~ 2006 ~ Vlinderrapport Bloedbergduin

Transcriptie

1 ~ 26 ~ Vlinderrapport Bloedbergduin

2 Inhoudsopgave Inhoud.. 1 Inleiding... 2 Nieuwe soorten en andere 3 Alle soorten op een rijtje, na pagina 6... Nader besproken ( vlinders )...7 Nader besproken ( andere insecten )..12 Vegetatie 13 Andere insecten.14 Reptielen en amfibieën..16 Enkele zoogdieren.16 Excursie.17 Nieuw. 17 Afsluiting Kleine zomervlinder Jan Scheffers; dagvlinders, nachtvlinders, kleine vlinders overige insecten reptielen en amfibieën zoogdieren vegetatie foto s verzamelen en verwerking gegevens samenstelling rapport Joop H. Kuchlein; determinatie aantal kleine vlinders Irma van der Kaay; lay-out - vormgeving 1

3 Inleiding Een bijzonder vlinderjaar ( 26 ) Van de opwarming van de aarde was in de maand maart van 26 weinig te merken. Het bleef tot ver in maart koud, in de laatste week van deze maand was vorst in de nacht pas definitief verleden tijd. Nu zijn we tegenwoordig wel wat verwend natuurlijk, echte winters hebben we hier al jaren niet meer. Omdat de temperatuur in maart niet echt omhoog wilde, lieten de vlinders het in het open duin ook afweten. Maar in de laatste week van deze maand liep de temperatuur eindelijk flink op naar rond de dertien graden. Op de eerste dag van april voor het eerst in 26 op pad geweest in het Bloedbergduin. Ondanks de harde zuid-westen wind heb ik die avond 69 vlinders geteld, allen van een soort ( Spudaea ruticilla, Vroege eikenuil ). De eerste weken van april schommelde de temperatuur rond de tien graden, dagvlinders lieten zich nog niet zien in het duin. Op 11 april stelde ik al wel de eerste 5 vlindersoorten overdag vast in het Bloedbergduin, twee als imago. Het waren wel waarnemingen van nachtvlinders.12 April, s avond s paaltjes met een stroopmengsel (voedsel, lokmiddel ) gesmeerd. Het begon er op te lijken, bij alweer een stevige zuid-westen wind en zeven graden telde ik 179 vlinders. Na de eerste twee weken van april werd de temperatuur iets aangenamer met hier en daar een uitschieter omhoog, met de hoogste waarde op 24 april. Het werd die dag negentien graden. Die dag leverde ook de eerste twee soorten voor het Bloedbergduin op die nog niet op de lijst voorkwamen. De dag erna zakte de temperatuur met wind van zee flink in, maar leverde wel de eerste aantallen dagvlinders op. Het ging om vier soorten, in totaal 24 vlinders. De eerste dagvlinder in het duin, een Kleine vuurvlinder had ik op 18 april al gezien. Maar dat was slechts een enkel exemplaar. Het vlinderseizoen was dan toch echt begonnen. Ook verschenen er steeds meer bloeiende planten, de zandhagedis liet zich regelmatig van dichtbij bekijken. Steeds meer vogels zongen ( het was wel het eerste jaar in het Bloedbergduin zonder de zang van de Veldleeuwerik ). Doortrekkende vogels zoals Beflijster en Goudvink lieten zich zien en/of floten hun deuntje voordat ze verder gingen. Een seizoen lang weer beestjes geturfd, met alles er omheen wat het zo mooi maakt om te doen. Jan Scheffers Kleine vuurvlinder 2

4 In de winter van zijn een aantal lastige soorten op naam gebracht door de heer Joop H. Kuchlein. Negen van de op naam gebrachte soorten kwamen nog niet voor op de soortenlijst van het Bloedbergduin. Hier volgen de namen van die soorten, voorafgaand daaraan de nummercode. Rups Sint-Jansvlinder Een andere soort die nog niet op de lijst voorkwam is : 548 Coleophora siccifolia Hiervan vond ik op een koker op zomereik in het Bloedbergduin. 412 Agonopterix heracliana ex 626 Coleophora striatipennella ex 636 Coleophora saliconiae ex 718 Bryotropha affinis ex 76 Chionodes fumatella 7-7-3, 6-7-4, , , alle 1 ex 771 Scrobipalpa artemisiella ex 816 Acompsia cinerella ex 846 Phtheogroa inopiana ex 115 Epiblema cirsiana ex Phyllonorycter acerifoliella, op een mijn op Spaanse aak. Over het hoofd gezien in 25. Nu alsnog vermeld. Eucosma tripoliana stond ten onrechte op de lijst van voorgaande jaren en is daarvan verwijderd. Een aantal vondsten van rupsen staan om technische reden niet in de jaarlijst vermeld, zij worden hieronder vermeld. Scrobipalpa costella ( oktober ) Zygaena filipendulae ( juni ) Polyommatus icarus ( juni ) Issoria lathonia ( augustus ) Autographa gamma ( juni ) Phlogophora meticulosa ( oktober ) Noctua pronuba ( april ) Tyria jacobaeae ( juli ) Icarusblauwtje Zuringspanner 3

5 Het voorlopige totaal van door mij waargenomen vlinders in het Bloedbergduin is opgelopen tot 593 soorten. Het betreft soorten micro s en macro s ( inclusief de dagvlinders ). Afgelopen jaar ( 26 ) leverde 38 nieuwe soorten op verdeeld over; Kleine vlinders 19 Zakdrager 1 Dagvlinders 2 Nachtvlinders 16 Psyche Casta ( Vleugelloos vrouwtje net uit de pop ) Snuitvlinder Vierkantvlekuil 4

6 De nieuwe soorten van 26 : Stigmella confusella 2 mijnen op 1 oktober. Stigmella freyella op 8 augustus de eerste mijnen, daarna meer. Stigmella aurella 11 mijnen op 12 december, stond al eens eerder in de lijst, toen afgevoerd wegens gebrek aan bewijsmateriaal. Ectoedemia intimella 1 mijn op 12 december. Dahlica triquetrella 1 zak op 24 april. Cameraria ohridella 1 imago op26 juli. Elachista albidella 1 imago op11 september. Coleophora coracipennella 2 kokers met rups op 3 juni, uitgekweekt. Gelechia turpella 1 imago op 8 augustus. Cnephasia longana 2 imago s, 1 ex 26 juli, 1 ex 15 augustus. Pammene populana 1 rups 26 mei, uitgekweekt Cydia amplana 2 imago s,1 ex 26 juli,1 ex 8 augustus, ook rupsen (verzameld in 25 ) uitgekweekt. Dichrorampha simpliciana 1 imago op 15 augustus. Homoeosoma sinuella 2 imago s op 15 augustus. Phycitodes maritima 1 imago op 2 juni. Ephestia elutella 1 imago op 3 augustus. Oranje luzernevlinder Dipleurina lacustrata 1 imago op 11 september. Witlesia pallida 1 imago op 11 september. Calomatropha paludella 1 imago op 26 juli. Sitochroa palealis 2 imago s, 1 ex 18 juli, 1 ex 28 juli. Colias croceus 2 imago s op 11 oktober. Polygonia c-album 1 imago op 17 oktober. Agrius convolvuli 1 imago op 15 augustus. Drepana curvatula 1 imago op 27 juli. Ennomos alniaria 3 imago s, 1 ex 22 augustus,1 ex 3 augustus,1 ex 8 september. Cyclophora linearia 1 imago op 27 juni. Perizoma affinitata 2 imago s op 26 juli. Eupithecia intricate 4 imago s, 2 ex 27 juni, 2 ex 26 juli. Eupithecia simpliciata 1 imago op 26 juli. Lithophane semibrunnea 1 imago op 24 april. Lithophane leauteri 1 imago op 16 oktober. Oligia strigilis 2 imago s op 2 juni. Rhizedra lutosa 1 imago op 16 oktober. Archanara geminipuncta 1 imago op 8 augustus. Mythimna loreyi 1 imago op 3 oktober. Rhyacia simulans 1 imago op 26 juli. Eilema griseola 1 imago op 15 augustus. Spilosoma urticae 1 imago op 2 juni. Gehakkelde aurelia 5

7 Op deze cd bijgevoegde Excel sheet is de lijst te zien met alle, tot nu toe, door mij waargenomen vlindersoorten in het Bloedbergduin, ( deel van Solleveld ). Er staat een klein aantal soorten bij die ter plekke voor het laatst in de jaren 9 van de vorige eeuw zijn gezien. Bij de in 26 waargenomen soorten staat het maandtotaal vermeldt, alleen bij de imago s het jaartotaal. Soorten waar niets bij staat zijn waargenomen in voorgaande jaren. Verklarende tekens in de lijst; m = mijn bij mineerders z = zak bij zakdragers k = koker bij coleophora-soorten r = rups c = cocon Gelechia hippophaella ( de soort is te vinden door naar de rupsen op Duindoorn te zoeken. ) Antenne van de Plakker ( mannetje ) 6

8 Een aantal in het Bloedbergduin voorkomende soorten nader besproken. Stigmella freyella, Als eerste een opmerkelijke waarneming. Het is een vrij zeldzame soort, en wordt in Nederland voornamelijk op een aantal locaties langs de kust waargenomen. De soort mineert als rups, in het blad van de waardplant waar ze van afhankelijk is. Tot aan deze vondst was dit Akkerwinde ( Convolvulus arvensis ) en Haagwinde ( Calystegia sepium ). Het bijzondere van deze waarneming is de waardplant, Zeewinde ( Calystegia soldanella ). Nog niet eerder was Zeewinde vastgesteld als waardplant van S. freyella. De vondst bestond uit vele volle en lege mijnen. Een zeer opmerkelijke waarneming. Ectoedemia intimella, Deze soort werd in 1976 voor het eerst in Nederland vastgesteld. Staat te boek als een verspreidt over Nederland voorkomende zeldzame soort. Op 12 december 26 een mijn op Grauwe wilg ( Salix cinerea ) gevonden, heel laat in het jaar. Maar met het zachte weer van afgelopen najaar zat er zelfs in het winderige duin om die tijd nog hier en daar wat blaadjes aan de bomen. En dat levert dan zo laat in het jaar nog zoiets leuks op. Cameraria ohridella, Dit vlindertje was waarschijnlijk enigszins verdwaald. Er is nergens in de directe omgeving een Paardekastanje te vinden, de waardplant van deze soort. Maar soms wordt Gewone esdoorn als waardplant vermeld en die komt wel voor in het Bloedbergduin. In 27 maar eens op letten. Coleophora siccifolia, Een andere opmerkelijke vondst is die van een lege koker van deze weinig voorkomende soort. Volgens De Kleine Vlinders van J.H.Kuchlein is C. siccifolia al eens eerder vastgesteld in het uurhok waar het Bloedbergduin in valt. Of dat ook daadwerkelijk in het Bloedbergduin was is mij onbekend. De soort is bekent, ( De Kleine Vlinders ), van de onderste helft van Nederland. Zeg maar de denkbeeldige lijn Noord-Hollandskanaal duitse grens. In dit deel van Nederland is de soort in 11 uurhokken gevonden. Van de kustprovincies was de soort alleen bekent uit Noord-Holland ( Amsterdam ) en Zuid-Holland ( het uurhok waar het Bloedbergduin in valt ). Cydia amplana, ( zie foto hiernaast ) Begin jaren 9 van de vorige eeuw was de soort slechts bekent van twee uurhokken in Nederland, beide in Noord-Holland. Vooral deze eeuw heeft de soort zich enorm verspreid over Nederland. In 26 voor het eerst op licht in het Bloedbergduin. In 25 had ik, onwetend welke soort het was, de rupsen al gevonden. De rupsen leven in eikels en enkele andere zaden. Dat is over het algemeen goed te zien doordat er een gaatje in de eikel zit. Er zijn veelal ook uitwerpselen bij de opening te zien. Achtergrond : Mijntjes van Stigmella freyella op Zeewinde 7

9 Agrius convolvuli -- Windepijlstaart, Een grote pijlstaartvlinder die ieder jaar in wisselende aantallen wordt gezien in Nederland. Nieuw voor de lijst. De rupsen leven op windesoorten. Selidosema brunnearia Bruine heispanner, ( Zie foto hiernaast ) Een zeldzame soort in Nederland, die voornamelijk in de duinen voorkomt. In het Bloedbergduin voor het eerst gezien in 21. Toen overdag, dit jaar in de nachtelijke uren op licht. De soort zal zich hier in het duin waarschijnlijk voortplanten op Schapenzuring en/of Gewone rolklaver. Ze kan ook nog de enige Brem hier in het duin als waardplant gebruiken. Die groeit ergens halverwege het Bloedbergduin langs het fietspad richting Molenslag. Als er nog weer eens gemaaid wordt langs het fietspad (wat ik overigens niet nodig vind, en op de manier waarop het gebeurd niet goed voor de vegetatie ) graag deze bremstruik ontzien. Ten noorden van het Schelpenpad in Solleveld kan de soort zich ook nog voortplanten op de daar voorkomende Struikhei. Eikenoogspanner Cyclophora linearia Gele oogspanner, e.a. Nieuw voor de lijst. Waardplant is voornamelijk beuk, maar ook wel andere loofbomen. Is bekent als een vrij gewone soort van de zandgronden. Dat de soort dan nu pas voor het eerst is waargenomen in het Bloedbergduin, zal te maken hebben met het feit dat de soort vooral in oude beukenbossen schijnt voor te komen. Naast deze cyclophora soort zijn er nog twee soorten van dit genus ter plaatse waargenomen. Als eerste C. punctaria ( Gestippelde oogspanner ). De waardplanten van deze soort zijn eik en berk. Ook een vrij gewone soort in Nederland, in het Bloedbergduin tot nu toe een enkeling. Een andere en zeldzame soort is C. porata, waardplant eik maar ook wel berk. Deze vlinder is in het Bloedbergduin een gewone soort, wat voor de zoveelste keer maar weer eens laat zien wat een bijzonder uniek stukje duin het Bloedbergduin is. De vlinder is hier, vooral in het voorjaar, eenvoudig te vinden door in de avonduren met een zaklamp het eikenstruweel af te struinen. Hangend aan twijgjes, of daartussen vliegend zijn ze gemakkelijk te zien in het licht van de zaklamp. Mijn ervaring is dat ze slecht op het licht van een H.P.L. of M.L. lamp af komen. Dus om vast te stellen of de soort ergens voorkomt is de zaklamp een veel effectiever middel. Deze mooie vlinder vliegt in twee generaties. Perizoma affinitata Koekoeksbloemspanner, Een zeldzame soort die als waardplanten koekoeksbloemen en aanverwante soorten gebruikt. De eerste waarneming van deze soort in het Bloedbergduin betrof twee exemplaren in de nachtelijke uurtjes op licht. Eupithecia simpliciata Meldedwergspanner, Weer een zeldzame soort, gebruikt als waardplanten onder andere leden van de ganzenvoetfamilie en composieten zoals alsem en Bijvoet. Dit jaar voor het eerst in een enkel exemplaar gezien, kwam ook op het licht af. Lithophane semibrunnea Bruine essenuil, Het kan niet op, alweer een zeldzame soort, overwintert als vlinder. Is in die hoedanigheid in het najaar en voorjaar te zien. Deze kwam op een avond in april op een lokmiddel af. De rups leeft o.a. op Gewone es. 8

10 Lithophane leautieri Coniferenuil, ( zie foto hiernaast ) Wordt sinds 198 in Nederland gezien, in het zuid-westen tegenwoordig gewoon. Volgens de uitstekende nieuwe nachtvlindergids van Tirion in samenwerking met De Vlinderstichting ( Nachtvlinders ) wordt de soort in andere delen van Nederland nauwelijks gezien. De rupsen van deze soort leven op coniferen en andere leden van de cipresfamilie. Heeft dus eigenlijk weinig te zoeken in het Bloedbergduin,een zwerver op zoek naar nieuw leefgebied. Spudaea ruticilla Vroege eikenuil, ( zie beide foto s hiernaast ) Een zeldzame soort die vooral in de duinen voorkomt. In het Bloedbergduin algemeen voorkomend!!!! Op een avond in het voorjaar ( april ) zelfs 175 exemplaren geteld, kwamen allemaal op lokmiddel af. Laatste jaren ieder jaar hogere aantallen. Vorig jaar was 18 exemplaren het hoogste aantal op een avond van deze soort. Maar zo explosief als afgelopen jaar zal het aantal dit jaar waarschijnlijk niet stijgen. Het kan natuurlijk ook dat de populatie een dip krijgt door een of andere reden, b.v. parasitisme. Normaal genomen vliegt de soort alleen in het voorjaar, in 26 heb ik een exemplaar in het najaar gezien op 27 november. Soms komt dit voor, ze overwintert dan als vlinder. Normaal gebeurt dit als pop. De rupsen leven op eik. Calamia tridens Groene weide-uil, Volgens de nieuwe gids Nachtvlinders een niet zo gewone soort. Wordt vooral gezien in de duinen en op de zandgronden in het binnenland. Ook deze soort kan in het Bloedbergduin algemeen genoemd worden. Hoogste aantal op een avond in 26 was 68 exemplaren, kwamen allemaal op de lamp af. De vlinder heeft, net als wel meer soorten, de gewoonte om niet rechtstreeks naar het licht toe te vliegen. Ze land veelal een stuk buiten het licht van de lamp, om daarna telkens een klein stukje op te schuiven richting lamp, lopend of fladderend door de vegetatie. Een flink aantal blijft op afstand in de vegetatie zitten. Het is een mooie groene vlinder, die naar gelang ze ouder wordt meer kleur verliest. Oudere vlinders kunnen bijna wit zijn. Waardplanten zijn grassen. Mythimna litoralis Helmgrasuil, Uit de mythimna-groep zijn tot nu toe 1 van 18 in Nederland vastgestelde soorten ook vastgesteld in het Bloedbergduin. M. litoralis is een zeldzame soort die vooral voorkomt in de duinen en op de wadden. In het Bloedbergduin werden tot nu toe niet meer dan 1 à 2 vlinders op een avond gezien. In de al eerder aangehaalde nieuwe gids Nachtvlinders staat, heel soms een tweede generatie in september-oktober, in het Bloedbergduin ieder jaar in september! De vlinder komt behalve op licht ook vaak op lokmiddel af. Waardplanten zijn grassen. 9

11 Mythimna loreyi Kosmopoliet, ( zie foto hiernaast ) De grote klapper van 26 is M. loreyi. Het is meer dan 14 jaar geleden dat deze soort in Nederland werd gezien!!!!!!!!!! Op 3 ktober had ik op het eind van de middag op flink wat hekpaaltjes, en wat bomen, een lokmiddel gesmeerd. Toen het eenmaal goed donker was heb ik die route een paar maal langs gelopen. Het viel die avond, zoals wel vaker, tegen wat er op afgekomen was. Tegen het eind van het laatste rondje had ik slechts 6 vlinders geturfd. Bij een van de laatste paaltjes aangekomen zag ik een vlinder bij het lokmiddel zitten die ik niet direct kon thuisbrengen. Ter plekke nog een boek geraadpleegd, maar ik durfde nog niet met zekerheid te zeggen wat het was. Voor een zekere determinatie moest de vlinder mee naar huis worden genomen. Thuis gekomen is de vlinder in de koelkast gezet om er de volgende dag verder naar te kijken. Nou dat gaf wel een klap hoor, het bleek al heel snel dat het om een bijzonder beestje ging. Ik determineerde haar als MYTHIMNA LOREYI. In de nieuwe gids Nachtvlinders stond onder het kopje; Voorkomen Nederland. Een zeer zeldzame trekvlinder die vroeger enkele malen in ons land is waargenomen. Rob de Vos van Trekvlinderregistratie Nederland heeft mijn determinatie later bevestigd. Heel bijzonder om zo n beestje te zien. Waardplanten zijn grassen. Rhyacia simulans Bruine grasuil, Wederom een zeldzame soort en nieuw voor het Bloedbergduin. De vlinder is tijdelijk actief nadat ze uit de pop is gekomen, daarna volgt een rustperiode. Later in het jaar wordt ze weer actief. Het is een beetje saai gekleurde vlinder die echter door de vleugeltekening toch wel opvalt. Waardplanten, grassen, maar ook andere planten. Actebia praecox Slanke groenuil, ( zie foto hiernaast ) Zeldzame soort. Een mooie wat groenige vlinder met een fraaie vleugeltekening. Wordt vrijwel uitsluitend in de kustprovincies waargenomen. In 21 voor het eerst waargenomen in het Bloedbergduin. Na vijf jaar opnieuw gezien, dit jaar twee vlinders, in juli en augustus. Waardplanten, flink aantal verschillende planten o.a. zuring, weegbree, slangenkruid, alsem en andere planten. 1

12 Peridroma saucia Blauwvleugeluil, Staat bekent als een niet zo gewone trekvlinder. Wordt vooral gezien in de kuststreek. Collega vlinderaars beamen dat ze de vlinder maar weinig tot sporadisch zien. Daarom is het des te meer opvallend dat ze in het Bloedbergduin nu en dan in redelijk aantal wordt gezien. Een paar voorbeelden; op in de avonduren tien vlinders waarvan een op licht en de rest op lokmiddel. Dit jaar op 26 september ook in de avond, acht vlinders op lokmiddel. Maar meestal gaat het om een of enkele vlinders. Heel soms in het voorjaar, maar meestal in de maanden augustus tot en met november. De soort gebruikt veel soorten planten als waardplant. Spilosoma urticae Sneeuwbeer, Een niet zo gewone soort voor Nederland. De eerste waarneming van deze mooie op, over het algemeen hooguit enkele kleine zwarte stipjes op de voorvleugels na, geheel witvleugelige beervlinder in het Bloedbergduin. De soort gebruikt een flink aantal soorten planten als waardplant. Uit de vlindersoorten die hier kort behandeld zijn mag blijken dat het Bloedbergduin nog steeds een uniek duin is, ondanks het feit dat het de laatste decennia, qua vegetatie, wel veranderd door invloeden van buitenaf. En.er vliegen nog veel meer bijzondere soorten vlinders. Daarover volgend jaar meer. Wolfsmelkpijlstaart 11

13 Ondanks de vele bezoekjes aan het Bloedbergduin van afgelopen jaar zijn er wel weer wat zaken blijven liggen waar wat meer tijd aan had moeten worden besteed. Het is een verhaal dat ieder jaar weer terug komt. Er is te weinig naar andere insecten gekeken. Wel zijn er een aantal losse waarnemingen verzameld. Maar dat zegt weinig over het wel of niet voorkomen van een soort, en helemaal niets over aantallen. Zo hebben er vooral laat in het seizoen veel heidelibellen gevlogen. Maar welke? Er waren op die momenten andere dingen waar de aandacht naar uit ging. In het kort enkele tijdens het vlinderen waargenomen andere insecten. Sympecma fusca Bruine winterjuffer, ( zie foto hiernaast ) Een soort waar het de laatste jaren goed mee gaat in Nederland. Het lag voor de hand dat de soort zich ook in het Bloedbergduin een keer zou laten zien. Op 2 september was het zover, op de zuidelijke helling van de Bloedberg bevonden zich twee exemplaren in het struikgewas. Oedipoda caerulescens Blauwvleugelsprinkhaan, Niet speciaal voor op pad geweest, maar toch weer enkele exemplaren van deze prachtige sprinkhaan gezien. Enkele jaren geleden voor het eerst gezien in het Bloedbergduin. Sindsdien is iedere hernieuwde kennismaking met de soort weer een feest op zich. Hemipenthes morio ( parasitaire vlieg ), ( zie foto hiernaast ) Zeker in de duinen een meer voorkomende vlieg, was nog niet bekent van het kilometerhok waar het Bloedbergduin onder valt. Het is een heel fraai beestje met gedeeltelijk donker gekleurde vleugels. De soort zal waarschijnlijk al langer hier in het duin voorkomen, maar was blijkbaar niet eerder opgevallen. Ze zit graag in de zon op open plekjes in het duin. De parasitaire vlieg heeft een ingewikkelde levenswijze. De larve van deze vlieg parasiteert op andere parasitaire larven van meestal rupsen. 12

14 Bembix rostrata Harkwesp, ( zie foto hiernaast ) Deze prachtige grote graafwesp met grote geel-groenige ogen kwam ook dit jaar weer in aantal voor in het Bloedbergduin. Om echt een indicatie te kunnen geven hoe de verschillende populaties zich ontwikkelen in het duin ( de zeereep ), moet er in de juiste tijd eens wat meer tijd aan besteed worden. Een straf is het in ieder geval niet om de soort te observeren. Voorover in het zand liggend, kijkend hoe zo n beestje zich razend snel het zand in graaft. De soort is gevoelig voor verstoring van de broedkolonies, bijvoorbeeld als nestholtes vertrapt worden door wandelaars. Het is dus zaak er op toe te zien dat die uit de omgeving van broedkolonies geweerd worden. Het vrouwtje van de Harkwesp brengt per jaar ongeveer slechts zes nakomelingen groot. Dit heeft te maken met de uitgebreide broedzorg per larve. ( Gids van Bijen, Wespen en Mieren van Heiko Bellmann ). In Nederland komt de soort nog voor in enkele duingebieden langs de kust. Vegetatie; paar soorten nader bezien. Silene conica Kegelsilene, Het is geen bijzonder of zeldzaam plantje. Maar op veel plaatsen in de regio waar de plant vroeger voorkwam is ze inmiddels verdwenen. Veelal komt dat door menselijke activiteiten. Leuk dat er in het Bloedbergduin een groeiplaats is van dit plantje. Op 3 juni werden er tegen de zeereep aan 65 plantjes gevonden. Polygala vulgaris Gewone vleugeltjesbloem, Ook een plantje dat vroeger op flink wat plaatsen, ( vooral Hoek van Holland ), in de regio te vinden was. Ook dit plantje is op veel plaatsen verdwenen. Gewone vleugeltjesbloem is veelal een indicator dat er meer bijzondere plantjes in de omgeving te vinden zouden kunnen zijn. Nog maar eens goed opletten. In het Bloedbergduin gevonden op 28 mei over een oppervlak van tien vierkante meter. Dit was grotendeels binnen de omheining waar de paarden zich bevinden, ten noorden van de Bloedberg aan de noord-west grens van de omheining. Hedera helix Klimop, Klimop is een plant die niet in het Bloedbergduin thuishoort en veel narigheid voor de overige vegetatie kan veroorzaken. Om die reden is de plant, die al over een flink oppervlak verspreidt was, in zijn geheel verwijderd. De plant groeide bij de camping Molenslag, en zal waarschijnlijk van daaruit in het naastgelegen duin zijn terechtgekomen. Die camping is toch wel meer een plaag. Als je ziet hoeveel zwerfvuil van daaruit het duin inwaait. Het is misschien wel eens goed als ze het komend seizoen daar eens extra op attent worden gemaakt. Het is verkeerd als een ander de rotzooi moet gaan opruimen voor degene die er een puinhoop van maakt. Ook is er weer een aantal maal illegaal gekampeerd in de zeereep langs het Bloedbergduin. Dit levert toch iedere keer weer een hoop viezigheid op. Ik heb dan ook weer een aantal keer de duinwachter ingeschakeld. Vermoedelijk worden deze wildkampeerders ook aangetrokken door de aanwezige camping. Of hebben ze zich misschien misdragen op deze camping? Het zijn voorzover bekent altijd mensen uit Polen. 13

15 Nog heel kort wat andere plantjes. Euphorbia paralias Zeewolfsmelk, een plant. Vorig jaar voor het eerst. Heeft het goed gedaan afgelopen jaar. Calystegia soldanella Zeewinde. Over een zeer groot oppervlak verspreidt. Het oppervlak met Zeewinde wordt ieder jaar groter en groeit vanuit de zeereep zelfs de landinwaarts gelegen vegetatie in. Cenaurium erythraea Echt duizendguldenkruid. Nadat sommige poelen een aantal jaar geleden zijn hersteld is deze plant weer verschenen. Claytonia siberica Roze winterpostelein. Het is raadselachtig hoe dit van oorsprong uit Noord-Amerika en Noord-Oost- Azië afkomstige plantje hier is terecht gekomen. Waarschijnlijk in een ver verleden, ( gezien de groeiplaats ), met afval. Aardhommel op Zeewinde De rest van de waarnemingen nog met datum en aantal. Als eerste de libellen. Lestes viridis Houtpantserjuffer, 22 augustus 2 ex Lestes sponsa Gewone pantserjuffer, 11 oktober 1 ex Lestes barbarus Zwervende pantserjuffer, 23 juni 1 ex 22 augustus 3 ex Sympecma fusca Bruine winterjuffer, 2 september 2 ex Ischnura elegans Lantaarntje, 12 juni 1 ex 22 augustus 3 ex Erythromma viridulum Kleine roodoogjuffer, 17 oktober 1 ex Anax imperator Grote keizerlibel, 12 juni, 1 juli, 18 juli en 28 juli allen 1 ex Libellula depressa Platbuik, 12 juni, 2 juni, 23 juni allen 3 ex 1 juli, 18 juli beide 1 ex 14

16 Sympetrum sanguineum Bloedrode heidelibel, 1 juli 2 ex 11 oktober 1 ex Sympetrum vulgatum Steenrode heidelibel, 22 augustus 3 ex Sprinkhanen, is niets aan gedaan afgelopen jaar. Enkele waargenomen soorten die om een of andere reden genoteerd zijn. Als eerste een krekel. Acheta domesticus Huiskrekel, op 26 juli een exemplaar. De sprinkhanen, Oedipoda caerulescens Blauwvleugelsprinkhaan, op 17 augustus een exemplaar, op 9 september twee exemplaren. Platycleis albopunctata Duinsabelsprinkhaan, 22 augustus een exemplaar. Leptophyes punctatissima Struiksprinkhaan, op 18 september een exemplaar. Meconema thalassium Boomsprinkhaan, op 18 september een exemplaar. Kakkerlakken, Ectobius lapponicus Noordse kakkerlak, 12 april 5 ex., 18 april 4 ex., 24 april 1 ex., 27 juli 1 ex. Ectobius sylvestris Boskakkerlak, 18 juli een exemplaar. Wantsen en cicade, Chorosoma schillingi Palomena viridissima Heterotoma planicornis Cixius cunicularis 22 augustus een exemplaar, wel meerdere gezien. 3 juni een exemplaar. 18 juli een exemplaar. 18 juli een exemplaar. Schorpioenvlieg, Panorpe communis Gewone schorpioenvlieg 28 mei een ex., 3 juni vier ex. Vliegen, Hemipenthes morio, 3 juni vier ex., 12 juni een ex., 23 juni een ex. Graafwesp, Bembix rostrata Harkwesp, 23 juni 18 exemplaren 2 juni 27 exemplaren 18 Juni 4 exemplaren 28 Juni 2 exemplaren 8 augustus 4 exemplaren Kevers, Basterdzandloopkever Cicindela hybrida Basterdzandloopkever, 25 april 42 ex., 7 mei 25 ex., 28 mei 2ex., 3 juni 6 ex., 23 juni 24 ex., 18 juli 155 ex., 28 juli 125 ex., 8 augustus 24 ex., 11 oktober 3 ex. Polyphylla fullo Julikever, 1 juli een exemplaar. Phyllopertha horticola Rozenkever, 28 mei 2 ex., 3 juni 5 ex., 23 juni 3 ex. Agrypnus murinus Muisgrijze kniptor, 3 juni een exemplaar. Cteniopis sulphureus Zwavelgele bloemenkever, 18 juli twee exemplaren. Malichius bipustulatus, 3 juni 3 exemplaren, 12 juni 7 exemplaren. Malthinus flaveolus, 27 juni 5 exemplaren. Hydrophylus piceus Grote spinnende watertor, 15 augustus een exemplaar. Adalia bipunctata Twee stippelig lieveheersbeestje, 28 mei 2 exemplaren. Coccinella septempunctata Zeven stippelig lieveheersbeestje, 28 mei 12 exemplaren. Harmonia axyridis Aziatisch lieveheersbeestje, 28 mei 3 ex., 18 juli 6 ex., totaal veel meer. Thea 22-punctata Citroenlieveheersbeestje, 3 juni een exemplaar. 15

17 Reptielen en amfibieën, Lacerta agilis Zandhagedis, ( zie foto hiernaast ) 25 april 5 ex., 1 mei 2 ex., 3 juni 4 ex., 23 juni 2 ex., 18 juli 1 ex., 28 juli 2 ex., 17 augustus 1 ex., 9 september 2 ex. Over het algemeen zijn het toevallige waarnemingen op de vlinderroute door het duin. Bufo bufo Gewone pad, ( zie foto hieronder ) op 3 juni een exemplaar. Bufo calamita Rugstreeppad. Afgelopen jaar weer regelmatig gezien. In de maanden mei en juni veelvuldig gehoord. Enkele zoogdieren, Oryctolagus cuniculus Konijn. Op de telronde overdag meest tussen de twee en vier exemplaren per keer. Te weinig. Lepus capensis Haas. Minder dan voorgaande jaren, niet meer dan een per telronde. Vulpes vulpes Vos, Regelmatig gezien, ook nesthol aanwezig. Soms prooiresten bij nesthol.. 16

18 Er is in 26 geen excursie gehouden in het Bloedbergduin. Als alles loopt zoals gepland, gebeurd dit wel in 27. Over de excursie van 25, die ten noorden van het Schelpenpad in Solleveld is gehouden, is nog wat belangrijks te vermelden dat in het rapport van 25 niet is behandeld. Het gaat over de soort Phyllocnistis labyrinthella, de rups van deze soort mineert in het blad van Ratelpopulier. Er zijn tijdens de excursie,op 23 september 25, drie mijnen van deze voor Nederland NIEUWE soort gevonden. Twee dagen later konden daar nog elf mijnen aan worden toegevoegd. Een zeer waardevolle ontdekking. Komt tenslotte niet iedere dag voor, een nieuwe soort voor Nederland. Meer over deze waarneming is te lezen in het blad Tinea. Tinea is een onregelmatig verschijnend periodiek van de stichting Tinea, er staan interessante mededelingen in over de Nederlandse microlepidoptera. Het ISSN nummer van het desbetreffende blad is, ISSN Bij interesse is het te bestellen bij de redactie van Tinea, per adres Henk ten Holt, De Kluijskamp 1-28, 6545JD Nijmegen. (12. Euro voor het vierdubbele nummer incl. verzending). Afsluiting, Het totaal aantal bezoeken aan het Bloedbergduin over het jaar 26 ligt rond de zestig. Een gemiddeld bezoek overdag duurt al gauw drie uur. In de avonduren duurt een bezoek over het algemeen langer, tussen de vier en vijf uur. In het najaar duren de avondbezoeken meestal wel wat korter. Voor de avonduren komt er ook nog wel wat tijd voor de voorbereiding bij, soms van tevoren al een lokmiddel smeren. Ook na afloop moet al het materiaal weer worden opgeborgen. Na ieder bezoek moeten dan ook weer alle gegevens verwerkt worden, wat ook de nodige tijd kost. In de winter wordt alles dan uitgewerkt, ook dat kost heel veel uren werk. Soms als ik met al dat geschrijf bezig ben denk ik wel eens gatver waar doe ik het allemaal voor. Vooral als het weer aantrekkelijk is, dan valt binnen zitten niet mee. Maar ja, gegevens verzamelen en er niets mee doen heeft ook weinig nut. Daar krijgt alleen de persoon in kwestie meer kennis van. Wordt ook de natuur niet beter van. Als diezelfde kennis uitgedragen wordt, en ze wordt door anderen gebruikt om de natuur beter te leren kennen en begrijpen ( wat ik mag hopen ) valt alles toch weer op z n plaats. Als er daardoor dan ook meer aandacht voor de natuur ontstaat, en meer ruimte. Heb ik toch al die uurtjes binnenshuis weer op de juiste manier benut. En daar word ik dan, na een heel kleine dip, weer heel vrolijk van. Vooruit met de geit, nieuwe gegevens verzamelen. Een heel jaar lang weer veel de buitenlucht in. Als laatste wil ik nog bedanken Joop H. Kuchlein, voor determinatie van een aantal micro s. Rob de Vos, voor bevestiging determinatie Mythimna loreyi. Menno Reemer, voor bevestiging determinatie Hemipenthes morio. Irma van der Kaay, voor het mij wegwijs maken van een aantal functies op de computer en de vormgeving van het rapport. Duinwaterbedrijf Zuid-Holland ( D.Z.H. ), afdeling Natuurbedrijf, voor het verlenen van benodigde vergunning. Politie Haaglanden, voor toestemming zich, in de avonduren, in het duin ( fietspaden ) met een voertuig te bevinden. Provincie Zuid-Holland, voor de sleutel van de paaltjes op de fietspaden. 17

19

20 Code Genus Soort jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec totaal 8 Eriocrania subpurpurella 15 Triodia sylvina Stigmella confusella 2 m 25 Stigmella freyella 94 m 18 m 34 Stigmella malella 36 Stigmella anomalella 46 Stigmella hybnerella 5 Stigmella salicis 2 m 54 Stigmella trimaculella 55 Stigmella assimilella 1 m 57 Stigmella plagicolella 12 m 6 Stigmella aurella 11 m 61 Stigmella spledidissimella 2 m 5 m 66 Stigmella perpygmaeella 1 m 68 Stigmella speciosa 69 Stigmella basiguttella 71 Stigmella ruficapitella 73 Stigmella samiatella 89 Ectoedemia intimella 1 m 91 Ectoedemia turbidella 92 Ectoedemia argyropeza 1 m 94 Ectoedemia albifasciella 95 Ectoedemia subbimaculella 98 Ectoedemia atricollis 1 Ectoedemia rubivora 4 m 12 Ectoedemia occultella 11 Nematopogon adansoniella 112 Nematopogon swammerdamella Nemophora degeerella Adela reaumurella 124 Adela croesella Incurvaria masculella 137 Lampronia morosa Tischeria ekebladella 141 Tischeria dodonea 143 Emmetia marginea 3 m 153 Morophaga choragella 158 Nemapogon cloacella Tinea semifulvella 174 Tinea trinotella Monopis weaverella Monopis obviella 182 Monopis monachella Narycia duplicella 189 Dahlica triquetrella 1 z 196 Luffia lapidella 9 z 199 Psyche casta 1 z 1 z 219 Bucculatrix albedinella 223 Bucculatrix ulmella Bucculatrix bechsteinella 1 m 234 Caloptilia rufipennella 236 Caloptilia alchimiella Caloptilia stigmatella 1 m 24 Caloptilia syringella 4 m 241 Aspilapteryx tringipennella 3 m 245 Acrocercops brongniardella 25 Parornix anglicella 261 Phyllonorycter heegeriella 264 Phyllonorycter Quercifoliella 265 Phyllonorycter messaniella

21 Code Genus Soort jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec totaal 268 Phyllonorycter oxyacanthae 269 Phyllonorycter sorbi 271 Phyllonorycter blancardella 276 Phyllonorycter leucographella 278 Phyllonorycter corylifoliella 282 Phyllonorycter salicicolella 1 m 1 m 294 Phyllonorycter quinqueguttella 14 m 297 Phyllonorycter ulmifoliella 4 m 298 Phyllonorycter emberizaepennella 35 Phyllonorycter trifasciella 38 Phyllonorycter acerifoliella 31 Phyllonorycter geniculea 5 m 313 Phyllonorycter comparella Cameraria ohridella Phyllocnistis saligna 315 Phyllocnistis unipunctella 8 m 316 Phyllocnistis xenia 318 Yponomeuta evonymella Yponomeuta padella 5 r Yponomeuta malinellus 321 Yponomeuta cagnagella 1. r Yponomeuta plumbella Paraswammerdamia nebulella 337 Prays fraxinella 352 Argyresthia goedartella Argyresthia bonnetella 37 Ypsolopha scabrella Ypsolopha alpella 374 Ypsolopha sylvella Ypsolopha ustella 382 Plutella xylostella Acrolepiopsis assectella 392 Glyphipterix thrasonella 45 Lyonetia clerkella 2 m 412 Agonopterix heracliana Agonopterix conterminella 42 Agonopterix ocellana 425 Agonopterix cnicella 4 r 432 Agonopterix arenella Ethmia bipunctella Borkhausenia fuscescens 464 Endrosis sarcitrella 1 r Hofmannophila pseudospretella 47 Batia unitella Batia lunaris 484 Carcina quercana Diurnia fagella Elachista biatomella Elachista rufocinerea 57 Elachista maculicerusella 58 Elachista argentella 523 Elachista utonella 524 Elachista albidella Coleophora lutipennella 54 Coleophora gryphipennella 541 Coleophora flavipennella Coleophora milvipennis 12 k 548 Coleophora siccifoliia 549 Coleophora serratella 2 k

22 552 Coleophora spinella 1 k Code Genus Soort jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec totaal 555 Coleophora lusciniaepennella 1 k 564 Coleophora potentillae 582 Coleophora anatipennella 585 Coleophora ibipennella 588 Coleophora curricipennella 67 Coleophora otidipennella Coleophora saxicolella Coleophora versurella Coleophora striatipennella Coleophora salicorniae 646 Mompha ochreaceella 652 Mompha epilobiella Limnaecia phragmitella 664 Scythris limbella Scythris picaepennis Oegoconia deauratella Blastobasis phycidella Metneria lappella 77 Eulamprotes wilkella Bryotropha terrella Bryotropha desertella Bryotropha senectella Bryotropha affinis Recurvaria leucatella 724 Parachronistis albiceps 725 Teleiodes vulgella Teleiodes proximella 737 Teleiopsis diffinis Gelechia hippophaella 749 Gelechia turpella Chionodes distinctella Chionodes fumatella 761 Aroga velocella Neofriseria peliella 77 Scrobipalpa acuminatella Scrobipalpa artemisiella 776 Scrobipalpa nitentella 777 Scrobipalpa atriplicella 778 Scrobipalpa costella Caryocolum marmorea Caryocolum blandulella 798 Anacampsis populella 8 r 812 Brachmia blandella 814 Helcystogramma liutalella Acompsia cinerella 822 Apoda limacodes Zygaena filipendulae 15 r Cossus cossus 846 Phtheochroa inopiana 849 Phtheochroa rugosana 855 Gymnidomorpha vectisana 859 Agapeta hamana Eupoecilia ambiguella 881 Cochylidia implicitana 884 Cochylis hybridella 886 Cochylis atricapitana Tortrix viridana Aleimma loeflingiana

23 894 Acleris bergmanniana Acleris forsskaleana 3 3 Code Genus Soort jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec totaal 9 Acleris rhombana 93 Acleris notana 97 Acleris variegana Acleris hastiana 923 Tortricodes alternella 927 Cnephasia stephensiana Cnephasia pasiuana Cnephasia longana Pseudargyrotoza conwagana Ditula angustiorana Epagoge grotiana Periclepsis cinctana 942 Archips oporana 944 Archips podana Archips rosana 95 Choristoneura hebenstreitella 957 Pandemis cerasana Pandemis heparana Syndemis musculana 962 Cacoecimorpha pronubana 1 r Dichelia histrionana 969 Clepsis spectrana Clepsis consimilana Lozotaeniodes formosana Bactra lancealana Bactra furfurana 992 Hedya pruniana Hedya nubiferana Hedya ochroleucana Orthotaenia undulana 112 Argyroploce lacunana Celypha cespitana Lobesia abscisana Ancylis mitterbacheriana 145 Ancylis achatana 157 Epinotia abbreviana Epinotia nisella Epinotia cruciana Zeiraphera isertana 185 Gypsonoma dealbana 186 Gypsonoma aceriana Gypsonoma minutana 188 Gypsonoma sociana Epiblema cynosbatella 193 Epiblema uddmanniana 46 r Epiblema rosaecolana 196 Epiblema roborana Epiblema foenella Epiblema cirsiana 1111 Eucosma cana Eucosma obumbratana 112 Eucosma conterminana 1121 Eucosma campoliliana 1122 Thiodia citrana 1123 Spilonota ocellana 16 r Rhyacionia buoliana

24 1129 Rhyacionia pinivorana Pammene populana 1154 Pammene regiana Code Genus Soort jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec totaal 1158 Pammene fasciana Cydia splendana 1176 Cydia amplana Cydia janthinana 119 Dichrorampha petiverella 1192 Dichrorampha flavidorsana 1197 Dichrorampha simpliciana Anthophila fabriciana 1 r Choreutis pariana 1212 Epermenia chaerophyllella 4 r 1227 Platyptilia gonodactyla 1239 Pterophorus pentadactyla Emmelina monodactyla Aphomia sociella Aphomia zelleri Synaphe punctalis Endotricha flammealis Sciota rhenella Sciota adelphella Phycita roborella Dioryctria abietella 1291 Nephopterix angustella 1295 Acrobasis consociella Trachycera advenella 1299 Trachycera suavella Myelois circumvoluta 133 Gymnancyla canella 139 Nyctegretis lineana Homoeosoma sinuella Homoeosoma nimbella 1314 Phycitodes maritima Phycitodes binaevella Phycitodes saxicola 1322 Ephestia elutella Anerastia lotella Scoparia ambigualis Dipleurina lacustrata Eudonia mercurella Witlesia pallida Chilo phragmitella 134 Calamotropha paludella Chrysoteuchia culmella Crambus pascuella Crambus pratella 1347 Crambus lathoniellus Crambus perlella Agriphila tristella Agriphila inquinatella Agriphila selasella 1355 Agriphila straminella Agriphila geniculea Catoptria pinella Pediasia fascelinella Pediasia contaminella Platytes cerussella Platytes alpinella

25 1372 Schoenobius forficella 1373 Donacaula mucronella 1374 Elophila nymphaeata 1376 Acentria ephemerella Code Genus Soort jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec totaal 1377 Cataclysta lemnata Evergestis extimalis Pyrausta aurata Pyrausta despicata Sitochroa palealis Eurrhypara hortulata 145 Phlyctaenia coronata Udea ferrugalis Udea prunalis 1421 Nomophila noctuella Duponchelia fovealis Pleuroptya ruralis Lasocampa trifolii Lasocampa quercus Macrothylacia rubi Euthrix potatoria Mimas tilia Smerinthus ocellata Laothoe populi Agrius convolvuli Sphinx ligustri Sphinx pinastri 1463 Macroglossum stellatarum Hyles euphorbiae 1468 Deilaphila porcellus Thymelicus lineola Colias croceus Gonepteryx rhamni 1498 Pieris brassicae Pieris rapae Pieris napi Lycaena phlaeas Celastrina argiolus 1525 plebeius agestis Polyommatus icarus Lasiommata megera 1537 Coenonympha pamphilus Pyronia tithonus Maniola jurtina Hipparchia semele Vanessa atalanta Vanessa cardui Inachis io Aglais urticae Poligonia c-album Issoria lathonia Habrosyne pyritoides Tethea ocularis Ochropacha duplaris 1587 Watsonalla binaria 1589 Drepana curvatula Abraxas grossulariata 1597 Lomaspilis marginata Ligdia adustata Macaria notata

26 161 Macaria alternata Macaria liturata 166 Chiasmia clathrata Opisthograptis luteolata Ennomos alniaria Code Genus Soort jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec totaal 1624 Selenia dentaria Crocallis elinguaria Ourapteryx sambucaria 1637 Biston betularia Peribotades rhomboidaria Selidosema brunnearia Hypomecis punctinalis Ectropis crepuscularia Cabera pusaria Cabera exanthemata Campaea margaritata Aspitates ochrearia Alsophila aescularia 1687 Hemithea aestivaria 1691 Jodis lactearia 1698 Cyclophora porata Cyclophora punctaria 171 Cyclophora linearia Timandra comae Scopula nigropunctata 179 Scopula rubiginata Scopula imitaria Scopula immutata 1715 Scopula emutaria Idaea ochrata Idaea muricata 1721 Idaea biselata 1723 Idaea fuscovenosa Idaea humiliata Idaea seriata Idaea dimidiata Idaea subsericeata Idaea emarginata 173 Idaea aversata Idaea straminata 1732 Rhodostrophia vibicaria Lythria cruentaria Xanthorhoe designata 1747 Xanthorhoe spadicearia Xanthorhoe ferrugata 175 Xanthorhoe montanata 1751 Xanthorhoe fluctuata 1755 Epirrhoe alternata Camptogramma bilineata Cosmorhoe ocellata Chloroclysta truncata Cidaria fulvata 1787 Colostygia multistrigaria 1788 Colostygia pectinataria Philereme transversata 189 Operophtera brumata 1811 Perizoma affinitata Perizoma alchemillata 1816 Perizoma flavofasciata

27 1835 Eupithecia centaureata Eupithecia intricata Eupithecia absinthiata Eupithecia vulgata Eupithecia tripunctaria 1847 Eupithecia subfuscata 8 8 Code Genus Soort jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec totaal 1849 Eupithecia succenturiata Eupithecia subumbrata Eupithecia simpliciata Eupithecia nanata 1858 Eupithecia innotata 1859 Eupithecia virgaureata 186 Eupithecia abbreviata 1866 Gymnoscelis rufifasciata Chloroclystis v-ata 1878 Euchoeca nebulata 1885 Trchopteryx polycommata 189 Clostera curtula 1 r 1891 Clostera pigra 1894 Cerura vinula 1896 Furcula furcula Furcula bicuspis 1899 Notodonta dromedarius 192 Notodonta ziczac Pheosia tremula Pterostoma palpina Phalera bucephala 1924 Acronicta tridens 1926 Acronicta aceris 1927 Acronicta leporina 1928 Acronicta megacephala Acronicta auricoma Acronicta rumicis 1947 Zanclognatha tarsipennalis 1949 Schrankia costaestrigalis 1953 Catacola nupta Callitege mi Scoliopteryx libatrix Hypena proboscidalis Rivula sericealis Diachrysia chrysitis Macdunnoughia confusa Plusia festucae 198 Autographa gamma Chrysodeixis chalcites Abrostola tripartita 1988 Abrostola triplasia Protodeltote pygarga 1994 Deltote bankiana Cucullia umbratica 23 Cucullia asteris 25 Shargacucullia verbasci 4 r 28 Amphipyra pyramidea 218 Heliothis viriplaca Pyrrhia umbra 226 Caradrina morpheus Paradrina clavipalpis Hoplodrina octogenaria Hoplodrina ambigua

28 234 Spodoptera exigua 235 Chilodes maritima 238 Dypterygia scabriuscula Thalpophila matura Trachea atriplicis 244 Phlogophora meticulosa Ipimorpha subtusa 2 2 Code Genus Soort jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec totaal 253 Parastichtis ypsillon 257 Cosmia affinis Cosmia trapezina Xanthia togata Xanthia icteritia Xanthia gilvago Agrochola circellaris Agrochola lota Agrochola helvola Omphaloscelis lunosa 275 Spudaea ruticilla Eupsilia transversa Conistra vaccinii Aporophyla australis Lithophane semibrunnea Lithophane leauteri Polymixis lichenea 219 Apamea monoglypha Apamea lithoxylaea 2111 Apamea sublustris Apamea sordens 4 1 r Apamea ophiogramma Oligia strigilis Oligia latruncula Oligia fasciuncula Mesoligia furuncula Mesoligia literosa Mesapamea secalis Mesapamea didyma Luperina testacea Rhizedra lutosa Amphipoea fucosa Gortyna flavago Calamia tridens Archanara geminipuncta Archanara sparganii Arenostola phragmitidis 2156 Chortodes extrema Chortodes fluxa 2162 Discestra trifolii Lacanobia oleracea Lacanobia thalassina Lacanobia suasa 217 Hada plebeja Hecatera bicolorata Hadena bicruris 218 Siderides albicolon Heliophobus reticulata Melanchra persicariae Mamestra brassicae Mythimna ferrago Mythimna albipuncta

29 2193 Mythimna vitellina 2194 Mythimna pudorina Mythimna impura Mythimna pallens Mythimna obsoleta Mythimna comma Mythimna litoralis Mythimna loreyi 1 1 Code Genus Soort jan feb mrt apr mei jun jul aug sep okt nov dec totaal 227 Orthosia incerta Orthosia gothica Orthosia cerasi 2219 Tholera cespites 222 Tholera decimalis Axylia putris Ochropleura plecta Diarsia mendica Diarsia rubi Noctua pronuba Noctua orbona 223 Noctua comes Noctua fimbriata Noctua janthina Noctua janthe Noctua interjecta Rhyacia simulans Xestia c-nigrum Xestia triangulum Xestia xanthographa Cerastis rubricosa 2259 Peridroma saucia Actebia praecox Euxoa tritici Agrotis ripae 2268 Agrotis puta Agrotis ipsilon Agrotis exclamationis Agrotis clavis 2273 Agrotis segetum Agrotis vestigialis Lymantria dispar Orgyia antiqua 2285 Euproctis chrysorrhoea 15. r Euproctis similis Meganola albula 2294 Nola confusalis 1 c 1 c 2295 Nola aerugula Nycteola revayana Earias clorana Thumata senex 235 Cybosia mesomella Eilema griseola Eilema complana Eilema pygmaeola Coscinia cribraria Phragmatobia fuliginosa Spilosoma lubricipeda Spilosoma urticae Arctia caja 2 r 3 r 1 r Tyria Jacobaeae

30 53 Stigmella obliquella 55 Coleophora coracipennella 2 k 1177 Cydia pomonella

31 Overzicht Dagvlinders Rapport Bloedbergduin Data totaal Dagvlinders Zwartsprietdikkopje Thymelicus lineola Oranje luzernevlinder Colias croceus 2 2 Groot koolwitje Pieris brassicae 1 1 Klein koolwitje Pieris rapae Klein geaderd witje Pieris napi Kleine vuurvlinder Lycaena phlaeas Boomblauwtje Celastrina argiolus Bruin blauwtje Plebeius agestis Icarusblauwtje Polyommatus icarus Argusvlinder Lasiommata megera Hooibeestje Coenanympha pamphilus Oranje zandoogje Pyronia tithonus Bruin zandoogje Maniola jurtina Heivlinder Hipparchia semele Atalanta Vanessa atalanta Distelvlinder Vanessa cardui Dagpauwoog Inachis io Kleine vos Aglais urticae Gehakkelde aurelia Polygonia c-album 1 1 Kleine parelmoervlinder Issoria lathonia Citroenvlinder Gonepteryx rhamni