Aanmeldingsprocedure voor het Centraal Register Beroepsopleidingen (CREBO) diploma-erkenning

Transcriptie

1 Aanmeldingsprocedure voor diploma-erkenning OCenW-Regelingen Bestemd voor: instellingen, scholen en instituten in de bve-sector, inclusief agrarische opleidingen centra (aoc s) Beleidsregel Datum: 16 oktober 2002 Kenmerk: CFI/BVH-2002/87043 Datum inwerkingtreding: 30 oktober 2002 Geldigheidsduur beleidsregel: 30 oktober 2003 Juridische grondslag: artikel Wet educatie en beroepsonderwijs Relatie tot eerdere mededelingen: n.v.t. Informatie verkrijgbaar bij: CFI/ICO/BVH, Inleiding Deze publicatie bevat de procedure voor de wijze waarop de instellingen aanvragen voor diploma-erkenning kunnen indienen voor registratie in het Centraal register beroepsopleidingen (CREBO). Het gaat dan om: a. registratie van nieuwe opleidingen(niet-bekostigd); b. wijziging van gegevens van al geregistreerde opleidingen. Deze publicatie heeft betrekking op registratie in het CREBO van opleidingen die aanvangen in het studiejaar Aanvragen voor diploma-erkenning dienen te worden ingezonden voor 1 november Het CREBO wordt vastgesteld vóór 1 februari Aanmelding diploma-erkenning meer aan te melden voor die nieuwe opleidingen waarvan de betreffende instelling de voorloper reeds in huis heeft. De relatietabel ingetrokken/ vastgestelde kwalificaties treft u als bijlage bij deze aanmeldingsprocedure aan. Op basis van deze z.g. was-wordt lijst zal CFI de betreffende opleidingen automatisch, dat wil zeggen zonder aanvraag van de betreffende instelling, voor die instelling in het CREBO registreren. De instellingen hoeven voor deze categorie opleidingen geen aanmeldingsformulieren in te dienen. 2.2 Wijzigingen bij reeds geregistreerd opleidingen Wijzigingen van reeds geregistreerde niet-bekostigde beroepsopleidingen kunnen zijn het schrappen van opleidingen. Kwalificaties die zijn vervallen ( zie Regeling vaststelling eindtermen beroepsonderwijs en overzicht vaststelling bekostigde beroepsopleidingen 2003-; Uitleg Gele katern nummer 23 van 2 oktober 2002) of kwalificaties die vorig jaar slechts voor de duur van een jaar waren vastgesteld, worden automatisch van een einddatum voorzien. 2.3 Aanmelding nieuw aanbod niet-bekostigde beroepsopleiding Onder nieuw aanbod wordt verstaan: elke opleiding die voor de instelling nog niet in de beoogde leerweg is geregistreerd. Bepalend is de laatste beschikking met bijlage die aan de instelling is verstrekt. Over de aanmelding van nieuwe(niet-bekostigde) opleidingen in de agrarische sector zullen de betreffende instellingen bericht ontvangen van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij. 2.1 Bestaand aanbod Bestaand aanbod - dus opleidingen in een bepaalde leerweg die voor de instellingen al zijn geregistreerd - behoeft niet opnieuw te worden aangemeld, ook niet als wijzigingen in de eindtermen zijn aangebracht. In afwijking van voorgaande jaren hoeven de instellingen geen opleidingen 2.4 Bekostigde instelling en niet - bekostigd beroepsonderwijs Voor bekostigde instellingen die niet - bekostigd beroepsopleidingen willen aanbieden, geldt dezelfde procedure als voor niet - bekostigde instellingen: zij dienen een aanvraag NUMMER oktober 2002

2 Aanmeldingsprocedure voor voor diploma-erkenning te doen, met gebruikmaking van het formulier Verzoek om diploma - erkenning ( CFI 62978). Zij dienen ook de verplichte bijlagen mee te zenden. 2.5 Aanmeldingsformulieren Registratie in het CREBO kan voor wat betreft diploma-erkenning uitsluitend geschieden door middel van de daarvoor op grond van artikel 4:4 van de Algemene wet bestuursrecht vastgestelde formulieren. Er zijn twee formulieren: a. Voor de aanmelding van registratie van een nieuwe opleiding voor diploma-erkenning( niet-bekostigd): het formulier Verzoek om diploma-erkenning (CFI 62978) ; b. Voor wijzigingen in de registratie van beroepsopleidingen: het formulier Wijziging registratie diplomaerkenning (CFI 62977). In voorgaande jaren dienden instellingen de toegezonden formulierensets in alle gevallen te retourneren aan CFI, ook indien een instelling geen enkele wijziging aan wenst te brengen dan wel geen uitbreiding van het geregistreerd aanbod wenst aan te melden. Deze verplichting vervalt per heden. Indien een instelling geen formulier opstuurt betekent dit dat de bestaande situatie automatisch wordt gecontinueerd. Correctie achteraf door instellingen is niet mogelijk. Deze correcties achteraf/ aanvragen worden dan niet meer in behandeling genomen voor de vaststelling van het CREBO Deze worden dan wel aangemerkt als een aanvraag voor het CREBO Aan instellingen waarvoor reeds opleidingen in het CREBO zijn geregistreerd, worden de formulieren binnenkort toegezonden. Andere instellingen kunnen het desbetreffende formulier aanvragen bij het Informatiecentrum Onderwijs van CFI( CFI/ICO, telefoonnummer : ) en voor wat betreft de agrarische opleidingen bij : Ministerie van Landbouw en Kennisoverdracht, CREBO registratie, ter attentie van mevr. N.M. Ridders, Postbus 20401, 2500 EK Den Haag. 2.6 Procedure en inzendtermijn Aanvragen voor diploma-erkenning die gericht zijn op het studiejaar moeten voor 1 november 2002 worden ingezonden. Ingevolge artikel , tweede lid van de WEB moet op een aanvraag binnen 3 maanden worden beslist. Bij aanvragen die ontvangen worden na 1 november 2002 kan niet worden gegarandeerd dat deze tijdig voor de vaststelling van het CREBO zullen zijn afgewikkeld. Alsdan worden deze aangemerkt als aanvragen voor het CREBO Aanvragen die worden ontvangen na 30 november 2002 worden in ieder geval niet afgehandeld voor de vaststelling van CREBO Deze worden in ieder geval aangemerkt als een aanvraag voor het CREBO Het verzoek om diploma-erkenning en registratie wordt per opleiding beoordeeld. Als een instelling voor meer dan één opleiding uit de kwalificatiestructuur een aanvraag indient, moeten deze aanvragen worden gebundeld. Als een document voor meer dan één opleiding geldt dient duidelijk door de aanvrager te worden aangegeven voor welke opleidingen dit document geldt. De toetsing op de kwalitatieve aspecten zal geschieden door de inspectie; deze brengt daarover een advies uit aan de minister. In dit kader kan door de inspectie bij de eerste aanmelding voor diploma-erkenning voor het CREBO een instellingsbezoek worden afgelegd. 2.7 Verplicht in te zenden gegevens Bij een verzoek om diploma-erkenning voor opleidingen die voor een instelling nog niet zijn geregistreerd, moet de instelling de gegevens overleggen omtrent de opleiding voorzover deze gegevens al niet rechtstreeks voortvloeien uit de vastgestelde eindtermen(i.c. naam van de opleiding, kwalificatiecode en leerweg). Dit moet worden aangevuld met de gegevens waaruit blijkt dat het onderwijs van voldoende kwaliteit is of zal zijn en dat de instelling voldoet aan de eisen voor diploma-erkenning, neergelegd in artikel , eerste lid, van de WEB. Instellingen die beroepsopleidingen in de beroepsopleidende leerweg onder de werkingssfeer van de Wet op de studiefinanciering wensen te plaatsen moeten hiervoor gebruik maken van het formulier Verklaring opleidingstraject (CFI ). Het gaat hierbij dan om de bepalingen met betrekking tot het onderwijs, Hoofdstuk 7; titel 1: het onderwijs( met uitzondering van artikel ); titel 2: het beroepsonderwijs, met inbegrip van de beschrijving van de beroepspraktijkvorming(bpv) en de BPV-overeenkomst; titel 4: examens; titel 5: de rechtsbescherming van de deelnemers dat wil zeggen instelling van een commissie van beroep voor de NUMMER oktober 2002

3 examens, inclusief de omschrijving van de procedures en dergelijke. De bepalingen met betrekking tot inschrijving en vooropleidingseisen, hoofdstuk 8; titel 1: inschrijving, de onderwijsovereenkomst als bedoeld in artikel , eerste tot en met derde lid; titel 2: vooropleidingseisen( als bedoeld in artikel 8.2.1). Bij het formulier moeten de volgende bijlagen worden overlegd: a. een beschrijving van het stelsel van kwaliteitszorg( artikel van de WEB, zie ook hieronder; b. de onderwijs- en examenregeling, bedoeld in artikel van de WEB. De beschrijving dient de beroepsopleiding naar niveau en leerwegen te onderscheiden met de bijbehorende deelkwalificaties conform de kwalificatiestructuur. Indien de studieduur voor groepen van deelnemers significant afwijkt van de normatieve studielast( artikel 7.2.4, lid 4 en 5) dient een onderbouwde motivatie daarvoor te worden bijgevoegd; c. een model van de onderwijsovereenkomst, bedoeld in artikel van de WEB; d. een model van de beroepspraktijkvormingsovereenkomst (BPV) als bedoeld in artikel van de WEB alsmede een beschrijving van de wijze waarop de BPV wordt vormgegeven; e. indien van toepassing, een onderbouwing van de afwijking van de normatieve studieduur( artikel , lid 4 en 5); f. een omschrijving van de procedures van de commissie van beroep voor de examens; g. de verklaring opleidingstrajec( indien van toepassing)(cfi 62988) behoeft u deze niet opnieuw in te zenden. In dit geval kunt u volstaan met de ondertekening van de standaardformulering op het formulier Wijziging registratie diploma-erkenning(cfi ). Als het gaat om nieuw te registreren opleidingen voor instellingen waarvoor al één of meer opleidingen zijn geregistreerd, behoeven de documenten met beschrijving van het stelsel kwaliteitszorg, die geen wijzigingen ondergaan in verband met de nieuwe opleidingen, evenmin te worden meegezonden. 2.8 Beschrijving stelsel kwaliteitszorg In de beschrijving van het stelsel van kwaliteitszorg moet in ieder geval worden aangegeven: op welke opleidingen het stelsel van toepassing zal zijn en welke methodes van kwaliteitszorg gehanteerd gaan worden; op basis van welke deskundigheid onafhankelijke deskundigen worden betrokken bij de regelmatige beoordeling van de kwaliteit van het onderwijs, welke werkzaamheden ze verrichten en hoe dikwijls ze worden ingeschakeld; de wijze waarop het kwaliteitszorgstelsel regelmatig intern en extern geëvalueerd zal worden. Daarbij worden de criteria waarmee de instelling de eigen prestaties waardeert, duidelijk geëxpliciteerd. 3. Bevoegd gezag van een nietbekostigde instelling Aanmeldingsprocedure voor In het formulier is een standaardformulering opgenomen waarmee door de ondertekening van het formulier het bevoegd gezag tevens verklaart: te zullen voldoen aan de regels beschreven in de WEB in hoofdstuk 7( met uitzondering van artikel 7.1.1) ten aanzien van het onderwijs en de examens alsmede ten aanzien van de kwaliteitszorg; dat er een commissie van beroeps is ingesteld, dan wel zal worden ingesteld, die voldoet aan de voorwaarden, beschreven in artikel van de WEB. De afgelopen periode heeft zich de vraag voorgedaan wat de consequenties zijn van bijvoorbeeld verkoop van een niet-bekostigde instelling met betrekking tot de verleende diploma-erkenning. De consequenties hangen af van de wijze waarop de verkoop zijn beslag heeft gekregen. Diploma-erkenning wordt verleend aan het bevoegd gezag van een instelling. Als de relatie tussen dat bevoegd gezag en de instelling, of de opleiding waarvoor diploma-erkenning verleend is, verbroken wordt, vervalt daarmee de erkenning. Aanvragen voor diploma-erkenning die niet voorzien zien van alle verplichte gegevens worden niet in behandeling genomen en geretourneerd. Indien de hierboven genoemde aanvraag een wijziging van gegevens van al geregistreerde opleidingen betreft en er geen sprake is van gewijzigde gegevens in de documenten, De volgende situaties kunnen zich voordoen: 1. De rechtspersoon waarvan de instelling uitgaat, fuseert met een andere rechtspersoon( boek 2 van het Burgerlijk Wetboek). De relatie tussen bevoegd gezag( de rechtspersoon) en de instelling wijzigt in dit geval niet. Er verandert niets ten aanzien van de verleende diploma-erkenning. Er hoeft geen nieuwe aanvraag te NUMMER oktober 2002

4 Aanmeldingsprocedure voor worden gedaan. Wel moet het ministerie(cfi in dit geval) in kennis worden gesteld van de fusie( artikel 1.4.1, derde lid, van de WEB), onder overlegging van akte waarin de fusie is geregeld. 2. De aandelen in een nv/bv waarvan een instelling uitgaat, gaan in andere handen over. De relatie tussen rechtspersoon en instelling verandert niet, dus de diploma-erkenning blijft in stand. 3. De instelling wordt in zijn geheel, inclusief opleidingen verkocht aan een andere rechtspersoon. De relatie tussen bevoegd gezag en instelling of opleidingen wordt daarmede verbroken en daarmede vervalt de diploma-erkenning. Er moet dan een nieuwe aanvraag voor diploma-erkenning worden gedaan door de nieuwe instelling. 4. Eén of meer van de opleidingen, die zijn verbonden aan een instelling worden verkocht aan een andere rechtspersoon. Hierdoor vervalt de diploma-erkenning. Ook dan moet opnieuw diploma-erkenning worden aangevraagd. Overigens geldt dat in alle gevallen waarin zich wijzigingen voordoen met betrekking tot het bevoegd gezag van de instelling, het ministerie(cfi) daarvan op de hoogte moet worden gebracht, onder overlegging van de betreffende akte( artikel 1.4.1, derde lid, van de WEB: het bevoegd gezag verstrekt de nodige inlichtingen) en het BRIN-mutatieformulier. 4. Studiefinanciering Beroepsopleidingen Deelnemers aan beroepsopleidingen van instellingen als bedoeld in artikel 1.4.1, eerste lid van de WEB, kunnen soms in aanmerking komen voor studiefinanciering. Criteria hiervoor zijn onder andere: dat de opleiding door de deelnemer wordt gevolgd in de beroepsopleidende leerweg( artikel 2.4, onder b, juncto artikel 1.1, Wet Studiefinanciering 2000); dat elk studiejaar van de opleiding een studielast van tenminste 850 klokuren( per studiejaar, die worden besteed aan lessen, stages of beroepspraktijkvorming) heeft( artikel 2.5, derde lid onder a, van de Wet Studiefinanciering 2000); dat de opleiding per studiejaar een totale studielast heeft van een zodanige omvang dat daarnaast geen volledige werkkring mogelijk is( artikel 2.5, derde lid, onder b, van de Wet Studiefinanciering 2000); dat de deelnemer de leeftijd van 18 jaren, maar nog niet die van 30 jaren, heeft bereikt (artikel 2.3. van de Wet Studiefinanciering 2000); Het is gebleken dat bij de uitvoering van de Wet op de Studiefinanciering (WSF) bij de Informatie Beheer Groep onduidelijkheid bestond over het gegeven of een beroepsopleiding al dan niet onder de werkingssfeer van de WSF was geplaatst. Het gevolg hiervan was dat de deelnemer dan een afwijzende beschikking ontving op het verzoek om studiefinanciering. Om dit soort situaties te voorkomen is het formulier Verklaring opleidingstraject voor toepassing Wet op de studiefinanciering(cfi ) ontworpen. Instellingen die een nieuw te registreren beroepsopleidingen onder de werkingssfeer van de Wet Studiefinanciering 2000 willen plaatsen, dienen hiervoor gebruik te maken van genoemde verklaring. Het formulier dient bij de aanvraag om diploma-erkenning en registratie in het CREBO te worden meegezonden, en vormt als zodanig één geheel met de procedure voor diploma-erkenning, registratie CREBO en toetsing urennorm. De inhoudelijke toetsing van het opleidingstraject zal plaatsvinden door de inspectie. Deze brengt daarover een advies uit aan de minister. Over de toetsing van de urennorm in verband met studiefinanciering ontvangt de instelling een beschikking, die als volgt is uitgewerkt: bij een positief dan wel negatief advies van de inspectie zal in de beschikking waarbij de diploma-erkenning en registratie worden toegewezen dan wel afgewezen, een passage worden opgenomen, waarin wordt aangegeven welke opleiding al dan niet door CFI zal worden aangemeld voor studiefinanciering bij de Informatie Beheer Groep. Instellingen kunnen dit dus niet zelf doen. Ik wijs u er wel op dat de Verklaring opleidingstraject u als instelling niet ontheft van de verplichting om het opleidingstraject dat voldoet aan de Wet Studiefinanciering 2000 te beschrijven in de Onderwijs - en Examenregeling( OER, artikel 7.4.8, eerste lid, onderdeel f van de WEB). 5. Brinnummer Voor diploma-erkenning moet een instelling beschikken over een zogenaamd BRIN-nummer. Voor niet-bekostigde instellingen die nog niet over een BRIN-nummer ( Instellingsnummer en een Bevoegd Gezagnummer) beschikken, wordt op het moment van indiening van de eerste aanvraag een BRIN-nummer aangemaakt. De instellingen worden van hun BRIN-nummer op de hoogte gebracht. Registratie van instelling zonder BRINnummer is in het CREBO niet mogelijk. Voor de goede orde attendeer ik u erop dat voor de voorbedrukte CREBO- formulieren adresgegevens zijn gebruikt zoals die in mijn administratie zijn geregistreerd. Indien deze adresgegevens niet(meer) correct zijn, kunnen deze uitsluitend worden gewijzigd door middel van het BRIN- NUMMER oktober 2002

5 mutatieformulier. Ik verzoek u dan ook het in uw bezit zijnde BRIN-mutatieformulier te zenden aan: Centrale Financiën Instellingen, Afdeling GEG, Postbus 606, 2700 ML Zoetermeer De voorlichtingspublicatie Wijzigingen BRIN- Mutatieformulier (BMF), zoals gepubliceerd in Uitleg Gele Katern nummer 14 van 24 mei 2000 geeft hierover meer informatie. De staatssecretaris van onderwijs, cultuur en wetenschappen, drs. A.D.S.M. Nijs, MBA, Bijlage Ingetrokken / vastgestelde kwalificaties per 1 augustus 2003 OOSP Ecabo 01EC ICT-beheerder Medewerker beheer ICT SOM (metaal) Service medewerker ICT O2QG OVDB ( zorg & welzijn) Praktijkopleider Facilitair Leidinggevende Facilitair medewerker Facilitair medewerker 04IN SH&M( hout en meubel) Kaderfunctionaris Meubelindustrie en Interieurbouw Kaderfunctionaris Allround meubelmaker Allround Machinaal Houtbewerker Meubelindustrie Allround Werkplaatstimmerman Allround Machinaal Houtbewerker Meubelmaker Machinaal Houtbewerker Meubelindustrie Werkplaatstimmerman Machinaal Houtbewerker Assistent Assistent Meubelmaker/ Machinaal Houtbewerker Aanmeldingsprocedure voor 02FW Opleidingscentrum SVS Vakkracht Industrieel Lakverwerker Vakkracht Industrieel Lakverwerker Industrieel Lakverwerker Industrieel Lakverwerker Metaalconserveerder Assistent Industrieel Lakverwerker/ Metaalconserveerder Assistent Industrieel Lakverwerker/ Metaalconserveerder Dekvloerenlegger NUMMER oktober 2002