Geschiktheidskaarten Geothermie Thermische Geleidbaarheid Ondergrond Vlaanderen

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Geschiktheidskaarten Geothermie Thermische Geleidbaarheid Ondergrond Vlaanderen"

Transcriptie

1 Geschiktheidskaarten Geothermie Thermische Geleidbaarheid Ondergrond Vlaanderen Auteurs: G. Van Lysebetten, N. Huybrechts, L. François Datum: 06/05/2013 Deze studie werd uitgevoerd in het kader van het IWT-VIS traject Smart Geotherm ( ) Versie 3

2 Inhoudstafel 1 Inleiding Toegepaste methodologie VITO/Terra Energy Concept Algemeen Bepaling thermische geleidbaarheid per geologische formatie Omzetting HCOV-codering naar geologische formaties Opstellen geschiktheidskaart Toetsing methodologie VITO/Terra Energy aan praktijk Geschiktheidskaarten (gemiddelde λ over 100 meter) Geschiktheidskaarten (gemiddelde λ over lengte warmtewisselaar) Besluit Voorstel vereenvoudigde methodologie WTCB Concept Algemeen Categorieën thermische geleidbaarheid Schatting lokale λ-waarde m.b.v. beschikbare geologische informatie Toetsing methodologie WTCB aan praktijk Conclusies en opmerkingen Referenties Bijlage A Algemene wetgeving verticale boringen: Rubriek Bijlage B Overzicht indeling HCOV Bijlage C Overzicht TRT s voor toetsing geschiktheidskaarten Bijlage C.1 Uitvoeringsparameters TRT Bijlage C.2 Geologie ter plaatse (boring en HCOV) Bijlage D Raadplegen Databank Ondergrond Vlaanderen (DOV) Bijlage D.1 Algemene DOV-viewer Bijlage D.2 Bepalen van lokale bodemopbouw Bijlage D.2.1 Aan de hand van isohypsen Tertiair en voorkomen Quartair Bijlage D.2.2 Aan de hand van boor- en/of sondeergegevens Bijlage E Indeling formaties in categorieën volgens grondtype i

3 1 Inleiding Wat energieonttrekking en opslag uit/in de bodem betreft bestaan er in grote lijnen twee basistechnologieën, namelijk grondwatersystemen en gesloten lussystemen (Robeyn en Hoes, 2011). Voor de grondwatersystemen is het belangrijk over een voldoende productieve watervoerende laag te beschikken zodat het gewenste onttrekkings- en/of injectiedebiet kan gehaald worden. Bovendien mag men niet interfereren met onder andere bestaande grondwaterwinningen. Voor de toepasbaarheid van gesloten lussystemen zijn vooral de thermische karakteristieken van de ondergrond bepalend (thermische geleidbaarheid λ, thermische capaciteit C, grondwaterstroming, etc.). Het is dus duidelijk dat bij het opstellen van geothermische geschiktheidskaarten voor beide technologieën een verschillende benadering nodig is. Deze nota handelt uitsluitend over de bepaling van de thermische geleidbaarheid van de ondergrond in Vlaanderen. De methodologie die toegepast werd door VITO/Terra Energy voor het opstellen van geschiktheidskaarten wordt voorgesteld en getoetst aan resultaten van thermische respons tests (TRT) op willekeurige locaties in Vlaanderen. Daarnaast wordt een vereenvoudigde methodologie voorgesteld om de inschatting van de thermische geleidbaarheid op een bepaalde locatie in Vlaanderen te verbeteren. Hierbij wordt ook aandacht besteed aan het feit dat de methodologie op een eenvoudige wijze moet kunnen worden toegepast door potentiële gebruikers, bijvoorbeeld verwerkt in een (pre-)dimensioneringstool. In de toekomst zal bovendien een nota opgesteld worden die dieper ingaat op de benadering voor open systemen die grondwater rechtstreeks uit de ondergrond onttrekken. Vooraleer eender welke studie over geothermie waarbij verticale boringen gepland zijn te beginnen, kan men best de wetgeving natrekken die op die specifieke locatie geldt. Afhankelijk van de locatie en de diepte van de boring kan men immers onderhevig zijn aan een meldings- of vergunningsplicht. Op sommige locaties is het zelfs verboden een boring dieper dan 2.5 meter uit te voeren. De DOV themaviewer toegespitst op Rubriek 55.1 uit VLAREM I maakt het zeer eenvoudig de wetgeving geldig op een bepaalde locatie op te vragen. Bijlage A stelt Rubriek 55.1 uit VLAREM kort voor, net als de werking van de DOV themaviewer. 2 Toegepaste methodologie VITO/Terra Energy 2.1 Concept Algemeen In augustus 2011 publiceerde Terra Energy NV (VITO) geschiktheidskaarten voor de toepassing van boorgatenergie-onttrekking via sondes (Robeyn en Hoes, 2011). Een eerste kaart geeft voor heel Vlaanderen de gemiddelde thermische geleidbaarheid van de ondergrond tot op een diepte van 100 meter of tot op de vaste rots. Daarnaast werden ook kaarten aangemaakt met de minimale en maximale gemiddelde thermische geleidbaarheid (opnieuw tot op een diepte van 100 meter of tot op de vaste rots). Deze doorsneediepte van 100 meter werd gehanteerd aangezien het BEO-diepteinterval zich klassiek tussen de 50 en 150 meter bevindt. Al deze kaarten werden opgesteld op basis van een 3D geologisch model (paragraaf 2.1.3) afkomstig uit de HCOV-kartering (Vlaams Grondwater Model) en de geologische kaarten van Vlaanderen. Aan elke geologische formatie in dit diktemodel werd vervolgens een waarde voor de thermische geleidbaarheid toegekend, gebaseerd op in totaal 25 gericht uitgevoerde TRT s (paragraaf 2.1.2). De gemiddelde thermische geleidbaarheid van de ondergrond over een diepte van 100 meter werd tenslotte als volgt berekend: (1) 1

4 Met n het aantal verschillende lagen tot op een diepte van 100 meter en L en λ respectievelijk de dikte en de thermische geleidbaarheid van elke laag. Figuur 1 toont ter illustratie de resulterende geschiktheidskaart met de gemiddelde thermische geleidbaarheid over een diepte van 100 meter of tot op de vaste rots. Figuur 1. Kaart van de gemiddelde thermische geleidbaarheid zoals opgesteld door VITO/Terra Energy in 2011 (Robeyn en Hoes, 2011) Bepaling thermische geleidbaarheid per geologische formatie In april 2004 werd door VITO de thermische geleidbaarheid van 15 belangrijke geologische formaties reeds bepaald (A.1 tot A.15 in Tabel 1) (Hoes en Gysen, 2004). Deze gegevens werden in 2011 aangevuld met 10 bijkomende TRT s in nog niet eerder onderzochte formaties (B.1 tot B.10 in Tabel 1). De locaties werden geselecteerd op basis van een aantal criteria. Belangrijkste voorwaarde was de aanwezigheid van een voldoende dik pakket van één en dezelfde formatie. Een goede TRT-meting vereist bovendien een warmtewisselaar van minstens 25 meter lengte. Op deze manier werd de thermische geleidbaarheid van elke onderzochte formatie bepaald. Locaties waar de desbetreffende formatie dagzoomt, kregen verder de voorkeur. Indien de warmtewisselaar ondanks alles toch in een onderliggende formatie moest worden aangebracht (minimale lengte warmtewisselaar van 25 meter) of als de onderzochte formatie niet dagzoomde, werden de verkregen waarden gecorrigeerd met temperatuurmetingen voor en na de TRT. De toegepaste methodologie werd beschreven in Robeyn en Hoes (2011). Het VITO/Terra Energy-rapport uit 2011 benadrukt verder nog dat geologische formaties verder worden opgedeeld in leden (zie lithostratigrafische tabel in Figuur 2). Deze onderverdeling laat toe om binnen een formatie nog verdere opdelingen te maken om (meestal) kleinere lithostratigrafische verschillen aan te geven. In sommige gevallen verschillen de leden aanzienlijk in samenstelling en is het wenselijk een opsplitsing te maken van de thermische geleidbaarheid. 2

5 Tabel 1. Locatie, geteste formatie en gemeten thermische geleidbaarheid van de 25 uitgevoerde TRT s in 2004 (A.1 A.15) en in 2011 (B.1 B.10). Label Locatie Formatie λ gemeten (W/mK) A.1 Meerhout Diest 2.96 A.2 Ravels Kempen (Merksplas) 2.70 A.3 Brasschaat Brasschaat/Lillo 2.89 A.4 Ellikom (Meeuwen-Gruitrode) Kasterlee 2.31 A.5 Zonhoven Bolderberg 2.91 A.6 Kanne (Riemst) Maastricht 67 A.7 Heers Heers 4 A.8 Wilderen (Sint-Truiden) Hannut 2.1 A.9 Glabbeek Sint-Huibrechts-Hern 2.58 A.10 Korbeek-Lo (Bierbeek) Brussel 2.16 A.11 Sint-Katelijne-Waver Boom 2.16 A.12 Aalter Gent 3.19 A.13 Tielt Tielt 2.11 A.14 Maldegem Maldegem 2.14 A.15 Ieper Kortrijk 1.62 B.1 Beernem Aalter 2.61 B.2 Eeklo Vlaamse Vallei 2.41 B.3 Brecht Lillo 2.31 B.4 Ranst Berchem 1.74 B.5 Meise Lede 2.33 B.6 Zoutleeuw Tienen 1.99 B.7 Borgloon Borgloon 2.33 B.8 Hasselt Voort-Eigenbilzen 1.80 B.9 Bilzen Bilzen 2.47 B.10 Bree Maasgrinden

6 Figuur 2. Tertiaire kaart van Vlaanderen (boven) en bijhorende lithostratigrafische tabel (onder). De locatie van de 25 uitgevoerde TRT s zijn ook aangeduid, benaming zoals in Tabel 1. 4

7 2.1.3 Omzetting HCOV-codering naar geologische formaties Een 3D geologisch model voor Vlaanderen tot op het niveau van de Quartaire en Tertiaire formaties is momenteel nog niet beschikbaar. Daarom werd gebruik gemaakt van de HCOV-kartering (Hydrogeologische Codering van de Ondergrond van Vlaanderen) die in 2005 werd afgerond (Meyus et al., 2005a en b). In 2006 vond een eerste herkartering plaats door de Belgisch Geologische Dienst (Van Campenhout et al., 2007). HCOV is een globale, zuiver hydrogeologische codering die opgesteld werd voor heel Vlaanderen en hiërarchisch is opgebouwd voor drie niveaus van detail, namelijk de hydrogeologische hoofd-, sub- en basiseenheden. Het voorkomen van sommige hydrogeologische basis-, sub- en zelfs hoofdeenheden is wel sterk afhankelijk van de beschouwde geografische locatie (Meyus et al., 2005b). Alle voorkomende geologische lagen zijn in de codering opgenomen, vanaf het maaiveld tot en met de primaire sokkelgesteenten, waarbij deze zo grondig en volledig mogelijk werden ingedeeld in hydrogeologische eenheden. Een overzicht van HCOV is voorgesteld in Bijlage B. De grenzen binnen het model komen niet noodzakelijk overeen met de verschillende geologische formaties waarvoor een thermische geleidbaarheid werd opgemeten. Zo wordt bijvoorbeeld het zandige lid van Vlierzele onderverdeeld bij het 0600-aquifersysteem en de kleiige leden van Pittem en Merelbeke bij de 0700-aquitard, terwijl ze lithostratigrafisch alle drie tot de Formatie van Gentbrugge behoren. De nodige aanpassingen, zoals aangegeven in Tabel 2, zijn dus nodig om het model van hydrostratigrafische eenheden om te zetten naar een model van lithostratigrafische eenheden (Robeyn en Hoes, 2011). Deze bewerkingen zijn ook gevisualiseerd in Tabel B.2 van Bijlage B. Daarnaast werd ook een geografische opdeling gemaakt van de quartaire lagen door gebruik te maken van de grenzen van de genetische grote structurele eenheden van het Quartair uit de kaart van Bogemans (2005). Hierbij werd er een onderscheid gemaakt tussen 4 categorieën: het dekzand en zandleem, de loess, de Vlaamse Vallei inclusief kustvlakte en de Maasafzettingen inclusief terrasgrinden van het Kempisch Plateau. Deze indeling en de manier waarop men kan bepalen in welke categorie men zich bevindt, wordt meer in detail behandeld in Bijlage D.2.1. Ook voor de Formaties van Tienen en Hannut was een geografische opdeling nodig, gebaseerd op de dagzoomgrenzen van de Formatie van Tienen uit de geologische kaart van Vlaanderen en een extrapolatie van deze verbreidinggrenzen naar de ondergrond gebaseerd op de kaart van Gulinck (1973). In de praktijk kan hiervoor ook een beroep gedaan worden op de isohypsen en/of voorkomensgrenzen van deze formaties in DOV (zie Bijlage D.2.1). Merk ten slotte op dat het visualiseren en raadplegen van de rasterlagen van de hydrogeologische kartering binnen DOV op dit moment nog in ontwikkeling is. HCOV-codes kunnen via mail opgevraagd worden bij het DOV, mits de noodzaak ervan voor de studie kan gemotiveerd worden Opstellen geschiktheidskaart Voor het merendeel van de gekarteerde lithostratigrafische eenheden werd een thermische geleidbaarheid gemeten tijdens de meetcampagnes in 2004 en 2011 (Tabel 1). Naast de gemeten waardes worden ook een minimum- en maximumwaarde beschouwd, waarbij rekening gehouden wordt met eventuele meet- en rekenfouten. De achtergrond van deze correcties werd niet toegelicht door Hoes en Gysen (2004), noch door Robeyn en Hoes (2011). Een overzicht van al deze waarden zoals ze toegepast werden bij het opstellen van de geschiktheidskaarten is gegeven in Tabel 2. Enkele onrealistische waarden uit de meetcampagne van 2004 werden hierbij gecorrigeerd (Formatie van Maastricht omwille van spleetporositeit in de kalkareniet (A.6) en Formatie van Heers (A.7)). Daarnaast werd de thermische geleidbaarheid voor een aantal gekarteerde lithostratigrafische eenheden niet gemeten, waardoor een aantal veronderstellingen moest gemaakt worden. Merk verder 5

8 op dat voor de 15 λ-waarden afkomstig uit de meetcampagne in 2004 kleine verschillen bestaan tussen Tabel 1 en Tabel 2. Waaraan dit te wijten is, is niet meteen duidelijk (voor de Formatie van Diest werd bijvoorbeeld een thermische geleidbaarheid van 2.96 W/mK gemeten (Tabel 1), terwijl bij het opstellen van de kaarten een waarde van 2.42 W/mK werd gebruikt (Tabel 2)). Aan de hand van de waarden uit Tabel 2 en met behulp van de algemene methodiek uit paragraaf werden uiteindelijk de gemiddelde (minimale en maximale) thermische geleidbaarheidskaarten voor de eerste 100 meter of tot op de vaste rots opgesteld. Tabel 2. Relatie tussen lithostratigrafische eenheden (geologische formaties) en de hydrostratigrafische eenheden uit de HCOV-codering. Deze relatie is ook gevisualiseerd in Tabel B.2 van Bijlage B. Voor elke lithostratigrafische eenheid is de gemeten, de minimale en de maximale thermische geleidbaarheid λ gegeven. Lithostratigrafie Bewerking op diktemodellen uit HCOV-kartering λ gemeten λ min λ max (W/mK) (W/mK) (W/mK) Dekzand (λ zand van Lede) d geogr. opdeling Loess (λ Formatie van Eigenbilzen) d geogr. opdeling Vlaamse Vallei d geogr. opdeling Maasgrinden d geogr. opdeling Kempen Klei d (Merksplas)/Brasschaat d Lillo/(Poederlee/Mol/Kiezeloöliet) d d d (Kattendijk)/Kasterlee d d Diest d Bolderberg d Berchem d Voort/Eigenbilzen d d Boom d Bilzen d d d Borgloon d0430 d d (Zelzate)/Sint-Huibrechts-Hern d Maldegem d d Lede d0610 d Brussel d Aalter d Gentbrugge d d Tielt d d Kortrijk d Tienen d d geogr. opdeling Hannut d d geogr. opdeling Heers/(Opglabbeek) d Maastricht d Rots d d1300 (2.4)* * Deze waarde werd niet opgemeten door VITO/Terra Energy en is afkomstig uit de literatuur (zie verder in Tabel 6). De geschiktheidskaarten geven de gemiddelde thermische geleidbaarheid voor een diepte van 100 meter of tot de vaste rots en hebben voor rots dus geen λ-waarde nodig. 6

9 2.2 Toetsing methodologie VITO/Terra Energy aan praktijk Geschiktheidskaarten (gemiddelde λ over 100 meter) Figuur 3 stelt de locaties voor van 15 willekeurige TRT s die uitgevoerd werden in het kader van een reëel project waarbij de thermische geleidbaarheid van de ondergrond onderzocht werd. Bovendien komen de meeste formaties uit Tabel 2 terug in de bodemprofielen waarin de warmtewisselaars zijn geïnstalleerd (behalve de Formaties van Kempen, Merksplas/Brasschaat, Aalter, Heers/Opglabbeek, Tienen en Maastricht). De resultaten van deze tests zijn dus vrij goed geschikt om de accuraatheid van de geschiktheidskaarten te toetsen. Hierbij moet wel opgemerkt worden dat de diepte van de geïnstalleerde warmtewisselaar niet altijd gelijk is aan 100 meter of de diepte tot de vaste rots, de diepte waarvoor de geschiktheidskaarten zijn opgesteld. Daarnaast worden de resultaten van de 15 TRT s overgenomen zonder de testprocedure en de wijze van interpretatie van de meetgegevens uitgebreid met elkaar te vergelijken. De tests werden uitgevoerd door verschillende firma s, maar allemaal met een dubbele U-lus. De opvulling en diameter van het boorgat, de duur van de test, enz. kunnen echter verschillen. De mate waarin deze factoren het resultaat beïnvloeden is echter nog niet in detail bestudeerd. In Tabel 3 zijn de resultaten ter vergelijking weergegeven. Figuur 3. Locaties van de 15 TRT s voor reële toepassingen. Voor 2 van de 15 TRT s valt de reële waarde in het voorspelde interval. Voor 3 TRT s is de reële waarde groter dan de maximaal voorspelde waarde. Voor 10 van de 15 TRT s is de minimale voorspelde waarde groter dan de reële waarde. Hierbij dient wel opgemerkt te worden dat 2 van de 3 hogere λ-waarden en 3 van de 10 lagere λ-waarden net buiten het voorspelde interval vallen (een verschil in λ-waarde kleiner dan 0.1 W/mK). De λ-waarden van de TRT-resultaten vallen in vele gevallen buiten het voorspelde interval. Bovendien is er vaak een negatief verschil waarbij de gemeten λ-waarde lager is dan de minimaal voorspelde waarde, wat niet de bedoeling kan zijn voor een geschiktheidskaart. Men mag natuurlijk niet vergeten dat er slechts een beperkt aantal tests werden vergeleken en dat de diepte van de uitgevoerde TRT s niet altijd overeenkomt met de diepte waarvoor de geschiktheidskaarten zijn opgesteld (d.i. 100 meter of tot op de vaste rots). Toch lijkt het niet zo dat de afwijkende diepte de belangrijkste oorzaak is van het feit dat de representativiteit van de geschiktheidskaarten vrij beperkt is (er wordt ook een goede overeenkomst waargenomen voor warmtewisselaars met een lengte van 52 en 125 meter, respectievelijk sites B en E). Om de invloed van de diepte uit te schakelen wordt de 7

10 vergelijking herhaald waarbij de waarden uit de geschiktheidskaarten volgens een identieke methodologie werden herberekend maar dan overeenkomend met de diepte van de warmtewisselaar. Tabel 3. Vergelijking van de gemeten λ-waarden in 15 willekeurige TRT s en de voorspelde waarden volgens de geschiktheidskaarten. De laatste kolom geeft voor elke site de minimale afstand tussen λ TRT en het voorspelde interval (een positieve afstand wil zeggen dat het voorspelde interval zich beneden de gemeten λ-waarde bevindt). Site Diepte warmtewisselaar TRT TRT Gebaseerd op geschiktheidskaarten VITO/Terra Energy (eerste 100m of tot op de vaste rots) λ TRT λ gem [λ min -λ max ] Minimale afstand λ TRT tot voorspeld interval (W/(mK)) (W/(mK)) (W/(mK)) (W/(mK)) A [ ] B.* [ ] C [ ] D [ ] E [ ] F [ ] G [ ] H [ ] I [ ] J [ ] K.* [ ] L [ ] M [ ] in interval N [ ] in interval O.* [ ] * Op locaties B, K en O werd de warmtewisselaar gedeeltelijk in primaire rots geïnstalleerd (voorkomend vanaf een diepte van respectievelijk 45, 57 en 64 meter). Dit gedeelte werd niet in de geschiktheidskaarten opgenomen Geschiktheidskaarten (gemiddelde λ over lengte warmtewisselaar) Bij DOV kunnen mits motivatie de HCOV-codes van de ondergrond voor een bepaalde locatie opgevraagd worden ( De gemotiveerde vraag wordt gestuurd naar dov@vlaanderen.be met vermelding van de (X,Y) Lambertcoördinaten van de locatie. Deze Lambertcoördinaten kunnen teruggevonden worden in bijvoorbeeld de algemene DOVviewer (zie Bijlage D.1). Aan de hand van Tabel 2 kunnen de lokale HCOV-eenheden omgezet worden naar lithostratigrafische eenheden, waarop vervolgens de bijhorende λ-waarden worden toegepast volgens vergelijking (1) tot op een diepte overeenkomend met de geïnstalleerde diepte van de warmtewisselaar. Om de methodologie van het VITO/Terra Energy beter te kunnen vergelijken met de beschikbare TRT s wordt bij de berekening van de voorspelde λ-waarde ook de lengte van de warmtewisselaar in de vaste rots meegenomen. Voor de vaste rots wordt een λ-waarde van 2.4 W/mK verondersteld. Voor de Tertiaire en Quartaire formaties worden opnieuw de door het VITO/Terra Energy gemeten waarden uit Tabel 2 toegepast. Tabel 4 vat de resultaten van deze nieuwe vergelijking samen. Het is opmerkelijk dat deze correctie van de diepte nauwelijks een verandering brengt in de voorspelde λ-waarden. Behalve voor sites B en K verschillen de nieuwe λ-waarden minder dan 0.05 W/mK van de λ-waarden zoals ze uit 8

11 de geschiktheidskaarten worden gehaald (Tabel 3). Vooral voor sites A, E, G, L en O is dit opmerkelijk aangezien het verschil in beschouwde diepte toch meer dan 20 meter bedraagt. Voor sites B en K is het (grote) verschil dan weer te wijten aan het in rekening brengen van de vaste rots. Hierdoor stijgen de voorspelde λ-waarden en komt voor site B de gemeten waarde mooi in het voorspelde interval te liggen. Voor site K stijgt het voorspelde interval echter boven de gemeten λ- waarde uit. Gezien de kleine verschillen tussen Tabellen 3 en 4 blijven de conclusies op basis van deze toetsing (slechts 15 TRT s) op het einde van paragraaf min of meer geldig. In 11 van de 15 onderzochte TRT s is de minimale voorspelde waarde groter dan de reële waarde. In 3 gevallen ligt de reële waarde binnen het voorspelde interval. In 1 geval ligt de reële waarde boven het voorspelde interval. Tabel 4. Vergelijking van de gemeten λ-waarden in 15 willekeurige TRT s en de voorspelde waarden volgens de methodologie van VITO/Terra Energy (geschiktheidskaarten maar diepte waarvoor de λ- waarde werd berekend is nu gelijk aan de lengte van de warmtewisselaar, i.p.v. 100 meter of tot de vaste rots). De twee laatste kolommen geven voor elke site de minimale afstand tussen λ TRT en het voorspelde interval (een positieve afstand wil zeggen dat het voorspelde interval zich beneden de gemeten λ-waarde bevindt). Site Diepte warmtewisselaar TRT TRT Methodologie VITO/Terra Energy (diepte=diepte warmtewisselaar) λ TRT λ gem [λ min -λ max ] Minimale afstand λ TRT tot voorspeld interval Minimale afstand tot voorspeld interval (Tabel 3) (W/(mK)) (W/(mK)) (W/(mK)) (W/(mK)) (W/(mK)) A [ ] B.* [ ] in interval C [ ] D [ ] E [ ] F [ ] G [ ] H [ ] I [ ] J [ ] K.* [ ] L [ ] M [ ] in interval in interval N [ ] in interval in interval O.* [ ] * Op locaties B, K en O werd de warmtewisselaar gedeeltelijk in primaire rots geïnstalleerd (voorkomend vanaf een diepte van respectievelijk 45, 57 en 64 meter). Dit gedeelte werd meegenomen in de berekening van de gemiddelde thermische geleidbaarheid. 2.3 Besluit Uit de analyses van paragraaf 2.2 is gebleken dat de methodologie van VITO/Terra Energy in de 80% van de gevallen tot een overschatting van de thermische geleidbaarheid van de ondergrond leidt. Hierbij moet wel duidelijk vermeld worden dat er slechts 15 TRT s ter vergelijking beschikbaar zijn, wat erg beperkt is. De oorzaak van deze overschatting is dat de veronderstelde λ-waarden per formatie te optimistisch zijn voor de Vlaamse ondergrond. Hoe dit komt is niet duidelijk. De λ-waarden 9

12 afkomstig zijn van gericht uitgevoerde TRT s in de meest voorkomende geologische formaties in Vlaanderen. Deze metingen werden weliswaar (indien mogelijk) over een minimum diepte van 25 meter in dezelfde formatie uitgevoerd, toch blijft het een erg lokale meting. Dit wordt ook vermeld door Robeyn en Hoes (2011) zelf. Formaties zijn dikwijls heterogeen van aard, opgebouwd uit bijvoorbeeld afwisselende zand- en kleilagen (ingedeeld in leden indien voldoende significant). Aanwezigheid en dikte van deze leden is bovendien sterk geografisch afhankelijk omwille van verschillende geologische processen doorheen de afzetting van opeenvolgende sedimenten (erosie, insnijding van riviergeulen, transgressies en regressies met variërende reikwijdte, etc.). De op een bepaalde plaats gemeten λ-waarde kan dus aanzienlijk beïnvloed worden door de aanwezigheid van deze leden. Daarnaast zijn er nog andere fenomenen die de gemeten thermische geleidbaarheid beïnvloeden, zoals de testinstallatie, de manier van interpreteren, de invloed van grondwater, etc. 3 Voorstel vereenvoudigde methodologie WTCB 3.1 Concept Algemeen Rekening houdend met de opmerkingen in paragraaf 2, stelt WTCB een vereenvoudigde methodologie voor, die verder bouwt op de studie van VITO/Terra Energy (Robeyn en Hoes, 2011). Het uiteindelijke doel dat hierbij voor ogen wordt gehouden is de ontwikkeling van een gedetailleerd beschreven methode of geautomatiseerde tool (bijv. in DOV) die de gebruiker in staat stelt op een relatief eenvoudige wijze een inschatting te maken van de gemiddelde thermische geleidbaarheid van de ondergrond op een bepaalde locatie over een bepaalde diepte. Dergelijke tool kan geen TRT vervangen, maar is wel interessant in het kader van kleinere, particuliere projecten of als voorbereiding van een groter project (voorafgaand aan een TRT). Dergelijke geautomatiseerde tool kan overigens ook geïmplementeerd worden in een (pre-)dimensioneringstool voor geothermische systemen. De aangepaste methodologie deelt de verschillende geologische formaties op in een beperkt aantal categorieën (bijvoorbeeld 5) volgens het grondtype waaruit de formatie hoofdzakelijk bestaat. Aan elke categorie wordt een realistische, minimale en gemiddelde waarde voor de thermische geleidbaarheid toegekend, gebaseerd op literatuurgegevens en kalibratie aan de hand van de 15 beschikbare TRT s. De minimale en gemiddelde waarden per categorie worden zo vastgelegd dat de de gemiddelde thermische geleidbaarheid die uiteindelijk voor een bepaalde locatie worden berekend een veilige ondergrens (bijvoorbeeld 5% kwantiel) en een gemiddelde waarde zijn van de te verwachten gemiddelde thermische geleidbaarheid op die plaats over de gewenste diepte. Uiteraard is het indelen van de formaties in één van de categorieën en het bepalen van de λ-waarden per categorie niet vanzelfsprekend. Toch lijkt het een heel wat robuustere en beter begrijpbare en controleerbare aanpak dan wanneer aan elke formatie apart een λ-waarde, gebaseerd op een enkele meting, wordt toegekend. Het bepalen van de λ-waarden per categorie gebeurt door kalibratie aan de hand van zo veel mogelijk beschikbare TRT-resultaten. In de toekomst moeten deze waarden verder geverifieerd worden en de mogelijkheid bestaat dat ze verder dienen aangepast worden. 10

13 50% 5% Figuur 4. Theoretisch voorbeeld van de manier waarop de minimale en gemiddelde λ-waarden per categorie gekalibreerd worden. (links) In slechts 5% van de gevallen is de voorspelde warmtegeleidbaarheid kleiner dan de reële. (rechts) In 50% van de gevallen is de voorspelde warmtegeleidbaarheid kleiner/groter dan de reële. Aan de hand van deze waarden kunnen eventueel opnieuw geschiktheidskaarten opgesteld worden op basis van de omgevormde HCOV-kartering (of in de toekomst op basis van een 3D geologisch model). Toch is het WTCB eerder voorstander van een duidelijk uitgewerkte methodologie/tool die de gebruiker zelf in staat stelt de gemiddelde thermische geleidbaarheid in te schatten op de gewenste locatie voor de gewenste diepte van de warmtewisselaar. De lokale geologie kan op dit moment al via de HCOV-kartering achterhaald worden of door middel van in DOV beschikbare informatie over het Tertiair en Quartair (Bijlage D.2). Elke aanwezige formatie kan vervolgens opgedeeld worden in een van de 5 voorgestelde categorieën (zie paragraaf 3.1.3), waarna de gemiddelde thermische geleidbaarheid of een veilige ondergrens ervan over de gewenste diepte kan berekend worden aan de hand van vergelijking (1). Deze methodologie is flexibeler en geeft de gebruiker meer gerichte informatie. Op deze manier worden ook neveneffecten die de huidige geschiktheidskaarten met zich meebrengen, zoals het valse gevoel van nauwkeurigheid en de indruk dat op sommige locaties geothermie onmogelijk is, weggewerkt. Een verdere verfijning van de WTCB-methodologie zou inhouden dat ook de waterverzadiging van geologische lagen wordt meegenomen. Een waterverzadigde zandlaag heeft immers een significant hogere thermische geleidbaarheid dan een droge zandlaag ( W/mK t.o.v. 0.4 W/mK volgens De Coster (2010)). Het is echter moeilijk om gedetailleerde informatie te vinden over waterverzadiging van lagen. Verzadiging wordt bovendien sterk bepaald door de lokale geologie en is ook seizoensafhankelijk Categorieën thermische geleidbaarheid Zoals in het besluit van paragraaf 2 al aangegeven, blijken de waarden voor de thermische geleidbaarheid die door middel van gerichte TRT s bepaald werden door VITO/Terra Energy, te optimistisch. De meeste TRT s resulteren immers in een lagere λ-waarde dan voorspeld. De TRT s waarop de λ-waarde van elke formatie is gebaseerd, geven erg lokale informatie die vervolgens op een ruimtelijk wijdverbreide formatie wordt toegepast. Het is logisch dat deze waarden niet volledig representatief zijn voor de volledige formatie, al zou men ook afwijkingen in negatieve zin kunnen verwachten. Binnen de vereenvoudigde WTCB-methodologie wordt geopteerd voor een indeling in 5 categorieën van alle beschouwde formaties op basis van het overwegende grondtype binnen de formatie. De categorieën variëren van klei, zandhoudende klei en leem/siilt tot kleihoudend zand en zand. De veronderstelde minimale en gemiddelde λ-waarden voor elke categorie zijn samengevat in 11

14 Tabel 5. De waarden voor klei, leem/silt en zand zijn deels gebaseerd op literatuurgegevens (samengevat in Tabel 6) en deels op de toetsing met de 15 beschikbare TRT s. Voor zandhoudende klei en kleihoudend zand werd geïnterpoleerd tussen de λ-waarden van aangrenzende categorieën. Uit de toetsing met de TRT s moet blijken of deze λ-waarden representatief zijn voor de verschillende categorieën. Eventueel dienen ze zoals reeds aangegeven verder verfijnd te worden. Tabel 5. Voorstel waarden voor de thermische geleidbaarheid per categorie van grondtype (gebaseerd op Tabel 6 en op de toetsing met de 15 beschikbare TRT s). Voor Maasgrind, de Formatie van Maastricht (tuf)krijt en (primaire) rots werden dezelfde waarden als in Tabel 2 aangenomen. Categorie λ min λ gem λ Ondergrond type grondtype (W/mK) (W/mK) (W/mK) klei Maasgrind 2.67 zandh. klei Maastricht (krijt) 2.3 leem/silt Rots 2.4 kleih. zand zand Tabel 6. Literatuurwaarden voor de thermische geleidbaarheid van verschillende media, grondsoorten en gesteenten. VDI 4640 Part 1 Hoes en Gysen De Coster (2010) State of the art (2004) (W/mK) (W/mK) (W/mK) (W/mK) Klei Zand Lucht 0.03 Water 0.6 (waterverzadigd) (nat) (1.7-5) Zand Droog zand 0.4 Nat zand 1.8/2.4 Leem (waterverzadigd) (1-2.3) Natte 1.6 Leem 2.4 Droge silt/klei Klei silt/klei ( ) Zandsteen/ kalksteen 2.7/2.8 Zandsteen 2.3 Kalksteen 2.8 Leisteen/ schist 2.1/2.2 Basalt 1.7 Graniet Zand (droog) Tot 80% verzadigd zand Elke formatie werd ingedeeld in een van bovenstaande categorieën (Tabel 5) op basis van informatie over het grondtype van de verschillende leden. Hiervoor werd gebruik gemaakt van de toelichtingsrapporten bij de Tertiair geologische kaart die beschikbaar zijn op DOV ( zogenaamde Tertiairboekjes, en een algemene beschrijving van de formaties voorkomend in het Vlaams Gewest zoals gegeven door Van Daele et al. (2000) in het kader van de optimalisatie van het Vlaams grondwatermeetnet. Een overzicht van deze studie is weergegeven in Bijlage E. De resulterende categorie per lithostratigrafische eenheid met bijhorende λ-waarde is samengevat in Tabel 7. Merk op dat het niet altijd eenvoudig is een formatie in te delen binnen een bepaalde categorie (bijvoorbeeld voor de Formaties van Kortrijk en Hannut). In dergelijk gevallen werd de formatie ingedeeld binnen de meest nadelige categorie (d.w.z. de categorie met de laagste λ-waarde). De representativiteit van deze λ- waarden is bijgevolg sterk afhankelijk van welke leden binnen een bepaalde formatie op een bepaalde locatie aanwezig zijn en/of worden aangeboord. Het is mogelijk dat uit uitgebreide vergelijkingen blijkt dat een bepaalde formatie beter in een andere categorie kan worden ingedeeld. Ook kan het zijn dat het nodig is een meer gedetailleerde opsplitsing te maken volgens lid (formaties worden dikwijls

15 verder opgedeeld in leden) om een betere overeenkomst tussen voorspelde en gemeten waarden te bekomen. Toch loont het de moeite na te gaan in hoeverre deze vereenvoudigde benadering overeenkomt met de werkelijkheid. Ten slotte dient nog vermeld te worden dat voor de Formatie van Maastricht en voor de Maasgrinden de door VITO/Terra Energy gemeten λ-waarden werden verondersteld. Voor primair rotsgesteente wordt opnieuw een waarde van 2.4 W/mK verondersteld. Aan de hand van TRT s dient te worden nagegaan of deze waarden representatief zijn. Verder worden in Tabel 7 de λ-waarden per formatie vergeleken met de waarden opgemeten tijdens de studies van VITO/Terra Energy. In de meeste gevallen liggen de waarden van de 5 categorieën lager Schatting lokale λ-waarde m.b.v. beschikbare geologische informatie De laatste stap in het schatten van de lokale λ-waarde komt er op neer de λ-waarden uit Tabel 7 toe te passen op de lokale geologie volgens vergelijking (1). Deze lokale geologie kan op verschillende manieren bepaald worden. Ten eerste kan men de HCOV-codes voor de specifieke locatie aanvragen bij DOV zoals uitgelegd in paragraaf Daarnaast kan men ook op basis van de isohypsen van het Tertiair en Quartair een idee krijgen van de lokale geologie. De manier waarop dit kan gedaan worden in de algemene DOV-viewer is uitgelegd in Bijlage D.2.1. Ten slotte kan men ook boor- en sondeergegevens in de buurt van de locatie raadplegen via DOV. Deze gegevens kunnen door meer ervaren gebruikers aangewend worden om meer gedetailleerde informatie van de grondsoort en eventueel de waterverzadiging van de verschillende lagen te verkrijgen. Zo kan het model van de ondergrond verder verfijnd worden en kan men binnen de 5 voorgestelde categorieën bijvoorbeeld verder opdelingen maken (bijv. λ-waarde voor waterverzadigd zand en één voor niet-waterverzadigd zand). Het raadplegen van boor- en sondeergegevens wordt behandeld in Bijlage D.1 en Bijlage D

16 Tabel 7. Overzicht van de categorie grondtype waarin elke formatie werd ingedeeld en vergelijking van de toegewezen λ-waarden met de waarden bekomen en toegepast door VITO/Terra Energy. Lithostratigrafie Categorie grondtype WTCB Tabel 5 (en 6) Studie VITO/Terra Energy (Robeyn en Hoes, 2011; Hoes en Gysen, 2004) λ min λ gem λ gemeten λ min λ max (W/mK) (W/mK) (W/mK) (W/mK) (W/mK) Dekzand (λ zand van Lede) zand Loess (λ Formatie van 1.6 leem Eigenbilzen) Vlaamse Vallei zand Maasgrinden grind Kempen Klei klei (Merksplas)/Brasschaat zand Lillo/(Poederlee/Mol/Kiezeloöliet) zand (Kattendijk)/Kasterlee kleih. zand Diest kleih. zand Bolderberg zand Berchem kleih. zand Voort/Eigenbilzen kleih. zand Boom klei Bilzen kleih. zand Borgloon kleih. zand (Zelzate)/Sint-Huibrechts-Hern kleih. zand Maldegem zandh. klei Lede zand Brussel zand Aalter kleih. zand Gentbrugge zandh. klei Tielt leem Kortrijk klei Tienen klei Hannut klei Heers/(Opglabbeek) klei Maastricht tufkrijt Rots primair Toetsing methodologie WTCB aan praktijk Tabel 8 stelt de resulterende λ-waarden voor volgens de methodologie besproken in vorige paragraaf alsook deze verkregen door middel van de methodologie van VITO/Terra Energy. Al deze waarden werden geschat over een diepte overeenkomend met de diepte van de geïnstalleerde warmtewisselaar. In 13 van de 15 gevallen is de door het WTCB voorspelde minimale waarde lager dan de gemeten waarde tijdens de thermische respons test. Voor site G en O is de voorspelde minimale waarde iets groter dan de reële TRT-waarde. Voor site G (ongeveer 50% klei en 50% zand) is de gemeten waarde (1.34 W/mK) 0.15 W/mK lager dan de voorspelde waarde. Voor site O is dit verschil slechts 0.03 W/mK. 14

17 Ter vergelijking zijn in Tabel 8 ook de resultaten volgens de methodologie van VITO/Terra Energy voor een diepte gelijk aan de diepte van de warmtewisselaar weergegeven. De door WTCB voorspelde waarden vallen behalve voor site A steeds (ruim) onder het door VITO/Terra Energy voorspelde interval. Tabel 8. Vergelijking van de gemeten λ-waarden in 15 willekeurige TRT s en de voorspelde waarden volgens de methodologie van WTCB en VITO/Terra Energy. Site TRT WTCB Metodologie VITO/ Terra Energy (diepte=diepte warmtewisselaar) λ TRT λ WTCB,min. λ WTCB,gem. λ gem [λ min -λ max ] (W/(mK)) (W/(mK)) (W/(mK)) (W/(mK)) (W/(mK)) A [ ] B.* [ ] C [ ] D [ ] E [ ] F [ ] G [ ] H [ ] I [ ] J [ ] K.* [ ] L [ ] M [ ] N [ ] O.* [ ] * Op locaties B, K en O werd de warmtewisselaar gedeeltelijk in primaire rots geïnstalleerd (voorkomend vanaf een diepte van respectievelijk 45, 57 en 64 meter). Dit gedeelte werd meegenomen in de berekening van de gemiddelde thermische geleidbaarheid. Figuur 5.a stelt de resultaten van de kalibratie meer visueel voor. In deze figuur zijn de histogrammen weergegeven van de verhouding van de gemeten λ-waarde en de minimale en gemiddelde voorspelde λ-waarde volgens de WTCB-methodologie. Met de λ-waarden per categorie uit Tabel 5 is de minimaal voorspelde waarde slechts in 9% van de gevallen kleiner dan de werkelijke waarde. De gemiddelde voorspelde λ-waarde is dan weer in 48% van de gevallen kleiner dan de reële waarde en in 52% van de gevallen groter. Deze percentages werden berekend op basis van de theoretische Gauss-curve met het gemiddelde en de standaarddeviatie van de 15 verhoudingen. Ter vergelijking toont Figuur 5.b dezelfde twee histogrammen volgens de benadering van VITO/Terra Energy. De percentages waarvoor de minimale en gemiddelde geschatte waarde de werkelijke waarde overschatten, zijn niet alleen groter (respectievelijk 64 en 75%), ook de spreiding van de resultaten is groter. 15

18 48% 9% 5% 50% a. 64% 75% 5% 50% b. Figuur 5. De histogrammen van de verhouding van de gemeten λ-waarde λ TRT en de voorspelde minimale en gemiddelde λ-waarde (over een diepte gelijk aan de diepte van de warmtewisselaar), (a) volgens de methodologie van WTCB en (b) volgens de methodologie van VITO/Terra Energy. 4 Conclusies en opmerkingen Een eerste opmerking is dat de beschrijving en interpretatie van de plaatselijke geologie op basis van de TRT-boring (of in sommige gevallen op basis van nabijgelegen boringen uit DOV) telkens vrij goed overeenkomen met de typering van de ondergrond volgens HCOV (zie Bijlage A.1 voor een gedetailleerde vergelijking van beiden). Het is echter zo dat de benaming van formaties in sommige boorrapporten afwijkt van deze uit de HCOV-kartering. Het effect hiervan op de resulterende gemiddelde λ-waarden (WTCB-methodologie) is erg beperkt aangezien formaties volgens het grondtype in categorieën worden onderverdeeld. Een verkeerde formatie-interpretatie wordt op deze manier dus rechtgezet. Dit blijkt ook uit de zeer goede overeenkomst van λ-waarden; of ze nu berekend zijn met behulp van een geologisch profiel op basis van de boring of op basis van de HCOV-kartering. De methodologie van VITO/Terra Energy is veel sterker onderhevig aan dergelijke interpretatieverschillen, aangezien aan elke formatie afzonderlijk een λ-waarde is toegewezen die bovendien nog sterk kan verschillen. Men mag verder ook niet vergeten dat de HCOV-kartering geen absolute waarheid is. Deze kartering is slechts een benadering van de werkelijkheid en moet nog verder verfijnd worden. Ook voor het 3D geologisch model dat binnenkort beschikbaar wordt gesteld geldt deze vorm van onzekerheid. Verder kan men zich afvragen of het nodig is de plaatselijke geologie meer nauwkeurig op te delen volgens de verschillende leden, in plaats van volgens de formaties. Huidige vergelijking geeft vrij goede resultaten, al mag niet vergeten worden dat het hier maar om een zeer beperkte vergelijking gaat. Meer TRT s zijn nodig om de representativiteit van de toegekende λ-waarden per formatie te verifiëren. Pas dan kan beslist worden of een verdere opdeling van de geologie nuttig en/of 16

19 noodzakelijk is. WTCB gelooft in elk geval meer in een vereenvoudigde aanpak van het probleem, waarbij de formaties (eventueel zelfs leden) worden onderverdeeld in categorieën. Elke categorie krijgt bovendien een representatieve, maar eerder conservatieve λ-waarde toegekend. Hierbij moet wel opgemerkt worden dat het voor ondiepe toepassingen (20 à 30 meter of minder) nodig kan zijn het Quartair meer gedetailleerd op te delen. De verdeling in vier categorieën (dekzand en zandleem, loess, Vlaamse Vallei+kustvlakte, maasgrinden) zoals voorgesteld door Robeyn en Hoes (2011) is vrij ruw. Daardoor kan op plaatsen waar de Quartaire laag heterogeen is de gemiddelde λ-waarde geschat voor deze laag erg onnauwkeurig en minder representatief zijn. Hoe groter het aandeel van het Quartair pakket in de totale diepte van de warmtewisselaar, hoe groter de invloed van deze onnauwkeurige benadering op de geschatte waarde. Merk verder op dat Robeyn en Hoes (2011) het probleem van heterogene formaties en bijgevolg niet altijd representatieve resultaten erkennen. Toch geloven ze dat de geschiktheidskaarten een goed beeld geven van de verdeling van de geleidbaarheid over de eerste 100 meter diepte van de ondergrond. Door een vork op de gemeten waarden te hanteren (met grotere of kleinere afwijkingen in functie van de onzekerheid en meetfout), trachtten ze de bruikbaarheid van de meetcampagnes in 2004 en 2011 te verhogen. Ze besluiten met te zeggen dat een voorzichtige inschatting volgens de minimale waardengrafiek steeds een veel beter beeld zal geven van de thermische eigenschappen van de Vlaamse bodem dan bestaande literatuurwaardes. Vergelijking met 15 willekeurige TRT s wijst echter uit dat de methodologie toegepast door VITO/Terra Energy ondanks de vork aan gemeten waarden nog steeds te hoge λ-waarden oplevert. Een laatste opmerking die zeker in het achterhoofd moet gehouden worden, is dat in het huidige rapport de resultaten van de 15 TRT s werden overgenomen zonder de testprocedure en de wijze van interpretatie van de meetgegevens met elkaar te vergelijken. Alle TRT s werden uitgevoerd met een dubbele U-lus, maar door verschillende firma s. Ook de opvulling en diameter van het boorgat, de duur van de test, enz. kunnen verschillen. Of deze factoren een invloed hebben op de resultaten en in welke mate is niet bestudeerd. 5 Referenties 1. De Coster, Belgium geothermal potential: Where are the most interesting areas?, Presentatie Shallow Geothermal Energy, 10 februari 2010, Brussel. 2. Hoes, H., Gysen, B., De warmtegeleidbaarheid van de Vlaamse ondiepe ondergrond Meetcampagne uitgevoerd in het kader van ESIS, VITO. 3. Meyus, Y., Cools, J., Adyns, D., Zeleke, S.Y., Woldeamlak, S.T., Batelaan, O., De Smedt, F., 2005a. Vlaams Grondwater Model - Hydrogeologische detailstudie van de ondergrond in Vlaanderen, Eindrapport Vrije Universiteit Brussel, Onderzoeksopdracht voor het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Departement Leefmilieu en Infrastructuur, Administratie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer, afdeling Water. 4. Meyus, Y., De Smedt, F., Batelaan, O., 2005b. Concept Vlaams Grondwater Model (VGM). Deelrapport: Technisch concept van het VGM - Hydrogeologische codering van de ondergrond van Vlaanderen (HCOV). ( 5. Robeyn, N., Hoes, H., Bepaling van de thermische geleidbaarheid van geologische formaties en het opstellen van een geschiktheidskaart voor de toepassing van boorgatenergieonttrekking via sondes, Terra Energy NV, VITO. 6. Van Campenhout, P., De Ceukelaire, M., Dusar, M. & Declercq, P.Y., Aanpassen van de Hydrogeologische Kartering van de Ondergrond in Vlaanderen (HCOV), Eindrapport Belgische Geologische Dienst, Onderzoeksopdracht voor het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Departement Leefmilieu en Infrastructuur, AMINAL, afdeling Water. 17

20 7. Van Daele, T., Batelaan, O., De Smedt, F., Optimalisatie door middel van een geostatistische analyse van het grondwatermeetnet van de afdeling Water, Eindrapport, Vrije Universiteit Brussel. 18

21 Bijlage A Algemene wetgeving verticale boringen: Rubriek 55 Om te weten of u op een bepaalde locatie een verticale boring mag uitvoeren en welke voorwaarden daaraan zijn verbonden, stelt DOV een online themaviewer van Rubriek 55 ter beschikking. Op volgende link kan deze geraadpleegd worden: Meer gedetailleerde uitleg in verband met deze rubriek kan teruggevonden worden op de website van DOV ( De online toepassing helpt u bij het bepalen tot welke diepte er meldingsplicht is voor boringen opgedeeld onder rubriek 55.1 (zie Figuur A.1) en vanaf welke diepte er een milieuvergunning dient aangevraagd te worden. Figuur A.1. Rubriek 55.1 tot 3 uit VLAREM I, online te raadplegen op: wettekst. Op de kaart van de themaviewer zijn de waterwingebieden weergegeven, alsook de beschermingszones type I, II en III (Figuur A.2). Via de tab Zoek adres of Zoom naar punt in de linker menubalk kan de gewenste locatie opgezocht worden. Na een klik op de exacte positie op de kaart vouwt een overzicht met de wettelijke bepalingen voor de gekozen positie open. 19

22 Figuur A.2. DOV themaviewer voor het bepalen van de klasse van een verticale boring (rubriek 55.1 VLAREM). Figuur A.3 toont enkele mogelijke overzichten voor de 3 verschillende types beschermingszones en voor een locatie buiten een beschermingszone. Voor boringen minder dan 2.5 meter diep is er slechts meldingsplicht, onafhankelijk van het type van de beschermingszone. Om de wetgeving voor boringen dieper dan 2.5 meter te kennen, moet men beroep doen op het dieptecriterium (grens waarboven er meldingsplicht en waaronder er vergunningsplicht geldt) voor die locatie. Het vroegere indelingscriterium van de rubriek 55.1 was een louter arbitraire grens van 50 meter onder maaiveld die geen wetenschappelijke onderbouwing kende. Het huidige dieptecriterium is wel wetenschappelijk onderbouwd vanuit het voorkomen van belangrijke kleilagen die een bescherming bieden naar de onderliggende lagen, het voorkomen van harde lagen die specifieke boortechnieken vereisen of het totaal ontbreken van beschermende lagen. Deze controle voert de DOV-viewer automatisch uit, wat resulteert in het overzicht van de wetgeving voor een bepaalde locatie in functie van de diepte, zoals weergegeven in Figuur A.3. Merk op dat er altijd mag geboord worden binnen beschermingszone type III en op locaties buiten de beschermingszones, mits eventueel een vergunningsplicht. Binnen beschermingszones type I en II is het verboden te boren dieper dan het dieptecriterium. Figuur A.3. Mogelijke overzichten afhankelijk van het type beschermingszone waarin men gelegen is. 20

23 Bijlage B Overzicht indeling HCOV Tabellen B.1 en B.2 geven een overzicht van de indeling van de HCOV-kartering en het verband tussen hydrostratigrafische en lithostratigrafische eenheden volgens Robeyn en Hoes (2011). Tabel B.1. Verband tussen hydrostratigrafische eenheden (HCOV) en lithostratigrafische eenheden (formaties) volgens Robeyn en Hoes (2011). Lithostratigrafie Bewerking op diktemodellen uit HCOV-kartering Dekzand (λ zand van Lede) d geogr. opdeling Loess (λ Formatie van Eigenbilzen) d geogr. opdeling Vlaamse Vallei d geogr. opdeling Maasgrinden d geogr. opdeling Kempen Klei d0220 (Merksplas)/Brasschaat d0231 Lillo/(Poederlee/Mol/Kiezeloöliet) d d d0231 (Kattendijk)/Kasterlee d d0251 Diest d0252 Bolderberg d0253 Berchem d0254 Voort/Eigenbilzen d d0256 Boom d0300 Bilzen d d d Borgloon d0430 d d0440 (Zelzate)/Sint-Huibrechts-Hern d0450 Maldegem d d0611 Lede d0610 d0611 Brussel d0620 Aalter d0630 Gentbrugge d d0700 Tielt d d0910 Kortrijk d0920 Tienen d d geogr. opdeling Hannut d d geogr. opdeling Heers/(Opglabbeek) Maastricht Rots d1030 d1100 d d

24 Tabel B.2. Overzicht HCOV-codering met overeenkomstige formaties volgens Robeyn en Hoes (2011). Hoofdeenheid Sub-eenheid Basiseenheid Formatie 0000 ONBEPAALD 0110 Ophogingen 0120 Duinen 0131 Kleiige polderafzettingen van de kustvlakte Kleiige polderafzettingen van het Meetjesland 0133 Kleiige polderafzettingen van Waasland-Antwerpen Quartaire Aquifersystemen Kempens Aquifersysteem 0140 Alluviale deklagen 0150 Deklagen Pleistocene afzettingen Maas- en Rijnafzettingen Afzettingen ten noorden van de Feldbissbreukzone Klei-zandcomplex van de Kempen Pleistoceen en Plioceen Aquifer Pliocene kleiige laag Mioceen Aquifersysteem 0134 Zandige kreekruggen 0135 Veen-kleiige poelgronden 0151 Zandige deklagen 0152 Zand-lemige deklagen 0153 Lemige deklagen 0154 Kleiige deklagen 0161 Pleistoceen van de Kustvlakte 0162 Pleistoceen van de Vlaamse Vallei 0163 Pleistoceen van de riviervalleien 0171 Afzettingen Hoofdterras 0172 Afzettingen Tussenterrassen 0173 Afzettingen Maasvlakte 0211 Zandige eenheid boven de Brunssum I-klei 0212 Brunssum I-klei 0213 Zand van Pey 0214 Brunssum II-klei 0215 Zand van Waubach 0221 Klei van Turnhout 0222 Zand van Beerse 0223 Klei van Rijkevorsel 0231 Zanden van Brasschaat en/of Merksplas 0232 Zand van Mol 0233 Zandige top van Lillo 0234 Zand van Poederlee en/of zandige top van Kasterlee Kleiig deel van Lillo en/of 0241 van de overgang Lillo- Kattendijk Kleiige overgang tussen de 0242 zanden van Kasterlee en Quartair - geografische opdeling volgens kaart Bogemans 2005 (dekzand en zandleem, loess, Vlaamse Vallei + Kustvlakte, Maasgrind) Lillo(/ Poederlee/ Mol/ Kiezeloöliet) (1) Kempen Klei Merksplas/Brasschaat Lillo(/ Poederlee/ Mol/ Kiezeloöliet) (2) (Kasterlee/) Kattendijk Diest 0251 Zand van Kattendijk en/of onderste zandlaag van Lillo 0252 Zand van Diest Diest 0253 Zand van Bolderberg Bolderberg 0254 Zanden van Berchem en/of Voort Berchem 0255 Klei van Veldhoven 0256 Zand van Eigenbilzen Voort/ Eigenbilzen 22

25 Tabel B.2. Vervolg (1). Hoofdeenheid Sub-eenheid Basiseenheid Formatie 301 Kleiig deel van Eigenbilzen 0300 Boom Aquitard 302 Klei van Putte 303 Klei van Terhagen Boom 304 Klei van Belsele-Waas 0410 Zand van Kerniel Zand van Kerniel 0420 Klei van Kleine- Bilzen (1) Klei van Kleine-Spouwen Spouwen 0431 Zand van Berg 0432 Zand van Kerkom Kleiig zand van Oude Biezen Borgloon (1) Oligoceen Aquifersysteem Bartoon Aquitardsysteem Ledo Paniseliaan Brusseliaan Aquifersysteem Paniseliaan Aquitard Ieperiaan Aquifer Ieperiaan Aquitardsysteem Ruisbroek-Berg Aquifer Tongeren Aquitard Onder-Oligoceen Aquifersysteem Wemmel-Lede Aquifer Zand van Brussel Afzettingen van het Boven- Paniseliaan Zandige afzettingen van het Onder- Paniseliaan Silt van Kortemark Afzettingen van Kortrijk 0434 Zand van Boutersem 0435 Zand van Ruisbroek Bilzen (2) 0436 Zand van Wintham 0441 Klei van Henis 0442 Klei van Watervliet 0451 Zand van Neerrepen 0452 Zand-klei van Grimmertingen 0453 Kleiig zand van Bassevelde 0501 Klei van Onderdijke 0502 Zand van Buisputten 0503 Klei van Zomergem 0504 Zand van Onderdale 0505 Kleien van Ursel en/of Asse Borgloon (2) Zelzate/ Sint- Huibrechts- Hern Maldegem 0611 Zand van Wemmel 0612 Zand van Lede Lede Zand van Brussel 0631 Zanden van Aalter en/of Oedelem 0632 Zandige klei van Beernem Zand van Vlierzele en/of Aalterbrugge 0701 Klei van Pittem 0702 Klei van Merelbeke Zand van Egem en/of Mont-Panisel Silt van Kortemark 0921 Klei van Aalbeke 0922 Klei van Moen 0923 Zand van Mons-en-Pévèle 0924 Klei van Saint-Maur 0925 Klei van Mont-Héribu Brussel Aalter Gentbrugge Tielt Kortrijk 23

26 Tabel B.2. Vervolg (2). Hoofdeenheid Sub-eenheid Basiseenheid Formatie 1011 Zand van Knokke 1012 Zandige afzettingen van Loksbergen en/of Dormaal Paleoceen Aquifersysteem Krijt Aquifersysteem Jura - Trias Perm 1300 Sokkel Landeniaan Aquifersysteem Landeniaan en Heersiaan Aquitard Heersiaan en Opglabbeek Aquifersysteem 1110 Krijt Aquifer 1013 Zand van Grandglise 1014 Kleiig deel van Lincent 1015 Versteend deel van Lincent 1021 Siltige afzetting van Halen 1022 Klei van Waterschei 1023 Slecht doorlatend deel van de Mergels van Gelinden 1031 Doorlatend deel van de Mergels van Gelinden 1032 Zand van Orp 1033 Zand van Eisden 1034 Klei van Opoeteren 1035 Zand van Maasmechelen 1111 Kalksteen van Houthem 1112 Tufkrijt van Maastricht 1113 Krijt van Gulpen 1120 Afzettingen van Vaals Smectiet van Herve 1130 Zand van Aken Zand van Aken 1140 Turoonmergels op Massief van Brabant 1150 Wealdiaan 1210 Jura 1220 Trias 1230 Perm 1310 Boven-Carboon "Steenkoolterrein en -lagen" 1320 Kolenkalk 1330 Devoon 1340 Cambro-Siluur Massief van Brabant Tienen/Hannut (+geografische opdeling) Heers(/ Opglabbeek) Maastricht Rots 24

27 Bijlage C Overzicht TRT s voor toetsing geschiktheidskaarten Bijlage C.1 Uitvoeringsparameters TRT Tabel C.1. Overzicht van de uitvoeringsparameters van de TRT s voor de toetsing van de geschiktheidskaarten. Site A. B. C. D. E. F. Uitvoerder Firma A Firma A Firma A Firma A Firma A Firma A Diepte 45m 52m 100m 100m 125m 100m Diameter 180mm 130mm 130mm 180mm 180mm 130mm Bodem- Dubbele U-lus Dubbele U-lus Dubbele U-lus Dubbele U-lus Dubbele U-lus Dubbele U-lus Lussen HDPE HDPE HDPE HDPE HDPE HDPE ø 32mm PN10 ø 32mm PN10 ø 32mm PN10 (Afstandhouders) ø 32mm PN10 ø 32mm PN10 ø 32mm PN10 Aanvulling boorgat Z-C-B-specie Z-C-B-specie Z-C-B-specie W/B/Z/C: W/B/Z/C: W/B/Z/C: 40:25:25:10 40:25:25:10 40:25:25:10 Onderuit opgevuld m.b.v. een hoge drukpomp Onderuit opgevuld m.b.v. een hoge drukpomp Geotherm-X Onderuit opgevuld m.b.v. een hoge drukpomp Tijd tussen boring en test 27 dagen 3 dagen 7 dagen 4 dagen? 12 dagen Duur van de test uur uur uur 89 uur uur uur Volume rondgepompt m³ m³ m³ 73 m³ m³ m³/uur Gemiddelde waterdebiet 0.5 m³/uur 0.5 m³/uur 1.01 m³/uur 0.82 m³/uur m³/uur 0.82 m³/uur Gemiddeld vermogen 2353W 2392W 4529W 6468W 4658 W W Gemiddelde temperatuurverschil 2 C 4 C 3.84 C 6.8 C 4 C 4.76 C Ongestoorde bodemtemperatuur 12.6 C 10.7 C 12 C 12.8 C 12 C 12.7 C Warmtegeleidingscoëfficient 2.5 W/(m.K) 1.9 W/(mK) 1.6 W/(mK) 1.52 W/(mK) 2.1 W/(mK) 1.6 W/(mK) Boorgatweerstand R b 0.07 mk/w 0.09 mk/w 0.11 mk/w mk/w 0.11 mk/w 0.12 mk/w Grondwaterstroming? Ja, naburige groundwaterwinning? Geen indicatie cfr goede convergentie Ja Ja, vermoedelijk, cfr non-lineaariteit Geen indicatie cfr goede convergentie Duidelijke invloed van grondwaterstroming, λ stijgt i.f.v. de tijd 25

28 Tabel C.1. Vervolg. Site G. H. I. J. K. Uitvoerder Firma B Firma C Firma C Firma C Firma D Diepte 80+1m 100m 102m 97m 110m Diameter 130mm 130mm 150mm 160mm? Bodemlussen Dubbele U-lus (afstandhouders elke 2m) Dubbele U-lus Dubbele U-lus Dubbele U-lus Dubbele U-lus HDPE 100 PE PE PE? ø 32mm PN 16 ø 32mm PN 16 ø 32mm PN 16 ø 32mm PN 16? Aanvulling boorgat Geoterm-X Geoterm-X Thermocem Heidelberg Geotherm X-GR? Tijd tussen boring en test? 15 dagen? 21 dagen 33 dagen? Duur van de test meer dan 62 uur (?) 141 uur 95 uur 94 uur 71 uur? Volume rondgepompt? 79 m³ 68.4 m³ 68 m³ 206 m³? Gemiddelde waterdebiet m³/uur m³/uur 0.72 m³/uur 0.72 m³/uur 2.9 m³/uur? Gemiddeld vermogen 4562 W 3104 W 2116 W 3043 W 3040 W? Gemiddelde temperatuurverschil 4.0 C? (4.9 C op het eind van de test)? (2.6 C op het eind van de test)? (3.7 C op het eind van de test)? (0.9 C op het eind van de test) Ongestoorde bodemtemperatuur 12.6±0.3 C 11.5 C 12.6 C 11.9 C 11.8 C 13.4 C Warmtegeleidingscoëfficient 1.34±0.039 W/mK 1.53 W/mK 2.2 W/mK W/mK W/mK 2.06 W/mK Boorgatweerstand R b 0.094±0.028mK/W mk/w mk/w mk/w mk/w mk/w Grondwaterstroming? Geen indicatie, goede convergentie Geen indicatie, goede convergentie Geen indicatie, goede convergentie Geen indicatie, goede convergentie Geen indicatie, goede convergentie?? 26

29 Tabel C.1. Vervolg. Site L. M. N. O. Uitvoerder Firma A Firma C Firma C Firma A Diepte 124m 100m 100m 75m Diameter 130mm 160mm 160mm 130mm Bodemlussen Dubbele U-lus Dubbele U-lus Dubbele U-lus Dubbele U-lus HDPE PE PE HDPE ø 32mm PN 10 ø 32 x 2.9 mm PN 16 ø 32 x 2.9 mm PN 16 ø 32 x 3 mm PN 10 Aanvulling boorgat? Geotherm-X Geotherm-X Brunnen Dammer Type 1 Tijd tussen boring en test? Een aantal weken Een aantal weken Voldoende groot' Duur van de test uur 67 uur 119 uur uur Volume rondgepompt m³ 40.2 m³ 71.4 m³ m³ Gemiddelde waterdebiet m³/uur 0.6 m³/uur 0.6 m³/uur m³/uur Gemiddeld vermogen 6978 W 1740 W 1673 W 5809 W Gemiddelde 6.0 C 2.4 C (einde van de test) 2.4 C (einde van de test) 5.0 C temperatuurverschil Ongestoorde 12.7 C 12.2 C 12.3 C 11.5 C bodemtemperatuur Warmtegeleidingscoëfficient 1.55 W/mK 1.81 W/mK 1.79 W/mK 1.82 W/mK Boorgatweerstand R b mk/w mk/w mk/w mk/w Grondwaterstroming?? Geen indicatie, convergentie Geen indicatie, convergentie Waterstroming! 27

30 Bijlage C.2 Geologie ter plaatse (boring en HCOV) Voor alle sites wordt in deze bijlage de plaatselijke geologie besproken. Links in de tabel staat de beschrijving uit het TRT-rapport (op basis van de TRTboorgegevens en eventueel ook DOV-boringen). Rechts is de beschrijving gegeven op basis van de HCOV-kartering. Boringen DOV: kb31d88e-b516/b915/b Tienen/Hannut geograf Site B Lengte warmtewisselaar: 52 meter. Warmtegeleidingscoëfficiënt: 1.9 W/mK Bron: TRT rapport - TRT boring Hannut, zie isohypsen basis Site A Lengte warmtewisselaar: 45 meter. Warmtegeleidingscoëfficiënt: 2.5 W/mK. Bron: TRT rapport - boringen DOV Van Tot Beschrijving DOV VITO/Terra HCOVcode (100m) (45m) Formatie Formatie Opm. grondsoort kwartair Energy kwartair Leem Kwartair Type 2 Loess 0150 Quartair - deklagen geograf Fijn zand Formatie van Brussel 0620 Brussel Klei Groep van Ieper 0920 Kortrijk Van Tot DOV VITO/Terra HCOVcode (100m) (52m) Beschrijving grondsoort Formatie Formatie Opm. kwartair Energy kwartair Teelaarde en steenpuin Type 2 Loess Bruine leem Kwartair Type 2 Loess 0150 Quartair - deklagen geograf Bruin zand Kwartair Type 2 Loess Grijze zandige leem Zandige klei met keien 0920 Kortrijk Formatie van Kortrijk Klei en zandige klei Zandige klei 1010 Tienen/Hannut geograf Rode zandige klei en rots Primaire sokkel Primaire rots Hannut, zie isohypsen basis 28

31 Site C Lengte warmtewisselaar: 100 meter. Warmtegeleidingscoëfficiënt: 1.6 W/mK Bron: TRT rapport - TRT boring Van Tot Beschrijving grondsoort Alluviale afzettingen - slappe klei Fluviatiele afzettingen - grof tot middelmatig zand Formatie DOV kwartair VITO/Terra Energy kwartair Kwartair Type 3 Vlaamse Vallei Kwartair Type 3 Vlaamse Vallei HCOVcode 0162 Formatie Quartair - Pleist. Vlaamse Vallei Opm. (100m) (100m) geograf Stijve klei Formatie van Kortrijk 0920 Kortrijk Stijve klei Formatie van Landen 1010 Tienen/Hannut geograf *Groep van Landen: Formaties van Hannut en Tienen Site D Lengte warmtewisselaar: 100 meter. Warmtegeleidingscoëfficiënt: 1.52 W/mK Bron: TRT rapport - boringen DOV Van Tot Beschrijving grondsoort Formatie DOV kwartair Middelmatig fijn zand Kwartair Type 13c VITO/Terra Energy kwartair Vlaamse Vallei + kustvlakte Hannut, zie isohypsen basis HCOV-code Formatie Opm Quartair - klei, veen, deklagen, kustvlakte (100m) (100m) geograf Formatie Tielt Klei van Kortrijk Kortrijk Boringen DOV: kb12d36w-91 en kb12d36w-b107 29

32 Site E Lengte warmtewisselaar: 125 meter. Warmtegeleidingscoëfficiënt: 2.1 W/mK Bron: TRT rapport - boring DOV + DOV tertiaire kaart (WTCB) Van Tot Beschrijving grondsoort Formatie (WTCB) DOV kwartair VITO/ Terra Energy kwartair HCOVcode Formatie Fijn bruin zand Kwartair Type 1 Dekzand 0150 Quartair - deklagen geograf Stijve klei Formatie van Boom Formatie van Eigenbilzen 0252 Diest Fijn grijs zand Formatie van Bilzen Formatie van Bilzen 0254 Berchem Fijn grijs glauconiethoudend zand Formatie van Zelzate Groep van Tongeren (bestaat uit Formatie Fijn kwartsachtig grijs-groen Formatie van van Borgloon, Sintglauconietzand Maldegem Huibrechts Hern en/of Zand van Fijn kwartsachtig grijs-groen Formatie van Zelzate) glauconietzand met klei Maldegem Fijn kwartsachtig grijs-groen glauconietzand met Nummulites variolarius Fijn kwartsachtig grijs-groen glauconietzand met Nummulites variolarius Formatie van Maldegem Formatie van Lede Formatie van Lede Formatie van Lede Opm. (100m) (125m) 0300 Boom Bilzen +6m 6 6 Borgloon -6m Zelzate/Sint- Huibrechts- Hern Maldegem +6m Zeer fijn glauconietzand Formatie van Brussel Groep van Ieper 0610 Lede -6m ? Formatie van Brussel Brussel 23.1 Boringen DOV: kb24d60w-b153 * Het schuingedrukte onder DOV kwartair en VITO/Terra Energy kwartair is de interpretatie uit het TRT-rapport. 30

33 Site F Lengte warmtewisselaar: 100 meter. Warmtegeleidingscoëfficiënt: 1.6 W/mK Bron: TRT rapport - TRT boring Van Tot DOV VITO/Terra Beschrijving grondsoort Formatie kwartair Energy kwartair Aanvulling steenpuin Kwartair Type 1c Dekzand Grijs zand met dunne lagen zandige klei en Formatie van Lillo schelpen 31 HCOV-code Formatie Opm Quartair (ophogingen, klei, zand, deklagen, Pl. rivierdalen) (100m) (100m) geograf Grof donkergrijs zand Formatie van Kattendijk 0251 Kattendijk/Kasterlee Grof donkergrijs zand, dunne lagen zandige klei Klei met versteende insluitsels Formatie van Berchem 0254 Berchem Formatie van Boom 0300 Boom Zandige klei Formatie van Zelzate Bilzen +6m Site G Lengte warmtewisselaar: 80 meter. Warmtegeleidingscoëfficiënt: 1.34 W/mK Bron: TRT rapport - TRT boring Van Tot Beschrijving grondsoort Formatie DOV kwartair VITO/Terra Energy kwartair HCOVcode Teelaarde Kwartair Type 1 Dekzand Grijs zand (Kw. +) Formatie van Lillo Grijs zand met veel grove schelpfragmenten Groen-grijs zand met kleine schelpfragmenten Formatie Quartair - deklagen + Pl. rivierdalen Opm. (100m) (80m) geograf Lillo Kattendijk/Kasterlee Formatie van Kattendijk 0252 Diest Formatie van Diest 0254 Berchem Grijs-groene klei, stijf met harde banken Formatie van Boom 0300 Boom Grijs-groene klei, stijf

34 Site H Lengte warmtewisselaar: 100 meter. Warmtegeleidingscoëfficiënt: 1.53 W/mK Bron: TRT rapport - TRT boring Van Tot DOV VITO/Terra Beschrijving grondsoort Formatie kwartair Energy kwartair Teelaarde Kwartair Type 3 Vlaamse Vallei Leem, weinig fijn zandhoudend, sterk kleihoudend, bruin Kwartair Klei, heel weinig fijn zandhoudend, grijs Formatie van Tielt Grijze, stijve klei (Form. v. Tielt +) Formatie van Kortrijk 0150 Formatie Quartair - deklagen Opm. (100m) (100m) geograf Kortrijk Site I Lengte warmtewisselaar: 102 meter. Warmtegeleidingscoëfficiënt: 2.2 W/mK Bron: boringen DOV Van Tot Beschrijving grondsoort Formatie DOV kwartair VITO/Terra Energy kwartair 32 HCOV-code Formatie Opm Teelaarde, zand Kwartair Type 1 Dekzand 0150 Quartair - deklagen geograf Klei (Lid Belsele-Waas) Formatie van Boom 0300 Boom Bilzen +6m Zand (Lid v. Ruisbroek) Formatie van Zelzate HCOVcode (100m) (102m) Borgloon -6m Zelzate/Sint- Huibrechts-Hern QGis (GVL) Formatie van Maldegem 0500 Maldegem +6m QGis (GVL) Formatie van Lede 0610 Lede -6m QGis (GVL) Formatie van Gentbrugge 0640 Gentbrugge Boringen DOV: kb15d42w-b593/b166/b138

35 Site J Lengte warmtewisselaar: 97 meter. Warmtegeleidingscoëfficiënt: 2.3/2.7 W/mK Bron: TRT rapport - TRT boring Van Tot Beschrijving grondsoort Formatie DOV kwartair Bruin grof grind (tot 5cm) Kwartair Type Grijs-bruin fijn zand Donkerbruin fijn zand Groen-grijs fijn zand Groen-grijs fijn zand, kleihoudend VITO/Terra Energy kwartair Formatie Quartair (deklagen+maasgrind) Opm. (100m) (97m) geograf Formatie van Bolderberg 0253 Bolderberg Formatie van Voort 0256 Voort/Eigenbilzen Klei Formatie van Eigenbilzen 0300 Boom Site K Lengte warmtewisselaar: 110 meter. Warmtegeleidingscoëfficiënt: 2.06 W/mK Bron: boringen DOV Van Tot Beschrijving grondsoort Formatie DOV kwartair VITO/Terra Energy kwartair HCOVcode Maasafzettingen HCOVcode Leem, klei, zand Kwartair Type 3a Loess(!) Formatie Quartair (deklagen + Pl. rivierdalen) Opm. (100m) (110m) geograf Klei, grijs, zandhoudend Formatie van Kortrijk 0920 Kortrijk Vooral klei met enkele banken van zandsteen en zand Formatie van Hannut 1010 Tienen/Hannut geograf Schist Primaire sokkel Primaire rots ? primair?? primair? Boringen DOV: kb31d102w-b710 33

36 Site L Lengte warmtewisselaar: 124 meter. Warmtegeleidingscoëfficiënt: 1.55 W/mK Van Tot Bron: boringen DOV Beschrijving grondsoort Formatie DOV kwartair VITO/Terra Energy kwartair HCOV-code Formatie Opm Lemig zand Quartair Type 1 Dekzand 0150 Quartair - deklagen geograf Klei, kleiig fijn zand Lid van Egem (F. Tielt) 0700 Gentbrugge Lid van Kortemark (F Klei Tielt Tielt) 0800 Lid van Aalbeke en Moen Klei (F. Kortrijk) 0910 Tielt Lid van Saint Maur en Klei Mont-Héribu (F. Kortrijk) Lid van Saint Maur en Klei Kortrijk Mont-Héribu (F. Kortrijk) 0920 Boring DOV: kb20d52e-b207 Site M Lengte warmtewisselaar: 100 meter. Warmtegeleidingscoëfficiënt: 1.81 W/mK Van Tot Bron: TRT rapport - TRT boring Beschrijving grondsoort Formatie DOV kwartair VITO/Terra Energy kwartair HCOV-code Formatie Opm zand Quartaire afzettingen Type 13c kustvlakte 0131 Quartair - Klei (kustvlakte) geograf grijs zand tot klei-zand Formatie van Kortrijk 0134 Quartair - Zand (kustvlakte) geograf Pleistoceen van de kustvlakte geograf Tielt Kortrijk (100m) (100m) (100m) (124m) 34

37 Site N Lengte warmtewisselaar: 100 meter. Warmtegeleidingscoëfficiënt: 1.79 W/mK Van Tot Bron: TRT rapport - TRT boring Beschrijving grondsoort Formatie DOV kwartair VITO/Terra Energy kwartair zand Quartaire afzettingen Type 11c kustvlakte 0131 Quartair - Klei (kustvlakte) geograf grijs zand tot klei-zand Formatie van Tielt tot Formatie van Kortrijk 0134 Quartair - Zand (kustvlakte) geograf Quartair - Deklagen (dekzand) geograf Pleistoceen van de kustvlakte geograf Tielt Kortrijk HCOVcode Formatie Opm. (100m) (100m) Site O Lengte warmtewisselaar: 75 meter. Warmtegeleidingscoëfficiënt: 1.82 W/mK Van Tot Bron: TRT rapport - TRT boring Beschrijving grondsoort Formatie DOV kwartair VITO/Terra Energy kwartair HCOV-code Formatie Opm leem Quartaire afzettingen Type - loess 0150 Quartair - deklagen geograf kleiig fijn zand - Formatie van St.- ijzerknollen Huibrechts-Hern 0620 Brussel homogeen fijn tot grof zand Formatie van Brussel 1020 Tienen/Hannut silex houdende mergel Formatie van Hannut Primaire rots schalie en zandsteen Massief van Brabant Boring DOV: vgmperceel6-b120 (100m) (75m) 35

38 Bijlage D Raadplegen Databank Ondergrond Vlaanderen (DOV) Bijlage D.1 Algemene DOV-viewer Op de website van het DOV zijn verschillende handleidingen beschikbaar over hoe de algemene DOV-viewer te gebruiken om bepaalde informatie op te zoeken. Deze handleidingen kan men raadplegen op en zijn zeer handig om kennis te maken met de verschillende tools in de bovenbalk van de DOV-viewer. Ter aanvulling wordt hier de algemene werkwijze nog eens kort overlopen. De algemene DOV-viewer wordt geopend via de link in de linker kolom (onder het menu Viewers) op de startpagina van de website van Databank Ondergrond Vlaanderen ( De algemene DOV-viewer wordt vervolgens in een nieuw venster geopend. Let dus op dat je browser pop-ups van de DOV-website toelaat. Bovendien raadt DOV aan Internet Explorer versie 9 (of hoger), Mozilla Firefox versie 16 (of hoger) of Google Chrome te gebruiken als browser voor een correcte werking. De algemene DOV-viewer geeft standaard de tertiaire kaart van Vlaanderen weer, met daarboven de provinciegrenzen. Zoomt men verder in op een bepaalde locatie met de zoom-tools krijgt men afhankelijk van het ingezoomde niveau de topografische kaart (schaal 1/ ) of nog verder ingezoomd de topografische kaart (schaal 1/10 000) te zien. Door met de cursor over de kaart heen te bewegen kan men bovendien op elk ingezoomd niveau de Lambertcoördinaten (X,Y) van de plaats waar de cursor zich bevindt volgen in de linkerbenedenhoek van de kaart. 36

39 Lambertcoördinaten Nu, het feit dat je op meer ingezoomde niveaus de topografische kaart te zien krijgt is te wijten aan het feit dat deze zijn aangevinkt in het lagen-menu aan de linkerkant van de DOV-viewer (zoals hiernaast weergegeven, het submenu Ondergrondkaarten is bovendien opengeklapt door op het + -symbool ernaast te klikken). Lagen die in dit menu zijn aangevinkt worden op elkaar afgebeeld met de laag bovenaan in de lijst als bovenste laag. In het geval van de overzichtskaart van Vlaanderen die in het begin te zien is, zijn de topografische kaarten te gedetailleerd en kunnen ze niet weergegeven worden. Daarom wordt de eerste laag waarvoor de schaal het toelaat ze te plotten weergegeven. Meer ingezoomd wordt het dan weer wel mogelijk de topografische kaarten weer te geven, waardoor ze over de Tertiaire kaart heen worden geplaatst en deze volledig afdekken. Vink je de topografische kaarten uit in het linker menu en klik je op, dan krijg je de Tertiaire kaart wel te zien op meer ingezoomde niveaus. Indien men daarenboven ook Topokaart 1/ zw of Topokaart 1/ zw aanvinkt, krijgt men bovenop de Tertiaire kaart een min of meer doorzichtige (zwart-wit) topografische kaart die enige oriëntatie min of meer toelaat. Volgens hetzelfde principe kunnen nu ook andere lagen aangevinkt worden in het lagen-menu en weergegeven worden door op Vernieuw de kaart te klikken. Zo kan men bijvoorbeeld boringen en sonderingen weergeven. Let wel op dat men voldoende dient in te zoomen om ze te kunnen zien. Interessant om weten is dat onder het submenu Overlegkaarten > Isohypsen de isohypsen van de Tertiaire formaties kunnen teruggevonden worden (een isohypse of hoogtelijn is een lijn die punten met eenzelfde hoogte (bijv. t.o.v. het zeeniveau) met elkaar verbindt). 37

40 De legende van weergegeven kaarten kan geraadpleegd worden door bovenin het lagen-menu op de tab Legende te klikken. Daarnaast kan men lokaal ook informatie opvragen door eerst op één van volgende icoontjes te klikken: of. Het verschil tussen beiden is dat je door op het eerste icoontje te klikken vervolgens attribuutinformatie kan opvragen van een puntgegeven uit een actieve puntenlaag. Je maakt van een geselecteerde laag een actieve puntenlaag door het bolletje voor deze laag te activeren (merk op dat er slechts één geactiveerde laag kan geselecteerd worden). Wil je bijvoorbeeld de beschikbare gegevens van een boring opvragen, dan vink je de laag boringen aan en activeer je het bolletje van deze laag. Vervolgens klik je op en daarna op het groene bolletje van de boring op de kaart waarvan je de informatie wilt zien. Een nieuw pop-up -venster verschijnt met samenvattende informatie over de boring. Vanuit dit venster kan ook een pdf-file geopend worden met meer gedetailleerde informatie. Het verschil met volgend icoontje is dat je door eerst hierop te klikken vervolgens informatie kan opvragen op een bepaalde locatie over alle aangevinkte lagen (toch wordt voor het opvragen van boor- of sondeergegevens het eerste icoontje aangeraden). Zoals reeds vermeld kan men naar een bepaalde locatie gaan door gebruik te maken van de zoomtools. Een alternatieve manier bestaat eruit gebruik te maken van de -knop, die het mogelijk maakt rechtstreeks naar een bepaalde gemeente, X-Y Lambertcoördinaat, kaartblad of cirkel met zelf gekozen straal en middelpunt te zoomen. Ten slotte is het nog de moeite te vermelden dat met volgende icoontjes meer dan 1 gegeven kan geselecteerd worden op de kaart door het vormen van respectievelijk een rechthoek, een veelhoek of een cirkel. Door middel van deze knop kan vervolgens de attribuutinformatie opgevraagd worden van de selectieset van puntgegevens uit een actieve puntenlaag (d.i. de puntenlaag (boringen, sonderingen, etc.) waarvan het bolletje is geactiveerd). 38

41 Bijlage D.2 Bepalen van lokale bodemopbouw Bijlage D.2.1 Aan de hand van isohypsen Tertiair en voorkomen Quartair Isohypsen of hoogtelijnen zijn lijnen die punten met eenzelfde hoogteligging t.o.v. een referentieniveau verbinden. In de DOVviewer kunnen de isohypsen van de basis van alle Tertiaire formaties afzonderlijk weergegeven worden, alsook de top van het Tertiair (in het lagenmenu onder overlegkaarten > isohypsen, zie figuur links). De basis van een formatie is de onderste grens van deze formatie, de top de bovenste grens. Hoogtes zijn gegeven in mtaw en kunnen dus zowel positief als negatief zijn. De hoogteligging van een bepaalde locatie moet geschat worden op basis van de topografische kaart, beschikbaar in DOV. Voor een bepaalde locatie kan vervolgens een benaderend geologisch profiel van het quartair en tertiair opgesteld worden door het bepalen van de hoogteligging van de locatie, de top van het Tertiair en de basis van alle Tertiaire lagen die op deze locatie voorkomen. Dit laatste vergt enig zoekwerk, maar met enige ervaring duurt dit een 10 à 20 minuten. Merk op dat op deze manier de hoogtes slechts benaderend kunnen worden afgelezen. De HCOV-kartering kan een veel nauwkeurigere benadering van de werkelijkheid geven, al moet deze omgezet worden van hydrostratigrafische eenheden naar lithostratigrafische eenheden (volgens Tabellen B.1 en B.2). Quartaire indeling Het bepalen van de Quartair-categorie waarin men zich bevindt ((1) dekzand en zandleem, (2) loess, (3) Vlaamse Vallei + kustvlakte of (4) Maasgrinden), kan ook in de DOV-viewer gebeuren. Laat hiervoor de voorkomensgrenzen van het Quartair weergeven (in het lagenmenu onder Ondergrondkaarten > Quartair ) en maak van deze laag de actieve laag (bolletje naast Quartair activeren). Vraag vervolgens de attribuutinformatie van de laag op de specifieke locatie op met behulp van dit icoontje, waarna het type Quartair wordt weergegeven. Er bestaan in totaal 42 dergelijke types, die vaak nog verder onderverdeeld zijn volgens het afzettingsmilieu (letters a tot e). Elk van deze Quartair-types kan in een van de 4 categorieën voorgesteld door Robeyn en Hoes (2011) worden ingedeeld volgens Tabel D.1. Hierbij dient opgemerkt worden dat de loess-categorie wordt bepaald door de zone ten zuiden van de rode lijn op Figuur D.1. Dit komt meestal overeen met Quartair-type 2, maar op sommige locaties wijkt dit hiervan af. Merk ook op dat deze afbakening van het loess-gebied niet beschikbaar is op DOV. 39

Demo Geothermische Screeningstool

Demo Geothermische Screeningstool Innovatiesessie: Hoe geld verdienen met energie uit eigen bodem? Gust Van Lysebetten gvl@bbri.be Onderzoeker Afdeling Geotechniek WTCB Innovatiesessies Gent en Hasselt Hoe geld verdienen met energie uit

Nadere informatie

Smart Geotherm. Afstemming van aanbod, vraag en buffering van (geo-)thermische energie in (middel)grote gebouwen

Smart Geotherm. Afstemming van aanbod, vraag en buffering van (geo-)thermische energie in (middel)grote gebouwen Smart Geotherm Afstemming van aanbod, vraag en buffering van (geo-)thermische energie in (middel)grote gebouwen Gust Van Lysebetten Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf (WTCB) Afdeling

Nadere informatie

Geothermische screeningstool & energiepalen

Geothermische screeningstool & energiepalen Geothermische screeningstool & energiepalen Studiedag Geothermie VCB 2015 Gust Van Lysebetten gvl@bbri.be Onderzoeker Afdeling Geotechniek WTCB Studiedag Geothermie VCB 12/05/2015 Slide 1/30 Smart Geotherm

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Openbare werken, Energie, Leefmilieu en Natuur; BESLUiT:

DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Openbare werken, Energie, Leefmilieu en Natuur; BESLUiT: Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende bijzondere verplichtingen voor de stroomgebiedsdistricten ter uitvoering van titel I van het decreet van 18 juli 2003 betreffende het integraal waterbeleid

Nadere informatie

3D geologisch model van het Tertiair in Vlaanderen (excl. Roerdalslenk) Timothy Lanckacker 06/05/2011

3D geologisch model van het Tertiair in Vlaanderen (excl. Roerdalslenk) Timothy Lanckacker 06/05/2011 3D geologisch model van het Tertiair in Vlaanderen (excl. Roerdalslenk) Timothy Lanckacker 06/05/2011 Werkwijze (1)» Afbakenen studiegebied Werkwijze (2)» Afbakenen van bruikbare data VLAKO baseert het

Nadere informatie

G3D van het Paleogeen en Neogeen Opbouw en geologische inzichten

G3D van het Paleogeen en Neogeen Opbouw en geologische inzichten 13/11/2013 G3D van het Paleogeen en Neogeen Opbouw en geologische inzichten Timothy Lanckacker Overzicht» De formaties op de grens tussen het Quartair en het Neogeen: de Weelde, Malle en Merksplas Formaties»

Nadere informatie

TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE

TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE Grondwaterwinningsmogelijkheden in de ondiepe watervoerende lagen ter hoogte van de NV te Ardooie (Fase 1) ) 1\Ü. /.AfL. 111111 UNIVERSITEIT GENT Fase 1 -I- Ondiep

Nadere informatie

AANVULLENDE INFORMATIE BIJ EEN AANGIFTE OF BIJ EEN AANVRAAGFORMULIER VAN EEN MILIEUVERGUNNING VOOR EEN PERMANENTE GRONDWATERWINNIG

AANVULLENDE INFORMATIE BIJ EEN AANGIFTE OF BIJ EEN AANVRAAGFORMULIER VAN EEN MILIEUVERGUNNING VOOR EEN PERMANENTE GRONDWATERWINNIG AANVULLENDE INFORMATIE BIJ EEN AANGIFTE OF BIJ EEN AANVRAAGFORMULIER VAN EEN MILIEUVERGUNNING ---------- VOOR EEN PERMANENTE GRONDWATERWINNIG Wanneer moet u deze aanvullende informatie verstrekken? Wanneer

Nadere informatie

GEOTHERMISCHE SCREENINGSTOOL

GEOTHERMISCHE SCREENINGSTOOL check online de mogelijkheden van ondiepe geothermie GEOTHERMISCHE SCREENINGSTOOL http://www.smartgeotherm.be/geothermische-screeningstool/ Inleiding Ondiepe geothermie kan een gebouw op een duurzame wijze

Nadere informatie

LABORATORIUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE

LABORATORIUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE LABORATORIUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE GRONDWATERWINNING IN DE SOKKEL TE GENT u.z. Affl> 111111 RIJKSUNIVERSITEIT GENT GRONDWATERWINNING IN DE SOKKEL TE GENT u.z. 111111 RIJKSUNIVERSITEIT

Nadere informatie

Optimalisatie door middel van een geostatistische analyse van het grondwatermeetnet van de afdeling Water

Optimalisatie door middel van een geostatistische analyse van het grondwatermeetnet van de afdeling Water Optimalisatie door middel van een geostatistische analyse van het grondwatermeetnet van de afdeling Water Eindrapport Studie in opdracht van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Administratie Milieu-,

Nadere informatie

Rapport grondmechanisch onderzoek. Wegen- en rioleringswerken, Molenstraat - De Haan 15/376

Rapport grondmechanisch onderzoek. Wegen- en rioleringswerken, Molenstraat - De Haan 15/376 Geosonda Keizer Karellaan 292b 1083 Brussel Tel +32 (0)2 479 32 41 Fax +32 (0)2 478 29 67 Rapport grondmechanisch onderzoek Wegen- en rioleringswerken, Molenstraat - De Haan 15/376 Opdrachtgever: Werf:

Nadere informatie

Het Geologisch 3D Model van Vlaanderen. Katrien De Nil

Het Geologisch 3D Model van Vlaanderen. Katrien De Nil Het Geologisch 3D Model van Vlaanderen Katrien De Nil Wat is het Geologisch 3D Model? Een geologische voorstelling van de Vlaamse ondergrond. Opeenstapeling van lagen, die we qua lithologie herkennen en

Nadere informatie

SUBCROP-KAART VAN DE PALEOZOÏSCHE GESTEENTEN IN HET ZUIDEN VAN WEST-VLAANDEREN

SUBCROP-KAART VAN DE PALEOZOÏSCHE GESTEENTEN IN HET ZUIDEN VAN WEST-VLAANDEREN Beperkte verspreiding SUBCROP-KAART VAN DE PALEOZOÏSCHE GESTEENTEN IN HET ZUIDEN VAN WEST-VLAANDEREN J. Matthijs Studie uitgevoerd in opdracht van ANRE 2006/MAT/R/006 VITO Januari 2006 INHOUD 1 Algemeen...2

Nadere informatie

Geothermische boringen. Johan Verheyden, ing Zaakvoerder Verheyden bvba

Geothermische boringen. Johan Verheyden, ing Zaakvoerder Verheyden bvba Geothermische boringen Johan Verheyden, ing Zaakvoerder Verheyden bvba Inhoud Geologie Geothermische eigenschappen Boortechnieken Verticale bodemwarmtewisselaar Project Fortis Brussel Regelgeving Erkenning

Nadere informatie

RAPPORT GRONDMECHANISCH ONDERZOEK

RAPPORT GRONDMECHANISCH ONDERZOEK RAPPORT GRONDMECHANISCH ONDERZOEK 10939 Nieuwbouw, Ledegem Geosonda bvba Keizer Karellaan 292b 1083 Brussel BTW: BE 0452 403 644 www.geosonda.be info@geosonda.be +32 (0)2 479 32 41 1. Administratieve gegevens

Nadere informatie

Meetcampagne uitgevoerd in opdracht van Albon. N. Robeyn en H.Hoes. Terra Energy NV een spin off van FINALE VERSIE

Meetcampagne uitgevoerd in opdracht van Albon. N. Robeyn en H.Hoes. Terra Energy NV een spin off van FINALE VERSIE Bepaling van de thermische geleidbaarheid van geologische formaties en het opstellen van een geschiktheidskaart voor de toepassing van boorgatenergie-onttrekking via sondes Meetcampagne uitgevoerd in opdracht

Nadere informatie

De meest optimale installatie is een zuinige installatie. Daarvoor dienen 3 componenten goed op elkaar te worden afgesteld:

De meest optimale installatie is een zuinige installatie. Daarvoor dienen 3 componenten goed op elkaar te worden afgesteld: Besteco wil aan de hand van een korte, eenvoudige uitleg algemene informatie verstrekken omtrent warmtepompinstallaties en waar de aandachtspunten liggen. De meest optimale installatie is een zuinige installatie.

Nadere informatie

Dilbeek, 14 november 2013 SMART GEOTHERM

Dilbeek, 14 november 2013 SMART GEOTHERM Dilbeek, 14 november 2013 DE TOEKOMST... EN HET HEDEN SMART GEOTHERM Agenda Situering van het project Doel van het project Scope tov geotabs Aanpak + resultaten Innovatiebegeleiding Communicatie Situering

Nadere informatie

Bijlage 1.3 Bodemdaling in het Eems-Dollardgebied in relatie tot de morfologische ontwikkeling

Bijlage 1.3 Bodemdaling in het Eems-Dollardgebied in relatie tot de morfologische ontwikkeling Bijlage 1.3 Bodemdaling in het Eems-Dollardgebied in relatie tot de morfologische ontwikkeling........................................................................................ H. Mulder, RIKZ, juni

Nadere informatie

De geomorfologie in het gebied wordt voor een belangrijk deel bepaald door de stuwwalvorming tijdens de Saale-ijstijd (afbeelding I.1).

De geomorfologie in het gebied wordt voor een belangrijk deel bepaald door de stuwwalvorming tijdens de Saale-ijstijd (afbeelding I.1). De geomorfologie in het gebied wordt voor een belangrijk deel bepaald door de stuwwalvorming tijdens de Saale-ijstijd (afbeelding I.1). Afbeelding I.1. Vorming stuwwal Nijmegen en stuwwal Reichswald Zandige

Nadere informatie

Het Vlaams grondwatermodel als instrument bij het grondwaterbeheer

Het Vlaams grondwatermodel als instrument bij het grondwaterbeheer J. Lermytte en P. Thomas Vlaamse Milieumaatschappij, Afdeling Water Het Vlaams grondwatermodel als instrument bij het grondwaterbeheer in Vlaanderen Bij de afdeling Water van de Vlaamse Milieumaatschappij

Nadere informatie

RAPPORT GRONDMECHANISCH ONDERZOEK

RAPPORT GRONDMECHANISCH ONDERZOEK RAPPORT GRONDMECHANISCH ONDERZOEK 10869 Nieuwbouwproject WVI, Moorslede Geosonda bvba Keizer Karellaan 292b 1083 Brussel BTW: BE 0452 403 644 www.geosonda.be info@geosonda.be +32 (0)2 479 32 41 1. Administratieve

Nadere informatie

Grondwatersysteemspecifiek deel Centraal Kempisch Systeem. Planonderdelen Stroomgebiedbeheerplannen Grondwatersysteemspecifieke

Grondwatersysteemspecifiek deel Centraal Kempisch Systeem. Planonderdelen Stroomgebiedbeheerplannen Grondwatersysteemspecifieke Stroomgebiedbeheerplannen voor Schelde en Maas 2016-2021 Grondwatersysteemspecifiek deel Centraal Kempisch Systeem Beheerplannen Vlaamse delen Planonderdelen Stroomgebiedbeheerplannen 2016-2021 Bekkenspecifieke

Nadere informatie

Berekenen van de meest waarschijnlijke lithoklasse in GeoTOP

Berekenen van de meest waarschijnlijke lithoklasse in GeoTOP TNO Geologische Dienst Nederland Versiehistorie Documentversie GeoTOP versie Toelichting 17 september 2014 GeoTOP v1.2 De tekst van dit document is grotendeels overgenomen uit TNO Rapport GeoTOP modellering.

Nadere informatie

Vlaamse wetgeving m.b.t. ondiepe geothermie

Vlaamse wetgeving m.b.t. ondiepe geothermie Vlaamse wetgeving m.b.t. ondiepe geothermie Ywan De Jonghe afdeling Operationeel Waterbeheer Dienst Grondwaterbeheer 10 februari 2010 Overzicht wetgeving Milieuvergunningendecreet en titels I en II van

Nadere informatie

Databank Ondergrond Vlaanderen: Praktisch gebruik

Databank Ondergrond Vlaanderen: Praktisch gebruik : Vergauwen Ilse 22-05-2012 Afdeling Geotechniek Informatie over DATA DATA Themaviewer Rubriek 55 Themaviewer Rubriek 55 De on-line toepassing helpt u bij het bepalen tot welke diepte er meldingsplicht

Nadere informatie

Grondwatereffectberekening Paleis het Loo. 1. Inleiding. 2. Vraag. Datum: 16 september 2016 Goswin van Staveren

Grondwatereffectberekening Paleis het Loo. 1. Inleiding. 2. Vraag. Datum: 16 september 2016 Goswin van Staveren Grondwatereffectberekening Paleis het Loo Project: Grondwatereffectberekening Paleis het Loo Datum: 16 september 2016 Auteur: Goswin van Staveren 1. Inleiding Voor de ondergrondse uitbreiding van het museum

Nadere informatie

Rapport grondmechanisch onderzoek. Kleuterweg Heusden-Zolder

Rapport grondmechanisch onderzoek. Kleuterweg Heusden-Zolder Geosonda Keizer Karellaan 292b 1083 Brussel Tel +32 (0)2 479 32 41 Fax +32 (0)2 478 29 67 Rapport grondmechanisch onderzoek Kleuterweg Heusden-Zolder 14-217.1 Opdrachtgever: Werf: Geotechnisch adviseur:

Nadere informatie

Boringen in rots t.b.v. geothermische toepassingen

Boringen in rots t.b.v. geothermische toepassingen SMART GEOTHERM 12 mei 2015 Boringen in rots t.b.v. geothermische toepassingen Project TREBEL te BRUSSEL : Wilfried MARTENS gebouw Het Project : Brussel Belliardstraat, Trierstraat 42000m² kantoorgebouw

Nadere informatie

Indien gekend, Lambert 72-coördinaten:

Indien gekend, Lambert 72-coördinaten: FORMULIER IN TE VULLEN EN TERUG TE BEZORGEN AAN DE AFDELING "VERGUNNINGEN" VAN LEEFMILIEU BRUSSEL, BIM, Thurn & Taxis, Havenlaan 86C/3000, B-1000 Brussel BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST BETROKKEN GEMEENTE:

Nadere informatie

VERGELIJKENDE STUDIE VAN ALTERNATIEVE ONTWERPWAARDE SCHATTINGEN VAN SIGNIFICANTE GOLFHOOGTE

VERGELIJKENDE STUDIE VAN ALTERNATIEVE ONTWERPWAARDE SCHATTINGEN VAN SIGNIFICANTE GOLFHOOGTE Rapport aan isterie van de Vlaamse Gemeenschap Departement Leefmilieu en Infrastructuur Administratie Waterwegen en Zeewezen AFDELING WATERWEGEN KUST VERGELIJKENDE STUDIE VAN ALTERNATIEVE ONTWERPWAARDE

Nadere informatie

6 PROTOTYPE E.BOLA RESULTATEN (SELECTIE)

6 PROTOTYPE E.BOLA RESULTATEN (SELECTIE) 6 PROTOTYPE E.BOLA RESULTATEN (SELECTIE) 6.1 Inleiding Met het prototype van het beslissingsondersteunende landevaluatiesysteem E.BoLa kunnen 4 mogelijke vragen geanalyseerd worden onder zowel het huidige

Nadere informatie

GEOHEAT app Toelichting Activiteit 1 Geologische potentieel

GEOHEAT app Toelichting Activiteit 1 Geologische potentieel 17/06/2014 GEOHEAT app Toelichting Activiteit 1 Geologische potentieel D. Lagrou, S. Loveless, V. Harcouët Menou, B. Rombaut, B. Laenen (VITO) J.C. (H.) Doornenbal, M.P.D. Pluymaekers, J. ten Veen, L.

Nadere informatie

TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE

TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE ,_ 93/co TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE Grondwaterwinningsmogelijkheden in de ondiepe watervoerende lagen ter hoogte van de NV Dicogel te Staden ().AL. 111111 UNIVERSITEIT GENT .. A5t:. 111111 UNIVERSITEIT

Nadere informatie

TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE

TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE Grondwaterwinningsmogelijkheden in de ondiepe watervoerende lagen ter hoogte van de NV Pasfrost te Passendale ().A?L. 111111 UNIVERSITEIT GENT .. AiitL.. 111111 UNIVERSITEIT

Nadere informatie

Maria Juhász-Holterman (vml WML, Juhász Advies) H3O-presentatie 13 maart 2014

Maria Juhász-Holterman (vml WML, Juhász Advies) H3O-presentatie 13 maart 2014 Maria Juhász-Holterman (vml WML, Juhász Advies) Algemeen Nut geologie en hydrogeologie (=H3O) Vertaling naar geohydrologie en geohydrochemie (= voor hoeveelheid en kwaliteit ) Wensen voor optimaal gebruik

Nadere informatie

Gebruikerscommissie 21/10/2016

Gebruikerscommissie 21/10/2016 Gebruikerscommissie 21/10/2016 IWT-VIS Smart Geotherm Gust Van Lysebetten gvl@bbri.be Projectleider Afdeling Geotechniek WTCB Gebruikerscommissie Smart Geotherm 21/10/2016 Slide 1/26 Gebruikerscommissie

Nadere informatie

Modelonzekerheid in GeoTOP

Modelonzekerheid in GeoTOP Modelonzekerheid in GeoTOP TNO Geologische Dienst Nederland Versiehistorie Documentversie GeoTOP versie Toelichting 24 juni 2014 GeoTOP v1.2 De in dit document beschreven modelonzekerheid is opgenomen

Nadere informatie

Interpretatie Gevoeligheidskaart voor grondverschuivingen. bij de interpretatie van de GEVOELIGHEIDSKAART VOOR GRONDVERSCHUIVINGEN

Interpretatie Gevoeligheidskaart voor grondverschuivingen. bij de interpretatie van de GEVOELIGHEIDSKAART VOOR GRONDVERSCHUIVINGEN TOELICHTING bij de interpretatie van de GEVOELIGHEIDSKAART VOOR GRONDVERSCHUIVINGEN 1 Inleiding Grondverschuivingen komen typisch voor op steile hellingen in combinatie met een specifieke geologische lagenopbouw

Nadere informatie

Recente en op til staande wijzigingen m.b.t. boringen/grondwaterwinningen

Recente en op til staande wijzigingen m.b.t. boringen/grondwaterwinningen Recente en op til staande wijzigingen m.b.t. boringen/grondwaterwinningen VLAREM Nieuwe indelingslijst: rubriek 55.1 niet langer arbitraire diepte van 50 meter onder maaiveld voor klassebepaling, maar

Nadere informatie

OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN

OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN WARMTEPOMP: ONTWERP HERFST 2018 Dimensionering en integratie van geothermische warmtepompinstallaties Hans HOES 2 INHOUDSOPGAVE INTRODUCTIE ZINVOL TOEPASSEN VAN GEOTHERMISCHE

Nadere informatie

Samenvatting. A. van Leeuwenhoeklaan MA Bilthoven Postbus BA Bilthoven KvK Utrecht T

Samenvatting. A. van Leeuwenhoeklaan MA Bilthoven Postbus BA Bilthoven   KvK Utrecht T A. van Leeuwenhoeklaan 9 3721 MA Bilthoven Postbus 1 3720 BA Bilthoven www.rivm.nl KvK Utrecht 30276683 T 030 274 91 11 info@rivm.nl Uw kenmerk Gevoeligheid van de gesommeerde depositiebijdrage onder 0,05

Nadere informatie

RAAP België - Rapport 027 Rupelmonde Kleine Gaanweg, aanleg visvijver (gemeente Kruibeke)

RAAP België - Rapport 027 Rupelmonde Kleine Gaanweg, aanleg visvijver (gemeente Kruibeke) RAAP België - Rapport 027 Rupelmonde Kleine Gaanweg, aanleg visvijver (gemeente Kruibeke) Bureauonderzoek 2016I81 Landschappelijk booronderzoek 2016I121 Nazareth 2016 Colofon Opdrachtgever: Waterwegen

Nadere informatie

Geothermie: Brussel onderzoekt de toekomst onder zijn voeten

Geothermie: Brussel onderzoekt de toekomst onder zijn voeten Uitgegeven door Hernieuws (http://www.renouvelle.be) Home > Geothermie: Brussel onderzoekt de toekomst onder zijn voeten Geothermie: Brussel onderzoekt de toekomst onder zijn voeten Michel HUART, Jean

Nadere informatie

Geothermie: Brussel onderzoekt de toekomst onder zijn voeten

Geothermie: Brussel onderzoekt de toekomst onder zijn voeten Uitgegeven door Hernieuws (http://renouvelle.be) Home > Geothermie: Brussel onderzoekt de toekomst onder zijn voeten Geothermie: Brussel onderzoekt de toekomst onder zijn voeten Michel HUART, Jean CECH,

Nadere informatie

Onttrekken van grondwater: Wetgevend kader in Vlaanderen. Naten Hemelrijck

Onttrekken van grondwater: Wetgevend kader in Vlaanderen. Naten Hemelrijck Onttrekken van grondwater: Wetgevend kader in Vlaanderen Naten Hemelrijck Wetgeving: Vlarel (erkenning boorbedrijven 2013) Grondwaterdecreet (1984) + Uitvoeringsbesluiten Afbakening van waterwingebieden

Nadere informatie

lil Hl LABORATORIUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE RIJKSUNIVERSITEIT GENT GEOLOGISCHE EN HYDROGEOLOGISCHE GESTELDHEID TER HOOGTE VAN EEN

lil Hl LABORATORIUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE RIJKSUNIVERSITEIT GENT GEOLOGISCHE EN HYDROGEOLOGISCHE GESTELDHEID TER HOOGTE VAN EEN LAORATORUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGE EN HYDROGEOLOGE GEOLOGSCHE EN HYDROGEOLOGSCHE GESTELDHED TER HOOGTE VAN EEN ZANDGROEVE VAN DE N.V. ASWEO TE DRONGEN \J L\ :x_o l_s-c> (. - ' - lil Hl RJKSUNVERSTET GENT

Nadere informatie

Projectnummer: D03011.000284. Opgesteld door: Ons kenmerk: Kopieën aan: Kernteam

Projectnummer: D03011.000284. Opgesteld door: Ons kenmerk: Kopieën aan: Kernteam MEMO Onderwerp Geohydrologisch vooronderzoek Amsterdam, WTC 5C, 2 oktober 2013 Van mw. M. Duineveld MSc. Afdeling IBZ Aan ZuidasDok Projectnummer D03011.000284. Opgesteld door mw. M. Duineveld MSc. Ons

Nadere informatie

Evaluatie van ondiepe en diepe geothermie voor de Parkwijk in Turnhout

Evaluatie van ondiepe en diepe geothermie voor de Parkwijk in Turnhout 01/06/2012 Evaluatie van ondiepe en diepe geothermie voor de Parkwijk in Turnhout Geert Schoofs (DE ARK) en Ben Laenen (VITO) Situering Eigendom 245 won + 205 app Bouwjaren Parkwijk 24 1 24 83 235 27 32

Nadere informatie

VELDWERK LANDSCHAP Zwin Natuurcentrum veldwerkboekje. Groepsnaam: Datum:. OPDRACHT: waardering van het landschap. Opdracht 1: bekijk het landschap

VELDWERK LANDSCHAP Zwin Natuurcentrum veldwerkboekje. Groepsnaam: Datum:. OPDRACHT: waardering van het landschap. Opdracht 1: bekijk het landschap VELDWERK LANDSCHAP Zwin Natuurcentrum veldwerkboekje Groepsnaam: Datum:. OPDRACHT: waardering van het landschap Opdracht 1: bekijk het landschap OPDRACHT: waardering van het landschap Opdracht 2: een eigen

Nadere informatie

I Hili RIJKSUNIVERSITEIT GENT

I Hili RIJKSUNIVERSITEIT GENT I LABORATORIUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE BEREKENING VAN DE HOEVEELHEID WIT ZAND IN DE ONDERGROND VAN HET PROVINCIAAL DOMEIN ZILVERMEER EIGENDOM VAN DE NIEUWE ZANDGROEVEN VAN MöL _A L_ I

Nadere informatie

Infiltratieonderzoek autobedrijf Van den Brink Rosendaalsestraat 437-441

Infiltratieonderzoek autobedrijf Van den Brink Rosendaalsestraat 437-441 Notitie Contactpersoon Wietske Terpstra Datum 25 oktober 2011 Kenmerk N001-4817394TER-mfv-V01-NL Infiltratieonderzoek autobedrijf Van den Brink Rosendaalsestraat 437-441 1 Inleiding Autobedrijf Van den

Nadere informatie

LABORATORIUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE. GRONDWATERWINNINGSMOGELIJKHEDEN VOOR HET REKREATIEDOMEIN nde BRIELMEERSENn TE DEINZE

LABORATORIUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE. GRONDWATERWINNINGSMOGELIJKHEDEN VOOR HET REKREATIEDOMEIN nde BRIELMEERSENn TE DEINZE - LABORATORIUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE GRONDWATERWINNINGSMOGELIJKHEDEN VOOR HET REKREATIEDOMEIN nde BRIELMEERSENn TE DEINZE STAD DEINZE 0 IIIJII RIJKSUNIVERSITEIT GENT lillil RIJKSUNIVERSITEIT

Nadere informatie

OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN

OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN OPLEIDING DUURZAME GEBOUWEN WARMTEPOMP: ONTWERP HERFST 2017 Dimensionering en integratie van geothermische warmtepompinstallaties Hans HOES 2 INHOUDSOPGAVE INTRODUCTIE ZINVOL TOEPASSEN VAN GEOTHERMISCHE

Nadere informatie

3D SUBSURFACEVIEWER VOOR DE NIEUWE 3D-MODELLEN. Katrien De Nil, ALBON

3D SUBSURFACEVIEWER VOOR DE NIEUWE 3D-MODELLEN. Katrien De Nil, ALBON 3D SUBSURFACEVIEWER VOOR DE NIEUWE 3D-MODELLEN Katrien De Nil, ALBON G3Dv2 H3O-Roerdalslenk Delfstoffenmodellen G3DV2, HET MODEL Eerste sluitend Geologisch 3D Model van Vlaanderen en het Brussels Hoofdstedelijk

Nadere informatie

HANDLEIDING edov-meldpunt VOORAFMELDING BORINGEN

HANDLEIDING edov-meldpunt VOORAFMELDING BORINGEN / Gebruikershandleiding ////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////// HANDLEIDING edov-meldpunt

Nadere informatie

Grondwater effecten parkeergarage en diepwand Scheveningen

Grondwater effecten parkeergarage en diepwand Scheveningen Notitie / Memo Aan: Kees de Vries Van: Anke Luijben en Jasper Jansen Datum: 25 januari 2017 Kopie: Ons kenmerk: WATBE5026-136N001D0.2 Classificatie: Projectgerelateerd HaskoningDHV Nederland B.V. Water

Nadere informatie

Figuur 2 ontwateringsituatie

Figuur 2 ontwateringsituatie Bijlage Achtergrondrapportage beleidsregel toepassen drainage in keurbeschermings- en attentiegebieden Achtergrond van de lagen benadering De oorsprong van de lagenbenadering moet gezocht worden in de

Nadere informatie

Steekkaart. Meer uitleg over de structuur en inhoud van de steekkaarten, vindt u in de leeswijzer.

Steekkaart. Meer uitleg over de structuur en inhoud van de steekkaarten, vindt u in de leeswijzer. INVENTARIS GRONDVERSCHUIVINGEN Steekkaart Meer uitleg over de structuur en inhoud van de steekkaarten, vindt u in de leeswijzer. De gegevens in dit rapport en in de steekkaarten worden enkel meegedeeld

Nadere informatie

Handleiding opzoeken grondwatergegevens

Handleiding opzoeken grondwatergegevens Handleiding opzoeken grondwatergegevens Op de homepage van DOV is een handleiding te vinden (http://dov.vlaanderen.be/dovweb/html/handleiding.html) waarin de algemene knoppen en zoekfuncties verduidelijkt

Nadere informatie

Onderzoeksrapportage naar het functioneren van de IT-Duiker Waddenweg te Berkel en Rodenrijs

Onderzoeksrapportage naar het functioneren van de IT-Duiker Waddenweg te Berkel en Rodenrijs Notitie Contactpersoon ir. J.M. (Martin) Bloemendal Datum 7 april 2010 Kenmerk N001-4706565BLL-mya-V02-NL Onderzoeksrapportage naar het functioneren van de IT-Duiker Waddenweg te Berkel en Rodenrijs Tauw

Nadere informatie

Is de aanvrager eigenaar van het kadastrale perceel of de kadastrale percelen waarop grondwaterwinning (bemaling) plaatsvindt?

Is de aanvrager eigenaar van het kadastrale perceel of de kadastrale percelen waarop grondwaterwinning (bemaling) plaatsvindt? FORMULIER IN TE VULLEN EN TERUG TE BEZORGEN AAN DE AFDELING "VERGUNNINGEN" VAN LEEFMILIEU BRUSSEL, BIM, Thurn & Taxis, Havenlaan 86C/3000, B-1000 Brussel BRUSSELS HOOFDSTEDELIJK GEWEST BETROKKEN GEMEENTE:

Nadere informatie

Open en gesloten WKO systemen. Open systemen

Open en gesloten WKO systemen. Open systemen Open en gesloten WKO systemen Open systemen Een kenmerk van open systemen is dat er grondwater onttrokken en geïnfiltreerd wordt. Er wordt een onderscheid gemaakt tussen doubletsystemen, monobronsystemen

Nadere informatie

WATER IN BURKINA. Van Bron tot Gebruiker. Waar: Albeda College Datum: 06 11 2010

WATER IN BURKINA. Van Bron tot Gebruiker. Waar: Albeda College Datum: 06 11 2010 WATER IN BURKINA Van Bron tot Gebruiker Waar: Albeda College Datum: 06 11 2010 Onderwerpen Oppervlaktewater Grondwater Geologie in grote lijnen Ondiep en diep Grondwater Putten en Boringen Waar maak je

Nadere informatie

Bijlage 1. Geohydrologische beschrijving zoekgebied RBT rond Bornerbroek

Bijlage 1. Geohydrologische beschrijving zoekgebied RBT rond Bornerbroek Bijlage 1 Geohydrologische beschrijving zoekgebied RBT rond Bornerbroek Bijlagel Geohydrologische beschrijving zoekgebied RBT rond Bornerbroek Bodemopbouw en Geohydrologie Inleiding In deze bijlage wordt

Nadere informatie

Achtergrond rapportage beleidsregel toepassen van drainage in attentiegebieden. Juni 2011

Achtergrond rapportage beleidsregel toepassen van drainage in attentiegebieden. Juni 2011 Achtergrond rapportage beleidsregel toepassen van drainage in attentiegebieden Juni 2011 Achtergrond van de lagen benadering De oorsprong van de lagenbenadering moet gezocht worden in de negentiende eeuw,

Nadere informatie

Studie van de geothermische en hydrothermische technieken toepasbaar in Brussel

Studie van de geothermische en hydrothermische technieken toepasbaar in Brussel Studie van de geothermische en hydrothermische technieken toepasbaar in Brussel Studie uitgevoerd door VITO (J. Desmedt & H.Hoes) in opdracht van het BIM - 2007 H.Hoes Inhoud Inleiding Doel studie Methodologie

Nadere informatie

Aandeel van de gerechtigden op wachten overbruggingsuitkeringen. volledige werkloosheid - analyse volgens arrondissement

Aandeel van de gerechtigden op wachten overbruggingsuitkeringen. volledige werkloosheid - analyse volgens arrondissement Aandeel van de gerechtigden op wachten overbruggingsuitkeringen in de volledige werkloosheid - analyse volgens arrondissement Inleiding In ons recent onderzoek betreffende de gerechtigden op wacht- en

Nadere informatie

Vlaams Grondwater Model VGM. Terug naar overzicht. Afdeling Water Desirée Uitdewilligen

Vlaams Grondwater Model VGM. Terug naar overzicht. Afdeling Water Desirée Uitdewilligen Vlaams Grondwater Model Terug naar overzicht VGM Afdeling Water Desirée Uitdewilligen INHOUD Doel en verwachtingen VGM Concept VGM Huidige toestand - planning Vragen en discussie Doel en verwachtingen

Nadere informatie

- Steekkaarten gemeente Ieper - IN DE GEMEENTE IEPER

- Steekkaarten gemeente Ieper - IN DE GEMEENTE IEPER - Steekkaarten gemeente Ieper - INVENTARIS GRONDVERSCHUIVINGEN IN DE GEMEENTE IEPER STEEKKAARTEN De gegevens in de steekkaarten worden enkel meegedeeld ter informatie. De auteurs bieden geen absolute zekerheid

Nadere informatie

Vlaamse Arbeidsrekening

Vlaamse Arbeidsrekening Vlaamse Arbeidsrekening Raming van het aantal jobs & vestigingen met personeel Update 2014 www.steunpuntwerk.be/cijfers Wouter Vanderbiesen September 2016 Methodologie Steunpunt Werk amsestraat 61 bus

Nadere informatie

Vlaamse Arbeidsrekening

Vlaamse Arbeidsrekening Vlaamse Arbeidsrekening Raming van het aantal jobs & vestigingen met personeel Update 2015 www.steunpuntwerk.be/cijfers Wouter Vanderbiesen April 2017 Methodologie Steunpunt Werk amsestraat 61 bus 3551-3000

Nadere informatie

Bepaling Gemiddeld Hoogste Grondwaterstand Natuurbegraafplaats te Rooth (Maasbree)

Bepaling Gemiddeld Hoogste Grondwaterstand Natuurbegraafplaats te Rooth (Maasbree) Bepaling Gemiddeld Hoogste Grondwaterstand Natuurbegraafplaats te Rooth (Maasbree) Gegevens opdrachtgever: Kellerberg Bosgoed B.V. Helenaveenseweg 45 5985 NL Grashoek 0493-536068 Contactpersoon: De heer

Nadere informatie

RIJKSUNIVERSITEIT GENT

RIJKSUNIVERSITEIT GENT .W.. DE BaE LABORATORIUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE HYDROGEOLOGISCH ONDERZOEK VAN DE BEDRIJFSTERREINEN VAN DE N.V. SOPAR TE ZELZATE VERSLAG VAN DE DROGE BORING.AFL. 111111 RIJKSUNIVERSITEIT

Nadere informatie

Vlaamse Arbeidsrekening

Vlaamse Arbeidsrekening Vlaamse Arbeidsrekening Raming van het aantal jobs & vestigingen met personeel Update 2016 www.steunpuntwerk.be/cijfers Wouter Vanderbiesen Katleen Pasgang April 2018 Methodologie Steunpunt Werk amsestraat

Nadere informatie

Grondwaterstanden juni 2016

Grondwaterstanden juni 2016 Grondwaterstanden juni 2016 Kennisvraag: In beeld brengen van de grondwatersituatie zoals die buiten geweest is. Antwoord: op vrijwel alle meetlocaties waar analyse mogelijk was komt de maximale waterstand

Nadere informatie

WETGEVING ERKENNING BOORBEDRIJVEN EN BLIK OP NABIJE TOEKOMST. Ywan De Jonghe VMM Afdeling Operationeel Waterbeheer - Dienst Grondwaterbeheer

WETGEVING ERKENNING BOORBEDRIJVEN EN BLIK OP NABIJE TOEKOMST. Ywan De Jonghe VMM Afdeling Operationeel Waterbeheer - Dienst Grondwaterbeheer WETGEVING ERKENNING BOORBEDRIJVEN EN BLIK OP NABIJE TOEKOMST Ywan De Jonghe VMM Afdeling Operationeel Waterbeheer - Dienst Grondwaterbeheer ONTSTAAN ERKENNING Decretale basis zit sinds 1 januari 1997 vervat

Nadere informatie

Project: Kennisdocument Onderwerp: p90 Datum: 23 november 2009 Referentie: p90 onzekerheid Wat betekent de p90 (on)zekerheid?

Project: Kennisdocument Onderwerp: p90 Datum: 23 november 2009 Referentie: p90 onzekerheid Wat betekent de p90 (on)zekerheid? Project: Kennisdocument Onderwerp: p90 Datum: 23 november 2009 Referentie: p90 onzekerheid Wat betekent de p90 (on)zekerheid? De p90 onzekerheid staat in het kader van de garantieregeling voor aardwarmte

Nadere informatie

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = 140.650 en Y = 447.600.

De projectlocatie ligt globaal op de coördinaten: X = 140.650 en Y = 447.600. Bijlage I Technische beoordeling van de vergunningsaanvraag van Ontwikkelingsverband Houten C.V. voor het onttrekken van grondwater ten behoeve van de bouw van een parkeerkelder onder het nieuw realiseren

Nadere informatie

14. Geohydrologie Zuidbuurt eemnes Tauw Kenmerk N001-4524746BTM-V01 06-12-2007

14. Geohydrologie Zuidbuurt eemnes Tauw Kenmerk N001-4524746BTM-V01 06-12-2007 14. Geohydrologie Zuidbuurt eemnes Tauw 06-12-2007 Notitie Concept Contactpersoon Maaike Bevaart Datum 6 december 2007 Geohydrologie Zuidbuurt Eemnes 1 Inleiding Ter voorbereiding op de ontwikkeling van

Nadere informatie

LABORATORIUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE

LABORATORIUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE LABORATORIUM VOOR TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE VERSLAG BETREFFENDE DE MOGELIJKHEID TOT WINNING VAN GRONDWATER IN PERIODES VAN LAGE GRONDWATERSTAND VOOR HET DOMEIN " TER DUINEN " TE NIEUWPOORT.&i6EL.

Nadere informatie

AMV/ /1007 DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW, Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals

AMV/ /1007 DE VLAAMSE MINISTER VAN OMGEVING, NATUUR EN LANDBOUW, Gelet op het decreet van 28 juni 1985 betreffende de milieuvergunning, zoals ^ \ Vlaamse Regering AMV/000119824/1007 Ministerieel besluit houdende uitspraak over een aanvraag tot afwijking van artikel 5.9.6.1, 2,1, van titel II van het VLAREM ingediend door Luc en Yves Van Caeneghem,

Nadere informatie

Het Vlaams Grondwatermodel: een gebiedsdekkend modelinstrumentarium voor Vlaanderen, toepasbaar van regionale tot lokale schaal

Het Vlaams Grondwatermodel: een gebiedsdekkend modelinstrumentarium voor Vlaanderen, toepasbaar van regionale tot lokale schaal Het Vlaams Grondwatermodel: een gebiedsdekkend modelinstrumentarium voor Vlaanderen, toepasbaar van regionale tot lokale schaal Johan Lermytte en Paul Thomas 1 Inleiding De afdeling Operationeel Waterbeheer

Nadere informatie

Het Kust- en Poldersysteem. Grondwater in Vlaanderen

Het Kust- en Poldersysteem. Grondwater in Vlaanderen HET BEKKENBEHEERPLAN Het Kust- en Poldersysteem Grondwater in Vlaanderen Titel Grondwater in Vlaanderen: het Kust- en Poldersysteem Samenstellers VMM, afdeling Operationeel Waterbeheer, dienst Grondwaterbeheer:

Nadere informatie

Toepassing open bronsysteem voor Leefmilieu Brussel op Site Tour & Taxis. S. Verheyen Smet GWT H. Hoes Terra Energy

Toepassing open bronsysteem voor Leefmilieu Brussel op Site Tour & Taxis. S. Verheyen Smet GWT H. Hoes Terra Energy Toepassing open bronsysteem voor Leefmilieu Brussel op Site Tour & Taxis S. Verheyen Smet GWT H. Hoes Terra Energy Leefmilieu Brussel Leefmilieu Brussel Leefmilieu Brussel Leefmilieu Brussel optimaal klimaat

Nadere informatie

In de onderstaande tabel zijn de scenario s voor de Bypassdijken noord opgesomd. scenario omschrijving kans van voorkomen

In de onderstaande tabel zijn de scenario s voor de Bypassdijken noord opgesomd. scenario omschrijving kans van voorkomen A. Bypassdijken noord Stap 1 bestaat volgens het stappenplan [lit. Fout! Verwijzingsbron niet gevonden.] uit het opstellen van de basisschematisatie en het ontwerp. Voor de noordelijke bypassdijk is gekeken

Nadere informatie

1. Algemene meteorologische situatie

1. Algemene meteorologische situatie Koninklijk Meteorologisch Instituut Wetenschappelijke Dienst meteorologische en klimatologische Inlichtingen Ringlaan, 3 B-1180 Brussel Tél.: +32 (0)2 373 0520 Fax : +32 (0)2 373 0528 Vlaamse Overheid

Nadere informatie

Inspectie van de bodem middels een vooronderzoek ter plaatse van de percelen C 2552 en C 2553 in Breda

Inspectie van de bodem middels een vooronderzoek ter plaatse van de percelen C 2552 en C 2553 in Breda *OMWB524761* Postbus 75 5000 AB Tilburg 013 206 01 00 info@omwb.nl http://www.omwb.nl Inspectie van de bodem middels een vooronderzoek ter plaatse van de percelen C 2552 en C 2553 in Breda Vooronderzoek

Nadere informatie

Ecologische Monitoring Kustverdedigingsproject Oostende. (t 0 -situatie, fase 3) AANVULLENDE STUDIE:

Ecologische Monitoring Kustverdedigingsproject Oostende. (t 0 -situatie, fase 3) AANVULLENDE STUDIE: Ecologische Monitoring Kustverdedigingsproject Oostende (t 0 -situatie, fase 3) AANVULLENDE STUDIE: KWANTIFICERING EN KWALIFICERING VAN ORGANISCH MATERIAAL IN MARIENE SEDIMENTEN: HUN ONDERLINGE RELATIES

Nadere informatie

De landbouwer als landschapsbouwer

De landbouwer als landschapsbouwer 9A. De bodem (theoretisch) 9A.1 Bodemvorming Door allerlei processen zoals humusvorming, inspoeling, uitspoeling en oxidatie ontwikkelt zich een bodem. Dit is een heel lang proces wat ook nooit stopt.

Nadere informatie

De vrouwen hebben dan ook een grotere kans op werkloosheid (0,39) dan de mannen uit de onderzoekspopulatie (0,29).

De vrouwen hebben dan ook een grotere kans op werkloosheid (0,39) dan de mannen uit de onderzoekspopulatie (0,29). In het kader van het onderzoek kreeg de RVA de vraag om op basis van de door het VFSIPH opgestelde lijst van Rijksregisternummers na te gaan welke personen op 30 juni 1997 als werkloze ingeschreven waren.

Nadere informatie

Proefbouwkuip Oosterweelverbinding in Antwerpen ir. Jan Couck (Vlaamse overheid) ir. Kristof Van Royen (Denys NV)

Proefbouwkuip Oosterweelverbinding in Antwerpen ir. Jan Couck (Vlaamse overheid) ir. Kristof Van Royen (Denys NV) GEOTECHNIEKDAG 3 november 2015 Proefbouwkuip Oosterweelverbinding in Antwerpen ir. Jan Couck (Vlaamse overheid) ir. Kristof Van Royen (Denys NV) INHOUD PRESENTATIE PROEFBOUWKUIP 1. Betrokken partijen 2.

Nadere informatie

Deze landbouwimpactstudie beschrijft het studiegebied uit Figuur 1. pagina 1 van 8

Deze landbouwimpactstudie beschrijft het studiegebied uit Figuur 1. pagina 1 van 8 De landbouwimpactstudie is een geautomatiseerde gebiedsanalyse op basis van beschikbare gegevens. De studie geeft indicatief de impact van een gebiedsontwikkeling weer op de gekende landbouwpercelen, voor

Nadere informatie

Ontdek de ondergrond. 3D informatie toegepast in het veenweidegebied Roula Dambrink, Jan Stafleu

Ontdek de ondergrond. 3D informatie toegepast in het veenweidegebied Roula Dambrink, Jan Stafleu Ontdek de ondergrond 3D informatie toegepast in het veenweidegebied Roula Dambrink, Jan Stafleu Geologische Dienst Nederland Onderdeel van TNO Doel: geowetenschappelijke data beheren en beschikbaar stellen,

Nadere informatie

Samenvatting. Geothermische energie uit Trias aquifers in de ondergrond van Noord-Brabant

Samenvatting. Geothermische energie uit Trias aquifers in de ondergrond van Noord-Brabant 1 Samenvatting Geothermische energie uit Trias aquifers in de ondergrond van Noord-Brabant De gemeenten Breda, Tilburg en Helmond hebben in samenwerking met de Provincie Noord-Brabant, Brabant Water en

Nadere informatie

Geohydrologisch onderzoek Centrumplan Oldebroek

Geohydrologisch onderzoek Centrumplan Oldebroek Notitie Contactpersoon Wietske Terpstra Datum 2 februari 2006 Kenmerk N001-4425137TER-pla-V01-NL 1.1 Bodemopbouw De regionale bodemopbouw is afgeleid uit de Grondwaterkaart van Nederland 1 en boorgegevens

Nadere informatie

Grondwaterwinningsmogelijkheden in de ondiepe watervoerende lagen ter hoogte van de NV Horafrost te Staden (Fase 1)

Grondwaterwinningsmogelijkheden in de ondiepe watervoerende lagen ter hoogte van de NV Horafrost te Staden (Fase 1) TOEGEPASTE GEOLOGIE EN HYDROGEOLOGIE Grondwaterwinningsmogelijkheden in de ondiepe watervoerende lagen ter hoogte van de NV te Staden ()..i!l. 111111 UNIVERSITEIT GENT .. Affii> 111111 UNIVERSITEIT GENT

Nadere informatie