Collegevoorstel. Zaaknummer Mandaat toezichthouder Wmo GGD HvB

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Collegevoorstel. Zaaknummer Mandaat toezichthouder Wmo GGD HvB"

Transcriptie

1 Zaaknummer Onderwerp Mandaat toezichthouder Wmo GGD HvB Collegevoorstel Aanleiding / voorgeschiedenis Met de komst van de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) zijn gemeenten verplicht om een toezichthouder Wmo aan te wijzen. Het toezicht betreft alle Wmo-diensten en voorzieningen die door de gecontracteerde, gesubsidieerde en pgb-aanbieders worden geleverd. Hierna wordt voorgesteld om de GGD Hart voor Brabant aan te wijzen als toezichthouder. Feitelijke informatie Op basis van de wet heeft het gemeentebestuur de opdracht zorg te dragen voor maatschappelijke ondersteuning evenals de kwaliteit en de continuïteit van deze ondersteuning (art Wmo 2015). In het verlengde hiervan heeft het gemeentebestuur de taak om toe te zien op de naleving hiervan. In de wet staat ook, in artikel 6.1 lid 1, dat het college verantwoordelijk is voor het aanwijzen van personen die belast zijn met het houden van het toezicht hierop, ofwel een toezichthouder. Dit is voor gemeenten een nieuwe taak. Voorheen hield de inspectie voor de gezondheidszorg (IGZ) kwaliteitstoezicht op de naleving van de AWBZ en onderdelen van de Wmo (hulp bij het huishouden). Sinds de invoering van de nieuwe Wmo, heeft zorgcontinuïteit en de zachte landing centraal gestaan. Daardoor is er tot nu toe nog geen invulling gegeven aan het toezichthouderschap Wmo. De GGD Hart voor Brabant (GGD) is inmiddels door 23 gemeenten in de regio aangewezen om het reactief toezicht uit te voeren. Ook voor onze gemeente heeft de GGD hiervoor een offerte uitgebracht. De wet laat de organisatie en uitvoering van het toezicht vrij, volgens de decentralisatiedoelstelling. Verwezen wordt naar de Algemene wet bestuursrecht als algemeen juridisch kader voor de uitvoering van het toezicht en de eventuele handhaving van de voorschriften (door een last onder dwangsom of een last onder bestuursdwang). Het is verplicht om onderzoek te doen na een calamiteit of melding van geweld (reactief toezicht) maar verdere invulling van het toezichthouderschap is aan de gemeente zelf. Naast een reactieve vorm van toezicht, naar aanleiding van een calamiteit of melding van geweld, kan ook worden gekozen voor een actieve vorm van toezicht. Door preventief onderzoek te doen, kunnen gebreken vroegtijdig worden gesignaleerd en opgelost. Deze actieve vorm van toezicht kan structureel worden ingevuld door steekproefsgewijze controle van de gecontracteerde, gesubsidieerde en pgb-aanbieders. Met de bijgevoegde offerte van de GGD, kan in onze gemeente het toezicht zowel reactief als proactief ingezet worden. Het toezicht in de Wmo betreft (onder meer) de toekenningsprocedure voor maatwerkvoorzieningen, de vaststelling van de hoogte van het pgb en de kwaliteitseisen die worden gesteld aan voorzieningen, waaronder de deskundigheid van beroepskrachten. Het toezicht ziet ook op misbruik of oneigenlijk gebruik van de wet, waaronder het ten onrechte ontvangen van een maatwerkvoorziening of een pgb. Naar verwachting zal in de praktijk vooralsnog het zwaartepunt liggen op het kwaliteitstoezicht. De toezichthouders zullen van hun werkzaamheden een rapport opmaken, waarin zij de feiten en context beschrijven en gemotiveerd aangeven wat goed gaat en/of wat beter kan. Denkbaar is dat zij een misstand constateren, waarbij mogelijk sprake is van een overtreding van bovengenoemde voorschriften uit de Wmo. Zij sturen hun rapport ter verdere afhandeling door naar de juridische afdeling van hun organisatie of een vergelijkbare afdeling (bijv. bedrijfsvoering) (de backoffice). Daar wordt, op basis van een nadere beoordeling, een vervolg gegeven aan de bevindingen uit het toezichtrapport. Zo kan, in geval van een overtreding, een waarschuwingsbrief worden verzonden of een (voornemen tot een) sanctiebesluit. In het kader van het kwaliteitstoezicht zal dit in de regel aan de zorgaanbieder zijn, in het kader van de fraudebestrijding kan dit echter ook de cliënt zijn. 1

2 Zaaknummer Onderwerp Mandaat toezichthouder Wmo GGD HvB Het toezicht omvat in de kern: informatie verzamelen, beoordelen en interveniëren. Daarbij zullen de toezichthouders (eigener beweging of naar aanleiding van klachten) werkbezoeken afleggen aan cliënten, het zorgdossier bestuderen evenals de afspraken die de gemeente (bij de aanbesteding of gunning) heeft gemaakt met de zorgaanbieder. Tijdens hun onderzoek zullen zij ook contact hebben met de zorgaanbieder, bijvoorbeeld om de afspraken en gang van zaken te verifiëren (hoor en wederhoor). Hieronder staat in een stroomschema hoe het toezicht er uit ziet. Het Protocol Onderzoek Calamiteiten en meldingen van Geweld Wmo is bijgevoegd bij dit voorstel. Naast de twee voorgestelde vormen van toezicht (actief en reactief), wordt er ook toezicht gehouden op de volgende manieren: door het contractbeheer en contractmanagement binnen de inkoop; door het cliëntervaringsonderzoek en klanttevredenheidsonderzoeken; door de vertrouwenspersoon; door het toezicht van de IGZ bij de aanbieders die naast de Wmo ook gecontracteerd zijn voor jeugdhulp, Wlz of Zvw. Met al deze manieren, kunnen we als gemeente voldoende zicht houden op de kwaliteit van de ondersteuning binnen de Wmo. 2

3 Zaaknummer Onderwerp Mandaat toezichthouder Wmo GGD HvB Afweging Aan de GGD is gevraagd een offerte uit te brengen voor de uitvoering van de toezichthoudende taak. Daarbij gaat het zowel om het onderzoek doen na een calamiteit en/of melding van geweld, als om signalerend toezicht op de kwaliteit van de dienstverlening. In de regio Hart voor Brabant, is door het merendeel van de gemeenten het reactief toezicht gemandateerd aan de GGD. Zij hebben hier dus ondertussen al enige ervaring in opgedaan. In Heusden willen we, naast deze reactieve vorm, ook invulling geven aan proactief toezicht. Vooralsnog zal dit vooral incidenteel plaatsvinden. Voor de structurele invulling moeten nog afspraken gemaakt worden met de GGD. Gelet hierop is het voorstel is om in te stemmen met de uitgebrachte offerte en op basis daarvan de GGD Hart voor Brabant per 1 juli 2016 tot 1 januari 2017 de opdracht te geven om de functie als toezichthouder Wmo, zowel reactief als proactief, uit te voeren. Verder wordt voorgesteld het voor de uitvoering gewenste mandaat te verstrekken aan de directeur publieke gezondheid van de GGD Hart voor Brabant. Inzet van middelen Zoals opgemerkt, moeten voor de structurele invulling nog afspraken gemaakt worden met de GGD. Hierdoor gaan we vooralsnog uit van incidentele kosten voor De kosten voor het reactieve toezicht zijn lastig inzichtelijk te maken. Ervan uitgaande dat het in 2016 gaat om slechts een á twee zaken is het de verwachting dat de kosten ongeveer bedragen. Deze geringe kosten kunnen binnen een voor de Wmo beschikbaar budget worden opgevangen. Procedure / vervolgstappen Als u volgens dit voorstel besluit, zal de getekende offerte worden toegestuurd aan de GGD en er zal over worden gecommuniceerd richting aanbieders. Het mandaatbesluit wordt gepubliceerd volgens de wettelijke eisen. Voor de structurele invulling van het toezicht zal, zodra meer duidelijk is, opnieuw een voorstel met de bijbehorende financiële gevolgen aan u worden voorgelegd. Voorgenomen besluit Het voorstel is om bijgaand besluit vast te stellen. 3

4 Zaaknummer Onderwerp Mandaat toezichthouder Wmo GGD HvB BESLUIT Het college van Heusden heeft in de vergadering van 19 juli 2016, gelet op: de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Algemene wet bestuursrecht, besloten: in te stemmen met de bijgevoegde offerte en op basis daarvan de GGD Hart voor Brabant per 1 juli 2016 tot 1 januari 2017 de opdracht te geven om de functie als toezichthouder Wmo, zowel reactief als proactief, uit te voeren; de kosten hiervan ten laste te brengen van een voor de Wmo beschikbaar budget; in navolging daarvan de directeur publieke gezondheid van de GGD Hart voor Brabant aan te wijzen als toezichthouder als bedoeld in artikel 6.1 lid 1 Wmo 2015 in samenhang met artikel 5:11 Awb; de directeur publieke gezondheid van de GGD Hart voor Brabant te mandateren om personen werkzaam onder diens verantwoordelijkheid namens het college aan te wijzen als toezichthouder als bedoeld in artikel 6.1 lid 1 Wmo 2015 in samenhang met artikel 5:11 Awb; waarbij het college en de toezichthouder gezamenlijk bepalen hoe de toezichthouder het toezicht uitvoert; dat dit aanwijzings- en mandaatbesluit in werking treedt op de dag nadat dit besluit bekend is gemaakt. namens het college van Heusden, de secretaris, mr. H.J.M. Timmermans 4

5 Protocol Onderzoek Calamiteiten en Meldingen van Geweld Wmo Versie1.0, vastgesteld GGD Hart voor Brabant Inhoud Inleiding Melden van calamiteiten Onderzoek Rapportage Overige bepalingen Bijlage 1: Definities Bijlage 2: Stroomdiagram Protocol Onderzoek Calamiteiten en Meldingen van Geweld Wmo Bijlage 3: Meldformulier Calamiteit of Melding van Geweld Wmo Bijlage 4: Handvatten voor onderzoek met toelichting en verwachtingen van de toezichthouders Wmo Bijlage 5: Werkdocument model toetsingskader kwaliteitstoezicht Wmo, versie Inleiding. Sinds 1 januari 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor het toezicht op de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015). Voor de gemeenten die de Directeur Publieke Gezondheid van de GGD Hart voor Brabant hebben aangewezen als Toezichthouder, wordt dit protocol door de Inspecteurs gebruikt bij onderzoeken naar calamiteiten en meldingen van geweld bij aanbieders van WMO (maatwerk)voorzieningen. Van dit protocol maken de volgende bijlagen onderdeel uit: 1. Definities 2. Stroomdiagram Protocol Onderzoek Calamiteiten en Meldingen van Geweld Wmo 3. Meldformulier Calamiteit of Melding van Geweld Wmo 4. Handvatten voor onderzoek met toelichting en verwachtingen van de toezichthouders Wmo. 5. Werkdocument model toetsingskader kwaliteitstoezicht Wmo, versie 1707 GGD-GHOR Nederland. 1

6 1. Melden van calamiteiten. Artikel 1 Meldingsplicht 1. Aanbieders dienen op grond van artikel 3.4 Wmo 2015 calamiteiten en geweldsincidenten te melden aan de toezichthouder. Zij doen melding van: a. iedere calamiteit die bij de verstrekking van een voorziening heeft plaatsgevonden. Dat zijn gebeurtenissen zoals: een niet-natuurlijke dood, waaronder suïcide; elk overlijden van een ander als gevolg van het handelen van een cliënt; ernstig en/of blijvend lichamelijk letsel van een hulpverlener of cliënt, of van een ander, als gevolg van het handelen van een hulpverlener of cliënt; ernstig grensoverschrijdend gedrag door cliënten, hulpverlener, of door hulpverlener en client. b. geweld bij de verstrekking van een voorziening. c. Maar ook gebeurtenissen met: (Potentieel) schadelijke impact op het stelsel van zorg en hulpverlening; en/of (Potentiële) verstoring van de openbare orde en veiligheid en maatschappelijke onrust; waarbij reguliere processen niet volstaan om de negatieve impact te beheersen. 2. De melding dient zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen twee werkdagen na de calamiteit / het geweldsincident te geschieden. 3. Als de toezichthouder niet via een aanbieder een melding ontvangt maar langs andere weg 1 van een calamiteit/geweldsincident verneemt, dan verzoekt de toezichthouder de aanbieder zo snel mogelijk, maar uiterlijk binnen drie werkdagen, (alsnog) een formele melding te doen. 4. Als een aanbieder niet meldt, ook niet na een verzoek hiertoe, kan de toezichthouder zelf een onderzoek starten. Artikel 2 Meldpunt 1. Een aanbieder kan telefonisch, via tel. nr (tijdens kantooruren) en elektronisch via de website (24/7), een melding indienen bij de toezichthouder. 2. De toezichthouder stelt de gemeente in kennis van ontvangst van een melding van een aanbieder die betrekking heeft op haar burger(s). Artikel 3 Afbakening 1. Wanneer de rijksinspectie 2 de wettelijk aangewezen partij is voor calamiteitenmelding en nog niet op de hoogte is van de melding, verzoekt de toezichter de melder zo spoedig mogelijk, maar uiterlijk binnen 3 werkdagen, een melding te doen bij de rijksinspectie. 2. Als er onduidelijkheid is over de betrokkenheid van een rijksinspectie, neemt de toezichthou- 1 Bijvoorbeeld via de media, burger, gemeente of rijksinspectie. 2 IGZ, Inspectie Jeugdzorg (IJZ), de Inspectie van het Onderwijs (IvhO), de Inspectie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (ISZW) en de Inspectie Veiligheid en Justitie (IVJ). 2

7 der telefonisch contact op met het centrale meldpunt van de rijksinspecties (schriftelijk bij IGZ) voor afstemming over de casus. 3. De toezichthouder verricht in afstemming met de inspectie en het betrokken college van B&W geen onderzoek op dezelfde aspecten naar een calamiteit als er een rijksinspectie is die dit onderzoek verricht. 4. De toezichthouder onderhoudt contacten met de aangewezen inspecteur van de rijksinspectie gedurende het onderzoek waar nodig en na afloop van het onderzoek. Artikel 4 Strafbare feiten en maatschappelijke onrust 1. Als de toezichthouder in enige fase van het onderzoek een redelijk vermoeden heeft dat er sprake is van een strafbaar feit, brengt hij dit, in overleg met de Wmo-ambtenaar van de gemeente, meteen ter kennis van politie/justitie. 2. Bij een strafrechtelijk onderzoek maakt de toezichthouder met politie/justitie afspraken om het onderzoek niet in de weg te staan of te beperken en over de invulling en uitvoering van het eigen onderzoek. 3. Wanneer er maatschappelijke onrust is of kan ontstaan, kan de toezichthouder, via de crisiscoördinator van de GGD Hart voor Brabant (GGD Crisisloket, tel ) zorgdragen voor het opstarten van een PSHi crisisinzet van de GGD Hart voor Brabant. Artikel 5 Inhoud van de melding 1. De melder verstrekt de gevraagde gegevens via het meldformulier 3 (bijlage 3). 2. Op basis van de Wmo 2015 en de Algemene wet bestuursrecht heeft de toezichthouder de bevoegdheid om de benodigde informatie voor het onderzoeken van de melding te verzamelen. De aanbieder is verplicht om die informatie te verstrekken. De bepalingen in de wet bescherming persoonsgegevens en de door de inspecteurs afgelegde beroepseed, garanderen de geheimhouding. Artikel 6 Ontvangstbevestiging 1. De toezichthouder bevestigt de ontvangst van een melding zo spoedig mogelijk schriftelijk of elektronisch aan de aanbieder en brengt de portefeuillehouder(s) 4 en ambtena(a)r(en) 5 Wmo van de betrokken gemeente(n) op de hoogte van de melding. 2. In geval van een ernstige calamiteit pakt de toezichthouder de melding uiterlijk de eerstvolgende werkdag op. 3. Indien niet volledig voldaan is aan artikel 5, stelt de toezichthouder de aanbieder in de gelegenheid binnen een daarbij door de toezichthouder te stellen termijn de melding aan te vullen. 2. Onderzoek. Artikel 7 Acuut nemen van maatregelen 1. De toezichthouder beoordeelt, op grond van de melding of extra te verzamelen informatie, of er spra- 3 Meldformulier op de website of door de toezichthouder elektronisch of schriftelijk toe te sturen. 4 Binnen de regio Hart voor Brabant geldt dat de gemeente waar de cliënt de betreffende dienst afneemt leidend is bij zowel het afhandelen van de calamiteit als de coördinatie van de communicatie hierover. Iedere betrokken gemeente en/of instelling heeft of houdt hierbij haar eigen verantwoordelijkheid. Gemeenten kunnen onderling afspraken maken over het beleggen van de coördinerende taak. 5 De gemeenten hebben aangegeven wie de gemeentelijke contactpersoon is, die vervolgens handelt volgens het lokale gemeentelijk protocol. 3

8 ke is van een acute bedreiging van de veiligheid van cliënten, medewerkers of de maatschappelijke ondersteuning, waardoor direct veiligheidsmaatregelen genomen moeten worden. Dat kan aanleiding zijn om af te wijken van de stappen van dit protocol. Artikel 8 Zelfonderzoek zorgaanbieder 1. De aanbieder doet, behalve wanneer de toezichthouder vanwege de aard van de melding of andere informatie anders besluit, om herhaling te voorkomen, binnen zes weken zelf onderzoek naar de relevante feiten en omstandigheden van de calamiteit of het geweld, de kwaliteit van de voorziening en de verbetermogelijkheden. De toezichthouder kan op verzoek van de aanbieder de termijn verlengen. 2. De aanbieder stelt de toezichthouder binnen de vastgestelde onderzoekstermijn schriftelijk, conform de Handvatten voor onderzoek met toelichting en verwachtingen van de toezichthouders Wmo (bijlage 4), op de hoogte van het verrichte onderzoek, de resultaten en de verbetermaatregelen. 3. Wanneer de toezichthouder vaststelt dat het onderzoek naar de aangelegenheden waarop de melding betrekking heeft, door de aanbieder zorgvuldig zijn onderzocht en voldoende maatregelen zijn of worden genomen om herhaling te voorkomen, beëindigt de toezichthouder het onderzoek en brengt d.m.v. het onderzoeksrapport, de partijen in artikel 6, eerste lid, op de hoogte van het verrichte onderzoek en de resultaten. 4. De toezichthouder adviseert de gemeente over de beoordeling en handhaving van de door de aanbieder genomen, of te nemen maatregelen. Artikel 9 Onderzoek door de toezichthouder 6 1. De toezichthouder onderzoekt zelf: a. Wanneer de aanbieder zelf geen of onvoldoende onderzoek doet of niet in staat wordt geacht zelf onderzoek te doen; b. Wanneer het onderzoek van de aanbieder niet aan de eisen van de toezichthouder voldoet; c. Bij een zeer ernstige situatie met een bijzonder hoog risico; d. Als de toezichthouder verwacht met eigen onderzoek de kwaliteit in de sector in één keer op een hoger plan te kunnen brengen; e. Bij grote publicitaire aandacht; f. Als er aanwijzingen zijn dat de veiligheid van de (overige) cliënten niet is gewaarborgd en/of in het belang van de Wmo-voorziening onmiddellijk maatregelen genomen moeten worden. g. Wanneer de aanbieder de betrokken cliënt, dan wel diens vertegenwoordiger(s) of diens nabestaande(n) onvoldoende informeert over de calamiteit of het geweld, onvoldoende betrekt bij het onderzoek en onvoldoende informeert over de resultaten daarvan. 2. Processtappen van het onderzoek door de toezichthouder: a. Schriftelijke of elektronische melding aan de aanbieder dat het onderzoek gaat plaatsvinden, binnen welke termijn en dat de aanbieder gehouden is om alle medewerking te verlenen om het onderzoek uit te kunnen voeren; b. Verzamelen van de beschikbare informatie bij contractmanagement of subsidiebeheer; c. Horen van de aanbieder en personen die direct betrokken zijn bij de feiten waarop de melding 6 de toezichthouder bepaalt in samenspraak met de betreffende gemeente de onderzoeksopdracht. 4

9 betrekking heeft (de cliënt, familie, verwanten, mantelzorger(s), beroepskrachten, etc.), tenzij dit naar zijn oordeel niet relevant is voor het onderzoek; d. De toezichthouder maakt een verslag van de gesprekken met de hierboven genoemde personen en legt dat aan hen voor. Zij krijgen de gelegenheid om binnen 2 weken te reageren op eventuele feitelijke onjuistheden in het verslag. De ontvangen correcties worden in het verslag verwerkt dan wel gemotiveerd terzijde gelegd. e. Verzamelen en bestuderen van het beleid van de aanbieder, benodigde dossiers, werkproces beschrijvingen, etc. 7 f. Onderzoek ter plaatse; g. Inwinnen van advies van een of meer deskundigen, wanneer dat van belang is voor het onderzoek; h. Verzamelt informatie om antwoord te kunnen geven op de vragen: i. wat er is gebeurd? ii. hoe dit heeft kunnen gebeuren? iii. wat zijn de gevolgen voor de veiligheid van cliënten en medewerkers? iv. hoe kan dit in de toekomst voorkomen worden? 3. De toezichthouder baseert zich bij het onderzoek op de beschikbare informatie, de algemene wettelijke kwaliteitseisen (zie bijlage 5) en het contractmanagement c.q. subsidiebeheer en voert het onderzoek uit conform de privacy regelgeving. 4. De toezichthouder houdt een dossier bij van het onderzoek. 5. De toezichthouder streeft ernaar om de onderzoeksgegevens binnen 6 weken te verzamelen en houdt de in artikel 6, eerste lid genoemde partijen op de hoogte van eventuele vertraging. 3. Rapportage. Artikel 10 Conceptrapport van bevindingen 1. Na afronding van het onderzoek legt de toezichthouder binnen 4 weken de relevante feiten vast in een conceptrapport van bevindingen. 2. De toezichthouder brengt het conceptrapport van bevindingen ter kennis van de aanbieder en aan de personen die gehoord zijn tijdens het onderzoek. 3. Men krijgt 2 weken de gelegenheid om te reageren op de feitelijke inhoud van het conceptrapport van bevindingen. Artikel 11 Concepteindrapport 1. Binnen 4 weken na de reacties op het conceptrapport van bevindingen, stelt de toezichthouder een concepteindrapport vast over het onderzoek van de melding. Het rapport bevat de relevante feiten, de conclusies van de toezichthouder en het advies over de te nemen maatregelen. 2. De toezichthouder brengt het concept eindrapport ter kennis van de aanbieder en aan de personen die gehoord zijn tijdens het onderzoek. 3. Men krijgt 2 weken de gelegenheid om te reageren op het concept eindrapport. 4. De ontvangen reacties worden in het verslag verwerkt dan wel gemotiveerd terzijde gelegd. 7 Zo nodig faciliteert/ondersteunt de gemeente bij het verkrijgen van de informatie die voor het onderzoek nodig is. 5

10 Artikel 12 Eindrapport 1. De toezichthouder ondertekent het definitieve eindrapport en stuurt het naar de aanbieder, eventuele andere betrokkenen personen of instellingen en de betrokken portefeuillehouder(s) Wmo en college(s) B&W. Het is niet aan de toezichthouder om het rapport openbaar te maken. 2. Na verzending zijn de werkzaamheden van de toezichthouder t.a.v. de calamiteit afgerond. 4. Overige bepalingen. Artikel 13 In het geval de situatie zich voordoet dat een medewerker van de GGD Hart voor Brabant betrokken is bij de calamiteit, wordt het onderzoek uitbesteed aan een andere GGD die belast is met Wmotoezicht. Het onderzoek wordt uitgevoerd volgens dit protocol. Artikel 14 Deze regeling treedt in werking na bestuurlijke vaststelling door de colleges van B&W die de Directeur Publieke Gezondheid van de GGD Hart voor Brabant hebben aangewezen als toezichthouder en wordt aangehaald als Protocol Onderzoek Calamiteiten en Meldingen van Geweld WMO, GGD HvB. Artikel 15 In situaties waarin dit protocol niet voorziet, handelt de toezichthouder naar bevind van zaken. 6

11 Bijlage 1: Definities. Wmo Wet maatschappelijk ondersteuning 2015 Aanbieder Calamiteit Cliënt Geweld Inspecteur Maatwerkvoorzieningen Melder Melding Portefeuillehouder Wmo Toezicht Toezichthouder Natuurlijke persoon of rechtspersoon die jegens het college gehouden is een voorziening of een maatwerkvoorziening te leveren. Een niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft op de kwaliteit van een Wmo-voorziening, die heeft plaatsgevonden gedurende de betrokkenheid van een instelling en die tot een ernstig schadelijk gevolg voor of de dood van een cliënt kan leiden of heeft geleid. Persoon die gebruik maakt van een voorziening of aan wie een maatwerkvoorziening is verstrekt of door of namens wie een maatwerkvoorziening is verstrekt of door of namens wie een melding is gedaan als bedoeld in artikel eerste lid van de Wmo Seksueel binnendringen van het lichaam van of ontucht met een client, alsmede lichamelijk en geestelijk geweld jegens een cliënt, door een beroepskracht dan wel door een andere cliënt met wie de cliënt gedurende het etmaal of een dagdeel in een accommodatie van een aanbieder verblijft. De door de toezichthouder gemandateerde medewerker van de GGD Hart voor Brabant die het onderzoek uitvoert, adviseert en rapporteert. Op de behoeften, persoonskenmerken en mogelijkheden van een persoon afgestemd geheel van diensten, hulpmiddelen, woningaanpassingen en Wmo dienstverlening, te weten: a. Begeleiding (waaronder ook ADL persoonlijke verzorging) b. Dagbesteding c. Vervoer van en naar dagbesteding d. Hulp bij het huishouden e. Logeervoorziening / kortdurend verblijf f. Hulpmiddelen g. Woningaanpassing h. Beschermd Wonen i. GGZ-inloop Aanbieder, cliënt, burger en/of ambtenaar die een melding heeft gedaan van een calamiteit/geweldsincident. Een bericht van een aanbieder, cliënt, burger en/of ambtenaar aan de toezichthouder over een calamiteit of melding van geweld bij de verstrekking van een voorziening. De wethouder van de regiogemeente die door het college is belast met de portefeuille Wmo en verantwoordelijk is voor toezicht op de aanbieders die werkzaamheden uitvoeren in opdracht van de gemeente onder het regime van de Wmo. Het verzamelen van informatie over de vraag of een handeling of zaak voldoet aan de daaraan gestelde kwaliteitseisen, het zich daarna vormen van een oordeel hierover (o.a. aan de hand van een normatief kader, zie bijlage 5) en het naar aanleiding daarvan op adviseren aan het college van B&W over te nemen vervolgstappen. Door college aangewezen als toezichthouder Wmo, bedoeld in artikel 6.1. van de Wmo

12 Bijlage 2: Stroomdiagram Protocol Onderzoek Calamiteiten en Meldingen van Geweld Wmo. Tijdsindicatie Melding Meldformulier 0 2 werkdagen Ontvangstbevestiging Zo spoedig mogelijk Alleen Wmo Nee Rijksinspectie Politie/Justitie Ja Zelfonderzoek Aanbieder Ja Aanbieder voert onderzoek uit Calamiteitenrapport 6 weken Nee Onderzoek Toezichthouder Nee Akkoord 6 weken Contract gesubsidieerde voorziening Melding gerelateerde dossier informatie Horen betrokkenen Gespreksverslag(en) Advies geraadpleegde Deskundigen Reactie betrokkenen 2 weken Conceptrapport van bevindingen Voorleggen aan aanbieders en betrokkenen Ja 4 weken Reactie aanbieders en betrokkenen 2 weken Concept Eindrapport Voorleggen aan aanbieders en betrokkenen 4 weken Reactie aanbieders en betrokkenen 2 weken Eindrapport (incl. handhavingsadvies) Totaal + 6 maanden 8

13 Bijlage 3: Meldformulier Calamiteit of Melding van Geweld Wmo. Wanneer er sprak is van een Calamiteit, vul dan bij 1 gegevens in. Wilt u een melding doen van Geweld, vul dan de gegevens bij 2 in. Vul verder vanaf punt 3 zoveel mogelijk gegevens over uw melding in. 1. Een Calamiteit melden 1.1. Welke soort calamiteit wilt u melden? o Ernstig schadelijk gevolg voor een cliënt o Overlijden van een cliënt o Nog onbekend 1.2. Heeft de gebeurtenis waarover u wilt melden plaats gevonden bij een andere aanbieder dan u zelf? o Ja o Nee 1.3. Op welke datum heeft de gebeurtenis waarover u meldt plaatsgevonden? (indien onbekend, sla deze vraag over) Datum:. 2. Een melding van Geweld doen Wie is/was er bij het geweld betrokken o -Cliënt - beroepsbeoefenaar o -Cliënt - derden o -Cliënt - cliënt 2.2. Was het geweld waar u over wilt melden eenmalig of heeft het over een langere termijn plaats gevonden? o eenmalig o over een langere termijn 2.3. Kunt u aangeven op welke datum of in welke periode de gebeurtenis(sen) heeft/hebben plaatsgevonden? (graag maand(en) en jaartal(len) vermelden) Datum, data en/of periode: Gegevens over de Calamiteit of de Melding van Geweld. 9

14 Aanbieder Naam van de aanbieder: Naam van de locatie waar de gebeurtenis zich heeft voorgedaan (bij intramurale ondersteuning): Plek waar cliënt zich bevond (bij extramurale ondersteuning) Straat:... Huisnummer:... Postcode:... Plaats:... Telefoonnummer:... adres: Is de Raad van Bestuur/directie geïnformeerd over deze melding? o Ja o Nee 3.5. Contactgegevens van de Raad van Bestuur Naam contactpersoon Raad van Bestuur:... Telefoonnummer contactpersoon:... adres contactpersoon: De individuele beroepskracht die betrokken is bij de gebeurtenis is een (van de) vaste ondersteuner(s)/begeleider(s) van betrokken cliënt? o Ja o Nee 3.7. Wat is de functie van de betrokken beroepskracht? Gegevens melder Achternaam melder:... Voorletter(s):... Geslacht: o Man o Vrouw Telefoonnummer:... adres 1:... adres 2: Wat is uw functie binnen de organisatie?... 10

15 Betrokken cliënt(en) Gegevens betrokken cliënt(en) Aantal bij de calamiteit betrokken cliënten:... Achternaam cliënt... Initialen cliënt... Geboortedatum cliënt... Geslacht cliënt o Man o Vrouw Bij meerdere betrokken cliënten bovenstaande gegevens toevoegen. Gebeurtenis Beschrijving gebeurtenis. Geef hier een feitelijke omschrijving van de situatie waar de melding betrekking op heeft. Betrokken(zorg)aanbieders Andere bij de gebeurtenis betrokken (zorg)aanbieders dan genoemd bij 3.1: Naam (zorg)aanbieder:... Contactpersoon:... Straat:... Huisnummer:... Postcode:... Plaats:... Telefoonnummer:... adres:... Bij meerdere betrokken (zorg)aanbieders bovenstaande gegevens toevoegen. Veiligheid en afhandeling Hoe is de veiligheid van de betrokken cliënt en anderen nu gewaarborgd? Ouders/wettelijke vertegenwoordigers Zijn de ouders/wettelijke vertegenwoordiger/partner op de hoogte gebracht? o Ja o Nee o N.v.t. 11

16 Indien nee, omdat: Indien n.v.t., omdat: Verwacht u dat deze gebeurtenis leidt tot maatschappelijke onrust of publiciteitsgevoelig is? o Ja o Nee Indien ja, welke maatregelen heeft u genomen? Nazorg Wat hebt u aan nazorg gedaan voor de cliënt/familie/andere betrokkenen? Hebt u elders melding gedaan? o Nee o Inspectie voor de Gezondheidszorg o Inspectie Jeugdzorg o Andere Rijksinspectie:... o Politie/Justitie o Anders:... Einde melding. Verzending. adres waarop u een bevestiging van deze melding wilt ontvangen:... Druk op CTRL+S om de melding op te slaan (wanneer u niet via de website meldt). Druk op CTRL+P om de melding uit te printen. Website verzending: druk op verzendknop op de website. Melding per opgeslagen bestand toevoegen aan naar: secpleef@ggdhvb.nl 12

17 Bijlage 4: Handvatten voor onderzoek met toelichting en verwachtingen van de toezichthouders Wmo. De toezichthouders Wmo vragen na een verplichte melding aan de melders om zelf onderzoek te doen en hierover te rapporteren. De onderzoekers zijn vrij om de rapportagevorm te kiezen, maar de toezichthouders Wmo hebben verwachtingen met betrekking tot de opzet van het onderzoek, de reconstructie van de gebeurtenis, de analyse, conclusies en verbetermaatregelen. In dit document is beschreven waarop en hoe de toezichthouders Wmo de rapportage zullen beoordelen. In dit document staat per onderwerp eerst een nadere omschrijving. Indien van toepassing lichten de toezichthouders Wmo in de blauwe kaders vervolgens toe waarom ze dat onderwerp belangrijk vinden en waarop zij uw informatie zullen beoordelen. De handvatten voor onderzoek kunnen gericht zijn op een calamiteit, geweld of een andere ernstige gebeurtenis en dienen als zodanig gelezen te worden. I. ONDERZOEKSOPZET 1. Start onderzoek Noteer hier de datum waarop het onderzoek is gestart. De toezichthouders Wmo vinden het van belang dat een onderzoek zo snel mogelijk start na het plaatsvinden of ontdekken van de calamiteit. Het deugdelijk reconstrueren wat gebeurd is wordt steeds moeilijker naarmate de tijd verstrijkt. De herinneringen van de betrokkenen zullen bijvoorbeeld vervagen. Ook is de implementatie van verbetermaatregelen lastiger naarmate de calamiteit langer geleden plaatsvond omdat het gevoel van urgentie afneemt. Tenslotte hebben de betrokkenen (cliënt, familie, medewerkers) baat bij een zo snel mogelijke opheldering over de gebeurtenissen. 2. Onafhankelijkheid van het onderzoek en multidisciplinaire beoordeling Noteer hier de naam en de functie van de onderzoekers. Geef aan waaruit hun onafhankelijkheid ten opzichte de calamiteit bestaat. Om tot een goede analyse en beoordeling te komen is het belangrijk dat de onderzoekers voldoende afstand hebben tot de gebeurtenis en de kennis hebben van het werk van de betrokken medewerkers en de standaarden die daarbij gangbaar zijn. De toezichthouders Wmo toetsen of: a. degenen die de calamiteiten onderzoeken zo onafhankelijk mogelijk zijn. Dat wil zeggen dat zij niet bij de calamiteit zijn betrokken, noch direct noch indirect, bijvoorbeeld omdat zij leidinggevende zijn van een betrokken medewerker. b. de groep van onderzoekers multidisciplinair is samengesteld. Het gaat erom dat alle beroepsgroepen die betrokken zijn geweest bij de calamiteit zijn vertegenwoordigd. Op deze manier kan de calamiteit geanalyseerd en beoordeeld worden vanuit de verschillende perspectieven en met de kennis van ieders professionele standaarden. c. de onderzoekers geen beslissingsbevoegdheid hebben over het al dan niet overnemen van verbetermaatregelen. Het is niet wenselijk dat bestuurders deelnemen aan het onderzoeksteam. 13

18 3. Betrokken medewerkers Noteer de initialen, de functie van de betrokken medewerkers en of deze geregistreerd zijn. Indien er sprake is van (het overwegen van) aangifte, een tuchtklacht en/of arbeidsrechtelijke maatregelen, dient dat ook te worden aangegeven, In dat geval willen de toezichthouders Wmo van die medewerker(s) ook de volledige naam en indien van toepassing- het BIG-nummer of registratienummer in het Kwaliteitsregister Jeugd ontvangen. Met deze informatie kunnen de toezichthouders Wmo beoordelen of het onderzoek onafhankelijk is uitgevoerd en of daarbij de betrokken beroepsgroepen vertegenwoordigd waren. Het is mogelijk dat de toezichthouders Wmo in een later stadium van een onderzoek alsnog zelf om nadere informatie met betrekking tot namen en registratienummers vragen, indien zij dat noodzakelijk achten. 4. Betrokken ketenpartners Noteer hier de namen en adressen van de ketenpartners die een rol hebben gespeeld in de aanloop tot en/of bij de calamiteit die u meldt. Vermeld eveneens wanneer hierbij geen ketenpartners betrokken waren. Bij een ketencalamiteit vragen de toezichthouders Wmo om een gezamenlijk onderzoek door de betrokken ketenpartners. Bij voorkeur leidt dit tot een gezamenlijk rapport. Indien instellingen hier niet voor kiezen, dienen de overdrachtmomenten onderdeel uit te maken van de individuele instellingsrapporten. De overdrachtmomenten moeten wel samen onderzocht/geanalyseerd zijn. 5. Inbreng cliëntenperspectief Noteer hier hoe de cliënt en/of diens familie/nabestaanden is/zijn betrokken bij het onderzoek. Indien deze niet betrokken is, dit ook vermelden met een toelichting. De toezichthouders Wmo vinden het van belang dat de cliënt en/of diens familie/nabestaanden voor zover zij betrokken waren bij de calamiteit, is/zijn betrokken bij het onderzoek zodat dit een bijdrage levert aan de reconstructie en daarmee aan het identificeren van de basisoorzaken. 6. Bronnen en wijze van raadpleging Noteer hier welke bronnen de commissie heeft geraadpleegd en hoe zij deze heeft onderzocht. Te denken valt aan: - interviews met direct betrokkenen, welke en door wie, - reconstructiegesprek met betrokkenen, - dossieronderzoek, - analyseren van beeldopnames, - raadplegen extern deskundige(n). De toezichthouders Wmo verwachten dat in ieder geval alle direct betrokken medewerkers en, indien van toepassing, cliënten en/of hun familie/nabestaanden -voor zover die een rol hebben gespeeld in de gebeurtenissen in de aanloop naar de calamiteit- als bron zijn geraadpleegd. 7. Normen Noteer hier welke wetten, veldnormen, beleid en eigen werkprocessen zijn geraadpleegd ten behoeve van het onderzoek. Op deze plaats verwachten de toezichthouders Wmo een opsomming. De gedragingen en handelingen van de bij de calamiteit betrokken medewerkers dienen volgens bepaalde regels plaats te vinden. Deze zijn te vinden in wet- en regelgeving en ook in protocollen, richtlijnen e.d. van de sector/ beroepsgroep en het beleid van de instelling. De toezichthouders Wmo verwachten dat de toetsing aan de regels die nageleefd moeten worden verderop in het calamiteitenrapport terugkomt in de analyse. 14

19 8. Toegepaste analysemethodiek Geef hier aan welke analysemethodiek is gehanteerd, bijvoorbeeld PRISMA, SIRE, Tripod, DAM. Het gaat erom dat de analysemethode bijdraagt aan het gestructureerd komen van feiten naar verbeterpunten. Wanneer u geen specifieke methode heeft gebruikt, verwachten de toezichthouders Wmo hier een toelichting. II. RECONSTRUCTIE 9. Beschrijving van de feiten, reconstructie van de calamiteit en wat daaraan vooraf ging Noteer hier wat er feitelijk plaatsvond met een bijbehorend tijdschema, zodat het verloop inzichtelijk is. De toezichthouders Wmo verwachten alleen een feitelijke beschrijving, geen oordelen of conclusies. Die volgen verderop in het rapport, na de analyse. Een complete reconstructie van de relevante gebeurtenissen voorafgaand aan, tijdens en na de calamiteit is de basis van de analyse. Door het gebeurde te beschrijven zonder analyse wordt het onderzoek transparanter. Immers lezers, zoals de toezichthouders Wmo of het bestuur, kunnen zo gemakkelijker nagaan of zij op basis van dezelfde feiten tot de analyse kunnen komen die de onderzoekscommissie heeft uitgevoerd. Denk bij beschrijving aan de volgende aspecten, voor zover van toepassing: - locatie, setting en context van de hulpverlening, - toezicht op de cliënt, - beschrijving van toegepaste vrijheidsbeperkende maatregelen, - communicatie tussen de bij de calamiteit betrokken hulpverleners, zowel intern als extern. 10. Relevante voorgeschiedenis Betrek bij de relevante voorgeschiedenis ook de informatie uit het gezinssysteem of geef aan dat dit niet bekend is of niet van toepassing. Geef in ieder geval aan: achtergrond van de problematiek (indien van toepassing comorbiditeit en medicatie), doelen van de hulp, verloop van de hulp, eventueel extra opgelegde voorwaarden of maatregelen, risico-inschattingen (type, frequentie), eerdere signalen. 11. Handelen na de calamiteit Noteer hier wat de instelling heeft gedaan na de calamiteit: - richting cliënt, - diens familie/nabestaanden, - betrokken medecliënten, - betrokken medewerkers, - betrokken ketenpartners. Noteer hier ook of en zo ja hoe de onderzoeksrapportage is gedeeld met de client/familie/nabestaanden en ketenpartners. 15

20 Noodzaak van volledige onderzoeksopzet en reconstructive Voordat de toezichthouders Wmo een inhoudelijk oordeel geven over uw onderzoek, bekijken zij of ze voldoende informatie hebben om tot zo n oordeel te komen. Wanneer naar het oordeel van de toezichthouders Wmo niet voldaan is aan adequate vermelding van de bovengenoemde punten t.m. 11 wordt uw onderzoeksrapportage niet verder behandeld en teruggestuurd met het verzoek het rapport aan te vullen. Zonder voldoende inhoudelijke informatie over deze punten kunnen de toezichthouders Wmo de analyse en conclusies van de onderzoekscommissie niet beoordelen. III. ANALYSE EN CONCLUSIES 12. Toetsing aan de eerder genoemde regels Noteer hier in hoeverre het handelen voorafgaand en tijdens de calamiteit overeenkwam met de wet- en regelgeving, protocollen, richtlijnen e.d. van de sector/ beroepsgroep en het beleid van de instelling/overheid. Geef aan wanneer daar van af is geweken en of daar een reden voor was. De toezichthouders Wmo beoordelen of de onderzoekers hun bevindingen aan de relevante normen hebben getoetst. 13. Basisoorzaken Noteer na analyse welke onderliggende (basis) oorzaken mogelijk hebben geleid tot de calamiteit. Maak bij de beschrijving van de basisoorzaken onderscheid tussen technische, organisatorische en/of menselijke basisoorzaken. De toezichthouders Wmo verwachten dat de onderzoekers de analyse zodanig uitvoeren dat achterliggende oorzaken worden herkend. Het is bijvoorbeeld niet voldoende dat de commissie slechts concludeert dat er sprake was van een menselijke fout, bijvoorbeeld het niet volgen van het protocol. Het onderzoek moet ook de vraag beantwoorden waarom het protocol niet werd gevolgd. Zo haalt het onderzoek ook de onderliggende oorzaken naar boven. Op basis van die basisoorzaken kunnen de juiste conclusies worden getrokken en de verbetermaatregelen geformuleerd die ervoor kunnen zorgen dat het risico op foutief handelen wordt verkleind. De toezichthouders Wmo bekijken of er voldoende diepgaand is gezocht naar de basisoorzaken van de calamiteit en toetsen of: - de basisoorzaken logisch en navolgbaar zijn, gezien de reconstructie en analyse, - de oorzaken werkelijk de basis vormen (er voldoende diep door is gevraagd naar de achterliggende oorzaken), - de oorzaken compleet zijn. 14. Relevante nevenbevindingen Noteer wanneer de onderzoekers andere bevindingen hebben gedaan met betrekking tot de gang van zaken, die niet hebben bijgedragen aan het ontstaan van de calamiteit maar waarvan het wel relevant is in het kader van de kwaliteit van de hulp dat ze worden verbeterd. Wanneer duidelijk is dat de nevenbevindingen niet hebben bijgedragen aan het ontstaan van de calamiteit, zullen de toezichthouders Wmo deze ook niet in haar beoordeling van de calamiteit meewegen. De toezichthouders Wmo verwachten wel dat er verbeteringen zullen worden doorgevoerd en willen die ook in het verbeterplan terugzien. De toezichthouders Wmo willen later op deze nevenbevindingen (en de genomen verbetermaatregelen) kunnen terugkomen, bijvoorbeeld in jaargesprekken. 15. Conclusies Geef hier de conclusies weer die de onderzoekers na analyse hebben getrokken over het professioneel handelen voorafgaand aan en rond de calamiteit. De toezichthouders Wmo toetsen of: - de conclusies aansluiten bij de reconstructie en basisoorzaken. 16

21 IV. VERBETERMAATREGELEN 16. Beschrijving van de te bereiken resultaten en verbetermaatregelen Beschrijf welke resultaten moeten worden bereikt om de kans op herhaling van een soortgelijke calamiteit te reduceren. Beschrijf welke verbetermaatregelen worden ingezet om de resultaten te bereiken. De toezichthouders Wmo toetsen of: - voor alle basisoorzaken en/of relevante nevenbevindingen een te bereiken resultaat is benoemd, - voor alle te bereiken resultaten een verbetermaatregel is geformuleerd, - de te bereiken resultaten en verbetermaatregelen SMART zijn geformuleerd, - de te bereiken resultaten en verbetermaatregelen zijn opgenomen in een PDCA-cyclus of een andere vorm van structurele borging (waarbij zowel de implementatie van de maatregelen als het effect geëvalueerd worden). V. REACTIE RAAD VAN BESTUUR 17. Bekrachtiging van de resultaten van het onderzoek en de verbetermaatregelen door het bestuur. Door de eindverantwoordelijke bestuurder wordt aangegeven of en op welke wijze de beoogde resultaten worden behaald en welke verbetermaatregelen worden uitgevoerd, op welke wijze en binnen welke termijn. De toezichthouders Wmo toetsen of: - het bestuur de resultaten van het onderzoek onderschrijft, - het bestuur aangeeft welke maatregelen zij implementeert, - het bestuur onderbouwt indien het maatregelen niet overneemt/doorvoert. 17

22 Bijlage 5: Werkdocument model toetsingskader kwaliteitstoezicht Wmo, versie 1707 Wettelijke kwaliteitseis 1. De voorziening is doelmatig, doeltreffend en cliëntgericht (art. 3.1, tweede lid sub a, Wmo) Uitwerking Wijze van vaststellen Aandachtspunten toezichthouder 1.1 Er is een plan waaruit Check Dossieronderzoek en blijkt wat de kan- plan/cliëntdossier: vraaggesprek met cli- sen/mogelijkheden en ent, zijn/haar eventuele ondersteuningsbehoeften sociaal netwerk en aan- zijn van de cliënt en bieder, vraaggesprek welke voorziening wordt met leidinggevenden geboden. aanbieder, observaties. 1.2 De cliënt heeft zijn/haar ondersteuningsvraag kunnen formuleren, is betrokken bij het opstellen van het plan, wat zijn/haar instemming heeft. Het sociale netwerk van cliënt is eveneens betrokken bij het opstellen van het plan. 1.3 De op basis van het plan verleende ondersteuning wordt regelmatig besproken en zonodig bijgesteld. 1.4 De op basis van de voorziening geboden ondersteuning sluit aan op de reële behoefte en mogelijkheden van de cliënt en zijn/haar sociale netwerk (waaronder evt mantelzorgers). - bevat het plan (schriftelijk/digitaal) een omschrijving van de vraag van de cliënt, een analyse van de problematiek en de kansen/mogelijkheden van de cliënt (eigen kracht/sociale netwerk), en een daarop afgestemd ondersteuningsaanbod van de aanbieder, een en ander in het licht van de beoogde zelfredzaamheid en participatie (doel Wmo)? - is de cliënt inhoudelijk voldoende betrokken geweest bij het formuleren van zijn/haar vraag en het opstellen van het plan en heeft hij/zij daarmee ingestemd? - is het sociale netwerk van de cliënt voldoende betrokken geweest bij opstellen van het plan? - wordt het plan, voor zover nodig, regelmatig besproken met de cliënt en zijn/haar sociale netwerk en zonodig bijgesteld? - indien wordt afgeweken van het plan, wordt dit gemotiveerd en besproken met de cliënt en zijn/haar sociale netwerk? - verloopt de ondersteuning naar wens en tot tevredenheid van de cliënt (zijn/haar netwerk) en de aanbieder, in het licht van de beoogde zelfredzaamheid en participatie (doel Wmo)? 18

23 Wettelijke kwaliteitseis 2. De voorziening is veilig (art. 3.1, tweede lid sub a, Wmo) Uitwerking Wijze van vaststellen Aandachtspunten toezichthouder 2.1 In het kader van de Check Idem geboden voorziening plan/cliëntdossier: wordt de veiligheid van de cliënt gewaarborgd. - is in het plan de fysieke en sociale veiligheid van cliënt in kaart gebracht en wordt daarmee voldoende rekening gehouden bij de geboden voorziening? - heeft de beroepskracht eventuele veiligheidsrisico s gesignaleerd en geanalyseerd? - zijn eventuele veiligheidsrisico s en zijn/haar eigen verantwoordelijkheid besproken met de cliënt en zijn/haar sociale netwerk? - indien wordt afgeweken van de risicoanalyse, wordt dit gemotiveerd en besproken met de cliënt en zijn/haar sociale netwerk? 19

24 Wettelijke kwaliteitseis 3. De voorziening is afgestemd op de reële behoefte van de cliënt en andere vormen van zorg of hulp (art. 3.1, tweede lid sub b, Wmo) Uitwerking Wijze van vaststellen Aandachtspunten toezichthouder 3.1 De aangeboden Check Idem voorziening is voldoende plan/cliëntdossier: afgestemd op andere vormen van geboden hulp en zorg (voor afstemming op reële behoefte cliënt zie 1.) 3.2 In geval van meervoudige, complexe problematiek is één regisseur of coördinator aangewezen die de nodige samenhang en continuïteit bewaakt. - zijn de nodige afspraken (schriftelijk/digitaal) gemaakt in het kader van de onderlinge afstemming, waaronder overdracht, en zijn die bekend bij de cliënt en zijn/haar sociale netwerk? -worden de in het kader van de onderlinge afstemming gemaakte afspraken regelmatig besproken met de cliënt en zijn/haar sociale netwerk en zonodig bijgesteld? - vindt met andere hulp- en zorgverleners de noodzakelijke (schriftelijk/digitaal) gegevensuitwisseling plaats in het kader van de onderlinge afstemming? - vindt met andere hulp- en zorgverleners de evaluatie en zonodig bijstelling plaats in het kader van de onderlinge afstemming? - is een regisseur of coördinator aangewezen en is die bekend bij de cliënt en zijn/haar sociale netwerk, heeft die toegang tot de noodzakelijke gegevens? - is de continuïteit van de geboden voorziening gewaarborgd? 20

25 Wettelijke kwaliteitseis 4. De voorziening wordt verstrekt in overstemming met de op de beroepskracht rustende verantwoordelijkheid obv de professionele standaard (art. 3.1, tweede lid sub c, Wmo) Uitwerking Wijze van vaststellen Aandachtspunten toezichthouder 4.1 De door de aanbieder Check Idem in het kader van de plan/cliëntdossier: geboden voorziening aangewezen beroepskracht is vakbekwaam. 4.2 De aanbieder biedt de in het kader van de geboden voorziening aangewezen beroepskracht passende scholing. - is de beroepskracht passend opgeleid en actueel bijgeschoold (bijv. erkend diploma/ certificaat)? - beschikt de beroepskracht over een recente en passende VOG? 4.3 De aanbieder heeft passend beleid ontwikkeld op het punt van: - kwaliteitszorg (ten aanzien van de te leveren ondersteuning); - personeelsbeleid, waaronder een verantwoorde inzet van vrijwilligers; - opleiding en scholing; - de melding van calamiteiten en geweldsincidenten en het daaruit trekken van lessen; - de melding van huiselijk geweld en kindermishandeling; - de omgang met en de uitwisseling van (gevoelige) persoonsgegevens; - de afhandeling van klachten (obv een klachtregeling); - cliëntparticipatie (obv een regeling voor medezeggenschap). De aanbieder reflecteert op dit beleid, evalueert dit en stelt het zonodig bij. - is de beroepskracht voldoende op de hoogte van de persoonlijke omstandigheden en levensgeschiedenis van de cliënt? - is de beroepskracht op de hoogte van de toepasselijke beroepscodes en hoe die moeten worden toegepast (bijv. meldcode huiselijk geweld en kindermishandeling, privacy)? - heeft de aanbieder op het niveau van zijn organisatie en medewerkers, op de genoemde onderdelen, passend beleid ontwikkeld en ingevoerd en wordt de uitvoering daarvan regelmatig getoetst en bijgesteld (maw is er sprake van een lerende organisatie)? - heeft de aanbieder een kwaliteitsmanagementsysteem en voldoet het aan de in de branche vigerende certificaten en kwaliteitskeurmerken? - houdt de aanbieder inen uitstroom van cliënten bij in relatie tot de doelen van de Wmo? 21

26 Wettelijke kwaliteitseis 5. De voorziening wordt verstrekt met respect en in achtneming van de rechten van de cliënt (art. 3.1, tweede lid sub d, Wmo) Uitwerking Wijze van vaststellen Aandachtspunten toezichthouder 5.1 De bejegening door Check Idem de beroepskracht van plan/cliëntdossier: de cliënt is passend en correct. 5.2 De aanbieder houdt zich in het kader van de leveren ondersteuning aan de toepasselijke wettelijke voorschriften (w.o. bescherming persoonlijke levenssfeer). 5.3 De aanbieder neemt eventuele klachten in behandeling en handelt die tijdig en passend af. - voelt de cliënt zich op zijn/haar gemak op de plaats waar de voorziening wordt geboden? - zijn er met de cliënt en/of zijn/haar sociale netwerk afspraken (schriftelijk/digitaal) gemaakt over gegevensuitwisseling en passen die binnen het privacystatuut van de aanbieder? - kunnen klachten worden ingediend en worden die afgehandeld conform de klachtregeling van de aanbieder? - kan de cliënt participeren in een cliëntenraad of een vergelijkbaar platform? 22

Handvatten voor onderzoek met toelichting en verwachtingen van de inspecties

Handvatten voor onderzoek met toelichting en verwachtingen van de inspecties Handvatten voor onderzoek met toelichting en verwachtingen van de inspecties De inspecties vragen na een verplichte melding aan de melders om zelf onderzoek te doen en hierover te rapporteren. De onderzoekers

Nadere informatie

De inspecties vragen na een verplichte melding aan de melders om zelf onderzoek te doen en hierover te rapporteren.

De inspecties vragen na een verplichte melding aan de melders om zelf onderzoek te doen en hierover te rapporteren. Handvatten voor onderzoek naar geweld uitgeoefend door medewerker(s) met toelichting en verwachtingen van de inspecties (Hieronder wordt ook verstaan (vermoeden van) seksueel geweld door medewerkers) De

Nadere informatie

Protocol onderzoek calamiteiten en meldingen van geweld Wmo

Protocol onderzoek calamiteiten en meldingen van geweld Wmo Protocol onderzoek calamiteiten en meldingen van geweld Wmo Inhoud Inleiding.... 1 Melden van calamiteiten.... 1 Onderzoek.... 3 Rapportage.... 5 Overige bepalingen.... 5 Bijlage 1: Definities.... 7 Bijlage

Nadere informatie

De inspecties vragen na een verplichte melding aan de melders om zelf onderzoek te doen en hierover te rapporteren.

De inspecties vragen na een verplichte melding aan de melders om zelf onderzoek te doen en hierover te rapporteren. Handvatten voor onderzoek naar aanleiding van seksueel geweld tussen cliënten onderling of tussen cliënten en derden (niet zijnde medewerkers) met toelichting en verwachtingen van de inspecties De inspecties

Nadere informatie

Handvatten voor onderzoek met toelichting en verwachtingen van de toezichthouder, versie 1.0,

Handvatten voor onderzoek met toelichting en verwachtingen van de toezichthouder, versie 1.0, Handvatten voor onderzoek met toelichting en verwachtingen van de toezichthouder. De toezichthouder vraagt na een verplichte melding aan de melder om zelf onderzoek te doen en hierover te rapporteren.

Nadere informatie

Handvatten voor onderzoek met toelichting en verwachtingen van de inspecties (suïcide)

Handvatten voor onderzoek met toelichting en verwachtingen van de inspecties (suïcide) Handvatten voor onderzoek met toelichting en verwachtingen van de inspecties (suïcide) De inspecties vragen na een verplichte melding aan de melders om zelf onderzoek te doen en hierover te rapporteren.

Nadere informatie

Werkdocument model toetsingskader kwaliteitstoezicht Wmo

Werkdocument model toetsingskader kwaliteitstoezicht Wmo Werkdocument model toetsingskader kwaliteitstoezicht Wmo Inleiding Dit model voor een toetsingskader is opgesteld ten behoeve van het kwaliteitstoezicht in het kader van de Wet maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Staphorst. Mei 2017

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Staphorst. Mei 2017 Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Staphorst Mei 2017 Toetsingskader Staphorst Aandachtspunten / bronnen voor de toezichthouder zijn in alle gevallen: Dossieronderzoek; Vraaggesprek met cliënt; Eventueel

Nadere informatie

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Kampen. April 2017

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Kampen. April 2017 Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Kampen April 2017 Toetsingskader Kampen Aandachtspunten / bronnen voor de toezichthouder zijn in alle gevallen: Dossieronderzoek; Vraaggesprek met cliënt; Eventueel

Nadere informatie

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Dalfsen. Juni 2017

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Dalfsen. Juni 2017 Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Dalfsen Juni 2017 Toetsingskader Dalfsen Aandachtspunten / bronnen voor de toezichthouder zijn in alle gevallen: Dossieronderzoek; Vraaggesprek met cliënt; Eventueel

Nadere informatie

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Steenwijkerland. Januari 2018

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Steenwijkerland. Januari 2018 Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Steenwijkerland Januari 2018 Toetsingskader Steenwijkerland Aandachtspunten / bronnen voor de toezichthouder zijn in alle gevallen: Dossieronderzoek; Vraaggesprek met

Nadere informatie

Procedure signaalgestuurdtoezicht

Procedure signaalgestuurdtoezicht Procedure signaalgestuurdtoezicht Beschrijving van het proces dat start na een melding van een calamiteit en/of geweldsincident in het kader van de Wmo 2015 1 Definities Aanbieder: natuurlijke persoon

Nadere informatie

Procedure Calamiteitentoezicht

Procedure Calamiteitentoezicht Procedure Calamiteitentoezicht Dienst Gezondheid en Jeugd Zuid Holland Zuid Sinds 1 januari 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor het toezicht op de uitvoering van de Wet maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

Leidraad meldingen. GGD Gelderland-Zuid

Leidraad meldingen. GGD Gelderland-Zuid GGD Gelderland-Zuid Leidraad meldingen Beschrijving van het proces dat start na een melding van een calamiteit en/of geweldsincident in het kader van de Wmo 2015. Nijmegen 13-9-2018 Inhoud Definities...

Nadere informatie

Protocol onderzoek calamiteiten en meldingen van geweld Wmo

Protocol onderzoek calamiteiten en meldingen van geweld Wmo Protocol onderzoek calamiteiten en meldingen van geweld Wmo Inhoud Inleiding... 1 1 Melden van calamiteiten... 2 2 Onderzoek... 4 3 Rapportage... 7 Overige bepalingen... 7 Bijlage 1: Definities... 8 Bijlage

Nadere informatie

LEIDRAAD CALAMITEITEN EN GEWELDSINCIDENTEN WMO

LEIDRAAD CALAMITEITEN EN GEWELDSINCIDENTEN WMO LEIDRAAD CALAMITEITEN EN GEWELDSINCIDENTEN WMO Beschrijving van het proces dat start na een melding van een calamiteit en/of geweldsincident in het kader van de WMO 2015 voor de gemeenten Dronten Lelystad

Nadere informatie

Toetsingskader WMO toezicht Gemeenten Ommen en Hardenberg. April 2017

Toetsingskader WMO toezicht Gemeenten Ommen en Hardenberg. April 2017 Toetsingskader WMO toezicht Gemeenten Ommen en Hardenberg April 2017 Toetsingskader Ommen Hardenberg Aandachtspunten / bronnen voor de toezichthouder zijn in alle gevallen: Dossieronderzoek; Vraaggesprek

Nadere informatie

Toetsingskader Toezicht Wmo Verwey-Jonker Instituut en GGD GHOR Nederland

Toetsingskader Toezicht Wmo Verwey-Jonker Instituut en GGD GHOR Nederland Toetsingskader Toezicht Wmo Verwey-Jonker Instituut en GGD GHOR Nederland Het onderstaande toetsingskader van het Verwey-Jonker Instituut en GGD GHOR wordt als leidraad gebruikt bij het bezoeken van de

Nadere informatie

Leidraad melding calamiteiten Wmo 2015

Leidraad melding calamiteiten Wmo 2015 Leidraad melding calamiteiten Wmo 2015 Beschrijving van het proces dat start na een melding van een calamiteit en/of geweldsincident bij de verstrekking van een voorziening in het kader van de Wmo 2015.

Nadere informatie

Protocol Calamiteiten en geweld

Protocol Calamiteiten en geweld Protocol Calamiteiten en geweld Beschrijving van het proces naar aanleiding van een melding van een calamiteit en/of geweldsincident in het kader van de Wmo 2015 voor de gemeenten Delfzijl Appingedam Loppersum

Nadere informatie

Meldprotocol WMO calamiteit, misbruik of geweld GGD Zuid Limburg WMO toezicht

Meldprotocol WMO calamiteit, misbruik of geweld GGD Zuid Limburg WMO toezicht Meldprotocol WMO calamiteit, misbruik of geweld GGD Zuid Limburg WMO toezicht In het kader van de nieuwe taken van de WMO moet het toezicht opnieuw worden ingericht. Per 1 januari 2015 zijn gemeenten bestuurlijk

Nadere informatie

Calamiteiten- en incidentenregeling

Calamiteiten- en incidentenregeling Calamiteiten- en incidentenregeling Inhoud Procesbeschrijving... 3 Verplichting tot melden... 3 Calamiteit zonder melding... 3 Ontvangstbevestiging... 3 Nader onderzoek... 3 Invoeren verbetermaatregelen...

Nadere informatie

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Zwolle. Mei 2017

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Zwolle. Mei 2017 Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Zwolle Mei 2017 Toetsingskader Zwolle BW / / DAGBESTEDING / KDV / HHT Aandachtspunten / bronnen voor de toezichthouder zijn in alle gevallen: Dossieronderzoek; Vraaggesprek

Nadere informatie

Protocol calamiteitentoezicht. Wet maatschappelijke ondersteuning

Protocol calamiteitentoezicht. Wet maatschappelijke ondersteuning Protocol calamiteitentoezicht Wet maatschappelijke ondersteuning Toezichthouderschap GGD regio Utrecht Opdrachtgever: Algemeen Bestuur Verantwoordelijk manager: Noortje van Tankeren, Algemene Publieke

Nadere informatie

Regionaal GGD Protocol Meldingen Calamiteiten Wmo Versie 5.0 d.d. 15 september 2015

Regionaal GGD Protocol Meldingen Calamiteiten Wmo Versie 5.0 d.d. 15 september 2015 Regionaal GGD Protocol Meldingen Calamiteiten Wmo Versie 5.0 d.d. 15 september 2015 Inleiding Sinds 1 januari 2015 zijn gemeenten verantwoordelijk voor het toezicht op de uitvoering van de Wet maatschappelijke

Nadere informatie

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Deventer. April 2017

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Deventer. April 2017 Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Deventer April 2017 Toetsingskader Deventer Aandachtspunten / bronnen voor de toezichthouder zijn in alle gevallen: Dossieronderzoek; Vraaggesprek met cliënt; Eventueel

Nadere informatie

Protocol calamiteitentoezicht Wet maatschappelijke ondersteuning. Toezichthouderschap GGD regio Utrecht

Protocol calamiteitentoezicht Wet maatschappelijke ondersteuning. Toezichthouderschap GGD regio Utrecht Protocol calamiteitentoezicht Wet maatschappelijke ondersteuning Toezichthouderschap GGD regio Utrecht Opdrachtgever: Algemeen Bestuur Verantwoordelijk manager: Noortje van Tankeren, Algemene Publieke

Nadere informatie

Protocol onderzoek calamiteiten en meldingen van geweld Wmo

Protocol onderzoek calamiteiten en meldingen van geweld Wmo Protocol onderzoek calamiteiten en meldingen van geweld Wmo Inhoud Inleiding... 1 1 Melden van calamiteiten... 2 2 Onderzoek... 4 3 Rapportage... 7 Overige bepalingen.... 7 Bijlage 1: Definities......8

Nadere informatie

Resultaten Wmo toezicht 2016/2017 regio Noord-en Oost-Gelderland Onderzoekers en toezichthouders GGD Noord- en Oost-Gelderland, april 2018

Resultaten Wmo toezicht 2016/2017 regio Noord-en Oost-Gelderland Onderzoekers en toezichthouders GGD Noord- en Oost-Gelderland, april 2018 Resultaten Wmo toezicht 2016/2017 regio Noord-en Oost-Gelderland Onderzoekers en toezichthouders GGD Noord- en Oost-Gelderland, april 2018 Achtergrond Op 1 januari 2015 is de nieuwe Wet maatschappelijke

Nadere informatie

Protocol calamiteitentoezicht Wet maatschappelijke ondersteuning. Toezichthouderschap GGD regio Utrecht

Protocol calamiteitentoezicht Wet maatschappelijke ondersteuning. Toezichthouderschap GGD regio Utrecht Protocol calamiteitentoezicht Wet maatschappelijke ondersteuning Toezichthouderschap GGD regio Utrecht Opdrachtgever: Algemeen Bestuur Verantwoordelijk manager: N. van Tankeren, Algemene Publieke Gezondheid

Nadere informatie

Informatiebrochure zelfonderzoek

Informatiebrochure zelfonderzoek Informatiebrochure zelfonderzoek voor organisaties die zorg en ondersteuning bieden in het kader van de Wmo Wat is het doel van deze brochure? Deze brochure geeft u uitleg over het zelfonderzoek van een

Nadere informatie

Toezichthouderschap GGD regio Utrecht

Toezichthouderschap GGD regio Utrecht Protocol calamiteitentoezicht Wet maatschappelijke ondersteuning Toezichthouderschap GGD regio Utrecht Opdrachtgever: Algemeen Bestuur Verantwoordelijk manager: N. van Tankeren, Algemene Publieke Gezondheid

Nadere informatie

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Raalte. Mei 2017

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Raalte. Mei 2017 Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Raalte Mei 2017 Toetsingskader Raalte Aandachtspunten / bronnen voor de toezichthouder zijn in alle gevallen: Dossieronderzoek; Vraaggesprek met cliënt; Eventueel vraaggesprek

Nadere informatie

Toezicht op de Wmo In de praktijk

Toezicht op de Wmo In de praktijk Toezicht op de Wmo In de praktijk Door middel van drie typen toezicht geeft de toezichthouder Wmo uitvoering aan haar taken, te weten: Kwaliteitstoezicht Deze vorm van toezicht is proactief en richt zich

Nadere informatie

Protocol calamiteitenonderzoek Wmo Dienst Noardwest Fryslân Versie 1.0. Protocol Wmo Calamiteitenonderzoek

Protocol calamiteitenonderzoek Wmo Dienst Noardwest Fryslân Versie 1.0. Protocol Wmo Calamiteitenonderzoek Protocol Wmo Calamiteitenonderzoek 1 Inhoud Inhoud 2 1. Inleiding 3 2. Calamiteit: definitie en afbakening 4 2.1 Wet- en regelgeving bij calamiteiten Wmo 4 2.2 Verplichting tot melden 4 3. Het proces na

Nadere informatie

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Raalte

Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Raalte [Geef tekst op] Toetsingskader WMO toezicht Gemeente Raalte Oktober 2018 [Geef tekst op] Toetsingskader Raalte Aandachtspunten / bronnen voor de toezichthouder zijn in alle gevallen: Dossieronderzoek;

Nadere informatie

UITLEG OP DE VRAGEN IN HET MELDFORMULIER

UITLEG OP DE VRAGEN IN HET MELDFORMULIER UITLEG OP DE VRAGEN IN HET MELDFORMULIER WMO TOEZICHT GGD FLEVOLAND 1 SEPTEMBER 2016 TOELICHTING OP HET MELDFORMULIER CALAMITEITEN Vraag 1 Een calamiteit is een niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis,

Nadere informatie

Toelichting op vragenformulier Informatie voor melders

Toelichting op vragenformulier Informatie voor melders Wmo-toezicht GGD Brabant-Zuidoost Toelichting op vragenformulier Informatie voor melders Algemeen Alle informatie die wordt gevraagd bij het doen van een melding is gericht op het maken van een eerste

Nadere informatie

Protocol Wmo Meldingen Calamiteiten/geweld bij de verstrekking van een voorziening Wmo 2015 Gelderland-Zuid en Mook en Middelaar.

Protocol Wmo Meldingen Calamiteiten/geweld bij de verstrekking van een voorziening Wmo 2015 Gelderland-Zuid en Mook en Middelaar. Gelet op artikel 3.4 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015. Protocol Wmo Meldingen Calamiteiten/geweld bij de verstrekking van een voorziening Wmo 2015 Gelderland-Zuid en Mook en Middelaar. Dit

Nadere informatie

Calamiteitenprotocol Wmo en Jeugdwet Rivierenland 2015

Calamiteitenprotocol Wmo en Jeugdwet Rivierenland 2015 Het college van burgemeester en wethouders van Tiel; Gelet op artikel 3.4 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en artikel 4.1.8 van de Jeugdwet, Besluit vast te stellen het volgende: Calamiteitenprotocol

Nadere informatie

Calamiteitenprotocol Wmo en Jeugdwet Rivierenland 2015 30 november 2014

Calamiteitenprotocol Wmo en Jeugdwet Rivierenland 2015 30 november 2014 Calamiteitenprotocol Wmo en Jeugdwet Rivierenland 2015 30 november 2014 Dit calamiteitenprotocol Wmo/Jeugdwet bevat proces- en communicatieafspraken wanneer zich een calamiteit of geweldsincident voordoet

Nadere informatie

Toezicht Wmo in beeld De inrichting en het proces inzake het toezicht Wmo Hoeksche Waard

Toezicht Wmo in beeld De inrichting en het proces inzake het toezicht Wmo Hoeksche Waard Toezicht Wmo in beeld De inrichting en het proces inzake het toezicht Wmo Hoeksche Waard 1/7 1. Insteek van het toezicht. De vijf Hoeksche Waardse gemeenten hebben gekozen om per 1 januari 2016 het toezicht

Nadere informatie

Protocol calamiteiten Wmo Beemster, Edam-Volendam, Landsmeer, Oostzaan, Purmerend, Waterland en Wormerland

Protocol calamiteiten Wmo Beemster, Edam-Volendam, Landsmeer, Oostzaan, Purmerend, Waterland en Wormerland Protocol calamiteiten Wmo Beemster, Edam-Volendam, Landsmeer, Oostzaan, Purmerend, Waterland en Wormerland Versie 1, 29 augustus 2017 Protocol calamiteiten Wmo Beemster, Edam-Volendam, Landsmeer, Oostzaan,

Nadere informatie

PROTOCOL MELDINGEN CALAMITEITEN EN GEWELD

PROTOCOL MELDINGEN CALAMITEITEN EN GEWELD PROTOCOL MELDINGEN CALAMITEITEN EN GEWELD PROTOCOL MELDINGEN CALAMITEITEN EN GEWELD In artikel 3.4 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) is geregeld dat aanbieders in de zin van de

Nadere informatie

KWALITEITS TOEZICHT Wmo Noordoost-Oost Brabant

KWALITEITS TOEZICHT Wmo Noordoost-Oost Brabant KWALITEITS TOEZICHT Wmo Noordoost-Oost Brabant Informatie uitvoering Wmo toezicht Inhoud Uitvoering Toezicht op kwaliteit van de Wmo Verantwoordelijkheid, kwaliteit en toezicht Uitvoering en samenwerking

Nadere informatie

BIJLAGE 10: Protocol meldingen calamiteiten en geweld Groninger Gemeenten

BIJLAGE 10: Protocol meldingen calamiteiten en geweld Groninger Gemeenten BIJLAGE 10: Protocol meldingen calamiteiten en geweld Groninger Gemeenten In artikel 3.4 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) is geregeld dat aanbieders in de zin van de Wmo 2015 bij

Nadere informatie

PROTOCOL MELDINGEN CALAMITEITEN EN GEWELD

PROTOCOL MELDINGEN CALAMITEITEN EN GEWELD PROTOCOL MELDINGEN CALAMITEITEN EN GEWELD In artikel 3.4 van de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo 2015) is geregeld dat aanbieders bij de toezichthoudende ambtenaar onverwijld melding moeten

Nadere informatie

Protocol meldingen calamiteiten / geweld Wmo

Protocol meldingen calamiteiten / geweld Wmo Protocol Wmo Meldingen Calamiteiten/geweld bij de verstrekking van een voorziening Wmo 2015 Gelderland-Zuid en Mook en Middelaar 1. Inleiding Dit protocol meldingen bevat proces- en communicatieafspraken

Nadere informatie

Protocol Wmo Meldingen Calamiteiten/geweld bij de verstrekking van een voorziening Wmo 2015 Gelderland-Zuid en Mook en Middelaar

Protocol Wmo Meldingen Calamiteiten/geweld bij de verstrekking van een voorziening Wmo 2015 Gelderland-Zuid en Mook en Middelaar Protocol Wmo Meldingen Calamiteiten/geweld bij de verstrekking van een voorziening Wmo 2015 Gelderland-Zuid en Mook en Middelaar 1. Inleiding Dit protocol meldingen bevat proces- en communicatieafspraken

Nadere informatie

Inleiding. jeugdhulp regio IJsselland. Regionaal Serviceteam Jeugd IJsselland

Inleiding. jeugdhulp regio IJsselland. Regionaal Serviceteam Jeugd IJsselland Inleiding Het (RSJ IJsselland) is als aankoopcentrale verantwoordelijk voor de uitvoering van de inkoopstrategie specialistische met oog voor de rechtmatigheid en doelmatigheid. Het RSJ IJsselland betrekt

Nadere informatie

Wettelijke kwaliteitseis

Wettelijke kwaliteitseis Bijlage 1. Kwaliteitseisen maatschappelijke ondersteuning Categorie 1 Doelmatigheid voorziening Ondersteuningsplan / Begeleidingsplan Vraagformulering door cliënt De voorziening is doelmatig, doeltreffend

Nadere informatie

Toetsingskader Wmo-toezicht Gelderland-Zuid

Toetsingskader Wmo-toezicht Gelderland-Zuid Toetsingskader 2019, pagina 1 Toetsingskader Wmo-toezicht Gelderland-Zuid De Wmo-toezichthouder ziet, in opdracht van de gemeenten in Gelderland-Zuid, toe op de kwaliteit van de maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

PROTOCOL CALAMITEITEN EN GEWELD

PROTOCOL CALAMITEITEN EN GEWELD PROTOCOL CALAMITEITEN EN GEWELD WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING Ons kenmerk: 16.0012935 Datum: 01-01-2017 Contactpersoon: Wendy van Neer, Jordy van Slooten E-mail: w.vanneer@regiogv.nl, j.vanslooten@regiogv.nl

Nadere informatie

Calamiteitenprotocol instellingen Wmo, gemeenten in de regio Eemland

Calamiteitenprotocol instellingen Wmo, gemeenten in de regio Eemland Calamiteitenprotocol instellingen Wmo, gemeenten in de regio Eemland Inleiding Calamiteiten bij zorg en ondersteuning kunnen helaas niet altijd voorkomen worden. Ze hebben een grote impact op betrokkenen

Nadere informatie

Protocol meldingen calamiteiten / geweld Jeugdhulp

Protocol meldingen calamiteiten / geweld Jeugdhulp Protocol meldingen calamiteiten / geweld Jeugdhulp Gelderland-Zuid en Mook en Middelaar 1. Inleiding Dit protocol bevat proces- en communicatieafspraken tussen jeugdhulpaanbieders en gecertificeerde instellingen

Nadere informatie

Toezicht op kwaliteit van de Wmo persoonsgebonden budget (Pgb)

Toezicht op kwaliteit van de Wmo persoonsgebonden budget (Pgb) Toezicht op kwaliteit van de Wmo persoonsgebonden budget (Pgb) Verantwoordelijkheid, kwaliteit en toezicht De gemeente Amsterdam is verantwoordelijk voor het toezicht op de kwaliteit van de Wet maatschappelijke

Nadere informatie

Bijlage 1. Modelregeling Melden vermoeden van een misstand

Bijlage 1. Modelregeling Melden vermoeden van een misstand Bijlage 1 Modelregeling Melden vermoeden van een misstand Deze modelregeling is de uitwerking van de wettelijke verplichting uit de Wet Huis voor Klokkenluiders. De definities uit deze wet zijn dus ook

Nadere informatie

Onderwerp: Beleggen toezichthoudende functie en vaststellen protocol calamiteitenonderzoek Wmo

Onderwerp: Beleggen toezichthoudende functie en vaststellen protocol calamiteitenonderzoek Wmo Adviesnota Datum: Managementteam Algemeen bestuur Dagelijks bestuur Onderwerp: Beleggen toezichthoudende functie en vaststellen protocol calamiteitenonderzoek Wmo Advies: Inhoud (wat willen wij bereiken

Nadere informatie

PROTOCOL CALAMITEITEN EN GEWELD WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GOOISE MEREN 2016

PROTOCOL CALAMITEITEN EN GEWELD WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GOOISE MEREN 2016 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Gooise Meren. Nr. 149963 28 oktober 2016 PROTOCOL CALAMITEITEN EN GEWELD WET MAATSCHAPPELIJKE ONDERSTEUNING GOOISE MEREN 2016 Wet maatschappelijke ondersteuning

Nadere informatie

Lijst van vragen - totaal

Lijst van vragen - totaal Lijst van vragen - totaal Kamerstuknummer : 33149-30 Vragen aan Commissie : Regering : Volksgezondheid, Welzijn en Sport 33 149 Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld------------------

Nadere informatie

Wmo toezicht- werkplan 2016 voor de regio van de GGD RR

Wmo toezicht- werkplan 2016 voor de regio van de GGD RR Wmo toezicht- werkplan 2016 voor de regio van de GGD RR inleiding In de regionale werkgroep Toezicht Wmo is besloten een werkplan 2016 voor de toezichthouder op te stellen, voortvloeiend uit de opdracht

Nadere informatie

MIP staat voor Meldingen Incidenten Patiëntenzorg. Van die dingen waarvan je niet wilt dat ze gebeuren maar die desondanks toch voorkomen.

MIP staat voor Meldingen Incidenten Patiëntenzorg. Van die dingen waarvan je niet wilt dat ze gebeuren maar die desondanks toch voorkomen. Algemene inleiding Een onderdeel van de gezondheidswet is dat er uitvoering gegeven moet worden aan de systematische bewaking, beheersing en verbetering van de kwaliteit van de zorg. Hiervoor heeft Schouder

Nadere informatie

BIJLAGE 3, BEDOELD IN ARTIKEL F.1, ELFDE LID, VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Regeling melden vermoeden van een misstand)

BIJLAGE 3, BEDOELD IN ARTIKEL F.1, ELFDE LID, VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Regeling melden vermoeden van een misstand) BIJLAGE 3, BEDOELD IN ARTIKEL F.1, ELFDE LID, VAN DE COLLECTIEVE ARBEIDSVOORWAARDENREGELING PROVINCIES (Regeling melden vermoeden van een misstand) Deze regeling is de uitwerking van de wettelijke verplichting

Nadere informatie

Regeling voor het omgaan met melden vermoeden misstand of onregelmatigheid bij InterUM BV 1 Klokkenluidersregeling

Regeling voor het omgaan met melden vermoeden misstand of onregelmatigheid bij InterUM BV 1 Klokkenluidersregeling Regeling voor het omgaan met melden vermoeden misstand of onregelmatigheid bij InterUM BV 1 Klokkenluidersregeling InterUM BV; gelet op het belang dat InterUM BV hecht aan het voeren van een deugdelijk

Nadere informatie

Raadsinformatiebrief GEMEENTEBESTUUR. 21 juli 2015. Zorg en Welzijn. Informatie voor de raad (voor kennisgeving)

Raadsinformatiebrief GEMEENTEBESTUUR. 21 juli 2015. Zorg en Welzijn. Informatie voor de raad (voor kennisgeving) Raadsinformatiebrief GEMEENTEBESTUUR onderwerp Toezichthoudend ambtenaar Wmo team SLSTA RIB nummer 2015 105 collegevergadering d.d. programma portefeuillehouder 21 juli 2015 Zorg en Welzijn R. Testroote

Nadere informatie

Klachtenprocedure. Teamzorg B.V. Tarweweg 7-S 6534 AM Nijmegen

Klachtenprocedure. Teamzorg B.V. Tarweweg 7-S 6534 AM Nijmegen Klachtenprocedure Teamzorg B.V. Tarweweg 7-S 6534 AM Nijmegen info@teamzorg.eu 1 Inhoudsopgave DEFINITIES... 2 HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPLAINGEN... 4 ARTIKEL 1 DE ZORGAANBIEDER... 4 ARTIKEL 2 INFORMATIEVERSTREKKING

Nadere informatie

Regeling Klachten Cliënten Thuiszorg West-Brabant

Regeling Klachten Cliënten Thuiszorg West-Brabant Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen 1. Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder: a. zorgaanbieder : Stichting Thuiszorg West-Brabant (TWB); b. raad van bestuur

Nadere informatie

Overeenkomst WMO dienstverlening. Dagbesteding

Overeenkomst WMO dienstverlening. Dagbesteding Overeenkomst WMO dienstverlening Dagbesteding Module 1: Ondersteuningsplan Na het aangaan van deze overeenkomst ter ondersteuning, stellen we aan de hand van uw wensen een ondersteuningsplan op. U kunt

Nadere informatie

De aanbieder neemt bij zijn werkzaamheden de zorg in acht van een goed aanbieder van maatschappelijke ondersteuning.

De aanbieder neemt bij zijn werkzaamheden de zorg in acht van een goed aanbieder van maatschappelijke ondersteuning. BIJZONDERE MODULE Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) Ondersteuningsplan/ Werkplan De zorgaanbieder stelt, zo spoedig mogelijk nadat de cliënt hem heeft laten weten ondersteuning van hem te willen

Nadere informatie

Het ondersteuningsplan wordt in samenspraak met de zorgaanbieder en cliënt opgesteld, binnen de mogelijkheden van de afgegeven indicatie.

Het ondersteuningsplan wordt in samenspraak met de zorgaanbieder en cliënt opgesteld, binnen de mogelijkheden van de afgegeven indicatie. BIJZONDERE MODULE Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) Deze module is van toepassing op de indicaties van gemeenten voor begeleiding, kortdurend verblijf/beschermd wonen, dagactiviteit en/of huishoudelijke

Nadere informatie

Gemeenteblad Officiële uitgave van de gemeente Huizen Week: 45 Datum: nr. 13

Gemeenteblad Officiële uitgave van de gemeente Huizen Week: 45 Datum: nr. 13 Gemeenteblad Officiële uitgave van de gemeente Huizen Week: 45 Datum: 3-11-2014 nr. 13 Burgemeester en wethouders maken bekend dat de gemeenteraad in zijn vergadering van 25 september 2014 heeft besloten

Nadere informatie

Klachtenregeling cliënten De Hoven

Klachtenregeling cliënten De Hoven Klachtenregeling cliënten De Hoven Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen Artikel 1 Begripsomschrijvingen 1. Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder: a. zorgaanbieder : Stichting De Hoven b.

Nadere informatie

Voorwaarden zorg- en dienstverleningsovereenkomst Maatschappelijke ondersteuning (WMO en Jeugdwet)

Voorwaarden zorg- en dienstverleningsovereenkomst Maatschappelijke ondersteuning (WMO en Jeugdwet) Voorwaarden zorg- en dienstverleningsovereenkomst Maatschappelijke ondersteuning (WMO en Jeugdwet) Inhoud 1. Wijziging en einde van de zorg- en dienstverleningsovereenkomst... 2 2. Het ondersteuningsplan...

Nadere informatie

Eerste Kamer der Staten-Generaal

Eerste Kamer der Staten-Generaal Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2015 2016 34 238 Wijziging van de Invoeringswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba in verband met het wettelijk regelen van kwaliteitseisen

Nadere informatie

Bijlage: Toelichting Toezicht in de Wmo We voeren toezicht op basis van samenwerking en vertrouwen, met elkaar leren en verbeteren.

Bijlage: Toelichting Toezicht in de Wmo We voeren toezicht op basis van samenwerking en vertrouwen, met elkaar leren en verbeteren. Bijlage: Toelichting Toezicht in de Wmo We voeren toezicht op basis van samenwerking en vertrouwen, met elkaar leren en verbeteren. 1. Aanleiding: Gemeenten zijn sinds 1 januari 2015 verantwoordelijk voor

Nadere informatie

Procesplan calamiteiten Wmo en Jeugdwet Rivierenland november 2014

Procesplan calamiteiten Wmo en Jeugdwet Rivierenland november 2014 Procesplan calamiteiten Wmo en Jeugdwet Rivierenland 2015 30 november 2014 Dit Procesplan calamiteiten Wmo en Jeugdwet heeft betrekking op aanbieders die werkzaam zijn binnen Rivierenland en werkzaamheden

Nadere informatie

Wet van 18 januari 1996, betreffende de kwaliteit van zorginstellingen

Wet van 18 januari 1996, betreffende de kwaliteit van zorginstellingen (Tekst geldend op: 23-02-2007) Wet van 18 januari 1996, betreffende de kwaliteit van zorginstellingen Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Nadere informatie

Jaarverslag Toezicht WMO 2015 regio Zuidoost-Brabant

Jaarverslag Toezicht WMO 2015 regio Zuidoost-Brabant Jaarverslag Toezicht WMO 2015 regio Zuidoost-Brabant 1. Inleiding Gemeenten zijn per 1 januari 2015 verantwoordelijk voor het toezicht op en de naleving van de kwaliteitseisen die de WMO stelt. Elke gemeente

Nadere informatie

Klachtenregelement Senas-zorg

Klachtenregelement Senas-zorg Klachtenregelement Senas-zorg 1 Klachtenregeling voor zorgaanbieders die geen instellingen in stand houden die zijn aangemerkt als Bopz-instelling. Voorwoord Deze regeling is een variant van de algemene

Nadere informatie

Klachtenregeling. Dichtbij Dagbesteding

Klachtenregeling. Dichtbij Dagbesteding Klachtenregeling Dichtbij Dagbesteding In zorgrelaties kan onvrede ontstaan tot zelfs een klacht. Dit kan bijvoorbeeld betrekking hebben op de wijze van zorgverlening, de bejegening en het nakomen van

Nadere informatie

Hoofdstuk 4. Kwaliteit

Hoofdstuk 4. Kwaliteit Fawzi Salih van K2 Brabants Kenniscentrum Jeugd heeft voor u een eerste screening gemaakt van hoofdstuk 4. Het resultaat van de screening is terug te vinden op de volgende pagina s. De samenvatting per

Nadere informatie

KLACHTENREGELING KLACHTENFUNCTIONARIS WKKGZ. Klachtenregeling Wkkgz Klachtenfunctionaris

KLACHTENREGELING KLACHTENFUNCTIONARIS WKKGZ. Klachtenregeling Wkkgz Klachtenfunctionaris Versie 1.1 Pagina Pagina 1 van 8 Klachtenregeling Wkkgz Klachtenfunctionaris Datum vastgesteld 13-12-2016 Vastgesteld door M. van Veenendaal Versie 1.1 Pagina Pagina 1 van 8 Inhoudsopgave Definities...

Nadere informatie

Protocol meldingen calamiteiten / geweld Jeugdhulp Gelderland-Zuid en Mook en Middelaar

Protocol meldingen calamiteiten / geweld Jeugdhulp Gelderland-Zuid en Mook en Middelaar Protocol meldingen calamiteiten / geweld Jeugdhulp Gelderland-Zuid en Mook en Middelaar 1. Inleiding Dit protocol bevat proces- en communicatieafspraken tussen jeugdhulpaanbieders en gecertificeerde instellingen

Nadere informatie

I. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN

I. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN Klachtenreglement Opgesteld door: Directeur/Bestuurder Datum vastgesteld: Pagina 1 van 11 Inhoudsopgave I. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN... 3 II. DE PROCEDURE... 4 Artikel 1 Een klacht indienen:... 4 Artikel 2

Nadere informatie

Algemene Voorwaarden WMO

Algemene Voorwaarden WMO Deze algemene voorwaarden zijn gebaseerd op de modelovereenkomst maatschappelijke ondersteuning van Actiz mei 2016 Centraal Bureau Zorgcoördinator Postbus 534 7000 AM Doetinchem Ir. Visstraat 9 7001 CR

Nadere informatie

Rapport Stichting Brentano Amstelveen (Hulp bij huishouden)

Rapport Stichting Brentano Amstelveen (Hulp bij huishouden) Rapport Stichting Brentano Amstelveen (Hulp bij huishouden) Toezichthouder : GGD Amsterdam In opdracht van de gemeente(n) : Amstelveen Datum onderzoek : 25-06-2018 Type onderzoek : Vervolgonderzoek na

Nadere informatie

De aanbieder neemt bij zijn werkzaamheden de zorg in acht van een goed aanbieder van maatschappelijke ondersteuning.

De aanbieder neemt bij zijn werkzaamheden de zorg in acht van een goed aanbieder van maatschappelijke ondersteuning. Algemene voorwaarden bij Zorgcontract van Viattence betreffende overige diensten zoals Begeleiding / Kortdurend verblijf / Dagactiviteit / Aanvullende diensten Deze algemene voorwaarden zijn van toepassing

Nadere informatie

KLOKKENLUIDERSREGELING HOGESCHOOL LEIDEN

KLOKKENLUIDERSREGELING HOGESCHOOL LEIDEN KLOKKENLUIDERSREGELING HOGESCHOOL LEIDEN KLOKKENLUIDERSREGELING HOGESCHOOL LEIDEN Deze regeling is vastgesteld door het College van Bestuur op 29 maart 2017, na instemming van de Gezamenlijke Vergadering

Nadere informatie

Regeling melden vermoeden misstand Werk en Inkomen Lekstroom

Regeling melden vermoeden misstand Werk en Inkomen Lekstroom Het dagelijks bestuur van Werk en Inkomen Lekstroom (WIL); gelezen het voorstel van het dagelijks bestuur van 7 september 2017; gelet op de Wet Huis voor klokkenluiders; gelet op artikel 125quinquies Ambtenarenwet;

Nadere informatie

Klachtenreglement 2015

Klachtenreglement 2015 Klachtenreglement 2015 1.0 Doel & toepassingsgebied Doel Toepassingsgebied Datum opstellen Januari 2015 Frequentie evaluatie Dit reglement beschrijft de wijze waarop de organisatie en zorgverleners omgaan

Nadere informatie

Heeft u een klacht, dan kunt u daarover op verschillende manieren contact met ons opnemen:

Heeft u een klacht, dan kunt u daarover op verschillende manieren contact met ons opnemen: KLACHTENREGLEMENT Dagelijks Leven doet er alles aan om u zo goed mogelijk van dienst te zijn. Toch kan het zijn dat er iets gebeurt waar u niet tevreden over bent. Graag horen we dit van u, zodat wij onze

Nadere informatie

Klachtenreglement. van. Stichting Interculturele Participatie en Integratie (SIPI) exameninstelling TE AMSTERDAM

Klachtenreglement. van. Stichting Interculturele Participatie en Integratie (SIPI) exameninstelling TE AMSTERDAM Klachtenreglement van Stichting Interculturele Participatie en Integratie (SIPI) exameninstelling TE AMSTERDAM Procedure klachtenbehandeling SIPI Algemeen SIPI heeft graag tevreden klanten. Toch kan er

Nadere informatie

Besluit maatschappelijke ondersteuning Geldermalsen 2015

Besluit maatschappelijke ondersteuning Geldermalsen 2015 GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van gemeente Geldermalsen. Nr. 81712 31 december 2014 Besluit maatschappelijke ondersteuning Geldermalsen 2015 Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente

Nadere informatie

Regeling melding vermoeden misstand 2017 gemeente Texel

Regeling melding vermoeden misstand 2017 gemeente Texel Gemeenteblad Texel 2017 nr 01 datum 8-mrt-17 Regeling melding vermoeden misstand 2017 gemeente Texel INTREKKEN regeling melding vermoeden misstand 2014 gemeente Texel Regeling melding vermoeden misstand

Nadere informatie

WMO algemene voorwaarden Versie 07-17

WMO algemene voorwaarden Versie 07-17 1 1. Wijziging en einde overeenkomst De overeenkomst kan worden gewijzigd indien beide partijen daarmee instemmen. Wij kunnen de overeenkomst eenzijdig wijzigen indien wijzigingen in wetgeving of regelgeving,

Nadere informatie

Utrecht, maart Rapport van het inspectiebezoek aan Thuizsorg B.V. in Den Haag op 18 februari 2019

Utrecht, maart Rapport van het inspectiebezoek aan Thuizsorg B.V. in Den Haag op 18 februari 2019 Utrecht, maart 2019 Rapport van het inspectiebezoek aan Thuizsorg B.V. in Den Haag op 18 februari 2019 1 Inleiding Op 18 februari 2019 heeft de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (hierna: de inspectie)

Nadere informatie

Wkkgz Wet Kwaliteit Klachten Geschillen Zorg

Wkkgz Wet Kwaliteit Klachten Geschillen Zorg Wkkgz Wet Kwaliteit Klachten Geschillen Zorg Reglement Klachtenregeling Wkkgz Eilandzorg 2017 Inhoud Pagina Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen 3 Artikel 1 Begrippenlijst 3 Hoofdstuk 2 Klachtopvang 4 Artikel

Nadere informatie

REGELING OMGAAN MET MELDEN VERMOEDEN MISSTAND OF INTEGRITEITSSCHENDING

REGELING OMGAAN MET MELDEN VERMOEDEN MISSTAND OF INTEGRITEITSSCHENDING REGELING OMGAAN MET MELDEN VERMOEDEN MISSTAND OF INTEGRITEITSSCHENDING Artikel 1. Begripsbepalingen 1. In deze regeling wordt verstaan onder: a. werknemer: degene die krachtens arbeidsovereenkomst naar

Nadere informatie

Privacy verklaring Veilig Thuis Flevoland

Privacy verklaring Veilig Thuis Flevoland Privacy Verklaring Inleiding Wij staan voor een veilig thuis voor iedereen. Wij hebben de maatschappelijke opdracht om burgers te beschermen door een melding van huiselijk geweld en/of kindermishandeling

Nadere informatie