Het inschrijvingsrecht in het gewoon secundair onderwijs

Maat: px
Weergave met pagina beginnen:

Download "Het inschrijvingsrecht in het gewoon secundair onderwijs"

Transcriptie

1 Guimardstraat BRUSSEL MEDEDELING Referentienummer: MLER_056 Datum: Gewijzigd: - Contact: Dienst Lerenden lieselot.vantuyckom@katholiekonderwijs.vlaanderen , chris.wyns@katholiekonderwijs.vlaanderen Het inschrijvingsrecht in het gewoon secundair onderwijs 1 Inleiding De inschrijving Verplicht model Inhoud Vervaldatum van het register Niet nodig Wel mogelijk en zeer nuttig: formele herbevestiging Wat als het schoolreglement en/of opvoedingsproject wijzigt? Wat met dubbele inschrijvingen? Verplicht in het 1 ste leerjaar van de eerste graad voor scholen gelegen in een LOP-regio Methode van dubbele contingentering Verplichte voorrang voor broers en zussen Verplichte voorrang voor kinderen van personeelsleden Verplichte voorrang voor Nederlandskundige leerlingen in Brussel Voorrang voor campusleerlingen bij overgang van het basis- naar het secundair onderwijs Voorrang voor (n)ind Algemene principes MLER_056 1 van 42

2 2.10.1Weigeringsgronden Mededeling van weigering Aanmeldingsprocedures Enkel in het 1 ste leerjaar van de eerste graad Vrijwilligheid en lokale consensus Goedkeuring door de Commissie inzake Leerlingenrechten De Commissie inzake Leerlingenrechten (CLR) Het lokale overlegplatform (LOP) Overzicht van de verplichte decretale opdrachten van het LOP Lokale opdrachten Bijkomende opdrachten vanuit de Vlaamse Regering Bemiddeling door het LOP van 42 MLER_056

3 1 Inleiding 1.1 Aan de basis van het nieuwe inschrijvingsrecht In 2002 tekende de Vlaamse overheid een beleid uit dat gelijke onderwijskansen beoogt voor alle leerlingen. De pijlers van dit beleid werden verankerd in het decreet van 28 juni 2002 betreffende gelijke onderwijskansen-i 1. Evenzo stipuleerde dit decreet een recht op inschrijving, integreerde het ondersteuningsaanbod voor doelgroepleerlingen, en installeerde het de lokale overlegplatforms en de Commissie inzake Leerlingenrechten. Sinds 1 september 2012 is een hervormd inschrijvingsrecht van kracht. Reden voor dit nieuw inschrijvingsrecht is onder meer te vinden in de nood aan een decretaal kader voor de aanmeldingsprocedures. Deze procedures die wachtrijen en dubbele inschrijvingen beogen te vermijden, werden immers nog steeds op experimentele basis toegepast. Tegelijk spoorden enkele actuele capaciteitsproblemen de wetgever aan om het bestaande inschrijvingsrecht te hervormen. De uitgangspunten van het GOK-decreet worden door de nieuwe regelgeving uitgebreid. Naast het realiseren van optimale leer- en ontwikkelingskansen voor alle leerlingen, het vermijden van uitsluiting, segregatie en discriminatie en het bevorderen van de sociale cohesie, wordt nu ook beoogd de sociale mix in scholen te bevorderen. Eveneens tracht het de gelijke onderwijs- en inschrijvingskansen van Nederlandstaligen in Brussel-Hoofdstad te beschermen en het Nederlandstalige karakter van het door de Vlaamse Gemeenschap gefinancierd of gesubsidieerd onderwijs te behouden. Samen met het realiseren van deze verruimde uitgangspunten is ook het verhogen van transparantie een drijfveer voor de hervorming van het inschrijvingsrecht. Het vernieuwde inschrijvingsrecht werd in het eerste jaar van implementatie geëvalueerd door het Departement Onderwijs en Vorming, met de focus op de ervaringen van het werkveld. Die wees op enkele ernstige toepassingsproblemen in de praktijk. Met ODXXIV 2 werden de meest prangende knelpunten bijgestuurd. Op lange termijn zal het inschrijvingsrecht m.i.v. de uitgangspunten, doelstellingen en effecten ook ten gronde geëvalueerd worden. In het Regeerakkoord van de Vlaamse Regering voor kondigt zich alvast een nieuwe en eenvoudige regeling voor schoolinschrijvingen aan met een maximale keuzevrijheid voor de leerlingen en hun ouders. 1 > rubrieken > officieuze codificatie van de wetgeving > niveauoverschrijdend deel > gelijke onderwijskansen 2 Onderwijsdecreet XXIV van 25 april 2014 (afgekort: OD XXIV) > decretenbundel > 2014 MLER_056 3 van 42

4 1.2 Wetgevend kader De regelgeving over het inschrijvingsrecht is opgenomen in: het decreet van 28 juni 2002 betreffende gelijke onderwijskansen-i (hierna verkort: GOK-decreet) 3 het besluit van de Vlaamse Regering van 17 december 2010 houdende de codificatie betreffende het secundair onderwijs (hierna verkort: Codex S.O.) 4, artikelen 110/1 tot en met 110/27 5 de ministeriële omzendbrief SO/2005/07 van 25 juni 2008 over Het gelijke onderwijskansenbeleid voor het secundair onderwijs 6 de ministeriële omzendbrief SO/2012/01 van 5 juni 2012 over Inschrijvingsrecht en aanmeldingsprocedures in het secundair onderwijs 7 de ministeriële omzendbrief SO/2012/03 van 20 december 2012 over Inschrijvingsregister secundair onderwijs Toepassingsgebied Het inschrijvingsrecht is van toepassing op het leerplichtonderwijs, meer bepaald het basisonderwijs en het voltijds en deeltijds, gewoon en buitengewoon secundair onderwijs. Ook de Se-n-Seopleidingen vallen dus binnen de scope van de inschrijvingsbepalingen. Het hoger beroepsonderwijs (HBO Verpleegkunde) wordt niet gevat door de regels van het inschrijvingsrecht die in deze Mededeling worden besproken. Toch betekent dit niet dat de inschrijving van een cursist hier zomaar geweigerd kan worden. Het is immers de redelijkheid zelve dat ook een inschrijving van een cursist in HBO5 niet willekeurig of op discriminerende gronden geweigerd wordt. Deze tekst behandelt het inschrijvingsrecht voor het gewoon voltijds en deeltijds secundair onderwijs. De toepassing van het inschrijvingsrecht in het buitengewoon onderwijs komt hier niet aan bod gelet op de specificiteit en eigenheid ervan. 1.4 Leeswijzer Deze mededeling wil meer toelichting geven bij de regelgeving m.b.t. inschrijvingen van leerlingen. Ze heeft niet tot doel een waardering uit te spreken over de reglementering. Evenmin wil 3 (idem) 4 > rubrieken > officieuze codificatie van de wetgeving > secundair onderwijs > codex 5 Ingevoegd door het decreet van 25 november 2011 betreffende het inschrijvingsrecht (hierna verkort: Decreet Inschrijvingsrecht) BS 23 februari 2011, zoals gewijzigd door het decreet van 8 juni 2012 houdende technische en praktische aanpassingen aan het decreet betreffende het inschrijvingsrecht (hierna verkort: Wijzigingsdecreet Inschrijvingsrecht), BS 23 juli > rubrieken > coördinatie van de omzendbrieven > secundair onderwijs > instellingen en leerlingen > gelijke onderwijskansen 7 > rubrieken > coördinatie van de omzendbrieven > secundair onderwijs > instellingen en leerlingen > gelijke onderwijskansen 8 > rubrieken > coördinatie van de omzendbrieven > secundair onderwijs > instellingen en leerlingen > gelijke onderwijskansen 4 van 42 MLER_056

5 de tekst het knelpunt aankaarten dat inschrijvingsmomenten door stringente procedures meer en meer onder druk komen te staan, en dreigen verengd te worden tot een louter administratief gebeuren. Hierop gaat de mededeling van 16 juni 2010 over De inschrijving, sleutelmoment voor een optimale start (M-VVKSO ) dieper in. Met de goedkeuring van het Vlaamse gelijkekansen- en gelijkebehandelingsdecreet in 2008 en de ratificering van het VN-verdrag inzake de rechten van personen met een handicap in 2009 heeft Vlaanderen zich geëngageerd om geleidelijk een inclusief onderwijssysteem te realiseren. Het M- decreet 9 is daarin een eerste stap. Deze regelgeving heeft uiteraard ook een invloed op het inschrijvingsrecht. Vooral dat aspect wordt in deze reglementaire Mededeling over inschrijvingen belicht. Een ruimer beeld wordt geschetst in: de mededeling van 16 januari 2014 Toelichting bij het decreet betreffende maatregelen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften (M-decreet) (M-VVKSO ); en, de mededeling van 26 juni 2014 over Visie op universal design for learning (UDL) en redelijke aanpassingen (M-VVKSO ). Van meet af aan wijzen wij op de vaak wezenlijke verschillen tussen scholen gelegen in het werkingsgebied van een LOP 10 m.i.v. scholen gelegen in Brussel-Hoofdstad, en deze die niet tot een LOP-regio behoren. Tevens maakt de regelgever een duidelijk onderscheid tussen het 1 ste leerjaar van de eerste graad enerzijds en het 2 de leerjaar van de eerste graad, de tweede en derde graad samen met het deeltijds beroepssecundair onderwijs anderzijds. Naast een beschrijving van de algemene principes duiden we in de tekst ook steeds op deze verschillen. We refereren hiervoor meteen ook aan de bijlagen die deze concrete scenario s schematisch in kaart brengen. 2 De inschrijving 2.1 Recht op inschrijving in de school en vestigingsplaats van keuze Het inschrijvingsrecht gaat uit van het principe van een versterkt recht op inschrijving. Elke leerling heeft principieel recht op een inschrijving in de school en de vestigingsplaats waarvoor hij gekozen heeft rekening houdend met het aanwezige onderwijsaanbod. Een inschrijving wordt genomen na de ondertekening voor akkoord van de ouders of de meerderjarige leerling zelf 11, met het pedagogisch project en schoolreglement. Ook wanneer dit gebeurt tijdens het voorafgaande schooljaar, gaat het om een volwaardige inschrijving. In voorkomend geval moet de leerling op de dag van de effectieve instap 12 wel aan de toelatingsvoorwaarden voldoen 13. Zo niet, dan wordt de inschrijving geannuleerd. 9 Decreet van 21 maart 2014 betreffende maatregelen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften (hierna verkort: M-decreet) ingevoegd in de Codex S.O. (idem) 10 LOP-regio = regio waarin door de Vlaamse regering een lokaal overlegplatform (LOP) is opgericht. 11 Ouders = de personen die het ouderlijk gezag uitoefenen of in rechte of in feite de leerling onder hun bewaring hebben. In het geval de leerling meerderjarig is, wordt onder dit begrip de meerderjarige leerling verstaan. 12 In de meeste gevallen zal deze effectieve instap samenvallen met de eerste schooldag van september. 13 Codex S.O., art. 110/8, 1, tweede lid (idem) MLER_056 5 van 42

6 De inschrijving gebeurt steeds op basis van het vigerend schoolreglement. Indien de inschrijving gebeurt tijdens het voorafgaande schooljaar, dan moeten de ouders of de meerderjarige leerling akkoord gaan met het schoolreglement van dat schooljaar (zie punt 2.7.3). Een inschrijving kan in de regel ook via een volmacht gebeuren. Hoewel dit niet uitdrukkelijk voorzien is in de onderwijsregelgeving, is een inschrijving bij volmacht vanuit juridisch oogpunt wel mogelijk. Een volmacht moet gesitueerd worden in de rechtsfiguur van de lastgeving (art t.e.m van het Burgerlijk Wetboek). Lastgeving of mandaat heet het contract waarbij een persoon (lastgever) een ander (lasthebber) belast met het verrichten van een rechtshandeling voor zijn rekening en in zijn naam. M.a.w. de lasthebber vertegenwoordigt de lastgever. Haast alle rechtshandelingen, zelfs buiten het vermogensrecht, zijn voor vertegenwoordiging vatbaar. Enkel het huwelijk, het testament en de persoonlijke verschijning in rechte waar de rechter of de wet die opleggen, vallen buiten het toepassingsgebied. 14 Over de vraag of een school een inschrijving bij volmacht moet aanvaarden, bestaat er juridisch geen eensgezindheid. Na afweging van de verschillende argumenten gaat Katholiek Onderwijs Vlaanderen er van uit dat de inschrijving met een volmacht door een school in elk geval beperkt kan worden. Een geheel verbod op inschrijving bij volmacht is volgens het Katholiek Onderwijs Vlaanderen echter niet wenselijk. Dit zou onredelijk zijn t.a.v. ouders die om gegronde redenen (bv. ziekte, buitenlandse werkverplichtingen ) niet in de mogelijkheid zijn om fysiek in de wachtrij te staan. Anderzijds lijkt een onbeperkte volmachtgeving moeilijk verzoenbaar met de geest van het inschrijvingsrecht. Inschrijvingen gebeuren immers chronologisch (zie verder punt 2.9). Een onbeperkte volmachtgeving zou dit principe kunnen verstoren en verwarring creëren bij de andere ouders in de wachtrij, met alle gevolgen van dien. Katholiek Onderwijs Vlaanderen raadt daarom aan de volmacht te beperken tot maximum één volmacht per kind, tenzij voor kinderen van dezelfde leefentiteit. Een schriftelijke volmacht (ondertekend en gedateerd) is daarbij aangewezen. Hierin zou ook minstens de identiteiten van de betrokkenen moeten zijn vermeld; de reikwijdte van het mandaat duidelijk omschreven moeten zijn als een volmacht tot inschrijving waaruit uitdrukkelijk blijkt dat de ouders op geïnformeerde wijze akkoord gaan met het schoolreglement en het pedagogisch project. Deze regeling zou tevens vóór de start van de inschrijvingen gekend moeten zijn door alle belanghebbenden (leerlingen, ouders, CLB, andere scholen, intermediairs 15, ) volgens de geëigende kanalen, bv. via de schoolwebsite of via aanplakking aan de schoolpoort. De inschrijving van een leerling geldt voor de duur van zijn hele schoolloopbaan in de school ( = de verworven inschrijving, zie verder punt ); ook ingeval een deel van 14 R., Dekkers, A. Verbeke, Handboek burgerlijk recht. Deel III, Intersentia, Antwerpen, 2007, p Bv. vertegenwoordigers van verenigingen waar armen het woord nemen, vertegenwoordigers van de etnischculturele minderheden, integratiecentra, samenlevingsopbouw, 6 van 42 MLER_056

7 een school wordt afgesplitst en ondergebracht in een nieuwe school van hetzelfde schoolbestuur, moet de verworven inschrijving van de betrokken leerlingen gegarandeerd blijven. Het recht op inschrijving is in eerste instantie gebonden aan het begrip school, d.w.z. aan een autonome entiteit die voltijds gewoon of buitengewoon secundair onderwijs organiseert en die door de Vlaamse Gemeenschap wordt erkend, gefinancierd of gesubsidieerd en daartoe aan de hand van een uniek nummer wordt geïdentificeerd. 16 Het feit dat het inschrijvingsrecht gekoppeld is aan een school met één uniek schoolnummer, kan voor problemen zorgen voor de organisatie van inschrijvingen in verschillende scholen die georganiseerd worden door eenzelfde schoolbestuur en zich profileren als één geheel 17. Personeelsleden, ouders, leerlingen e.a. zien de afzonderlijke scholen immers vaak als één school. Van de koppeling van het inschrijvingsrecht aan een schoolnummer kan daarom worden afgeweken voor die scholen van hetzelfde schoolbestuur waarvan één of meerdere vestigingsplaatsen gelegen zijn op een campus, d.i. gelegen zijn binnen eenzelfde of aaneensluitende kadastrale percelen of gescheiden zijn door maximaal twee kadastrale percelen of door een weg 18. In voorkomend geval kan het schoolbestuur ervoor opteren om voor de toepassing van het inschrijvingsrecht (capaciteit bepalen/ volzet verklaren, inschrijvingsregister, weigeringsformulier: zie verder) en voor een eventuele aanmeldingsprocedure (zie verder punt 3), de verschillende vestigingsplaatsen van de betrokken scholen die gelegen zijn op de campus (dus niet de eventuele vestigingsplaatsen die verder gelegen zijn) als één school te beschouwen. Dit is het zogenaamde campusprincipe. Eén van de mogelijke voordelen hierbij is dat een schoolbestuur geen formele inschrijving hoeft te vragen bij de overgang van leerlingen tussen zijn campusscholen. M.a.w. men kan ervoor kiezen om de inschrijvingen tussen de betrokken scholen te laten doorlopen. Bij deze mogelijkheid worden, i.t.t. de andere bepalingen van het inschrijvingsrecht, bovendien wel alle vestigingsplaatsen van de campusscholen in het verhaal betrokken. Anders gezegd: de inschrijvingen lopen ook door naar de vestigingsplaatsen die niet gelegen zijn op de campus, en omgekeerd. Dit principe dat de inschrijvingen tussen de campusscholen doorlopen, zal ook van tel zijn bij het voorrangsrecht voor broers en zussen (punt 2.9.1) en voor kinderen van het personeel (punt 2.7.2) en bij het recht van scholen om leerlingen te weigeren die in de loop van het lopende, het vorige of het daaraan voorafgaande schooljaar na een tuchtprocedure definitief werden uitgesloten (punt ). 16 Codex S.O., art. 3, punt 38 (idem) 17 Zie ook de Mededeling van 9 mei 2013 over Verschillende secundaire scholen op eenzelfde campus: consequenties (M-VVKSO ) 18 Codex S.O., art. 110/1, 4 (idem) Ministeriële omzendbrief SO/2012/01 van 5 juni 2012, punt 3 (idem) MLER_056 7 van 42

8 Dit principe kan evenwel niet onderling worden toegepast tussen scholen voor gewoon onderwijs en scholen voor buitengewoon onderwijs. Een inschrijving in een school voor buitengewoon onderwijs kan m.a.w. niet automatisch doorlopen in de school voor gewoon onderwijs op de campus of omgekeerd. Let wel: Bovenstaande mogelijkheden zijn niet automatisch van toepassing. Wil een schoolbestuur ze toepassen, dan moet het campusbegrip worden opgenomen in het schoolreglement. 2.2 Capaciteit bepalen Capaciteit is het totaal aantal plaatsen dat een schoolbestuur als maximum ziet. Capaciteit is dus geen synoniem voor het aantal vrije plaatsen (zie punt 2.3) in een school of op een bepaald niveau, maar slaat op alle plaatsen in die school of op dat niveau. Algemeen principe is dat alleen voor het 1 ste leerjaar van de eerste graad van het voltijds secundair onderwijs een maximumcapaciteit moet worden bepaald. Voor het 2 de leerjaar en de hogere leerjaren geldt deze verplichting dus niet (zie verder punt 2.4). Uitzonderingen hierop zijn de scholen en centra gelegen in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad. Dat de plicht om capaciteit te bepalen hier strenger is, heeft te maken met het voorrangsrecht van Nederlandskundige leerlingen (zie verder punt 2.9.3). De capaciteit moet in elk geval vóór de start van de inschrijvingen vastliggen. Tevens moet ze dan worden meegedeeld aan alle belanghebbenden (leerlingen, ouders, CLB, andere scholen, intermediairs 20, ) en in voorkomend geval aan het LOP. Deze communicatie zal alleszins verlopen via de geëigende communicatiekanalen (bv. de schoolwebsite, een folder e.d.). Eventueel kunnen scholen ook gebruik maken van de netwerken en communicatiekanalen van lokale partners De regelgeving legt niet vast op basis waarvan (bv. veiligheidsoverwegingen, materiële omstandigheden, pedagogisch comfort) capaciteit moet worden bepaald. Een schoolbestuur kan dus volledig autonoom quota vastleggen. Ook beslist het schoolbestuur autonoom op welk niveau deze maximumcapaciteit wordt vastgelegd: in gans Vlaanderen voor het 1 ste leerjaar van de eerste graad per school of vestigingsplaats (of campus indien van toepassing) op het niveau van het 1 ste leerjaar A en het 1 ste leerjaar B afzonderlijk of op het niveau van het volledige 1 ste leerjaar; in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad voor het 2 de leerjaar van de eerste graad en voor de andere graden op het niveau van de school of vestigingsplaats (of campus indien van toepassing) of van een structuuronderdeel of van een combinatie van twee of meerdere structuuronderdelen of van de combinatie van twee of meerdere van voormelde niveaus. in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad in het deeltijds beroepssecundair onderwijs op het niveau van het centrum of vestigingsplaats (of campus indien van toepassing) of van de opleiding of van een combinatie van twee of meerdere opleidingen of van de combinatie van twee of meerdere van voormelde niveaus. 19 Codex S.O., art. 110/9, 1, 2 en 3 (idem) 20 Bv. vertegenwoordigers van verenigingen waar armen het woord nemen, vertegenwoordigers van de etnischculturele minderheden, integratiecentra, samenlevingsopbouw 8 van 42 MLER_056

9 Een structuuronderdeel moet worden begrepen als een onderverdeling in het onderwijsaanbod dat gefinancierd of gesubsidieerd kan worden 21. Aan een structuuronderdeel is steeds een administratieve groep gekoppeld 22. Hoewel de schoolraad ter zake geen decretale bevoegdheid heeft, zou het bij principiële keuzes wel goed zijn er een draagvlak te zoeken voor de gehanteerde criteria. Om praktische redenen geeft het schoolbestuur voor het vastleggen van eventuele quota best een schriftelijk mandaat aan de directeur Indien het schoolbestuur na de start van de inschrijving de vastgelegde capaciteit wenst te verhogen, dan is dat mogelijk. Omdat het verhogen van de capaciteit gevolgen kan hebben voor andere scholen (bv. ouders die door de verhoogde capaciteit hun keuze veranderen), moet deze verhoging binnen een LOP-regio worden goedgekeurd door het LOP. Buiten het LOP moet het betrokken schoolbestuur binnen zijn gemeente de schoolbesturen van de andere scholen louter in kennis stellen van deze verhoging. Na de verhoging zal de school rekening moeten houden met de volgorde van de niet-gerealiseerde inschrijvingen die opgelijst werden in het inschrijvingsregister (zie punt 2.6) en eventueel met de dubbele contingentering (zie punt 2.8) Eens de capaciteit is vastgelegd, mag ze niet meer worden verlaagd. De capaciteit kan wel elk schooljaar opnieuw worden bekeken. Een bepaalde capaciteit voor een nieuw schooljaar kan dus lager liggen dan deze van het voorafgaande schooljaar. Uiteraard kan deze aanpassing geen afbreuk doen aan het recht van de gegarandeerde schoolloopbaan (zie punt ). Anders gezegd: leerlingen die reeds op school les volgen, moeten steeds een plaats blijven hebben. Soms kan dat dan betekenen dat een school zich gedwongen weet om in overcapaciteit te gaan. 2.3 Vrije plaatsen Niet alle plaatsen zullen op het inschrijvingsmoment nog vrij zijn. Capaciteit is, zoals eerder aangegeven, het totaal aantal plaatsen dat een schoolbestuur als maximum ziet. Een deel van die plaatsen zal evenwel al ingenomen zijn door leerlingen die reeds op 21 Codex S.O., art. 3, 42 (idem) 22 Ministeriële omzendbrief SO 37 van 1 september 1994 betreffende Secundair onderwijs - administratieve groepen >rubrieken > coördinatie van de omzendbrieven > secundair onderwijs > instellingen en leerlingen > structuur en lessentabellen Ministeriële omzendbrief SO/2008/08 van 8 augustus 2008 betreffende Stelsel van leren en werken, punt 5 >rubrieken > coördinatie van de omzendbrieven > secundair onderwijs > instellingen en leerlingen > Leren en werken 23 Mededeling van 23 februari 2004 over Vereniging zonder winstoogmerk, punt 6.4. (M-VVKSO ) MLER_056 9 van 42

10 school les volgen. Het aantal plaatsen waarvoor kan worden ingeschreven, ligt dus lager dan het totale aantal plaatsen die er in een school of op een bepaald niveau zijn Wanneer alleen de volledige capaciteit wordt meegedeeld, kan dit een vertekend beeld geven. Bij de leerlingen en hun ouders kan er dan verwarring ontstaan over hun kans op inschrijving. Om dat te voorkomen, vraagt de decreetgever om op een aantal sleutelmomenten het aantal effectieve vrije plaatsen per vastgelegde capaciteit te communiceren aan alle belanghebbenden, en in voorkomend geval ook aan het LOP. De communicatieplicht geldt enkel voor het 1 ste leerjaar van de eerste graad! Het is dus niet verplicht vrije plaatsen op andere niveaus te communiceren. Over vrije plaatsen in het 1 ste leerjaar van de eerste graad mag te allen tijde gecommuniceerd worden, maar moet minstens gecommuniceerd worden op de volgende momenten: vóór de start van de inschrijvingen (dus ook vóór de voorrangsperiodes, en indien van toepassing per contingent; zie verder punten 2.9 en 2.9.5); daarna indien van toepassing: voor scholen in Brussel: vóór de start van de voorrangsperiode voor Nederlandskundige leerlingen per contingent indicator- / niet-indicatorleerlingen (zie verder punten en 2.9.5); voor scholen gelegen in een LOP-gebied en voor aanmeldende scholen (zie verder punt 3): vóór de start van de voorrangsperiode voor indicator- en niet-indicatorleerlingen per contingent (zie verder punten 2.9.5); voor scholen die de inschrijvingen laten voorafgaan door aanmeldingen (zie verder punt 3): vóór de start van de betreffende aanmeldingsperiode. vóór de start van de vrije inschrijvingsperiode (dus na de voorrangsperiodes, zie verder punt 2.9.6) Het aantal vrije plaatsen kan worden berekend door de capaciteit te verminderen met het aantal leerlingen van wie verwacht wordt dat ze het 1 ste leerjaar zullen overzitten én met het aantal leerlingen die in de voorgaande voorrangsperiodes reeds werden ingeschreven (zie verder punt 2.9). Hoeveel leerlingen het 1 ste leerjaar van de eerste graad zullen overzitten, zal sowieso een inschatting zijn. Schat een school dit aantal te hoog in, dan zullen er extra plaatsen vrijkomen. Eventuele niet-gerealiseerde inschrijvingen zullen dan toch gerealiseerd kunnen worden (met respect voor de chronologie in het inschrijvingsregister; zie verder punt 0). Schat een school het aantal te laag in, dan zullen de overzitters in elk geval, op basis van de verworven inschrijving (zie punt 2.1.1), een plaats moeten krijgen. Indien in dat laatste geval de capaciteit zou zijn bereikt, dan kan een school niet anders dan in overtal (=gedwongen overcapaciteit) te gaan. In een 1 ste leerjaar van de eerste graad zal het aantal overzitters wellicht echter niet zo groot zijn, zodat er zich hierrond geen grote problemen zouden mogen voordoen. 10 van 42 MLER_056

11 2.4 Volzet verklaren Vanaf het 2 de leerjaar van de eerste graad alsook voor het deeltijds beroepsonderwijs is het vastleggen van de capaciteit vóór de start van de inschrijvingen een bijna onmogelijke opdracht. Dergelijke opdracht botst immers met de praktische organisatie van secundaire scholen en centra. Deze verplichting geldt hier dus niet (zij het wel voor de scholen en centra gelegen in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad omdat daar voorrang van inschrijving moet worden gegeven aan Nederlandskundige leerlingen (zie punt 2.9.3); deze scholen en centra staan dus voor een zeer moeilijke opdracht). Niettemin kunnen er zich ook hier capaciteitsproblemen voordoen. Rekening houdend met de nood aan flexibiliteit, maakt de regelgeving het mogelijk om capaciteit in te roepen op het moment dat een school- of centrumbestuur op een bepaald niveau in het 2 de leerjaar van de eerste graad of hoger een, voor hem, maximumaantal leerlingen heeft ingeschreven. In dat geval wordt er een stop gezet op de verdere inschrijvingen. Men spreekt dan van volzet verklaren. Eens een niveau volzet verklaard is, wordt elke bijkomende vraag tot inschrijving geweigerd. Dit principe moet consequent worden toegepast. Uiteraard kan ook nooit worden volzet verklaard naar aanleiding van een concrete vraag tot inschrijving; om een welbepaalde leerling te kunnen weigeren (zie ook verder punt 2.10). Indien de capaciteit van een reeds volzet verklaard niveau om een of andere reden verhoogt, kan een volzetverklaring worden opgeheven (cf. capaciteit verhogen punt 2.2.3). Wordt het nieuwe maximum daarna bereikt, dan kan opnieuw voor dat niveau volzet worden verklaard Volzet verklaren kan op de volgende niveaus: van de school/ het centrum of de vestigingsplaats (of de campus indien van toepassing), of van een structuuronderdeel (d.i. een opleiding voor het deeltijds beroepssecundair onderwijs), of van een combinatie van twee of meerdere structuuronderdelen (opleidingen), of van de combinatie van twee of meerdere van voormelde niveaus Alvorens scholen of centra inschrijvingen kunnen weigeren wegens vol, moet de volzetverklaring gecommuniceerd worden. Voor scholen en centra gelegen in een LOP-gebied, moet de volzetverklaring gemeld worden aan het LOP in overeenstemming met eventuele afspraken die hierover zijn gemaakt. Voor scholen of centra gelegen buiten een LOP-gebied, moet die melding gebeuren aan de school- of centrumbesturen van de scholen of centra gelegen in dezelfde gemeente. Een melding van volzetverklaring moet minstens de volgende gegevens bevatten: het niveau dat volzet verklaard wordt; de datum en het uur waarop de volzetverklaring plaatsvindt; het aantal ingeschreven leerlingen in het betreffende niveau op moment van de volzetverklaring. MLER_ van 42

12 Ook de eventuele opheffing van een volzetverklaring moet worden gemeld volgens bovenvermelde principes. 2.5 Start van de inschrijving 24 Als algemene regel geldt dat inschrijvingen voor een bepaald schooljaar ten vroegste starten: op de eerste schooldag van maart van het voorafgaande schooljaar voor het 1 ste leerjaar van de eerste graad van het gewoon secundair onderwijs, op de eerste schooldag na de paasvakantie van het voorafgaande schooljaar voor het 2 de leerjaar van de eerste graad, de andere graden van het gewoon secundair onderwijs en het deeltijds beroepssecundair onderwijs. Bij uitzondering kunnen scholen voor het 1 ste leerjaar van de eerste graad van voormelde principiele startdatum afwijken, en de inschrijvingen vervroegd starten vanaf de eerste schooldag na de kerstvakantie op voorwaarde dat geen enkele leerling zal worden geweigerd op basis van capaciteit (zie punt ). Een schoolbestuur moet de start van de inschrijvingen vooraf aankondigen aan alle belanghebbenden via de geëigende communicatiekanalen. Ingeval een schoolbestuur deel uitmaakt van een LOP, moet dit alleszins bekend worden gemaakt via het LOP. 2.6 Inschrijvingsregister Verplicht model Scholen zijn verplicht om indien van toepassing per vestigingsplaats voor elk niveau waarop zij een welbepaalde capaciteit hebben vastgelegd, per schooljaar een inschrijvingsregister voor nieuwe leerlingen bij te houden. Een dergelijk register moet ook, na volzetverklaring van bepaalde niveaus, voor die niveaus worden bijgehouden. Scholen moeten hiervoor een verplicht model gebruiken 26. Het model geeft aan welke gegevens minimaal moeten worden bijgehouden. De lay-out van het model is dus vrij aan te passen. Overigens kan een school er ook voor kiezen om de elektronisch versie van het inschrijvingsregister te gebruiken die ingebouwd werd in de schoolsoftwarepakketten, en die conform de regelgeving zou moeten zijn. Hoe deze verplichte modellen zich verhouden tot de schooleigen inschrijvingsformulieren, komt aan bod in de Mededeling van 16 juni 2010 over De inschrijving, sleutelmoment voor een optimale start (M-VVKSO ). Het verloop van de inschrijvingen moet steeds kunnen worden gereconstrueerd aan de hand van het inschrijvingsregister. Elke wijziging aan het statuut van een inschrijving (bv. een gerealiseerde 24 Codex S.O., art. 110/1, 2 (idem) 25 Codex S.O., art. 110/12 (idem) 26 Ministeriële omzendbrief SO/2012/03 van 20 december 2012 (idem) met 8 bijlagen. Relevant voor het gewoon secundair onderwijs zijn de eerste drie modellen respectievelijk voor het 1 ste leerjaar, voor het 1 ste leerjaar waar de methode van dubbele contingentering (zie punt 2.8) wordt toegepast, en voor het 2 de leerjaar van de eerste graad en de andere graden, én de modellen bijgevoegd als bijlagen 6 en 7 voor het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad, respectievelijk voor het 1 ste leerjaar van de eerste graad, en voor het 2 de leerjaar van de eerste graad en de andere graden. 12 van 42 MLER_056

13 inschrijving wordt omgezet in een inschrijving onder ontbindende voorwaarde omdat er een verslag blijkt te zijn dat toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs 27 ; zie punt ) moet accuraat worden bijgehouden. Het verloop van de gerealiseerde en niet-gerealiseerde inschrijvingen kan via het inschrijvingsregister onderworpen worden aan een controle door het AgODi. Ook de Commissie inzake Leerlingenrechten kan dit register gebruiken om naar aanleiding van een klacht zicht te krijgen op het inschrijvingsverloop Inhoud Elk inschrijvingsregister bestaat uit drie delen Deel I: Capaciteitenblad Op het capaciteitenblad noteert de school de capaciteiten die ze voor het 1 ste leerjaar van de eerste graad vóór de start van de inschrijvingsperiode heeft vastgelegd (zie punt 2.2). In Brussel- Hoofdstad moet dit ook voor de niveaus waarop capaciteit is bepaald in het 2 de leerjaar van de eerste graad en de andere graden en voor het deeltijds beroepssecundair onderwijs. Voor het 2 de leerjaar van de eerste graad en hoger alsook voor het deeltijds beroepssecundair onderwijs (m.u.v. de scholen en centra in Brussel-Hoofdstad) moet worden genoteerd welke niveaus volzet verklaard zijn. Aandachtspunten Opgelet! De capaciteit is niet gelijk aan het aantal vrije plaatsen maar slaat op alle plaatsen. Capaciteit wordt in principe vastgelegd per school (dus per uniek schoolnummer) en indien van toepassing per vestigingsplaats. Campussen kunnen van dit principe afwijken, en het inschrijvingsregister schooloverstijgend invullen (zie punt 2.1.3). Vermits in het 1 ste leerjaar van de eerste graad (of in Brussel-Hoofdstad ook voor andere niveaus) de capaciteit(en) vóór de start van de inschrijvingen moet(en) zijn vastgelegd, zal de datum van opmaak van het capaciteitenblad zich ook vóór de start van de inschrijvingen moeten situeren. Bij een capaciteitsverhoging moet een nieuw capaciteitenblad worden opgemaakt. Alle versies van het capaciteitenblad moeten worden bijgehouden. Specifiek voor Brussel-Hoofdstad moet bij elke capaciteit een inschatting worden gemaakt van het aantal plaatsen die door de eigen leerlingen (dit zijn de reeds ingeschreven leerlingen of ook wel zittende leerlingen genoemd) op basis van de verworven inschrijving (zie punt 2.7) zullen worden ingenomen Deel II: Leerlingenfiche De school moet via individuele leerlingenfiches een minimaal aantal gegevens bijhouden van de nieuwe leerlingen. Op deze fiches moet ook het schriftelijk akkoord van de ouders met het pedagogisch project en het schoolreglement worden geacteerd. Een kopie van deze fiche kan worden meegegeven met de ouder als bewijs van inschrijving maar dat is niet verplicht. 27 Als we het in deze tekst hebben over het verslag dan bedoelen we daarmee steeds het verslag dat toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs. MLER_ van 42

14 Bij het noteren van de inschrijving wordt een onderscheid gemaakt tussen een gerealiseerde, gerealiseerde onder ontbindende voorwaarde, uitgestelde en niet-gerealiseerde inschrijving: een inschrijving is gerealiseerd wanneer: de ouders schriftelijk akkoord gaan met het pedagogisch project en het schoolreglement, én er geen decretaal toegestane redenen tot weigering (zie verder punt 2.10) van toepassing zijn; een inschrijving is gerealiseerd onder ontbindende voorwaarde wanneer: de ouders schriftelijk akkoord gaan met het pedagogisch project en het schoolreglement, én de betrokken leerling in het bezit is van een verslag dat toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs (zie verder punt ); een inschrijving is uitgesteld wanneer: de ouders schriftelijk akkoord gaan met het pedagogisch project en het schoolreglement, maar het contingent (n)ind waartoe de leerling behoort (zie punt 2.8), vol is; een uitschrijving wordt niet gerealiseerd wanneer de school één van de decretaal voorziene redenen van weigering inroept. Aandachtspunten Ingeval het statuut van de inschrijving wijzigt (bv. een gerealiseerde inschrijving wordt omgezet in een inschrijving onder ontbindende voorwaarde), moet dit worden aangeduid op de leerlingenfiche (of in het opmerkingenveld op het registerblad (zie punt )). Scholen die de methode van dubbele contingentering (zie punt 2.8) toepassen, moeten aanduiden of een leerling al dan niet een indicatorleerling is. Op welke indicator(en) de betrokken leerling precies aantikt, moet op de leerlingenfiche niet verplicht worden vermeld. Toch is het logisch dit uitdrukkelijk te registreren omdat immers moet kunnen worden aangetoond of een leerling al dan niet een indicatorleerling is. De datum en het uur van de inschrijving moeten overeenstemmen met de datum en het uur waarmee de leerling wordt geregistreerd op het registerblad (zie punt 0). Vermits de lay-out van het model van leerlingenfiche niet bindend is, kan deze worden geïntegreerd in of aangehecht aan de schooleigen inschrijvingsfiche. Voorwaarde is wel dat alle verplichte gegevens worden opgenomen. Het is hoe dan ook aanbevelenswaardig eenzelfde fiche te gebruiken voor alle nieuwe inschrijvingen m.i.v. de inschrijvingen in een structuuronderdeel waarvoor geen capaciteit is vastgelegd en het gebruik van het model niet verplicht is. Ter ondersteuning biedt bijlage 4 een overzicht van de gegevens die minimaal via een leerlingenfiche moeten worden opgevraagd. Er is geen sprake van een inschrijving wanneer de ouders weigeren het opvoedingsproject en het schoolreglement voor akkoord te ondertekenen. In dit geval deelt de school best bij aangetekende brief aan de ouders mee dat de leerling als gevolg hiervan niet kan ingeschreven worden. Deze niet-inschrijving moet niet worden meegedeeld aan het LOP noch aan het AgODi, en moeten ook niet worden opgenomen in het inschrijvingsregister. 14 van 42 MLER_056

15 Deel III: Registerblad Voor elke capaciteit die is vastgelegd en voor elke volzetverklaring, moet een school een afzonderlijk registerblad opmaken. Op deze registerbladen worden alle gerealiseerde, indien van toepassing alle uitgestelde, en alle niet-gerealiseerde inschrijvingen chronologisch genoteerd met vermelding van datum en uur. Voor het 1 ste leerjaar van de eerste graad van het gewoon secundair onderwijs gebeurt dit in LOP-regio s tevens verplicht per contingent (n)ind (zie punt 2.8). Aandachtspunten Aan de inschrijvingen moet een volgnummer worden gegeven die de chronologie ervan weergeeft. Op basis van de methode van dubbele contingentering moeten leerlingen opgedeeld worden in de contingenten indicator-/niet-indicatorleerling. Aan de leerlingen wordt per contingent een volgnummer gegeven. Duidelijk is dat dit volgnummer (meestal) niet zal overeenstemmen met het volgnummer van de inschrijving. Deze leerlingen krijgen dus 2 volgnummers. Sommige scholen lieten ouders het registerblad ondertekenen als bewijs van de inschrijving van hun zoon/dochter. Deze werkwijze is niet mogelijk. De privacy van de andere leerlingen opgenomen in het registerblad, komt hiermee immers in het gedrang. Bovendien zal een elektronisch register een dergelijke werkwijze praktisch onmogelijk maken. De individuele leerlingenfiche geldt nu als bewijs van de inschrijving Vervaldatum van het register In een school die leerlingen heeft geweigerd wegens vol (zie verder punt ), kan het gebeuren dat er toch één of meer plaatsen open vallen (bv. omdat bepaalde leerlingen niet komen opdagen en uitgeschreven werden). Ook kunnen er plaatsen bij komen omdat de capaciteit wordt verhoogd of de volzetverklaring wordt opgeheven (zie punten 0 en 0). In beide gevallen moet de school uiterlijk tot en met de vijfde schooldag van oktober de eerder geweigerde leerlingen contacteren om ze de kans te geven die vrijgekomen plaats(en) in te nemen. Ze moet hierbij de chronologische volgorde van het inschrijvingsregister respecteren. Voor het 1 ste leerjaar van de eerste graad van het gewoon voltijds secundair onderwijs moeten scholen die gelegen zijn in een LOPwerkingsgebied bovendien de contingenten (n)ind respecteren. Pas na dit aanbod aan de voorheen geweigerde leerlingen kan de school in die periode rechtsgeldig nieuwe leerlingen inschrijven. Na de vijfde schooldag van oktober vervalt de verplichting om de chronologie van de eerder nietgerealiseerde inschrijvingen te volgen. De school kan van dan af elke nieuwe leerling ongeacht of hij al dan niet in het inschrijvingsregister voorkomt de vrijgekomen plaatsen in laten nemen. Dit mag er echter niet toe leiden dat in een structuuronderdeel waarin leerlingen eerder al werden geweigerd, vrijgekomen plaatsen na de vijfde schooldag van oktober worden voorbehouden om de overstap van eigen leerlingen mogelijk te kunnen maken, of dat louter hiervoor de capaciteit wordt verhoogd. Deze werkwijze is selectief en druist in tegen de geest en de doelstellingen van het inschrijvingsrecht. MLER_ van 42

16 2.7 Herinschrijving? Niet nodig De term inschrijving heeft alleen betrekking op nieuwe leerlingen. Gelet op het principe van de verworven inschrijving is jaarlijks herinschrijven binnen dezelfde school niet nodig De verworven inschrijving Behoudens de wettelijk bepaalde mogelijkheden tot uitschrijving 28, geldt een inschrijving van een leerling in een school voor de duur van de hele schoolloopbaan in die school. Dit principe geldt over de vestigingsplaatsen en de structuuronderdelen heen, tenzij dit zou betekenen dat de vooraf vastgelegde capaciteit van de vestigingsplaats of het structuuronderdeel is of wordt overschreden of de betreffende vestigingsplaats of het betreffende structuuronderdeel volzet verklaard werd (zie eerder punten 2.2 en 2.4). In voorkomend geval moet de leerling worden geweigerd op grond van het bereiken van de maximumcapaciteit in die vestigingsplaats of in dat gekozen structuuronderdeel of op basis van de volzetverklaring ervan (zie punt ). Echter, de voortgang van het leerproces mag hierbij niet in het gedrang komen. Concreet betekent dit dat alle mogelijkheden die een leerling in zijn school en op basis van een oriënteringsattest (A, B of C) heeft, open moeten blijven. Bovendien is het zo dat in het geval er zich verschillende keuzemogelijkheden qua structuuronderdeel voordoen, de leerling niet tot een welbepaald structuuronderdeel kan worden gedwongen 29. Eenmaal de leerling op basis van dit orienteringsattest een structuuronderdeel (of vestigingsplaats) heeft gekozen, liggen de zaken anders. Een wijziging van keuze van de leerling later in het schooljaar moet dan wel worden geweigerd indien het structuuronderdeel dat (of de vestigingsplaats die) de leerling dan verkiest vol is. In voorkomend geval moet de mededeling van weigering gebeuren aan de hand van het verplicht weigeringsformulier (zie verder punt ). Belangrijk nog om weten is dat wanneer een school, op basis van het principe van de gegarandeerde schoolloopbaan, in overcapaciteit moet gaan, niet (impliciet) te kennen zou geven dat haar capaciteit groter is dan bepaald. Evenmin kan zij hierdoor gedwongen worden om de eerder bepaalde capaciteit te verhogen. M.a.w. de zelf vastgelegde maximumgrens blijft, zelfs in geval van overtal, steeds geldig! Voorbeelden Voorbeeld 1: De delibererende klassenraad van het 2 de leerjaar van de tweede graad Economie aso kent aan een leerling een oriënteringsattest A toe. Het daaropvolgende schooljaar kiest de leerling binnen dezelfde school voor het 1 ste leerjaar van de derde graad Handel tso. Hoewel Han- 28 Hieronder moet het volgende worden begrepen: de uitschrijving op grond van definitieve uitsluiting als tuchtmaatregel, de uitschrijving op grond van veelvuldige problematische afwezigheden van niet-leerplichtigen en de uitschrijving wegens niet akkoordverklaring met een gewijzigd school- of centrumreglement en het pedagogisch project. 29 Codex S.O., art. 110/1, 3 (idem) 16 van 42 MLER_056

17 del tso al volzet werd verklaard, kan de leerling niet worden geweigerd. De leerling voldoet immers aan de toelatingsvoorwaarden 30. De voortgang van het leerproces mag niet in het gedrang komen. Voorbeeld 2: Een leerling van het 2 de leerjaar van de tweede graad Economie aso krijgt op 30 juni een A- attest, maar de delibererende klassenraad adviseert de leerling om zijn studies verder te zetten in het 1 ste leerjaar van de derde graad Handel tso. De betrokken leerling kiest echter toch voor het 1 ste leerjaar van de derde graad Economie-moderne talen aso. In oktober wil de betrokken leerling van studierichting veranderen. De gekozen studierichting, m.n. Handel tso, is echter vol verklaard. Nu moet de school de overgang van de leerling weigeren. Voorbeeld 3: Een leerling start in september in het 1 ste leerjaar A ondanks het advies van het betrokken CLB om in het 1 ste leerjaar B te starten. Na de kerstvakantie wil de leerling al dan niet op aanraden van de begeleidende klassenraad toch overstappen van het 1 ste leerjaar A naar het 1 ste leerjaar B waar inmiddels de maximumcapaciteit is bereikt. De school zal deze overgang moeten weigeren Nieuwe leerling of leerling van de school? Bij scholen rijst vaak concreet de vraag hoe ver het recht van verworven inschrijving (zie eerder punt ) reikt. Het komt immers voor dat leerlingen die reeds het voorgaande schooljaar in de school waren ingeschreven tijdens de zomervakantie meermaals van studiekeuze, of zelfs van school, veranderen. In de hogere leerjaren schrijven leerlingen zich soms in bij de VDAB als werkzoekende. Ook gebeurt het dat leerlingen pas later dan de eerste schooldag op de school komen opdagen. In hoeverre kunnen leerlingen zich dan blijven beroepen op hun verworven inschrijving in die school? Uitgangspunt is dat een leerling die op 30 juni in een bepaalde school een studiebewijs heeft behaald, voor het daaropvolgende schooljaar als een leerling van die school, eigen leerling, beschouwd moet blijven. De inschrijving van die leerling in de betrokken school blijft verworven ongeacht of de leerling zich tijdens de zomervakantie zou hebben ingeschreven in een andere secundaire of hogeschool of bij de VDAB... Het gaat dan uiteraard niet over die leerlingen die de school effectief om uitschrijving hebben gevraagd. Ook moet men een leerling die op de eerste schooldag van september niet aanwezig zou zijn op school, als een eigen leerling blijven beschouwen. Deze problematiek kadert niet zozeer in de regelgeving m.b.t. de inschrijvingen, maar in de regelgeving m.b.t. afwezigheden 31. Het is dan aan de school om zo snel als mogelijk uitsluitsel te krijgen over de intentie van de leerling om al dan niet ingeschreven te blijven in de school. Nieuwe leerlingen, van wie de inschrijvingen veelal gebeuren op een datum in het voorafgaande schooljaar, worden pas als een eigen leerling beschouwd vanaf het moment van de effectieve instap. Concreet betekent dit dat het recht van een nieuwe leerling op inschrijving in een school 30 Ministeriële omzendbrief SO 64 van 25 juni 1999 over Structuur en organisatie van het voltijds secundair onderwijs, punt > rubrieken > coördinatie van de omzendbrieven > secundair onderwijs > instellingen en leerlingen > organisatie 31 Mededeling van 18 december 2008 betreffende Afwezigheden in het voltijds secundair onderwijs (M-VVKSO ) MLER_ van 42

18 enkel geldt voor het structuuronderdeel dat hij op het moment van de inschrijving gekozen heeft. Anders gezegd: een leerling die zijn keuze van structuuronderdeel vóór de effectieve instap wijzigt, kan zich nog niet beroepen op een recht van verworven inschrijving. Ingeval een maximumcapaciteit werd bepaald voor het laatstgekozen structuuronderdeel, zal de inschrijving van de leerling in dat structuuronderdeel, indien daarmee de capaciteit wordt overschreden, geweigerd moeten worden. Voorbeeld Een leerling van het 6 de leerjaar basisonderwijs wordt in mei ingeschreven als een leerling van het 1 ste leerjaar A voor het daaropvolgende schooljaar. Eind juni behaalt hij het getuigschrift van basisonderwijs niet, waardoor hij in de betrokken school ingeschreven wil worden in het 1 ste leerjaar B. In dat structuuronderdeel is de vooraf vastgelegde maximumcapaciteit intussen echter bereikt. De inschrijving van de leerling moet dus worden geweigerd; hij kan zich niet beroepen op het principe van de gegarandeerde schoolloopbaan Gewijzigde onderwijsbehoeften tijdens de schoolloopbaan a. Tijdens een gemeenschappelijk curriculum Voor een leerling met specifieke onderwijsbehoeften kan op grond van specifieke onderwijskundige argumenten de vorming van een bepaald structuuronderdeel gedurende een deel of het geheel van het schooljaar aangepast worden door het doen van gepaste en redelijke aanpassingen. Tijdens de schoolloopbaan kan die nood aan aanpassingen voor een leerling evenwel wijzigen en kunnen de vastgestelde onderwijsbehoeften van die aard zijn dat een verslag dat toegang geeft tot het buitengewoon secundair onderwijs 32 nodig is. De school organiseert dan een overleg met de klassenraad, de ouders en het CLB. Tijdens dat overleg kan, op vraag van de ouders, worden overwogen om de leerling, nadat hij het voormelde verslag van het CLB gekregen heeft, studievoortgang te laten maken op basis van een individueel aangepast curriculum. Ook kan het overleg leiden tot de beslissing om de inschrijving van de leerling, na afgifte van het verslag, voor het daaropvolgende schooljaar te ontbinden. De klassenraad moet niet voltallig vergaderen. Alleszins moeten de directeur of een afgevaardigde van de directeur die de klassenraad voorzit, en minstens drie leden van het onderwijzend personeel van het leerjaar, de onderwijsvorm en de onderverdeling waarvoor de leerling opteert, aanwezig zijn. Daarbij kan de voorzitter ambtshalve raadgevende leden aanduiden. Een personeelslid die bij de psychosociale of pedagogische begeleiding van de leerlingen betrokken is, kan bijvoorbeeld zo iemand zijn. Een ontbinding van een inschrijving op deze basis kan nooit uitwerking hebben in de loop van een schooljaar maar slechts met het oog op een daaropvolgende schooljaar. Het schoolbestuur motiveert haar beslissing en de ouders ontvangen ook in deze situatie een mededeling van niet-gerealiseerde inschrijving (zie punt ). Tegen deze beslissing kan bij de Commissie inzake Leerlingenrechten een klacht worden ingediend (zie 4.1). Een schematisch overzicht hiervan is toegevoegd als bijlage Codex S.O., art. 294 (idem) 18 van 42 MLER_056

19 b. Tijdens een individueel aangepast curriculum Ook in het kader van een individueel aangepast curriculum kunnen de noden aan aanpassingen wijzigen tegenover de start van het traject. De redelijkheid van de aanpassingen kunnen dan terug in vraag worden gesteld. Uiteraard moet een leerling, eenmaal ingeschreven, perspectieven kunnen hebben op een zekere loopbaan in de school. Dit geldt ook voor een leerling met een individueel aangepast curriculum. Indien een leerling een individueel traject wordt aangeboden, mag dit vanzelfsprekend niet zomaar kunnen worden stopgezet. Als de school de wijzigende nood aan aanpassingen als onredelijk ervaart, zal ze hierover een overleg organiseren tussen het CLB, de ouders en de klassenraad. Het CLB zal nagaan of er sprake is van een gewijzigde nood aan aanpassingen. Zo, ja dan zal het CLB die gewijzigde ondersteuningsnoden opnemen in het verslag. Dit leidt mogelijk tot een wijziging van het type of de opleidingsvorm, maar dat is niet noodzakelijk. Indien uit het overleg blijkt dat de aanpassingen die nodig zijn om de leerling verder studievoortgang te laten maken op basis van een individueel aangepast curriculum, zoals opgenomen in het gewijzigd verslag, kan de inschrijving ontbonden worden met het oog op een daaropvolgend schooljaar. Een schematisch overzicht hiervan is toegevoegd als bijlage 6. Wel mogelijk en zeer nuttig: formele herbevestiging Secundaire scholen kunnen aan hun leerlingen jaarlijks een herbevestiging van inschrijving vragen. Hierbij spelen uiteraard overwegingen mee die verband houden met een goede en tijdige schoolorganisatie. Het vragen van de herbevestiging van inschrijving gebeurt meestal in de vorm van een studiekeuzeformulier, dat tegen een vooraf duidelijk bepaalde datum moet worden ingeleverd. Wanneer scholen kiezen voor een herbevestiging, dan moet in het schoolreglement duidelijk ingeschreven worden hoe de ouders de voortzetting van de studies moeten meedelen aan de school. Een herbevestiging is nooit een nieuwe inschrijving en verschijnt dus niet in het inschrijvingsregister. Bovendien is het duidelijk dat een school ingeval de ouders de inschrijving van hun zoon of dochter niet tijdig herbevestigen, geen grond heeft tot weigering van die leerling. Wat als het schoolreglement en/of opvoedingsproject wijzigt? De inschrijving gebeurt steeds op basis van het vigerend schoolreglement (zie punt 2.1.1). Indien bij aanvang van het schooljaar het schoolreglement gewijzigd is, 33 is voor alle leerlingen de herbevestiging van de instemming met het schoolreglement nodig. Bij elke wijziging van het schoolreglement moet het schoolbestuur de ouders en/of de leerling schriftelijk of via elektronische drager over die wijziging informeren. Zij moeten dan opnieuw 33 Dit kan alleen na een overleg tussen de schoolraad en het schoolbestuur. Decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse onderwijsraad, art. 21, 1, a. > rubrieken > officieuze codificatie van de wetgeving > niveauoverschrijdend deel > lokale autonomie, inspraakregeling en medezeggenschap in het gesubsidieerd onderwijs MLER_ van 42

20 schriftelijk akkoord gaan. Daarbij kan een wijziging van het schoolreglement ten vroegste uitwerking hebben in het daaropvolgende schooljaar, tenzij die wijziging het rechtstreekse gevolg is van nieuwe regelgeving. Indien ouders niet met het gewijzigde schoolreglement akkoord gaan, volgt er eerst een gesprek om de wijzigingen toe te lichten. Indien zij blijven weigeren om te ondertekenen maar daar niet zelf de logische gevolgen aan verbinden (nl. een andere school kiezen), dan meldt de school (per aangetekend schrijven) aan de ouders dat aan de inschrijving van de leerling een einde wordt gesteld op 31 augustus van het lopende schooljaar 34, op grond van weigering van instemming met het pedagogisch project en/of het schoolreglement. Deze brief vermeldt eveneens de inspanningen van de school om tot overeenstemming te komen. Wat met dubbele inschrijvingen? Katholiek Onderwijs Vlaanderen vangt bij het begin van elk schooljaar vanuit scholen heel wat echo s op in verband met het fenomeen van dubbele inschrijvingen. Met dubbele inschrijvingen wordt dan bedoeld de inschrijving van een leerling in verschillende scholen. Om dit probleem te ondervangen heeft AgODi het project Discimus 35 opgestart. Het project maakt het mogelijk dat scholen, centra voor deeltijds onderwijs voortdurend leerlingengegevens kunnen uitwisselen met AgODi. Hierdoor zullen scholen en centra zodra ze een leerling in het eigen systeem registreren, kunnen zien of die leerling al elders is ingeschreven en zo ja, in welke school. Dit vereist wel dat alle scholen en centra voor deeltijds onderwijs de in- en uitschrijvingen snel en nauwgezet registreren. We stellen vast dat sommige scholen ook vaak geconfronteerd worden met de vraag om inschrijving van een leerling in verschillende studierichtingen binnen dezelfde school. Katholiek Onderwijs Vlaanderen meent echter dat het principieel recht op inschrijving in een school naar keuze niet zo ruim geïnterpreteerd moet worden dat dit een leerling ook het recht geeft op meerdere inschrijvingen in die school. Katholiek Onderwijs Vlaanderen meent dus dat een school niet moet ingaan op een vraag om inschrijving in meer dan één structuuronderdeel van een leerling en zijn ouders. 2.8 De dubbele contingentering Het streven naar sociale mix geldt als één van de uitgangspunten van het gelijke onderwijskansenbeleid. Het inschrijvingsrecht streeft naar een evenredige verdeling van leerlingen die al dan niet voldoen aan de kansarmoede indicatoren (zie punt 2.8.2), en gebruikt hiervoor de methode van de dubbele contingentering. 34 Codex S.O., art. 111, 2 (idem) 35 Ministeriële omzendbrief NO/2012/01 van 7 maart 2012 betreffende DISCIMUS Een toekomstgerichte manier om leerlingengegevens uit te wisselen > rubrieken > coördinatie van de omzendbrieven > instellingen en leerlingen (niveau-overschrijdend) > discimus 20 van 42 MLER_056

21 Verplicht in het 1 ste leerjaar van de eerste graad voor scholen gelegen in een LOP-regio, mogelijk voor andere De methode van de dubbele contingentering wordt enkel verplicht gesteld voor het 1 ste leerjaar van de eerste graad van het voltijds secundair onderwijs gelegen in een werkingsgebied van een LOP. Wel kunnen ook scholen die niet in een LOP-regio gelegen zijn, maar binnen de gemeente willen streven naar een evenredige verdeling van leerlingen die aan één of meer kansarmoede indicatoren voldoen, de desbetreffende methode toepassen. In beide gevallen moet een schoolbestuur de contingenten bekendmaken aan allen die er belang bij hebben. In voorkomend geval legt een school binnen de vastgelegde capaciteit vooraf twee contingenten vast: dat is enerzijds het aantal indicatorleerlingen en anderzijds het aantal niet-indicatorleerlingen dat zij maximaal wil inschrijven. De twee contingenten vormen dan samen 100% van alle leerlingen en moeten door een schoolbestuur bepaald worden tot op de niveaus waarop het de capaciteit vastlegt, en waarop het dus een inschrijvingsregister hanteert. Indien een school een maximum bepaalt voor zowel het 1 ste leerjaar A als B, is duidelijk dat deze school ook voor de afzonderlijke structuuronderdelen twee contingenten moet bepalen. Voor scholen in een LOP-regio rust bij het LOP de verplichting om vóór de start van de inschrijvingen afspraken te maken over: de berekening van de relatieve aanwezigheid binnen het werkingsgebied of deelgebieden, d.i. de procentuele verhouding tussen het aantal leerlingen dat beantwoordt aan één of meerdere indicatoren en het aantal leerlingen binnen het werkingsgebied of deelgebied. de berekening van de relatieve aanwezigheid in vestigingsplaatsen en scholen, d.i. de procentuele verhouding tussen het aantal leerlingen dat beantwoordt aan één of meerdere indicatoren en het totaal aantal leerlingen in een school of vestigingsplaats. Dit kan tot op de niveaus waarop capaciteit kan worden bepaald (zie punt 2.2), bijvoorbeeld indien de relatieve aanwezigheid in het 1 ste leerjaar A sterk verschilt van deze in het 1 ste leerjaar B. de niveaus van de school waarop de contingenten bepaald zullen worden en de verschillen die er eventueel tussen de verschillende deelgebieden gemaakt worden; de wijze waarop de contingenten bepaald zullen worden: welke elementen buiten de relatieve aanwezigheid (bv. het aandeel indicatorleerlingen dat in de buurt woont, leerlingenstromen tussen deelgebieden, enz.) worden in rekening genomen bij het bepalen van de contingenten en op welke wijze zijn de contingenten gericht op het verkrijgen van een evenredige verdeling van de leerlingen in de scholen; de wijze waarop enerzijds andere actoren betrokken zullen worden bij de werving, toeleiding en ondersteuning van ouders en anderzijds de ondersteuning van scholen zal gebeuren. Indien het LOP of een schoolbestuur er om vraagt, stelt het Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi) de nodige cijfergegevens 36 - afkomstig van de meest recente jaarlijkse centraal georganiseerde telling op de eerste schooldag van februari - ter beschikking. Methode van dubbele contingentering Bij de methode van de dubbele contingentering worden alle leerlingen reeds bij het begin van de inschrijvingen op basis van het voldoen aan één of beide gelijke kansenindicatoren, opgenomen in 36 Ministeriële omzendbrief SO/2012/01 van 5 juni 2012, punt (idem) MLER_ van 42

22 het contingent IND, de andere in het contingent nind. Vanaf de vrije inschrijvingsperiode hoeft men deze opdeling niet meer te maken. Bij elke inschrijving moeten scholen nagaan tot welk contingent de betrokken leerling behoort. Dit gebeurt aan de hand van de volgende twee door de regelgever opgelegde indicatoren 37 : het gezin ontving in het schooljaar, voorafgaand aan het schooljaar waarop de inschrijving van de leerling betrekking heeft, of in het daaraan voorafgaande schooljaar, minstens één schooltoelage van de Vlaamse Gemeenschap; De toekenning van een schooltoelage wordt aangetoond met: ofwel een bewijs van de afdeling Studietoelagen dat het gezin recht heeft op een schooltoelage in het schooljaar voorafgaand aan het schooljaar van de inschrijving of in het daaraan voorafgaande schooljaar; ofwel een rekeninguittreksel met bewijs van storting van de schooltoelage in het schooljaar voorafgaand aan het schooljaar van de inschrijving of in het daaraan voorafgaande schooljaar. de moeder is niet in het bezit van een diploma van het secundair onderwijs of een studiegetuigschrift van het 2 de leerjaar van de derde graad van het secundair onderwijs of een daarmee gelijkwaardig studiebewijs; Het voldoen aan de indicator diploma moeder gebeurt aan de hand van een verklaring op eer. De ministeriële omzendbrief SO/2012/01 van 5 juni bepaalt dat bij elke nieuwe inschrijving de leerling zelf aan de hand van de opgelegde bewijsstukken moet aantonen of hij aan één of beide indicatoren beantwoordt. Als een leerling en zijn ouders de school niet wenst te informeren of foutief informeert over het al dan niet voldoen aan de indicatoren, dan kan die leerling geen gebruik maken van zijn voorrangsrecht. Indien een leerling geen informatie geeft, wordt hij beschouwd als een niet-indicatorleerling. Indien een leerling aan één of beide van bovenstaande indicatoren voldoet, wordt hij opgenomen in het IND-contingent. Zo niet, krijgt de betrokken leerling een plaats in het andere contingent. De leerlingen worden in het respectieve contingent ingeschreven zolang niet alle plaatsen van dit contingent zijn ingevuld. Ingeval het contingent vol is, zal de inschrijving van (een) leerling(en) die tot dit contingent beho(o)r(t)en m.u.v. de leerlingen met minstens één ouder die het Nederlands in voldoende mate machtig is in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad (zie verder punt 2.9.3) 39 worden uitgesteld. Dit impliceert dat deze leerlingen chronologisch in het inschrijvingsregister worden ingeschreven met de vermelding uitgesteld. 37 Codex S.O., art. 110/7, 3 (idem) 38 (idem) 39 Nederlandstalige leerlingen in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad die voldoen aan één of meerdere van de indicatoren worden slechts ingeschreven tot het contingent voor die leerlingen (IND) is bereikt. Deze leerlingen worden dus niet als uitgesteld ingeschreven, en kunnen op het einde van de voorrangsperiode voor Nederlandstaligen in Brussel de eventuele open plaatsen niet opnemen in het nind-contingent. Uiteraard kunnen zij zich wel in de volgende voorrangsperiodes opnieuw aandienen voor een inschrijving. De decreetgever komt met deze bepaling tegemoet aan het arrest nr. 7/2012 van 18 januari 2012 gewezen door het Grondwettelijk Hof. 22 van 42 MLER_056

23 Deze uitgestelde inschrijving mag niet verward worden met een weigering. Immers, op het moment dat de desbetreffende voorrangsperiode afgesloten wordt en het andere contingent niet vol is, worden - indien de ouders van de betrokken leerling dit nog wensen en met respect voor de in het inschrijvingsregister opgenomen chronologie - de openstaande plaatsen opgevuld met leerlingen die in het inschrijvingsregister vermeld staan als uitgesteld. Slechts in het geval ook dit laatste contingent vol is (en de maximumcapaciteit is bereikt), zullen de leerlingen die niet kunnen worden ingeschreven, worden geweigerd; m.a.w. de inschrijving wordt in dat geval niet gerealiseerd. Dit geldt evenzeer wanneer beide contingenten vol zijn vóór de voorrangsperiodes afgesloten worden. In punt van deze mededeling wordt dieper ingegaan op de formele verplichtingen hieromtrent. 2.9 Voorrangsregelingen De basisregel is dat nieuwe leerlingen in chronologische volgorde worden ingeschreven, volgens het principe van 'eerst komt, eerst maalt'. Als uitzondering op dit algemeen principe voorziet de wetgever in een aantal groepen voor wie voorrangsregels gelden, en legt hiervoor voorrangsperiodes op die in dwingende volgorde moeten worden doorlopen. De diverse voorrangsgroepen worden in volgorde omschreven in de punten t.e.m In punt gaan we dieper in op de algemene principes m.b.t. de voorrangsregeling. Verplichte voorrang voor broers en zussen 40 Voor elke school geldt dat in het 1 ste leerjaar van de eerste graad broers en zussen van reeds ingeschreven 41 leerlingen voorrang van inschrijving krijgen op alle andere nieuwe leerlingen voor het daarop volgende schooljaar. Onder het begrip broers en zussen moeten de leerlingen worden begrepen met ten minste één gemeenschappelijke ouder of leerlingen met eenzelfde hoofdverblijfplaats 42, m.a.w. het gaat om 43 broers en zussen (twee gemeenschappelijke ouders) al dan niet wonend op hetzelfde adres; halfbroers en halfzussen (één gemeenschappelijke ouder) al dan niet wonend op hetzelfde adres; kinderen die onder hetzelfde dak wonen (dezelfde hoofdverblijfplaats) maar geen gemeenschappelijke ouder(s) hebben (vb. stiefbroers en zussen). Indien de school op grond van het campusprincipe (zie punt 2.1.2) geen formele inschrijving vraagt bij de overgang van leerlingen tussen scholen die als campusscholen zijn aangeduid, dan MvT bij het Wijzingsdecreet Inschrijvingsrecht, art. 27, punt 3 > stukken > nr ( ) nr Codex S.O., art. 110/3 (idem) 41 Met reeds ingeschreven leerlingen wordt bedoeld dat de inschrijving van deze leerling gerealiseerd is (=opgenomen in het inschrijvingsregister). Het is van geen belang of de ingeschreven leerling al is ingestapt of niet. Ministeriële omzendbrief SO/2012/01 van 5 juni 2012, punt (idem) 42 Codex S.O., art. 3, punt 17 /1 (idem) 43 Ministeriële omzendbrief SO/2012/01 van 5 juni 2012, punt (idem) MLER_ van 42

24 moet zij dit campusprincipe ook toepassen op de voorrang voor broers en zussen. Het voorrangsrecht voor een inschrijving in het 1 ste leerjaar geldt dan ook bijvoorbeeld voor leerlingen met een broer of zus in de bovenbouwschool. Verplichte voorrang voor kinderen van personeelsleden 44 Voor elke school geldt dat in het 1 ste leerjaar van de eerste graad, na de broers en zussen, ook de kinderen van personeelsleden van de school voorrang van inschrijving krijgen op alle andere nieuwe leerlingen. Deze voorrang geldt op voorwaarde dat er op het ogenblik van de inschrijving sprake is van een lopende tewerkstelling voor meer dan 104 dagen, wat volgens de regelgever een voldoende duurzame band veronderstelt tussen het betrokken personeelslid en de school. Het is echter niet nodig dat het betrokken personeelslid al effectief 104 dagen gewerkt heeft op het moment van inschrijving van zijn zoon of dochter. Onder het begrip personeelsleden worden de volgende personen begrepen: personeelsleden als vermeld in artikel 4 van het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van sommige personeelsleden van het gesubsidieerd onderwijs en de gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding 45, voor zover ze geaffecteerd zijn aan of aangesteld zijn in een school; personeelsleden die via een arbeidsovereenkomst werden aangeworven door een schoolbestuur en tewerkgesteld worden in de school. Deze voorrang geldt voor alle scholen waar het betrokken personeelslid tewerkgesteld is. Een personeelslid dat geaffecteerd is aan een school maar tijdelijk aangesteld/tewerkgesteld is in een andere school, kan in beide scholen van de voorrangsregeling gebruik maken. Tevens geldt het campusprincipe voor deze voorrangsgroep indien de school dit principe toepast; m.a.w. een leerling met een ouder die tewerkgesteld is in de bovenbouwschool heeft voorrangsrecht m.b.t. inschrijving in bijvoorbeeld de autonome eerstegraadsschool. Verplichte voorrang voor Nederlandskundige leerlingen in Brussel 46 In het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad moet na de hoger beschreven voorrangsgroepen ook aan leerlingen met minstens één ouder die het Nederlands in voldoende mate machtig is, voorrang van inschrijving worden verleend. Dit is de enige voorrangsgroep die zowel in het 1 ste leerjaar van de eerste graad als in het 2 de leerjaar van de eerste graad en de andere graden opgelegd wordt Vooraf bepaald aantal en percentage Een schoolbestuur legt het aantal leerlingen vast dat het met voorrang wil inschrijven. Dit aantal kan worden bepaald tot op de niveaus waarop het schoolbestuur de capaciteit heeft vastgelegd (zie punt 2.2.2) en moet gericht zijn op het verwerven of het behoud van 55% leerlingen in de school met minstens één ouder die het Nederlands in voldoende mate machtig is. Om hierop zicht 44 Codex S.O., art. 110/4 (idem) 45 > rubrieken > officieuze codificatie van de wetgeving > personeel > administratief statuut > gesubsidieerd onderwijs (uitsluitend) 46 Codex S.O., art. 110/5 (idem) 24 van 42 MLER_056

25 te krijgen, worden de eigen leerlingen (zie punt ) ingedeeld in de groepen Nederlandskundige leerlingen en de leerlingen wiens ouders het Nederlands niet machtig zijn. Binnen het LOP Brussel secundair onderwijs kan worden afgesproken om een hoger percentage dan 55 te hanteren. Het LOP maakt het overeengekomen percentage en de bepaalde aantallen bekend aan alle belanghebbenden. Het percentage wordt berekend op de totale leerlingenpopulatie en niet alleen op het nieuw in te schrijven leerlingen. Het percentage wordt ook toegepast op elk niveau waarop capaciteit bepaald is en waarvoor een registerblad wordt opgemaakt in het inschrijvingsregister (zie punt 2.6). Het is in elk geval slechts een streefcijfer. Het niet behalen van dit percentage is niet aan sancties gekoppeld. In het bijzonder tellen leerlingen met minstens één ouder die het Nederlands in voldoende machtig is, en die ook beantwoorden aan één of meerdere van de gelijke kansenindicatoren (zie eerder punt 2.8.2) niet mee om het percentage van 55 % te behalen. Deze leerlingen kunnen zich wel inschrijven tijdens de voorrangsperiode voor Nederlandstaligen in Brussel maar slechts tot het contingent IND is bereikt (zie eerder punt 2.8.2) Bewijsvoering De ouder van de betrokken leerling moet zelf aantonen dat hij het Nederlands in voldoende mate machtig is. Hoe dit kan worden bewezen, wordt door de regelgever limitatief opgesomd, m.n.: door het voorleggen van minstens het Nederlandstalig diploma van secundair onderwijs of een daarmee gelijkwaardig Nederlandstalig studiebewijs; door het voorleggen van het Nederlandstalig studiegetuigschrift van het 2 de leerjaar van de derde graad van het secundair onderwijs of een daarmee gelijkwaardig Nederlandstalig studiebewijs; door het voorleggen van het bewijs dat hij het Nederlands beheerst op minstens niveau B2 van het Gemeenschappelijk Europees Referentiekader voor Talen. Dit gebeurt op basis van één van volgende stukken: o o een studiebewijs van het door de Vlaamse Gemeenschap erkend, gefinancierd of gesubsidieerd onderwijs of een daarmee gelijkwaardig Nederlandstalig studiebewijs, dat het vereiste niveau van kennis van het Nederlands aantoont; een attest van niveaubepaling uitgevoerd door een Huis van het Nederlands dat het vereiste niveau van kennis van het Nederlands aantoont; door het voorleggen van minstens het bewijs van voldoende kennis van het Nederlands na het afleggen van een taalexamen bij het Selectiebureau van de Federale Overheid; door het voorleggen van het bewijs dat hij negen jaar als regelmatige leerling onderwijs heeft gevolgd in het Nederlandstalige lager en secundair onderwijs. Dit gebeurt op basis van attesten daartoe uitgereikt door de betrokken schoolbesturen. 47 Codex S.O., art. 110/5, 4 (idem) MLER_ van 42

26 Overigens mag een broer of zus van een reeds ingeschreven leerling die op het moment van zijn inschrijving als een leerling met de thuistaal Nederlands werd beschouwd 48, ook als een leerling met minstens één ouder die het Nederlands machtig is, worden beschouwd. Overgang naar nieuwe regelgeving Bij het indelen van de eigen leerlingen in de groepen Nederlandstaligen of kinderen wiens ouders het Nederlands niet machtig zijn na de aanpassingen door de nieuwe regelgeving, gelden volgende principes: een eigen leerling, die op basis van de toen geldende regelgeving opgevat werd als een leerling met thuistaal Nederlands (op basis van een verklaring op eer), mag beschouwd worden als een Nederlandstalige leerling; een zittende leerling die op basis van de vóór 1 september 2014 geldende regelgeving werd ingeschreven als een Nederlandstalige (op basis van diplomavereiste of bewijsstuk taalniveau) moet beschouwd worden als een Nederlandstalige. Voorrang voor campusleerlingen bij overgang van het basis- naar het secundair onderwijs 49 Onder bepaalde voorwaarden kan een schoolbestuur met basisscholen en secundaire scholen waarvan één of meerdere vestigingsplaatsen gelegen zijn op dezelfde campus (zie punt 2.1.2) voorrang verlenen aan leerlingen die van het basisonderwijs naar het 1 ste leerjaar van de eerste graad van het secundair onderwijs overgaan. Voorwaarden zijn: de betrokken scholen zijn gelegen binnen een LOP-regio; en, het LOP basisonderwijs of bij ontstentenis hiervan de schoolbesturen van de lagere scholen en basisscholen gelegen in het werkingsgebied van het LOP verleent het betrokken schoolbestuur een positief advies bij meerderheid 50 ; en, het LOP secundair onderwijs verleent haar goedkeuring bij dubbele meerderheid Conform het GOK-decreet, art III.3, 1 zoals opgeheven door het Decreet Inschrijvingsrecht, art. III.3 (idem) 49 Codex S.O., art. 110/6 (idem) 50 De meerderheid van het LOP basisonderwijs is bereikt wanneer het positief advies verleend wordt door enerzijds meer dan de helft van de aanwezige onderwijsparticipanten (vermeld in artikel IV.3, 1, 1, 2 en 3, van het decreet van 28 juni 2002 betreffende gelijke onderwijskansen-i), en anderzijds meer dan de helft van alle aanwezige (=onderwijs en niet-onderwijs) participanten (vermeld in artikel IV.3, 1 van voormeld decreet). 51 In het LOP secundair onderwijs is een dubbele meerderheid bereikt wanneer de goedkeuring verleend wordt door enerzijds meer dan de helft van de aanwezige onderwijsparticipanten (betrokken directies en schoolbesturen gewoon secundair onderwijs, buitengewoon secundair onderwijs en CLB s; artikel IV.3, 1, 1, 2 en 3, van het decreet van 28 juni 2002 betreffende gelijke onderwijskansen-i), en anderzijds, meer dan de helft van de aanwezige niet-onderwijsparticipanten (vakorganisaties, ouderverenigingen, leerlingenraden, lokale socio-culturele en/of economische partners, organisaties van etnisch-culturele minderheden, verenigingen waar armen het woord nemen, integratiesector, onthaalbureau, schoolopbouwwerk; vermeld in artikel IV.3, 1, 4 tot en met 12 van voormeld decreet). 26 van 42 MLER_056

27 Voorrang voor (n)ind Voor scholen gelegen in het werkingsgebied van een LOP, geldt dat in het 1 ste leerjaar van de eerste graad de leerlingen die al dan niet aan de eerder opgesomde indicatoren (zie punt 2.8.2) voldoen, verplicht voorrang krijgen op alle andere leerlingen die zich in de vrije inschrijvingsperiode inschrijven. Algemene principes Dwingende volgorde van voorrangsperiodes In het 1ste leerjaar van de eerste graad van het gewoon secundair onderwijs verlenen alle scholen verplicht eerst voorrang aan leerlingen uit dezelfde leefentiteit (broers en zussen), en daarna aan de kinderen van personeelsleden. Specifiek voor scholen gelegen in Brussel-Hoofdstad moet daaropvolgend aan leerlingen met minstens één ouder die het Nederlands in voldoende mate machtig is, voorrang worden gegeven. Scholen gelegen in een LOP-regio kunnen hierna voorrang geven aan leerlingen van de basisschool die op dezelfde campus is gelegen als de secundaire school. Tot slot moeten de leerlingen die al dan niet beantwoorden aan de gelijke kansenindicatoren, binnen het LOP voorrang krijgen op basis van dubbele contingentering. In het 2de leerjaar van de eerste graad, de tweede en derde graad van het gewoon secundair onderwijs en in het deeltijds beroepssecundair onderwijs kunnen er geen voorrangsgroepen zijn, en geldt het principe van chronologie. Alleen in Brussel-Hoofdstad zijn scholen hier net zoals in het 1ste leerjaar van de eerste graad verplicht rekening te houden met de Nederlandstalige leerlingen. Voor alle voorrangsregelingen geldt: elke inschrijvingsperiode begint met opeenvolgende voorrangsperiodes 52 ; elke voorrangsperiode duurt minimaal twee weken m.u.v. de voorrangsgroep voor kinderen van personeel (punt 2.7.2); binnen elke periode geldt de verplichting om chronologisch in te schrijven; een bepaald voorrangsrecht kan alleen maar gelden binnen de daartoe voorziene periode Afwijking: samen nemen van voorrangsgroepen Op voorwaarde dat geen enkele leerling geweigerd wordt wegens de overschrijding van de bepaalde capaciteit kunnen twee of meerdere (alle) voorrangsgroepen voor de inschrijvingen voor een bepaald schooljaar samen worden genomen binnen één periode. Specifiek in Brussel wordt deze mogelijkheid beperkt tot de eerste twee voorrangsgroepen, m.n. broers en zussen (zie punt 2.9.1) en kinderen van personeelsleden (zie punt 2.9.2). Scholen gelegen buiten het werkingsgebied van een LOP kunnen daarentegen dan weer ruimer gaan. Deze scholen kunnen bij de voorrangsgroepen zelfs de vrije inschrijvingen nemen, en dus alle leerlingen zonder onderscheid binnen één periode inschrijven. Zo kan men heel wat planlast vermijden. 52 Codex S.O., art. 110/2, 1 (idem) MLER_ van 42

28 De mogelijkheid tot reduceren van voorrangsperiodes wordt verantwoord 53 vanuit het gegeven dat heel wat secundaire scholen geen capaciteitsproblemen ondervinden, en voor deze scholen de voorrangsregels rond het inschrijvingsrecht weinig zin hebben. Voor de betrokken leerlingen en ouders zouden hoger aangehaalde regels van het inschrijvingsrecht in die scholen geen extra bescherming bieden, want er rijst geen probleem op het vlak van inschrijvingen. De keuze om twee of meerdere voorrangsperiodes samen te nemen kan per capaciteitsniveau worden gemaakt. Indien een school bijvoorbeeld in het 1 ste leerjaar B capaciteitsproblemen voorziet maar niet in het 1 ste leerjaar A, kan zij een dergelijke regeling beperken tot de inschrijvingen in het 1 ste leerjaar A. Bovenstaande mogelijkheid kan gecombineerd worden met de mogelijkheid van scholen - zoals eerder aangegeven in punt 2.5 om bij uitzondering de inschrijvingen voor het 1 ste leerjaar van de eerste graad reeds vanaf de eerste schooldag na de kerstvakantie van het voorafgaande schooljaar van start laten gaan. Opgelet! In scholen gelegen in het werkingsgebied van een LOP kan de voorrangsperiode voor (n)ind slechts starten vanaf de principiële startdatum, m.n. de 1 ste schooldag van maart Afspraken en informatie Scholen die behoren tot een LOP moeten op dit niveau afspraken maken over de voorrangsperiodes, die vervolgens minstens door het LOP bekend worden gemaakt aan alle belanghebbenden uit het werkingsgebied. Indien er binnen een gemeente geen LOP werd ingericht moeten de scholen binnen deze gemeente de voorrangsperiodes bepalen in samenspraak met de schoolbesturen van alle andere scholen binnen deze gemeente. Ook hier moeten alle belanghebbende actoren binnen de gemeente worden ingelicht over deze afspraken. Deze afspraken over de voorrangsperiodes zullen betrekking hebben op onder meer het aantal, de startdata, e.d. Ook zal moeten worden nagedacht over de maximale duur van een periode Weigeren Weigeringsgronden Weigering wegens niet voldoen aan de bij decreet of besluit bepaalde toelatings-, overgangs- of instapvoorwaarden Een inschrijving in de loop van het voorafgaande schooljaar of in het lopende schooljaar vindt plaats onder de opschortende voorwaarde dat de onderwijszoekende hetzij bij de effectieve start van de lesbijwoning (meestal 1 september), hetzij bij beslissing van de toelatingsklassenraad, aan desbetreffende toelatings-, overgangs- of instapvoorwaarden voldoet. Indien een leerling op de dag van de effectieve instap niet aan voornoemde voorwaarden beantwoordt, moet de inschrijving van deze leerling worden geweigerd. 53 Amendement van 16 juni 2011 bij het voorstel van decreet betreffende het Inschrijvingsrecht > stukken > nr ( ) nr.4 54 Codex S.O., art. 110/8 t.e.m. art.110/11 (idem) 28 van 42 MLER_056

29 Het spreekt voor zich dat een school een leerling wel steeds als vrije leerling kan inschrijven Weigering op basis van het afwisselend in- en uitschrijven in verschillende scholen Een schoolbestuur moet de inschrijving van een leerling die in de loop van hetzelfde schooljaar van school verandert, weigeren indien deze inschrijving tot doel heeft of er in de feiten toe leidt dat de betrokken leerling in dat schooljaar afwisselend naar verschillende scholen zal gaan. Deze verplichte weigeringsgrond is nieuw, en beoogt de situatie waarbij een kind, binnen eenzelfde schooljaar, door de ouders afwisselend tussen verschillende scholen in- en uitgeschreven wordt, te beteugelen Weigering wegens het bereiken van de maximumcapaciteit of wegens volzetverklaring In het 1 ste leerjaar van de eerste graad of in scholen of centra gelegen in het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad, kan het schoolbestuur elke bijkomende inschrijving weigeren wanneer de vooropgestelde maximumcapaciteit waaraan we in punt 2.2. uitvoerig aandacht hebben besteed, wordt overschreden. In alle andere gevallen kan geweigerd worden na volzetverklaring. Dit principe van de volzetverklaring wordt toegelicht in punt 2.4). Hierbij is het van belang dat de vooraf vastgelegde quota of, in geval van volzetverklaring, de op een bepaald moment vastgelegde maxima consequent op elke nieuwe weigering worden toegepast. In geval van klacht bij de Commissie inzake Leerlingenrechten zal een schoolbestuur immers via het inschrijvingsregister moeten kunnen aantonen dat na een weigering geen nieuwe leerlingen in het desbetreffende niveau ingeschreven werden. Voor een aantal categorieën van leerlingen kan een schoolbestuur toch nog overgaan tot een inschrijving in het secundair onderwijs, ook al zijn er voordien al leerlingen geweigerd wegens vol (= de zogenaamde overcapaciteitsgroepen). Het gaat over de volgende leerlingen: leerlingen in het secundair onderwijs die geplaatst zijn door de jeugdrechter of door een comité voor bijzondere jeugdzorg; als (semi-)internen verblijven in een (semi-)internaat verbonden aan de school; opgenomen zijn in een voorziening van residentiële opvang. kinderen van dezelfde leefentiteit wanneer de ouders deze kinderen wensen in te schrijven in hetzelfde capaciteitsniveau in de eerste graad van het gewoon secundair onderwijs en in het buitengewoon secundair onderwijs en slechts één van de kinderen ingeschreven kan worden omwille van de capaciteit. leerlingen die terugkeren naar hun school voor buitengewoon onderwijs waar ze in het lopende of het voorafgaande schooljaar ingeschreven waren, maar zich daarna in het kader van geïntegreerd onderwijs in een school voor gewoon secundair onderwijs inschreven, of leerlingen die terugkeren naar hun school voor gewoon onderwijs nadat ze zich in het lopende of voorafgaande schooljaar hadden ingeschreven in het buitengewoon onderwijs. 55 Codex S.O., art. 252, 2 (idem) 56 MVT Decreet Inschrijvingsrecht, art. V.14 (idem) MLER_ van 42

30 De inschrijving van voornoemde leerlingen is niet verplicht; elke vraag tot inschrijving in overcapaciteit wordt afzonderlijk afgewogen. Het inschrijven of het weigeren van een leerling in overcapaciteit bindt scholen dus niet om andere leerlingen uit dezelfde of een andere overcapaciteitsgroep in te schrijven of te weigeren. Een leerling uit een overcapaciteitsgroep mag op elk moment ingeschreven worden, zonder dat daarvoor de capaciteit verhoogd moet worden of de volzetverklaring opgeheven. Opgelet! In een structuuronderdeel van een graad of onderwijsvorm waarvoor de school een minimumpakket krijgt toegekend, kan de inschrijving van een leerling tijdens het schooljaar van toekenning niet worden geweigerd op basis van capaciteit of volzetverklaring. De school krijgt dan immers meer lesuren dan wat ze volgens de gewone berekening zou krijgen Weigering wegens definitieve uitsluiting Een school heeft het recht om leerlingen te weigeren die in de eigen school op grond van een tuchtprocedure het lopende, vorige of het daaraan voorafgaande schooljaar definitief uitgesloten werden. De school die het campusprincipe (zie eerder punt 2.1.2) toepast en geen formele inschrijving vraagt bij de overgang tussen scholen kan eveneens deze regel toepassen en elke leerling weigeren die het voorafgaande of het daaraan voorafgaande schooljaar definitief werd uitgesloten in een school gelegen op dezelfde campus Weigering wegens definitieve uitsluiting uit een andere school (enkel in LOP-regio s) Na overleg en goedkeuring binnen het LOP kan een schoolbestuur van een school voor gewoon secundair onderwijs waarvan de draagkracht onder druk staat de inschrijving weigeren van een leerling die in de loop van het schooljaar uit een andere school werd uitgeschreven als gevolg van definitieve uitsluiting als tuchtmaatregel. Deze weigering moet gebaseerd zijn op en conform zijn aan vooraf door het LOP bepaalde criteria. Het LOP moet bij het bepalen van deze criteria ten minste rekening houden met de volgende elementen: het aantal leerlingen dat voldoet aan de kansarmoede indicatoren (zie eerder punt 2.8.2); het aantal leerlingen met een begeleidingsdossier in het kader van problematische afwezigheden; het aantal eerder in de loop van het schooljaar ingeschreven leerlingen die in hetzelfde schooljaar elders werden uitgesloten Weigeren van leerlingen met een verslag dat toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs 57 Het inschrijvingsrecht in een gewone school geldt ook voor leerlingen met een verslag dat toegang geeft tot het buitengewoon secundair onderwijs. Leerlingen die beschikken over voornoemd verslag worden door de gewone school altijd ingeschreven onder ontbindende voorwaarde. Of de inschrijving al dan niet ontbonden wordt, hangt af van het resultaat van de afweging of de nodige aanpassingen al dan niet redelijk zijn. 57 Codex S.O., art. 294 (idem) 30 van 42 MLER_056

31 Het verslag maakt deel uit van de informatie die ouders bij de inschrijving aan de school overmaken. Indien het verslag niet gemeld werd door de ouders op het moment van de inschrijving, kan de ontbindende voorwaarde alsnog, later wanneer het dossier van de leerling aan de inschrijvende school wordt doorgegeven, worden ingeroepen. Bij schoolverandering (hetzij tijdens het schooljaar, hetzij via inschrijving met het oog op volgend schooljaar) geeft de oude school immers een kopie van het verslag door aan de nieuwe school. Ook het CLB van de vorige school moet een kopie van het verslag bezorgen aan het CLB van de nieuwe school. De vroegere GON-leerlingen moesten vóór het M-decreet in het bezit zijn van een inschrijvingsverslag voor het buitengewoon onderwijs, hoewel heel wat van deze leerlingen nooit nood hadden aan een effectieve inschrijving in een buitengewone school. Het inschrijvingsverslag wordt voor die leerlingen sinds het M-decreet vervangen door een gemotiveerd verslag. Dit versterkt hun positie. Aangezien zij het gemeenschappelijk curriculum kunnen volgen, hebben zij sowieso recht op inschrijving. Voortaan kunnen zij dus niet meer worden ingeschreven onder ontbindende voorwaarde. Het gemotiveerd verslag moet bij schoolverandering ook worden doorgegeven tussen de betrokken scholen en de CLB s. Voor de verslagen die vóór de inwerkingtreding van het M-decreet werden uitgereikt, is er in een overgangsmaatregel voorzien. De vroegere GON-leerlingen en leerlingen in het buitengewoon onderwijs kunnen hun oud inschrijvingsverslag buitengewoon onderwijs behouden als niets aan hun situatie binnen het gewoon of buitengewoon onderwijs verandert. Een nieuw verslag of een gemotiveerd verslag is wel vereist in de volgende situaties: bij de overstap van basisonderwijs naar secundair onderwijs; bij verandering van type en/of opleidingsvorm; bij de overstap van het gewoon naar het buitengewoon onderwijs; bij de overstap van het buitengewoon naar het gewoon onderwijs. Het CLB maakt bij deze overgangen, afhankelijk van de individuele situatie, en gebaseerd op de nieuwe criteria bepaald in het M-decreet, een verslag of een gemotiveerd verslag op. Het zal in de praktijk allicht niet altijd haalbaar zijn om in al die gevallen steeds een nieuw verslag op te stellen. Aanvaard wordt dat een oud inschrijvingsverslag bij de inschrijving in een gewone school toch ook steeds, hoewel wettelijk niet uitdrukkelijk bepaald, aanleiding geeft tot een inschrijving onder ontbindende voorwaarde. Voor de leerlingen van wie het oude verslag niet wordt omgezet, geldt dus dezelfde regeling als voor leerlingen met een nieuw verslag. Scholen voor gewoon onderwijs met leerlingen met een verslag of gemotiveerd verslag (voor leerlingen met gedragsproblemen kan dit ook via een HGD-traject waaruit blijkt dat er nood is aan ondersteuning vanuit het buitengewoon onderwijs) kunnen voortaan ondersteuning bekomen vanuit een ondersteuningsnetwerk of rechtstreeks vanuit een school voor buitengewoon onderwijs, in geval van de types 2, 4, 6 of 7 auditieve beperking 58. Alle informatie hieromtrent is gebundeld onder het thema Ondersteuningsmodel via de website van Katholiek Onderwijs Vlaanderen. 58 Zie de ministeriële omzendbrief NO/2017/01 van 2 juni 2017 over Samenstelling ondersteuningsnetwerken in het basis- en secundair onderwijs voor het schooljaar > rubrieken > coördinatie van de omzendbrieven > instellingen en leerlingen (niveau-overschrijdend)> algemene zaken MLER_ van 42

32 Hieronder gaan we enkel in op de procedurele aspecten van een inschrijving onder ontbindende voorwaarde. Bij de afweging van de redelijkheid van de aanpassing bieden de volgende Mededelingen meer inhoudelijke ondersteuning: de mededeling van 16 januari 2014 over Toelichting bij het decreet betreffende maatregelen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften (M-decreet) (M-VVKSO ) en; de mededeling van 26 juni 2014 over Visie op universal design for learning (UDL) en redelijke aanpassingen (M-VVKSO ). Procedure Hieronder bieden we een chronologisch overzicht van de te volgen procedure voor de inschrijving van een leerling die beschikt over een verslag tot toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs OV 1, 2 of 3. Bijlage 7 geeft hiervan een schematisch overzicht. a. Inschrijvingsvraag voor het volgen van het gemeenschappelijk curriculum. Stap 1: de inschrijving onder ontbindende voorwaarde Ouders die hun kind willen inschrijven, moeten zich eerst schriftelijk akkoord verklaren met het pedagogisch project en het schoolreglement. Bij een akkoord wordt de leerling ingeschreven, maar omdat de leerling beschikt over een verslag, gebeurt die inschrijving onder ontbindende voorwaarde. Aan het schoolbestuur wordt hiermee de tijd gegeven om een grondige afweging te maken van de redelijkheid van de nodige aanpassingen. Een leerling moet evenwel ook voldoen aan de toelatingsvoorwaarden om ingeschreven te kunnen worden als regelmatige leerling. Deze vraag is volgens de ministeriële omzendbrief SO 64 van 25 juni pas aan de orde na de afweging van de redelijkheid van de aanpassingen (zie verder stap 3). Het overleg moet binnen een redelijke termijn plaatsvinden, en kan best onmiddellijk na de inschrijving worden opgestart. Dit is ook zo wanneer de inschrijving in het voorafgaande schooljaar gebeurt. De school mag de termijn dus niet zomaar laten aanslepen. In geval van een beslissing tot ontbinding (zie verder) moeten ouders immers nog de tijd hebben om andere oplossingen te zoeken. Die beslissing tot ontbinding moet hoe dan ook uiterlijk 60 kalenderdagen na de effectieve start van de lesbijwoning, genomen worden. Meldden de ouders op het moment van de inschrijving niet dat er een verslag is, en is bij vaststelling daarvan de lesbijwoning reeds aangevat, dan beginnen de 60 kalenderdagen pas te lopen vanaf de omzetting van de inschrijving in een inschrijving onder ontbindende voorwaarde. Voor overstappen van het buitengewoon secundair onderwijs, opleidingsvorm 1, 2 of 3 naar het gewoon voltijds secundair onderwijs (behalve voor het eerste leerjaar A en B en het specialisatiejaar thuis- en bejaardenzorg/zorgkundige) moet een school een toelatingsklassenraad organiseren. 59 (idem) Katholiek Onderwijs Vlaanderen vindt deze regeling moeilijk toepasbaar voor leerlingen voor wie van meet af aan duidelijk is dat zij niet aan de toelatingsvoorwaarden voldoen. Wij trachten daarin zo snel als mogelijk klaarheid te krijgen. Word je geconfronteerd met zo n inschrijvingsvraag, laat het ons dan zeker weten via de contactgegevens in de hoofding van deze Mededeling. We kunnen dan samen bekijken hoe hiermee best kan worden omgegaan. 32 van 42 MLER_056

33 Deze klassenraad moet ook binnen de voormelde termijn van 60 kalenderdagen een beslissing nemen. Stap 2: zijn de aanpassingen die nodig zijn voor het volgen van een gemeenschappelijk curriculum, redelijk? De afweging van de redelijkheid van de nodige aanpassingen voor de betrokken leerling moet gebeuren in overleg tussen de ouders, de klassenraad en het CLB. Niet de hele klassenraad moet worden betrokken bij dat overleg. Alleszins moeten de directeur (of een afgevaardigde van de directeur) die de klassenraad voorzit, en minstens drie leden van het onderwijzend personeel van het leerjaar, de onderwijsvorm en de onderverdeling waarvoor de leerling opteert, eraan deelnemen. Daarbij kan de voorzitter ambtshalve raadgevende leden aanduiden. Een personeelslid die bij de psychosociale of pedagogische begeleiding van de leerlingen betrokken is, kan bijvoorbeeld zo iemand zijn. De afweging gebeurt op basis van de analyse die eerder al gemaakt werd bij de opmaak van het verslag dat voor de leerling werd afgeleverd, en dat toegang geeft tot buitengewoon onderwijs. Op dat moment werd immers onderzocht of de aanpassingen die nodig zijn om de leerling mee te blijven nemen in een gemeenschappelijk curriculum onredelijk of onvoldoende waren. De school gaat samen met de ouders, de klassenraad en het CLB na of de aanpassingen die nodig zijn, ook in de context van de nieuwe school onredelijk zijn. Dit leidt tot een van de volgende besluiten: Ofwel wordt de onredelijkheid van de aanpassingen om de leerling te blijven meenemen in een gemeenschappelijk curriculum, zoals aangetoond in het verslag, bevestigd door de nieuwe school. Anders gezegd: de school toont aan op dezelfde grenzen te botsen als de vorige school. Er wordt dan verder nagegaan of een individueel aangepast curriculum een redelijke mogelijkheid is (zie punt b). Ofwel is de nieuwe school van oordeel dat er met de leerling toch binnen een gemeenschappelijk curriculum kan worden gewerkt. Ondanks het verslag vindt zij de nodige aanpassingen dan niet onredelijk in de eigen school. Indien uit het overleg echter blijkt dat de school zeker mogelijkheden ziet, maar het toch nuttig vindt om bijkomende informatie te verzamelen door de leerling enkele weken te lessen te laten volgen vooraleer een definitieve beslissing te nemen over het al dan niet redelijk zijn van de aanpassingen, is dit ook een mogelijkheid. Een voorwaarde is dat voormelde termijn van 60 kalenderdagen gerespecteerd wordt. Stap 3: Voldoet de leerling aan de toelatingsvoorwaarden? Indien de leerling een gemeenschappelijk curriculum wil volgen, moet na de afweging van de redelijkheid van de nodige aanpassingen worden nagegaan of hij aan de toelatingsvoorwaarden voldoet. Zo niet, moet hij immers worden geweigerd als regelmatige leerling (zie punt ). De toelating kan een voorafgaandelijke beslissing van de toelatingsklassenraad veronderstellen. Voor leerlingen die instromen uit het buitengewoon onderwijs is dit steeds het geval, uitgezonderd voor: 60 de toelating tot het 1 ste leerjaar B op basis van leeftijd (12 jaar uiterlijk op 31 december volgend op de aanvang van het schooljaar); 60 Mededeling van 13 juni 2003 over Administratieve toelatings- en overgangsvoorwaarden vanuit het buitengewoon onderwijs (M-VVKSO ) MLER_ van 42

34 de toelating tot het 1 ste leerjaar A voor leerlingen die in het bezit zijn van het getuigschrift van basisonderwijs; de leerlingen uit BuSO-OV4. Punt 2.2 van de Mededeling van 31 augustus 2011 over De toelatingsklassenraad (M-VVKSO ) biedt uitgebreide informatie over de werking van de toelatingsklassenraad. Specifiek voor inschrijvingsvragen van leerlingen met een verslag is voor de toelatingsklassenraad het volgende relevant: Voor overstappen van het buitengewoon secundair onderwijs, opleidingsvorm 1, 2 of 3, naar het voltijds gewoon secundair onderwijs (uitgezonderd voor het eerste leerjaar A en B en voor het specialisatiejaar thuis- en bejaardenzorg/zorgkundige 61 ), moet de toelatingsklassenraad binnen voormelde termijn van 60 kalenderdagen een beslissing nemen. Die beslissing moet rekening houden met - de eerder gebeurde afweging over de redelijkheid van de aanpassingen; - het advies van klassenraad van het buitengewoon onderwijs, indien er een is. Wijkt de klassenraad af van dit advies, dan moet hij dit motiveren. Als de toelatingsklassenraad tot een ongunstige beslissing komt, kan de school nagaan of er binnen het eigen studieaanbod nog andere mogelijkheden zijn. Een ongunstige beslissing van één klassenraad sluit immers geen gunstige beslissing van een andere uit. Eventuele bijzondere toelatingsvoorwaarden voor bepaalde structuuronderdelen (bv. medische geschiktheid) blijven onverkort van toepassing. Stap 4: opheffing van het verslag Als de leerling aan de toelatingsvoorwaarden voldoet, zal het CLB het verslag opheffen. Het verslag bepaalt immers dat er gewerkt moet worden op basis van een individueel aangepast curriculum. Het werken op basis van een gemeenschappelijk curriculum is daarmee onverenigbaar. Desgevallend wordt een gemotiveerd verslag opgemaakt. b. Geen gemeenschappelijk maar een individueel aangepast curriculum? Uit een verslag blijkt dat een individueel aangepast curriculum nodig is. Dit kan door de school worden bevestigd (zie punt a, eerste besluit). In voorkomend geval wordt verder nagegaan of een individueel aangepast curriculum een redelijke mogelijkheid is. Het antwoord hierop bepaalt de verdere status van de inschrijving: Ofwel acht de school de aanpassingen om de leerling studievoortgang te laten maken op basis van een individueel aangepast curriculum, redelijk. Om als regelmatige leerling te kunnen instappen in het voltijds gewoon secundair onderwijs met het oog op het volgen van een individueel aangepast curriculum gelden als toelatingsvoorwaarden de voorwaarden voor het eerste leerjaar A of B. Dit betekent niet per se dat de leerling effectief in het eerste leerjaar A of B moet instappen. Het zijn de ouders die, na kennisname van het advies van de toelatingsklassenraad weliswaar, beslissen in welk structuuronderdeel de leerling wordt ingeschreven. De beslissingen over 61 Een overstap van het buitengewoon secundair onderwijs, opleidingsvorm 1, 2 of 3 naar het specialisatiejaar thuis- en bejaardenzorg/zorgkundige is conform de vigerende toelatingsvoorwaarden niet mogelijk. 34 van 42 MLER_056

35 de studievoortgang van de leerling, komen ook aan de ouders toe. Zij moeten hiervoor wel rekening houden met het individueel aangepast curriculum en de adviezen van de begeleidende of delibererende klassenraad, naargelang het geval. Zijn de voorwaarden vervuld, dan wordt de inschrijving onder ontbindende voorwaarde omgezet in een gerealiseerde inschrijving. Ofwel acht de school de nodige aanpassingen onredelijk, en beslist ze om de inschrijving te ontbinden. Het schoolbestuur deelt deze beslissing gemotiveerd op basis van de conclusies uit het overleg (Waarom worden de nodige aanpassingen onredelijk geacht?) mee conform alle andere weigeringen (zie verder punt ). De inschrijving wordt effectief ontbonden op het moment dat de leerling in een andere school is ingeschreven en uiterlijk 1 maand, vakantieperioden niet inbegrepen, na de mededeling van de beslissing tot ontbinding. Ouders kunnen bij ontbinding van de inschrijving een beroep doen op het CLB, en bemiddeling door het LOP vragen (zie punt 5.2.4). Ouders of andere belanghebbenden kunnen tegen de beslissing van het schoolbestuur rechtstreeks een klacht indienen bij de Commissie inzake Leerlingenrechten (zie punt 4.1) Mededeling van weigering Een school die gebruik maakt van haar recht om een weigering of ontbinding van de inschrijving tijdens de schoolloopbaan uit te spreken, vult daartoe een weigeringsformulier in. Hiervoor geldt een verplicht model 62. In dit model worden onder meer de weigeringsgrond, de feitelijke omschrijving, de mogelijkheid tot bemiddeling via het LOP of klacht bij de Commissie inzake Leerlingenrechten, en de wijze waarop de ouders met één van beide in contact kan komen, opgenomen. Binnen de 4 kalenderdagen bezorgt de school dit document bij aangetekend schrijven of tegen afgiftebewijs aan de ouders. De school verstuurt eveneens een kopie aan het LOP (of aan AgODi voor scholen zonder LOP). Indien de weigering gebeurde op basis van het overschrijden van de capaciteit of volzetverklaring of in het kader van een aanmeldingsprocedure (zie verder punt 3) deelt het schoolbestuur mee op welke plaats onder de geweigerde leerlingen opgenomen in het inschrijvingsregister, de betrokken leerling staat. De school bezorgt evenzeer de nodige toelichting bij haar beslissing aan de ouders die erom vragen. Bij een ontbinding van de inschrijving wegens onredelijkheid van de nodige aanpassingen van een leerling met een verslag dat toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs gaat de termijn van 4 kalenderdagen in op het ogenblik dat het schoolbestuur het afwegingsproces heeft beëindigd en effectief beslist tot ontbinding van de inschrijving. Ten gevolge van een weigering kan een bemiddeling worden opgestart door het LOP (zie verder punt 5.2.4), of klacht worden ingediend bij de Commissie inzake Leerlingenrechten (zie verder punt 4.1). 62 Ministeriële omzendbrief SO/2012/01 van 5 juni 2012, bijlage 3 (binnen een LOP) en bijlage 4 (buiten een LOP) (idem) MLER_ van 42

36 3 Aanmeldingsprocedures Aanmelden vs. inschrijven Aanmelden wordt gedefinieerd als het kenbaar maken van een intentie tot inschrijven voor een bepaald schooljaar in één of meerdere scholen of vestigingsplaatsen waarbij een volgorde van keuze wordt aangegeven. 64 Duidelijk is dat de aanmeldingen goed moeten worden onderscheiden van de inschrijvingen. In tegenstelling tot inschrijvingen gebeuren aanmeldingen bovendien enkel indien scholen hiervoor opteren. Hoe de aanmeldingen zullen verlopen en welke modaliteiten hierbij in acht moeten worden genomen, wordt vastgelegd in een aanmeldingsprocedure. 3.2 Aanmeldingsprocedure instellen Enkel in het 1ste leerjaar van de eerste graad Enkel voor het 1 ste leerjaar van de eerste graad van het secundair onderwijs kan worden aangemeld. Met het oog op het optimaliseren van het inschrijvingsproces of het streven naar een evenredige verdeling van leerlingen die aan één of meer kansarmoede indicatoren voldoen (zie punt 2.8.2), kan daar een aanmeldingsprocedure worden overwogen. Via een aanmeldingsprocedure worden leerlingen die zich zouden willen inschrijven, volgens wettelijk bepaalde criteria geordend. Deze ordening wordt voor elk niveau waarop capaciteit is vastgelegd en waarvoor kan worden aangemeld (dus op het niveau van het 1 ste leerjaar A en het 1 ste leerjaar B afzonderlijk of op het niveau van het volledige 1 ste leerjaar) opgenomen in een aanmeldingsregister 65. Later bij de inschrijvingen moet het inschrijvingsregister (zie punt 2.6) hiermee dan corresponderen. Fysieke aanmeldingen zijn uitgesloten. Eventuele kampeertoestanden en fysieke wachtrijen worden op die manier vermeden. Een aanmeldingsprocedure gaat in elk geval ook steeds gepaard met het bevorderen van de sociale mix (en dus de methode van de dubbele contingentering). M.a.w. de evenredige verdeling van IND- en nind-leerlingen is inherent aan een aanmeldingsprocedure. Aanmeldingen kunnen er zo voor zorgen dat een schoolbestuur meer zicht krijgt op de samenstelling van de leerlingenpopulatie en gerichter kan werken naar een evenredige verdeling tussen indicator- en niet-indicatorleerlingen. Vrijwilligheid en lokale consensus In gemeenten waar een LOP aanwezig is, moet het voorstel tot aanmeldingsprocedure bij een dubbele meerderheid door het LOP zijn goedgekeurd. In gemeenten zonder LOP kan een schoolbestuur of kunnen meerdere schoolbesturen samen - na kennisgeving aan de schoolbesturen van de andere scholen actief in die gemeente - een aanmeldingsprocedure instellen. 63 Codex S.O., art. 110/19 (idem) 64 Codex S.O., art 110/19, 1 (idem) 65 Codex S.O., art. 110/24 (idem) Net als bij het inschrijvingsregister geldt voor het aanmeldingsregister dat ingeval de capaciteit op een bovenliggend niveau gelijk is aan de som van alle capaciteiten op een onderliggend niveau, het schoolbestuur voor die capaciteit op het bovenliggend niveau geen aanmeldingsregister moet gebruiken. Ministeriële omzendbrief SO/2012/01 van 5 juni 2012, punt 13.6 (idem) 36 van 42 MLER_056

37 Schoolbesturen met scholen gelegen in gemeenten die grenzen aan een LOP-regio, kunnen ervoor opteren om aan te sluiten bij de door het LOP goedgekeurde aanmeldingsprocedure. Het betrokken LOP moet hier wel mee akkoord gaan. Indien het in hoger beschreven situatie concreet om het LOP van het tweetalige gebied Brussel-Hoofdstad gaat moeten de scholen die zich bij deze procedure wensen aan te sluiten - niettegenstaande zij niet behoren tot dat LOP, noch gelegen zijn in Brussel-Hoofdstad - de ordeningscriteria zoals deze specifiek gelden voor Brussel-Hoofdstad, evenzeer respecteren. Wel kan ook de Vlaamse regering het instellen van een aanmeldingsprocedure aan één of meer schoolbesturen samen opleggen indien zij vaststelt dat er een capaciteitsprobleem is of zal zijn, en het recht op inschrijving niet meer kan worden gegarandeerd. Goedkeuring door de Commissie inzake Leerlingenrechten Het voorstel van aanmeldingsprocedure moet vooraf worden voorgelegd aan de Commissie inzake Leerlingenrechten die de procedure al dan niet goedkeurt (zie ook verder punt 4.2). De regelgever geeft in artikel 110/25, 2 van de Codex S.O. 66 een opsomming van de elementen die een aanmeldingsdossier minimaal moet bevatten. Als garantie dat het aanmeldingsdossier volledig zou zijn, stelt de Commissie inzake leerlingenrechten op haar website een model van aanmeldingsdossier ter beschikking stelt 67. Het model bestaat uit een aantal richtvragen die de Commissie hanteert bij de beoordeling van de dossiers. In het model worden ook elementen opgesomd waarvan de Commissie verwacht dat hieraan uitvoering wordt gegeven in de procedure. Indien de voorgestelde procedure zou afwijken op één of meerdere van deze elementen, verwacht de Commissie dat wordt aangegeven op welke elementen de procedure afwijkt, waarom en wat de precieze verschillen zijn. 4 De Commissie inzake Leerlingenrechten (CLR) In 2002 richtte de Vlaamse overheid 68 een onafhankelijke commissie in die toezicht houdt op het recht van inschrijving. De Commissie inzake Leerlingenrechten is sinds begin 2003 operationeel, en heeft een afgelijnde taak. Zo is zij bevoegd om de klachten naar aanleiding van een niet-gerealiseerde inschrijving ingediend door een belanghebbende, te behandelen. Daarnaast is zij bevoegd om voorstellen van aanmeldingsprocedures af te toetsen aan de uitgangspunten van de desbetreffende regelgeving 69. Normaliter bestaat de CLR uit een voorzitter en zes leden. De voorzitter is een jurist, twee leden zijn vertrouwd met de onderwijsregelgeving en het ruime onderwijsveld, twee leden hebben een bijzondere kennis of verdienste op het vlak van de kinderrechtenbescherming en twee leden zijn 66 (idem) Zie ook punt van de ministeriële omzendbrief SO/2012/01 van 5 juni 2012 (idem) 67 > model aanmeldingsdossier voor secundair onderwijs 68 GOK-decreet, art. IV.8 en 8bis (idem) 69 GOK-decreet (idem) Codex S.O., deel III, titel 2, hoofdstukken 1/1 en 1/2 (idem) MLER_ van 42

38 vertrouwd met het grondwettelijk en administratief recht. Deze samenstelling kan voor specifieke zaken worden gewijzigd (zie verder punt 4.1.2). 4.1 Behandelen van klachten 70 Ouders en andere belanghebbenden kunnen naar aanleiding van een niet-gerealiseerde inschrijving een schriftelijke klacht indienen bij de CLR. De Commissie buigt zich dan over de gegrondheid van de niet-gerealiseerde inschrijving. Indien de niet-gerealiseerde inschrijving rechtsgrond vindt, moeten de ouders de leerling in een andere school inschrijven. Bij het zoeken naar een andere school kunnen de betrokken ouders vragen om te worden bijgestaan door het LOP, meer bepaald door de CLB die deel uitmaken van het LOP. Indien de CLR meent dat de niet-gerealiseerde inschrijving niet of niet afdoende gemotiveerd werd, zal de leerling zijn recht op inschrijving in de betrokken school kunnen laten gelden. Wanneer geoordeeld moet worden over de inschrijving onder ontbindende voorwaarde van leerlingen met een verslag dat toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs (zie punt ), wordt de samenstelling van de Commissie wel uitgebreid. In voorkomend geval heeft ze dezelfde samenstelling als bij klachten m.b.t. redelijke aanpassingen (zie punt 4.1.2) De CLR kan, naast de klachten over niet-gerealiseerde inschrijvingen, ook adviseren en oordelen over klachten die betrekking hebben op redelijke aanpassingen, meer bepaald over: het recht op redelijke aanpassingen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften die een gemeenschappelijk curriculum kunnen volgen 71 ; leerlingen van wie de nood aan aanpassingen en de vastgestelde onderwijsbehoeften tijdens de schoolloopbaan in die mate wijzigen dat een verslag nodig is dat toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs (zie punt ); het afleveren van een verslag dat toegang geeft tot het buitengewoon onderwijs. Voor deze specifieke situaties wordt de samenstelling van de Commissie in elk geval uitgebreid met leden met expertise op het vlak van de praktische realisatie van redelijke aanpassingen. Dit zijn: personen met een handicap of een organisatie die hen vertegenwoordigt, een personeelsvertegenwoordiging en een vertegenwoordiging van de onderwijsverstrekkers. 4.2 Goedkeuring van aanmeldingsprocedures Uiterlijk op 15 september van het schooljaar voorafgaand aan het schooljaar waarvoor de inschrijvingen gelden, legt een schoolbestuur, of meerdere schoolbesturen samen of het LOP een voorstel van aanmeldingsprocedure 72 voor aan de Commissie. 70 Codex S.O., art. 110/14. (idem) 71 Mededeling van 16 januari 2014, punt (idem) 72 Voor meer informatie over de inhoud van het voorstel zie punt van de ministeriële omzendbrief SO/2012/01 van 5 juni 2012 (idem) 38 van 42 MLER_056

39 De Commissie is bevoegd om deze procedure af te toetsen aan de uitgangspunten van het GOKdecreet (zie de inleiding) en de bepalingen betreffende het inschrijvingsrecht en de aanmeldingsprocedures. Op basis van deze toetsing besluit de Commissie uiterlijk twee maanden na indiening van het aanmeldingsdossier. Indien het einde van deze periode van twee maanden tussen 15 juli en 15 augustus valt, beslist de CLR ten laatste in de week volgend op 16 augustus. Bij een negatief besluit 73 over het voorstel van aanmeldingsprocedure kan ofwel een aangepast voorstel van aanmeldingsprocedure opnieuw worden ingediend bij de Commissie ofwel beroep worden ingesteld bij de Vlaamse Regering. Een goedgekeurde aanmeldingsprocedure geldt voor de inschrijvingen m.b.t. de schooljaren volgend op het schooljaar waarin het positief besluit werd genomen, totdat: de aanmeldingsprocedure gewijzigd wordt (tenzij de CLR of de Vlaamse Regering anders beslist), of; de betrokken regelgeving gewijzigd wordt of het betrokken schoolbestuur, de groep schoolbesturen of het LOP de lopende aanmeldingsprocedure wil wijzigen of stopzetten. 5 Het lokale overlegplatform (LOP) De Vlaamse Regering heeft sinds 2002 in alle Vlaamse provincies maar vooral in stedelijke gebieden een aantal lokale overlegplatforms opgericht. Onder leiding van een (na lokale consultatie) door de minister van Onderwijs aangestelde voorzitter en ondersteund door een ambtenaar ( deskundige ) moeten lokale onderwijs- en niet-onderwijspartners daar afspraken maken die hoofdzakelijk betrekking hebben op het inschrijvingsrecht. Voor het secundair onderwijs werden er zo 30 LOP s opgericht Verplichtingen van de scholen 75 De scholen die behoren tot een LOP moeten: deelnemen aan de vergaderingen van het LOP in de geleding van de directies en van de schoolbesturen; de schoolbesturen kunnen zich evenwel laten vertegenwoordigen door een directeur. afspraken naleven die in het kader van de decretale bevoegdheden van het LOP gemaakt zijn; gegevens aanleveren voor het opmaken van de omgevingsanalyse. Voor de opmaak van een voorstel zie 73 Ministeriële omzendbrief SO/2012/01 van 5 juni 2012, punt (idem) 74 > lokale overlegplatforms > LOP's per provincie 75 GOK-decreet, art. IX.14. (idem), dat op zijn beurt verwijst naar de Schoolpactwet van 29 mei 1959, art MLER_ van 42

40 5.2 Opdrachten van het LOP Lokale overlegplatforms krijgen drie soorten opdrachten en daarbij aansluitende bevoegdheden. De meeste daarvan houden verband met het inschrijvingsrecht. Overzicht van de verplichte decretale opdrachten van het LOP76 opmaken van een omgevingsanalyse: dit was de eerste opdracht bij de opstart in In sommige LOP s werd deze ook al geactualiseerd; het maken van afspraken inzake het nastreven van de algemene doelstellingen van het GOKdecreet (zie punt 5.2.2) maken van afspraken inzake de opvang, het aanbod en de toeleiding van leerlingen naar het onthaalonderwijs voor anderstalige nieuwkomers en inzake de opvolging van gewezen anderstalige nieuwkomers in het gefinancierd of gesubsidieerd onderwijs. herberekenen van de relatieve aanwezigheid van indicatorleerlingen 1 ste graad in het werkingsgebied en het opdelen van het werkingsgebied in deelgebieden; maken van afspraken inzake de bemiddelingsbevoegdheid; hierop wordt nog verder ingegaan onder 5.2.4; maken van afspraken over gezamenlijke inschrijvingsperiodes; maken van afspraken over de toepassing van de voorrangsregels; in het bijzonder over de voorrang voor indicatorleerlingen; maken van afspraken over de communicatie over het inschrijvingsbeleid van de scholen; vastleggen van criteria en procedures om bepaalde secundaire scholen toe te laten elders in de loop van het schooljaar uitgesloten leerlingen te weigeren; ontwikkelen van instrumenten om dubbele inschrijvingen te voorkomen; het uitwerken van aanvullende bepalingen over het positieve engagement van ouders ten aanzien van de onderwijstaal; het bereiken van akkoorden in het kader van aanmeldingsprocedures. Lokale opdrachten Een LOP is ook bevoegd om lokale afspraken te maken inzake het nastreven van de basisdoelen van het GOK-decreet. Indien de partners dit lokaal een meerwaarde vinden, kan men op grond van deze zeer ruim en algemeen geformuleerde opdracht tot bepaalde afspraken komen. Zo hebben sommige LOP s er bijvoorbeeld voor gekozen, al dan niet op grond van de omgevingsanalyse, een code of engagementsverklaring op te stellen inzake kostenbeheersing. Lokaal kan dit perfect verdedigbaar zijn, een verplichting is dit echter niet. Een ander voorbeeld hiervan heeft te maken met het decreet flankerend onderwijsbeleid 77 en speelt zich vooral af in centrumsteden. Indien een stad haar onderwijsplan wil laten goedkeuren door de Vlaamse Regering of aanspraak wil maken op projectsubsidies, is zij verplicht het lokale 76 GOK-decreet, art. IV.4 (idem) 77 Decreet van 30 november 2007 betreffende het flankerend onderwijsbeleid op lokaal niveau, art. 19, 3. > rubrieken > officieuze codificatie van de wetgeving > niveauoverschrijdend deel > gelijke onderwijskansen Mededeling van 9 april 2008 over Flankerend onderwijsbeleid op lokaal niveau (M-VVKSO ), punten 3.3 en van 42 MLER_056

41 overlegplatform daarover om advies te vragen. Het staat het LOP vrij daar al dan niet op in te gaan. Een gunstig advies van het LOP is ook geen goedkeuringsvoorwaarde voor zulk project. Bijkomende opdrachten vanuit de Vlaamse Regering. Ook zonder decretale wijziging van de LOP-opdrachten kan de Vlaamse Regering bijkomende opdrachten toewijzen aan de lokale overlegplatforms. Tot dusver heeft zij van deze mogelijkheid geen gebruik gemaakt, ook niet in het recent gewijzigde uitvoeringsbesluit over de LOP s. 78 Bemiddeling door het LOP Het LOP is bevoegd om bij een niet-gerealiseerde inschrijving te bemiddelen. In de meeste LOP s is daartoe vanuit de algemene vergadering een bemiddelingscel gemandateerd. Bij weigering van een elders definitief uitgesloten leerling (zie punt ) bemiddelt het LOP automatisch. In alle andere gevallen van niet-gerealiseerde inschrijvingen bemiddelt het LOP alleen op uitdrukkelijke vraag van de ouders. De procedure die hierbij in acht moet worden genomen, werd verankerd in de Codex S.O Rol van de SG, noodzaak van netintern voorafgaandelijk en tussentijds overleg80 Het werkingsgebied van het LOP en de scholengemeenschappen Het GOK-decreet houdt geen rekening met scholengemeenschappen. De werkingsgebieden van de LOP s werden vastgelegd in het besluit van de Vlaamse regering van 28 juni 2002 betreffende de lokale overlegplatforms inzake gelijke onderwijskansen. Met ingang van 1 september 2008 zijn deze licht aangepast. In feite zijn de scholengemeenschappen van het katholiek secundair onderwijs wel min of meer terug te vinden in de meeste van de 30 opgerichte LOP s. Soms valt het werkingsgebied van het LOP (bijna) samen met een scholengemeenschap. In andere gevallen omvat het LOP meerdere scholengemeenschappen. Bij scholengemeenschappen met subregio s krijgt soms maar één subregio een LOP. In één geval wordt een scholengemeenschap opgesplitst in twee LOP s. De voorbereiding van het LOP in de scholengemeenschap Veel betwistingen, dubbele inschrijvingen, discussies in het LOP of eventuele klachten bij de Commissie inzake Leerlingenrechten kunnen worden voorkomen wanneer de scholengemeenschap een proactief beleid voert omtrent inschrijvingen via: het afspreken van gemeenschappelijke referentiedata; het uittekenen van studieloopbanen; het maken van afspraken over oriënteren en attesteren. 78 Besluit van de Vlaamse regering van 28 juni 2002 betreffende de Lokale Overlegplatforms inzake gelijke onderwijskansen. > rubrieken > officieuze codificatie van de wetgeving > niveauoverschrijdend deel > gelijke onderwijskansen 79 Codex S.O., art. 110/15 (idem) 80 Zie de Mededeling van 26 mei 2011 betreffende Kijkwijzer van de studiedag SG³, punt (M-VVKSO ) MLER_ van 42

Opleiding voor schoolsecretariaten

Opleiding voor schoolsecretariaten Opleiding voor schoolsecretariaten 2016-2017 Inschrijvingsrecht 1. Uitgangspunten 2. VOOR: Hoe de inschrijvingen organiseren? 3. TIJDENS de inschrijvingsperiode 4. NA de start van de inschrijvingsperiode

Nadere informatie

Samenvatting van het inschrijvingsrecht voor basisscholen, gelegen buiten LOP-gebied

Samenvatting van het inschrijvingsrecht voor basisscholen, gelegen buiten LOP-gebied Bijlage 1 bij omzendbrief BaO/2012/01 Samenvatting van het inschrijvingsrecht voor basisscholen, gelegen buiten LOP-gebied Deze samenvatting is specifiek voor scholen uit het gewoon basisonderwijs die

Nadere informatie

Opleiding voor schoolsecretariaten

Opleiding voor schoolsecretariaten Opleiding voor schoolsecretariaten 2018-2019 Agenda Deel 1: Toelichting nieuw kader inschrijvingsrecht Deel 2: 10 veelgestelde vragen over inschrijvingsrecht => Gewoon basisonderwijs 1 Deel 1: Nieuw kader

Nadere informatie

Jackie Denis en Lieselot Vantuyckom

Jackie Denis en Lieselot Vantuyckom 2 Het inschrijvingsrecht vanaf 1 september 2012 Jackie Denis en Lieselot Vantuyckom Wat vooraf ging 3 Decreet Inschrijvingsrecht van 25 november 2011 Bijzondere vormingssessies (jan-feb 2012) Wijzigingen

Nadere informatie

HET INSCHRIJVINGSRECHT IN SCHEMA Basisonderwijs

HET INSCHRIJVINGSRECHT IN SCHEMA Basisonderwijs Bijlage bij omzendbrief BaO/2012/01 HET INSCHRIJVINGSRECHT IN SCHEMA Basisonderwijs In enkele overzichtelijke schema s krijgt u zicht op het inschrijvingsrecht. Bij elk schema leest u ook de basisprincipes

Nadere informatie

Het inschrijvingsrecht in een notendop. 1. Voor de start van de inschrijvingen scholen bepalen capaciteit

Het inschrijvingsrecht in een notendop. 1. Voor de start van de inschrijvingen scholen bepalen capaciteit Het inschrijvingsrecht in een notendop 1. Voor de start van de inschrijvingen scholen bepalen capaciteit Capaciteit is het totaal aantal leerlingen dat een schoolbestuur als maximaal aantal leerlingen

Nadere informatie

Evaluatie afsprakennota inschrijvingsbeleid Voorbereiding afsprakennota inschrijvingsbeleid Basisonderwijs regio Sint-Niklaas

Evaluatie afsprakennota inschrijvingsbeleid Voorbereiding afsprakennota inschrijvingsbeleid Basisonderwijs regio Sint-Niklaas Datum: 23 mei 2013 Doelgroep: Leden van de werkgroep inschrijvingsbeleid 1. Inleiding Evaluatie afsprakennota inschrijvingsbeleid 2013-2014 Voorbereiding afsprakennota inschrijvingsbeleid 2014-2015 Basisonderwijs

Nadere informatie

Draaiboek inschrijvingsbeleid Basisonderwijs regio Temse

Draaiboek inschrijvingsbeleid Basisonderwijs regio Temse Draaiboek inschrijvingsbeleid 2015-2016 Basisonderwijs regio Temse Datum: 5 juni 2014 Doelgroep: Leden van de algemene vergadering 1. Inleiding De uitgangspunten van het huidige GOK-decreet en het vernieuwde

Nadere informatie

Inschrijven en aanmelden

Inschrijven en aanmelden Inschrijven en aanmelden Heb ik het recht om me in te schrijven in de school die ik het liefst wil? De vrije schoolkeuze is een heel belangrijk recht. Iedereen mag zich inschrijven in een school of vestigingsplaats

Nadere informatie

Inschrijvingsrecht en aanmeldingsprocedures in het secundair onderwijs

Inschrijvingsrecht en aanmeldingsprocedures in het secundair onderwijs Inschrijvingsrecht en aanmeldingsprocedures in het secundair onderwijs 1. Recht op inschrijving 1.1. Basisprincipes 1.1.1. Toelatings-, overgangs- of instapvoorwaarden Een inschrijving vindt plaats onder

Nadere informatie

Inschrijvingsrecht en aanmeldingsprocedures in het basisonderwijs

Inschrijvingsrecht en aanmeldingsprocedures in het basisonderwijs Inschrijvingsrecht en aanmeldingsprocedures in het basisonderwijs 1. Recht op inschrijving a. Basisprincipe Elke leerling heeft recht op inschrijving in de school of vestigingsplaats gekozen door zijn

Nadere informatie

Jackie Denis en Lieselot Vantuyckom

Jackie Denis en Lieselot Vantuyckom 2 Het inschrijvingsrecht vanaf 1 september 2012 Jackie Denis en Lieselot Vantuyckom Wat vooraf ging 3 Decreet Inschrijvingsrecht van 25 november 2011 Bijzondere vormingssessies (jan-feb 2012) Wijzigingen

Nadere informatie

Inschrijven en aanmelden

Inschrijven en aanmelden Inschrijven en aanmelden Heb ik het recht om me in te schrijven in een school naar keuze? Iedereen heeft recht op inschrijving in een school naar keuze. Als je jonger bent dan 12 jaar bepalen je ouders

Nadere informatie

Inschrijvingsrecht: een nieuw kader voor de inschrijvingen voor Basisonderwijs

Inschrijvingsrecht: een nieuw kader voor de inschrijvingen voor Basisonderwijs Inschrijvingsrecht: een nieuw kader voor de inschrijvingen voor 2020-2021 Basisonderwijs Inhoud Terugblik Gewoon basisonderwijs Buitengewoon basisonderwijs Ondersteuning Terugblik Terugblik 7/09/2018:

Nadere informatie

Inschrijvingsrecht: een nieuw kader voor de inschrijvingen voor Secundair onderwijs

Inschrijvingsrecht: een nieuw kader voor de inschrijvingen voor Secundair onderwijs Inschrijvingsrecht: een nieuw kader voor de inschrijvingen voor 2020-2021 Secundair onderwijs Inhoud Terugblik Gewoon secundair onderwijs: 1A en 1B Gewoon secundair onderwijs: hogere jaren Buitengewoon

Nadere informatie

Inschrijvingsbeleid Daltonatheneum Het Leerlabo Schooljaar

Inschrijvingsbeleid Daltonatheneum Het Leerlabo Schooljaar Inschrijvingsbeleid Daltonatheneum Het Leerlabo Schooljaar 2016-2017 Daltonathenheum Het Leerlabo Spikdorenveld 22 2260 Westerlo 1 Toelatingsvoorwaarden Om in onze school ingeschreven te worden, dien je

Nadere informatie

Het inschrijvingsrecht in een notendop

Het inschrijvingsrecht in een notendop COC Trierstraat 33 1040 Brussel Het inschrijvingsrecht in een notendop Dat alle leerlingen op school gelijke kansen moeten krijgen, is onbetwistbaar. Het Gelijke Onderwijskansendecreet(GOK-decreet) wil

Nadere informatie

Inschrijvingsrecht en aanmeldingsprocedures in het basisonderwijs

Inschrijvingsrecht en aanmeldingsprocedures in het basisonderwijs Inschrijvingsrecht en aanmeldingsprocedures in het basisonderwijs 1. Recht op inschrijving a. Basisprincipe Elke leerling heeft recht op inschrijving in de school of vestigingsplaats gekozen door zijn

Nadere informatie

Hiermee willen we de belangrijkste regels omtrent het inschrijven als leerling bij de Provinciale Kunsthumaniora Hasselt (= PIKOH) bundelen.

Hiermee willen we de belangrijkste regels omtrent het inschrijven als leerling bij de Provinciale Kunsthumaniora Hasselt (= PIKOH) bundelen. Inschrijvingen Hiermee willen we de belangrijkste regels omtrent het inschrijven als leerling bij de Provinciale Kunsthumaniora Hasselt (= PIKOH) bundelen. Het is raadzaam dit overzicht door te lezen.

Nadere informatie

Afsprakennota. Inschrijvingsrecht Schooljaar LOP SO Genk

Afsprakennota. Inschrijvingsrecht Schooljaar LOP SO Genk Afsprakennota Inschrijvingsrecht Schooljaar 2019-2020 LOP SO Genk Januari 2019 1 INHOUD Algemene principes en opmerkingen... 3 1 Capaciteit en volzetverklaring... 4 1.1 Capaciteit niveaus bepalen... 4

Nadere informatie

Afsprakennota. Inschrijvingsrecht LOP SO Genk

Afsprakennota. Inschrijvingsrecht LOP SO Genk Afsprakennota Inschrijvingsrecht 2015-2016 LOP SO Genk 24 november 2014 1 INHOUD Algemene principes en opmerkingen... 3 1 Capaciteit... 4 1.1 Capaciteit niveaus bepalen... 4 1.1.1 Eerste jaar voltijds

Nadere informatie

Er zijn twee voorwaarden om als regelmatige leerling ingeschreven te kunnen worden:

Er zijn twee voorwaarden om als regelmatige leerling ingeschreven te kunnen worden: vzw Katholiek Secundair Onderwijs van de Zusters van de Voorzienigheid Ondernemingsnummer 0409-977428 INSTITUUT MARIA KONINGIN INSCHRIJVINGEN 1. Het inschrijvingsdecreet Wettelijke voorwaarden voor inschrijving

Nadere informatie

Afsprakennota. Inschrijvingsrecht LOP SO Genk

Afsprakennota. Inschrijvingsrecht LOP SO Genk Afsprakennota Inschrijvingsrecht 2014-2015 LOP SO Genk 2 december 2013 1 INHOUD Algemene principes en opmerkingen... 3 1 Capaciteit... 4 1.1 Capaciteit niveaus bepalen... 4 1.1.1 Eerste jaar voltijds gewoon

Nadere informatie

Het inschrijvingsrecht in het basisonderwijs

Het inschrijvingsrecht in het basisonderwijs Het inschrijvingsrecht in het basisonderwijs Vanaf 01/09/2012 november 2012 Inhoud Inleiding... 4 1. Redenen tot wijziging van het inschrijvingsrecht... 4 2. Wat wordt er gewijzigd?... 5 3. Uitgangspunten...

Nadere informatie

Afsprakennota inschrijvingsbeleid Basisonderwijs regio Temse

Afsprakennota inschrijvingsbeleid Basisonderwijs regio Temse Afsprakennota inschrijvingsbeleid Basisonderwijs regio Temse Datum: 10 mei 2012 Doelgroep: Leden van de werkgroep inschrijvingsbeleid Leden van het dagelijks bestuur Leden van de algemene vergadering 1.

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, BESLUIT:

DE VLAAMSE REGERING, BESLUIT: Voorontwerp van decreet tot wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997 en de Codex Secundair Onderwijs van 17 december 2010, wat betreft maatregelen aan kinderen met specifieke onderwijsbehoeften

Nadere informatie

Afsprakennota inschrijvingsrecht LOP Basisonderwijs Genk: Afsprakennota: inschrijvingsrecht

Afsprakennota inschrijvingsrecht LOP Basisonderwijs Genk: Afsprakennota: inschrijvingsrecht Afsprakennota: inschrijvingsrecht LOP BaO Genk 9 december 2013 1 INHOUD Inleidende bepalingen 3 1 Capaciteit... 3 1.1 Decretaal kader... 3 1.2 Uitgangspunten... 4 1.3 Afspraken... 5 Capaciteit niveaus

Nadere informatie

DEEL I: CAPACITEITENBLAD BIEST Datum opmaak capaciteitenblad.

DEEL I: CAPACITEITENBLAD BIEST Datum opmaak capaciteitenblad. Capaciteitsbepaling en voorrangsregeling inschrijvingen 2019-2020 1. Capaciteitsbepaling Capaciteit is het totaal aantal leerlingen dat een schoolbestuur per niveau ziet als maximaal aantal leerlingen.

Nadere informatie

Het decreet betreffende het inschrijvingsrecht

Het decreet betreffende het inschrijvingsrecht Het decreet betreffende het inschrijvingsrecht Vragen en antwoorden Studiedag Vlor-AgODi 16/12/11 Thema s inschrijvingsrecht Algemeen Capaciteit (Verworven) inschrijving Start inschrijvingen Voorrang Dubbele

Nadere informatie

Janseniusstraat 2-3000 Leuven - 016 24 05 10 - www.ksleuven.be. Aanmelden en inschrijven in het eerste leerjaar A of B

Janseniusstraat 2-3000 Leuven - 016 24 05 10 - www.ksleuven.be. Aanmelden en inschrijven in het eerste leerjaar A of B Scholengemeenschap Katholiek Secundair Onderwijs Leuven Janseniusstraat 2-3000 Leuven - 016 24 05 10 - www.ksleuven.be Kiezen en inschrijven in KSLeuven op stap naar 2012-2013 Aanmelden en inschrijven

Nadere informatie

Het inschrijvingsrecht in het gewoon secundair onderwijs

Het inschrijvingsrecht in het gewoon secundair onderwijs Het inschrijvingsrecht in het gewoon secundair onderwijs Vanaf 01/09/2012 november 2012 Inhoud Inleiding... 4 1. Redenen tot wijziging van het inschrijvingsrecht... 4 2. Wat wordt er gewijzigd?... 5 3.

Nadere informatie

3 Zijn er op regionaal niveau netoverschrijdende afspraken gemaakt over het al dan niet toepassen van één of meerdere flexibele trajecten?

3 Zijn er op regionaal niveau netoverschrijdende afspraken gemaakt over het al dan niet toepassen van één of meerdere flexibele trajecten? Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel DOCUMENT VVKSO 201v2 Evaluatie flexibele leertrajecten Vragenlijst voor coördinerend directeurs 1 Zijn er op het niveau

Nadere informatie

Formele inschrijving

Formele inschrijving Welkom Alle leerlingen waarvan de ouders kiezen voor het pedagogisch project van de steinerscholen en voor de manier waarop de middelbare school de belangrijkste basisprincipes van deze pedagogie in vult,

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, BESLUIT:

DE VLAAMSE REGERING, BESLUIT: Voorontwerp van decreet tot wijziging van het decreet van 27 maart 1991 betreffende de rechtspositie van bepaalde personeelsleden van het Gemeenschapsonderwijs, het decreet van 27 maart 1991 betreffende

Nadere informatie

Formele inschrijving

Formele inschrijving Welkom Alle leerlingen waarvan de ouders kiezen voor het pedagogisch project van de steinerscholen en voor de manier waarop de middelbare school de belangrijkste basisprincipes van deze pedagogie in vult,

Nadere informatie

Brussel, 28 september 2012 PERSMEDEDELING. Met betrekking tot het LOP SO Brussel (Lokaal Overlegplatform van het Secundair Onderwijs te Brussel)

Brussel, 28 september 2012 PERSMEDEDELING. Met betrekking tot het LOP SO Brussel (Lokaal Overlegplatform van het Secundair Onderwijs te Brussel) Brussel, 28 september 2012 Aan de Redacties van de kranten en weekbladen PERSMEDEDELING Met betrekking tot het LOP SO Brussel (Lokaal Overlegplatform van het Secundair Onderwijs te Brussel) ONDERWERP:

Nadere informatie

DEEL I: CAPACITEITENBLAD Keukeldam Datum opmaak capaciteitenblad.

DEEL I: CAPACITEITENBLAD Keukeldam Datum opmaak capaciteitenblad. Capaciteitsbepaling en voorrangsregeling inschrijvingen 2019-2020 1. Capaciteitsbepaling Capaciteit is het totaalaantal leerlingen dat een schoolbestuur per niveau ziet als maximaal aantal leerlingen.

Nadere informatie

Ontwerp van decreet. betreffende maatregelen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Amendementen. voorgesteld na indiening van het verslag

Ontwerp van decreet. betreffende maatregelen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Amendementen. voorgesteld na indiening van het verslag stuk ingediend op 2290 (2013-2014) Nr. 6 12 maart 2014 (2013-2014) Ontwerp van decreet betreffende maatregelen voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften Amendementen voorgesteld Stukken in het

Nadere informatie

HET GOK-DECREET HET INSCHRIJVINGSRECHT

HET GOK-DECREET HET INSCHRIJVINGSRECHT HET GOK-DECREET HET INSCHRIJVINGSRECHT 14/11/2008 INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 1. Het inschrijvingsrecht... 4 1.1 Praktisch... 4 1.2 Het inschrijvingsregister... 4 1.3 De inschrijving van 2,5 jarigen...

Nadere informatie

Commissie Zorgvuldig Bestuur. BETREFT: rechten van stiefouders op grond van het participatiedecreet.

Commissie Zorgvuldig Bestuur. BETREFT: rechten van stiefouders op grond van het participatiedecreet. Commissie Zorgvuldig Bestuur CZB/V/P/KSO/2013/322 BETREFT: rechten van stiefouders op grond van het participatiedecreet. 1. PROCEDURE 1.1. Ontvangst: 25 februari 2013. 1.2. Vraagsteller [X], VVKSO. 1.3.

Nadere informatie

Stappenplan. je kind inschrijven op een basisschool

Stappenplan. je kind inschrijven op een basisschool Stappenplan je kind inschrijven op een basisschool Inhoudsopgave Stappenplan... 4 Wie moet ingeschreven worden?... 5 Volgende kinderen moet je inschrijven voor het schooljaar 2013-2014:... 5 Is je kleuter

Nadere informatie

Chronologisch inschrijven 30 Aanmelden 1

Chronologisch inschrijven 30 Aanmelden 1 NOTA TIJDSLIJNEN 1. Inleiding Begin maart werden de tijdslijnen geïnventariseerd die alle LOP s hanteren voor de inschrijvingen voor schooljaar 2018-2019. Deze inventaris omvat: De tijdslijnen voor chronologisch

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN ONDERWIJS NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Ontwerp van besluit houdende de wijziging van diverse bepalingen van het besluit van 2 februari 2018 van de Vlaamse Regering houdende

Nadere informatie

HET GOK-DECREET HET INSCHRIJVINGSRECHT

HET GOK-DECREET HET INSCHRIJVINGSRECHT HET GOK-DECREET HET INSCHRIJVINGSRECHT september 2009 INHOUDSOPGAVE Inleiding... 3 1. Het inschrijvingsrecht... 4 1.1 Toelatingsvoorwaarden basisonderwijs... 4 1.2 Toelatingsvoorwaarden secundair onderwijs...

Nadere informatie

Inschrijvingsbeleid WWW.KOCA.BE

Inschrijvingsbeleid WWW.KOCA.BE Inschrijvingsbeleid Gelijke onderwijskansen De doelstelling van het decreet Gelijke Onderwijskansen is een geïntegreerd Vlaams onderwijsbeleid uitwerken dat alle kinderen en jongeren optimale kansen biedt

Nadere informatie

Het aanvragen van een programmatie of overheveling

Het aanvragen van een programmatie of overheveling Het aanvragen van een programmatie of overheveling Schooljaar 2017-2018 29-6-2017 Onderwijsorganisatie en -personeel Huis van het GO! Willebroekkaai 36 1000 Brussel Inhoudsopgave Regelgeving inzake programmatie

Nadere informatie

Toelatingsvoorwaarden 1STE GRAAD A-STROOM

Toelatingsvoorwaarden 1STE GRAAD A-STROOM Toelatingsvoorwaarden 1STE GRAAD A-STROOM Voor het 1ste leerjaar van de eerste graad (1A) Kunnen als regelmatige leerlingen worden toegelaten: 1 de houders van het getuigschrift van basisonderwijs, behaald

Nadere informatie

Het schoolreglement in het gewoon voltijds secundair onderwijs

Het schoolreglement in het gewoon voltijds secundair onderwijs Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel MEDEDELING referentienr. : M-VVKSO-2014-021 datum : 2014-04-04 gewijzigd : 2015-26-03 contact : Dienst Leerlingen en schoolorganisatie,

Nadere informatie

Inschrijvingsregister voor het basisonderwijs

Inschrijvingsregister voor het basisonderwijs Inschrijvingsregister voor het basisonderwijs 20 maart 2014 WISA helpdesk Inhoudsopgave 1 Inschrijvingsregister voor het basisonderwijs 2 1.1 Inleiding...................................... 2 1.2 Voorbereidend

Nadere informatie

Verslag Werkgroep inschrijvingsbeleid Secundair onderwijs

Verslag Werkgroep inschrijvingsbeleid Secundair onderwijs Verslag Werkgroep inschrijvingsbeleid Secundair onderwijs 23 september 2014 Verslaggever: Jean-Paul De Beleyr Aanwezigheid Vercauteren Magda A De Beleyr Jean-Paul A Weyn Sara V Van Dael Ann A De Caluwe

Nadere informatie

Hoorzitting inschrijvingsrecht Commissie Onderwijs. Departement Onderwijs & Vorming 17 maart 2015

Hoorzitting inschrijvingsrecht Commissie Onderwijs. Departement Onderwijs & Vorming 17 maart 2015 Hoorzitting inschrijvingsrecht Commissie Onderwijs Departement Onderwijs & Vorming 17 maart 2015 1. Historiek van het inschrijvingsrecht 2. Evaluatie van het implementatiejaar van het huidige decreet inschrijvingsrecht

Nadere informatie

Commissie inzake Leerlingenrechten. Beslissing. Nr. 2018/68 van 10 september 2018

Commissie inzake Leerlingenrechten. Beslissing. Nr. 2018/68 van 10 september 2018 Commissie inzake Leerlingenrechten Beslissing Nr. 2018/68 van 10 september 2018 Inzake optredend als wettige vertegenwoordiger van , wonende Verzoekende partij, Tegen

Nadere informatie

Aanmelden in regio Overijse, Tervuren, Wezembeek-Oppem en Zaventem. Infosessie ouders start schooljaar

Aanmelden in regio Overijse, Tervuren, Wezembeek-Oppem en Zaventem.   Infosessie ouders start schooljaar Aanmelden in regio Overijse, Tervuren, Wezembeek-Oppem en Zaventem https://aanmelden.school Infosessie ouders start schooljaar 2019-2020 1 DE GROTE LIJNEN VOLGENS HET DECREET Een woordje uitleg 2 TERUGBLIK

Nadere informatie

Onze school kiest voor een intense samenwerking met de ouders

Onze school kiest voor een intense samenwerking met de ouders III Het reglement 1. Engagementsverklaring Onze school kiest voor een intense samenwerking met de ouders We doen dat omdat we partners zijn in de opvoeding van uw kind. Het is goed dat u zicht hebt op

Nadere informatie

meld je aan Schooljaar ONDERWIJS ANTWERPEN Uw kind inschrijven in het secundair onderwijs Vlaanderen is onderwijs & vorming

meld je aan Schooljaar ONDERWIJS ANTWERPEN Uw kind inschrijven in het secundair onderwijs Vlaanderen is onderwijs & vorming meld je aan ONDERWIJS ANTWERPEN Schooljaar 2018-2019 Uw kind inschrijven in het secundair onderwijs Vlaanderen is onderwijs & vorming Inhoud Beste ouder Welke mogelijkheden hebt u om uw kind in te schrijven

Nadere informatie

COZOCO 19 maart 2014. M-decreet. Goedgekeurd door het Vlaams Parlement op 12 maart 2014

COZOCO 19 maart 2014. M-decreet. Goedgekeurd door het Vlaams Parlement op 12 maart 2014 COZOCO 19 maart 2014 M-decreet Goedgekeurd door het Vlaams Parlement op 12 maart 2014 Situering 2005: lancering van het leerzorgkader 2009-2014 geleidelijke invoering van het decreet op leerzorg -geen

Nadere informatie

Een leerling met een inschrijvingsverslag buitengewoon onderwijs inschrijven in het gewoon onderwijs

Een leerling met een inschrijvingsverslag buitengewoon onderwijs inschrijven in het gewoon onderwijs GOK/commissie Toelating Coördinatie Toelating werksessie Draagkracht 10 september 2008 GOK/COMTOEL/COORTOEL/WSDK/EDB/DOC/001 Een leerling met een inschrijvingsverslag buitengewoon onderwijs inschrijven

Nadere informatie

Inschrijvingsdecreet. Vlaams Parlement, Commissie Onderwijs, hoorzitting 24 maart 2015

Inschrijvingsdecreet. Vlaams Parlement, Commissie Onderwijs, hoorzitting 24 maart 2015 Inschrijvingsdecreet Vlaams Parlement, Commissie Onderwijs, hoorzitting 24 maart 2015 Inschrijvingsbeleid in Mechelen Regie inschrijvingsbeleid = LOP BASISONDERWIJS Mechelen Zemst Sint-Katelijne-Waver

Nadere informatie

Raad van Bestuur AG Stedelijk Onderwijs Zitting van 27 november 2015

Raad van Bestuur AG Stedelijk Onderwijs Zitting van 27 november 2015 beraadslaging/proces verbaal Kopie Raad van Bestuur AG Stedelijk Onderwijs Zitting van 27 november 2015 Besluit GOEDGEKEURD B-punt AG Stedelijk Onderwijs Samenstelling de heer Koen Daniëls; mevrouw Freya

Nadere informatie

Commissie inzake Leerlingenrechten. Beslissing. Nr. 2018/66 van 29 augustus 2018

Commissie inzake Leerlingenrechten. Beslissing. Nr. 2018/66 van 29 augustus 2018 Commissie inzake Leerlingenrechten Beslissing Nr. 2018/66 van 29 augustus 2018 Inzake optredend als wettige vertegenwoordiger van , wonende Verzoekende partij, Tegen ,

Nadere informatie

De Vlaamse minister van Onderwijs CONCEPTNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

De Vlaamse minister van Onderwijs CONCEPTNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING De Vlaamse minister van Onderwijs CONCEPTNOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: Basisprincipes inschrijvingsrecht lager en secundair onderwijs Het basisprincipe van het inschrijvingsrecht is het maximaliseren

Nadere informatie

VR DOC.0654/1BIS

VR DOC.0654/1BIS VR 2018 2206 DOC.0654/1BIS DE VLAAMSE MINISTER VAN ONDERWIJS NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het artikel 5, 8, 11 en 13 en de bijlagen

Nadere informatie

Regelgeving OKAN secundair onderwijs. Studiedag Wat kan (na) okan? (25 april 2013 Hasselt)

Regelgeving OKAN secundair onderwijs. Studiedag Wat kan (na) okan? (25 april 2013 Hasselt) Regelgeving OKAN secundair onderwijs Studiedag Wat kan (na) okan? (25 april 2013 Hasselt) Overzicht Inschrijvingsrecht in een notedop Wat is O(K)AN? Algemeen Deeltijds gewoon secundair onderwijs Voltijds

Nadere informatie

INSCHRIJVEN IN EEN SCHOOL. in 15 vragen

INSCHRIJVEN IN EEN SCHOOL. in 15 vragen INSCHRIJVEN IN EEN SCHOOL in 15 vragen 3 COLOFON Verantwoordelijke uitgever Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming Jo De Ro Agentschap voor Onderwijscommunicatie Koning Albert II-laan 15, 1210 Brussel

Nadere informatie

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende curriculumdossiers en leerplannen in het onderwijs

Besluit van de Vlaamse Regering betreffende curriculumdossiers en leerplannen in het onderwijs Besluit van de Vlaamse Regering betreffende curriculumdossiers en leerplannen in het onderwijs DE VLAAMSE REGERING, Gelet op het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, artikel 45, vervangen bij het

Nadere informatie

Verslag Algemene vergadering

Verslag Algemene vergadering Verslag Algemene vergadering 5 juni 2014 Verslaggever: Jean-Paul De Beleyr Aanwezigheid Zie aanwezigheidslijst toegevoegd aan dit verslag. Documenten Vooraf verstuurd: 1 Uitnodiging en agenda voor de vergadering

Nadere informatie

Wettelijke bepalingen Dit moet u doornemen

Wettelijke bepalingen Dit moet u doornemen 1 Wettelijke bepalingen Dit moet u doornemen 1. Orde en tuchtmaatregelen http://www.ond.vlaanderen.be/edulex/database/document/document.asp?docid=14691 1.1 Ordemaatregel Wanneer een leerling de goede werking

Nadere informatie

Je kunt je kind inschrijven op onze school:

Je kunt je kind inschrijven op onze school: Inschrijving 1.Hoe en wanneer Je kunt je kind inschrijven op onze school: op de opendeurdagen op de schooldagen tussen 9 uur en 12 uur op werkdagen van 1 tot 3 juli en vanaf 24 augustus tussen 9 uur en

Nadere informatie

2. In afwijking van paragraaf 1 moeten ouders van de volgende leerplichtigen, de leerplichtige niet inschrijven bij de examencommissie:

2. In afwijking van paragraaf 1 moeten ouders van de volgende leerplichtigen, de leerplichtige niet inschrijven bij de examencommissie: Examens Vanaf 1/9/2013 is een kind in huisonderwijs verplicht in te schrijven voor, deel te nemen aan én te slagen voor examens basisschool en 1ste graad secundair. Het onderwijsdecreet stipuleert heel

Nadere informatie

Commissie Zorgvuldig Bestuur

Commissie Zorgvuldig Bestuur Commissie Zorgvuldig Bestuur CZB/V/KBO/2014/341 BETREFT: wijziging bijdrageregeling tijdens schooljaar 1. PROCEDURE 1.1. Ontvangst: 30 januari 2014 1.2. Vraagsteller [A], directie 1.3. Verweerder / 1.4.

Nadere informatie

INSCHRIJVEN IN EEN SCHOOL. in 15 vragen

INSCHRIJVEN IN EEN SCHOOL. in 15 vragen INSCHRIJVEN IN EEN SCHOOL in 15 vragen 3 COLOFON Verantwoordelijke uitgever Vlaams Ministerie van Onderwijs en Vorming Jo De Ro Agentschap voor Onderwijscommunicatie Koning Albert II-laan 15, 1210 Brussel

Nadere informatie

VR DOC.0893/3BIS

VR DOC.0893/3BIS VR 2018 2007 DOC.0893/3BIS VOORONTWERP VAN DECREET TOT WIJZIGING VAN HET DECREET BASISONDERWIJS VAN 25 FEBRUARI 1997, HET DECREET VAN 8 JUNI 2007 BETREFFENDE DE STUDIEFINANCIERING VAN DE VLAAMSE GEMEENSCHAP,

Nadere informatie

Hoe/Wanneer het Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi)*** informeren?

Hoe/Wanneer het Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi)*** informeren? Huisonderwijs Wat is huisonderwijs? elk onderwijs, gegeven aan leerplichtige leerlingen, buiten een erkende, gefinancierde of gesubsidieerde school (door de Vlaamse, Franse of Duitstalige Gemeenschap)

Nadere informatie

VR DOC.0893/2BIS

VR DOC.0893/2BIS VR 2018 2007 DOC.0893/2BIS Voorontwerp van decreet tot wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, het decreet van 8 juni 2007 betreffende de studiefinanciering van de Vlaamse Gemeenschap,

Nadere informatie

Ouderraad Basisschool De Vogelzang

Ouderraad Basisschool De Vogelzang Ouderraad Basisschool De Vogelzang Huishoudelijke reglement 1. Oprichting - ontbinding Art.1. In de onderwijsinstelling Basisschool De Vogelzang, Goedlevenstraat 78, 9041 Oostakker, wordt een ouderraad

Nadere informatie

Voor alle kinderen geboren in 2012 en ouder. Je kind inschrijven. in een basisschool. Voor alle kinderen geboren in 2014 en ouder.

Voor alle kinderen geboren in 2012 en ouder. Je kind inschrijven. in een basisschool. Voor alle kinderen geboren in 2014 en ouder. Voor alle kinderen geboren in 2012 en ouder Je kind inschrijven in een basisschool Voor alle kinderen geboren in 2014 en ouder Beersel, Halle en Sint-Pieters-Leeuw Schooljaar 2016-2017 Beste ouder 3 0U

Nadere informatie

Informatie voor vertegenwoordigers van ouders uit het vrij onderwijs in het lokaal overlegplatform

Informatie voor vertegenwoordigers van ouders uit het vrij onderwijs in het lokaal overlegplatform Informatie voor vertegenwoordigers van ouders uit het vrij onderwijs in het lokaal overlegplatform Het Gelijke Onderwijskansendecreet De focus van het decreet ligt op kinderen en jongeren uit kansarme

Nadere informatie

Commissie inzake Leerlingenrechten. Beslissing. Nr. 2018/64 van 27 juni 2018

Commissie inzake Leerlingenrechten. Beslissing. Nr. 2018/64 van 27 juni 2018 Beslissing Nr. 2018/64 van 27 juni 2018 Inzake optredend als wettige vertegenwoordiger van , wonende Verzoekende partij, Tegen , Verwerende partij. Met

Nadere informatie

DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin; BESLUIT:

DE VLAAMSE REGERING, Op voorstel van de Vlaamse minister van Onderwijs en de Vlaamse minister van Welzijn, Volksgezondheid en Gezin; BESLUIT: Ontwerp van decreet tot wijziging van het decreet basisonderwijs van 25 februari 1997, het decreet van 8 juni 2007 betreffende de studiefinanciering van de Vlaamse Gemeenschap, de Codex Secundair Onderwijs

Nadere informatie

infosessie softwareleveranciers 29 mei 2018 Peter Van Poucke

infosessie softwareleveranciers 29 mei 2018 Peter Van Poucke infosessie softwareleveranciers 29 mei 2018 Peter Van Poucke 1 Agenda Discimus voor leerplicht September 18 Schoolverandering Overdracht leerlingengegevens Toelatingsvoorwaarden December 18 Begeleiding

Nadere informatie

Leerlingenaantallen basis- en

Leerlingenaantallen basis- en Leerlingenaantallen basis- en secundair onderwijs Duiding bij de beschikbare tabellen op de website onderwijsstatistieken Op basis van een aantal Excel-tabellen kan je leerlingenaantallen per school opzoeken

Nadere informatie

2 Initiatieven onder de verantwoordelijkheid van het schoolbestuur

2 Initiatieven onder de verantwoordelijkheid van het schoolbestuur Vlaams Verbond van het Katholiek Secundair Onderwijs Guimardstraat 1, 1040 Brussel MEDEDELING referentienr. : M-VVKSO-2006-100 datum : 2006-09-14 gewijzigd : contact : Dienst Personeel en schoolbeheer,

Nadere informatie

Advies over het voorstel van decreet over inschrijvingsrecht

Advies over het voorstel van decreet over inschrijvingsrecht Algemene Raad 12 mei 2011 AR-AR-PCA-ADV-017 Advies over het voorstel van decreet over inschrijvingsrecht Vlaamse Onderwijsraad Kunstlaan 6 bus 6 BE-1210 Brussel T +32 2 219 42 99 F +32 2 219 81 18 www.vlor.be

Nadere informatie

KTA,Liedekerke, 2015,8,2016,

KTA,Liedekerke, 2015,8,2016, Schoolreglement KTALiedekerke 201582016 Afdeling Onderwijsorganisatie en -personeel GO! Onderwijs van de Vlaamse Gemeenschap Willebroekkaai 36 1000 Brussel Inhoudsopgave 1. AANDACHTSPUNTEN...4 2. WELKOMINONZESCHOOL...5

Nadere informatie

De audities worden aangekondigd via de website van de school, via affiches en flyers,

De audities worden aangekondigd via de website van de school, via affiches en flyers, Auditiebeleid KBA Regelgeving i.v.m. AUDITIES. De audities vallen onder het begrip een door de school georganiseerde geschiktheidsproef. De toelatingsklassenraad kan immers als voorwaarde stellen dat de

Nadere informatie

Dubbele contingentering van GOK- en niet-gok-leerlingen en aanverwante kwesties. Studiedag VLOR-AgODi

Dubbele contingentering van GOK- en niet-gok-leerlingen en aanverwante kwesties. Studiedag VLOR-AgODi Dubbele contingentering van GOK- en niet-gok-leerlingen en aanverwante kwesties Studiedag VLOR-AgODi 16 december 2011 Overzicht 1. Decreet inschrijvingsrecht inwerkingtreding 2. Decreet inschrijvingsrecht

Nadere informatie

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving

RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving VR 2018 0106 DOC.0552/3 RAAD VAN STATE afdeling Wetgeving advies 63.246/1 van 18 mei 2018 over een ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering houdende sommige maatregelen betreffende de modernisering

Nadere informatie

Programmatiecriteria CVO - onderwijsbevoegdheid 2010 2011

Programmatiecriteria CVO - onderwijsbevoegdheid 2010 2011 Vlaamse Onderwijsraad Raad Levenslang en Levensbreed Leren Kunstlaan 6 bus 6 27 oktober 2009 1210 Brussel RLLL/MDR/DOC/021 Programmatiecriteria CVO - onderwijsbevoegdheid 2010 2011 1 Situering Het decreet

Nadere informatie

Advies over het ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs

Advies over het ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs ADVIES Algemene Raad 18 mei 2006 AR/PCA/ADV/014 Advies over het ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering betreffende de organisatie van tijdelijke projecten in het basis- en secundair onderwijs VLAAMSE

Nadere informatie

Knelpuntennota over de toepassing van het inschrijvingsrecht

Knelpuntennota over de toepassing van het inschrijvingsrecht Vast Bureau 14 november 2013 AR-VB-END-001 Knelpuntennota over de toepassing van het inschrijvingsrecht Vlaamse Onderwijsraad Kunstlaan 6 bus 6 BE-1210 Brussel T +32 2 219 42 99 F +32 2 219 81 18 www.vlor.be

Nadere informatie

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING

NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING DE VLAAMSE MINISTER VAN ONDERWIJS NOTA AAN DE VLAAMSE REGERING Betreft: - Ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 15 februari 2008 tot vaststelling

Nadere informatie

Op Stapel juni Onderwijsorganisatie en -personeel Huis van het GO! Willebroekkaai Brussel

Op Stapel juni Onderwijsorganisatie en -personeel Huis van het GO! Willebroekkaai Brussel Op Stapel 2015-09 4 juni 2015 04-06-2015 Onderwijsorganisatie en -personeel Huis van het GO! Willebroekkaai 36 1000 Brussel In de rubriek Op Stapel geven de collega's van de afdeling Onderwijsorganisatie

Nadere informatie

Nota met betrekking tot het voorstel van decreet betreffende het inschrijvingsrecht

Nota met betrekking tot het voorstel van decreet betreffende het inschrijvingsrecht Nota met betrekking tot het voorstel van decreet betreffende het inschrijvingsrecht Situering Uit twee recente debatten in de schoot van het Vlaams Parlement zijn twee actualiteitsmoties gevloeid m.b.t.

Nadere informatie

INSCHRIJVINGEN IN HET EERSTE JAAR (schooljaar )

INSCHRIJVINGEN IN HET EERSTE JAAR (schooljaar ) INSCHRIJVINGEN IN HET EERSTE JAAR (schooljaar 2019 2020) INSCHRIJVINGSPROCEDURE STAP 1: aanmelding, telefonisch via het callcenter (dinsdag 23 april 2019, 19-21u) STAP 2: registratie van de aanmelding,

Nadere informatie

Kiezen na de basisschool

Kiezen na de basisschool Kiezen na de basisschool WATHOE LEREN KIEZEN Wat gebeurt er in de klas? Het werkboekje WATHOE leren kiezen WATHOE het secundair onderwijs Hoe ziet het secundair onderwijs eruit? Wat kan ik er leren? Het

Nadere informatie

Tussen de hierna vermelde schoolraad. Via-scholen Secundair onderwijs. vertegenwoordigd door Tom Sevenants, voorzitter

Tussen de hierna vermelde schoolraad. Via-scholen Secundair onderwijs. vertegenwoordigd door Tom Sevenants, voorzitter 1 Bijlage: Model van overeenkomst tussen de schoolraad, het schoolbestuur en de directeur over de procedureregels bij het uitoefenen van de participatierechten Tussen de hierna vermelde schoolraad Via-scholen

Nadere informatie

Functionerings- en evaluatiereglement in het kader van loopbaanbegeleiding Goedkeuring Schoolbestuur: 10/02/2010 Goedkeuring LOC: 10/02/2010

Functionerings- en evaluatiereglement in het kader van loopbaanbegeleiding Goedkeuring Schoolbestuur: 10/02/2010 Goedkeuring LOC: 10/02/2010 Breekiezel 27, 3670 Meeuwen-Gruitrode Functionerings- en evaluatiereglement in het kader van loopbaanbegeleiding Goedkeuring Schoolbestuur: 10/02/2010 Goedkeuring LOC: 10/02/2010 Artikel 1: Wettelijk kader

Nadere informatie

Voor alle kinderen geboren in 2012 en ouder JE KIND INSCHRIJVEN IN EEN BASISSCHOOL

Voor alle kinderen geboren in 2012 en ouder JE KIND INSCHRIJVEN IN EEN BASISSCHOOL Voor alle kinderen geboren in 2012 en ouder JE KIND INSCHRIJVEN IN EEN BASISSCHOOL BEERSEL, HALLE EN SINT-PIETERS-LEEUW SCHOOLJAAR 2014-2015 Ontwerp: luc@vissenaken.be WOON ONDERWIJS BUITENGEBeste ouder,

Nadere informatie

Hoe/Wanneer het Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi)*** informeren?

Hoe/Wanneer het Agentschap voor Onderwijsdiensten (AgODi)*** informeren? Huisonderwijs * Wat is huisonderwijs? elk onderwijs, gegeven aan leerplichtige leerlingen, buiten een erkende, gefinancierde of gesubsidieerde school (door de Vlaamse, Franse of Duitstalige Gemeenschap)

Nadere informatie

Algemene Raad. 29 november 2018 AR-AR-ADV Vlaamse Onderwijsraad Koning Albert II-laan 37 BE-1030 Brussel T

Algemene Raad. 29 november 2018 AR-AR-ADV Vlaamse Onderwijsraad Koning Albert II-laan 37 BE-1030 Brussel T Algemene Raad 29 november 2018 AR-AR-ADV-1819-005 Wijziging inschrijvingsrecht, ook voor buitengewoon onderwijs Advies over het voorstel van decreet houdende wijzigingen van het decreet basisonderwijs

Nadere informatie