Interuniversitaire Raad. Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten. VLIR Vlaamse. telling 1 februari 2014

Transcriptie

1 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten telling 1 februari december 2014

2 Voorwoord Hierbij vindt u de jaarlijkse VLIR publicatie Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten (telling ). De Vlaamse universiteiten willen hiermee inzicht geven in de opbouw en evolutie van hun personeelsbestand. Gekeken is naar aantallen in de verschillende personeelscategorieën, wetenschappelijke discipline, geslacht, leeftijd en anciënniteit. Met ingang van het academiejaar zijn de academische hogeschoolopleidingen volledig geïntegreerd in de universiteiten. In deze editie stonden we dan ook voor de extra uitdaging om het integratiekader mee op te nemen in de personeelsstatistieken. De bijeengebrachte cijfergegevens laten toe na te gaan welke impact beleidsmaatregelen hebben op de personeelsbezetting en hoe de genderverhoudingen evolueren binnen de verschillende personeelscategorieën. De evolutietabellen tonen de ontwikkeling van de verschillende data in de periode De verzameling van de statistische gegevens is het resultaat van de goede samenwerking tussen de VLIR, alle Vlaamse universiteiten, het Centrum voor Statistiek van de Universiteit Hasselt, alsook de Vlaamse onderzoeksinstellingen en meer bepaald het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek (FWO-Vlaanderen), het Instituut voor de aanmoediging van innovatie door Wetenschap & Technologie (IWT), het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB), het Interuniversitair Micro- Elektronica Centrum (IMEC), de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) en de onderzoeksinstelling iminds (het vroegere IBBT). Langs deze weg wil ik alle medewerkers bedanken die hebben bijgedragen aan de totstandkoming van deze publicatie. Ik hoop dat dit naslagwerk met personeelsstatistieken een geschikt hulpmiddel zal zijn bij al uw opzoekingen over het universitaire personeelsbeleid. Mocht u nog bijkomende inlichtingen wensen, neemt u dan gerust contact op met het VLIRsecretariaat, waar tabellen met andere combinaties van de gegevens kunnen worden samengesteld. Professor Paul De Knop Voorzitter 2 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten

3 Inhoudsopgave p. 2 Voorwoord p. 3 Inhoudsopgave p. 7 Omschrijving van begrippen Deel 1 Gegevens per instelling p Effectief van het academisch en wetenschappelijk personeel op 1/2/14 1a. Effectief van het zelfstandig academisch personeel, assisterend academisch personeel en onderwijzend personeel van het integratiekader Ten laste van de werkingsuitkeringen op 1/2/14 1b. Effectief van het wetenschappelijk personeel buiten de werkingsuitkeringen op 1/2/14 p Effectief van het administratief en technisch personeel op 1/2/14 2a. Effectief van het administratief en technisch personeel ten laste van de werkingsuitkeringen op 1/2/14 (inclusief het ATP van het integratiekader) 2b. Effectief van het administratief en technisch personeel buiten de werkingsuitkeringen op 1/2/14 p Effectief van het academisch en wetenschappelijk personeel per wetenschappelijke discipline op 1/2/14 3a. Aantal personeelsleden per discipline op 1/2/14 (exclusief gastprofessoren en gepensioneerden ZAP) ten laste van de werkingsuitkeringen 3b. Aantal personeelsleden per discipline op 1/2/14 buiten de werkingsuitkeringen 3c. Aantal eenheden voltijds per discipline op 1/2/14 (exclusief gastprofessoren en gepensioneerden ZAP) ten laste van de werkingsuitkeringen 3d. Aantal eenheden voltijds per discipline op 1/2/14 buiten de werkingsuitkeringen p Leeftijdsstructuur van het universitair personeel op 1/2/14 4a. Leeftijdsstructuur van het zelfstandig academisch personeel en het OP3 van het integratiekader op 1/2/14 ten laste van de werkingsuitkeringen Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten 3

4 4b. Leeftijdsstructuur van het assisterend academisch personeel en het OP1 en OP2 van het integratiekader op 1/2/14 ten laste van de werkingsuitkeringen 4c. Leeftijdsstructuur van het wetenschappelijk personeel op 1/2/14 buiten de werkingsuitkeringen 4d. Leeftijdsstructuur van het administratief en technisch personeel per 1/2/14 (inclusief het ATP van het integratiekader) ten laste van de werkingsuitkeringen 4e. Leeftijdsstructuur van het administratief en technisch personeel op 1/2/14 buiten de werkingsuitkeringen p Graadanciënniteit van het universitair personeel ten laste van de werkingsuitkeringen op 1/2/14 5a. Graadanciënniteit van het zelfstandig academisch personeel en het OP3 van het integratiekader op 1/2/14 ten laste van de werkingsuitkeringen 5b. Graadanciënniteit van het assisterend academisch personeel en het OP1 en OP2 van het integratiekader op 1/2/14 ten laste van de werkingsuitkeringen 5c. Graadanciënniteit van het administratief en technisch personeel op 1/2/14 (inclusief het ATP van het integratiekader) ten laste van de werkingsuitkeringen Deel 2 Overzichts- en evolutietabellen Overzichtstabellen p Effectief van het academisch en wetenschappelijk personeel op 1/2/14 1a. Effectief van het zelfstandig academisch personeel, assisterend academisch personeel en onderwijzend personeel van het integratiekader op 1/2/14 1b. Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1/2/14 buiten de werkingsuitkeringen p Effectief van het administratief en technisch personeel op 1/2/14 2a. Effectief van het administratief en technisch personeel op 1/2/14 (inclusief het ATP van het integratiekader) ten laste van de werkingsuitkeringen 2b. Effectief van het administratief en technisch personeel op 1/2/14 buiten de werkingsuitkeringen p Effectief van het universitair personeel per wetenschappelijke discipline op 1/2/14 3a. Aantal personeelsleden per discipline op 1/2/14 (exclusief gastprofessoren en gepensioneerden ZAP) ten laste van de werkingsuitkeringen 4 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten

5 3b. Aantal personeelsleden per discipline op 1/2/14 buiten de werkingsuitkeringen 3c. Aantal eenheden voltijds per discipline op 1/2/14 (exclusief gastprofessoren en gepensioneerden ZAP) ten laste van de werkingsuitkeringen 3d. Aantal eenheden voltijds per discipline op 1/2/14 buiten de werkingsuitkeringen p Leeftijdsstructuur van het universitair personeel op 1/2/14 4a. Leeftijdsstructuur van het zelfstandig academisch personeel en het OP3 van het integratiekader op 1/2/14 ten laste van de werkingsuitkeringen 4b. Leeftijdsstructuur van het assisterend academisch personeel en het OP1 en OP2 van het integratiekader op 1/2/14 ten laste van de werkingsuitkeringen 4c. Leeftijdsstructuur van het wetenschappelijk personeel op 1/2/14 buiten de werkingsuitkeringen 4d. Leeftijdsstructuur van het administratief en technisch personeel per 1/2/14 (inclusief het ATP van het integratiekader) ten laste van de werkingstuitkeringen 4e. Leeftijdsstructuur van het administratief en technisch personeel op 1/2/14 buiten de werkingsuitkeringen p Graadanciënniteit van het universitair personeel ten laste van de werkingsuitkeringen op 1/2/14 5a. Graadanciënniteit van het zelfstandig academisch personeel en het OP3 van het integratiekader op 1/2/14 ten laste van de werkingsuitkeringen 5b. Graadanciënniteit van het assisterend academisch personeel en het OP1 en OP2 van het integratiekader op 1/2/14 ten laste van de werkingsuitkeringen 5c. Graadanciënniteit van het administratief en technisch personeel op 1/2/14 (inclusief het ATP van het integratiekader) ten laste van de werkingsuitkeringen Evolutietabellen p Effectief van het academisch en wetenschappelijk personeel 6a. Effectief van het zelfstandig academisch personeel (exclusief OP3) ten laste van de werkingsuitkeringen 6b. Effectief van het assisterend academisch personeel (exclusief OP1 en OP2) ten laste van de werkingsuitkeringen 6c. Effectief van het wetenschappelijk personeel buiten de werkingsuitkeringen p Effectief van het administratief en technisch personeel 7a. Effectief van het administratief en technisch personeel (inclusief het ATP van het integratiekader) ten laste van Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten 5

6 de werkingsuitkeringen 7b. Effectief van het administratief en technisch personeel buiten de werkingsuitkeringen p Leeftijdsstructuur van het academisch en wetenschappelijk personeel 8a. Leeftijdsstructuur van het zelfstandig academisch personeel (exclusief OP3) ten laste van de werkingsuitkeringen 8b. Leeftijdsstructuur van het assisterend academisch personeel (exclusief OP1 en OP2) ten laste van de werkingsuitkeringen 8c. Leeftijdsstructuur van het wetenschappelijk personeel buiten de werkingsuitkeringen p Leeftijdsstructuur van het administratief en technisch personeel 9a. Leeftijdsstructuur van het administratief en technisch personeel (inclusief het ATP van het integratiekader) ten laste van de werkingsuitkeringen 9b. Leeftijdsstructuur van het administratief en technisch personeel buiten de werkingsuitkeringen Samenvattende tabellen p Samenvattende tabel personeelsstatistieken op 1/2/14 per instelling en over de instellingen heen 6 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten

7 Omschrijving van begrippen 1. Welke personeelsleden worden opgenomen in de databank? In de personeelsgegevens worden zowel de feitelijke personeelsleden (i.e. titularis op de stoel) opgenomen als hun feitelijke plaatsvervangers meegeteld. De feitelijke personeelsleden (i.e. titularis op de stoel) worden, evenals hun plaatsvervangers, voor hun feitelijke tewerkstellingsratio meegerekend. Tot de groep van personeel, bezoldigd ten laste van de werkingsuitkeringen behoren het zelfstandig en assisterend academisch personeel (ZAP en AAP) en het administratief en technisch personeel (ATP). Wat betreft het zelfstandig academisch personeel worden enkel de bezoldigde gastprofessoren opgenomen in de databank. Wel worden de leden van het ZAP die met vervroegd pensioen gaan, en een deel van hun activiteiten van onderwijs, onderzoek of wetenschappelijke dienstverlening voortzetten en hiervoor een vergoeding van de universiteit ontvangen ten laste van de werkingsuitkeringen (artikel V.44 2 van de Codex Hoger Onderwijs), opgenomen in de databank. Tot de groep van personeel, bezoldigd ten laste van andere bronnen dan de werkingsuitkeringen, behoren het wetenschappelijk personeel (WP) en het administratief en technisch personeel (ATP). Tot deze groep behoren eveneens: de doctoraatsbursalen en postdoctorale onderzoekers met beurs, mits zij onder toepassing van RSZ vallen; de personeelsleden werkzaam op de universiteiten, maar rechtstreeks door financierende instellingen betaald; de personeelsleden, werkzaam in de sociale sector, indien ze door de universiteit worden bezoldigd. Met ingang van het academiejaar zijn de academische hogeschoolopleidingen volledig geïntegreerd in de universiteiten. Bijgevolg werden ook de betrokken personeelsleden van het onderwijzend en administratief personeel overgenomen door de universiteiten. Deze personeelsleden behouden hun statuut en rechtspositie, en kunnen op termijn overgaan naar universitaire statuten.. In de personeelsstatistieken met telling van 1 februari 2014 zijn voor het eerst de nieuw toegevoegde personeelscategorieën zichtbaar: OP 1 (Onderwijzend Personeel groep 1): de lector en de hoofdlector; OP 2 (Onderwijzend Personeel groep 2): de assistent, de doctor-assistent en de werkleider; OP 3 (Onderwijzend Personeel groep 3): de docent, de hoofddocent, de hoogleraar en de gewoon hoogleraar. Het overgekomen administratief en technisch personeel is niet als aparte groep herkenbaar in de statistieken maar is opgenomen in de tabellen van het ATP. Ook eventueel overgekomen niet-statutair personeel is niet apart herkenbaar. Afhankelijk of het hier gaat om onderzoekers of ondersteunend personeel worden deze personen gerekend bij het wetenschappelijk personeel buiten de werkingsuitkeringen of bij het ATP. Gastprofessoren worden ingedeeld in de bestaande categorie gastprofessoren. Naar aanleiding van bovenstaande toevoegingen was het noodzakelijk verschillende tabellen uit te breiden. Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten 7

8 Tevens werd van de gelegenheid gebruik gemaakt om de tabellen gebruiksvriendelijker te maken. De belangrijkste wijzigingen zijn: Extra kolommen die het totaal van mannen en vrouwen geven; Extra rijen die het subtotaal ZAP in strikte zin en AAP in strikte zin weergeven; Een nieuwe indeling van de graden bij het ATP ten laste van de werkingsuitkeringen ; De indeling in leeftijdsklassen werd uniform gemaakt; De indeling in graadanciënniteit werd uniform gemaakt; Een nieuwe samenvattende tabel per instelling; De categorie docent is opgesplitst in docent en tenure track docent ; Vanaf academiejaar is de Katholieke Universiteit Brussel een deel van de KU Leuven. De personeelsaantallen van de KUB zijn geïntegreerd in de tabellen van de KU Leuven. De gegevens van de personeelsleden werkzaam op de universiteiten, maar rechtstreeks betaald door het Fonds voor Wetenschappelijk Onderzoek (FWO-Vlaanderen), het Instituut voor de aanmoediging van innovatie door Wetenschap & Technologie (IWT), het Vlaams Instituut voor Biotechnologie (VIB), het Interuniversitair Micro-Elektronica Centrum (IMEC), de Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek (VITO) of iminds worden in de statistieken opgenomen en rechtstreeks bevraagd bij deze onderzoeksinstellingen. Volgende groepen van personeel zijn niet in de personeelsgegevens opgenomen: het personeel, bezoldigd ten laste van de universitaire ziekenhuizen of klinieken; de jobstudenten, tewerkgesteld aan de universiteiten; de vrijwillig wetenschappelijke medewerkers, evenals onbezoldigde gastprofessoren. Het personeelslid krijgt bij de aanvang van zijn/haar academische of administratieve loopbaan aan een bepaalde universiteit, een volgnummer toegekend, dat ongewijzigd blijft gedurende zijn/haar volledige loopbaan aan die bepaalde instelling, ongeacht of hij/zij van graad verandert. In afwachting van het invoeren van een interuniversitair uniek volgnummer per personeelslid, en om toch een zeker - zij het beperkt - overzicht te bekomen van de interuniversitaire mobiliteit worden de gegevens opgevraagd met betrekking tot de vorige loopbaan, de datum van indiensttreding, en de toepassing van artikel V. 223 e.v. van de Codex Hoger Onderwijs (betreffende personeelsleden die via een overeenkomst tegelijkertijd werkzaam zijn aan verschillende instellingen). Personeelsleden, die binnen eenzelfde universiteit verschillende graden bekleden en/of ten laste van verschillende financieringsbronnen worden bezoldigd, zijn per graad en/of per bron van financiering opnieuw geregistreerd, echter telkens met hetzelfde volgnummer. 8 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten

9 2. Welke kenmerken worden bevraagd? Aantal personeelsleden en aantal voltijdse eenheden Met het aantal personeelsleden worden de hoofden geteld. Met het aantal voltijdse eenheden wordt het percentage van tewerkstelling geteld, waarbij een voltijdse eenheid gelijk is aan 100%. Het percentage van tewerkstelling kan echter in bepaalde gevallen meer dan 100% bedragen, bijvoorbeeld in het geval van de vroegere dubbele aanstelling (vast WP) met beperking van de totale wedde tot een trap in de OP (onderwijzend personeel)-schaal in afwachting tot een ZAP-trap voorhanden is, of in het geval van dubbele aanstelling ATP/ZAP. De tewerkstellingsratio kan in geen geval meer dan 120% bedragen. Wetenschappelijke discipline Hiermee wordt bedoeld de wetenschappelijke discipline, verbonden aan de hoofdopdracht van het lid van het academisch en wetenschappelijk personeel, op basis van de persoonlijke toewijzing van een wetenschappelijke discipline aan elk personeelslid. Het personeelslid kan slechts aan één wetenschappelijke discipline worden toegewezen. Leeftijd Aan de hand van de geboortedatum wordt de leeftijd per 1 januari op 1 februari 2014 vastgesteld. Graadanciënniteit Met graadanciënniteit wordt bedoeld het aantal jaren aangerekend vanaf de datum waarop het personeelslid is benoemd in de betreffende graad tot op 1 februari Met het invoeren van een nieuwe loopbaanstructuur door het Besluit van de Vlaamse Executieve van 27 februari 92 houdende vaststelling van de tabel van de loopbaanstructuur en van het bezoldigingsstatuut van het administratief en technisch personeel van de universiteiten van de Vlaamse Gemeenschap, dienden de universiteiten de leden van het ATP te rangschikken in een graad van het nieuwe systeem. De graadanciënniteit in de nieuwe graad met het oog op inschaling in een hogere salarisschaal van dezelfde graad is gelijk aan nul. Hierdoor wordt echter geen beeld gegeven van de totale anciënniteit van het personeelslid in zijn functie, die overeenstemt met zijn oude en nieuwe graad. Een gelijkaardige situatie geldt voor het zelfstandig academisch personeel. De tabellen in deze publicatie geven de totale anciënniteit van het personeelslid in zijn functie weer. Bij vergelijking met vorige publicaties, dient in acht genomen dat de tabellen van de VUB, de UIA, en het RUCA tot en met 1 februari 1999 gelezen moeten worden als de graadanciënniteit in de nieuwe graad. De graadanciënniteit is in deze tabellen nooit hoger dan 6 jaar. Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten 9

10 10 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten

11 Deel 1 Gegevens per instelling

12 1 Effectief van het academisch en wetenschappelijk personeel op 1 februari 2014

13 Tabel 1a Titel Effectief van het zelfstandig academisch personeel, assisterend academisch personeel en onderwijzend personeel van het integratiekader op 1 / 2 / 2014 Subtitel Ten laste van werkingsuitkeringen Instelling KU Leuven Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal 1. ZAP a. ZAP in strikte zin ,75 258, ,05 Buitengewoon hoogleraar ,95 5,25 37,20 Gewoon hoogleraar ,20 55,00 391,20 Hoogleraar ,00 47,95 205,95 Hoofddocent ,85 62,25 213,10 Docent ,75 28,05 71,80 Tenure Track Docent ,00 59,80 129,80 b. Ander Zelfstandig Academisch Personeel ,00 13,10 59,10 Hoofdbibliothecaris, Faculteitsgeaggregeerde en geaggregeerd conservator, Werkleider en conservator, e.a. assistent en bibliothecaris, Vastbenoemd assistent. Gastprofessor ,00 13,10 59,10 Gepensioneerd ZAP-lid die als bezoldigd emeritus ,00 0,00 0,00 blijft verder werken ten laste van de werkingsuitkeringen (in het kader van artikel V.44 2 van de Codex Hoger Onderwijs) Totaal ,75 271, ,15 2. Integratiekader OP3 Gewoon hoogleraar 1 1 1,00 1,00 Hoogleraar ,65 10,75 65,40 Hoofddocent ,70 22,60 67,30 Docent ,55 70,90 208,45 Totaal ,90 105,25 342,15 3. AAP a. AAP in strikte zin ,95 302,35 468,30 Assistent (uitgezonderd praktijkassistent) ,40 87,90 146,30 Praktijkassistent ,75 199,00 290,75 Doctor-assistent ,80 15,45 31,25 b. Ander Assisterend Academisch Personeel Tijdelijk pedagogisch en wetenschappelijk medewerker ,00 2,85 6,85 Totaal ,95 305,20 475,15 4. Integratiekader OP1 en OP2 a. Integratiekader OP ,45 32,95 113,40 OP Assistent ,80 15,50 54,30 OP Doctor-Assistent ,20 4,40 15,60 OP Werkleider ,45 13,05 43,50 b. Integratiekader OP ,30 62,40 165,70 OP Hoofdlector ,60 7,10 32,70 OP Lector ,70 55,30 133,00 Totaal ,75 95,35 279,10 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten 13

14 Tabel 1b Titel Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1 / 2 / 2014 Subtitel Buiten de werkingsuitkeringen Instelling KU Leuven Doctoraal niveau Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal a. Onbepaalde duur Internationale en Europese programma's ,85 3,20 5,05 Nationale programma's IUAP Andere nationale programma's Vlaamse programma's FWO 1 1 1,00 1,00 Geassocieerde Fondsen FWO IWONL/IWT Fondsen IWT ,40 4,00 17,40 BOF(GOA/SOF) V.I.B ,00 2,00 4,00 Fondsen V.I.B. IMEC 1 1 1,00 1,00 IOF VITO IBBT Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's 1 1 0,50 0,50 Patrimonium ,30 0,50 5,80 Onbezoldigd Andere bronnen* ,45 4,90 7,35 Subtotaal ,50 14,60 42,10 b. Bepaalde duur Internationale en Europese programma's ,54 49,95 129,49 Nationale programma's IUAP ,10 1,50 3,60 Andere nationale programma's ,50 2,10 7,60 Vlaamse programma's FWO Geassocieerde Fondsen FWO ,80 28,30 54,10 IWONL/IWT ,40 4,80 25,20 Fondsen IWT ,85 31,25 121,10 BOF(GOA/SOF) ,30 16,76 39,06 V.I.B ,60 10,80 27,40 Fondsen V.I.B ,00 1,00 2,00 IMEC IOF ,80 0,14 3,94 VITO IBBT Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT ,45 7,00 23,45 Andere Vlaamse programma's ,75 34,49 56,24 Patrimonium ,39 50,99 78,38 Onbezoldigd Andere bronnen* ,18 70,15 124,33 Subtotaal ,66 309,23 695,89 14 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten

15 Tabel 1b vervolg Titel Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1 / 2 / 2014 Subtitel Buiten de werkingsuitkeringen Instelling KU Leuven Doctoraal niveau Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal c. Bursalen Internationale en Europese programma's ,75 73,07 191,82 Nationale programma's IUAP ,30 20,67 41,97 Andere nationale programma's ,00 4,00 11,00 Vlaamse programma's FWO ,00 179,00 360,00 Geassocieerde Fondsen FWO ,98 180,47 388,45 IWONL/IWT ,00 127,00 341,00 Fondsen IWT ,53 51,18 123,71 BOF(GOA/SOF) ,33 326,57 672,90 V.I.B. Fondsen V.I.B. IMEC IOF ,00 23,00 50,00 VITO IBBT Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT ,50 4,45 18,95 Andere Vlaamse programma's ,30 29,00 56,30 Patrimonium ,72 69,22 204,94 Onbezoldigd Andere bronnen* ,92 117,57 271,49 Subtotaal , , ,53 Totaal , , ,52 * De categorie 'Andere bronnen' bevat de financieringsbronnen 'Sociale voorzieningen voor studenten', 'Regionale programma's', 'Prive-sector' en 'Andere bronnen' Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten 15

16 Tabel 1b vervolg Titel Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1 / 2 / 2014 Subtitel Buiten de werkingsuitkeringen Instelling KU Leuven Post-doctoraal niveau Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal a. Onbepaalde duur Internationale en Europese programma's ,92 3,95 16,87 Nationale programma's IUAP 1 1 1,00 1,00 Andere nationale programma's 1 1 0,20 0,20 Vlaamse programma's FWO Geassocieerde Fondsen FWO 3 3 1,05 1,05 IWONL/IWT Fondsen IWT ,00 2,00 8,00 BOF(GOA/SOF) ,85 0,30 3,15 V.I.B ,00 7,00 21,00 Fondsen V.I.B ,13 1,00 5,13 IMEC 1 1 1,00 1,00 IOF ,40 5,80 26,20 VITO IBBT Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT ,10 1,00 6,10 Andere Vlaamse programma's ,65 6,57 16,22 Patrimonium ,27 7,95 16,22 Onbezoldigd Andere bronnen* ,36 14,56 34,92 Subtotaal ,93 50,13 157,06 b. Bepaalde duur Internationale en Europese programma's ,21 30,33 89,54 Nationale programma's IUAP ,90 3,82 11,72 Andere nationale programma's ,00 1,22 5,22 Vlaamse programma's FWO ,00 127,00 314,00 Geassocieerde Fondsen FWO ,03 25,71 61,74 IWONL/IWT ,80 1,00 2,80 Fondsen IWT ,88 29,90 77,78 BOF(GOA/SOF) ,19 50,57 111,76 V.I.B ,50 2,00 7,50 Fondsen V.I.B. IMEC IOF ,94 6,20 16,14 VITO IBBT Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT ,20 3,80 11,00 Andere Vlaamse programma's ,50 11,85 20,35 Patrimonium ,98 27,25 58,23 Onbezoldigd Andere bronnen* ,98 44,23 106,21 Subtotaal ,11 364,88 893,99 16 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten

17 Tabel 1b vervolg Titel Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1 / 2 / 2014 Subtitel Buiten de werkingsuitkeringen Instelling KU Leuven Post-doctoraal niveau Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal c. Bursalen Internationale en Europese programma's ,69 11,00 47,69 Nationale programma's IUAP ,00 3,00 11,00 Andere nationale programma's ,76 1,00 4,76 Vlaamse programma's FWO Geassocieerde Fondsen FWO ,82 23,14 59,96 IWONL/IWT Fondsen IWT ,00 4,00 10,00 BOF(GOA/SOF) ,83 29,04 65,87 V.I.B. Fondsen V.I.B. IMEC IOF ,00 1,00 4,00 VITO IBBT Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's 1 1 0,22 0,22 Patrimonium ,00 6,00 20,00 Onbezoldigd Andere bronnen* ,62 16,59 30,21 Subtotaal ,94 94,77 253,71 Totaal ,98 509, ,76 * De categorie 'Andere bronnen' bevat de financieringsbronnen 'Sociale voorzieningen voor studenten', 'Regionale programma's', 'Prive-sector' en 'Andere bronnen' Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten 17

18 Tabel 1a Titel Effectief van het zelfstandig academisch personeel, assisterend academisch personeel en onderwijzend personeel van het integratiekader op 1 / 2 / 2014 Subtitel Ten laste van werkingsuitkeringen Instelling Universiteit Gent Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal 1. ZAP a. ZAP in strikte zin ,00 185,85 864,85 Buitengewoon hoogleraar ,60 0,40 7,00 Gewoon hoogleraar ,40 17,00 173,40 Hoogleraar ,05 31,15 160,20 Hoofddocent ,80 93,25 343,05 Docent ,75 18,05 51,80 Tenure Track Docent ,40 26,00 129,40 b. Ander Zelfstandig Academisch Personeel ,10 10,50 35,60 Hoofdbibliothecaris, Faculteitsgeaggregeerde en geaggregeerd conservator, Werkleider en conservator, e.a. assistent en bibliothecaris, Vastbenoemd assistent. Gastprofessor ,85 10,50 35,35 Gepensioneerd ZAP-lid die als bezoldigd emeritus 2 2 0,25 0,25 blijft verder werken ten laste van de werkingsuitkeringen (in het kader van artikel V.44 2 van de Codex Hoger Onderwijs) Totaal ,10 196,35 900,45 2. Integratiekader OP3 Gewoon hoogleraar Hoogleraar ,50 1,00 6,50 Hoofddocent ,50 2,40 10,90 Docent ,95 16,85 41,80 Totaal ,95 20,25 59,20 3. AAP a. AAP in strikte zin ,30 492,00 910,30 Assistent (uitgezonderd praktijkassistent) ,00 276,70 486,70 Praktijkassistent ,45 92,30 159,75 Doctor-assistent ,85 123,00 263,85 b. Ander Assisterend Academisch Personeel Tijdelijk pedagogisch en wetenschappelijk medewerker ,00 2,50 3,50 Totaal ,30 494,50 913,80 4. Integratiekader OP1 en OP2 a. Integratiekader OP ,35 42,00 82,35 OP Assistent ,00 27,60 52,60 OP Doctor-Assistent ,10 11,30 19,40 OP Werkleider ,25 3,10 10,35 b. Integratiekader OP ,75 37,45 77,20 OP Hoofdlector ,55 2,70 13,25 OP Lector ,20 34,75 63,95 Totaal ,10 79,45 159,55 18 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten

19 Tabel 1b Titel Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1 / 2 / 2014 Subtitel Buiten de werkingsuitkeringen Instelling Universiteit Gent Doctoraal niveau Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal a. Onbepaalde duur Internationale en Europese programma's 1 1 1,00 1,00 Nationale programma's IUAP Andere nationale programma's ,80 2,80 Vlaamse programma's FWO 1 1 1,00 1,00 Geassocieerde Fondsen FWO IWONL/IWT Fondsen IWT 2 2 2,00 2,00 BOF(GOA/SOF) 1 1 1,00 1,00 V.I.B ,00 8,50 13,50 Fondsen V.I.B. IMEC ,00 1,00 10,00 IOF VITO IBBT ,10 3,70 14,80 Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's ,80 1,00 1,80 Patrimonium 1 1 1,00 1,00 Onbezoldigd Andere bronnen* ,00 5,10 11,10 Subtotaal ,90 24,10 60,00 b. Bepaalde duur Internationale en Europese programma's ,45 30,35 69,80 Nationale programma's IUAP ,00 1,35 2,35 Andere nationale programma's ,72 13,20 21,92 Vlaamse programma's FWO Geassocieerde Fondsen FWO ,80 9,90 30,70 IWONL/IWT ,20 6,80 21,00 Fondsen IWT ,10 19,70 53,80 BOF(GOA/SOF) ,60 17,50 38,10 V.I.B ,80 16,80 28,60 Fondsen V.I.B. IMEC 6 6 6,00 6,00 IOF ,50 2,50 8,00 VITO IBBT ,15 10,10 48,25 Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's ,40 41,45 68,85 Patrimonium ,80 2,80 Onbezoldigd Andere bronnen* ,80 47,40 93,20 Subtotaal ,32 217,05 493,37 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten 19

20 Tabel 1b vervolg Titel Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1 / 2 / 2014 Subtitel Buiten de werkingsuitkeringen Instelling Universiteit Gent Doctoraal niveau Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal c. Bursalen Internationale en Europese programma's ,30 44,90 112,20 Nationale programma's IUAP ,10 14,00 49,10 Andere nationale programma's ,50 36,00 60,50 Vlaamse programma's FWO ,00 145,00 273,00 Geassocieerde Fondsen FWO ,05 126,25 287,30 IWONL/IWT ,00 123,00 264,00 Fondsen IWT ,50 49,00 88,50 BOF(GOA/SOF) ,70 305,50 640,20 V.I.B. Fondsen V.I.B. IMEC 2 2 2,00 2,00 IOF ,50 1,00 1,50 VITO IBBT ,00 2,00 20,00 Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's ,50 33,10 65,60 Patrimonium Onbezoldigd Andere bronnen* ,50 59,50 132,00 Subtotaal ,65 939, ,90 Totaal , , ,27 * De categorie 'Andere bronnen' bevat de financieringsbronnen 'Sociale voorzieningen voor studenten', 'Regionale programma's', 'Prive-sector' en 'Andere bronnen' 20 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten

21 Tabel 1b vervolg Titel Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1 / 2 / 2014 Subtitel Buiten de werkingsuitkeringen Instelling Universiteit Gent Post-doctoraal niveau Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal a. Onbepaalde duur Internationale en Europese programma's 1 1 0,50 0,50 Nationale programma's IUAP Andere nationale programma's 1 1 0,90 0,90 Vlaamse programma's FWO Geassocieerde Fondsen FWO IWONL/IWT Fondsen IWT 1 1 1,00 1,00 BOF(GOA/SOF) V.I.B ,70 2,92 20,62 Fondsen V.I.B. IMEC ,00 2,00 15,00 IOF ,75 5,00 19,75 VITO IBBT ,20 1,70 15,90 Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's ,50 1,00 1,50 Patrimonium ,00 3,00 5,00 Onbezoldigd Andere bronnen* ,60 0,75 12,35 Subtotaal ,25 17,27 92,52 b. Bepaalde duur Internationale en Europese programma's ,25 18,40 33,65 Nationale programma's IUAP ,20 7,15 12,35 Andere nationale programma's ,95 9,40 14,35 Vlaamse programma's FWO ,00 104,00 264,00 Geassocieerde Fondsen FWO ,25 16,60 44,85 IWONL/IWT 2 2 2,00 2,00 Fondsen IWT ,30 14,15 36,45 BOF(GOA/SOF) ,93 33,15 70,08 V.I.B ,00 1,00 6,00 Fondsen V.I.B. IMEC ,40 4,40 IOF ,65 4,20 9,85 VITO 1 1 0,20 0,20 IBBT ,10 5,80 17,90 Onderzoeksprojecten VITO 2 2 1,15 1,15 Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's ,75 16,30 26,05 Patrimonium ,00 1,40 6,40 Onbezoldigd Andere bronnen* ,15 17,40 37,55 Subtotaal ,28 248,95 587,23 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten 21

22 Tabel 1b vervolg Titel Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1 / 2 / 2014 Subtitel Buiten de werkingsuitkeringen Instelling Universiteit Gent Post-doctoraal niveau Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal c. Bursalen Internationale en Europese programma's ,00 8,80 27,80 Nationale programma's IUAP ,00 3,00 7,00 Andere nationale programma's ,00 4,00 5,00 Vlaamse programma's FWO Geassocieerde Fondsen FWO ,00 12,00 24,00 IWONL/IWT Fondsen IWT ,00 1,00 2,00 BOF(GOA/SOF) ,00 12,00 28,00 V.I.B. Fondsen V.I.B. IMEC IOF VITO IBBT Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's 2 2 2,00 2,00 Patrimonium Onbezoldigd Andere bronnen* ,00 2,00 7,00 Subtotaal ,00 42,80 102,80 Totaal ,53 309,02 782,55 * De categorie 'Andere bronnen' bevat de financieringsbronnen 'Sociale voorzieningen voor studenten', 'Regionale programma's', 'Prive-sector' en 'Andere bronnen' 22 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten

23 Tabel 1a Titel Effectief van het zelfstandig academisch personeel, assisterend academisch personeel en onderwijzend personeel van het integratiekader op 1 / 2 / 2014 Subtitel Ten laste van werkingsuitkeringen Instelling Vrije Universiteit Brussel Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal 1. ZAP a. ZAP in strikte zin ,30 98,05 351,35 Buitengewoon hoogleraar ,35 0,30 3,65 Gewoon hoogleraar ,40 10,00 61,40 Hoogleraar ,35 15,10 62,45 Hoofddocent ,70 17,40 81,10 Docent ,00 44,25 117,25 Tenure Track Docent ,50 11,00 25,50 b. Ander Zelfstandig Academisch Personeel ,13 3,38 13,51 Hoofdbibliothecaris, Faculteitsgeaggregeerde en geaggregeerd conservator, Werkleider en conservator, e.a. assistent en bibliothecaris, Vastbenoemd assistent. Gastprofessor ,03 3,08 11,11 Gepensioneerd ZAP-lid die als bezoldigd emeritus ,10 0,30 2,40 blijft verder werken ten laste van de werkingsuitkeringen (in het kader van artikel V.44 2 van de Codex Hoger Onderwijs) Totaal ,43 101,43 364,86 2. Integratiekader OP3 Gewoon hoogleraar Hoogleraar 1 1 1,00 1,00 Hoofddocent ,70 2,00 4,70 Docent ,75 6,55 14,30 Totaal ,45 9,55 20,00 3. AAP a. AAP in strikte zin ,65 73,90 137,55 Assistent (uitgezonderd praktijkassistent) ,30 53,95 88,25 Praktijkassistent ,35 17,05 39,40 Doctor-assistent ,00 2,90 9,90 b. Ander Assisterend Academisch Personeel Tijdelijk pedagogisch en wetenschappelijk medewerker ,20 9,30 16,50 Totaal ,85 83,20 154,05 4. Integratiekader OP1 en OP2 a. Integratiekader OP ,10 9,00 20,10 OP Assistent ,20 2,75 10,95 OP Doctor-Assistent ,50 2,00 2,50 OP Werkleider ,40 4,25 6,65 b. Integratiekader OP ,00 0,00 0,00 OP Hoofdlector OP Lector Totaal ,10 9,00 20,10 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten 23

24 Tabel 1b Titel Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1 / 2 / 2014 Subtitel Buiten de werkingsuitkeringen Instelling Vrije Universiteit Brussel Doctoraal niveau Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal a. Onbepaalde duur Internationale en Europese programma's ,00 3,55 4,55 Nationale programma's IUAP Andere nationale programma's ,20 4,20 Vlaamse programma's FWO Geassocieerde Fondsen FWO ,50 2,30 7,80 IWONL/IWT Fondsen IWT ,20 3,00 9,20 BOF(GOA/SOF) ,40 3,50 7,90 V.I.B ,00 1,00 Fondsen V.I.B. IMEC 1 1 1,00 1,00 IOF ,75 1,75 VITO IBBT ,90 2,50 11,40 Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's ,00 9,00 22,00 Patrimonium ,95 10,25 14,20 Onbezoldigd Andere bronnen* ,40 5,60 10,00 Subtotaal ,30 40,70 95,00 b. Bepaalde duur Internationale en Europese programma's ,05 3,90 11,95 Nationale programma's IUAP Andere nationale programma's ,00 2,50 6,50 Vlaamse programma's FWO Geassocieerde Fondsen FWO ,00 6,00 8,00 IWONL/IWT Fondsen IWT ,00 5,50 18,50 BOF(GOA/SOF) ,75 5,30 10,05 V.I.B ,60 4,60 11,20 Fondsen V.I.B. IMEC IOF VITO IBBT ,75 3,30 9,05 Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's ,90 8,50 15,40 Patrimonium ,30 3,00 13,30 Onbezoldigd Andere bronnen* ,40 5,35 19,75 Subtotaal ,75 47,95 123,70 24 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten

25 Tabel 1b vervolg Titel Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1 / 2 / 2014 Subtitel Buiten de werkingsuitkeringen Instelling Vrije Universiteit Brussel Doctoraal niveau Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal c. Bursalen Internationale en Europese programma's ,00 22,00 48,00 Nationale programma's IUAP Andere nationale programma's ,00 15,00 23,00 Vlaamse programma's FWO ,00 59,00 105,00 Geassocieerde Fondsen FWO ,00 42,80 90,80 IWONL/IWT ,00 29,00 83,00 Fondsen IWT ,00 17,00 42,00 BOF(GOA/SOF) ,00 41,00 64,00 V.I.B. Fondsen V.I.B. IMEC IOF 1 1 1,00 1,00 VITO IBBT Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's ,00 15,50 38,50 Patrimonium ,00 54,00 124,00 Onbezoldigd Andere bronnen* ,00 26,00 60,00 Subtotaal ,00 321,30 679,30 Totaal ,05 409,95 898,00 * De categorie 'Andere bronnen' bevat de financieringsbronnen 'Sociale voorzieningen voor studenten', 'Regionale programma's', 'Prive-sector' en 'Andere bronnen' Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten 25

26 Tabel 1b vervolg Titel Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1 / 2 / 2014 Subtitel Buiten de werkingsuitkeringen Instelling Vrije Universiteit Brussel Post-doctoraal niveau Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal a. Onbepaalde duur Internationale en Europese programma's ,65 8,40 15,05 Nationale programma's IUAP Andere nationale programma's ,80 1,00 5,80 Vlaamse programma's FWO Geassocieerde Fondsen FWO ,80 5,10 8,90 IWONL/IWT Fondsen IWT ,10 2,30 13,40 BOF(GOA/SOF) ,90 7,85 14,75 V.I.B ,50 7,50 Fondsen V.I.B ,50 1,50 IMEC 1 1 1,00 1,00 IOF ,90 3,00 3,90 VITO IBBT ,60 0,35 2,95 Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's ,45 4,70 9,15 Patrimonium ,37 6,15 19,52 Onbezoldigd Andere bronnen* ,90 2,80 12,70 Subtotaal ,47 41,65 116,12 b. Bepaalde duur Internationale en Europese programma's ,45 2,80 9,25 Nationale programma's IUAP Andere nationale programma's ,50 3,00 6,50 Vlaamse programma's FWO ,00 36,00 83,00 Geassocieerde Fondsen FWO ,50 1,00 4,50 IWONL/IWT ,00 1,00 2,00 Fondsen IWT ,00 2,00 9,00 BOF(GOA/SOF) ,35 1,65 11,00 V.I.B ,00 2,00 Fondsen V.I.B. IMEC IOF ,00 0,80 1,80 VITO IBBT ,00 2,00 3,00 Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's ,70 1,30 3,00 Patrimonium ,50 5,25 7,75 Onbezoldigd Andere bronnen* ,35 5,80 18,15 Subtotaal ,35 62,60 160,95 26 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten

27 Tabel 1b vervolg Titel Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1 / 2 / 2014 Subtitel Buiten de werkingsuitkeringen Instelling Vrije Universiteit Brussel Post-doctoraal niveau Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal c. Bursalen Internationale en Europese programma's ,00 5,00 10,00 Nationale programma's IUAP Andere nationale programma's ,00 2,00 5,00 Vlaamse programma's FWO Geassocieerde Fondsen FWO ,00 5,00 18,00 IWONL/IWT Fondsen IWT 2 2 2,00 2,00 BOF(GOA/SOF) ,00 1,00 5,00 V.I.B. Fondsen V.I.B. IMEC IOF VITO IBBT Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's 2 2 2,00 2,00 Patrimonium 2 2 2,00 2,00 Onbezoldigd Andere bronnen* ,50 1,00 5,50 Subtotaal ,50 14,00 49,50 Totaal ,32 118,25 326,57 * De categorie 'Andere bronnen' bevat de financieringsbronnen 'Sociale voorzieningen voor studenten', 'Regionale programma's', 'Prive-sector' en 'Andere bronnen' Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten 27

28 Tabel 1a Titel Effectief van het zelfstandig academisch personeel, assisterend academisch personeel en onderwijzend personeel van het integratiekader op 1 / 2 / 2014 Subtitel Ten laste van werkingsuitkeringen Instelling UAntwerpen Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal 1. ZAP a. ZAP in strikte zin ,70 112,55 445,25 Buitengewoon hoogleraar ,85 0,15 3,00 Gewoon hoogleraar ,00 20,00 113,00 Hoogleraar ,15 26,00 105,15 Hoofddocent ,00 34,95 131,95 Docent ,70 14,55 51,25 Tenure Track Docent ,00 16,90 40,90 b. Ander Zelfstandig Academisch Personeel ,62 11,07 36,69 Hoofdbibliothecaris, Faculteitsgeaggregeerde en geaggregeerd conservator, Werkleider en conservator, e.a. assistent en bibliothecaris, Vastbenoemd assistent. Gastprofessor ,42 11,07 32,49 Gepensioneerd ZAP-lid die als bezoldigd emeritus ,20 4,20 blijft verder werken ten laste van de werkingsuitkeringen (in het kader van artikel V.44 2 van de Codex Hoger Onderwijs) Totaal ,32 123,62 481,94 2. Integratiekader OP3 Gewoon hoogleraar Hoogleraar ,70 1,00 16,70 Hoofddocent ,15 1,00 2,15 Docent ,35 9,80 41,15 Totaal ,20 11,80 60,00 3. AAP a. AAP in strikte zin ,45 138,05 238,50 Assistent (uitgezonderd praktijkassistent) ,35 84,60 146,95 Praktijkassistent ,35 41,25 65,60 Doctor-assistent ,75 12,20 25,95 b. Ander Assisterend Academisch Personeel Tijdelijk pedagogisch en wetenschappelijk medewerker Totaal ,45 138,05 238,50 4. Integratiekader OP1 en OP2 a. Integratiekader OP ,70 29,20 78,90 OP Assistent ,10 21,80 44,90 OP Doctor-Assistent ,10 2,15 6,25 OP Werkleider ,50 5,25 27,75 b. Integratiekader OP ,45 7,55 19,00 OP Hoofdlector 1 1 1,00 1,00 OP Lector ,45 7,55 18,00 Totaal ,15 36,75 97,90 28 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten

29 Tabel 1b Titel Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1 / 2 / 2014 Subtitel Buiten de werkingsuitkeringen Instelling UAntwerpen Doctoraal niveau Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal a. Onbepaalde duur Internationale en Europese programma's ,70 2,90 4,60 Nationale programma's IUAP 1 1 1,00 1,00 Andere nationale programma's Vlaamse programma's FWO Geassocieerde Fondsen FWO ,35 4,00 7,35 IWONL/IWT Fondsen IWT ,10 2,10 BOF(GOA/SOF) ,00 0,50 2,50 V.I.B. Fondsen V.I.B. IMEC IOF VITO IBBT ,00 1,00 2,00 Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT 1 1 1,00 1,00 Andere Vlaamse programma's ,00 2,80 6,80 Patrimonium ,64 11,71 19,35 Onbezoldigd Andere bronnen* ,95 17,65 37,60 Subtotaal ,74 41,56 84,30 b. Bepaalde duur Internationale en Europese programma's ,20 1,20 Nationale programma's IUAP ,25 1,00 3,25 Andere nationale programma's 1 1 1,00 1,00 Vlaamse programma's FWO Geassocieerde Fondsen FWO ,00 2,00 5,00 IWONL/IWT ,00 2,00 5,00 Fondsen IWT ,20 4,20 BOF(GOA/SOF) ,00 3,50 5,50 V.I.B ,00 1,00 Fondsen V.I.B. IMEC IOF 1 1 1,00 1,00 VITO IBBT Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT ,30 1,00 2,30 Andere Vlaamse programma's ,20 3,95 5,15 Patrimonium ,23 10,80 14,03 Onbezoldigd Andere bronnen* ,25 14,90 36,15 Subtotaal ,63 41,15 84,78 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten 29

30 Tabel 1b vervolg Titel Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1 / 2 / 2014 Subtitel Buiten de werkingsuitkeringen Instelling UAntwerpen Doctoraal niveau Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal c. Bursalen Internationale en Europese programma's ,00 15,00 28,00 Nationale programma's IUAP ,00 7,00 9,00 Andere nationale programma's ,00 4,00 9,00 Vlaamse programma's FWO ,00 58,00 114,00 Geassocieerde Fondsen FWO ,00 38,00 103,00 IWONL/IWT ,00 46,00 73,00 Fondsen IWT ,00 12,00 23,00 BOF(GOA/SOF) ,00 78,00 172,00 V.I.B. Fondsen V.I.B. IMEC IOF 1 1 1,00 1,00 VITO IBBT Onderzoeksprojecten VITO ,00 2,00 4,00 Onderzoeksprojecten IBBT 1 1 1,00 1,00 Andere Vlaamse programma's ,00 7,00 18,00 Patrimonium ,00 23,00 44,00 Onbezoldigd Andere bronnen* ,00 58,00 96,00 Subtotaal ,00 349,00 695,00 Totaal ,37 431,71 864,08 * De categorie 'Andere bronnen' bevat de financieringsbronnen 'Sociale voorzieningen voor studenten', 'Regionale programma's', 'Prive-sector' en 'Andere bronnen' 30 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten

31 Tabel 1b vervolg Titel Effectief van het wetenschappelijk personeel op 1 / 2 / 2014 Subtitel Buiten de werkingsuitkeringen Instelling UAntwerpen Post-doctoraal niveau Aantal personeelsleden Eenheden voltijds voltijds deeltijds man vrouw totaal man vrouw totaal man vrouw totaal a. Onbepaalde duur Internationale en Europese programma's ,40 2,25 4,65 Nationale programma's IUAP ,00 0,50 2,50 Andere nationale programma's ,50 0,90 2,40 Vlaamse programma's FWO Geassocieerde Fondsen FWO ,00 0,60 6,60 IWONL/IWT Fondsen IWT ,30 1,00 3,30 BOF(GOA/SOF) ,80 4,25 10,05 V.I.B ,00 1,00 Fondsen V.I.B. IMEC IOF ,00 0,80 5,80 VITO IBBT ,00 1,00 3,00 Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's ,10 2,00 6,10 Patrimonium Onbezoldigd Andere bronnen* ,00 20,20 55,20 Subtotaal ,10 33,50 100,60 b. Bepaalde duur Internationale en Europese programma's ,25 3,80 9,05 Nationale programma's IUAP ,00 0,85 1,85 Andere nationale programma's 1 1 1,00 1,00 Vlaamse programma's FWO ,00 34,00 81,00 Geassocieerde Fondsen FWO ,90 1,00 5,90 IWONL/IWT 1 1 0,80 0,80 Fondsen IWT 7 7 7,00 7,00 BOF(GOA/SOF) ,70 0,40 3,10 V.I.B ,00 1,00 Fondsen V.I.B. IMEC IOF ,30 0,80 2,10 VITO ,30 0,10 0,40 IBBT Onderzoeksprojecten VITO Onderzoeksprojecten IBBT Andere Vlaamse programma's ,00 2,00 3,00 Patrimonium ,90 1,60 3,50 Onbezoldigd Andere bronnen* ,55 20,10 44,65 Subtotaal ,70 65,65 164,35 Statistische gegevens betreffende het personeel aan de Vlaamse universiteiten 31