Praktijktheorie toetstermen

Transcriptie

1 Toetsmatrijs PT3, Theorie van de praktijk Onderwerp Competentie Onderwerp Aantal vragen Operationalisatie Orthopedie 4C31 en 4C32 Aandoeningen wervelkolom 1-2 4C33 en 4C34 Aandoeningen heup- en kniegewrichten 1-3 4C35 en 4C36 Aandoeningen beenderen en gewrichten 1-2 4C37 Afwijkingen en aandoeningen aan de voet 5-7 Productkennis 1D1 Materialen 2-3 1D2 Producten 0-1 1D3 en 1D4 Instrumenten en apparatuur 2-3 4E Beschermingsmiddelen 0-1 Voetonderzoek 2F1 Analyse 0-1 2F5, 2F6 en 2F7 Biomechanica 4-6 2F2 Blauwdrukken 3-4 2F8 Schoenkennis 3-4 2F9 t/m 2F12 Confectie- maatzolen 3-4 Behandelen en advies 2A1 Behandelen 1-2 5G1 en 5H1 Advies, voetoefeningen en thuisverzorging 1-2 2D1, 4D2 t/m 4D8 Andere disciplines 0-1 Totaal aantal vragen 40 Cesuur 65% 4C31-4C37 - Orthopedie 31 Orthopedie 31.1 oorzaken van aandoeningen aan het passieve bewegingsapparaat aangeboren aandoeningen voorbeelden primair aangeboren secundair aangeboren verworven aandoeningen voorbeelden primair verworven secundair verworven 32 Kenmerken en gevolgen van aandoeningen van de wervelkolom 32.1 achterwaartse verkromming/kyphose/hyperkyphose 32.2 voorwaartse verkromming/lordose/hyperlordose 32.3 zijwaartse verkromming/scoliose/hyperscoliose 32.4 hernia/breuk 33 Kenmerken en gevolgen van aandoeningen aan het heupgewricht 33.1 coxa valga 33.2 coxa vara 33.3 congenitale heupluxatie 34 Kenmerken en gevolgen van aandoeningen aan het kniegewricht 34.1 voetbalknie/meniscuslaesie 34.2 x-benen/genua valga 34.3 o-benen/genua vara 34.4 overstrekte knieën/genua recurvata 34.5 arthrosis aan het kniegewricht 35 Kenmerken en gevolgen van aandoeningen aan de beenderen 35.1 fractuur open fractuur gesloten fractuur enkelvoudige fractuur samengestelde fractuur fisuur 35.2 ontsteking botontsteking/ostitis beenmergontsteking/osteo-myelitis beenvliesontsteking/periostitis achillodynie 35.3 kneuzing/contusie 36 Kenmerken en gevolgen van aandoeningen aan gewrichten 36.1 verstuiking/distorsie 36.2 ontwrichting/luxatie gehele ontwrichting gedeeltelijke ontwrichting/subluxatie 36.3 gewrichtsontsteking/arthritis rheumatoide arthritis 36.4 gewrichtsdegeneratie/arthrosis arthrosis deformans 36.5 gewrichtsverstijving/ankylose 1

2 37 Aandoeningen aan de voet ( Zie competentie 2C) Voettypen/ aandoeningen 11.1 oorzaken van aandoeningen aan het passieve bewegingsapparaat aangeboren aandoeningen voorbeelden primair aangeboren secundair aangeboren verworven aandoeningen Voorbeelden primair verworven 11.2 kenmerken en gevolgen van aandoeningen van de wervelkolom achterwaartse verkromming/kyphose/hyperkyphose voorwaartse verkromming/lordose/hyperlordose zijwaartse verkromming/scoliose/hyperscoliose hernia/breuk 11.3 Kenmerken en gevolgen van aandoeningen aan het heupgewricht coxa valga coxa vara congenitale heupluxatie 11.4 Kenmerken en gevolgen van aandoeningen aan het kniegewricht voetbalknie/meniscuslaesie x-benen/genua valga o-benen/genua vara overstrekte knieën/genua recurvata arthrosis aan het kniegewricht 11.5 Kenmerken en gevolgen van aandoeningen aan de beenderen fractuur open fractuur gesloten fractuur enkelvoudige fractuur samengestelde fractuurinfractie fisuur ontsteking botontsteking/ostitis beenmergontsteking/osteo-myelitis beenvliesontsteking/periostitis achillodynie kneuzing/contusie 11.6 Kenmerken en gevolgen van aandoeningen aan gewrichten verstuiking/distorsie ontwrichting/luxatie gehele ontwrichting gedeeltelijke ontwrichting/subluxatie gewrichtsontsteking/arthritis rheumatoide arthritis gewrichtsdegeneratie/arthrosis arthrosis deformans gewrichtsverstijving/ankylose Voetafwijkingen 12.1 oorzaken primair aangeboren secundair aangeboren primair verworven secundair verworven 12.2 standafwijkingen van de voet platvoet/pes/planus spreidvoet/pes transversus spreid-platvoet/pes transverso-planus holvoet/pes excavatus hol-knikvoet/pes excavatus-valgus hol-klompvoet/pes excavatus varus supinatievoet/pes varus knikvoet/pes valgus plat-knikvoet/pes plano-valgus spitsvoet/pes equinus klompvoet/pes equino-varus hakvoet/pes calcaneus standafwijkingen van de tenen hallux valgus hallux varus hallux rigidus gebogen grote teen/hallux flexus dropping fist is geen teenstandafwijking hamerteen/digitus maleus klauwteen/krabbelteen ruiterteen 12.3 gevolgen van voetafwijkingen gevolgen voor de huid en nagels van de voet eelt (hyperkeratosis) pathologisch eelt likdoorn/clavus weke likdooren/clavus mollus/clavus interdigitalis nagelafwijkingen ingegroeide nagel 2

3 12.4 gevolgen voor de afwikkelingspatronen van de voet slechte doorbloeding slechte wondgenezing necrose Jicht / artritis urica kenmerken en effecten pootje/podagra 1D1-1D4 Productkennis 1D De kandidaat heeft kennis van materialen, producten en apparatuur zodat de behandeling wordt voorbereid en efficiënt kan worden georganiseerd. 1. Materialen 1.1 antidrukmiddelen toepassingsmogelijkheden vilt/ viltring moleskin fleecy web tubifoam pododsheet PPT Silopad/ silopos anti slip 1.2 confectie-hulpmiddelen toepassingsmogelijkheden teenkussen teenmoffen teenkappen teenspreiders knokbeschermers hallux-valgusbeschermer comfortzool hielkussen zachte talonet 1.3 correctiehulpmiddelen toepassingsmogelijkheden spreidvoet bandages spreidvoet bandage met pelot pelotten gelengkeilen hielcorrectors harde talonet voorvoetzolen 2. Producten 2.1 desinfecterende middelen alcohol 70%-80% huiddesinfectants (voor intacte huid) huiddesinfectants met RVG nummer (voor niet intacte huid) povidon/betadinejodium combi product 70% alcohol + chloorhexidine desinfecterende zalven desinfectiemiddelen met een N-nummer (voor instrumenten en oppervlakken) 2.2 reinigingsmiddelen/detergentia zeep petroleumether fysiologisch zout 2.3 hoornstof oplossende- en etsende middelen huidverwekers salicylpreparaten zilvernitraat 2.4 ontstekingswerende middelen 2.5 trekzalven 2.6 functies van medicamenten en hulpmiddelen etsende middelen toepassingsmogelijkheden likdoorn/clavus ingroeiende nagel op advies van- of na raadpleging van een arts / wratten/verrucae desinfecterende middelen toepassingsmogelijkheden verzorging van wonden tamponeren van nagelwal huidverzorgende- cosmetische producten toepassingsmogelijkheden droge huid geirriteerde huid vette huid vochtige huid 2.7 controle op functies van medicamenten producten met specifieke werking 3

4 2.7.2 desinfectancia producten met micro-organismen werende werking fungiciden/schimmeldodende middelen fungiostatische-schimmelremmende middelen virucide/virusdodenden middelen virusstatische-/virusremmende middelen bacteriocide-/bacteriedodende middelen bacteriostatische-/bacterieremmende middelen sporocide-/sporendodende middelen hoornstof oplossende preparaten ontstekingwerende preparaten 2.8 reacties van cliënten met allergische- toxische reacties toxische reacties allergische reacties voorbeelden blaren jeuk uitslag pijn 3. Instrumenten 3.1 grote nageltang 3.2 kleine nageltang of hoektang 3.3 vellentang 3.4 verbandschaar 3.5 glasvijl 3.6 hoekvijl en excavator (of combinatieinstrument) 3.7 wattenpincet 3.8 splinterpincet 3.9 houders nr. 3 voor losse mesjes nr. 10,11 of houder nr. 4 voor losse mesjes nr nagelheffer palpator 3.12 frezenborstel 3.13 frezenbakje 3.14 frezenpincet 3.15 spatel 4. Apparatuur 4.1 motor met stofafzuiging of nattechniek motor 4.2 bijbehorende frezen materialen hard staal diamant vorm bolkopfrees fissuurfrees peervormige frees pyramidefrees cylinderfrees eeltslijper 4.3 ultrasoon 4.4 reinigingsmiddel 4E Beschermingsmiddelen (Zie competenties 3B, 3F) De kandidaat heeft kennis van nevenstaande materialen en producten, beschermingsmiddelen en eventuele contraindicaties,apparatuur, instrumenten en technische vaardigheden zodat de basisbehandeling correct wordt uitgevoerd naar verwachting van de cliënt. 3B De kandidaat kent de apparatuur en de toepassing voor de basisbehandeling zodat het behandelplan kan worden opgesteld. 1. Apparatuur 1.1 pedicuremotor met sofafzuiging of nattechniek 1.2 bijbehorende frezen materiaal hard staal diamant vorm bolkopfrees fissuurfrees pyramidefrees cylinderfrees eeltslijper gebruik peervormige-; pyramide- en cylinderfrees fijngetand modeleren en gladmaken van nagels peervormige-; pyramide- en cylinderfrees grofgetand dunner maken van nagels en afwerken van eelt, bewerken van kloven eeltslijper afwerken van eelt en bewerken van kloven bolkop- en fissuurfrees bewerken van ingroeiende nagel/nagelwallen afwerken van likdoorn diamant en/of stalen frees polijsten van nagels 4

5 2 Materialen 2.1 cosmetische, semi medische 3. Producten 3.1 medische producten 3.2 medicamenten 3.3 huidbeschermende middelen/materialen: verbanden, watten, windsels, gazen, pleisters, etc.) 3.4 beschermingsmiddelen en eventuele contra-indicaties 4. Instrumenten 4.1 handinstrumenten (tangen, vijlen, nagelheffer, e.d.). 5. Technische vaardigheden 5.1 Snijtechnieken 5.2 Freestechnieken (nat en droog) 5.3 nagelomgeving schoonmaken, 5.4 nagelriemen soepel en los maken 5.5 (nagel)substantie verwijderen 5.6 nagels behandelen (desinfecteren, knippen, polijsten etc.) 5.7 eelt verwijderen en behandelen 5.8 ragaden/kloven behandelen 5.9 likdoorns/eeltpitten verwijderen en behandelen 5.10 wondjes blaren en ontstekingen/infecties behandelen 5.11 voethuid verzorgen 3F De kandidaat kan indicaties en contra-indicaties herkennen en aangeven, zodat dit wordt meegenomen in het behandelplan. Zie 2C 2C De kandidaat heeft kennis van risicovolle situaties zodat er bij de anamnese en het voetonderzoek rekening mee wordt gehouden. Zij herkent risicovolle situaties, ziektebeelden, nagel- en huidaandoeningen en andere afwijkingen en stelt indicaties en contra-indicaties vast, zodat op basis van de conclusies een passend behandelplan is op te stellen. 1. Diabetes 1.1 complicaties van suikerziekte / diabetes mellitus neurologische afwijkingen verminderde prikkel waarneming pijn, kou, warmte, tastzin Slechte doorbloeding slechtziendheid C.V.A hartinfarct necrose 2. Reuma 2.1 aandoening die aangrijpt op gewrichten spieren bindweefsel zenuwstelsel 3. Spasticiteit 3.1 spastische verlamming 4. Ouderdom 4.1 verouderde voet 5. Hepatitis 5.1 infectie ziekte 6. Aids 6.1 infectie ziekte 7. Verwaarlozing 7.1 verwaarloosde voet 8. Contra-indicaties 8.1 ingegroeide nagel / unguis incarnatus 8.2 blauwe nagel / subunguinaal haematoom 8.3 wrat / verrrucae 8.4 open wonden aan de voeten 8.5 ontstekingen aan de voeten 8.6 abces 8.7 allergieën 8.8 weefselversterf 9 Indicaties 9.1 pathologische eelt 9.2 likdoorns 9.3 nagelafwijkingen ingroeiende nagels schimmelnagels hoornnagels 10 Risicofactoren 10.1 diabetes mellitus 10.2 hart- en vaatziekten 10.3 epilepsie 10.4 allergieën 10.5 infectieziekten 10.6 ontstekingen 10.7 neurologische aandoeningen 5

6 Voetonderzoek 2F De kandidaat heeft kennis van anatomie, fysiologie, pathologie, orthopedie en biomechanica zodat een diagnostisch voetonderzoek kan worden verricht, waarbij de procedures kunnen worden omschreven en de werking van de daarbij te passen hulpmiddelen kan worden uitgelegd. met 4C als aanvulling Analyse 2F1. Anatomie 1.1 Algemene anatomie de schedel de romp de schoudergordel bovenste ledematen de bekkengordel onderste ledematen 1.2 Specifieke anatomie de heupbeenderen het dijbeen het scheenbeen het kuitbeen delen van de voet voetwortel/tarsus 2F2. Fysiologie 2.1 celleer 2.2 weefselleer 2.3 huid 2.4 bloed en lymfe 2.5 spijsvertering 2.6 stofwisseling 2.7 uitscheiding 2.8 ademhaling 2.9 hormoonstelsel 2.10 zenuwstelsel 2F5, 2F6 en 2F7-Biomechanica 5. Biomechanica 5.1 verklaring en omschrijving spierwerking bij staan evenwicht steunvlak symetrische stand a-symetrische stand relatie tussen evenwicht en het staan stabiel instabiel indifferent spierwerking bij gaan standbeen slingerbeen fasen van de afwikkeling lichaamszwaartepunt ganghoek 5.2 Maken van een dynamische blauwdruk Verklaring en omschrijving methode voorbereiding instructies geven aan cliënt begeleiding van cliënt houding/stand cliënt bepalen paslengteomschrijving methode plaatsing blauwdrukraam voet cliënt in vloeiende beweging over blauwdrukraam laten afwikkelen interpreteren dynamische blauwdruk/vaststellen afwikkeling voet rechte afwikkeling afwikkeling over mediaal afwikkeling over lateraal 5.3 Maken van een statische blauwdruk verklaring en omschrijving methode voorbereiding - instructies geven aan cliënt houding/stand cliënt steunpunt naast cliënt omschrijving methode plaatsing blauwdrukraam tussen voeten van cliënt plaatsing voet cliënt op blauwdrukraam houding van cliënt met rechte rug en met hielen op de grond aanduidingen op blauwdrukraam omtrek voet cliënt buiten en binnenenkel kopjes 1e en 5e middenvoetsbeen afhalen van voet cliënt van blauwdrukraam interpreteren/lezen van een statische blauwdruk bepalen drukpunten bepalen vetpolster voettype 6. Onderzoek op beweeglijkheid van de voet 6.1 verklaring en omschrijving methoden actieve beweeglijkheid passieve beweeglijkheid 6

7 6.2 mate van beweeglijkheid hypermobiele voet rigiditeit mate van rigiditeit mate van herstel voetbogen 6.3 bewegingsvormen plantair flexie dorsaal flexie inversie eversie rotatie pronatie supinatie aan- en afvoeren 7. Biochemica van gaan en staan 7.1 verklaring en omschrijving spierwerking bij staan evenwicht steunvlak symmetrische stand a-symmetrische stand relatie tussen evenwicht en het staan stabiel instabiel indifferent spierwerking bij gaan standbeen slingerbeen fasen van de afwikkeling lichaamszwaartepunt ganghoek 7.2 Vaststellen afwikkeling voet na het maken van een dynamische blauwdruk verklaring en omschrijving juiste afwikkeling afwikkeling over lateraal onjuiste afwikkeling rechte afwikkeling afwikkeling over mediaal te sterke afwikkeling over lateraal gemiddelde ganghoek 7.3 Onderzoek bij cliënt van gaan en staan zonder schoenen verklaring en omschrijving juiste afwikkeling hiel laterale zijde voet kopje 5e middenvoetsbeen e middenvoetsbeen hallux onjuiste afwikkeling mediale zijde voet laterale zijde voet hiel-voorvoet 7.4 Onderzoek bij cliënt van gaan en staan met schoenen verklaring en omschrijving juiste afwikkeling hiel laterale zijde voet kopje 5e middenvoetsbeen e middenvoetsbeen hallux onjuiste afwikkeling mediale zijde voet laterale zijde voet hiel-voorvoet 7.5 Vaststellen afwikkeling voet na het maken van een statische blauwdruk verklaring en omschrijving juiste afwikkeling afwikkeling over lateraal onjuiste afwikkeling rechte afwikkeling afwikkeling over mediaal te sterke afwikkeling over lateraal gemiddelde ganghoek 7.6 Inventarisatie van gegevens na het maken van een statische blauwdruk verklaring en omschrijving dit is meer voor de medische pedicure en niet voor de basis juiste stand voet rechte voet onjuiste stand voet gezwaaide voet overbelaste voet uitpuilende botdelen vetpolster type voet standafwijking voet 7

8 2F8 Schoenkennis 8. Schoenkennis 8.1 De leest in relatie tot de voet verklaring en omschrijving licht gezwaaide leest gezwaaide leest rechte leest hoge wreef lage wreef 8.2 De maat in relatie tot de voet verklaring en omschrijving de juiste lengte de juiste breedte de juiste hakhoogte de juiste zwaairichting 8.3 Slijtage patroon van hak en zool hak in het midden van de achterzijde lateraal achter gehele laterale zijde mediaal achter gehele mediale zijde front zijde zool balpunt voor het balpunt achter het balpunt gehele teenstuk mediale zijde laterale zijde 8.4 De voetafdruk in de schoen extra druk in de hiel extra druk voorvoet extra druk tenen uitbochtingen schacht overlopen schacht 2F9 t/m 2F12 - Confectie- maatzolen 9. Beoordeling schoen op geschiktheid voor een steun- dan wel correctiezool. 9.1 beoordeling in relatie tot de voet te stellen eisen 9.2 terminologie en omschrijving begrippen preventie schoen gelijmde schoen genaaide schoen goodyear methodeflexibele methode gevulcaniseerde schoen correctie schoen correctie schoen met ingebouwde steun correctie schoen met losse supplementen steunzoolschoen verdiepte hielkom semi-orthopedische schoen orthopedische schoen sportschoen 10. Kenmerken van confectiezolen en maatzolen 10.1 verklaring, omschrijving en te stellen eisen beoordeling op werking ondersteunende werking profylactische werking verlichting klachten verbetering van stand en houding verbetering van afwikkeling voet bij gaan 11. Voor- en nadelen van steunzolen, correctiezolen, voetbedden en therapiezolen omschrijving, verklaring, beoordeling doelmatigheid en te stellen eisen ten aanzien van steunzolen ondersteunende werking mediale lengteboog laterale lengteboog voorste dwarsboog voetwortelboog ten aanzien van correctiezolen correctie functie van de voet correctie stand van de voet ten aanzien van voetbedden ondersteunende werking corrigerende werking correctie afwikkeling voet bij gaan correctie stand van de voet drukontlastend ten aanzien van therapiezolen proprioceptieve zolen ten aanzien van supplementen plaatselijke werking volgens indicatie 8

9 12 Adviseren met betrekking tot voetbekleding 12.1 lengtetoegift/wijdtemaat/breedte 12.2 voldoende neushoogte 12.3 sluiting over de wreef 12.4 hiel omsluitend 12.5 schokdempende zool 12.6 schacht van soepel leer zonder sierstiksels 12.7 hakhoogte Behandelen en advies 2A1 Behandelen 2A De kandidaat heeft kennis van anamnese, inspectie en palpatie zodat de juiste keuze kan worden gemaakt uit methoden en technieken om deze correct uit te voeren 1. Anamnese 2.1 gegevens verzamelen en noteren persoonlijke gegevens leefomstandigheden fysieke klachten / risicofactoren arts en medicijngebruik indicaties contra indicaties 5G1 en 5H1- Advies, voetoefeningen en thuisverzorging 5G De kandidaat heeft kennis van loop en voetoefeningen zodat op adequate wijze een informatief en adviserend verkoop gesprek kan worden gevoerd. 1. Loop- en voetoefeningen 1.1 Adviseren voetoefeningen Versterking van voet en enkelspieren 5H De kandidaat heeft kennis van voetverzorging thuis zodat op adequate wijze een informatief en adviserend verkoop gesprek kan worden gevoerd. 1. Voetverzorging thuis. 1.1 advies aan diabetes mellitus patiënten doorverwijzen naar medisch pedicure 1.2 adviseren met betrekking tot hygiëne dagelijks voeten wassen goed afdrogen vooral tussen de tenen gebruik van huidverzorgende middelen dagelijks schone kousen of sokken 2D1, 2D2 t/m 2D8 -Andere disciplines 2D De kandidaat heeft globale kennis van andere disciplines zodat hier bij de anamnese en het voetonderzoek rekening mee wordt gehouden en op in wordt gespeeld. 1. medisch pedicure 1.1 specialisaties diabetische voet reumatische voet verouderde voet verwaarloosde voet spastische voet antidruk ortheses nagelprothesen nagelreparaties nagelbeugel 2. Arts 2.1 Pathologische aandoeningen 3. Fysiotherapeut 3.1 medische indicatie 4. Podotherapeut 4.1 Paramedisch beroep op HBO niveau de behandeling is gericht op het behouden of verbeteren van de functionele beweeglijkheid van de voet. 5. Podoloog 5.1 specialisaties diagnostiek en behandeling van afwijkingen van de vorm en de functie van het bewegingsapparaat. 6. Schoenhandelaar 6.1 confectieschoenen 6.2 semi orthopedische schoenen 7. Schoenmaker 7.1 reparatie 8. Schoentechnicus 8.1 orthopedisch schoeisel 8.2 semi orthopedisch schoeisel 9