie bladzijde voor details aangaande een digitale verbinding. Indien u andere video-apparatuur dan een DVD-recorder of DVD-speler met de componentvideo-ingangsaansluitingen heeft verbonden, moet u de componentvideoingangsfunctie (VIDEO VIDEOIN) juist kiezen. Het beeld zal anders niet op de TV kunnen worden getoond. Zie bladzijde 20 voor details. 7 Verbinden van een TV met de MONITO OUT aansluitingen Å Naar component video-uitgang Sluit Y, PB en P juist aan. ı Naar links/rechts audiokanaaluitgang Ç Naar composiet video-uitgang Î Naar S-video-uitgang COMPONENT VIDEO Schakel de spanning van alle componenten uit alvorens verbindingen. Y Groen PB Blauw Component videokabel (niet bijgeleverd) VIDEO IN DV/DVD IN P MONITO OUT ood Å TV OPMEKINGEN Kies de analoge ingangsfunctie. Zie Kiezen van de analoge of digitale ingangsfunctie op bladzijde 12. U kunt digitaal geluid beluisteren indien u een verbinding met een digitale coaxiale of optische kabel heeft gemaakt. Zie bladzijde voor details aangaande een digitale verbinding. Å Naar component video-ingang Sluit Y, PB en P juist aan. 9

12 AM EXT Digitale verbinding Deze receiver heeft twee DIGITA IN aansluitingen één digitale coaxiale aansluiting en één digitale optische aansluiting. Voor weergave van digitaal geluid, moet u behalve de analoge verbinding als beschreven op bladzijden 7 tot 9, ook een digitale verbinding maken. Digitale coaxiale kabel (niet bijgeleverd) Digitale optische kabel (niet bijgeleverd) Schakel de spanning van alle componenten uit alvorens verbindingen. Zie tevens de gebruiksaanwijzingen van de andere aan te sluiten apparatuur. USB-verbinding Deze receiver heeft een USB aansluiting op het voorpaneel. U kunt uw PC met deze aansluiting verbinden voor weergave van het geluid dat via uw PC wordt gereproduceerd. Voer de volgende handelingen uit wanneer u voor het eerst uw PC met dit toestel verbindt. U kunt geen signalen of data van deze receiver naar uw PC versturen. BEANGIJK: Controleer of uw PC met CD-OM Windows 98 SE*, Windows Me*, Windows 2000* of Windows XP* gebruikt en zorg dat u de CD-OM bij de hand heeft. Installeren van de USB-drivers De volgende procedure is gebaseerd op het gebruik van de Engelse versie van Windows XP. Indien u een andere versie, besturingssysteem of taal voor uw PC gebruikt, zullen de schermen die op uw monitor worden getoond verschillen van de afbeeldingen in de volgende procedure. 1. Schakel uw PC in en start Windows 98 SE, Windows Me, Windows 2000 of Windows XP. Indien uw PC reeds is ingeschakeld, moet u alle aktieve programma s stoppen. Indien het component een digitale coaxiale uitgangsaansluiting heeft, moet u deze middels een digitale coaxiale kabel (niet bijgeleverd) met de 1(DV/DVD) aansluiting verbinden. DIGITA IN 1(DV/DVD) 2(VIDEO) 2. Schakel de receiver in en kies de USB DIGITA. 3. Stel het volume in de minimale stand. BEANGIJK: Stel het volume altijd op 0 alvorens andere apparatuur aan te sluiten of te ontkoppelen. 4. Verbind het toestel middels een USB-kabel (niet bijgeleverd) met uw PC. Indien het component een digitale optische uitgangsaansluiting heeft, moet u deze middels een digitale optische kabel (niet bijgeleverd) met de 2(VIDEO) aansluiting verbinden. USB Verwijder het beschermdopje alvorens een optisch digitaal kabel aan te sluiten. USB-kabel (niet bijgeleverd) PC OPMEKINGEN Bij het verlaten van de fabriek zijn de DIGITA IN aansluitingen voor gebruik met de volgende componenten ingesteld: 1(DV/DVD): Voor DVD-recorder of DVD-speler 2(VIDEO): Voor andere video-apparatuur dan een DVDrecorder en DVD-speler. Indien u andere apparatuur heeft aangesloten, moet u de instelling voor de digitale ingangsaansluitingen (DIGITA IN) veranderen. Zie Instellen van de digitale (DIGITA IN) ingangsaansluitingen DIGITA IN 1/2 op bladzijde 20. Kies de juiste digitale ingangsfunctie. Zie Kiezen van de analoge of digitale ingangsfunctie op bladzijde 12. Gebruik een USB-serie A-stekker naar B-stekker kabel voor het verbinden.

13 5. De USB-drivers worden automatisch geïnstalleerd. Indien de USB-drivers niet automatisch worden geïnstalleerd, moet u de USB-drivers aan de hand van de aanwijzingen op de monitor van de PC installeren. 6. Controleer of de drivers juist zijn geïnstalleerd. 1. Open Control Panel van uw PC: Kies [Start] = [Control Panel]. 2. Kies [System] = [Hardware] = [Device Manager] = [Sound, video and game controllers] = [Universal Serial Bus controllers]. Het volgende venster verschijnt en u kunt controleren of de drivers werkelijk zijn geïnstalleerd. OPMEKINGEN Schakel de receiver NIET uit en ontkoppel de USB-kabel niet tijdens het installeren van de USB-drivers en gedurende de tijd dat de PC de receiver moet herkennen. Gebruik een USB-kabel (versie 1.1 of later). Gebruik bij voorkeur een kabel van maximaal 1,5 meter. Indien uw PC de receiver niet herkent, moet u de USB-kabel even ontkoppelen en weer aansluiten. Start Windows opnieuw op indien dit het probleem nog niet oplost. De geïnstalleerde drivers kunnen alleen worden herkend wanneer de USB-kabel is aangesloten op de receiver en uw PC. Het geluid wordt mogelijk niet juist weergegeven onderbrekingen of vertragingen afhankelijk van uw PC-instellingen en de specificaties van uw PC. * Microsoft, Windows 98 SE, Windows Me, Windows 2000 en Windows XP zijn geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corporation. Aansluiten van het netsnoer Steek de stekker van het netsnoer in een stopcontact nadat alle audio- en videoverbindingen zijn gemaakt. Controleer dat de stekkers geheel zijn ingestoken. Het standby lampje licht rood op. Uw PC is nu gereed voor weergave via de USB-verbinding. Na het installeren van de drivers kunt u uw PC als weergavebron gebruiken. De PC herkent de receiver automatisch zodra u een USB-kabel met de PC en receiver verbindt en de receiver is ingeschakeld. Ontkoppel de USB-kabel wanneer u de PC niet als weergavebron gebruikt. Zie voor weergave van het geluid van uw PC, tevens de gebruiksaanwijzingen van het geluidsprogramma van uw PC. Voer de volgende punten uit indien er geen geluid via de luidsprekers wordt gereproduceerd: - kies de USB DIGITA ingangsbron. - sluit de USB-kabel juist aan. - controleer of de USB-apparatuur juist werd herkend. - controleer of de weergave-software van uw PC compatibel met USB is. - open Control Panel van uw PC en kies [Sounds and Audio Devices] = [Audio] toets = [Sound playback] = [Default device], en controleer of [Default device] op [USB Audio device] is gesteld. ET OP: aak de netspanningskabel niet met natte handen aan. Breng geen wijzigingen in het netsnoer aan en zorg dat dit niet wordt verdraaid of verbogen; plaats er ook geen zware voorwerpen op, om brand, een elektrische schok of andereongelukken te voorkomen. Neem contact op met uw leverancier voor een nieuw netsnoer als het snoer beschadigd is. OPMEKINGEN Houd het netsnoer uit de buurt van de andere aansluitsnoeren en de antenne. Het netsnoer kan anders namelijk ruis of scherminterferentie veroorzaken. De voorkeursinstellingen zoals kanaal- en geluidsinstellingen kunnen in de volgende gevallen na een aantal dagen zijn gewist: Wanneer u de stekker eruit haalt. Wanneer er een stroomstoring optreedt. De receiver schakelt standby wanneer u de stekker uit het stopcontact trekt met de receiver ingeschakeld en vervolgens weer in het stopcontact steekt. 11

14 Basisbediening 2 Kiezen van de weer te geven bron Op het bedieningspaneel aan de voorzijde: Draai SOUCE SEECTO totdat de naam van de gewenste bron op het display verschijnt. Het bronlampje van de gekozen bron licht rood op. Door SOUCE SEECTO te draaien, verandert de bron als volgt: ANAOG S.WF AUTO SU TUNED STEEO AUTO MUTING MHz Bronlampjes DV/DVD (DGT)*: VC : VIDEO (DIGITA)*: TV (DIGITA)*: USB DIGITA: FM: AM: Kiest de DVD-recorder of DVD-speler. Kiest de videorecorder. Kiest het apparaat dat met de VIDEO IN aansluitingen op het achterpaneel van de receiver is aangesloten. Kiest de TV. Kiezen van de PC. Kiest een FM-zender. Kiest een AM (MG)-zender. 2 3 Met de afstandsbediening: Druk op een van de bronkeuzetoetsen. Voor de tuner drukt u op FM/AM. Door iedere druk op FM/AM, wordt afwisselend FM en AM (MG) als golfband gekozen. 1 Inschakelen van de spanning Druk op STANDBY/ON (of STANDBY/ON AUDIO van de afstandsbediening). Het standby lampje dooft en het bronlampje van de huidige gekozen bron licht rood op. De naam van de ingestelde bron verschijnt. ANAOG S.WF AUTO SU TUNED STEEO AUTO MUTING MHz * Kiezen van de analoge of digitale ingangsfunctie U moet de juiste ingangsfunctie kiezen, in overeenstemming met de gebruikte aansluitmethode (analoog of digitaal) op bladzijde 7 t/m. Indien u een digitale verbinding heeft gemaakt, moet u tevens de juiste digitale ingangsaansluitingen kiezen. (Zie Instellen van de digitale (DIGITA IN) ingangsaansluitingen DIGITA IN 1/2 op bladzijde 20.) De DGT AUTO en ANAOGUE instellingen worden voor iedere bron vastgelegd. AEEN met de afstandsbediening: Druk op ANAOG/DIGITA om de analoge of digitale ingangsfunctie te kiezen. Door iedere druk op de toets verandert de ingangsbron als volgt: DIGITA AUTO DIGITA C S.WF FE S S AUTO SU Uitschakelen van de spanning (naar standby) Druk nogmaals op STANDBY/ON (of STANDBY/ON AUDIO van de afstandsbediening). Het standby lampje licht rood op. OPMEKING Tijdens standby wordt er nog een kleine hoeveelheid stroom naar het toestel gestuurd. Om de spanning geheel uit te schakelen, moet u de stekker van het netsnoer uit het stopcontact trekken. 12

15 DGT AUTO (DIGITA AUTO): Kies voor de digitale ingangsfunctie. Het receiver tast automatisch het formaat van het binnenkomende signaal af, vervolgens licht de digitale signaalindicator (INEA PCM,, of 96/24) voor het afgetaste signaal op. DOBY DIGITA*: DTS*: ANAOGUE: Fabrieksinstelling: DGT AUTO DIGITA AUTO DIGITA C S.WF FE S S AUTO SU Kies voor weergave van software die met Dolby Digital is gecodeerd. Kies voor weergave van software die met DTS is gecodeerd. Kies voor de analoge ingangsfunctie. De ANAOG indicator licht op het display op. * Kies DOBY DIGITA of DTS indien u tijdens weergave van Dolby Digital of DTS software een van de volgende problemen heeft met DGT AUTO gekozen. Geen geluid bij het starten van de weergave. uis tijdens het zoeken of verspringen naar hoofdstukken of fragmenten. Bijv.: Met Dolby Digital gekozen OPMEKINGEN U kunt de digitale ingangsfunctie niet kiezen indien FM of AM als bron is gekozen. De ingangsfunctie wordt op DGT AUTO vastgesteld wanneer u USB DIGITA als bron kiest. DOBY DIGITA of DTS wordt geannuleerd en de digitale functie wordt automatisch weer op DGT AUTO gesteld wanneer u de stroom uitschakelt of een andere bron kiest. De volgende digitale signaalformaatindicators op het display tonen wat voor een soort signaal door de receiver wordt ontvangen. INEA PCM: icht op wanneer ineair PCM signalen worden ontvangen. : icht op wanneer Dolby Digital signalen worden ontvangen. Knippert wanneer DOBY DIGITA is gekozen voor software die niet met Dolby Digital is gecodeerd. : icht op indien conventionele DTS-signalen worden ontvangen. Knippert indien DTS is gekozen voor andere software dan DTS. 3 Instellen van het volume Voor het verhogen van het volume, draait u MASTE VOUME naar rechts (of drukt u op VOUME + van de afstandsbediening). Voor het verlagen van het volume, draait u MASTE VOUME naar links (of drukt u op VOUME van de afstandsbediening). De volumeniveau-aanduiding verschijnt even op het display wanneer u het volume instelt. ANAOG S.WF AUTO SU ET OP: Stel het volume altijd op het minimale niveau alvorens de weergave van een bron te starten. Indien een hoog volume is ingesteld, kan een plotseling hard geluid uw gehoor en/of de luidsprekers beschadigen. OPMEKING Het volumeniveau kan vanaf 0 (minimum) tot 50 (maximum) worden ingesteld. uisteren via een hoofdtelefoon U kunt niet alleen stereo-software maar ook multi-kanaal software via de hoofdtelefoon beluisteren. (In geval van multi-kanaal software wordt het geluid teruggemengd tot de voorkanalen). Verbind een hoofdtelefoon met de PHONES aansluiting op het voorpaneel om de HEADPHONE functie te activeren. De HEADPHONE (hoofdtelefoon) indicator licht op het display op. U kunt ook de Surround/DSP-functies voor weergave via de hoofdtelefoon gebruiken 3D HEADPHONE functie. Zie bladzijden 28 voor details. De HEADPHONE (of 3D HEADPHONE) functie wordt uitgeschakeld en de luidsprekers worden geactiveerd wanneer u de hoofdtelefoon weer van de PHONES aansluiting ontkoppelt. ET OP: Verlaag beslist het volume: Alvorens de hoofdtelefoon aan te sluiten of op te zetten, daar een hoog volume zowel de hoofdtelefoon als uw gehoor kan beschadigen. Alvorens de luidsprekers weer in te schakelen, daar anders mogelijk een zeer hoog volume via de luidsprekers wordt weergegeven. 96/24: icht op wanneer DTS 96/24 signalen worden ontvangen. OPMEKING Indien DGT AUTO het binnenkomende signaal niet kan herkennen, zal er geen digitaal signaalformaatindicators op het display oplichten. 13

16 Tijdelijk uitschakelen van het geluid AEEN met de afstandsbediening: Druk op MUTING om het geluid via alle aangesloten luidsprekers en de aangesloten hoofdtelefoon te dempen. MUTING verschijnt op het display en het volume wordt geheel verlaagd. ANAOG S.WF AUTO SU Voor het weer inschakelen van het geluid, druk weer op MUTING. Het geluid wordt tevens hersteld door een druk op VOUME +/ (of het verdraaien van de MASTE VOUME regelaar op het voorpaneel). Veranderen van de displayhelderheid U kunt het display dimmen Dimmer. Druk herhaaldelijk op DIMME. Door iedere druk op de toets verandert de helderheid van het display als volgt: DIMME 1: Het display wordt gedimd. DIMME 2: Het display wordt sterker gedimd dan met DIMME 1. DIMME 3: Het display wordt uitgeschakeld. (Bij bediening van de receiver lichten het display en de verlichting even op). DIMME OFF: De dimmer is uitgeschakeld (normaal display). Uitschakelen van de stroom met de inslaaptimer U kunt bijvoorbeeld muziek beluisteren wanneer u naar bed gaat inslaaptimer. AEEN met de afstandsbediening: Druk herhaaldelijk op SEEP. Door iedere druk op de toets verandert de uitschakeltijd met stappen van minuten. De SEEP indicator licht op het display op. SEEP indicator Automatisch geheugen voor basisinstellingen Dit toestel legt de geluidsinstellingen voor iedere bron vast: wanneer u de spanning uitschakelt, en wanneer u van bron verandert. Bij het verande van bron worden de in het geheugen vastgelegde instellingen voor de nieuwe gekozen bron automatisch opgeroepen. De volgende instellingen kunnen voor iedere bron afzonderlijk worden vastgelegd: Analoge/digitale ingangsfunctie (zie bladzijde 12) Versterking van lage tonen (zie bladzijde 23) Digitale egalisatiepatroon (zie bladzijde 22) Ingang-verzwakkingsfunctie (zie bladzijde 23) Middernachtfunctie (zie bladzijde 19) uidsprekeruitgangsniveau (zie bladzijde 22) Surround-/DSP-functiekeuze (zie bladzijde 34) OPMEKING Indien u FM of AM (MG) als bron heeft gekozen, kunnen voor iedere golfband afzonderlijke instellingen worden vastgelegd. Signaal- en luidsprekerindicators op het display Signaalindicators C S.WF FE S S S SB SB SB ANAOG DUA MONO AUTO SU DIGITA AUTO C HEADPHONE INEA PCM S.WF FE P x DIGITA NEO : 6 DSP S S S 96 / 24 3D-PHONIC SB SB SB VITUA SB uidsprekerindicators C S.WF FE S S S SB SB SB De signaalindicators lichten op als volgt: : Indien de digitale ingang is gekozen: icht op wanneer het linkerkanaal een signaal ontvangt. Indien de analoge ingang is gekozen: icht altijd op. : Indien de digitale ingang is gekozen: icht op wanneer het rechterkanaal een signaal ontvangt. Indien de analoge ingang is gekozen: icht altijd op. C: icht op wanneer het middenkanaal een signaal ontvangt. S: icht op wanneer het linkersurroundkanaal een signaal ontvangt. S: icht op wanneer het rechtersurroundkanaal een signaal ontvangt. S: icht op wanneer mono-surroundsignalen worden ontvangen. SB: icht op wanneer het signaal van het surroundachterkanaal wordt ontvangen. FE: icht op wanneer het FE-kanaal een signaal ontvangt. ANAOG S.WF AUTO SU SEEP De luidsprekerindicators lichten als volgt op: De subwooferindicator ( S.WF ) licht op wanneer SUBWOOFE op SUBWF <YES>. Zie bladzijde 17 voor details. De andere luidsprekerindicators lichten uitsluitend op wanneer de overeenkomende luidsprekers op SM (klein) of G (groot), zijn gesteld en tevens voor de huidige weergavefunctie vereist zijn. Wanneer de ingestelde stoptijd is bereikt: Het toestel wordt automatisch uitgeschakeld. Controleren of veranderen van de resterende tijd tot de stoptijd: Druk éénmaal op SEEP. De resterende tijd (in minuten) tot de stoptijd wordt getoond. Druk herhaaldelijk op SEEP om de stoptijd te veranderen. Annuleren van de inslaaptimer: Druk herhaaldelijk op SEEP totdat SEEP OFF op het display verschijnt. (De SEEP indicator dooft). De inslaaptimer wordt tevens geannuleerd wanneer u de receiver uitschakelt. 14

17 Basisinstellingen 3 Draai MUTI JOG om het juiste aantal aangesloten luidsprekers te kiezen (aantal luidsprekerkanalen). Door de schijf te draaien, verandert het aantal luidsprekerkanalen als volgt. Zie Aantal luidsprekers (kanalen) en formaat op bladzijde 16 voor details aangaande het aantal luidsprekers. ANAOG S.WF Voor een optimaal geluidseffect met de Surround/DSP-functies (zie bladzijden 31 tot 35), dient u de juiste informatie voor de luidsprekers en subwoofer in te stellen nadat alle verbindingen zijn gemaakt. Vanaf bladzijden 15 tot 20 wordt beschreven hoe u de instellingen voor de luidsprekers en andere basisonderdelen voor de receiver moet maken. 2.0ch 4.0ch 6.0ch 2.1ch 4.1ch 6.1ch 3.0ch 5.0ch 7.0ch* 3.1ch 5.1ch 7.1ch Gemakkelijk instellen van de luidsprekerinformatie Quick Speaker Setup Met Quick Speaker Setup kunt u snel en gemakkelijk het luidsprekerformaat, de luidsprekerafstand en het uitgangsniveau voor iedere luidspreker in overeenstemming met het kamerformaat instellen zodat u een optimaal surroundeffect krijgt. U kunt de diverse informatie voor de luidsprekers ook handmatig instellen. Zie bladzijde 18 voor details. 1,7 2,4,6 1,3,5 * 7.0ch is de fabrieksinstelling. 4 Druk op SET. ANAOG S.WF 5 Draai MUTI JOG om het juiste kamerformaat, in overeenstemming met uw luisterruimte, te kiezen. Door de schijf te draaien, verandert het kamerformaat als volgt. Zie Kamerformaat en luidsprekerafstand/uitgangsniveau op bladzijde 16 voor details aangaande een geschikt formaat. Voordat u start, vergeet niet... De volgende stappen moeten binnen een bepaalde tijd worden uitgevoerd. U moet weer vanaf stap 1 beginnen indien de instelling wordt geannuleerd voordat u klaar bent. 1 Druk op SETTING en draai MUTI JOG totdat QUICK SPK SET op het display verschijnt. ANAOG ANAOG S.WF 2 Druk op SET. S.WF ANAOG S.WF * is de fabrieksinstelling. 6 Druk op SET. QUICK SPEAKE SETUP is nu voltooid en het SETTING menu verschijnt weer op het display. 7 Druk op SETTING. OPMEKINGEN De instelling wordt niet vastgelegd indien u de procedure voortijdig stopt. Nadat Quick Speaker Setup is voltooid, worden de luidsprekeruitgangsniveaus tevens automatisch op een passend niveau gesteld (voor alle bronnen hetzelfde). Zie Instellen van het luidsprekeruitgangsniveaus op bladzijde 22 indien u de luidsprekeruitgangniveaus handmatig voor iedere bron afzonderlijk wilt instellen. VEVOG OP DE VOGENDE BADZIJDE 15

18 Aantal luidsprekers (kanalen) en formaat U kunt met de volgende tabel ieder luidsprekerformaat in overeenstemming met het gekozen aantal aangesloten luidsprekers (luidsprekerkanaal ch nummer) bepalen. De subwoofer wordt als het 0.1 kanaal geteld. Formaat van de aangesloten luidsprekers CH / C S/S SB SUBWF 2.0CH AGE NONE NONE NONE NO 2.1CH SMA NONE NONE NONE YES 3.0CH AGE SMA NONE NONE NO 3.1CH SMA SMA NONE NONE YES 4.0CH AGE NONE SMA NONE NO 4.1CH SMA NONE SMA NONE YES 5.0CH AGE SMA SMA NONE NO 5.1CH SMA SMA SMA NONE YES SMA 6.0CH AGE SMA SMA (1SPK) NO 6.1CH SMA SMA SMA SMA (1SPK) YES 7.0CH AGE SMA SMA SMA (2SPK) NO 7.1CH SMA SMA SMA SMA (2SPK) YES Kamerformaat en luidsprekerafstand/uitgangsniveau Afhankelijk van het gekozen kamerformaat worden de luidsprekerafstand en het luidsprekeruitgangsniveau voor iedere geactiveerde luidspreker als volg ingesteld: Uitgangsniveau Kamerformaat uidspreker Afstand / 3.0 m ( ft) 0 db (Groot) C 3.0 m ( ft) 0 db S/S 3.0 m ( ft) 0 db SB(SB)/SB 3.0 m ( ft) 0 db M / 2.7 m (9 ft) 0 db (Medium) C 2.4 m (8 ft) 2 db S/S 2.1 m (7 ft) 3 db SB(SB)/SB 1.8 m (6 ft) 4 db S / 2.4 m (8 ft) 0 db (Klein) C 2.1 m (7 ft) 2 db S/S 1.5 m (5 ft) 4 db SB(SB)/SB 1.2 m (4 ft) 6 db OPMEKING De in de hierboven getoonde tabellen gebruikte afkortingen hebben de volgende betekenissen voor de luidsprekers en subwoofer: - : inkervoorluidspreker - : echtervoorluidspreker - C: Middenluidspreker - S: inkersurroundluidspreker - S: echtersurroundluidspreker - SB: Achtersurroundluidspreker - SB: inkerachter-surroundluidspreker - SB: echterachter-surroundluidspreker - SUBWF: Subwoofer Instellen basisonderdelen U kunt de volgende onderdelen instellen. Zie de tussen haakjes aangegeven bladzijden voor details. Onderdelen die niet voor een instelling beschikbaar zijn kunnen niet worden gekozen. Indien het aantal luidsprekers bijvoorbeeld op <5.1ch> met Quick Speaker Setup is ingesteld, kunt u de volgende onderdelen niet kiezen: S BACK OUT, S BACK DIST, S BACK DIST, S BACK DIST 16 Onderdeel QUICK SPK SET Aktie egisteren van het aantal aangesloten luidsprekers en het kamerformaat. (15) SUBWOOFE* egistreren van uw subwoofer. (17) FONT SPK* CENTE SPK* egistreren van het formaat van uw voorluidspreker. (17) egistreren van het formaat van uw middenluidspreker. (17) SUOUND SPK* egistreren van het formaat van uw surroundluidspreker. (17) S BACK SPK* S BACK OUT* DIST UNIT FONT DIST* FONT DIST* CENTE DIST* SU DIST* SU DIST* S BACK DIST* S BACK DIST* S BACK DIST* EX/ES/PIIx egistreren van het formaat van uw surroundachterluidspreker. (17) egisteren van het aantal achtersurroundluidspreker(s). (17) Kiezen van de meeteenheid voor de luidsprekerafstand. (18) Voor het registeren van de afstand vanaf uw luisterpositie tot de linkervoorluidspreker. (18) Voor het registeren van de afstand vanaf uw luisterpositie tot de rechtervoorluidspreker. (18) Voor het registeren van de afstand vanaf uw luisterpositie tot de middenluidspreker. (18) Voor het registeren van de afstand vanaf uw luisterpositie tot de linkersurroundluidspreker. (18) Voor het registeren van de afstand vanaf uw luisterpositie tot de rechtersurroundluidspreker. (18) Voor het registeren van de afstand vanaf uw luisterpositie tot de surroundachterluidspreker. (18) egisteren van de afstand vanaf de linkerachter-surroundluidspreker tot uw luisterpositie. (18) egisteren van de afstand vanaf de rechterachter-surroundluidspreker tot uw luisterpositie. (18) Voor het kiezen van de EX/ES/PIIx reproductiefunctie. (18) DUA MONO Kiezen van het Dual Mono geluidskanaal. (19) SUBWOOFE OUT COSSOVE FE ATT MIDNIGHT MODE DIGITA IN 1 DIGITA IN 2 AUTO MODEDE DVD VIDEO IN VIDEO VIDEOIN Kiezen van geluid voor weergave via de subwoofer. (19) Kiezen van de drempelfrequentie voor de subwoofer. (19) Verzwakken van de lage tonen (FE; lage frequentie-effect). (19) Voor het reproduceren van een krachtig geluid s avond laat. (19) Kiezen van het component dat met de digitale coaxiale aansluiting is verbonden 1(DV/ DVD). (20) Kiezen van het component dat met de digitale optische aansluiting is verbonden 2(VIDEO). (20) Voor het kiezen van de automatisch functie. (20) Kiezen van het soort video-aansluiting dat voor de DVD-recorder of de DVD-speler wordt gebruikt. (20) Kiezen van het soort video-aansluiting dat voor het met de VIDEO IN aansluitingen op het achterpaneel van de receiver verbonden component wordt gebruikt. (20) * U hoeft deze instellingen niet te maken indien u Quick Speaker Setup op bladzijde 15 heeft uitgevoerd.

19 Bedieningsprocedure 1,7 3,5 2,4 AEEN op het bedieningspaneel aan de voorzijde: Voordat u start, vergeet niet... De volgende stappen moeten binnen een bepaalde tijd worden uitgevoerd. U moet weer vanaf stap 1 beginnen indien de instelling wordt geannuleerd voordat u klaar bent. Bijv.: Instellen voor de DIGITA IN 1 aansluiting. 1 Druk op SETTING. MUTI JOG werkt nu voor het instellen. 2 Draai MUTI JOG totdat het gewenste in te stellen onderdeel op het display verschijnt. De instelbare onderdelen veranderen als volgt wanneer u MUTI JOG draait: ANAOG 3 Druk op SET. De huidige instelling voor het gekozen onderdeel verschijnt. ANAOG 4 Draai MUTI JOG om de gewenste instelling te kiezen. ANAOG S.WF S.WF S.WF Uw instelling is nu vastgelegd. 5 Druk op SET. QUICK SPK SET SUBWOOFE FONT SPK CENTE SPK SUOUND SPK S BACK SPK S BACK OUT DIST UNIT FONT DIST FONT DIST CENTE DIST SU DIST SU DIST S BACK DIST S BACK DIST S BACK DIST EX/ES/PIIx SUBWOOFE OUT DUA MONO COSSOVE FE ATT MIDNIGHT MODE DIGITA IN 1 DIGITA IN 2 AUTO MODE DVD VIDEO IN VIDEO VIDEOIN DV/DVD TV VIDEO VC 6 Herhaal indien nodig stappen 2 tot 5 voor het instellen van andere onderdelen. 7 Druk op SETTING. De bronaanduiding verschijnt weer op het display. Instellen van de luidsprekers U verkrijgt de best mogelijke surround-sound met de Surrounden DSP-functies als u de informatie over de opstelling van de luidsprekers in het geheugen registreert (opslaat) nadat alle aansluitingen tot stand zijn gebracht. U hoeft deze instelling niet te maken indien u Quick Speaker Setup op bladzijde 15 heeft gebruikt. Instellen van informatie voor de subwoofer SUBWOOFE Kies of u wel of niet een subwoofer heeft aangesloten. SUBWF <YES> SUBWF <NO> Fabrieksinstelling: Kies wanneer u een subwoofer heeft aangesloten. De subwoofer indicator ( S.WF ) licht op het display op. U kunt het subwooferuitgangsniveau instellen (zie bladzijde 22). Kies indien u de subwoofer heeft ontkoppeld. Door deze instelling te kiezen, wordt het formaat voor de voorluidsprekers op G gesteld (zie hieronder). SUBWF <NO> Instellen van het formaat van de luidsprekers FONT SPK (voorluidspreker), CENTE SPK (middenluidspreker), SUOUND SPK (surroundluidsprekers), S BACK SPK (surroundachterluidspreker) eg de formaten van alle aangesloten luidsprekers vast. <G> (groot) <SM> (klein) <NO> Fabrieksinstelling: Kies indien de hoornvormige unit van de luidspreker groter dan 12 cm is. Kies indien de hoornvormige unit van de luidspreker kleiner dan 12 cm is. Kies wanneer de betreffende luidspreker niet is aangesloten. (Niet instelbaar voor de voorluidsprekers). <G> (voor de voorluidsprekers) <SM> (voor andere luidsprekers) Instellen van de surroundachterluidspreker(s) S BACK OUT egistreer het aantal aangesloten surroundachterluidspreker(s). SB OUT <1SPK> Kies indien u slechts 1 surroundachterluidspreker gebruikt. SB OUT <2SPK> Kies indien u slechts 2 surroundachterluidsprekers gebruikt. Fabrieksinstelling: SB OUT <2SPK> OPMEKINGEN Met SM (klein) voor het formaat voor de voorluidspreker gekozen, kunt u G (groot) niet voor de andere luidsprekers kiezen. Indien SUBWOOFE op SUBWF <NO> is gesteld, wordt het formaat voor de voorluidsprekers op G gesteld (en kunt u SM niet kiezen). Indien SUOUND SPK op SM (klein) gesteld, kunt u niet G (groot) voor de surroundachterluidspreker kiezen. Indien SUOUND SPK op NO is gesteld, wordt NO voor de surroundachterluidspreker ingesteld. U kunt S BACK OUT niet kiezen indien S BACK SPK op NO is gesteld. Indien SB OUT op <1SPK> is gesteld, moet de surroundachterluidspreker met de aansluiting voor de linkersurround-achterluidspreker worden verbonden (zie bladzijde 6). U hoort geen geluid indien u de luidspreker met de aansluiting voor de rechtersurround-achterluidspreker heeft verbonden. 17