ARTEVELDEHOGESCHOOL GENT OPLEIDING BACHELOR IN DE PEDAGOGIE VAN HET JONGE KIND

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "ARTEVELDEHOGESCHOOL GENT OPLEIDING BACHELOR IN DE PEDAGOGIE VAN HET JONGE KIND"

Transcriptie

1 Arteveldehogeschool Onderzoek Opvang bestellen = opvang betalen ARTEVELDEHOGESCHOOL GENT OPLEIDING BACHELOR IN DE PEDAGOGIE VAN HET JONGE KIND Jozef Gerardstraat Sint-Amandsberg Onderzoek in opdracht van Kind & Gezin naar de evaluatie van de maatregel Opvang bestellen = opvang betalen Karolien Huylebroek Sofie Vastmans OPLEIDING BACHELOR IN DE PEDAGOGIE VAN HET JONGE KIND Onderzoeks- en dienstverleningscentrum GezinsKracht Arteveldehogeschool Gent Augustus 2016

2 Inhoud Overzicht tabellen... 4 Overzicht figuren... 5 Abstract Inleiding Methodologie Online survey - enquête Steekproefdesign binnen de groepsopvang Steekproefdesign binnen de gezinsopvang Gerealiseerde steekproef De vragenlijst Semigestructureerde interviews Respondenten Werkwijze Data analyse Kwantitatieve analyse Kwalitatieve analyse Triangulatie Resultaten Opvangplan Moment opmaak opvangplan en mate van overleg met de ouders Aard opvangplan Het minimum aantal verplichte dagen aanwezigheid Opvangplan wijzigen Afwezigheidsdagen Gerechtvaardigde afwezigheidsdag Aantal Respijtdagen Boete? Impact

3 3.3.1 Communicatie tussen ouders en de opvanglocatie Flexibiliteit Opvanglocaties zelf Hoe ouders omgaan met het opvangplan Kwetsbare gezinnen Conclusies Verloop onderzoek en kritische bedenkingen Dankwoord Bibliografie Bijlage Bijlage 1: Online survey Bijlage 2: Informatie naar de sector Bijlage 3: Powerpoint toelichting studenten maatregel Bestellen = betalen Bijlage 4: Voorbereiding studenten afname interviews

4 Overzicht tabellen Tabel 1: Gecontacteerde locaties binnen de groepsopvang, per provincie Tabel 2: Gecontacteerde locaties binnen de gezinssopvang, per provincie Tabel 3: Verdeling respondenten survey over de provincies/bhg, groeps- en gezinsopvang (n, %) Tabel 4: Verdeling respondenten survey naar grootte, capaciteit en subsidietrap (in %) Tabel 5: Kenmerken respondenten semigestructureerde interviews Tabel 6: Legende databron van de resultaten Tabel 7: Regeling bij overschrijden respijtdagen of niet gerechtvaardigde afwezigheidsdag

5 Overzicht figuren Figuur 1: Onderzoeksdesign Figuur 2: Verdeling voorrangsgroepen Figuur 3: Minimum aantal verplichte dagen, perspectief opvanglocatie Figuur 4: Minimum aantal verplichte dagen, perspectief ouders Figuur 5: Rechtvaardiging afwezigheidsdag volgens de sector Figuur 6: Definiëring tijdig verwittigen volgens de sector: wat betekent tijdig verwittigen voor jou? Figuur 7: Aantal toegekende respijtdagen Figuur 8: Aantal toegekende respijtdagen volgens subsidietrap Figuur 9: Kennis ouders aantal respijtdagen: op hoeveel respijtdagen heb je recht? Figuur 10: Antwoorden ouders op de stelling 'aantal toegekende respijtdagen volstaan' Figuur 11: Antwoorden stelling Ik kan transparanter communiceren naar ouders, naar type opvang Figuur 12: Antwoorden stelling Ik heb een betere verstandhouding met ouders, naar type opvang Figuur 13: Antwoorden stelling: Opvangplannen kunnen flexibeler worden aangepast in vergelijking met vroeger Figuur 14: Antwoorden stelling: Ik heb meer flexibiliteit naar ouders toe in het wijzigen van de opvangplannen Figuur 15: Antwoorden stelling: Ik maak meer uitzonderingen op de toepassing van het huishoudelijk reglement Figuur 16: Invloed maatregel op de werking van de opvanglocaties Figuur 17: Antwoorden stelling: Ik heb een grotere garantie op een regelmatig inkomen, per type opvang

6 Figuur 18: Antwoorden stelling: Ik kan de activiteiten en logistiek beter plannen, per type opvang Figuur 19: Antwoorden stelling: Ouders kiezen meer voor een beperkte opvangplan, per type opvang Figuur 20: Antwoorden stelling: Ik heb meer kinderen die voltijds naar de opvang komen Figuur 21: Antwoorden stelling: Ik vraag meer dat ouders kiezen voor een voltijds opvangplan Figuur 22: Antwoorden stelling: Ik heb het moeilijk om kinderen uit voorrangsgroepen op te vangen Figuur 23: Antwoorden stelling: Ik kan gemakkelijker tegemoet komen aan de vraag van occasionele opvang

7 Abstract De Vlaamse Overheid streeft met het decreet Opvang voor baby s en peuters (2014) naar een samen efficiënter gebruik maken van kinderopvang. Ouders zouden bewust moeten omgaan met respijtdagen en de opvang zou hun opvangplannen zodanig moeten organiseren dat ze een goede bezetting halen. Het decreet heeft het principe opvang bestellen = opvang betalen ingevoerd om deze doelstellingen te behalen. In dit onderzoek wordt dit principe geëvalueerd door na te gaan hoe de sector dit organiseert, wat de invloed hiervan is op het gebruik van de opvang, hoe dit ervaren wordt door de sector en door de ouders en welke impact dit heeft op de toegankelijkheid van gezinnen uit kwetsbare groepen. Via een mixed-method benadering (kwantitatief en kwalitatief) wordt op zoek gegaan naar een antwoord op deze vragen. Er is een online survey uitgevoerd bij de sector en er zijn semigestructureerde interviews afgenomen bij de gebruikers (ouders). In twee klankbordgroepen werden de verkregen data vanuit verschillende perspectieven onder de loep genomen. Deze combinatie van methodes zorgt voor een verhoogde validiteit en betrouwbaarheid. Uit de resultaten kwam naar voor dat de sector het principe opvang bestellen = opvang betalen op een zeer gevarieerde manier invult. De groepsopvang hanteert meer dan de gezinsopvang een opvangplan met een minimum aantal verplichte dagen. De opvanglocaties streven naar een goede mix van verschillende opvangplannen om tegemoet te komen aan de noden van de ouders (vaste opvangplannen voor een groot deel van de ouders in combinatie met variabele opvangplannen en periodieke opvangplannen voor ouders met specifieke noden of behoeftes). Ouders kiezen door dit principe bewust meer voor een deeltijds opvangplan, aangevuld met informele opvang. Ouders gaan bewust om met de respijtdagen, dit zorgt ervoor dat kinderen tijdens de vakantieperiodes meer naar de opvang blijven komen, maar ook meer gestuurd worden als ze ziek zijn. Dit ervaart ook de opvang: meer zieke kinderen in de opvang en meer continuïteit tijdens de vakantie. Als alle respijtdagen opgebruikt zijn, wordt er een boetesysteem gehanteerd, waarbij de gezinsopvang meer dan de groepsopvang een inkomenstarief als boete heeft, de groepsopvang kiest meer voor een vast bedrag. De ouders ervaren geen verschil wat betreft de toegankelijkheid van de sector in vergelijking met de periode voor het decreet. De sector zelf ervaart het systeem echter als minder toegankelijk, omdat er minder kan worden ingegaan op occasionele opvangvragen. Uit het onderzoek kwam ook een duidelijke tweestrijd naar voren, waarbij enerzijds er een roep is naar flexibiliteit en vrijheid zoals in de goede oude tijd en anderzijds de vraag naar duidelijkheid van ondubbelzinnige informatie en eenduidigheid tussen de verschillende opvanglocaties. 7

8 1. Inleiding Met het decreet Opvang voor baby s en peuters wil de Vlaamse Regering een aanbod creëren van kwaliteitsvolle en betaalbare opvangplaatsen, en dit binnen een redelijke termijn en op een redelijke afstand (Vlaamse regering, 2012). Eén van de principes dat sinds de implementatie van het decreet wordt gehanteerd is dat gezinnen betalen voor de door hen gereserveerde kinderopvangdagen in opvanglocaties die subsidies krijgen voor het inkomenstarief (trap 2, meer info op pagina 11). Meer concreet is de bedoeling van dit principe dat ouders en opvanglocaties samen efficiënter gebruik kunnen maken van beschikbare en gesubsidieerde plaatsen. Voor ouders betekent dit dat hen wordt gevraagd om bewuster om te gaan met de opvang die ze reserveren. Voor de opvanglocaties betekent dit dat ze zich zo goed mogelijk kunnen organiseren om een goede bezetting te halen, mede omdat de subsidies voor een deel afhankelijk zijn van de opvangprestaties ( sd). De richtlijnen vervat in deze regelgeving zijn tot stand gekomen vanuit een uitgebreid overleg met vertegenwoordigers van gezinnen enerzijds en vertegenwoordigers van opvanglocaties anderzijds. De regelgeving werd gecommuniceerd aan de sector door middel van een mededeling (bijlage 1) vanuit Kind en Gezin en het raadgevend comité 1 als vertegenwoordigers van de sector. Wat betekent dit decretale principe nu concreet? Dit betekent dat het in eerste instantie de ouders zijn die bepalen wat zij reserveren. Ouders en opvanglocatie spreken samen af welke dagen dit zijn en hoeveel. Dit kan niet eenzijdig door de opvanglocatie aan de ouders worden opgelegd. Afspraken in het opvangplan dienen tot stand te komen in wederzijds akkoord na onderhandeling. Het opvangplan is dus een individueel afgesproken plan en geen plan dat voor alle ouders hetzelfde moet zijn. Het opvangplan kan bijvoorbeeld ook een afgesproken aantal dagen over een periode zijn, die concreet worden vastgelegd van zodra de ouders hun werkrooster kennen. De afspraken gaan over de opvangdagen die men nodig heeft; een regeling voor bijvoorbeeld de jaarlijkse gezinsvakantie; langdurige afwezigheid van het kind om medische redenen (bv. hospitalisatie) of een regeling over hoe het opvangplan kan worden aangepast. Het is aan de ouders en de opvanglocaties om hierover samen tot goede afspraken te komen. Er kan niet steeds ingegaan worden op alle vragen en de verwachtingen van de ouders, maar er wordt wel gevraagd om hier redelijk mee om te gaan. De opvanglocatie kan de ouders niet dwingen om in het opvangplan meer opvang te reserveren dan wat ze redelijkerwijs nodig hebben, zoals een lang op voorhand afgesproken gezinsvakantie (Rutgeerts & Eeckhout, 2014). 1 Raadgevend comité: Martine Lemonnier, Voorzitter, Gezinsbond, Socialistische Mutualiteit, Vlaams Welzijnsverbond, SOM (PPJ), Landelijke Kinderopvang, Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten, Solidariteit voor het Gezin, Kind en Preventie, Unieko, Unizo, KULeuven, RUGent, ABVV, LBC, NVK, BBTK, ACLVB, ACV en ACW. 8

9 De regelgeving geeft ouders recht op een minimum aantal gerechtvaardigde afwezigheidsdagen of respijtdagen. Ouders kunnen een respijtdag gebruiken wanneer hun kind niet komt op een dag die in het opvangplan gereserveerd werd. Voor een respijtdag moeten ouders niet betalen. Het minimumaantal respijtdagen is 18 op jaarbasis voor wie voltijds opvang reserveert. Voor wie minder opvang reserveert kan de opvanglocatie dit aantal pro rata verminderen. De opvanglocatie mag ook meer respijtdagen voorzien, bijvoorbeeld voor ziektedagen. Wanneer de respijtdagen op zijn, bepaalt de opvanglocatie of en hoeveel de ouders betalen bij afwezigheid op een gereserveerde dag. Dit mag nooit meer dan het maximumtarief bedragen 2. Omdat kinderopvang met een subsidie voor inkomenstarief een maatschappelijke en sociale opdracht vervult, mag wel een redelijke prijs worden verwacht. De opvanglocatie is niet verplicht om ouders te laten betalen of om alle ouders hetzelfde aan te rekenen ( sd). In de kinderopvang is elk kind welkom. Opvang is toegankelijk voor kinderen met verschillende noden, afkomst of cultuur. Kinderen en gezinnen mogen niet gediscrimineerd worden ( sd). Bovendien heeft een kwaliteitsvolle kinderopvang een economische, pedagogische en sociale functie en betekent die opvang een meerwaarde voor de ontwikkeling van kinderen, vooral voor de meest kwetsbare onder hen. Kwaliteitsvolle kinderopvang is dan ook een belangrijk instrument in de strijd tegen armoede (KIDDO, 2015). Toegang tot kinderopvang vanaf jonge leeftijd is een belangrijke hefboom bij het verzekeren van gelijke kansen voor alle jonge gezinnen. Uit het onderzoek Op(ge)vangen (Hoogewys, Eneman, & Vanhove, 2015) kwam naar voor dat het principe bestellen = betalen in de verschillende opvanglocaties anders wordt ingevuld, dit vanuit de visie van de locatie en met het oog op het vrijwaren van toegankelijkheid en optimaal tegemoet te komen aan de wensen en noden van de ouders. Het decreet zoals het er nu ligt heeft altijd de bedoeling gehad om toegankelijkheid te verzekeren. Het landschap vereenvoudigt, voor de gezinnen en de opvanglocaties zelf, voor de toeleiders. De risico-analyse en crisisprocedures, het pedagogisch plan, Er wordt meer in handen van de opvanglocatie gelegd. Bestellen is betalen, bijvoorbeeld, daar kan men op inspelen volgens de lokale situatie. Dat is een mentaliteitswijziging in de opvanglocatie waar een aantal opvanglocaties nog niet klaar mee zijn. Het is een nieuw systeem, je laat hen een stuk vrij. (Respondent Op(ge)vangen). De verschillende manieren, waarop het principe bestellen is betalen wordt ingevuld, komen tot uiting op diverse manieren. Er wordt bijvoorbeeld een verschillend aantal respijtdagen 2 In 2016: minimum 5,02 euro/dag en maximum 27,83 euro/dag. 9

10 toegekend door de opvanglocatie, de afspraken die met ouders gemaakt worden met betrekking tot verzuim zijn verschillend, de visie omtrent ziekte en het moment waarop een ziektebriefje moet worden aangeleverd kan verschillen en ook in de aanpak van het opstellen van het opvangplan zijn er verschillen terug te vinden. Aangezien de regel nu 1 jaar in voege is, kan een evaluatie van de praktijk gebeuren met het oog op aanbevelingen aan het beleid en de sector om maximale toegankelijkheid te vrijwaren. Aangezien de toepassing van het principe vereist dat de opvang hierover met ouders in gesprek gaat, is het essentieel om ook ervaringen van de ouders zelf in kaart te brengen en hen dus aan het woord te laten. Op dit ogenblik zijn de gebruikers van kinderopvang zowel gezinnen die de overgangsperiode hebben meegemaakt (waar de maatregel niet en dan wel in voege was) als gezinnen voor wie de maatregel ervan bij de aanvang van de opvangsituatie reeds was, wat een interessante variatie aan data kan geven. Uit een recente studie door het Vlaams armoedestandpunt (Vandenbroeck, 2012) komt naar voor dat er in de huidige beleidscontext rond kinderarmoedebestrijding nog te weinig oog is voor en zicht is op hoe gezinnen zelf de toegankelijkheid van opvanglocaties voor gezinnen met jonge kinderen ervaren. Men wijst expliciet op de nood om, bij het onderzoeken van de toegankelijkheid van opvanglocaties voor jonge gezinnen, niet enkel het aanbod- maar ook het gebruikersperspectief in kaart te brengen. Bovendien is het interessant om een algemene stand van zaken op te maken nu het principe bestellen = betalen 1 jaar in werking is getreden 3. In dit onderzoek werd het principe getoetst in/aan de praktijk aan de hand van de volgende 5 onderzoeksvragen: 1. Hoe wordt het principe opvang bestellen = opvang betalen in de praktijk vorm gegeven? 2. Wat is de invloed van het principe opvang bestellen = opvang betalen op het gebruik van de opvang door ouders? 3. Hoe ervaren ouders het principe opvang bestellen = opvang betalen? 4. Welke impact heeft het principe opvang bestellen = opvang betalen op de toegankelijkheid van gezinnen uit kwetsbare groepen? 5. Hoe ervaren opvanglocaties het principe opvang bestellen = opvang betalen? 3 Organisatoren moesten uiterlijk op 1 april 2015 een regeling hebben uitgewerkt en beschreven in hun huishoudelijk reglement 10

11 In het verdere rapport wordt eerst de onderzoeksmethode beschreven. Vervolgens wordt een overzicht gegeven van de resultaten, gebundeld per thema (die voortvloeiden uit de data zelf). Vervolgens worden een aantal samenvattende conclusies geformuleerd. Ten slotte resulteert dit alles in beleidsaanbevelingen zowel naar de sector als het beleid. 2. Methodologie Op zoek naar antwoorden op bovenstaande onderzoeksvragen en de daarbij aansluitende beleidsaanbevelingen, is het onderzoek uitgevoerd in de periode van januari 2016 tot juni 2016 aan de hand van een mixed method benadering (Figuur 1). De mixed method benadering houdt in dat kwalitatief en kwantitatief onderzoek gecombineerd worden. Op basis van interviews of observaties kunnen hypothesen geformuleerd worden, welke vervolgens worden getoetst met een enquête onderzoek. Andersom kan bijvoorbeeld een enquêteonderzoek aanleiding vormen voor observaties, om zo meer te weten te komen over de onderliggende mechanismen van de kwantitatieve resultaten. Het voordeel van deze combinaties is dat de kracht van beide soorten onderzoek gecombineerd wordt, wat bij een juiste toepassing de validiteit en betrouwbaarheid van de resultaten verhoogd. Een ander voordeel is dat meer onderzoeks- of deelvragen beantwoord kunnen worden. In dit onderzoek is de combinatie gemaakt van de afname van een online survey (kwantitatief) bij de sector en semi-gestructureerde interviews (kwalitatief) bij de gebruikers (ouders/voogd). Naast deze mixed method benadering is er ook geopteerd om twee klankbordgroepen op te starten: een interne groep en een klankbordgroep met de opdrachtgever. Deze klankbordgroepen hadden als doelstelling om de verkregen resultaten vanuit meerdere perspectieven te verkennen. Een interne klankbordgroep bestaande uit medewerkers van de bacheloropleiding Pedagogie van het jonge kind die sterk betrokken zijn op de thematiek, en anderzijds uit medewerkers van het Pedagogische en taalondersteunings-project 4 (Xzekoo) die een nauwe band hebben met het werkveld en de organisaties. Vanuit Kind en Gezin werd er gewerkt met een adviserend comité om tussentijds de aanpak en methodiek te bespreken en bij te sturen

12 Figuur 1: Onderzoeksdesign Perspectief sector Online survey Hoe wordt de maatregel in praktijk vorm gegeven? Wat is de invloed van de maatregel op het gebruik van de ouders? Impact op de toegankelijkheid? Kwalitatief & kwantitatieve analyse Perspectief ouders/ gebruikersperspectief Semi gestructureerde interviews Bovenstaande + Hoe ervaren de ouders de maatregel? Kwantitatieve analyse Klankbordgroepen Intern + Opdrachtgeveer Verkregen resultaten verkennen vanuit verschillende perspectieven 2.1 Online survey - enquête Via de online-survey werd er getracht een antwoord te vinden op de vraag hoe het principe opvang bestellen = betalen in praktijk vorm wordt gegeven en wat de invloed is op het gebruik ervan. Een vragenlijst kan op verschillende manieren worden afgenomen (De Lange, Schuman, & Montesano Montesorri, 2011). In dit onderzoek werd gekozen voor een online survey (Google Docs) bij de verantwoordelijken van opvanglocaties. Een online survey laat toe om een zeer groot aantal respondenten te bereiken waardoor de kans op een representatieve weergave van het perspectief van de opvanglocaties wordt verhoogd. Via een mailing (bijlage 2), uitgevoerd door Kind en Gezin, werd de volledige sector op de hoogte gebracht van het onderzoek en het project met duiding van de verwachtingen en de doelstellingen. Kind en Gezin leverde een lijst aan van alle vergunde inkomensgerelateerde gezinsen groepsopvang in Vlaanderen en Brussel. Aan de hand van deze lijst werd de steekproef verder bepaald. We maakten hierbij een onderscheid tussen de groepsopvang en de gezinsopvang binnen het opvanglandschap in Vlaanderen en Brussel. Het steekproefdesign van beide doelgroepen wordt in de volgende twee paragrafen uitgebreid toegelicht. 12

13 2.1.1 Steekproefdesign binnen de groepsopvang Door middel van een three-stage clustersteekproef (Saunders, Lewis, & Thornhill, 2004) werd gestreefd naar een optimale representativiteit van de inkomensgerelateerde sector van opvang voor baby s en peuter op trap 2 en 3. Eerst werd er geselecteerd op basis van de totale aantallen binnen de provincies, vervolgens werd er binnen iedere provincie gekeken naar het aantal locaties per organisator (de grootte) en ten slotte naar de capaciteit binnen de opvanglocatie. De helft van de locaties werd gecontacteerd, met het oog op het verzamelen van informatie bij één derde van de voorzieningen. Het aantal gecontacteerde locaties per provincie is vermeld in Tabel 1. Tabel 1: Gecontacteerde locaties binnen de groepsopvang, per provincie Provincie/BHG n Oost-Vlaanderen 177 Limburg 67 West-Vlaanderen 154 Vlaams-Brabant 100 Brussel hoofdstedelijk gewest 53 Antwerpen 125 TOTAAL aantal gecontacteerde locaties 679 In de online survey is ook gepeild naar de subsidietrap waartoe de opvanglocatie behoort. Op die manier kon deze variabele ook meegenomen worden in de analyses als al dan niet beïnvloedende factor. Trap 2 duidt op de subsidie voor inkomenstarief. Dit is een subsidie voor opvanglocaties die ouders volgens hun inkomen laten betalen én bepaalde voorrangregels hanteren. Concreet komt het erop neer dat deze gezinnen voorrang krijgen: gezinnen die opvang nodig hebben in het kader van hun werksituatie (dit betekent ook: werk zoeken, een opleiding volgen, enzovoort), eenoudergezinnen, gezinnen met een laag inkomen, pleegkinderen en broertjes en zusjes die naar dezelfde opvanglocatie als het eerste kind willen gaan. Minstens 20 % van alle kinderen die op jaarbasis worden opgevangen, zijn kinderen van gezinnen met minstens 2 van de kenmerken: werk, alleenstaand, laag inkomen, pleegkind of zijn kinderen uit kwetsbare gezinnen. Zolang de 20% niet behaald is, kan er afgeweken worden van de absolute voorrang voor werk (werk zoeken, werk houden of het volgen van een beroepsgerichte opleiding). Binnen de trap 2 zijn er twee groepen terug te vinden. Groep T2A de vroegere gesubsidieerde sector. T2B de vroegere zelfstandige sector, die inkomens gerelateerd werkten. Tot op heden verschillen de subsidies nog steeds, daarom is er ook gekozen om deze variabele mee te nemen in de analyses (later steeds vermeld als T2A en T2B). 13

14 Trap 3 verwijst naar de plussubsidie (later steeds vermeld als plussubsidie). Dit is een subsidie voor opvang die specifieke aandacht heeft voor en voorrang geeft aan kwetsbare gezinnen. Om aan de voorwaarden te voldoen, moet op jaarbasis 30% van de kinderen in de opvanglocatie uit een kwetsbaar gezin komen 5, en moet de opvanglocatie een specifieke dienstverlening bieden aan die gezinnen. Dat betekent onder meer: een proactief opnamebeleid met aandacht voor occasionele en dringende opvang, respectvol omgaan met diversiteit, de hele werking afstemmen op kwetsbare gezinnen Steekproefdesign binnen de gezinsopvang Binnen de gezinsopvang werd er een two-stage clustersteekproef (Sanders, et al. 2010) gehanteerd. In eerste instantie werd er gesorteerd op het aantal locaties per organisator (de grootte). 48% van de organisaties binnen de gezinsopvang zijn grote organisatoren met meer dan 100 opvanglocaties. Deze organisatoren werden afzonderlijk gecontacteerd om na te gaan of er een algemeen beleid gevoerd wordt over de opvanglocaties heen met betrekking tot de maatregel bestellen is betalen of dat er differentiatie is tussen de locaties. Indien er een algemeen beleid wordt gevoerd, werd gevraagd om de online survey door maximaal vijf van hun locaties te laten invullen. Op deze manier werd voorkomen dat een welbepaald beleid oververtegenwoordigd is in de steekproef. Daarnaast werd er in het totaal één derde of 181 van de verantwoordelijken van de opvanglocaties met minder dan 100 locaties aangeschreven met medeweten van de organisator. De verdeling van de gecontacteerde locaties over de provincies is terug te vinden in Tabel 2. Tabel 2: Gecontacteerde locaties binnen de gezinssopvang, per provincie Provincie/BHG n Antwerpen 141 West-Vlaanderen 95 Oost-Vlaanderen 121 Vlaams-Brabant 60 Brussel 5 Limburg 90 TOTAAL aantal gecontacteerde locaties Stel dat men bij de 20% voor trap 2 geen enkel kwetsbaar gezin zou hebben, dan moet men 20% + 30% behalen. Als de 20% voor trap 2 enkel bestaat uit kwetsbare gezinnen, dan moet men voor trap 3 nog bijkomend 10% kinderen uit kwetsbare gezinnen opvangen. 14

15 2.1.3 Gerealiseerde steekproef De online survey werd ingevuld door 313 respondenten, waarvan 220 uit de groepsopvang en 93 uit de gezinsopvang. Hiermee werd een respons van 26 % bereikt (van de in totaal 1191 gecontacteerde opvanglocaties). Tabel 3 geeft een overzicht van de verdeling van de respondenten over de provincies. Tabel 3: Verdeling respondenten survey over de provincies/bhg, groeps- en gezinsopvang (n, %) Steekproef * Populatie Provincie / BHG n % Groeps- en gezinsopvang Groepsopvang Gezinsopvang Oost-Vlaanderen % 23.8% 26.0% 23.2% West-Vlaanderen % 19.3% 22.7% 18.4% Limburg % 15.8% 10.3% 17.3% Antwerpen % 26.5% 18.5% 28.6% Vlaams Brabant % 12.7% 14.6% 12.2% Brussel hoofdstedelijk gewest % 1.9% 7.9% 0.4% Totaal 313 *Groeps- en gezinsopvang Tabel 4 bevat de verdeling van de respondenten naargelang de grootte, capaciteit en subsidietrap. 15

16 Tabel 4: Verdeling respondenten survey naar grootte, capaciteit en subsidietrap (in %) % Steekproef % Populatie Grootte Minder dan 3 opvanglocaties 49.9% 87% 3 of meer dan 3 opvanglocaties 51.1% 13% Capaciteit Minder dan 19 plaatsen 41.8% 59% Tussen de 19 en 49 plaatsen 26.5% 29% Meer dan 50 plaatsen 27.8% 12% Overig 6.4% / Subsidietrap (combinatie mogelijk) Subsidie inkomenstarief T2A 49.8% Subsidie inkomenstarief T2B 56.2% Plussubsidie T3 10.5% De vragenlijst De vragenlijst werd opgebouwd uit 3 delen, met in het totaal 58 vragen. In het eerste deel werden enkele algemene gegevens van de opvanglocaties bevraagd (opvangvorm, regio, capaciteit), zonder het anonimiteitsprincipe in gevaar te brengen. In het tweede onderdeel kwamen de beschrijvende gegevens met betrekking tot het opvangplan, afwezigheidsdagen en de toepassing ervan aan bod. Tenslotte werd gepeild naar de impact van de maatregel. Het merendeel van de vragen waren gesloten vragen, maar bij een aantal vragen konden respondenten extra toelichting geven bij de gemaakte keuze. Voor het meten van de impact van de gewijzigde regelgeving werd er gewerkt met een schaalbevraging. Opvanglocaties werden via de online survey gevraagd om de mate waarin ze akkoord gaan met de stelling aan te geven op een schaal van 0 (helemaal niet akkoord) tot 5 (helemaal akkoord). De stelling doelt steeds op een verandering ten gevolge van de invoering van de maatregel. De online-survey werd uitgezonden naar de steekproef, 10 dagen later kregen de betrokkenen een herinnering en drie weken later werd de online-survey afgesloten. Om de vertrouwelijkheid van de deelnemers te garanderen werd er gekozen om de online vragenlijst anoniem te laten invullen. 16

17 2.2 Semigestructureerde interviews De doelstelling van de semi-gestructureerde interviews was om de ervaringen van de ouders over het principe bestellen = betalen en de invloed van de invoering van dit principe op hun eigen gebruik in kaart te kunnen brengen. Daarnaast wilden we ook weten hoe ouders het nieuwe principe ervaren en welke impact dit heeft op het gevoel van toegankelijkheid. Om het perspectief van de gezinnen te kennen werden de interviews dan ook afgenomen bij de ouders Respondenten Er waren 50 semi-gestructureerde interviews vooropgesteld. Zowel ouders die het oude systeem nog hebben gekend als ouders, die enkel het nieuwe systeem kennen zijn vertegenwoordigd in het onderzoek. Dit om na te gaan of alle bevindingen voor de gehele groep ouders, of enkel voor een van de twee subgroepen opgaat. Voor de selectie van de deelnemende gezinnen, werd gewerkt met purposive sampling (Lange et al., 2011). Er werd gezocht naar voldoende variëteit door criteria (variabelen) vast te stellen op grond waarvan gezinnen werden geselecteerd en de verhouding over de totaal bevraagde groep: - Ouders van kinderen met voltijds opvangplan - Ouders van kinderen met een deeltijds opvangplan - Ouders van kinderen uit voorrangsgroepen 6 - Ouders waarvan beide ouders werkzaam zijn - Ouders van kinderen uit gezinnen met 2 kinderen in de opvanglocatie Er werd gestreefd naar een diversiteit tussen gezinnen die gebruik maken van gezins- al dan niet groepsopvang en een optimale verhouding tussen gezinnen die gebruikt hebben gemaakt van zowel het oude als het nieuwe systeem en gezinnen die enkel het nieuwe systeem kennen. In totaal namen 57 gezinnen deel aan het onderzoek en werd een semigestructureerd interview afgenomen. Tabel 5 geeft een overzicht van de kenmerken van de gezinnen die werden geïnterviewd. 6 De organisator dient ervoor te zorgen dat er minstens 20% (trap 2) en 30% (trap 3) kinderen aanwezig zijn die voldoen aan meerdere kenmerken. 17

18 Tabel 5: Kenmerken respondenten semigestructureerde interviews % Interview afgenomen bij Ouder 98.0 Grootouder 2.0 Type opvanglocatie Groepsopvang 80.7 Organisator gezinsopvang met meerdere locaties 12.3 Organisator gezinsopvang met 1 locatie 7.0 Aard opvangplan Voltijds opvangplan 54.4 Deeltijds opvangplan 45.6 Periode voor maatregel ook gebruik van de opvang Ouders die de periode voor de invoeringen van de maatregel 57.9 Ouders die enkel de nieuwe maatregel kennen 42.1 Gezinssamenstelling Gehuwd of samenwonend 84.2 Alleenstaande ouder 14 Tewerkstelling Beide ouders werken voltijds 66.7 Een werkende ouder 17.5 Geen tewerkstelling 15.8 Van de bevraagde gezinnen behoort vier op de tien tot een voorrangsgroep (aangegeven door de opvanglocatie). Figuur 2 geeft de verdeling weer binnen die groep van de verschillende voorrangsgroepen. 18

19 Figuur 2: Verdeling voorrangsgroepen Moeilijke werksituatie 28% Geen diploma 3% Sociaal pedagogische problemen Handicap 2% Broer/zus in opvang 21% Alleenstaande ouder 28% Laag inkomen 12% Werkwijze Er werd gewerkt met semigestructureerde interviews. Hierbij vertrekt de interviewer vanuit een interviewschema met vooropgestelde, wat algemener geformuleerde, vragen, maar kan de interviewer hiervan afwijken indien nodig geacht. Deze methode was het meest gepast voor dit onderzoek, omdat het de mogelijkheid geeft om door te vragen als de respondent iets interessants zegt of bij onduidelijkheden. Hiermee krijgt de interviewer meer en gedetailleerde informatie (de Lange et al., 2011). Inhoudelijk kwamen tijdens dit interview 3 onderdelen aan bod. Ten eerste vergaarde het onderzoek beschrijvende gegevens zoals de locatie van de opvang, de werksituatie van de ouders, en het aantal kinderen in de opvanglocatie. Ten tweede werd er gepeild naar de ervaringen tijdens de opmaak van het opvangplan en het aantal toegekende respijtdagen. Ten slotte peilden de interview-vragen naar de beleving van de maatregel. Twaalf tweedejaarsstudenten uit de opleiding Pedagogie van het jonge kind van de Arteveldehogeschool te Gent en de Erasmus hogeschool te Brussel werden ingeschakeld in het afnemen en het uitschrijven van de interviews. Deze opdracht kadert in de leeractiviteiten van de opleiding, waarbij studenten actief betrokken worden bij onderzoek. Studenten kunnen dit uitvoeren vanuit hun kennis over praktijkgericht onderzoek en kunnen hier vanuit hun interesseveld op intekenen. 19

20 De studenten werden voorbereid op de interviews door de twee onderzoekers van het project. Tweedejaarsstudenten komen vanuit de opleiding reeds zeer uitgebreid in aanraking met de regelgeving bestellen is betalen via het opleidingsonderdeel Landschap van welzijn in de kinderopvang en via de praktijk (stage). Binnen het opleidingsonderdeel Onderzoeken & Innoveren worden ze bovendien ingeleid in praktijkgericht onderzoek. Daar bovenop werd er twee maal een collectieve sessie georganiseerd om hen grondig voor te bereiden en verder op te leiden. Tijdens een eerste samenkomst, kregen de studenten een informatiesessie (Bijlage 3) rond de regelgeving bestellen is betalen. Ook de termen opvangplan, respijtdagen en dergelijke werden nogmaals veelvuldig toegelicht, zodat er geen misverstanden mogelijk waren met betrekking tot interpretatie. Tijdens een tweede contactmoment, werd de interview leidraad (Bijlage 4) uitvoerig besproken en werden de vaardigheden voor het afnemen van een semigestructureerd interview verder ingeoefend. Elke student nam 6 interviews af in totaal. Indien mogelijk werden drie interviews op de eigen stageplaats afgenomen, en drie interviews op een externe locatie. Op deze manier kon de student vertrouwd worden met de methodiek in een gekende, vertrouwde omgeving, om daarna ook extern de afname kwalitatief te kunnen doen. De ouders werden zo ook zoveel mogelijk op hun gemak gesteld waardoor meer diepgang kon worden gecreëerd. 2.3 Data analyse De mixed method benadering levert zowel kwantitatieve als kwalitatieve gegevens op. In onderstaande paragrafen geven we uitleg bij onze analysestrategie voor beide datatypes Kwantitatieve analyse De kwantitatieve data van de online-survey werd verzameld in een databestand, en geanalyseerd met het softwarepakket SPSS. Door een gebrek aan voorafgaand onderzoek is de studie exploratief van aard, en werden vooraf geen hypotheses opgesteld. Vanuit overleg met Kind en Gezin, alsook de interne klankbordgroep, werden wel een aantal te onderzoeken verbanden vooropgesteld. Er werden verschillen getoetst in (het opstellen van) het opvangplan en de afwezigheidsdagen naargelang volgende basiskenmerken van de opvanglocaties: grootte/ capaciteit, gezins- versus groepsopvang, en de subsidietrappen T2A, T2B of T3 7. Om deze 7 Als er gesproken wordt in de resultaten over de subsidietrappen, betreft het steeds de opvanglocaties die enkel tot T2A, T2B afzonderlijk behoren, tot T2A en T2B samen behoren en resterende mengvormen. T3 werd ook afzonderlijke getoetst, maar wegens te kleine aantallen, zijn voor deze trap geen afzonderlijke conclusies mogelijk. Het is ook niet mogelijk om zinvolle analyses uit te voeren waarin we de interactie bekijken tussen de variabelen soort opvang en de variabele subsidietrap met daarin drie niveaus. Er zijn te weinig voorzieningen van het type gezinsopvang met een mengvorm van T2A/T2B. 20

21 verbanden statistisch te toetsen, werd een Chi-kwadraat toets gehanteerd (p<.05). In de verder besproken resultaten, wanneer er gesproken wordt over een significant verband, wordt steeds gedoeld op deze statistische toetsing Kwalitatieve analyse In de online survey werden ook open vragen opgenomen, waarbij een kwalitatieve analyse meer aangewezen is. Daarnaast werd ook heel wat kwalitatieve data verzameld met de semigestructureerde interviews. Deze interviews werden letterlijk getranscribeerd. Alle data werden samen gebundeld en kwalitatief geanalyseerd volgens de grounded theory methode (Glaser & Strauss, 1967) Triangulatie Door middel van triangulatie (Robson, 1993) werd de data-analyse versterkt. De verschillende databronnen werden naast elkaar gelegd om tendensen te ontdekken. De structuur voor analyse lieten we voortvloeien uit de data zelf om ons zo open mogelijk te stellen voor de werkelijkheid die we onderzochten en om vanuit inductie nieuwe inzichten te ontwikkelen. In een laatste fase werden de resultaten en inzichten uit de kwantitatieve en kwalitatieve dataanalyse samen gelegd om tot beleidsaanbevelingen te komen. In die fase waren de klankbordgroepen een meerwaarde om tot rijke perspectieven te komen. 3. Resultaten Bij het bespreken van de resultaten, worden de uitkomsten van de online survey bij de opvanglocaties en de antwoorden uit de semigestructureerde interviews bij de ouders naast elkaar geplaatst. De symbolen in Tabel 6 geven telkens aan vanuit welk perspectief het resultaat komt, en of het om een statistische toetsing van één van de hypothesen gaat. Om sommige resultaten extra toe te lichten worden er letterlijke quotes gebruikt. 21

22 Tabel 6: Legende databron van de resultaten Online survey - perspectief opvanglocaties Semigestructureerde interviews - perspectief ouders Statistisch getoetste verbanden - perspectief opvanglocaties Letterlijke quote uit de online survey of de semigestructureerde interviews 3.1 Opvangplan Moment opmaak opvangplan en mate van overleg met de ouders In 84.2% wordt het opvangplan opgesteld bij het inschrijvingsmoment met de ouders. Dit gebeurt voornamelijk in onderling overleg: vanuit de vraag van de ouders, maar met beperkingen vanuit de mogelijkheden van de opvanglocatie (71.5%). Een minderheid van de opvanglocaties werkt volledig vanuit de vraag en nood van de ouders en legt hierbij zelf geen beperkingen op. (20.5%). Bij de restgroep (8%) gebeurt het opstellen van het opvangplan volledig vanuit de opvanglocatie. Ouders geven aan dat het opvangplan meestal (73.7%) wordt gemaakt bij aanvang van de opvang, in de overige situaties gebeurt dit bij de start van de maand volgend op de aanvang van de opvang. De opstelling van het opvangplan komt vanuit de vrije keuze van de ouder (56.1%) of in een kleiner aantal vanuit een overleg met de opvanglocatie (35.1%) Aard opvangplan Bij twee derde wordt het opvangplan opgesteld voor de gehele periode van de opvang. Het is de betrachting van de opvanglocaties om te werken met een aandeel vaste opvangplannen en een aandeel flexibele opvangplannen. De opvanglocaties werken met een vaste verdeling (beoogde aantal) van vaste, variabele en periodieke opvangplannen. - Vast opvangplan: wijzigbaar op jaarbasis (jaarlijks of tweejaarlijks) voor onderstaande redenen: o Weekendwerk o Tewerkgesteld in het Onderwijs o Ouders met ploegendiensten (zorgsector, politie, verpleegkundigen, fabrieksarbeiders havenarbeiders) o Inburgeringscursus Nederlands 22

23 - Variabel opvangplan: wijzigbaar op wekelijkse of maandelijkse basis - Periodiek opvangplan: wijzigbaar op ieder moment o Occasionele/tijdelijke opvang van gezinnen die niet reeds in de opvanglocatie zijn (nieuwe gezinnen) Ouders stellen dat in 89.5% het opvangplan voor de gehele periode van de opvang geldt Het minimum aantal verplichte dagen aanwezigheid Vanuit de opvanglocaties is er een variatie te zien in het aantal verplichte dagen aanwezigheid, zoals te zien in Figuur 3. Het grootste aandeel (36.8%) geeft aan dat er wordt gewerkte met minimum van 2 verplichte dagen of meer. Figuur 3: Minimum aantal verplichte dagen, perspectief opvanglocatie In overleg bepaald met de ouders, verschillend voor ieder gezin 15% Overig 22% Er wordt geen minimum aantal dagen opgelegd, dit is een vrije keuze van de ouders 22% Het kind moet minstens een halve dag aanwezig zijn per week 1% Het kind moet minstens 2 dagen aanwezig zijn per week 37% Het kind moet minstens een dag aanwezig zijn per week 3% 54.4% van de bevraagde ouders heeft een voltijds opvangplan, 45.6% een deeltijds opvangplan, variërend van 1 dag in de week tot 4 volle dagen. Geen enkele ouder heeft een opvangplan van minder dan 1 dag opvang per week. Bij de bevraging van ouders zien we dat er in 40% van de opvangplannen, geen minimum wordt opgelegd (Figuur 4). Dit is volledig evenredig verdeeld over ouders met een voltijds en een deeltijds opvangplan. Er is geen tendens terug te vinden dat dit voor een van deze 2 groepen meer uitgesproken is. Daar tegenover wordt er wel in 7.5% met 4 verplichte dagen gewerkt bij de vormgeving van het opvangplan. Ook hier 23

24 is dit percentage verspreid over de beide groepen, ouders die gebruiken maken van gezinsopvang (50%) en groepsopvang (50%). Figuur 4: Minimum aantal verplichte dagen, perspectief ouders Het kind moet minstens 4 dagen per week aanwezig zijn 7,50% Het kind moet minstens 3 dagen aanwezig zijn per week 30% Er wordt geen minimum aantal dagen opgelegd dit is een vrije keuze van de ouders 40% Het kind moet minstens 2 dagen per week aanwezig zijn 20% Het kind moet minstens een dag aanwezig zijn per week 2,50% Enerzijds begrijpen ouders dit minimum aantal opgelegde dagen vanuit het standpunt van de opvanglocaties en voor ouders die sowieso voor een voltijds opvangplan wilden kiezen vormt dit geen probleem. Anderzijds geven ouders dit minimum aantal aan als een grote extra kost, indien ze bij eigen keuze voor een opvangplan minder aantal dagen per week zouden hebben gekozen. Vanuit de statistische toetsing werd er een sterk significant verband vast gesteld tussen het minimum verplichte aantal dagen en het type opvanglocatie enerzijds en het minimum verplichte aantal dagen en de subsidietrap anderzijds. In de gezinsopvang wordt bij het vastleggen van het opvangplan met de ouders meer vrijheid gegeven aan de ouders dan in de groepsopvang. In de groepsopvang wordt er vaker een minimum aantal respijtdagen opgelegd. Ook de opvang locaties op subsidietrap T2B bieden meer vrije keuze en werken minder met opgelegde dagen bij de opmaak van het opvangplan dan opvanglocaties op een subsidietrap T2A. 24

25 3.1.4 Opvangplan wijzigen In veel opvanglocaties is het mogelijk om een verschillend opvangplan te hebben voor verschillende periodes van het jaar (79.3%). Dit is vaak van toepassing voor gezinnen waarbinnen ouders leerkrachten of verpleegkundigen zijn. Er is geen significant verband tussen gezin- of groepsopvang enerzijds en de mogelijkheid tot verschillende opvangplannen voor verschillende periodes. Er werd ook geen verband gevonden naargelang de variabele capaciteit. Structureel wijzigen Binnen veel opvanglocaties kunnen ouders het opvangplan structureel wijzigen in het geval van een wijzigende werksituatie van de ouders (86.5%) en persoonlijke omstandigheden (75.2%), los van het feit of dit opvangplan bij aanvang al dan niet werd afgesloten voor een gehele periode. Bijkomend lassen veel opvanglocaties jaarlijks of 2 maal per jaar een moment in waarop ouders hun opvangplan kunnen wijzigen. Opvanglocaties vinden de reden voor structurele definitieve wijziging minder belangrijk dan het tijdig doorgeven van de wijziging en de haalbaarheid voor hen. Ook het wettelijk kader en het minimum aantal dagen opvang moet gerespecteerd blijven. Vrijetijdsbesteding van ouders of vakantie wordt niet aanzien als geldige reden. Vaak wordt er gewerkt met een officiële aanvraag via de verantwoordelijke, waarbij een nieuwe overeenkomst wordt opgesteld en een overgangsperiode. Deze periode varieert van 4 weken tot 3 maanden afhankelijk van de opvanglocatie. Dit geldt uiteraard niet voor acute tijdelijke situaties (zie volgende deel). Indien er gelijktijdige vragen binnenkomen gelden ook hier de voorrangsgroepen en de noodzaak van de vraag. De algemene regels omtrent structurele wijzigingen staan in het huishoudelijke reglement of in het contract. Opvanglocaties geven aan dat ondanks alle regels, het niet evident is wanneer ouders het opvangplan niet kunnen nakomen, in het bijzonder kwetsbare gezinnen. Opvanglocaties zoeken naar manieren om hier goed mee om te gaan en geven aan dat ze in praktijk genoodzaakt zijn flexibeler te handelen dan in hun huishoudelijk reglement staat uitgeschreven, net om met deze situaties om te kunnen gaan. 25

26 Flexibel omspringen met het opvangplan Bijkomend bij deze mogelijkheid tot structurele wijziging kan in 95,5% van de opvanglocaties er flexibel worden omgesprongen met het opvangplan. Voor volgende redenen wordt er vaak flexibiliteit aan de dag gelegd: (Opmerking: opvanglocaties konden hierbij meerdere opties aanduiden) Voor kinderen met een chronische ziekte/handicap of specifieke zorgbehoefte (51.5%) zullen opvanglocaties afhankelijk van de situatie, bijvoorbeeld het verloop van ziekte inspelen op het moment en de nood van het gezin. Kwetsbare gezinnen (48.1%), waarbij voornamelijk voorbeelden als een plots ontslag van een van de ouders en financiële moeilijkheden werden gegeven. Uitzonderlijke familiale omstandigheden (61.1%) zoals een sterfgeval, arbeidsduurvermindering, echtscheiding, ziekte van een ouder, zwangerschap en geboorte van een tweede/derde kind.. Flexibiliteit in de zin van minder opvangdagen opnemen kan gemakkelijker dan vermeerdering en kan per direct ingaan indien de vrijgekomen dagen kunnen worden ingevuld door een ander gezin. Bij uitbreiding is dit mogelijk indien er vrije plaatsen beschikbaar zijn en de bezetting (capaciteit per leefgroep) gerespecteerd blijft. Opvanglocaties vinden het belangrijk voor de kinderen dat er voldoende rust en herkenning is en wijzigingen brengen dit in het gedrang. 19.3% van de ouders heeft een variabel opvangplan, zijnde een opvangplan dat ze omwille van hun werk wekelijks/maandelijks mogen wijzigen. Hoewel de resterende opvangplannen voor de gehele periode van de opvang worden opgesteld, ervaren ouders dat er in 94.7% van de gevallen een grote mate van bespreekbaarheid is. In 84.2% moet je voor een wijziging niet bijbetalen. Ouders ervaren deze aanpasbaarheid als zeer belangrijk en dit omwille van werksituaties, soort werk (leerkracht, verpleging etc..), onvoorziene omstandigheden, veranderingen in de privésituatie gedurende de periode van de opvang (2,5 jaar). 3.2 Afwezigheidsdagen Gerechtvaardigde afwezigheidsdag De regelgeving geeft ouders recht op een minimum aantal gerechtvaardigde afwezigheidsdagen of respijtdagen ( 2016). Ouders kunnen een respijtdag gebruiken wanneer hun kind niet komt op een dag die in het opvangplan gereserveerd werd. Voor een respijtdag moeten ouders niet betalen. Het minimumaantal respijtdagen is 18 op jaarbasis voor wie voltijds opvang reserveert. Voor wie minder opvang reserveert kan de opvangorganisator dit aantal pro 26

27 rata verminderen. Hij mag ook meer respijtdagen voorzien, bijvoorbeeld voor ziektedagen. Wanneer de respijtdagen op zijn, bepaalt de opvanglocatie of de ouders betalen bij afwezigheid op een gereserveerde dag en hoeveel. Dit mag nooit meer dan het maximumtarief bedragen (in 2016: euro). Omdat kinderopvang met een subsidie voor inkomenstarief een maatschappelijke en sociale opdracht vervult, mag wel een redelijke prijs worden verwacht. De opvangorganisator is niet verplicht om ouders te laten betalen of om alle ouders hetzelfde aan te rekenen. Het begrip een gerechtvaardigde afwezigheidsdag is tweeledig. De sector verstaat hier enerzijds een respijtdag onder (60%), anderzijds zijn dit volgens de opvanglocaties ook dagen waarbij ouders moeten voldoen aan een aantal randvoorwaarden zoals ziekte rechtvaardigen met een doktersattest (39.7%) en/of dit tijdig (35.5%) doorgeven (Figuur 5). Figuur 5: Rechtvaardiging afwezigheidsdag volgens de sector Wat verstaat u als een gerechtvaardigde afwezigheidsdag? 1 dag afwezigheid met doktersbriefje Overig 12,60% 39,70% 33,20% Korte afwezigheid doktersbriefje Een respijtdag 60,30% 19,40% 34,80% Langdurige afwezigheid met doktersbriefje (vanaf 2 weken) 35,50% Elk soort afwezigheid Een tijdig verwittigde afwezigheid De randvoorwaarde 'tijdig' verwittigen wordt in de sector op verschillende manieren ingevuld, zoals te zien in Figuur 6. 27

28 Figuur 6: Definiëring tijdig verwittigen volgens de sector: wat betekent tijdig verwittigen voor jou? Overig 8% Een week op voorhand 10% Geen verwittiging nodig 26% Een dag op voorhand 11% s Ochtends voor een afgesproken uur 45% Er worden in de gezinsopvang minder vaak randvoorwaarden gehanteerd voor het rechtvaardigen van een afwezigheidsdag in vergelijking met de groepsopvang Aantal Respijtdagen Van de opvanglocaties hanteert 38% het wettelijke minimum aantal respijtdagen, zijnde 18 en 41% kent een aantal respijtdagen toe variërend tussen de 18 en 25 dagen (Figuur 7). De overige 21% opvanglocaties hanteren een toekenning van meer dan 25 respijtdagen. Figuur 7: Aantal toegekende respijtdagen Overig 21% 18 dagen 41% dagen 38% 28

29 Afhankelijk van de subsidietrap waartoe een opvanglocatie behoort, is er een verschil in de toekenning van het aantal respijtdagen. Opvanglocaties van subsidietrap T2B kennen vaker dan opvanglocaties uit subsidietrap T2A meer respijtdagen (18-25 dagen) toe (Figuur 8). Figuur 8: Aantal toegekende respijtdagen volgens subsidietrap SUBSIDIETRAP T2A SUBSIDIETRAP T2B Overig 7% dagen 44% 18 dagen 49% Overig 15% dagen 47% 18 dagen 38% Er werd een zeer sterk en significant verband gevonden tussen het type opvanglocatie en het aantal toegekende respijtdagen. In de gezinsopvang worden meer respijtdagen toegekend dan in de groepsopvang. In de groepsopvang wordt meer dan in de gezinsopvang het wettelijk minimum van 18 dagen gehanteerd. Een dergelijk verband is niet terug te vinden bij dezelfde toetsing met de capaciteit of subsidietrap. In meer dan 90% van de gevallen, wordt er rekening gehouden met het verschil tussen een deeltijds/voltijds opvangplan voor de berekening van het aantal respijtdagen. Ouders worden op de hoogte gebracht van het aantal resterende respijtdagen door een vaste vermelding op de factuur (88%) en/of een aanvullende mondelinge communicatie. Deze communicatie kan op vraag zijn van de ouders (18%) of gericht vanuit de opvanglocatie (7%). Een groot aantal van de ouders (32%) weet niet hoeveel respijtdagen ze hebben op jaarbasis. Ouders geven antwoorden als 'weet ik niet vanbuiten', ik heb geen idee' of ' het is mij niet duidelijk'. Toch geeft bijna drie op vier ouders aan dat ze vinden dat ze voldoende respijtdagen hebben. Hierin zijn zowel ouders met het minimum aantal respijtdagen in vertegenwoordigd als ouders met meer dan 18 dagen. Ouders doelen hiermee waarschijnlijk op de combinatie respijtdagen, aangevuld met het collectief verlof van de opvanglocatie. 29

30 Figuur 9: Kennis ouders aantal respijtdagen: op hoeveel respijtdagen heb je recht? Weet het niet 32% (pro rata) 18 dagen 47% dagen 21% Deze groep van ouders geven aan dat ze respijtdagen niet veel moeten inzetten, dat ze nog nooit zijn opgebruikt. Toch stelt ongeveer één op de vijf ouders dat het aantal respijtdagen onvoldoende is, waaronder ouders die geconfronteerd werden met kinderen die veel ziek zijn, ouders met onvoorspelbare werkuren of in het geval van onvoorziene omstandigheden. Het is sterk afhankelijk van iedere gezinssituatie zeggen de ouders. Ouders konden ook aangeven op een continuüm in welke mate het aantal toegekende respijtdagen voor hen volstaat, gaande van 0 (helemaal niet correct) tot 5 (zeer correct). De antwoorden op deze stelling zijn weergegeven in Figuur 10. Figuur 10: Antwoorden ouders op de stelling 'aantal toegekende respijtdagen volstaan' 30% 25% 20% 15% 10% 5% 0% 0 (helemaal niet akkoord) (helemaal akkoord) 30

Aan alle kinderopvangorganisaties met subsidie voor inkomenstarief. Afdeling contactpersoon Telefoon Kinderopvang. AMDP004 23 mei 2014

Aan alle kinderopvangorganisaties met subsidie voor inkomenstarief. Afdeling contactpersoon Telefoon Kinderopvang. AMDP004 23 mei 2014 Centrale administratie Hallepoortlaan 27 1060 BRUSSEL Telefoon: 02 533 12 11 Fax: 02 534 13 82 www.kindengezin.be 1 Mededeling Aan alle kinderopvangorganisaties met subsidie voor inkomenstarief Afdeling

Nadere informatie

Huishoudelijk reglement & schriftelijke overeenkomst

Huishoudelijk reglement & schriftelijke overeenkomst Huishoudelijk reglement & schriftelijke overeenkomst Inspiratiedag Kinderopvang Welkom Doel: - overzicht bieden van alle richtlijnen - bespreken wat is nodig om het HHR en opvangovereenkomst aan te passen

Nadere informatie

Kinderopvang cijfert. Voorrangsgroepen

Kinderopvang cijfert. Voorrangsgroepen Kinderopvang cijfert Voorrangsgroepen 2015-2016 Inleiding Elke subsidiegroep met subsidie inkomenstarief (trap 2 of T2) moet op jaarbasis minstens 20% kinderen uit specifieke voorranggroepen opvangen.

Nadere informatie

In de beleidsbrief Welzijn, Volksgezindheid en Gezin zegt de minister ook werk te maken van een flexibele kinderopvang.

In de beleidsbrief Welzijn, Volksgezindheid en Gezin zegt de minister ook werk te maken van een flexibele kinderopvang. SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 440 van KATRIEN SCHRYVERS datum: 10 april 2018 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Flexibele kinderopvang - Stand van zaken In een persbericht

Nadere informatie

20/02/2014 SUBSIDIES KINDEROPVANG BABY S EN PEUTERS. Principieel akkoord Vlaamse Regering 5 juli PRINCIPIEEL AKKOORD BVR SUBSIDIES 5 juli 2013

20/02/2014 SUBSIDIES KINDEROPVANG BABY S EN PEUTERS. Principieel akkoord Vlaamse Regering 5 juli PRINCIPIEEL AKKOORD BVR SUBSIDIES 5 juli 2013 SUBSIDIES KINDEROPVANG BABY S EN PEUTERS Principieel akkoord Vlaamse Regering 5 juli 2013 PRINCIPIEEL AKKOORD BVR SUBSIDIES 5 juli 2013 Aanpassingen mogelijk o.m. na advies Raad van State Wel geregeld

Nadere informatie

VVSG INSPIRATIEDAG 20 maart 2014. Stand van zaken op vandaag, onder voorbehoud van definitieve goedkeuring van de regelgeving

VVSG INSPIRATIEDAG 20 maart 2014. Stand van zaken op vandaag, onder voorbehoud van definitieve goedkeuring van de regelgeving INKOMENSTARIEF VVSG INSPIRATIEDAG 20 maart 2014 Stand van zaken op vandaag, onder voorbehoud van definitieve goedkeuring van de regelgeving INHOUD 1. Bestellen is betalen 2. Inkomenstarief: principes en

Nadere informatie

Kinderopvang cijfert 1. Het bezettingspercentage 2015

Kinderopvang cijfert 1. Het bezettingspercentage 2015 Kinderopvang cijfert 1 Het bezettingspercentage INLEIDING Het decreet voor baby s en peuters introduceerde het principe bestellen is betalen in de kinderopvang. Organisatoren met inkomenstarief werken

Nadere informatie

OPVANG BESTELLEN IS OPVANG BETALEN? Duiding bij de wijzigingen n.a.v. het nieuwe Decreet Kinderopvang

OPVANG BESTELLEN IS OPVANG BETALEN? Duiding bij de wijzigingen n.a.v. het nieuwe Decreet Kinderopvang OPVANG BESTELLEN IS OPVANG BETALEN? Duiding bij de wijzigingen n.a.v. het nieuwe Decreet Kinderopvang DOEL VAN DE REGELGEVING = Vrije opvangplaatsen optimaal benutten Door een opvangplan af te spreken

Nadere informatie

Subsidies inclusieve opvang

Subsidies inclusieve opvang Subsidies inclusieve opvang Om de ouders binnen een redelijke afstand een opvangplaats aan te bieden, voorziet de Vlaamse overheid 3 soorten subsidies. INHOUD SUBSIDIE VOOR INDIVIDUELE INCLUSIEVE OPVANG

Nadere informatie

De (on)gelijke deelname aan kinderopvang in Vlaanderen

De (on)gelijke deelname aan kinderopvang in Vlaanderen De (on)gelijke deelname aan kinderopvang in Vlaanderen Sofie Kuppens HIVA KU Leuven Kennisplatform BUITENKANS Vóór en vroegschoolse educatie in de strijd tegen kinderarmoede 27 April 2016 Overzicht Inleiding

Nadere informatie

Departement Onderwijs, Opvoeding en Jeugd Dienst Kinderopvang

Departement Onderwijs, Opvoeding en Jeugd Dienst Kinderopvang Departement Onderwijs, Opvoeding en Jeugd Dienst Kinderopvang Inschrijvingsbeleid en inschrijvingsprocedure voor de toekenning van opvangplaatsen voor kinderen van 0 tot 3 jaar in de opvanglocaties van

Nadere informatie

Proefproject inkomenstarief-mix (IKT-mix)

Proefproject inkomenstarief-mix (IKT-mix) Proefproject inkomenstarief-mix (IKT-mix) Doelstellingen en beslissingskader 1. OPROEP Een combinatie van plaatsen met inkomenstarief en plaatsen met vrije prijs op één kinderopvanglocatie is op dit moment

Nadere informatie

Schriftelijke overeenkomst tussen organisator en contracthouder

Schriftelijke overeenkomst tussen organisator en contracthouder Schriftelijke overeenkomst tussen organisator en contracthouder Volgende afspraken komen tot stand tussen: 1. De dienst voor gezinsopvang van het OCMW Zottegem met zetel te Deinsbekestraat 23, 9620 Zottegem,

Nadere informatie

Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters Trap 2 subsidies

Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters Trap 2 subsidies Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters Trap 2 subsidies Leidraad voor het formuleren van een kwalitatief en zorgvuldig advies bij aanvragen tot subsidies

Nadere informatie

schriftelijke overeenkomst kinderopvang

schriftelijke overeenkomst kinderopvang schriftelijke overeenkomst kinderopvang Deze schriftelijke overeenkomst legt de rechten en plichten vast tussen Felies vzw organisator van de kinderopvang en de gebruiker De schriftelijke overeenkomst

Nadere informatie

Formulier 1 Overeenkomst

Formulier 1 Overeenkomst 1 Formulier 1 Overeenkomst CONTRACTERENDE PARTIJEN DE ORGANISATOR Naam organisator: OCMW Bree, Peerderbaan 37, 3960 Bree Naam Kinderdagverblijf: t Wiekernestje, Sint Jacobstraat z/n, 3960 Bree Gegevens:

Nadere informatie

Uitbreidingsronde kinderopvang. Een zorgvuldig lokaal advies

Uitbreidingsronde kinderopvang. Een zorgvuldig lokaal advies Uitbreidingsronde kinderopvang Een zorgvuldig lokaal advies Inleiding Welkomstwoord Programma: Een uitbreidingsronde: hoe zit dat in elkaar? Uitbreidingsronde kinderopvang 2017 Belang van een kwaliteitsvol

Nadere informatie

Formulier 1: De schriftelijke overeenkomst. Overeenkomst

Formulier 1: De schriftelijke overeenkomst. Overeenkomst CONTRACTERENDE PARTIJEN DE ORGANISATOR Overeenkomst Naam organisator: OCMW Bree, Peerderbaan 37, 3960 Bree Naam Kinderdagverblijf: t Wiekernestje, Sint Jacobstraat z/n, 3960 Bree 089 848556 - kinderdagverblijf@bree.be

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Subsidiebesluit van 22 november 2013, wat betreft flexibele opvang

Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Subsidiebesluit van 22 november 2013, wat betreft flexibele opvang Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Subsidiebesluit van 22 november 2013, wat betreft flexibele opvang DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie

Nadere informatie

Sociale functie KO. Drempels afbouwen VLAS 29/04/2016 INLEIDING

Sociale functie KO. Drempels afbouwen VLAS 29/04/2016 INLEIDING Sociale functie KO Drempels afbouwen VLAS 29/04/2016 INLEIDING BRUSSEL, 17/02/2016 (BELGA) - "Decenniumdoelen 2017" blijft wachten op beloofde sociale correcties BRUSSEL, 22/03/2016 (BELGA) - Armoederapport

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Procedurebesluit Buitenschoolse Opvang van 19 december 2014;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het Procedurebesluit Buitenschoolse Opvang van 19 december 2014; Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Procedurebesluit van 9 mei 2014 en het Procedurebesluit Buitenschoolse Opvang van 19 december 2014, wat betreft de programmatieregels en de procedure

Nadere informatie

DECREET HOUDENDE DE ORGANISATIE VAN KINDEROPVANG VAN BABY S en PEUTERS. Ann Lobijn

DECREET HOUDENDE DE ORGANISATIE VAN KINDEROPVANG VAN BABY S en PEUTERS. Ann Lobijn DECREET HOUDENDE DE ORGANISATIE VAN KINDEROPVANG VAN BABY S en PEUTERS Ann Lobijn Inhoud Tijdspad Doelstellingen van het decreet en korte inhoud BVR vergunningsvoorwaarden Reacties VVSG - Tijdspad Decreet

Nadere informatie

Organisator Gezinsopvang De Mereltjes Hasseltsesteenweg Tongeren Tel 012/

Organisator Gezinsopvang De Mereltjes Hasseltsesteenweg Tongeren Tel 012/ Organisator Gezinsopvang De Mereltjes Hasseltsesteenweg 16 3700 Tongeren Tel 012/23.70.26 onthaalouders@mereltjes.be Schriftelijke overeenkomst/opvangplan Contracterende partijen De organisator: VZW De

Nadere informatie

Groepsopvang voor baby s en peuters De Mereltjes Hasseltsesteenweg Tongeren Tel 012/

Groepsopvang voor baby s en peuters De Mereltjes Hasseltsesteenweg Tongeren Tel 012/ Groepsopvang voor baby s en peuters De Mereltjes Hasseltsesteenweg 16 3700 Tongeren Tel 012/23.70.26 kinderdagverblijf@mereltjes.be Schriftelijke overeenkomst/opvangplan Contracterende partijen De organisator:

Nadere informatie

Brochure voorschotten groepsopvang - 2016

Brochure voorschotten groepsopvang - 2016 Brochure voorschotten groepsopvang - 2016 INHOUD BASISSUBSIDIE (TRAP 1) 3 SUBSIDIE VOOR INKOMENSTARIEF (TRAP 2) 4 PLUSSUBSIDIE (TRAP 3) 11 SUBSIDIE FLEXIBELE GROEPSOPVANG 12 SUBSIDIE FLEXIBELE URENPAKKETTEN

Nadere informatie

Kinderopvang en MFC s realiseren samen inclusieve kinderopvang voor elk kind en elke ouder

Kinderopvang en MFC s realiseren samen inclusieve kinderopvang voor elk kind en elke ouder Open oproep Pionieren in samenwerking Kinderopvang en MFC s realiseren samen inclusieve kinderopvang voor elk kind en elke ouder INLEIDING Vlaams minister Jo Vandeurzen streeft naar een sterkere samenwerking

Nadere informatie

DECREET KINDEROPVANG Toelichting oudercontact 23 oktober Groepsopvang De Kaboutertjes

DECREET KINDEROPVANG Toelichting oudercontact 23 oktober Groepsopvang De Kaboutertjes DECREET KINDEROPVANG 2014 Toelichting oudercontact 23 oktober 2014 Groepsopvang De Kaboutertjes vzw STORZO Decreet Kinderopvang baby s en peuters De vergunning Doelstellingen decreet overheid Voldoende

Nadere informatie

Brochure voorschotten gezinsopvang - 2016

Brochure voorschotten gezinsopvang - 2016 Brochure voorschotten gezinsopvang - 2016 INHOUD BASISSUBSIDIE (TRAP 1) 3 SUBSIDIE VOOR INKOMENSTARIEF (TRAP 2) 4 PLUSSUBSIDIE 11 SUBSIDIE FLEXIBELE GEZINSOPVANG (FLEX T2) 12 SUBSIDIE STRUCTURELE INCLUSIEVE

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van kinderopvang van baby s en peuters, artikel 10, 3 ;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet van 20 april 2012 houdende de organisatie van kinderopvang van baby s en peuters, artikel 10, 3 ; Besluit van de Vlaamse Regering betreffende de subsidiëring van de organisatoren kinderopvang en buitenschoolse opvang ter uitvoering van het Vlaams Intersectoraal Akkoord DE VLAAMSE REGERING, Gelet op

Nadere informatie

Subsidies voor groepsopvang van schoolkinderen

Subsidies voor groepsopvang van schoolkinderen Subsidies voor groepsopvang van schoolkinderen Er bestaan heel wat verschillende soorten subsidies voor de groepsopvang van schoolkinderen. Hier vind je info over de voorwaarden, de bedragen en wie voor

Nadere informatie

4. Hoeveel zelfstandige kinderopvanginitiatieven stapten in 2013 en 2014 (cijfers tot september) uit het IKG-systeem?

4. Hoeveel zelfstandige kinderopvanginitiatieven stapten in 2013 en 2014 (cijfers tot september) uit het IKG-systeem? SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 63 van ELKE VAN DEN BRANDT datum: 15 oktober 2014 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Zelfstandige kinderopvang - Evolutie Het decreet Kinderopvang

Nadere informatie

vzw Kinderdagverblijf de Knuffelboom XL VZW Kinderdagverblijf de Knuffelboom XL Prijsregeling en administratieve formaliteiten

vzw Kinderdagverblijf de Knuffelboom XL VZW Kinderdagverblijf de Knuffelboom XL Prijsregeling en administratieve formaliteiten VZW Kinderdagverblijf de Knuffelboom XL Prijsregeling en administratieve formaliteiten 1. Attest inkomenstarief De prijs die ouders voor de opvang van hun kind betalen wordt berekend op basis van het inkomen.

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 16 maart 2016;

DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 16 maart 2016; Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Subsidiebesluit van 22 november 2013 en van het Subsidiebesluit Buitenschoolse Opvang van 16 mei 2014, wat betreft het systeem inkomenstarief DE VLAAMSE

Nadere informatie

Uitbreidingsronde kinderopvang. Een zorgvuldig lokaal advies

Uitbreidingsronde kinderopvang. Een zorgvuldig lokaal advies Uitbreidingsronde kinderopvang Een zorgvuldig lokaal advies Inleiding Programma: 2-13u30-13u35: Welkomstwoord 13u35-13u55: Kennismakingsronde 13u55-15u05: Informatiemoment 15u05-15u15: pauze Uitbreidingsronde

Nadere informatie

1 punt 3 /1 wordt opgeheven; 2 er wordt een punt 14 /2 ingevoegd dat luidt als volgt:

1 punt 3 /1 wordt opgeheven; 2 er wordt een punt 14 /2 ingevoegd dat luidt als volgt: Besluit van de Vlaamse Regering van 9 november 2018 (BS 18 december 2018) tot wijziging van het Subsidiebesluit van 22 november 2013, wat betreft flexibele openingstijden en dringende kinderopvang Ter

Nadere informatie

Transitie decreet voor diensten voor opvanggezinnen

Transitie decreet voor diensten voor opvanggezinnen 2013-11-28-transitie decreet diensten Inleiding Transitie decreet voor diensten voor opvanggezinnen Vrijdag 22 november zijn de twee uitvoeringsbesluiten, zijnde vergunningsvoorwaarden en het subsidiebesluit

Nadere informatie

Oproep kandidaten nieuwe subsidies kinderopvang

Oproep kandidaten nieuwe subsidies kinderopvang Oproep kandidaten nieuwe subsidies kinderopvang INLEIDING De Vlaamse Regering stelt nieuwe middelen ter beschikking voor subsidies voor kinderopvang van baby s en peuters. Aanvragen zijn mogelijk tot woensdag

Nadere informatie

Lokaal loket kinderopvang. Resultaten enquête 2016

Lokaal loket kinderopvang. Resultaten enquête 2016 Lokaal loket kinderopvang Resultaten enquête 2016 Inleiding Doelstelling: kinderopvang als basisvoorziening Recht van elk kind/ elk gezin op een kwaliteitsvolle dienstverlening Opvang in voldoende mate

Nadere informatie

Kinderopvang in Aarschot

Kinderopvang in Aarschot Kinderopvang in Aarschot 0-3 jaar Deze brochure geeft je een handig overzicht van het opvangaanbod voor baby s en peuters van 0 tot 3 jaar in Aarschot. Beste ouder Heb je een baby of ben je in blijde verwachting

Nadere informatie

Infoavond voor ouders 31 maart 2014

Infoavond voor ouders 31 maart 2014 Infoavond voor ouders 31 maart 2014 Decreet Kinderopvang voor Baby s en Peuters Startdatum: 1 april 2014 Principe: opvang reserveren = opvang betalen! Wat gebeurt er op 1 april? Aanpassing huishoudelijk

Nadere informatie

vzw Kinderdagverblijf de Knuffelboom XL VZW Kinderdagverblijf de Knuffelboom XL Prijsregeling en administratieve formaliteiten

vzw Kinderdagverblijf de Knuffelboom XL VZW Kinderdagverblijf de Knuffelboom XL Prijsregeling en administratieve formaliteiten VZW Kinderdagverblijf de Knuffelboom XL Prijsregeling en administratieve formaliteiten 1. Attest inkomenstarief De prijs die ouders voor de opvang van hun kind betalen wordt berekend op basis van het inkomen.

Nadere informatie

Subsidieberekening voor kinderopvang van baby s en peuters

Subsidieberekening voor kinderopvang van baby s en peuters Subsidieberekening voor kinderopvang van baby s en peuters INHOUD ALGEMENE INFORMATIE 2 BASISSUBSIDIE (TRAP 1) 5 SUBSIDIE VOOR INKOMENSTARIEF (TRAP 2) 7 PLUSSUBSIDIE (TRAP 3) 23 SUBSIDIE VOOR INDIVIDUELE

Nadere informatie

BROCHURE FINANCIËLE COMPENSATIE 2017

BROCHURE FINANCIËLE COMPENSATIE 2017 SX BROCHURE FINANCIËLE COMPENSATIE 2017 INLEIDING Op 1 april 2014 is het subsidiesysteem voor kinderopvang voor baby s en peuters grondig veranderd. Hierdoor krijgen sommige organisatoren meer subsidies

Nadere informatie

I. Situering Art. 4, eerste lid, 1 en 2 Decr.Vl. 20 april Art. 5, eerste lid, 3 Decr.Vl. 20 april 2012.

I. Situering Art. 4, eerste lid, 1 en 2 Decr.Vl. 20 april Art. 5, eerste lid, 3 Decr.Vl. 20 april 2012. Conceptnota voor nieuwe regelgeving van Katrien Schryvers,,,, en houdende een optimale aanwending van de vergunde capaciteit in de groepsopvang van baby s en peuters I. Situering Het decreet van 20 april

Nadere informatie

Toch is het zo dat de minimumlonen die de verschillende cao

Toch is het zo dat de minimumlonen die de verschillende cao K valt onder bevoegdheidsdomein van het Paritair Comité 331 (PC 331), het Paritair Comité van de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector. Werkgevers zijn verplicht om de Collectieve Arbeidsovereenkomsten

Nadere informatie

VEEL GESTELDE VRAGEN MBT OPROEP KOALA

VEEL GESTELDE VRAGEN MBT OPROEP KOALA VEEL GESTELDE VRAGEN MBT OPROEP KOALA 1. Advies lokaal bestuur? Is het binnen de oproep vereist dat er voor de kinderopvangplaatsen een advies is van de adviesraad? Dat is regelgevend ingeschreven binnen

Nadere informatie

REGLEMENT BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN PREMIES AAN INITIATIEVEN VOOR KINDEROPVANG VAN BABY S EN PEUTERS IN NINOVE

REGLEMENT BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN PREMIES AAN INITIATIEVEN VOOR KINDEROPVANG VAN BABY S EN PEUTERS IN NINOVE REGLEMENT BETREFFENDE DE TOEKENNING VAN PREMIES AAN INITIATIEVEN VOOR KINDEROPVANG VAN BABY S EN PEUTERS IN NINOVE ARTIKEL 1 Artikel 1.1 ALGEMENE BEPALINGEN Definities (bron: Kind en Gezin) Kinderopvang:

Nadere informatie

BROCHURE FINANCIËLE COMPENSATIE 2014

BROCHURE FINANCIËLE COMPENSATIE 2014 SX BROCHURE FINANCIËLE COMPENSATIE 2014 INLEIDING Op 1 april 2014 is het subsidiesysteem voor kinderopvang voor baby s en peuters grondig veranderd. Hierdoor krijgen sommige organisatoren meer subsidies

Nadere informatie

Inclusieve opvang en Centra inclusieve kinderopvang

Inclusieve opvang en Centra inclusieve kinderopvang Inclusieve opvang en Centra inclusieve kinderopvang Inspiratiedag Kinderopvang VVSG 2 april 2015 Sylvia Walravens Stafmedewerker afdeling Kinderopvang Historische context Inclusieve opvang binnen Kind

Nadere informatie

Kinderopvang in Vlaanderen. 6 maart 2014

Kinderopvang in Vlaanderen. 6 maart 2014 Kinderopvang in Vlaanderen 6 maart 2014 1 Zo kon het niet verder Chaotisch landschap (veel vormen én organisatoren) Moeilijke zoektocht voor ouders Versnipperd kwaliteit voor kind in gedrang Verschillende

Nadere informatie

Kinderopvang = instrument in strijd tegen kinderarmoede

Kinderopvang = instrument in strijd tegen kinderarmoede Kinderopvang = instrument in strijd tegen kinderarmoede Kinderopvang heeft verschillende functies: een economische functie, een pedagogische en een sociale functie. Kwalitatieve kinderopvang weet deze

Nadere informatie

Gedrag en ervaringen van huishoudelijke afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG - TECHNISCH RAPPORT

Gedrag en ervaringen van huishoudelijke afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG - TECHNISCH RAPPORT Gedrag en ervaringen van huishoudelijke afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG - TECHNISCH RAPPORT 10 september 2014 INHOUDSOPGAVE 1. TECHNISCH RAPPORT...3 1.1. Universum en steekproef...

Nadere informatie

Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters

Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters Leidraad voor het formuleren van een kwalitatief en zorgvuldig advies bij aanvragen tot subsidies met ingang van

Nadere informatie

NAAR EEN VITALE SAMENWERKING tussen KINDEROPVANG en LOKAAL BESTUUR

NAAR EEN VITALE SAMENWERKING tussen KINDEROPVANG en LOKAAL BESTUUR NAAR EEN VITALE SAMENWERKING tussen KINDEROPVANG en LOKAAL BESTUUR Een lokale engagementsverklaring als basis voor een vitale samenwerking tussen kinderopvang en lokaal bestuur Zowel in het decreet van

Nadere informatie

Schriftelijke overeenkomst

Schriftelijke overeenkomst Naam kind... Opvanglocatie... Schriftelijke overeenkomst Tussen Datum... De contracthouder * * De organisator Voor het Kinderdagverblijf Voor de dienst onthaalgezinnen Opvanglocatie Vzw Kinderlach (KBOnr:

Nadere informatie

Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters Trap 1 subsidies

Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters Trap 1 subsidies Beoordelingscriteria en procedure voor uitbreidingsronden Kinderopvang Baby s en Peuters Trap 1 subsidies Leidraad voor het formuleren van een kwalitatief en zorgvuldig advies bij aanvragen tot subsidies

Nadere informatie

Toch is het zo dat de minimumlonen die de verschillende cao

Toch is het zo dat de minimumlonen die de verschillende cao K valt onder bevoegdheidsdomein van het Paritair Comité 331 (PC 331), het Paritair Comité van de Vlaamse welzijns- en gezondheidssector. Werkgevers zijn verplicht om de Collectieve Arbeidsovereenkomsten

Nadere informatie

Organisatie van opvang en vrijetijdsbesteding van schoolkinderen [1]

Organisatie van opvang en vrijetijdsbesteding van schoolkinderen [1] Organisatie van opvang en vrijetijdsbesteding van schoolkinderen [1] Ten gevolge van de goedkeuring van de bisconceptnota betreffende de organisatie van opvang en vrijetijdsbesteding van schoolkinderen,

Nadere informatie

Brochure huishoudelijk reglement en schriftelijke overeenkomst

Brochure huishoudelijk reglement en schriftelijke overeenkomst Brochure huishoudelijk reglement en schriftelijke overeenkomst Als organisator heb je een huishoudelijk reglement voor elke kinderopvanglocatie en een schriftelijke overeenkomst met elk gezin. OVEREENSTEMMING

Nadere informatie

Oproep kandidaten voor basissubsidie (trap 1) en voor subsidie inkomenstarief (trap 2)

Oproep kandidaten voor basissubsidie (trap 1) en voor subsidie inkomenstarief (trap 2) Oproep kandidaten voor basissubsidie (trap 1) en voor subsidie inkomenstarief (trap 2) Aan de organisatoren kinderopvang 10 juli 2018 INLEIDING Deze oproep richt zich tot kandidaten voor de basissubsidie

Nadere informatie

Gedrag en ervaringen van professionele afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG - TECHNISCH RAPPORT

Gedrag en ervaringen van professionele afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG - TECHNISCH RAPPORT Gedrag en ervaringen van professionele afnemers op de vrijgemaakte Vlaamse energiemarkt VREG - TECHNISCH RAPPORT 10 september 2014 INHOUDSOPGAVE 1. TECHNISCH RAPPORT...3 1.1. Universum en steekproef...

Nadere informatie

nr. 884 van KATRIEN SCHRYVERS datum: 20 september 2017 aan JO VANDEURZEN Kinderopvang - Centra voor Inclusieve Kinderopvang (CIK s)

nr. 884 van KATRIEN SCHRYVERS datum: 20 september 2017 aan JO VANDEURZEN Kinderopvang - Centra voor Inclusieve Kinderopvang (CIK s) SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 884 van KATRIEN SCHRYVERS datum: 20 september 2017 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Kinderopvang - Centra voor Inclusieve Kinderopvang (CIK

Nadere informatie

Gezinsopvang en groepsopvang van baby's en peuters - Handhaving voorwaarden

Gezinsopvang en groepsopvang van baby's en peuters - Handhaving voorwaarden SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 400 van LYDIA PEETERS datum: 14 maart 2018 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Gezinsopvang en groepsopvang van baby's en peuters - Handhaving

Nadere informatie

Formulier 1: De schriftelijke overeenkomst. t Wiekernestje,

Formulier 1: De schriftelijke overeenkomst. t Wiekernestje, CONTRACTERENDE PARTIJEN DE ORGANISATOR Naam organisator: OCMW Bree, Peerderbaan 37, 3960 Bree Naam Kinderdagverblijf: t Wiekernestje, 089/848556 - kinderdagverblijf@bree.be Ondernemingsnummer: 02 12293

Nadere informatie

Methodologie voor onderzoek in de verpleegkunde. Foeke van der Zee

Methodologie voor onderzoek in de verpleegkunde. Foeke van der Zee Methodologie voor onderzoek in de verpleegkunde Foeke van der Zee Inhoudsopgave 1. Onderzoek, wat is dat eigenlijk... 1 1.1 Hoe is onderzoek te omschrijven... 1 1.2 Is de onderzoeker een probleemoplosser

Nadere informatie

Schriftelijke overeenkomst voor de opvang van

Schriftelijke overeenkomst voor de opvang van Schriftelijke overeenkomst voor de opvang van. Tussen enerzijds: Kinderdagverblijf Windekind vzw, Nieuwstraat 100, 3550 Heusden-Zolder, vertegenwoordigd door Giselle Smeyers, directeur, hierna het kinderdagverblijf

Nadere informatie

In bepaalde omstandigheden kan een afwijking worden aangevraagd van het berekende inkomenstarief voor kinderopvang.

In bepaalde omstandigheden kan een afwijking worden aangevraagd van het berekende inkomenstarief voor kinderopvang. SCHRIFTELIJKE VRAAG nr. 255 van LIES JANS datum: 20 januari 2016 aan JO VANDEURZEN VLAAMS MINISTER VAN WELZIJN, VOLKSGEZONDHEID EN GEZIN Inkomensgerelateerde kinderopvang - Individueel verminderd tarief

Nadere informatie

Lokaal loket kinderopvang en registratie 1

Lokaal loket kinderopvang en registratie 1 Lokaal loket kinderopvang en registratie 1 24/01/2019 Lokale loketten kinderopvang zijn een belangrijke hefboom om de toegankelijkheid van kinderopvang te verbeteren. Het zijn neutrale informatie- en ondersteuningspunten

Nadere informatie

Organisatoren kunnen voor die subsidiegroepen een aanvraag voor bijkomende subsidieerbare plaatsen met de subsidie inkomenstarief indienen.

Organisatoren kunnen voor die subsidiegroepen een aanvraag voor bijkomende subsidieerbare plaatsen met de subsidie inkomenstarief indienen. Beslissingskader versie 2 Verdeling van subsidiebeloftes voor de omschakeling van bestaande plaatsen gezinsopvang of groepsopvang samenwerking zonder subsidie inkomenstarief naar plaatsen met subsidie

Nadere informatie

een inschatting van de onvervulde behoefte aan formele opvang.

een inschatting van de onvervulde behoefte aan formele opvang. Hoofdstuk 2 Rapport Steunpunt WVG Minderbroedersstraat 8 B-3000 Leuven +32 16 37 34 32 www.steunpuntwvg.be swvg@kuleuven.be Rapport 25 Het gebruik van en de behoefte aan kinderopvang voor baby s en peuters

Nadere informatie

Beslissingskader voor de verdeling van subsidiebeloftes voor basissubsidie (trap 1) groepsopvang

Beslissingskader voor de verdeling van subsidiebeloftes voor basissubsidie (trap 1) groepsopvang Beslissingskader voor de verdeling van subsidiebeloftes voor basissubsidie (trap 1) groepsopvang ALGEMENE PRINCIPES UITBREIDINGSRONDE 2017 1. Er is 3,5 miljoen euro voorzien. Hiermee kunnen 4574 plaatsen

Nadere informatie

Hoofdstuk 2. Voorwaarden voor de specifieke dienstverlening

Hoofdstuk 2. Voorwaarden voor de specifieke dienstverlening 1 Besluit van de Vlaamse Regering van 13 december 2013 (BS 22 januari 2014) houdende de regels voor de toekenning van een projectsubsidie aan pedagogische en taalondersteunende organisaties voor de pedagogische

Nadere informatie

Oog voor kwaliteit in de Vlaamse kinderopvang: elke kinderbegeleider en elke verantwoordelijke gekwalificeerd

Oog voor kwaliteit in de Vlaamse kinderopvang: elke kinderbegeleider en elke verantwoordelijke gekwalificeerd Oog voor kwaliteit in de Vlaamse kinderopvang: elke kinderbegeleider en elke verantwoordelijke gekwalificeerd Evelien Van Vlasselaer Stafmedewerker K&G 17 november 2014 Inhoud 1. Decreet kinderopvang baby

Nadere informatie

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen. Inwerkingtreding wijzigingen Wijzigingsbesluiten

Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen. Inwerkingtreding wijzigingen Wijzigingsbesluiten 1 Besluit van de Vlaamse Regering van 17 maart 2017 (BS 18 april 2017) betreffende de subsidiëring van de organisatoren kinderopvang en buitenschoolse opvang ter uitvoering van het Vlaams Intersectoraal

Nadere informatie

Samenvatting Eén jaar individueel verminderd tarief kinderopvang

Samenvatting Eén jaar individueel verminderd tarief kinderopvang Samenvatting Eén jaar individueel verminderd tarief kinderopvang Onderzoek door Laure De Munter (VVSG, stagiaire) 8 juni 2015 Sofie Delcourt 1. Inleiding Sinds 1 april 2014 hebben ouders die gebruik maken

Nadere informatie

Beslissingskader voor de verdeling van subsidiebeloftes voor plussubsidie (trap 3)

Beslissingskader voor de verdeling van subsidiebeloftes voor plussubsidie (trap 3) Beslissingskader voor de verdeling van subsidiebeloftes voor plussubsidie (trap 3) ALGEMENE PRINCIPES Deze algemene principes gelden voor de verdeling van de subsidiebeloftes voor omgeschakelde plaatsen

Nadere informatie

Subsidie inkomenstarief ( trap 2 )

Subsidie inkomenstarief ( trap 2 ) Subsidie inkomenstarief ( trap 2 ) Op 9 oktober 2015 keurde de Vlaamse Regering een aantal veranderingen in de subsidievoorwaarden goed. Deze wijzigingen staan in schuin lettertype. De subsidie voor inkomenstarief

Nadere informatie

Lokaal loket kinderopvang Kinderopvangzoeker

Lokaal loket kinderopvang Kinderopvangzoeker Lokaal loket kinderopvang Kinderopvangzoeker VVSG Inspiratiedag 20 maart 2014 Situering binnen een ruimere context Lokaal loket kinderopvang Kinderopvangzoeker Praktijkgetuigenissen vanuit de proefgemeenten

Nadere informatie

Respect en open communicatie zijn voor ons belangrijke bouwstenen.

Respect en open communicatie zijn voor ons belangrijke bouwstenen. Als kleurrijk kinderdagverblijf bieden wij kwaliteitsvolle opvang binnen een warme, huiselijke sfeer waar ELK kind centraal staat. Een enthousiast en professioneel team biedt ouders ondersteuning en houdt

Nadere informatie

Inkomenstarief: veranderingen en nieuwe aanpak voor aanvraag attesten

Inkomenstarief: veranderingen en nieuwe aanpak voor aanvraag attesten Inkomenstarief: veranderingen en nieuwe aanpak voor aanvraag attesten Beste organisator, De Vlaamse Regering gaf op 23 maart 2015 haar principieel akkoord voor een aantal veranderingen aan het inkomenstarief.

Nadere informatie

gemeenteraad Besluit De volgende bepalingen zijn van toepassing inzake de bevoegdheid: Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikel 42, 1.

gemeenteraad Besluit De volgende bepalingen zijn van toepassing inzake de bevoegdheid: Het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikel 42, 1. gemeenteraad Besluit OPSCHRIFT Vergadering van 27 juni 2016 Besluit nummer: 2016_GR_00630 Onderwerp: Overeenkomst betreffende de procedure voor de toekenning van subsidies voor inkomenstarief in de kinderopvang

Nadere informatie

Voorbeeldcriteria advies lokaal bestuur bij uitbreidingsronde kinderopvang

Voorbeeldcriteria advies lokaal bestuur bij uitbreidingsronde kinderopvang Voorbeeldcriteria advies lokaal bestuur bij uitbreidingsronde kinderopvang Outcome overlegtafel 'een kwaliteitsvol lokaal advies bij uitbreiding kinderopvang' 16 mei 2017 Op 16 mei 2017 vond de overlegtafel

Nadere informatie

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken

Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking Geeke Waverijn, Mieke Rijken Deze factsheet is een uitgave van het NIVEL. De gegevens mogen met bronvermelding (Langdurig ziekteverzuim van werknemers met een chronische ziekte of beperking, G. Waverijn & M. Rijken, NIVEL, januari

Nadere informatie

Schriftelijke overeenkomst KDV t Schorreke

Schriftelijke overeenkomst KDV t Schorreke Schriftelijke overeenkomst KDV t Schorreke Tussen enerzijds de organisator: Scholengroep Rivierenland, Lindestraat 123A te 2880 Bornem, vertegenwoordigd door mevrouw Katleen Michiels, verantwoordelijke

Nadere informatie

Kinderdagverblijf d Engeltjes Hulststraat Lier Tel: 03/ Gsm: 0475/ Rek.nr. : BE

Kinderdagverblijf d Engeltjes Hulststraat Lier Tel: 03/ Gsm: 0475/ Rek.nr. : BE Infobrochure KDV d'engeltjes Kinderdagverblijf d Engeltjes Hulststraat 20 2500 Lier ouders@dengeltjes.be Tel: 03/290.82.53 Gsm: 0475/85.20.59 Rek.nr. : BE19 7310 2961 7812 Voorwoord: goed nieuws voor ouders!

Nadere informatie

Schriftelijke overeenkomst InNi-Mini-Crèche

Schriftelijke overeenkomst InNi-Mini-Crèche Schriftelijke overeenkomst InNi-Mini-Crèche Voor de opvang van Tussen enerzijds de organisator: InNi-Mini-Crèche (El Fikri M.) Wijnegemstraat 23-23A te 2140 Borgerhout, vertegenwoordigd door, de verantwoordelijke

Nadere informatie

Toegankelijkheid huurdersbonden volgens verenigingen waar armen het woord nemen mei 2015

Toegankelijkheid huurdersbonden volgens verenigingen waar armen het woord nemen mei 2015 Netwerk tegen Armoede Vooruitgangstraat 323 bus 6-1030 Brussel / tel. 02-204 06 50 / fax : 02-204 06 59 info@netwerktegenarmoede.be / www.netwerktegenarmoede.be Toegankelijkheid huurdersbonden volgens

Nadere informatie

Evaluatie van Open Bedrijvendag

Evaluatie van Open Bedrijvendag Evaluatie van Open Bedrijvendag Departement Economie, Wetenschap en Innovatie Afdeling Strategie en Coördinatie Koning Albert II-laan 35 bus 10 1030 Brussel April 2011 Samenvatting De Open Bedrijvendag

Nadere informatie

Schriftelijke overeenkomst

Schriftelijke overeenkomst t Viencentje Leopoldstraat 25 8580 Avelgem 056/64 74 78 www.viencentje.be Schriftelijke overeenkomst 1 april 2015 Contracterende partijen De organisator NAAM: KINDERDAGVERBLIJF T VIENCENTJE ADRES: LEOPOLDSTRAAT

Nadere informatie

Nieuwe subsidies kinderopvang: informatie voor het lokaal bestuur

Nieuwe subsidies kinderopvang: informatie voor het lokaal bestuur Nieuwe subsidies kinderopvang: informatie voor het lokaal bestuur INLEIDING De Vlaamse Regering stelt in 2015 nieuwe middelen ter beschikking voor subsidies voor kinderopvang van baby s en peuters. Organisatoren

Nadere informatie

Methoden van het Wetenschappelijk Onderzoek: Deel II Vertaling pagina 83 97

Methoden van het Wetenschappelijk Onderzoek: Deel II Vertaling pagina 83 97 Wanneer gebruiken we kwalitatieve interviews? Kwalitatief interview = mogelijke methode om gegevens te verzamelen voor een reeks soorten van kwalitatief onderzoek Kwalitatief interview versus natuurlijk

Nadere informatie

Schriftelijke overeenkomst

Schriftelijke overeenkomst Schriftelijke overeenkomst De organisator Steurs Marleen Houthulststraat 161 2170 Merksem Gsm : 0497/62.55.10 Tel. in noodgeval : 03/645.77.81 ondernemingsnummer : BE0826.917.575 rechtsvorm : eenpersoonszaak

Nadere informatie

ENQUETE INZAKE HET GEBRUIK VAN KINDEROPVANG VOOR KINDEREN JONGER DAN 3 JAAR NAJAAR 2002

ENQUETE INZAKE HET GEBRUIK VAN KINDEROPVANG VOOR KINDEREN JONGER DAN 3 JAAR NAJAAR 2002 ENQUETE INZAKE HET GEBRUIK VAN KINDEROPVANG VOOR KINDEREN JONGER DAN 3 JAAR NAJAAR 2002 Kind en Gezin Hallepoortlaan 27 1060 Brussel 02/533.14.11 Wettelijk Depot 2003/4112/3 Mei 2003 Cynthia Bettens Bea

Nadere informatie

HET LOKAAL OVERLEG KINDEROPVANG

HET LOKAAL OVERLEG KINDEROPVANG Doe-pakket Kinderopvang voor iedereen Met een lokaal netwerk aan de slag om kinderopvang toegankelijker te maken in je gemeente 1 DE SOCIALE FUNCTIE VAN KINDEROPVANG De laatste jaren wordt meer aandacht

Nadere informatie

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 2013 houdende het lokaal beleid kinderopvang;

Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 2013 houdende het lokaal beleid kinderopvang; Vlaamse Gemeenschapscommissie Collegebesluit nr. 20152016-0438 28-04-2016 BIJLAGE Bijlage nr. 1 Overeenkomst Overeenkomst tussen Kind en Gezin en de Vlaamse Gemeenschapscommissie betreffende de procedure

Nadere informatie

Art. 3. De subsidie, vermeld in artikel 4, kan ten vroegste ingaan vanaf 1 april 2019 en kan uiterlijk lopen tot en met 31 maart 2021.

Art. 3. De subsidie, vermeld in artikel 4, kan ten vroegste ingaan vanaf 1 april 2019 en kan uiterlijk lopen tot en met 31 maart 2021. Besluit van de Vlaamse Regering van 22 februari 2019 (BS ) houdende de toekenning van een subsidie voor een vernieuwend project werknemersstatuut van de kinderbegeleider gezinsopvang Hoofdstuk 1. Algemene

Nadere informatie

Moet je overdag gaan werken, studeren, een opleiding volgen, werk zoeken,?

Moet je overdag gaan werken, studeren, een opleiding volgen, werk zoeken,? ONTHAALOUDERS Moet je overdag gaan werken, studeren, een opleiding volgen, werk zoeken,? Lukt het je niet zo goed om voor je kindje te zorgen, heeft je gezin nood aan extra ondersteuning? Ben je van plan

Nadere informatie

Adviesrol lokaal bestuur bij kinderopvang

Adviesrol lokaal bestuur bij kinderopvang Adviesrol lokaal bestuur bij kinderopvang Versie 03/02/2016 Het lokaal bestuur heeft een aantal belangrijke opdrachten i.h.k.v. kinderopvang en preventieve gezinsondersteuning in de gemeente. Deze opdrachten

Nadere informatie