Rotterdamse Risicogroepen 2013

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Rotterdamse Risicogroepen 2013"

Transcriptie

1 Rotterdamse Risicogroepen 2013 Een monitor van de maatschappelijke positie van Rotterdamse risicojongeren J. de Boom A. Weltevrede Y. Seidler M. van San P. Hermus P. van Wensveen

2 Rotterdamse Risicogroepen 2013 Een monitor van de maatschappelijke positie van Rotterdamse risicojongeren Concept (v ) J. de Boom A. Weltevrede Y. Seidler M. van San P. Hermus P. van Wensveen

3 Rotterdamse Risicogroepen 2013 Een monitor van de maatschappelijke positie van Rotterdamse risicojongeren J. de Boom, A. Weltevrede, Y. Seidler, M. van San, P. Hermus, P. van Wensveen Rotterdam: Risbo / Erasmus Universiteit. September 2013 Erasmus Universiteit Rotterdam Postbus DR Rotterdam tel.: fax: Copyright RISBO Contractresearch BV. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke wijze dan ook zonder voorafgaande toestemming van de Directie van het Instituut.

4 Inhoudsopgave Inhoudsopgave... iii Hoofdstuk 1 Inleiding... 4 Hoofdstuk 2 Demografie... 5 Hoofdstuk 3 Onderwijs Hoofdstuk 4 Arbeid en uitkeringen Hoofdstuk 5 Criminaliteit Bijlagen Begrippenlijst iii

5 Hoofdstuk 1 Inleiding In dit rapport wordt de maatschappelijke positie geschetst van Rotterdammers van Antilliaanse 1 en Marokkaanse afkomst op basis van bestaande registraties. Van alle Nederlandse gemeenten heeft Rotterdam in absolute zin veruit de grootste populatie Nederlanders van Antilliaanse afkomst en de op één na grootste populatie (na Amsterdam) Nederlanders van Marokkaanse afkomst. Met een groot deel van deze groepen gaat het goed maar met een klein deel doen zich sinds jaren ernstige problemen voor op het gebied van criminaliteit en overlast. De Directie Veiligheid van de gemeente laat daarom jaarlijks de maatschappelijke positie van Rotterdammers van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst in een samenhangend geheel in kaart brengen. In deze rapportage is meer dan in voorgaande jaren nadruk gelegd op jongeren tot en met 23 jaar. Om de resultaten in perspectief te kunnen plaatsen wordt er ook gerapporteerd over andere grote bevolkingsgroepen zoals Rotterdammers van Surinaamse, Turkse en Kaapverdische afkomst, alsmede autochtonen. 2 Cijfers over deze afzonderlijke groepen worden in de grafieken en tabellen in de hoofdstukken en bijlagen gepresenteerd, echter niet in de tekst beschreven en toegelicht. In deze monitor wordt, evenals in voorgaande rapportages, informatie gepresenteerd over migratie en demografische kenmerken (hoofdstuk 2), onderwijspositie, schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten (hoofdstuk 3), arbeid en uitkeringen (hoofdstuk 4) en criminaliteit (hoofdstuk 5). In hoofdstuk 5 wordt ook ingegaan op de vraag of en in welke mate factoren, zoals bijvoorbeeld schoolverzuim en uitkeringsafhankelijkheid, samenhangen met criminaliteit. Deze monitor gaat in op de situatie in Daar waar mogelijk zal worden teruggeblikt op de situatie in Onder Rotterdammers van Antiliaanse afkomst worden personen verstaan waarvan een van de ouders is geboren op één van de eilanden die tot het grondgebied van de Nederlandse Antillen en Aruba van vóór 10 oktober 2010 behoorden. Het gaat om de eilanden Bonaire, Curaçao, Saba, Sint-Eustatius,Sint-Maarten en Aruba. Om praktische redenen worden deze groepen in de tabellen en grafieken kortweg Antillianen, Marokkanen, Surinamers, Turken en Kaapverdianen genoemd. 4

6 Hoofdstuk 2 Demografie Inleiding Om inzicht te krijgen in de omvang en samenstelling van Rotterdammers van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst zetten we in dit hoofdstuk eerst hun demografische kenmerken uiteen. Achtereenvolgens gaan we in op de stand, de ontwikkeling en de prognose van het aandeel Rotterdammers van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst. Vervolgens kijken we naar de ruimtelijke spreiding, de buitenlandse en binnenlandse migratie, de generatie- en leeftijdsopbouw, de huishoudensamenstelling, tot slot kijken we naar het aandeel jonge moeders. Demografie Per 31 december 2012 wonen er in Rotterdam personen van Antilliaanse afkomst. Zij vormen daarmee 3,7 procent van de totale Rotterdamse bevolking en zijn daarmee de op drie na grootste etnische minderheid in Rotterdam (zie figuur 2.1). Het aantal Rotterdammers van Marokkaanse afkomst is aanzienlijk groter. Per 31 december 2012 wonen er in Rotterdam personen van Marokkaanse afkomst. Zij vormen daarmee 6,7 procent van de totale Rotterdamse bevolking en zijn na de Rotterdammers van Surinaamse en Turkse afkomst de grootste etnische minderheid in Rotterdam. Onder jongeren zien we dat de percentages bij de herkomstgroepen allemaal hoger liggen. Onder de jongeren van 0 tot en met 23 jaar vormen de Rotterdammers van Marokkaanse afkomst met 11,0 procent de grootste etnische minderheid, gevolgd door de jongeren van Turkse (10,5 procent), Surinaamse (8,9 procent) en Antilliaanse afkomst (5,6 procent). 5

7 Hoofdstuk 2 Totale bevolking Jongeren van 0 t/m 23 jaar Figuur 2.1: Rotterdammers naar afkomst (bron: RSO-OBI/GBA) Ontwikkeling van de bevolking In figuur 2.2 is de ontwikkeling van de bevolking van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst vanaf 1999 weergegeven. De lijnen geven aan hoe hoog het percentage is ten opzichte van de totale bevolking. Net als in figuur 2.1 geven we het beeld voor de hele bevolking en voor de jongeren van 0 tot en met 23 jaar. Het percentage Rotterdammers van Antilliaanse afkomst stijgt van 2,7 procent eind 1999 naar 3,7 procent eind De relatieve omvang van 0-23-jarige jongeren van Antilliaanse afkomst neemt met name in de periode toe. Eind 1999 is 4,5 procent van de 0-23-jarigen van Antilliaanse afkomst, eind 2002 is dit opgelopen naar 5,5 procent. In de jaren daarna is het aandeel jongeren van Antilliaanse afkomst relatief stabiel. In figuur 2.1 zagen we dat 6,7 procent van de totale Rotterdamse bevolking van Marokkaanse afkomst is. In 1999 was dit 5,1 procent en sindsdien is het langzaam gestegen. De laatste jaren vlakt de stijging af. Bij de jongeren van Marokkaanse afkomst zien we een vergelijkbaar beeld. Het percentage stijgt van 9,8 per 31 december 1999 tot 11,0 per 31 december

8 Demografie Figuur 2.2: Ontwikkeling van het aandeel Rotterdammers van Antilliaanse en Marokkaanse herkomst, alle leeftijden en 0 t/m 23 jaar, per 31 december (bron: RSO-OBI/GBA) Prognose Volgens een prognose van het COS uit 2012 groeit het aandeel Rotterdammers van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst in de toekomst. 3 De bevolking van Antilliaanse herkomst zal toenemen naar ongerveer in 2020 en verder naar in Daarmee neemt het aandeel personen van Antilliaanse afkomst in de bevolking toe tot 5,8 procent in Ook de bevolking van Marokkaanse afkomst zal volgens verwachting blijven groeien. Volgens de prognose van het COS groeit de bevolking van Marokkaanse afkomst naar ruim in 2020 en verder naar in Daarmee neemt het aandeel personen van Marokkaanse afkomst in de bevolking toe tot 7,6 procent in Bevolkingsprognose Rotterdam Centrum voor Onderzoek en Statistiek

9 Hoofdstuk 2 Ruimtelijke spreiding van de bevolking van Antilliaanse afkomst In figuur 2.3a is per buurt de bevolking van Antilliaanse afkomst als aandeel van de totale Rotterdamse bevolking in de betreffende buurt gepresenteerd. Zoals al eerder gezegd is 3,7 procent van de totale Rotterdamse bevolking van Antilliaanse afkomst. Bekijken we dit gegeven per deelgemeente, dan zien we dat in Charlois, IJsselmonde, Hoogvliet en Feijenoord het aandeel Rotterdammers van Antilliaanse afkomst bovengemiddeld is. In Charlois is het aandeel personen van Antilliaanse afkomst ten opzichte van de totale bevolking met 6,8 procent het grootst. Binnen de deelgemeenten is de bevolking van Antilliaanse afkomst geconcentreerd in bepaalde buurten (zie figuur 2.3a). In de deelgemeente Charlois is er een relatief hoge concentratie personen van Antilliaanse afkomst in de Tarwewijk (8,6 procent), in Pendrecht (8,6 procent) en op de Heijplaat (7,2 procent). Andere buurten waar hoge concentraties voorkomen zijn Delfshaven (9,4 procent) in de gelijknamige deelgemeente Delfshaven, Beverwaard (9,9 procent) in de deelgemeente IJsselmonde, Hoogvliet-Noord (7,4 procent van de bevolking) in de deelgemeente Hoogvliet en Katendrecht (6,7 procent ) in de deelgemeente Feijenoord (zie ook tabel b2.2 en b2.3 in de bijlage bij dit hoofdstuk). <1% 1-2% 2-3,7% 3,7-4% 4-5% 5-6% 6-7% 7-8% >8% Figuur 2.3a: Ruimtelijke concentratie van Antillianen naar buurt (bron: RSO-OBI/GBA, bewerking Risbo) 8

10 Demografie Ruimtelijke spreiding van de bevolking van Marokkaanse afkomst In figuur 2.3b is per buurt de bevolking van Marokkaanse afkomst als aandeel van de totale Rotterdamse bevolking in de betreffende buurt gepresenteerd. Zoals al eerder gezegd is 6,7 procent van de totale Rotterdamse bevolking van Marokkaanse afkomst. Bekijken we dit gegeven per deelgemeente, dan zien we dat in Delfshaven (13,2 procent), Feijenoord (10,6 procent), Noord (9,8 procent), Kralingen-Crooswijk (9,7 procent) en Charlois (6,9 procent) een bovengemiddeld deel van de bevolking van Marokkaanse afkomst is. Binnen deze deelgemeenten zijn personen van Marokkaanse afkomst geconcentreerd in bepaalde buurten (zie figuur 2.3b). In de deelgemeente Delfshaven wonen relatief veel Rotterdammers van Marokkaanse afkomst in Spangen. In deze buurt is 19,2 procent van de bevolking van Marokkaanse afkomst. Andere buurten met hoge concentraties inwoners van Marokkaanse afkomst zijn Tussendijken (17,5 procent), Bospolder (17,4 procent), het Nieuwe Westen (15,2 procent), het Oude Noorden (16,7 procent), Nieuw- en Oud- Crooswijk (15,8 procent respectievelijk 18,9 procent) en Feijenoord (16,4 procent) (zie ook tabel b2.2 en b2.3 in de bijlage bij dit hoofdstuk). <2,4% 2,4-4,4% 4,4-6,6% 6,6-8,4% 8,4-10,4% 10,4-12,4% 12,4-14,4% 14,4-16,4% >16,4% Figuur 2.3b: Ruimtelijke concentratie van personen van Marokkaanse afkomst naar buurt (bron: RSO-OBI/GBA, bewerking Risbo) 9

11 Hoofdstuk 2 Buitenlandse migratie De afgelopen twintig jaar fluctueert het aantal immigranten van Antilliaanse afkomst dat vanuit het buitenland naar Rotterdam migreert sterk. In de periode komen jaarlijks gemiddeld zo n duizend Antillianen vanuit het buitenland naar Rotterdam. In de eerste helft van de jaren negentig is de immigratie met gemiddeld ongeveer zeshonderd immigranten per jaar aanzienlijk lager. Na 1996 neemt de immigratie sterk toe met als hoogtepunt het jaar In dat jaar komen er bijna tweeduizend Antillianen naar Rotterdam. De sterke toename van het aantal immigranten wordt gevolgd door een al even scherpe afname in de jaren daarna. In 2005 komen er nog slechts 370 Antillianen naar Rotterdam. In datzelfde jaar vertrekken er bijna vanuit Rotterdam naar het buitenland (zie figuur 2.4a). Sinds 2005 neemt de immigratie weer toe en de emigratie af. In 2007 houden de immigratie en emigratie elkaar daardoor nagenoeg in evenwicht. Van 2008 tot 2011 is er weer sprake van een vestigingsoverschot; de immigratie in 2011 betreft 941 personen en de emigratie 562 personen. In 2012 is de immigratie weer sterk gedaald naar 661 personen, waarmee deze weer in de buurt is komen te liggen van de emigratie. De emigratie ligt in 2012 namelijk op 602 personen (zie ook tabel b2.4a in de bijlage). Figuur 2.4a: Buitenlandse migratie van Antillianen (bron: CBS, statline) 10

12 Demografie Ook het aantal immigranten van Marokkaanse afkomst dat vanuit het buitenland naar Rotterdam migreert, fluctueert in de afgelopen twintig jaar. De immigratie is het hoogst in 1989, er komen dan Marokkanen vanuit het buitenland naar Rotterdam. De immigratie neemt vervolgens tot het midden van de jaren negentig van de vorige eeuw sterk af tot ruim 400 in Vanaf 1996 neemt de immigratie vervolgens weer toe tot boven de 800 in Deze toename van het aantal immigranten uit Marokko wordt gevolgd door een geleidelijke afname in de jaren daarna. In 2008 is de immigratie bijna gelijk aan de emigratie. Vanaf 2009 daalt de emigratie enigszins waardoor er sinds dat jaar sprake is van een klein vestigingsoverschot (zie ook tabel b2.4b in de bijlage). In 2012 betreft de immigratie 208 personen. In hetzelfde jaar vertrekken er 122 personen vanuit Rotterdam naar het buitenland (zie figuur 2.4b). Figuur 2.4b: Buitenlandse migratie van Marokkanen (bron: CBS, statline) 11

13 Hoofdstuk 2 Binnenlandse migratie De binnenlandse migratie, dat wil zeggen de personen die zich in Rotterdam vestigen vanuit een andere gemeente in Nederland of vanuit Rotterdam vertrekken naar een andere Nederlandse gemeente, fluctueert minder sterk dan de buitenlandse migratie. Dit geldt zowel voor de bevolking van Antilliaanse afkomst als voor de bevolking van Marokkaanse afkomst. Gegevens in figuur 2.5a laten zien dat zowel vestiging als vertrek van Rotterdammers van Antilliaanse afkomst van 2002 tot 2007 is afgenomen. Van ongeveer in 2002 tot rond de in Het aantal vestigers is na 2007 elk jaar gestegen, Het aantal vetrekkers stijgt na Figuur 2.5a maakt ook duidelijk dat vestiging en vertrek elkaar gemiddeld genomen redelijk in evenwicht hielden. Sinds 2008 is het verschil tussen het aantal vestigers en vertrekkers relatief groot, en is er sprake van een vestigingsoverschot. In 2012 vestigen zich Nederlanders van Antilliaanse afkomst vanuit een andere gemeente in Nederland zich in Rotterdam en vertrekken er naar een andere gemeente. Figuur 2.5a: Binnenlandse migratie van Antilliaanse Nederlanders (bron: RSO- OBI) 12

14 Demografie Onder de bevolking van Marokkaanse afkomst ligt het aantal vestigers en vertrekkers lager dan onder de bevolking van Antilliaanse afkomst. Onder de bevolking van Marokkaanse afkomst zien we vanaf 2001 een klein vertrekoverschot. Dat wil zeggen dat er meer Nederlanders van Marokkaanse afkomst vanuit Rotterdam vertrekken naar andere gemeenten dan dat Nederlanders van Marokkaanse afkomst uit andere gemeenten naar Rotterdam verhuizen. Sinds 2008 liggen het aantal vestigers en vertrekkers dicht bij elkaar. In 2012 vestigen zich 821 Nederlanders van Marokkaanse afkomst en vertrekken er 903. Figuur 2.5b: Binnenlandse migratie van Marokkaanse Nederlanders (bron: RSO-OBI) 13

15 Hoofdstuk 2 Generatie Van de Rotterdammers van Antilliaanse afkomst is ruim een derde (35,7 procent) in Nederland geboren (zie figuur 2.6). Figuur 2.6: Rotterdammers naar generatie en afkomst (bron: RSO-OBI/GBA) De tweede generatie Rotterdammers van Antilliaanse afkomst is in relatieve zin veel kleiner dan de tweede generatie Rotterdammers van Marokkaanse afkomst. Van de Antilliaanse bevolking is iets meer dan een derde (35,7 procent) van de tweede generatie (in Nederland geboren personen met één of twee in het herkomstland geboren ouders). Van de bevolking van Marokkaanse afkomst is meer dan de helft (54,5 procent) van de tweede generatie. De tweede generatie onder Rotterdammers van Marokkaanse afkomst is daarmee in relatieve zin de grootste van alle onderscheiden bevolkingsgroepen. 14

16 Demografie Leeftijd In figuur 2.7 wordt de leeftijdsopbouw van Rotterdammers van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst vergeleken met andere minderheden in Rotterdam. Van de bevolking van Antilliaanse afkomst is 27,9 procent jonger dan 17 jaar. De bevolking van Marokkaanse afkomst heeft met 36,6 procent het grootste aandeel minderjarigen (0-17 jaar). In vergelijking tot de andere onderscheiden groepen is het aandeel jongeren onder Rotterdammers van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst groot. Ongeveer een vijfde (18,8 procent) van de Rotterdammers van Antilliaanse afkomst en bijna een kwart (24,9 procent) van de Rotterdammers van Marokkaanse afkomst is jonger dan twaalf jaar. Van de Rotterdamse bevolking is gemiddeld 13,4 procent jonger dan twaalf jaar. Figuur 2.7: Rotterdammers naar leeftijd en afkomst (bron: RSO-OBI/GBA) 15

17 Hoofdstuk 2 Figuur 2.8a laat zien dat er een sterke samenhang is tussen leeftijd en generatie. Het grootste deel van de Rotterdamse kinderen van Antilliaanse afkomst is in Rotterdam geboren (2 e generatie). In de leeftijdsgroep 15 t/m 19 jaar is de eerste generatie van Antilliaanse afkomst al ongeveer even groot als de tweede generatie. Vanaf de leeftijdsgroep 45 jaar en ouder zijn er nauwelijks nog tweede generatie Rotterdammers van Antilliaanse afkomst. Figuur 2.8a: Bevolking van Antilliaanse afkomst naar leeftijd en generatie (bron: RSO-OBI/GBA, bewerking Risbo) 16

18 Demografie Voor de Rotterdammers van Marokkaanse afkomst geldt nog sterker dat het grootste deel van de jongeren in Nederland is geboren (2 e generatie) (figuur 2.8b). Vanaf de leeftijdsgroep 25 t/m 29 jaar is het aantal eerste generatie Rotterdammers van Marokkaanse afkomst groter dan de tweede generatie. Vanaf de leeftijdsgroep 35 t/m 39 jaar zijn er nauwelijks nog tweede generatie Rotterdammers van Marokkaanse afkomst. Figuur 2.8b: Bevolking van Marokkaanse afkomst naar leeftijd en generatie (bron: RSO-OBI/GBA, bewerking Risbo) 17

19 Hoofdstuk 2 Personen in huishoudens Van de Rotterdammers van Antilliaanse afkomst is 40,7 procent alleenstaand. Dit is iets hoger dan het gemiddelde in Rotterdam (30,6 procent). Het aandeel eenouderhuishoudens onder de Rotterdamse bevolking van Antilliaanse afkomst is veel groter dan gemiddeld. Van de kinderen van Antilliaanse afkomst woont het merendeel in een gezin met één ouder. Onder de Rotterdammers van Marokkaanse afkomst is het aandeel eenouderhuishoudens juist relatief klein. De grote meerderheid van de Rotterdamse kinderen van Marokkaanse afkomst woont dan ook in een gezin met twee ouders. Meer dan een kwart van de personen van Marokkaanse afkomst woont samen met een partner en kinderen (zie figuur 2.9, tabel b2.5). Figuur 2.9: Personen naar gezinssituatie en afkomst (bron: RSO-OBI/GBA, bewerking Risbo) 18

20 Demografie Jonge moeders Per 31 december 2012 wonen er in Rotterdam vrouwen van Antilliaanse afkomst in de leeftijd van 16 t/m 23 jaar. Hiervan hebben er 335 één of meerdere kinderen. Van de Rotterdamse vrouwen van Antilliaanse afkomst in de leeftijd van 16 t/m 23 jaar is dus 15,4 procent moeder (zie ook tabel b2.6 in de bijlage bij dit hoofdstuk). Per 31 december 2012 wonen er in Rotterdam vrouwen van Marokkaanse afkomst in de leeftijd van 16 t/m 23 jaar. Hiervan hebben er 149 één of meerdere kinderen. Dit betekent dat 5,1 procent van de vrouwen van Marokkaanse afkomst in de leeftijd van 16 t/m 23 jaar moeder is (zie ook tabel b2.6 in de bijlage bij dit hoofdstuk). Dit is iets lager dan gemiddeld in Rotterdam (6,2 procent) en veel lager dan het percentage onder jonge vrouwen van Antilliaanse, Kaapverdiaanse en Surinaamse afkomst. Figuur 2.10 geeft het percentage moeders weer onder de vrouwelijke bevolking van 16 t/m 23 jaar waarbij onderscheid is gemaakt in drie leeftijdsklassen. We zien dat 1,1 procent van de meisjes van Antilliaanse afkomst in de leeftijd van 16 t/m 17 jaar moeder is. Het aantal tienermoeders onder meisjes van Antilliaanse afkomst is dus beperkt, maar wel groter dan gemiddeld (0,4 procent). Onder de jongvolwassen vrouwen van Antilliaanse afkomst van 18 t/m 20 jaar en 21 t/m 23 jaar is het percentage moeders respectievelijk 10,8 procent en 24,1 procent. Ook binnen deze leeftijdscategorieën is het aandeel moeders substantieel groter dan gemiddeld. We zien dat moederschap onder vrouwen van Marokkaanse afkomst in de leeftijd van 15 t/m 20 jaar niet of nauwelijks voorkomt. Van de vrouwen van Marokkaanse afkomst van 21 t/m 23 jaar is het percentage moeders met 11,8 procent veel lager dan onder vrouwen van Antilliaanse afkomst in dezelfde leeftijdscategorie. Van de jonge moeders van Marokkaanse afkomst heeft een relatief groot deel een partner (zie tabel b2.7), namelijk 67,8 procent. Van de jonge moeders van Antilliaanse afkomst heeft veruit het grootste deel juist geen partner. Van de 335 jonge moeders van Antilliaanse afkomst is 88,7 procent alleenstaand. 19

21 Hoofdstuk 2 Figuur 2.10: Aandeel moeders naar leeftijd en afkomst (bron: RSO-OBI, bewerking Risbo) Jonge moeders Het aandeel jonge moeders is in vergelijking met situatie eind 2004 gedaald. Eind 2004 was 21,6 procent van de meisjes van Antilliaanse afkomst in de leeftijd van 16 t/m 23 jaar moeder, per eind 2012 is dit gedaald naar 15,4 procent. In de jongste leeftijdsgroep, van 16 t/m 17 jaar, zien we deze daling ook, van 4,4 procent eind 2004 naar 1,1 procent eind 2012 (zie tabel b2.8 in de bijlage). Het aandeel jonge moeders van Marokkaanse afkomst is ook sterk gedaald in de afgelopen jaren. Eind 2004 was 11,5 procent van de meisjes van Marokkaanse afkomst in de leeftijd van 16 t/m 23 jaar moeder, eind 2012 is dit gedaald naar 5,1 procent. Dit is een lichte stijging ten opzichte van 2011 toen 4,7 procent van de jonge vrouwen van Marokkaanse afkomst moeder was. Voor de meeste andere bevolkingsgroepen zien we een soortgelijke trend (zie tabel b2.8 in de bijlage). 20

22 Hoofdstuk 3 Onderwijs Inleiding In dit hoofdstuk gaan we in op de onderwijssituatie van Rotterdammers van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst. Er wordt stilgestaan bij hun positie in het basis onderwijs, het voortgezet onderwijs en het mbo. Tevens wordt er gerapporteerd over (relatief) schoolverzuim en voortijdig schoolverlaten. In onderstaande figuur is het Nederlandse onderwijsstelsel schematisch weergegeven. 4 e Figuur 3.0: Het Nederlandse onderwijsstelsel (bron: CBS) 4 Onderwijs wordt door de overheid dermate belangrijk geacht dat in 2007 de leerplichtige leeftijd is uitgebreid van zestien naar achttien jaar. Het doel hiervan is schoolverzuim en schooluitval onder zestienjarige tot achttienjarige jongeren terug te dringen. Per 1 augustus 2007 geldt de kwalificatieplicht. Alle leerlingen blijven volledig leerplichtig tot het einde van het schooljaar waarin ze zestien jaar worden. Na het laatste schooljaar van de leerplicht begint de kwalificatieplicht. Met de kwalificatieplicht wordt de leerplicht verlengd tot de dag dat de leerling een startkwalificatie heeft gehaald, of tot de dag dat de leerling 18 jaar wordt. Een startkwalificatie is een havo-, vwo- of mbo-niveau 2-, 3-, of 4- diploma. 21

23 Hoofdstuk 3 Leerlingen van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst in het basisonderwijs In Nederland is ieder kind vanaf vijf jaar verplicht om naar school te gaan. Leerlingen verlaten het basisonderwijs in elk geval aan het einde van het schooljaar waarin zij veertien jaar worden. Onderstaande analyse heeft betrekking op Rotterdamse kinderen in de leeftijd van vijf tot en met dertien jaar. Veruit het grootste deel van deze kinderen volgt het reguliere basisonderwijs. Daarnaast krijgt een deel les op een school voor speciaal basisonderwijs. Het speciaal basisonderwijs is bedoeld voor kinderen die meer hulp nodig hebben bij de opvoeding en het leren dan het reguliere basisonderwijs kan bieden. Vergeleken met scholen voor regulier basisonderwijs hebben scholen voor speciaal basisonderwijs kleinere groepen leerlingen en beschikken ze over meer afzonderlijke deskundigen om de leerlingen met leer- en gedragsproblemen te begeleiden (CBS 2008:31). Figuur 3.1 laat zien dat een aanzienlijk deel (6,6 procent) van de kinderen van Antilliaanse afkomst dit type onderwijs volgt. Het aandeel kinderen van Marokkaanse afkomst dat speciaal basisonderwijs volgt is met 3,1 procent vergelijkbaar met het gemiddelde in Rotterdam. Figuur 3.1: Kinderen in het speciaal (basis)onderwijs naar afkomst, schooljaar 2011/2012 (bron: Jeugd en Onderwijs gemeente Rotterdam, bewerking Risbo) Daarnaast zijn er de speciale scholen. Speciale scholen zijn bedoeld voor basis- en voortgezet onderwijs aan leerlingen met een functiebeperking. Het gaat hier om kinderen met een visuele, auditieve of lichamelijke handicap. Daarnaast bieden deze scholen plaats aan zeer moeilijk lerende of moeilijk 22

24 Onderwijs opvoedbare kinderen en langdurig zieken. Van de kinderen van Antilliaanse afkomst zit 4,7 procent op zo n speciale school. Ook dit cijfer is aanzienlijk hoger dan gemiddeld. Van de kinderen van Marokkaanse afkomst zit 2,2 procent op zo n speciale school. Dit cijfer is relatief laag. Uitsplitsing naar geslacht laat zien dat jongens van Antilliaanse afkomst relatief vaker speciaal (basis) onderwijs volgen dan meisjes van Antilliaanse afkomst. Dit verschil tussen jongens en meisjes zien we ook bij de andere onderscheiden bevolkingsgroepen (zie tabel b3.1 in bijlage). Tussen de jongens en meisjes van Marokkaanse afkomst zien we weinig verschil. Leerlingen van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst in het voortgezet onderwijs De analyse in deze paragraaf heeft betrekking op Rotterdamse schoolgaande jongeren in de leeftijd van 12 t/m 22 in het voortgezet onderwijs. Het voortgezet onderwijs is onderverdeeld in het praktijkonderwijs, het vmbo, de havo en het vwo. Daarnaast is er het speciaal onderwijs voor leerlingen met een functiebeperking. Figuur 3.2: Jongeren (12 t/m 22 jaar) in het speciaal en praktijkonderwijs, schooljaar 2011/2012 (bron: Jeugd en Onderwijs gemeente Rotterdam, bewerking Risbo) Uit figuur 3.2 wordt duidelijk dat een aanzienlijk deel van de Rotterdamse jongeren van Antilliaanse afkomst speciaal onderwijs of praktijkonderwijs volgt. Het aandeel van de jongeren van Marokkaanse afkomst dat speciaal 23

25 Hoofdstuk 3 onderwijs of praktijkonderwijs volgt is daarentegen nauwelijks hoger dan gemiddeld. Het praktijkonderwijs is ontstaan uit het speciaal voortgezet onderwijs en herbergt jongeren met leer- en opvoedmoeilijkheden. Uitsplitsing naar geslacht laat zien dat jongens van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst relatief vaker speciaal onderwijs of praktijkonderwijs volgen dan meisjes van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst. Dit verschil tussen jongens en meisjes zien we bij nagenoeg alle onderscheiden bevolkingsgroepen (zie tabel b3.2 in de bijlage). Het aandeel meisjes van Antilliaanse afkomst in het praktijkonderwijs is ten opzichte van de meisjes en jongens van andere afkomst overigens groot. Figuur 3.3: Jongeren (12 t/m 22 jaar) in bovenbouw van het voortgezet onderwijs schooljaar 2011/2012 (bron: Jeugd en Onderwijs gemeente Rotterdam, bewerking Risbo) Figuur 3.3 gaat specifiek in op de bovenbouw van het voortgezet onderwijs. Leerlingen in het speciaal onderwijs, het praktijkonderwijs en de onderbouw (de eerste twee leerjaren van het voortgezet onderwijs) zijn in deze figuur buiten beschouwing gelaten. Van de totale groep leerlingen in de bovenbouw zit bijna de helft op het vmbo (47,7 procent). Onder jongeren van Antilliaanse afkomst is dit aandeel met 73,7 procent veel hoger. Tevens zien we dat binnen het vmbo jongeren van Antilliaanse afkomst veel vaker dan gemiddeld de lagere leerwegen (de basisberoepsgerichte en kaderberoepsgerichte leerweg) van het vmbo volgen en daarbij ook relatief vaak een indicatie hebben voor het leerwegondersteunend onderwijs (lwoo). Dit betekent dat zij meer 24

26 Onderwijs ondersteuning en individuele begeleiding nodig hebben bij het volgen van het vmbo. Ook onder jongeren van Marokkaanse afkomst is het aandeel vmbo-ers met 64,5 procent hoger dan het gemiddelde van 47,7 procent. Zij doen het daarmee wel beter dan jongeren van Antilliaanse afkomst. Ook van de jongeren van Marokkaanse afkomst volgt een bovengemiddeld aandeel de lagere leerwegen (de basisberoepsgerichte en kaderberoepsgerichte leerweg) van het vmbo. Uitsplitsing naar geslacht laat zien dat een groter aandeel van de meisjes van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst havo of vwo volgt dan van de jongens. Bij de totale Rotterdamse bevolking is dit verschil er niet (zie tabel b3.3 in de bijlage bij dit hoofdstuk). Deelnemers van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst in het mbo De analyse in deze paragraaf heeft betrekking op Rotterdamse schoolgaande jongeren in de leeftijd van 15 t/m 22 in het mbo. Het mbo kent met name in de beroepsbegeleidende leerweg een aanzienlijk aantal deelnemers dat ouder is dan 22 jaar. Deze deelnemers blijven hier noodgedwongen buiten beschouwing omdat er geen gegevens over beschikbaar zijn. Figuur 3.4: Jongeren (15 t/m 22 jaar) in het mbo schooljaar 2011/2012 (bron: Jeugd en Onderwijs gemeente Rotterdam, bewerking Risbo) Figuur 3.4 laat zien dat van alle deelnemers van Antilliaanse afkomst aan het mbo 15,7 procent een assistent-opleiding, dat wil zeggen een opleiding op 25

27 Hoofdstuk 3 het laagste niveau binnen het middelbaar beroepsonderwijs, volgt. Dit percentage is veel hoger dan gemiddeld. Verder zien we dat 34,4 procent van de deelnemers van Antilliaanse afkomst de basisberoepsopleiding (niveau 2) en 25,1 procent de vakopleiding (niveau 3) volgt. Bijna een kwart van de bevolking van Antilliaanse afkomst in het mbo volgt een opleiding op het hoogste niveau, namelijk een middenkader- of specialistenopleiding (24,8 procent). Zij blijven daarmee achter bij het gemiddelde van de mbo studenten in Rotterdam. In vergelijking met de jongens volgen meer meisjes van Antilliaanse afkomst een opleiding op het mbo 3 niveau, en minder meisjes een opleiding op niveau 1 (zie tabel b3.4 in de bijlage bij dit hoofdstuk). Het niveau waarop deelnemers van Marokkaanse afkomst mbo onderwijs volgen komt min of meer overeen met het niveau van alle Rotterdamse deelnemers aan het mbo. 7,9 procent doet een assistent-opleiding, dat wil zeggen een opleiding op het laagste niveau binnen het mbo. Bij een derde (31,9 procent) van de deelnemers van Marokkaanse afkomst volgt een mboopleiding op niveau 2. Bijna een kwart (23,2 procent) volgt de vakopleiding (niveau 3). Verder zien we dat ruim een derde van de deelnemers van Marokkaanse afkomst een mbo opleiding volgt op niveau 4 (37,0 procent). Dit percentage is iets lager dan het gemiddelde van 39,1 procent. Van de meisjes van Marokkaanse afkomst volgt een groter deel een opleiding op niveau 3 of niveau 4 dan van de jongens van Marokkaanse afkomst (zie tabel b3.4 in de bijlage bij dit hoofdstuk). Absoluut schoolverzuim Als een leerplichtige leerling langer dan vier weken niet is ingeschreven op een school is er sprake van absoluut verzuim. Het totaal aantal gevallen van absoluut verzuim is beperkt. Uitsplitsing naar bevolkingsgroep laat zien dat in 2011/2012 0,9 procent van de jongeren van Antilliaanse afkomst in de leeftijd 5 t/m 17 jaar langer dan vier weken niet was ingeschreven op een school. Voor de jongeren van Marokkaanse afkomst geldt dit voor 0,5 procent (zie tabel b3.5 in bijlage). Het gemiddelde percentage absoluut verzuim ligt eveneens op 0,5 procent. 5 5 In totaal zijn er in 2011/ gevallen van (vermoedelijk) absoluut verzuim geregistreerd. Hiervan kan slechts een deel (418) worden gekoppeld aan de in de GBA ingeschreven bevolking per Mogelijk gaat het in de resterende 341 absoluut verzuimgevallen deels om personen die zich na 1 januari 2012 in de GBA hebben ingeschreven. Het gepresenteerde absoluut verzuimcijfer is dus per definitie een onderschatting. 26

28 Onderwijs Relatief schoolverzuim Als een leerling incidenteel of geregeld ongeoorloofd afwezig is, is er sprake van relatief verzuim. Relatief verzuim dat korter duurt dan drie dagen of dan een achtste van de lestijd binnen vier weken hoeft wettelijk niet te worden gemeld door de school. In de praktijk doen veel scholen dat echter wel, daarbij aangespoord door Leerplicht. Als het relatief verzuim langer duurt, is het volgens de Leerplichtwet 1969 zorgwekkend en is de school wel verplicht om het verzuim te melden (JOS 2007: 64). 6 In figuur 3.5 is het aandeel leerlingen in de leeftijd van 5 t/m 17 jaar opgenomen dat in Rotterdam woont en van wie in schooljaar 2011/2012 minimaal één verzuimincident is gemeld. Figuur 3.5: Relatief schoolverzuim in schooljaar 2011/2012 naar afkomst (bron: Jeugd en Onderwijs gemeente Rotterdam, bewerking Risbo) Van alle leerlingen in deze leeftijdscategorie heeft in het schooljaar 2011/2012 5,3 procent minimaal één keer verzuimd. Van de jongeren van Antilliaanse afkomst heeft een veel groter deel (10,8 procent) verzuimd. Onder jongeren van Marokkaanse afkomst is het verzuim met 6,4 procent iets hoger dan gemiddeld, maar veel lager dan onder jongeren van Antilliaanse afkomst. Het schoolverzuim onder leerlingen van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst is wel hoger dan onder de totale populatie Rotterdamse leerlingen waarvan 5,3 procent verzuimd. Uitsplitsing naar geslacht, generatie en leeftijd laat zien dat jongens vaker verzuimen dan meisjes. Dit geldt ook voor leerlingen van Antilliaanse en 6 JOS (2007). Jaarverslag Leerplicht, schooljaar Rotterdam: JOS 27

29 Hoofdstuk 3 Marokkaanse afkomst. Het verzuim bij de eerste generatie jongeren van Antilliaanse afkomst (jongeren die geboren zijn in het afkomstland) is aanmerkelijk hoger dan in de tweede generatie (jongeren die in Nederland zijn geboren met een Antilliaanse vader en/of moeder). Dit geldt tevens voor leerlingen van Marokkaanse afkomst en voor de andere onderscheiden herkomstgroepen. Vanaf de leeftijd van 13 jaar is er een sterke toename van het relatieve schoolverzuim. Van de Rotterdamse leerlingen van Antilliaanse afkomst in de leeftijd van 5 t/m 8 jaar en van 9 t/m 12 jaar verzuimen respectievelijk 5,7 en 4,3 procent. Na de overgang van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs neemt het verzuim sterk toe naar 16,4 procent onder jarige leerlingen van Antilliaanse afkomst (figuur 3.6a). Het verzuim is het hoogst onder 15, 16 en 17-jarigen. Hiervan komt in het schooljaar 2011/2012 respectievelijk 22,4, 21,0 en 22,0 procent in aanraking met leerplicht omdat zij één of meerdere keren ongeoorloofd van school afwezig waren. Figuur 3.6a: Relatief schoolverzuim Rotterdammers van Antilliaanse afkomst in schooljaar 2011/2012 naar achtergrondkenmerken (bron: Jeugd en Onderwijs gemeente Rotterdam, bewerking Risbo) Van de Rotterdamse leerlingen van Marokkaanse afkomst in de leeftijd van 5 t/m 12 jaar verzuimt ongeveer 2 procent. Na de overgang van het basisonderwijs naar het voortgezet onderwijs neemt ook bij deze groep het verzuim sterk toe naar 8,5 procent onder de jarigen en 15,6 procent onder 15-jarigen. Onder Rotterdamse jongeren van Marokkaanse afkomst is het verzuim het hoogst onder 17-jarigen, 20,4 procent van deze groep is in 28

30 Onderwijs het schooljaar 2011/2012 één of meerdere keren ongeoorloofd van school afwezig geweest (zie figuur 3.6b en tabel b3.6 in bijlage). schoolverz (5-17) 6,4 1e generatie 8,5 2e generatie 6,3 Mannen Vrouwen 6,0 6,9 5-8 jaar 9-12 jaar 1,8 2, jaar 8,5 15 jaar 15,6 16 jaar 19,3 17 jaar 20,4 0,0 5,0 10,0 15,0 20,0 25,0 Figuur 3.6b: Relatief schoolverzuim Rotterdammers van Marokkaanse afkomst in schooljaar 2011/2012 naar achtergrondkenmerken (bron: Jeugd en Onderwijs gemeente Rotterdam, bewerking Risbo) Relatief schoolverzuim 2004/2005 tot en met 2011/2012 Figuur 3.7 toont het aandeel leerlingen in de leeftijd van 5 t/m 17 jaar dat in Rotterdam woont en van wie minimaal één verzuimincident is gemeld voor de periode 2004/2005 tot en met 2011/2012. Het verzuim onder alle Rotterdamse leerlingen neemt in deze periode toe van 3,0 procent in 2004/2005 naar 5,3 procent in 2011/2012. De stijging is vooral sinds 2008/2009 te zien. De scherpe stijging van de afgelopen jaren komt niet doordat er veel meer wordt verzuimd, maar wordt waarschijnlijk voornamelijk veroorzaakt doordat er meer en beter gemeld wordt. 7 Onder leerlingen van Antilliaanse afkomst is het verzuim ten opzichte van 2009/2010 in 2010/2011 gestegen van 9,8 procent naar 11,4 procent. In 2011/2012 is dit percentage enigszins gedaald naar 10,8 procent. Het verzuim onder leerlingen van Marokkaanse afkomst nam in de periode 7 Met name in het voortgezet onderwijs en op het mbo is er sterk stijgend aantal verzuimmeldingen. Dat het mbo meer is gaan melden, komt niet doordat er meer verzuimd wordt, maar doordat deze scholen mede door het project verzuimaanpak op het Jongerenloket, er steeds meer op gewezen worden dat ongeoorloofd verzuim gemeld moet worden. De stijging van het aantal verzuimmeldingen op in het voortgezet onderwijs heeft te maken met de steeds betere samenwerking tussen Leerplicht en school. Leerplicht heeft veel voorlichting gegeven op de scholen en verzocht het verzuim eerder te melden. Hierdoor kan het verzuim preventiever worden aangepakt (Jaarverslag Leerplicht , p14-15, Rotterdam: JOS). 29

31 Hoofdstuk /2010 tot 2010/2011 van 4,9 procent naar 6,2 procent in 2010/2011. Afgelopen schooljaar 2011/2012 is dit percentage nog iets verder gestegen tot 6,4 procent. Ook onder de leerlingen van de meeste andere onderscheiden bevolkingsgroepen zien we dat de stijging afgelopen schooljaar iets is afgevlakt. Figuur 3.7: Relatief schoolverzuim naar afkomst 2004/2005 tot en met 2011/2012 (bron: Jeugd en Onderwijs gemeente Rotterdam, bewerking Risbo) Nieuwe voortijdig schoolverlaters Een andere indicator voor de onderwijspositie is het aandeel nieuwe voortijdig schoolverlaters (vsv-ers). Onder de nieuwe vsv-ers worden alle leerlingen van 12 tot 23 jaar verstaan, die in een schooljaar zonder startkwalificatie (diploma van havo, vwo of mbo met minimaal niveau 2) het onderwijs verlaten. Voor de berekening van het percentage nieuwe vsv-ers is het aantal nieuwe vsv-ers in het schooljaar 2011/2012 gedeeld door het totaal aantal leerlingen in het voortgezet onderwijs en het middelbaar beroepsonderwijs in de leeftijd van 12 tot 23 jaar in Rotterdam en vermenigvuldigd met 100%. 8 In figuur 3.8 is het aandeel nieuwe voortijdig schoolverlaters in schooljaar 2011/2012 gepresenteerd. Van alle Rotterdamse 12 tot 23-jarige onderwijsdeelnemers heeft in schooljaar 2011/2012 5,2 8 De hier gehanteerde definitie van nieuwe voortijdig schoolverlaters sluit aan bij de definitie van het Ministerie van OCW. Het betreft voorlopige cijfers die in maart beschikbaar komen. De definitieve cijfers komen in oktober beschikbaar. In voorgaande rapportages werd een andere definitie van voortijdig schoolverlaten gehanteerd. Voor de cijfers op basis van deze oude definitie wordt verwezen naar tabel b3.10 en b3.11 in de bijlage bij dit hoofdstuk. 30

32 Onderwijs procent de school voortijdig verlaten. Het aandeel nieuwe voortijdig schoolverlaters onder Rotterdammers van Antilliaanse afkomst is met 8,9 procent aanzienlijk hoger dan dit gemiddelde. Het aandeel nieuwe voortijdig schoolverlaters onder Rotterdammers van Marokkaanse afkomst is met 5,6 procent iets hoger dan gemiddeld maar duidelijk lager dan het aandeel nieuwe voortijdig schoolverlaters onder Rotterdammers van Antilliaanse afkomst. Figuur 3.8: Aandeel nieuwe voortijdig schoolverlaters (12 tot 23 jaar) in schooljaar 2011/2012 naar afkomst (bron: Jeugd en Onderwijs gemeente Rotterdam, bewerking Risbo) Het aandeel nieuwe voortijdig schoolverlaters onder de eerste generatie is groter dan onder de tweede generatie. Dit beeld zien we zowel bij jongeren van Antilliaanse afkomst als bij jongeren van Marokkaanse afkomst (zie figuur 3.9a/b en tabel b3.8 in bijlage). 9 Onder jongens is het aandeel nieuwe voortijdig schoolverlaters groter dan onder meisjes. Ook dit beeld zien we zowel bij jongeren van Antilliaanse als bij jongeren van Marokkaanse afkomst (en de jongeren van andere afkomst). Onder Rotterdamse meisjes van Antilliaanse afkomst is het aandeel nieuwe voortijdig schoolverlaters 6,8 procent, onder jongens van Antilliaanse afkomst 11,2 procent. Van de Rotterdamse meisjes van Marokkaanse afkomst heeft in schooljaar 2011/2012 3,3 procent de school voortijdig verlaten en van de jongens van 9 Het verschil tussen de eerste en tweede generatie is grotendeels het gevolg van het verschil in de leeftijdsopbouw. Onder de eerste generatie Marokkaanse Nederlanders is het aandeel jarigen groter dan onder de tweede generatie en het aandeel vsv-ers onder 17- t/m 22-jarige jongeren is veel groter dan onder de 12 t/m 16-jarige jongeren. 31

33 Hoofdstuk 3 Marokkaanse afkomst 8,1 procent. Verder zien we dat voortijdig schoolverlaten vooral voorkomt onder jongeren vanaf 17 jaar. 10 Figuur 3.9a: Aandeel nieuwe vsv-ers (12 tot 23 jaar) van Antilliaanse afkomst in schooljaar 2011/2012 naar achtergrondkenmerken (bron: Jeugd en Onderwijs gemeente Rotterdam, bewerking Risbo) Figuur 3.9b: Aandeel nieuwe vsv-ers (12 tot 23 jaar) van Marokkaanse afkomst in schooljaar 2011/2012 naar achtergrondkenmerken (bron: Jeugd en Onderwijs gemeente Rotterdam, bewerking Risbo) 10 Dit is logisch omdat 12 t/m 16-jarige jongeren leerplichtig zijn. 32

34 Onderwijs Voortijdig schoolverlaten 2008/ /2012 Het aandeel nieuwe vsv-ers onder Rotterdamse 12 tot 23-jarige onderwijsdeelnemers is gedaald van 6,0 procent in schooljaar 2010/2011 naar 5,2 procent in schooljaar 2011/ Onder jongeren van Antilliaanse afkomst is het aandeel nieuwe voortijdig schoolverlaters gedaald van 10,5 procent in schooljaar 2010/2011 naar 8,9 procent in schooljaar 2011/2012. Ook onder jongeren van Marokkaanse afkomst is het aandeel nieuwe vsv-ers gedaald. In schooljaar 2010/2011 verliet 6,7 procent van de jongeren van Marokkaanse afkomst de school voortijdig, in schooljaar 2011/2012 is dat 5,6 procent (zie figuur 3.10). Figuur 3.10: Aandeel voortijdig schoolverlaters naar afkomst, schooljaar 2008/2009 t/m schooljaar 2011/2012, voorlopige cijfers (bron: DUO, bewerking Risbo) 11 De gepresenteerde cijfers over nieuwe voortijdig schoolverlaters zijn vanwege de vergelijkbaarheid voor alle schooljaren steeds gebaseerd op voorlopige cijfers. De voorlopige cijfers kunnen afwijken van definitieve cijfers die steeds per oktober beschikbaar komen. 33

35

36 Hoofdstuk 4 Arbeid en uitkeringen Inleiding In dit hoofdstuk gaan we in op de arbeids- en uitkeringsituatie van de Rotterdamse bevolking van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst. Er wordt gerapporteerd over: het aandeel en de achtergrondkenmerken van nietwerkende werkzoekenden en uitkeringsontvangers van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst. 12 Daarbij maken we onderscheid tussen de hele beroepsbevolking van 15 tot en met 64 jaar en zoomen we in op de jongeren van 16 tot en met 23 jaar. Werkzoekenden van 15 tot en met 64 jaar Eind 2012 is van de Rotterdammers van Antilliaanse afkomst van 15 tot en met 64 jaar 17,4 procent als niet-werkende werkzoekende bij het UWV WERKbedrijf ingeschreven (zie figuur 4.1). Het aandeel werkzoekenden van Antilliaanse afkomst is daarmee bovengemiddeld, maar wel lager dan onder de bevolking van Marokkaanse afkomst waarvan per eind ,1 procent als werkzoekende bij het UWV WERKbedrijf is geregistreerd. Figuur 4.1: Werkzoekenden (15-64 jaar) als % van de bevolking, (bron: UWV WERKbedrijf, bewerking Risbo) 12 Het betreft uitkeringen in het kader van de Wet Werk en Bijstand (WWB), de Wet Investeren in Jongeren (WIJ) of de Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte werkloze Werknemers, respectievelijk Zelfstandigen (IOAW en IOAZ). 35

37 Hoofdstuk 4 Ontwikkeling werkzoekenden van 1999 tot en met 2012 Het percentage werkzoekenden onder Rotterdammers van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst is aanzienlijk, maar is sinds eind 2003 wel sterk afgenomen. Per 31 december 2003 was 27,2 procent van de Rotterdammers van Antilliaanse afkomst werkzoekend. Per 31 december 2008 was dit met zestien procentpunten gedaald tot 11,3 procent. De afgelopen vier jaar is er een stijging te zien. Per 31 december 2012 is 17,4 procent van de Rotterdammers van Antilliaanse afkomst werkzoekend. Ook onder de Rotterdammers van Marokkaanse afkomst neemt het aandeel werkzoekenden van 2003 tot 2008 sterk af. Eind 2003 was 26,2 procent van de Rotterdammers van Marokkaanse afkomst werkzoekend. Sindsdien is dit met tien procentpunten gedaald tot 15,3 procent per 31 december 2010 (zie figuur 4.2). Sinds 2010 is het percentage werkzoekenden onder de Rotterdammers van Marokkaanse afkomst, net als bij de andere onderscheiden groepen, weer aan het oplopen. In het afgelopen jaar is het percentage werkzoekenden van Marokkaanse afkomst met 2,3 procentpunt gestegen. Het percentage werkzoekenden van Antilliaanse afkomst met maar liefst 3,3 procentpunt. Overigens zien we ook onder de totale bevolking een forse stijging van het aandeel werkzoekenden in het afgelopen jaar. Figuur 4.2: Aandeel werkzoekenden (15-64 jaar) ultimo (bron: UWV WERKbedrijf /RSO-OBI, bewerking Risbo) 36

38 Arbeid en uitkeringen Werkzoekende jongeren 16 tot en met 23 jaar Het aandeel werkzoekenden onder Rotterdamse jongeren is duidelijk lager dan onder de hele bevolking. Van de jongere Rotterdammers van Antilliaanse afkomst van 16 tot en met 23 jaar is 4,9 procent als niet-werkende werkzoekende bij het UWV WERKbedrijf ingeschreven (zie figuur 4.3). Het aandeel werkzoekenden van Antilliaanse afkomst is daarmee groter dan gemiddeld. Van de jongeren van Marokkaanse afkomst was eind ,1 procent als werkzoekende bij het UWV WERKbedrijf geregistreerd. Figuur 4.3: Werkzoekende jongeren (16-23 jaar) als % van de bevolking, (bron: UWV WERKbedrijf, bewerking Risbo) Ontwikkeling werkzoekende jongeren van 1999 tot en met 2012 Het verloop van het aandeel jongere werkzoekenden laat een sterke daling zien van 2003 tot 2008 (zie figuur 4.4). Daarna neemt het aandeel werkzoekenden weer toe. De jeugdwerkloosheid onder jongeren van Antilliaanse afkomst is in de periode 2003 tot 2008 sterker gedaald dan gemiddeld. Eind 2003 was het aandeel werkzoekenden met 17,2 procent nog zeer hoog, deze daalde tot 3,4 procent eind Eind 2011 is de jeugdwerkloosheid onder Rotterdamse jongeren van Antilliaanse afkomst gestegen naar 6,3 procent. Per december 2012 is deze weer gedaald tot 4,9 procent. Het percentage werkzoekenden onder jongeren van Marokkaanse afkomst in de leeftijd van 16 t/m 23 jaar daalde van 13,1 procent eind 2003 tot 2,5 procent in eind Ook onder deze groep is de werkloosheid daarna 37

39 Hoofdstuk 4 toegenomen tot 6,5 procent per eind Per 31 december 2012 is het percentage werkzoekenden onder jongeren van Marokkaanse afkomst weer gedaald tot 5,1 procent. Figuur 4.4: Aandeel werkzoekenden jongeren (16-23 jaar) ultimo (bron: UWV WERKbedrijf /RSO-OBI, bewerking Risbo) Werkzoekenden van Antilliaanse afkomst naar achtergrondkenmerken Van alle Rotterdamse jongeren in de leeftijd van 15 t/m 24 jaar is 3,8 procent als werkzoekende ingeschreven bij UWV WERKbedrijf (zie tabel b4.1 in de bijlage). Het aandeel werkzoekenden onder jongeren van Antilliaanse afkomst in deze leeftijdsgroep is met 5,3 procent dus hoger dan gemiddeld. In de oudere leeftijdsgroepen ligt het percentage werkzoekenden aanzienlijk hoger. Onder de 45 t/m 54-jarigen van Antilliaanse afkomst zien we het hoogste percentage werkzoekenden. Een kwart (25,3 procent) van deze groep is werkzoekend. Het percentage werkzoekenden van Antilliaanse afkomst onder de eerste generatie is met 19,9 procent veel hoger dan onder de tweede generatie (8,2 procent). Dit is deels het gevolg van het verschil in leeftijdsopbouw tussen de eerste en tweede generatie. De tweede generatie is gemiddeld genomen veel jonger en het aandeel werkzoekenden onder jongeren is veel kleiner dan onder ouderen. Om te voorkomen dat het verschil in het aandeel werkzoekenden tussen generaties onterecht wordt toegeschreven aan een generatie-effect, terwijl er eigenlijk sprake is van een leeftijdseffect corrigeren we voor verschillen in leeftijdsopbouw van de generaties. In tabel 38

40 Arbeid en uitkeringen b4.1 is dit gedaan door de generaties te vergelijken binnen de onderscheiden leeftijdsgroepen. Ook na deze correctie is het percentage werkzoekenden onder de eerste generatie Rotterdammers van Antilliaanse afkomst (met uitzondering van de jongste leeftijdscategorie) aanzienlijk hoger dan onder de tweede generatie. Het aandeel werkzoekenden onder mannen van Antilliaanse afkomst is met 17,6 procent iets hoger dan het aandeel werkzoekenden onder vrouwen van Antilliaanse afkomst (17,2 procent). Figuur 4.5a: Werkzoekenden van Antilliaanse afkomst als % van de bevolking naar achtergrondkenmerken, (bron: UWV WERKbedrijf, bewerking Risbo) Werkzoekenden van Marokkaanse afkomst naar achtergrondkenmerken Het aandeel werkzoekenden onder jongeren van Marokkaanse afkomst in de leeftijd van 15 t/m 24 jaar is met 5,5 procent hoger dan het gemiddelde onder de Rotterdamse bevolking (3,8 procent) (zie ook tabel b4.1 in de bijlage). In de oudere leeftijdsgroepen van de bevolking van Marokkaanse afkomst ligt het percentage werkzoekenden aanzienlijk hoger. Onder de 45 t/m 54-jarigen van Marokkaanse afkomst zien we het hoogste percentage werkzoekenden. Ruim een kwart (28,1 procent) van deze groep is werkzoekend. Dit percentage ligt ver boven het gemiddelde van 13,0 procent van de Rotterdamse bevolking in deze leeftijdsgroep. Ook bij Rotterdammers van Marokkaanse afkomst is het percentage werkzoekenden onder de eerste generatie veel hoger dan onder de tweede generatie. Zoals gezegd is dit 39

41 Hoofdstuk 4 deels het gevolg van het verschil in de leeftijdsopbouw tussen de eerste en tweede generatie. De tweede generatie is gemiddeld genomen veel jonger en het aandeel werkzoekenden onder jongeren is veel kleiner dan onder ouderen. Ook als we hiervoor corrigeren door generaties te vergelijken binnen de onderscheiden leeftijdsgroepen is het aandeel werkzoekenden onder de eerste generatie Rotterdammers van Marokkaanse afkomst aanzienlijk hoger dan onder de tweede generatie (zie ook tabel b4.1 in de bijlage bij dit hoofdstuk). Het percentage werkzoekenden onder mannen van Marokkaanse afkomst is hoger dan onder de vrouwen (respectievelijk 19,0 procent en 17,2 procent). Figuur 4.5b: Werkzoekenden van Marokkaanse afkomst als % van de bevolking naar achtergrondkenmerken, (bron: UWV WERKbedrijf, bewerking Risbo) 40

42 Arbeid en uitkeringen Uitkeringen van 15 tot en met 64 jaar Per 31 december 2012 ontvangt 18,0 procent van de 15 t/m 64-jarige Rotterdammers van Antilliaanse afkomst een uitkering in het kader van de Wet Werk en Bijstand (WWB), of de Wet Inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk Arbeidsongeschikte werkloze Werknemers, respectievelijk Zelfstandigen (IOAW en IOAZ). Daarmee is de uitkeringsafhankelijkheid onder Rotterdammers van Antilliaanse afkomst veel groter dan gemiddeld (9,1 procent). Van de Rotterdammers van Marokkaanse afkomst is per 31 december ,0 procent afhankelijk van een uitkering in het kader van de WWB of IOA. 13 Figuur 4.6: Aandeel personen (15-64 jaar) met een WWB, WIJ of IOA uitkering, (bron: RSO-OBI; SoZaWe, bewerking Risbo) Ontwikkeling uitkeringen van 1999 tot en met 2012 Er is een trendanalyse gemaakt waarin het aandeel personen met een uitkering naar herkomstgroep is bekeken voor de afgelopen dertien jaar. Deze analyse laat zien dat de uitkeringsafhankelijkheid van Rotterdammers van Antilliaanse afkomst in de periode sterk is afgenomen. Eind 2004 was 25,3 procent van de Rotterdammers van Antilliaanse afkomst afhankelijk van een uitkering. Eind 2008 was dat 15,9 procent (zie figuur 13 In tabel b6.1 en b6.2 in de bijlage 6 is het aandeel uitkeringsontvangers van Antilliaanse en Marokkaanse afkomst naar deelgemeente en buurt gepresenteerd. 41

Rotterdamse Risicogroepen 2014 Een monitor van de maatschappelijke positie van Rotterdamse risicogroepen

Rotterdamse Risicogroepen 2014 Een monitor van de maatschappelijke positie van Rotterdamse risicogroepen Rotterdamse Risicogroepen 2014 Een monitor van de maatschappelijke positie van Rotterdamse risicogroepen J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen Y. Seidler M. van San P. Hermus Rotterdamse Risicogroepen

Nadere informatie

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Schiedam 2010

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Schiedam 2010 Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Schiedam 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M. van

Nadere informatie

Antilliaanse Nederlanders in Zoetermeer 2011

Antilliaanse Nederlanders in Zoetermeer 2011 Antilliaanse Nederlanders in Zoetermeer 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M. van

Nadere informatie

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Amersfoort 2010

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Amersfoort 2010 Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Amersfoort 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M.

Nadere informatie

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Rotterdam 2010

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Rotterdam 2010 Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Rotterdam 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M.

Nadere informatie

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Den Haag 2011

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Den Haag 2011 Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Den Haag 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y.

Nadere informatie

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Schiedam 2011

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Schiedam 2011 Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Schiedam 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y.

Nadere informatie

Antilliaanse Nederlanders in Capelle aan den IJssel 2011

Antilliaanse Nederlanders in Capelle aan den IJssel 2011 Antilliaanse Nederlanders in Capelle aan den IJssel 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y.

Nadere informatie

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Amersfoort 2011

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Amersfoort 2011 Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Amersfoort 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus

Nadere informatie

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Eindhoven 2010

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Eindhoven 2010 Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Eindhoven 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M.

Nadere informatie

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Tilburg 2010

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Tilburg 2010 Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Tilburg 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M. van

Nadere informatie

Antilliaanse Nederlanders in Hellevoetsluis 2011

Antilliaanse Nederlanders in Hellevoetsluis 2011 Antilliaanse Nederlanders in Hellevoetsluis 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler

Nadere informatie

Antilliaanse Nederlanders in Almere 2011

Antilliaanse Nederlanders in Almere 2011 Antilliaanse Nederlanders in Almere 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M. van San

Nadere informatie

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Lelystad 2011

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Lelystad 2011 Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Lelystad 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y.

Nadere informatie

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Eindhoven 2013

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Eindhoven 2013 Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Eindhoven 2013 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 4) J. de Boom P. van Wensveen P. Hermus A. Weltevrede M.

Nadere informatie

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Nijmegen 2011

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Nijmegen 2011 Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Nijmegen 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y.

Nadere informatie

Antilliaanse Nederlanders in Dordrecht 2011

Antilliaanse Nederlanders in Dordrecht 2011 Antilliaanse Nederlanders in Dordrecht 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M. van

Nadere informatie

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Lelystad 2010

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Lelystad 2010 Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Lelystad 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M. van

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Helmond 2011

Marokkaanse Nederlanders in Helmond 2011 Marokkaanse Nederlanders in Helmond 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M. van San

Nadere informatie

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Tilburg 2011

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Tilburg 2011 Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Tilburg 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y.

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Gouda 2012

Marokkaanse Nederlanders in Gouda 2012 Marokkaanse Nederlanders in Gouda 2012 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 3) J. de Boom P. van Wensveen P. Hermus A. Weltevrede M. van San Marokkaanse

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Zeist 2011

Marokkaanse Nederlanders in Zeist 2011 Marokkaanse Nederlanders in Zeist 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M. van San

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Veenendaal 2011

Marokkaanse Nederlanders in Veenendaal 2011 Marokkaanse Nederlanders in Veenendaal 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M. van

Nadere informatie

Antilliaanse Nederlanders in Den Helder 2011

Antilliaanse Nederlanders in Den Helder 2011 Antilliaanse Nederlanders in Den Helder 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M. van

Nadere informatie

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Amsterdam 2010

Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Amsterdam 2010 Antilliaanse en Marokkaanse Nederlanders in Amsterdam 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M.

Nadere informatie

Antilliaanse Nederlanders in Spijkenisse 2011

Antilliaanse Nederlanders in Spijkenisse 2011 Antilliaanse Nederlanders in Spijkenisse 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M.

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Utrecht 2011

Marokkaanse Nederlanders in Utrecht 2011 Marokkaanse Nederlanders in Utrecht 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M. van San

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Maassluis 2011

Marokkaanse Nederlanders in Maassluis 2011 Marokkaanse Nederlanders in Maassluis 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M. van

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Helmond 2013

Marokkaanse Nederlanders in Helmond 2013 Marokkaanse Nederlanders in Helmond 2013 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 4) J. de Boom P. van Wensveen P. Hermus A. Weltevrede M. van San Marokkaanse

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Gouda 2011

Marokkaanse Nederlanders in Gouda 2011 Marokkaanse Nederlanders in Gouda 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M. van San

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in s-hertogenbosch 2011

Marokkaanse Nederlanders in s-hertogenbosch 2011 Marokkaanse Nederlanders in s-hertogenbosch 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Culemborg 2011

Marokkaanse Nederlanders in Culemborg 2011 Marokkaanse Nederlanders in Culemborg 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M. van

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Roosendaal 2011

Marokkaanse Nederlanders in Roosendaal 2011 Marokkaanse Nederlanders in Roosendaal 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M. van

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Leiden 2011

Marokkaanse Nederlanders in Leiden 2011 Marokkaanse Nederlanders in Leiden 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M. van San

Nadere informatie

Antilliaanse Nederlanders 2012

Antilliaanse Nederlanders 2012 Antilliaanse Nederlanders 2012 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 3) J. de Boom P. van Wensveen P. Hermus A. Weltevrede M. van San Antilliaanse Nederlanders

Nadere informatie

monitor Marokkaanse Nederlanders in Maassluis bijlage(n)

monitor Marokkaanse Nederlanders in Maassluis bijlage(n) Raadsinformatiebrief (openbaar) gemeente Maassluis Aan de leden van de gemeenteraad in Maassluis Postbus 55 3140 AB Maassluis T 010-593 1931 E gemeente@maassluis.nl I www.maassluis.nl ons kenmerk 2010-4748

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders 2012

Marokkaanse Nederlanders 2012 Marokkaanse Nederlanders 2012 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 3) J. de Boom P. van Wensveen P. Hermus A. Weltevrede M. van San Marokkaanse Nederlanders

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Gorinchem 2011

Marokkaanse Nederlanders in Gorinchem 2011 Marokkaanse Nederlanders in Gorinchem 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M. van

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Utrecht 2010

Marokkaanse Nederlanders in Utrecht 2010 Marokkaanse Nederlanders in Utrecht 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M. van San P. Hermus

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Ede 2011

Marokkaanse Nederlanders in Ede 2011 Marokkaanse Nederlanders in Ede 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M. van San Marokkaanse

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Zeist 2010

Marokkaanse Nederlanders in Zeist 2010 Marokkaanse Nederlanders in Zeist 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M. van San P. Hermus Marokkaanse

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Oosterhout 2010

Marokkaanse Nederlanders in Oosterhout 2010 Marokkaanse Nederlanders in Oosterhout 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M. van San P. Hermus

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Ede 2010

Marokkaanse Nederlanders in Ede 2010 Marokkaanse Nederlanders in Ede 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M. van San P. Hermus Marokkaanse

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Leiden 2010

Marokkaanse Nederlanders in Leiden 2010 Marokkaanse Nederlanders in Leiden 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M. van San P. Hermus Marokkaanse

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Gouda 2010

Marokkaanse Nederlanders in Gouda 2010 Marokkaanse Nederlanders in Gouda 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M. van San P. Hermus Marokkaanse

Nadere informatie

Antilliaanse Nederlanders 2013

Antilliaanse Nederlanders 2013 Antilliaanse Nederlanders 2013 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 4) CONCEPT J. de Boom P. van Wensveen P. Hermus A. Weltevrede M. van San Antilliaanse

Nadere informatie

Antilliaanse Nederlanders 2010

Antilliaanse Nederlanders 2010 Antilliaanse Nederlanders 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit in 22 gemeenten J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M. van San P. Hermus

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders 2010

Marokkaanse Nederlanders 2010 Marokkaanse Nederlanders 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit in 22 gemeenten J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M. van San P. Hermus

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders 2011

Marokkaanse Nederlanders 2011 Marokkaanse Nederlanders 2011 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit in 22 gemeenten (meting 2) J. de Boom P. van Wensveen A. Weltevrede P. Hermus Y. Seidler M.

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders 2013

Marokkaanse Nederlanders 2013 Marokkaanse Nederlanders 2013 De positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit (meting 4) CONCEPT J. de Boom P. van Wensveen P. Hermus A. Weltevrede M. van San Marokkaanse

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Veenendaal 2010

Marokkaanse Nederlanders in Veenendaal 2010 Marokkaanse Nederlanders in Veenendaal 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M. van San P. Hermus

Nadere informatie

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam. nummer 5 maart 2013 Fact sheet nummer 5 maart 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam Er zijn ruim 133.000 jongeren van 15 tot en met 26 jaar in Amsterdam (januari 2012). Met de meeste jongeren gaat het goed in het onderwijs

Nadere informatie

Signaal Rapport. Monitor IMAR 2006

Signaal Rapport. Monitor IMAR 2006 Signaal Rapport Monitor IMAR 2006 Plan van Aanpak Impuls Marokkaanse Risicojongeren 2006-2009 MONITOR IMAR 2006 INHOUDSOPGAVE Inleiding 2 1 Demografie 3 1.1 Aantal Marokkaanse Hagenaars van 12 tot en met

Nadere informatie

Marokkaanse Nederlanders in Gorinchem 2010

Marokkaanse Nederlanders in Gorinchem 2010 Marokkaanse Nederlanders in Gorinchem 2010 Een nulmeting van hun positie op de terreinen van onderwijs, arbeid en uitkering en criminaliteit J. de Boom A. Weltevrede P. van Wensveen M. van San P. Hermus

Nadere informatie

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013

Fact sheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013 Fact sheet nummer 9 juli 2013 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2013 Er zijn in Amsterdam bijna 135.000 jongeren in de leeftijd van 15 tot 27 jaar (januari 2013). Veel jongeren volgen een opleiding of

Nadere informatie

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014

Factsheet. Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014. Werkloosheid stijgt naar 24% Definities. Nummer 6 juni 2014 Nummer 6 juni 2014 Monitor jeugdwerkloosheid Amsterdam 2014 Factsheet Ondanks eerste tekenen dat de economie weer aantrekt blijft de werkloosheid. Negen procent van de Amsterdamse beroepsbevolking is werkloos

Nadere informatie

JONGE MOEDERS IN ROTTERDAM. Stand van zaken 2008

JONGE MOEDERS IN ROTTERDAM. Stand van zaken 2008 JONGE MOEDERS IN ROTTERDAM. Stand van zaken 2008 Jo nge moeder s in Ro tterdam Stand van zaken 2008 L.P.M. van Dun en J.M. Reijnen Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) oktober 2008 In opdracht van

Nadere informatie

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2016 1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 20 Fact sheet april 20 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar vrijwel gelijk gebleven aan 2015. Van de 14.000 Amsterdamse jongeren

Nadere informatie

Minder jongeren zonder startkwalificatie van school

Minder jongeren zonder startkwalificatie van school Minder jongeren zonder startkwalificatie van school 09 Aantal voortijdig schoolverlaters gedaald Lissabondoelstelling om voortijdig schoolverlaten terug te dringen bijna gehaald Meer mannen dan vrouwen

Nadere informatie

BIJLAGE 1 Nulmeting Project Plan van Aanpak Marokkaanse risicojongeren

BIJLAGE 1 Nulmeting Project Plan van Aanpak Marokkaanse risicojongeren BIJLAGE 1 Nulmeting Project Plan van Aanpak Marokkaanse risicojongeren 2006-2009 1 Demografie 1.1 Marokkaanse Hagenaars van 12 tot en met 24 jaar Per 1 januari 2005 wonen in Den Haag 6.296 Marokkanen van

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid niet-westerse allochtonen in 2008 licht gedaald

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid niet-westerse allochtonen in 2008 licht gedaald Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB09-013 17 februari 2009 9.30 uur Werkloosheid niet-westerse allochtonen in 2008 licht gedaald Minder sterke daling werkloosheid niet-westerse allochtonen

Nadere informatie

Erratum Jaarboek onderwijs 2008

Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Centraal Bureau voor de Statistiek Erratum 13 december 2007 Erratum Jaarboek onderwijs 2008 Ondanks de zorgvuldigheid waarmee deze publicatie is samengesteld, is een aantal zaken niet juist vermeld. Onze

Nadere informatie

Almeerse Monitor Voortijdig Schoolverlaten Schooljaar 2010-2011

Almeerse Monitor Voortijdig Schoolverlaten Schooljaar 2010-2011 2008 2009 2010 2011 2012 2013 Almeerse Monitor Voortijdig Schoolverlaten Schooljaar 2010-2011 Voorwoord Het voorkomen van voortijdig schoolverlaten lijkt zo eenvoudig. Je zorgt voor een strenge aanpak,

Nadere informatie

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs

7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs 7. Deelname en slagen in het hoger onderwijs Vergeleken met autochtonen is de participatie in het hoger onderwijs van niet-westerse allochtonen ruim twee keer zo laag. Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/

Nadere informatie

Werkloosheid in Helmond 2012 Samenvatting en conclusies

Werkloosheid in Helmond 2012 Samenvatting en conclusies Werkloosheid in Helmond 2012 Samenvatting en conclusies Aanleiding Sinds 2006 publiceert de Gemeente Helmond jaarlijks gedetailleerde gegevens over de werkloosheid in Helmond. De werkloosheid in Helmond

Nadere informatie

Sterke toename alleenstaande moeders onder allochtonen

Sterke toename alleenstaande moeders onder allochtonen Carel Harmsen en Joop Garssen Terwijl het aantal huishoudens met kinderen in de afgelopen vijf jaar vrijwel constant bleef, is het aantal eenouderhuishoudens sterk toegenomen. Vooral onder Turken en Marokkanen

Nadere informatie

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs

Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs Steeds meer niet-westerse allochtonen in het voltijd hoger onderwijs Esther van Kralingen Tussen studiejaar 1995/ 96 en 21/ 2 is het aandeel van de niet-westerse allochtonen dat in het hoger onderwijs

Nadere informatie

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015

Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015 1 Monitor Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2015 Fact sheet juni 20 De werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar sterk gedaald. Van de 3.00 Amsterdamse jongeren in de leeftijd van 15

Nadere informatie

Jongeren op de arbeidsmarkt

Jongeren op de arbeidsmarkt Jongeren op de arbeidsmarkt Tanja Traag In 23 was 11 procent van alle jongeren werkloos. Jongeren die geen onderwijs meer volgen, hebben een andere positie op de arbeidsmarkt dan jongeren die wel een opleiding

Nadere informatie

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007

Landelijke Jeugdmonitor. Rapportage 2e kwartaal 2007 Landelijke Jeugdmonitor Rapportage 2e kwartaal 2007 Centraal Bureau voor de Statistiek Voorburg/Heerlen, 2007 Verklaring der tekens. = gegevens ontbreken * = voorlopig cijfer x = geheim = nihil = (indien

Nadere informatie

LOKAAL JEUGDRAPPORT - Houten

LOKAAL JEUGDRAPPORT - Houten LOKAAL JEUGDRAPPORT - Houten Jongeren en gezin Ontwikkeling van het aantal jongeren (2000-2011, index: 2000=100) Bron:CBS bevolkingsstatistiek, bewerking ABF Research In Houten is het aantal jongeren in

Nadere informatie

Opleidingsniveau stijgt

Opleidingsniveau stijgt Opleidingsniveau stijgt Grote doorstroom naar hogere niveaus Meer leerlingen vanuit vmbo naar havo Grote groep mbo ers naar het hbo 10 Jongens groeien gedurende hun onderwijsloopbaan Jongens na een diploma

Nadere informatie

5. Onderwijs en schoolkleur

5. Onderwijs en schoolkleur 5. Onderwijs en schoolkleur Niet-westerse allochtonen verlaten het Nederlandse onderwijssysteem gemiddeld met een lager onderwijsniveau dan autochtone leerlingen. Al in het basisonderwijs lopen allochtone

Nadere informatie

Voortijdig schoolverlaters: een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt

Voortijdig schoolverlaters: een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt : een kwetsbare groep op de arbeidsmarkt Harry Bierings en Robert de Vries Direct nadat zij school hadden verlaten, maar ook nog vier jaar daarna, hebben voortijdig naar verhouding vaak geen baan. Als

Nadere informatie

10. Veel ouderen in de bijstand

10. Veel ouderen in de bijstand 10. Veel ouderen in de bijstand Niet-westerse allochtonen ontvangen 2,5 keer zo vaak een uitkering als autochtonen. Ze hebben het vaakst een bijstandsuitkering. Verder was eind 2002 bijna de helft van

Nadere informatie

Voortijdig schoolverlaters en Citotoets-gegevens,

Voortijdig schoolverlaters en Citotoets-gegevens, , Toelichting bij geleverde maatwerktabellen 2006/2007 en 2007/2008* Levering: 17 februari 2010 De maatwerktabel over voortijdig schoolverlaters 2006/2007 bevat gegevens over het voortgezet onderwijs (vo)

Nadere informatie

Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2017

Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 2017 Gemeente Amsterdam Jeugdwerkloosheid Amsterdam over 201 Factsheet maart 201 De totale werkloosheid onder Amsterdamse jongeren is het afgelopen jaar sterk gedaald ten opzichte van 201. Van de.000 Amsterdamse

Nadere informatie

8. Werken en werkloos zijn

8. Werken en werkloos zijn 8. Werken en werkloos zijn In 22 is de arbeidsdeelname van allochtonen niet meer verder gestegen. Onder autochtonen is het aantal personen met werk nog wel licht toegenomen. De arbeidsdeelname onder Surinamers,

Nadere informatie

12. Vaak een uitkering

12. Vaak een uitkering 12. Vaak een uitkering Eind 2001 hadden niet-westerse allochtonen naar verhouding 2,5 maal zo vaak een uitkering als autochtonen. De toename van de WW-uitkeringen in 2002 was bij niet-westerse allochtonen

Nadere informatie

FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid,

FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid, FORUM Factsheet Jeugdwerkloosheid, @ FORUM, Instituut voor Multiculturele Ontwikkeling, september 29 Samenvatting De werkloosheid onder de 1 tot 2 jarige Nederlanders is in het 2 e kwartaal van 29 met

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid niet-westerse allochtonen nauwelijks toegenomen in 2005

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Werkloosheid niet-westerse allochtonen nauwelijks toegenomen in 2005 Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB06-015 13 februari 2006 9.30 uur Werkloosheid niet-westerse allochtonen nauwelijks toegenomen in 2005 In 2005 is de werkloosheid onder niet-westerse allochtonen

Nadere informatie

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald

Niet-westerse allochtonen behoren minder vaak tot de werkzame beroepsbevolking 1) Arbeidsdeelname niet-westerse allochtonen gedaald 7. Vaker werkloos In is de arbeidsdeelname van niet-westerse allochtonen gedaald. De arbeidsdeelname onder rs is relatief hoog, zes van de tien hebben een baan. Daarentegen werkten in slechts vier van

Nadere informatie

Dordtse jeugd in cijfers

Dordtse jeugd in cijfers Dordtse jeugd in cijfers stand van zaken en ontwikkelingen kerncijfers Hoe staat het met de jeugd in? Hoeveel kinderen groeien op in een bijstandsgezin? Hoeveel jongeren zijn werkloos en welk aandeel heeft

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Bevolking groeit tot 17,5 miljoen in 2038

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Bevolking groeit tot 17,5 miljoen in 2038 Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB08-085 18 december 2008 9.30 uur Bevolking groeit tot 17,5 miljoen in 2038 Nog 1 miljoen inwoners erbij, inwonertal zal harder groeien dan eerder gedacht

Nadere informatie

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009

FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 2009 FORUM Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt: effecten van de economische crisis 2 e kwartaal 29 Groei van werkloosheid onder zet door! In het 2 e kwartaal van 29 groeide de werkloosheid onder (niet-westers)

Nadere informatie

Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen

Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen Cohortvruchtbaarheid van niet-westers allochtone vrouwen Mila van Huis De vruchtbaarheid van vrouwen van niet-westerse herkomst blijft convergeren naar het niveau van autochtone vrouwen. Het kindertal

Nadere informatie

Langdurige werkloosheid in Nederland

Langdurige werkloosheid in Nederland Langdurige werkloosheid in Nederland Robert de Vries In 25 waren er 483 duizend werklozen. Hiervan waren er 23 duizend 42 procent langdurig werkloos. Langdurige werkloosheid komt vooral voor bij ouderen.

Nadere informatie

Rapport. Monitor Marokkaanse risicojongeren 2009

Rapport. Monitor Marokkaanse risicojongeren 2009 Rapport Monitor Marokkaanse risicojongeren 2009 Juli 2010 COLOFON Uitgave Gemeente Den Haag Dienst Onderwijs, Cultuur en Welzijn Postbus 12 652 2500 DP Den Haag Productie Dienst Onderwijs, Cultuur en Welzijn

Nadere informatie

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010

Allochtonen op de arbeidsmarkt 2009-2010 FORUM Maart Monitor Allochtonen op de arbeidsmarkt 9-8e monitor: effecten van de economische crisis In steeg de totale werkloosheid in Nederland met % naar 26 duizend personen. Het werkloosheidspercentage

Nadere informatie

MONITOR ALLOCHTONE OUDEREN IJSSELMONDE

MONITOR ALLOCHTONE OUDEREN IJSSELMONDE MONITOR ALLOCHTONE OUDEREN IJSSELMONDE C.Ergun, M. van Rhee Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) 17-03-2005 In opdracht van deelgemeente IJsselmonde Centrum voor Onderzoek en Statistiek (COS) Auteur:

Nadere informatie

Facts en figures Integratie etnische minderheden 2005

Facts en figures Integratie etnische minderheden 2005 Facts en figures Integratie etnische minderheden 2005 1. Demografische gegevens over etnische minderheden Per 1 januari 2005 telde de Nederlandse bevolking 3,1 miljoen (3.122.717) allochtonen. De omvang

Nadere informatie

Sociaal-economische schets van Leiden Zuidwest 2011

Sociaal-economische schets van Leiden Zuidwest 2011 Sociaal-economische schets van Zuidwest 2011 Zuidwest is onderdeel van het en bestaat uit de buurten Haagwegnoord en -zuid, Boshuizen, Fortuinwijk-noord en -zuid en de Gasthuiswijk. Zuidwest heeft een

Nadere informatie

Gestruikeld voor de start

Gestruikeld voor de start Bijlagen Gestruikeld voor de start De school verlaten zonder startkwalificatie Lex Herweijer Bijlage A... 2 Bijlage bij hoofdstuk 4... 3 Bijlage bij hoofdstuk 5... 4 Sociaal en Cultureel Planbureau Den

Nadere informatie

~"t'~ Emmen. ~~ Gemeente IIII~ I~II~II~IIIIIII~II~ 1I11~1"1. De Raad van de gemeente Emmen Postbus RA EMMEN

~t'~ Emmen. ~~ Gemeente IIII~ I~II~II~IIIIIII~II~ 1I11~11. De Raad van de gemeente Emmen Postbus RA EMMEN Raadhuisplein 1 7811 AP Emmen t. 140591 f. 0591 685599 Postbus 30001 7800 RA Emmen e. gemeente@emmen.nl i. gemeente.emmen.nl Gemeente "t' Emmen De Raad van de gemeente Emmen Postbus 30.001 7800 RA EMMEN

Nadere informatie

LAAGGELETTERDHEID IN HAAGSE HOUT

LAAGGELETTERDHEID IN HAAGSE HOUT LAAGGELETTERDHEID IN HAAGSE HOUT Uitgevoerd door: CINOP Advies Etil Kohnstamm Instituut Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA), Maastricht University DEZE FACTSHEETRAPPORTAGE IS ONTWIKKELD

Nadere informatie

Misdrijven en opsporing

Misdrijven en opsporing 4 Misdrijven en opsporing R.J. Kessels en W.T. Vissers In 2015 registreerde de politie 960.000 misdrijven, 4,6% minder dan in 2014. Sinds 2007 is de geregistreerde criminaliteit met ruim een kwart afgenomen.

Nadere informatie

Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland

Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland Factsheet Maatschappelijke positie van Voormalig Antilliaanse / Arubaanse Migranten in Nederland Onderwijs Het aandeel in de bevolking van 15 tot 64 jaar dat het onderwijs reeds heeft verlaten en hun onderwijscarrière

Nadere informatie

Gemengd Amsterdam * in cijfers*

Gemengd Amsterdam * in cijfers* Gemengd Amsterdam * in cijfers* Tekst: Leen Sterckx voor LovingDay.NL Gegevens: O + S Amsterdam, bewerking Annika Smits Voor de viering van Loving Day 2014 op 12 juni a.s. in de Balie in Amsterdam, dat

Nadere informatie

Samenvatting. Wat is de kern van de Integratiekaart?

Samenvatting. Wat is de kern van de Integratiekaart? Samenvatting Wat is de kern van de Integratiekaart? In 2004 is een begin gemaakt met de ontwikkeling van een Integratiekaart. De Integratiekaart is een project van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatie

Nadere informatie

Factsheet Jongeren buiten beeld 2013

Factsheet Jongeren buiten beeld 2013 Factsheet Jongeren buiten beeld 2013 1. Aanleiding en afbakening Het ministerie van SZW heeft CBS gevraagd door het combineren van verschillende databestanden meer inzicht te geven in de omvang en kenmerken

Nadere informatie