De klacht richting verweerder bestaat uit de volgende klachtonderdelen:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "De klacht richting verweerder bestaat uit de volgende klachtonderdelen:"

Transcriptie

1 Oordeel Commissie: mr. E. Cremers - Hartman, voorzitter, mr. E.P. Harderwijk, bedrijfsarts en mr. M.A.C. Vijn, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen in tegenwoordigheid van mr. J. Jonkman, secretaris. 1 De klacht 1.1 Op 24 oktober 2010 heeft klager een klacht ingediend bij de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: de Commissie). Klager is door de keurend arts van een arbodienst gekeurd voor de functie van taxichauffeur/kleinbus bij een vervoersbedrijf (hierna: de aspirant werkgever). De keurend arts (hierna: verweerder) heeft klager afgekeurd vanwege een combinatie van aandoeningen. De klacht richting verweerder bestaat uit de volgende klachtonderdelen: Klager betwijfelt of verweerder een gedegen onderzoek heeft gedaan om tot de afkeuring te komen. Zij heeft geen navraag gedaan bij de behandelend internist over klagers diabetes, terwijl klager hiervoor toestemming had gegeven; Klager is van mening dat verweerder de keuring heeft verricht op basis van verkeerde weten regelgeving of zij zou de regelgeving verkeerd hebben geïnterpreteerd: volgens klager voldoet hij aan de eisen zoals opgenomen in de Regeling eisen geschiktheid 2000; Verweerder heeft klager vooraf geen informatie gegeven over de keuring; klager wist niet dat het om een aanstellingskeuring volgens de Wet op de medische keuringen (WMK) ging; Klager is van mening dat verweerder onderdelen van de keuring aan de aspirant werkgever heeft meegedeeld, zonder zijn toestemming, waar het betreft dat er meer aan de hand zou zijn dan diabetes. 2 De loop van de procedure 2.1 De secretaris van de Commissie heeft op 27 oktober 2010 telefonisch contact gehad met klager voor een nadere toelichting op het ingediende klachtenformulier. Van dit gesprek heeft de secretaris een verslag opgesteld en ter controle en aanvulling aan klager voorgelegd. Klager heeft op 28 oktober 2010 het verslag aangevuld en voor akkoord verklaard. 2.2 Op 8 november 2010 heeft de Commissie klager nog schriftelijk nadere vragen gesteld. Hierop heeft klager nog diezelfde dag gereageerd. 2.3 Bij brief van 9 november 2010 is de klacht doorgestuurd naar verweerder en de aspirant werkgever met het verzoek om een reactie. 2.4 Verweerder heeft op 25 november 2010 een schriftelijke reactie verzonden aan de Commissie. 2.5 Partijen zijn op 13 januari 2011 gehoord. 2.6 De aspirant werkgever is uitgenodigd voor een hoorzitting op diezelfde datum in aansluiting op de zitting met verweerder. De Commissie heeft besloten verweerder en de aspirant werkgever niet gelijktijdig te horen in verband met de bescherming van de privacy van klager en het beroepsgeheim van verweerder. 2.7 De Commissie heeft tegen de aspirant werkgever een afzonderlijk oordeel uitgebracht (Oordeel ). 3. De feiten

2 2 3.1 Klager is via een re-integratiebureau bij de aspirant werkgever op 2 juni 2010 op sollicitatiegesprek gekomen in het kader van een opleiding tot taxichauffeur met baangarantie. 3.2 Klager is begin juli 2010 aan de opleiding begonnen. 3.3 De arbodienst heeft klager op 20 juli 2010 een uitnodiging voor de keuring gestuurd. Hierin staat dat de arbodienst het verzoek heeft ontvangen om een medisch onderzoek te verrichten en dat dit onderzoek verband houdt met uw functie van taxi. Het onderzoek wordt verricht in opdracht van de aspirant werkgever. Op 26 juli 2010 vond de keuring plaats, door verweerder. Verweerder heeft tijdens de hoorzitting bevestigd dat zij klager voorafgaand aan de keuring niet heeft geïnformeerd over de inhoud en het doel van de keuring en/of de bijzondere functie-eisen waarop klager gekeurd zou worden. Verweerder ging er vanuit dat de aspirant werkgever deze informatie al zou hebben gegeven. 3.4 Verweerder heeft klager vervolgens uitgenodigd voor het spreekuur op 27 juli 2010, om de keuringsuitslag mee te delen en te bespreken. Verweerder deelde klager mee dat hij was afgekeurd. Tijdens de hoorzitting is duidelijk geworden dat verweerder tijdens dit gesprek klager een zogenoemd WMK-formulier heeft overhandigd met het verzoek dit te ondertekenen, zodat de keuringsuitslag aan de aspirant werkgever bekend gemaakt zou kunnen worden. Klager heeft het formulier niet ondertekend. 3.5 Toen klager na het gesprek naar zijn auto terug liep, belde verweerder klager met de mededeling dat klager een herkeuring zou kunnen aanvragen en dat hij een klacht zou kunnen indienen bij de Commissie. Verweerder heeft deze informatie later in een van 29 juli 2010 aan klager bevestigd. 3.6 Bij thuiskomst, op 27 juli 2010, trof klager een voic bericht aan van de aspirant werkgever. Het bericht was ingesproken om uur. Op dat tijdstip was klager op het spreekuur bij verweerder. Uit het voic bericht blijkt dat er telefonisch contact is geweest tussen een medewerker van de aspirant werkgever en een medewerker van de arbodienst waarbij is gesproken over de keuringsuitslag van klager. Tijdens de hoorzitting die de Commissie met de aspirant werkgever heeft gehouden is gebleken dat een medewerker van de aspirant werkgever het initiatief heeft genomen om de arbodienst te bellen en te informeren naar de keuringsuitslag (zie oordeel ). 3.7 Op 3 augustus 2010 heeft klager de keuringsuitslag met de aspirant werkgever besproken. Op die dag heeft de aspirant werkgever hem medegedeeld op dat moment niet tot een dienstverband met klager over te gaan, als gevolg van de afkeuring door verweerder. 3.8 Klager heeft op 6 en 18 augustus 2010 respectievelijk het theorie- en praktijkexamen taxichauffeur met succes afgelegd. 3.9 Klager heeft een herkeuring aangevraagd bij de arbodienst. De herkeuring heeft plaatsgevonden op 30 augustus De herkeurend arts heeft klager mede na overleg met de behandelend internist goedgekeurd. 4. Standpunten klager 4.1 Klager betwijfelt of verweerder een gedegen onderzoek heeft gedaan om tot de afkeuring te komen. Zij heeft geen navraag gedaan bij de behandelend internist over klagers diabetes, terwijl klager hiervoor toestemming had gegeven. 4.2 Klager is van mening dat verweerder de keuring heeft verricht op basis van verkeerde weten regelgeving of zij zou de regelgeving verkeerd hebben geïnterpreteerd: volgens klager voldoet hij aan de eisen zoals opgenomen in de Regeling eisen geschiktheid Verweerder heeft klager vooraf geen informatie gegeven over de keuring. Ter zitting heeft klager benadrukt dat hij voorafgaand aan de keuring niet wist dat er sprake was van een

3 3 aanstellingskeuring volgens de WMK en niet op de hoogte is gesteld van de bijzondere functie-eisen waarop hij gekeurd zou worden. 4.4 Klager is van mening dat zonder zijn toestemming informatie over de keuringsuitslag is verstrekt aan de aspirant werkgever, waar het betreft dat er meer aan de hand zou zijn dan diabetes. Aangezien het voic bericht op 27 juli 2010 is ingesproken ten tijde dat klager in gesprek was met verweerder, gaat klager er van uit dat het niet verweerder zelf is geweest die de informatie heeft doorgegeven. 5. Standpunten verweerder 5.1 Verweerder geeft aan dat er een gedegen en zorgvuldig onderzoek is gedaan naar de geschiktheid van klager voor de functie van taxichauffeur/kleinbus bij de aspirant werkgever. Verweerder heeft intern overleg gevoerd met collega-deskundigen en is zodoende tot de conclusie gekomen dat de combinatie van aandoeningen gezien de risico s op de openbare weg tot afkeuring diende te leiden. Er is afgezien van het inwinnen van informatie bij de behandelend internist, omdat de combinatie van aandoeningen niet op het vakgebied van de interne geneeskunde ligt, de internist mogelijk niet onpartijdig is en het niet conform de geldende richtlijnen van de KNMG over het geven van medische verklaringen door behandelaars is. 5.2 De aspirant werkgever had de arbodienst verzocht om een keuring op grond van de WMK (bijzondere functie-eisen) te verrichten. Verweerder stelt dat een aanstellingskeuring voor deze functie volgens de WMK en het daarop gebaseerde Besluit Aanstellingskeuringen gerechtvaardigd is. De keuring is verricht volgens de Leidraad Aanstellingskeuringen en in deze leidraad staat dat naast de regels van de WMK en het Besluit Aanstellingskeuringen een aantal andere (wettelijke) regels mogelijk van belang zijn. In deze is dat de Regeling eisen geschiktheid Het gaat om een wettelijk verplichte keuring voor het verkrijgen van een rijbewijs, categorie 2. De keuring is volgens bovengenoemde regeling verricht. Ter zitting heeft verweerder het door haar gebruikte WMK-formulier laten zien. De arbodienst gaf vervolgens aan dat de regels van de Regeling eisen geschiktheid 2000 door de arbodienst zijn vertaald naar bijzondere functie-eisen voor de functie van taxichauffeur/kleinbus zoals verwoord in het WMK-formulier. 5.3 Verweerder heeft ter zitting verklaard dat zij klager voorafgaand aan de keuring niet heeft geïnformeerd over het doel en inhoud van de keuring en de bijzondere functie-eisen waarop klager gekeurd zou worden. Zij heeft klager bij binnenkomst medegedeeld dat hij gekomen was voor een keuring voor de functie van taxichauffeur. Verweerder heeft verder geen informatie gegeven omdat ze ervan uit ging dat de aspirant werkgever dit al had gedaan. Verweerder heeft daarop de personalia van klager geverifieerd en de door hem thuis ingevulde vragenlijst van de Inspectie Verkeer en Waterstaat met hem doorgenomen en de keuring uitgevoerd. 5.4 Verweerder heeft klager na het tweede spreekuurcontact op 27 juli 2010 gebeld en hem toen geïnformeerd over klagers recht op een herkeuring en de mogelijkheid om een klacht in te dienen bij de Commissie. Verweerder heeft deze informatie daarna per van 29 juli 2010 bevestigd. 5.5 Verweerder heeft geen informatie over de keuringsuitslag aan de aspirant werkgever verstrekt omdat klager hier geen toestemming voor had verleend. Verweerder verklaart tijdens de hoorzitting geen enkel contact te hebben gehad met de aspirant werkgever.

4 4 6 Overwegingen van de Commissie 6.1 Voorop staat dat, gelet op de tekst en de doelstellingen van de WMK en overige regelgeving, waaronder het Protocol Aanstellingskeuringen van juni 1995, in werking sinds 1 januari , moet worden uitgegaan van een strikte scheiding van verantwoordelijkheden en bevoegdheden tussen de keuringvrager en de keurend artsen. De Commissie geeft daarom afzonderlijk een oordeel over het handelen van de keuringvrager (oordeel ). 6.2 De klacht heeft voor een deel betrekking op de toepassing van de Regeling eisen geschiktheid 2000 (hierna: de Regeling) door de keurend arts. In de Regeling staan de eisen met betrekking tot de lichamelijke en geestelijke geschiktheid om motorrijtuigen te mogen besturen. Deze regels zijn opgesteld door de minister van Verkeer en Waterstaat. De vaststelling van de geschiktheid voor één of meer rijbewijscategorieën geschiedt door middel van afgifte van de Verklaring van geschiktheid door het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR). Klager stelt dat verweerder de Regeling verkeerd heeft geïnterpreteerd: volgens klager voldoet hij aan alle eisen die in de Regeling worden genoemd om geschikt verklaard te worden voor rijbewijzen uit groep 2, waaraan voldaan moet worden voor geschiktheid voor personenvervoer. 6.3 Het is de taak van de Commissie om een oordeel te geven over de vraag of bij de aanstellingskeuring is voldaan aan de vereisten van de WMK en het Besluit aanstellingskeuringen. De WMK en het Besluit aanstellingskeuringen geven aan wanneer een keuring mag worden verricht en aan welke procedurevoorschriften de keuring moet voldoen. Als bij de aanstellingskeuring ook andere wet- en regelgeving dient te worden betrokken, kan de Commissie wel een oordeel geven over de vraag of de toepassing daarvan in overeenstemming kan worden geacht met de vereisten van de WMK en het Besluit aanstellingskeuringen. De Commissie is echter niet bevoegd een oordeel te geven over de vraag of verweerder klager had kunnen goedkeuren met inachtneming van de genoemde Regeling. Derhalve is de Commissie niet bevoegd een oordeel te geven over het onderdeel van de klacht dat daarop betrekking heeft. 6.4 De Commissie overweegt dat artikel 1, onderdeel a, van de WMK bepaalt voor zover hier van belang dat onder een keuring wordt verstaan vragen over de gezondheidstoestand van de keurling en het verrichten van medisch onderzoek in verband met het aangaan of wijzigen van: 1. een burgerrechtelijke arbeidsverhouding die bij of krachtens de Ziektewet, de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen of de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering als dienstbetrekking wordt aangemerkt, ( ) 6.5 Klager is via een re-integratiebureau bij de aspirant werkgever terechtgekomen. Hij kon via de aspirant werkgever de opleiding tot taxichauffeur volgen met baangarantie. Uit de stukken blijkt dat de aspirant werkgever de arbodienst opdracht heeft gegeven om een aanstellingskeuring te verrichten. Ter zitting is voorts gebleken dat het de bedoeling was dat klager daadwerkelijk een arbeidsovereenkomst zou krijgen. Het gaat hier dan ook om een keuring in verband met het aangaan van een arbeidsverhouding. 6.6 Een aanstellingskeuring mag in gevolge artikel 4, eerste lid, van de WMK juncto artikel 3, eerste lid, van het Besluit aanstellingskeuringen, alleen plaatsvinden, indien aan de vervulling van de betreffende functie en de daarbij behorende taken bijzondere eisen op het punt van medische geschiktheid moeten worden gesteld, waaronder wordt begrepen de bescherming van de gezondheid en de veiligheid van de keurling en van derden bij de 1 Het Protocol Aanstellingskeuringen kan blijkens de nota van toelichting bij het Besluit tot regeling van de aanstellingskeuringen van 23 november 2001, Stb. 2001, 597, en bij het Besluit tot regeling van de klachtenbehandeling aanstellingskeuringen van 23 november 2001, Stb. 2001, 598, worden beschouwd als een nadere invulling van de WMK en het Besluit Aanstellingskeuringen.

5 5 uitvoering van de desbetreffende arbeid, terwijl de risico s voor de gezondheid en veiligheid niet met gangbare maatregelen, overeenkomstig de stand der wetenschap en professionele dienstverlening, kunnen worden gereduceerd. Alvorens over te gaan tot een keuring is het de verantwoordelijkheid van de keurend arts te verifiëren of aan deze voorwaarden is voldaan. 6.7 Naast de regels van de WMK en het Besluit Aanstellingskeuringen kunnen bij de aanstellingskeuring een aantal andere regels van toepassing zijn als deze op specifieke wetgeving is gebaseerd. Voor de functie van taxichauffeur/kleinbus is dat de Regeling. In artikel 2 van deze Regeling staat dat de eisen met betrekking tot de lichamelijke en geestelijke geschiktheid tot het besturen van motorrijtuigen worden vastgesteld overeenkomstig de bij deze regeling behorende bijlage. 6.8 In de bijlage van de Regeling zijn de keuringseisen geformuleerd voor het beoordelen van de lichamelijke en geestelijke geschiktheid tot het besturen van motorrijtuigen. De inleiding bij de keuringseisen bepaalt dat afgezien van de invloed van alcoholgebruik- er nog altijd betrekkelijk weinig epidemiologische gegevens zijn over de relatie tussen gezondheidstoestand van verkeersdeelnemers en het veroorzaken van verkeersongevallen. Het spreekt voor zich dat de ongevalskans kan toenemen door verminderde lichamelijke of geestelijke conditie van degene die een motorvoertuig bestuurt. De Regeling is dus opgezet met het doel de veiligheid van bestuurder en medeweggebruikers te vergroten. 6.9 Artikel 4, eerste lid, van de WMK bepaalt dat onder medische geschiktheid voor de functie wordt begrepen de bescherming van de gezondheid en veiligheid van de keurling en van derden bij de uitvoering van de desbetreffende arbeid. De veiligheid van de keurling en van derden is derhalve een bijzondere functie-eis in de zin van de WMK Verweerder en de arbodienst hebben ter hoorzitting getoond dat zij in hun keuringsbeleid de normen van de Regeling hebben vertaald in bijzondere eisen op het punt van de medische geschiktheid conform artikel 4, eerste lid, van de WMK juncto artikel 3, eerste lid, van het Besluit aanstellingskeuringen en zoals benoemd in de Leidraad aanstellingskeuringen: onder andere scherp zien op afstand, horen, waakzaamheid en oordeelsvermogen, voldoende functioneren van wervelkolom en van de ledematen De Commissie is van mening dat verweerder de eisen voor het verrichten van de functie taxichauffeur met inachtneming van de normen die in de Regeling worden benoemd heeft kunnen vertalen naar bijzondere eisen op het punt van medische geschiktheid en dat niet is gesteld of gebleken dat verweerder daarbij in strijd met de WMK en het Besluit Aanstellingskeuringen heeft gehandeld Klager stelt in het tweede onderdeel van zijn klacht dat verweerder geen gedegen onderzoek heeft verricht door na te laten informatie over klagers diabetes op te vragen bij zijn behandelend internist, terwijl klager hiervoor zijn uitdrukkelijke toestemming had gegeven. De Commissie kan zich over dit onderdeel van de klacht hier niet uitlaten daar dit een inhoudelijke beoordeling zou zijn die is voorbehouden aan de keurend arts. Ook ten aanzien van dit onderdeel van de klacht is de Commissie niet bevoegd Het derde klachtonderdeel bestaat uit de vraag of verweerder in strijd heeft gehandeld met artikel 8, tweede lid, van de WMK door klager voorafgaand aan de keuring niet te informeren over doel en inhoud van de keuring. Het vierde klachtonderdeel bestaat uit de vraag of verweerder informatie over de keurling in strijd met artikel 10, tweede en derde lid, WMK aan de aspirant werkgever heeft verstrekt Ter zitting is gebleken dat klager onvoldoende is geïnformeerd over de inhoud en het doel van de keuring en zijn rechten daarbij. Klager wist niet dat het om een aanstellingskeuring in de zin van de WMK ging. Verweerder heeft bevestigd dat zij klager niet voorafgaand aan de keuring inhoudelijk heeft geïnformeerd.

6 Verweerder heeft een eigen verantwoordelijkheid in relatie tot de keurling. Verweerder dient zich ervan te vergewissen dat de keurling vóórafgaand aan de keuring voldoende is geïnformeerd over doel en inhoud van die keuring conform het vereiste in artikel 8, tweede lid, van de WMK. Indien dit niet het geval is dient de keurend arts deze informatie zelf te verstrekken. Dit vloeit voort uit het principe van geïnformeerde toestemming (informed consent principe). De Commissie wijst hier ook op de betreffende artikelen van het Burgerlijk Wetboek (BW), Titel 7, afdeling 5, welke afdeling ingevolge artikel 464 BW van overeenkomstige toepassing is op de aanstellingskeuring, alsmede op het Protocol Aanstellingskeuringen Klager heeft gesteld dat hij tijdens de keuring niet wist dat het ging om een aanstellingskeuring. Verweerder heeft ter zitting bevestigd dat zij klager voorafgaand aan de keuring niet heeft geïnformeerd, Daarom oordeelt de Commissie dat verweerder zich er niet van heeft vergewist of klager doel en inhoud van de keuring begreep. Derhalve heeft verweerder in strijd gehandeld met artikel 8, tweede lid, WMK. Dit onderdeel van de klacht is gegrond Het laatste onderdeel van de klacht betreft de informatieverstrekking over de keuring door verweerder aan de aspirant werkgever. Klager heeft de machtiging om de uitslag door te geven aan de aspirant werkgever niet ondertekend en wilde dus niet dat de uitslag bekend zou worden gemaakt. Klager stelt dat verweerder hierdoor haar beroepsgeheim heeft geschonden Ten aanzien van het verstrekken van informatie door een keurend arts aan de (aspirant) werkgever overweegt de Commissie als volgt. De WMK bepaalt dat een keurend arts verplicht is tot geheimhouding van wat hem bekend is over de keurling (artikel 10, tweede lid, WMK). De WMK bepaalt ook dat een keurend arts niet meer mag meedelen aan de keuringvrager dan voor het doel van de keuring strikt noodzakelijk is (artikel 10, derde lid, WMK). Uit de wetsgeschiedenis van de WMK blijkt dat dit laatste inhoudt dat de keuringsuitslag geschikt, ongeschikt of geschikt onder voorwaarden mag worden medegedeeld, maar pas nadat de keurling hiervoor toestemming heeft gegeven. Het doorbreken van deze geheimhoudingsplicht is in strijd met de WMK. Uit de wetsgeschiedenis van de WMK blijkt ook dat indien de medische gegevens over mensen in grotere organisaties bekend kunnen worden aan andere personen, de keurend arts verantwoordelijk en aansprakelijk gesteld wordt voor de geheime bewaring van de gegevens Het beroepsgeheim is eveneens vastgelegd in de Wet op de geneeskundige behandelingsovereenkomst (WGBO) en in de Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg (Wet BIG). De bepalingen van de WGBO - de artikelen 7:446-7:468 Burgerlijk Wetboek (BW) - zijn op grond van artikel 7:464 BW van overeenkomstige toepassing op de aanstellingskeuring. Ook de Wet BIG is van betekenis voor de aanstellingskeuring. Opzettelijke schending van het beroepsgeheim is in het Wetboek van Strafrecht strafbaar gesteld Het beroepsgeheim weegt dus zeer zwaar. De hoofdregel is dat de arts geen informatie aan derden mag verstrekken. In enkele situaties is het mogelijk dat de arts zijn beroepsgeheim doorbreekt. Eén daarvan doet zich voor wanneer de arts gerichte toestemming heeft gekregen van de keurling. Deze toestemming kan de keurling alleen geven als hij door de arts vóóraf is ingelicht over het doel, de inhoud en de mogelijke consequenties van gegevensverstrekking. In casu heeft klager uitdrukkelijk geen toestemming willen geven en heeft het WMK-formulier dus niet ondertekend Ter zitting is voldoende komen vast te staan, dat verweerder persoonlijk geen informatie over de keuring heeft verstrekt aan de aspirant werkgever zonder klagers toestemming. 2 Tweede Kamer, vergaderjaar , , nr.7 pagina 20/21

7 7 Wel is het de Commissie, uit de hoorzitting in het oordeel tegen de opdrachtgever, gebleken dat er telefonisch contact is geweest met de arbodienst waarbij verweerder werkzaam is en dat uit de door de arbodienst verstrekte informatie kon worden opgemaakt dat er meer aan de hand is dan alleen diabetes. Gezien de bedoeling van de WMK komt hiermee vast te staan dat gehandeld is in strijd met artikel 10, tweede lid, van de WMK. De keurend arts is op grond van de wet immers verantwoordelijk voor de geheime bewaring van de gegevens. Dit onderdeel van de klacht is dan ook gegrond 6.22 In dit geval zal de Commissie, op grond van artikel 15 lid 2 van het Besluit klachtenbehandeling aanstellingskeuringen, tevens een aanbeveling uit brengen richting verweerder en de arbodienst waarbinnen zij werkt. 7. Oordeel van de Commissie Op grond van vorenstaande overwegingen komt de Commissie tot het volgende oordeel: Ten aanzien van het onderdeel van de klacht dat verweerder de Regeling eisen geschiktheid 2000 verkeerd heeft geïnterpreteerd en daardoor niet tot afkeuring had mogen beslissen, is de Commissie niet bevoegd; Ten aanzien van het onderdeel van de klacht dat verweerder geen gedegen onderzoek heeft gedaan om tot de afkeuring te komen door na te laten informatie over klagers diabetes bij de behandelend internist op te vragen, is de Commissie niet bevoegd; Ten aanzien van het onderdeel van de klacht dat verweerder klager voorafgaand aan de keuring geen informatie heeft gegeven over inhoud en doel van de keuring oordeelt de Commissie dat verweerder in strijd heeft gehandeld met artikel 8, tweede lid, van de WMK. Dit onderdeel van de klacht is gegrond. Ten aanzien van het onderdeel van de klacht dat verweerder zonder klagers toestemming informatie over de keuringsuitslag aan de aspirant werkgever heeft meegedeeld, oordeelt de Commissie dat verweerder haar beroepsgeheim niet heeft geschonden maar volgens de WMK wel verantwoordelijk is voor de geheime bewaring van keuringsgegevens. Verweerder heeft derhalve gehandeld in strijd met artikel 10, tweede lid, van de WMK, waardoor dit onderdeel van de klacht gegrond is. De Commissie beveelt de arbodienst waarbij verweerder werkzaam is aan, er in de kantoororganisatie op toe te zien en te waarborgen dat geen informatie over de (stand van zaken in een) aanstellingskeuring naar buiten wordt gebracht anders dan door de keurend arts zelf en conform het gestelde in art. 10 van de WMK, tweede lid. De voorzitter: de secretaris: mw. mr. E. Cremers - Hartman mw. mr. J. Jonkman Den Haag, 28 januari 2011

De klacht richting verweerder als keuringsvrager bestaat uit de volgende klachtonderdelen:

De klacht richting verweerder als keuringsvrager bestaat uit de volgende klachtonderdelen: Oordeel 2011-01 Commissie: mr. E. Cremers - Hartman, voorzitter, drs. E.P. Harderwijk, bedrijfsarts en mr. M.A.C. Vijn, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen in tegenwoordigheid

Nadere informatie

2.4 De Commissie heeft de klacht op 18 januari 2011 doorgestuurd naar verweerster.

2.4 De Commissie heeft de klacht op 18 januari 2011 doorgestuurd naar verweerster. Oordeel 2011-04 Commissie: mr. drs. C.M.F. van Roessel, voorzitter, mr. E.P. Harderwijk, bedrijfsarts en mr. M.A.C. Vijn, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen in tegenwoordigheid

Nadere informatie

2.2 Partijen zijn in de gelegenheid gesteld hun standpunten nader toe te lichten tijdens de hoorzitting op 21 juni 2005.

2.2 Partijen zijn in de gelegenheid gesteld hun standpunten nader toe te lichten tijdens de hoorzitting op 21 juni 2005. Oordeel 2005-10 Utrecht, 5 augustus 2005 1 De klacht 1.1 Op 12 april 2005 heeft klager de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken over

Nadere informatie

1.2 Op 26 juli 2004 heeft verzoeker om hem moverende redenen zijn verzoek ingetrokken.

1.2 Op 26 juli 2004 heeft verzoeker om hem moverende redenen zijn verzoek ingetrokken. 2005-01 Utrecht, 9 februari 2005 1. Het signaal 1.1 Op 27 mei 2004 heeft de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) een verzoek om advies ontvangen over de vraag of het

Nadere informatie

1.2 Op 26 juli 2004 heeft verzoeker om hem moverende redenen zijn verzoek ingetrokken.

1.2 Op 26 juli 2004 heeft verzoeker om hem moverende redenen zijn verzoek ingetrokken. 2005-02 9 februari 2005 1. Het signaal 1.1 Op 27 mei 2004 heeft de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) een verzoek om advies ontvangen over de vraag of het in opdracht

Nadere informatie

2.3 De Commissie heeft de klacht op 11 april 2011 doorgestuurd naar verweerder met het verzoek om een reactie.

2.3 De Commissie heeft de klacht op 11 april 2011 doorgestuurd naar verweerder met het verzoek om een reactie. Oordeel 2011-05 Commissie: prof. mr. W.H.A.C.M. Bouwens, voorzitter, mr. M.A.C. Vijn, en drs. W.M. van de Fliert, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen, in tegenwoordigheid van

Nadere informatie

Oordeel Utrecht, 28 april De klacht

Oordeel Utrecht, 28 april De klacht Oordeel 2005-08 Utrecht, 28 april 2005 1 De klacht 1.1 Op 27 januari 2005 heeft klager de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken over

Nadere informatie

De klacht gaat over de procedure, gevolgd bij de sollicitatie van klaagster naar de functie van receptioniste bij aspirant werkgever.

De klacht gaat over de procedure, gevolgd bij de sollicitatie van klaagster naar de functie van receptioniste bij aspirant werkgever. Oordeel 2018-02 klaagster / aspirant werkgever Op 21 december 2017 is klaagster, als onderdeel van de sollicitatieprocedure, gevraagd een sollicitatieformulier in te vullen. De klacht richt zich tegen

Nadere informatie

2.1 Op 10 september en op 7 oktober 2009 heeft de Commissie klaagster nadere vragen gesteld.

2.1 Op 10 september en op 7 oktober 2009 heeft de Commissie klaagster nadere vragen gesteld. Oordeel 2010-03 Commissie: mr. E. Cremers - Hartman, voorzitter, prof. mr. W.H.A.C.M. Bouwens en drs. E.P. Harderwijk, bedrijfsarts, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen in

Nadere informatie

2.1 De Commissie heeft in het kader van haar onderzoek schriftelijke informatie gevraagd bij de werkgever en de Arbo-dienst.

2.1 De Commissie heeft in het kader van haar onderzoek schriftelijke informatie gevraagd bij de werkgever en de Arbo-dienst. 2004-08 Utrecht, 8 juni 2004 1. Het signaal 1.1 Op 31 oktober 2003 heeft de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna te noemen: Commissie) een signaal ontvangen dat in opdracht van de

Nadere informatie

Medische keuring bij een sollicitatie, mag dat?

Medische keuring bij een sollicitatie, mag dat? Medische keuring bij een sollicitatie, mag dat? Een medische keuring of aanstellingskeuring kan soms onderdeel zijn van een sollicitatieprocedure. Dit mag alleen als het voor de functie noodzakelijk is

Nadere informatie

2.1 De Commissie heeft zich beraad over de ontvankelijkheid van de klacht.

2.1 De Commissie heeft zich beraad over de ontvankelijkheid van de klacht. Oordeel 2004-13 Utrecht, 12 november 2004 1 De klacht Op 30 april 2004 heeft klager de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken over

Nadere informatie

Oordeel De klacht

Oordeel De klacht Oordeel 2012-01 Commissie: mevrouw mr. drs. C.M.F. van Roessel, voorzitter, mevrouw mr. C.W.G. Rayer en de heer mr. drs. E.P. Harderwijk, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen,

Nadere informatie

De klacht betreft zowel het handelen van verweerder als het handelen van de Koninklijke Luchtmacht (hierna: het bevoegd gezag).

De klacht betreft zowel het handelen van verweerder als het handelen van de Koninklijke Luchtmacht (hierna: het bevoegd gezag). Oordeel 2009-05 Commissie: mr. E. Cremers - Hartman, voorzitter, mr. M.A.C. Vijn en mr. C.M.F. van Roessel, bedrijfsarts, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen in tegenwoordigheid

Nadere informatie

1.2 De Commissie heeft de klacht niet in behandeling genomen, omdat klager geen belang (meer) had bij zijn klacht.

1.2 De Commissie heeft de klacht niet in behandeling genomen, omdat klager geen belang (meer) had bij zijn klacht. Oordeel 2003-06 2 december 2003 1 Het signaal 1.1 Op 26 juni 2003 heeft de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna te noemen: Commissie) een klacht ontvangen over de verstrekking van

Nadere informatie

2.4 Op 14 oktober 2009 zijn partijen uitgenodigd voor een hoorzitting op 11 november 2009.

2.4 Op 14 oktober 2009 zijn partijen uitgenodigd voor een hoorzitting op 11 november 2009. Oordeel 2009-06 Commissie: mr. E. Cremers - Hartman, voorzitter, mr. M.A.C. Vijn en mr. C.M.F. van Roessel, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen in tegenwoordigheid van mr.

Nadere informatie

2.1 Op 18 augustus 2006 heeft de Commissie verweerder schriftelijk in kennis gesteld van de klacht met bijlagen.

2.1 Op 18 augustus 2006 heeft de Commissie verweerder schriftelijk in kennis gesteld van de klacht met bijlagen. Oordeel 2006-14 Utrecht, 31 oktober 2006 Commissie: Th.M.G. van Berkestijn, arts, voorzitter, prof. mr. A.C. Hendriks en mevrouw mr. M.J.M. Kelder, bedrijfsarts, leden van de Commissie Klachtenbehandeling

Nadere informatie

2.1 De Commissie heeft het verzoek in behandeling genomen en een onderzoek ingesteld.

2.1 De Commissie heeft het verzoek in behandeling genomen en een onderzoek ingesteld. Oordeel 2005-07 Utrecht, 28 april 2005 1 De klacht 1.1 Op 27 januari 2005 heeft klager de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken over

Nadere informatie

Wet op de medische keuringen

Wet op de medische keuringen Wet op de medische keuringen Wet van 5 juli 1997, Stb. 1997, 365 (Verbeterblad), houdende regels tot versterking van de rechtspositie van hen die een medische keuring ondergaan (Wet op de medische keuringen),

Nadere informatie

2.1 De Commissie heeft zich beraad over de ontvankelijkheid van de klacht.

2.1 De Commissie heeft zich beraad over de ontvankelijkheid van de klacht. Oordeel 2004-12 Utrecht, 12 november 2004 1 De klacht Op 30 april 2004 heeft klager de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken over

Nadere informatie

1 Het signaal. 2. De schriftelijke procedure

1 Het signaal. 2. De schriftelijke procedure Aanbeveling 2010-01 Commissie: mr. E. Cremers - Hartman, voorzitter, mr. M.A.C. Vijn en drs. W.M. van de Fliert, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen in tegenwoordigheid van

Nadere informatie

Wet van 5 juli 1997, houdende regels tot versterking van de rechtspositie van hen die een medische keuring ondergaan (Wet op de medische keuringen)

Wet van 5 juli 1997, houdende regels tot versterking van de rechtspositie van hen die een medische keuring ondergaan (Wet op de medische keuringen) (Tekst geldend op: 27-06-2013) Wet van 5 juli 1997, houdende regels tot versterking van de rechtspositie van hen die een medische keuring ondergaan (Wet op de medische keuringen) Wij Beatrix, bij de gratie

Nadere informatie

Utrecht, 12 februari 2007

Utrecht, 12 februari 2007 Oordeel 2007-01 Utrecht, 12 februari 2007 Commissie: Th.M.G. van Berkestijn, arts, voorzitter, mr. E. Cremers - Hartman en mr. M.J. Kelder, bedrijfsarts, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen

Nadere informatie

De Wet op de medische keuringen. Ken uw rechten en plichten als sollicitant, werkgever of bedrijfsarts

De Wet op de medische keuringen. Ken uw rechten en plichten als sollicitant, werkgever of bedrijfsarts De Wet op de medische keuringen Ken uw rechten en plichten als sollicitant, werkgever of bedrijfsarts Nieuwe baan? Zomaar keuren mag niet! De Wet op de medische keuringen en het Besluit aanstellingskeuringen

Nadere informatie

Rapport. Datum: 13 juli 2006 Rapportnummer: 2006/242

Rapport. Datum: 13 juli 2006 Rapportnummer: 2006/242 Rapport Datum: 13 juli 2006 Rapportnummer: 2006/242 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen, regio Zuid te Eindhoven hem niet heeft geïnformeerd over het positieve

Nadere informatie

Uit de overlegde bescheiden en uit hetgeen is gesteld en niet is weersproken staat voor zover van belang het navolgende vast.

Uit de overlegde bescheiden en uit hetgeen is gesteld en niet is weersproken staat voor zover van belang het navolgende vast. 1 Oordeel 2003-02 16 juli 2003 1 De klacht Op 5 maart 2003 heeft klaagster de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen verzocht haar oordeel uit te spreken over de vraag of de keuring in het

Nadere informatie

1.2 De Commissie heeft de klacht niet in behandeling genomen, omdat klager geen belang (meer) had bij zijn klacht.

1.2 De Commissie heeft de klacht niet in behandeling genomen, omdat klager geen belang (meer) had bij zijn klacht. Oordeel 2003-07 2 december 2003 1 Het signaal 1.1 Op 26 juni 2003 heeft de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna te noemen: Commissie) een klacht ontvangen over de verstrekking van

Nadere informatie

Rapport. Datum: 6 april 2006 Rapportnummer: 2006/136

Rapport. Datum: 6 april 2006 Rapportnummer: 2006/136 Rapport Datum: 6 april 2006 Rapportnummer: 2006/136 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen de vorderingsprocedure op grond van de artikelen 130-134a van de Wegenverkeerswet

Nadere informatie

Rapport. Datum: 13 oktober 2004 Rapportnummer: 2004/401

Rapport. Datum: 13 oktober 2004 Rapportnummer: 2004/401 Rapport Datum: 13 oktober 2004 Rapportnummer: 2004/401 2 Klacht Het niet opnemen van een rechtsmiddelenclausule conform artikel 3:45 van de Algemene wet bestuursrecht in de beslissing van 17 december 2003

Nadere informatie

Oordeel Utrecht, 15 december De klacht

Oordeel Utrecht, 15 december De klacht Oordeel 2004-14 Utrecht, 15 december 2004 1 De klacht 1.1 Op 30 augustus 2004 heeft klaagster de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken

Nadere informatie

De klacht betreft zowel het handelen van verweerder als het handelen van de uitslaggevend keuringsarts.

De klacht betreft zowel het handelen van verweerder als het handelen van de uitslaggevend keuringsarts. Oordeel 2009-03 Commissie: mr. E. Cremers - Hartman, voorzitter, mr. M.A.C. Vijn en mr. C.M.F. van Roessel, bedrijfsarts, leden van de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen in tegenwoordigheid

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDOR:2002:AF2276

ECLI:NL:RBDOR:2002:AF2276 ECLI:NL:RBDOR:2002:AF2276 Instantie Rechtbank Dordrecht Datum uitspraak 02-08-2002 Datum publicatie 23-12-2002 Zaaknummer AWB 01/768 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Eerste

Nadere informatie

1.1 Klager heeft medio 2013 een klacht ingediend bij de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: de Commissie).

1.1 Klager heeft medio 2013 een klacht ingediend bij de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: de Commissie). Oordeel 2013-04 (klager / aspirant werkgever) De Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen: - mevrouw mr. M.A.C. Vijn, voorzitter; - de heer prof. dr. J.R. Anema; - de heer mr. drs. D.W.M. Weesie;

Nadere informatie

2.2 Bij brief van 10 september 2004 heeft klager aanvullende bescheiden gestuurd.

2.2 Bij brief van 10 september 2004 heeft klager aanvullende bescheiden gestuurd. Oordeel 2005-04 Utrecht, 14 maart 2005 1 De klacht 1.1 Op 7 september 2004 heeft klager de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken over

Nadere informatie

Uit de overgelegde bescheiden en uit hetgeen ter zitting is gebleken staat voorzover hier van belang het navolgende vast.

Uit de overgelegde bescheiden en uit hetgeen ter zitting is gebleken staat voorzover hier van belang het navolgende vast. Oordeel 2003-05 16 juli 2003 1 De klacht Op 20 maart 2003 heeft klaagster de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna te noemen: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken over

Nadere informatie

1.1 Klager heeft medio 2013 een klacht ingediend bij de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: de Commissie).

1.1 Klager heeft medio 2013 een klacht ingediend bij de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: de Commissie). Oordeel 2013-04 (klager / keurend arts) De Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen: - mevrouw mr. M.A.C. Vijn, voorzitter; - de heer prof. dr. J.R. Anema; - de heer mr. drs. D.W.M. Weesie;

Nadere informatie

REGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE ZWOLLE

REGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE ZWOLLE 208/2016 ECLI:NL:TGZRZWO:2017:113 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG Beslissing in de zaak onder nummer van: 208/2016 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE TE ZWOLLE Beslissing d.d. 30 juni 2017 naar aanleiding

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2003.1733 (052.03) ingediend door: hierna te noemen 'klager', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht Verzekeringen

Nadere informatie

Arbodienst. Klacht; verzoeker/arbodienst

Arbodienst. Klacht; verzoeker/arbodienst POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Prins Clauslaan 20 TEL 070-381 13 00 FAX 070-381 13 01 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN Arbodienst DATUM 28 april 2004 CONTACTPERSOON

Nadere informatie

Rapport. Datum: 27 december 2005 Rapportnummer: 2005/401

Rapport. Datum: 27 december 2005 Rapportnummer: 2005/401 Rapport Datum: 27 december 2005 Rapportnummer: 2005/401 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (CBR) zijn verzoek om verwijdering van de stukken betreffende

Nadere informatie

Uit de overlegde bescheiden en uit hetgeen is gesteld en niet is weersproken staat voor zover van belang het navolgende vast.

Uit de overlegde bescheiden en uit hetgeen is gesteld en niet is weersproken staat voor zover van belang het navolgende vast. 1 2003-03 Utrecht, 18 juli 2003 1 De klacht Op 5 maart 2003 heeft klaagster de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen verzocht haar oordeel uit te spreken over de vraag of de keuring in het

Nadere informatie

Rapport. Datum: 23 juni 2004 Rapportnummer: 2004/248

Rapport. Datum: 23 juni 2004 Rapportnummer: 2004/248 Rapport Datum: 23 juni 2004 Rapportnummer: 2004/248 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) in haar brief aan verzoekster van 25 februari 2000 heeft

Nadere informatie

2.2 Partijen hebben hun standpunten schriftelijk toegelicht en daarbij bescheiden gevoegd.

2.2 Partijen hebben hun standpunten schriftelijk toegelicht en daarbij bescheiden gevoegd. Oordeel 2004-06 Utrecht, 23 juni 2004 1. De klacht Op 16 januari 2004 heeft klaagster de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna te noemen: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken

Nadere informatie

Commissie: Th.M.G. van Berkestijn, arts, voorzitter, prof. mr. A.C. Hendriks en dr. C.T.J. Hulshof, bedrijfsarts.

Commissie: Th.M.G. van Berkestijn, arts, voorzitter, prof. mr. A.C. Hendriks en dr. C.T.J. Hulshof, bedrijfsarts. Oordeel 2006-03 Utrecht, 27 maart 2006 Commissie: Th.M.G. van Berkestijn, arts, voorzitter, prof. mr. A.C. Hendriks en dr. C.T.J. Hulshof, bedrijfsarts. 1 De klacht 1.1 Op 7 december 2005 heeft klager

Nadere informatie

Postbus 2122, 6020 AC Budel T E. W.

Postbus 2122, 6020 AC Budel T E. W. Postbus 2122, 6020 AC Budel T. 06-12 82 30 70 E. geschilleninstantie@kab-klachten.nl W. www.geschilleninstantiekab.nl Geschilleninstantie KAB Referentie: 2018-004 UITSPRAAK Inzake De heer van H. Wonende

Nadere informatie

REGIONAAL TUCHTCOLLEGE. Het College heeft het volgende overwogen en beslist over de op 7 juni 2011 binnengekomen

REGIONAAL TUCHTCOLLEGE. Het College heeft het volgende overwogen en beslist over de op 7 juni 2011 binnengekomen G2010/51 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE Beslissing in de zaak onder nummer van: G2010/51 Rep.nr. G 2010/51 6 december 2011 Def. 159 REGIONAAL TUCHTCOLLEGE VOOR DE GEZONDHEIDSZORG TE GRONINGEN Het College heeft

Nadere informatie

Klacht over informatieverstrekking aan jeugdzorg en ex-partner ongegrond omdat de school zorgvuldig gehandeld heeft.

Klacht over informatieverstrekking aan jeugdzorg en ex-partner ongegrond omdat de school zorgvuldig gehandeld heeft. 108179 - Klacht over informatieverstrekking aan jeugdzorg en ex-partner ongegrond omdat de school zorgvuldig gehandeld heeft. ADVIES inzake de klacht van: [klager] te [woonplaats], ouder van [de leerling],

Nadere informatie

Rapport. Datum: 26 juni 2001 Rapportnummer: 2001/178

Rapport. Datum: 26 juni 2001 Rapportnummer: 2001/178 Rapport Datum: 26 juni 2001 Rapportnummer: 2001/178 2 Klacht Verzoeker klaagt over de wijze waarop de Visadienst van het Ministerie van Buitenlandse Zaken, ondergebracht bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst

Nadere informatie

Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW

Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW Het Algemeen Bestuur van Orionis Walcheren, hierna te noemen Orionis Walcheren, te Vlissingen gehoord de Ondernemingsraad gelet op de bepalingen

Nadere informatie

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550

ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 ECLI:NL:RBARN:2009:BJ1550 Instantie Rechtbank Arnhem Datum uitspraak 15-06-2009 Datum publicatie 06-07-2009 Zaaknummer AWB 08/5874 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Beoordeling. h2>klacht

Beoordeling. h2>klacht Rapport 2 h2>klacht Verzoekers klagen erover dat de Dienst Wegverkeer (RDW) hen met de zinsnede "met de Eigen Verklaring gaat u naar een (Arbo-)arts voor een medisch onderzoek" bij brief van 10 augustus

Nadere informatie

2.1 De Commissie heeft het verzoek in behandeling genomen en een onderzoek ingesteld.

2.1 De Commissie heeft het verzoek in behandeling genomen en een onderzoek ingesteld. Oordeel 2005-12 Utrecht, 1 november 2005 1 De klacht 1.1 Op 22 juni 2005 heeft klaagster de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken

Nadere informatie

DÉ GEDRAGSCODE VOOR WERVING & SELECTIE

DÉ GEDRAGSCODE VOOR WERVING & SELECTIE SOLLICITATIE CODE DÉ GEDRAGSCODE VOOR WERVING & SELECTIE De NVP Sollicitatiecode (hierna te noemen: de code ) bevat basisregels die organisaties en sollicitanten naar het oordeel van de Nederlandse Vereniging

Nadere informatie

Klager bevindingen en beoordeling inzake klacht verzoeker/scholengemeenschap

Klager bevindingen en beoordeling inzake klacht verzoeker/scholengemeenschap POSTADRES Postbus 93374, 2509 AJ Den Haag BEZOEKADRES Prins Clauslaan 20 TEL 070-381 13 00 FAX 070-381 13 01 E-MAIL info@cbpweb.nl INTERNET www.cbpweb.nl AAN Klager DATUM 27 oktober 2005 CONTACTPERSOON

Nadere informatie

ECLI:NL:CRVB:2006:AY8235

ECLI:NL:CRVB:2006:AY8235 ECLI:NL:CRVB:2006:AY8235 Instantie Datum uitspraak 12-09-2006 Datum publicatie 15-09-2006 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Centrale Raad van Beroep 04/3835 WAO en 04/3870

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. 2000/103 Mo i n d e k l a c h t nr. 012.00 ingediend door: hierna te noemen 'klager', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht Verzekeringen

Nadere informatie

Raad van Toezicht Nederlandse Vereniging van Gecertificeerde Incasso-ondernemingen Postbus 279 1400 AG BUSSUM T: 035-6994210 F: 035-6945045

Raad van Toezicht Nederlandse Vereniging van Gecertificeerde Incasso-ondernemingen Postbus 279 1400 AG BUSSUM T: 035-6994210 F: 035-6945045 Raad van Toezicht Nederlandse Vereniging van Gecertificeerde Incasso-ondernemingen Postbus 279 1400 AG BUSSUM T: 035-6994210 F: 035-6945045 Uitspraak van de Raad van Toezicht van de Nederlandse Vereniging

Nadere informatie

Rapport. Datum: 24 februari 2005 Rapportnummer: 2005/049

Rapport. Datum: 24 februari 2005 Rapportnummer: 2005/049 Rapport Datum: 24 februari 2005 Rapportnummer: 2005/049 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV), kantoor Haarlem: tot op het moment waarop zij zich

Nadere informatie

Klachtenreglement. Documenteigenaar : Nicoline Hendriks Versie : 3.2 Datum : 2 juli 2012 Revisiedatum : 2 juli 2015

Klachtenreglement. Documenteigenaar : Nicoline Hendriks Versie : 3.2 Datum : 2 juli 2012 Revisiedatum : 2 juli 2015 Klachtenreglement Documenteigenaar : Nicoline Hendriks Versie : 3.2 Datum : 2 juli 2012 Revisiedatum : 2 juli 2015 Max Ernst GGZ Velperweg 27 6824 BC Arnhem Postbus 2051 6802 CB Arnhem T 088 270 12 20

Nadere informatie

Verder klaagt verzoekster over de wijze waarop het UWV te Venlo haar klacht heeft behandeld.

Verder klaagt verzoekster over de wijze waarop het UWV te Venlo haar klacht heeft behandeld. Rapport 2 h2>klacht Verzoekster klaagt erover dat een met naam genoemde verzekeringsarts van het Uitvoeringsinstituut Werknemersverzekeringen te Heerlen (UWV) bij het vaststellen van de belastbaarheid

Nadere informatie

Het ondertekende verzoek tot onderzoek is op 27 januari 2009 binnengekomen bij het secretariaat van de Overijsselse Ombudsman.

Het ondertekende verzoek tot onderzoek is op 27 januari 2009 binnengekomen bij het secretariaat van de Overijsselse Ombudsman. Dossiernummer 09-2009 OORDEEL Verzoekster Mevrouw V. te Raalte. Datum verzoek Het ondertekende verzoek tot onderzoek is op 27 januari 2009 binnengekomen bij het secretariaat van de Overijsselse Ombudsman.

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2003.5890 (155.03) ingediend door: hierna te noemen 'klager, hierna te noemen de tussenpersoon. De Raad van Toezicht Verzekeringen

Nadere informatie

Klacht over bejegening door docent is ongegrond omdat van onheuse bejegening niet is gebleken. ADVIES

Klacht over bejegening door docent is ongegrond omdat van onheuse bejegening niet is gebleken. ADVIES 108170 - Klacht over bejegening door docent is ongegrond omdat van onheuse bejegening niet is gebleken. ADVIES inzake de klacht van: [klager], ouder van [leerling], klager tegen [verweerder 1], docent

Nadere informatie

Aanstellingskeuringen volgens de Wet op de Medisch Keuringen: wat te doen? Dr Judith K Sluiter & Dr Carel TJ Hulshof voorjaar 2011

Aanstellingskeuringen volgens de Wet op de Medisch Keuringen: wat te doen? Dr Judith K Sluiter & Dr Carel TJ Hulshof voorjaar 2011 Aanstellingskeuringen volgens de Wet op de Medisch Keuringen: wat te doen? Dr Judith K Sluiter & Dr Carel TJ Hulshof voorjaar 2011 Inhoud presentatie KMKA Wet op de Medische Keuringen (WMK) Wat te keuren

Nadere informatie

Rapport. Datum: 23 juni 1998 Rapportnummer: 1998/243

Rapport. Datum: 23 juni 1998 Rapportnummer: 1998/243 Rapport Datum: 23 juni 1998 Rapportnummer: 1998/243 2 Klacht Op 23 december 1997 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer H. te Amersfoort, met een klacht over een gedraging van Gak

Nadere informatie

2.2 Bij brief van 10 september 2004 heeft klager aanvullende bescheiden gestuurd.

2.2 Bij brief van 10 september 2004 heeft klager aanvullende bescheiden gestuurd. Oordeel 2005-05 Utrecht, 14 maart 2005 1 De klacht 1.1 Op 7 september 2004 heeft klager de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie) verzocht haar oordeel uit te spreken over

Nadere informatie

Kern: verstrekken van informatie aan behandelend specialist na beëindiging behandelrelatie. Conflict van plichten?

Kern: verstrekken van informatie aan behandelend specialist na beëindiging behandelrelatie. Conflict van plichten? Klachtencommissie Huisartsenzorg Midden-Nederland Uitspraak maart 2013 Kern: verstrekken van informatie aan behandelend specialist na beëindiging behandelrelatie. Conflict van plichten? Klaagster verwijt

Nadere informatie

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. F.J.

UITSPRAAK. het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever gemachtigde: mevrouw mr. F.J. 107289 UITSPRAAK in het geding tussen: A, wonende te B, verzoeker, hierna te noemen A gemachtigde: de heer mr. S.L. Knols en het College van Bestuur van C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen

Nadere informatie

Rapport. Datum: 11 juli 2003 Rapportnummer: 2003/218

Rapport. Datum: 11 juli 2003 Rapportnummer: 2003/218 Rapport Datum: 11 juli 2003 Rapportnummer: 2003/218 2 Klacht Verzoekers klagen over de lange duur van de behandeling door de Visadienst van het ministerie van Buitenlandse Zaken, ondergebracht bij de Immigratie-

Nadere informatie

Oordeel Klaagster / Defensie

Oordeel Klaagster / Defensie Oordeel 2018-03 Klaagster / Defensie Klaagster heeft bij het ministerie van Defensie (Defensie) gesolliciteerd naar een militaire functie. Klaagster heeft, als onderdeel van haar sollicitatieprocedure,

Nadere informatie

Een onderzoek naar een klacht over informatieverstrekking aan een derde.

Een onderzoek naar een klacht over informatieverstrekking aan een derde. Rapport Een onderzoek naar een klacht over informatieverstrekking aan een derde. Oordeel Op basis van het onderzoek vindt de klacht over het Openbaar Ministerie gegrond. Datum: 16 juli 2018 Rapportnummer:

Nadere informatie

De klachtencommissie van Laris heeft op 28 november 2011advies uitgebracht, klacht over de huurprijs ongegrond is verklaard.

De klachtencommissie van Laris heeft op 28 november 2011advies uitgebracht, klacht over de huurprijs ongegrond is verklaard. Bij brief van 16 augustus 2011 verzoekt de klachtencommissie om een reactie op haar op 5 juli 2011 ingediende klacht. De directeur van Laris reageert hierop bij brief van 17 augustus 2011, waarin hij laat

Nadere informatie

2. Verzoeker had in het verleden bij een instelling voor geestelijke gezondheidszorg met de betrokken therapeut samengewerkt.

2. Verzoeker had in het verleden bij een instelling voor geestelijke gezondheidszorg met de betrokken therapeut samengewerkt. Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt erover dat de Inspectie voor de Gezondheidszorg (verder: IGZ of inspectie) heeft geoordeeld dat hij tijdens een gesprek met een collega-therapeut in strijd heeft gehandeld

Nadere informatie

Verordening op de behandeling van klachten Baanbrekers

Verordening op de behandeling van klachten Baanbrekers Verordening op de behandeling van klachten Baanbrekers 1 Inhoudsopgave HOOFDSTUK 1 BEGRIPS- EN ALGEMENE BEPALINGEN... 3 HOOFDSTUK 2 BEHANDELING SCHRIFTELIJKE KLACHTEN... 4 HOOFDSTUK 3 KLACHTENREGISTRATIE

Nadere informatie

Rapport. Datum: 5 april 2006 Rapportnummer: 2006/124

Rapport. Datum: 5 april 2006 Rapportnummer: 2006/124 Rapport Datum: 5 april 2006 Rapportnummer: 2006/124 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat de Centrale organisatie werk en inkomen Zaandam: 1. zijn gemachtigde een te korte termijn heeft gegeven om te reageren

Nadere informatie

Rapport. Datum: 21 juni 2000 Rapportnummer: 2000/224

Rapport. Datum: 21 juni 2000 Rapportnummer: 2000/224 Rapport Datum: 21 juni 2000 Rapportnummer: 2000/224 2 Klacht Op 12 januari 2000 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer H. te Altforst, met een klacht over een gedraging van de Immigratie-

Nadere informatie

Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW

Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW Regeling Geschillen- en Bezwarencommissie Orionis Walcheren WSW Het Algemeen Bestuur van Orionis Walcheren, hierna te noemen Orionis Walcheren, te Vlissingen gehoord de Ondernemingsraad gelet op de bepalingen

Nadere informatie

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de Huurcommissie te Den Haag. Datum: 5 januari 2012. Rapportnummer: 2012/001

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de Huurcommissie te Den Haag. Datum: 5 januari 2012. Rapportnummer: 2012/001 Rapport Rapport betreffende een klacht over de Huurcommissie te Den Haag. Datum: 5 januari 2012 Rapportnummer: 2012/001 2 Klacht Verzoeker klaagt er over dat: Hij door de ontvangstbevestiging van de Huurcommissie

Nadere informatie

Een school of schoolbestuur mag stukken die persoonsgegevens bevatten niet zomaar delen met derden. ADVIES inzake de klacht van:

Een school of schoolbestuur mag stukken die persoonsgegevens bevatten niet zomaar delen met derden. ADVIES inzake de klacht van: 108218 - Een school of schoolbestuur mag stukken die persoonsgegevens bevatten niet zomaar delen met derden. ADVIES inzake de klacht van: de heer en mevrouw [klagers] te [woonplaats], ouders van twee voormalige

Nadere informatie

Rapport. Weet u zeker dat u een herkeuring wilt?

Rapport. Weet u zeker dat u een herkeuring wilt? Rapport Weet u zeker dat u een herkeuring wilt? Een onderzoek naar de informatie over de gevolgen van depressie op de rijgeschiktheid en de manier waarop het CBR reageert op een verzoek om herkeuring.

Nadere informatie

Beoordeling Bevindingen

Beoordeling Bevindingen Rapport 2 h2>klacht Verzoeker klaagt erover dat Bureau Jeugdzorg Zeeland: hem niet heeft betrokken bij de totstandkoming van het indicatiebesluit dat is opgesteld met betrekking tot zijn minderjarige kind;

Nadere informatie

de heer A en mevrouw B te C, ouders van D, voormalig leerling van E te C, klagers

de heer A en mevrouw B te C, ouders van D, voormalig leerling van E te C, klagers SAMENVATTING 105334 Ouders klagen erover dat de directie hun zoon disproportioneel heeft gestraft doordat hij niet mee mocht met het schoolkamp. Daarnaast heeft de school onjuist gehandeld toen klagers

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst. Datum: 24 maart 2015 Rapportnummer: 2015/067

Rapport. Rapport over een klacht over de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst. Datum: 24 maart 2015 Rapportnummer: 2015/067 Rapport Rapport over een klacht over de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst. Datum: 24 maart 2015 Rapportnummer: 2015/067 2 Klacht Verzoeker klaagt er over dat de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst

Nadere informatie

SAMENVATTING Klacht over onzorgvuldig handelen directie en MR bij invoering continue rooster; PO

SAMENVATTING Klacht over onzorgvuldig handelen directie en MR bij invoering continue rooster; PO SAMENVATTING 104849 - Klacht over onzorgvuldig handelen directie en MR bij invoering continue rooster; PO Een aantal ouders klaagt erover dat de directeur onzorgvuldig heeft gehandeld door aan de MR een

Nadere informatie

Rapport. Datum: 24 april 2001 Rapportnummer: 2001/110

Rapport. Datum: 24 april 2001 Rapportnummer: 2001/110 Rapport Datum: 24 april 2001 Rapportnummer: 2001/110 2 Klacht Verzoeker, een Afghaanse asielzoeker, klaagt over de lange duur van de behandeling door de Immigratie- en Naturalisatiedienst van het Ministerie

Nadere informatie

Klachtenprocedure D.O.E.N. BV

Klachtenprocedure D.O.E.N. BV Klachtenprocedure D.O.E.N. BV V2.0-16 vastgesteld d.d. 01 januari 2016 1 I. BEGRIPSBEPALINGEN Artikel 1 Voor de toepassing van het bij of krachtens deze regeling bepaalde wordt verstaan onder: a) het bedrijf

Nadere informatie

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (het CBR) uit Rijswijk. Datum: 27 juni 2011

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (het CBR) uit Rijswijk. Datum: 27 juni 2011 Rapport Rapport betreffende een klacht over de Stichting Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen (het CBR) uit Rijswijk. Datum: 27 juni 2011 Rapportnummer: 2011/190 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat

Nadere informatie

betreft: [klager] datum: 8 september 2014

betreft: [klager] datum: 8 september 2014 nummer: 14/794/GA betreft: [klager] datum: 8 september 2014 De beroepscommissie als bedoeld in artikel 69, tweede lid, van de Penitentiaire beginselenwet (Pbw) heeft kennisgenomen van een bij het secretariaat

Nadere informatie

Rapport. Datum: 8 juni 1998 Rapportnummer: 1998/219

Rapport. Datum: 8 juni 1998 Rapportnummer: 1998/219 Rapport Datum: 8 juni 1998 Rapportnummer: 1998/219 2 Klacht Op 9 januari 1998 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer R. te Rotterdam, met een klacht over een gedraging van de Belastingdienst/Particulieren

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over het College bescherming persoonsgegevens. Datum: 29 december Rapportnummer: 2011/368

Rapport. Rapport over een klacht over het College bescherming persoonsgegevens. Datum: 29 december Rapportnummer: 2011/368 Rapport Rapport over een klacht over het College bescherming persoonsgegevens Datum: 29 december 2011 Rapportnummer: 2011/368 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het College bescherming persoonsgegevens

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2006:AV7550

ECLI:NL:RVS:2006:AV7550 ECLI:NL:RVS:2006:AV7550 Instantie Raad van State Datum uitspraak 29-03-2006 Datum publicatie 29-03-2006 Zaaknummer 200506819/1 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Bestuursrecht Hoger beroep

Nadere informatie

Rapport. Datum: 24 februari 2005 Rapportnummer: 2005/047

Rapport. Datum: 24 februari 2005 Rapportnummer: 2005/047 Rapport Datum: 24 februari 2005 Rapportnummer: 2005/047 2 Klacht Verzoekster klaagt er over dat het LBIO haar niet eerder dan bij brief van 25 augustus 2003 heeft meegedeeld dat op grond van artikel 1:408,

Nadere informatie

ADVIES. het D, gevestigd te B, vertegenwoordigd door de heer E, directeur, verweerder

ADVIES. het D, gevestigd te B, vertegenwoordigd door de heer E, directeur, verweerder 107557 - School heeft een gescheiden vader voldoende adequaat en op gelijke wijze van informatie voorzien over zijn zoon. inzake de klacht van: de heer A, wonende te B, ouder van C, klager tegen ADVIES

Nadere informatie

Rapport. Datum: 28 juli 2000 Rapportnummer: 2000/252

Rapport. Datum: 28 juli 2000 Rapportnummer: 2000/252 Rapport Datum: 28 juli 2000 Rapportnummer: 2000/252 2 Klacht Op 8 maart 2000 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van mevrouw M. te Rotterdam, met een klacht over een gedraging van de Belastingdienst/Douane,

Nadere informatie

Reglement Klachtenbehandeling. Veilig Thuis Noord-Holland Noord VOORSTEL. Het Dagelijks Bestuur van de GGD Hollands Noorden, gelet op

Reglement Klachtenbehandeling. Veilig Thuis Noord-Holland Noord VOORSTEL. Het Dagelijks Bestuur van de GGD Hollands Noorden, gelet op Het Dagelijks Bestuur van de GGD Hollands Noorden, gelet op - de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 Overwegende dat - van de zijde van de organisatie gestreefd wordt naar een optimale dienstverlening

Nadere informatie

Samenvatting. 1. Procedure

Samenvatting. 1. Procedure Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 209 d.d. 17 juli 2012 (mr. P.A. Offers, voorzitter, B.F. Keulen en prof. mr. M.L. Hendrikse, leden en mevrouw mr. F.E. Uijleman, secretaris)

Nadere informatie

Oordeel Utrecht, 7 februari 2006

Oordeel Utrecht, 7 februari 2006 Oordeel 2006-02 Utrecht, 7 februari 2006 1 Het signaal 1.1 Op 23 september 2005 heeft klaagster, werkzaam bij de Arbo-dienst, de Commissie Klachtenbehandeling Aanstellingskeuringen (hierna: Commissie)

Nadere informatie

Prof. mr. W.H.A.C.M. Bouwens (VU) WMK EN LEKENKEURING

Prof. mr. W.H.A.C.M. Bouwens (VU) WMK EN LEKENKEURING Prof. mr. W.H.A.C.M. Bouwens (VU) WMK EN LEKENKEURING (leken)keuring Keuring = alle vragen over de gezondheidstoestand van de keurling en het verrichten van geneeskundig onderzoek (art. 1 WMK) Bij andere

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2008:BD9798

ECLI:NL:RBSGR:2008:BD9798 ECLI:NL:RBSGR:2008:BD9798 Instantie Datum uitspraak 15-07-2008 Datum publicatie 11-08-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank 's-gravenhage AWB 07/7490 BESLU Bestuursrecht

Nadere informatie