Risicobeoordeling voor mens

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Risicobeoordeling voor mens"

Transcriptie

1 168 1 Risicobeoordeling voor mens en milieu door dr. H. Könemann, RIVM, Bilthoven, bewerkt door drs. C. Schlax 1. Inleiding Blootstelling Uitstoot Lotgevallen Metingen Toxiciteit Dosis-effectrelatie Drempelwaarde Effecten op de mens Blootstellingsroutes Algemene toxiciteit en bijzondere effecten Veiligheidsfactoren voor de mens Effecten op het milieu Blootstellingsroutes Milieutoxicologisch onderzoek Veiligheidsfactoren voor het milieu Normstelling en risicobeheersing Conclusies Literatuur Chemische Feitelijkheden is een uitgave van Samsom bv in samenwerking met de Koninklijke Nederlandse Chemische Vereniging.

2 Inleiding Geen enkele chemische stof is helemaal vrij van giftige eigenschappen. Veel stoffen zijn echter zo weinig giftig dat zij geen schadelijke effecten voor mens of milieu veroorzaken blootstelling aan een stof effecten van een stof analyse levenscyclus van een stof: productie - gebruik - afval dosis-effectrelaties in proefdieren gemeten gehalten in het milieu en in producten schatting van totale emissies verspreiding in het milieu vaststellen geen-effectniveau in proefdieren of kans op effect bij lage dosis extrapolatie naar mens en/of milieu epidemiologische gegevens schatting concentratie in het milieu rekening houden met kwetsbare groepen beschikbaarheid voor mens en milieu schatting van hoogste concentratie zonder gevaren voor mens en milieu veiligheidsmarge met onzekerheid hierin Figuur 1. Schematisch overzicht van risico-evaluatie voor stoffen. Of een stof schadelijke effecten veroorzaakt hangt in het algemeen af van twee factoren: 1. de giftige eigenschappen van de stof voor een bepaald organisme (toxiciteit); 2. de blootstelling van het betreffende organisme aan de stof.

3 168 4 Risicobeoordeling voor mens en milieu Stoffen die niet erg giftig zijn maar waaraan we in grote hoeveelheden worden blootgesteld, kunnen even ernstige schade aan onze gezondheid veroorzaken als stoffen die veel giftiger zijn, maar waaraan we de blootstelling beter kunnen beperken. De beoordeling van het risico dat een stof veroorzaakt berust dan ook op het vergelijken van het niveau waarop mens en milieu aan de stof worden blootgesteld met het niveau waarop geen giftige effecten van de stof meer verwacht worden. Bij de risicobeoordeling wordt nagegaan of de marge tussen blootstelling en giftigheid groot genoeg is voor de veiligheid van mens en milieu. Hierbij moet de onzekerheid in de schatting van blootstelling en toxiciteit in acht worden genomen. In figuur 1 wordt een schematisch overzicht gegeven van de aspecten die een rol spelen bij de risicobeoordeling. 2. Blootstelling Blootstelling aan een stof kan op talrijke manieren plaatsvinden. De mens wordt aan stoffen blootgesteld via consumentenproducten, zijn voedsel, de lucht die hij inademt, en het water dat hij drinkt of waarmee hij via zijn huid in contact komt. Voor planten en dieren zijn tevens de kwaliteit van de bodem en het oppervlaktewater van belang. Om de risico s van een stof te kunnen vaststellen moeten daarom de concentraties in elk van deze onderdelen van het milieu worden bepaald. De concentraties worden bepaald door de uitstoot van de stoffen naar het milieu en zijn lotgevallen in het milieu Uitstoot Stoffen kunnen op velerlei wijze het milieu bereiken. Tijdens elke fase van zijn levencyclus (productie, verwerking, gebruik, hergebruik en afval) kan een stof aan het in principe controleerbare menselijk handelen ontsnappen en in het milieu geraken. Een eerste vereiste voor een goede risicobeoordeling van een stof is dan ook een systematische analyse van de levenscyclus. Voor stoffen die al geruime tijd in commerciële productie zijn kan de analyse van de uitstoot binnen de levenscyclus van de stof met

4 168 5 een redelijke betrouwbaarheid worden uitgevoerd. Voor stoffen die nieuw op de markt verschijnen is het (toekomstig) maatschappelijk gebruik vaak moeilijker te overzien. Bij de beoordeling van een nieuwe stof moeten daarom soms verstrekkende aannames worden gedaan. Eenvoudige gegevens, zoals de op de markt gebrachte hoeveelheid, spelen daarom soms een grote rol in de beoordeling. Ook stoffen die al heel lang in gebruik zijn, blijken soms nog onverwachte risico s op te leveren. Zo wordt de afgifte van zinkoxide door zinken of verzinkte producten pas sinds enkele jaren als problematisch beschouwd Lotgevallen Op het moment dat een stof het milieu bereikt heeft houdt de menselijke beheersbaarheid op, maar er kan nog een lang en gevarieerd leven voor hem liggen. Wat er met de stof gebeurt hangt af van de omgeving waarin de stof terecht is gekomen en van de chemische en fysische eigenschappen van de stof. Het voorspellen van het gedrag van een stof in het milieu is van groot belang bij de risicobeoordeling van zowel nieuwe als bestaande stoffen. Twee typen processen spelen een belangrijke rol: a. Transportprocessen. Hierbij wordt de stof verplaatst zonder dat daarbij zijn structuur verandert, bijvoorbeeld door stroming van water of door de vluchtigheid van een stof. b. Transformatieprocessen. Hierbij wordt de chemische structuur van de stof veranderd. Dit kan een gevolg zijn van zowel chemische, biologische alsook fysische factoren. De mate waarin een stof transformatieprocessen ondergaat hangt sterk van zijn structuur af. Voor de voorspelling van het gedrag van een stof in het milieu zijn veel modellen beschikbaar. Een aantal van deze modellen beschrijft het gedrag van een stof in een bepaald compartiment van het milieu, te weten water, lucht, bodem en organismen. De verspreidingsmodellen van stoffen in de afzonderlijke compartimenten zijn gebaseerd op de voor het compartiment en de stof relevante transport- en transformatieverschijnselen. Naast transport binnen een compartiment treedt er echter vaak transport tussen

5 168 6 Risicobeoordeling voor mens en milieu compartimenten op. De invloed van intercompartimentaal transport op de lotgevallen van een stof komt in de compartimentale verspreidingsmodellen niet goed tot zijn recht. Vooral voor het weergeven van langetermijn-trends van het gedrag van een stof schieten deze benaderingen tekort. Ook de intercompartimentale modellen kunnen de milieusituatie slechts ten dele beschrijven, zij het alleen al omdat het een vereenvoudiging van de werkelijkheid is om de compartimenten als homogeen en uniform te beschouwen. Om te kunnen voorspellen tot welke blootstelling de productie en het gebruik van stoffen aanleiding geven zijn ze echter onmisbaar: beter een voorspelling met onnauwkeurigheden en onzekerheden dan in het geheel geen inzicht in wat verwacht kan worden Metingen Door middel van chemische analyses kan het voorkomen van een stof in producten of het milieu worden vastgesteld. Chemische analyses kunnen in een aantal gevallen ook gebruikt worden om modelberekeningen van het gedrag van een nieuwe stof te verifiëren. Aanleiding hiertoe kan zijn een berekend risico op grond van schattingen van zowel de blootstelling als de giftigheid. Ten behoeve van de beoordeling van het gevaar dat in een concrete situatie bestaat is zo n analytisch-chemische benadering onmisbaar. Hetzelfde geldt uiteraard voor bestaande stoffen, waarvoor milieumetingen vaak juist de aanleiding vormen voor een systematische risicobeoordeling en er een essentieel deel van zijn. Gezien de gevoeligheid van de moderne bepalingsmethoden is het mogelijk steeds meer stoffen in extreem lage concentraties aan te tonen. Het feit dat een stof is aangetroffen zegt vaak meer over de kwaliteit van de gehanteerde techniek dan over de aanwezigheid van enig risico. Hiervoor is een uitgebreid meetprogramma nodig waarbij ook aandacht wordt besteed aan factoren als selectiviteit en reproduceerbaarheid van metingen en representativiteit van de monsters.

6 Toxiciteit De toxiciteit van stoffen voor mens, plant of dier kan vele vormen aannemen. Van essentieel belang voor een beter begrip van de gevaren van stoffen is het begrip dosis-effectrelatie. Stoffen die weinig giftig zijn, zijn stoffen waarvan we veel binnen kunnen krijgen (een hoge dosis) voordat we er de schadelijke effecten van ondervinden. Van erg giftige stoffen is dat punt al bij een lage dosis bereikt. Voor alle stoffen geldt echter ook dat er een dosis is die geen (waarneembare) schade meer veroorzaakt Dosis-effectrelatie Voor het onderzoek naar de dosis-effectrelatie worden organismen (meestal proefdieren, soms planten of micro-organismen) in een aantal groepen onderverdeeld. Een groep is altijd de controlegroep, de groep die niet wordt blootgesteld aan een toxische stof, maar overigens net zo wordt behandeld als de andere groepen. De andere groepen worden elk aan een verschillende dosis van de te onderzoeken stof blootgesteld. De doses lopen daarbij gelijkmatig op Drempelwaarde Voor chemische stoffen geldt dat naarmate een organisme met een hogere dosis van een stof belast wordt, de kans op het optreden van een effect toeneemt (zie fig. 2). Het effect kan van uiteenlopende aard zijn, variërend van sterfte tot leverafwijkingen of gedragsstoornissen. Voor ieder effect kan in principe een dergelijke curve worden opgesteld en veel toxiciteitsonderzoek is erop gericht het verloop van deze curve vast te stellen. In het linker deel van de curve is te zien dat bij lage doses geen effect optreedt. Boven de waarde A begint de lijn te stijgen en bij B is de kans op een effect 50%. Bij de waarde C nadert deze kans de 100%. De waarden A en B worden veel gebruikt in toxiciteitsonderzoek. A wordt meestal aangeduid als de drempelwaarde of het no-effectlevel. De waarde B wordt aangeduid met ED50, de dosis waarbij het onderzochte effect optreedt bij 50% van de proefdieren. Als deze

7 168 8 Risicobeoordeling voor mens en milieu % Effect A Figuur 2. B ED50 C Dosis (mg) Het verband tussen dosis en effect (dosis-effectrelatie). waarde wordt gebruikt om letale effecten weer te geven dan spreekt men van de LD50. Het aantonen van een dosis-effectrelatie is een voorwaarde om waarnemingen te kunnen toeschrijven aan de invloed van een toxische stof. Voor de nauwkeurigheid van het vaststellen van een drempelwaarde is het aantal gebruikte proefdieren van groot belang. Het feit dat er om ethische en economische redenen betrekkelijk kleine aantallen proefdieren gebruikt worden, brengt onzekerheden met zich mee waarmee bij de interpretatie van resultaten rekening moet worden gehouden. Een dosis-effectrelatie wordt bepaald na een van tevoren vastgestelde tijdsduur. Als de duur van een experiment langer wordt, zal in veel gevallen de dosis waarbij een effect optreedt lager worden. Dat komt enerzijds doordat sommige effecten pas na langere tijd aan het daglicht treden, en anderzijds doordat de hoeveelheid van een stof die in een organisme terechtkomt vaak nog geleidelijk aan toeneemt. Voor sommige soorten van effecten biedt figuur 2 als regel geen goede beschrijving. Het gaat daarbij met name om effecten die worden veroorzaakt door beïnvloeding van het DNA. Dit kan gevolgen hebben voor de erfelijke eigenschappen van een organisme (muta-

8 168 9 geniteit), maar kan ook het optreden van kanker veroorzaken. Voor stoffen die het DNA op een dergelijke wijze beïnvloeden geldt dat in principe één molecuul al tot het optreden van effect kan leiden. Er is dus geen no-effect-level. Voor kankerverwekkende stoffen wordt daarom vaak uitgegaan van een lineair verband tussen blootstelling en kans op effect: een twee maal zo hoge blootstelling leidt tot een twee maal zo grote kans op effect. Er zijn overigens ook stoffen die kanker kunnen veroorzaken of het optreden ervan bevorderen zonder beïnvloeding van het DNA. Voor deze stoffen bestaat in principe wel een drempelwaarde voor het optreden van een effect. 4. Effecten op de mens Aangezien toxiciteitsonderzoek bij proefpersonen over het algemeen ethisch onaanvaardbaar wordt geacht, zijn rechtstreekse gegevens over effecten op de mens vrijwel alleen afkomstig uit goed gedocumenteerde ongevallen met stoffen of door ongewenste arbeidsomstandigheden. Epidemiologisch onderzoek naar deze blootstelling zou veel waardevolle gegevens kunnen opleveren, maar er zijn veel problemen aan dit soort onderzoek verbonden, waardoor de interpretatie van gegevens bemoeilijkt wordt. Alleen voor geneesmiddelen is het gebruikelijk om onderzoek met vrijwilligers uit te voeren. De belangrijkste informatie wordt dan in het algemeen ook ontleend aan het benaderen van de giftige eigenschappen van stoffen voor de mens door middel van experimenten met proefdieren. Voor industriële chemicaliën gaat het daarbij voornamelijk om onderzoek met ratten en in sommige gevallen om muizen, hamsters, cavia s of konijnen Blootstellingsroutes Blootstelling kan op verschillende manieren plaatsvinden, te weten oraal (via de mond), dermaal (via de huid) en inhalatoir (via de ademhaling). Omdat er een verschil is in mate van opname van een stof door een organisme en verdeling in het lichaam bij blootstelling via verschil-

9 Risicobeoordeling voor mens en milieu lende routes, kunnen gegevens over toxiciteit via een bepaalde route niet zonder meer gebruikt worden om gevaren van blootstelling via een andere route te beoordelen. Zo zijn er veel stoffen die niet of nauwelijks door de huid worden opgenomen en daarom dermaal niet toxisch zijn. Bij orale toediening kan een dergelijke stof wel in het lichaam worden opgenomen en effecten veroorzaken Algemene toxiciteit en bijzondere effecten Er zijn diverse vormen van toxiciteitsonderzoek bestemd voor een brede screening van de mogelijke effecten van stoffen op de mens. Naar toenemende duur van dit onderzoek wordt onderscheid gemaakt tussen acute toxiciteit, waarbij proefdieren eenmalig worden blootgesteld en het optreden van effecten daarna gedurende een betrekkelijk korte tijd wordt gevolgd, subacute en subchronische toxiciteit, waarbij de te onderzoeken stof dagelijks wordt gedoseerd gedurende 2% (subacuut) tot 10% (subchronisch) van de levensduur van het proefdier en chronische toxiciteit, waarbij de proefduur zich uitstrekt tot bijna de gehele levensduur van het proefdier. Uit het acute toxiciteitsonderzoek wordt de LD50 afgeleid, terwijl subacuut en subchronisch onderzoek tot doel heeft een no-effectlevel te bepalen. In chronisch toxiciteitsonderzoek wordt er rekening gehouden met het feit dat ook de mens gedurende lange periodes van zijn leven bepaalde stoffen binnenkrijgt en dat de gevoeligheid van mens en proefdier met de levensfase kan veranderen. Naast dit algemene toxiciteitsonderzoek wordt er ook onderzoek gedaan naar bijzondere effecten, zoals huid- en oogirritatie, sensibilisatie (toename van de gevoeligheid bij herhaalde kortdurende blootstelling), effecten op de voortplanting, teratogeniteit (effecten op het nageslacht), mutageniteit en carcinogeniteit Veiligheidsfactoren voor de mens Om de gegevens uit dierexperimenteel onderzoek toe te kunnen passen op de situatie bij de mens is een extrapolatie nodig van het uit dierproeven verkregen no-effect-level naar een aanvaardbare belasting bij de mens. In deze extrapolatie- of veiligheidsfactor worden moeilijk kwantificeerbare factoren verdisconteerd, zoals het verschil

10 in lichaamsgrootte tussen mens en dier, het verschil in gevoeligheid tussen individuen, het verschil in gevoeligheid tussen soorten en waarnemingsfouten. Een eenvoudige standaardmethode die zich als bruikbaar heeft bewezen is het delen van de no-toxic-effectlevel van proefdieronderzoek op ratten door een factor honderd. Deze methode beperkt zich echter tot stoffen die niet mutageen of carcinogeen zijn. 5. Effecten op het milieu In het ideale geval zouden effecten van stoffen op het milieu aan de hand van veldproeven moeten worden vastgesteld, maar dit is meestal niet mogelijk. Als indirecte benadering wordt daarom als regel gebruikt gemaakt van onderzoek naar de effecten op diverse soorten organismen die als belangrijke vertegenwoordigers worden gezien van een milieucompartiment (water, bodem, lucht) Blootstellingsroutes De blootstellingsroutes voor dierlijke organismen zijn in wezen gelijk aan die voor mensen: oraal, dermaal of inhalatoir. Bij bomen en planten kan opname plaatsvinden via het vegetatieve gedeelte (stengels, bladeren) of via het wortelsysteem en bij micro-organismen als schimmels, bacteriën en algen vindt opname plaats via de celwand. Bepalend voor de opnameroute is de vorm waarin de stof met het organisme in contact komt: als poeder, vloeistof, gas, opgelost in water, etc. De fysisch-chemische eigenschappen van een stof spelen daarbij een belangrijke rol. Zo zullen stoffen die weinig verdampen niet snel aanleiding geven tot inhalatoire blootstelling. Voor de hoeveelheid stof die een organisme binnendringt zijn daarnaast de blootstellingsduur en de concentratie van de stof in het compartiment belangrijk Milieutoxicologisch onderzoek De meeste aandacht wordt in het milieutoxicologisch onderzoek besteed aan waterorganismen, met name omdat veel chemische stoffen

11 Risicobeoordeling voor mens en milieu in het water terecht komen (bijv. door rechtstreekse lozingen) en daar een ruime verspreiding krijgen. Blootstelling tijdens toxiciteitsonderzoek geschiedt door oplossing van stoffen in het water. Omdat niet precies bekend is hoeveel stof door een organisme wordt opgenomen wordt de toxiciteit voor deze organismen niet uitgedrukt als dosis, maar als concentratie. Bij de keuze van organismen wordt getracht representanten van verschillende niveaus van de voedselketen te gebruiken, dat zijn in de meeste gevallen algen, watervlooien, vissen en (soms) bacteriën. Het meest gangbaar is onderzoek naar de acute toxische effecten op vissen en watervlooien. Tevens worden effecten op de ontwikkeling en de voortplanting van deze organismen bestudeerd. Met algen worden over het algemeen driedaagse toxiciteitstesten uitgevoerd waarbij effecten op de groei worden bepaald. Het onderzoek naar bodemorganismen betreft meestal de effecten op regenwormen (met name sterfte) en planten (groeiremming). Ook de toxiciteit van stoffen voor bodemorganismen wordt onderzocht door toediening aan de bodem. De giftigheid wordt uitgedrukt als concentratie in de bodem (voor regenwormen als LC 50 en voor planten als EC50). Het onderzoek dat wordt uitgevoerd met proefdieren ter bepaling van het risico voor de mens, wordt ook gebruikt voor schatting van het risico voor andere zoogdieren. Onderzoek met vogels wordt alleen voor bestrijdingsmiddelen uitgevoerd. Naast toxiciteitsonderzoek worden soms ook naar analogie van de epidemiologie en met vergelijkbare interpretatieproblemen veldwaarnemingen betrokken bij de beoordeling van de gevaren van stoffen Veiligheidsfactoren voor het milieu In navolging van het zoogdiertoxiciteitsonderzoek wordt, indien men beschikt over weinig gegevens, met vaste veiligheidsfactoren gewerkt. Zo wordt bijvoorbeeld een factor 1000 gehanteerd als men slechts over één of twee acute toxiciteitsgegevens beschikt, een factor 100 als men over drie of meer kortdurende tests beschikt, en een factor 10 indien men beschikking heeft over meer (sub)chronische toetsgegevens. Om op een meer nauwkeurige manier effecten van stoffen op eco-

12 systemen in te schatten zijn statistische extrapolatiemethoden ontwikkeld die kunnen worden toegepast als men beschikt over voldoende chronisch toxicologische gegevens (meer dan vier no-observed-effectconcentraties). De waarden die met behulp van dergelijke modellen worden verkregen komen goed overeen met de no-observed-effect concentraties verkregen uit veldonderzoek. 6. Normstelling en risicobeheersing Na de beantwoording van de technisch-wetenschappelijke vragen omtrent de mate van blootstelling en de mogelijke effecten van deze blootstelling op mens en milieu komt de vraag op naar de aanvaardbaarheid van risico s. Deze vraag wordt beantwoordt via het pad van normstelling. Milieukwaliteitsdoelstellingen vervullen een rol in het lucht-, wateren bodembeschermingsbeleid. De milieukwaliteit zal op een zodanig niveau moeten liggen dat de risico s voor de te beschermen belangen verwaarloosbaar klein zijn. Dit kwaliteitsniveau wordt aangeduid als de streefwaarde, die echter voor de meeste milieucondities (concentraties van stoffen, etc.) veelal pas op termijn bereikt kunnen worden. De normen kunnen wettelijk worden vastgelegd op grond van de Wet milieubeheer. Om tot een systematische en doorzichtige manier van normstelling te komen worden risicogrenzen toegepast en beoordelingssystemen gebruikt. Per stof gelden altijd twee risicogrenzen: een Maximaal Toelaatbaar Risiconiveau (MTR) en een Verwaarloosbaar Risiconiveau (VR). In principe wordt de streefwaarde voor een stof in een milieucompartiment gelegd op het niveau van het verwaarloosbaar risico en de grenswaarde op het niveau van het maximaal toelaatbare risico. Voor nieuwe stoffen zal direct het verwaarloosbare risico worden geëist om geen nieuwe risico s te introduceren (preventief beleid). 7. Conclusies Risicobeoordelingen voor mens en milieu berusten tot op zekere hoogte op schattingen. Ondanks steeds geavanceerdere meetmetho-

13 Risicobeoordeling voor mens en milieu den komt de ideale situatie dat alle benodigde gegevens beschikbaar zijn niet of nauwelijks voor. Om desondanks op een verantwoorde manier uitspraken te kunnen doen over de risico s van stoffen is het van belang dat de toegepaste modellen en schattingsmethoden voor ontbrekende gegevens zo uniform mogelijk zijn. Continue verbetering van onderzoeks- en berekeningsmethoden zal eveneens kunnen bijdragen aan een meer betrouwbare beoordeling van de risico s van nieuwe en bestaande stoffen voor mens en milieu. 8. Literatuur Nico van Sittert, Moleculaire effecten van blootstelling aan chemicaliën meten, Chemisch Magazine Informatiebulletin Milieugevaarlijke Stoffen, juni 1996 (jaargang 3, nr. 2).

Toxicologie enkele begrippen

Toxicologie enkele begrippen 009 1 Toxicologie enkele begrippen Regelmatig worden wij geconfronteerd met begrippen als zeer giftige stof, of de zeer gevaarlijke chemische stof-x. Vaak zijn deze begrippen niet nader omschreven en is

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en aanbevelingen

Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Achtergrond en adviesaanvraag De normering van de beroepsmatige blootstelling aan gevaarlijke stoffen geldt op dit moment alleen voor blootstelling via de ademhaling.

Nadere informatie

Samenvatting, conclusies en aanbevelingen

Samenvatting, conclusies en aanbevelingen Samenvatting, conclusies en aanbevelingen De laatste jaren worden in toenemende mate geneesmiddelen voor mens en dier a aangetroffen in het milieu. Van enkele van die middelen is bekend dat ze bij vissen,

Nadere informatie

SAMENVATTING Technische mengsels van vetoplosbare polychloorbifenylen (PCBs) zijn gebruikt als vloeistof in transformatoren, condensatoren en als

SAMENVATTING Technische mengsels van vetoplosbare polychloorbifenylen (PCBs) zijn gebruikt als vloeistof in transformatoren, condensatoren en als 109 SAMENVATTING Technische mengsels van vetoplosbare polychloorbifenylen (PCBs) zijn gebruikt als vloeistof in transformatoren, condensatoren en als brandvertragers, vanwege hun thermostabiliteit, chemische

Nadere informatie

Beoordeling gezondheidsrisico's door sporten op kunstgrasvelden met rubbergranulaat

Beoordeling gezondheidsrisico's door sporten op kunstgrasvelden met rubbergranulaat Beoordeling gezondheidsrisico's door sporten op kunstgrasvelden met rubbergranulaat 19 december 2016 Inhoud 1. Aanleiding 2. Wat heeft het RIVM onderzocht? 3. Verband rubbergranulaat en leukemie 4. Voldoet

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU 14 DECEMBER 1998. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 mei 1982 houdende reglementering van het in de handel

Nadere informatie

Samenvatting. Vraagstelling

Samenvatting. Vraagstelling Samenvatting Vraagstelling Op verzoek van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid leidt de Commissie Gezondheid en beroepsmatige blootstelling aan stoffen (Commissie GBBS) van de Gezondheidsraad

Nadere informatie

Klasse 9: Diverse gevaarlijke stoffen en voorwerpen

Klasse 9: Diverse gevaarlijke stoffen en voorwerpen Klasse 9: Diverse gevaarlijke stoffen en voorwerpen Voorbeeldstoffen uit deze klasse zijn: asbest en asbestbevattende mengsels, PCB s, lithiumbatterijen, reddingsmiddelen en verwarmde stoffen. 1.1 Transport

Nadere informatie

Risicoschatting emissie PFOA voor omwonenden

Risicoschatting emissie PFOA voor omwonenden Risicoschatting emissie PFOA voor omwonenden Inhoud 1. Aanleiding 2. Risicoschatting 3. Resultaten 4. Conclusie Gezondheidsrisico 5. Aanbevelingen PFOA emissies Dordrecht 5 april 2016 1. Aanleiding voor

Nadere informatie

Introductie Het voor u liggende overzicht bevat de volgende informatie voor Wm- en Wvo-vergunningverleners:

Introductie Het voor u liggende overzicht bevat de volgende informatie voor Wm- en Wvo-vergunningverleners: Tabellarisch overzicht van REACH-data Introductie Het voor u liggende overzicht bevat de volgende informatie voor Wm- en Wvo-vergunningverleners: Welke stofinformatie moeten bedrijven in het kader van

Nadere informatie

Samenvatting. Achtergrond

Samenvatting. Achtergrond Samenvatting Achtergrond Blootstelling aan asbest kan in diverse organen kanker veroorzaken. Het meest voorkomende gevolg is longvlies- en buikvlieskanker (mesothelioom) en longkanker. Omdat beide typen

Nadere informatie

Ethanol? Welke wettelijke verplichtingen zijn van toepassing?

Ethanol? Welke wettelijke verplichtingen zijn van toepassing? l Eth l Eth l Eth l Eth l Eth l Eth l Eth l Eth Ethanol? Welke wettelijke verplichtingen zijn van toepassing? Ethanol welke wettelijke verplichtingen zijn van toepassing? Voor het werken met chemische

Nadere informatie

Bijlage II Vereiste informatie voor kennisgeving krachtens artikel 4 of artikel 8, lid 1

Bijlage II Vereiste informatie voor kennisgeving krachtens artikel 4 of artikel 8, lid 1 bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB L 228 van 08/09/2000 VERORDENING (EG) Nr. 1896/2000 VAN DE COMMISSIE van 7 september 2000 inzake de eerste fase van het in artikel 16, lid 2, van

Nadere informatie

Inhoud. A. van Leeuwenhoeklaan MA Bilthoven Postbus BA Bilthoven KvK Utrecht T

Inhoud. A. van Leeuwenhoeklaan MA Bilthoven Postbus BA Bilthoven   KvK Utrecht T A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl KvK Utrecht 30276683 T 030 274 91 11 F 030 274 29 71 info@rivm.nl Datum 3 maart 2019 Behandeld door Els Smit (RIVM-VSP)

Nadere informatie

Betekenis H-zinnen. Gevarenaanduidingen voor materiële gevaren

Betekenis H-zinnen. Gevarenaanduidingen voor materiële gevaren Betekenis H-zinnen Gevarenaanduidingen voor materiële gevaren 00 Ontplofbare stoffen, instabiel Instabiele ontplofbare stof H0 Ontplofbare stoffen, subklasse. H0 Ontplofbare stoffen, subklasse. H03 Ontplofbare

Nadere informatie

DEEL 1: GEVARENAANDUIDINGEN ; H-zinnen

DEEL 1: GEVARENAANDUIDINGEN ; H-zinnen DEEL 1: GEVARENAANDUIDINGEN ; H-zinnen Materiële gevaren Klasse 2.1 Ontplofbare stoffen, instabiele ontplofbare stoffen H200 Instabiele ontplofbare stof. Subklasse 1.1 H201 Ontplofbare stof; gevaar voor

Nadere informatie

ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT

ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT ONDERZOEK NAAR DE WATERKWALITEIT Naam: Klas: Datum: 1 Situering van het biotoop Plaats: Type water: vijver / meer / ven / moeras/ rivier / kanaal / poel / beek / sloot / bron Omgeving: woonkern / landbouwgebied

Nadere informatie

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD 1. Identificatie van het materiaal en het bedrijf Scheikundige naam Chemische formule Chemische familie Moleculair gewicht Soort product en gebruik Leverancier Telefoon nr voor noodgevallen: - Voor Europa

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2000 2001 Nr. 47c 27 076 Wijziging van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (landbouwkundig onmisbare gewasbeschermingsmiddelen) NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET

Nadere informatie

Behoud effectief middelenpakket: verantwoord gebruik en risico van einde toelating. Arjan de Bever Berkel Enschot 27 maart 2013

Behoud effectief middelenpakket: verantwoord gebruik en risico van einde toelating. Arjan de Bever Berkel Enschot 27 maart 2013 Behoud effectief middelenpakket: verantwoord gebruik en risico van einde toelating Arjan de Bever Berkel Enschot 27 maart 2013 Inhoud presentatie Emissie oppervlaktewater Normen & waarden Kaderrichtlijn

Nadere informatie

Kiezen van milieuvriendelijke schoonmaakmiddelen Reinhilde Weltens

Kiezen van milieuvriendelijke schoonmaakmiddelen Reinhilde Weltens Kiezen van milieuvriendelijke schoonmaakmiddelen Reinhilde Weltens Met dank aan collega Lieve Geerts. MILIEUVRIENDELIJKHEID = 1 MILIEUGEVAAR Wat bepaalt het milieugevaar? De hoeveelheid die in het milieu

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 37 Besluit van 23 januari 1995, houdende regelen als bedoeld in artikel 3a, eerste lid, van de Bestrijdingsmiddelenwet 1962 (Besluit milieutoelatingseisen

Nadere informatie

Ecologische risicobeoordeling is gericht op het voorspellen van nadelige. effecten van stoffen op natuurlijke populaties. In het algemeen wordt

Ecologische risicobeoordeling is gericht op het voorspellen van nadelige. effecten van stoffen op natuurlijke populaties. In het algemeen wordt Samenvatting Ecologische risicobeoordeling is gericht op het voorspellen van nadelige effecten van stoffen op natuurlijke populaties. In het algemeen wordt hierbij de voorspelde blootstelling aan de stof

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle  holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/35907 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Yang Liu Title: Quantifying the toxicity of mixtures of metals and metal-based

Nadere informatie

Samenvatting. A. van Leeuwenhoeklaan MA Bilthoven Postbus BA Bilthoven KvK Utrecht T

Samenvatting. A. van Leeuwenhoeklaan MA Bilthoven Postbus BA Bilthoven   KvK Utrecht T A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl KvK Utrecht 30276683 T 030 274 91 11 F 030 274 29 71 info@rivm.nl Samenvatting Dit document geeft een toelichting op de

Nadere informatie

Rapportage Sanscrit.nl

Rapportage Sanscrit.nl Rapportage Sanscrit.nl Instrument ter bepaling van spoedeisendheid van saneren V. Sanscrit 2.5.4 V. rapport 2.16 Algemeen Naam dossier: Waalbanddijk Nijmegen GRONDWATER Code: 20165144 Beoordelaar: buist@bioclear.nl

Nadere informatie

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Datum: 4 november 2002 Herzien: 25 oktober 2007 Blad 5/1 1. Identificatie van het product en van het bedrijf Productnaam : Gebruik : Bestrijding van insecten bij duiven Bedrijfsgegevens

Nadere informatie

Chemisch toxicologische eigenschappen van acrylonitril en medische aspecten van een blootstelling

Chemisch toxicologische eigenschappen van acrylonitril en medische aspecten van een blootstelling Chemisch toxicologische eigenschappen van acrylonitril en medische aspecten van een blootstelling Prof. Dr. Benoit Nemery KU Leuven Prof. Dr. Christophe Stove UGent Acrylonitril: chemische eigenschappen

Nadere informatie

Samenvatting. Vraagstelling

Samenvatting. Vraagstelling Samenvatting Vraagstelling Op verzoek van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid leidt de Commissie Gezondheid en Beroepsmatige Blootstelling aan Stoffen (GBBS, voorheen WGD) van de Gezondheidsraad

Nadere informatie

Antwoorden op veel gestelde vragen over de folder Chroom-6 en ziekten: wat is er bekend uit de wetenschap?

Antwoorden op veel gestelde vragen over de folder Chroom-6 en ziekten: wat is er bekend uit de wetenschap? Antwoorden op veel gestelde vragen over de folder Chroom-6 en ziekten: wat is er bekend uit de wetenschap? De vragen en antwoorden zijn onderverdeeld in vijf groepen: 1 Algemene vragen over de folder...1

Nadere informatie

Veiligheidsfiche Samengestelde organisch-minerale meststof

Veiligheidsfiche Samengestelde organisch-minerale meststof Version: 01/02/2018 1/6 Veiligheidsfiche Samengestelde organisch-minerale meststof Overeenkomstig EG verordening 1272/2008 en 547/2011 (CLP) 1. IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF PREPARAAT EN DE FABRIKANT 1.1

Nadere informatie

A COMPANY OF HASKONING NEDERLAND BV MILIEU. Een ad-hoc Maximaal Toelaatbaar Risiconiveau (MTR) voor aluminium in oppervlaktewater. 26 april 2002 RIZA

A COMPANY OF HASKONING NEDERLAND BV MILIEU. Een ad-hoc Maximaal Toelaatbaar Risiconiveau (MTR) voor aluminium in oppervlaktewater. 26 april 2002 RIZA A COMPANY OF HASKONING NEDERLAND BV MILIEU Een ad-hoc Maximaal Toelaatbaar Risiconiveau (MTR) voor aluminium in oppervlaktewater 26 april 2002 RIZA A COMPANY OF HASKONING NEDERLAND BV MILIEU Barbarossastraat

Nadere informatie

Risk & Safety zinnen (Risico- en veiligheidsaanduidingen op etiketten)

Risk & Safety zinnen (Risico- en veiligheidsaanduidingen op etiketten) en S-zinnen isk & Safety zinnen (isico- en veiligheidsaanduidingen op etiketten) Voor etikettering van stoffen die op de werkplek woren gebruikt verwijst de Arbowet naar het 'Besluit verpakking en aanduiding

Nadere informatie

Risicobeoordeling van lange-termijn inname van fipronil via de consumptie van ei en ei-producten

Risicobeoordeling van lange-termijn inname van fipronil via de consumptie van ei en ei-producten Risicobeoordeling van lange-termijn inname van fipronil via de consumptie van ei en ei-producten Datum: 26-09-2018 Versie: definitief Onderwerp De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) heeft fipronil

Nadere informatie

Rapportage Sanscrit.nl

Rapportage Sanscrit.nl Rapportage Sanscrit.nl Instrument ter bepaling van spoedeisendheid van saneren V. Sanscrit 2.5.4 V. rapport 2.16 Algemeen Naam dossier: Waalbanddijk Nijmegen GROND Code: 20165144 Beoordelaar: buist@bioclear.nl

Nadere informatie

Wat is ARIE? Hoe werkt de webapplicatie ARIE aanwijzing? Ga naar www.rivm.nl/arie, u krijgt dan het volgende scherm:

Wat is ARIE? Hoe werkt de webapplicatie ARIE aanwijzing? Ga naar www.rivm.nl/arie, u krijgt dan het volgende scherm: Wat is ARIE? Bedrijven die vallen onder de ARIE-regeling hebben veel gevaarlijke stoffen in huis, maar de effecten van een ongeval met een gevaarlijke stof blijven binnen de poort. Dit betekent dat vooral

Nadere informatie

Instructie gevaarlijke stoffen algemeen:

Instructie gevaarlijke stoffen algemeen: Instructie gevaarlijke stoffen algemeen: Doel Het doel van deze instructie is om gevaarlijke stoffen in het algemeen te bespreken om de werknemers bewust te maken van de alom aanwezige gevaren en hoe hiermee

Nadere informatie

VERPLICHTE INFORMATIE WEGLATEN

VERPLICHTE INFORMATIE WEGLATEN VERPLICHTE INFORMATIE WEGLATEN Webinar over informatie-eisen 10 december 2009 Overzicht 1. Voldoen aan de informatie-eisen 2. Hoe kunt u verplichte informatie weglaten? 1. Specifieke regels voor aanpassing

Nadere informatie

Diethyleenglycol. Inleiding

Diethyleenglycol. Inleiding 031 1 Diethyleenglycol Inleiding In de zomer van 1985 werd het bekend dat Oostenrijkse en Westduitse wijnhandelaren getracht hadden goedkope witte wijnen voor duurdere soorten door te laten gaan door het

Nadere informatie

Onderwerp: Toxicologische evaluatie rubbergranulaat kunstgrasvelden in de gemeente Valkenswaard.

Onderwerp: Toxicologische evaluatie rubbergranulaat kunstgrasvelden in de gemeente Valkenswaard. Aan: Hr. B. van Valburg Gemeente Valkenswaard De Hofnar 15 5554 DA Valkenswaard Datum: 16 November 2016 Onderwerp: Toxicologische evaluatie rubbergranulaat kunstgrasvelden in de gemeente Valkenswaard.

Nadere informatie

Deel 2 Gevarenbeoordeling PBT-beoordeling

Deel 2 Gevarenbeoordeling PBT-beoordeling Webinar hoofdregistrant CSA/CSR (I) Deel 2 Gevarenbeoordeling PBT-beoordeling 9 maart 2010 George Fotakis, ECHA Raamwerk CSA Informatie: beschikbaar verplicht/nodig Gevarenbeoordeling (HA) Blootstellingsbeoordeling

Nadere informatie

Samenvatting in het Nederlands

Samenvatting in het Nederlands Inleiding Zowel door natuurlijke processen (vulkanische activiteit, bosbranden en biologische processen) als menselijke activiteiten (industrie, landbouw en verkeer) zijn verscheidene organische stoffen

Nadere informatie

Voorwoord. Over de auteurs A CHEMISCHE FACTOREN 1

Voorwoord. Over de auteurs A CHEMISCHE FACTOREN 1 Inhoudsopgave Voorwoord Over de auteurs V IX A CHEMISCHE FACTOREN 1 1 Effecten van gevaarlijke stoffen op de mens 1 1.1 Giftigheid van stoffen 1 1.2 Toxicologische beoordeling van een stof 5 1.3 Herkennen

Nadere informatie

De (eco)toxiciteit van PFOS

De (eco)toxiciteit van PFOS De (eco)toxiciteit van PFOS Wat hebben we geleerd van de Schipholcasus en wat weten we nog niet? Inhoud 1. Waarom doelstellingen voor herstel Schiphol 2. Bouwstenen 3. Doelstellingen voor herstel 4. Conclusies

Nadere informatie

De (eco)toxiciteit van PFOS. Wat hebben we geleerd van de Schipholcasus en wat weten we nog niet?

De (eco)toxiciteit van PFOS. Wat hebben we geleerd van de Schipholcasus en wat weten we nog niet? De (eco)toxiciteit van PFOS Wat hebben we geleerd van de Schipholcasus en wat weten we nog niet? Inhoud 1. Waarom doelstellingen voor herstel Schiphol 2. Bouwstenen 3. Doelstellingen voor herstel 4. Conclusies

Nadere informatie

Optimalisatie van de eerste klinische studies in bi ondere patie ntengroepen: op weg naar gebruik van semifysiologische

Optimalisatie van de eerste klinische studies in bi ondere patie ntengroepen: op weg naar gebruik van semifysiologische Nederlandse samenvatting Optimalisatie van de eerste klinische studies in bi ondere patie ntengroepen: op weg naar gebruik van semifysiologische farmacokinetische modellen Algemene inleiding Klinisch onderzoek

Nadere informatie

Blootstelling van apotheekmedewerkers aan cytostatica. Tot 60% positieve veegtesten voor omgevingsbesmetting

Blootstelling van apotheekmedewerkers aan cytostatica. Tot 60% positieve veegtesten voor omgevingsbesmetting Interpretatie van risico s van omgevingsbesmetting met cyclofosfamide en cisplatina in de apotheek Lindsey te Brake (BSc) Lindsey te Brake (BSc) (onder begeleiding van Paul Scheepers, Afdeling Epidemiologie,

Nadere informatie

PAGO Gevaarlijke Stoffen juni 2018 dia nr 5. Blootstelling aan gevaarlijke stoffen op het werk in Nederland. PAGO Gevaarlijke Stoffen

PAGO Gevaarlijke Stoffen juni 2018 dia nr 5. Blootstelling aan gevaarlijke stoffen op het werk in Nederland. PAGO Gevaarlijke Stoffen PAGO Gevaarlijke Stoffen ofwel het Addendum Leidraad Preventief Medisch Onderzoek (PMO) van werkenden bij blootstelling aan gevaarlijke stoffen auteurs Rik Menting, Frank Brekelmans, Carel Hulshof Blootstelling

Nadere informatie

7,4. Keuzeopdracht door een scholier 1316 woorden 25 maart keer beoordeeld. - Wat zijn proefdieren eigenlijk?

7,4. Keuzeopdracht door een scholier 1316 woorden 25 maart keer beoordeeld. - Wat zijn proefdieren eigenlijk? Keuzeopdracht door een scholier 1316 woorden 25 maart 2003 7,4 24 keer beoordeeld Vak ANW - Wat zijn proefdieren eigenlijk? Een dierproef is een experiment waarbij (levende) dieren worden gebruikt voor

Nadere informatie

MATERIAL SAFETY DATA SHEET

MATERIAL SAFETY DATA SHEET 1 IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET MENGSEL EN VAN DE VENNOOTSCHAP/ONDERNEMING 1.1 Productidentificatie Product: Synoniemen: Aard: MIXTURE Met water mengbaar concentraat 1.2 Relevant geïdentificeerd gebruik

Nadere informatie

Colloquium Preventie van risico s van kankerverwekkende stoffen op het werk dinsdag 30 mei 2017

Colloquium Preventie van risico s van kankerverwekkende stoffen op het werk dinsdag 30 mei 2017 1 Colloquium Preventie van risico s van kankerverwekkende stoffen op het werk dinsdag 30 mei 2017 Brussel FOD Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg, zaal STORCK reach@milieu.belgie.be 2 Registratiedossier

Nadere informatie

Bepaling van het Biochemisch Zuurstofverbruik (BZV) in oppervlaktewater

Bepaling van het Biochemisch Zuurstofverbruik (BZV) in oppervlaktewater Bepaling van het Biochemisch Zuurstofverbruik (BZV) in oppervlaktewater april 2005 One Cue Systems Niets uit deze uitgave mag worden vermenigvuldigd en/of openbaar gemaakt zonder schriftelijke toestemming

Nadere informatie

Nederlandse samenvatting - voor niet-vakgenoten -

Nederlandse samenvatting - voor niet-vakgenoten - Nederlandse samenvatting - voor niet-vakgenoten - Nederlandse samenvatting voor niet-vakgenoten In dit proefschrift staat het metaal koper centraal. Koper komt vooral via de voeding in het lichaam van

Nadere informatie

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU

MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU MINISTERIE VAN SOCIALE ZAKEN, VOLKSGEZONDHEID EN LEEFMILIEU 14 DECEMBER 1998. - Koninklijk besluit tot wijziging van het koninklijk besluit van 24 mei 1982 houdende reglementering van het in de handel

Nadere informatie

Consequentieonderzoek probitrelatie benzylchloride

Consequentieonderzoek probitrelatie benzylchloride Consequentieonderzoek probitrelatie benzylchloride Project : 091625-Benzylchloride Datum : 15 februari 2010 Auteur : ir. G.A.M. Golbach Opdrachtgever: RIVM / CEV Postbus 1 3720 BA Bilthoven Adviesgroep

Nadere informatie

Proefdieren in Vlaanderen in 2014 uitgedrukt in cijfers

Proefdieren in Vlaanderen in 2014 uitgedrukt in cijfers Proefdieren in Vlaanderen in 214 uitgedrukt in cijfers 1. Hoeveel en welke dieren werden er gebruikt voor dierproeven? In 214 werden in Vlaanderen 28339 proefdieren gebruikt in de 129 erkende laboratoria.

Nadere informatie

De Inspecteur-directeur van het leefmilieu,

De Inspecteur-directeur van het leefmilieu, Dienst Risicobeheersing Uw brief van: Uw kenmerk: Ons kenmerk: Datum: Bijlage(n): MRB/KDN/2008/1225/ Telefoon: 02/524.96.11 Fax : 02/524.96.03 EUROSTATION Bloc II Victor Hortaplein, 40 bus 10 B 1060 BRUSSEL

Nadere informatie

Cover Page. The handle holds various files of this Leiden University dissertation

Cover Page. The handle   holds various files of this Leiden University dissertation Cover Page The handle http://hdl.handle.net/1887/33238 holds various files of this Leiden University dissertation Author: Lan Song Title: Towards understanding the toxicity of copper nanoparticles in aquatic

Nadere informatie

benzo(a)pyreen of Naam, formule, eigenschappen

benzo(a)pyreen of Naam, formule, eigenschappen 006 1 Benzo(a)pyreen Benzo(a)pyreen (BaP) is in het nieuws geweest door de werkelijke of vermeende besmetting van voedingsmiddelen zoals groenten en koffie. Het is een van de ongeveer honderd bekende polycyclische

Nadere informatie

Risicobeoordeling chemische incidenten

Risicobeoordeling chemische incidenten CrisisTox Consult Crisismanagement, Openbare Gezondheid & Toxicologie: Advies Onderzoek Opleiding Marc Ruijten CrisisTox Consult Crisismanagement, Openbare Gezondheid & Toxicologie: Advies, Onderzoek,

Nadere informatie

Samenvatting. Adviesvraag over nieuwe testmethode

Samenvatting. Adviesvraag over nieuwe testmethode Samenvatting Adviesvraag over nieuwe testmethode Chemische stoffen die het erfelijk materiaal (DNA) in het lichaam kunnen veranderen hebben zogenoemde genotoxische eigenschappen. Wanneer wijzigingen in

Nadere informatie

DOSIS SOLA FACIT VENEMUM

DOSIS SOLA FACIT VENEMUM DOSIS SOLA FACIT VENEMUM Misverstanden over de wetgevingen Een paar reacties Regelgeving Chemische stoffen Classificering indeling is gebaseerd op de gevaareigenschap van een stof REACH & CLP Wat is REACH?

Nadere informatie

Blootstelling van omwonenden aan PFOA door emissie naar lucht en water

Blootstelling van omwonenden aan PFOA door emissie naar lucht en water Blootstelling van omwonenden aan PFOA door emissie naar lucht en water Bas Bokkers 14 sept. 2017 Contactgroep Gezondheid en Chemie (CGC) & Nederlandse Vereniging voor Medische Milieukunde (NvMM) Aanleiding

Nadere informatie

*PDOC01/205737* PDOC01/ De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG

*PDOC01/205737* PDOC01/ De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus EA DEN HAAG > Retouradres Postbus 20401 2500 EK DEN HAAG De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018 2500 EA DEN HAAG Prins Clauslaan 8 2595 AJ DEN HAAG Postbus 20401 2500 EK DEN HAAG www.rijksoverheid.nl/eleni

Nadere informatie

Samenvatting. Blootstelling

Samenvatting. Blootstelling Samenvatting Blootstelling aan ioniserende straling levert risico s voor de gezondheid op. Daar is al veel over bekend, met name over de effecten van kortdurende blootstelling aan hoge doses. Veel lastiger

Nadere informatie

Naam van het chemische produkt : Ammoniumnitraat-ureumoplossing. Naam van leverancier : Breustedt Chemie B.V.

Naam van het chemische produkt : Ammoniumnitraat-ureumoplossing. Naam van leverancier : Breustedt Chemie B.V. Publikatiedatum: 01/07/1997 Blz. 1 van 7 1. IDENTIFICATIE Naam van het chemische produkt : Ammoniumnitraat-ureumoplossing Triviale chemische naam : Synoniemen : Urean Chemische formule : NH 4 NO 3 en NH

Nadere informatie

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Veiligheidsinformatieblad volgens richtlijn ( EC) No1907/2006 Datum: 03 oktober 2012 Blad 5/1 1. Identificatie van het product en van het bedrijf Productnaam : Sprigone Wespenpoeder

Nadere informatie

Interaktie tussen koper in oppervlaktewater, de structuur van microbiële levensgemeenschappen en histamine concentraties in eetbare kreeftachtigen

Interaktie tussen koper in oppervlaktewater, de structuur van microbiële levensgemeenschappen en histamine concentraties in eetbare kreeftachtigen 15 Samenvatting Interaktie tussen koper in oppervlaktewater, de structuur van microbiële levensgemeenschappen en histamine concentraties in eetbare kreeftachtigen Vervuiling van oppervlaktewater, vooral

Nadere informatie

(Voor de EER relevante tekst)

(Voor de EER relevante tekst) L 144/27 VERORDENING (EU) 2016/863 VAN DE COMMISSIE van 31 mei 2016 tot wijziging van de bijlagen VII en VIII bij Verordening (EG) nr. 1907/2006 van het Europees Parlement en de Raad inzake de registratie

Nadere informatie

PX-10. Onderzoek naar blootstelling en gezondheidsrisico s bij Defensie personeel

PX-10. Onderzoek naar blootstelling en gezondheidsrisico s bij Defensie personeel PX-10 Onderzoek naar blootstelling en gezondheidsrisico s bij Defensie personeel Prof. dr. ir. Erik Lebret Chief Science Officer RIVM Integrale Risicobeoordeling 1 28 januari 2016 Aanleiding RIVM onderzoek

Nadere informatie

REACH. Meetgegevens zijn nuttig onder REACH

REACH. Meetgegevens zijn nuttig onder REACH Meetgegevens zijn nuttig onder REACH Maar... Blootstellingschatting g onder REACH Schatten of meten? Voorkeur kwaliteit Efficientie/gemaki Goede Betrouwbaar Hoog Metingen Representatief Stof zelf Voldoende

Nadere informatie

Samenvatting en advieswaarde

Samenvatting en advieswaarde Samenvatting en advieswaarde Vraagstelling Op verzoek van de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid leidt de Commissie Gezondheid en Beroepsmatige Blootstelling aan Stoffen (GBBS, voorheen WGD)

Nadere informatie

BIJLAGE DEEL 1 RISICOBEOORDELING. 2. is dat aanvullende gegevens en/of tests nodig zijn. Deze conclusie is op de volgende gronden bereikt:

BIJLAGE DEEL 1 RISICOBEOORDELING. 2. is dat aanvullende gegevens en/of tests nodig zijn. Deze conclusie is op de volgende gronden bereikt: 21.6.2008 NL C 157/11 BIJLAGE DEEL 1 CAS-nr.: 3033-77-0 Einecs-nr.: 221-221-0 Structuurformule http://www.emis.vito.be d.d. 21-06-2008 Einecs-naam: IUPAC-naam: Rapporteur: Indeling ( 1 ): 2,3-epoxypropyltrimethylammoniumchloride

Nadere informatie

Veiligheidsinformatieblad

Veiligheidsinformatieblad 1. Identificatie van de stof of het preparaat en van het bedrijf Productnaam : Productcode (leverancier) : 5409 Chemische naam van aktieve : Prochloraz-Zn: stof Dichloorbis[N-propyl-N-(2-(2,4,6-trichlorofenoxy)ethyl)-1Himidazool-1-carboxyamide-N

Nadere informatie

Niet-technische samenvatting 201569

Niet-technische samenvatting 201569 Niet-technische samenvatting 201569 1 Algemene gegevens 1.1 Titel van het project Endotheliale toxiciteit van bijnierprecursors, hydrocortison en fludrocortison die verhoogd zijn in patienten met congenitale

Nadere informatie

PACCO-PARAMETERS DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR. PaccoParameters

PACCO-PARAMETERS DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR.   PaccoParameters PACCO-PARAMETERS PH DO - DOSSOLVED OXYGEN EC- DE ELEKTRISCHE CONDUCTIVITEIT ORP- DE REDOXPOTENTIAAL T - DE TEMPERATUUR PH De ph geeft de zuurtegraad van het water weer. Ze varieert doorgaans op een schaal

Nadere informatie

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD volgens Verordening (EG) Nr. 1907/2006

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD volgens Verordening (EG) Nr. 1907/2006 Pagina 1 van 5 10.000237 VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD volgens Verordening (EG) Nr. 1907/2006 1. IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET MENGSEL EN VAN DE ONDERNEMING Productidentificatie Productnummer: : 10.000237

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 24 juli 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 24 juli 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 24 juli 2017 (OR. en) 11470/17 ADD 1 AGRILEG 145 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 20 juli 2017 aan: de Europese Commissie het secretariaat-generaal van de Raad Nr. Comdoc.:

Nadere informatie

Samenvatting. Vraagstelling

Samenvatting. Vraagstelling Samenvatting Vraagstelling Op verzoek van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid leidt de Commissie Gezondheid en beroepsmatige blootstelling aan stoffen (Commissie GBBS; één van de vaste commissies

Nadere informatie

GEZONDHEIDSKUNDIG ONDERBOUWDE GRENSWAARDEN

GEZONDHEIDSKUNDIG ONDERBOUWDE GRENSWAARDEN GEZONDHEIDSKUNDIG ONDERBOUWDE GRENSWAARDEN Waar ligt de grens? Is een grens te bepalen? Grenzen: België-Nederland GEZONDHEIDSKUNDIG ONDERBOUWDE GRENSWAARDEN Hoe deden/doen we het in de GBBS van de Gezondheidsraad?

Nadere informatie

MATERIAL SAFETY DATA SHEET

MATERIAL SAFETY DATA SHEET 1 IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET MENGSEL EN VAN DE VENNOOTSCHAP/ONDERNEMING 1.1 Productidentificatie Product: Synoniemen: Aard: BETTER DF Onkruidbestrijdingsmiddel 1.2 Relevant geïdentificeerd gebruik

Nadere informatie

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD Uitgave FR 02/07/2015 REACH Conforme TOXA OVERDOSE 1. Identificatie van de stof en het preparaat: 1.1 Identificatie van het product: TOXA OVERDOSE Toelatingsnummer BE2011-0003

Nadere informatie

Ontwikkelingen analyses weerbaar substraat. Natasja Poot - Productmanager Bodemgezondheid

Ontwikkelingen analyses weerbaar substraat. Natasja Poot - Productmanager Bodemgezondheid Ontwikkelingen analyses weerbaar substraat Natasja Poot - Productmanager Bodemgezondheid 1 Weerbaar substraat belangrijk? Biologische substraatkwaliteit wordt steeds belangrijker Meer belangstelling en

Nadere informatie

Doe-het-zelf monitoring van beroepsblootstelling Daan Huizer en Frans Jongeneelen IndusTox Consult, Nijmegen

Doe-het-zelf monitoring van beroepsblootstelling Daan Huizer en Frans Jongeneelen IndusTox Consult, Nijmegen Alcohol in ademlucht Doe-het-zelf monitoring van beroepsblootstelling Daan Huizer en Frans Jongeneelen IndusTox Consult, Nijmegen In het nieuws De Gelderlander 9 april 2008 2 Mogelijkheden voor de AH Klassieke

Nadere informatie

RIVM-onderzoek naar Thermphos

RIVM-onderzoek naar Thermphos RIVM-onderzoek naar Thermphos Oriëntatie op de luchtkwaliteit in de omgeving 12 november 2010 1 Inleiding Aanleiding / opdracht Wat heeft RIVM onderzocht Wat heeft RIVM niet onderzocht? Wat betekenen de

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties document D033652/02 - BIJLAGE.

Hierbij gaat voor de delegaties document D033652/02 - BIJLAGE. Raad van de Europese Unie Brussel, 14 juli 2014 (OR. en) 11888/14 ADD 1 ENV 672 ENT 161 BEGELEIDENDE NOTA van: ingekomen: 11 juli 2014 aan: Betreft: de Europese Commissie het secretariaat-generaal van

Nadere informatie

MATERIAL SAFETY DATA SHEET

MATERIAL SAFETY DATA SHEET 1 IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET MENGSEL EN VAN DE VENNOOTSCHAP/ONDERNEMING 1.1 Productidentificatie Product: Synoniemen: Aard: METALDEHYDE 6 % RB AGRICHIM SLAKKENDOOD / AGRICHIM ANTILIMACES (B: 7123/B);

Nadere informatie

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD pagina 1/6 1. Identificatie van de stof/het mengsel en van het bedrijf/de onderneming 1.1 Productidentificatie Handelsnaam: HY-Bond Zinc Phosphate Cement "VLOEISTOF" 1.2 Relevant geïdentificeerd gebruik

Nadere informatie

Kom jij bij ons stage lopen? CSI in de voedselketen en jij bent erbij!

Kom jij bij ons stage lopen? CSI in de voedselketen en jij bent erbij! Kom jij bij ons stage lopen? CSI in de voedselketen en jij bent erbij! RIKILT Wageningen UR is gespecialiseerd in het onderzoek naar veilig en betrouwbaar voedsel. Wij geven antwoord op vele soorten vragen:

Nadere informatie

Gevarenaanduidingen voor materiële gevaren.

Gevarenaanduidingen voor materiële gevaren. Overzicht H-zinnen (Hazard) H-zin Gevarenaanduidingen voor materiële gevaren. H200 Instabiele ontplofbare stof. H201 Ontplofbare stof: gevaar voor massa-explosie. H202 Ontplofbare stof, ernstig gevaar

Nadere informatie

intreedt. De LD50-waarde wordt uitgedrukt in het gewicht van de teststof per gewichtseenheid proefdier (mg/kg). vii) LC50

intreedt. De LD50-waarde wordt uitgedrukt in het gewicht van de teststof per gewichtseenheid proefdier (mg/kg). vii) LC50 DEEL B: METHODEN VOOR DE BEPALING VAN DE TOXICITEIT EN ANDERE INVLOEDEN OP DE GEZONDHEID ALGEMENE INLEIDING: DEEL B A. VERKLARENDE NOOT Voor de doeleinden van deze richtlijn wordt de volgende nummering

Nadere informatie

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD

VEILIGHEIDSINFORMATIEBLAD 1. INDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET PREPARAAT EN VAN DE VENNOOTSCHAP/ONERNEMING Chemische productnaam: FENMEDIFAM e.c. Chemische naam: 3-methoxycarbonylaminofenyl 3-methylcarbanilaat (actief bestanddeel)

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2006 2007 28 089 Gezondheid en milieu Nr. 16 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER Aan de Voorzitter van

Nadere informatie

Inleiding in de biologie

Inleiding in de biologie Examen Voorbereiding Inleiding in de biologie Teylingen College Leeuwenhorst 2015/2016 Thema 1 Inleiding in de biologie Begrippenlijst: Begrip Biologische eenheden Prokaryoten Eukaryoten Populatie Levensgemeenschap

Nadere informatie

REACH Een introductie in de nieuwe EU-wetgeving voor chemische stoffen voor leveranciers van Akzo Nobel

REACH Een introductie in de nieuwe EU-wetgeving voor chemische stoffen voor leveranciers van Akzo Nobel REACH Een introductie in de nieuwe EU-wetgeving voor chemische stoffen voor leveranciers van Akzo Nobel REACH staat voor Registratie, Evaluatie, Autorisatie en beperking van Chemische stoffen Wat is REACH?

Nadere informatie

Het opstellen van toxicologische samenvattingen in IUCLID en het afleiden van DNEL's Wegwijzer 14

Het opstellen van toxicologische samenvattingen in IUCLID en het afleiden van DNEL's Wegwijzer 14 Het opstellen van toxicologische samenvattingen in IUCLID en het afleiden van DNEL's Wegwijzer 14 Annankatu 18, P.O. Box 400, FI-00121 Helsinki, Finland Tel. +358 9 686180 Fax +358 9 68618210 echa.europa.eu

Nadere informatie

1. IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET PREPARAAT EN VAN DE ONDERNEMING

1. IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET PREPARAAT EN VAN DE ONDERNEMING 1. IDENTIFICATIE VAN DE STOF OF HET PREPARAAT EN VAN DE ONDERNEMING Productnaam : Artikelnummer : - Firma naam : Tippoint Trading BV Straat : Hogebrinkerweg 27 Postcode : 3871 KM Plaats : Hoevelaken Tel.

Nadere informatie

Samenvatting. Vraagstelling

Samenvatting. Vraagstelling Samenvatting Vraagstelling Op verzoek van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid leidt de Commissie Gezondheid en beroepsmatige blootstelling aan stoffen (GBBS) van de Gezondheidsraad, gezondheidskundige

Nadere informatie