[ ] II. MEMORIE VAN TOELICHTING. Wrhoogiug Van de koloniale huishoudelijke begroot ing van Suriname voor het dienstjaar (

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "[343. 5.] II. MEMORIE VAN TOELICHTING. Wrhoogiug Van de koloniale huishoudelijke begroot ing van Suriname voor het dienstjaar 1909. (343. 5."

Transcriptie

1 [ ] Wrhoogiug Van de koloniale huishoudelijke begroot ing van Suriname voor het dienst ( ) BlJI.AOK VAN I)B MKMORIE VAN TOELICHTING. I. Verordeniug van 24 Februari 1008, Gouverueuieiitsblad van de Kolonie Suriname, l»os, u. 47. II. Memorie van toelichting van den Gouverneur van Surinaine tot de ontwerp-verordening. III. Yoorloopig verslag der commissie van rapporteurs uit <le Koloniale Staten. IV. Memorie van antwoord op het voorloopig verslag. I. VERORDENING van 2.' f Februari 1908, betreffende het oprichten en exploiteeren van eene gouvernenien tts-rubbt ronderneming. IX NAAM DER KONINGINt De Gouverneur van Suriname, In overweging genomen hebbende, dat het wenschelijk is eene gouvernements-rubberonderneming op te richten en te exploiteeren; Heeft, den Raad van Bestuur gehoord, na verkregen goedkeuring der Koloniale Staten, vastgesteld onderstaande verordening : Art. 1 Voor rekening van de kolonie zal eene gouvernements-rubberonderneming worden opgericht en geëxploiteerd. Art. 2. Het werk, iu art. 1 genoemd, wordt aangewezen, als een productief werk in den zin van het 1ste lid van art. 2 der verordening van 9 November 1894 (G. B. 1896, n. 11_) tot het aangaan van eene leening voor productieve verken. Art, 9. Bij terugontvangst der gelden, uitgegeven voor het in deze verordening bedoelde werk, kunnen deze opnieuw worden uitgegeven ter betaling van een werk, als productief aangewezen in den zin van het 1ste lid van art. 2 der verordening, in het vorig artikel aangehaald. Art. 4. Deze verordening treedt in werking op een door den Gouverneni te bepalen tijdstip. Gegeven te Paramaribo, den 24sten Februari D> wd. Oouvernementt'Secretarie, STAAL. IDENBURG. Uitgegeven den 4den Juli De wd. Gouvernements-Secretaiis, STAAL. II. MEMORIE VAN TOELICHTING. De cultuur van rubbergevende boomen werd in de memorie van toelichting, behoorende bij do ontwerp-verordening betreffende het in het leven roepen van eene bacovecultuur", genoemd onder de nieuwe cultures, die het meest in aanmerking komen om, naast die van cacao, koffie en suiker, een product voor de wereldmarkt te leveren. Daar wordt gewezen op do proeven in deze kolonie genomen, die goede verwachtingen van deze cultuur voor do toekomst doen koesteren, maar ook gewaagd van het bezwaar in verband met het toen beoogde doel van spoedige hulp dat er vele jaren moeten verloopen, vóór dat de boomen product geven, terwijl daar wordt besloten met de verzekering: Aannioediging en bevordering van deze cultuur kan evenwel op de ontwikkeling van den groeten landbouw in Suriname een zeer gunstigen invloed uitoefenen. De ondergeteekende zal dan ook in deze richting werkzaam blijven." De pogingen door den ambtsvoorganger van den ondergeteekende aangewend, om te bevorderen dat het kapitaal van particulieren zich beschikbaar zou stellen voor eene rubberonderneniing op flinke schaal in de kolonie, hebben, tot geen resultaat geleid, ook zelfs niet toen aan een ernstig gegadigde medewerking was toegezegd tot het verkrijgen van subsidie gedurende de eerste jaren waarin nog geen product verkregen zou worden. De groote landbouw in do kolonie heeft intusschén niet stilgezeten. Met waardeering kan er hier op worden gewezen, dat reeds op meerdere plantages de grondslag is gelegd voor een rubberaanplant. Over enkele jaren zullen verscheidene landbouwendernemingen kunnen beschikken over het benoodigde zaad voor uitbreiding. De aanplantingen op de plantages bestaan mecrendeels uit boomen van 1 tot 6 oud. Op plantage Waterland" komen een 20-tal boomen voor, die thans den leeftijd van 10 jaren hebben bereikt. Eene eenigszins groote aanplanting komt voor op plantage Voorburg", waar ongeveer boomen van J tot 2 staan, terwijl van de overige ondernemingen alleen Wedcrzorg" met 2500 en De Nieuwe Grond" met 1200 boomen het duizendtal overschrijden. De betrekkelijk nog kieine aanplaiitingen in deze kolonie beloven overal veel voor de toekomst. Behoorlijke tapproeven zijn nog niet genomen kunnen worden, maar de krachtige groei der boomen doet verwachten, dat de opbrengst in Suriname niet beneden het gemiddelde zal zijn van hetgeen verkregen is in andere streken, waar hevea brasiliensis tiert. Met betrekking tot de hevcacultuur in de kolonie is verleden eene niet onbelangrijke ontdekking gedaan. In de streek waar de spooiweg naar het binnenland gelegd wordt, is eene heveasoort gevonden, die eene goede qualiteit rubber levert. Meende men aanvankelijk niet de hevea brasiliensis te doen te hebben, nader bleek het de hevea guyanensis te zijn, echter van betore hoedanigheid dan, naar hetgeen van deze soort bekend was, mocht worden verwacht. Zoowel de hoopvolle uitkomsten, tot heden verkregen met de aauplantiugcn op de plantages, als het vinden van eene inheemsche soort van voldoende qualiteit, wijzen er op, dat èn de bodemeigenschappen van de benedenlanden van de kolonie èn het klimaat gunstige groei voor waarden aan de heveacultuur bieden.

2 [ ] Vcrhoofring van do koloniale huishoudelijke liegrooting van Suriuuiue voor bet dienst lijou. Dit gevoegd bij de ten dienste staande gegevens omtrent de resultaten die in verschillende deelcn der wereld zijn en worden verkregen met de heveacultuur, ontneemt allen redelijken grond aan twijfel omtrent de rentabiliteit van zulk eene cultuur in Suriname. De ondergeteekende acht het dan ook voor Suriname zeker niet minder dan voor Oost-Indië (Memorie van Toelichting begrooting Oo6t-Indië, 1907, bladz. 26) verantwoord om van gouvernementswegc de rubbercultuur ter hand te nemen. Met het oog op het in Ooet-Indië gegeven voorbeeld kondigde hij dan ook reeds bij en na do behandeling van de koloniale begrooting voor 1908 zijn voornemen aan om voorstellen te doen tol hot aanleggen en exploiteeren van een hevea-aanplant van gouvernementswege. Op de eerste plaats wordt daarvan eene financieele bate voor de koloniale kas en dus sterking van de koloniale geldmiddelen verwacht; daarnaast staan als indirecte voordeelon : bevordering van de welvaart onder de omwonende bevolking en vermeerdering der bevolking door aanvoer der benoodigdo werkkrachten, terwijl ook gewezen kan worden op den goeden invloed die eene dergolijke gouvernementsonderneimng kan uitoefenen op de bereidwilligheid van het particulier kapitaal om op groote schaal de heveacultuur ter hand te nemen. Van de bodemeigenschappen der voor cultuur in aanmerking komende terreinen in het binnenland is nog te weinig bekend om reeds nu te besluiten om daar een aanplant van bet eekenis te beginnen, terwijl de verwachting, dat de hevea goed zal gedijen op onze alluviale klei- en zandgronden, steunt op feiten, gecon- 6tateerd bij de aanplantingen op de plantages en in den cultuurtuin. Het is dus aangewezen om de eerste gouvernements-heveaonderneming te vestigen op eene plantage in de alluviale kuststreek. Men sluit daardoor zooveel mogelijk onzekere factoren uit. In de ter griffie ter kennisneming nedergelegde nota van den inspecteur van den landbouw is een volledig en gedetailleerd ontwerp samengevat voor oene dergelijke gouvernementsonderneming, strekkende voor eene uitgestrektheid van 360 H. A., te beplanten in 4 jaren. Kortheidshalve wordt naar deze uitvoerige uiteenzetting en naar het mede ter griffie gedeponeerde rapport van den houtvester verwezen, en in aansluiting aan die bescheiden hier alleen het volgende vermeld. De keuze voor den aanplant is gevallen op de plantage Slootwijk", die door den eigenaar aan het gouvernement te koop aaugeboden is voor den prijs van f , welke prijs als billijk is te beschouwen. Deze aanbieding wordt door den eigenaar, in verband met een hem van elders gedaan bod, niet langer dan tot 1 October a. s. gestand gedaan. Daar de inspecteur van den landbouw deze plantage zeer aanbeveelt, is de ondergeteekende voornemens om deze plantage vóór ultimo.september te koopen. De rapporten over deze plantage luiden gunstig on worden ter kennisneming voor de leden ter griffie gedeponeerd. Van de te verwachten financieele resultaten wordt, aan de hand van de uitvoerige uiteenzetting in de nota van den inspectenr van den landbouw, een overzicht gegeven in do bijlagen 1 en 2. De raming van de opbrengst in bijlage 1 gaat uit van den grondslag, dat van het 6de tot en met het 9de zal worden verkregen: 60 kilogram per H. A.; in het 10de en lldo : 100 kilogram per H. A. en daarna 120 K.G. Deze cijfers zijn lager dan de gepubliceerde productiecijfers van C'eylon, Straiu Settlements en Malacca. Ter becijfering van de waarde wordt een verkoopprijs van f 5 per K.G. aangenomen, terwijl die prijs thans f 7 bedraagt. De raming der ontvangsten is dus zeker niet te hoog gesteld. Bijlage 2 geeft een overzicht van de bedragen die lijks voor aanleg, onderhoud, exploitatie, afschrijving en rente noodig zijn. Deze cijfert zijn gegrond niet slechts op gegevens in de Iitteratuur, maar ook op inlichtingen door planters welwillend verstrekt en op ervaringen bij de bacovecultuur verworven. Er is baar gestreefd om ook te dezen opzichte aan den veiligen kant te blijven, zoodat hot overzicht in bijlage 2 allerminst geflatteerd kan worden genoemd. Het hoogste bedrag dat het gouvernement voor de onderneming heeft uit te geven, zal zijn, met inbegrip der renten, eene som van rond f , die bereikt wordt in het 10de. Voor het eerste worden de uitgaven als volgt geraamd : Aankoop plantage en kosten daarop vallende /' Personeel Aanplant, loouen, aanvoer- en hospitaalkosten (immigranten), enz Plantmateriaal Gebouwen, vaartuigen en sluizen Afschrijving op gebouwen en onvoorzien f Daar de aankoop der plantage reeds in dit zal moeten geschieden, zal de begrooting voor 1908 dus met f f =- f moeten worden verhoogd. Er wordt aangenomen, dat de productie in het 6de aanvangt en dat de onderneming in het 9de eenige winst zal kunnen afwerpen, die, beginnende met f 8OÓ0, reeds in het 19de tot een zoodanig bedrag kan stijgen, dat niet alleen het uitgegeven bedrag (zonder berekening van renten) teruggcwonnen, maar door de vorkregen winst overtroffen wordt. Om te allen tijde een goed overzicht te hebben van de zaak, zal van den aanvang af eene commercieele boekhouding worden aangelegd voor deze onderneming, die op dezelfde wijze zal worden opgericht en gedreven als particulieren het zouden doen. In navolging van hetgeen bij de gouvernements-rubbercultuur in Oost-Indië op den voorgrond is gesteld, zal ook hier het bij do heveaplantage werkzame personeel niet in vasten kolonialen dienst wolden genomen, doch van eene tijdelijke aanstelling worden voorzien. Om het goede personeel voor de onderneming te behouden, en om van allen de werklust en de toewijding te prikkelon, zullen de bezoldigingen niet te hoog worden opgevoerd, doch zal naast het traktement een aandeel in de netto winst worden toegekend. Het personeel zal dus worden aangesteld op voorwaarden, ongeveer overeenkomende met die welke op de landbouwondornemingen in deze kolonie worden gevolgd. De algemeene leiding van de cultuur op Slootwijk" zal berusten bij de inspectie van den landbouw, terwijl het voornemen bestaat, om de hoofdboekhouding te doen voeren ter administratie van financiën. Het beheer ter plaatse, met inbegrip van de dagelijksche leiding der zaak, zal in handen zijn van den directeur, die, evenals bij iederen anderen tak van den gouvernenientsdienst, zich zal hebben te gedragen naar de voorschriften die algemeen gelden, zoowel als naar die welke voor deze onderneming in het. leven worden geroepen. Aan den directeur wordt overgelaten om het personeel in dienst te nemen, maar het algemeene voorschrift, dat geen personeel aangesteld mag worden op eene hoogere bezoldiging dan f 100 's maands zonder verkregen machtiging van den gouverneur, zal ook bij deze onderneming van kracht zijn. Afgescheiden van den in dit voorstel bedoelden hevea-aanplant op plantagcterrein, die op de eerste plaats met het oog op de directe financieele voordeclen zal worden ondernomen, zal, naar het oordeel van den ondergeteekende, eene rubbcrcultuur langs den spoorweg moeten worden ter hand genomen, allereerst op het terrein tusschen kilometer 65 en 68, waar de hevea guyanensis hier en daar in het wild werd aangetroffen. Ten opzichte van dezen aanplant staat men, zooals hierboven reeds met een enkel woord werd vermeld, voor meer onbekenden dan bij de cultuur op plantagegrond. Xict slecht* ten opzichte van den bodem, maar ook ten opzichte van de vraagstukken van loozing en arboidershygiënc. Naar de meening van den ondergeteekende behoort deze aanplant in het terrein langs den spoorweg aanvankelijk niet als productief werk te geschieden, doch ten laste der gewono middelen als proefaanplant. Voorstellen daartoe zullen bij de koloniale begrooting voor 1909 worden gedaan. Slaagt de proef, dan kan later die proefaanplant tot eene tweede gouvernenientsplantage worden uitgebreid, en mag zeker worden verwacht, dat particulieren het gouvernementsvoorbceld zullen navolgen, zeer ten bate van de ontwikkeling van het door den SIJOOIWCE; doorsneden terrein en van de rentabiliteit van laatst* bcdoelde onderneming. Art. 1. Het voor guuveiueuieutarekening met hevea beplanten van 360 H. A. thans braak liggenden grond, is in hoogo mate bevorderlijk aan de ontwikkeling van den landbouw der kolonie. In herinnering mag hier worden gebracht, dat destijds de Mini-ter

3 [ ] Verhooging van de koloniale huishoudelijke begroot ing van Suriname voor het dienst van Koloniën in de Memorie van Toelichting, behoorende bij het wetsontwerp tot goedkeuring van de bedoelde leening voor buitengewone productieve werken, er op wees, dat al wat gedaan wordt voor vermeerdering van de productiviteit van den bodem, ten goed* komt aan de ontwikkeling van den landbouw, waarvan de voorspoed der kolonie zoo zeer afhankelijk is. Nu aangetoond is, dat de cultuur van hevea als zeer voordeelig moet worden beschouwd, en de oprichting van cene gouvernementsnibl>eronderneming dus een productief werk zal zijn, zal met het aanwijzen van de gedachte onderneming als een productief werk zeker gehandeld worden in den zin van het 1ste lid van art. 2 der verordening van 9 November 1894 (G. B. 1896, n<>. 11). Artt. 2 4 zijn gelijkluidend aan artt. 2 4 der verordening van 22 Juni 1905, betreffende het in het leven roepen van eene bacovecultuur voor uitvoer (G. B. 1905, n". 53). Paramaribo, den 14den September De Gouverneur van Suriname, IDENBÜRG. I)in.,\i.i- 1. RAMING DER OPBRENGST Van 90 H.A. geplant in 1908 Alsvoren in 1909 Alsvoren in 1910 Alsvoren in I I u Kilogram Opbrengst f f f f f f f f f f Bl.lL'.RE o III. VOORLOOPIG VERSLAG DER COMMISSIE VAN RAPPORTEUKS. Aan het einde ' Rente ad 4 "/ Jaar. Uitgaven.. Inkomsten. per. van het schuldig f ,00» (1) f 107'000, ,00 1 C 4 280, , , , , , C , ,00 * , , ,00 f , , , , , , , , , , , , , , , , , , , , ,u , , , , , , OCO.OO , , , , , , , , , , , , , , , , , , , ,00 Totaal , ,00 f ,00 f ,00 f , ,00 (1) Voor de gelden in den loop van een benoodigd, is voor dat geen rente berekend, omdat die uit de kasmiddelen zullen worden betaald. Het onderzoek van dit ontwerp in de afdeelingen gaf aanleiding tot de volgende beschouwingen en opmerkingen. 1. Naar men ingelicht was, zouden er in den hachelijken toestand van de cacaocultuur zoo weinig blijvende teekenen van verbetering zijn waar te nemen, dat bij sommige bij den landbouw geïnteres- 8eerden zelfs vrees bestaat, dat deze cultuur allengs aan de kolonie zal ontvallen. Zou voor die vrees grond bestaan, dan spreekt het vanzelf, dat dit tot groote bezorgdheid voor de toekomst moet stemmen. Immers zou met het te niet gaan van dezen hoofdfactor van den grooten landbouw, die op zijne beurt is de hoofdbron van bestaan der kolonie, deze tak van inkomst grootendeels aan de koloniale kas komen te ontvallen. Ook met het oog op den algemeen gedrukten toestand waren al de leden die aan het afdeelingsonderzoek van dit ontwerp deelnamen, overtuigd, dat een wijs beleid medebrengt om niet te talmen met het beramen en uitvoeren van middelen die het oeconomisch evenwicht kunnen bewaren. Reeds bij het toestaan van een krediet voor de bacovecultuur was trouwens de wenschelijkheid betoogd, om naast cacao, koffie en suiker van bestuurswege andere cultures aan te moedigen en te bevorderen. Daarom werd algemeen ten zeerste gewaardeeld de met dit ontwerp gedane poging van het bestuur, om nieuwe bronnen van inkomsten voor de kolonie tot ontwikkeling te kunnen brengen. Zou de voorgedragen oprichting en exploitatie van eene gouvernements-rubberonderneming blijken te leiden tot versterking van de koloniale geldmiddelen, men zou niet anders mogen doen dan het voorstel van het bestuur aanvaarden. 2. Men onderschreef gaarne de meening van het bestuur, dat zoowel de hoopvolle uitkomsten, tot heden verkregen met de aanplantingen van hevea op do plantages, als het vinden van oen inbeemsche soort van voldoende qualiteit, er op wijzen, dat èn de bodemeigenschappen van de benedenlanden der kolonie èn het klimaat gunstige groeivoorwaarden aan de heveacultuur bieden. Er bestond dus goede reden om aan te nemen, dat deze cultuur in de kolonie gedijen zal. Maar juist de door het bestuur bij het ontwerp gevoegde begrooting van uitgaven en inkomsten van de beoogde onderneming

4 Blagen. [ ] Tweede Kamer. \'<>r]u)oiriiiff vim di' knlni huishoudelijke begroeting van Suriname voos hei dienst L909, deed l>ij geer volta twijfel rijien, of van den cultuur mag war wacht worden, dat te «al leiden bot versterking van d* koloniale geldmiddelen. En al was er grond voor die verwachting, in do naaste toekomst yal die wel niet verwezenlijk! worden, Ook nu nog moest, evenals bij de goedkeuring enkele jaron geleden van de ontwerp-verordening betreffende Int in bet leven rooi>en van oene bacovecultuur, in verband riet den algemeen précairen toestand dei kolonie, liet oog gericht zijn op tpoediffe hulp. immers kan van eenc cultuur, die eerst na hot 23ste van haren aanleg winsten voor de koloniale kas zal afwerpen, niet gezegd worden, dat ze vooi eerst strekken zal om het verbroken financieel evenwicht te herstellen. Als daarbij wordt in het oog gehouden, dat het geheel onzeker is of do boonien bij hongeren leeftijd dan 30 nog oen noemenswaardig product zullen geven, dan scheen de vrees niet onge grond, dat de geheole onderneming zou kunnen blijken voor de kolonie niet winstgevend 1c rijn. Men zag geenszins voorbij de in do memorie van toelichting opgesomde indirecte voordcelen van eene dergelijke onderneming, nl. bevordering van de welvaart onder de omwonende bevolking en vermeerdering der bevolking door aanvoer van de bonoodigde werkkrachten; doch men was niet overtuigd, dat het vooruitzicht, dat de opbrengst der onderneming gedurende zegge 23 of langer niet vorder strekken zal dan tot delging van het daarin gestoken kapitaal, met de rente, zoo in het bijzonder den goeden invloed zou uitoefenen op de bereidwilligheid van het particulier kapitaal, om op groote schaal de heveacultuur ter hand te nemen. En juist dit, door het bestuur beschouwd als een indirect voordeel, moest het ontwerp betrekkelijk spoedig ten gevolge kunnen hebbon. Want waar, gelijk in do memorie van toelichting te lezen is, dat van het particulier initiatief in dezen geen resultaat te verwachten is, en dat wel trots de door het bestuur daartoe aangewende krachtige pogingen, moest, naast het doel om met een gouvernementsonderneming eene directe baat voor de koloniale kas te verkrijgen, als tweede doel voorzitten het streven om den particulieren ondernemingsgeest tot spoedige navolging uit te lokken, zooals indertijd in Nederlandsch Oost-Indië geschied is met de kinacultuur. En nu meende men te moeten betwijfelen, of zich het particulier kapitaal zou laten vinden om op de door het bestuur verstrekte becijferingen als basis vele tonnen gouds te steken in eene cultuuronderneming als die van de hevea, van welke cultuur wel is waar ook hier te lande goede verwachtingen worden gekoesterd, doch waarvan tot heden toch niets met eenige positieve zekerheid te zeggen valt, om eerst na ruim 23 jaren de kans te hebben van winst te behalen, daargelaten het onverhoopte risico wegens ziekte als anderszins in deze nieuwe cultuur. Om al do vorenuiteengezette overwegingen rees bij de grooto meerderheid de vraag, of het wol aanbeveling verdiende om een, zoo groot kapitaal als 71 ton uit het nog beschikbare bedrag van de leening voor productieve werken te gaan vastzetten, waardoor men niet in staat zal zijn om eventueel bronnen van inkomst, die zouden blijken in minder langen tijd dan de beoogde caoutchouconderneming baten voor de koloniale kas af te werpen, tot ontwikkeling Ie brengen. Eén lid deed zich kennen al> een warm voorstander van den hevea-aanplant. Hij was overtuigd, dat eene caoutchouconderneming als door het bestuur voorgesteld niet enkel ruime baten tot versterking van 's lands inkomsten zal opleveren, maar ook voor onze geheele gemeenschap eene zaak van groote beteekenis zal worden. Naar zijne moening zou Suriname blijken te zijn het vaderland van de hevea, getuige de aanplantingen op vele plantages alhier op verschillende soort gronden, van welke aanplantingen vele, zelfs bij gemis van een degelijk onderhoud, over het geheel goed uitzien, en getuige het feit, dat de hevea in onze bosschen zelfs in zwampen in het wild welig tierende wordt aangetroffen. Waar buitendien in het zuidelijk gelegen Brazilië, in de Amazonestreken, de beste qualiteit dezer rubbersoort in groot hocveelluden ongccultiveerd voorkomt, bestond er z. i. allo reden, te verwachten, dat de hevea brasiliensis op onzen bodem, mot zorg gecultiveerd, zou blijken niet onder te doen voor het Braziliaansch product. Hij was het dan ook met het bestuur volkomen eens, dat de met onze bodemgesteldheid gunstige groeivoorwaarden voor de hevea, gevoegd bij do ten dienste staande gegevens omtrent de resultaten die in verschillend deelen der wereld zijn en worden verkregen met de heveacultuur, allen rodelijken grond ontnemen aan twijfel omtrent de rentabiliteit van zulk eene ffultuur ia Suriname, en werd het door hem, met het bestuur, voor deze kolonie, zeker niet minder dan voor Oost-Indië, verantwoord geacht om van gouverneinentswege de rubbercultuur tor hand te nemen. Kon zich alzoo bedoeld lid met het bestuur volkomen vereenigen om voor rekening van de kolonie eene gouvernements-rubberonderneming op te richten en te exploiteeren, en dit werk als een productief werk in den zin van de verordening van 9 November 1894 (G. B. 1896, n. 11) aan te wijzen, aan den anderen kant werd door hem ten volle gedeeld de door vorenbedoelde loden geopperde vrees, dat de door het bestuur voor die onderneming gemaakte begrooting niet geschikt is om het particulier kapitaal tot navolging aan te moedigen. Immers was hij overtuigd, dat die begrooting volstrekt niet in alle opzichten juist kan genoemd worden. Waren toch de uitgaven door het bestuur te hoog geraamd, daartegenover achtte hij de raming der inkomsten veel te laag genomen. Met aanhalingen uit officieele rapporten van resultaten, verkregen met ïubberaanplant op Ceylon en in de Straitts Settlements, zooals hieronder blijken zal, werd de juistheid van dit gevoelen aangetoond. En al wenschte hij niet te tornen aan de zeer hooge raming van uitgaven, ten einde mogelijke tegenvallers geen financieele teleurstellingen te doen teweegbrengen, de begrooting van inkomsten kou door hem niet aanvaard worden, overtuigd als hij was, dat de onderneming veel grootere rendementen zal opleveren dan door die begrooting in uitzicht werd gesteld. Mocht al die raming opgaan voor de caoutchouconderneming op Atjeh in Nederlandsch Oost-Indië naar welker maatstaf de begrooting van het bestuur is opgemaakt, waar het om de hiervoren uiteengezette gronden als een uitgemaakt zaak moet beschouwd worden, dat onze bodem zich meer dan di van Atjeh of Java voor de cultuur van de hevea brasiliensis leent, zullen de te behalen rendementen van eene dergelijke onderneming alhier veel voordeeliger zijn dan in de Oost. Daarom achtte bedoeld iid het alleszins gewettigd, om boven de begrooting van inkomsten van het bestuur de voorkeur te geven aan eene door hem opgemaakte raming, volgens don maatstaf van de berekening op Ceylon en de Straits Settlements, welke gegrond is op de verkregen resultaten met den aanplant van hevea in den cultuurtuin van eerstgemelde en op plantages van laatstgemelde plaats; en dus op werkelijkheid berust. (Vgl. het standaardwerk van mr. WIUGHT, Tropical Ayriculturitt, Indiiehe Mircintr, lla ntielxbelaiigeii, enz.) De volgende berekening werd dan door hem aangegeven : Staat van verkregen productie : Ouderdom ü, 283 gr. per boom, per H.A. 158,48 K.G , , , , 665,28 Voorzichtigheidshalve wordt de prijs per kilogram in onderstaande raming op slechts f 4 gesteld. i; aulltig Handelingen der Staten-Generaal. Bijlagen. li)u

5 [ ] V'erluMMfiug van de koloniau) huishoudelijke begroot ing van Surinmne roor Int dienst L909. liinnuiij der ojihmit/rt, he.rekend voltjtns Luvriistatnidi n innat xtaf, Per hectaro 350 boonien. I L909 laar s 1910 aill' 1917 laar juar 1919 v'an 90 II.A. geplant in 1908 Alsvoren in 1909 Alsvoren in Alsvoreu iu 1911 do's tegen t' 4 per K <J ',, Opbrengst in k i i400 o g r ii in m e n ' ^ ' i f 21 COOif f' f Uitgaven en intrest per volgens verordening : 1908 f Product en inkomsten over 11 jaren. R e e a p i t u 1 a t ie: Uitgaven met inteert over 11 jaren f K.G a f 4 «. f ,, t>» ~ ) n n ^ 12] 38A ,» a»> == ,, j) >> == J» yy j) W t> = H f f Op grond van deze berekening '.prak bedoeld lid de overtuiging uit, dat ooiio onderneming all d< voorgetitelde levensvatbaar zal blijken, enk al mocht in de toekomst de marktprijs van de rubber aanmerkelijk dalen, zelfs tot de helft van wat hij nu bedraagt. Ah men toch nagaat, dat eene caoutchoucplantage bij een prijs van 70 cent per halven kilogram product nog zonder schade kan L'i exploiteert! worden 'ooals op grond van de opgedane practijk op C'evlon als vaststaande wordt aangenomen terwijl het product tegen dezen prijs op den duur niet loonend kan geleverd vinden uit de oerwouden van Brazilië, voor het verkrijgen waarvan men zich aldaar meer en meer opofferingen, tijd en kosten zal lubben te getroosten, dan zal ten gevolge van concurrentie onder gecultiveerde ondernemingen bij eene daling van den prijs tot f 2 per K.O. nog met winst kunnen geproduceerd worden. Bedoeld lid hield zich voorts verzekerd, dat bij de dagelijks toenemende vraag naar rubber, van overproductie op do wereldmarkt geen sprake zal zijn, althans niet in de eerste tientallen van jaren, zoodat elke vree= daaromtrent ongegrond moest worden geacht. Intusschen werd het door hem met de deskundigen van het bestuur, blijkens de overgelegde stukken, zeer raadzaam geacht met den aanleg van onze onderneming spoedig to beginnen. Door verscheidene leden werd naar aanleiding van de beschouwingen van vorenbedoeld lid te kennen gegeven, dat, hoeveel waarde ook door hen wordt toegekend aan diens inzicht, en welk vertrouwen zij ook stellen in de door hem geleverde berekening van inkomsten, die, wanneer zij inderdaad op goede gronden souden blijken te berusten, de met eene gouvernements-rubberondorneining te behalen resultaten in een geheel ander en gunstiger licht zouden stellen dan de raming van het bestuur, door hen moeilijk anders kon worden gedaan dan de voordracht te beoordcelen,naar do door het bestuur verstrekte cijfers. Intuschen meenden zij te moeten opmerken, dat, hoe voordeeliger ook de grocivoorwaarden voor de hevea hier mochten zijn dan in Oost-Indië het geval is, de resultaten met eene caoutchouc-ondei neming hier te behalen, beneden de verwachtingen van eene dergelijke onderneming in Indië zouden blijven, in verband met het feit, dat we hier niet over zulke goedkoope werkkrachtcn als daar te beschikken hebben, terwijl in Indië niet eerder is bepaald de plaats waarop die onderneming zou worden aangelegd clan nadat deskundig onderzoek was ingesteld en in de landschappen Bajan en Langsar terreinen waren gevonden die groote trekken van overeenkomst vertoonen met die in de Straits, waar de cultuur van hevea brasiliensia met zooveel succes gedreven wordt. Zou het bestuur echter na kennisneming van de motieven van meerbedoeld lid met zoodanige voorlichting kunnen te gemoet komen, dat het zich kan aansluiten aan de berekening van dat lid, elan zou, naar hunne meening, meer grond bestaan voor de verwachting, dat de kolonie, eene dergelijke onderneming exploiteerende, veel eerder dan het 24ste na den aanleg daarvan uit do aangegane schuld geraken zal, en dan eerst zou met meer grond kunnen gesproken worden v*an eene goed rentegevendo zaak, welke door het particulier kapitaal zal kunnen worden ter hand genomen. S 3. Ten aanzien van de vraag, of de beoogde onderneming voor rekening van de kolonie mag opgericht e" geëxploiteerd worden, waren de gevoelens verdeeld. Voor enkele leden was deze vraag alles overheerschend. En aangezien zij door hen beslist ontkennend werd beantwoord, beitond er bij hen principieel bezwaar om hunne stem aan het ontwerp to geven. Door hen werd het standpunt ingenomen, dat het bestuur zich tot taak moet stellen de aanmoediging en bevordering van het particulier initiatief voor ondernemingen, doch het deelnemen in of het cxploiteeren van welke onderneming ook

6 [ J V'erboofring van do koloniale huishoudelijke begrooting van Suriname voor het dienst L9O0. door Int beituur «elf word alt zeer gewaagd door ben niet gerechtvaardigd geacht, boe aanlokkelijk ook de aard van do onderaeming moge zijn, omdat at geënt onderneming denkbaar i» waann im-n tegen failures volkomen gewaarborgd in. In dien gedachtengang weien zij op do In do kolonie opgedane ondervinding met de gouvernemente-cultuuronderneming Catharina Bophia', waaraan droeve herinneringen verbonden zijn, en op andere gouvernomentebedrijvon, aoomedë op den Burinaamsohen cultuurtuin, die, op bescheiden schaai begonnen, thans zeer veel kost, zonder dat zelfs een deel van de «laaraan bestede aanzienlijke bedragen vertegenwoordigd wordt door de eultivatie. En mocht al aan een cultuurtuin voor de gemeenschap veel nut verbonden zijn, hetzelfde kan van eene gouverncments-caoutchouc-ondoi neniing niet verklaard worden. Van die zijde werd er nog op gewezen, dat van gouvcrnoinentswego uitgevoerde werken steeds veel meer kosten' dan waarop zij particulieren zouden te staan komen, wat voor een deel aan gemis van voldoende controle op do geldmiddelen werd toegeschreven. Waar ook zij intusschen, zooals in 1 van dit verslag is uiteengexet, doordrongen zijn van de noodzakelijkheid, dat van bestuurswege nieuwe bronnen van inkomst voor de kolonie worden opgespoord, waren zij overtuigd, dat er thans reeds iets behoort gedaan te worden voor de heveacuituur. Vandaar, dat door hen in overweging word gegeven om te beginnen niet, geheel in overeenstomining met het gevoelen van het bestuur, langs den spoorweg op bescheiden schaal een proef te nemen met den heveaaanplant. Immers zijn, gelijk het bestuur zelf mededeelt, in de onmiddellijke nabijheid van den spoorweg boomen van de hevea guyanenaia ontdekt, zoodat alle reden bestaat om te verwachten, dat eene proefneming in die omstreken beantwoorden zal, terwijl een gunstig resultaat dier proef voor het particulier initiatief reeda voldoenden grond zou opleveren om deze cultuur krachtig ter hand te nemen. Andere leden, ten volle beamende het ten opzichte van de vroegere gouvernements-cultuurondernemiiig Catharina Bophia" e:, andere gouvernementsbedrijven door vorenbedoelde enkele leden aangevoerde, en ook van meening, dat het eenigsaina gewaagd is, dat het gouvernement zich in ondel nemingen van den aard als de onderwei pelijke steekt, omdat, althans voor het vertegenwoordigend lichaam, controle op het beheer daarvan niet wel mogelijk is, zoodat de vrees niet ongegrond geacht werd, dat, hoe hoog ook de raming van uitgaven scheen, de ervaring evenwel zou loeren, dat teleurstellingen niet zullen uitblijven achtte het intusschen, met het oog op den précairen toestand van 's lands middelen niet verantwoord om, waar door hen geen andere weg ken worden aangegeven om tot versterking van onze financiën te komen, het bestuur de gelegenheid te ontnemen om te trachten bronnen van inkomst voor de kolonie tot ontwikkeling te brengen. inmiddels werden do in '2 ontwikkelde bedenkingen tegen de voordracht door hen zoo zwaarwichtig geacht, dat zij vcrklaar- <len hunne stem over het ontwerp afhankelijk te stellen van hetgeen door het bestuur in de beantwoording daarvan zal worden in het midden gebracht. De overige leden op één na nioemcn het aangevoerde ten aaiizien van ondervonden teleurstellingen met gouverneinentsbedrijven volmondig toegeven. Bvenwel waren zij van oordeel, dat het niet verantwoord zou zijn het beatuur de gevraagde gelden te onthouden voor het opsporen van eene nieuwe bron van inkomst, die aan de koloniale kas aanzienlijke opbrengsten zou kunnen opleveren. En waar verzekere l wordt, dat de zaak, krachtdadig ter hand genomen en voortgezet, niet alleen voor den fiscus, maar in niet mindere mate voor de algcmeene welvaart van de kolonie, van ontegenzcggelijk groot voordeel kan worden, gevoelden deze leden zich onbezwaarcl hel bestuur de behulpzame hand te bieden ter bereiking van het beoogde doel. Hel welslagen der onderneming zou, naar hunne meening, reeds vrijwel gewaarborgd zijn, indien tot administrateur daarvan door bet bestuur gekozen werd een geschikt persoon, d. w. z. een practisch man, die zijne sporen op het gebied van plantcrii \erdiend heeft, want het behoefd* zeker geen betoog, dat zoowel voor een oordeelkundig en zuinig beheer als voor eene goede, deskundige behandeling der eventueele eultivatie, zonder welke van goed product geen sprake kan zijn, veel, zoo niet alles, van den administrateur zal afhangen. Het eene lid, zooeven bedoeld, was van gevoelen, dat het misltikkcn van gouvernementsondernemingen uit lang vervlogen tijden niet ali een argument tegen het ontwerp kon gelden. De kolonie i- thans in hei bezit van laiklhouwdepartoment en proefsiation, hetgeen i. i. voldoend? waarborgen tegen mislukking geeft Door meerdere leden werd tegen het gevoelen, dat zou behooren begonnen te worden met eene proef met hevea-aanplant op betcbeiden schaal langs den spoorweg, opgemerkt, dat men betreffendo dit terrein voor meer onb.'kenden slaat dan bij de cultuur <> i plantagegrond, zooals in de memorie van toelichting door bet In tuur wordt medegedeeld. Niel slechts ten o]>zi< hte van den bodem, maar ook ten opzichte van de vraagstukken van loozing en arbelderdiygieno zouden die onbekenden aan de proefneming gewichtige in den weg leggen. I. bezwaren Aangezien blijkens het onder de overgelegd' stukken voorkomende rapport van den inspecteur van den landbouw bij het bestuur principieel bezwaar bestaat, om als bijcultuur bacoven tusschen de hevea's te planten, hoofdzakelijk omdat nadeel gevreesd wordt van de dan te veroorzaken baooveuachaduw, waarvan de hevea's reeds na hun eerste te lijden zouden hebben welk bezwaar men beamen kon werd door sommige leden gevraagd, of het gcene aanbeveling zou verdienen, de bedoelde tusschenplanting te doen van struikgewas, desnoods na het eerste of het tweede van den aanleg der heveacuituur. Men meende dat hiervan ten minste het nut zou verkregen worden, dat voor het wieden op de heveavelden veel minder zou worden uitgegeven dan wanneer men te doen had mei eene ongemengde cultuur. Ben nog grooter voordeel zou daarvan het gevolg kunnen zijn, nl. dat het particulier kapitaal zich dan eerder zou leenen voor de caoutchouconderneming. Emmen i^ er meer grond voor de verwachting, dat particulieren groot kapitaal iteken zullen in eene onderneming van gemengde cultuur, waarvan de opbrengst der bijcultuur in de eerste jaren, ah wanneer van de hoofdcultuur geen product verkregen kan worden, zal strekken om de exploi tatiekoaten te helpen bestrijden, dan in eene plantage waarop uitsluitend bedoelde hoofdcultuur geëxploiteerd wordt. Een lid, dat in eene tusschenplanting van struikgewas geen nadeel zag voor de hevea's deed echter uitkomen, dat, indien tot uitvoering van het door vorenbedoelde leden aangegeven denkbccld zou worden overgegaan, de door dr. VAN HALL beoogd* plantwijdte van de hevea s bij eene ongemengde ïubbercultuur als door het bestuur voorgesteld, noodwendig grooter zou moeten worden gesteld, ten gevolge waarvan op een H.A. grond veel minder boomen geplant zouden moeten worden, waardoor dus de geheele raming van het bestuur gewijzigd zou moeten worden. Door dit lid werd volstrekt niet gevreesd, dat het particulier initiatief niet zou te vinden zijn voor den aanleg en de exploitatie van eene ongemengde heveacuituur. 5- Naar aanleiding van het medegedeelde in de memorie van to> lichting, nl. da' de behoorlijke tapproeven hier nog niet zijn genomen kunnen worden, en in verband met hetgeen te dien aanzien voorkomt in de overgelegde rapporten van dr. VAM HALL en den tijdelijken houtvester PLASSCHAEUT, werd aan het bestuur in overweging gegeven, het daarheen te leiden, dat die proeven alsnog genomen worden bijv. op de plantage Waterland". waar de oudste aanplantingen in deze kolonie aangetroffen worden. De juist aangehaalde mededceling in de memorie van toelichtiug gaf aanleiding aan enkelen om bet bestuur de vraag te doen, of er geen nut van verwacht wordt om, op het voorbeeld van Demerara, een onzer deskundigen te zenden naar eene plaats waar de rabbelcultuur geëxploiteerd wordt, ten eind.' de practische behandeling der boomen te kunnen beatudeeren. Immers, de beste wijze van toppen voor het verkrijgen van zoo groot mogelijk product is men i erst na jarenlange practijk te weten gekomen; onmogelijk ia het dus niet, dal practici achter nog meer geheimen voor eene goede behandeling der boomen :<ijn gekomen, welke in de literatuur nog niet bekend zijn. In dit verband werd gevraagd of bet bestuur bekend i» met bet systeem van toppen" der boomen', dat op Ceylon en in de Btraita Settloment in den regentijd wordt toegepast. I 6. Ten aanzien van.sloot wijk, tegen den koop waarvan door de Koloniale Staten geen bezwaar wat gemaakt, bestond bij de

7 [S4S. 5»] Vt'i'luiugiiig vuu ili' koloniulc huishoudelijke bcgrnoting van Suriname TOOI IK-I dienst lüüü, groote meerderheid geen» bedenking om acne eventueel» gouvar uementa-heveacultuur aldaar aan te leggen. Zij «raa hel mei bet bestuur volkomen eena, dat, waar de verwachting, dal dia hevea goed aal gedijen op onae alluviale kloi- en aaadgroodea op feiten iteunt, geconstateerd l»ij de aanplantingen >]> do plantagei en.11 den cultuurtuin, het aangeweseu is on de eerste gouvernement»* hevea onderneming te vestigen in do alluviale kuststreek, omdat mi-ii daardoor sooveej mogelijk oosekere factoren uitsluit. Bij Mn lid bestond overwegend beswaar, om mede ta werken tot den aanleg en bet eatploiteeren van eene gouvernementarubberonderneming op lea» plantage, omdat zij door hem, na ingewonnen deskundig advies, als niet geschikt wordt geaoht voor desa cultuur. 11 ij begreep niet beat, waarom de keuze van het bestuur op 81ootwijk" gevallen t-, «aar het gouvernement, naar hij meende, in die 'huurt to beschikken heeft over twee verlaten plantages, gelegen tusseben Constantia en Picardi, welke met nog mindere kosten dan het voor bet beoogde doel inrichten van Slootwijk" op behoorlijke loozing zouden kunnen worden gebracht. Hiertegen werd door anderen aangevoerd, dat door hen van deskundigen, die door eigen aanschouwing of door een jarenlang herhaald bezoek aan Slootwijk op de hoogte zijn van de grondgesteldheid dier plantage, zeer gunstige informaties zijn ingewonnen omtrent de geschiktheid van Slootwijk" voor elke cultuur, dus ook voor die van de rubber. Voorts meenden zij sterk te moeten betwijfelen, of de kosten voor het bepoldereu, het op loosing brengen, het zuiveren van den ziltigen grond van eene verlaten plantage als de door vorenbedoeld lid bedoelde, minder zullen bedragen dan het voor het, beoogde doel inrichten van Slootwijk". Integendeel zouden die kosten, naar hunne mcening, veel hooger komen te staan. Paramaribo, 7 December IV. Cu KIEL. COÜTTHHO. GEFKEN. MEMORIE VAN ANTWOORD. l..met waardeering nam de ondorgeteekende kennis van de ontvangat, die de voordracht bij de Koloniale Staten heeft gevonden. Reeds bij de behandeling van de koloniale begrooting voor 1908 bleek van de overeenstemming die bestaat omtrent de noodzaak, om ernstig naar middelen uit te zien, waardoor de financieele toestand der kolonie kan worden verbeterd, zonder dat nieuwe lasten op de bevolking worden gelegd. En hiervoor acht de onder - geteekendc eene gouverncments-rubboronderneming zeer doelt rcf fend. 2. De voordracht is door don ondorgeteekende hoofdzakelijk aanbevolen als een middel tot sterking van do koloniale financiën. Meer in het bijzonder had hij daarbij op het oog den druk die, blijkens het aangeteekendo op bladz 9 van de memorie van toelichting der loopendo bcgrooting, over 20, in geleidelijk toenemende mate, zal worden geoefend door rente en amortisatie voor spoorwegbouw. Immers in die jaren, ais de uitgaven die door de kolonie zelf moeten worden betaald, vrij belangrijk uitzetten, moet eene extra ontvangst, niet door belastingverhooging verkregen, buitengewoon welkom zijn. In verband niet dit hoofddoel billijkt de ondergeteekende geheel het standpunt, blijkens het voorloopig verslag bij de beoordeeling van de ontworpen verordening ingenomen, dat de aanneming van de voordracht afhankelijk stelt van de te verwachten rechtstre,ksche financieele baten. Zouden deze niet, menschelijkenvijze geproken, vaststaan, dan zou, ook zijns inziens, opvolging van het voorstel moeten worden ontraden ; maar hij haast zich er bij to voegen : dan zou dat voorstel ook door hem niet zijn gedaan. Minder goed kan ondergeteckeiidc zich vercenigen met de verv. ijzing in het voorloopig verslag naar hetgeen bij de toelichting van de bacoven-verordening werd aangevoerd. Daar was sprake van gouvernementaatean aan particuliere ondernemingen die in financieele moeilijkheden verkeerden en die, wilden zij niet geheel ten gronde gaan, tpoedig moesten worden geholpen; thans is aan de Orde ene gouve Tiiements-c uil uurondeiiiciiiing die j> as op de tweede plaat», namelijk indirect, aan den particulieren landbouw ten goede aal komen, maar die op de eerste plaats i echtitreekache versterking der koloniale geldmiddelen beoogt ü 1 een tijdperk, dat, nog betrekkelijk ver verwijderd, toch met zeke rheid nadert. J)e eisch : ipoedigt goede invloed op de financiën, mag aan eene rubberonderneming niet worden gesteld; het is bekend, di tt de productiviteit van dergelijke ondernemingen eerst na eenige jaren begint. Hoofdsaak is en dit wordt blijkens het Voor! oopig Verslag ook dooi de Koloniale Staten bedoeld dat de entabiliteit vaststaat. Ondergeteekende spreekt gaarne zijn dank uit voor den kracht i- gen steun die m den boezem der Koloniale Staten, blijkbaar van deskundige zijde, aan de voordracht, speciaal op dit hoofdpunt, is ten deel gevallen. Het is zeer wel mogelijk, dat de ramingen, in het voorloopig verslag medegedeeld, in de uitkomst juister zullen blijken dan die welke door den inspecteur van den landbouw werden <>pgemaakt ; want bij dezen laatste heeft ten overvloede worde dit hier nogmaals gezegd voortdurend een zeer omstig streven voorgezeten om alle teleurstelling te voorkomen, en het is zeer wel mogelijk, dat daardoor een to weinig helder financieel program is ontwikkeld. Bij het schatten der uitgaven is zoo volledig mogeiijk rekening gehouden met tegenvallers en zoo is cene begrooting verkregen waarvan met zoo groote zekerheid als bij een landbouwbedrijf mogelijk is, gezegd kan worden, dat de uitgaven niet overschreden zullen worden, maar wellicht belangrijk lager zullen blijken te zijn. Zoo is ook bij het schatten der inkomsten eene begrooting gemaakt, waarvan met dezelfde zekerheid kan gezegd worden, dat de inkomsten niet minder zullen bedragen, wellicht belangrijk meer. Na d: ontvangst van het voorloopig verslag heeft de ondergetcekenclc nog speciaal zijne aandacht gewijd aan de prijzen van den caoutchouc, die in het vorig eene niet onbelangrijke daling vertoonden : van f 7,80 per K.G. in Januari tot f 7,20 in September op de Hamburgsche markt (1). Biijkens het verslag van den waarnemenden consul-generaal VENIXÜ, te Hamburg, opgenomen in de door het Ministerie van Landbouw, enz. uitgegeven Hemdeltberichten, 1ste gang, n. 34, moet deze achteruitgang der prijzen worden toegeschreven aan den gedrukten toestand van de geldmarkt. Het geld is te duur De fabrikanten zijn daardoor niet geneigd groote voorraden caoutchouc te houden, terwijl zij trachten hun fabrikaat zoo spoedig mogelijk van de hand te doen, ten einde zoodoende weder kapitaal beschikbaar te krijgen." En elders in hetzelfde artikel leest men : Caoutchouc is een artikel, dat tegenwoordig bijna in elke industrie gebruikt wordt. Een gevolg hiervan is, dat in normale tijden de vraag naar dit artikel over het algemeen aan weinig schommelingon onderhevig is. Immers, is in den ecnen tak van industrie de behoefte aan caoutchouc geringer, dan zal veelal de grootere vraag naar dit artikel in een anderen tak de totale vraag weder normaal maken. Doch het veelvuldig gebruik van caoutchouc heeft eveneens ten gevolge, dat dit artikel op de markt den algemeenen stand van zaken zal volgen. Dit verklaart, dat ten tijde der algemeene depressie van ook de caoutchoucprijzen het laagst waren." Ten slotte wordt aan deze zaakkundige beschouwing nog deze uitspraak ontleend: Over het algemeen is men van oordeel, dat de caoutchoucmarkt eene goede toekomst te gemoet gaat." De op f 5 per K.G. aangenomen rubberkrijs kan dus, als volkomen veilig, worden gehandhaafd. A1- men zich nu houdt aan de minst gunstige van do twee opgemaakte ramingen, namelijk die van den inspecteur van den Landbouw, dan zou na 23 uit de opbrengsten der onderneming alles zijn afbetaald wat aan do onderneming ten koste werd ge- (1) Volgens aosomt» opgave daalde de fijne l'ari van f 7 02 in Januari tot f C,0C in September. De hidi.irh? Mercuur van 26 November 1Ü07 deelt mede, dat hard S/m Var,i op 15 November jl. te Londen was genoteerd op I 4,8-i per Kg. Ilierbjj wordt aangeteekeml : deze lage Wind worat toegeschreven aan de algemeene malaise in de Vereenigde Staten en de boogt tianurente in Europa. Den II November werd te Antwerpen nogi'amanoekan Tiascm <aontcboue verkocht voor 12,12 tres. per Kg In België deelden gezaghebbende personen mede, dat volgens hunne meening spoedig eene verbetering der prij/.en te wachten is. Opvallend is, dat in Amerika meerdere fabrieken worden opgericht, waarin men uitsluitend rerlained rubber" bereidt, een product dat 1 a 2 geleden slechts als minderwaardig surrogaat werd beschouwd."

8 Bijlagen. [ ] Tweede Kamer. Verhooging van de koloniale huishoudelijke begrooting van Suriname roor bet dienst 1909, legd; er zou van den eersten dag al' behoorlijk rente zijn gekweten, zoodat do onderneming na verloop van dien tijd geheel vrij zou zijn. Het komt don ondergeteekende voor, dat OOM onderneming, waarvan dit resultaat kan worden voorzien en waarvan dan venhr oono zuivere bate voor do koloniale kas van f 80 mille 'sjaals mag worden vorwaeht dat is ruim do opbrengst van een der hoofdmiddelon voor de koloniale financiën : de inkomstenbelasting minstens zeer bevredigend mag worden genoemd. Het is den ondergeteekende niet bekend, waarop do in hot voorloopig verslag geuite nieeniug berust, dat het geheel onzeker U of do boomen bij hoogeren leeftijd dan 30 nog oen noemcnswaard product zullen geven.'' Vermoedelijk houdt deze meening verband met ene aanteekening bij eene door dr. TIIOMI' Dl HAAS gemaakte raming, voorkomende in de geheime gedrukte nota, die tor kennisneming aan do commissie van rapporteurs word toegezonden en waaruit blijkt, dat bij zorgvuldige on rationeel behandeling d eaoutchoucboomen in Brazilië in don natuurstaat langer dan twintig jaren worden afgetapt, terwijl de levensduur de rubbertuinen nog onvoldoende is om daaromtrent vast uitsluitsel te geven. Roods dr. THEUB merkt op, dat bij oordeelkundigo exploitatie veel langer groot product ie zou mogen worden verwacht dan bij do in het wild groeiende boomon. En naar de meening van den inspecteur van den landbouw mist de bewering, dat do hevea-brasiliensis bij hoogeren leeftijd dan 30 geen noemenswaardig product meer zal leveren, redelijken grond. De oudsto in cultuur zijndo boomon bevinden zich op Ceylon; deze werden geplant in 1876 en waren afkomstig uit Kew Gardens; deze boomen te Henaratgoda, Peradereya en Perak zijn dus thans 31 oud (zie het ook in het voorloopig verslag genoemde werk van HEPIIKRT WRIGHT, Para Rubber 2d edition, bladz. 1). Zij toonen nog geen spoor van ouderdomszwakte on 8 van d ze boomen te Peradereya gaven in 1905, op bijna 30- jarigen leeftijd, in 3 maanden tijds te zamen een opbrengst van ruim 13 K.G. caoutchouc; 4 van deze boomen gaven voorts tusschen 1G Juni 1905 en 1G Februari 1906, dus in 8 maanden tijds, samen een opbrengst van ruim 12 K.G. rubber (zie WRIGHT, bladz. 93/94). In de Amazonestreek is het bovendien bekend, dat de boomen gedurende 5ö en meer jaren getapt kunnen worden; gaat men na, dat d boomen daar niet vóór het 25ste getapt worden, dan blijkt het, dat de hevea's tot op hoogen leeftijd productief blijven (zie JUMELLE : Let flantet <t Caoutchouc et Gutta-pereha, 1903, bladz. 86/87). Men neemt dan ook gewoonlijk aan, dat hevea brasiliensis omstreeks 100 oud wordt. In n<>. 35 van de hierboven reeds geciteerde Handelsberichten wordt melding gemaakt van een gouvernoments-rubberaanplant te Mcrgui (Burnia) in 1878 op klein schaal met hevea brasiliensis begonnen en in 1900 van meer beteekenis geworden, die thans voor 30 jaren zal worden verpacht, met het recht de pacht na afloop van dezen termijn voor 20 te hernieuwen. Welke benaling natuurlijk geen zin zou hebben, als men gedurende die 20 jaren niet eene winstgevende exploitatie voorzag. Men mag dus wel aannemen, dat de groote productiviteit der ontworpen onderneming niet, reeds zeven jaren nadat zij zich financieel vrij zal hebben gemaakt zal eindigen, maar dat zij veeloer zich over vele jaren zal uitstrekken. En' hiermede is, naar het voorkomt, eene der ernstigste bedenkingen tegen het voorstel opgelost. Zou de totale zuivere rechtstreeksche bate voor de koloniale kas, indien de in het voorloopig verslag weergegeven meening juist ware geweest, eenigo tonnen J gouds hebben bedragen (voor de beperkte financiën der kolonie nog niet verwerpelijk), nu op eene productie van eenige tientallen jaren na het 23ste mag worden gerekend, verandert natuurlijk de geheele voorstelling, die men zich van de financieele uitkomsten gevormd had. Voor den ondergeteekende stonden deze j gunstigo uitkomsten van den aanvang af zoozeer vast, dat hij in de memorie van toelichting daaraan thans tot zijn leedwezen! geen uitvoerige beschouwingen wijdde. Het gerezen misverstand zou daardoor allicht zijn voorkomen. In het vorenstaande werd, in aansluiting aan de memorie van toelichting en aan het voorloopig verslag, uitgegaan van de onderstelling, dat allo opbrengst der onderneming, na aftrek van de exploitatie-kosten, zou worden besteed voor ronto n amortisatie. In de practijk zal d gang der zaken vermoedelijk anders zijn. De uitgaven voor de rubberondernoming zullen, voor zoolang en voor zooveel zij niet uit do inkomsten der plantage kunnen worden bestreden, worden voldaan met fondsen uit de koloniale geldmiddelen, welke tot het verstrekken van die gelden door leening in staat worden gesteld. De druk, welke daardoor op die Handelingen der Staten-Ueneraal. Bijlagen geldmiddelen zal worden uitgeoefend, zal blijken uit dou H*>t voor route en amortisatie der voor de rubberonderneining uitgegeven esrieva van de leening voor produotieve workon. vegen* ovor dezen uitgavcpost zal Ouder de inkomsten een gelijk bedrag uit d rnhooromhiiiwniing moeten worden opgenomen, zoodat, afgezien van de jaren aan do product levering voorafgaand;', noch d be!astingbetalers- noch de bijdrage van het moederland san do rabberonderneming eenigen invloed ondervinden. Wat van d opbrengst der onderneming overblijft, na aftrek van hel in de koloniale begroeting voorkomende voor renteen amortisatie, hou worden gebruikt tot vervroegde aflossing, maar tal waar chijnlijk beter voor andere koloniale uitgaven worden bestond. Het is dat deel van de opbrengst» dat, indien de rubhi rplantage eene particuliere onderneming was, zou worden gebruikt tol winst* uitdeêling nadat voldoende op het kapitaal was afgelost en nadat do noodige rente was betaald. Voor do gouvernements-hevea» ultuur zullen 8 serioën van de leening voor productieve werken worden uitgegeven, en voor do eerst twaalf jaren zal het volgend overzicht gelden :.laar. Uitgaven. Inkomsten. Bedrag voor Aan het rente eu aliossiug uoodig. eind v h schuldig f r<»7 ooo.oo t «f , ,00 m f 4 000, , ,00 n, , ,00 n ,00 42, , , , ,00 f , , , , , , , , , , , , , , , , , , , ,000, , , , , , ,00 Reeds in 1913 overtreffen de inkomsten het bedrag dat voor rente en amortisatie noodig is, eu in 1919 zal do koloniale kas uit do hevea-onderneming reeds eene bate bobben van f , die door stijging der inkomsten toeneemt tot f en, na eenige jaren constant te zijn geweest, door vermindering van het bedrag, noodig voor rente en aflossing van het geleende geld, weder opklimt tot het 1952, in welk de uit de leoning voor productieve werken verkregen gelden geheel zullen zijn afgelost. In datzelfde bezit de kolonie eene rubboronderneming, waarvoor uit de koloniale middelen feitelijk niets is betaald de over de jaren 1909/12 voor rente en amortisatie bestede bedragen zijn dan ook terugontvangen en kan gerekend worden op eene lijksche bate van f Bestaat er dus, hoe ook de gang van zaken zal zijn hetzij dat door extra aflossing de schuld zoo spoedig mogelijk wordt gedelgd, hetzij dat de schuld volgens het programma voor de leeningen voor productieve werken wordt afgelost en het mcerdcre voor andere doeleinden wordt besteed geen redelijke grond voor den blijkens het voorloopig verslag gerezen twijfel, of do hevea-aanplant wel belangrijke baten voor de kolonialo kas zal opleveren, evenmin bestaat er reden om te vermoeden, dat de voorgestelde begroot ing het particulier initiatief zal afsi'brikken om hevea-ondernomingen in Suriname op touw te zotten. Afgezien van het feit, dat zelfs bij deze uiterst voorzichtige raming de onderneming nog zeer winstgevend belooft te zijn, zal reeds de omstandigheid, dat het. gouvernement in Suriname eeno hevea-plantage exploiteert, en het vertrouwen, dat het gouvernement hierdoor in die cultuur blijkt te bezitten, eeno groote aanmoediging zijn voor het particulier initiatief. Als de ondergcteekende zich niet geheel vergist, dan heeft reeds het aanhangig

9 10 \:i i:t. ;>.] Wrhooging van de. koloniale huishoudelijke begrooting van Suriname voor IKM dienst l!t<)!). maken van dece ontwerp>verordeaing belangstelling en willigbeid van het kapitaal gewekt. Voor ondernemingen als deze is minder de grootte van het beuoodigdu kapitaal van belang, dan wel de zekerheid van de geldbelegging en do vooruitzichten on rout:ibiliteit. En het staat vast, dat het op degelijke voorbereiding jciustend vertrouwen van hot gouvernement ook het vi il rouwen der particulicn n wekken en sterken zal. Naai aanleiding van het voorkomende in hot voorlaatste lid van 2 in het voorloopig verslag merkt de ondergeteekendo op, dat uit bet oogpunt van geschiktheid van bodem en klimaat, Suriname Eoker niet achterstaat bij de streken waar in Neder* landsch Oost lndië de gouveiiicmciits rubl/oronderneniing wordt tot stand gebracht. Do ondergeteekende vreest, dat het vruchteloozo moeite zal zijn om te trachten de principieele tegenstanders van deze voordra< lil tot aanvaarding daarvan te brongen. Zij beantwoorden blijkens hot voorloopig verslag do vraag, of de beoogde onderneming voor rekening van de kolonie mag opgericht en geëxploiteerd worden, beslist ontkennend". Voor eene dergelijke gevestigde overtuiging past den ondergeteekende eerbied. Met deze overtuiging is wat ten opzichte van de bacoveneultuur in deze kolonie geschiedt, in strijd. Immers, het deelnemen in welke onderneming ook door het bestuur zelf", werd door hen niet gerechtvaardigd geacht. Waar hem niet bekend is, dat de gouvcrncnientsdeelnemhig in de baeovencultuur principieel verzet in de Koloniale Staten heeft gevonden, waagt de ondergeteekonde de onderstelling, dat hij de bedoeling van de bezwaarde leden niet geheel juist begrijpt. Moest de nadruk vallen op de woorden door het bestuur zelf", zoodat liet de vrees voor ambtenaarsbeheer is, die het bezwaar ingeeft, dan veroorlooft de ondergeteekende zich te herinneren, dat blijkens de memorie van toelichting zooveel mogelijk de beheermethode der particuliere ondernemingen zal worden gevolgd. Moet het principieele bezwaar worden geëerbiedigd kan zelfs worden toegegeven, dat het niet. geheel denkbeeldig is, in geenen deele kan eene sterking van dat bezwaar worden gezien in hetgeen in het voorloopig verslag ter toelichting daarvan is vermeld. Do in herinnering gebrachte gouvernementssuikerplantagc Catharina Sophia", die reeds ongeveer 40 geleden als gouvernementsonderneming werd opgeheven, onder geheel andere condities werkte dan de rubberplantage zal doen en op geheel andere wijze was ingericht, mag niet als afschrikwekkend voorbeeld aangehaald worden, en allerminst als bewijs, dat de kansen voor oen gouveinenientsbedrijf ongunstig genoemd moeten worden. En het in dit verband noemen van den cultuurtuin maakte op ondergeteekende een eenigszins vreemden indruk, daar deze instelling zeker nooit als een gouvernementsbedrijf is bedoeld en ook nooit is verondersteld, dat de inkomsten zelfs bij benadering de uitgaven zouden dekken. Ondergeteekendo sluit zich echter geheel aan bij de leden die moenen, dat eene gouvernementsonderneming gerechtvaardigd en zelfs gebodsn is, indien met hooge zekerheid verwacht kan worden, dat de onderneming belangrijke inkomsten zal opleveren, en hij veroorlooft zich om met nadruk de aandacht er op te vestigen van hen die beginselbezwaren doen gelden, dat men met afbrekende critiek niet volstaan kan. Gegeven den financieelon toestand der kolonie, gegeven het niet te loochenen feit, dat alleen reeds door rente en amortisatie van leeningen de koloniale uitgaven nog vele jaren belangrijk zullen uitzetten, moet er met ernst naar worden gestreefd om de middelen ruimer te doen vloeien, zonder dat telkens de belastingschroef moet worden aangezet. En daarom gaat het niet aan, om, zonder dat men iets beten aan de hand doet, eenvoudig oen weg af te sluiten, die elders niet vrucht wordt bewandeld. Gaarne geeft de ondergeteekendo de verzekering, dat bij het inlichten en exploiteeren der onderneming ambtelijke sleur au alles wat de energie zou dooden zal worden vermeden, en dat er door zorgvuldige keuze van bekwaam personeel naar zal worden gestreefd om, ook wat do inrichting en het beheer betreft, deze onderneming oen voorbeeld voor andere te doen zijn. Aan den raad, om eene proefneming met hevea-aanplant op beaobeideu schaal langs don spoorweg ter hand te nemen, wordt bij do voor 1909 ontworjmmi begroeting, die in Maart a. s. do Koloniale Staten zal bereiken, gevolg gegeven. Te recht werd door meerdere leden opgemerkt, dat deze proefaanplaiitingen op volcrlei gebied nuttige lessen kunnen geven. 4. Naar een gewas, als bedoeld in 4 van het voorloopig verslag, dat in de eersto jaren als vruchtgevende tussehenplanting zal gebruikt kunnen worden, zal zeer zeker gezocht worden door de inspectie van den landbouw. Tot nog toe is het evenwel in geen land nog gelukt, een dergelijk gewas te vinden, dat de hevea niet benadeelt en zelf ook geen belangrijk nadeel van de hevea's ondervindt. Overigens verocnigt zich de ondergeteekende met hetgeen door een lid werd opgemerkt naar aanleiding van het door anderen te dezer zake aangevoerde. 5. Betreffende het in 5 van het voorloopig verslag opgemerkte kan de ondërgeteokonde mededeelen, dat door de inspectie van den landbouw tapproeven worden genomen in samenwerking met den directeur van Waterland", en dat het vraagstuk, op welke wijze de hoornen in Suriname getapt moeten worden, die volle aandacht van de inspectie van den landbouw zal blijven behouden. Ook op andere plantages zullen proeven genomen worden, zoodra de boomen de voor het tappen vereischte afmetingen hebben. In overeenstemming met den inspecteur van den landbouw komt het den ondergeteekende vooralsnog niet noodzakelijk voor, en om de hooge kosten die zulk eene zending zou medebrengen, niet gerechtvaardigd, om een onzer deskundigen te zenden naar een land waar de rubbereultuur beoefend wordt. Het systeem van toppen" is aan de landbouwinspectio bekend; het is reeds een geleden in den cultuurtuin toegepast. 6. De ondergeteekende waardeert de instemming, die de aankoop van Slootwijk" bij de Koloniale Staten heeft gevonden. Tegenover het advies van den door een der leden geconsulteerden ongenoemden deskundige", dio de plantage Slootwijk" niet geschikt acht voor do rubberonderneming, stelt ondergeteekendo hot advies van de beide commissies van deskundigen, die de plantage hebben ondei zocht en zeer gunstig er over rapporteerden. De inrichting van de door het lid bedoelde verlaten plantages tusschen Constantia en Picardie gelegen ( Purmerend" en Weigevallen") zoude, zooals te recht door enkele andere leden reeds verondersteld werd, meer kosten vereischen dan de inrichting van Slootwijk", terwijl de grond in meer dan in één opzicht niet van zoo uitstekende qualiteit schijnt. Paramaribo, 7 Februari De. Gouverneur van 8urmamt, IDENBURG.

DE RAAD VAN BEROEP VOOR DE DIRECTE BELASTINGEN TE s-gravenhage,

DE RAAD VAN BEROEP VOOR DE DIRECTE BELASTINGEN TE s-gravenhage, RAAD VAN BEROEP voor de DIRECTE BELASTINGEN te s-gravenhage. Aangeteekend per post aan partijen toegezonden 26 Mei 1937 De Secretaris van den Raad van Beroep voor de directe belastingen te s-gravenhage

Nadere informatie

INKOMSTEN EN UITGAVEN

INKOMSTEN EN UITGAVEN Bijlagen. 1. 14. Koloniale huishoudelijke begrootiiig van Suriname Tweede Kamer. li O " " voor het. dienstiaar dienstjaar. 1914. [1. - H.] ALGEMEEN OVERZICHT VAN DE INKOMSTEN EN UITGAVEN VAN HET IMMIGRATIEFONDS

Nadere informatie

N 54. 'SGRAVENHAGE, den 10 October 1876.

N 54. 'SGRAVENHAGE, den 10 October 1876. A A (Extract). EXTRACT nit het Register der Resolutien van den Minister van Financien. In- en uitgaande regteu en accijnsen. N 54. 'SGRAVENHAGE, den 10 October 1876. Dc Minister, enz. Heeft goedgevonden

Nadere informatie

Rederlandschlndisde laatschappij

Rederlandschlndisde laatschappij J VAN-PE Rederlandschlndisde laatschappij VAN NIJVERHEID en LANDBOUW. i:, o-i, Handel enz. JK ^f ",. 'T 4 STATUTEN VAN DE Rederlandsch-Indische Maatschappij VAN NIJVERHEID en LANDBOUW. OGILVIE & Co. 1885.

Nadere informatie

SINAASAPPEL-CULTUUR IN SURINAME

SINAASAPPEL-CULTUUR IN SURINAME SINAASAPPEL-CULTUUR IN SURINAME DOOR J. A. LIEMS II In de W. I. Gids van Februari 1930, is door mij aan de hand van officieele gegevens, het doodvonnis door Prof. G. Stahel, directeur van het landbouwproefstation

Nadere informatie

Wet voor het Natuurkundig Gezelschap te Middelburg. Vastgesteld den 13 december 1869. Artikel 1.

Wet voor het Natuurkundig Gezelschap te Middelburg. Vastgesteld den 13 december 1869. Artikel 1. De oudste nog bewaard gebleven statuten, toen nog wetten, van de vereniging dateren van 1869. Het Gezelschap was nog eigenaar van het Musæum Medioburgense, dat om die reden ook in deze wetten wordt vermeld.

Nadere informatie

EENIGE AANVULLINGEN OP DE ENCYCLOPAED1E VAN WEST-INDIE

EENIGE AANVULLINGEN OP DE ENCYCLOPAED1E VAN WEST-INDIE EENIGE AANVULLINGEN OP DE ENCYCLOPAED1E VAN WEST-INDIE HET MUNTWEZEN IN SURINAME DOOR C. R. WEIJTINGH Kort na het uitbreken van den wereldoorlog in 1914 werd den Gouverneur bij Verordening van 18 Augustus

Nadere informatie

Vast-stelling begrooting openbaar lichaam,,de Wieringermeer" voor 1938. Wijziging begrooting Zuiderzeefonds voor 1936.

Vast-stelling begrooting openbaar lichaam,,de Wieringermeer voor 1938. Wijziging begrooting Zuiderzeefonds voor 1936. 6 301.5. Vast-stelling begrooting openbaar lichaam,,de Wieringermeer" voor 1938. Wijziging begrooting Zuiderzeefonds voor 1936. 301. 5. BIJLAGE VAN DE MEMORIE VAN TOELICHTING. Nota betreffende de financiering

Nadere informatie

2004B4458JB VOLLEDIGE EN DOORLOPENDE TEKST VAN DE STATUTEN VAN STICHTING PRIORITEITSAANDELEN EUROCOMMERCIAL PROPERTIES

2004B4458JB VOLLEDIGE EN DOORLOPENDE TEKST VAN DE STATUTEN VAN STICHTING PRIORITEITSAANDELEN EUROCOMMERCIAL PROPERTIES 2004B4458JB VOLLEDIGE EN DOORLOPENDE TEKST VAN DE STATUTEN VAN STICHTING PRIORITEITSAANDELEN EUROCOMMERCIAL PROPERTIES STATUTEN Naam en zetel Artikel 1. De stichting draagt de naam: Stichting Prioriteitsaandelen

Nadere informatie

Burgerlijk Wetboek boek 7 titel 12. Aanneming van werk. Afdeling 1. Aanneming van werk in het algemeen

Burgerlijk Wetboek boek 7 titel 12. Aanneming van werk. Afdeling 1. Aanneming van werk in het algemeen Burgerlijk Wetboek boek 7 titel 12. Aanneming van werk Afdeling 1. Aanneming van werk in het algemeen Artikel 750 1. Aanneming van werk is de overeenkomst waarbij de ene partij, de aannemer, zich jegens

Nadere informatie

GOUVERNEMENTSBLAD van SURINAME

GOUVERNEMENTSBLAD van SURINAME 1972 No. 173 GOUVERNEMENTSBLAD van SURINAME LANDSBESLUIT van 28 december 1972, houdende uitvoering van de artikelen l lid 3, 2 sub 2, 3, 4, 9 lid 2 van de Landsbedrijvenverordening" (G.B. 1971 No. 181).

Nadere informatie

Gerechtshof te 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 29 maart 2002 Nr. BK-00/01073 UITSPRAAK

Gerechtshof te 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 29 maart 2002 Nr. BK-00/01073 UITSPRAAK Gerechtshof te 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 29 maart 2002 Nr. BK-00/01073 UITSPRAAK op het beroep van de Stichting X te Y tegen de uitspraak van de Inspecteur, het hoofd van de eenheid

Nadere informatie

Verordening Bezwarenprocedure Personele Aangelegenheden

Verordening Bezwarenprocedure Personele Aangelegenheden Verordening Bezwarenprocedure Personele Aangelegenheden Wetstechnische informatie Gegevens van de regeling Overheidsorganisatie Officiële naam regeling Citeertitel Besloten door Deze versie is geldig tot

Nadere informatie

Gezien het overlegde vertoogschrift en de uitgebrachte berichten,

Gezien het overlegde vertoogschrift en de uitgebrachte berichten, 2714 De Raad van Beroep voor de Directe Belastingen te Assen, Gezien het beroepschrift, ingediend door X te Z, d.d. 6 November 1925 tegen de uitspraak van den Inspecteur der directe belastingen te Y op

Nadere informatie

X wonende te Y, appellant, tegen het college van bestuur van de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans verweerder,

X wonende te Y, appellant, tegen het college van bestuur van de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans verweerder, Zaaknummer: 1995/155 Rechter(s): mr. Olivier Datum uitspraak: 21 december 1995 Partijen: X tegen het college van bestuur van de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans Trefwoorden: Auditor, inschrijving,

Nadere informatie

ANTWOORD OP INDRUK VAN SURINAME" VAN IR. IMAN G. J. VAN DEN BOSCH

ANTWOORD OP INDRUK VAN SURINAME VAN IR. IMAN G. J. VAN DEN BOSCH ANTWOORD OP INDRUK VAN SURINAME" VAN IR. IMAN G. J. VAN DEN BOSCH DOOR J. A. LIEMS Onder het hoofd: Indruk van Suriname" komt in het Nov. no. _ van dit blad een artikel voor van Ir. Iman G. J. van den

Nadere informatie

Rapport. Datum: 24 april 2001 Rapportnummer: 2001/110

Rapport. Datum: 24 april 2001 Rapportnummer: 2001/110 Rapport Datum: 24 april 2001 Rapportnummer: 2001/110 2 Klacht Verzoeker, een Afghaanse asielzoeker, klaagt over de lange duur van de behandeling door de Immigratie- en Naturalisatiedienst van het Ministerie

Nadere informatie

PRIJSBEHEERSCHING IS ZELFBEHEERSCHING

PRIJSBEHEERSCHING IS ZELFBEHEERSCHING PRIJSBEHEERSCHING IS ZELFBEHEERSCHING Er is een dringend tekort aan grondstoffen voor de Nederlandsche industrie en het Nederlandsche ambacht. Voor het herstellen van beschadigde huizen is hout, glas,

Nadere informatie

Regeling behandeling bezwaarschriften Stichting Onderwijsgroep Zuid-Hollandse Waarden voor PO en VO

Regeling behandeling bezwaarschriften Stichting Onderwijsgroep Zuid-Hollandse Waarden voor PO en VO Regeling behandeling bezwaarschriften Stichting Onderwijsgroep Zuid-Hollandse Waarden voor PO en VO Artikel 1: Begripsbepalingen In deze regeling wordt verstaan: a. Besluit: een schriftelijke beslissing

Nadere informatie

1.3. De Inspecteur heeft een vertoogschrift ingediend, dat is ontvangen op 3 april 2000.

1.3. De Inspecteur heeft een vertoogschrift ingediend, dat is ontvangen op 3 april 2000. BESCHIKKING RAAD VAN BEROEP 28 juli 2000 Vonnisnummer : 1999/275 Datum : 28 juli 2000 Rechters : mrs. A.W.M. Bijloos als voorzitter en de leden C.W.M. van Ballegooijen en L.F. van Kalmthout. Middel : Winstbelasting

Nadere informatie

Gehoord ter zitting van 12 april 1983 belanghebbende, vergezeld van voornoemde gemachtigde, alsmede de inspecteur;

Gehoord ter zitting van 12 april 1983 belanghebbende, vergezeld van voornoemde gemachtigde, alsmede de inspecteur; Belastingkamer nr. 3840/82. UITSPRAAK HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM, Tweede Meervoudige Belastingkamer; Gezien het op 6 augustus 1982 ter griffie ingekomen beroepschrift van X te Z, belanghebbende, ingediend

Nadere informatie

G E R E C H T S H O F A R N H E M.

G E R E C H T S H O F A R N H E M. G E R E C H T S H O F A R N H E M. C.v.V. No. 445/1968 Belastingkamer Het Gerechtshof te Arnhem, meervoudige belastingkamer; Gezien het beroepschrift, ingediend door X wonende te Z, ingekomen op 17 september

Nadere informatie

Uitspraak 22 oktober rolnr. 95/82 M I. Griffie 3050/81 Type: ev. HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, eerste meervoudige belastingkamer;

Uitspraak 22 oktober rolnr. 95/82 M I. Griffie 3050/81 Type: ev. HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, eerste meervoudige belastingkamer; Uitspraak 22 oktober rolnr. 95/82 M I Griffie 3050/81 Type: ev HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, eerste meervoudige belastingkamer; GEZIEN het beroepschrift van X te Z tegen de uitspraak van de Inspecteur

Nadere informatie

Informatie aan niet-opdrachtgever. Onjuiste oppervlakte in verkoopdocumentatie.

Informatie aan niet-opdrachtgever. Onjuiste oppervlakte in verkoopdocumentatie. Informatie aan niet-opdrachtgever. Onjuiste oppervlakte in verkoopdocumentatie. Klager heeft een woning gekocht die beklaagde in verkoop had. In de verkoopdocumentatie van beklaagde werd vermeld dat de

Nadere informatie

Rapport. Datum: 3 augustus 2000 Rapportnummer: 2000/261

Rapport. Datum: 3 augustus 2000 Rapportnummer: 2000/261 Rapport Datum: 3 augustus 2000 Rapportnummer: 2000/261 2 Klacht Op 27 oktober 1999 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van mevrouw D. te Zeist, met een klacht over een gedraging van het Landelijk

Nadere informatie

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden

Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 1995 275 Besluit van 18 mei 1995, houdende vaststelling van maatstaven die bij het in artikel 7a, eerste lid, van de Wet opneming buitenlandse pleegkinderen

Nadere informatie

VERSLAG VAN DE COMMISSARIS R0403 UITGIFTE VAN AANDELEN ZONDER VERMELDING VAN NOMINALE WAARDE BENEDEN FRACTIEWAARDE

VERSLAG VAN DE COMMISSARIS R0403 UITGIFTE VAN AANDELEN ZONDER VERMELDING VAN NOMINALE WAARDE BENEDEN FRACTIEWAARDE VERSLAG VAN DE COMMISSARIS R0403 UITGIFTE VAN AANDELEN ZONDER VERMELDING VAN NOMINALE WAARDE BENEDEN FRACTIEWAARDE IN KADER VAN ARTIKEL 582 VAN HET WETBOEK VAN VENNOOTSCHAPPEN 4ENERGY INVEST NV GEVESTIGD

Nadere informatie

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten (Tekst geldend op: 26-08-2014) Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten Wij WILHELMINA, bij de gratie Gods, Koningin

Nadere informatie

1.1. De Inspecteur heeft appellante voor het jaar 1993 een taxatieve aanslag in de winstbelasting opgelegd, gedagtekend 3 juni 1996.

1.1. De Inspecteur heeft appellante voor het jaar 1993 een taxatieve aanslag in de winstbelasting opgelegd, gedagtekend 3 juni 1996. BESCHIKKING RAAD VAN BEROEP 24 september 2001 Vonnisnummer : 1998/191 Datum : 24 september 2001 Rechters : mrs. L. van Gijn als voorzitter en de leden C.W.M. van Ballegooijen en L.F. van Kalmthout Middel

Nadere informatie

Rapport. Datum: 15 november 2007 Rapportnummer: 2007/257

Rapport. Datum: 15 november 2007 Rapportnummer: 2007/257 Rapport Datum: 15 november 2007 Rapportnummer: 2007/257 2 Klacht Verzoeker klaagt er over dat de Belastingdienst/Rivierenland/kantoor Gorinchem bij zijn beschikking van 7 juli 2005 geen ambtshalve vermindering

Nadere informatie

Rapport. inzake. de stichting FUNDASHON E HENDE. tegen. de Minister van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning

Rapport. inzake. de stichting FUNDASHON E HENDE. tegen. de Minister van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning Rapport inzake de stichting FUNDASHON E HENDE tegen de Minister van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning Scharlooweg 41, Tel: (+5999) 461-0303 Fax: (+5999) 461-9483 Info@ombudsman-curacao.cw 1. Inleiding

Nadere informatie

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden.

UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Nr 3213 ar. JZio GEMEENTE DORDRECHT UITKERINGSVERORDENING vrijwillig vervroegd uittreden. Artikel l Deze verordening verstaat onder: a. ontslag: ontslag als bedoeld in artikel H 12a van het Algemeen Ambtenarenreglement

Nadere informatie

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten

Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten pagina 1 van 5 Wet van 25 mei 1937, tot het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren van bepalingen van collectieve arbeidsovereenkomsten (Wet op het algemeen verbindend en het onverbindend verklaren

Nadere informatie

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Roermond,

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Roermond, GEMEENTEBLAD Officiële uitgave van de gemeente Roermond Nr. 232396 29 december 2017 Verordening behandeling bezwaarschriften Roermond 2018 De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Roermond,

Nadere informatie

Afkoopsom lijfrente belast in het jaar waarin de afkoopsom vorderbaar en inbaar is

Afkoopsom lijfrente belast in het jaar waarin de afkoopsom vorderbaar en inbaar is Afkoopsom lijfrente belast in het jaar waarin de afkoopsom vorderbaar en inbaar is ECLI:NL:GHARL:2015:4336 Instantie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Datum uitspraak 16-06-2015 Datum publicatie 19-06-2015

Nadere informatie

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Aa en Hunze, ieder zoveel het hun bevoegdheden betreft,

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Aa en Hunze, ieder zoveel het hun bevoegdheden betreft, Tekst van de verordening: De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Aa en Hunze, ieder zoveel het hun bevoegdheden betreft, gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders

Nadere informatie

: Theodoor Gilissen Bankiers N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen de bank

: Theodoor Gilissen Bankiers N.V., gevestigd te Amsterdam, verder te noemen de bank Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening, nr. 2016-286 (mr. J. Wortel, voorzitter, en mr. dr. H.O. Kerkmeester en G.J.P. Okkema, leden, terwijl mr. D.M.A. Gerdes als secretaris) Klacht

Nadere informatie

10-02 DE RAAD VAN TOEZICHT GRONINGEN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM

10-02 DE RAAD VAN TOEZICHT GRONINGEN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM 10-02 DE RAAD VAN TOEZICHT GRONINGEN VAN DE NEDERLANDSE VERENIGING VAN MAKELAARS IN ONROERENDE GOEDEREN NVM Risicodragende projectontwikkeling via echtgenote. Verantwoordelijkheid als leidinggevende. De

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Uit de stukken is, voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, het navolgende gebleken.

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Uit de stukken is, voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, het navolgende gebleken. RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 128.01 ingediend door: hierna te noemen 'klager', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht Verzekeringen

Nadere informatie

Rapport. Datum: 28 juni 2007 Rapportnummer: 2007/136

Rapport. Datum: 28 juni 2007 Rapportnummer: 2007/136 Rapport Datum: 28 juni 2007 Rapportnummer: 2007/136 2 Klacht Verzoekster klaagt erover dat de griffier van de rechtbank te Amsterdam Sector kanton, locatie Hilversum op 3 augustus 2000 heeft nagelaten

Nadere informatie

27 BEHANDELING BEZWAARSCHRIFTEN DOOR DE COMMISSIE VAN ADVIES VOOR BEZWAARSCHRIFTEN PERSONELE AANGELEGENHEDEN

27 BEHANDELING BEZWAARSCHRIFTEN DOOR DE COMMISSIE VAN ADVIES VOOR BEZWAARSCHRIFTEN PERSONELE AANGELEGENHEDEN 27 BEHANDELING BEZWAARSCHRIFTEN DOOR DE COMMISSIE VAN ADVIES VOOR BEZWAARSCHRIFTEN PERSONELE AANGELEGENHEDEN Inhoudsopgave Onderwerp Artikel * Inleidende bepaling 27:1:1 * Begripsomschrijvingen 27:1:2

Nadere informatie

Bestuurdersaansprakelijkheid wegens het onverantwoord verstrekken van een risicovolle lening

Bestuurdersaansprakelijkheid wegens het onverantwoord verstrekken van een risicovolle lening Bestuurdersaansprakelijkheid wegens het onverantwoord verstrekken van een risicovolle lening Brondatum: 07-07-2015 Een bestuurder is aansprakelijk gesteld voor de niet afgedragen loonheffingen van een

Nadere informatie

KLACHTEN REGLEMENT. Branchevereniging voor Professionele Bewindvoerders en Inkomenbeheerders

KLACHTEN REGLEMENT. Branchevereniging voor Professionele Bewindvoerders en Inkomenbeheerders KLACHTEN REGLEMENT Branchevereniging voor Professionele Bewindvoerders en Inkomenbeheerders 1 Klachten Reglement Artikel 1 Algemeen 1. Elk lid van de Branchevereniging behoort een onafhankelijke klachtenprocedure

Nadere informatie

Het bestuur van het Noordelijk Belastingkantoor; Gelet op de hoofdstukken 6 en 7 van de Algemene wet bestuursrecht;

Het bestuur van het Noordelijk Belastingkantoor; Gelet op de hoofdstukken 6 en 7 van de Algemene wet bestuursrecht; Reglement behandeling bezwaarschriften Het bestuur van het Noordelijk Belastingkantoor; Gelet op de hoofdstukken 6 en 7 van de Algemene wet bestuursrecht; Besluit: Het Reglement behandeling bezwaarschriften

Nadere informatie

Volksgezondheidswetgeving GENEESKUNDIGE BEHANDELINGSOVEREENKOMST

Volksgezondheidswetgeving GENEESKUNDIGE BEHANDELINGSOVEREENKOMST GENEESKUNDIGE BEHANDELINGSOVEREENKOMST 13 Geneeskundige behandelingsovereenkomst (P.B. 2000, no. 118) Landsverordening van de 23ste oktober 2000 houdende vaststelling van de tekst van Boek 7 van het Burgerlijk

Nadere informatie

SPOORWEGEi^ EXPLOITATII. ^._>4>4- BROCHU. 1 Koloniën. j. Cl, Spoorwegen. ^_.' 'i < ' -' PH. J. WA] L. K. lust.

SPOORWEGEi^ EXPLOITATII. ^._>4>4- BROCHU. 1 Koloniën. j. Cl, Spoorwegen. ^_.' 'i < ' -' PH. J. WA] L. K. lust. j I ^_.' 'i < ' -' EXPLOITATII VAN SPOORWEGEi^ DOOR PH. J. WA] L. K. lust. (Ovcrgedrukt uit de Notulen der Ver Instituut van ingenieurs van TE 'SGHAVENHAl BIJ GEBR. J. & IL VAN L I ^._>4>4- BROCHU. 1 Koloniën.

Nadere informatie

No. 33 PUBLICATIE VAN DE NEDERLANDSCH-INDISCHE WEGENVEREENIGING RESULTATEN VAN PRAKTIJKPROEVEN. VERWERKING VAN KOUD ASPHALT. No.

No. 33 PUBLICATIE VAN DE NEDERLANDSCH-INDISCHE WEGENVEREENIGING RESULTATEN VAN PRAKTIJKPROEVEN. VERWERKING VAN KOUD ASPHALT. No. No. 33 PUBLICATIE VAN DE NEDERLANDSCH-INDISCHE WEGENVEREENIGING RESULTATEN VAN PRAKTIJKPROEVEN. VERWERKING VAN KOUD ASPHALT. No. 1 NIX BANUOHNG VERWERKING VAN KOUD ASPHALT. No. L Inleiding, 1. Het werkplan

Nadere informatie

D E H O O G E R A A D D E R N E D E R L A N D E N,

D E H O O G E R A A D D E R N E D E R L A N D E N, 21 October 1959. F. No. 14043. D E H O O G E R A A D D E R N E D E R L A N D E N, Gezien het beroepschrift in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te s-hertogenbosch van 6 Maart 1959

Nadere informatie

STAATSBLAD 'VAN HET KONINGRIJK DER NEDERLANDEN.

STAATSBLAD 'VAN HET KONINGRIJK DER NEDERLANDEN. STAATSBLAD 'VAN HET KONINGRIJK DER NEDERLANDEN. (ET. 44.) WET van den 2$sten Juli) i85o, ter uitvoering van art, j der Grondwet. WIJ WILLEJI III, BIJ DE GRATIE GODS, KONING DER NEDERLANDEN, PRINS VAN ORANJE

Nadere informatie

Raad van Toezicht te Arnhem van de Nederlandse Vereniging van Makelaars in Onroerende Goederen en Vastgoeddeskundigen NVM BESLISSING.

Raad van Toezicht te Arnhem van de Nederlandse Vereniging van Makelaars in Onroerende Goederen en Vastgoeddeskundigen NVM BESLISSING. Eigen belang. Failissement. Een administratiekantoor (klaagster) verwijt beklaagden dat zij samen met makelaar X een (oneigenlijk )plan hebben gesmeed en ten uitvoer gebracht om een heimelijke/goedkope

Nadere informatie

het College van bestuur van het C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever

het College van bestuur van het C, gevestigd te D, verweerder, hierna te noemen de werkgever Samenvatting 02073 Commissie voor geschillen Geschil omtrent inschaling van de functie. De werknemer treedt in tijdelijke dienst van de werkgever en ontvangt eerst een salarisstrook met vermelding van

Nadere informatie

Tweede Kamer der Staten-Generaal

Tweede Kamer der Staten-Generaal Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Zitting 1979-1980 15 637 Casinospelen Nr. 2 Het vroegere stuk is gedrukt in de zitting 1978-1979 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de heer Voorzitter

Nadere informatie

NAI REGLEMENT VOOR HET BENOEMEN VAN EEN BINDEND ADVISEUR IN AD HOC PROCEDURES

NAI REGLEMENT VOOR HET BENOEMEN VAN EEN BINDEND ADVISEUR IN AD HOC PROCEDURES NAI REGLEMENT VOOR HET BENOEMEN VAN EEN BINDEND ADVISEUR IN AD HOC PROCEDURES EERSTE AFDELING ALGEMEEN Artikel 1 Definities In dit reglement hebben de volgende woorden en uitdrukkingen de volgende betekenis:

Nadere informatie

Regeling commissie bezwaarschriften rechtspositie gemeente Den Helder

Regeling commissie bezwaarschriften rechtspositie gemeente Den Helder Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Helder, besluit: gelet op artikel 125 van de Ambtenarenwet; gelet op artikel 160 van de Gemeentewet; gelet op artikel 1:5 en 7:13 van de Algemene

Nadere informatie

Personenvennootschappen

Personenvennootschappen Personenvennootschappen mei 2006 mr De auteur heeft grote zorgvuldigheid betracht in het weergeven van delen uit het geldende recht. Evenwel noch de auteur noch kan aansprakelijk worden gesteld voor schade

Nadere informatie

2. De klacht is behandeld ter zitting van de Raad op 20 juni 2014. Ter zitting waren aanwezig klager in persoon alsmede O. Z. namens beklaagde.

2. De klacht is behandeld ter zitting van de Raad op 20 juni 2014. Ter zitting waren aanwezig klager in persoon alsmede O. Z. namens beklaagde. RAAD VAN TOEZICHT s GRAVENHAGE Niet voldoen aan wens van opdrachtgever: verkoop van appartementen apart én als geheel. Zorgdragen voor vertrek huurder. Beweerdelijke druk op verkoper om accoord te gaan

Nadere informatie

Aan. de Tweede Kamer de Staten-Generaal.

Aan. de Tweede Kamer de Staten-Generaal. ^, Aan de Tweede Kamer de Staten-Generaal. Den len Maart jl. werden door Zijne Excellentie den Minister van Justitie bij Uwe Vergadering ingediend wetsontwerpen, betreffende de inrichting en het rechtsgebied

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN. Nr. 208/86 10 april 1987

GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN. Nr. 208/86 10 april 1987 GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN BELASTINGKAMER UITSPRAAK Nr. 208/86 10 april 1987 Uitspraak (na verwijzing door de Hoge Raad der Nederlanden bij arrest van 29 januari 1986, nr. 23.254) van bet Gerechtshof te

Nadere informatie

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid.

De Commissie heeft vastgesteld dat tussenkomst van de Ombudsman Financiële Dienstverlening niet tot oplossing van het geschil heeft geleid. Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 21 d.d. 2 april 2009 (mr. M.M. Mendel, voorzitter, mr. E.M. Dil - Stork en mr. B. Sluijters) 1. Procedure De Commissie beslist met inachtneming

Nadere informatie

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken:

De Commissie beslist met inachtneming van haar Reglement en op basis van de volgende stukken: Uitspraak Geschillencommissie Financiële Dienstverlening nr. 102 d.d. 2 november 2009 (mr. R.J. Verschoof, voorzitter, mr. E.M. Dil-Stork en drs. A.I.M. Kool) 1. Procedure De Commissie beslist met inachtneming

Nadere informatie

Faillissementsverslag ex art. 73a Fw Nummer: 4 Datum: 18 december 2014. : Rotterdam (na verwijzing: Gelderland)

Faillissementsverslag ex art. 73a Fw Nummer: 4 Datum: 18 december 2014. : Rotterdam (na verwijzing: Gelderland) Faillissementsverslag ex art. 73a Fw Nummer: 4 Datum: 18 december 2014 inzake Faillissement BI&C Consultancy B.V. Rechtbank : Rotterdam (na verwijzing: Gelderland) Faillissementsnummer : C/05/14/209 F

Nadere informatie

Voorstel van wet. Artikel I. De Wet opneming buitenlandse kinderen ter adoptie wordt als volgt gewijzigd: A Artikel 3 komt te luiden:

Voorstel van wet. Artikel I. De Wet opneming buitenlandse kinderen ter adoptie wordt als volgt gewijzigd: A Artikel 3 komt te luiden: Wijziging van de Wet opneming buitenlandse kinderen ter adoptie betreffende de vereisten gesteld aan de beginseltoestemming, de leeftijdscriteria, de bijdrage in de kosten van het gezinsonderzoek, enige

Nadere informatie

Levering van aandelen Artikel 7 1. Voor de levering van een aandeel, waaronder begrepen de verkrijging van een aandeel door de vennootschap, en de

Levering van aandelen Artikel 7 1. Voor de levering van een aandeel, waaronder begrepen de verkrijging van een aandeel door de vennootschap, en de STATUTEN Naam en zetel Artikel 1 1. De vennootschap draagt de naam: [ ]. 2. De vennootschap heeft haar zetel in de gemeente [ ]. Doel Artikel 2 De vennootschap heeft ten doel: a. [ ]; b. het oprichten

Nadere informatie

SJb Mei Maart 1938,Nr.1295,Afd.H.0. Wijziging en aanvulling der hooger-onaerwijswet#

SJb Mei Maart 1938,Nr.1295,Afd.H.0. Wijziging en aanvulling der hooger-onaerwijswet# 162 30. SJb Mei 8. 19 Maart 1938,Nr.1295,Afd.H.0. Wijziging en aanvulling der hooger-onaerwijswet# De Berste Af deeling van den Onderwijsraad heeft de eer hierbij ter kennis van Uwe Excellentie te brengen

Nadere informatie

Rapport. Datum: 27 augustus 1998 Rapportnummer: 1998/353

Rapport. Datum: 27 augustus 1998 Rapportnummer: 1998/353 Rapport Datum: 27 augustus 1998 Rapportnummer: 1998/353 2 Klacht Op 1 mei 1998 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van mevrouw S. te Zutphen, met een klacht over een gedraging van de Belastingdienst/Ondernemingen

Nadere informatie

Het bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag.

Het bestuursorgaan bevestigt de ontvangst van een elektronisch ingediende aanvraag. Algemene wet bestuursrecht Titel 4.1. Beschikkingen Afdeling 4.1.1. De aanvraag Artikel 4:1 Tenzij bij wettelijk voorschrift anders is bepaald, wordt de aanvraag tot het geven van een beschikking schriftelijk

Nadere informatie

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN

AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN AFKONDIGINGSBLAD VAN SINT MAARTEN Jaargang 2010 GT no. 17 Landsverordening Raad van Advies 1 Hoofdstuk 1. Inrichting en samenstelling Artikel 1 1. De Raad van Advies, verder te noemen de Raad, bestaat

Nadere informatie

Rapport. Datum: 18 oktober 2001 Rapportnummer: 2001/325

Rapport. Datum: 18 oktober 2001 Rapportnummer: 2001/325 Rapport Datum: 18 oktober 2001 Rapportnummer: 2001/325 2 Klacht Verzoeker klaagt er over dat de Belastingdienst/Particulieren/Ondernemingen Venlo tot het moment van indienen van de klacht bij de Nationale

Nadere informatie

Rapport. Datum: 6 april 2006 Rapportnummer: 2006/136

Rapport. Datum: 6 april 2006 Rapportnummer: 2006/136 Rapport Datum: 6 april 2006 Rapportnummer: 2006/136 2 Klacht Verzoeker klaagt erover dat het Centraal Bureau Rijvaardigheidsbewijzen de vorderingsprocedure op grond van de artikelen 130-134a van de Wegenverkeerswet

Nadere informatie

SOCIAAL-ECONOMISCHE ADVIES INZAKE WIJZIGING VAN DE WET OP HET PREVENTIEFONDS UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD

SOCIAAL-ECONOMISCHE ADVIES INZAKE WIJZIGING VAN DE WET OP HET PREVENTIEFONDS UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES INZAKE WIJZIGING VAN DE WET OP HET PREVENTIEFONDS UITGAVE VAN DE SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD Bezuidenhoutseweg 60, 's-gravenhage SOCIAAL-ECONOMISCHE RAAD ADVIES INZAKE WIJZIGING

Nadere informatie

WET van 3 juni 2002, houdende instelling van het Instituut voor Bevordering van Investeringen in Suriname (Wet Investsur) (S.B no. 41).

WET van 3 juni 2002, houdende instelling van het Instituut voor Bevordering van Investeringen in Suriname (Wet Investsur) (S.B no. 41). WET van 3 juni 2002, houdende instelling van het Instituut voor Bevordering van Investeringen in Suriname (Wet Investsur) (S.B. 2002 no. 41). HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN Artikel 1 In deze wet en daarop

Nadere informatie

De Hoge Raad der Nederlanden,

De Hoge Raad der Nederlanden, 2 januari 1980. nr. 19.623 DG. De Hoge Raad der Nederlanden, Gezien het beroepschrift in cassatie van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Y B.V. te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof

Nadere informatie

Statuten van STICHTING Regtvast, statutair gevestigd te Amsterdam, zoals vastgesteld op 20 december 2012 voor mr. K. Stelling, notaris te Amsterdam.

Statuten van STICHTING Regtvast, statutair gevestigd te Amsterdam, zoals vastgesteld op 20 december 2012 voor mr. K. Stelling, notaris te Amsterdam. 1 Statuten van STICHTING Regtvast, statutair gevestigd te Amsterdam, zoals vastgesteld op 20 december 2012 voor mr. K. Stelling, notaris te Amsterdam. Naam en zetel. Artikel 1. 1. De stichting draagt de

Nadere informatie

HOOFSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1 1

HOOFSTUK I ALGEMENE BEPALINGEN. Artikel 1 1 WET van 21 juni 1968 houdende algemene regelen betreffende het Toezicht op het Bank- en Kredietwezen (G.B. 1968 no. 63), gelijk zij luidt na de daarin aangebrachte wijzigingen bij S.B. 1986 no. 82. HOOFSTUK

Nadere informatie

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de directeur Belastingdienst/Zuidwest uit Roosendaal. Datum: 1 juni Rapportnummer: 2011/163

Rapport. Rapport betreffende een klacht over de directeur Belastingdienst/Zuidwest uit Roosendaal. Datum: 1 juni Rapportnummer: 2011/163 Rapport Rapport betreffende een klacht over de directeur Belastingdienst/Zuidwest uit Roosendaal. Datum: 1 juni 2011 Rapportnummer: 2011/163 2 Klacht Verzoekster klaagt over de wijze waarop de directeur

Nadere informatie

Zitting 1964-1965-7800

Zitting 1964-1965-7800 Zitting 1964-1965-7800 3 RIJKSBEGROTING VOOR HET DIENSTJAAR 1965 HOOFDSTUK IXA - NATIONALE SCHULD MEMORIE VAN TOELICHTING NR. 2 Algemeen Een vergelijking van de ramingen voor het dienstjaar 1965 met die

Nadere informatie

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ENERGIELABEL per 7 juli 2015

REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ENERGIELABEL per 7 juli 2015 REGLEMENT GESCHILLENCOMMISSIE ENERGIELABEL per 7 juli 2015 Begripsomschrijving Artikel 1. In dit reglement wordt verstaan onder: stichting : de Stichting Geschillencommissies voor Consumentenzaken; commissie

Nadere informatie

een ernstige belemmering voor de ontwikkeling van dit onderwijs dreigt te worden.

een ernstige belemmering voor de ontwikkeling van dit onderwijs dreigt te worden. ONDERWIJSRAAD. nkis 2 N". 'S-GRAVENHAGE, WÊÊËÈÈiM ) 9 2 Bericht op schrijven van ^ ^ Ä e n gelieve bij het antwoord n ä$&p dagteekening en 'nummer van Betreffende: MÀ?..?.Ï.Y...Y an 2,KXC, dit schrijven

Nadere informatie

WAAHDMIER BET m DOOR G4SBH\\I)EHS

WAAHDMIER BET m DOOR G4SBH\\I)EHS * - J!" 3^ Ö. "y&s ^ j OVER I)E DRUKKnC WAAHDMIER BET m DOOR G4SBH\\I)EHS GEVOERD MOET WOKÜEN. ö^ I>^)Oil p. L. K IJ K E. ia Overgediukt uit Je Veislagtu eu Medeileehugeü dei K.üuiiiklijke Akademie vrtii

Nadere informatie

Lyy^j^s, In het Algemeen Handelsblad van den 5 December 187G ko7nt het navolgend opstel voor:

Lyy^j^s, In het Algemeen Handelsblad van den 5 December 187G ko7nt het navolgend opstel voor: Lyy^j^s,. ^ «In het Algemeen Handelsblad van den 5 December 187G ko7nt het navolgend opstel voor: Er zijn er in den lande, vooral onder de rechterlijke ambtenaren en jongere rechtsgeleerden, die het der

Nadere informatie

KLACHTEN REGLEMENT. Branchevereniging voor Professionele Bewindvoerders en Inkomenbeheerders

KLACHTEN REGLEMENT. Branchevereniging voor Professionele Bewindvoerders en Inkomenbeheerders KLACHTEN REGLEMENT Branchevereniging voor Professionele Bewindvoerders en Inkomenbeheerders Versie 13 mei 2012 1 Klachtenreglement Artikel 1 Algemeen 1. Elk lid van de branchevereniging behoort een interne

Nadere informatie

Naam en Zetel. Artikel 1. Fonds Stimulans. Stichting voor onderzoek naar Multipel Myeloom en de ziekte van Waldenström. Veenendaal Doel. Artikel 2.

Naam en Zetel. Artikel 1. Fonds Stimulans. Stichting voor onderzoek naar Multipel Myeloom en de ziekte van Waldenström. Veenendaal Doel. Artikel 2. blad 1 Naam en Zetel. Artikel 1. 1. De stichting draagt de naam: Fonds Stimulans. Stichting voor onderzoek naar Multipel Myeloom en de ziekte van Waldenström. 2. Zij is gevestigd te Veenendaal. Doel. Artikel

Nadere informatie

10/01/2012 ESMA/2011/188

10/01/2012 ESMA/2011/188 Richtsnoeren en aanbevelingen Samenwerking, met inbegrip van delegatie, tussen de ESMA, de bevoegde autoriteiten en de sectorale bevoegde autoriteiten krachtens Verordening (EU) nr. 513/2011 inzake ratingbureaus

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 104.00 ingediend door: hierna te noemen 'klager', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht Verzekeringen

Nadere informatie

^ &^ee ^ Qylpmnei mi Q/Sén=^ ^eneiaa/.

^ &^ee ^ Qylpmnei mi Q/Sén=^ ^eneiaa/. i^/cx^^/ rc'^'^l-. COPIJ. a^ ^ &^ee ^ Qylpmnei mi Q/Sén=^ ^eneiaa/. De ondergeteekenden, meelfabrikanten te Roermond, nemen eerbiediglijk de vrijheid UEdelmogenden kennis te geven, dat hunne industrie,

Nadere informatie

Algemene Subsidieregeling 2008

Algemene Subsidieregeling 2008 Algemene Subsidieregeling 2008 Paragraaf 1 Inleidende bepalingen Artikel 1.1 In deze regeling wordt verstaan onder: a. gemeentebestuur: het bestuursorgaan dat bevoegd is tot het nemen van besluiten betreffende

Nadere informatie

ECLI:NL:RVS:2015:3038

ECLI:NL:RVS:2015:3038 ECLI:NL:RVS:2015:3038 Instantie Raad van State Datum uitspraak 30-09-2015 Datum publicatie 30-09-2015 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 201500566/1/A2 Bestuursrecht Hoger

Nadere informatie

FINANCIEEL VERSLAG 3

FINANCIEEL VERSLAG 3 Kersenstraat 28 2321 HR LEIDEN JAARREKENING 2014 INHOUD Blz VOORWOORD 2 FINANCIEEL VERSLAG 3 1 Kersenstraat 28 2321 HR LEIDEN HAAG Leiden, 29 oktober 2015 Geacht Bestuur, Hiermede brengen wij u rapport

Nadere informatie

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. verder te noemen WSV De Merwede, vertegenwoordigd door C.T. Koot en H.L. van der Beem,

DE RIJDENDE RECHTER. Bindend Advies. verder te noemen WSV De Merwede, vertegenwoordigd door C.T. Koot en H.L. van der Beem, Zaaknummer: S17b-05 Datum uitspraak: 25 augustus 2010 Plaats uitspraak: Zaandam DE RIJDENDE RECHTER in het geschil tussen: J.J. Bruining te Gorinchem verder te noemen: Bruining, tegen: Bindend Advies Watersportvereniging

Nadere informatie

FAILLISSEMENTSVERSLAG

FAILLISSEMENTSVERSLAG FAILLISSEMENTSVERSLAG Nummer : 1 Datum : 23 december 2013 Datum laatste verslag : n.v.t. Gegevens onderneming : de besloten vennootschap R. Leemburg Beheer B.V., statutair gevestigd te Bodegraven, vestigingsadres:

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Derde Enkelvoudige Belastingkamer. een uitspraak en een besluit van de Inspecteur der omzetbelasting te Y, de inspecteur.

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Derde Enkelvoudige Belastingkamer. een uitspraak en een besluit van de Inspecteur der omzetbelasting te Y, de inspecteur. kenmerk: 6013/89 GERECHTSHOF TE AMSTERDAM Derde Enkelvoudige Belastingkamer UITSPRAAK op het beroep van v.o.f. X te Z belanghebbende, tegen een uitspraak en een besluit van de Inspecteur der omzetbelasting

Nadere informatie

INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal)

INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal) Blad 1 INBRENG IN de besloten vennootschap: UNIVÉ HET ZUIDEN BEMIDDELING B.V. gevestigd te Wouw (gemeente Roosendaal) Heden, ***, verscheen voor mij, mr. **, notaris te **: **, te dezen handelend als schriftelijk

Nadere informatie

1.3 Tussenpersoon heeft het beroep bestreden bij een op 13 juli 2012 bij de Beroepscommissie binnengekomen verweerschrift.

1.3 Tussenpersoon heeft het beroep bestreden bij een op 13 juli 2012 bij de Beroepscommissie binnengekomen verweerschrift. Uitspraak Commissie van Beroep 2012-17 d.d. 11 september 2012 (prof. mr. F.R. Salomons, voorzitter, mr. A. Bus, mr. J.B. Fleers, mr. F.H.J. Mijnssen en mr. J.B.M.M. Wuisman, leden, en mr. M.J. Drijftholt,

Nadere informatie

Staatsblad April WET tot bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen.

Staatsblad April WET tot bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen. Staatsblad 302. 23 April 1936. WET tot bescherming van de bevolking tegen luchtaanvallen. Wij WILHELMINA, enz.... doen te weten: Alzoo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenschelijk is bepalingen

Nadere informatie

BESCHIKKING RAAD VAN BEROEP VAN 15 september 1997

BESCHIKKING RAAD VAN BEROEP VAN 15 september 1997 BESCHIKKING RAAD VAN BEROEP VAN 15 september 1997 Vonnisnummer : 1996-023 (volgens Jurdoc CD-rom 1977-023) Datum : 15 september 1997 Rechters : mrs. H. Warnink, J. Moltmaker en Th. Groeneveld Middel :

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Uit de stukken is, voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, het navolgende gebleken.

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Uit de stukken is, voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, het navolgende gebleken. RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2006.2274 (047.06) ingediend door: hierna te noemen 'klaagster', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht

Nadere informatie

HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, tweede meervoudige Belastingkamer;

HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, tweede meervoudige Belastingkamer; Uitspraak d.d. 1 februari 1985, rolnr. 113/84 MII Griffie: 1483/84 HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, tweede meervoudige Belastingkamer; GEZIEN het arrest van de Hoge Raad der Nederlanden van 14 maart 1984,

Nadere informatie

STATUTEN NETWERK VROUWELIJKE ONDERNEMERS - DRENTHE

STATUTEN NETWERK VROUWELIJKE ONDERNEMERS - DRENTHE STATUTEN NETWERK VROUWELIJKE ONDERNEMERS - DRENTHE Naam en Zetel. Artikel 1. 1. De vereniging draagt de naam: Netwerk Vrouwelijke Ondernemers - Drenthe (NVO-Drenthe). Zij wordt in deze statuten verder

Nadere informatie

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, is het navolgende gebleken.

RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN. Voor zover voor de beoordeling van de klacht van belang, is het navolgende gebleken. RAAD VAN TOEZICHT VERZEKERINGEN U I T S P R A A K Nr. i n d e k l a c h t nr. 2005.2662 (068.05) ingediend door: hierna te noemen 'klagers', tegen: hierna te noemen 'verzekeraar'. De Raad van Toezicht

Nadere informatie

- 1 - STICHTING CONTINUÏTEIT ING

- 1 - STICHTING CONTINUÏTEIT ING - 1 - STATUTEN VAN STICHTING CONTINUÏTEIT ING PHK/6008125/10252500.dlt met zetel te Amsterdam, zoals deze luiden na een akte van statutenwijziging verleden op 26 januari 2011 voor een waarnemer van mr.

Nadere informatie