GEZONDHEIDSZORG EN VERBLIJFSSTATUTEN

Transcriptie

1 GEZONDHEIDSZORG EN VERBLIJFSSTATUTEN 1. Asielzoekers 1.1. Ontvankelijkheidsfase Bijlage 25bis of 26bis met een lopend, opschortend beroep bij het CGVS Bijlage 25 of 26 (Let op: zonder Immatriculatie-Attest) Sociale hulpverlening A. Asielzoekers die na 3 januari 2001 asiel aanvroegen Asielzoekers die na 3 januari 2001 asiel aanvroegen en in de ontvankelijkheidsfase zijn, hebben recht op materiële hulpverlening in een aan hen toegewezen opvangcentrum, lokaal opvanginitiatief (LOI) of ander opvanginitiatief terug te vinden onder de code 207 in het wachtregister. Voor de materiële hulpverlening is het een vereiste dat men daadwerkelijk in dit centrum of initiatief woont, voor de medische steun niet. B. Asielzoekers die vóór 3 januari 2001 asiel aanvroegen Opgelet: personen die vóór 3 januari 2001 een asielaanvraag indienden, genieten wel maatschappelijke dienstverlening van het OCMW (in de praktijk betekent dit financiële steun) voorzover de asielprocedure nog steeds hangende is. Men kan zich vrij in België vestigen met het behoud van het recht op steun. C. Uitzonderingen Daarnaast bestaan er enkele zeldzamere uitzonderingen waarbij de Fedasil asielzoekers in ontvankelijkheidsfase toch een OCMW kan toewijzen Aansluiting ziekenfonds Er is geen aansluiting bij het ziekenfonds mogelijk, tenzij in volgende situaties: ziekenfonds; - men is kind (= jonger dan 25 jaar) ten laste (door afstamming, adoptie of onderhoud) van een gerechtigde die aangesloten is bij het ziekenfonds; - er is sprake van (illegaal) wit werk, b.v. wanneer men op basis van een vorig verblijfsstatuut mocht werken en de werkgever nog steeds sociale bijdragen betaalt i. (zéér uitzonderlijk) Het aansluiten van samenwonenden of ascendenten van de gerechtigde is theoretisch niet uitgesloten, maar zal in de praktijk niet gemakkelijk geaccepteerd worden Regeling medische kosten A. Asielzoekers die na 3 januari 2001 asiel aanvroegen Indien de asielzoeker verblijft in een opvangcentrum of een LOI zal dit centrum de raadpleging van een arts regelen en de kosten ten laste nemen. Indien hij buiten het 1

2 toegewezen opvangcentrum verblijft, moet in principe vooraf met het opvangcentrum of LOI contact worden genomen: - ofwel is er dan een voorafgaand akkoord van het centrum/loi en krijgt de asielzoeker een betalingsverbintenis (ook requisitoir genoemd); - ofwel is er geen voorafgaand akkoord en moet de asielzoeker het centrum/loi spoedig verwittigen en de factuur zo snel als mogelijk naar hen toesturen. Het centrum zal na onderzoek beslissen over de tenlasteneming van deze medische kosten. In geval van dringende medische hulpverlening in onvoorziene omstandigheden bestaat er een mogelijke uitzondering op deze bevoegdheidsregel ii. B. Asielzoekers die vóór 3 januari 2001 asiel aanvroegen (+ uitzonderingen) Diegenen die aan een OCMW werden toegewezen, kunnen best voorafgaandelijk aan dit OCMW vragen welke regeling op hen van toepassing is en indien mogelijk een betalingsverbintenis vragen voordat de medische verzorging plaatsvindt. Als dat niet gebeurde, moet het OCMW zo snel mogelijk verwittigd worden van de zorgen en moet de factuur ook zo snel mogelijk aan het OCMW bezorgd worden. Het is dan aangewezen dat die factuur met volmacht van de betrokkene en in diens naam naar het OCMW wordt verzonden. In geval van dringende medische hulpverlening in onvoorziene omstandigheden bestaat er een mogelijke uitzondering op deze bevoegdheidsregel ii. Het OCMW kan (een deel) van de kosten voor de medische zorgen op zich nemen. Het OCMW kan autonoom beslissen of het: - alle medische zorgen betaalt; - de patiënt alle medische kosten laat betalen. - de patiënt het remgeld tot een zekere hoogte laat betalen (enkel voor zij die bij een ziekenfonds zijn aangesloten, wat uitzonderlijk is) Als maatstaf geldt dat men een leven kan leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid iii Gegrondheidsfase Bijlage 25 of 26 ofwel met de stempel van DVZ én met een geldig Attest van immatriculatie model A (oranje kaart) ofwel met de positieve beslissing van het CGVS én met een geldig Attest van immatriculatie model A (oranje kaart) Sociale hulpverlening Er is recht op maatschappelijke dienstverlening: financiële steun ten belope van het equivalent van het leefloon en recht op tussenkomst in medische kosten door het toegewezen OCMW, terug te vinden onder de code 207 van het wachtregister. Of recht op materiele steun (steeds vrijwillig) voor zij die in een opvanginitiatief verblijven. Men kan zich vrij vestigen in België met behoud van het recht op steun Aansluiting ziekenfonds Er is een aansluiting bij het ziekenfonds mogelijk zonder dat men een wachttijd moet doorlopen: - ofwel als gerechtigde via witte of officiële tewerkstelling i ; - ofwel als persoon ten laste van een gerechtigde met wie samenwoonst soms vereist is; - ofwel als ingeschrevene in het rijksregister, in dit geval in het wachtregister. 2

3 Regeling medische kosten De klassieke regeling via het ziekenfonds is van toepassing. Indien men recht heeft op OCMW-dienstverlening, is het toegewezen OCMW verplicht om de betrokkene aan te sluiten bij een ziekenfonds naar keuze en indien vereist de bijdrage te betalen iv. Deze kosten worden door de Belgische Staat aan het OCMW terugbetaald. In geval van dringende medische hulpverlening in onvoorziene omstandigheden bestaat er een mogelijke uitzondering op deze bevoegdheidsregel ii. Het OCMW kan (een deel) van de kosten voor de medische zorgen op zich nemen. Het OCMW kan autonoom beslissen of het: - alle medische zorgen betaalt; - de patiënt het remgeld tot een zekere hoogte laat betalen; - de patiënt alle medische kosten laat betalen. Als maatstaf geldt dat men een leven kan leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid iii. Zij die 3 maanden ononderbroken of 6 maanden onderbroken het equivalent van het leefloon krijgen, of zij die een bruto belastbaar gezinsinkomen hebben dat kleiner is dan het leefloon cat. I, moeten geen basisbijdrage betalen. Deze eerste categorie heeft immers samen met de WIGW s (weduwen, invaliden, gepensioneerden en wezen) recht op een verhoogde tegemoetkoming van het ziekenfonds. Eenmaal de vrijstelling van bijdrageplicht toegekend is, blijft die behouden tot de 31ste december van het jaar dat volgt Erkende vluchtelingen Bewijs van inschrijving in Vreemdelingenregister (witte kaart) Sociale hulpverlening De Wet betreffende het recht op maatschappelijke integratie v is hier van toepassing. De vluchteling heeft recht op ofwel een leefloon, ofwel een tewerkstelling, ofwel een geïndividualiseerd project gericht op tewerkstelling. Het OCMW van de feitelijke verblijfplaats is bevoegd. Hier kan hij ook terecht voor zijn medische zorgen. In geval van dringende medische hulpverlening in onvoorziene omstandigheden bestaat er een mogelijke uitzondering op deze bevoegdheidsregel ii Aansluiting ziekenfonds Er is een aansluiting bij het ziekenfonds mogelijk zonder dat er een wachttijd moet doorlopen worden: - ofwel op basis van witte of officiële tewerkstelling; - ofwel als persoon ten laste van een gerechtigde met wie samenwoonst soms vereist is; - ofwel als ingeschrevene in het rijksregister, in dit geval het vreemdelingenregister Regeling medische kosten De klassieke regeling via het ziekenfonds is van toepassing. Indien men recht heeft op OCMW-dienstverlening, is het OCMW verplicht om de betrokkene aan te sluiten bij een ziekenfonds naar keuze en bij gebrek aan deze keuze bij de Hulpkas voor Ziekte en Invaliditeit. Het OCMW is niet verplicht deze bijdrage te betalen vi, maar indien zij dit wel doet, kan zij de kosten aan de Belgische staat terugvragen. Zij die 3 maanden ononderbroken of 6 maanden onderbroken het leefloon of het equivalent hiervan krijgen, of zij die een bruto belastbaar gezinsinkomen hebben dat kleiner is dan het 3

4 leefloon cat. I, moeten geen basisbijdrage betalen. Deze eerste categorie heeft immers samen met de WIGW s recht op een verhoogde tegemoetkoming van het ziekenfonds. Het OCMW kan (een deel) van de kosten voor de medische zorgen op zich nemen. Het OCMW kan autonoom beslissen of het: - alle medische zorgen betaalt; - de patiënt het remgeld tot een zekere hoogte laat betalen; - de patiënt alle medische kosten laat betalen. Als maatstaaf geldt dat men een leven kan leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid iii. 2. Mensen zonder wettig verblijf 2.1. Asielzoekers in beroep bij Raad van State tegen een negatieve beslissing van het Commissariaat-generaal voor Vluchtelingen en Staatlozen (CGVS) Een lopend beroep bij de Raad van State tegen een negatieve beslissing van het CGVS in de ontvankelijkheidfase van de asielprocedure Opgelet! Asielzoekers in beroep bij de Raad van State tegen een negatieve beslissing van de Dienst Vreemdelingenzaken, vallen onder categorie beschreven in 2.3. (cf. infra). Asielzoekers in beroep bij de Raad van State tegen een negatieve beslissing van de Vaste Beroepscommissie voor Vluchtelingen, vallen onder de categorie beschreven in 2.2. (cf. infra) Sociale hulpverlening A. Asielzoekers die na 3 januari 2001 asiel aanvroegen Asielzoekers met een negatief antwoord in de ontvankelijkheidsfase op een asielaanvraag ingediend na 3 januari 2001 krijgen enkel materiële opvang bij effectief verblijf in een toegewezen (federaal) opvangcentrum. Voor de medische steun moet hij er niet verblijven. B. Asielzoekers die vóór 3 januari 2001 asiel aanvroegen Asielzoekers met een negatief antwoord in de ontvankelijkheidsfase op een asielaanvraag ingediend vóór 3 januari 2001 hebben recht op de maatschappelijke dienstverlening door het toegewezen OCMW, terug te vinden onder de code 207 in het wachtregister Aansluiting ziekenfonds Er is geen aansluiting bij het ziekenfonds mogelijk, tenzij in volgende situaties: ziekenfonds - men is kind (= jonger dan 25 jaar) ten laste (door afstamming, adoptie of onderhoud) van een gerechtigde die aangesloten is bij het ziekenfonds - er is sprake van (illegale) witte tewerkstelling i ; b.v. wanneer men op basis van een vorig verblijfsstatuut mocht werken en de werkgever nog steeds sociale bijdragen betaalt - er is sprake van een uitlooprecht omdat het ziekenfonds zich baseert op een vroegere verblijfssituatie om zich in regel te stellen naar het volgend jaar toe; b.v. wanneer men op basis van een vorig verblijfsstatuut een ziekenfonds had (zéér uitzonderlijk) 4

5 Regeling medische kosten Men heeft recht op medische hulp. Het is niet aangewezen om de medische kosten via het K.B. Dringende Medische Hulp vii te verhalen. A. Asielzoekers die na 3 januari 2001 asiel aanvroegen Indien de asielzoeker verblijft in een opvangcentrum, moet dit centrum de raadpleging van een arts regelen en de kosten dragen. Indien hij buiten het toegewezen opvangcentrum verblijft, moet in principe vooraf met het opvangcentrum contact worden genomen. - Ofwel is er dan een voorafgaand akkoord van het centrum en krijgt de asielzoeker een betalingsverbintenis (ook requisitoir genoemd); - ofwel is er geen voorafgaand akkoord, en dan moet de asielzoeker het centrum spoedig verwittigen en de factuur zo snel als mogelijk naar hen toesturen. Het centrum zal na onderzoek beslissen over de tenlasteneming van deze medische kosten. In geval van dringende medische hulpverlening in onvoorziene omstandigheden bestaat er een mogelijke uitzondering op deze bevoegdheidsregel ii. B. Asielzoekers die vóór 3 januari 2001 asiel aanvroegen Diegenen die vóór 3 januari 2001 asiel aanvroegen en aan een OCMW werden toegewezen, kunnen best voorafgaandelijk aan dit OCMW vragen welke regeling op hen van toepassing is en indien mogelijk een betalingsverbintenis vragen voordat de medische zorgen plaatsvinden. Als dat niet gebeurde moet het OCMW zo snel mogelijk verwittigd worden van de zorgen en moet de factuur ook zo snel mogelijk aan het OCMW bezorgd worden. In geval van dringende medische hulpverlening in onvoorziene omstandigheden bestaat er een mogelijke uitzondering op deze bevoegdheidsregel ii Ongegrond verklaarde asielzoeker in beroep bij Raad van State tegen een negatieve beslissing van de Vaste Beroepscommissie voor Vluchtelingen (VBC) Een lopend beroep bij de Raad van State tegen een negatieve beslissing van de VBC in de gegrondheidsfase van de asielprocedure. Opgelet! Asielzoekers in beroep bij de Raad van State tegen een negatieve beslissing van de Dienst Vreemdelingenzaken, vallen onder categorie beschreven in 2.3. (cf. infra). Asielzoekers in beroep bij de Raad van State tegen een negatieve beslissing van het CGVS in de ontvankelijkheidfase van de asielprocedure, vallen onder categorie beschreven in 2.1. (cf. supra) Sociale hulpverlening Recht op maatschappelijke dienstverlening door het toegewezen OCMW, terug te vinden onder de code 207 in het wachtregister Aansluiting ziekenfonds Er is geen aansluiting bij het ziekenfonds mogelijk, tenzij in volgende situaties: ziekenfonds; - men is kind (= jonger dan 25 jaar) ten laste (door afstamming, adoptie of onderhoud) van een gerechtigde die aangesloten is bij het ziekenfonds; 5

6 - er is sprake van (illegaal) wit werk i, b.v. wanneer men op basis van een vorig verblijfsstatuut mocht werken en de werkgever nog steeds sociale bijdragen betaalt; - er is sprake van een uitlooprecht omdat het ziekenfonds zich baseert op een vroegere verblijfssituatie om zich in regel te stellen voor het volgende jaar. Er is een aanzienlijke kans dat de betrokkene nog een uitlooprecht heeft, aangezien hij zich tijdens zijn ontvankelijkheid in regel heeft kunnen stellen met het ziekenfonds Regeling medische kosten Men heeft recht op medische hulp. Het is niet aangewezen om de medische kosten via het K.B. Dringende Medische Hulp viii te verhalen. Men heeft recht op OCMW-steun, inclusief een mogelijke tussenkomst in de medische kosten. Men neemt best voorafgaandelijk contact op met het toegewezen OCMW. Als dat niet gebeurde moet het OCMW zo snel mogelijk verwittigd worden van de zorgen en moet de factuur ook zo snel mogelijk aan het OCMW bezorgd worden. In geval van dringende medische hulpverlening in onvoorziene omstandigheden bestaat er een mogelijke uitzondering op deze bevoegdheidsregel ii Mensen zonder wettig verblijf (zonder lopend beroep bij de Raad van State tegen het CGVS of de VBC) Uitvoerbaar bevel om het grondgebied te verlaten of een vreemdeling die geen wettige verblijfstitel kan voorleggen Sociale hulpverlening Geen recht op maatschappelijke dienstverlening van het OCMW is de algemene regel; tenzij er een andere procedure lopende is die wel rechten geeft. Hierbij wordt dan gedacht aan situaties die elders werden vermeld zoals b.v. een beroep bij de Raad van State tegen een negatieve beslissing van het CGVS (cf. 2.1.) en VBC (cf. 2.2.), een verzoek tot regularisatie op basis van de Regularisatiewet van 22 december 1999 (cf A. en A.). Er zijn uitzonderingen waar er wel recht is: o.m. voor minderjarigen in sommige omstandigheden (art van de organieke OCMW-wet van 8 juli 1976), soms in geval van vrijwillige terugkeer via IOM, bij mensen zonder wettig verblijf die in de onmogelijkheid verkeren om terug te keren of die onverwijderbaar zijn (b.v. om medische redenen of andere redenen), Zo veroordeelden arbeidsrechtbanken de OCMW s om de financiële hulpverlening aan vreemdelingen aan wie een bevel om het grondgebied te verlaten is betekend en die, om medische en/of humanitaire redenen, in de absolute onmogelijkheid zijn er gevolg aan te geven, toch verder te zetten of op te starten. Dit in navolging van het antwoord van het Arbitragehof op de prejudiciële vraag van 30 juni Aansluiting ziekenfonds Er is geen aansluiting bij het ziekenfonds mogelijk, tenzij in volgende situaties: ziekenfonds; - men is kind (= jonger dan 25 jaar) ten laste (door afstamming, adoptie of onderhoud) van een gerechtigde die aangesloten is bij het ziekenfonds; - er is sprake van (illegaal) wit werk, b.v. wanneer men op basis van een vorig verblijfsstatuut mocht werken en de werkgever nog steeds sociale bijdragen betaalt; 6

7 - er is sprake van een uitlooprecht omdat het ziekenfonds zich baseert op een vroegere verblijfssituatie om zich in regel te stellen voor het volgende jaar Regeling medische kosten Als sociale steun wordt toegekend (b.v. als gevolg van een vonnis van de arbeidsrechtbank) dan worden er medische zorgen toegekend in het kader van deze steunverlening en niet in het kader van de dringende medische hulp. Wanneer deze sociale steun niet wordt toegekend, heeft men nog steeds recht op dringende medische hulp. Deze hulp is zowel van preventieve als van curatieve aard en kan zowel ambulant als in een verpleeginstelling verstrekt worden. Het OCMW van de feitelijke verblijfplaats is bevoegd voor deze hulp, behalve in sommige uitzonderingen ii, dan kan het OCMW van de plaats van de zorgverstrekking de terugbetaling vragen bij de overheid. Het K.B. van 12 december 1996 regelt dit recht. Er bestaat echter (beperkte) rechtspraak die oordeelt dat het toegewezen OCMW of centrum van de code 207 bevoegd is Regularisatieaanvragers die geen wettig verblijf meer hebben via een andere procedure Ontvangstbewijs Wet 22 december 1999 (regularisatiecampagne jan 2000)Ontvangstbewijs aanvraag art. 9 lid 3 (wordt niet steeds meer afgegeven) Sociale hulpverlening A. Ontvangstbewijs van de Wet 22 december 1999 (regularisatiecampagne januari 2000) Volgens het Hof van Cassatie (17 juni 2002) hebben regularisatieaanvragers die wachten op een antwoord in het kader van hun regularisatieaanvraag (ingediend op basis van de Regularisatiewet van 22 december 1999) recht op OCMW-steun. De federale overheid wil deze steun niet terugbetalen aan de OCMW s, wat in de praktijk maakt dat deze steun vaak via de arbeidsrechtbank moet worden afgedwongen. Let op! Arbeidsrechtbanken veroordelen OCMW s tot het betalen van OCMW-steun aan vreemdelingen aan wie een bevel om het grondgebied te verlaten is betekend en die, om medische en/of humanitaire redenen, in de absolute onmogelijkheid zijn er gevolg aan te geven. Dit in navolging van het antwoord van het Arbitragehof op de prejudiciële vraag van 30 juni B. Ontvangstbewijs aanvraag art. 9 lid 3 (wordt niet steeds meer afgegeven) Geen recht op maatschappelijke dienstverlening van het OCMW is de algemene regel; tenzij er een andere procedure lopende is die wel rechten geeft (b.v. een beroep bij de Raad van State tegen een negatieve beslissing van het CGVS en VBC, een verzoek tot regularisatie op basis van de Regularisatiewet van 22 december 1999). Er zijn uitzonderingen waar er wel recht is: o.m. voor minderjarigen in sommige omstandigheden (art van de organieke OCMW-wet van 8 juli 1976), soms in geval van vrijwillige terugkeer via IOM, bij mensen zonder wettig verblijf die in de onmogelijkheid verkeren om terug te keren of die onverwijderbaar zijn (b.v. om medische redenen of andere redenen), Zo veroordeelden arbeidsrechtbanken de OCMW s om de financiële hulpverlening aan vreemdelingen aan wie een bevel om het grondgebied te verlaten is betekend en die, om medische en/of humanitaire redenen, in de absolute onmogelijkheid zijn er gevolg aan te geven, toch verder te zetten of op te starten. Dit in navolging van het antwoord van het Arbitragehof op de prejudiciële vraag van 30 juni

8 Aansluiting ziekenfonds A. Ontvangstbewijs Wet 22 december 1999 (regularisatiecampagne januari 2000) Er is geen aansluiting bij het ziekenfonds mogelijk, tenzij in volgende situaties: - er is sprake van witte of officiële tewerkstelling i ; ziekenfonds; - men is kind (= jonger dan 25 jaar) ten laste (door afstamming, adoptie of onderhoud) van een gerechtigde die aangesloten is bij het ziekenfonds; - er is sprake van een uitlooprecht omdat het ziekenfonds zich baseert op een vroegere verblijfssituatie om zich in regel te stellen voor het volgende jaar. Aangezien men mag werken, is het niet héél uitzonderlijk dat men in regel is met het ziekenfonds. B. Ontvangstbewijs aanvraag art. 9 lid 3 (wordt niet steeds meer afgegeven) Idem A, maar men heeft geen recht op officiële tewerkstelling, behalve wanneer men op basis van een andere procedure mocht werken Regeling medische kosten Zie Uitstel van vertrek of (tijdelijk) geregulariseerden 3.1. Een bevel om het grondgebied te verlaten met verlengingen Een verlengd bevel om het grondgebied te verlaten (= BGV met maandelijkse verlengingen) (Het gaat hier niet over verlengingen die worden toegekend in het kader van een opschortend beroep) Sociale hulpverlening Er is recht op maatschappelijke dienstverlening door het OCMW van de feitelijke verblijfplaats. In de praktijk stellen we vast dat wanneer de betrokkene op het moment van de verlenging in een open opvangcentrum verblijft, hij verder in dit opvangcentrum zal verblijven en daar zijn materiële hulp (incl. medische zorgen) zal ontvangen. Er bestaat echter (beperkte) rechtspraak die oordeelt dat het toegewezen OCMW of centrum van de code 207 bevoegd is. Let op! De DVZ stelt soms als voorwaarde van een verdere verlenging dat men niet ten laste mag vallen van de Belgische Staat (lees: ook OCMW) en dat men moet bewijzen dat men geen openstaande (medische) facturen heeft. In individuele dossiers heeft rechtspraak reeds aangetoond dat deze voorwaarden niet steeds gesteld mogen worden Aansluiting ziekenfonds Er is geen aansluiting bij het ziekenfonds mogelijk, tenzij in volgende situaties: ziekenfonds; - men is kind (= jonger dan 25 jaar) ten laste (door afstamming, adoptie of onderhoud) van een gerechtigde die aangesloten is bij het ziekenfonds; - er is sprake van (illegaal) wit werk i, b.v. wanneer men op basis van een vorig verblijfsstatuut mocht werken en de werkgever nog steeds sociale bijdragen betaalt; - er is sprake van een uitlooprecht omdat het ziekenfonds zich baseert op een vroegere verblijfssituatie om zich in regel te stellen voor het volgende jaar. 8

9 Regeling medische kosten Aangezien het bevel om het grondgebied te verlaten niet uitvoerbaar is, is het K.B. dringende medische hulp niet van toepassing. In de praktijk beroept men zich echter meestal op dringende medische hulp. Het OCMW van de feitelijke verblijfplaats is bevoegd voor de betaling van de medische kosten. In geval van dringende medische hulpverlening in onvoorziene omstandigheden bestaat er een mogelijke uitzondering op deze bevoegdheidsregel ii. Wanneer de betrokkene verblijft in een open opvangcentrum moet dit opvangcentrum tussenkomen voor de medische kosten Een bewijs van inschrijving in het Vreemdelingenregister van (on)bepaalde duur Bewijs van inschrijving in het Vreemdelingenregister (= BIVR), witte kaart Sociale hulpverlening Er is recht op maatschappelijke dienstverlening van het OCMW van de feitelijke verblijfplaats. Let op! Bij een BIVR van bepaalde duur stelt de DVZ soms als voorwaarde voor een verdere verlenging dat men niet ten laste mag vallen van de Belgische Staat (lees: ook OCMW) en dat men moet bewijzen dat men geen openstaande (medische) facturen heeft. In individuele dossiers heeft rechtspraak reeds aangetoond dat deze voorwaarden niet steeds gesteld mogen worden Aansluiting ziekenfonds Er is een aansluiting bij het ziekenfonds mogelijk: - ofwel op basis van witte of officiële tewerkstelling i ; - ofwel als persoon ten laste van een gerechtigde met wie samenwoonst soms vereist is; - ofwel als ingeschrevene in het rijksregister Regeling medische kosten De klassieke regeling via het ziekenfonds is van toepassing. Indien men recht heeft op OCMW-dienstverlening, is het OCMW verplicht om de betrokkene aan te sluiten bij een ziekenfonds naar keuze en bij gebrek aan deze keuze bij de Hulpkas voor Ziekte en Invaliditeit. Het OCMW is niet verplicht deze bijdrage te betalen ix, maar indien zij dit wel doet, kan zij de kosten aan de Belgische staat terugvragen. Zij die 3 maanden ononderbroken of 6 maanden onderbroken het leefloon of het equivalent hiervan krijgen, of zij die een bruto belastbaar gezinsinkomen hebben dat kleiner is dan het leefloon cat. I, moeten geen basisbijdrage betalen. Deze eerste categorie heeft immers samen met de WIGW s recht op een verhoogde tegemoetkoming van het ziekenfonds. 9

10 4. Gezinsherenigers 4.1. Onderzoeksfase Gezinshereniging met EU/EER/Belg : Bijlage 19 met een attest van immatriculatie, model A of model B (oranje kaart of paarse kaart), Gezinshereniging met niet EU/EER/Belg : Bijlage 15bis met een attest van Immatriculatie model A (Oranje kaart) Sociale hulpverlening Er is recht op maatschappelijke dienstverlening van het OCMW van de feitelijke verblijfplaats. Maar opgelet! Echtgenoten zijn verplicht om elkaar (financiële) bijstand te verlenen. In de praktijk zullen dan ook maar weinig gezinsherenigers in aanmerking komen voor OCMWsteun Aansluiting ziekenfonds Aangezien vreemdelingen die in het bezit zijn van een Immatriculatie-attest van rechtswege toegelaten zijn tot een verblijf van meer dan drie maanden in het Rijk én opgenomen zijn in het vreemdelingenregister, hebben zij in principe recht op een ziekenfonds. In de RIZIV-omzendbrief x die deze bewijsmodaliteiten vermeldt, wordt er echter niet verwezen naar deze doelgroep. Dit zorgt voor praktische problemen wanneer men zich in regel wenst te stellen met de ziekteverzekering. Los van het feit dat er weinig duidelijkheid bestaat betreffende een inschrijving in het ziekenfonds op basis van bovenstaande verblijfsdocumenten, kan men zich op basis van onderstaande regelgeving in veel voorkomende situaties toch in regel stellen: ziekenfonds. Men moet zijn huwelijksband en samenwoonst met de gerechtigde bewijzen. Deze samenwoonst kan in principe enkel door een uittreksel van het Rijksregister bewezen worden, maar de huwelijksakte kan evenzeer als bewijs van samenwoonst dienen indien blijkt dat dit in afwachting van een aanpassing in het Rijksregister is. Aangezien zij in het bezit zijn van een Immatriculatie-attest, kan deze samenwoonst aangeduid worden. - er is sprake van witte of officiële tewerkstelling i Regeling medische kosten De klassieke regeling via het ziekenfonds is van toepassing. Indien men recht heeft op OCMW-dienstverlening, is het OCMW verplicht om de betrokkene aan te sluiten bij een ziekenfonds naar keuze en bij gebrek aan deze keuze bij de Hulpkas voor Ziekte en Invaliditeit. Het OCMW is niet verplicht deze bijdrage te betalen xi, maar indien zij dit wel doet, kan zij de kosten aan de Belgische staat terugvragen. In geval van dringende medische hulpverlening in onvoorziene omstandigheden bestaat er een mogelijke uitzondering op deze bevoegdheidsregel ii. Zij die 3 maanden ononderbroken of 6 maanden onderbroken het equivalent van het leefloon krijgen, of zij die een bruto belastbaar gezinsinkomen hebben dat kleiner is dan het leefloon cat. I, moeten geen basisbijdrage betalen. Deze eerste categorie heeft immers samen met de WIGW s recht op een verhoogde tegemoetkoming van het ziekenfonds. 10

11 4.2. Tijdens onderzoeksfase, na beroep tegen negatieve beslissing Bijlage Sociale hulpverlening Recht op maatschappelijke dienstverlening van het OCMW van de feitelijke verblijfplaats. Maar opgelet! Echtgenoten zijn verplicht om elkaar (financiële) bijstand te verlenen. In de praktijk zullen dan ook maar weinig gezinsherenigers in aanmerking komen voor OCMWsteun Aansluiting ziekenfonds Aangezien vreemdelingen die in het bezit zijn van een Immatriculatie-attest van rechtswege toegelaten zijn tot een verblijf van meer dan drie maanden in het Rijk én opgenomen zijn in het vreemdelingenregister, hebben zij in principe recht op een ziekenfonds. In de RIZIVomzendbrief xii die deze bewijsmodaliteiten vermeldt, wordt er echter niet verwezen naar deze doelgroep. Dit zorgt voor praktische problemen wanneer men zich in regel wenst te stellen met de ziekteverzekering. Los van het feit dat er weinig duidelijkheid bestaat betreffende een inschrijving in het ziekenfonds op basis van bovenstaande verblijfsdocumenten, kan men zich op basis van onderstaande regelgeving in veel voorkomende situaties toch in regel stellen: ziekenfonds. Men moet zijn huwelijksband en samenwoonst met de gerechtigde bewijzen. Deze samenwoonst kan in principe enkel door een uittreksel van het Rijksregister bewezen worden, maar de huwelijksakte kan evenzeer als bewijs van samenwoonst dienen indien blijkt dat dit in afwachting van een aanpassing in het Rijksregister is. Aangezien het ministerie van Binnenlandse Zaken in zijn Omzendbrief van 17 juli 2001 aanbeveelt om mensen met een bijlage 35 in te schrijven in het Vreemdelingenregister (= deel van het Rijksregister) komen zij hiervoor in aanmerking. Meestal zijn zij trouwens in het bezit van een Immatriculatie-attest. - er is sprake van witte of officiële tewerkstelling i - er is sprake van een uitlooprecht omdat het ziekenfonds zich baseert op een vroegere verblijfssituatie om zich in regel te stellen voor het volgende jaar Regeling medische kosten De klassieke regeling via het ziekenfonds is van toepassing. Indien men recht heeft op OCMW-dienstverlening, is het OCMW verplicht om de betrokkene aan te sluiten bij een ziekenfonds naar keuze en bij gebrek aan deze keuze bij de Hulpkas voor Ziekte en Invaliditeit. Het OCMW is niet verplicht deze bijdrage te betalen xiii, maar indien zij dit wel doet, kan zij de kosten aan de Belgische staat terugvragen. In geval van dringende medische hulpverlening in onvoorziene omstandigheden bestaat er een mogelijke uitzondering op deze bevoegdheidsregel ii. Zij die 3 maanden ononderbroken of 6 maanden onderbroken het equivalent van het leefloon krijgen, of zij die een bruto belastbaar gezinsinkomen hebben dat kleiner is dan het leefloon cat. I, moeten geen basisbijdrage betalen. Deze eerste categorie heeft immers samen met de WIGW s recht op een verhoogde tegemoetkoming van het ziekenfonds. 11

12 4.3. Definitief verblijf Bewijs van inschrijving in het Vreemdelingenregister (BIVR,witte kaart) of identiteitskaart voor vreemdelingen (gele kaart) Sociale hulpverlening Zij die in het bezit zijn van een BIVR, hebben recht op maatschappelijke dienstverlening van het OCMW van de feitelijke verblijfplaats. Zodra ze in het bevolkingsregister worden ingeschreven, is de leefloonwet van toepassing en hebben zij recht op ofwel een leefloon, ofwel een tewerkstelling, ofwel een geïndividualiseerd project gericht op tewerkstelling Aansluiting ziekenfonds Er is een aansluiting bij het ziekenfonds mogelijk: - ofwel op basis van witte of officiële tewerkstelling i ; - ofwel als persoon ten laste van een gerechtigde met wie samenwoonst soms vereist is; - ofwel als ingeschrevene in het rijksregister Regeling medische kosten Normale regeling via het ziekenfonds. Cf Toeristen 5.1.Toeristen met een geldig visum, aankomstverklaring, stempel van binnenkomst Geldig visum, aankomstverklaring (= bijlage 3), stempel van binnenkomst Sociale hulpverlening In principe heeft men geen recht op maatschappelijke dienstverlening van het OCMW. De betrokkene moet voor zijn toeristenstatuut zelf bestaansmiddelen hebben (ofwel van zichzelf, ofwel van de tenlastenemer) en die bestaansmiddelen moeten ook de gezondheidszorgen dekken. Dit neemt niet weg dat men in zéér ernstige, vaak levensbedreigende, situaties recht heeft op maatschappelijke dienstverlening van het OCMW van de feitelijke verblijfplaats. De behoeftigheid moet echter worden vastgesteld en het OCMW zal de garant maximaal trachten aan te spreken Aansluiting ziekenfonds Er is geen aansluiting bij het ziekenfonds mogelijk, tenzij in volgende situaties: ziekenfonds; - men is kind (= jonger dan 25 jaar) ten laste (door afstamming, adoptie of onderhoud) van een gerechtigde die aangesloten is bij het ziekenfonds Regeling medische kosten Het K.B. dringende medische hulp is niet van toepassing aangezien men een wettig verblijf heeft. Men heeft in principe geen recht op een OCMW-tussenkomst voor de medische kosten, maar in geval van ernstige behoeftigheid (zie verder) is het OCMW van de feitelijke 12

13 verblijfplaats bevoegd. In geval van dringende medische hulpverlening in onvoorziene omstandigheden bestaat er een mogelijke uitzondering op deze bevoegdheidsregel ii. Men zal echter zo veel mogelijk verwijzen naar de verantwoordelijkheid van de betrokkene en de garant die de tenlasteneming ondertekend heeft. Deze laatste is verantwoordelijk tot 2 jaar na binnenkomst op het grondgebied. Er zijn uitzonderingen wanneer er geen garant is (of wanneer deze niet solvabel is, of niet gevonden wordt) en wanneer het gaat over ernstige (vaak levensbedreigende) situaties. Aldus de Omzendbrief xiv van 9 september 1998 kan de garant enkel aangesproken worden voor courante gezondheidszorgen en niet voor onverwachte, dringende medische hulpverlening (b.v. een ongeval). De afdwingbaarheid van deze omzendbrief wordt echter door sommigen betwist. Men doet er goed aan voorafgaandelijk informatie in te winnen bij zijn ziekenfonds in het herkomstland voor een tussenkomst in de zorgen die in België verstrekt worden; dit is voor geplande zorgen. Men kan ook een (privé-)reisverzekering afsluiten voor ongeplande medische kosten (men moet dus gezond zijn) Toeristen waarvan het wettig verblijf verlopen is Verstreken visum, verstreken aankomstverklaring (= bijlage 3), stempel van binnenkomst ouder dan drie maand Sociale hulpverlening Zie Aansluiting ziekenfonds Zie Regeling medische kosten Het is mogelijk dat men het K.B. dringende medische hulp (cf. 2.3.) niet (direct) toepast indien er een geldige tenlasteneming werd getekend. De garant die de tenlasteneming ondertekend heeft, is verantwoordelijk tot 2 jaar na binnenkomst. Er zijn uitzonderingen wanneer er geen garant is (of wanneer deze niet voldoende solvabel is, of gevonden wordt) en wanneer het gaat over ernstige (vaak levensbedreigende) situaties. Aldus de Omzendbrief xv van 9 september 1998 kan de garant enkel aangesproken worden voor courante gezondheidszorgen en niet voor onverwachte, dringende medische hulpverlening (b.v. een ongeval). De afdwingbaarheid van deze omzendbrief wordt echter door sommigen betwist. Men doet er goed aan voorafgaandelijk informatie in te winnen bij zijn ziekenfonds in het herkomstland voor een tussenkomst in de zorgen die in België verstrekt worden; dit is voor geplande zorgen. Men kan ook een (privé-)reisverzekering afsluiten voor ongeplande medische kosten (men moet dus gezond zijn). 13

14 6. (Niet-begeleide) minderjarigen 6.1. Illegaal verblijf Sociale hulpverlening A. Begeleide minderjarigen Minderjarigen die met hun ouders onwettig in België verblijven hebben recht op materiële hulp indien vaststaat dat de ouders hun onderhoudsplicht niet (kunnen) nakomen. Deze hulp moet onontbeerlijk zijn voor de (verdere) ontwikkeling van het kind en kan uitsluitend verstrekt worden in een federaal centrum. Het is de taak van het OCMW van de feitelijke verblijfplaats om deze behoeftigheid door middel van een sociaal onderzoek vast te stellen. De voorwaarden en modaliteiten van deze opvang moeten nog per K.B. geregeld worden. In afwachting van dit K.B. moet het OCMW nog tussenkomen voor de steun die uitsluitend zal dienen om die specifieke behoeften van het kind te dekken. OCMW s zullen hiervoor terugbetaald worden door de Staat indien zij door de arbeidsrechtbank werden veroordeeld. xvi Als de ouders wettig in België verblijven, hebben ze aldus rechtspraak een volledig recht op de OCMW-steun voor henzelf en hun illegaal verblijvende kinderen. B. Niet-begeleide minderjarigen Niet-begeleide minderjarigen kunnen ook opgevangen worden in een opvangcentrum. Voor de medische zorgen moet het OCMW wel tussenkomen voorzover de medische zorgen niet in die opvang voorzien zijn en de niet-begeleide minderjarige onvoldoende eigen middelen heeft. C. Uitzonderingen Het is nog niet duidelijk of (niet-begeleide) minderjarigen naar een centrum zullen verwezen worden of OCMW-steun zullen ontvangen in volgende situaties: in geval van vrijwillige terugkeer via IOM, bij mensen zonder wettig verblijf die in de onmogelijkheid verkeren om terug te keren of die onverwijderbaar zijn (bv. om medische redenen of andere redenen), Voor de programmawet van 22 december 2003 veroordeelden arbeidsrechtbanken de OCMW s om aan vreemdelingen aan wie een bevel om het grondgebied te verlaten is betekend en die, om medische en/of humanitaire redenen, in de absolute onmogelijkheid zijn er gevolg aan te geven, de financiële hulpverlening toch verder te zetten of op te starten. Dit in navolging van het antwoord van het Arbitragehof op de prejudiciële vraag van 30 juni Het is echter de vraag of deze rechten voor minderjarigen ook nog via het OCMW kan blijven verlopen Aansluiting ziekenfonds In principe kunnen minderjarigen (al dan niet begeleid) zich niet aansluiten bij het ziekenfonds, maar in sommige situaties zijn er aanzienlijke kansen om zich wel in regel te stellen bij het ziekenfonds: - men is kind xvii (= jonger dan 25 jaar) ten laste (door afstamming, adoptie of onderhoud) van een gerechtigde die aangesloten is bij het ziekenfonds; In principe volstaat het dat een band van afstamming of adoptie met de gerechtigde of diens echtgeno(o)t(e) aangetoond worden. Dit kan bewezen worden met geboorte- of adoptieakte. (art. 123, 3, lid a t.e.m. e van het K.B. van 3 juli 1996). Het is echter niet vereist om een hoofdverblijf in België aan te tonen. Deze jongere moet dus geen gezinssamenstelling of inschrijving in het Vreemdelingen- of bevolkingsregister voorleggen. 14

15 De jongeren die in België verblijven zonder dat er een band van afstamming of adoptie aangetoond kan worden met een gerechtigde of diens echtgeno(o)t(e), dienen hun onderhoud en hun hoofdverblijfplaats in België aan te tonen. Het feit dat de gerechtigde effectief instaat voor het onderhoud, kan blijken uit de samenwoonst, het feit dat de gerechtigde de kinderbijslag ontvangt, of het feit dat het kind aan de gerechtigde werd toegewezen door een vonnis, een notariële acte of bij gemeenschappelijk akkoord, neergelegd bij de rechtbank. De samenwoonst zal in principe blijken uit de gegevens van het Rijksregister, maar ook andere middelen van recht kunnen aangewend worden om deze samenwoonst te bewijzen. De leidend ambtenaar van de Dienst voor administratieve controle moet deze andere rechtsmiddelen goedkeuren. De praktijk zal uitmaken welke documenten in aanmerking komen als middelen van recht ; zij mogen echter niet tegenstrijdig zijn met de gegevens uit het Rijksregister. - er is sprake van (illegaal) wit werk of wettige tewerkstelling i via deeltijds onderwijs; ziekenfonds; - er is sprake van een uitlooprecht omdat het ziekenfonds zich baseert op een vroegere verblijfssituatie om zich in regel te stellen voor het volgende jaar Regeling medische kosten A. Als er materiële steun wordt toegekend door een federaal centrum, of als er maatschappelijke dienstverlening wordt toegekend door een OCMW, dan worden er medische zorgen toegekend in het kader van deze steunverlening en niet in het kader van de dringende medische hulp. Wanneer deze steun niet wordt toegekend, heeft men nog steeds recht op dringende medische hulp. Deze hulp is zowel van preventieve als van curatieve aard en kan zowel ambulant als in een verpleeginstelling verstrekt worden. Het OCMW van de feitelijke verblijfplaats is bevoegd voor deze hulp, behalve in sommige uitzonderingsgevallen ii waarin het OCMW van de plaats van de zorgverstrekking bij de overheid de terugbetaling kan vragen via hun OCMW. Het K.B. van 12 december 1996 regelt dit recht. B. Niet-begeleide minderjarigen kunnen ook opgevangen worden in een opvangcentrum. Voor de medische zorgen moet het OCMW wel tussenkomen voorzover de medische zorgen niet in die opvang voorzien zijn en de niet-begeleide minderjarige onvoldoende eigen middelen heeft Aankomstverklaring Geldige aankomstverklaring (= Bijlage 3) Sociale hulpverlening Wanneer een aankomstverklaring wordt afgeleverd aan een niet-begeleide minderjarige, is dit niet afhankelijk van het hebben van eigen bestaansmiddelen of een tenlastenemer. Zij hebben een wettig verblijf en dus recht op OCMW-steun van het OCMW van de feitelijke verblijfplaats. Wanneer deze minderjarige in een (gesubsidieerd) opvangcentrum verblijft, vervalt dit principieel recht. Voor de medische zorgen moet het OCMW wel tussenkomen voorzover de medische zorgen in die opvang voorzien zijn en de niet-begeleide minderjarige onvoldoende eigen middelen heeft. 15

16 Minderjarigen die verblijven in een initiatief van begeleid zelfstandig wonen hebben recht op voortgezette hulpverlening van de Vlaamse Gemeenschap indien ze geen OCMW-steun ontvangen en hiertegen een beroep hebben ingediend bij de arbeidsrechtbank (of hiervan reeds een negatief antwoord ontvingen). De Vlaamse Gemeenschap kan tussenkomen voor uitzonderlijke kosten en buitengewone medische kosten voor minderjarigen die via het Comité voor Bijzondere Jeugdzorg (CBJ) in een erkend pleeggezin werden geplaatst Aansluiting ziekenfonds Zie Regeling medische kosten Het OCMW van de feitelijke verblijfplaats moet tussenkomen voor de medische kosten voorzover die medische zorgen niet voorzien zijn in de opvang die wordt aangeboden door het centrum, en voorzover de niet-begeleide minderjarige onvoldoende eigen middelen heeft. In geval van dringende medische hulpverlening in onvoorziene omstandigheden bestaat er een mogelijke uitzondering op deze bevoegdheidsregel ii Bewijs van inschrijving in het vreemdelingenregister Bewijs van inschrijving in het Vreemdelingenregister (= BIVR), witte kaart Sociale hulpverlening Er is recht op maatschappelijke dienstverlening van het OCMW Aansluiting ziekenfonds Er is een aansluiting bij het ziekenfonds mogelijk: - ofwel als ingeschrevene in het rijksregister ; - ofwel als persoon ten laste van een gerechtigde waarmee samenwoont soms vereist is; - ofwel op basis van witte of officiële tewerkstelling i, b.v. via deeltijds onderwijs Regeling medische kosten De klassieke regeling via het ziekenfonds is van toepassing. Indien men recht heeft op OCMW-dienstverlening, is het OCMW verplicht om de betrokkene aan te sluiten bij een ziekenfonds naar keuze en bij gebrek aan deze keuze bij de Hulpkas voor Ziekte en Invaliditeit. Het OCMW is niet verplicht deze bijdrage te betalen xviii, maar indien zij dit wel doet, kan zij de kosten aan de Belgische staat terugvragen. Het OCMW kan (een deel) van de kosten voor de medische zorgen op zich nemen. Het OCMW kan autonoom beslissen of het: - alle medische zorgen betaalt; - de patiënt het remgeld tot een zekere hoogte laat betalen; - de patiënt alle medische kosten laat betalen. Als maatstaaf geldt dat men een leven kan leiden dat beantwoordt aan de menselijke waardigheid iii. Zij die 3 maanden ononderbroken of 6 maanden onderbroken het leefloon of het equivalent hiervan krijgen, of zij die een bruto belastbaar gezinsinkomen hebben dat kleiner is dan het leefloon cat. I, moeten geen basisbijdrage betalen. Deze eerste categorie heeft immers samen met de WIGW s recht op een verhoogde tegemoetkoming van het ziekenfonds. 16

17 Eenmaal de vrijstelling van bijdrageplicht toegekend is, blijft die behouden tot de 31ste december van het jaar dat volgt. 7. Slachtoffers mensenhandel 7.1. Tijdelijk verblijf: bevel om het grondgebied te verlaten (45 dagen) Bevel om het grondgebied te verlaten: de 45 dagen waarbinnen men het grondgebied moet verlaten zijn nog niet verstreken Sociale hulpverlening A. Verblijf in een opvangcentrum Zij die in een gespecialiseerd opvangcentrum verblijven, krijgen opvang en steun van dit centrum tenzij er een overeenkomst bestaat tussen dit centrum en het OCMW. B. Geen verblijf in een opvangcentrum Diegenen die niet in zo n opvangcentrum verblijven, hebben gedurende deze 45 dagen recht op maatschappelijke dienstverlening van het OCMW van de feitelijke verblijfplaats Aansluiting ziekenfonds Er is geen aansluiting bij het ziekenfonds mogelijk, tenzij in volgende zéér uitzonderlijke situaties: ziekenfonds; - men is kind (= jonger dan 25 jaar) ten laste (door afstamming, adoptie of onderhoud) van een gerechtigde die aangesloten is bij het ziekenfonds; - er is sprake van (illegaal) wit werk i, b.v. wanneer men op basis van een vorig verblijfsstatuut mocht werken en de werkgever nog steeds sociale bijdragen betaalt; - er is sprake van een uitlooprecht omdat het ziekenfonds zich baseert op een vroegere verblijfssituatie om zich in regel te stellen voor het volgende jaar Regeling medische kosten A. Verblijf in een opvangcentrum De medische kosten worden betaald door het gespecialiseerd opvangcentrum. Men dient zo spoedig mogelijk een kennisgeving van de verstrekte zorgen te verzenden naar dit gespecialiseerd opvangcentrum. In geval van dringende medische hulpverlening in onvoorziene omstandigheden bestaat er een mogelijke uitzondering op deze bevoegdheidsregel ii. B. Geen verblijf in een opvangcentrum De medische kosten worden betaald door het gespecialiseerd opvangcentrum van het OCMW van de feitelijke verblijfplaats. Men dient zo spoedig mogelijk een kennisgeving van de verstrekte zorgen te verzenden naar dit OCMW. In geval van dringende medische hulpverlening in onvoorziene omstandigheden bestaat er een mogelijke uitzondering op deze bevoegdheidsregel ii. 17

18 7.2. Tijdelijk verblijf: aankomstverklaring Aankomstverklaring (= Bijlage 3) Sociale hulpverlening Cf Aansluiting ziekenfonds Cf Daarbij komt dat men met een arbeidskaart C officieel mag werken zodat men op basis van officiële tewerkstelling zich ook kan aansluiten bij het ziekenfonds Regeling medische kosten Cf Tijdelijk of permanent verblijf: BIVR van (on)bepaalde duur Witte kaart voor 6 maanden, 1 jaar of onbepaalde duur Sociale hulpverlening Cf Aansluiting ziekenfonds Een aansluiting bij het ziekenfonds is mogelijk, cf Regeling medische kosten Cf Februari 2004 Auteur: Ellen Druyts, Coördinatrice Medimmigrant. Met dank aan: Vlaams Minderhedencentrum, De Acht - Antwerps Minderhedencentrum, Oriëntatiepunt Gezondheidszorg, Service Droits des Jeunes, 't Huis, Pag-asa, Ociv. i Wit werk betekent dat men socialezekerheidsbijdragen betaalt en dat het loon op controleerbare wijze wordt uitbetaald. Legale tewerkstelling betekent dat de werknemer wettig in het land verblijft en dat de voorwaarden voor tewerkstelling van buitenlandse arbeidskrachten gerespecteerd zijn (arbeidsvergunning en -kaart, officiële vrijstelling hiervan). Officiële tewerkstelling betekent dat de voorwaarden voor wit werk en legale tewerkstelling voldaan zijn. De werknemer heeft dus de nodige verblijfs- en arbeidsdocumenten, er worden sociale bijdragen betaald. ii Uitzonderingsmaatregel: in geval van dringende medische hulpverlening in onvoorziene omstandigheden kan van deze regels afgeweken worden en wordt het OCMW van de plaats van verzorging als bevoegd steunverlenend centrum beschouwd. Dit is enkel zo als de gevraagde bijstand dringend noodzakelijk is én de hulpaanvraag geformuleerd wordt tijdens het verblijf in de verplegingsinstelling. Dit OCMW van de plaats van de zorgverstrekking moet daarvan binnen de vijf dagen kennis geven aan het centrum in de plaats waarvan het is opgetreden. Het kan deze kosten direct verhalen op de Staat en voor de niet door de Staat ten laste genomen kosten, kan het zich wenden tot het bevoegde OCMW. De zorgverstrekker kan deze aanvraag best in naam van de patiënt bij het OCMW indienen (b.v. door een volmacht van de betrokkene aan de aanvraag toe te voegen). Deze uitzonderingsmaatregel is bepaald in de Omzendbrief van 6 mei 2003., maar werd reeds voordien veelal in de praktijk en/of na rechtspraak gehanteerd. Het gaat hier niet over de regeling dringende medische hulp voor vreemdelingen zonder wettig verblijf, conform het K.B. van 12 december 1996, ook al kan deze uitzonderingsmaatregel ook hier van toepassing zijn. 18

19 iii Het type medische kosten en het bedrag waarvoor de overheid al dan niet tussenkomt is terug te vinden in het informatiedocument over de medische bewijsstukken voor OCMW s op: Hhttp://ocmw.fgov.be/Reglementering%20en%20Rechtspraak/Wet%20van%202%20april%201965/wet_van_2_april_1965_betr effende.htmh. Het feit dat de federale overheid deze medische kosten niet terugbetaalt aan het OCMW, sluit niet uit dat het OCMW of het opvangcentrum niet verplicht is om voor deze medische kosten tussen te komen ten aanzien van de hulpvrager. iv Volgens art. 3 van het Ministerieel Besluit van 30 januari 1995 tot regeling van de terugbetaling door de Staat van de kosten van de dienstverlening door OCMW toegekend aan een behoeftige die de Belgische nationaliteit niet bezit en die niet in het bevolkingsregister is ingeschreven, B.S. 3 maart v Wet van 26 mei 2002 ook leefloonwet genoemd B.S. 31 juli vi Volgens art. 3 van het Ministerieel Besluit van 30 januari 1995 tot regeling van de terugbetaling door de Staat van de kosten van de dienstverlening door OCMW toegekend aan een behoeftige die de Belgische nationaliteit niet bezit en die niet in het bevolkingsregister is ingeschreven, B.S. 3 maart vii Het Koninklijk Besluit van 12 december 1996 inzake de dringende medische hulp voor vreemdelingen die onwettig op ons grondgebied verblijven. viii Het Koninklijk Besluit van 12 december 1996 inzake de dringende medische hulp voor vreemdelingen die onwettig op ons grondgebied verblijven. ix Volgens art. 3 van het Ministerieel Besluit van 30 januari 1995 tot regeling van de terugbetaling door de Staat van de kosten van de dienstverlening door OCMW toegekend aan een behoeftige die de Belgische nationaliteit niet bezit en die niet in het bevolkingsregister is ingeschreven, B.S. 3 maart x De Omzendbrief van het RIZIV V.I. nr. 2003/261 van 11 juli /174, betreffende de bewijsmodaliteiten voor de inschrijving in het Rijksregister, bedoeld bij artikel 32 eerste lid, 15 van de gecoördineerde wet van 14 juli xi Volgens art. 3 van het Ministerieel Besluit van 30 januari 1995 tot regeling van de terugbetaling door de Staat van de kosten van de dienstverlening door OCMW toegekend aan een behoeftige die de Belgische nationaliteit niet bezit en die niet in het bevolkingsregister is ingeschreven, B.S. 3 maart xii De Omzendbrief van het RIZIV V.I. nr. 2003/261 van 11 juli /174, betreffende de bewijsmodaliteiten voor de inschrijving in het Rijksregister, bedoeld bij artikel 32 eerste lid, 15 van de gecoördineerde wet van 14 juli xiii Volgens art. 3 van het Ministerieel Besluit van 30 januari 1995 tot regeling van de terugbetaling door de Staat van de kosten van de dienstverlening door OCMW toegekend aan een behoeftige die de Belgische nationaliteit niet bezit en die niet in het bevolkingsregister is ingeschreven, B.S. 3 maart xiv De Omzendbrief van 9 september 1998 betreffende de verbintenis tot tenlasteneming zoals geregeld in art. 3bis van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. xv De Omzendbrief van 9 september 1998 betreffende de verbintenis tot tenlasteneming zoals geregeld in art. 3bis van de wet van 15 december 1980 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de verwijdering van vreemdelingen. xvi Deze regeling is er gekomen op basis van het Internationaal Verdrag van de Rechten van het Kind en in navolging van het antwoord van het Arbitragehof op de préjudiciële vraag van 22 juli De rechtspraak zal nog duidelijkheid geven of deze regeling via de federale opvangcentra voldoende antwoord geeft op dit arrest. xvii Niettegenstaande er in de wet sprake is van zowel kinderen, (achter)kleinkinderen als geadopteerde kinderen van de gerechtigde, zijn echtgenoot of de werknemer, zal het in de praktijk vaak zéér moeilijk of onmogelijk zijn om de aansluiting voor (achter)kleinkinderen te realiseren. xviii Volgens art. 3 van het Ministerieel Besluit van 30 januari 1995 tot regeling van de terugbetaling door de Staat van de kosten van de dienstverlening door OCMW toegekend aan een behoeftige die de Belgische nationaliteit niet bezit en die niet in het bevolkingsregister is ingeschreven, B.S. 3 maart