Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport"

Transcriptie

1 BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE BOSSEN EN HEIDEN VAN ZANDIG VLAANDEREN: OOSTELIJK DEEL EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN DE BIJBEHORENDE INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN EN PRIORITEITEN Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport Dit rapport is het rapport, opgemaakt door het Agentschap voor Natuur en Bos, dat de onderbouwing bevat van en de basis vormde voor de eerste principiële beslissing van de Vlaamse regering over de specifieke instandhoudingsdoelstellingen. Na deze eerste principiële goedkeuring en na afwerking van alle rapporten werd een optimalisatieoefening gehouden op Vlaamse schaal (kalibratie-oefening). Naar aanleiding hiervan werden de instandhoudingsdoelen en prioritaire inspanningen voor alle rapporten geoptimaliseerd. De instandhoudingsdoelen en prioritaire inspanningen in hoofdstuk 8 van dit rapport zijn dus niet meer van toepassing. Ook de in voorgaande hoofdstukken opgenomen onderbouwing van de instandhoudingsdoelen en prioritaire inspanningen is hierdoor niet meer actueel ten opzichte van de definitief goedgekeurde instandhoudingsdoelen en prioritaire inspanningen. We wijzen er dan ook op dat dit rapport aanzien moet worden als informatief document. De definitieve goedkeuring van de instandhoudingsdoelen en prioritaire inspanningen gebeurde op 23 maart Enkel dit besluit van de Vlaamse regering tot definitieve goedkeuring van de instandhoudingsdoelstellingen d.d. 23 maart 2014 heeft juridische kracht. De definitief goedgekeurde instandhoudingsdoelen en prioritaire inspanningen zijn raadpleegbaar op de website

2 RAPPORT 16 Instandhoudingsdoelstellingen voor speciale beschermingszones Bossen en heiden van zandig Vlaanderen: Oostelijk deel Documentinformatie Statuut van het Rapport Auteur S-IHD-rapport BE definitief rapport Voorliggend rapport is het definitief rapport dat is opgemaakt door het Agentschap voor Natuur en Bos en dat de basis vormt voor de beslissingen van de Vlaamse Regering over de specifieke instandhoudingsdoelstellingen. AGENTSCHAP VOOR NATUUR EN BOS Documentnummer Datum RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 1 van 227

3 Technische fiche De technische fiche bevat de Europees te beschermen habitats en soorten, waarvoor in dit rapport instandhoudingsdoelstellingen worden opgesteld. Dit zijn de habitats en soorten die besproken worden in hoofdstuk 8 van dit rapport en die vallen onder minimum één van onderstaande voor-waarden: De habitat of soort werd aangemeld bij de voordracht van het gebied als Speciale Bescher-mingszone De habitat of soort komt voor in het gebied, ongeacht of het werd aangemeld De habitat of soort werd door de gewestelijke instandhoudingsdoelstellingen aan het gebied gekoppeld In uitzonderlijke gevallen kan voor een habitat of soort die aan minimum één van deze voorwaar-den voldoet toch beslist worden geen instandhoudingsdoelstellingen op te maken. Deze wordt niet in de technische fiche opgenomen. In voorkomend geval wordt dit in het rapport gemotiveerd SBZ-H Provincie Gemeenten Habitattypes Bijlage I Soorten Bijlage II Soorten Bijlage III Bossen en heiden van Zandig Vlaanderen: oostelijk deel Oost-Vlaanderen Knesselare, Maldegem, Eeklo, Zomergem, Waarschoot, Kaprijke, Aalter, Lovendegem, Gent, Lochristi, Wachtebeke, Moerbeke, St.-Niklaas, Lokeren, Stekene, St-Gillis-Waas, Deinze 2330 Open grasland met Corynephorus- en Agrostissoorten op landduinen 3130 Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot de Littorelletalia uniflora en/of de Isoëtes-Nanojunctea 3150 Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition 4010 Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix 4030 Droge Europese heide 6230 Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa) 6410 Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige of lemige kleibodem (Eu- Molinion) 6430 Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones 6510 Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis) 9120 Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion) 9160 Sub-Atlantische en midden-europese wintereikenbossen of eikenhaagbeukbossen behorend tot het Carpinion-betuli 9190 Oude zuurminnende eikenbossen met Quercus robur op zandvlakten 91E0* Alluviale bossen met Alnion glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae) Drijvende waterweegbree - Luronium natans Kamsalamander - Triturus cristatus Mopsvleermuis - Barbastella barbastellus Brandt's vleermuis/gewone baardvleermuis - Myotis brandtii/myotis mystacinus Drijvende waterweegbree - Luronium natans Gewone grootoorvleermuis/grijze grootoorvleermuis - Plecotus auritus/austriacus Kamsalamander - Triturus cristatus Laatvlieger - Eptesicus serotinus Mopsvleermuis - Barbastella barbastellus Ruige dwergvleermuis / Gewone dwergvleermuis / Kleine dwergvleermuis - Pipistrellus species Watervleermuis - Myotis daubentonii Rosse vleermuis - Nyctalus noctula * Europees prioritair habitattype RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 2 van 227

4 RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 3 van 227

5 Essentie van rapport Over welk gebied gaat het hier? Wie is actief in het gebied? Voor welke Europese natuur is dit gebied belangrijk? Om de biodiversiteit in de toekomst de noodzakelijke kansen te geven, is op grond van de Vogel- en Habitatrichtlijn een netwerk van Europees beschermde gebieden aangeduid: het Natura 2000-netwerk. In Vlaanderen zijn 62 Natura 2000-gebieden aangeduid, ook speciale beschermingszones (SBZ s) genoemd. Deze gebieden zijn belangrijk om kansen te geven aan soorten en habitats die overal in Europa bedreigd en/of kwetsbaar of zeldzaam zijn. België heeft de verplichting om voor elk Natura 2000-gebied instandhoudingsmaatregelen te nemen om een gunstige staat van instandhouding te bereiken voor de Europees te beschermen habitats en soorten. Er is gekozen om het kader daarvoor, met name instandhoudingsdoelstellingen op te maken in overleg met de belangengroepen. Hierin worden uitspraken gedaan over de na te streven oppervlakte en kwaliteit van habitats en (leefgebieden van) populaties van soorten. Bijvoorbeeld welke oppervlakte heidehabitat en hoeveel broedparen Roerdomp worden nagestreeft binnen een bepaald natura-2000 gebied. Op basis van de instandhoudingsdoelstellingen per SBZ moeten in de toekomst de nodige instandhoudingmaatregelen genomen worden. Het habitatrichtlijngebied bossen en heiden van zandig vlaanderen oostelijk deel is circa ha groot en beslaat de noordelijke helft van de provincie Oostvlaanderen. Het gebied bestaat uit 12 deelgebieden. De SBZ heeft deelgebieden in volgende gemeenten: Knesselare, Maldegem, Eeklo, Zomergem, Waarschoot, Kaprijke, Aalter, Lovendegem, Gent, Lochristie, Wachtebeke, Moerbeke, Sint.-Niklaas, Lokeren, Stekene, Sint-Gillis-Waas en Deinze. Ongeveer 80% van het gebied bezit een groene bestemming (natuur, groen of bos). 12% (of 410 ha) van het gebied heeft landbouw als bestemming, met een sterk wisselende hoeveelheid per deelgebied. Andere bestemmingen zoals industrie, recreatie of wonen, komen slechts beperkt voor aan de randen van de verschillende deelgebieden. Het effectieve gebruik van landbouw is echter hoger in vergelijking met de bestemming (735 ha, geregistreerd door 264 bedrijven). Het grootste deel (2.090 ha) van het gebied wordt ingenomen door bos, waarvan ca 800 ha in privé-eigendom. Iets meer dan 50% van het gebied (1.710 ha) wordt actueel beheerd door het ANB, de provincie of een terreinbeherende natuurvereniging. Ook waterwinning voor drinkwater is in een aantal deelgebieden een belangrijke gebruiker. Het gebied is van belang voor 13 Europese habitattypes en 13 Europese soorten. In het rapport wordt specifiek ingegaan op elk van deze habitats en soorten. Voor elke van deze habitats en soorten worden doelstellingen geformuleerd. Hierbij zijn de volgende algemene principes gehanteerd: - Instandhoudingsdoelen worden in eerste instantie gerealiseerd door kwaliteitsverbetering. Effectieve uitbreiding en/of omvorming, waarbij Europese natuurtypen worden gerealiseerd op plaatsen die momenteel geen of nauwelijks natuurwaarden kennen, worden toegepast indien de doelen niet bereikt kunnen worden door kwaliteitsverbetering; - Versterking van natuurwaarden vindt in eerste instantie plaats aansluitend aan bestaande kernen met natuurwaarden en op de geëigende locatie met potenties. Hierdoor wordt op de meest efficiënte manier een bepaald minimumareaal bereikt en het natuurbeheer het meest kostenefficiënt georganiseerd; - Het realiseren van de doelen voor de Europees te beschermen habitats en soorten wordt zoveel als mogelijk ruimtelijk gecombineerd en gerealiseerd op locaties waarbij er het kleinste ruimtebeslag nodig is (= principe van zuinig ruimtegebruik en optimale ruimtelijke allocatie); - Er wordt actief gezocht naar samenwerking met alle partners voor het realiseren van de doelen. De habitats en soorten binnen het voorliggende gebied kunnen worden gegroepeerd in 3 natuurclusters: het boslandschap, het heidelandschap en het grasland- en moeraslandschap. Voor elk van deze natuurclusters wordt kort het natuurbelang RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 4 van 227

6 geschetst. Tevens wordt ingegaan op de aandachtspunten (knelpunten) en de belangrijkste doelen. Het boslandschap Het heidelandschap Een groot aandeel van het gebied, iets meer dan ha bestaat uit bos. Ongeveer 55% hiervan bestaat uit habitatwaardige boshabitats. Het gaat om zuurminnende beuken- en eikenbossen en alluviale bossen, met plaatselijk Eiken- Haagbeukenbossen. Daarnaast komen ook nog naaldhoutaanplanten, jonge loofhoutaanplanten en populierenbossen voor, die niet als boshabitat gekwalificeerd kunnen worden. Van de zuurminnende beuken- en eikenbossen 1 zijn enkele kernen aanwezig in een aantal grotere boscomplexen binnen het gebied, maar de boshabitats zijn veelal niet aaneengesloten, waardoor veel kleine, geïsoleerde en slecht gebufferde kernen voorkomen. De zurminnende eikenbossen situeren zich in het noorden van het gebied, op de arme zandbodems. De alluviale bossen 2 komen over het hele SBZ voor, maar doorgaans gaat het om erg kleine, kwetsbare en slecht gebufferde kernen. Plaatselijk en meer fragmentarisch komt ook nog Eiken-Haagbeukenbos 3 voor (enkel in Zuidwestelijk deel). Voor de bostypes 9120 en 91E0 wordt het gebied als zeer belangrijk beschouwd. Er wordt gestreefd naar de realisatie van een robuust netwerk van enkele grote boskernen die op lange termijn garanties bieden voor de instandhouding van leefbare populaties van de habitattypische soorten van deze kernen en hun boshabitats. Hierdoor kunnen knelpunten als sterke versnippering, slecht gebufferde bossen die onderhevig zijn aan eutrofiëring / nutriëntenaanrijking gemilderd worden. De twee andere bostypes 9160 en 9190 die nagenoeg steeds aansluiten op het type 9120, liften mee op deze globale aanpak. Hierbij wordt gezorgd dat deze twee bostypes eveneens een gunstige staat van instandhouding kunnen bereiken. Gesommeerd over de verschillende boshabitats is het doel het behoud met kwaliteitsverbetering van de aanwezige boshabitats (1.140 ha) en een extra oppervlakte van ha, welke gerealiseerd kunnen worden door omvorming ( ha) en uitbreiding ( ha). Het heidelandschap bestaat uit vochtige en droge heide en heischrale graslanden 4. Deze heidevegetaties komen in het gebied sterk versnipperd voor. Op recent geplagde plekken zijn deze vegetaties nog volop in ontwikkeling. Momenteel is een duurzaam behoud van de vegetaties en eraan gebonden soorten niet gegarandeerd omdat de heidehabitats versnipperd en in een te beperkte aaneengesloten oppervlakte aanwezig zijn. Er is onvoldoende oppervlakte voor leefbare populaties van habitattypische soorten. Voor dit heidelandschap wordt gestreefd naar een complex van structuurrijke heide in combinatie met het boslandschap (vooral zuurminnende eiken- en beukenbossen). Het ecologisch functioneren van heidehabitats in overgang naar boslandschap biedt een betere buffering tegen externe invloeden en biedt een grotere structuurrijkdom. Goed ontwikkeld habitat draagt bij tot gunstige omstandigheden voor bijlagesoorten als Boomleeuwerik en Nachtzwaluw. Kwaliteit in deze complexen betekent tevens een voldoende grote oppervlakten zodat ook het voorkomen van eraan gebonden habitattypische soorten als Aarbeivlinder, Groentje, Veldkrekel, Levendbarende hagedis wordt verzekerd. 1 Het betreft de habitattypes 9120 Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion) en 9190 Oude zuurminnende eikenbossen op zandvlakten met Quercus robur 2 Het betreft het habitattype 91 E 0 Alluviale bossen met Alnus glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae) 3 Het betreft het habitattype 9160 Sub-Atlantische en Midden-Europese Wintereikenbossen of Eiken- Haagbeukenbossen behorend tot het Carpinion betuli 4 Het betreft de habitattypes 2330 Open grasland met Corynephorus- en Agrostissoorten op landduinen, 4010 Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix, 4030 Droge Europese heide en 6230 Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 5 van 227

7 Gesommeerd over de verschillende heidehabitats is het doel een extra oppervlakte van ha door omvormingen, naast een behoud en kwaliteitsverbetering van de reeds aanwezige heidehabitats (circa 80 ha). Daarnaast zijn ook oligotrofe-mesotrofe plassen 5 (in deelgebied 2 Kraenepoel en Markettebossen) aanwezig in het heidelandschap, waar volgehouden aandacht voor waterkwaliteit en beheer nodig is voor een duurzame instandhouding ervan. Het grasland- en moeraslandschap Welke inspanningen zijn noodzakelijk voor het realiseren van de De hoofdmoot van de graslanden in het gebied zijn relatief voedselrijk en weinig soortenrijk. Habitatwaardig grasland 6 komt slechts lokaal en sterk versnipperd voor. In de valleigebieden komen verspreid ook ruigten 7 voor. Habitatwaardige eutrofe plassen 8 komen niet meer voor in het gebied. De gewijzigde waterhuishouding, verdroging en verontreiniging van grond- en oppervlaktewater spelen een belangrijke rol in de gedeeltelijk aangetaste staat van instandhouding. De aanwezigheid van minstens één groot complex is noodzakelijk voor de instandhouding van habitattypische soorten gebonden aan deze bloemenrijke graslanden en ruigten, waarbij zowel insectenfauna als vogelsoorten een belangrijk leefgebied hebben. Als doel voor een structuurrijk grasland- en moeraslandschap (habitattypes 6410, 6430 en 6510) wordt een totale extra oppervlakte van ha 9 vooropgesteld, welke gerealiseerd kunnen worden door omvorming (30-40 ha) en uitbreiding ( ha). De reeds aanwezige habitats zullen behouden en verbeterd worden (circa 50 ha). De hoofdmoot van de realisaties voor de uitbreidingen worden voorzien in het deelgebied 8 Vallei Moervaart-Zuidlede, waar de realisatie van ha bijkomend habitat voorzien is. Door de kwalitatieve invulling van het valleigebied kan bijkomend de realisatie van leefgebied voor een satellietpopulatie (5 à 8 koppels) van de bijlagesoort Kwartelkoning beoogd worden, waarbij de kernpopulatie voorkomt in de SBZ Schelde- en Durmeëstuarium (G-IHD). Ook andere bijlage en habitattypische faunasoorten zoals Blauwborst, Rietzanger en Sprinkhaanzanger en de Europees beschermde vleermuizen kunnen hier hun leefgebied versterken. Overgangen naar natte bostypes wordt voorzien. Om een goede staat van instandhouding mogelijk te kunnen maken is een natuurlijkere waterhuishouding en -beheer noodzakelijk. Bijkomende realisaties situeren zich voornamelijk in deelgebieden 1 Drongengoed Maldegemveld, 10 Zeverenbeek en 12 Vinderhoutse bossen, waarbij telkens kleinere kernen van moeras- en natte graslanden van circa ha nagestreefd worden. Daarnaast zijn er in de SBZ potenties voor de ontwikkeling van het habitattype Voor de Kamsalamander, die momenteel geïsoleerd en in gedeeltelijk aangetaste staat voorkomt in deelgebied 1 Drongengoed-Maldegemveld wordt een duurzame populatie nagestreefd. Voor de verschillende voorkomende habitats en soorten zijn doelen geformuleerd. Voor een aantal doelstellingen zijn bijkomende inspanningen noodzakelijk. De inspanningen kunnen onafhankelijk van elkaar worden uitgevoerd. Niet al deze inspanningen zijn op dezelfde termijn realiseerbaar. De realiseerbaarheid hangt onder andere af van de kostprijs van de inspanningen, de maatschappelijke context en de technische kennis. Er wordt onderstreept dat het uitvoeren van de hieronder opgesomde lijst van inspanningen/acties niet alle knelpunten in het gebied zullen oplos- 5 Het betreft het habitattype 3130 Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot de Littorelletalia uniflora en/of de Isoëtes-Nanojunctea 6 Het betreft de habitattypes 6410 Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige of lemige kleibodem (Eu- Molinion en 6510 Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis) 7 Het betreft het habitattype 6430 Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones 8 Het betreft het habitattype 3150 Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition 9 Een deel van de oppervlakte van de doelen (20-30 ha) bestaat uit regionaal belangrijke biotopen (RBB s), zoals dotterbloemhooilanden en grote zeggenvegetaties. Deze leunen vegetatiekundig sterk bij het habitattype RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 6 van 227

8 doelen? sen en niet alle doelen zal weten te bewerkstelligen. De hieronder opgelijste acties zijn dan ook te beschouwen als de prioritaire inspanningen. 1. Kwaliteitsverbetering van aanwezige bos- en andere habitattypes De aangemelde habitattypes in de SBZ bezitten allen een actueel gedegradeerde staat van instandhouding. Enkele aangemelde habitattypes (2330 en 3150) komen zelfs niet meer voor (enkel nog als relictvegetaties terug te vinden). Er dient dan ook een kwaliteitsverbetering van de voorkomende habitattypes gerealiseerd te worden door verbeteringen van de habitatstructuur en het verlagen van verstoringsindicatoren. Een ecologisch beheer, afgestemd op de habitats, is hierbij essentieel. Voor de boshabitats wordt een betere structuurkwaliteit nagestreefd met voldoende dikke (dode) bomen, een goed ontwikkelde struik- en kruidlaag, bosranden en open plekken. Door het toepassen van natuurgericht bosbeheer in natuurreservaten, bosreservaten en domeinbossen wordt hieraan tegemoet gekomen. Het zijn maatregelen die reeds in veel beheerplannen voorzien zijn voor domeinen in eigendom van het ANB of de erkende terreinbeherende verenigingen. Bij andere openbare besturen en privébossen in het VEN (of op vrijwillige basis) kan door het toepassen van de Criteria Duurzaam Bosbeheer (CDB) de kwaliteit eveneens verbeterd worden 10. Bij de heide-, grasland- en moerasvegetaties gaat het vaak om een combinatie van inleidende inrichtingsmaatregelen en optimale beheervormen, afgestemd op het beoogde habitattype (zie ook verdere prioritaire inspanningen). Het niet behalen van een minimale aaneengesloten oppervlakte van het habitattype (minimum structuur areaal) is voor vele habitattypes echter een blijvend knelpunt (zie ook verdere prioritaire inspanningen). 2. Omvorming van naaldhout naar zuurminnende eikenbeukenbossen naar heide De naaldbossen, voornamelijk in deelgebieden 1 Drongengoed-Maldegemveld, 3 Het Leen, 6 Stropersbos en 7 Heidebos, zullen door een gericht beheer worden omgevormd naar de nagestreefde zuurminnende eikenbossen (habitattypes 9120 en 9190). Voor de bossen, beheerd door het Agentschap voor Natuur en Bos en natuurbeherende verenigingen, wordt er van uitgegaan dat op termijn minimaal 80% (waarbij gestreefd wordt naar 100%) van de bosoppervlakte zal evolueren naar het gewenste habitattype door de toepassing van de bestaande beheervisie van het Agentschap en uitvoering van beheerplannen. In de private bossen, gelegen in het Vlaams Ecologisch Netwerk kan door omvorming bijkomend habitat gerealiseerd worden via de toepassing van de Criteria Duurzaam Bosbeheer. Verwacht wordt dat hierdoor circa ha (of zo n 60 à 65 %) van de voorziene oppervlaktedoelstellingen voor de habitattypes 9120 en 9190 kunnen gerealiseerd worden. Plaatselijk zullen naaldbossen omgevormd worden naar heidehabitats (4010, 4030 en 6230), zodat kernen gecreërd worden van zo n 5 à 15 ha. Deze heidekernen worden via een intern netwerk met kleinere stapstenen en corridors verbonden, zodat steeds uitwisseling tussen kern- en satellietpopulaties mogelijk is. Omvormingen voor herstel van heidehabitats situeren zich voornamelijk in deelgebieden 1 Drongengoed-Maldegemveld, 6 Stropersbos en 7 Heidebos. Deze omvormingen worden voorzien op gronden in eigendom van het ANB of natuurverenigingen en momenteel zijn verschillende herstelprojecten voor heidehabitats in uitvoering Naast diverse criteria die zullen bijdragen tot een kwaliteitsverbetering van de aanwezige habitats, is er ook een criterium dat de omvormingen stimuleert (zie verdere prioritaire inspanningen): Ten minste 20% van de totale oppervlakte van het bos moet bestaan uit of in omvorming zijn naar gemengde bestanden op basis van inheemse en standplaatsgeschikte boomsoorten binnen een bosbouwtechinsche verantwoorde termijn. 11 DANAH-project (o.a. in militair domein Ursel, deelgebied 1 Drongengoed-Maldegemveld), Life-project Atlantische heide (o.a. in erkend natuurreservaat Maldegemveld, deelgebied 1 en erkend natuurreservaat Heidebos in deelgebied 7 Heidebos) en Life-project Stropers (uitvoering van natuurinrichtingsproject in deelgebied 6 Stropersbos) RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 7 van 227

9 3. Omvorming van populierenbos naar alluviale bossen De populierenbossen, voornamelijk in deelgebieden 8&9 vallei van de Moervaart- Zuidlede, dienen door een gericht beheer worden omgevormd naar de nagestreefde alluviale bossen (habitattypes 91E0). Voor de bossen kan door omvorming eveneens bijkomend habitat gerealiseerd worden via bestaande beheervisie, uitvoering van beheerplannen en de toepassing van de Criteria Duurzaam Bosbeheer (zie eerder). Verwacht wordt dat hierdoor circa ha (of zo n 55 %) van de voorziene oppervlaktedoelstellingen voor het habitattype 91E0 kan gerealiseerd worden. Bemerk dat een deel van deze eveneens gerealiseerd worden door omvorming van naaldhout in deelgebied 6 Stropersbos (waar een menging ontstaat van habitattype 9120 en 91E0, afhankelijk van de abiotische uitgangssituatie). 4. Bosuitbreidingen Voor de realisatie van een goede staat van instandhouding, zowel op gewestelijk niveau als voor de SBZ zijn nog bijkomende bosuitbreidingen ( nieuw bos) noodzakelijk van circa ha (totaal van alle boshabitats). Het combineren van de eerder genoemde inspanningen (kwaliteitsverbetering van de aanwezige habitats en de omvormingsmaatregelen) met bosuitbreiding moet uiteindelijk resulteren in volgende globale doelstellingen: Realisatie van grote boskern in de droge sfeer: een totale bosoppervlakte in deelgebied 1 Drongengoed-Maldegemveld wordt nagestreefd van circa 510 à 595 ha (circa 25% van de voorziene bosuitbreidingen situeert zich in dit deelgebied); Realisatie van grote boskern in de natte sfeer: een totale bosoppervlakte in deelgebieden 8&9 Vallei van de Moervaart-Zuidlede wordt nagestreefd van circa 430 à 485 ha (circa 20% van de voorziene bosuitbreidingen situeren zich in deze deelgebieden); Bosuitbreiding in functie van realisatie van minder uitgestrekte boskernen (minimum 150 ha) in deelgebied 3 Het Leen, 5 Burkel, 6 Stropersbos en 7 Heidebos (circa 40% van de voorziene bosuitbreidingen situeren zich in deze deelgebieden); Bosuitbreiding in functie van de creatie van een bos netwerk in de andere deelgebieden, waarbij gestreefd wordt naar het bufferen van kleinere boskernen en/of het onderling verbinden van bos tot één netwerk (binnen deelgebieden). Dit is voornamelijk belangrijk in deelgebieden 10 Zeverenbeekvallei en 12 Vinderhoutse bossen. 5. Realisatie van aaneengesloten moeras- en natte graslandencomplex De realisatie in deelgebied 8 Vallei Moervaart-Zuidlede van bijkomend ha aaneengesloten moeras- en natte graslandenlandschap voor de types 6510 en 6430, met plaatselijk 6410 en regionaal belangrijke biotopen (zie voetnoot 9), waar een satellietpopulatie van Kwartelkoning kan gerealiseerd worden. Dit complex bezit diverse overgangen naar het bostype 91E0. Bijkomende realisaties ( ha) situeren zich voornamelijk in deelgebieden 1 Drongengoed Maldegemveld, 10 Zeverenbeek en 12 Vinderhoutse bossen, waarbij telkens kleinere kernen van moeras- en natte graslanden van circa ha nagestreefd worden. 6. Plaatselijk herstel van de hydrologie Herstel van een meer natuurlijke hydrologie, zodat herstel en uitbreiding van (grond)waterafhankelijke habitattypes (3150, 6410, 6430, 6510, 9160 en 91E0) duurzaam kan gerealiseerd worden. Hierbij dient rekening gehouden te worden dat een zodanige oppervlakte van deze habitattypes dient gecreëerd te worden, zodat een duurzame ontwikkeling, herstel en behoud mogelijk is. Verder onderzoek is noodzakelijk naar de technische mogelijkheden en concrete afstemming van het peilbeheer, rekening houdend met andere aanwezige functies (waaronder landbouw) in en buiten de SBZ. Te onderzoeken maatregelen, welke kaderen in een algemener integraal waterbeheer zijn onder meer aanpassing drai- RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 8 van 227

10 nage, verhoging van zomer- en winterpeilbeheer, hydrologische isolatie, inschakeling overstromingsgebieden en verhoging van bergingscapaciteit, vertraagde oppervlaktewaterafvoer, Dit dient op maat van de lokale ecologische noden en maatschappelijke randvoorwaarden te worden ingevuld. Dit geldt voornamelijk in de deelgebieden 3 Het Leen, 4 Bellebargiebos, 6 Stropersbos, 8&9 Vallei Moervaart-Zuidlede, 10 Zeverenbeekvallei en 12 Vinderhoutse bossen. In diverse gebieden worden reeds afspraken gemaakt naar herstel van een meer natuurlijke hydrologie. 7. Ecologisch herstel Kraenepoel Wat zijn de mogelijke maatschappelijke gevolgen van de natuurdoelen? In het westen van Vlaanderen is de Kraenepoel vrijwel de enige goed ontwikkelde vertegenwoordiger van het habitattype 3130 (oligotrofe-mesotrofe plas). Het behoud en ecologisch herstel is dan ook essentieel. Noodzakelijke maatregelen situeren zich voornamelijk op een peilbeheer in functie van de aanwezige Oeverkruidvegetatie, het verbeteren van de kwaliteit van het instromend oppervlakte- en grondwater en het beheer van de oeverzone en dreefbeheer. Voor het bereiken van de doelstellingen zijn actief inspanningen noodzakelijk. Daarnaast kunnen de natuurdoelen ook interacties hebben met: - het gebruik binnen en buiten het gebied; - de vergunningsplichtige activiteiten die kunnen plaats vinden in of aanpalend aan het gebied. Onderstaand wordt getracht een beeld te schetsen van de mogelijke interacties. Dit overzicht is niet limitatief. Mogelijke interacties met het gebruik van het gebied SBZ- H en SBZ V zijn geen zuivere natuurgebieden. Vaak worden ze door de mens gebruikt om te wonen, te werken of te recreëren. Afhankelijk van het type en de intensiteit van het menselijk gebruik zijn verschillende combinaties met de ontwikkeling van natuurwaarden mogelijk. Het is logisch dat op terreinen gebruikt door harde sectoren zoals bv. woon- of industriegebied minder mogelijkheden zijn voor de ontwikkeling van natuurwaarden. Voor wonen en industrie hebben deze S-IHD geen grote invloed. Landbouwgronden maken met hun 735 ha geregistreerde gronden een groot aandeel uit van het grondgebruik binnen SBZ. Vooral de gewenste bosuitbreidingen zullen inspanningen vragen in de landbouwgebieden. Het realiseren van de doelstellingen met de gewenste bosuitbreidingen zal een bijdrage leveren aan recreatie en de belevingswaarde van het gebied. Hierdoor zal de draagkracht van de bossen groter worden, zal een betere recreatieve ontsluiting mogelijk zijn en zullen kwetsbare zones beter afgeschermd kunnen worden. Deze bosuitbreiding zal gefaseerd verlopen. Bijkomend is voor ontwikkeling van (grond)waterafhankelijke habitats een herstel noodzakelijk van een meer natuurlijke hydrologie. Ook de privéboseigenaars zullen gestimuleerd te worden om bij te dragen tot het realiseren van de instandhoudingsdoelstellingen, meer bepaald in verband met bosomvorming en verbetering van de habitatkwaliteit. Mogelijke interacties met het landgebruik buiten het gebied Wat betreft het extern gebruik vormt de instroom van nutriënten (eutrofiëring) en de versnippering een belangrijk aandachtspunt voor de SBZ. In deelgebied 2 Kraenepoel-Markettebossen komen zeldzame oeverkruidvegetaties (Europees habitat 3130) voor. Instroom van nutriënten naar dit gebied vanuit aanpalend bodemgebruik dient beperkt en indien mogelijk / bij voorkeur voorkomen te worden. RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 9 van 227

11 Een ander belangrijk aspect is het zoeken naar mogelijkheden om de verbindingen tussen deelgebieden zoals 1 Drongengoed-Maldegemveld en 5 Burkel te realiseren zodat uitwisseling van habitattypische soorten tussen de (bos)kernen bevorderd wordt en zo hun overlevingskans in de SBZ vergroot wordt. Mogelijke interacties met vergunningsplichtige activiteiten Voor een Speciale Beschermingszone geldt voor elke vergunningsplichtige activiteit de verplichting om na te gaan of een passende beoordeling nodig is. Een passende beoordeling is nodig wanneer de activiteit betekenisvolle gevolgen kan hebben voor de staat van instandhouding van een te beschermen habitat of soort. De instandhoudingsdoelstellingen voor het gebied creëren het kader voor de vergunningaanvrager en vergunningverlener. Alleen wat in een definitief goedgekeurd S-IHD-besluit is opgenomen, is bindend. De onderliggende S-IHD-rapporten zijn informatief. De S-IHD-besluiten worden pas bindend nadat alle S-IHD-besluiten zijn goedgekeurd. RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 10 van 227

12 Inhoudstafel Technische fiche... 2 Essentie van rapport... 4 Inhoudstafel Inleiding Leeswijzer Algemeen kader voor de opmaak van instandhoudingsdoelstellingen Voor welke gebieden, soorten en habitats moeten instandhoudingsdoelstellingen worden opgemaakt? Hoe komen de instandhoudingsdoelstellingen tot stand? Over welk gebied gaat dit rapport Overzicht van de habitats en soorten en hun relatieve belang voor Vlaanderen Beschrijving van de actuele toestand van de Europees te beschermen habitattypen en soorten in het gebied Beschrijving van het fysische systeem Samenvatting van voorkomen, actuele staat van instandhouding, trend en potenties van de habitats Open grasland met Corynephorus- en Agrostissoorten op landduinen Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot de Littorelletalia uniflora en/of de Isoëtes-Nanojunctea Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix Droge Europese heide Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa) Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige of lemige kleibodem (Eu-Molinion) Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis) Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion) Sub-Atlantische en midden-europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion-betuli Oude zuurminnende eikenbossen met Quercus robur op zandvlakten E0 - Alluviale bossen met Alnion glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae) Samenvatting van voorkomen, actuele staat van instandhouding trend en potenties van de soorten Drijvende waterweegbree - Luronium natans Kamsalamander - Triturus cristatus Rosse vleermuis - Nyctalus noctula, Ruige dwergvleermuis - Pipistrellus nathusii, Watervleermuis - Myotis daubentonii, Franjestaart - Myotis natteri Brandt s vleermuis/gewone baardvleermuis Myotis brandtii/myotis mystacinus, Mopsvleermuis Barbastella barbastellus, Gewone grootoorvleermuis/grijze grootoorvleermuis - Plecotus auritus/austriacus Gewone dwergvleermuis / Kleine dwergvleermuis - Pipistrellus spec Laatvlieger - Eptesicus serotinus Beschrijving van de maatschappelijke context binnen het Europees te beschermen gebied RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 11 van 227

13 6.1. Beschrijving van de planologische context Ruimtelijke bescherming en beleid met betrekking tot Natuurlijke Rijkdommen Situering van een aantal eigenaars- en gebruikerscategorieën Parken en kasteeldomeinen Jacht en faunabeheer Analyse van de knelpunten voor het bereiken van een goede staat van instandhouding Analyse van de sterktes, zwaktes, kansen en bedreigingen Overzicht van de sterktes Overzicht van de zwaktes Overzicht van bedreigingen Overzicht van kansen Identificatie van de kwesties Overzicht van knelpunten en mogelijke oplossingen Samenvatting van de ernst van de knelpunten Wijze van voorstelling knelpunten Samenvatting van de analyse van de knelpunten voor habitats Samenvatting van de analyse van de knelpunten voor soorten De instandhoudingsdoelstellingen en prioritaire inspanningen Doelstellingen voor de speciale beschermingszone Bossen en heiden van Zandig Vlaanderen: oostelijk deel Soorten Aanbevelingen Prioritaire inspanningen met het oog op het realiseren van de instandhoudingsdoelstellingen Samenvattende tabel Wijze van voorstelling in samenvattende tabel Bijlage 1 Het belang van het Europees te beschermen gebied in het licht van de gewestelijke instandhoudingsdoelstellingen voor Vlaanderen De habitats van bijlage I De soorten van bijlage II De soorten van bijlage III Bijlage 2 - Analyse van de Europees te beschermen habitats en soorten Inleiding Toelichting over de gebruikte informatie en modellen Habitatkaart De beoordeling van de staat van instandhouding De habitats van bijlage I Open grasland met Corynephorus- en Agrostissoorten op landduinen Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot de Littorelletalia uniflora en/of de Isoëtes-Nanojunctea Van nature eutrofe meren met vegetatie van het type Magnopotamion of Hydrocharition Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix Droge Europese heide Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa) Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige of lemige kleibodem (Eu-Molinion) Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 12 van 227

14 Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis) Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion) Sub-Atlantische en midden-europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion-betuli Oude zuurminnende eikenbossen met Quercus robur op zandvlakten E0 - Alluviale bossen met Alnion glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae) De soorten van bijlage II en III Drijvende waterweegbree - Luronium natans Kamsalamander - Triturus cristatus Rosse vleermuis - Nyctalus noctula, Ruige dwergvleermuis - Pipistrellus nathusii, Watervleermuis - Myotis daubentonii, Franjestaart - Myotis natteri Brandt s vleermuis/gewone baardvleermuis Myotis brandtii/myotis mystacinus, Mopsvleermuis Barbastella barbastellus, Gewone grootoorvleermuis/grijze grootoorvleermuis Plecotus auritus/plecotus austriacus Laatvlieger - Eptesicus serotinus Gewone dwergvleermuis / Kleine dwergvleermuis - Pipistrellus species De Vogelsoorten van Bijlage I Nachtzwaluw Caprimulgus europaeus Boomleeuwerik Lullula arborea Wespendief (Pernis apivorus) Zwarte specht (Dryocopus martius) Ijsvogel (Alcedo atthis) Blauwborst - Luscinia svecica Regionaal belangrijke biotopen Regionaal belangrijke soorten (RBS) Vogels Amfibieën en reptielen Libellen Dagvlinders Bijlage 3 De aanmeldingsgegevens De habitats van bijlage I De soorten van bijlage II Interpretatie van de aanmeldingsgegevens Bijlage 4 De expertgroep Samenstelling Bijlage 5 Kaartenbijlage Bijlage 6 Rapportage landbouwgevoeligheidsanalyse Bijlage 7 Methodiek waardering drinkwaterwinningen voor de openbare drinkwatervoorziening Bijlage 9 - Landschapsecologie: theorie en principes Bijlage 10 - Afkortingen- en begrippenlijst Bijlage 11 Referentielijst RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 13 van 227

15 Lijst van figuren en tabellen Figuur 3-1. Situering van het gebied ten opzichte van het gehele Natura2000-netwerk in Vlaanderen Tabel 3-1. Overzicht van de deelgebieden gebruikt in het rapport Tabel 4-1. Samengevatte weergave van de gewestelijke instandhoudingsdoelstellingen van toepassing in dit gebied ( = behoud van de huidige situatie of verbetering) en het belang van het gebied voor de realisatie ervan ( essentieel, zeer belangrijk of belangrijk) Tabel 6-1. Overzicht van de ruimtelijke bestemmingen en hun percentuele aandeel in de totale oppervlakte van de totale oppervlakte van het gebied Tabel 6-2. Overzicht van de verschillende acties opgenomen in het operationeel uitvoeringsprogramma met betrekking tot het voorliggend gebied Tabel 6-3. Overzicht van de categorieën van het VEN en hun percentuele aandeel in de totale oppervlakte van het gebied Tabel 6-4. Overzicht van de specifieke statuten uit het beleidsveld onroerend erfgoed binnen het gebied Tabel 6-5. Overzicht van de acties opgenomen in de bekkenbeheerplannen in de buurt van gebied Tabel 6-6. Situering van de eigendomssituatie binnen het gebied Tabel 6-7. Situering van de bevoegde besturen en beherende verenigingen binnen het gebied Tabel 6-8: Opdeling van de aanwezige landbouwgronden per gevoeligheidsklasse (zonder terreinbeherende verenigingen) Tabel 6-9. Overzicht van de geïnventariseerde bostypen binnen het gebied Tabel Overzicht van de eigendomssituatie van het geïnventariseerde bos binnen het gebied Tabel 6-11 Overzicht van de aanwezige parken en kasteeldomeinen binnen het gebied Tabel Kenmerken van de betrokken WBE s Tabel 6-13 Doelstellingen uit het wildbeheerplan van de betrokken WBE s Tabel Overzicht van de ruimtelijke interferentie van de winningen met het gebied Tabel Overzicht van de geïnventariseerde recreatieve infrastructuur binnen met het Europees te beschermen gebied Tabel 7-1. Confrontatiematrix, waarbij de interne factoren (sterktes en zwaktes) met de externe (kansen en bedreigingen) worden geconfronteerd ter identificatie van de kwesties Tabel 7-2. Legende voor het weergeven van de ernst van een knelpunt voor een specifiek habitat of soort in de prioriteitentabel Tabel 7-3. Legende voor het weergeven van de mate van zekerheid van het optreden van een knelpunt voor een specifiek habitat of soort in de prioriteitentabel Tabel 7-4. Legende voor het weergeven van de bijdrage aan de gewestelijke instandhoudingsdoelstellingen in de prioriteitentabel Tabel 8-1. Legende voor het weergeven van de prioriteit voor het oplossen van een knelpunt in de prioriteitentabel Tabel 8-2. Legende voor het weergeven in de prioriteitentabel van de inschatting van de grootte van de inspanning die het oplossen een knelpunt zal kosten Tabel 8-3. Legende voor het weergeven van de inschatting van de mate waarin het oplossen van een knelpunt gedekt wordt door gepland beleid in de prioriteitentabel Tabel 8-4. Evaluatie en samenvatting van de prioritaire inspanningen Tabel 0-5. Herkomst van de soortgegevens Tabel 8-6. Actuele oppervlakte (in ha) en aangemelde oppervlakte (in % t.o.v. oppervlakte van de speciale beschermingszone) en potenties van habitat (in ha) habitattype 2330 Open grasland met Corynephorus- en Agrostissoorten op landduinen Tabel 8-7. Actuele oppervlakte (in ha) en aangemelde oppervlakte (in % t.o.v. oppervlakte van de speciale beschermingszone) en potenties van habitat (in ha) habitattype 3130 Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot de Littorelletalia uniflora en/of de Isoëtes-Nanojunctea Tabel 8-8. Geïntegreerde beoordeling van criteria en indicatoren voor habitattype 3130 Oligotrofe tot mesotrofe stilstaande wateren met vegetatie behorend tot de Littorelletalia uniflora en/of de Isoëtes-Nanojunctea over het volledige gebied Tabel 8-9. Actuele oppervlakte (in ha) en aangemelde oppervlakte (in % t.o.v. oppervlakte van de speciale beschermingszone) en potenties van habitat (in ha) habitattype 4010 Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix Tabel Geïntegreerde beoordeling van criteria en indicatoren voor habitattype 4010 Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix over het volledige gebied; momenteel enkel beoordeeld in deelgebied 1 Drongengoed-Maldegemveld Tabel Actuele oppervlakte (in ha) en aangemelde oppervlakte (in % t.o.v. oppervlakte van de speciale beschermingszone) en potenties van habitat (in ha) habitattype 4030 Droge Europese heide Tabel Geïntegreerde beoordeling van criteria en indicatoren voor habitattype 4030 Droge Europese heide over het volledige gebied RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 14 van 227

16 Tabel Actuele oppervlakte (in ha) en aangemelde oppervlakte (in % t.o.v. oppervlakte van de speciale beschermingszone) en potenties van habitat (in ha) habitattype 6230 Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa) Tabel Geïntegreerde beoordeling van criteria en indicatoren voor habitattype 6230 Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa) over het volledige gebied Tabel Samenvatting en conclusies van de lokale staat van instandhouding voor habitattype 6230 Soortenrijke heischrale graslanden op arme bodems van berggebieden (en van submontane gebieden in het binnenland van Europa) Tabel Actuele oppervlakte (in ha) en aangemelde oppervlakte (in % t.o.v. oppervlakte van de speciale beschermingszone) en potenties van habitat (in ha) habitattype 6410 Grasland met Molinia op kalkhoudende, venige of lemige kleibodem (Eu-Molinion), veldrusassociatie Tabel Actuele oppervlakte (in ha) en aangemelde oppervlakte (in % t.o.v. oppervlakte van de speciale beschermingszone) en potenties van habitat (in ha) habitattype 6430 Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones Tabel Geïntegreerde beoordeling van criteria en indicatoren voor habitattype 6430 Voedselrijke zoomvormende ruigten van het laagland, en van de montane en alpiene zones over het volledige gebied Tabel Actuele oppervlakte (in ha) en aangemelde oppervlakte (in % t.o.v. oppervlakte van de speciale beschermingszone) en potenties van habitat (in ha) habitattype 6510 laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, Sanguisorba officinalis) Tabel Geïntegreerde beoordeling van criteria en indicatoren voor habitattype 6510 Laaggelegen schraal hooiland (Alopecurus pratensis, San-guisorba officinalis) over het volledige gebied Tabel Actuele oppervlakte (in ha) en aangemelde oppervlakte (in % t.o.v. oppervlakte van de speciale beschermingszone) en potenties van habitat (in ha) habitattype 9120 Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion) Tabel Geïntegreerde beoordeling van criteria en indicatoren voor habitattype 9120 Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion)over het volledige gebied Tabel Samenvatting en conclusies van de lokale staat van instandhouding voor habitattype 9120 Atlantische zuurminnende beukenbossen met Ilex en soms ook Taxus in de ondergroei (Quercion robori-petraeae of Ilici-Fagenion) Tabel Actuele oppervlakte (in ha) en aangemelde oppervlakte (in % t.o.v. oppervlakte van de speciale beschermingszone) en potenties van habitat (in ha) habitattype 9160 Sub-Atlantische en midden-europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion-betuli Tabel Geïntegreerde beoordeling van criteria en indicatoren voor habitattype 9160 Sub-Atlantische en midden-europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion-betuli over het volledige gebied Tabel Samenvatting en conclusies van de lokale staat van instandhouding voor habitattype 9160 Sub-Atlantische en midden- Europese wintereikenbossen of eiken-haagbeukbossen behorend tot het Carpinion-betuli Tabel Actuele oppervlakte (in ha) en aangemelde oppervlakte (in % t.o.v. oppervlakte van de speciale beschermingszone) en potenties van habitat (in ha) habitattype 9190 Oude zuurminnende eikenbossen met Quercus robur op zandvlakten Tabel Geïntegreerde beoordeling van criteria en indicatoren voor habitattype 9190 Oude zuurminnende eikenbossen met Quercus robur op zandvlakten over het volledige gebied Tabel Samenvatting en conclusies van de lokale staat van instandhouding voor habitattype 9190 Oude zuurminnende eikenbossen met Quercus robur op zandvlakten Tabel Actuele oppervlakte (in ha) en aangemelde oppervlakte (in % t.o.v. oppervlakte van de speciale beschermingszone) en potenties van habitat (in ha) habitattype 91E0 Alluviale bossen met Alnion glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae) Tabel Geïntegreerde beoordeling van criteria en indicatoren voor habitattype 91E0 Alluviale bossen met Alnion glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae) over het volledige gebied Tabel Geïntegreerde beoordeling van criteria en indicatoren voor habitattype 91E0 Alluviale bossen met Alnion glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae) over het volledige gebied Tabel Geïntegreerde beoordeling van criteria en indicatoren voor habitattype 91E0 Alluviale bossen met Alnion glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae) over het volledige gebied Tabel Samenvatting en conclusies van de lokale staat van instandhouding voor habitattype 91E0 Alluviale bossen met Alnion glutinosa en Fraxinus excelsior (Alno-Padion, Alnion incanae, Salicion albae) Figuur Verspreiding van Kamsalamander Triturus cristatus Figuur Verspreiding van Kamsalamander Triturus cristatus Tabel Beoordeling van criteria en indicatoren voor de soort Kamsalamander Triturus cristatus Figuur Verspreiding van Laatvlieger - Eptesicus serotinus Figuur Verspreiding van Gewone dwergvleermuis / Kleine dwergvleermuis - Pipistrellus species RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 15 van 227

17 1. Inleiding Om de soortenrijkdom van planten en dieren en hun leefgebieden in de toekomst de noodzakelijke kansen te geven, is op grond van Europese richtlijnen, de Vogel- en Habitatrichtlijn, een samenhangend Europees netwerk van beschermde gebieden aangeduid: het Natura 2000-netwerk. In Vlaanderen zijn 62 Natura 2000-gebieden aangeduid, ook speciale beschermingszones (SBZ) genoemd. Deze gebieden zijn belangrijk om kansen te geven aan soorten en habitats van Europees belang. Voor Vlaanderen handelt het om 48 habitattypes, 55 dier- en plantensoorten en 88 vogelsoorten. Op de lidstaten van de Europese Unie rust de verplichting om de nodige maatregelen te nemen om een gunstige staat van instandhouding te realiseren voor soorten en habitats van Europees belang. Eerst wordt de gunstige staat van instandhouding van de voorkomende soorten en habitats vastgelegd. Dit zijn de zogenaamde instandhoudingsdoelstellingen of kortweg instandhoudingsdoelen. Er moet dus bepaald worden hoeveel individuen van een soort in een bepaald gebied nodig, hoe groot het leefgebied daarvoor moet zijn en hoe de kwaliteit van het leefgebied moet zijn om te kunnen spreken van een leefbare populatie. En hoe groot bijvoorbeeld een heidegebied moet zijn om onderdak te kunnen geven aan alle voor dat habitat typische heidesoorten. De instandhoudingsdoelen maken duidelijk waar men naar toe wil met een bepaald gebied. Deze doelen zullen ook bepalend zijn voor de te nemen instandhoudingsmaatregelen Het vastleggen van de instandhoudingsdoelen gebeurt in twee stappen. In beide stappen is uitgebreid overlegd met betrokken doelgroepen. Hoeveel en welke natuur we in heel Vlaanderen nodig hebben, hoeveel bos, hoeveel heide, hoeveel duinen Deze doelen voor heel Vlaanderen worden de gewestelijke instandhoudingsdoelstellingen genoemd. Ze geven weer wat in het totaal nodig is, in het bijzonder welk areaal, welke oppervlakte en welke kwaliteit nodig zijn om in Vlaanderen de gunstige staat van instandhouding van alle Europees te beschermen soorten en habitats te realiseren. Deze doelstellingen zijn wetenschappelijk onderbouwd en werden in detail besproken en bediscussieerd met de doelgroepen. In een volgende stap worden deze globale instandhoudingsdoelen verfijnd per SBZ of groep van SBZ-H en SBZ-V. Er wordt hierbij bekeken welk deel van de opdracht ieder gebied voor zijn rekening kan nemen: we spreken ook van de specifieke instandhoudingsdoelstellingen. Deze doelstellingen worden wetenschappelijk onderbouwd en worden ook besproken met vertegenwoordigers van de belangengroepen op Vlaams en lokaal niveau, de lokale besturen en Vlaamse administraties. Op dit moment houdt u een rapport ter onderbouwing van de specifieke instandhoudingsdoelstellingen voor de speciale beschermingszone Bossen en heiden van Zandig Vlaanderen: oostelijk deel in handen. Op basis van dit rapport stelt de Vlaamse Regering de instandhoudingsdoelstellingen en prioriteiten voor dit gebied vast. Leeswijzer In dit rapport worden op onderbouwde wijze de instandhoudingsdoelstellingen opgesteld. Eerst wordt het algemeen kader voor de opmaak van de natuurdoelen geschetst (hoofdstuk 2) en wordt het betrokken gebied gesitueerd en kort besproken (hoofdstuk 3). Vervolgens wordt in hoofdstuk 4 het belang op Vlaams niveau van de hier voorkomende habitats en soorten weergegeven, op basis van de gewestelijke instandhoudingsdoelen (G-IHD). In hoofdstuk 5 wordt een beknopt overzicht gegeven van het huidige voorkomen, de trend, de potenties en de actuele staat van instandhouding van de habitats en soorten in dit gebied. Een meer uitgebreide bespreking hiervan is terug te vinden in bijlage 2. Om de instandhoudingsdoelen op te maken dient ook rekening gehouden te worden met de maatschappelijke context en de natuurlijke en antropogene factoren die een positieve of negatieveinvloed kunnen hebben op het gebied en de voorkomende of potentieel voorkomende habitats en soorten. In hoofdstuk 6 worden de voornaamste eigenaars- en gebruikersgroepen besproken en gebeurt een sterkte-zwakte-analyse met betrekking tot het bereiken van de instandhoudingsdoelen (hoofdstuk 7). RAPPORT 16 S-IHD 24/03/2011 Pagina 16 van 227

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport INORMATI E DOCUMENT BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWI JZI NG MET TOEPASSING VAN DE HABITATRICHTLIJN VAN DE SPECI ALE BESCHERMINGSZONE BE2200031 VALLEIEN VAN DE LAAMBEEK,

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport INORMATI E DOCUMENT BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWI JZI NG MET TOEPASSING VAN DE HABITATRICHTLIJN VAN DE SPECI ALE BESCHERMINGSZONE BE2200031 VALLEIEN VAN DE LAAMBEEK,

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport INORMATI E DOCUMENT BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWI JZI NG MET TOEPASSING VAN DE HABITATRICHTLIJN VAN DE SPECI ALE BESCHERMINGSZONE BE2200031 VALLEIEN VAN DE LAAMBEEK,

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE BOSSEN VAN DE VLAAMSE ARDENNEN EN ANDERE ZUIDVLAAMSE BOSSEN EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE JEKERVALLEI EN BOVENLOOP VAN DE DEMERVALLEI EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN DE BIJBEHORENDE

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport INORMATI DOCUMNT BIJ HT BSLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN D VLAAMS RGRING TOT AANWI JZI NG MT TOPASSING VAN D HABITATRICHTLIJN VAN D SPCI AL BSCHRMINGSZON B2200031 VALLIN VAN D LAAMBK, ZONDRIKBK, SLANGBK N

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE WEST-VLAAMS HEUVELLAND EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN DE BIJBEHORENDE INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE - VALLEIGEBIED TUSSEN MELSBROEK, KAMPENHOUT, KORTENBERG EN VELTEM EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING

Nadere informatie

NRPO17a NatuurRichtPlan De Dendervallei tussen de gewestgrens en Ninove, evenals het Raspailleboscomplex en Geitebos

NRPO17a NatuurRichtPlan De Dendervallei tussen de gewestgrens en Ninove, evenals het Raspailleboscomplex en Geitebos NRPO17a NatuurRichtPlan De Dendervallei tussen de gewestgrens en Ninove, evenals het Raspailleboscomplex en Geitebos Debat Geraardsbergen, 20 november 2007 Agentschap voor Natuur en Bos Oost-Vlaanderen

Nadere informatie

BE2300005 - Bossen en heiden van zandig Vlaanderen oostelijk deel

BE2300005 - Bossen en heiden van zandig Vlaanderen oostelijk deel BE2300005 - Bossen en heiden van zandig Vlaanderen oostelijk deel Managementplan Natura 2000 1.0 Statuut document: Auteur: Datum: Documentnummer: Informatief document Agentschap voor Natuur en Bos 19/12/2014

Nadere informatie

Europees beschermde natuur

Europees beschermde natuur Europees beschermde natuur Kwartelkoning Vlaanderen streeft naar 100 broedkoppels van deze soort, in 2007 waren er 6. Twee richtlijnen Vogelrichtlijn, 1979 Habitatrichtlijn, 1992 Afbakenen van gebieden

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE HET BLAK, KIEVITSHEIDE, EKSTERGOOR EN NABIJGELEGEN KAMSALAMANDERHABITATS EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING MET TOEPASSING VAN DE HABITATRICHTLIJN VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE BE2400014 DEMERVALLEI EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING VOOR

Nadere informatie

VR MED.0348/3

VR MED.0348/3 VR 2016 1609 MED.0348/3 Besluit van de Vlaamse Regering tot aanwijzing van de speciale beschermingszone BE2300044 Bossen van het zuidoosten van de zandleemstreek en tot definitieve vaststelling van de

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE BE2300044 BOSSEN VAN HET ZUIDOOSTEN VAN DE ZANDLEEMSTREEK EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN DE

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING MET TOEPASSING VAN DE HABITATRICHTLIJN VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONES BE2200032 HAGEVEN MET DOMMELVALLEI, BEVERBEEKSE HEIDE,

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING MET TOEPASSING VAN DE HABITATRICHTLIJN VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE BE2100016 KLEIN EN GROOT SCHIETVELD EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING

Nadere informatie

Inhoud Bosbeekvallei en aangrenzende bossen, heidegebieden te As-Opglabbeek-Maaseik... 2 Bos- en heidegebieden ten oosten van Antwerpen...

Inhoud Bosbeekvallei en aangrenzende bossen, heidegebieden te As-Opglabbeek-Maaseik... 2 Bos- en heidegebieden ten oosten van Antwerpen... Inhoud Bosbeekvallei en aangrenzende bossen, heidegebieden te As-Opglabbeek-Maaseik... 2 Bos- en heidegebieden ten oosten van Antwerpen... 3 Bossen en heiden van zandig Vlaanderen: oostelijk deel... 4

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE ZONIËNWOUD EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN DE BIJBEHORENDE INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN EN

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE HEESBOSSEN, VALLEI VAN MARKE EN MERKSKE EN RINGVEN MET VALLEIGRONDEN LANGS DE HEERLESE LOOP EN

Nadere informatie

Aanvraag planologisch attest door GESBO gemeente Balen

Aanvraag planologisch attest door GESBO gemeente Balen Aanvraag planologisch attest door GESBO gemeente Balen Screening passende beoordeling en VEN-toets M_IMPACT 30 APRIL 2014 Opgesteld door: Wouter Beyen Aanvraag planologisch attest door GESBO gemeente Balen

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE VALLEIEN VAN DE WINGE EN DE MOTTE MET VALLEIHELLINGEN EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN DE BIJBEHORENDE

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE BOSBEEKVALLEI EN AANGRENZENDE BOS- EN HEIDEGEBIEDEN TE AS-OPGLABBEEK-MAASEIK EN TOT DEFINITIEVE

Nadere informatie

Belgisch Staatsblad dd

Belgisch Staatsblad dd BIJLAGE 1 : Lijst van de kadastrale percelen en gedeelten van percelen opgenomen in de omtrek van de Natura 2000-locatie BE33054 «Vallée del Amblève entre Montenau et Baugné» De percelen die kadastraal

Nadere informatie

BE2300007 - Bossen van de Vlaamse Ardennen en andere Zuidvlaamse bossen

BE2300007 - Bossen van de Vlaamse Ardennen en andere Zuidvlaamse bossen BE2300007 - Bossen van de Vlaamse Ardennen en andere Zuidvlaamse bossen Managementplan Natura 2000 1.0 Statuut document: Auteur: Datum: Documentnummer: Informatief document Agentschap voor Natuur en Bos

Nadere informatie

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN

GEMEENSCHAPS- EN GEWESTREGERINGEN GOUVERNEMENTS DE COMMUNAUTE ET DE REGION GEMEINSCHAFTS- UND REGIONALREGIERUNGEN BELGISCH STAATSBLAD 04.10.2016 MONITEUR BELGE 68299 De heren: DUPUIS Yves, te Amay; DELLA VECCHIA Andrea, te Bergen; DE LAMPER Olivier, te Elsene; Mevrn.: MALBURNY Anne-Marie, te Courcelles; MOSTADE Clotilde,

Nadere informatie

Vierde uitbreiding erkend natuurreservaat Zeverenbeek

Vierde uitbreiding erkend natuurreservaat Zeverenbeek Briefadvies Vierde uitbreiding erkend natuurreservaat Zeverenbeek Vierde uitbreiding van het erkend natuurreservaat E- 063 Zeverenbeek te Deinze (Oost-Vlaanderen) Datum van goedkeuring 24 januari 2013

Nadere informatie

VR MED.0348/2

VR MED.0348/2 VR 2016 1609 MED.0348/2 Besluit van de Vlaamse Regering tot aanwijzing met toepassing van de Habitatrichtlijn van de speciale beschermingszone BE2200029 Vallei- en brongebieden van de Zwarte Beek, Bolisserbeek

Nadere informatie

Een nieuw begin in zicht

Een nieuw begin in zicht Infosessie Kamp Beverlo 25 november 2009 Een nieuw begin in zicht Een nieuw begin in zicht Europees natuurherstelproject op 12 militaire domeinen in Vlaanderen in NATURA 2000 gebied DANAH = Defensie +

Nadere informatie

Natura 2000 gebied Savelsbos

Natura 2000 gebied Savelsbos Natura 2000 gebied 160 - Savelsbos (Zie leeswijzer) Kenschets 160_gebiedendocument_Savelsbos_november 2006 Natura 2000 Landschap: Heuvelland Status: Habitatrichtlijn Site code: NL9801040 Beschermd natuurmonument:

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport INFORMTIEF DOUMENT IJ HET ESLUIT VN 23 MRT 2014 VN DE VLMSE REGERING TOT NWIJZING VN DE SPEILE ESHERMINGSZONE OSSEN, HEIDEN EN VLLEIGEIEDEN VN ZNDIG VLNDEREN: WESTELIJK DEEL EN TOT DEFINITIEVE VSTSTELLING

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE VOERSTREEK EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN DE BIJBEHORENDE INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN EN

Nadere informatie

Een nieuw begin in zicht

Een nieuw begin in zicht Infosessie NATO Schietveld Helchteren 27 november 2009 Een nieuw begin in zicht Een nieuw begin in zicht Europees natuurherstelproject op 12 militaire domeinen in Vlaanderen in NATURA 2000 gebied DANAH

Nadere informatie

Referentiewaarden grondwaterpeilen grondwaterafhankelijke habitats volgens dataset van NICHE

Referentiewaarden grondwaterpeilen grondwaterafhankelijke habitats volgens dataset van NICHE Referentiewaarden grondwaterpeilen grondwaterafhankelijke habitats volgens dataset van NICHE 4010 4010 Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix Noord-Atlantische vochtige heide met Erica tetralix

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE BE2200042 OVERGANG KEMPEN- HASPENGOUW EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN DE BIJBEHORENDE INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE BOSSEN EN KALKGRASLANDEN VAN HASPENGOUW EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING VAN DE BIJBEHORENDE INSTANDHOUDINGSDOELSTELLINGEN

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE BE2400009 HALLERBOS EN NABIJE BOSCOMPLEXEN MET BRONGEBIEDEN EN HEIDEN EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING

Nadere informatie

Instandhoudingsdoelstellingen voor speciale beschermingszones. BE Bossen, heiden en valleigebieden van zandig Vlaanderen: westelijk deel

Instandhoudingsdoelstellingen voor speciale beschermingszones. BE Bossen, heiden en valleigebieden van zandig Vlaanderen: westelijk deel RPPORT 15 Instandhoudingsdoelstellingen voor speciale beschermingszones ossen, heiden en valleigebieden van zandig Vlaanderen: westelijk deel Documentinformatie Statuut van het rapport uteur S-IHD-rapport

Nadere informatie

Natuurdoelstellingen voor Vogelrichtlijngebied IJzervallei. Danny Maddelein Agentschap voor Natuur en Bos

Natuurdoelstellingen voor Vogelrichtlijngebied IJzervallei. Danny Maddelein Agentschap voor Natuur en Bos Natuurdoelstellingen voor Vogelrichtlijngebied IJzervallei Danny Maddelein Agentschap voor Natuur en Bos 183 Natuurdoelen SBZ-V IJzervallei Infomoment Blankaartwaterlopen 19 juni 2017 Europees beschermde

Nadere informatie

HOOFDSTUK 3: IDENTIFICATIE EN CARTOGRAFISCHE WEERGAVE VAN DE BESCHERMDE GEBIEDEN

HOOFDSTUK 3: IDENTIFICATIE EN CARTOGRAFISCHE WEERGAVE VAN DE BESCHERMDE GEBIEDEN HOOFDSTUK 3: IDENTIFICATIE EN CARTOGRAFISCHE WEERGAVE VAN DE BESCHERMDE GEBIEDEN PAGE 203 SUR 488 ONTWERP WATERBEHEERPLAN VAN HET HOOFDSTUK 3: IDENTIFICATIE EN CARTOGRAFISCHE WEERGAVE VAN DE BESCHERMDE

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE BOVENLOOP VAN DE GROTE NETE MET ZAMMELS BROEK, LANGDONKEN EN GOOR EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING

Nadere informatie

VR MED.0348/1

VR MED.0348/1 VR 2016 1609 MED.0348/1 DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW MEDEDELING AAN DE LEDEN VAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Technisch nazicht van vier ontwerpen van besluit van de Vlaamse Regering

Nadere informatie

RUP Agnetendal te Peer Milieu-effectenbeoordeling

RUP Agnetendal te Peer Milieu-effectenbeoordeling RUP Agnetendal te Peer Milieu-effectenbeoordeling Voortoets impact vogelrichtlijngebied Bocholt, Hechtel-Eksel, Meeuwen-Gruitrode, Neerpelt en Peer Definitief Stad Peer 't Poorthuis Zuidervest 2a 3990

Nadere informatie

Ministerieel besluit houdende de uitbreiding van het erkend natuurreservaat Heidebos (nr. E-147)

Ministerieel besluit houdende de uitbreiding van het erkend natuurreservaat Heidebos (nr. E-147) ~\".. \ Vlaa~se 'l~ \ Regenng Ministerieel besluit houdende de uitbreiding van het erkend natuurreservaat Heidebos (nr. E-147) DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW, Gelet op het Bosdecreet

Nadere informatie

NATUURPUNT MALDEGEM-KNESSELARE nominatie Groene Pluim 2014

NATUURPUNT MALDEGEM-KNESSELARE nominatie Groene Pluim 2014 NATUURPUNT MALDEGEM-KNESSELARE nominatie Groene Pluim 2014 NATUURPUNT vzw Een onafhankelijke organisatie gedragen door vrijwilligers grootste natuurbeschermingsorganisate in Vlaanderen eind 2001 opgericht

Nadere informatie

Bijlagen en Kaartbijlagen. Bijlage 1a: Natura 2000: begrenzing Nederlands deel. Bijlage 1b: Natura 2000: begrenzing Vlaams deel

Bijlagen en Kaartbijlagen. Bijlage 1a: Natura 2000: begrenzing Nederlands deel. Bijlage 1b: Natura 2000: begrenzing Vlaams deel Bijlagen en Kaartbijlagen Bijlage 1a: Natura 2000: begrenzing Nederlands deel Bijlage 1b: Natura 2000: begrenzing Vlaams deel Bijlage 1c: Natura 2000: doelen (habitattypen) Bijlage 1d: Natura 2000: doelen

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT LOONSE EN DRUNENSE DUINEN & LEEMKUILEN

ONTWERPBESLUIT LOONSE EN DRUNENSE DUINEN & LEEMKUILEN ONTWERPBESLUIT LOONSE EN DRUNENSE DUINEN & LEEMKUILEN Gelet op artikel 3, eerste lid en artikel 4, vierde lid, van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 21 mei 1992 inzake

Nadere informatie

Life+ Together for Nature. samen werken aan herstel van heidelandschap

Life+ Together for Nature. samen werken aan herstel van heidelandschap Life+ Together for Nature samen werken aan herstel van heidelandschap Life+ Together for Nature samen werken aan herstel van heidelandschap TOGETHER? TOGETHER staat voor TO GET HEath Restored: we zetten

Nadere informatie

Het hydro-ecologisch functioneren van Teut en Tenhaagdoornheide

Het hydro-ecologisch functioneren van Teut en Tenhaagdoornheide Het hydro-ecologisch functioneren van Teut en Tenhaagdoornheide Limburgse contactdag natuuronderzoek 3 maart 2018 André Jansen i.s.m. Geert de Blust Joost Vogels en Piet de Becker www.bosgroepen.nl Ligging

Nadere informatie

VR DOC.0722/3

VR DOC.0722/3 VR 2017 1407 DOC.0722/3 Bijlage 1. Gegevens die moeten worden opgenomen in de verschillende delen van een natuurbeheerplan als vermeld in artikel 3, tweede lid Hieronder worden de gegevens vermeld die

Nadere informatie

Natuurverkenning 2030

Natuurverkenning 2030 Natuurverkenning 2030 Aanpak Terrestrische verkenning Scenario s Verlies en versnippering van leefgebied Vermesting Klimaatverandering Aquatische verkenning Scenario s Verontreiniging Versnippering van

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING MET TOEPASSING VAN DE HABITATRICHTLIJN VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE BE2200030 MANGELBEEK EN HEIDE- EN VENGEBIEDEN TUSSEN HOUTHALEN

Nadere informatie

Analyse van een aantal eenheden van de Biologische waarderingskaart

Analyse van een aantal eenheden van de Biologische waarderingskaart Analyse van een aantal eenheden van de Biologische waarderingskaart Nummer: INBO.A.2013.128 128 Datum advisering: 10 december 2013 Auteurs: Contact: Steven De Saeger, Carine Wils Lon Lommaert (lon.lommaert@inbo.be

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING MET TOEPASSING VAN DE HABITATRICHTLIJN VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE BE2500002 POLDERS EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING VOOR DIE

Nadere informatie

Overzicht van de soorten en habitats in de Speciale Beschermingszones in Vlaanderen in uitvoering van de Europese Richtlijn 92/43/EEG

Overzicht van de soorten en habitats in de Speciale Beschermingszones in Vlaanderen in uitvoering van de Europese Richtlijn 92/43/EEG ADVIES VAN HET INSTITUUT VOOR NATUUR- EN BOSONDERZOEK INBO.A.2008.189 Overzicht van de soorten en habitats in de Speciale Beschermingszones in Vlaanderen in uitvoering van de Europese Richtlijn 92/43/EEG

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING MET TOEPASSING VAN DE HABITATRICHTLIJN VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE BE2100026 VALLEIGEBIED VAN DE KLEINE NETE MET BRONGEBIEDEN,

Nadere informatie

BE Westvlaams Heuvelland

BE Westvlaams Heuvelland BE2500003 - Westvlaams Heuvelland Managementplan Natura 2000 1.0 Statuut document: Auteur: Datum: Documentnummer: Informatief document Agentschap voor Natuur en Bos 19/12/2014 Natura2000_0000314 SBZ-H

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 16 januari 2015 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2014-015534 - gemeente Ede Activiteit : Verbreding

Nadere informatie

Natura 2000 in uw regio. Samen, beter en meer

Natura 2000 in uw regio. Samen, beter en meer Natura 2000 in uw regio Samen, beter en meer SBZ in Vlaams-Brabant Gebiednr Gebiedsnaam 2100040 Bovenloop van de Grote Nete met Zammelsbroek, Langdonken en Goor 2200038 Bossen en Kalkgraslanden van Haspengouw

Nadere informatie

Ruimtelijke analyse van gebieden met hoge natuurwaarde

Ruimtelijke analyse van gebieden met hoge natuurwaarde Een verkenning Lon Lommaert Biodiversiteit Vlaamse indicatoren Ruimtelijke analyse van gebieden met hoge natuurwaarde Prioritaire soorten Natuurverkenning Gezichten van Biodiversiteit Wetenschappelijke

Nadere informatie

BE2100017 - Bos- en heidegebieden ten oosten van Antwerpen

BE2100017 - Bos- en heidegebieden ten oosten van Antwerpen BE2100017 - Bos- en heidegebieden ten oosten van Antwerpen Managementplan Natura 2000 1.0 Statuut document: Auteur: Datum: Documentnummer: Informatief document Agentschap voor Natuur en Bos 19/12/2014

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND ONTWERPBESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum : 8 oktober 2014 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998-2010-005930- gemeente Harderwijk Activiteit : Uitbreiding

Nadere informatie

Aandeel Natura 2000-habitat in Vogel- en Habitatrichtlijngebieden beheerd in functie van het behalen van de instandhoudingsdoelen

Aandeel Natura 2000-habitat in Vogel- en Habitatrichtlijngebieden beheerd in functie van het behalen van de instandhoudingsdoelen Aandeel Natura 2000-habitat in Vogel- en Habitatrichtlijngebieden beheerd in functie van het behalen van de instandhoudingsdoelen Adviesnummer: INBO.A.3428 Datum advisering: 10 mei 2016 Auteur(s): Contact:

Nadere informatie

Vleermuizen en de ruimte binnen de Flora- en faunawet

Vleermuizen en de ruimte binnen de Flora- en faunawet Vleermuizen en de ruimte binnen de Flora- en faunawet Strikte toepassing van Flora- en faunawet is contraproductief! Gerard Smit Wettelijke status Habitatrichtlijn Bijlage II: 7 soorten Habitatrichtlijn

Nadere informatie

ONTWERPBESLUIT STRABRECHTSE HEIDE & BEUVEN

ONTWERPBESLUIT STRABRECHTSE HEIDE & BEUVEN ONTWERPBESLUIT STRABRECHTSE HEIDE & BEUVEN Gelet op artikel 3, eerste lid en artikel 4, vierde lid, van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van 21 mei 1992 inzake de instandhouding

Nadere informatie

Biologische Waarderingskaart en Natura 2000 Habitatkaart, uitgave 2014

Biologische Waarderingskaart en Natura 2000 Habitatkaart, uitgave 2014 INBO.R.2014.1698392 Wetenschappelijke instelling van de Vlaamse overheid Biologische Waarderingskaart en Natura 2000 Habitatkaart, uitgave 2014 Steven De Saeger, Robin Guelinckx, Guy Van Dam, Patrik Oosterlynck,

Nadere informatie

BE Het Blak, Kievitsheide, Ekstergoor en nabijgelegen Kamsalamanderhabitats

BE Het Blak, Kievitsheide, Ekstergoor en nabijgelegen Kamsalamanderhabitats BE2100019 - Het Blak, Kievitsheide, Ekstergoor en nabijgelegen Kamsalamanderhabitats Managementplan Natura 2000 1.0 Statuut document: Auteur: Datum: Documentnummer: Informatief document Agentschap voor

Nadere informatie

Natura 2000 gebied 36 Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht

Natura 2000 gebied 36 Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht Natura 2000 gebied 36 Uiterwaarden Zwarte Water en Vecht (Zie leeswijzer) Kenschets Natura 2000 Landschap: Rivierengebied Status: Habitatrichtlijn + Vogelrichtlijn Site code: NL1000005 + NL9902003 Beschermd

Nadere informatie

Briefadvies. Malde. Datum

Briefadvies. Malde. Datum Briefadvies Erkenning natuurreservaat Malde egemveld Erkenning van het privaat natuurreservaat E-141 Maldegemveld te Maldegem (Oost-Vlaanderen) Datum van goedkeuring Volgnummer Coördinator 24 mei 2012

Nadere informatie

gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan vallei van de kleine nete en aa

gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan vallei van de kleine nete en aa AFBAKENING GEBIEDEN NATUURLIJKE EN AGRARISCHE STRUCTUUR REGIO NETELAND gewestelijk ruimtelijk uitvoeringsplan vallei van de kleine nete en aa gebiedsgericht overleg, 25 oktober 2013 1 gebiedsgericht overleg

Nadere informatie

Natuurtoets landgoed Haarendael, Haaren

Natuurtoets landgoed Haarendael, Haaren NOTITIE Gemeente Haaren Dhr. L. Timmermans Postbus 44 5076 ZG Haaren DATUM: 26-01-2016 ONS KENMERK: 15-898/16.00497/IngHR UW KENMERK: opdrachtverlening dd. 22 december 2015 AUTEUR: PROJECTLEIDER: STATUS:

Nadere informatie

Eindrapport NATUURTOETS GEBIEDSBESCHERMING NATUUR UITBREIDING WAGENINGEN

Eindrapport NATUURTOETS GEBIEDSBESCHERMING NATUUR UITBREIDING WAGENINGEN Eindrapport NATUURTOETS GEBIEDSBESCHERMING NATUUR UITBREIDING WAGENINGEN Eindrapport NATUURTOETS GEBIEDSBESCHERMING NATUUR UITBREIDING WAGENINGEN augustus 2009 In opdracht van: Bouwfonds Postbus 1 3800

Nadere informatie

NATURA 2000 in Vlaanderen. Filiep CARDOEN Afdelingsverantwoordelijke NATUUR

NATURA 2000 in Vlaanderen. Filiep CARDOEN Afdelingsverantwoordelijke NATUUR NATURA 2000 in Vlaanderen Filiep CARDOEN Afdelingsverantwoordelijke NATUUR Overzicht - Algemene doelstelling - Stand van zaken afbakening SBZ - Doelstelling Natura 2000 -Implementatie: - Juridisch kader

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE HISTORISCHE FORTENGORDELS VAN ANTWERPEN ALS VLEERMUIZENHABITAT EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING

Nadere informatie

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND

BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND BESLUIT NATUURBESCHERMINGSWET 1998 VAN GEDEPUTEERDE STATEN VAN GELDERLAND Datum besluit : 18 maart 2016 Onderwerp : Natuurbeschermingswet 1998 2015-012117 - gemeente Ermelo Activiteit : verbreden van het

Nadere informatie

BOS IN SINT-TRUIDEN Nota

BOS IN SINT-TRUIDEN Nota BOS IN SINT-TRUIDEN Nota Ir. Koenraad Van Meerbeek 12/03/2012 1. Wat is bos? Wanneer we over bos spreken, is er een duidelijke definitie nodig van een bos. Iedereen moet immers over hetzelfde praten. Een

Nadere informatie

Informatie aan de Europese Commissie inzake plan/project in Natura 2000 vogelrichtlijngebieden (SBZ-V) en habitatrichtlijngebieden (SBZ-H)

Informatie aan de Europese Commissie inzake plan/project in Natura 2000 vogelrichtlijngebieden (SBZ-V) en habitatrichtlijngebieden (SBZ-H) Lidstaat: België - Vlaams gewest Datum: Informatie aan de Europese Commissie inzake plan/project in Natura 2000 vogelrichtlijngebieden (SBZ-V) en habitatrichtlijngebieden (SBZ-H) in navolging van artikel

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING MET TOEPASSING VAN DE HABITATRICHTLIJN VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE BE2100024 VENNEN, HEIDEN EN MOERASSEN ROND TURNHOUT EN TOT

Nadere informatie

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport

Ter informatie voor de lezer en gebruiker van dit rapport BIJ HET BESLUIT VAN 23 MAART 2014 VAN DE VLAAMSE REGERING TOT AANWIJZING MET TOEPASSING VAN DE HABITATRICHTLIJN VAN DE SPECIALE BESCHERMINGSZONE BE2200028 DE MATEN EN TOT DEFINITIEVE VASTSTELLING VOOR

Nadere informatie

Kartering van Natura2000-habitats op onbebouwde percelen van een verkaveling in het Kluisbos (Kluisbergen)

Kartering van Natura2000-habitats op onbebouwde percelen van een verkaveling in het Kluisbos (Kluisbergen) Kartering van Natura2000-habitats op onbebouwde percelen van een verkaveling in het Kluisbos (Kluisbergen) Nummer: INBO.A.2011.55 Datum advisering: april 2011 Auteur(s): Contact: Lode De Beck Niko Boone

Nadere informatie

BIJLAGE: Kritische depositiewaarden voor verzuring voor Natura 2000 habitattypen

BIJLAGE: Kritische depositiewaarden voor verzuring voor Natura 2000 habitattypen BIJLAGE: Kritische depositiewaarden voor verzuring voor Natura 2000 habitatn Deze kritische depositiewaarden voor Natura 2000 habitatn zijn gebaseerd op Hens en Neirynck (2013). Indien Hens en Neirynck

Nadere informatie

Door antwoord te geven op enkele veelgestelde vragen geven we u in deze presentatie wat meer informatie over bepaalde termen zoals onder andere PAS,

Door antwoord te geven op enkele veelgestelde vragen geven we u in deze presentatie wat meer informatie over bepaalde termen zoals onder andere PAS, STAND VAN ZAKEN Door antwoord te geven op enkele veelgestelde vragen geven we u in deze presentatie wat meer informatie over bepaalde termen zoals onder andere PAS, IHD, zoekzone en soorten. Veelgestelde

Nadere informatie

GWATE s: het punt in Afrika waar Habitatrichtlijn en kaderrichtlijn Water elkaar ontmoeten?

GWATE s: het punt in Afrika waar Habitatrichtlijn en kaderrichtlijn Water elkaar ontmoeten? GWATE s: het punt in Afrika waar Habitatrichtlijn en kaderrichtlijn Water elkaar ontmoeten? Gert VAN HOYDONCK, Piet DE BECKER. (Agentschap voor Natuur en Bos, Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek) LAAGVEEN

Nadere informatie

BE Bossen van het zuidoosten van de Zandleemstreek

BE Bossen van het zuidoosten van de Zandleemstreek BE2300044 - Bossen van het zuidoosten van de Zandleemstreek Managementplan Natura 2000 1.0 Statuut document: Auteur: Datum: Documentnummer: Informatief document Agentschap voor Natuur en Bos 19/12/2014

Nadere informatie

Natura 2000 gebied 133 Kampina & Oisterwijkse Vennen

Natura 2000 gebied 133 Kampina & Oisterwijkse Vennen Natura 2000 gebied 133 Kampina & Oisterwijkse Vennen (Zie leeswijzer) Kenschets Natura 2000 Landschap: Hogere zandgronden Status: Habitatrichtlijn + Vogelrichtlijn Site code: NL3000401 + NL2000010 Beschermd

Nadere informatie

Natura 2000-gebied Veluwe

Natura 2000-gebied Veluwe Natura 2000-gebied Veluwe De Staatssecretaris van Economische Zaken Gelet op artikel 3, eerste lid, en artikel 4, vierde lid, van Richtlijn 92/43/EEG van de Raad van 21 mei 1992 inzake de instandhouding

Nadere informatie

Speciale Beschermingszones in Vlaanderen in uitvoering van de Europese Richtlijn 92/43/EEG (Habitatrichtlijn)

Speciale Beschermingszones in Vlaanderen in uitvoering van de Europese Richtlijn 92/43/EEG (Habitatrichtlijn) Speciale Beschermingszones in Vlaanderen in uitvoering van de Europese Richtlijn 92/43/EEG (Habitatrichtlijn) SBZ - H Beslissing van de Vlaamse regering van 4 mei 2001 Overzicht van de habitats en soorten

Nadere informatie

Advies over de verenigbaarheid van het leefgebied van enkele habitattypische soorten met Natura 2000-habitats en regionaal belangrijke biotopen

Advies over de verenigbaarheid van het leefgebied van enkele habitattypische soorten met Natura 2000-habitats en regionaal belangrijke biotopen Advies over de verenigbaarheid van het leefgebied van enkele habitattypische soorten met Natura 2000-habitats en regionaal belangrijke biotopen Adviesnummer: INBO.A.3314 Datum advisering: 18 juni 2015

Nadere informatie

(IHD): wat betekent dit voor jouw gebied? www.natuurpunt.be/ihdoverleg

(IHD): wat betekent dit voor jouw gebied? www.natuurpunt.be/ihdoverleg (IHD): wat betekent dit voor jouw gebied? www.natuurpunt.be/ihdoverleg Overzicht Waarover gaat het IHD-overleg? Hoe verloopt het IHD-overleg? Lokale impact!! Mening Natuurpunt over de IHD SWITCH! Meer

Nadere informatie

Habitatrichtlijn. Wat wil ze bereiken?

Habitatrichtlijn. Wat wil ze bereiken? Habitatrichtlijn Habitatrichtlijn Wat wil ze bereiken? Specifiek: habitats en soorten van Europees belang in een gunstige staat van instandhouding behouden of herstellen Algemeen: bijdragen tot het waarborgen

Nadere informatie

Opslag van gasolie in zoutcavernes. Passende Beoordeling Natuurbeschermingswet 1998

Opslag van gasolie in zoutcavernes. Passende Beoordeling Natuurbeschermingswet 1998 Opslag van gasolie in zoutcavernes Passende Beoordeling Natuurbeschermingswet 1998 16 september 2013 Verantwoording Titel Opslag van gasolie in zoutcavernes Passende Beoordeling Natuurbeschermingswet

Nadere informatie

Inhoudsopgave Overzicht bijgevoegde bijlagen Maatschap Visscher-Beuving Het Binnenveld 3 9419 TB Drijber Onderstaande bijlagen dienen ter ondersteuning aan het aanvraagformulier. BIJLAGE 1: TOELICHTING;

Nadere informatie

BE Valleien van de Dijle, Laan en IJse met aangrenzende bos- en moerasgebieden. BE De Dijlevallei. Managementplan Natura

BE Valleien van de Dijle, Laan en IJse met aangrenzende bos- en moerasgebieden. BE De Dijlevallei. Managementplan Natura BE2400011 - Valleien van de Dijle, Laan en IJse met aangrenzende bos- en moerasgebieden BE2422315 - De Dijlevallei Managementplan Natura 2000 1.0 Statuut document: Auteur: Datum: Documentnummer: Informatief

Nadere informatie

BIJLAGE: Kritische depositiewaarden voor stikstof voor Natura 2000 habitattypen

BIJLAGE: Kritische depositiewaarden voor stikstof voor Natura 2000 habitattypen BIJLAGE: Kritische depositiewaarden voor stikstof voor Natura 2000 habitattypen Deze kritische depositiewaarden voor stikstof voor Natura 2000 habitattypen zijn gebaseerd op Hens en Neirynck (2013). Indien

Nadere informatie

Gebiedendocument. Overzicht van habitattypen en soorten waarvoor gebieden zijn aangemeld en begrenzing van gebieden

Gebiedendocument. Overzicht van habitattypen en soorten waarvoor gebieden zijn aangemeld en begrenzing van gebieden Gebiedendocument Overzicht van habitattypen en soorten waarvoor gebieden zijn aangemeld en begrenzing van gebieden Februari 2004 Inhoud: 1. Inleiding 2. Begrenzingsmethodiek 2.1. Aanpak 2.2. Algemene uitgangspunten

Nadere informatie

Bosbeekweg 3 Bennekom, gemeente Ede VOORTOETS oktober 2015 Natuurontwikkeling op agrarische percelen en vervanging woning

Bosbeekweg 3 Bennekom, gemeente Ede VOORTOETS oktober 2015 Natuurontwikkeling op agrarische percelen en vervanging woning Bosbeekweg 3 Bennekom, gemeente Ede VOORTOETS oktober 2015 Natuurontwikkeling op agrarische percelen en vervanging woning IN HET MIDDEN BOSBEEKWEG 3. DAARBOVEN DE (GROENE) AKKERS WAAROP NATUUR WORDT ONTWIKKELD.

Nadere informatie

Erkenning natuurreservaat Rothoek-Kwarekken Erkenning van het privaat natuurreservaat E-211 Rothoek-Kwarekken te Westerlo (Antwerpen) 21 juni 2012

Erkenning natuurreservaat Rothoek-Kwarekken Erkenning van het privaat natuurreservaat E-211 Rothoek-Kwarekken te Westerlo (Antwerpen) 21 juni 2012 Briefadvies Erkenning natuurreservaat Rothoek-Kwarekken Erkenning van het privaat natuurreservaat E-211 Rothoek-Kwarekken te Westerlo (Antwerpen) Datum van goedkeuring Volgnummer Coördinator Co-auteur

Nadere informatie

Integrale beekherstelprojecten in Vlaanderen. Kansen voor realisatie doelstellingen KRLW én Habitatrichtlijn?

Integrale beekherstelprojecten in Vlaanderen. Kansen voor realisatie doelstellingen KRLW én Habitatrichtlijn? Integrale beekherstelprojecten in Vlaanderen Kansen voor realisatie doelstellingen KRLW én Habitatrichtlijn? Beekherstelproject Marke Rechtgetrokken, verbrede en gestuwde waterloop Problemen wateroverlast

Nadere informatie

Specifieke Europese Natuurdoelen voor de vallei van de Rivierbeek Maarten Reynaert, Agentschap voor Natuur en Bos

Specifieke Europese Natuurdoelen voor de vallei van de Rivierbeek Maarten Reynaert, Agentschap voor Natuur en Bos Specifieke Europese Natuurdoelen voor de vallei van de Rivierbeek Maarten Reynaert, Agentschap voor Natuur en Bos Dag van de Rivierbeek 28 november 2016 SBZ-H BE2500004 Bossen, heiden en valleigebieden

Nadere informatie