Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen. kredietobservatorium. Links:

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen. kredietobservatorium. Links:"

Transcriptie

1 Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1 Brussel Tel Fax BTW BE RPM Brussel Links: kredietobservatorium Executive summary In het vierde kwartaal van 213 groeide de kredietverlening aan de ondernemingen door de ingezeten banken in België niet langer. Op jaarbasis werd een nulgroei geobserveerd in december, tegenover,5 % aan het einde van het vorige kwartaal. Zodoende daalde in 213 het jaarlijks groeitempo van de kredietverlening in zijn geheel verder en lag het, met gemiddeld,8 %, ver onder die van 4,2 % en 2,1 % voor respectievelijk 211 en 212. Deze ontwikkeling bevestigt de weinig dynamische kredietgroei die wordt opgetekend sedert de tweede helft van 212. De dalende groei wordt voornamelijk verklaard door een vertraging in het groeitempo voor langlopende kredieten (,3 % tegen 1,5 % in het derde kwartaal van 213). Het volume kortlopende kredieten tekende nog een nieuwe daling op, hoewel die minder uitgesproken was dan in het voorgaande kwartaal (-,9 % tegen -1,7 % eind september). De rentes op nieuwe bancaire kredieten lieten tijdens het vierde kwartaal van 213 uiteenlopende ontwikkelingen optekenen. Niettegenstaande de verlaging van de leidinggevende rente van de ECB in november, lieten de kortetermijnrentes voor bankkredieten een lichte stijging optekenen. Daarentegen, daalden de rentes op lange- en middellangetermijnkredieten, in lijn met de daling van de rendementen op de kapitaalmarkten in oktober en november (gevolgd door een stijging in december van deze rendementen). De Belgische banken hebben te kennen gegeven dat ze in het vierde kwartaal van 213 hun kredietvoorwaarden licht versoepelden, en dit zowel voor de grote ondernemingen als voor de kmo's. De bankinstellingen blijven evenwel differentiëren volgens risicotype. Dit kwam tot uiting in een verdere verruiming van de marges voor de meer risicovolle kredieten, terwijl ze voor de minder risicovol geachte projecten kleiner werden. Tegelijkertijd meldden de banken een verdere daling van de kredietvraag, zowel vanwege de kmo's als vanwege de grote ondernemingen, en met een vergelijkbaar impact op zowel de langlopende als de kortlopende kredieten. De daling van de vraag wordt toegewezen aan een zwak investeringsklimaat en aan de aanwending van alternatieve financieringsbronnen, voornamelijk de uitgiften van obligaties. Voor het eerste kwartaal van 214 gaan de banken uit van een nieuwe versoepeling van hun voorwaarden voor bedrijfskredieten en een stijging van de vraag naar leningen. De ondernemingen blijven de algemene kredietvoorwaarden evenwel nog als licht ongunstig beschouwen. In het eurogebied bleef het jaarlijks groeitempo van het bancair krediet in het vierde kwartaal van het jaar negatief en op een historisch laag niveau van -2,9 %. De situatie tussen de landen van het eurogebied onderling blijft echter heterogeen. Voorts maakten de banken van het eurogebied tijdens deze periode gewag van een lichte aanscherping van hun voorwaarden voor bedrijfskredieten, alsook van een verdere daling in de kredietvraag. Voor het eerste kwartaal van 214 verwachten ze een handhaving van hun kredietvoorwaarden en een gematigde stijging in de kredietvraag.

2 Verloop van het krediet aan de vennootschappen gedurende het vierde kwartaal van Kredietvolume De kredieten verleend door de ingezeten banken aan de ondernemingen in België ontwikkelden zich in de loop van het vierde kwartaal van 213 negatief, alvorens aan het einde van december een stabilisatie te laten optekenen. Gecorrigeerd voor het effect van de wisselkoersschommelingen, groeide de kredietverlening op jaarbasis immers met %, tegen,5 % aan het einde van het derde kwartaal van 213. Dit groeicijfer bevestigt de weinig dynamische kredietverlening die werd opgetekend sedert de tweede helft van 212. De omslag in de conjunctuurindicator sinds april 213 heeft zich derhalve nog niet vertaald in een groeiherstel van de kredietverlening aan ondernemingen. Daarentegen waren de nettokredietstromen positief in het vierde kwartaal van 213, wat misschien wijst op het einde van de neerwaartse tendens. Seizoengezuiverd kwam de toekenning van nieuwe kredieten,7 miljard hoger uit dan de terugbetalingen. BANCAIRE KREDIETEN 1 AAN ONDERNEMINGEN IN BELGIË 16 Bancaire kredieten en conjuncturele evolutie 2 Netto trimestriële stromen (in miljard) Totaal van de kredieten (jaarlijkse veranderingspercentages) (linkerschaal) Synthetische conjunctuurcurve (afgevlakte indicator) (rechterschaal) Bron: NBB (Schema A en conjunctuurenquête). ¹ Toegekend door de ingezeten banken. Een uitsplitsing naar looptijd toont uiteenlopende ontwikkelingen aan naar gelang van het krediettype: het jaar-op-jaar groeitempo van de langlopende kredieten (met een looptijd van meer dan een jaar) is positief gebleven, terwijl het volume van de kortlopende kredieten (met een looptijd van minder dan een jaar) opnieuw is afgenomen. Er dient evenwel opgemerkt te worden dat het groeitempo van de langlopende kredieten sedert het begin van 213 vertraagt, terwijl dat van de kortlopende kredieten, hoewel het negatief blijft, verbetert ten opzichte van het voorgaande kwartaal. Aan het einde van het vierde kwartaal van 213 bedroeg de jaargroei van kredieten met 2

3 een looptijd van minder dan een jaar -,9 % (tegen -1,7 % tijdens het voorgaande kwartaal), terwijl dat van de langlopende kredieten op,3 % uitkwam (tegen 1,5 % in het derde kwartaal). De groeivertraging van de totale kredietverlening ten opzichte van het voorgaande kwartaal (van,5 % tot % in het vierde kwartaal van 213) wordt dus voornamelijk verklaard door de groeivertraging van langetermijnkredieten. BANCAIRE KREDIETEN¹ AAN ONDERNEMINGEN IN BELGIË (jaarlijkse veranderingspercentages) 2 Opsplitsing naar looptijd van het krediet Kortetermijnkredieten 2 Langetermijnkredieten 3 Bron: NBB (Schema A). 1 Toegestaan door de ingezeten banken. 2 Voor ten hoogste een jaar. 3 Voor meer dan een jaar. In het eurogebied bleef de kredietverlening in het vierde kwartaal van 213 verder slinken. De jaarop-jaar groei van de bancaire kredieten bleef er onder die welke in België werd opgetekend. In december bedroeg de groei op jaarbasis -2,9 %, tegen -2,7 % aan het einde van het voorgaande kwartaal. De groei van de bancaire kredietverlening in het eurogebied bevindt zich hiermee op een historisch minimum. Het gemiddelde voor het eurogebied verhult echter nog steeds een grote heterogeniteit en een sterke fragmentatie van de kredietmarkten in het eurogebied: terwijl in slechts een beperkt aantal landen (waaronder Finland (+5,7 %) en Nederland (+2 %)) de jaar-op-jaar groei van het bankkrediet aan de bedrijven positief blijft, is deze groei in verschillende landen - soms zeer sterk - negatief. Dat is het geval in Spanje (-1 %), in Ierland (-5,8 %), in Italië (-5,5 %) en in Griekenland (-3,2 %). 3

4 2 BANCAIRE KREDIETEN AAN NIET-FINANCIELE ONDERNEMINGEN 1 (veranderingspercentages op jaarbasis) België Eurogebied Bronnen: ECB, NBB. ¹ Toegestaan door ingezeten banken, inclusief geëffectiseerde kredieten. (enkel vanaf januari 21 voor het eurogebied). Om zich te financieren, kunnen de Belgische ondernemingen tevens een beroep doen op buitenlandse banken 1. Aan de hand van de financiële rekeningen die door de Bank worden opgesteld, op basis van onder meer de betalingsbalansstatistieken 2, kunnen de kredietstromen afkomstig van niet-ingezeten banken in kaart worden gebracht. Ten opzichte van het jaar voordien evolueerde de kredietverlening door buitenlandse banken op verschillende wijze, afhankelijk van de geografische origine van de kredietverstrekker: jaar-op-jaar bedroegen de transacties vanuit de banken uit de rest van het eurogebied,9 miljard, terwijl de nettostromen van de door de overige buitenlandse banken verstrekte kredieten tijdens dezelfde periode -,3 miljard beliepen. Als gevolg van deze ontwikkelingen was de jaar-op-jaar groei van het bancaire krediet, waarin alle aan de Belgische ondernemingen toegekende bancaire kredieten zijn meegerekend, in het derde kwartaal van 213 gematigd positief (,7 %). 1 2 Het begrip buitenlandse (of niet-ingezeten) bank berust op het territorialiteitsbeginsel. De dochterondernemingen en bijbanken van buitenlandse banken die in België een stabiele vestiging bezitten, zijn in het begrip ingezeten bank vervat. De kredietverlening door buitenlandse banken bestaat dus enkel uit de kredietverstrekking door in het buitenland gevestigde instellingen. Deze gegevens zijn later beschikbaar dan die betreffende de door de ingezeten banken verleende kredieten: ze zijn momenteel beschikbaar tot het derde kwartaal van

5 De statistieken van de Kredietcentrale 3, die zowel betrekking hebben op de kredietopeningen als op de opgenomen kredieten bij de ingezeten banken, geven een beeld van het verloop van het krediet op basis van de grootte van de kredietnemende ondernemingen, maar ook van de bedrijfstak en het gewest waartoe ze behoren. Volgens de nieuwe methodologie worden deze statistieken voortaan opgesteld op dezelfde basis als die voor de financiële rekeningen (een soortgelijke identificatie van de niet-financiële sector en een betere coherentie met de gegevens uit het Schema A van de banken). Als gevolg van deze methodologische aanpassingen, ingevoerd in april 212, vertonen de nieuwe gegevens tussen het eerste en het tweede kwartaal van 212 een reeksbreuk 4 in de uitstaande bedragen en in de aanwendingsgraad van de kredieten, zowel voor de geaggregeerde cijfers als voor de opsplitsingen naar ondernemingsgrootte, naar bedrijfstak of naar gewest. In totaal bereikten de door de kredietinstellingen aan niet-financiële vennootschappen toegestane kredietlijnen eind december 213 een bedrag van 172,9 miljard. Het daadwerkelijk door de ondernemingen aangewende kredietvolume beliep, volgens de statistieken van de Kredietcentrale, 12,1 miljard. Die leningen werden grotendeels verstrekt aan kleine ondernemingen die, eind 3 4 De deelnemende instellingen leveren op continue wijze data aan de Centrale voor kredieten aan ondernemingen. De reeksen zijn onderhevig aan herzieningen en dat over de periode van een jaar. In de grafieken in de toelichting worden de gegevens vóór december 212 als definitief beschouwd. De grafieken met betrekking tot de Kredietcentrale bevatten gegevens van maart 25 tot december 213. Voor de periode vanaf het tweede kwartaal van 212 tot september 213 is de informatie conform met de nieuwe methodologie. Wat de periode vóór april 212 betreft, werden geretropoleerde gegevens bekomen door de nieuwe identificatiefilter op de oude gegevens toe te passen. De reeksbreuk is vooral toe te schrijven aan het feit dat tot in april 212 geen rekening werd gehouden met kredieten van minder dan 25. 5

6 december, samen 66,1 miljard toegestane kredieten en 56 miljard opgenomen kredieten lieten optekenen. Grote ondernemingen hadden voor 53,2 miljard toegestane kredieten en voor 26,8 miljard opgenomen kredieten uitstaan. Ten slotte werd aan de middelgrote ondernemingen een kredietbedrag van 42,4 miljard toegestaan waarvan ze 28,2 miljard opnamen 5. Het gemiddeld bedrag van de opgenomen kredieten - berekend voor de bedrijven die effectief leningen aangingen - bedroeg 13,4 miljoen voor de grote ondernemingen, 2,4 miljoen voor de middelgrote ondernemingen en,2 miljoen voor de kleine ondernemingen. Op jaarbasis, tussen eind december 212 en eind december 213 liep het uitstaande bedrag van de toegestane kredieten en dat van de aangewende kredieten terug: voor het geheel van de nietfinanciële vennootschappen beloopt de daling 3,6 miljard voor de toekenningen van kredieten en,7 miljard voor de aanwendingen. Hetzelfde kan worden vastgesteld voor alle ondernemingscategorieën; de daling is evenwel aanzienlijker voor de grote vennootschappen. De vermindering van het volume aan kredieten, respectievelijk aan toegestane en aangewende kredieten, bedraagt 4,2 en 1,8 miljard voor de grote ondernemingen,,8 en,6 miljard voor de kleine ondernemingen, en,7 en,4 miljard voor de middelgrote ondernemingen. Ook wat de verandering op kwartaalbasis betreft (eind december ten opzichte van eind september 213), is het volume van de toegestane kredieten alsook dat van de aangewende kredieten teruggelopen voor alle ondernemingscategorieën, wat duidt op de aanhoudend neerwaartse tendens van de kredietverlening tot aan het einde van het jaar. Deze ontwikkelingen worden in het kader in een langertermijnperspectief geplaatst op basis van een analyse van de kredietgroei, naar ondernemingsgrootte en regio, tussen 25 en De som van de aan de kleine, middelgrote en grote ondernemingen verstrekte leningen is kleiner dan het totaal van de opgetekende toegestane of aangewende kredieten. Een bepaald aantal ervan wordt immers verleend aan ondernemingen waarvoor geen informatie over de grootte beschikbaar is (omdat deze hun balans nog niet hebben neergelegd). De aan deze ondernemingen verstrekte kredieten bedroegen in december 213 in totaal 11,2 miljard voor de toegekende kredieten en 9,1 miljard voor de opgenomen kredieten. 6

7 KREDIETEN VAN DE INGEZETEN BANKEN AAN ONDERNEMINGEN IN BELGIË: OPSPLITSING NAAR GROOTTE VAN DE ONDERNEMINGEN ¹ ² (uitstaande bedragen, in miljard) 7 Toegestane kredieten 7 Opgenomen kredieten Kleine Middelgrote Grote Bron: NBB (Centrale voor kredieten aan ondernemingen). 1 In april 212 werden methodologische aanpassingen ingevoerd voor het verzamelen van de gegevens van de Kredietcentrale. De gegevens van vóór die datum werden op basis van die nieuwe concepten geretropoleerd. Er blijft evenwel een reeksbreuk bestaan tussen het eerste en het tweede kwartaal van 212 doordat rekening is gehouden met het geheel van de kredieten aan de niet-financiële vennootschappen vanaf april 212, terwijl voorheen de kredieten van minder dan 25 niet moesten worden gerapporteerd. 2 Bedrijven die een verkort schema van de jaarrekeningen hebben neergelegd worden als kleine ondernemingen beschouwd. Bedrijven die een volledig schema hebben neergelegd, worden als groot of middelgroot beschouwd, al naar gelang de omzet van twee opeenvolgende jaren meer dan wel minder dan 37,2 miljoen bedroeg. Kredietverloop per regio en ondernemingsgrootte sinds 25 op basis van de nieuwe gegevens van de CKO Sinds april 212 is voor de Centrale voor kredieten aan ondernemingen (CKO) een nieuwe wetgeving van toepassing. Ze maakt het mogelijk meer volledige gegevens te verzamelen en leidde tot een aanpassing van de methodologie betreffende het opmaken van de eraan verbonden statistieken. Deze wijzigingen werden ingevoerd teneinde de kwaliteit van de opgestelde statistieken te verbeteren alsook de coherentie te verzekeren tussen twee gegevensbronnen over de bankleningen, namelijk de CKO en de balans van de kredietinstellingen (het schema A). Door de invoering van de nieuwe methodologie waren de CKO-gegevens aanvankelijk slechts beschikbaar vanaf april 212. Inmiddels is een tweede fase afgerond, waarin de gegevens over de periode 25K1-212K1 werden geretropoleerd, met toepassing van dezelfde filters en criteria als degene die sinds het tweede kwartaal van 212 worden gehanteerd. De gebruikers beschikken momenteel derhalve over uniforme gegevensreeksen 1 over een periode van negen jaar. Aan de hand hiervan kunnen analyses op langere termijn worden uitgevoerd. Momenteel kunnen de gegevens worden opgesplitst naar het gewest van de activiteit en de grootte van de onderneming. In een latere fase zullen eveneens gegevens naar bedrijfstak worden gepubliceerd, zodat deze kunnen worden aangewend in latere studies. In dit Kader wordt het verloop van het aangewende krediet geanalyseerd over de periode , met daarbij bijzondere aandacht voor de impact van de financiële crisis. Daartoe wordt de kredietgroei over de periode vergeleken met die over de periode Tevens wordt nagegaan of het verloop divergeert afhankelijk van de grootte van de ondernemingen en de regio waarin zij actief zijn. 7

8 In België bedroeg de gemiddelde jaar-op-jaar groei van de aangewende kredieten 4,8 % over de periode Dit gemiddelde is het resultaat van een zeer forse groei (9,3 %) van de kredietverlening kort vóór de financiële crisis (periode 25-28), en een matige maar nog steeds positieve groei van 1,4 % nadien. De forse kredietgroei vóór de crisis was algemeen. Alle ondernemingen, ongeacht hun grootte of regio, lieten groeicijfers van minimaal 8,8 % optekenen. De groei was het krachtigst bij de grote ondernemingen. Deze laatste deden in de jaren voorafgaand aan de financiële crisis duidelijk veel beroep op bankkredieten voor de financiering van hun activiteiten. Dat blijkt ook uit een stijging van de aanwendingsgraad van de grote ondernemingen gedurende de jaren 27 en 28. Na de crisis is het beeld meer gedifferentieerd. De grote ondernemingen laten een negatieve groei optekenen, terwijl de groeivertraging voor de kleine en middelgrote ondernemingen geringer uitvalt. De sterke teruggang van het krediet van de grote ondernemingen houdt mogelijkerwijs verband met het toenemend beroep op niet-bancaire financiering, zoals de uitgifte van obligaties. De kredietverlening aan grote ondernemingen lijkt zich dus procyclischer te gedragen dan die aan kmo's die, wanneer de voorwaarden voor het bancair krediet minder gunstig worden, vaak geen beroep kunnen doen op alternatieve financieringsbronnen. Geannualiseerde groei van de aangewende kredieten 1 (in %) Gemiddelde Gemiddelde Gemiddelde Totaal van de niet-financiële vennootschappen 4,8 9,3 1,4 Naar ondernemingsgrootte Kleine 5,7 9,7 2,7 Middelgrote 6,7 9,7 4,4 Grote 2,9 13, -4,6 Naar gewest Wallonië 5,9 9,6 3,1 Vlaanderen 5,3 8,8 2,6 Brussel 2,7 1,9-3,5 Bron: NBB (CKO). 1 De geannualiseerde groei wordt als volgt bepaald: op basis van de kwartaalgroei wordt een gemiddelde berekend (Uitstaande bedragen T /Uitstaande bedragen T-1-1), zonder rekening te houden met het kwartaal met de reeksbreuk (namelijk het tweede kwartaal van 212). Dit gemiddelde wordt vervolgens geannualiseerd. Er zijn tevens verschillen per regio: terwijl de kredietverlening in Wallonië en Vlaanderen na de crisis verder bleef toenemen - zij het in een meer gematigd tempo dan vóór de crisis - liep de kredietverlening in Brussel terug. De groeiverschillen per regio weerspiegelen in zekere mate de verschillende ondernemingspopulatie. Het Brussels Hoofdstedelijk Gewest heeft immers een grote concentratie van hoofdzetels van grote ondernemingen op zijn grondgebied (aangezien de vestigingsplaats van de hoofdzetel dient als basis voor de regionale opsplitsing van de gegevens van de CKO). 8

9 Een meer gedetailleerde analyse, waarbij de regionale dimensie wordt gecombineerd met de bedrijfsgrootte, maakt een fijnere analyse mogelijk. Het algemene beeld wordt evenwel bevestigd: in alle gewesten lieten de grote ondernemingen vóór de crisis de sterkste groei optekenen, en de laagste groei na de crisis. Met name voor de grote ondernemingen in Wallonië en in Brussel werd vóór de crisis een zeer sterke kredietexpansie opgetekend. Deze expansie werd na de crisis enigszins gecompenseerd. Opvallend is evenwel dat de grote ondernemingen in Wallonië ook na de crisis een nog steeds positieve kredietgroei optekenen, in tegenstelling tot de twee andere gewesten. Deze situatie zou het gevolg kunnen zijn van verschillen in de activiteitsstructuren tussen de drie gewesten en zou er kunnen op wijzen dat in Wallonië ondernemingen gevestigd zijn die minder een beroep doen op alternatieve financieringsbronnen (verhoging van het eigen vermogen, uitgifte van obligaties of aandelen, enz.). De kredietgroei is overigens over de gehele periode in Wallonië robuuster gebleken dan in Vlaanderen. Dit is evenwel voornamelijk het gevolg van het krediet dat door de grote ondernemingen werd aangewend. Voor de kleinste en middelgrote ondernemingen is de kredietgroei nagenoeg gelijklopend. Geannualiseerde groei van de aangewende kredieten: opsplitsing naar gewest en naar grootte (in %) Gemiddelde Gemiddelde Gemiddelde Wallonië Kleine 5,4 9, 2,6 Middelgrote 7,5 9,1 6,2 Grote 1,3 21,2 2,1 Vlaanderen Kleine 5,8 9,6 2,9 Middelgrote 7,3 9,9 5,3 Grote 3,2 1,6-2,4 Brussel Bron: NBB (CKO). Kleine 5,7 11,3 1,5 Middelgrote 5,4 11,2 1, Grote 1,4 18, -1,4 1 De geretropoleerde reeksen laten in principe nog slechts één verschil optekenen ten opzichte van de gegevens nadien, dat verband houdt met het feit dat vóór april 212 geen rekening werd gehouden met kredieten van minder dan 25. Dit verschil komt tot uiting in een reeksbreuk tussen het eerste en tweede kwartaal van 212. De aanwendingsgraad van de kredieten, die het bedrag van de opgenomen kredieten relateert aan dat van de toegestane kredieten, geeft de intensiteit weer waarmee de ondernemingen hun kredietlijnen opnemen. Algemeen beschouwd is de aanwendingsgraad omgekeerd evenredig met de bedrijfsgrootte. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat er, voor kleine ondernemingen, geen of nagenoeg geen alternatieve financieringswijzen bestaan, maar ze kan ook wijzen op een negatief 9

10 verband tussen de omvang van het kredietnemende bedrijf en de beoordeling van het risico door de kredietinstellingen. Eind december 213 beliep de aanwendingsgraad van de kredieten 84,7 % voor de kleine, 66,4 % voor de middelgrote en 5,4 % voor de grote ondernemingen. In vergelijking met eind december 212 kwam dit neer op een lichte stijging van de aanwendingsgraad voor alle ondernemingscategorieën, met,4 procentpunt voor de grote ondernemingen en,1 procentpunt voor de overige categorieën. Het kortetermijnverloop (kwartaal op kwartaal) duidt aan dat de aanwendingsgraad verder toeneemt voor de kleine ondernemingen (+,2 procentpunt tussen september en december), terwijl hij afneemt voor de overige categorieën (-,5 en -,6 procentpunt voor respectievelijk de middelgrote en de grote ondernemingen). AANWENDINGSGRAAD VAN DE TOEGESTANE KREDIETEN DOOR DE INGEZETEN BANKEN¹ (in %) Opsplitsing naar grootte van de ondernemingen² Opsplitsing naar bedrijfstak³ Klein Middelgroot Groot Verwerkende industrie Bouwnijverheid Handel Horeca Diensten i.v.m. vastgoed Bron: NBB (Centrale voor kredieten aan ondernemingen). 1 In april 212 werden methodologische aanpassingen ingevoerd voor het verzamelen van de gegevens van de Kredietcentrale. De gegevens van vóór die datum werden op basis van die nieuwe concepten geretropoleerd. Er blijft evenwel een reeksbreuk bestaan tussen het eerste en het tweede kwartaal van 212 doordat rekening is gehouden met het geheel van de kredieten aan de niet-financiële vennootschappen vanaf april 212, terwijl voorheen de kredieten van minder dan 25 niet moesten worden gerapporteerd. 2 Bedrijven die een verkort schema van de jaarrekeningen hebben neergelegd worden als kleine ondernemingen beschouwd. Bedrijven die een volledig schema hebben neergelegd worden als groot of middelgroot beschouwd, al naar gelang de omzet van twee opeenvolgende jaren meer dan wel minder dan 37,2 miljoen bedroeg. 3 De selectie van sectoren is niet-exhaustief. De aanwendingsgraad varieert ook aanzienlijk volgens de bedrijfstak. Zo beschikken de ondernemingen uit de verwerkende nijverheid over de grootste marges inzake 'niet-aangewend' krediet, zoals de structureel lage aanwendingsgraad doet vermoeden. De ondernemingen uit de horeca of de vastgoedsector - zeer vaak kmo's - wenden daarentegen meestal een groter gedeelte van de hun ter beschikking gestelde kredietlijnen aan. Eind december 213 bedroeg de aanwendingsgraad van de kredieten 9,3 % voor de ondernemingen uit de horeca en 87,4 % voor die uit de vastgoedsector. Hij had een middelgrote waarde voor de ondernemingen uit de handel (71,1 %) en was het laagst in de bouwnijverheid en in de industrie (respectievelijk 59,1 % en 56,2 %). Ten opzichte van eind december 212 steeg de aanwendingsgraad in de bouwnijverheid (1,1 procentpunt) en in de vastgoedsector (,5 procentpunt). Hij daalde daarentegen in de horeca (-2,8 procentpunt), in de verwerkende nijverheid (-1,3 procentpunt) en in de handel (-,7 procentpunt). 1

11 In de gewesten ligt de aanwendingsgraad in Wallonië en in Vlaanderen gemiddeld beschouwd hoger dan in Brussel. Eind december 213 bedroeg hij 75,1 % in het zuiden van het land en 73,7 % in het noorden. In Brussel beliep hij, aan het einde van het afgelopen jaar, 52,7 %, voornamelijk als gevolg van de concentratie van hoofdzetels van grote ondernemingen op het grondgebied van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest. 2. Rentetarieven De rentetarieven die de Belgische banken en de banken van het eurogebied op de nieuwe bedrijfskredieten toepassen, behoren tot de voornaamste indicatoren van de kredietkosten die de ondernemingen worden aangerekend. Ze worden verzameld via de MIR-enquête (zie Op de geldmarkt lieten de referentietarieven een uiteenlopend verloop optekenen gedurende het vierde kwartaal van 213. De driemaands Euribor steeg licht van,23 % eind september tot,29 % in december, terwijl de leidinggevende rente van de ECB op 13 november werd verlaagd tot,25 %, na een eerdere verlaging in het tweede kwartaal. Op de kapitaalmarkten en vooral op de markten voor overheidsobligaties daalden de rendementen eerst en keerden vervolgens vrijwel terug op het niveau dat aan het einde van het derde kwartaal werd bereikt. Dit niveau is weliswaar hoger dan dat van het begin van het jaar. Eind december 213 bedroeg het rendement op de Belgische vijfjaars overheidsobligaties 1,37 % tegen 1,42 % eind september, wat historisch gezien nog steeds een zeer laag niveau blijft. RENTEVOETEN OP DE GELD- EN KAPITAALMARKTEN EN TARIEVEN OP BANCAIRE KREDIETEN (in %) 7 Rentevoeten op de geld- en kapitaalmarkten 7 Rentevoeten op nieuwe kredieten België 7 Eurogebied OLO 5 jaar Leidinggevende basisrentevoet van de ECB Euribor 3 maanden Kredieten variabel < 1 jaar, < 1 miljoen Kredieten variabel < 1 jaar, > 1 miljoen Kredieten vast 1-5 jaar, < 1 miljoen Kredieten vast > 5 jaar, < 1 miljoen Bronnen: ECB, NBB (MIR-enquête). Ondanks de verlaging van de leidinggevende rente door de ECB in november 213, zijn in België de kortlopende rentetarieven voor nieuwe bankkredieten over het geheel genomen gestegen 11

12 gedurende het vierde kwartaal. Ten opzichte van het voorgaande kwartaal liepen ze gemiddeld met 19 en 5 basispunten op, naargelang de waarde van de kredieten respectievelijk minder of meer dan 1 miljoen bedroeg. In december 213 beliepen ze 2,26 % voor de lage bedragen en 1,9 % voor de hogere bedragen. De kosten voor kredieten op middellange termijn (kredieten met een rentevaste periode van 1 tot 5 jaar en een waarde van minder dan 1 miljoen) en op lange termijn (met een rentevaste periode van meer dan 5 jaar en een waarde van minder dan 1 miljoen) namen daarentegen af, met respectievelijk 47 en 8 basispunten. In december beliep de rente op kredieten met een middellange looptijd 2,67 % en die op langlopende kredieten 3,69 %. In het eurogebied lieten de tarieven voor bankkredieten een verloop optekenen dat vergelijkbaar is met dat in België. De rente op kortlopende kleine leningen (minder dan 1 miljoen) steeg met 3 basispunten en kwam aldus uit op 3,79 % in december 213. Die op grotere kredieten (meer dan 1 miljoen) steeg met 14 basispunten tot 2,29 %. De tarieven van de banken voor kredieten met een rentevaste periode tussen een en vijf jaar en een waarde van minder dan 1 miljoen daalden daarentegen met 11 basispunten (tot 3,86 %). Ten slotte veranderde de rente op kredieten met een rentevaste periode van meer dan vijf jaar en een waarde van minder dan 1 miljoen nauwelijks; hij beliep 3,27 % (+1 basispunt ten opzichte van het voorgaande kwartaal). Door deze ontwikkelingen bleef de rente op de kortlopende kredieten (met een looptijd van ten rentes hoogste een jaar) in België relatief gunstiger ten opzichte van het gemiddelde van het eurogebied: in december 213 waren de kredieten van minder of meer dan 1 miljoen respectievelijk 153 en 39 basispunten goedkoper. De tarieven op kleinere kortlopende kredieten in het eurogebied zijn immers, gemiddeld beschouwd, relatief hoog wegens de bijzonder hoge kosten die voor dat type kredieten gelden in verschillende landen (onder meer in Griekenland, Portugal, Spanje, Italië en Ierland). De langlopende leningen (met een vaste rente en een looptijd van meer dan vijf jaar) bleven in België echter duurder dan het gemiddelde in het eurogebied, met een spread van 42 basispunten. Ook voor dit type van kredieten zijn de tarieven bijzonder heterogeen; België bevindt zich onderaan de vork van de landen van het eurogebied. 3. Enquêtes naar de kredietvoorwaarden De enquête van het Eurosysteem naar de bancaire kredietverlening (zie verschaft kwalitatieve informatie over het verloop van de toekenningsvoorwaarden, de vraag naar bankkredieten en de verklarende factoren die aan deze ontwikkelingen ten grondslag liggen. In het vierde kwartaal van 213 rapporteerden de vier Belgische grootbanken die bij deze enquête werden bevraagd, dat in het algemeen de kredietvoorwaarden voor ondernemingen gematigd werden versoepeld, zowel voor grote bedrijven als voor kmo's en zowel voor kortlopende als voor langlopende kredieten. De kredietinstellingen van het eurogebied daarentegen maakten voor het vierde kwartaal van 213 opnieuw gewag van een lichte aanscherping van de toekenningscriteria. Deze verstrakking trof de grote ondernemingen, terwijl de Europese banken aangaven hun voorwaarden voor de kmo's gematigd te hebben versoepeld. Het gemiddelde verhult echter heterogeniteit tussen de verschillende landen van het eurogebied. In een beperkt aantal landen, waaronder Italië en in mindere mate Duitsland, hebben de banken hun kredietvoorwaarden in het 12

13 vierde kwartaal van het jaar verscherpt, terwijl deze voorwaarden in de meeste andere landen van het eurogebied over het algemeen ongewijzigd bleven. Wat de determinanten van die ontwikkelingen in België betreft, stelt men, pas voor de tweede keer sinds het begin van de enquête, vast dat alle factoren hebben bijgedragen aan de versoepeling van de kredietvoorwaarden, namelijk de financieringskosten en de balansbeperkingen (voornamelijk via de liquiditeitspositie van de banken), de concurrentiedruk (voornamelijk degene die vanuit de andere kredietinstellingen wordt ervaren), maar eveneens de risicoperceptie, en in het bijzonder de specifieke vooruitzichten betreffende de sector of de ondernemingen, alsook de risico's met betrekking tot de vereiste waarborgen. De verbetering van dit laatstgenoemde criterium heeft zich evenwel niet vertaald in een verlaging van de marges op de meest risicovolle kredieten. De banken beschikken immers over verschillende instrumenten om het kredietaanbod aan ondernemingen aan te passen. Ze kunnen dat aanbod bijvoorbeeld verhogen door de marges te verlagen, maar ook door de niet-monetaire voorwaarden te versoepelen, meer in het bijzonder de diverse kosten die eigen zijn aan de kredietopname, de waarborgvereisten of de andere contractuele clausules. De versoepeling van de kredietcondities in het vierde kwartaal van 213 verbergt tegengestelde ontwikkelingen in de interestmarges van de rapporterende banken. Ze kwam tot uiting in een daling van de marges op de standaardkredieten die aan de grote ondernemingen, maar ook aan de kmo's, worden verleend, terwijl de marges op de meest risicovolle kredieten over het algemeen licht verder zijn gestegen. Wat de overige toekenningsvoorwaarden betreft, rapporteerden de banken een verhoging van de bijkomende kosten voor de kredieten van de kmo's, terwijl ze zich minder streng opstelden tegenover het volume en de looptijd van de kredieten aan de grote ondernemingen. 13

14 Voor het eerste kwartaal van 214 verwachten de Belgische banken een verdere versoepeling van hun kredietvoorwaarden, zowel voor de kmo's als voor de grote ondernemingen. In het eurogebied zijn de banken van mening dat hun voorwaarden voor de kredietverstrekking gehandhaafd zullen worden. KREDIETVOORWAARDEN VAN BEDRIJFSKREDIETEN IN BELGIË: VOORNAAMSTE VERKLARENDE FACTOREN EN AANGEWENDE TOEKENNINGSCRITERIA (netto gewogen percentages 1 ) Voornaamste verklarende factoren Voornaamste toekenningscriteria Financieringskosten en balansbeperkingen Concurrentiedruk Risicoperceptie Marges op de standaardkredieten Marges op de meest risicovolle kredieten Andere toekenningscriteria Bronnen: ECB, NBB (enquête van het Eurosysteem naar de bancaire kredietverlening). 1 Een positief (negatief) percentage komt overeen met een factor die heeft bijgedragen tot een versoepeling (verstrakking) van de kredietvoorwaarden of met een criterium waarin die versoepeling (verstrakking) tot uiting is gekomen. Wat de vraag naar bankleningen betreft, meldden de Belgische banken dat de vraag van de ondernemingen naar krediet in het vierde kwartaal van 213 is blijven afnemen. Deze verdere afname trof zonder onderscheid de grote ondernemingen en de kmo's, alsook de langlopende en kortlopende kredieten. Volgens de ondervraagde kredietinstellingen is de vermindering van de financieringsbehoeften voornamelijk toe te schrijven aan de vermindering van de investeringen en het beroep van de bedrijven op alternatieve financieringsbronnen (uitgifte van schuldbewijzen alsook leningen toegestaan door andere bancaire en niet-bancaire instellingen). De vermindering van de financieringsbehoeften die verband houden met het voorraadbeheer en dat van het bedrijfskapitaal heeft eveneens bijgedragen tot de verzwakkende kredietvraag door de bedrijven. De herstructurering van de schulden zou daarentegen de dalende vraag gedeeltelijk gecompenseerd hebben. Voor het eerste kwartaal van 214 verwachten de Belgische banken een stijging van de kredietvraag voor alle categorieën (korte- en langetermijnleningen, door de grote ondernemingen en kmo's). De banken uit het eurogebied meldden voor het vierde kwartaal van 213 eveneens een verdere vermindering van de kredietvraag, die vergelijkbaar was voor de kmo's en de grote ondernemingen, maar meer uitgesproken bleek voor de kortlopende leningen dan voor de langlopende leningen. Ook in dit geval hebben het beroep dat wordt gedaan op andere vormen van financiering en de daling van de financieringsbehoeften die verband houden met de investeringen en met het voorraadbeheer en dat van het bedrijfskapitaal een rol gespeeld in de verzwakking van de kredietvraag. Net als de 14

15 Belgische banken verwachten de kredietinstellingen uit het eurogebied een stijgende kredietvraag voor het eerste kwartaal van 214. VRAAG NAAR BEDRIJFSKREDIETEN IN BELGIË: VOORNAAMSTE VERKLARENDE FACTOREN (netto gewogen percentages 1 ) Bruto-investeringen in vaste activa Voorraden en bedrijfskapitaal Fusies/overnames en herstructurering van de onderneming Herstructurering van schulden Alternatieve financieringsbronnen Bronnen: ECB, NBB (enquête van het Eurosysteem naar de bancaire kredietverlening). 1 Een positief (negatief) percentage komt overeen met een factor die heeft bijgedragen tot een toename (afname) van de vraag naar kredieten. Uit de in januari 214 door de Bank uitgevoerde enquête 6 blijkt dat de bedrijfsleiders op dat ogenblik de algemene toekenningsvoorwaarden voor bankkrediet als licht ongunstig blijven beschouwen, hoewel deze perceptie al met al verbeterd is ten opzichte van het voorgaande kwartaal. Van de vennootschappen uit de verwerkende nijverheid, de bouwnijverheid en de diensten aan ondernemingen oordeelde 21 % dat de toegangsvoorwaarden voor nieuwe bancaire kredieten niet gunstig waren. Het aandeel van de ondernemingen dat de voorwaarden als gunstig inschatte, beliep dan weer 19 %. Al met al kwam het saldo van de antwoorden van de bedrijfsleiders op -2 % uit (tegen -9% in het voorgaande kwartaal). Dit saldo is het minst negatieve dat in 213 werd opgetekend. De nog steeds negatieve perceptie van de bedrijfsleiders is het resultaat van een gepercipieerde verdere verslechtering van de rentevoorwaarden gedurende de drie maanden voorafgaand aan de enquête. Hoewel de beoordeling betreffende het renteverloop sinds het tweede kwartaal van 213 over het geheel genomen nog steeds negatief is, is ze evenwel verbeterd ten opzichte van de voorgaande periode (-4 % tegen -22 %). Wat de niet-monetaire kredietvoorwaarden (kosten, kredietvolume en gevraagde waarborgen) betreft, rapporteerden de ondernemers een gelijkaardige verslechtering als die in de vorige maanden. 6 In deze enquête wordt de ondernemingen verzocht twee vragen te beantwoorden. De eerste vraag heeft betrekking op de kredietvoorwaarden op het ogenblik van de enquête ('Lijken de voorwaarden om bij de banken krediet op te nemen u momenteel: gunstig, neutraal of ongunstig'). In de toelichting worden de antwoorden op die vragen behandeld onder de titel 'Algemene voorwaarden'. De tweede vraag gaat over de tijdens het kwartaal vóór de enquête vastgestelde ontwikkelingen (verbetering, stabilisatie of verslechtering van de voorwaarden) en de antwoorden worden uitgesplitst volgens specifieke criteria (rentetarieven, andere bankkosten, kredietvolume, gevraagde waarborgen). De antwoorden op die vraag worden criterium per criterium toegelicht. 15

16 BEOORDELING VAN DE KREDIETVOORWAARDEN DOOR DE ONDERNEMINGEN: ALGEMENE RESULTATEN Op het moment van de enquête waren de voorwaarden: Gedurende het kwartaal vóór de enquête is de specifieke voorwaarde: % 1 Ongunstig Neutraal Gunstig Verslechterd Onveranderd Verbeterd IV 212-I 212-II 212-III I II 211-IV 212-I 212-II 212-III I II I II I II I II I II % 4 Algemene voorwaarden Saldo 1 Rentevoet Kosten Kredietvolume Gevraagde waarborgen I II I II I II I II Algemene voorwaarden Bron: NBB (trimestriële enquête naar de kredietvoorwaarden). 1 Saldo van de antwoordpercentages gunstig/verbeterd (+) en ongunstig/verslechterd (-). Rentevoet Kosten Kredietvolume Gevraagde waarborgen De resultaten naar bedrijfstak wijzen voor december 213 op een ongunstige perceptie van de kredietvoorwaarden door de bouwnijverheid en de diensten aan ondernemingen, in tegenstelling tot de verwerkende nijverheid. Het saldo van de antwoorden bedroeg -1 % voor de twee eerstgenoemde sectoren, terwijl het uitkwam op 3 % in de industrie. In het vierde kwartaal van 213 rapporteerde, de bedrijfsleiders, vooral in de bouwnijverheid een verslechtering van de rentevoorwaarden. Deze gerapporteerde verslechtering was echter minder groot dan deze in het voorgaande kwartaal. Bovendien wezen de ondernemers uit de dienstensector en de industrie op een additionele verslechtering van de voorwaarden inzake de bijkomende kosten. De voorwaarden betreffende het kredietvolume en de gevraagde waarborgen lieten daarentegen over het algemeen een verbetering optekenen. 16

17 4 BEOORDELING VAN DE KREDIETVOORWAARDEN DOOR DE ONDERNEMINGEN: OPSPLITSING NAAR BEDRIJFSTAK (netto percentages¹) I 212-II 212-III I II 212-I 212-II 212-III I II 212-I 212-II 212-III I II 212-I 212-II 212-III I II 212-I 212-II 212-III I II Algemene voorwaarden Rentevoet Kosten Kredietvolume Gevraagde waarborgen op het moment van de enquête Ontwikkeling gedurende het kwartaal vóór de enquête Industrie Bouwnijverheid Diensten aan ondernemingen Wat de verschillen in de kredietvoorwaarden volgens bedrijfsgrootte betreft, werden de algemene kredietvoorwaarden in december 213 door de kleine (1 tot 49 werknemers) en de grote ondernemingen (25 tot 499 werknemers) nog steeds als ongunstig beoordeeld: het saldo van de antwoorden bedroeg -7 % en -2 % voor deze twee categorieën. De bedrijfsleiders van de middelgrote (5 tot 249 werknemers) en de zeer grote ondernemingen (5 werknemers of meer) beschouwden deze kredietvoorwaarden daarentegen als eerder gunstig, aangezien het saldo van de antwoorden 4 % bedraagt voor de eerste groep en 18 % voor de tweede. Hoewel de voorwaarden die verband houden met de rentevoeten nog steeds als ongunstig werden beoordeeld, zijn ze in het algemeen verbeterd in vergelijking met het voorgaande kwartaal, voor alle categorieën van bedrijfsgrootte. Daarentegen, en met uitzondering van de zeer grote ondernemingen, zijn de door de banken geëiste bijkomende kosten aanzienlijk vertraagd. Ten slotte gaat de tendens over het algemeen in opwaartse lijn voor de clausules betreffende het kredietvolume en de vereiste waarborgen, hoewel het merendeel van de ondernemers deze twee criteria nog steeds negatief beoordeelt. De verbetering komt evenwel over het hele jaar tot uiting voor alle categorieën van ondernemingen. 17

18 4 BEOORDELING VAN DE KREDIETVOORWAARDEN DOOR DE ONDERNEMINGEN: OPSPLITSING NAAR GROOTTE VAN DE ONDERNEMING¹ (netto percentages²) I 212-II 212-III I II 212-I 212-II 212-III I II 212-I 212-II 212-III I II 212-I 212-II 212-III I II 212-I 212-II 212-III I II Algemene voorwaarden Rentevoet Kosten Kredietvolume Gevraagde waarborgen op het moment van de enquête Ontwikkeling gedurende het kwartaal vóór de enquête Klein Groot Middelgroot Zeer groot Bron: NBB (trimestriële enquête naar de kredietvoorwaarden). ¹ Klein = 1-49 werknemers; middelgroot = werknemers; groot = werknemers; zeer groot = 5 werknemers of meer. ² Saldi van de antwoordpercentages gunstig/verbeterd (+) en ongunstig/verslechterd (-). 18

kortlopende kredieten langlopende kredieten buitenlandse banken1

kortlopende kredieten langlopende kredieten buitenlandse banken1 Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 0203.201.340 RPM Brussel 2010-05-20 Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

VOORNAAMSTE RECENTE ONTWIKKELINGEN. (bijwerking van 17 februari 2010)

VOORNAAMSTE RECENTE ONTWIKKELINGEN. (bijwerking van 17 februari 2010) Observatorium voor krediet aan vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 00 00 Fax +32 2 221 00 01 BTW BE 0203.201.340 RPR Brussel -02-17 Links: kredietobservatorium VOORNAAMSTE

Nadere informatie

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen. kredietobservatorium. Links:

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen. kredietobservatorium. Links: Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1 Brussel Tel. +3 1 6 99 Fax +3 1 31 97 BTW BE 3.1.34 RPM Brussel 14--8 Links: kredietobservatorium Executive summary

Nadere informatie

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links:

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links: Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 0203.201.340 RPM Brussel 2017-06-02 Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

Bijdrage van het departement Studiën aan het Observatorium voor krediet aan vennootschappen VOORNAAMSTE RECENTE ONTWIKKELINGEN

Bijdrage van het departement Studiën aan het Observatorium voor krediet aan vennootschappen VOORNAAMSTE RECENTE ONTWIKKELINGEN Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1 Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 23.21.34 RPM Brussel 213-8-26 Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

VOORNAAMSTE RECENTE ONTWIKKELINGEN. (trimestriële bijwerking van 2 mei 2012) Executive summary

VOORNAAMSTE RECENTE ONTWIKKELINGEN. (trimestriële bijwerking van 2 mei 2012) Executive summary Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE- Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 3.1.34 RPM Brussel 12--22 Links: kredietobservatorium VOORNAAMSTE

Nadere informatie

VOORNAAMSTE RECENTE ONTWIKKELINGEN. (bijwerking van 18 november 2009)

VOORNAAMSTE RECENTE ONTWIKKELINGEN. (bijwerking van 18 november 2009) Observatorium voor krediet aan vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 00 00 Fax +32 2 221 00 01 BTW BE 0203.201.340 RPR Brussel 2009-11-18 Links: kredietobservatorium VOORNAAMSTE

Nadere informatie

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links:

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links: Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 0203.201.340 RPM Brussel 2017-09-01 Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links:

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links: Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 0203.201.340 RPM Brussel 2016-12-02 Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

Bijdrage van het departement Studiën aan het Observatorium voor krediet aan vennootschappen VOORNAAMSTE RECENTE ONTWIKKELINGEN

Bijdrage van het departement Studiën aan het Observatorium voor krediet aan vennootschappen VOORNAAMSTE RECENTE ONTWIKKELINGEN Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 1 BE-1 Brussel Tel. +3 1 6 99 Fax +3 1 31 97 BTW BE 3.1.3 RPM Brussel 13-11- Links: kredietobservatorium Bijdrage van het

Nadere informatie

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links:

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links: Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 0203.201.340 RPM Brussel 2019-03-01 Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links:

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links: Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 0203.201.340 RPM Brussel 2018-09-07 Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen. kredietobservatorium. Links:

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen. kredietobservatorium. Links: Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 46 28 Mail: pressoffice@nbb.be BTW BE 0203.201.340 RPM Brussel 2019-06-03 Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links:

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links: Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 0203.201.340 RPM Brussel 2018-03-02 Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links:

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links: Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 1 BE-1 Brussel Tel. +3 1 6 99 Fax +3 1 31 97 BTW BE 3.1.3 RPM Brussel 1--7 Links: kredietobservatorium Executive summary

Nadere informatie

VOORNAAMSTE RECENTE ONTWIKKELINGEN. (trimestriële bijwerking van 20 mei 2011) Executive summary

VOORNAAMSTE RECENTE ONTWIKKELINGEN. (trimestriële bijwerking van 20 mei 2011) Executive summary Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1 Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 23.21.34 RPM Brussel 211- - Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

VOORNAAMSTE RECENTE ONTWIKKELINGEN (bijwerking van 26 mei 2009)

VOORNAAMSTE RECENTE ONTWIKKELINGEN (bijwerking van 26 mei 2009) Observatorium voor krediet aan vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 00 00 Fax +32 2 221 00 01 BTW BE 0203.201.340 RPR Brussel 2009-05-26 Links: kredietobservatorium VOORNAAMSTE

Nadere informatie

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links:

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links: Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 0203.201.340 RPM Brussel 2018-12-07 Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen. kredietobservatorium. Links:

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen. kredietobservatorium. Links: Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1 Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 23.21.34 RPM Brussel 214-11-28 Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links:

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links: Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 0203.201.340 RPM Brussel 2017-12-01 Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen 2016-05-27. kredietobservatorium. Links:

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen 2016-05-27. kredietobservatorium. Links: Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 0203.201.340 RPM Brussel 2016-05-27 Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen 2015-09-04. kredietobservatorium. Links:

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen 2015-09-04. kredietobservatorium. Links: Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 0203.201.340 RPM Brussel 2015-09-04 Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

Het ondernemersvertrouwen stabiliseert in november

Het ondernemersvertrouwen stabiliseert in november 25--24 Links: NBB.Stat Algemene informatie Maandelijkse conjunctuurenquête bij de bedrijven - november 25 Het ondernemersvertrouwen stabiliseert in november Na de aanmerkelijke stijging in oktober, is

Nadere informatie

Ondernemersvertrouwen stabiliseert in februari

Ondernemersvertrouwen stabiliseert in februari 28-2-22 Links: NBB.Stat Algemene informatie Maandelijkse conjunctuurenquête bij de bedrijven februari 28 Ondernemersvertrouwen stabiliseert in februari De stabilisering van de conjunctuurbarometer volgt

Nadere informatie

Het ondernemersvertrouwen neemt in november verder toe

Het ondernemersvertrouwen neemt in november verder toe 27--23 Links: NBB.Stat Algemene informatie Maandelijkse conjunctuurenquête bij de bedrijven november 27 Het ondernemersvertrouwen neemt in november verder toe Na een fors herstel in oktober is de conjunctuurbarometer

Nadere informatie

Ondernemersvertrouwen neemt in november zeer licht toe

Ondernemersvertrouwen neemt in november zeer licht toe 4--24 Links: BelgoStat On-line Algemene informatie Maandelijkse conjunctuurenquête bij de bedrijven - november 4 Ondernemersvertrouwen neemt in november zeer licht toe De conjunctuurbarometer van de Nationale

Nadere informatie

Lichte verslechtering van het ondernemersvertrouwen in augustus

Lichte verslechtering van het ondernemersvertrouwen in augustus 5-8-25 Links: NBB.Stat Algemene informatie Maandelijkse conjunctuurenquête bij de bedrijven - augustus 5 Lichte verslechtering van het ondernemersvertrouwen in augustus De conjunctuurbarometer van de Nationale

Nadere informatie

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links:

Executive summary. Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen kredietobservatorium. Links: Observatorium voor krediet aan niet-financiële vennootschappen de Berlaimontlaan 14 BE-1000 Brussel Tel. +32 2 221 26 99 Fax +32 2 221 31 97 BTW BE 0203.201.340 RPM Brussel 2016-02-26 Links: kredietobservatorium

Nadere informatie

Afbrokkeling van het ondernemersvertrouwen in augustus

Afbrokkeling van het ondernemersvertrouwen in augustus 26-8-24 Links: NBB.Stat Algemene informatie Maandelijkse conjunctuurenquête bij de bedrijven - augustus 26 Afbrokkeling van het ondernemersvertrouwen in augustus De conjunctuurbarometer van de Nationale

Nadere informatie

Kredietverlening aan Vlaamse ondernemingen

Kredietverlening aan Vlaamse ondernemingen Kredietverlening aan Vlaamse ondernemingen Monitoring Rapport: Mei 212 Jan van Nispen Inleiding De start van de financiële crisis ligt nu al enkele jaren achter ons, maar in 211 voelden we nog steeds de

Nadere informatie

Het ondernemersvertrouwen herstelt zich in november

Het ondernemersvertrouwen herstelt zich in november 218-11-23 Links: NBB.Stat Algemene informatie Maandelijkse conjunctuurenquête bij de bedrijven november 218 Het ondernemersvertrouwen herstelt zich in november Het ondernemingsklimaat verbeterde in alle

Nadere informatie

Kredietverlening aan Vlaamse ondernemingen

Kredietverlening aan Vlaamse ondernemingen Kredietverlening aan Vlaamse ondernemingen Monitoring Rapport: Januari 2012 Jan van Nispen Inleiding Sinds 2008 zijn woorden zoals crisis, financieringsproblemen, waarborgen en bailouts niet meer uit de

Nadere informatie

De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2018 nam het bbp met 1,4 % toe

De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2018 nam het bbp met 1,4 % toe Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 2019-04-29 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedroeg 0,2 % in het eerste kwartaal van 2019 Over het hele jaar 2018

Nadere informatie

Recente ontwikkelingen in de kredietvoorwaarden van banken

Recente ontwikkelingen in de kredietvoorwaarden van banken Recente ontwikkelingen in de kredietvoorwaarden van banken Een van de informatiebronnen voor de ecb bij het voeren van het monetaire beleid is de Bank Lending Survey, een kwalitatieve kwartaalenquête naar

Nadere informatie

Kredietverlening aan Nederlandse bedrijven loopt terug

Kredietverlening aan Nederlandse bedrijven loopt terug Het Nederlandse bedrijfsleven is in sterke mate afhankelijk van bancaire kredietverlening. De groei van de zakelijke kredietverlening is in de tweede helft van 28 vertraagd. Dit hangt grotendeels samen

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,2 % in het eerste kwartaal van 2016

De economische groei bedraagt 0,2 % in het eerste kwartaal van 2016 Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 28-4-2016 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,2 % in het eerste kwartaal van 2016 Over het hele jaar 2015

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2017 neemt het bbp met 1,7 % toe

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van Over het hele jaar 2017 neemt het bbp met 1,7 % toe Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 2018-04-27 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2018 Over het hele jaar 2017

Nadere informatie

LICHT HERSTEL VAN DE CONJUNCTUURBAROMETER IN APRIL

LICHT HERSTEL VAN DE CONJUNCTUURBAROMETER IN APRIL 009-04-3 Links: BelgoStat On-line Algemene informatie Maandelijkse conjunctuurenquête bij de bedrijven - april 009 LICHT HERSTEL VAN DE CONJUNCTUURBAROMETER IN APRIL Voortaan worden de synthetische curven

Nadere informatie

Kredietverlening in tijden van financiële crisis Cijfermatig overzicht in het kader van de rondetafel: Banken en Bedrijven

Kredietverlening in tijden van financiële crisis Cijfermatig overzicht in het kader van de rondetafel: Banken en Bedrijven Kredietverlening in tijden van financiële crisis Cijfermatig overzicht in het kader van de rondetafel: Banken en Bedrijven oktober/november 29 Jan van Nispen Inleiding Eén van de cruciale elementen om

Nadere informatie

Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België

Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België Oktober 212 1 1 - -1-1 -2-2 -3-3 22 23 24 2 26 27 28 29 21 211 212 Seizoengezuiverde en afgevlakte reeks Seizoengezuiverde brutoreeks De conjunctuurbarometer

Nadere informatie

Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België

Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België November 211 1 1 - -1-1 -2-2 -3-3 21 22 23 24 2 26 27 28 29 21 211 Seizoengezuiverde en afgevlakte reeks Seizoengezuiverde brutoreeks De conjunctuurbarometer

Nadere informatie

PERSBERICHT. Eerste publicatie van MFI-rentestatistieken voor het eurogebied 1

PERSBERICHT. Eerste publicatie van MFI-rentestatistieken voor het eurogebied 1 10 december 2003 PERSBERICHT Eerste publicatie van MFI-rentestatistieken voor het eurogebied 1 Vandaag introduceert de Europese Centrale Bank (ECB) een nieuwe reeks geharmoniseerde statistieken betreffende

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015. De economische activiteit stijgt met 1,1 % over het hele jaar 2014

De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015. De economische activiteit stijgt met 1,1 % over het hele jaar 2014 Instituut voor de nationale rekeningen 2015-04-29 Links: Publicatie NBB.stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,3 % in het eerste kwartaal van 2015 De economische activiteit stijgt met

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2014

De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2014 Instituut voor de nationale rekeningen 2014-04-30 Links Publicatie BelgoStat On-line Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,4 % in het eerste kwartaal van 2014 Bij een stijging van 0,3 % in

Nadere informatie

De economische groei bedraagt 0,5 % in het eerste kwartaal van 2017

De economische groei bedraagt 0,5 % in het eerste kwartaal van 2017 Instituut voor de nationale rekeningen PERSCOMMUNIQUÉ 28-4-2017 Links: Publicatie NBB.Stat Algemene informatie De economische groei bedraagt 0,5 % in het eerste kwartaal van 2017 Over het hele jaar 2016

Nadere informatie

Banken verlenen recordaantal kredieten aan ondernemingen

Banken verlenen recordaantal kredieten aan ondernemingen Jürgen de Witte Banken verlenen recordaantal kredieten aan ondernemingen Anne-Mie Ooghe Senior Officer Corporate Banking bij Febelfin Het uitstaande volume kredieten aan ondernemingen bereikte in januari

Nadere informatie

Kredietverlening aan Vlaamse ondernemingen

Kredietverlening aan Vlaamse ondernemingen Kredietverlening aan Vlaamse ondernemingen Monitoring Rapport: najaar 21 Jan van Nispen Situering van de het monitoring rapport In september 21 was het twee jaar geleden dat de financiële dienstverlener

Nadere informatie

Resultaten van de najaarsenquête 2017 naar de investeringen in de verwerkende nijverheid

Resultaten van de najaarsenquête 2017 naar de investeringen in de verwerkende nijverheid 18-1-17 Resultaten van de najaarsenquête 17 naar de investeringen in de verwerkende nijverheid De investeringen in vaste activa zouden gestegen zijn met 8,5 % in 17 in vergelijking met 16. De ondernemers

Nadere informatie

Het bankkrediet aan de particuliere

Het bankkrediet aan de particuliere Het bankkrediet aan de particuliere sector in België M. Hradisky * Na een toename met meer dan 1 pct. op jaarbasis in is de groei van de kredietverlening aan de particuliere sector in België aanhoudend

Nadere informatie

Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België

Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België Maart 212 1 1 - -1-1 -2-2 -3-3 22 23 24 2 26 27 28 29 21 211 212 Seizoengezuiverde en afgevlakte reeks Seizoengezuiverde brutoreeks De conjunctuurbarometer

Nadere informatie

Kredietverlening aan Vlaamse ondernemingen

Kredietverlening aan Vlaamse ondernemingen Kredietverlening aan Vlaamse ondernemingen Monitoring Rapport: maart 21 Jan van Nispen Inleiding en situering van de het monitoring rapport 29 was een jaar dat de geschiedenis zal ingaan als het jaar waarin

Nadere informatie

Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België

Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België Februari 212 1 1 - -1-1 -2-2 -3-3 22 23 24 2 26 27 28 29 21 211 212 Seizoengezuiverde en afgevlakte reeks Seizoengezuiverde brutoreeks De conjunctuurbarometer

Nadere informatie

De Nederlandsche Bank. Statistisch Bulletin maart 2009

De Nederlandsche Bank. Statistisch Bulletin maart 2009 9 De Nederlandsche Bank Statistisch Bulletin maart 29 Financiering via kapitaalmarkt moeilijker en duurder geworden Nederlandse ingezetenen hadden eind 28 voor het eerst meer dan eur 1. miljard aan schuldpapier

Nadere informatie

Recente ontwikkelingen in de Belgische bancaire kredietverlening aan niet-financiële ondernemingen

Recente ontwikkelingen in de Belgische bancaire kredietverlening aan niet-financiële ondernemingen Recente ontwikkelingen in de Belgische bancaire kredietverlening aan niet-financiële ondernemingen Vlaams Parlement, Commissie Financiën 11 december 2012 Mathias Dewatripont Directeur Impact financiële

Nadere informatie

WERKGROEP "KREDIETEN AAN DE ONDERNEMINGEN" Syntheseverslag

WERKGROEP KREDIETEN AAN DE ONDERNEMINGEN Syntheseverslag WERKGROEP "KREDIETEN AAN DE ONDERNEMINGEN" Syntheseverslag September 2009 2. 3. INHOUDSTAFEL Inhoudstafel... 3 1. Algemene context... 5 2. Beschikbare statistieken en verbeteringen aangebracht door de

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN Derde kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen

NATIONALE REKENINGEN Derde kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen NATIONALE REKENINGEN 1999 - Derde kwartaal Kwartaalaggregaten Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en Economische Statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie

Nadere informatie

Financiële rekeningen van de particulieren, de bedrijven en de overheid

Financiële rekeningen van de particulieren, de bedrijven en de overheid Financiële rekeningen van de particulieren, de bedrijven en de overheid 7. Financiële rekeningen van de particulieren, de bedrijven en de overheid 7.1 Gevolgen van de financiële crisis De financiële crisis,

Nadere informatie

Resultaten Conjuntuurenquete 2018

Resultaten Conjuntuurenquete 2018 Resultaten Conjuntuurenquete 2018 Datum, maart 2019 Inleiding In november en december 2018 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) ruim 500 bedrijven benaderd. Doel van deze enquête is om op reguliere

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 2014 Willemstad, april 15 Inhoud Inleiding... 2 Methodologie... 2 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Investeringsbelemmeringen en bevorderingen...3 Concurrentiepositie...5 Vertrouwen in de economie...5 Vertrouwen

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014

Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 2014 Resultaten Conjunctuurenquete 1e helft 214 Willemstad, Maart 214 Inleiding In juni 214 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) de bedrijven benaderd met vragenlijsten op Curaçao. Doel van deze

Nadere informatie

sector 5. Financiële situatie van de private 5.1 Particulieren

sector 5. Financiële situatie van de private 5.1 Particulieren 5. Financiële situatie van de private sector België behoort tot de weinige Europese landen waarvan de economie traditioneel een positieve financiële positie genereert. Ondanks de financiële onrust zijn

Nadere informatie

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015

Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015 Resultaten Conjuntuurenquête jaar 2015 Willemstad, Mei 2016 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Methodologie... 3 Resultaten conjunctuurenquête... 3 Concluderende opmerkingen... 17 1 CBS Curaçao mei 2016 Inleiding

Nadere informatie

Driemaandelijkse beslissing van de Nationale Bank van België inzake het contracyclische bufferpercentage (1 januari 2016): 0 %

Driemaandelijkse beslissing van de Nationale Bank van België inzake het contracyclische bufferpercentage (1 januari 2016): 0 % Driemaandelijkse beslissing van de Nationale Bank van België inzake het contracyclische bufferpercentage (1 januari 2016): 0 % Krachtens artikel 5, 2 van Bijlage IV van de Bankwet heeft de Nationale Bank

Nadere informatie

RESULTATEN CONJUNCTUURENQUETE 1STE HELFT 2018

RESULTATEN CONJUNCTUURENQUETE 1STE HELFT 2018 RESULTATEN CONJUNCTUURENQUETE 1STE HELFT 2018 Willemstad, september 2018 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Investeringsbelemmeringen Vertrouwen in de economie... 4 Vertrouwen in de toekomst... 5 Perceptie investeringsklimaat...

Nadere informatie

Regionale verdeling van de Belgische in- en uitvoer van goederen en diensten,

Regionale verdeling van de Belgische in- en uitvoer van goederen en diensten, PERSCOMMUNIQUÉ 2014-07-18 Links BelgoStat On-line Algemene informatie Regionale verdeling van de Belgische in- en uitvoer van goederen en diensten, 1995-2011. De drie Gewesten en de Nationale Bank van

Nadere informatie

NATIONALE REKENINGEN Eerste kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen

NATIONALE REKENINGEN Eerste kwartaal. Kwartaalaggregaten. Instituut voor de Nationale Rekeningen NATIONALE REKENINGEN 1999 Eerste kwartaal Kwartaalaggregaten Instituut voor de Nationale Rekeningen Dienst Financiële en Economische Statistieken Nationale Bank van België, Brussel Inhoud van de publicatie

Nadere informatie

Veranderingen in de internationale positie van Nederlandse banken

Veranderingen in de internationale positie van Nederlandse banken Veranderingen in de internationale positie van Nederlandse banken De Nederlandse bancaire vorderingen 1 op het buitenland zijn onder invloed van de economische crisis en het uiteenvallen van ABN AMRO tussen

Nadere informatie

De werkloosheid op haar hoogste peil sinds het begin van de crisis

De werkloosheid op haar hoogste peil sinds het begin van de crisis Oktober 2009 De werkloosheid op haar hoogste peil sinds het begin van de crisis De werkloosheid: moet het ergste nog komen? De uitzendarbeid en het aantal openstaande betrekkingen lopen weer terug Het

Nadere informatie

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015

Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Resultaten conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2015 Inleiding Chris M. Jager In mei en juni 2015 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) een groot aantal bedrijven benaderd met vragenlijsten. Doel

Nadere informatie

Instituut voor de nationale rekeningen

Instituut voor de nationale rekeningen Instituut voor de nationale rekeningen 2015-02-17 Links: Publicatie BelgoStat Online Algemene informatie Broos herstel in 2013 na krimp in 2012 in Brussel en Wallonië; verdere groeivertraging in 2013 in

Nadere informatie

Centrale voor kredieten aan ondernemingen

Centrale voor kredieten aan ondernemingen Centrale voor kredieten aan ondernemingen Brussel, woensdag 16 oktober 2013 Rudy TROGH Inleiding Kredieten zijn belangrijk en zelfs noodzakelijk voor de economie... maar houden een risico in van niet-betaling

Nadere informatie

Een regionale opsplitsing van de sociale balansen

Een regionale opsplitsing van de sociale balansen Een regionale opsplitsing van de sociale balansen Nationale Bank van België (2004). De sociale balans 2003, Economisch Tijdschrift 4-2004. Voor het eerst heeft de Nationale Bank van België de sociale balansen

Nadere informatie

Inleiding. 1. methodologie en beschrijving van de bestudeerde populatie. Xavier Deville

Inleiding. 1. methodologie en beschrijving van de bestudeerde populatie. Xavier Deville Financiering van de ondernemingen in België : analyse op basis van de tabellen van middelen en bestedingen Xavier Deville Inleiding Een onderneming kan voor de financiering van haar activiteit uit haar

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquête jaar 2017

Resultaten Conjunctuurenquête jaar 2017 Willemstad, april 2018 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Investeringsbelemmeringen... 3 Vertrouwen in de economie... 4 Vertrouwen in de toekomst... 5 Perceptie investeringsklimaat... 6 Conjunctuurindex... 7

Nadere informatie

NOTARISBAROMETER VASTGOED MACRO-ECONOMISCHE FACTOREN. Barometer 35

NOTARISBAROMETER VASTGOED MACRO-ECONOMISCHE FACTOREN. Barometer 35 NOTARISBAROMETER VASTGOED WWW.NOTARIS.BE 2017 Barometer 35 INHOUD Macro-economische factoren... 1 Vastgoedactiviteit... 2 Vastgoedactiviteit in België... 2 Vastgoedactiviteit Regionale verdeling... 3 Vastgoedactiviteit

Nadere informatie

Winstgroei en buffers ondersteunen investerings herstel

Winstgroei en buffers ondersteunen investerings herstel Na de snelle daling van de bedrijfswinsten door de kredietcrisis, is er recentelijk weer sprake van winstherstel. De crisis heeft echter geen gat geslagen in de grote financiële buffers van bedrijven.

Nadere informatie

Recepten voor duurzame groei Beschouwingen naar aanleiding van het Jaarverslag 2014 van de Nationale Bank van België

Recepten voor duurzame groei Beschouwingen naar aanleiding van het Jaarverslag 2014 van de Nationale Bank van België Recepten voor duurzame groei Beschouwingen naar aanleiding van het Jaarverslag 2014 van de Nationale Bank van België Financieel Forum Gent - 26 februari 2015 Jan Smets A. De stand van zaken 1. De (lange)

Nadere informatie

Recepten voor duurzame groei Beschouwingen naar aanleiding van het Jaarverslag 2014 van de Nationale Bank van België

Recepten voor duurzame groei Beschouwingen naar aanleiding van het Jaarverslag 2014 van de Nationale Bank van België Recepten voor duurzame groei Beschouwingen naar aanleiding van het Jaarverslag 2014 van de Nationale Bank van België Financieel Forum West-Vlaanderen Kortrijk - 24 februari 2015 Jan Smets A. De stand van

Nadere informatie

Kenniscentrum voor Financiering van KMO Centre de Connaissances du Financement des PME VZW. KeFiK-rapport

Kenniscentrum voor Financiering van KMO Centre de Connaissances du Financement des PME VZW. KeFiK-rapport Kenniscentrum voor Financiering van KMO Centre de Connaissances du Financement des PME VZW KeFiK-rapport KMO-financiering 2011 Inhoudstafel Voorwoord 4 Executive summary 6 Inleiding 10 Deel 1: Evolutie

Nadere informatie

De inflatie zakte in juni nog tot 1,5 punten. De daaropvolgende maanden steeg de inflatie tot 2,0 in augustus (Bron: NBB).

De inflatie zakte in juni nog tot 1,5 punten. De daaropvolgende maanden steeg de inflatie tot 2,0 in augustus (Bron: NBB). NOTARISBAROMETER VASTGOED WWW.NOTARIS.BE T3 2017 Barometer 34 MACRO-ECONOMISCH Het consumentenvertrouwen trekt sinds juli terug aan, de indicator stijgt van -2 in juni naar 2 in juli en bereikte hiermee

Nadere informatie

Driemaandelijkse beslissing van de Nationale Bank van België inzake het contracyclische Bufferpercentage voor 2019K2: 0%

Driemaandelijkse beslissing van de Nationale Bank van België inzake het contracyclische Bufferpercentage voor 2019K2: 0% Driemaandelijkse beslissing van de Nationale Bank van België inzake het contracyclische Bufferpercentage voor 2019K2: 0% Krachtens artikel 5, 2 van Bijlage IV van de Bankwet heeft de Nationale Bank van

Nadere informatie

Economische vooruitzichten en uitdagingen voor de Belgische economie

Economische vooruitzichten en uitdagingen voor de Belgische economie Economische vooruitzichten en uitdagingen voor de Belgische economie Algemene vergadering Voka - 6 mei 213 Jan Smets Directeur, Nationale Bank van België DS.13.4.176 Plan van de presentatie I. Internationale

Nadere informatie

Distributiekanalen van de verzekering: cijfers 2012

Distributiekanalen van de verzekering: cijfers 2012 DOSSIER Distributiekanalen van de verzekering: cijfers 2012 13 Distributiekanalen van de verzekering: cijfers 2012 Verzekeringsmakelaar blijft stand houden Onlangs verscheen het jaarlijkse rapport van

Nadere informatie

Gedurende de financiële crisis speelde het Eurosysteem een cruciale rol in het op peil houden van de liquiditeit van het banksysteem.

Gedurende de financiële crisis speelde het Eurosysteem een cruciale rol in het op peil houden van de liquiditeit van het banksysteem. Financiële crisis 11 1. Financiële crisis Gedurende de financiële crisis speelde het Eurosysteem een cruciale rol in het op peil houden van de liquiditeit van het banksysteem. 1.1 Beheer van de liquiditeit

Nadere informatie

Voor ruim 7,2 miljard EUR verstrekte hypothecaire kredieten in het derde trimester van 2017

Voor ruim 7,2 miljard EUR verstrekte hypothecaire kredieten in het derde trimester van 2017 Persbericht Voor ruim 7,2 miljard EUR verstrekte hypothecaire kredieten in het derde trimester van 2017 Brussel, 26 oktober 2017 Uit nieuwe cijfers van de (BVK) 1 blijkt er in het derde trimester van 2017

Nadere informatie

MARKTANALYSE: BELGIË

MARKTANALYSE: BELGIË 2016 MARKTANALYSE: BELGIË I. KANTOORMARKT IN BELGIË A. BRUSSEL Met de sterkste vraag in 4 jaar tijd bleek 2016 een voortreffelijk jaar voor de Brusselse kantoormarkt. Daarbij waren er twee verhalen die

Nadere informatie

HET VERLOOP VAN DE SOCIAALECONOMISCHE INDICATOREN EN DE CONJUNCTUUR IN WEST-VLAANDEREN 1 :

HET VERLOOP VAN DE SOCIAALECONOMISCHE INDICATOREN EN DE CONJUNCTUUR IN WEST-VLAANDEREN 1 : HET VERLOOP VAN DE SOCIAALECONOMISCHE INDICATOREN EN DE CONJUNCTUUR IN WEST-VLAANDEREN 1 : ZONDER UITZONDERING NEGATIEVE EVOLUTIES VANAF HET VIERDE KWARTAAL VAN 28 VERKORTE VERSIE 1 Opmaak maart 29. Provinciehuis

Nadere informatie

Tweede kwartaal Conjunctuurenquête Nederland. Provincie Zeeland

Tweede kwartaal Conjunctuurenquête Nederland. Provincie Zeeland Tweede kwartaal 2013 Conjunctuurenquête Nederland Inhoud rapport COEN in het kort Economisch klimaat Omzet Export Personeelssterkte Investeringen Winstgevendheid Toelichting De Conjunctuurenquête Nederland

Nadere informatie

Groene kredieten stuwen hypotheekmarkt in 2011 naar ongekende hoogte

Groene kredieten stuwen hypotheekmarkt in 2011 naar ongekende hoogte Persbericht Groene kredieten stuwen hypotheekmarkt in 2011 naar ongekende hoogte Brussel, 7 februari 2012 De belangrijkste vaststellingen voor het volledige jaar 2011: De hypothecaire kredietverlening

Nadere informatie

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Licht herstel economie in derde kwartaal 2009

Centraal Bureau voor de Statistiek. Persbericht. Licht herstel economie in derde kwartaal 2009 Centraal Bureau voor de Statistiek Persbericht PB09-071 13 november 2009 9.30 uur Licht herstel economie in derde kwartaal 2009 Kwartaal op kwartaal 0,4 procent groei economie Krimp 3,7 procent in vergelijking

Nadere informatie

Hypothecair krediet: duurzame groei

Hypothecair krediet: duurzame groei Beroepsvereniging van het Krediet Persbericht Hypothecair krediet: duurzame groei Brussel, 6 mei 2011 In het eerste trimester van 2011 werden 24% meer hypothecaire kredieten verstrekt dan in het eerste

Nadere informatie

Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België

Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België Nationale Bank van België Conjunctuuronderzoekingen Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België April 215 15 5-5 -15 - -35 26 27 28 29 21 211 212 213 214 215 Afgevlakte seizoengezuiverde reeks

Nadere informatie

Belgische kredietmarkt is niet getekend door kredietschaarste

Belgische kredietmarkt is niet getekend door kredietschaarste Belgische kredietmarkt is niet getekend door kredietschaarste De Belgische banken hebben sinds de financiële crisis in 2007 nooit méér kredieten verleend dan eind maart 2012. Zowel particulieren, ondernemingen

Nadere informatie

Willemstad, mei Resultaten Conjunctuurenquête 2016

Willemstad, mei Resultaten Conjunctuurenquête 2016 Willemstad, mei 2017 Resultaten Conjunctuurenquête 2016 Inhoudsopgave Inleiding... 2 Methodologie... 3 Resultaten conjunctuurenquête... 5 1.1 Investeringsbelemmeringen en bevorderingen... 5 1.2 Concurrentiepositie...

Nadere informatie

Facts & Figures. over de lokale besturen n.a.v. de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018

Facts & Figures. over de lokale besturen n.a.v. de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 Facts & Figures over de lokale besturen n.a.v. de gemeenteraadsverkiezingen van 14 oktober 2018 Facts & figures De lokale overheden zijn een zeer belangrijke speler in ons land. De bevoegdheden die ze

Nadere informatie

Resultaten Conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2018

Resultaten Conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2018 Resultaten Conjunctuurenquête 1 e halfjaar 2018 Chris M. Jager Inleiding In juni en juli 2018 zijn in het kader van de conjunctuurenquête (CE) bijna 360 bedrijven benaderd. Doel van deze enquête is om

Nadere informatie

Driemaandelijkse beslissing van de Nationale Bank van België inzake het contracyclische bufferpercentage voor 2019K3: 0,5%

Driemaandelijkse beslissing van de Nationale Bank van België inzake het contracyclische bufferpercentage voor 2019K3: 0,5% Driemaandelijkse beslissing van de Nationale Bank van België inzake het contracyclische bufferpercentage voor 2019K3: 0,5% Krachtens artikel 5, 2 van Bijlage IV van de Bankwet heeft de Nationale Bank van

Nadere informatie

Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België

Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België Nationale Bank van België Conjunctuuronderzoekingen Conjunctuurbarometer van de Nationale Bank van België September 217 1 - -1-2 -3 27 28 29 21 211 212 213 214 21 216 217 Afgevlakte seizoengezuiverde reeks

Nadere informatie

notarisbarometer 101,6 99, ,2 99,8 94,1 Belgisch vastgoed zet de economische crisis een hak

notarisbarometer 101,6 99, ,2 99,8 94,1 Belgisch vastgoed zet de economische crisis een hak notarisbarometer Vastgoed, vennootschappen, familie www.notaris.be A B C D E n 11 Oktober - december Trimester 4 - Vastgoedactiviteit in België Prijsevolutie Registratierechten Vennootschappen De familie

Nadere informatie