RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 22 juli 2002 (05.08) (OR. en) 10521/02. Interinstitutioneel dossier: 2001/0265 (COD)

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 22 juli 2002 (05.08) (OR. en) 10521/02. Interinstitutioneel dossier: 2001/0265 (COD)"

Transcriptie

1 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 22 juli 2002 (05.08) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2001/0265 (COD) 10521/02 CODEC 839 ENER 145 TRANS 191 ENV 372 FISC 193 INFORMATIEVE NOTA Betreft: Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot bevordering van het gebruik van biobrandstoffen in het vervoer - Resultaat van de eerste lezing van het Europees Parlement (Straatsburg, 1 t/m 4 juli 2002) I. INLEIDING De rapporteur, mevrouw AYUSO GONZÁLEZ (PPE/DE - E), presenteerde namens de Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie een verslag met 59 amendementen op het richtlijnvoorstel. Daarnaast werden er in de plenaire vergadering nog eens 11 amendementen ingediend. Tijdens het debat in de plenaire vergadering op 1 juli 2002 benadrukte de rapporteur het belang dat een aantal kwesties uit haar rapport moet krijgen, waaronder de kwaliteitsnormen voor biobrandstoffen en -mengsels, de opneming van biowaterstof, de beperking van de mogelijkheden voor de lidstaten om vrijgesteld te worden van de doelstellingen en het milieu-effect. Verder wees de rapporteur erop dat zij bereid was de extra amendementen 68 en 69, die de PPE/DE- en de PSEfractie gezamenlijk hadden ingediend en waarin het concept van indicatieve streefcijfers voor de verkoop van biobrandstoffen wordt geaccepteerd, te steunen, mits de Raad een belangrijk aantal van de andere essentiële amendementen van het Parlement wilde aanvaarden /02 jel/dl/mm 1 JUR NL

2 De meeste politieke fracties steunden de door de rapporteur bepleite aanpak. Vooral de PPE/DEfractie wees erop dat Europa voor zijn eigen energieproductie moet kunnen zorgen en dat de emissies omlaag moeten. De PSE-fractie vond het belangrijk dat milieuvriendelijker energiebronnen worden gebruikt en wees op de positieve economische effecten van een grotere consumptie van biobrandstoffen. Mevrouw de Palacio zei namens de Commissie dat de bevordering van biobrandstoffen zal bijdragen tot de continuïteit van de energievoorziening en Europa minder afhankelijk van olie zal maken. Ook wees zij erop dat een groter gebruik van biobrandstoffen goed is voor de ontwikkeling van nieuwe technologieën in de vervoerssector en mede voor significante emissiereducties zal zorgen. Ook meldde het Commissielid dat haar Instelling bereid was de amendementen 68 en 69 betreffende indicatieve streefcijfers te steunen, omdat die een herzieningsclausule bevatten op grond waarvan de Commissie de herinvoering van bindende streefcijfers kan voorstellen als de indicatieve niet worden gehaald. Vervolgens ging mevrouw de Palacio nader in op het standpunt van de Commissie ten aanzien van de amendementen in hun geheel. II. STEMMING Vlak voor de stemming, die plaatsvond op 4 juli 2002, deelde de vertegenwoordiger van de PSEfractie, mevrouw Rothe, de plenaire vergadering mee dat haar fractie de amendementen 68 en 69 over de indicatieve streefcijfers niet langer steunde omdat de Raad naar de mening van de fractie te lauw was geweest waar het ging om het overnemen van andere amendementen van het Parlement. Van de 70 ingediende amendementen nam de vergadering er 60 aan. De amendementen 60 en 66 waren identiek, de amendementen 5, 48, 61, 63, 65, 67, 68 en 69 werden verworpen en amendement 62 was niet langer toepasbaar doordat nummer 61 verworpen was. Amendement 64 werd ingetrokken. De Commissie nam het volgende standpunt in over de aangenomen amendementen: 1. Geheel of gedeeltelijk aanvaardbare amendementen Het Commissielid verklaarde dat haar Instelling in algemene zin de amendementen toejuicht die prioriteit geven aan biobrandstoffen vanuit milieuoogpunt, zoals de amendementen 36 en 43. Ook sprak zij haar steun uit voor de amendementen 14 en 20, die biobrandstoffen vanuit een breder perspectief benaderen /02 jel/dl/mm 2 JUR NL

3 2. Niet-aanvaardbare amendementen Mevrouw de Palacio noemde de volgende amendementen uitdrukkelijk niet-aanvaardbaar voor de Commissie: 1, 6, 9, 11, 13, 17, 19, 25, 27, 29, 30, 33, 37, 40, 41, 44, 50, 51, 52, 56, 60 en 66. De aangenomen amendementen en de wetgevingsresolutie van het Europees Parlement staan hierna in de bijlage /02 jel/dl/mm 3 JUR NL

4 BIJLAGE ( ) Gebruik van biobrandstoffen in het vervoer***i Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot bevordering van het gebruik van biotransportbrandstoffen (COM(2001) 547 C5-0684/ /0265(COD)) (Medebeslissingsprocedure: eerste lezing) Het Europees Parlement, gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2001) 547) 1, gelet op artikel 251, lid 2 en artikel 175, lid 1 van het EG-Verdrag, op grond waarvan het voorstel door de Commissie bij het Parlement is ingediend (C5-0684/2001), gelet op artikel 67 van zijn Reglement, gezien het verslag van de Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie en de adviezen van de Economische en Monetaire Commissie, de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid, de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling en de Commissie regionaal beleid, vervoer en toerisme (A5-0244/2002), 1. hecht zijn goedkeuring aan het Commissievoorstel, als geamendeerd door het Parlement; 2. verzoekt om hernieuwde voorlegging indien de Commissie voornemens is ingrijpende wijzigingen in dit voorstel aan te brengen of dit door een nieuwe tekst te vervangen; 3. verzoekt zijn Voorzitter het standpunt van het Parlement te doen toekomen aan de Raad en de Commissie. 1 PB C 103 E van , blz /02 jel/dl/mm 4

5 Door de Commissie voorgestelde tekst Amendementen van het Parlement Amendement 1 Overweging 2 bis (nieuw) (2 bis) De netto extra uitstoot van broeikasgassen gedurende de gehele levenscyclus van de brandstof is beslissend. Hiermee moet rekening worden gehouden bij de definitie van klimaatneutrale brandstoffen en dit moet voorop staan bij de ontwikkeling van nieuwe producten en productieprocessen. Het kan mogelijk blijken brandstoffen te produceren met behulp van andere bronnen dan biomassa en daarbij toch de netto uitstoot van klimaatveranderende gassen in aanzienlijke mate te verminderen. Amendement 2 Overweging 2 ter (nieuw) (2 ter) Er bestaat echter een breed scala van hernieuwbare biomassa waaruit biobrandstoffen gewonnen kunnen worden, afkomstig van land- en bosbouwgewassen en van afval- en restproducten van de bosbouw en van de houtverwerkende- en de levensmiddelenindustrie. Bovendien worden in sommige gevallen ook bijproducten verkregen met een hoog gehalte plantaardige proteïnen, die gebruikt kunnen worden als diervoeder. (3) De vervoerssector neemt meer dan 30% van het eindverbruik van energie in de Gemeenschap voor zijn rekening en groeit, een tendens die zich waarschijnlijk nog zal versterken, en de uitstoot van koolstofdioxide houdt hiermee gelijke tred. Amendement 3 Overweging 3 (3) De vervoerssector neemt meer dan 30% van het eindverbruik van energie in de Gemeenschap voor zijn rekening en groeit, een tendens die zich waarschijnlijk nog zal versterken, en de uitstoot van koolstofdioxide houdt hiermee gelijke tred. Deze groei zal procentueel sterker zijn in de kandidaat-lidstaten na hun toetreding tot de EU. Amendement /02 jel/dl/mm 5

6 Overweging 3 bis (nieuw) (3 bis) Het Witboek van de Commissie "Het Europese vervoersbeleid tot het jaar 2010: tijd om te kiezen" (COM (2001) 370) gaat ervan uit dat tussen 1990 en 2010 de CO 2 -emissie van de vervoerssector met 50% zal stijgen tot 1,113 miljard ton en stelt hiervoor met name het wegvervoer verantwoordelijk, waarvan 84% van de door het vervoer veroorzaakte CO 2 -uitstoot afkomstig is. Om ecologische redenen wordt er in het Witboek derhalve op aangedrongen dat de afhankelijkheid van aardolie (momenteel 98%) in de vervoerssector door de toepassing van alternatieve brandstoffen, zoals biobrandstoffen, verminderd wordt. Amendement 6 Overweging 4 bis (nieuw) Amendement 7 Overweging 5 4 bis. Biobrandstoffen zijn een interessant instrument op voorwaarde dat bij de productie de beginselen van de wisselbouw worden geëerbiedigd en de teelten worden geïntegreerd. (5) Een intensiever gebruik van biotransportbrandstoffen is een van de instrumenten waarmee de Gemeenschap invloed kan uitoefenen op de mondiale transportbrandstofmarkt en daarmee op de zekerheid van de energievoorziening op middellange en lange termijn. (5) Een intensiever gebruik van biotransportbrandstoffen, zonder de andere mogelijkheden tot vervanging van brandstoffen van fossiele herkomst, waaronder LPG, uit te sluiten, is een van de instrumenten waarmee de Gemeenschap haar afhankelijkheid op energiegebied kan verminderen en invloed kan uitoefenen op de mondiale transportbrandstofmarkt en daarmee op de zekerheid van de energievoorziening op middellange en lange termijn. Dit motief mag echter geen afbreuk doen aan het belang van het naleven van de bestaande communautaire wetgeving inzake de kwaliteit van brandstof, de uitstoot van motorvoertuigen en de kwaliteit van de lucht. Amendement 8 Overweging 5 bis (nieuw) 10521/02 jel/dl/mm 6

7 (5 bis) De technologie van de biobrandstofwinning is zo ver gevorderd dat de motoren van de voertuigen die momenteel in de EU aan het verkeer deelnemen zonder probleem kunnen functioneren op een brandstofmengsel dat voor 5% bestaat uit biobrandstoffen. Op grond van de laatste technologische ontwikkelingen kunnen hogere percentages biobrandstoffen worden gebruikt. Er zijn landen waarin 10% of meer biobrandstof in het brandstofmengsel wordt gebruikt. Amendement 9 Overweging 5 ter (nieuw) (5 ter) Deze richtlijn maakt deel uit van de voorgestelde communautaire strategie ter bevordering van alternatieve brandstoffen. Zij is bedoeld ter bevordering van de continuïteit van de voorziening in Europa en om de milieugevolgen aan te pakken van het toenemende wegvervoer. Bijgevolg moet steun voor andere alternatieve brandstoffen die tot verwezenlijking van deze doelstellingen kunnen bijdragen, zoals LPG, samengeperst aardgas, aardgascondensaat of dimethylether, worden aangemoedigd. Amendement 10 Overweging 5 quater (nieuw) Amendement 11 Overweging 5 quinquies (nieuw) (5 quater) In het kader van het onderzoeksbeleid van de lidstaten inzake intensiever gebruik van biobrandstoffen moet in de programma's ook kerosine worden opgenomen, teneinde het gebruik van biobrandstoffen vermengd met kerosine, indien dit technisch mogelijk en voldoende veilig is, mogelijk te maken, met name voor het luchtvervoer. (5 quinquies) Het beleid op het gebied van onderzoek naar biobrandstoffen en 10521/02 jel/dl/mm 7

8 vervangende brandstoffen moet worden voortgezet en versterkt, zowel op communautair als op nationaal niveau, gezien de potentiële baten hiervan voor de Europese Unie op milieu-, economisch en sociaal gebied. Dit beleid moet alle soorten brandstoffen omvatten en gelden voor alle vervoermiddelen en motoriseringen. Voorts moet het onderzoeksbeleid ook betrekking hebben op en gebruikmaken van onderzoek naar niet-technische maatregelen (verbetering van de doorstroming van het verkeer, verschillende vervoersmodi, enz.). Amendement 12 Overweging 5 sexies (nieuw) (5 sexies) Bedrijfswagenparken vormen een groot potentieel voor het onderzoek naar en de geleidelijke invoering van biobrandstoffen en bieden mogelijkheden voor het gebruik van hoge concentraties biobrandstoffen. In sommige steden bestaan reeds bedrijfswagenparken die rijden op zuivere biobrandstoffen en zo bijdragen tot de verbetering van de luchtkwaliteit in stedelijke gebieden. Wanneer zij op verkoopspunten worden aangeboden, moeten brandstoffen met een biobrandstofgehalte van meer dan 5% duidelijk zijn geëtiketteerd. Amendement 13 Overweging 5 septies (nieuw) (5 septies) De voorgestelde maatregelen met betrekking tot biobrandstoffen zijn een eerste stap in de richting van een alomvattende EU-strategie voor alternatieve brandstoffen. In het kader van een alomvattende EU-strategie voor alternatieve brandstoffen is de in dat verband opgestelde mededeling van de Commissie over alternatieve brandstoffen voor het wegvervoer en een pakket maatregelen ter bevordering van het gebruik van biobrandstoffen (COM(2001) 547) onvolledig, als niet op adequate wijze aandacht wordt besteed aan een gediversifieerde mix van alternatieve 10521/02 jel/dl/mm 8

9 brandstoffen, met inbegrip van LPG voor voertuigen, samengeperst aardgas, aardgascondensaat en dimethylether. Amendement 14 Overweging 5 octies (5 octies) De bevordering van het gebruik van biobrandstoffen voor voertuigen is slechts één stap in de richting van een intensiever gebruik van biomassa, dat uiteindelijk zal leiden tot een grotere ontwikkeling van biobrandstoffen en in het bijzonder van uit biomassa gewonnen waterstof. Amendement 15 Overweging 5 nonies (nieuw) (5 nonies) De waterstofcyclus moet in het onderzoeksbeleid van de lidstaten inzake intensiever gebruik van biobrandstoffen een belangrijke plaats krijgen en moet ook in het Zesde Kaderprogramma voor onderzoek en ontwikkeling worden aangemoedigd. Amendement 16 Overweging 5 decies (nieuw) (5 decies) De voorwaarde dat nieuwe soorten brandstoffen voldoen aan erkende technische normen is belangrijk voor de acceptatie op grote schaal door klanten en voertuigproducenten, en daarmee voor de verspreiding op de markt. Technische normen vormen ook het uitgangspunt voor eisen aan en toezicht op emissies. Bij nieuwe soorten brandstoffen kunnen er moeilijkheden ontstaan bij het voldoen aan de huidige technische normen, die voornamelijk zijn ontwikkeld voor conventionele, fossiele brandstoffen. De Commissie en de normalisatie-instellingen moeten op de ontwikkeling toezien en actief normen aanpassen en ontwikkelen zodat nieuwe soorten brandstoffen geïntroduceerd kunnen worden, met behoud van de eisen aan de prestaties op milieugebied /02 jel/dl/mm 9

10 Amendement 17 Overweging 5 undecies (nieuw) (5 undecies) Toevoeging van bio-ethanol aan benzine leidt echter tot een verhoging van de vluchtigheid die, hoewel zij niet ten koste gaat van de technische prestaties van de voertuigen noch van het milieu, tot gevolg heeft dat in landen die niet als arctisch worden beschouwd de vluchtigheidsgrenswaarden die gespecificeerd worden in Richtlijn 98/70/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13 oktober 1998 betreffende de kwaliteit van benzine en van dieselbrandstof 1 worden overschreden. 1 PB L 350 van , blz. 58. Richtlijn laatstelijk gewijzigd bij Richtlijn 2000/71/EG van de Commissie (PB L 287 van , blz. 46). Amendement 18 Overweging 5 duodecies (nieuw) (5 duodecies) Bio-ethanol en biodiesel, die in zuivere of gemengde vorm in voertuigen worden gebruikt, moeten voldoen aan de kwaliteitsnormen die zijn vastgesteld om te garanderen dat de motoren optimaal functioneren. Dientengevolge moet de Europese Commissie voor Normalisatie (CEN) normen vaststellen voor de gehele EU. Amendement 19 Overweging 6 (6) Bevordering van het gebruik van biobrandstoffen met inachtneming van een goede landbouwpraktijk zal nieuwe kansen voor duurzame plattelandsontwikkeling scheppen in het kader van een meer marktgericht gemeenschappelijk landbouwbeleid. (6) Bevordering van het gebruik van biobrandstoffen met inachtneming van een duurzame landbouw- en bosbouwpraktijken, als vastgelegd in het gemeenschappelijk landbouwbeleid, zal nieuwe kansen voor duurzame plattelandsontwikkeling scheppen in het kader van een meer op de Europese markt gericht, van een levend platteland en een multifunctioneel gericht gemeenschappelijk landbouwbeleid. De teelt van planten voor de productie van biobrandstoffen moet opgenomen worden in de bestaande teelten 10521/02 jel/dl/mm 10

11 volgens een principe van wisselwerking en mag niet leiden tot monoculturen. Om duurzame landbouwpraktijken te verzekeren is het noodzakelijk een reeks duidelijke milieucriteria op te stellen voor de productie van vloeibare biobrandstoffen. Daardoor ontstaan ook voor de kandidaatlidstaten nieuwe mogelijkheden, waardoor het uitbreidingsproces van de Europese Unie kan worden bespoedigd. Amendement 20 Overweging 7 bis (nieuw) (7 bis) In het Groenboek van de Commissie Op weg naar een Europese strategie voor een continue energievoorziening wordt als doel gesteld om in de sector van het wegvervoer conventionele brandstoffen tegen 2020 voor 20% te vervangen door alternatieve brandstoffen. Amendement 21 Overweging 7 ter (nieuw) (7 ter) De marktpenetratie van alternatieve brandstoffen is niet alleen afhankelijk van een ruime beschikbaarheid, maar ook van concurrentiële prijzen. (8) In zijn resolutie van 18 juni 1998 heeft het Europees Parlement erop aangedrongen het marktaandeel van biobrandstoffen binnen vijf jaar tot 2% te verhogen door middel van een pakket maatregelen dat onder andere voorziet in belastingvrijstelling en in de vaststelling van een verplicht percentage biobrandstoffen voor de oliemaatschappijen. Amendement 22 Overweging 8 (8) In zijn resolutie van 18 juni 1998 heeft het Europees Parlement erop aangedrongen het marktaandeel van biobrandstoffen binnen vijf jaar tot 2% te verhogen door middel van een pakket maatregelen dat onder andere voorziet in belastingvrijstelling, financiële steun voor de verwerkende industrie en in de vaststelling van een verplicht percentage biobrandstoffen voor de oliemaatschappijen. Amendement 23 Overweging /02 jel/dl/mm 11

12 (9) Welke methode het meest geschikt is om op nationaal niveau het marktaandeel van biobrandstoffen op te voeren is afhankelijk van de beschikbaarheid van hulpbronnen en grondstoffen, het nationale beleid ter bevordering van biobrandstoffen en eventuele fiscale regelingen, en de keuze daarvan dient bijgevolg zoveel mogelijk te worden overgelaten aan de oliemaatschappijen en andere betrokken partijen. (9) Welke methode het meest geschikt is om op nationaal en communautair niveau het marktaandeel van biobrandstoffen op te voeren is afhankelijk van de beschikbaarheid van hulpbronnen en grondstoffen, het nationale en communautaire beleid ter bevordering van biobrandstoffen en eventuele fiscale regelingen. Amendement 24 Overweging 11 (11) Het zal echter moeilijk zijn het aandeel verkochte biobrandstoffen boven een bepaald niveau te brengen zonder maatregelen om deze in fossiele brandstoffen bij te mengen. Bijgevolg moeten de lidstaten streven naar een minimum bijmengingspercentage van 1% biobrandstoffen in de in de Gemeenschap op de markt gebrachte minerale oliën. Dit percentage zal worden aangepast op basis van het aandeel van biobrandstoffen in verhouding tot de verschillende in de lidstaten op de markt gebrachte brandstoffen, alsook op basis van nader onderzoek. Schrappen Amendement 25 Overweging 11 bis (nieuw) (11 bis) Het toegenomen gebruik van biobrandstoffen moet gepaard gaan met een zorgvuldige analyse van de milieugevolgen bij de teelt, de verwerking en het gebruik van de grondstoffen. Toegenomen gebruik komt alleen zinvol voor als qua milieugevolgen duidelijke voordelen blijken ten opzichte van het gebruik van traditionele brandstoffen. Met name moeten het oppervlaktegebruik, de intensivering van de landbouw, de verhouding tot een alternatief duurzaam oppervlaktegebruik, de waterbescherming, de energie-efficiëntie, de mogelijke broeikasgassen, het verbrandingsgedrag en 10521/02 jel/dl/mm 12

13 de deeltjesvorming worden onderzocht. Amendement 26 Overweging 11 ter (nieuw) (11 ter) De bevordering van de productie en het gebruik van biobrandstoffen helpt de afhankelijkheid van energie en de uitstoot van broeikasgassen te verminderen. Bovendien kunnen biobrandstoffen in bestaande motorvoertuigen en in het huidige distributiesysteem voor motorbrandstof worden gebruikt, zodat er geen dure investeringen in infrastructuur en mechanisering nodig zijn. Amendement 27 Overweging 12 (12) Daar de doelstelling van het overwogen optreden, te weten de invoering van algemene beginselen inzake een minimumpercentage aan biobrandstoffen dat op de markt moet worden gebracht en gedistribueerd, niet voldoende door de lidstaten kan worden verwezenlijkt en derhalve wegens de omvang van het optreden beter op communautair niveau kan worden verwezenlijkt, kan de Gemeenschap overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag neergelegde subsidiariteitsbeginsel maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze richtlijn niet verder dan nodig is om deze doelstelling te verwezenlijken. (12) Daar de doelstelling van het overwogen optreden, te weten de invoering van algemene beginselen om de invoering op de markt en de distributie van biobrandstoffen te bevorderen, niet voldoende door de lidstaten kan worden verwezenlijkt en derhalve wegens de omvang van het optreden beter op communautair niveau kan worden verwezenlijkt, kan de Gemeenschap overeenkomstig het in artikel 5 van het Verdrag neergelegde subsidiariteitsbeginsel maatregelen nemen. Overeenkomstig het in hetzelfde artikel neergelegde evenredigheidsbeginsel gaat deze richtlijn niet verder dan nodig is om deze doelstelling te verwezenlijken. Amendement 28 Overweging 12 bis (nieuw) (12 bis) Op dit moment voldoen niet alle op de markt aangeboden biobrandstoffen aan strenge criteria op het gebied van ecologische efficiëntie. De productie gaat voor een deel gepaard met hoge energiekosten en een hoge emissie van broeikasgassen. Technologische ontwikkelingen kunnen op dit gebied evenwel voor verbetering zorgen. Bijgevolg 10521/02 jel/dl/mm 13

14 moet onderzoek en technologische ontwikkeling op het gebied van de duurzaamheid van biobrandstoffen worden bevorderd. Amendement 29 Overweging 12 ter (nieuw) (12 ter) Het toegenomen verbruik van biobrandstoffen moet gepaard gaan met een diepgaande analyse van de gevolgen op milieu-, economisch en sociaal gebied om te kunnen besluiten over de zin van een verhoging van het aandeel van biobrandstoffen in verhouding tot klassieke brandstoffen. Amendement 30 Overweging 13 (13) Er dient te worden voorzien in de mogelijkheid om de lijst van biobrandstoffen en het percentage van de duurzame component alsmede het schema voor de introductie van biobrandstoffen op de markt voor transportbrandstoffen snel te kunnen aanpassen aan de technische vooruitgang en aan de resultaten van een milieueffectbeoordeling over de eerste fase van die introductie. (13) Er dient te worden voorzien in de mogelijkheid om de lijst van biobrandstoffen en het percentage van de duurzame component alsmede het schema voor de introductie van biobrandstoffen op de markt voor transportbrandstoffen snel te kunnen aanpassen aan de technische vooruitgang en aan de resultaten van een milieueffectbeoordeling over de eerste fase van die introductie. Daarbij dient er ook aandacht te zijn voor pure, koudgeperste plantaardige olie, zoals koolzaadolie, welke geen chemische bewerking ondergaat en dus milieuvriendelijk geproduceerd kan worden en waarvan de bijproducten bovendien eiwithoudend zijn en als diervoeder gebruikt kunnen worden. Er moet ook rekening worden gehouden met andere alternatieve brandstoffen, zoals LPG, samengeperst aardgas, aardgascondensaat of dimethylether, die op de transportbrandstofmarkt al worden gebruikt en waarvoor de vereiste technologie voor een uitbreiding al voorhanden is, alsmede bewezen prestaties qua lagere emissie van broeikasgassen en stoffen die de lucht vervuilen /02 jel/dl/mm 14

15 Amendement 31 Overweging 13 bis (nieuw) (13 bis) Er dient te worden voorzien in de mogelijkheid snel kwaliteitsnormen te ontwikkelen voor de biobrandstoffen die in de automobielsector worden gebruikt, hetzij zuiver, hetzij bijgemengd in traditionele brandstoffen. Hoewel het biologisch afbreekbare deel van afval een interessante bron is voor de productie van biobrandstoffen, moet in het kader van de kwaliteitsnorm rekening worden gehouden met de mogelijke vervuiling van het afval, om te voorkomen dat specifieke componenten het voertuig beschadigen en/of de kwaliteit van de emissie doen dalen. Amendement 32 Overweging 13 ter (nieuw) (13 ter) De stimulering van de bevordering van biobrandstoffen moet stroken met de doelstellingen op het gebied van de continuïteit van de voorziening en het milieu en de hiermee verband houdende beleidsdoelstellingen en maatregelen in elke lidstaat. Amendement 33 Overweging 13 quater (nieuw) (13 quater) Wegens de kosten en de algemene milieusituatie is het in vele gevallen zinvol biomassa te gebruiken voor de opwekking van warmte of eventueel elektriciteit. Bijgevolg moet de Commissie een voorstel indienen waarmee dit gebruik in heel Europa kan worden bevorderd. Amendement 34 Overweging 13 quinquies (nieuw) (13 quinquies) Aangezien het gebruik van biobrandstoffen boven een bepaalde concentratie een speciale aanpassing van de voertuigen vereist om problemen op technisch en veiligheidsgebied te 10521/02 jel/dl/mm 15

16 voorkomen, moeten zuivere biobrandstoffen of gemengde brandstoffen met een concentratie biobrandstoffen die het maximum dat de bestaande voertuigen aankunnen, overschrijdt, bij het tankstation duidelijk en zichtbaar staan aangeduid. Amendement 35 Overweging 13 sexies (nieuw) (13 sexies) De vraag naar biobrandstoffen in de Europese Unie en ook in andere landen kan een nieuwe markt voor innovatieve landbouwproducten openen. Amendementen 60 en 66 Artikel 2, lid 2 2. De in deel A van de bijlage vermelde producten worden als biobrandstoffen beschouwd. 2. De in deel A van de bijlage vermelde producten worden als biobrandstoffen beschouwd. De lijst heeft een indicatief karakter en de brandstoffen die erop staan mogen alleen worden bevorderd indien zij bijdragen tot een significante reductie van broeikasgasemissies gedurende de hele levenscyclus van de biobrandstoffen in vergelijking met de broeikasgasemissies gedurende de hele levenscyclus van de fossiele brandstoffen die zij vervangen. Amendement 36 Artikel 3, lid 1 1. De lidstaten dragen er zorg voor dat uiterlijk op 31 december 2005 het aandeel van de op hun markten verkochte biobrandstoffen minimaal 2%, berekend op basis van de energie-inhoud, van de totale voor vervoersdoeleinden op hun markten verkochte hoeveelheid benzine en dieselolie bedraagt en dat dit aandeel vervolgens wordt verhoogd, daarbij strevend naar een minimumbijmengingsniveau, volgens het in deel B van de bijlage opgenomen schema. 1. De lidstaten dragen er zorg voor dat uiterlijk op 31 december 2005 het aandeel van de op hun markten verkochte biobrandstoffen minimaal 2%, berekend op basis van de energie-inhoud, van de totale voor vervoersdoeleinden op hun markten verkochte hoeveelheid benzine en dieselolie bedraagt en dat dit aandeel vervolgens wordt verhoogd, volgens het in deel B van de bijlage opgenomen schema. De lidstaten dienen bij de Commissie een gedetailleerd rapport in over de milieugevolgen van de geplande maatregelen en een overzicht van de kosten van de maatregelen. Op zijn minst komen de volgende punten aan de orde: 10521/02 jel/dl/mm 16

17 - oppervlaktegebruik; - intensiviteit van de teelt; - gebruik van pesticiden; - waterbescherming; - energie-efficiëntie; - mogelijke emissie van broeikasgassen; - verbrandingsgedrag. Dit rapport wordt openbaar gemaakt. De Commissie houdt met de rapporten rekening wanneer zij overeenkomstig artikel 4, lid 2 verslag uitbrengt bij het Europees Parlement en de Raad. Amendement 37 Artikel 3, lid 1 bis (nieuw) 1 bis. Een verdere toename van biobrandstoffen wordt afhankelijk gesteld van een gedetailleerde evaluatie op basis van een analyse van de volledige levenscyclus, en een evaluatie van de voordelen op het gebied van CO 2 en duurzame landbouwpraktijken, die door de Commissie moeten uiterlijk 30 juni 2006 worden uitgevoerd. De activiteiten in het kader van lid 1 zullen plaatshebben in nauwe samenwerking met alle betrokkenen. Amendement 38 Artikel 3, lid 1 ter (nieuw) 1 ter. De lidstaten mogen de technologische ontwikkeling van de winning van biobrandstoffen, en de bedrijven die betrokken zijn bij de productie van biobrandstoffen stimuleren met financiële instrumenten voor onderzoek, milieu en regionale ontwikkeling. Amendement 39 Artikel 3, lid 2, letter a) a) zuivere biobrandstoffen; a) zuivere biobrandstoffen of in een hoge concentratie in minerale olie, geproduceerd 10521/02 jel/dl/mm 17

18 overeenkomstig specifieke kwaliteitsnormen voor toepassingen op het gebied van transport; Amendement 40 Artikel 3, lid 2, letter b) b) biobrandstoffen die in derivaten van minerale oliën zijn bijgemengd met inachtneming van de toepasselijke Europese normen inzake de technische specificaties van transportbrandstoffen (EN 228 en EN 590); b) biobrandstoffen die in een lage concentratie van minder dan 5% in derivaten van minerale oliën zijn bijgemengd met inachtneming van de toepasselijke Europese normen inzake de technische specificaties van transportbrandstoffen (EN 228 en EN 590); Amendement 41 Artikel 3, lid 3 3. De lidstaten zien toe op het effect van het gebruik van dieselbrandstof waarin meer dan 5% biobrandstoffen is bijgemengd door nietaangepaste voertuigen en treffen indien nodig maatregelen om ervoor te zorgen dat de desbetreffende communautaire wetgeving inzake emissienormen wordt nageleefd. 3. De lidstaten zien toe op het effect van het gebruik van dieselbrandstof waarin meer dan 5% biobrandstoffen is bijgemengd door nietaangepaste voertuigen en zorgen ervoor dat dergelijke brandstoffen bij de tankstations duidelijk en zichtbaar zijn aangegeven. Indien nodig treffen de lidstaten maatregelen om ervoor te zorgen dat de desbetreffende communautaire wetgeving inzake emissienormen wordt nageleefd, volgens de procedure die is vastgesteld in leden 1 bis en 1 ter. Amendement 42 Artikel 3, lid 3 bis (nieuw) 3 bis. Lidstaten geven voorrang aan de bevordering van het gebruik van biobrandstoffen door openbare/collectieve vervoermiddelen, zoals treinen, bussen taxi's en carpooling. Amendement 43 Artikel 3 bis (nieuw) Artikel 3 bis De lidstaten houden bij hun maatregelen rekening met de volledige milieubalans van de verschillende soorten biobrandstoffen en 10521/02 jel/dl/mm 18

19 bij voorrang de biobrandstoffen bevorderen met een zeer goede milieubalans. Amendement 44 Artikel 3 ter (nieuw) Artikel 3 ter 1. De lidstaten stellen voor gewassen die bestemd zijn voor de productie van biobrandstoffen, ongeacht of er wel of geen steun van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid voor wordt ontvangen, de milieumaatregelen vast die zij nodig oordelen, rekening houdend met de specifieke toestand van de gebruikte landbouwgronden of de desbetreffende productie en met de mogelijke gevolgen van genoemde activiteiten voor het milieu. 2. De lidstaten bepalen de sancties die zij nodig oordelen al naar gelang de ernst van de ecologische gevolgen van het niet nakomen van de in lid 1 genoemde milieueisen. 3. De leden 1 en 2 zijn van toepassing met inachtneming van artikel 3 van Verordening (EG) nr. 1259/1999 van de Raad van 17 mei 1999 tot vaststelling van gemeenschappelijke voorschriften voor de regelingen inzake rechtstreekse steunverlening in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid 1. 1 PB L 160 van , blz Verordening gewijzid bij Verordening (EG) nr. 1244/2001 (PB L 173 van , blz. 1). 1. De lidstaten brengen jaarlijks vóór 1 juli bij de Commissie verslag uit over de totale afzet van transportbrandstof en het aandeel van biobrandstoffen in die afzet in het voorgaande jaar. Amendement 45 Artikel 4, lid 1 1. De lidstaten brengen jaarlijks vóór 1 juli bij de Commissie verslag uit over de maatregelen die genomen zijn om ervoor te zorgen dat de doelstellingen die zijn geformuleerd in artikel 3 en in deel B van de bijlage worden verwezenlijkt, over de totale afzet van transportbrandstof en het aandeel van biobrandstoffen in die afzet in het voorgaande jaar. Het eerste verslag wordt uitgebracht vóór 1 juli /02 jel/dl/mm 19

20 Amendement 46 Artikel 4, lid 1 bis (nieuw) 1 bis. De lidstaten lichten de consumenten via de overheidsdiensten in over de mogelijkheden van het gebruik van biobrandstoffen. Amendement 47 Artikel 4, lid 2 2. De Commissie brengt uiterlijk op 31 december 2006 bij het Europees Parlement en de Raad verslag uit over de in de lidstaten met het gebruik van biobrandstoffen geboekte vooruitgang, de economische aspecten alsook over het milieueffect van een verdere verhoging van het aandeel van biobrandstoffen. Op basis van dit verslag stelt de Commissie indien nodig een aanpassing van de in artikel 3 genoemde doelstellingen voor. 2. De Commissie bereidt uiterlijk op 31 december 2006 en daarna om de twee jaar een evaluatieverslag voor het Europees Parlement en de Raad voor over de in de lidstaten met het gebruik van biobrandstoffen geboekte vooruitgang, de economische aspecten alsook over het milieueffect bij de bestaande toestand en bij een verdere verhoging van het aandeel van biobrandstoffen. De Commissie ontwikkelt hiervoor een specifieke milieueffectbeoordeling met een volledige levenscyclusanalyse van het gebruik van biobrandstoffen. In haar verslag besteedt de Commissie bijzondere aandacht aan milieuaspecten, met name de veranderingen van de waterkwaliteit, de bodemerosie, het gebruik van meststoffen en bestrijdingsmiddelen, de instandhouding van habitats van in het wild levende planten en dieren en de gevolgen van de veranderingen ten gevolge van de biobrandstoffen in verband met de productie van biomassa. Zij verkent tevens de mogelijkheden om op basis van milieunormen een gedifferentieerde fiscale benadering in te voeren van de verschillende biodiesels. Op basis van dit verslag stelt de Commissie het Europees Parlement en de Raad indien nodig nieuwe doelstellingen voor biobrandstoffen zoals genoemd in artikel 3, eventueel door invoering van een minimum bijmengingspercentage. Amendement 49 Artikel 4, lid 2 bis (nieuw) 10521/02 jel/dl/mm 20

21 2 bis. Het eindproduct biodiesel dat als brandstof wordt gebruikt, moet voldoen aan de CEN-norm pren voor vetzuurmethylesters (fatty acid methyl esters FAME) voor dieselmotoren. Amendement 50 Artikel 4, lid 2 ter (nieuw) 2 ter. De Commissie stelt in samenwerking met de CEN passende normen voor bioethanol voor. Zolang deze normen niet beschikbaar zijn, passen de lidstaten internationaal erkende normen voor bioethanol toe, mits de uiteindelijke mengsels steeds voldoen aan de bestaande wetgeving inzake brandstofkwaliteit, zoals Richtlijn 98/70/EG. Amendement 51 Artikel 5, lid 1 1. De bijlage kan aan de technische vooruitgang worden aangepast volgens de in artikel 6, lid 2, bedoelde procedure. 1. Deel A van de bijlage kan aan de technische vooruitgang worden aangepast volgens de in artikel 6, lid 2, bedoelde procedure, rekening houdend met de kwaliteit en de zuiverheid van de brandstof, en de compatibiliteit van het voertuig. Amendement 52 Artikel 5, lid 1 bis (nieuw) Amendement 70 Artikel 5, lid 2 bis (nieuw) 1 bis. Overeenkomstig de procedure in artikel 6 worden onverwijld de ontbrekende specificaties voor biobrandstoffen opgesteld, zodat bij het gebruik van biobrandstoffen geen problemen met de bestaande specificaties voor brandstoffen en motoren ontstaan. Alle biobrandstoffen die in de EU op de markt worden gebracht, moeten stroken met de bepalingen van Richtlijn 98/70/EG, de CEN-normen en de communautaire regelgeving inzake uitlaatgassen van motorvoertuigen /02 jel/dl/mm 21

22 2 bis. Bij de aanpassing van de bijlage overeenkomstig de leden 1 en 2 worden criteria voor de ecologische efficiëntie van het gebruik van biobrandstoffen vastgesteld. Amendement 53 Artikel 5, lid 2 ter (nieuw) (2 ter) Op basis van het door de lidstaten overeenkomstig artikel 4, lid 1 uitgebrachte verslag kan de Commissie lidstaten die specifieke moeilijkheden ondervinden bij de verwezenlijking van de doelstellingen en die hiertoe een aanvraag indienen, vrijstelling verlenen. Deze vrijstelling mag hooguit voor een periode van twee jaren worden verleend. Om de vrijstelling te kunnen verkrijgen, leggen de lidstaten de Commissie een actieplan voor over de wijze waarop zij van plan zijn de doelstellingen te halen die bij afloop van de verlenging gelden. Elke lidstaat kan slechts een verlenging worden verleend. Amendement 54 Bijlage, deel A, Titel A. Lijst van biobrandstoffen en percentage van de duurzame component A. Voorbeelden van mogelijke biobrandstoffen en percentage van de duurzame component Amendement 55 Bijlage, deel A, alinea 2 biodiesel : een voor gebruik als biobrandstof bestemde vloeibare brandstof van dieselkwaliteit die is gewonnen uit biomassa of afgewerkte frituurolie; biodiesel : een met norm pren14214 voor vetzuurmethylesters (fatty acid methyl esters FAME) strokende, voor gebruik als biobrandstof bestemde vloeibare brandstof van dieselkwaliteit die is gewonnen uit biomassa, met inbegrip van dierlijke vetten, talkvet afkomstig van de vilderij, of afgewerkte frituurolie /02 jel/dl/mm 22

23 Amendement 56 Bijlage, deel A, alinea's 3, 4 en 5 biogas : een voor gebruik als biobrandstof bestemd, door anaërobe fermentatie van biomassa en/of de biologisch afbreekbare afvalfractie geproduceerd brandstofgas dat kan worden gezuiverd tot aardgaskwaliteit; biomethanol : voor gebruik als biobrandstof bestemd methanol dat is gewonnen uit biomassa en/of de biologisch afbreekbare afvalfractie; biodimethylether : een voor gebruik als biobrandstof bestemde brandstof van dieselkwaliteit die is geproduceerd uit biomassa en/of de biologisch afbreekbare afvalfractie; biogas : een voor gebruik als biobrandstof bestemd, door anaërobe fermentatie van biomassa geproduceerd brandstofgas dat kan worden gezuiverd tot aardgaskwaliteit; biomethanol : voor gebruik als biobrandstof bestemd methanol dat is gewonnen uit biomassa; biodimethylether : een voor gebruik als biobrandstof bestemde brandstof van dieselkwaliteit die is geproduceerd uit biomassa; Amendement 57 Bijlage, deel A, alinea 6 bio-olie : een voor gebruik als biobrandstof bestemde brandstof in de vorm van pyrolyse-olie die is geproduceerd uit biomassa; Schrappen Amendement 58 Bijlage, deel A, alinea 6 bis (nieuw) "biowaterstof": voor gebruik als biobrandstof bestemde waterstof die is geproduceerd uit biomassa; Amendement 59 Bijlage, deel B, tabel, kolom 3 B. Minimumhoeveelheid verkochte biobrandstof als percentage van de totale hoeveelheid benzine en dieselolie: Jaar % Waarvan minimaal bijgemengd in andere brandstoffen (% ,75 - B. Minimumhoeveelheid verkochte biobrandstof als percentage van de totale hoeveelheid benzine en dieselolie: Jaar % , /02 jel/dl/mm 23

24 2007 3, , ,75 1, , , , /02 jel/dl/mm 24

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Gewijzigd voorstel voor een Brussel, 12.09.2002 COM(2002) 508 definitief 2001/0265 (COD) RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot bevordering van het

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 september 2002 (23.09) (OR. en) 12004/02 Interinstitutioneel dossier: 2001/00265 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 17 september 2002 (23.09) (OR. en) 12004/02 Interinstitutioneel dossier: 2001/00265 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 september 2002 (23.09) (OR. en) 12004/02 Interinstitutioneel dossier: 2001/00265 (COD) ENER 185 TRANS 226 ENV 479 FISC 234 CODEC 1085 INFORMATIEVE NOTA van: het secretariaat-generaal

Nadere informatie

(momenteel 98 %) in de vervoerssector door toepassing van alternatieve brandstoffen, zoals biobrandstoffen, verminderd wordt.

(momenteel 98 %) in de vervoerssector door toepassing van alternatieve brandstoffen, zoals biobrandstoffen, verminderd wordt. L 123/42 RICHTLIJN 2003/30/EG VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD van 8 mei 2003 ter bevordering van het gebruik van biobrandstoffen of andere hernieuwbare brandstoffen in het vervoer HET EUROPEES PARLEMENT

Nadere informatie

10819/03 Interinstitutioneel dossier: 2001/0245 (COD)

10819/03 Interinstitutioneel dossier: 2001/0245 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 8 juli 2003 (14.07) (OR. en) 10819/03 Interinstitutioneel dossier: 2001/0245 (COD) CODEC 891 JUR 273 ENV 362 MI 157 IND 96 ENER 204 NOTA van: aan: Betreft: het secretariaat-generaal

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 juni 2002 (02.07) (OR. en) 9841/02 Interinstitutioneel dossier: 2002/0040 (COD) CODEC 741 ENT 101 ENV 368

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 juni 2002 (02.07) (OR. en) 9841/02 Interinstitutioneel dossier: 2002/0040 (COD) CODEC 741 ENT 101 ENV 368 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 27 juni 2002 (02.07) (OR. en) 9841/02 Interinstitutioneel dossier: 2002/0040 (COD) CODEC 741 ENT 101 ENV 368 INFORMATIEVE NOTA Betreft: Voorstel voor een richtlijn van

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2005 706 Besluit van 16 december 2005 tot wijziging van het Besluit tankstations milieubeheer (implementatie richtlijn nr. 2003/30/EG) Wij Beatrix,

Nadere informatie

*** ONTWERPAANBEVELING

*** ONTWERPAANBEVELING Europees Parlement 2014-2019 Commissie internationale handel 2016/0383(E) 9.6.2017 *** ONTWERPAANBEVELING over het ontwerp van besluit van de Raad betreffende de sluiting van de Overeenkomst tussen de

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 oktober 2002 (29.10) 13344/02 Interinstitutional File: 2001/0107 (COD) LIMITE

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 oktober 2002 (29.10) 13344/02 Interinstitutional File: 2001/0107 (COD) LIMITE Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 21 oktober 2002 (29.10) 13344/02 Interinstitutional File: 2001/0107 (COD) LIMITE PUBLIC ENV 597 ENT 142 ENER 228 CODEC 1306 INLEIDENDE NOTA van : het secretariaat-generaal

Nadere informatie

Jaarrekening van bepaalde vennootschapsvormen wat micro-entiteiten betreft ***I

Jaarrekening van bepaalde vennootschapsvormen wat micro-entiteiten betreft ***I P7_TA(200)0052 Jaarrekening van bepaalde vennootschapsvormen wat micro-entiteiten betreft ***I Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 0 maart 200 over het voorstel voor een richtlijn van het

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 8 januari 2003 (09.01) (OR. fr) 5105/03 FISC 2

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 8 januari 2003 (09.01) (OR. fr) 5105/03 FISC 2 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 8 januari 2003 (09.01) (OR. fr) 5105/03 FISC 2 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Sylvain BISARRE, directeur, namens de secretaris-generaal van de Europese Commissie ingekomen:

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ADVIES VAN DE COMMISSIE

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN ADVIES VAN DE COMMISSIE COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 1.8.2006 COM(2006) 434 definitief 2003/0210 (COD) ADVIES VAN DE COMMISSIE overeenkomstig artikel 251, lid 2, derde alinea, onder c), van het EG-Verdrag

Nadere informatie

De rapporteur, mevrouw Katerina BATZELI (PES - EL), heeft namens de Commissie cultuur en onderwijs een verslag met vijf amendementen ingediend.

De rapporteur, mevrouw Katerina BATZELI (PES - EL), heeft namens de Commissie cultuur en onderwijs een verslag met vijf amendementen ingediend. RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 5 september 2008 (9.09) (OR. en) 2677/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0025 (COD) CODEC 054 EDUC 202 SOC 473 OTA van: aan: Betreft : het secretariaat-generaal het

Nadere informatie

5291/03 pau/ld 1 JUR

5291/03 pau/ld 1 JUR RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 januari 2003 (24.01) (OR. en) 5291/03 Interinstitutioneel dossier: 2002/0112 (COD) CODEC 32 DRS 2 INFORMATIEVE NOTA Betreft: Voorstel voor een richtlijn van het Europees

Nadere informatie

gezien de mededeling van de Commissie (COM(2002) 431 C5-0573/2002),

gezien de mededeling van de Commissie (COM(2002) 431 C5-0573/2002), P5_TA(2003)0486 Belasting van personenauto s in de Europese Unie Resolutie van het Europees Parlement over de mededeling van de Commissie inzake belasting van personenauto s in de Europese Unie (COM(2002)

Nadere informatie

Commissie interne markt en consumentenbescherming. van de Commissie interne markt en consumentenbescherming

Commissie interne markt en consumentenbescherming. van de Commissie interne markt en consumentenbescherming EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie interne markt en consumentenbescherming 2010/0298(COD) 4.3.2011 ONTWERPADVIES van de Commissie interne markt en consumentenbescherming aan de Commissie milieubeheer,

Nadere informatie

De rapporteur, mevrouw Katerina BATZELI (PES - EL), heeft namens de Commissie cultuur en onderwijs een verslag met vijf amendementen ingediend.

De rapporteur, mevrouw Katerina BATZELI (PES - EL), heeft namens de Commissie cultuur en onderwijs een verslag met vijf amendementen ingediend. RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 5 september 2008 (23.09) (OR. en) 2673/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0024 (COD) CODEC 052 CULT 94 CADREFI 8 OTA van: aan: Betreft : het secretariaat-generaal het

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 23 februari 2012 (02.03) (OR. en) RAAD VA DE EUROPESE U IE. 6788/12 Interinstitutioneel dossier: 2011/0092 (C S) LIMITE

PUBLIC. Brussel, 23 februari 2012 (02.03) (OR. en) RAAD VA DE EUROPESE U IE. 6788/12 Interinstitutioneel dossier: 2011/0092 (C S) LIMITE eil UE PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 23 februari 2012 (02.03) (OR. en) 6788/12 Interinstitutioneel dossier: 2011/0092 (C S) LIMITE FISC 25 E ER 65 E V 134 OTA van: aan: Betreft: het voorzitterschap

Nadere informatie

NL In verscheidenheid verenigd NL 4.9.2013 A7-0279/186. Amendement. Corinne Lepage, Jens Rohde namens de ALDE-Fractie

NL In verscheidenheid verenigd NL 4.9.2013 A7-0279/186. Amendement. Corinne Lepage, Jens Rohde namens de ALDE-Fractie 4.9.2013 A7-0279/186 Amendement 186 Corinne Lepage, Jens Rohde namens de ALDE-Fractie Verslag A7-0279/2013 Corinne Lepage Richtlijn inzake kwaliteit van benzine en van dieselbrandstof en richtlijn inzake

Nadere informatie

9975/16 mak/cle/sv 1 DRI

9975/16 mak/cle/sv 1 DRI Raad van de Europese Unie Brussel, 10 juni 2016 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2015/0906 (COD) 9975/16 INFORMATIEVE NOTA van: aan: Betreft: I. INLEIDING het secretariaat-generaal van de Raad CODEC

Nadere informatie

De meeste delegaties steunden de compromistekst en onderstreepten daarbij hun bereidheid om te streven naar een akkoord bij de eerste lezing.

De meeste delegaties steunden de compromistekst en onderstreepten daarbij hun bereidheid om te streven naar een akkoord bij de eerste lezing. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 25 april 2001 (04.05) (OR. en) 7725/01 Interinstitutioneel dossier: 2000/0211 (COD) LIMITE ENT 55 ENV 166 CODEC 319 RESULTAAT BESPREKINGEN van: het secretariaat-generaal

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 januari 2003 (28.01) (OR. en) 15528/02 ADD 1. Interinstitutioneel dossier: 2001/0077 (COD) ENER 315 CODEC 1640

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 21 januari 2003 (28.01) (OR. en) 15528/02 ADD 1. Interinstitutioneel dossier: 2001/0077 (COD) ENER 315 CODEC 1640 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 21 januari 2003 (28.01) (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2001/0077 (COD) 15528/02 ADD 1 ENER 315 CODEC 1640 ONTWERP-MOTIVERING VAN DE RAAD Betreft: Gemeenschappelijk

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 8 maart 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0047 (NLE) 7098/17 VOORSTEL van: ingekomen: 3 maart 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: AELE 28 EEE 7 N 9 ISL 4 FL

Nadere informatie

5212/14 ver/bar/dp 1 DPG

5212/14 ver/bar/dp 1 DPG RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 17 januari 2014 (OR. en) 5212/14 Interinstitutioneel dossier: 2012/0191(COD) CODEC 55 ENV 21 ENT 7 PE 5 INFORMATIEVE NOTA van: het secretariaat-generaal van de Raad aan:

Nadere informatie

***II GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT

***II GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT EUROPEES PARLEMENT 1999 Zittingsdocument 2004 C5-0028/1999 19/07/1999 ***II GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT Betreft: GEMEENSCHAPPELIJK STANDPUNT (EG) Nr. /99 DOOR DE RAAD VASTGESTELD OP 22.04.1999 MET HET

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 4 september 2001 (06.09) (OR. fr) 11580/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0186 (COD) ENT 175 EEE 60 SAN 99 CODEC 831 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Bernhard ZEPTER,

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2003) 1127 def.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2003) 1127 def. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 28 oktober 2003 (OR. fr) 14051/03 Interinstitutioneel dossier: 2001/0255 (COD) ENT 194 ENV 570 CODEC 1478 INGEKOMEN DOCUMENT van: mevrouw Patricia BUGNOT, directeur,

Nadere informatie

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 24 mei 2012 (30.05) (OR. en) 10175/12 Interinstitutioneel dossier: 2011/0131 (COD)

RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 24 mei 2012 (30.05) (OR. en) 10175/12 Interinstitutioneel dossier: 2011/0131 (COD) RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 24 mei 202 (30.05) (OR. en) 075/2 Interinstitutioneel dossier: 20/03 (COD) CODEC 376 ECOFI 423 UEM PE 23 I FORMATIEVE OTA van: het secretariaat-generaal aan: het Comité

Nadere informatie

L 328/32 Publicatieblad van de Europese Unie BIJLAGE A

L 328/32 Publicatieblad van de Europese Unie BIJLAGE A L 328/32 Publicatieblad van de Europese Unie 6.12.2008 BIJLAGE A Lijst van communautaire wetgeving vastgesteld overeenkomstig het EG-Verdrag waarvan schending een wederrechtelijk handelen in de zin van

Nadere informatie

ONTWERPADVIES. NL In verscheidenheid verenigd NL 2012/0288(COD) 10.4.2013. van de Commissie vervoer en toerisme

ONTWERPADVIES. NL In verscheidenheid verenigd NL 2012/0288(COD) 10.4.2013. van de Commissie vervoer en toerisme EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie vervoer en toerisme 10.4.2013 2012/0288(COD) ONTWERPADVIES van de Commissie vervoer en toerisme aan de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie ONTWERPVERSLAG

EUROPEES PARLEMENT. Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie ONTWERPVERSLAG EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie 3 september 2002 VOORLOPIGE VERSIE 2002/2068(COS) ONTWERPVERSLAG over de mededeling van de Commissie over alternatieve

Nadere informatie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0258/36. Amendement. Peter Liese namens de PPE-Fractie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0258/36. Amendement. Peter Liese namens de PPE-Fractie 8.9.2017 A8-0258/36 36 Artikel 1 alinea 1 punt -1 bis (nieuw) Richtlijn 2003/87/EG Artikel 3 quinquies lid 2 Bestaande tekst 2. Vanaf 1 januari 2013 wordt 15 % van de rechten geveild. Dit percentage kan

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD. betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 28.02.2006 COM(2006) 89 definitief Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD betreffende bepaalde handelsnormen voor eieren (door de Commissie ingediend)

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 juli 2001 (19.07) (OR. en) 10497/01 Interinstitutioneel dossier: 2000/0249 (COD) LIMITE CODEC 683 SURE 43

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 16 juli 2001 (19.07) (OR. en) 10497/01 Interinstitutioneel dossier: 2000/0249 (COD) LIMITE CODEC 683 SURE 43 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 16 juli 2001 (19.07) (OR. en) 10497/01 Interinstitutioneel dossier: 2000/0249 (COD) LIMITE CODEC 683 SURE 43 INFORMATIEVE NOTA Betreft: voorstel voor een richtlijn van

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. van [...]

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD. van [...] EUROPESE COMMISSIE Brussel, 15.6.2010 COM(2010)280 definitief 2010/0168 (E) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD van [...] betreffende de verplichte toepassing van Reglement nr. 100 van de Economische

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE PUBLIC Brussel, 2 september 2008 (10.09) (OR. en) 12600/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0030 (COD) LIMITE AGRILEG 144 CODEC 1043 NOTA I-PUNT van: aan: nr. Comv.:

Nadere informatie

AMENDEMENTEN ingediend door de Commissie economische en monetaire zaken

AMENDEMENTEN ingediend door de Commissie economische en monetaire zaken 5.9.2018 A8-0260/ 001-023 AMENDEMENTEN 001-023 ingediend door de Commissie economische en monetaire zaken Verslag Tom Vandenkendelaere A8-0260/2018 Gemeenschappelijk btw-stelsel met betrekking tot de speciale

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 december 2001 (12.12) (OR. fr) 13825/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0008 (COD) CODEC 1167 SOC 437

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 3 december 2001 (12.12) (OR. fr) 13825/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0008 (COD) CODEC 1167 SOC 437 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 3 december 2001 (12.12) (OR. fr) 13825/01 Interinstitutioneel dossier: 2001/0008 (COD) CODEC 1167 SOC 437 INFORMATIEVE NOTA Betreft: voorstel voor een richtlijn van het

Nadere informatie

NL In verscheidenheid verenigd NL. Amendement

NL In verscheidenheid verenigd NL. Amendement 11.1.2018 A8-0392/296 296 Kathleen Van Brempt, Jo Leinen namens de S&D-Fractie Artikel 26 lid 5 inleidende formule 5. De biobrandstoffen, vloeibare biomassa en biomassabrandstoffen uit bosbiomassa die

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 26 september 2006 (OR. en) 12758/06 Interinstitutioneel dossier: 2005/0204 (CNS) ASIM 63 OC 655 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: BESCHIKKING VAN DE

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT. Brussel, 7 juni 2010 (OR. en) 2009/0138 (COD) PE-CONS 23/10 AGRI 209 POSEICAN 7 POSEIDOM 7 POSEIMA 7 CODEC 506

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT. Brussel, 7 juni 2010 (OR. en) 2009/0138 (COD) PE-CONS 23/10 AGRI 209 POSEICAN 7 POSEIDOM 7 POSEIMA 7 CODEC 506 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 7 juni 2010 (OR. en) 2009/0138 (COD) PE-CONS 23/10 AGRI 209 POSEICAN 7 POSEIDOM 7 POSEIMA 7 CODEC 506 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft:

Nadere informatie

A8-0392/349

A8-0392/349 11.1.2018 A8-0392/349 349 Marijana Petir, Albert Deß, Peter Jahr, Norbert Lins, Markus Pieper, Patricija Šulin, Jurek, Beata Gosiewska, Urszula Krupa, Ryszard Czarnecki, Bolesław G. Piecha Artikel 2 alinea

Nadere informatie

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 259 van 18/08/98

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 259 van 18/08/98 bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 259 van 18/08/98 Gewijzigd voorstel voor een richtlijn van de Raad betreffende de vermindering van het zwavelgehalte van bepaalde vloeibare brandstoffen

Nadere informatie

1) Bij brief van 16 november 2005 heeft de Nederlandse overheid de bovengenoemde steunmaatregel aangemeld.

1) Bij brief van 16 november 2005 heeft de Nederlandse overheid de bovengenoemde steunmaatregel aangemeld. EUROPESE COMMISSIE Brussel, 22.XII.2005 C(2005)5946 Betreft: Steunmaatregel N 570/2005 - Nederland Vermindering accijns biobrandstoffen Excellentie, De Commissie deelt Nederland hierbij mede dat zij na

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Straatsburg, 13.11.2018 COM(2018) 744 final 2018/0385 (COD) Voorstel voor een BESLUIT VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD tot aanpassing van Richtlijn 2012/27/EU van het Europees Parlement

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 februari 2002 (28.02) (OR. fr) 6693/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0077 (COD) ECO 62 CODEC 257

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 27 februari 2002 (28.02) (OR. fr) 6693/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0077 (COD) ECO 62 CODEC 257 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 27 februari 2002 (28.02) (OR. fr) 6693/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0077 (COD) ECO 62 CODEC 257 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Sylvain BISARRE, directeur bij

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 2 juli 2004 (06.07) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE /04 Interinstitutioneel dossier: 2002/0254 (COD) LIMITE

PUBLIC. Brussel, 2 juli 2004 (06.07) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE /04 Interinstitutioneel dossier: 2002/0254 (COD) LIMITE Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 2 juli 2004 (06.07) (OR. en) 11061/04 Interinstitutioneel dossier: 2002/0254 (COD) LIMITE PUBLIC ENV 387 TOUR 14 AGRI 177 MAR 128 IND 91 CODEC 869 NOTA van:

Nadere informatie

A8-0392/337. Dario Tamburrano, Piernicola Pedicini, Eleonora Evi, David Borrelli, Rosa D'Amato, Marco Zullo namens de EFDD-Fractie

A8-0392/337. Dario Tamburrano, Piernicola Pedicini, Eleonora Evi, David Borrelli, Rosa D'Amato, Marco Zullo namens de EFDD-Fractie 11.1.2018 A8-0392/337 337 Overweging 7 (7) Bijgevolg is het passend om op Unieniveau een bindend streefcijfer van ten minste 27 % voor het aandeel hernieuwbare energie vast te stellen. De lidstaten moeten

Nadere informatie

***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING

***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING EUROPEES PARLEMENT 2014-2019 Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid 12.3.2015 2013/0371(COD) ***II ONTWERPAANBEVELING VOOR DE TWEEDE LEZING betreffende het standpunt van de Raad in

Nadere informatie

10329/17 mak/gar/ln 1 DRI

10329/17 mak/gar/ln 1 DRI Raad van de Europese Unie Brussel, 20 juni 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0186 (COD) 10329/17 INFORMATIEVE NOTA van: aan: Betreft: het secretariaat-generaal van de Raad CODEC 1059 CULT

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 december 2002 (17.12) (OR. fr) 15363/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0221 (COD) LIMITE

PUBLIC RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 13 december 2002 (17.12) (OR. fr) 15363/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0221 (COD) LIMITE Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 13 december 2002 (17.12) (OR. fr) 15363/02 Interinstitutioneel dossier: 2000/0221 (COD) LIMITE PUBLIC AGRILEG 262 CODEC 1618 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer

Nadere informatie

EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE COD 96/0117 PE-CO S 3633/98

EUROPEES PARLEME T EUROPESE U IE COD 96/0117 PE-CO S 3633/98 EUROPEES PARLEME T DE RAAD EUROPESE U IE Brussel, 8 januari 1999 (OR.f) COD 96/0117 PE-CO S 3633/98 DE LEG 77 CODEC 686 RICHTLIJ 99/ /EG VA HET EUROPEES PARLEME T E DE RAAD I ZAKE EXTRACTE VA KOFFIE E

Nadere informatie

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2011)0821),

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2011)0821), P7_TA(2013)0070 Het monitoren en beoordelen van ontwerpbegrotingsplannen en het garanderen van de correctie van buitensporige tekorten van de lidstaten van de eurozone ***I Wetgevingsresolutie van het

Nadere informatie

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000

bron : Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000 bron : http://www.emis.vito.be Publikatieblad van de Europese Gemeenschappen dd. 27-06-2000 Publicatieblad van de Europese Gemeenschappen PB C 177 E van 27/06/2000 Gewijzigd voorstel voor een beschikking

Nadere informatie

gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2003) 234) 1,

gezien het voorstel van de Commissie aan de Raad (COM(2003) 234) 1, P5_TA(2004)0176 BTW op postale dienstverlening * Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een richtlijn van de Raad tot wijziging van Richtlijn 77/388/EEG wat betreft de BTW

Nadere informatie

BioWanze De nieuwe generatie

BioWanze De nieuwe generatie BioWanze De nieuwe generatie BioWanze in het kort De grootste producent van bio-ethanol in België met een jaarlijkse capaciteit van maximum 300.000 m³ bio-ethanol. Het nieuwe generatie proces verzekert

Nadere informatie

Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid ONTWERPRESOLUTIE

Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid ONTWERPRESOLUTIE Europees Parlement 2014-2019 Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid 21.10.2016 2016/2903(RSP) ONTWERPRESOLUTIE naar aanleiding van vraag met verzoek om mondeling antwoord B8-0000/2016

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 30.4.2019 COM(2019) 207 final 2019/0100 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in te nemen standpunt in het Samenwerkingscomité

Nadere informatie

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van (datum), nr., Directie Wetgeving en Juridische Zaken;

Op de voordracht van de Staatssecretaris van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie van (datum), nr., Directie Wetgeving en Juridische Zaken; WIJ BEATRIX, BIJ DE GRATIE GODS, KONINGIN DER NEDERLANDEN, PRINSES VAN ORANJE- NASSAU, ENZ. ENZ. ENZ. Besluit van... houdende regels inzake diervoeders (Besluit diervoeders 2012) Besluit van Op de voordracht

Nadere informatie

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2011)0295),

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2011)0295), P7_TA-PROV(2012)0210 Uitgifte van euromunten ***I Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 22 mei 2012 over het voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende

Nadere informatie

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING. INTERPRETATIENOTA Nr. 2015-01

EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING. INTERPRETATIENOTA Nr. 2015-01 EUROPESE COMMISSIE DIRECTORAAT-GENERAAL LANDBOUW EN PLATTELANDSONTWIKKELING Directoraat I. Landbouwwetgeving en procedures I.1. Landbouwwetgeving; vereenvoudiging Datum van verspreiding 8.7.2015 INTERPRETATIENOTA

Nadere informatie

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2012)0217),

gezien het voorstel van de Commissie aan het Europees Parlement en de Raad (COM(2012)0217), P7_TA-PROV(2012)0267 Verzekering en herverzekering (Solvabiliteit II) ***I Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement van 3 juli 2012 over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid ***I ONTWERPVERSLAG

EUROPEES PARLEMENT Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid ***I ONTWERPVERSLAG EUROPEES PARLEMENT 2014-2019 Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid 12.1.2015 2014/0096(COD) ***I ONTWERPVERSLAG over het voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2001) 1331 def. COD 2000/0136.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2001) 1331 def. COD 2000/0136. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 6 september 2001 (07.09) (OR. fr) 11646/01 Interinstitutioneel dossier: 2000/0136 (COD) ENT 177 ENV 425 CODEC 485 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Bernhard ZEPTER, adjunct-secretaris-generaal

Nadere informatie

onder verwijzing naar zijn resolutie van 18 december 1997 over bestrijding van het tabaksgebruik 1,

onder verwijzing naar zijn resolutie van 18 december 1997 over bestrijding van het tabaksgebruik 1, P5_TA(2002)0559 Bestrijding van het tabaksgebruik Resolutie van het Europees Parlement over de preventie van roken en initiatieven ter verbetering van de bestrijding van het tabaksgebruik (2002/2167(INI))

Nadere informatie

AANGENOMEN TEKSTEN. Administratieve samenwerking en bestrijding van fraude op het gebied van belasting over de toegevoegde waarde *

AANGENOMEN TEKSTEN. Administratieve samenwerking en bestrijding van fraude op het gebied van belasting over de toegevoegde waarde * Europees Parlement 2014-2019 AANGENOMEN TEKSTEN P8_TA(2017)0472 Administratieve samenwerking en bestrijding van fraude op het gebied van belasting over de toegevoegde waarde * Wetgevingsresolutie van het

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie interne markt en consumentenbescherming. Commissie interne markt en consumentenbescherming

EUROPEES PARLEMENT. Commissie interne markt en consumentenbescherming. Commissie interne markt en consumentenbescherming EUROPEES PARLEMENT 2004 2009 Commissie interne markt en consumentenbescherming 9.11.2007 WERKDOCUMENT over het voorstel voor een Richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 25 september 2008 (OR. en) 2007/0102 (COD) PE-CONS 3667/08 AGRILEG 137 CODEC 989 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: RICHTLIJN VAN

Nadere informatie

Commissie interne markt en consumentenbescherming. van de Commissie interne markt en consumentenbescherming

Commissie interne markt en consumentenbescherming. van de Commissie interne markt en consumentenbescherming EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Commissie interne markt en consumentenbescherming 2011/0300(COD) 4.4.2012 ONTWERPADVIES van de Commissie interne markt en consumentenbescherming aan de Commissie industrie,

Nadere informatie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie

de heer Jordi AYET PUIGARNAU, directeur, namens de secretarisgeneraal van de Europese Commissie Raad van de Europese Unie Brussel, 24 januari 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0010 (NLE) 5569/17 ENV 50 COMPET 37 VOORSTEL van: ingekomen: 19 januari 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Straatsburg, 15 januari 2008 (OR. en) 2007/0141 (COD) LEX 871 PE-CONS 3687/1/07 REV 1 ENER 284 CODEC 1295 RICHTLIJN VAN HET EUROPEES PARLEMENT EN DE RAAD TOT

Nadere informatie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0341/45. Amendement. Roger Helmer, David Coburn namens de EFDD-Fractie

NL In verscheidenheid verenigd NL A8-0341/45. Amendement. Roger Helmer, David Coburn namens de EFDD-Fractie 9.12.2015 A8-0341/45 45 Overweging H H. overwegende dat klimaatverandering, niet-concurrerende energieprijzen en de bijzonder grote afhankelijkheid van onbetrouwbare leveranciers uit derde landen een bedreiging

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN. Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 8.7.2004 COM(2004) 468 definitief 2003/0091 (CNS) Gewijzigd voorstel voor een RICHTLIJN VAN DE RAAD tot wijziging van Richtlijn 77/388/EEG wat betreft

Nadere informatie

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995.

Hierbij gaat voor de delegaties Commissiedocument SEC(2008) 1995. RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 juni 2008 (13.06) (OR. fr) Interinstitutioneel dossier: 2008/0110 (COD) 10637/08 ADD 2 AGRILEG 104 CODEC 769 INGEKOMEN DOCUMENT van: de heer Jordi AYET PUIGARNAU,

Nadere informatie

(Mededelingen) MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE EUROPESE COMMISSIE

(Mededelingen) MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE EUROPESE COMMISSIE 21.11.2018 NL Publicatieblad van de Europese Unie C 421/1 II (Mededelingen) MEDEDELINGEN VAN DE INSTELLINGEN, ORGANEN EN INSTANTIES VAN DE EUROPESE UNIE EUROPESE COMMISSIE Mededeling van de Commissie Goedkeuring

Nadere informatie

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag

Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag Richtlijn 98/59/EG van de Raad van 20 juli 1998 betreffende de aanpassing van de wetgevingen van de lidstaten inzake collectief ontslag Publicatieblad Nr. L 225 van 12/08/1998 blz. 0016-0021 DE RAAD VAN

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en) Raad van de Europese Unie Brussel, 9 juni 2017 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2017/0124 (NLE) 10201/17 FISC 137 VOORSTEL van: ingekomen: 8 juni 2017 aan: Nr. Comdoc.: Betreft: de heer Jordi AYET

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 6.11.2017 COM(2017) 640 final 2017/0282 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt

Nadere informatie

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 8 december 2008 (OR. fr) 16242/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0058 (C S) LIMITE FISC 171

PUBLIC RAAD VA DE EUROPESE U IE. Brussel, 8 december 2008 (OR. fr) 16242/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0058 (C S) LIMITE FISC 171 Conseil UE RAAD VA DE EUROPESE U IE Brussel, 8 december 2008 (OR. fr) PUBLIC 16242/08 Interinstitutioneel dossier: 2008/0058 (C S) LIMITE FISC 171 WETGEVI GSBESLUITE E A DERE I STRUME TE Betreft: RICHTLIJN

Nadere informatie

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.

Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 20235 12 april 2017 Regeling van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu, van 11 april 2017, nr. IENM/BSK-2017/77953,

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 12 september 2011 (OR. en) 10765/1/11 REV 1. Interinstitutioneel dossier: 2009/0035 (COD)

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 12 september 2011 (OR. en) 10765/1/11 REV 1. Interinstitutioneel dossier: 2009/0035 (COD) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 12 september 2011 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2009/0035 (COD) 10765/1/11 REV 1 DRS 87 COMPET 217 ECOFIN 294 CODEC 917 PARLNAT 203 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE

Nadere informatie

"Culturele Hoofdstad van Europa" voor het tijdvak 2005 tot 2019 ***I

Culturele Hoofdstad van Europa voor het tijdvak 2005 tot 2019 ***I P5_TA(2004)0361 "Culturele Hoofdstad van Europa" voor het tijdvak 2005 tot 2019 ***I Wetgevingsresolutie van het Europees Parlement over het voorstel voor een besluit van het Europees Parlement en de Raad

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 augustus 2010 (OR. en) 13033/10 ENV 547 ENT 102

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 31 augustus 2010 (OR. en) 13033/10 ENV 547 ENT 102 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 31 augustus 2010 (OR. en) 13033/10 ENV 547 ENT 102 INGEKOMEN DOCUMENT van: de Europese Commissie ingekomen: 23 augustus 2010 aan: het secretariaat-generaal van de Raad

Nadere informatie

BESLUITEN. Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 192, lid 1, en artikel 218, lid 9,

BESLUITEN. Gezien het Verdrag betreffende de werking van de Europese Unie, en met name artikel 192, lid 1, en artikel 218, lid 9, L 104/20 NL 20.4.2017 BESLUITEN BESLUIT (EU) 2017/710 VAN DE RAAD van 3 april 2017 betreffende het namens de Europese Unie in het Gemengd Comité van de EER in te nemen standpunt over een wijziging van

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid. aan de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling

EUROPEES PARLEMENT. Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid. aan de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid VOORLOPIGE VERSIE 2003/0002(CNS) 20 mei 2003 ONTWERPADVIES van de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en consumentenbeleid

Nadere informatie

A7-0440/ AMENDEMENTEN ingediend door de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid

A7-0440/ AMENDEMENTEN ingediend door de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid 10.1.2014 A7-0440/ 001-016 AMENDEMENTEN 001-016 ingediend door de Commissie milieubeheer, volksgezondheid en voedselveiligheid Verslag Julie Girling Honing A7-0440/2013 (COM(2012)0530 C7-0304/2012 2012/0260(COD))

Nadere informatie

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en)

Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en) Conseil UE Raad van de Europese Unie Brussel, 9 maart 2018 (OR. en) Interinstitutioneel dossier: 2016/0399 (COD) 6932/18 LIMITE NOTA I/A-PUNT van: aan: het voorzitterschap INST 96 JUR 109 CODEC 343 JUSTCIV

Nadere informatie

Culturele hoofdsteden van Europa voor de periode 2020 tot Voorstel voor een besluit (COM(2016)0400 C8-0223/ /0186(COD))

Culturele hoofdsteden van Europa voor de periode 2020 tot Voorstel voor een besluit (COM(2016)0400 C8-0223/ /0186(COD)) 7.6.2017 A8-0061/ 001-018 AMENDEMENTEN 001-018 ingediend door de Commissie cultuur en onderwijs Verslag Santiago Fisas Ayxelà Culturele hoofdsteden van Europa voor de periode 2020 tot 2033 A8-0061/2017

Nadere informatie

NL Publicatieblad van de Europese Unie L 157/ 87. RICHTLIJN 2004/74/EG VAN DE RAAD van 29 april 2004

NL Publicatieblad van de Europese Unie L 157/ 87. RICHTLIJN 2004/74/EG VAN DE RAAD van 29 april 2004 30.4.2004 NL Publicatieblad van de Europese Unie L 157/ 87 RICHTLIJN 2004/74/EG VAN DE RAAD van 29 april 2004 tot wijziging van Richtlijn 2003/96/EG teneinde bepaalde lidstaten toe te staan om tijdelijke

Nadere informatie

De nieuwe energie-efficiëntierichtlijn - Uitdagingen & oplossingen -

De nieuwe energie-efficiëntierichtlijn - Uitdagingen & oplossingen - De nieuwe energie-efficiëntierichtlijn l - Uitdagingen & oplossingen - DG Energie 22 juni 2011 ENERGIEVOORZIENING NOG AFHANKELIJKER VAN IMPORT Te verwachten scenario gebaseerd op cijfers in 2009 in % OLIE

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling. van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling

EUROPEES PARLEMENT Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling. van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling EUROPEES PARLEMENT 2014-2019 Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling 27.3.2015 2014/0256(COD) ONTWERPADVIES van de Commissie landbouw en plattelandsontwikkeling aan de Commissie milieubeheer, volksgezondheid

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT TRANS 134 CODEC 408

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT TRANS 134 CODEC 408 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 20 april 2004 (OR. en) 2002/0025 (COD) C5-0156/04 PE-CONS 3641/04 TRANS 134 CODEC 408 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Richtlijn

Nadere informatie

Publicatieblad van de Europese Unie L 357/3

Publicatieblad van de Europese Unie L 357/3 2.12.2004 Publicatieblad van de Europese Unie L 357/3 VERORDENING (EG) Nr. 2060/2004 VAN DE RAAD van 22 november 2004 tot wijziging van Verordening (EG) nr. 2702/1999 inzake voorlichtings- en afzetbevorderingsacties

Nadere informatie

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD

Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 19.1.2017 COM(2017) 23 final 2017/0010 (NLE) Voorstel voor een VERORDENING VAN DE RAAD tot wijziging van bijlage III bij Richtlijn 2008/98/EG van het Europees Parlement en de

Nadere informatie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie

EUROPEES PARLEMENT. Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie. van de Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie EUROPEES PARLEMENT 1999 2004 Commissie industrie, externe handel, onderzoek en energie VOORLOPIGE VERSIE 2003/0119(COD) 21 oktober 2003 ONTWERPADVIES van de Commissie industrie, externe handel, onderzoek

Nadere informatie

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD

Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD EUROPESE COMMISSIE Brussel, 22.2.2017 COM(2017) 86 final 2017/0038 (NLE) Voorstel voor een BESLUIT VAN DE RAAD tot vaststelling van het namens de Europese Unie in de betrokken comités van de Economische

Nadere informatie

PUBLIC. Brussel, 2 juni 2003 (11.06) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. 9919/03 Interinstitutioneel dossier: 2002/0286 (CNS) LIMITE FISC 87 ENER 164

PUBLIC. Brussel, 2 juni 2003 (11.06) (OR. en) RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. 9919/03 Interinstitutioneel dossier: 2002/0286 (CNS) LIMITE FISC 87 ENER 164 Conseil UE RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 2 juni 2003 (11.06) (OR. en) 9919/03 Interinstitutioneel dossier: 2002/0286 (CNS) LIMITE PUBLIC FISC 87 ENER 164 NOTA van: het voorzitterschap aan: de Groep

Nadere informatie

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT

COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT NL NL NL COMMISSIE VAN DE EUROPESE GEMEENSCHAPPEN Brussel, 7.1.2009 COM(2008)897 definitief 2006/0008 (COD) MEDEDELING VAN DE COMMISSIE AAN HET EUROPEES PARLEMENT overeenkomstig artikel 251, lid 2, tweede

Nadere informatie

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT 2004/0045 (COD) PE-CONS 3601/05 ENV 16 CODEC 22 OC 5

EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT 2004/0045 (COD) PE-CONS 3601/05 ENV 16 CODEC 22 OC 5 EUROPESE UNIE HET EUROPEES PARLEMENT DE RAAD Brussel, 8 februari 2005 (OR. en) 2004/0045 (COD) PE-CONS 3601/05 ENV 16 CODEC 22 OC 5 WETGEVINGSBESLUITEN EN ANDERE INSTRUMENTEN Betreft: Richtlijn van het

Nadere informatie

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 november 2006 (OR. en) 12131/6/06 REV 6 ADD 1. Interinstitutioneel Dossier: 2006/0005 (COD) ENV 429 CODEC 826

RAAD VAN DE EUROPESE UNIE. Brussel, 23 november 2006 (OR. en) 12131/6/06 REV 6 ADD 1. Interinstitutioneel Dossier: 2006/0005 (COD) ENV 429 CODEC 826 RAAD VAN DE EUROPESE UNIE Brussel, 23 november 2006 (OR. en) Interinstitutioneel Dossier: 2006/0005 (COD) 12131/6/06 REV 6 ADD 1 ENV 429 CODEC 826 MOTIVERING VAN DE RAAD Betreft: Gemeenschappelijk standpunt

Nadere informatie

Zittingsdocument B7-0000/2013 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2013

Zittingsdocument B7-0000/2013 ONTWERPRESOLUTIE. naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2013 EUROPEES PARLEMENT 2009-2014 Zittingsdocument 22.4.2013 B7-0000/2013 ONTWERPRESOLUTIE naar aanleiding van vraag voor mondeling antwoord B7-0000/2013 ingediend overeenkomstig artikel 115, lid 5, van het

Nadere informatie