/2002 BE/NL

Transcriptie

1 /2002 BE/NL Voor de vakman Servicevoorschrift Regeling KR 0106 Instelling van de functies Zorgvuldig lezen vóór de inbedrijfstelling en de servicewerkzaamheden

2 Voorwoord Over dit voorschrift Met behulp van dit servicevoorschrift kan u de parameters voor de zonne-installatie in het regeltoestel KR 0106 invoeren. Zodoende past u de regeling van de zonne-installatie aan de plaatselijke situatie aan. Ingeval van een vervanging bevat dit servicevoorschrift bovendien belangrijke informatie voor een veilige en vakkundige montage van het regeltoestel KR Overhandig dit servicevoorschrift aan de klant. Geef de klant de nodige uitleg over de werking en de bediening van het toestel. Productbenaming Het toestel voldoet aan de basisvereisten van de betreffende Europese richtlijnen. De conformiteit werd aangetoond. De betreffende documentatie en de originele conformiteitverklaring bevinden zich bij de fabrikant en in bijlage bij de technische documentatie van het compleetstation. Het regeltoestel KR 0106 wordt in dit document steeds 'regeltoestel' genoemd. Technische wijzigingen voorbehouden! Door permanente ontwikkelingen kunnen afbeeldingen functieverloop en technische gegevens in beperkte mate afwijken. Actualisering van de documentatie Heeft u voorstellen ter verbetering van de documentatie of heeft u onregelmatigheden vastgesteld neem dan contact op met één van onze filialen. 2

3 Inhoudsopgave 1 Veiligheid Voorgeschreven toepassing Soorten aanwijzingen Neem deze veiligheids- en gebruiksaanwijzingen in acht Afval Productbeschrijving Bedieningselementen van het regeltoestel Betekenis van de afkortingen Technische gegevens Technische gegevens van het regeltoestel Weerstandswaarden van de collectorvoeler NTC 20K Weerstandswaarden van de boilervoeler NTC 10K Weerstandswaarden van de KTY-voeler Leveringsomvang Regeltoestel ter vervanging van een ander toestel monteren Regeltoestel bedienen Parameters voor de zonne-installatie instellen Temperaturen oproepen Instellingen invoeren Bedrijfssoorten kiezen Beveiligingsfunctie instellen Bijkomende functies instellen Programmaversie oproepen

4 1 Veiligheid 1 Veiligheid In dit hoofdstuk wordt verklaard hoe de veiligheidsaanwijzingen in het hoofdstuk Algemeen geïnterpreteerd moeten worden en wat de aanwijzingen voor de gebruiker betekenen. De veiligheids- en gebruiksaanwijzingen die specifiek betrekking hebben op de servicewerkzaamheden kan u in dit hoofdstuk en in het servicevoorschrift bij de betreffende werkzaamheden vinden. Lees de veiligheidsaanwijzingen aandachtig vooraleer met de servicewerkzaamheden te beginnen. Het niet respecteren van de veiligheidsaanwijzingen kan leiden tot zware lichamelijke letsels zelfs met de dood tot gevolg evenals tot materiële schade en milieuvervuiling. 1.1 Voorgeschreven toepassing Het regeltoestel dient voor de regeling van compleetstations met een geïntegreerde regelaar en met één verbruiker (zonneboiler). Het is uitsluitend bedoeld om in deze compleetstations ingebouwd te worden. AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER Wanneer het regeltoestel KR 0106 een regeltoestel KR 0103 S9 of S9-1 moet vervangen en de koelkringfunctie aan klem 7 is aangesloten (circulatiepomp of 3- weg-ventiel) moet de bekabeling van klem 7 aan klem 12 gekoppeld worden. Bovendien moet het voelertype gewijzigd worden in "KTY" (zie hoofdstuk "Keuze voeler" pagina 17). 1.2 Soorten aanwijzingen Er bestaan twee soorten aanwijzingen die door verschillende signaalwoorden worden aangeduid: WAARSCHUWING! OPGELET! Bijkomende symbolen voor het aangeven van gevaren en aanwijzingen voor de gebruiker: WAARSCHUWING! LEVENSGEVAAR Wijst op een gevaar dat eventueel van het product voortkomt dat kan leiden tot zware lichamelijke letsels zelfs met de dood tot gevolg wanneer onvoldoende voorzorgsmaatregelen genomen worden. GEVAAR VOOR VERWONDINGEN / SCHADE AAN DE INSTALLATIE Wijst op een situatie die potentieel gevaarlijk is en die zou kunnen lijden tot lichte en matige lichamelijke letsels of materiële schade. LEVENSGEVAAR door elektrische stroom. AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER Tips voor een optimaal gebruik van de toestellen en een optimale instelling evenals andere nuttige informatie. 4

5 Veiligheid Neem deze veiligheids- en gebruiksaanwijzingen in acht LEVENSGEVAAR WAARSCHUWING! door elektrische stroom bij een geopend toestel. Voor u het toestel opent: schakel het compleetstation stroomloos of koppel het aan de zekering los van het stroomnet. Zorg ervoor dat het compleetstation niet per ongeluk ingeschakeld kan worden. AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER Respecteer voor de montage en de werking van de installatie de plaatselijke normen en richtlijnen! 1.4 Afval Verwerk de verpakking van het regeltoestel op een milieuvriendelijke wijze. Een regeltoestel dat vervangen moet worden moet door een erkende instantie op een milieuvriendelijke wijze verwerkt worden. 5

6 2 Productbeschrijving 2 Productbeschrijving Het regeltoestel regelt in functie van de bedrijfstoestand het toerental van de circulatiepomp teneinde het ingestelde temperatuurverschil zo constant mogelijk te houden. Wanneer het ingestelde temperatuurverschil T overschreden wordt wordt de circulatiepomp P1 ingeschakeld voor warmtewinning. Wanneer het temperatuurverschil te klein is of de ingestelde maximumtemperatuur van de boiler overschreden wordt wordt de circulatiepomp P1 uitgeschakeld. AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER De circulatiepomp wordt bij te hoge collectortemperaturen uitgeschakeld (fabrieksinstelling: 120 C). Afb. 1 Regeltoestel 2.1 Bedieningselementen van het regeltoestel LED 0 (rot) I (groen) II (groen) Tmax (geel) Toestand Betekenis licht op knippert snel knippert langzaam licht op licht op licht op knippert snel automatisch bedrijf circulatiepompen P1 en P2 buiten werking aangezien het temperatuurverschil te klein is voeler defect of manueel bedrijf bedrijfssoort "uit" circulatiepomp P1 in bedrijf bijkomende circulatiepomp P2 in bedrijf maximumtemperatuur boiler bereikt maximumtemperatuur collector bereikt Tabel 1 LED Toestand en betekenis Afb. 2 Bedieningselementen van het regeltoestel Pos. 1: LED 0 (rood) Pos. 2: LED I (groen) Pos. 3: LED II (groen) Pos. 4: LED Tmax (geel) Pos. 5: Plus- min- en enter-toets voor het wijzigen van waarden en om binnen het menu te kunnen bewegen Pos. 6: Display 6

7 Productbeschrijving Betekenis van de afkortingen Afkortingen Betekenis FSS boilervoeler (oude afkorting: FRS) FSK collectorvoeler (oude afkorting: FKS) FSX Tmax bijkomende voeler maximumtemperatuur ter bescherming van de boiler of collector Nur Temperatur-Sensoren vom Typ KTY oder NTC verwenden! Relais P1 circulatiepomp (boiler) P2 R1 of R2 bijkomende circulatiepomp de functie wordt in het hoofdmenu "05 bijkom.funct." vastgelegd relais naar de aansluiting van P1 of P2 net Anschluss lt. Anleitung Tabel 2 Afkortingen Afb. 3 Achterzijde van het regeltoestel 7

8 3 Technische gegevens 3 Technische gegevens 3.1 Technische gegevens van het regeltoestel 3.3 Weerstandswaarden van de boilervoeler NTC 10K KR 0106 Eigen verbruik ca. 25 VA Beveiliging IP 40/DIN Aansluitspanning 230 V AC Hz Minimum belasting uitgang P1 Meetbereik Schakelcontacten Collectorvoeler Boilervoeler Tabel 3 Technische gegevens KR Weerstandswaarden van de collectorvoeler NTC 20K 20 VA 30 C tot +180 C 2 Relaisuitgangen (sluitend contact) 2A cos ϕ = 07 FSK Ø 6mm FSS Ø 97mm T R T R C kω C kω Tabel Weerstandswaarden van de KTYvoeler Tabel 6 T R T R C kω C kω Boilervoeler NTC 10K (FSS) Ø 97mm T R T R C kω C kω Weerstandswaarden van de collector- en boilervoeler met KTY-sensor AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER Voor de meting van de weerstandswaarden moeten de voelers FSK FSS en FSX van het regeltoestel afgekoppeld worden. Tabel 4 Collectorvoeler NTC 20K (FSK) Ø 6mm 8

9 Leveringsomvang 4 4 Leveringsomvang Wanneer u het regeltoestel ter vervanging van een ander toestel monteert moet u voor u met de montagewerkzaamheden begint nagaan of alle hieronder opgesomde componenten van de leveringsomvang voorhanden zijn. Onderdelen van de leveringsomvang (afb. 4) Pos. 1: Regeltoestel 1 1 Afb. 4 Leveringsomvang 9

10 0 Tmax 0 I II Tmax 5 Regeltoestel ter vervanging van een ander toestel monteren 5 Regeltoestel ter vervanging van een ander toestel monteren In dit hoofdstuk wordt uitgelegd hoe u het regeltoestel ter vervanging van een ander toestel moet monteren. Het compleetstation is hier ter illustratie afgebeeld. LEVENSGEVAAR WAARSCHUWING! door elektrische stroom bij een geopend toestel. Vooraleer u het toestel opent: schakel het compleetstation stroomloos of koppel het aan de zekering los van het stroomnet. 2 1 Zorg ervoor dat het compleetstation niet per ongeluk ingeschakeld kan worden. I II II Tmax Draai de twee kunststofschroeven (afb. 5 pos. 1) los. Neem de voorste isolatie (afb. 5 pos. 2) weg Draai de twee schroeven (afb. 5 pos. 3) aan het defecte regeltoestel los. Neem het regeltoestel (afb. 5 pos. 4) van de sokkel. Plaats het nieuwe regeltoestel (afb. 6 pos. 3) op de sokkel (afb. 6 pos. 4). Draai de twee schroeven (afb. 6 pos. 5) van het regeltoestel aan. Afb. 5 Pos. 1: Pos. 2: Pos. 3: Pos. 4: Compleetstation openen en het regeltoestel demonteren Kunststofschroeven Voorste isolatie Schroeven (telkens aan de zijkant van het regeltoestel) Regeltoestel Plaats de voorste isolatie (afb. 6 pos. 2) op de leidingengroep van het compleetstation en schroef ze vast met de kunststofschroeven (afb. 6 pos. 1). Neem het compleetstation in bedrijf Afb. 6 Pos. 1: Pos. 2: Pos. 3: Pos. 4: Pos. 5: Regeltoestel monteren en het compleetstation sluiten Kunststofschroeven Voorste isolatie Regeltoestel Sokkel Schroeven (telkens aan de zijkant van het regeltoestel) 10

11 Regeltoestel bedienen 6 6 Regeltoestel bedienen Op de afbeelding 7 kan u zien hoe u het regeltoestel met behulp van de drie toetsen (min-toets plus-toets en enter-toets) kan bedienen. : 01 Temperaturen 02 Instellingen 03 Bedrijfssoort Collector... C FSK/FSS:...K Bedrijf auto/hand/uit Boiler... C Voeler FSX... C Tmax FSS:... C Toerental P1 Ja/Neen Enkel bij bedrijf "hand": P1: 0/1 Toerental P % P2: 0/1 Loopt. P1...h ESC : 04 Beveil.funct. 05 Bijkom.funct. 06 Prog.versie Tmax FSK:... C KR0106/ Taalkeuze Duits/.../.../... Keuze voeler Voelertype KTY/NTC Functie P2 P2 uit/warmteaf- gifte/extra pomp Voeler FSX inactief/match flow/ Temp.aanduid. ToerentalP1 P1 min: % Reset teller Reset teller/ Instellingen Ja/Neen < + Manuele compens. Offset Autocompens. Enkel voor de fabrikant! Opgelet! Niet wijzigen! Afb. 7 Menu-overzicht van het regeltoestel 11

12 7 Parameters voor de zonne-installatie instellen 7 Parameters voor de zonne-installatie instellen In dit hoofdstuk wordt beschreven hoe u de afzonderlijke parameters in het regeltoestel kan instellen en zodoende de regeling kan aanpassen aan de installatievoorwaarden. Voorbeelden voor de bediening Druk de enter-toets in om het hoofdmenu te openen of om naar de volgende parameter over te gaan. Druk de plus- of enter-toets in om naar de volgende parameter over te gaan. Druk de min- of plus-toets in om de waarde te veranderen. 7.1 Temperaturen oproepen Dankzij het hoofdmenu "01 Temperaturen" kan u de verschillende bedrijfswaarden van de zonne-installatie oproepen. Druk de enter-toets in om het hoofdmenu "01 Temperaturen" op te roepen. Druk de min- of plus-toets in om de bedrijfswaarden van de zonne-installatie op het display weer te geven. Druk de enter-toets in om weer naar het hoofdmenu terug te keren Temperaturen Collector... C Boiler... C Op het display verschijnen de gemeten collector- en boilertemperatuur. De voeler FSX is een bijkomende voeler die bv. de boilertemperatuur in het bovenste deel van de boiler weergeeft. Voeler FSX... C Toerentalregeling Toerental P1... % Het toerental van de circulatiepomp P1 wordt in functie van de bedrijfstoestand door het regeltoestel geregeld om het ingestelde temperatuurverschil zo constant mogelijk te houden. Het toerentalbereik ligt tussen 30% (laagste toerental) en 100% (hoogste toerental). Loopt. P1... h Bedrijfsuren Totaal aantal bedrijfsuren van de circulatiepomp P1 (verbruiker 1). 12

13 Parameters voor de zonne-installatie instellen Instellingen invoeren Dankzij het hoofdmenu "02 Instellingen" kan u het temperatuurverschil voor inschakeling het temperatuurverschil voor uitschakeling de maximumtemperatuur van de boiler evenals het toerental van de circulatiepomp oproepen en wijzigen. Druk de enter-toets in om het hoofdmenu "02 Instellingen" op te roepen. Druk de min- of plus-toets in om de waarden van de instellingen te veranderen. Druk de enter-toets in om de volgende instelling in te voeren (bv. Tmax FSS) of om naar het hoofdmenu terug te keren. T FSK/FSS... K Temperatuurverschil voor inschakeling Wanneer het ingestelde temperatuurverschil voor inschakeling ( T) tussen de boiler en het collectorveld bereikt wordt begint de circulatiepomp te draaien. De groene LED licht op. Temperatuurverschil voor inschakeling 6 30 K 10 K Temperatuurverschil voor uitschakeling Het temperatuurverschil voor uitschakeling wordt automatisch bepaald door het temperatuurverschil voor inschakeling. Wanneer in het automatisch bedrijf het temperatuurverschil voor inschakeling minder dan de helft van de ingestelde waarde bedraagt en het regeltoestel het toerental van de circulatiepomp tot het minimum gereduceerd heeft wordt de circulatiepomp uitgeschakeld. 13

14 7 Parameters voor de zonne-installatie instellen Maximumtemperatuur van de boiler Tmax FSS... C De voor de boiler toegestane maximumtemperatuur kan ingesteld worden (fabrieksinstelling: 60 C). Wanneer die temperatuur gemeten wordt ter hoogte van de boilervoeler dan wordt de circulatiepomp uitgeschakeld en licht de betreffende LED op. Maximumtemperatuur boiler C 60 C GEVAAR VOOR VERBRANDING WAARSCHUWING! wanneer er een boilertemperatuur van meer dan 60 C ingesteld werd. Informeer uw klant over de maximum in te stellen tapwatertemperatuur en de mogelijke gevaren ervan. AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER Conform de verordening betreffende verwarmingsinstallaties mag de temperatuur in het drinkwaternet de 60 C niet overschrijden. We raden u aan om achter de aansluiting AW (uitgang tapwater) van de zonneboiler een tapwatermengventiel in te bouwen Toerentalregeling Toerental P1... Ja Een zonne-installatie functioneert uitermate efficiënt met een toerentalregeling. Bij een regeltoestel kan u die in- of uitschakelen. Normaal moet de toerentalregeling ingeschakeld zijn ("Ja"). Toerentalregeling P1 Ja/Neen Ja 14

15 Parameters voor de zonne-installatie instellen Bedrijfssoorten kiezen Met behulp van het hoofdmenu "03 Bedrijfssoort" kan u het automatisch bedrijf of het manueel bedrijf kiezen of de circulatiepompen in- of uitschakelen. Druk de enter-toets in om het hoofdmenu "03 Bedrijfssoort" op te roepen. Druk de min- of plus-toets in om de bedrijfssoort te selecteren. Bedrijf: Auto De normale instelling is "Auto" (automatisch bedrijf). Met de instelling "Uit" wordt de regeling uitgeschakeld. In het manueel bedrijf kunnen de circulatiepompen P1 en P2 manueel gestuurd worden. P1:0 P2:0 ESC Manueel bedrijf (submenu) In het hoofdmenu "03 Bedrijfssoort" moet u de enter-toets indrukken om het manueel bedrijf te activeren. Druk de min- of plus-toets in om de circulatiepompen P1 en P2 (enkel bij bedrijf = "Hand") te selecteren. Dankzij "ESC" kan u het submenu verlaten. Druk de enter-toets in om P1 of P2 in of uit te schakelen of druk op "ESC" om het submenu te verlaten (0 = "Uit" 1 = "Aan"). AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER De beveiligingsfunctie "Maximumtemperatuur collector" geldt eveneens voor het manueel bedrijf. Voor de bescherming van de collectoren kan de zonneinstallatie bij te hoge temperaturen bijgevolg ook in het manueel bedrijf niet functioneren. Bedrijfssoort Auto Hand Uit Auto Druk de enter-toets in om naar het hoofdmenu terug te keren. 15

16 7 Parameters voor de zonne-installatie instellen 7.4 Beveiligingsfunctie instellen Tmax FSK:... C Via het hoofdmenu "04 Beveil.funct." kan u de maximumtemperatuur voor de collector instellen. Wanneer de maximumtemperatuur voor de collector "Tmax FSK" wordt overschreden wordt de circulatiepomp P1 uitgeschakeld of niet meer ingeschakeld. Die functie is steeds actief. De hysteresis voor het opnieuw inschakelen bedraagt 5 K. Druk de enter-toets in om het hoofdmenu "04 Beveil.funct." op te roepen. Druk de min- of plus-toets in om de gewenste maximum collectortemperatuur in te stellen. Maximum collectortemperatuur C 120 C Druk de enter-toets in om terug te keren naar het hoofdmenu. 7.5 Bijkomende functies instellen Met behulp van het hoofdmenu "05 Bijkom.funct." kan u de volgende bijkomende functies instellen: Taalkeuze Keuze voeler Functie P2 Voeler FSX Toerental P1 Reset Manuele compens. (niet wijzigen) Auto-compens. (niet wijzigen) Druk de enter-toets in om het hoofdmenu "05 Bijkom.funct." op te roepen. Druk de min- of plus-toets in om één van de afzonderlijke bijkomende functies te kiezen. Druk de enter-toets in om de gekozen bijkomende functie (bv. "Taalkeuze") op te roepen. Druk de min- of plus-toets in om de geselecteerde bijkomende functies in te stellen. Druk de enter-toets in om de bijkomende functie te activeren en om het menu te verlaten. 16

17 Parameters voor de zonne-installatie instellen Taalkeuze Taalkeuze Er staan een aantal vooringestelde talen ter beschikking. Taalkeuze Duits Frans Engels Italiaans Pools Nederlands Spaans Turks Duits Keuze voeler Keuze voeler Het voelertype is voor alle voelers (FSK FSS en FSX) vooringesteld op "NTC" (collectorvoeler NTC 20K en boilervoeler NTC 10K). AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER Een wijziging van het voelertype is enkel noodzakelijk wanneer de regeling een ander toestel gaat vervangen en de voelerweerstandswaarden niet overeenstemmen met die van de NTC-voeler (zie hoofdstuk 3 "Technische gegevens" pagina 8). Keuze voeler KTY NTC NTC Functie P2 Functie P2 Het regeltoestel kan een bijkomende circulatiepomp P2 sturen die een van deze functies kan overnemen. "Koelfunctie": De circulatiepomp P2 wordt ingeschakeld bij 5 K onder de maximumtemperatuur van de boiler "Tmax FRS". Daardoor kan de boiler niet oververhit raken en kan de overtollige warmte door de circulatiepomp afgegeven worden bv. aan de verwarmingskring. De schakelhysteresis bedraagt 2 K. "Extra pomp": Deze functie is reeds voorzien voor momenteel nog niet beschikbaar toebehoren en mag bijgevolg nog niet gekozen worden. Functie P2 P2 uit Koelfunctie Extra pomp P2 uit 17

18 7 Parameters voor de zonne-installatie instellen Voeler FSX Voeler FSX De voeler FSX is een bijkomende voeler die de volgende functies kan overnemen: "Match flow": Dankzij de functie Match-flow wordt de opwarming van de boiler bij boilers met thermosifonprincipe geoptimaliseerd opdat de bruikbare warmte zo snel mogelijk naar het parate deel van de boiler gevoerd wordt. Daarvoor moet de voeler FSX als drempelvoeler in het midden van de boiler aangebracht worden. Wanneer de regelaar aan de voeler FSX minder dan 45 C meet probeert de regelaar het dubbele temperatuurverschil voor inschakeling (FSK/FSS) te bereiken. Wanneer het temperatuurverschil aan de voeler FSX groter is dan 45 C dan functioneert de regelaar normaal en probeert hij het enkelvoudige temperatuurverschil voor inschakeling (FSK/FSS) te bereiken. "Temp.aanduid.": De voeler FSX kan op een willekeurige plaats aangebracht worden bv. bovenaan de boiler. Voeler FSX Inactief Match flow Temp.aanduid. Inactief Toerental P1 Toerental P1 Het toerental van de circulatiepomp P1 wordt in functie van de bedrijfstoestand door het regeltoestel geregeld om het ingestelde temperatuurverschil zo constant mogelijk te houden. Dankzij deze functie is het mogelijk om de instelling van het minimum toerental van de circulatiepomp P1 te regelen. P1 min % 30% 18

19 Parameters voor de zonne-installatie instellen Reset van de teller of van de instellingen Reset "Teller": Dankzij deze functie kan de bedrijfsurenteller van de circulatiepomp P1 teruggedraaid worden. "Instellingen": Wanneer u deze functie selecteert worden de parameters teruggebracht tot de fabrieksinstelling (behalve de bedrijfsurenteller) Druk de min- of plus-toets in om een invoerbereik ("Teller" of "Instellingen") te selecteren. Druk de enter-toets in. Druk de min- of plus-toets in ("Ja") om de reset te starten. AANWIJZING VOOR DE GEBRUIKER Nadat er een reset gedaan werd waardoor alle instellingen zijn teruggebracht tot de fabrieksinstellingen moeten alle parameters gecontrolleerd en nieuw ingesteld worden want anders kan de werking van de zonne-installatie beïnvloed worden.. Reset Teller Instellingen Druk de enter-toets in om de bijkomende functie te activeren en om terug te keren naar het hoofdmenu. 7.6 Programmaversie oproepen KR0106/... Met behulp van het hoofdmenu "06 Prog.versie" kan u de programmaversie weergeven. Druk de enter-toets in. Op het display van het regeltoestel wordt de programmaversie weergegeven. Druk de enter-toets in om terug te keren naar het hoofdmenu. 19

20 Installateur: