Algemene Excursie naar De Horsten op 29 september 2012

Transcriptie

1 Algemene Excursie naar De Horsten op 29 september 2012 Om uur treffen we elkaar en de IVN-gids Kees Pinster bij de ingang van De Horsten aan de Papeweg. Het weer is goed, zelfs een zonnetje. We slaan direct links een pad in. We zullen voornamelijk naar paddenstoelen kijken, gewoon omdat er zoveel zijn. De eerste is de Spitsschubbige parasolzwam. Hij heeft dan ook donkerbruine spitse opstaande schubben op zijn crème hoed. Het is een saprofyt. Kees geeft in het kort een indeling van de paddenstoelen. 1. Saprotroof levenden schimmels: soorten die van dood organisch materiaal leven. Ook wel opruimers genoemd. 2. De Mycorrhiza- vormende schimmels: de schimmel leeft samen met de plant tot wederzijds voordeel. De schimmel krijgt koolhydraten van de plant en die krijgt water met opgeloste mineralen terug. 3. Parasieten: zij leven ten koste van de plant. De gastheer hoeft niet altijd dood te gaan. Kees vertelt nog hoe je moet denken over het plukken van paddenstoelen. Vergelijk het met het plukken van appels. En ook over giftigheid. Pluk in ieder geval niet onnodig. We zien een Botercollybia, een opruimer, die vettig, glibberig aanvoelt. Dan op een stuk hout de Grauwgroene hertezwam, een opruimer dus. Ik zal niet alles opsommen, want aan het eind volgt een lijstje van wat we zagen. Paddenstoelen, het is fascinerend en schitterend om te zien. Sommige zijn al tevreden, ook

2 als ze de naam niet weten, pure schoonheid, daar gaat het hen om. We voelen, ruiken en proeven soms, maar pas daar wel mee op. Zo vonden we een duivelsei, het begin van de Grote stinkzwam. Kees sneed hem door en alles zat er in aanleg al in. Marie waagde het te snoepen van de dikke geleilaag op de kop, die later zo gretig door vliegen wordt afgelikt. Ik waag me er niet aan. Wel durf ik een stukje te proeven van het Eekhoorntjesbrood, want dat kan volgens Kees. Het smaakt wat notig. Slanke amaniet, die je vooral niet moet proeven, want verwisseling is altijd mogelijk met bv. de Groene knolamaniet, die dodelijk giftig is. Er komt een groepje ruiters aan en wij kijken of we water zien branden. Waarom groeten wij eigenlijk niet, zoals we bij anderen wel doen. Dus toch prins en prinsesjes gezien. Het gestreept nestzwammetje verdient wel vermelding. Het vertedert, zoals een nestje met vogeleieren vertedert. Er zijn gesloten en open exemplaren. Bij de Helmmycena wordt gewezen op het bultje (Umbo), de gespleten steel en de schotjes tussen de lamellen. Het Eikelbekertje op een zwartgeworden afgevallen eikel is een zakjeszwam (ascomyceet) en hij schiet zijn sporen omhoog. Imponerend is de Reuzenzwam aan de voet van een beuk. Dit is nu een parasiet, hij leeft op de wortels van de boom. Dan de Eikhaas, hoewel we hier nog vraagtekens bij hebben. Hij zou parasiteren op eik en wij zien hier een Prunus staan. Van de Amethistzwam wordt iedereen blij, omdat hij zo mooi is en omdat hij tenminste ook voor leken herkenbaar is omdat hij de kleur van rode kool heeft (de oude naam is dan ook Rode koolzwam). Echt judasoor schijnt door Japanners gedroogd te worden en gegeten. Kees constateert, dat de Russula s dit jaar erg aangevreten zijn. Komt dit, omdat het een slecht eikeljaar is? We passeren mooie beken en kijken altijd of we niet een ijsvogeltje kunnen ontdekken. We zien of horen weinig vogels. Wel Boomkruiper, Koolmees, Roodborstje, Torenvalk, Nijlgans, Grauwe gans en Houtduif. Een haas ligt roerloos in het gras. Bij een beukenlaan vertelt Kees, dat er vroeger veel paddenstoelen voorkwamen. Maar sinds er een ander beheer is en de drab uit de sloten rond de beuken wordt gedeponeerd, niet meer. De Parelstuifzwammen zijn wonderlijk uitgevreten. Gele knolamaniet: erg giftig. Langsteelfranjehoeden in grote getale op stukjes hout of op de humeuze grond. De Hoornsteeltaailing heeft een zeer harde steel. De Kopergroenzwam ruikt naar anijs. De Gekraagde aardster, altijd leuk, maar even verder een, die de Gewimperde zou kunnen zijn.

3 Perenvezelkop zou naar peer ruiken. Dat ruiken valt niet altijd mee. Zo ruik ik de chocoladegeur niet van de Franjehoed. Een moeilijke groep, volgens Kees. We lopen terug via een smal paadje met links een weidegebied. Hier zien we nog een Grote zilverreiger. Ook een Zwarte kraai, die in de lucht een buizerd aanvalt. Ik pluk nog een blad van de Gewone esdoorn met daarop de Inktvlekkenzwam. We eindigen bij het Theehuis, waar we afsluiten met koffie en appeltaart. Het was een schitterende wandeling en ook een leerzame. Met dank aan Kees. Priscelline Duivelsei van Grote stinkzwam Russula Eekhoorntjesbrood Op naar het theehuis

4 Gestreept nestzwammetje Langsteelfranjehoed Algemene excursie naar De Horsten op 29 september 2012 Spitsschubbige parasolzwam Eikhaas (prunus) Melksteelmycena Botercollybia Mosklokje Bruine bundelridderzwam Grauwgroene hertenzwam Elzenzompzwam Rode russula Kogelhoutskoolzwam Scherpe collybia Parelstuifzwam Wimpertje Oorzwammetje Plooirokje (inktzwam) Eikenbladzwammetje Berkenzwam Gele knolamaniet Fopzwam Gele korstzwam Langsteelfranjehoed Slanke amaniet Reuzenzwam (Beuk) Hoornsteeltaailing Breedplaatstreephoed Witte tandzwam Kopergroenzwam Gewone zwavelkop Gekraagde aardster Gestreept nestzwammetje Hazenpootje? Grote stinkzwam (Duivelsei) Amethistzwam Bloedsteelmycena Echt Judasoor Helmmycena Geelwitte russula Eikelbekertje (op eikels) Roestvlekkenzwam (naaldbomen) Rimpelende melkzwam Op Beukennootje Gewimperde of gekraagde aardster Bostrechterzwam Witte ridderzwam Zilvergrijze ridderzwam

5 Zonnerussula Parasolzwammetje Perenvezelkop Krulzoom Eekhoorntjesbrood Populierenmelkzwam Inktvlekkenzwam Vogels: Boomkruiper Roodborstje Koolmees Grauwe gans Nijlgans Houtduif Torenvalk Meerkoet Fuut Wilde eend Wilde zwaan Aalscholver Zwarte kraai Kauw Ekster Blauwe reiger Grote zilverreiger Buizerd