Met vriendelijke groet,

Transcriptie

1 Van: Sinke P.J. (Peter) Verzonden: dinsdag 13 november :44 Aan: Rijksen-Blok M. (Ria) CC: Wallenburg v A.C. (Alma); Kalverboer T.J. (Teresa); Smits P. (Petra); Rabenswaaij v C.W. (Kees) Onderwerp: beantwoording technische vragen CU Cie Ruimte 16 nov def. Bijlagen: beantwoording technische vragen CU Cie Ruimte 16 nov def..docx.docx Opvolgingsvlag: Vlagstatus: Opvolgen Met vlag DMS: -1 Geachte mevrouw Rijksen, Hierbij stuur ik u de beantwoording van de door u gestelde technische vragen m.b.t. Beleidsnota Natuurwetgeving die ter behandeling staat in de de Cie Ruimte van 16 november. Mochten er nog vragen zijn, dan horen wij dit graag. Met vriendelijke groet, Peter Sinke Beleidsmedewerker Natuur en Landschap Provincie Zeeland, afdeling Water, Bodem en Natuur Tel: * Mail: pj.sinke@zeeland.nl Bezoekadres: Abdij 6, 4331 BK Middelburg Tel. (0118) , Fax. (0118) Postadres: Postbus 6001, 4330 LA Middelburg Website: 1

2 Beantwoording technische vragen van het lid Rijksen (CU) commissie Ruimte 16 november Betreft: statenvoorstel Beleidsnota Natuurwetgeving. Welke dieren mogen bejaagd/ bestreden worden binnen de Europese regelgeving. Per individuele Lidstaat is het verschillend welke soorten mogen worden bejaagd en of worden bestreden. Er zijn twee categorieën van soorten te onderscheiden namelijk; beschermde soorten en niet beschermde soorten. Voor niet-beschermde soorten zijn er vanuit Europa geen specifieke regels opgenomen hoe deze bestreden kunnen en mogen worden, dit wordt in de Nationale wetgeving geregeld. Voor beschermde soorten hebben we van uit de Europese regelgeving te maken met de Vogelrichtlijn, Habitatrichtlijn, Verdrag van Bern en het verdrag van Bonn en de Benelux overeenkomst. De voornoemde richtlijnen en verdragen richten zich met name op de bescherming van soorten. Daarnaast is in de voornoemde lichtlijnen en verdragen opgenomen onder welke omstandigheden en met welke middelen van de opgenomen regels kan worden afgeweken. Het is aan de individuele Lidstaat om deze Europese wetgeving te vertalen naar de Nationale wetgeving. De voornoemde richtlijnen zijn geïmplementeerd in de per van kracht zijnde Wet Natuurbescherming. Doordat binnen de landsgrenzen van elke individuele Lidstaat verschillen zijn in het voorkomen van aantallen en verschillende diersoorten kan het zijn dat er verschillen zijn in de te bejagen/ bestrijden soorten per Lidstaat. Een gedetailleerd overzicht per Lidstaat kunnen we in dit kort tijdsbestek niet overleggen. Welke dieren mogen bejaagd/ bestreden worden binnen landelijke regelgeving Europese wetgeving en aanvullende Nationale wetgeving zijn opgenomen in de Wet Natuurbescherming. De volgende jachtsoorten inclusief de periode waarop de jacht is geopend, zijn opgenomen in de Wet Natuurbescherming: a. fazantenhaan: van 15 oktober tot en met 31 januari; b. fazantenhen: van 15 oktober tot en met 31 december; c. haas: van 15 oktober tot en met 31 december; d. houtduif: van 15 oktober tot en met 31 januari; e. konijn: van 15 augustus tot en met 31 januari; f. wilde eend: van 15 augustus tot en met 31 januari.

3 Naast de jachtsoorten zijn door de Minister verschillende soorten aangewezen die landelijk schade veroorzaken. Deze schadesoorten zijn: a. Canadese gans (Branta Canadensis en Branta hutchinsii hutchinsii); b. houtduif (Columba palumbus); c. kauw (Corvus monedula); d. konijn (Oryctolagus cuniculus); e. vos (Vulpes vulpes), en f. zwarte kraai (Corvus corone corone). Bestrijden van de landelijke schadesoorten kan jaarrond van zonsopkomst tot zonsondergang met gebruik van het geweer. Voor de Vos is ook het gebruik van een vangkooi mogelijk. Voor het Konijn ook de fret en buidel. Welke dieren mogen bejaagd/ bestreden worden binnen Zeeuwse regelgeving Op grond van de Wet Natuurbescherming heeft Provinciale Staten de bevoegdheid om dieren van soorten aan te wijzen die in hun provincie schade veroorzaken. Voorwaarde voor aanwijzing is dat de soort niet in zijn voortbestaan wordt bedreigd of dat gevaar loopt. Bij een voorgenomen aanwijzing zal steeds moeten worden bezien of de soort de bestrijding kan verdragen. In artikel 6.18 (bijlage I) Omgevingsverordening Zeeland 2018 zijn de soorten aangewezen waarvan bekend is dat ze in de provincie Zeeland schade aanrichten en die niet in hun voortbestaan worden bedreigd of dat gevaar lopen. In Zeeland gaat dit om de volgende schade soorten: Brandgans Ekster Fazant Grauwe gans Haas Holenduif Knobbelzwaan Kolgans Meerkoet Rietgans Rotgans Smient Spreeuw Wilde eend Woelrat Damhert (wordt nieuw toegevoegd) Ree (wordt nieuw toegevoegd)

4 In aanvulling op de landelijke jacht en vrijgestelde soorten kan Provinciale Staten besluiten de grondgebruiker vrij te stellen van een aantal in de Wet Natuurbescherming verboden handelingen, met het oog op de bestrijding van schadelijke dieren op zijn grond en in of aan zijn opstallen. Heel in het kort betreft het de verboden om de dieren opzettelijk te (ver)storen of te doden. Schadebestrijding is aan de orde als preventieve maatregelen onvoldoende soelaas bieden en jacht niet mogelijk is, bijvoorbeeld bij vogelsoorten waarop de Vogelrichtlijn geen jacht toestaat of als het noodzakelijk is om deze buiten de jachtseizoenen te bestrijden. In de afgelopen jaren zijn voor diverse soorten en handelingen ontheffingen aan de faunabeheereenheid verleend. Deze ontheffingen zijn over het algemeen verleend voor een periode van 5 jaar en er heeft een toets plaatsgevonden aan de gunstige staat van instandhouding, de mogelijk andere bevredigende oplossingen en de in het geding zijnde wettelijke belangen. In de Beleidsnota Natuurwetgeving, Meer prioriteit voor Zeeuwse biodiversiteit, is besloten voor die soorten en handelingen, waarvoor al gedurende meerdere jaren en voor een groot gebied, ontheffing is verleend een vrijstelling te verlenen van de wettelijke verbodsbepalingen. Het betreft een vrijstelling van het verbod voor het opzettelijk doden, het opzettelijk nesten, rustplaatsen en eieren van vogels te vernielen, te beschadigen of weg te nemen en om eieren van vogels te rapen en onder zich te hebben. In bijlage J en K van de wijziging omgevingsverordening Zeeland wordt per soort aangegeven voor welk wettelijk belang, welk gebied, welke middelen en methoden en onder welke voorschriften en beperkingen de vrijstelling geldt. Voor de andere aangewezen schadesoorten moet volgens de provincie een zwaarder afwegingskader plaatsvinden en per situatie moet worden aangetoond dat er geen andere bevredigende oplossing bestaat (zoals het opzettelijk (ver)storen). Ontheffingen verdienen dan de voorkeur boven een algemene vrijstelling. Dit betreft de ontheffing die onlangs is verleend voor populatiebeheer van het Ree en een ontheffing die is verleend in 2015 voor de smient. Hoe en wanneer mogen de in de beantwoording van bovenstaande vragen genoemde soorten bejaagd/bestreden worden in Zeeland? Jacht a. fazantenhaan: van 15 oktober tot en met 31 januari; b. fazantenhen: van 15 oktober tot en met 31 december; c. haas: van 15 oktober tot en met 31 december; d. houtduif: van 15 oktober tot en met 31 januari; e. konijn: van 15 augustus tot en met 31 januari; f. wilde eend: van 15 augustus tot en met 31 januari.

5 Vrijgestelde soorten Landelijk a. Canadese gans (Branta Canadensis en Branta hutchinsii hutchinsii); jaarrond b. houtduif (Columba palumbus); jaarrond c. kauw (Corvus monedula); jaarrond d. konijn (Oryctolagus cuniculus); jaarrond e. vos (Vulpes vulpes); jaarrond f. zwarte kraai (Corvus corone corone); jaarrond Bestrijden van de landelijke schadesoorten kan jaarrond van zonsopkomst tot zonsondergang met gebruik van het geweer. Voor de Vos is ook het gebruik van een vangkooi mogelijk. Voor het Konijn ook de fret en buidel. Vrijstelling Schadesoorten Zeeland om opzettelijk nesten, rustplaatsen en eieren te vernielen of te beschadigen, te rapen en deze onder zich te hebben op de door hem gebruikte gronden, ter voorkoming van in het lopende of daarop volgende jaar dreigende schade op deze gronden, of in het omringende gebied, voor zover deze gronden zijn gelegen binnen het werkgebied van de faunabeheereenheid in de provincie Zeeland. Grauwe gans (Anser Anser) Ter voorkoming van belangrijke schade aan gewassen, vee, bossen, visserij, wateren De gehele provincie Zeeland Van 15 februari tot 1 april daaropvolgend In gebieden in beheer bij een terreinbeherende organisatie maximaal 1 keer in de periode van 1 april tot 15 april daaropvolgend door of in aanwezigheid van de terreinbeherende organisaties, indien er geen risico is op verstoring van ter plekke broedende moerasvogels (kiekendief en roerdomp). Beoordeling van dit risico vindt plaats door de betreffende terreinbeherende organisatie aan de hand van een jaarlijkse inventarisatie van kwetsbare broedvogels Vrijstelling Schadesoorten Zeeland Vrijstelling schadesoorten opzettelijk te doden op de door hem gebruikte gronden, ter voorkoming van in het lopende of daarop volgende jaar dreigende schade op deze gronden, of in het omringende gebied, voor zover deze gronden zijn gelegen binnen het werkgebied van de faunabeheereenheid in de provincie Zeeland.

6 Grauwe gans (Anser Anser) Ter voorkoming van belangrijke schade aan gewassen, vee, bossen, visserij, wateren De gehele provincie Zeeland Van 15 februari tot 1 november daaropvolgend Geweer en lokvogels Niet in de periode van 15 februari tot 1 april daaropvolgend binnen de aangewezen ganzenrustgebieden aangegeven in bijlage 19. Grauwe gans (Anser Anser) Ter voorkoming van belangrijke schade aan gewassen, vee, bossen, visserij, wateren Op percelen kwetsbare gewassen (alle te velde staande landbouwgewassen met uitzondering van overjarig grasland (ingezaaid vóór 1 augustus voorafgaand aan de betreffende winterperiode), groenbemestingsgewassen en oogstresten) in de gehele provincie Zeeland, met uitzondering van de ganzenrustgebieden aangegeven in bijlage 19 Van 1 november tot 15 februari daaropvolgend Hagelgeweer van een half uur voor zonsopkomst tot uur De vrijstelling geldt alleen als op het betreffende schadeperceel minimaal één visueel middel (in voldoende aantallen verspreid over het perceel aanwezig) en minimaal één akoestisch middel (in voldoende aantallen controleerbaar in het veld aanwezig en in werking) aanwezig is. Per 3 hectare schadeperceel mogen 3 jachtaktehouders tegelijkertijd gebruik maken van de vrijstelling. Voor schadepercelen groter dan 3 hectare mag voor elke hectare aansluitend schadegewas 1 extra jachtaktehouder worden ingezet. Per verjaagactie mogen maximaal 2 grauwe ganzen geschoten worden. Bestrijding van grauwe ganzen die op het schadeperceel aanwezig zijn of invallen noemen we een verjaagactie. Na deze actie zullen de niet geschoten dieren weggaan. Wanneer opnieuw grauwe ganzen invallen begint een nieuwe verjaagactie. De vrijstelling geldt niet binnen de aangewezen ganzenrustgebieden aangegeven in bijlage 19.

7 Brandgans (Branta leucopsis) Ter voorkoming van belangrijke schade aan gewassen, vee, bossen, visserij, wateren Werkgebied van de WBE Schouwen-Duiveland, WBE De Gouwe, WBE Tholen en St. Philipsland, WBE Wolphaartsdijk e.o., WBE De Poel-Heinkenszand e.o. en WBE Zuid-West- Zuid-Beveland 1 mei tot 1 november daaropvolgend Geweer en lokvogels Kolgans (Anser albifrons) Ter voorkoming van belangrijke schade aan gewassen, vee, bossen, visserij, wateren Op percelen kwetsbare gewassen (alle te velde staande landbouwgewassen met uitzondering van overjarig grasland (ingezaaid vóór 1 augustus voorafgaand aan de betreffende winterperiode), groenbemestingsgewassen en oogstresten) en op percelen overjarig grasland (grasland dat is ingezaaid vóór 1 augustus voorafgaand aan de betreffende winterperiode) in de gehele provincie Zeeland, met uitzondering van de ganzenrustgebieden aangegeven in bijlage 19 Van 1 november tot 15 februari daaropvolgend op percelen met kwetsbare gewassen Van 15 februari tot 1 april daaropvolgend op percelen overjarig grasland Hagelgeweer van een half uur voor zonsopkomst tot uur De vrijstelling geldt alleen als op het betreffende schadeperceel met kwetsbare gewassen minimaal één visueel middel (in voldoende aantallen verspreid over het perceel aanwezig) en minimaal één akoestisch middel (in voldoende aantallen controleerbaar in het veld aanwezig en in werking) aanwezig is. Deze vrijstelling geldt alleen als op het betreffende schadeperceel met overjarig grasland verjaging door menselijke aanwezigheid plaatsvindt. Gedurende de periode na uur dienen er preventieve maatregelen te worden getroffen in de vorm van verjaging door middel van mensen in het veld, honden of vogelafweerpistolen. Per 3 hectare schadeperceel mogen 3 jachtaktehouders tegelijkertijd gebruik maken van de vrijstelling. Voor schadepercelen groter dan 3 hectare mag voor elke hectare

8 Kolgans (Anser albifrons) aansluitend schadegewas 1 extra jachtaktehouder worden ingezet. Per verjaagactie mogen maximaal 2 kolganzen geschoten worden. Bestrijding van kolganzen die op het schadeperceel aanwezig zijn of invallen noemen we een verjaagactie. Na deze actie zullen de niet geschoten dieren weggaan. Wanneer opnieuw kolganzen invallen begint een nieuwe verjaagactie. De vrijstelling geldt niet binnen de aangewezen ganzenrustgebieden aangegeven in bijlage 19. Damhert (Dama dama) Ten behoeve van de beperking van de omvang van de populatie in verband met door deze dieren ter plaatse en in het omringende gebied veelvuldig veroorzaakte schade of in verband met de draagkracht van het gebied waarin de dieren zich bevinden In en in de directe omgeving van de Kop van Schouwen en de Manteling van Walcheren zoals aangegeven in bijlage 20 en 21. Van 1 januari tot en met 31 december daaropvolgend voor wat betreft mannelijke dieren. Van 1 september tot 1 maart daaropvolgend voor wat betreft vrouwelijke dieren geweer van een uur voor zonsopkomst tot een uur na zonsondergang Binnen de aangewezen Natura 2000-gebieden zoals in bijlage 20 en 21 aangegeven alleen in de periode van 1 november tot 1 maart daaropvolgend als voor deze activiteiten in het kader van hoofdstuk 2 van de Wet natuurbescherming een vergunning is verleend dan wel deze activiteiten plaatsvinden overeenkomstig een vastgesteld Natura 2000 beheerplan Damhert (Dama dama) In het belang van de volksgezondheid, de openbare veiligheid of andere dwingende redenen van groot openbaar belang, met inbegrip van redenen van sociale of economische aard en met inbegrip van voor het milieu wezenlijke gunstige effecten (verkeersveiligheid) Gronden gelegen op Walcheren, westelijk Noord-Beveland en Schouwen zoals aangegeven in bijlage 22, 23 en 24.

9 Damhert (Dama dama) Gehele jaar Geweer Haas (Lepus europaeus) Ter voorkoming van ernstige schade aan met name de gewassen, veehouderijen, bossen, visgronden, wateren of andere vormen van eigendom Op percelen cichorei tot 4-blaadjes-stadium, bieten en peulvruchten, bloemen, koolsoorten en vollegronds groenten, boomgaarden en boomkwekerijen in de gehele provincie Zeeland Van 1 april tot en met 14 mei daaropvolgend op percelen cichorei tot 4-blaadjes-stadium Van 1 maart tot en met 30 juni daaropvolgend op percelen bieten en peulvruchten, bloemen, koolsoorten en vollegronds groenten Van 1 januari tot en met 14 oktober daaropvolgend op percelen boomgaarden en boomkwekerijen Geweer De vrijstelling geldt alleen als op het betreffende schadeperceel met cichorei tot 4-blaadjes-stadium, peulvruchten en bieten minimaal één visueel middel (in voldoende aantallen verspreid over het perceel aanwezig) en minimaal één akoestisch middel (in voldoende aantallen controleerbaar in het veld aanwezig en in werking) aanwezig is. De vrijstelling geldt alleen als op het betreffende schadeperceel met bloemen, koolsoorten en vollegronds groenten, boomgaarden en boomkwekerijen een afscherming is aangebracht. Verleende ontheffingen aan de FBE Ree De ontheffing ten aanzien van populatiebeheer van het Ree heeft betrekking op het doden van reeën binnen de geografische beenheden Schouwen-Duiveland, Tholen & Sint-Philipsland, Noord-Beveland, Walcheren en Oostelijk Zeeuws-Vlaanderen in het werkgebied van de Faunabeheereenheid Zeeland.

10 Smient De ontheffing voor het doden van smienten heeft betrekking het doden van smienten en daarbij gebruik te maken van een hagelgeweer van een half uur voor zonsopkomst tot uur op percelen kwetsbare gewassen van 1 november tot 1 april en op percelen overjarig grasland van 15 februari tot 1 april, binnen het werkgebied van de Faunabeheereenheid Zeeland, voor zover de gebieden niet zijn gelegen in de aangewezen ganzenrustgebieden, ter voorkoming van belangrijke schade aan landbouwgewassen. Ten aanzien van een aanvraag ontheffing ter voorkoming van belangrijke schade aan gewassen, vee, bossen, bedrijfsmatige visserij en wateren is destijds is besloten deze middels leges kostendekkend te maken. Op welk moment wordt een grondeigenaar verondersteld een ontheffing aan te vragen: als hij schade verwacht? Het is aan de grondeigenaar zelf om te bepalen of hij een ontheffing aanvraagt of niet. Voor soorten die zijn vrijgesteld hoeft na vaststelling van de verordening geen ontheffing meer te worden aangevraagd. Binnen de kaders van de vrijstelling kan direct schade worden bestreden. Wanneer het soorten betreft waarvan aan de FBE een ontheffing is verleend kan als de grondeigenaar aantallen dieren waarneemt die schade veroorzaken een machtiging worden gevraagd aan de FBE. De FBE heeft de mogelijkheid de ontheffing door te schrijven aan grondeigenaren/jachthouders of WBE s. Als het soorten betreft waarvan incidenteel sprake is van schade kan een individuele ontheffing worden aangevraagd bij de Provincie Zeeland. Nadat de aanvraag is ingediend, krijgt aanvrager bevestiging van ontvangst? Ja Binnen welk termijn wordt de ontheffing verleend, (of niet)? Een aanvraag tot ontheffing verlening wordt z.s.m. verleend en met voorrang behandeld. Binnen drie weken kan een ontheffing worden verleend. De wettelijke termijn voor het nemen van een besluit van een reguliere procedure is 13 weken plus 7 weken. Wat zijn de consequenties, financieel, als er een ontheffing is aangevraagd, maar niet wordt verleend en er is toch schade? Bijvoorbeeld het behandelbedrag en de leges voor de aanvraag? Als er ontheffing is aangevraagd dienen er leges te worden betaald, ook wanneer een ontheffing niet wordt verleend, dit geldt voor iedereen die een aanvraag indient. Wanneer het soorten betreft waarvoor een tegemoetkoming in de schade kan worden gevraagd, en een ontheffing niet kan worden verleend, is er toch de mogelijkheid om in aanmerking komen voor een tegemoetkoming in de schade. Als het verzoek tot tegemoetkoming wordt goedgekeurd door BIJ12 (uitvoeringsorgaan die namens de Provincie Zeeland zijn gemachtigd de uitvoering van de faunaschaderegeling) wordt het behandelbedrag, wat wordt gevraagd bij een aanvraag tot tegemoetkoming faunaschade, terugbetaald.