R/?6o3. X2. i.v. te betreffende de aanslag vennootschapsbelasting. Toelichting. Den Haag, 8 SEP Kenmerk:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "R/?6o3. X2. i.v. te betreffende de aanslag vennootschapsbelasting. Toelichting. Den Haag, 8 SEP Kenmerk:"

Transcriptie

1 R/?6o3 Den Haag, 8 SEP Kenmerk: Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 17/03603) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 13 juni 2017, nr. 16/00344, inzake X2. i.v. te betreffende de aanslag vennootschapsbelasting voor het jaar 2012 en de daarbij gegeven beschikking belasting rente. AAN DE HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Naar aanleiding van uw brief van 31 juli 2017 heb ik de eer het volgende op te merken. Als middel van cassatie draag ik voor: \ Schending van het Nederlands recht, met name van artikel 8 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (hierna: Wet Vpb 1969) juncto artikel 3.54 van de Wet inkomstenbelasting 2001 (hierna: Wet IB 2001), en/of artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb), doordat het Hof heeft geoordeeld dat belanghebbende ter zake van de in het onderhavige jaar (2012) gerealiseerde boekwinst een.herinvesteringsreserve kan vormen tot een bedrag van ( X %), zulks evenwel in verband met het hierna volgende ten onrechte dan wel op gronden die de beslissing niet kunnen dragen. Toelichting Voor de vaststaande feiten verwijs ik naar onderdeel 3 van de hofuitspraak. De vraag of in het onderhavige geval een herinvesteringsreserve (hierna: HIR) gevormd mag worden ter zake van de resterende boekwinst van heeft het Hof terecht beoordeeld naar de omstandigheden zoals die zijn ultimo 2012, het boekjaar waarin naar goed koopmansgebruik de desbetreffende boekwinst op het vervreemde bedrijfsmiddel (in casu: de onverdeelde helft van het pand Pagina 1

2 CK- otod i QOBBte BHI0)in aanmerking genomen behoort te worden.1 Het Hof heeft voorts met juistheid geoordeeld dat op belanghebbende de last rust te bewijzen dat is voldaan aan de vereisten voor vorming van een HIR. In casu heeft het Hof mijns inziens ten onrechte althans onvoldoende gemotiveerd geoordeeld dat belanghebbende voor het bedrag van ( x 3A) aan deze bewijslast heeft voldaan en in het onderhavige jaar een HIR kan vormen. In artikel 3.54 Wet IB is bepaald, voor zover thans van belang: "1. Indien bij vervreemding van een bedrijfsmiddel de opbrengst de boekwaarde van het bedrijfsmiddel overtreft, kan bij het bepalen van de in het kalenderjaar genoten winst het verschil gereserveerd worden en blijven tot vermindering van de in aanmerking.te nemen aanschaffings- of voortbrengingskosten van bedrijfsmiddelen die in het jaar van vervreemding of in de daarop volgende drie jaren worden aangeschaft of voortgebracht, Indien en zolang het voornemen tot herinvestering van de opbrengst bestaat (herinvesteringsreserve). (...) 4. Met betrekking tot bedrijfsmiddelen waarop niet pleegt te worden afgeschreven en bedrijfsmiddelen waarop in meer dan tien jaren pleegt te worden afgeschreven, vindt afboeking van een herinvesteringsreserve slechts plaats voorzover de herinvesteringsreserve is gevormd ter zake van de vervreemding van bedrijfsmiddelen met eenzelfde economische functie in de onderneming als de aangeschafte of voortgebrachte bedrijfsmiddelen." Aan de vorming van een HIR is inherent dat de belastingplichtige een voornemen heeft tot herinvestering in één of meer bedrijfsmiddelen waarop deze reserve ook kan worden afgeboekt. Dit betekent voor bedrijfsmiddelen waarop niet of in meer dan tien jaren pleegt te worden afgeschreven zoals panden dat de belastingplichtige het voornemen dient te hebben een bedrijfsmiddel aan te schaffen of voort te brengen met eenzelfde economische functie als het vervreemde bedrijfsmiddel; (vgl. o.m. HR 16 september 2016, ECLI:NL:HR:2016:2081, BNB 2016/223). Uw Raad heeft tevens onder voorwaarden toegestaan dat een vervangingsreserve, de voorganger van de HIR, kan worden afgeboekt op de verbetering van een bestaand bedrijfsmiddel. In het arrest HR 20 januari 1976, ECLI:NL:HR:1976:AX3658, BNB 1977/3, was de belanghebbende de eigenares van een in appartementen verdeeld flatgebouw dat werd verhuurd. In 1970 verkocht zij twee appartementen en bestemde de 1 Vgl. HR 1 juli 1997, ECU:NL:HR:1997:AA2197, BNB 1997/288, HR 9 november 2012, ECLI:NL:HR:2012:BX6705, BNB 2013/21 en HR 16 september 2016, ECU:NL:HR:2016:2081, BNB 2016/ Dit artikel is gelet op artikel 8, eerste lid, van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 op belanghebbende van toepassing. Pagina 2

3 opbrengst daarvan voor de 'renovatie' van enkele andere vrijgekomen appartementen die opnieuw werden verhuurd tegen een hogere prijs dan daarvóór gold. Belanghebbende wenste voor de boekwinst, op de verkochte flats een vervangingsreserve te vormen. Uw Raad oordeelde: "Al zou in beginsel vorming van een vervangingsreserve ter zake van vervreemding van een bedrijfsmiddel ten behoeve van de verbetering van een overeenkomstig bestaand bedrijfsmiddel met het doel van art. 14 te rijmen zijn, dan zoü daartoe toch ten minste vereist zijn dat het verbeterde bedrijfsmiddel economisch dezelfde functie in het bedrijf gaat vervullen als voorheen werd ingenomen door het vervreemde en toen nog niet verbeterde bedrijfsmiddel tezamen. De enkele omstandigheid dat de huur van de gerenoveerde appartementen kon worden verhoogd ten gevolge van die werkzaamheden, bekostigd uit de opbrengsten verkregen door vervreemding van andere appartementen, vermag de conclusie dat in casu aan bedoeld vereiste is voldaan niet te dragen." Dit arrest geldt mijns inziens ook ten aanzien van de HIR.3 Zoals volgt uit het overzicht van Vakstudie Vennootschapsbelasting, art Wet IB 2001, aant , wordt in de jurisprudentie tot nu toe niet snel aangenomen dat bij herinvestering in een bestaand bedrijfsmiddel sprake is van eenzelfde economische functie. De Inspecteur heeft zich op het standpunt gesteld dat het onderhavige funderingsherstel niet voor afboeking op een HIR in aanmerking komt omdat geen sprake is van eenzelfde economische functie; er kan derhalve zijns inziens - boven het reeds in bezwaar geaccepteerde bedrag van geen HIR worden gevormd; zie onder meer het hoger beroepschrift van de Inspecteur. Het Hof heeft in r.o van de uitspraak weliswaar het arrest HR BNB 1977/3 genoemd en de daaruit voortvloeiende rechtsregel aangehaald, maar het Hof heeft niet beoordeeld of in het onderhavige geval aan genoemde rechtsregel is voldaan, 's Hof oordeel in r.o dat gelet op het in r.o overwogene moet worden geconcludeerd dat het kantoorpand voor driekwart eenzelfde economische functie vervult als het vervreemde bedrijfsmiddel acht ik in dat kader niet voldoende. Het gaat er, zoals volgt uit HR BNB 1977/3, immers om of het kantoorpand nä het funderingsherstel economisch dezelfde functie in het bedrijf gaat vervullen als voorheen werd ingenomen door het vervreemde bedrijfsmiddel èn het toen nog niet verbeterde bedrijfsmiddel tgzbmgn. In dat kader acht ik ook van belang dat de Inspecteur heeft gesteld dat het kantoorpand door het geplande funderingsherstel niet meer of betere aanwendingsmogelijkheden verkrijgt; de door uw Raad in het arrest HR BNB 1977/3 genoemde (maar te licht bevonden) omstandigheid dat de huur kon 3 Zie ook het inmiddels vervallen besluit van 5 december 2006, nr. CP2006/1173M onderdeel 2.6, BNB 2007/34. Pagina 3

4 worden verhoogd ten gevolge van de werkzaamheden doet zich in casu derhalve niet voor. 's Hofs oordeel dat ten behoeve van het funderingsherstel van het kantoorpand een HIR gevormd mag worden acht ik gelet op het voorgaande onjuist althans onvoldoende gemotiveerd. De Inspecteur heeft zich voor het Hof voorts op het standpunt gesteld dat het onderhavige funderingsherstel niet kwalificeert als verbetering doch als onderhoud en dat mitsdien geen HIR kan worden gevormd. Naar het oordeel van het Hof zijn de funderingswerkzaamheden zoals die blijken uit de offerte van 17 december 2012 naar aard en omvang zo ingrijpend, dat een wezenlijke verandering aan hetkantoorpand aangebracht zal worden. Ik meen dat 's Hofs oordeel dat voor de funderingswerkzaamheden zoals die blijken uit de genoemde offerte sprake is van een verbetering van een onjuiste rechtsopvatting getuigt althans onbegrijpelijk is. De vraag of sprake is van onderhoud of verbetering moet niet worden beoordeeld vanuit het perspectief van het onderdeel van het bedrijfsmiddel waaraan de werkzaamheden plaatsvinden of dat vervangen wordt, maar vanuit het perspectief van het gehele bedrijfsmiddel; vgl, HR 12 december 1958, ECU:NL:HR:1958:AY1836, BNB 1958/117. Van een wezenlijke verandering van het kantoorpand waardoor het naar inrichting, aard of omvang wijziging ondergaat in de zin van o.m. HR 24 april 1957, ECLI:NL:HR1957:AY1629, BNB 1957/190, Is in het onderhavige geval, zoals de Inspecteur voor het Hof heeft betoogd, geen sprake. De onderhavige funderingswerkzaamheden zijn onmiskenbaar gericht op het instandhouden van het kantoorpand, het in bruikbare staat houden van het bedrijfsmiddel om achteruitgang en verval te voorkomen.4 De Inspecteur heeft in dat kader voorts gesteld dat het kantoorpand niet meer of betere aanwendingsmogelijkheden verkrijgt door het funderingsherstel: van een hogere huuropbrengst van het kantoorpand na en door het funderingsherstel is niet gebleken. Indien bij verbouwingswerkzaamheden zowel herstel als vernieuwing plaatsvindt, moeten de verbouwingskosten in de regel worden gesplitst in onderhoudskosten en kosten van verbetering. Een dergelijke splitsing komt niet meer aan de orde indien de verbouwing zo radicaal is dat in wezen nieuwbouw heeft plaatsgevonden. Voor 4 Vgl. ook het arrest HR 25 juni 2010, ECU:NL:HR:2010:BL2149, BNB 2011/1, waarin de funderingskosten werden aangemerkt als op de belanghebbende drukkende onderhoudskosten ter zake van zijn eigen woning, en tevens ais uitgaven met betrekking tot een monumentenpand als bedoeld in artikel 6.31, eerste lid, aanhef en letter a. Wet IB 2001 Zie tevens Hof Den Haag 26 juli 2016, ECU:NL:GHDHA:2016:2282, waarin het Hof - in cassatie (HR 7 juli 2017, ECLI:NL:HR:2017:1235) onbestreden - heeft geoordeeld dat het door de belanghebbende uitgevoerde funderingsherstel (het opvangen van de fundering met een betonbalk op nieuwe palen) niet is aan te merken als een verbetering in de zin-van artikel 18, derde lid, van de Wet WOZ maar als het wegwerken van achterstallig onderhoud.

5 de beantwoording van de vraag of sprake Is van een radicale vernieuwing moet worden bezien wat er in bouwkundig opzicht is geschied; vgl. o.m. het arrest HR 1Ö februari 1999, ECLI:NL:HR:1999:AA2670, BNB 1999/154. Het Hof is ongemotiveerd voorbij gegaan aan de stelling van de Inspecteur dat mocht er al sprake zijn van verbetering de uitgaven slechts ais verbetering in aanmerking zijn te nemen voor zover de daarmee gemoeide uitgaven de kosten van normaal onderhoud overtreffen. Slechts voor zover de uitgaven de kosten van herstel in de oude toestand overtreffen kan sprake zijn van verbetering; vgl. o.m. HR'20 oktober 1971, ECLI:NL:HR:1971:AX5064, BNB 1971/237. Het Hof is mijns inziens derhalve uitgegaan van een onjuiste rechtsopvatting althans diens oordeel is onvoldoende gemotiveerd. Op grond van het vorenstaande ben ik van oordeel dat de uitspraak van het Hof niet in stand zal kunnen blijven. Pagina 5

A. Het in het belastbaar inkomen 1998 begrijpen van het voordeel uit het tegen inkoopsprijs aankopen vaneen auto, groot fl 15.000.

A. Het in het belastbaar inkomen 1998 begrijpen van het voordeel uit het tegen inkoopsprijs aankopen vaneen auto, groot fl 15.000. C/& Z^o^jr Edelhoogachtbaar College, y> "2_ Op 17 februari j.l. is door mij namens C igllllllpljp te IHllIll^, hierna belanghebbende, beroep in cassatie aangetekend tegen de uitspraak van het Gerechtshof

Nadere informatie

Naar aanleiding van uw brief van 21 januari 2013 heb ik de eer het volgende op te merken.

Naar aanleiding van uw brief van 21 januari 2013 heb ik de eer het volgende op te merken. Den Haag, 2 6 F E B 2013 Kenmerk: DGB 2013-384 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 13/00280) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 4 december 2012, nr. 11/00501, X inzake

Nadere informatie

Naar aanleiding van uw brief van 17 januari 2013 heb ik de eer het volgende op te merken.

Naar aanleiding van uw brief van 17 januari 2013 heb ik de eer het volgende op te merken. Haag < 2 6 FEB 2013 Kenmerk: DGB 2013-322 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 13/00275) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 4 december 2012, nr. 11/00515, ^ 2 inzake

Nadere informatie

2014 -- Inkomstenbelasting - Winst -- Deel 4

2014 -- Inkomstenbelasting - Winst -- Deel 4 Inkomstenbelasting winst 4 programma Fiscale reserves Uitleg kostenegalisatiereserve Uitleg herinvesteringsreserve Uitleg fiscale oudedagsreserve 1 Fiscale reserves Artikel 3.53 1. Bij het bepalen van

Nadere informatie

2010 -- HRo - Inkomstenbelasting - Winst -- Deel 4

2010 -- HRo - Inkomstenbelasting - Winst -- Deel 4 Inkomstenbelasting winst 4 programma Fiscale reserves Uitleg kostenegalisatiereserve Uitleg herinvesteringsreserve Uitleg fiscale oudedagsreserve Fiscale reserves Artikel 3.53 1. Bij het bepalen van de

Nadere informatie

CxS/oiaéi cas. Den Haag, 22 OKT 2008 AAN DE HOGE RAAD DER NEDERLANDEN. Kenmerk: DGB 2008-4936

CxS/oiaéi cas. Den Haag, 22 OKT 2008 AAN DE HOGE RAAD DER NEDERLANDEN. Kenmerk: DGB 2008-4936 CxS/oiaéi cas Den Haag, 22 OKT 2008 Kenmerk: DGB 2008-4936 X ^_ Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 08/03864) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 29 juli 2008, nr.

Nadere informatie

1.2. Bij uitspraak op bezwaar heeft de Inspecteur de aanslag verminderd tot een berekend naar een belastbaar bedrag van

1.2. Bij uitspraak op bezwaar heeft de Inspecteur de aanslag verminderd tot een berekend naar een belastbaar bedrag van ECLI:NL:GHDHA:2017:1714, Gerechtshof Den Haag, 13062017, BK16/00344 Inhoudsindicatie In hoger beroep is in geschil of en zo ja, in hoeverre ter zake van de resterende boekwinst van 162.052 ( 215.253 53.201)

Nadere informatie

^ 2, 09/00344, inzake WIÊÊIÊÊÊÊÊ te mm^^iêê betreffende de aan hem opgelegde

^ 2, 09/00344, inzake WIÊÊIÊÊÊÊÊ te mm^^iêê betreffende de aan hem opgelegde DenHaag, 2 9 MRT 2011 Kenmerk: DGB 2011-1010 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 11/00701) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam van 30 december 2010, nr. ^ 2, 09/00344,

Nadere informatie

Uitspraak als bedoeld in afdeling van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen

Uitspraak als bedoeld in afdeling van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) in het geding tussen ECLI:NL:RBSGR:2007:BC9630 Instantie Rechtbank 's-gravenhage Datum uitspraak 01-11-2007 Datum publicatie 16-04-2008 Zaaknummer AWB 06/8273 Formele relaties Hoger beroep: ECLI:NL:GHSGR:2010:BL5705, Bekrachtiging/bevestiging

Nadere informatie

MIDDEL I (invloed bedrijfsdoel op 'eenzelfde economische functie')

MIDDEL I (invloed bedrijfsdoel op 'eenzelfde economische functie') ^ ^ i Kc[ MIDDEL I (invloed bedrijfsdoel op 'eenzelfde economische functie') Schending en/of verkeerde toepassing van het recht, meer in het bijzonder van artikel 14 van de Wet op de inkomstenbelasting

Nadere informatie

1 Het geding in feitelijke instanties

1 Het geding in feitelijke instanties Uitspraak 10 januari 2014 nr. 09/01485 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van 3 maart 2009, nr. 07/00372, betreffende

Nadere informatie

Inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, willekeurige afschrijving

Inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, willekeurige afschrijving Inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, willekeurige afschrijving Geldend op 24-07-2009 - Besluit van 27 maart 2001; CPP 2001/366M De directeur-generaal Belastingdienst heeft namens de staatssecretaris

Nadere informatie

De Rechtbank te 's-gravenhage (nr. AWB 10/5062) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard.

De Rechtbank te 's-gravenhage (nr. AWB 10/5062) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard. 11 Oktober 2013 nr. 12/04012 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage van 10 juli 2012, nr. BK-11/00544,

Nadere informatie

Naar aanleiding van uw brief van 8 februari 2012 heb ik de eer het volgende op te merken.

Naar aanleiding van uw brief van 8 februari 2012 heb ik de eer het volgende op te merken. I f^l öobuicq3~o\ Den Haag, 2 O MRT 2012 Kenmerk: DGB 2012-753 TL Motivering van liet beroepsciirir: in cassatie (rolnummer 12/00641) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage van 21 december

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:1999:AA7796 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 98/4659

ECLI:NL:GHAMS:1999:AA7796 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 98/4659 ECLI:NL:GHAMS:1999:AA7796 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 21-12-1999 Datum publicatie 04-07-2001 Zaaknummer 98/4659 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

De herinvesteringsreserve: een stappenplan voor art IB 2001

De herinvesteringsreserve: een stappenplan voor art IB 2001 De herinvesteringsreserve: een stappenplan voor art. 3.54 IB 2001 Mr. dr. R.H.C. Luja * 1. Inleiding Artikel 3.54 Wet Inkomstenbelasting 2001 regelt de herinvesteringsreserve. Deze regeling biedt aan IB-ondernemers

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2017:4240

ECLI:NL:RBZWB:2017:4240 ECLI:NL:RBZWB:2017:4240 Instantie Datum uitspraak 18-07-2017 Datum publicatie 02-08-2017 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer BRE - 16 _ 4145 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

De Hoge Raad der Nederlanden,

De Hoge Raad der Nederlanden, 2 januari 1980. nr. 19.623 DG. De Hoge Raad der Nederlanden, Gezien het beroepschrift in cassatie van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Y B.V. te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof

Nadere informatie

Naar aanleiding van uw brief van 18 oktober 2011 heb ik de eer het volgende op te merken.

Naar aanleiding van uw brief van 18 oktober 2011 heb ik de eer het volgende op te merken. Den Haag, 2 9 NOV 2011 Kenmerk: DGB 2011-6473 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 11/04540) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-hertogenbosch van 2 september 2011, nr. r, 2

Nadere informatie

ECLI:NL:RBBRE:2011:BX1337

ECLI:NL:RBBRE:2011:BX1337 ECLI:NL:RBBRE:2011:BX1337 Instantie Rechtbank Breda Datum uitspraak 22-07-2011 Datum publicatie 13-07-2012 Zaaknummer 10/2873 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

I n z a k e: T e g e n:

I n z a k e: T e g e n: HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Datum : 1 juni 2018 Zaaknr. : 18/01151 VERWEERSCHRIFT MET VOORWAARDELIJK INCIDENTEEL CASSATIEBEROEP I n z a k e: 1 Stichting SDB Gevestigd te Stichtse Vecht 2 Stichting Euribar

Nadere informatie

Vindplaatsen Rechtspraak.nl. Uitspraak

Vindplaatsen Rechtspraak.nl. Uitspraak ECLI:NL:HR:2017:5 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 06-01-2017 Datum publicatie 06-01-2017 Zaaknummer 15/03526 Formele relaties In cassatie op : ECLI:NL:GHSHE:2015:2209, (Gedeeltelijke) vernietiging

Nadere informatie

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend. De moeder van belanghebbende (hierna: erflaatster) is op [ ] 2010 overleden.

De Staatssecretaris van Financiën heeft een verweerschrift ingediend. De moeder van belanghebbende (hierna: erflaatster) is op [ ] 2010 overleden. Uitspraak 10 oktober 2014 Nr. 13/04777 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van [X] te [Z] (hierna: belanghebbende) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 29 augustus 2013, nr. 12/00472,

Nadere informatie

1 Het geding in feitelijke instanties

1 Het geding in feitelijke instanties Uitspraak 14 februari 2014 nr. 13/00475 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van de Staatssecretaris van Financiën tegen de uitspraak van het Gerechtshof te s-gravenhage van 18 december 2012, nr. 12/00169,

Nadere informatie

2. Conclusie Op grond van al het vorenstaande kan 's Hofs uitspraak niet in stand blijven. Wij verzoeken Uw Raad daarom de uitspraak van het Hof te

2. Conclusie Op grond van al het vorenstaande kan 's Hofs uitspraak niet in stand blijven. Wij verzoeken Uw Raad daarom de uitspraak van het Hof te i. Cassatiemiddelen l.i. Eerste middel Schending van het Nederlandse recht, met name van artikel 27, lid 5, Wet op de loonbelasting 1964 (hierna: de Wet) (tekst tot en met 1996), van artikel 13a, lid 1,

Nadere informatie

Edelachtbaar college,

Edelachtbaar college, Edelachtbaar college, X% Namens cliënten, a «a ^ ^ ^ ^ ^ M l e n tel^^^^ tekenen wij beroep in cassatie aan tegen de uitspraak van Gerechtshof Amsterdam van 22 september 2011 op het beroepschrift van 10

Nadere informatie

GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN. Nr. 208/86 10 april 1987

GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN. Nr. 208/86 10 april 1987 GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN BELASTINGKAMER UITSPRAAK Nr. 208/86 10 april 1987 Uitspraak (na verwijzing door de Hoge Raad der Nederlanden bij arrest van 29 januari 1986, nr. 23.254) van bet Gerechtshof te

Nadere informatie

Naar aanleiding van uw brief van 22 februari 2012 heb ik de eer het volgende op te merken.

Naar aanleiding van uw brief van 22 februari 2012 heb ik de eer het volgende op te merken. f2./oos:)lcqs Den Haag, 3 Q MRT 2012 Kenmerk: DGB 2012-1131 ^ 2 Motivering van liet beroepschrift in cassatie (rolnummer 12/00801) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage van 28 december

Nadere informatie

Titel. Wetsartikelen BUA - art. 1 Auteur. Publicatiedatum NTFR. Rubriek ECLI

Titel. Wetsartikelen BUA - art. 1 Auteur. Publicatiedatum NTFR. Rubriek ECLI Titel Hoge Raad verwijst zaak over toepassing BUA op terbeschikkingstelling van zitplaatsen in stadion aan personeel Nummer 35-36 / 1988 Belastingjaar/tijdvak 2004-2008 Hoge Raad 29 juni 2018, nr. 16/03928,

Nadere informatie

Nu premies AOV zijn afgetrokken vormen uitkeringen belastbare periodieke uitkeringen uit inkomensvoorziening (art. 3.100, lid 1, ond.

Nu premies AOV zijn afgetrokken vormen uitkeringen belastbare periodieke uitkeringen uit inkomensvoorziening (art. 3.100, lid 1, ond. Nu premies AOV zijn afgetrokken vormen uitkeringen belastbare periodieke uitkeringen uit inkomensvoorziening (art. 3.100, lid 1, ond. b) LJN: BX8102, Gerechtshof 's-gravenhage, BK-10/00754 en 10/00233

Nadere informatie

DenHaa9 '05JAN2010. Kenmerk: DGB 2009-6450

DenHaa9 '05JAN2010. Kenmerk: DGB 2009-6450 Qöd ^4co5 DenHaa9 '05JAN2010 Kenmerk: DGB 2009-6450 Beroepschrift in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Amsterdam X van 26 november 2009, nr. 08/00445, inzake IEËli ifai«ibaélsga^aili^i

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2017:1125

ECLI:NL:GHDHA:2017:1125 ECLI:NL:GHDHA:2017:1125 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 04-04-2017 Datum publicatie 02-05-2017 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie BK-16/00480

Nadere informatie

Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe,

Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe, Edèlhoogachtbare Heer/Vrouwe, X Z (belanghebbende), \ beroep in cassatie ingesteld tegen de uitspraak van het Gerechtshof Amsterdam van 4 juli 2013. Bij brief van 11 oktober 2013 heeft de griffier mij

Nadere informatie

D E H O O G E R A A D D E R N E D E R L A N D E N,

D E H O O G E R A A D D E R N E D E R L A N D E N, 21 October 1959. F. No. 14043. D E H O O G E R A A D D E R N E D E R L A N D E N, Gezien het beroepschrift in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te s-hertogenbosch van 6 Maart 1959

Nadere informatie

Hoge Raad, 8 maart 2013 12/02061, LJN: ECLI:NL:HR:2013:BZ3574 (Uitleg begrip vervaardiging)

Hoge Raad, 8 maart 2013 12/02061, LJN: ECLI:NL:HR:2013:BZ3574 (Uitleg begrip vervaardiging) TBR 2013/151 Hoge Raad, 8 maart 2013 12/02061, LJN: ECLI:NL:HR:2013:BZ3574 (Uitleg begrip vervaardiging) Mr. J.A.C.A. Overgaauw, mr. D.G. van Vliet, mr. C.B. Bavinck, mr. E.N. Punt en mr. P.M.F, van Loon

Nadere informatie

In artikel 7, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit Invorderingswet 1990 is het volgende bepaald.

In artikel 7, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit Invorderingswet 1990 is het volgende bepaald. looofoo ccts Den Haag, 2 8 MRT 2011 Kenmerk: DGB 2011-1237 Beroepschrift in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem van >( Z 15 februari 2011, nr. 10/00160, inzake Bf^^^NP te ÜÜH betreffende

Nadere informatie

HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM, Derde Meervoudige Belastingkamer;

HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM, Derde Meervoudige Belastingkamer; Belastingkamer: Nummer: 883/79 HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM, Derde Meervoudige Belastingkamer; Gezien het beroepschrift van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Y B.V. voorheen de vennootschap

Nadere informatie

HOGE RAAD ARREST. nr. 31/695. gewezen op het beroep in cassatie van X te Z. tegen

HOGE RAAD ARREST. nr. 31/695. gewezen op het beroep in cassatie van X te Z. tegen HOGE RAAD nr. 31/695 ARREST gewezen op het beroep in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-hertogenbosch van 13 oktober 1995 betreffende de haar voor het jaar 1986 opgelegde

Nadere informatie

i (Verenigd Koninkrijk) betreffende de aanslag inkomstenbelasting/premie

i (Verenigd Koninkrijk) betreffende de aanslag inkomstenbelasting/premie Den Haag, 25 OKT 2011 Kenmerk: DGB 2011-6222 Beroepschrift in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof te ^ z 's-hertogenbosch van 22 september 2011, nr. 10/00854, Inzake fuêêêêêêêê te i (Verenigd

Nadere informatie

Gang van zaken aftrekbaarheid kosten monumentenpand

Gang van zaken aftrekbaarheid kosten monumentenpand Rapport Gang van zaken aftrekbaarheid kosten monumentenpand Een onderzoek naar de gang van zaken en informatieverstrekking met betrekking tot het wel/niet aftrekbaar zijn van kosten voor een monumentenpand

Nadere informatie

Directoraat-generaal Belastingdienst, Belastingdienst/Caribisch Nederland. Besluit van 19 december 2010, nr. DGB2010/8059M, Staatscourant 2010, 21197

Directoraat-generaal Belastingdienst, Belastingdienst/Caribisch Nederland. Besluit van 19 december 2010, nr. DGB2010/8059M, Staatscourant 2010, 21197 Besluit Wet op de inkomstenbelasting BES. Directoraat-generaal Belastingdienst, Belastingdienst/Caribisch Nederland Besluit van 19 december 2010, nr. DGB2010/8059M, Staatscourant 2010, 21197 De staatssecretaris

Nadere informatie

NLF 2018/2225 Onbegrijpelijk oordeel over omkering en verzwaring bewijslast HR, 5 oktober 2018, 17/00374, ECLI:NL:HR:2018:1839

NLF 2018/2225 Onbegrijpelijk oordeel over omkering en verzwaring bewijslast HR, 5 oktober 2018, 17/00374, ECLI:NL:HR:2018:1839 Kijk op NLFiscaal voor online versie NLF 2018/2225 Onbegrijpelijk oordeel over omkering en verzwaring bewijslast HR, 5 oktober 2018, 17/00374, ECLI:NL:HR:2018:1839 SAMENVATTING De activiteiten van A (bv)

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2013:BX9444

ECLI:NL:HR:2013:BX9444 ECLI:NL:HR:2013:BX9444 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 12-04-2013 Datum publicatie 12-04-2013 Zaaknummer 12/01372 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Cassatie Omzetbelasting.

Nadere informatie

1.2. De aanslag is, na daartegen door belanghebbende gemaakt bezwaar, door de Inspecteur bij de bestreden uitspraak gehandhaafd.

1.2. De aanslag is, na daartegen door belanghebbende gemaakt bezwaar, door de Inspecteur bij de bestreden uitspraak gehandhaafd. GERECHTSHOF TE 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 25 februari 2000 nummer BK-97/20200 UITSPRAAK op het beroep van X te Z tegen de uitspraak van de Inspecteur, het hoofd van eenheid Particulieren/Ondernemingen

Nadere informatie

«**«<*«rtr wn P: 2/7. mei 2018 heb ik de eer het volgende opte. Vooraf. TOta»^ «" t(jn dbmveiplicjg' Z* T* Middel. n met 31 december 2014.

«**«<*«rtr wn P: 2/7. mei 2018 heb ik de eer het volgende opte. Vooraf. TOta»^ « t(jn dbmveiplicjg' Z* T* Middel. n met 31 december 2014. P: 2/7 8 JUNI 2018 Kenmerk: 2018-0000092206 ** **va ^G^^7ms^T(l,(ro,nUm'n5r 18/M91S) te8w fle A Z nr- 16/00543, inzake Mteaïl V8n 20 maart 2018, «**«

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2015:3059

ECLI:NL:RBDHA:2015:3059 ECLI:NL:RBDHA:2015:3059 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 10-03-2015 Datum publicatie 10-04-2015 Zaaknummer AWB - 14 _ 7359 Rechtsgebieden Belastingrecht Bijzondere kenmerken Bodemzaak Eerste

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2017:130. Uitspraak. Permanente link:

ECLI:NL:HR:2017:130. Uitspraak. Permanente link: ECLI:NL:HR:2017:130 Permanente link: http://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ecli:nl:hr:2017:130 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 10 02 2017 Datum publicatie 10 02 2017 Zaaknummer 16/02729 Formele

Nadere informatie

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over de directeur Belastingen van de Belastingdienst niet gegrond.

Rapport. Oordeel. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klacht over de directeur Belastingen van de Belastingdienst niet gegrond. Rapport Een onderzoek naar de beslissing van de directeur Belastingen van de Belastingdienst op een beroepschrift tegen de afwijzing van een verzoek om uitstel van betaling. Oordeel Op basis van het onderzoek

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2017:928 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/00024

ECLI:NL:GHAMS:2017:928 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 16/00024 ECLI:NL:GHAMS:2017:928 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 21-03-2017 Datum publicatie 29-03-2017 Zaaknummer 16/00024 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Hoger

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2008:BD9044

ECLI:NL:RBHAA:2008:BD9044 ECLI:NL:RBHAA:2008:BD9044 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 25-07-2008 Datum publicatie 05-08-2008 Zaaknummer 07/6768 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

Rapport. Belastingdienst wijst verzoek om ambtshalve vermindering af. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klachten gegrond.

Rapport. Belastingdienst wijst verzoek om ambtshalve vermindering af. Op basis van het onderzoek vindt de Nationale ombudsman de klachten gegrond. Rapport Belastingdienst wijst verzoek om ambtshalve vermindering af. Op basis van het onderzoek vindt de klachten gegrond. Datum: 12 januari 2015 Rapportnummer: 2015/007 2 SAMENVATTING Verzoekster, een

Nadere informatie

2. Cassatiemiddelen Met betrekking tot dit beroep worden de volgende middelen van cassatie voorgedragen:

2. Cassatiemiddelen Met betrekking tot dit beroep worden de volgende middelen van cassatie voorgedragen: '"Sr "- AANTEKENEN Hoge Raad der Nederlanden Postbus 20303 2500 EH 'S-GRAVENHAGE Datum Referentie Betreft beroep in cassatie tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Arnhem (08/00041) op het hoger beroep

Nadere informatie

Waardering stamrechtverplichting met inachtneming van rekenrente van 4%

Waardering stamrechtverplichting met inachtneming van rekenrente van 4% Waardering stamrechtverplichting met inachtneming van rekenrente van 4% ECLI:NL:GHDHA:2015:1984 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 16-06-2015 Datum publicatie 15-07-2015 Zaaknummer Formele

Nadere informatie

AAN DE HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Naar aanleiding van uw briefvan 11 april 2013 heb ik de eer het volgende op te merken.

AAN DE HOGE RAAD DER NEDERLANDEN Naar aanleiding van uw briefvan 11 april 2013 heb ik de eer het volgende op te merken. Den Haag, 2 2 MEI 2013 Kenmerk: DGB 2013-2033 Motivering van het beroepschrift in cassatie (rolnummer 13/01640) tegen de uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 8 februari 2013, nrs. 11/00933 en 11/00934,

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 10/06/2014

Datum van inontvangstneming : 10/06/2014 Datum van inontvangstneming : 10/06/2014 I' Hoge Raad der Nederlanden Derde Kamer w ~e' {J.J ::li "~.8 ;.l_~ ( E..::r,",'_ t"::) ('0",,1 l:'jt:: ~~ ~ )(, ::li oe i~..- ~ c:: L'..J Nr. 12/03718 28 maart

Nadere informatie

Gerechtshof te 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 29 maart 2002 Nr. BK-00/01073 UITSPRAAK

Gerechtshof te 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 29 maart 2002 Nr. BK-00/01073 UITSPRAAK Gerechtshof te 's-gravenhage negende enkelvoudige belastingkamer 29 maart 2002 Nr. BK-00/01073 UITSPRAAK op het beroep van de Stichting X te Y tegen de uitspraak van de Inspecteur, het hoofd van de eenheid

Nadere informatie

ten deze vertegenwoordigd door en domicilie kiezende ten kantore van advocaat/belastingkimdig^ i

ten deze vertegenwoordigd door en domicilie kiezende ten kantore van advocaat/belastingkimdig^ i il-óil^/gcas Edelhoogachtbaar College, Belanghebbende: wonende te (België), ten deze vertegenwoordigd door en domicilie kiezende ten kantore van advocaat/belastingkimdig^ i heeft bij brief van 25 maart

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2015:20

ECLI:NL:GHARL:2015:20 ECLI:NL:GHARL:2015:20 Instantie Datum uitspraak 06-01-2015 Datum publicatie 16-01-2015 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Zaaknummer 14/00053, 14/00054 en 14/00055 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere

Nadere informatie

2.1. De Inspecteur is van de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep gekomen bij het Hof. Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend.

2.1. De Inspecteur is van de uitspraak van de rechtbank in hoger beroep gekomen bij het Hof. Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend. io~oo6zz hop uitspraak GERECHTSHOF 's-gravenhage Sector belasting Nummer BK-08/00456 Uitspraak van de eerste meervoudige belastingkamer d.d. S januari 2010 op het hoger beroep van de Inspecteur, de voorzitter

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2016:6102

ECLI:NL:RBDHA:2016:6102 ECLI:NL:RBDHA:2016:6102 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 26-05-2016 Datum publicatie 23-06-2016 Zaaknummer AWB - 15 _ 5196 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

Naar aanleiding van uw brief van 31 mei 2011 heb Ik de eer het volgende op te merken.

Naar aanleiding van uw brief van 31 mei 2011 heb Ik de eer het volgende op te merken. 1 Cccs DenHaag, «7 jul 2011 Kenmerk: DGB 2011-3436 Motivering van liet beroepschrift in cassatie (rolnummer 11/02494) tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-gravenhage van 15 april 2011, nr. 10/00133,

Nadere informatie

ECLI:NL:RBZWB:2017:3691

ECLI:NL:RBZWB:2017:3691 ECLI:NL:RBZWB:2017:3691 Instantie Datum uitspraak 15-06-2017 Datum publicatie 20-07-2017 Rechtbank Zeeland-West-Brabant Zaaknummer AWB - 16 _ 2238 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 17/04/2014

Datum van inontvangstneming : 17/04/2014 Datum van inontvangstneming : 17/04/2014 Hoge Raad der Nederla 'Entrée 1 8 MARS 2014 den ------1 Derde Kamer Nr. 09/02220 21 februari 2014 Arrest gewezen op het beroep in cassatie van de Staatssecretaris

Nadere informatie

Hoge Raad der Nederlanden

Hoge Raad der Nederlanden Hoge Raad der Nederlanden D e r d e K a m e r nr. 24.702 12 oktober 1988 AHN Arrest gewezen op het beroep in cassatie van de vennootschap onder firma X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te Leeuwarden

Nadere informatie

ECLI:NL:RBDHA:2017:6306

ECLI:NL:RBDHA:2017:6306 ECLI:NL:RBDHA:2017:6306 Instantie Rechtbank Den Haag Datum uitspraak 07-06-2017 Datum publicatie 29-06-2017 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie 17_712 IBPVV Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

Uitspraak. Afname (F)OR voor lijfrentepremie beïnvloedt vermogenstoets (F)OR niet ECLI:NL:RBZWB:2015:1978. Instantie. Rechtbank Zeeland-West-Brabant

Uitspraak. Afname (F)OR voor lijfrentepremie beïnvloedt vermogenstoets (F)OR niet ECLI:NL:RBZWB:2015:1978. Instantie. Rechtbank Zeeland-West-Brabant Afname (F)OR voor lijfrentepremie beïnvloedt vermogenstoets (F)OR niet ECLI:NL:RBZWB:2015:1978 Instantie Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2016:1495

ECLI:NL:GHDHA:2016:1495 ECLI:NL:GHDHA:2016:1495 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 26-04-2016 Datum publicatie 26-05-2016 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie BK-15/01072

Nadere informatie

ECLI:NL:HR:2010:BM1206

ECLI:NL:HR:2010:BM1206 ECLI:NL:HR:2010:BM1206 Instantie Hoge Raad Datum uitspraak 24-09-2010 Datum publicatie 24-09-2010 Zaaknummer 08/03539 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Conclusie: ECLI:NL:PHR:2010:BM1206

Nadere informatie

Inkomstenbelasting. Vennootschapsbelasting. Herinvesteringsreserve.

Inkomstenbelasting. Vennootschapsbelasting. Herinvesteringsreserve. Inkomstenbelasting. Vennootschapsbelasting. Herinvesteringsreserve. Belastingdienst/Landelijk Kantoor Belastingregio s, Brieven en beleidsbesluiten Besluit van 9-12-2011, nr. BLKB 2011/2061M, Stcrt 21-12-2011,

Nadere informatie

(f&ks CQ3 Belanghebbende heeft in beroep voor het Gerechtshof te Leeuwarden de door de Inspecteur van de p Belastinadienst/fjMfflmwny^ aanslag Inkomstenbelasting/Premie volksverzekeringen 1999 ten bedrage

Nadere informatie

de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Utrecht (hierna: de Inspecteur).

de inspecteur van de Belastingdienst/kantoor Utrecht (hierna: de Inspecteur). Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM-LEEUWARDEN Afdeling belastingrecht Locatie Arnhem nummer 14/00056 uitspraakdatum: 3 februari 2015 Uitspraak van de vierde meervoudige belastingkamer op het hoger beroep van

Nadere informatie

Hoge Raad der Nederlanden

Hoge Raad der Nederlanden Hoge Raad der Nederlanden D e r d e K a m e r Nr. 35.889 27 juni 2001 YS Arrest gewezen op het beroep in cassatie van X te Z tegen de uitspraak van het Gerechtshof te `s-hertogenbosch van 3 december 1999,

Nadere informatie

Hoge Raad 30 november 2018, nr. 17/04543

Hoge Raad 30 november 2018, nr. 17/04543 Titel Bedrijfsopvolgingsvrijstelling van toepassing op de verkrijging van fictieve onroerende zaken I Nummer 49 / 2779 Belastingjaar/tijdvak 2014 Brondocumenten Beroepschrift in cassatie bij HR nr. 17/04543,

Nadere informatie

ECLI:NL:GHAMS:2005:AU3334 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 04/04123

ECLI:NL:GHAMS:2005:AU3334 Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer 04/04123 ECLI:NL:GHAMS:2005:AU3334 Instantie Gerechtshof Amsterdam Datum uitspraak 20-09-2005 Datum publicatie 05-10-2005 Zaaknummer 04/04123 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2014:2681

ECLI:NL:GHARL:2014:2681 ECLI:NL:GHARL:2014:2681 Instantie Datum uitspraak 01-04-2014 Datum publicatie 11-04-2014 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Zaaknummer 13/00862 en 13/00863 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken

Nadere informatie

XXXX. Geachte heer XXXX,

XXXX. Geachte heer XXXX, Retouradres: Postbus 93122, 2509 AC Den Haag XXXX Geachte heer XXXX, Pagina 1/5 U heeft ons geschreven over de beslissing van de Belastingdienst op het namens de heren XXXX en XXXX (hierna: uw cliënten)

Nadere informatie

de inspecteur van de Belastingdienst/Noord/Kantoor Groningen (hierna: de Inspecteur)

de inspecteur van de Belastingdienst/Noord/Kantoor Groningen (hierna: de Inspecteur) Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM - LEEUWARDEN Afdeling belastingrecht Locatie Leeuwarden nummer: 12/00201 uitspraakdatum: 15 oktober 2013 Uitspraak van de eerste meervoudige belastingkamer op het hoger beroep

Nadere informatie

ECLI:NL:RBNNE:2014:6195

ECLI:NL:RBNNE:2014:6195 ECLI:NL:RBNNE:2014:6195 Instantie Rechtbank Noord-Nederland Datum uitspraak 04-12-2014 Datum publicatie 23-12-2014 Zaaknummer AWB - 12 _ 2792 Rechtsgebieden Belastingrecht Bijzondere kenmerken Eerste aanleg

Nadere informatie

De Rechtbank te Haarlem (nr. AWB 05/6797) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard.

De Rechtbank te Haarlem (nr. AWB 05/6797) heeft het tegen die uitspraak ingestelde beroep ongegrond verklaard. LJN: BO3637, Hoge Raad, 09/00760 Print uitspraak Datum uitspraak: 22-04-2011 Rechtsgebied: Belasting Soort procedure: Cassatie Inhoudsindicatie: Omzetbelasting; art. 5, lid 3, en art. 13, B, aanhef en

Nadere informatie

de inspecteur van de Belastingdienst/Randmeren/kantoor Almere,

de inspecteur van de Belastingdienst/Randmeren/kantoor Almere, Uitspraak RECHTBANK NOORD-NEDERLAND Afdeling Bestuursrecht, belastingkamer locatie Leeuwarden procedurenummer: AWB LEE 13/970 uitspraak van de enkelvoudige belastingkamer van 17 september 2013 als bedoeld

Nadere informatie

ECLI:NL:OGEAC:2016:121

ECLI:NL:OGEAC:2016:121 ECLI:NL:OGEAC:2016:121 Instantie Datum uitspraak 18-10-2016 Datum publicatie 23-12-2016 Gerecht in eerste aanleg van Curaçao Zaaknummer BBZ nrs. CUR201500851, CUR201500852 en CUR201500853 van 2015 Rechtsgebieden

Nadere informatie

1.2 Belanghebbende heeft op 24 maart 2004 bij de gemeente Zaanstad een aanvraag voor eén bouwvergunning eerste fase ingediend.'

1.2 Belanghebbende heeft op 24 maart 2004 bij de gemeente Zaanstad een aanvraag voor eén bouwvergunning eerste fase ingediend.' Edelhoogachtbaar College^ Bi] brief van 16 september 2011 heeft uw College gewezen op de mogelijkheid tot het instellen van Incidenteel beroep in cassatie. Hierbij maak ik van deze mogelijkheid gebruik.

Nadere informatie

Beroepschrift in cassatie bij HR nr. 17/ Vennootschapsbelasting/Dividendbelasting

Beroepschrift in cassatie bij HR nr. 17/ Vennootschapsbelasting/Dividendbelasting Titel Hoge Raad formuleert rechtsregels inzake begrip 'deelnemingskosten' Nummer 50 / 2822 Belastingjaar/tijdvak 2008 Brondocumenten Hoge Raad 7 december 2018, nr. 17/01211, Beroepschrift in cassatie bij

Nadere informatie

ECLI:NL:GHARL:2015:814

ECLI:NL:GHARL:2015:814 ECLI:NL:GHARL:2015:814 Instantie Datum uitspraak 10-02-2015 Datum publicatie 20-02-2015 Zaaknummer 13/00946 Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden

Nadere informatie

ECLI:NL:CBB:2001:AB0533

ECLI:NL:CBB:2001:AB0533 ECLI:NL:CBB:2001:AB0533 Instantie Datum uitspraak 06-03-2001 Datum publicatie 04-07-2001 College van Beroep voor het bedrijfsleven Zaaknummer AWB 99/423 & 99/424 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie

Nadere informatie

Uitspraak. is de aanslag onroerendezaakbelasting 2015 (OZB) vastgesteld op 433,78.

Uitspraak. is de aanslag onroerendezaakbelasting 2015 (OZB) vastgesteld op 433,78. Auteur: mr. R.T. Wiegerink Verschenen in: Belastingblad (BB), november 2018, BB 2018/434 Datum: 11 september 2018 Instantie: Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden Titel: Bij nieuwe WOZ-beschikking wegens onjuiste

Nadere informatie

Rapport. Datum: 2 augustus 1999 Rapportnummer: 1999/341

Rapport. Datum: 2 augustus 1999 Rapportnummer: 1999/341 Rapport Datum: 2 augustus 1999 Rapportnummer: 1999/341 2 KLACHT Op 23 oktober 1998 ontving de Nationale ombudsman een verzoekschrift van de heer H. uit Denemarken, ingediend door de heer He. te Hulsel,

Nadere informatie

Naar aanleiding van uw brief van 11 februari 2011 heb ik de eer het volgende op te merken.

Naar aanleiding van uw brief van 11 februari 2011 heb ik de eer het volgende op te merken. Den Haag, 2 5 MRT 2011 Kenmerk: DGB 2011-869 Motivering van liet beroepschrift in cassatie (rolnummerfll/0066jj( tegen de uitspraak van het Gerechtshof te 's-hertogenbosch van 30 december 2010, nr. 09/00514,

Nadere informatie

Rapport. Rapport over een klacht over de Belastingdienst. Datum: 12 juni 2014. Rapportnummer: 2014/059

Rapport. Rapport over een klacht over de Belastingdienst. Datum: 12 juni 2014. Rapportnummer: 2014/059 Rapport Rapport over een klacht over de Belastingdienst. Datum: 12 juni 2014 Rapportnummer: 2014/059 2 Klacht Verzoekers klagen over de gang van zaken en informatieverstrekking met betrekking tot het wel/niet

Nadere informatie

Uitspraak d.d. 10 januari 1986 MI Griffie 3699/85 Type: ws. HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, eerste meervoudige belastingkamer.

Uitspraak d.d. 10 januari 1986 MI Griffie 3699/85 Type: ws. HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, eerste meervoudige belastingkamer. Uitspraak d.d. 10 januari 1986 MI Griffie 3699/85 Type: ws HET GERECHTSHOF TE s-gravenhage, eerste meervoudige belastingkamer. GEZIEN het arrest van de Hoge Raad der Nederlanden van 21 augustus 1985, no.

Nadere informatie

ECLI:NL:RBHAA:2010:BM1234

ECLI:NL:RBHAA:2010:BM1234 ECLI:NL:RBHAA:2010:BM1234 Instantie Rechtbank Haarlem Datum uitspraak 08-04-2010 Datum publicatie 15-04-2010 Zaaknummer 09/3509 Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Belastingrecht Eerste

Nadere informatie

Op 27 november 2013 hebben wij, namens en als gemachtigde van fbgab&bbbffl^^j^^

Op 27 november 2013 hebben wij, namens en als gemachtigde van fbgab&bbbffl^^j^^ Edelhoogachtbaar College, Op 27 november 2013 hebben wij, namens en als gemachtigde van fbgab&bbbffl^^j^^ schriftelijke instemming van het Ministerie van Financiën, beroep in cassatie aangetekend tegen

Nadere informatie

Datum van inontvangstneming : 28/03/2013

Datum van inontvangstneming : 28/03/2013 Datum van inontvangstneming : 28/03/2013 luxembourg c - ~~///3 - Entrée 2 5 FEV. 2013 oge Raad der Nederlanden Derde Kamer Nr. 11/04457 1 februari 2013 Ingeschreven in het register van het Hof van Justitie

Nadere informatie

22-01-2015 30-03-2015 AWB - 13 _ 3431. Belastingrecht. Rechtspraak.nl

22-01-2015 30-03-2015 AWB - 13 _ 3431. Belastingrecht. Rechtspraak.nl ECLI:NL:RBNNE:2015:1474 Deeplink Instantie Datum uitspraak Datum publicatie Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank Noord-Nederland 22-01-2015 30-03-2015 AWB - 13 _ 3431

Nadere informatie

Betreft: Cassatie teoen uitspraak

Betreft: Cassatie teoen uitspraak Betreft: Cassatie teoen uitspraak Edelgrootachtbare heer, vrouwe,! I Hierbij tekenen we cassatie aan tegen het arrest van het Gerechthof te l Den Haag d.d. 16 augustus 2011. ' Als bijlage sturen wij u

Nadere informatie

tegen de uitspraak van de rechtbank Arnhem van 8 maart 2011, nummers AWB 10/2670 en 10/2672, in het geding tussen belanghebbende en

tegen de uitspraak van de rechtbank Arnhem van 8 maart 2011, nummers AWB 10/2670 en 10/2672, in het geding tussen belanghebbende en Uitspraak GERECHTSHOF ARNHEM Sector belastingrecht nummers 11/00311 en 11/00312 uitspraakdatum: 20 september 2011 Uitspraak van de derde meervoudige belastingkamer op het hoger beroep van X te Z (hierna:

Nadere informatie

ECLI:NL:RBSGR:2007:BC0614

ECLI:NL:RBSGR:2007:BC0614 ECLI:NL:RBSGR:2007:BC0614 Instantie Datum uitspraak 25-07-2007 Datum publicatie 08-02-2008 Zaaknummer Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie Rechtbank 's-gravenhage AWB 06/8362 IB/PVV Belastingrecht

Nadere informatie

ECLI:NL:GHDHA:2014:2773

ECLI:NL:GHDHA:2014:2773 ECLI:NL:GHDHA:2014:2773 Instantie Gerechtshof Den Haag Datum uitspraak 21-03-2014 Datum publicatie 18-09-2014 Zaaknummer Formele relaties Rechtsgebieden Bijzondere kenmerken Inhoudsindicatie BK-13/00269

Nadere informatie