BIJLAGE BEANTWOORDING FEITELIJKE VRAGEN
|
|
- Jan Raphaël Dekker
- 5 jaren geleden
- Aantal bezoeken:
Transcriptie
1 BIJLAGE BEANTWOORDING FEITELIJKE VRAGEN Vraag 1 Is de veronderstelling juist dat in 2018 nog geen fosfaatruimte uit de fosfaatbank toegekend zal worden, omdat de betreffende regeling nog niet afgerond is en om hoeveel fosfaatruimte zal het naar verwachting gaan? De regeling voor de opzet van de fosfaatbank wordt op dit moment voorbereid. Zoals ik bij brief van 29 maart 2018 (Kamerstuk , nr. 281) aan uw Kamer heb gemeld, streef ik naar openstelling van de regeling per 1 september De openstellingsperiode zal waarschijnlijk 4 weken beslaan. In vervolg hierop dient een zorgvuldige beoordeling plaats te vinden. Ondernemers moeten bovendien eerder dan in de laatste maand van het kalenderjaar duidelijkheid hebben over de vraag of zij extra ruimte krijgen. Als dit niet het geval is, zouden zij nog in een zeer laat stadium rechten bij moeten kopen, of dieren moeten afstoten. Dit alles maakt dat ik er op dit moment vanuit ga dat in 2018 uit de fosfaatbank toegekende fosfaatproductieruimte, in het kalenderjaar 2019 kan worden benut. Daarbij wil ik de kanttekening plaatsen dat de fosfaatproductieruimte die uit de fosfaatbank kan worden toegekend, afhankelijk is van de ruimte die er is binnen de Europese kaders, zoals in mijn antwoorden bij het Schriftelijk Overleg van 30 mei 2018 vermeld (Kamerstuk , nr. 288). Daarnaast is de hoeveelheid fosfaatrechten in de fosfaatbank afhankelijk van de afroming van fosfaatrechten die gedurende het jaar verhandeld worden. Ik kan daarover nu dus nog geen uitsluitsel geven (voor de hoeveelheid rechten in de fosfaatbank tot nu toe verwijs ik naar het antwoord op vraag 9). Vraag 2 Bent u voornemens melkveebedrijven met een proefstalstatus en latente stalruimte in verband met de invoering van het fosfaatrechtenstelsel tegemoet te komen via toekenning van fosfaatruimte uit de fosfaatbank dan wel via de knelgevallenregeling? De fosfaatbank staat open voor iedereen die aan de voorwaarden voldoet. Dat betekent dat proefstalstatushouders evenals andere melkveehouders bij openstelling van de fosfaatbank een aanvraag kunnen indienen. Mits zij grondgebonden of jong en grondgebonden zijn. De proefstalstatus op zichzelf is hierbij geen onderscheidende factor. Vraag 3 Heeft u het voornemen, gezien het feit dat de nationale fosfaatproductie in 2017 ruim onder het fosfaatplafond uitkwam (vijf miljoen kilogram lager) en de verwachting dat dit in 2018 ook het geval zal zijn, om niet elke kleine overschrijding van sectorale fosfaatplafonds aan te pakken door het toepassen van een generieke korting? Door middel van de afspraken in het kader van het 6 e Actieprogramma Nitraatrichtlijn is Nederland gehouden aan de sectorale productieplafonds. Bij een overschrijding van één van deze plafonds moet ik optreden. Het wettelijke instrument daarvoor is het toepassen van een korting op de fosfaatrechten (voor melkvee) en/of de dierrechten (voor varkens en pluimvee bij overgang). Vraag 4 Hoeveel fosfaatproductie is naar verwachting gemoeid met de aangekondigde warme sanering van de varkenshouderij, los van de vraag van wat met de vrijkomende fosfaatruimte gedaan wordt? Ik voer op dit moment intensief overleg met betrokken partijen (provincies, gemeenten, coalitie vitalisering varkenshouderij) over de invulling van de in het Regeerakkoord aangekondigde warme sanering van de varkenshouderij. Ik kan op dit moment nog niet vooruitlopen op de uitkomst van die overleggen. Naast genoemde overleggen zijn de Europese staatsteunkaders bepalend voor de reikwijdte en invulling van de maatregelen. Ik voer hierover op dit moment tevens verkennende gesprekken met het Directoraat-Generaal AGRI van de Europese Commissie. Zoals toegezegd zal 1
2 ik uw Kamer voor het zomerreces informeren over een nadere invulling van de aangekondigde maatregelen. Vraag 5 Overweegt u nog een aanpassing van de Meststoffenwet met het oog op een beter functioneren van het fosfaatrechtenstelsel, zoals het schrappen van de afroming bij beperkte leasetransacties om het melkveehouders makkelijker te maken aan het eind van het jaar de mestboekhouding rond te krijgen? De afroming bij de overdracht van fosfaatrechten is bepalend voor de fosfaatproductieruimte die middels de fosfaatbank beschikbaar kan komen. Het schrappen van de afroming bij leasetransacties zou het effect van de fosfaatbank het stimuleren van een grondgebonden melkveehouderij verminderen. De Europese Commissie heeft bij haar goedkeuring op de staatssteunnotificatie van het stelsel het belang benadrukt van het stimuleren van grondgebondenheid middels de fosfaatbank. De genoemde aanpassing overweg ik daarom op dit moment niet. Vraag 6 Is bij de onderhandelingen over de verlening van de derogatie gesproken over het verrekenen van in het buitenland afgezette mest van het fosfaatplafond aangezien die mest geen effect heeft op de waterkwaliteit in Nederland? Zo ja, hoe staat de Europese Commissie hiertegenover en bent u bereid om hiervoor te blijven pleiten in de besprekingen over het volgende actieprogramma? Zoals ik in de aanbiedingsbrief bij het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn (Kamerstuk 33037, nr. 250) heb aangegeven, heeft de Europese Commissie (EC) niet ingestemd met de wens onder strenge voorwaarden verwerkte mest in beperkte mate buiten beschouwing te laten bij het vaststellen van de naleving van de sectorplafonds. De diensten van de EC zien dit als een verruiming van de sectorplafonds. Over deze wens is dan ook niet verder gesproken in de onderhandelingen over derogatie. Het opstellen van het zevende actieprogramma zal parallel lopen met de herbezinning op het mestbeleid. Op dit moment kan ik nog niet vooruitlopen op de inhoudelijke invulling daarvan. Vraag 7 Behoort structurele verdere aanscherping van het fosforgehalte in voer tot de mogelijkheden? Zo ja, heeft dit gevolgen voor de diergezondheid en hoeveel fosfaat kan hier maximaal structureel mee worden bespaard? In de overeenkomst met de veevoederindustrie is een maximum bruto fosfor-gehalte van gemiddeld 4,3 g/kg óf een maximum fosfor/ruw-eiwitratio van gemiddeld 2,2 over het totale assortiment melkveemengvoeders overeengekomen. Omdat gemiddelde normen worden gehanteerd, kan op bedrijfsniveau maatwerk worden geleverd zodanig dat de diergezondheid en het dierenwelzijn niet in het gedrang komen. Verdere aanscherping van het fosforgehalte in het veevoer is daarom vrijwel niet mogelijk. Vraag 8 Bent u bereid het eenmalig toe te staan om een hoeveelheid productierechten om te zetten in fosfaatrechten (zie de motie van het lid Geurts c.s., Kamerstuk , nr. 76)? Het omzetten van varkens- en pluimveerechten naar fosfaatrechten betekent feitelijk een ontschotting tussen de verschillende sectoren. Momenteel overstijgt de hoeveelheid rechten het fosfaatproductieplafond voor de melkveehouderij. Zoals ik in mijn antwoorden bij het Schriftelijk Overleg van 30 mei 2018 (Kamerstuk , nr. 288) heb vermeld, heeft de Europese Commissie aangegeven dat de hoeveelheid verstrekte fosfaatrechten het sectorale fosfaatproductieplafond 2
3 niet mag overschrijden. Het sectorale fosfaatproductieplafond is vastgelegd in het zesde Actie Programma Nitraatrichtlijn en bij de staatssteungoedkeuring op het fosfaatrechtenstelsel. Vraag 9 Hoeveel fosfaatrechten zitten er inmiddels in de fosfaatbank? Fosfaatrechten zijn vrij verhandelbaar. Bij iedere transactie wordt 10% van de overgedragen rechten afgeroomd. Overdracht van fosfaatrechten aan eerste-, tweede- of derdegraads bloed- of aanverwanten en door erfopvolging is bij wet vrijgesteld van de afroming bij overdracht. De afroming van 10% komt in de fosfaatbank. Tot en met 7 juni 2018 bevat de fosfaatbank bijna kilogram fosfaatrechten, zie hiervoor ook het antwoord op vraag 37. Vraag 10 Hoeveel fosfaatrechten verwacht u aan het einde van dit jaar in de fosfaatbank? De omvang van het aantal kilogrammen fosfaat dat aan het einde van het jaar in de fosfaatbank is opgenomen, is mede afhankelijk van het aantal overdrachten dat met 10% is afgeroomd. Dit gaat om overdrachten waarbij geen sprake is van een overdracht van fosfaatrechten aan eerste-, tweede- of derdegraads bloed- of aanverwanten of als gevolg van erfopvolging. De ontwikkeling van de handel in fosfaatrechten is afhankelijk van marktomstandigheden, deze laten zich lastig voorspellen. Er is daarom geen uitspraak te doen over het verwachte aantal kilogrammen fosfaat dat aan het eind van het jaar in de fosfaatbank zit. Vraag 11 Kunt u toelichten of boeren met onvoldoende bezetting voor hun proefstal-beschikkingen deze beschikkingen kwijtraken? Zo ja, welke gevolgen heeft dat? Boeren met een proefstalstatus raken hun proefstalbeschikking niet kwijt bij een onvoldoende bezetting. Indien de betreffende ondernemer door een onvoldoende stalbezetting niet aan zijn verplichtingen kan voldoen, behoudt hij de lagere emissiefactor die aan de proefstal is verbonden. De stal kan dan echter niet worden gebruikt ter ondersteuning van de bredere introductie van het betreffende stalconcept. Vraag 12 Hoe kunnen boeren hun proefstalstatus behouden, terwijl in hun stal niet voldoende dieren zijn gehuisvest om representatieve metingen te kunnen doen en bent u bereid om te kijken of hier iets aan gedaan kan worden? Ik verwijs hiervoor naar het antwoord op vraag 49. Vraag 13 Hoe lang is op dit moment de behandeltijd van de diverse zaken bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) en de rechtbank met betrekking tot bezwaar en beroep bij het fosfaatreductieplan en bij de melding knelgeval en bezwaar en beroep bij de beschikking fosfaatrechten? RVO.nl heeft ruim bezwaren ontvangen in het kader van de Regeling fosfaatreductieplan De doorlooptijd van de behandeling van deze bezwaren is gemiddeld 12 weken. RVO.nl heeft ruim bezwaren ontvangen tegen de beschikking tot vaststelling van het op het bedrijf rustende fosfaatrecht. De doorlooptijd van de behandeling van deze bezwaren is gemiddeld 11 weken. 3
4 In het kader van het fosfaatrechtenstelsel zijn er reeds 2000 bezwaren behandeld en in 95% van de gevallen zijn deze bezwaren tijdig behandeld of is er met instemming van de ondernemer verder uitstel overeengekomen. Bij dossiers waarin ook een knelgeval speelt is veelal een langere termijn overeengekomen dan in reguliere dossiers. Beroepen: Op 26 juli 2018 zijn zes beroepszaken bij het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) gepland in het kader van het fosfaatreductieplan. In één zitting worden voor deze zes beroepszaken de belangrijkste zaakoverstijgende onderwerpen behandeld. Doel hiervan is een oordeel te vormen over een aantal centrale vragen, dat als uitgangpunt kan dienen voor het vervolg. De behandeling van beroepen wordt daarom door het CBb aangehouden tot aan de uitspraak. Bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO.nl) zijn 2490 knelgevallen gemeld in het kader van het fosfaatrechtenstelsel. Circa 1690 knelgevallen-dossiers hebben naast een beroep op de knelgevallenvoorziening ook een bezwaarschrift ingediend tegen de initiële fosfaatrechtenbeschikking. Naar aanleiding van een uitspraak van het CBb op 2 mei 2018 moet het knelgeval tegelijk met het bezwaar worden behandeld. Het oordeel op de melding knelgeval zal meegenomen worden bij de beslissing op bezwaar. RVO.nl streeft ernaar om alle bezwaren waarbij ook sprake is van een knelgeval binnen de daarvoor gestelde termijn te behandelen en waar nodig zo spoedig mogelijk aanvullende informatie op te vragen. In die gevallen worden met de indieners veelal aanvullende afspraken gemaakt over de behandeltermijn. Voor de circa 800 knelgevallen waarbij de relatie geen bezwaarschrift heeft ingediend tegen de initiële fosfaatrechtenbeschikking is de gemiddelde doorlooptijd circa 14 weken. Voor het beoordelen van de aanmelding is vaak aanvullende informatie nodig. De termijn waarbinnen deze aanvullende informatie wordt aangeleverd is van invloed op de behandeltermijn. Vraag 14 Hoeveel melkveebedrijven zijn er al aangemerkt als knelgeval? Er zijn 2490 knelgevallen gemeld in het kader van het fosfaatrechtenstelsel. Het merendeel van deze meldingen heeft betrekking op een melkveebedrijf. De beoordeling van deze knelgevallen (eventueel in combinatie met de behandeling van bezwaar) vindt op dit moment plaats, hierdoor is het niet mogelijk om een volledig beeld te schetsen over het aantal melkveebedrijven dat als knelgeval aangemerkt wordt. Voor de verdere beantwoording verwijs ik naar het antwoord op vraag 13. Vraag 15 Op welke termijn verwacht u de aanvragen voor de knelgevallenvoorziening beoordeeld te hebben? Ik vind het belangrijk dat deze ondernemers snel weten waar zij aan toe zijn. In het belang van deze ondernemers moet deze duidelijkheid wel op basis van zorgvuldigheid worden verschaft. RVO.nl stelt alles in het werk om de grote hoeveelheid aanvragen zorgvuldig en binnen de wettelijke termijnen te behandelen. Wettelijk geldt een termijn van 8 weken, die eenmaal met 6 weken kan worden verlengd. Daar waar naast een knelgeval ook een bezwaar tegen de initiële fosfaatrechten beschikking is ingediend, zijn met de indieners aanvullende afspraken gemaakt over de behandeltermijn. Vraag 16 Hebben alle bedrijven die niet binnen de termijn een reactie kregen na hun knelgevallenvoorziening-aanvraag een verzoek gehad voor aanvullende informatie? Zo nee, wat gaat u daaraan doen? 4
5 RVO.nl streeft ernaar om alle meldingen binnen de daarvoor gestelde termijn op te pakken en waar nodig aanvullende informatie op te vragen. Daar waar naast een knelgeval ook een bezwaar tegen de initiële fosfaatrechten beschikking is ingediend, zijn met de indieners aanvullende afspraken gemaakt over de behandeltermijn. Vraag 17 Binnen welke termijn krijgen alle bedrijven die niet binnen de termijn een reactie kregen na hun knelgevallenvoorziening-aanvraag een reactie? Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik naar het antwoord op vraag 16. Vraag 18 Bent u bereid om fosfaat van de nertsenhouderij te laten kopen door de melkveehouderij? Zo nee, waarom niet? Voor de fosfaatproductie in de nertsenhouderij geldt geen stelsel van productierechten. Deze fosfaatproductieruimte is daarmee dus niet verhandelbaar is. Bovendien heeft de Europese Commissie aangegeven dat de fosfaatproductie de melkveehouderij en de hoeveelheid verstrekte fosfaatrechten het sectorale fosfaatproductieplafond niet mogen overschrijden. Het overhevelen van fosfaatproductieruimte van de nertsenhouderij naar de melkveehouderij zou de overschrijding van het fosfaat productieplafond voor de melkveehouderij juist doen toenemen. Vraag 19 Is het in rekening brengen van een derogatievergunning, terwijl de derogatie ten goede komt aan meer grasland, onder derogatiebedrijven de waterkwaliteit goed is en andere Europese landen hier geen vergoeding voor vragen, gerechtvaardigd? Op grond van het profijtbeginsel wordt vanaf 2019 een vergoeding gevraagd aan de landbouwer die een derogatievergunning aanvraagt. Dit is gebruikelijk voor vergunningen en conform het kabinetsbeleid aangaande het doorrekenen van kosten, zoals neergelegd in het rapport Maat houden uit Daarin is tevens bepaald dat de vergoeding maximaal de werkelijke kosten bedraagt. De Nederlandse keuze om kosten voor vergunningen door te rekenen aan degene die daarvan profijt ondervindt, is nationaal beleid. In de afweging van belangen om de kosten vanaf 2019 door te rekenen is meegenomen dat de landbouwer die derogatie aanvraagt, daarvan zelf economisch en financieel voordeel heeft en zelf in staat is de keuze te maken om al dan niet derogatie aan te vragen. Vraag 20 Wat kan u ertoe brengen om wel te starten met een duurzame en geborgde pilot Kringloopwijzer? Voor het antwoord op deze vraag verwijs ik u naar mijn beantwoording bij het Schriftelijk Overleg van 30 mei 2018 (Kamerstuk , nr. 288). Ik heb hier aangegeven dat hoewel niet bij alle bedrijven die geblokkeerd zijn geweest in verband met de geconstateerde onregelmatigheden met de registraties van runderen in het Identificatie & Registratiesysteem sprake is geweest van opzet zijn er ook bedrijven waarbij dat wel degelijk het geval lijkt. Als het financieel gewin groot is, bestaat er nu eenmaal een prikkel om gegevens onjuist te registreren. Dit risico is ook aanwezig wanneer de Kringloopwijzer bepalend wordt voor de hoeveelheid geproduceerde mest. Daarbij geeft de NVWA aan dat de Kringloopwijzer op dit moment nog niet te handhaven is. Ik blijf met de sector in overleg over de ontwikkeling van de Kringloopwijzer, maar voorzie niet dat op korte termijn met een pilot Kringloopwijzer in relatie tot fosfaatrechten gestart kan worden. Vraag 21 Wanneer verwacht u de derogatiebeschikking voor ? 5
6 De derogatiebeschikking is op 31 mei 2018 verleend door de Europese Commissie en op 4 juni 2018 gepubliceerd. De beschikking met nummer (EU) 2018/820, is te vinden via: Vraag 22 Wat is het tijdspad voor de onderhandelingen over het volgende actieprogramma en voor de derogatie voor de periode ? Logischerwijs kan de Europese Commissie slechts een derogatiebeschikking verlenen gekoppeld aan de periode waarvoor het actieprogramma geldt. Het huidige actieprogramma geldt voor de periode en de Europese Commissie heeft derogatie verleend voor de jaren 2018 en 2019 met de mogelijkheid om een aanvraag voor verlenging in te dienen. Wanneer er overeenstemming is bereikt met de Europese Commissie over de in te dienen handhavingsstrategie (uiterlijk 30 september 2018) zal ik met de Commissie in gesprek gaan over verlenging van de derogatie voor de jaren 2020 en Het zevende actieprogramma voor de periode zal qua planning nauwe samenhang kennen met het traject van herbezinning van het mestbeleid dat ik ben gestart. Een nieuwe derogatieaanvraag voor die jaren zal tegen die tijd en in die context moeten worden bezien. Vraag 23 Hoe wordt het gat tussen de prognose fosfaatrechten en toegekende rechten verklaard? Zoals ik heb beschreven in mijn brief van 29 maart 2018 (Kamerstuk , nr. 281) heeft het gat tussen de prognose van de fosfaatproductie en de toegekende rechten verschillende oorzaken. Ten eerste zijn de fosfaatrechten ook toegekend voor de productie van meststoffen door dieren buiten de melkveehouderij. Ten tweede worden de rechten op forfaitaire basis toegekend. Voor het bepalen van de prognose van de fosfaatproductie van 2018 maakt het CBS zoveel mogelijk gebruik van de werkelijke gegevens. De werkelijke gegevens kunnen ertoe leiden dat de (prognose van de) werkelijke fosfaatproductie anders uitvalt dan bij raming op basis van de forfaitair toegekende rechten te verwachten is. Vraag 24 Klopt het dat Europese Commissie uitsluitend stuurt op het totale fosfaatplafond, zoals zij dat ook meldt in bijvoorbeeld het Environment Comité? Zoals ook in het 6 e Actieprogramma Nitraatrichtlijn is vastgelegd, houdt de Europese Commissie Nederland zowel aan de nationale als aan de sectorale productieplafonds. Daarnaast betreft het fosfaatrechtenstelsel door de Europese Commissie goedgekeurde staatssteun. In dat verband heeft de Europese Commissie aangegeven dat de hoeveelheid verstrekte fosfaatrechten het sectorale fosfaatproductieplafond voor de melkveehouderij niet mag overschrijden Vraag 25 Waarom laat u de Europese Commissie de fosfaatproductie niet afrekenen op daadwerkelijk geproduceerd fosfaat, zoals oorspronkelijk is vastgelegd in het fosfaatplafond? De Europese Commissie houdt Nederland aan de daadwerkelijk geproduceerde hoeveelheden fosfaat. Aangezien het fosfaatrechtenstelsel goedgekeurde staatssteun betreft, moet Nederland ook het aantal toegekende rechten verantwoorden. In dit verband heeft de Europese Commissie aangegeven dat de hoeveelheid fosfaatrechten het sectorale fosfaatproductieplafond voor de melkveehouderij niet mag overschrijden. 6
7 Vraag 26 Kan er een duidelijk overzicht komen van welke bevoegdheden voor handelen met betrekking tot het fosfaatrechtenstelsel een nationale aangelegenheid zijn en welke voorbehouden zijn aan de Europese Commissie? Binnen de Europese Unie gelden onder meer regels over het milieu en over staatssteun. Op grond van de Nitraatrichtlijn moeten de lidstaten actieprogramma s opstellen om de waterverontreiniging door nitraten uit agrarische bronnen te verminderen en te voorkomen. Een belangrijk onderdeel van het zesde actieprogramma is het fosfaatrechtenstelsel. De Europese Commissie heeft geoordeeld dat met de invoering van het fosfaatrechtenstelsel staatssteun gemoeid is. Dit stelsel moet dus voldoen aan de Europese staatssteunregels. In dat verband bevat het stelsel ook elementen die verder gaan dan verplicht is op grond van de Nitraatrichtlijn. De Europese Commissie is de enige instantie die bevoegd is om te oordelen of de door de lidstaten te verlenen staatssteun toelaatbaar is, onder toezicht van het Europees Hof van Justitie. De Europese Commissie heeft het fosfaatrechtenstelsel goedgekeurd. Het invoeren, uitvoeren en toezicht houden op de naleving van het fosfaatrechtenstelsel zijn bevoegdheden van de lidstaat. De bevoegdheden die de Minister daarbij heeft zijn geregeld in de Meststoffenwet. Nederland moet zorgen dat dit overeenkomstig de relevante Europese regels gebeurt. Op grond van artikel 17 van het Verdrag betreffende de Europese Unie (hierna: VEU) ziet de Europese Commissie daarop toe. In dat verband controleert de Europese Commissie of bij de uitvoering van het fosfaatrechtenstelsel gehandeld wordt conform het goedkeuringsbesluit. Bevoegdheid Bevoegd Uitvoering bevoegdheid (m.b.t. fosfaatrechtenstelsel) Milieu Opstellen actieprogramma s LS Ontvangen van EC actieprogramma s Uitvoeren actieprogramma s LS > Invoeren fosfaatrechtenstelsel (regelgeving) > Uitvoeren fosfaatrechtenstelsel, o.a.: - Vaststellen fosfaatrecht - Registreren fosfaatrecht - Korting op fosfaatrecht - Knelgevallenvoorziening toepassen - Fosfaatbank Toezicht op naleving nationale regelgeving ter uitvoering actieprogramma Toezicht op uitvoering actieprogramma s door LS Algemeen toezicht op naleving EU milieuregels door LS Staatssteun Notificeren staatssteunmaatregelen Goedkeuren staatssteunmaatregelen Uitvoeren staatssteunmaatregelen Toezicht op naleving aan staatssteunverlening verbonden nationale voorschriften Toezicht op uitvoering staatssteunmaatregelen door LS Algemeen toezicht op naleving staatssteunregels door LS LS EC EC LS EC LS LS EC EC Toezicht op naleving fosfaatrechtenstelsel door landbouwers Vaststellen op het bedrijf rustende fosfaatrecht Toezicht op naleving fosfaatrechtenstelsel door landbouwers 7
8 Vraag 27 Waarom houdt de Europese Commissie zich bezig met het aantal toegekende fosfaatrechten (in de brief staat dat de Europese Commissie vindt dat deze teruggebracht moeten worden naar een lager niveau)? De Europese Commissie houdt toezicht op de naleving van de Europese milieu- en staatsteunregels door de lidstaten. In dat kader is het fosfaatrechtenstelsel door de Europese Commissie goedgekeurd. Nu de goedkeuring is verleend, controleert de Europese Commissie of de uitvoering van het stelsel voldoet aan de verleende goedkeuring. In dat verband heeft de Europese Commissie aangegeven dat de hoeveelheid rechten onder het sectorale plafond moet worden gebracht. Vraag 28 Waar stelt de Europese Commissie dat er niet meer rechten mogen worden uitgegeven dan waar het plafond ruimte voor biedt? De Europese Commissie heeft dit laten weten tijdens diverse ambtelijke overleggen over het fosfaatrechtenstelsel. Het sectorplafond is als norm vastgelegd bij de staatssteungoedkeuring. Vraag 29 Hoe vaak heeft u er bij de Europese Commissie voor gepleit om de fosfaatproductie die buiten het Nederlandse milieu wordt afgezet, te kunnen salderen? Hiervoor verwijs ik naar het antwoord op vraag 6. Dit is in de periode augustus tot en met december 2017 in de contacten met de Europese Commissie aan de orde geweest. Vraag 30 Klopt het dat ongeveer 35 miljoen kg fosfaat geëxporteerd wordt? Dit cijfer is niet actueel. Uit cijfers van RVO.nl blijkt dat in ,2 miljoen kg fosfaat is geëxporteerd. ( 0per_%20jaar.pdf) Vraag 31 Wanneer komt de officiële derogatiebeschikking? Hiervoor verwijs ik naar het antwoord op vraag 21. Vraag 32 Tot wanneer loopt het convenant met de veevoederindustrie inzake de hoeveelheid fosfaat in veevoer? NZO, LTO Nederland, NEVEDI en de VLB hebben met elkaar een overeenkomst gesloten waarin afspraken worden gemaakt over de hoeveelheid fosfor in melkveemengvoer. Deze overeenkomst loopt van 1 januari tot en met 31 december Ruim voor de einddatum wordt bekeken of de overeenkomst kan worden beëindigd dan wel herzien en daarna verlengd. 8
9 Vraag 33 Waarom wordt voor de uitwerking van knelgevallen, bijvoorbeeld de starters, in overleg met de Europese Commissie getreden? Zoals bekend, is het fosfaatrechtenstelsel door de Europese Commissie goedgekeurd in het kader van staatssteun. De verschillende onderdelen van het stelsel zijn in de goedkeuringsprocedure meegenomen. Zo ook de algemene maatregel van bestuur waarin de aanvullende categorieën knelgevallen zijn vastgelegd. Ook de knelgevallenvoorziening moet immers passen binnen de Europese staatssteunregels. Over een aanpassing van de knelgevallenvoorziening is dan ook overleg met de Europese Commissie nodig om te voorkomen dat met een aanpassing ongeoorloofde staatssteun wordt verleend. Vraag 34 Hoe is bij de knelgevallenregeling voor starters de 50 procent onderbouwd en is dit juridisch houdbaar? Zoals in de brief aan uw kamer van 12 juli 2017 (Kamerstuk , nr. 100) is aangegeven, heeft de onafhankelijke Commissie knelgevallen fosfaatrechten (Commissie Kalden) geadviseerd om voor starters een tegemoetkoming te hanteren van 50% van het verschil tussen de feitelijke melkveebezetting op 2 juli 2015 en de op die datum aanwezige stalcapaciteit. De Commissie Kalden geeft aan dat er reden kan zijn om bepaalde situaties als knelgeval te erkennen, maar dat volledige compensatie tot een veel hogere generieke korting zou leiden voor andere melkveehouders en daarom jegens hen disproportioneel zou zijn. Een gedeeltelijke compensatie brengt tevens tot uitdrukking, dat de betrokken ondernemers met hun beslissingen zelf ook verantwoordelijkheid dragen voor de situatie waarin zij zijn terecht gekomen. De Commissie geeft aan dat melkveehouders en hun financiers konden voorzien dat op enig moment na afschaffing van het Europese melkquotastelsel de introductie van productiebeperkende maatregelen aan de orde zou zijn. De commissie adviseert een compensatie van 50% van het verschil tussen de feitelijke bezetting en de mogelijke bezetting. Om de door de Commissie Kalden genoemde redenen is de verhoging van het fosfaatrecht voor starters in het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet vastgesteld op 50% van het verschil tussen de fosfaatproductie op de peildatum en de hoeveelheid fosfaat die geproduceerd had kunnen worden met de op de peildatum aanwezige stalcapaciteit. Vraag 35 Hoe wordt de extra ruimte voor starters omschreven? Indien ik overeenstemming kan bereiken met de Europese Commissie zal ik het initiatief nemen om de algemene maatregel van bestuur zodanig aan te passen dat ondernemers die op de peildatum beschikten over melkvee (jongvee), maar nog geen melk produceerden, ook in aanmerking kunnen komen voor compensatie. Vraag 36 Wat wordt verstaan onder stalcapaciteit voor deze specifieke groep starters? Gaat dit om bestaande stalcapaciteit of in aanbouw zijnde capaciteit? Het betreft de aanwezige stalcapaciteit. Een stal in aanbouw biedt geen capaciteit voor het houden van melkvee. Vraag 37 Hoeveel fosfaatrechten zijn er in de eerste vijf maanden van 2018 afgeroomd ten behoeve van de fosfaatbank? Kunt u een overzicht per maand verstrekken? 9
10 In onderstaand overzicht staat per maand het aantal afgeroomde fosfaatrechten (kg fosfaat) dat is toegevoegd aan de fosfaatbank. De cijfers zijn afgerond. Per maand: * *t/m 7 juni 2018 Vraag 38 De toekenning van fosfaatrechten uit de fosfaatbank is nog niet uitgewerkt; wanneer kan de Kamer deze tegemoet zien? De regeling voor de opzet van de fosfaatbank wordt op dit moment voorbereid. Ik streef naar afronding van de regelingstekst deze maand. Zo spoedig mogelijk daarna zal ik de relevante sectorvertegenwoordigers consulteren, waarna de regeling wordt voorgehangen aan uw Kamer. Vraag 39 Waarom kiest u er niet voor om de fosfaatrechten uit de fosfaatbank voor 2018 niet uit te geven, maar in te zetten als overbrugging voor de knelgevallen? De fosfaatbank is een instrument ter bevordering van grondgebondenheid en jonge boeren. Het is geen knelgevallenvoorziening. Hiervoor bestaat een aparte voorziening, bedoeld om de negatieve gevolgen van het fosfaatrechtenstelsel te mitigeren voor categorieën melkveehouders die onevenredig worden geraakt. Alle bedrijven behorend tot zo n categorie komen onder dezelfde voorwaarden voor compensatie in aanmerking. Dat gegeven van gelijke gevallen gelijk behandelen, verhoudt zich niet goed tot de beperkte hoeveelheid rechten in de fosfaatbank en de kans om door uitloting niet voor rechten uit de fosfaatbank in aanmerking te komen. De hoeveelheid fosfaatrechten die beschikbaar is voor de fosfaatbank is immers beperkt. Indien sprake is van een groep melkveehouders die onevenredig wordt getroffen, kan de beperkte ruimte in de fosfaatbank geen reden zijn om slechts een deel van die categorie melkveehouders te compenseren. Voorts moet, zoals de Commissie Kalden aangeeft in haar advies, de mate van compensatie worden bepaald op basis van een afweging tussen de mate waarin bepaalde categorieën melkveehouders disproportioneel worden getroffen en de mogelijk disproportionele effecten die het treffen van een voorziening kan hebben voor andere melkveehouders, waarvoor dan minder fosfaatproductieruimte beschikbaar is. Ook de mate van compensatie kan dus niet slechts afhankelijk zijn van de beschikbare ruimte in de fosfaatbank. Vraag 40 Welke concrete stappen hebben de banken na het gesprek met u gezet om knelgevallen met financiële risico s te begeleiden? De banken waren al bezig met een beoordeling van de individuele gevallen, zij hebben aangegeven deze beoordeling zorgvuldig voort te zetten. Mijn brief van 29 maart 2018 biedt ook de banken meer duidelijkheid over de kaders waarbinnen de overheid opereert. Vraag 41 Kunt u aangeven wanneer er precies duidelijkheid is voor de vleesveehouderij? Is dit nog voor de zomer? 10
11 Ik acht het van groot belang dat de vleesveehouderij spoedig weet waar zij aan toe is. In mijn brief aan uw Kamer van 29 maart jl. (Kamerstuk , nr. 281) heb ik aangegeven te streven naar invoering van de beleidsregel en de vrijstellingsregel per 1 juli a.s. Ik ben hiervoor echter afhankelijk van overleg met de Europese Commissie, dit overleg is momenteel nog gaande. Ik kan op dit moment dan ook nog geen uitsluitsel geven over wanneer de aangekondigde regels in werking kunnen treden. Vraag 42 Geldt de duidelijkheid voor de vleesveehouderij dan ook voor gecombineerde bedrijven met bijvoorbeeld melkvee en vleesvee? Ook voor bedrijven waar zowel melkvee als vleesvee wordt gehouden zal de beleidsregel verduidelijken voor welk jongvee men over rechten moet beschikken. Vraag 43 Kunt u uitgebreid ingaan op de controle rond Identificatie en Registratie (I&R), waarbij u tevens ingaat op de vragen hoe vaak en door wie hierop controle plaatsvindt en of er een automatisch meldsysteem is als er dieren met regelmaat worden afgevoerd naar een ander bedrijf niet zijnde een veehandelaar? Bij de controle in het kader van de vrijstellingsregeling fosfaatrechten zoogkoeienhouderij zal gebruik gemaakt worden van de I&R registratie. Jongvee dat gehouden wordt op een vleesveebedrijf dat zich aangemeld heeft voor de vrijstellingsregeling, wordt op basis van hun individuele I&R nummers nagetrokken/gevolgd, zodat achteraf gecontroleerd kan worden of deze dieren later niet alsnog op melkveebedrijven worden gehouden. Indien uit controle blijkt dat in een kalenderjaar een bepaald vrouwelijk rund is afgevoerd naar een melkproducerend bedrijf of op een later moment op een melkproducerend bedrijf gehouden wordt, dan geldt de vrijstelling niet en had de betreffende ondernemer over fosfaatrechten voor al zijn melkvee moeten beschikken. Het ontwerp van een automatisch meldsysteem voor deze situatie is complex. Voorlopig zet ik daarom in op gezamenlijke controle door NVWA en RVO.nl middels de I&R registratie in combinatie met fysieke controles. Vraag 44 Kunt u garanderen dat melkvee die eenmaal code 120 heeft gekregen nooit meer teruggezet kan worden naar een code die betrekking heeft op melk leverend of droogstand? Zoals ik in het Schriftelijk Overleg van 30 mei 2018 (Kamerstuk , nr. 288) heb aangegeven, vindt de controle op fosfaatrechten plaats op basis van de werkelijke situatie. Uitgangspunt is de definitie van melkvee in de wet. De diercoderingen worden niet door de overheid geregistreerd. Voor de controle op het fosfaatrechtenstelsel wordt gebruik gemaakt van de I&R gegevens van het bedrijf, en de gegevens betreffende de melkleveranties. RVO.nl en NVWA doen een risicoanalyse op basis waarvan fysieke controles plaatsvinden. Als een weidekoe in een later stadium opnieuw melkkoe wordt, zal de betreffende ondernemer met terugwerkende kracht over fosfaatrechten moeten beschikken. Vraag 45 Waarom is in de rapportage van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) geen correctie doorgevoerd vanwege de leegstaande stallen inzake fipronil? De prognose van het CBS is bedoeld om een beeld te krijgen van de fosfaat- en stikstofproductie in Hoewel er in een aantal gevallen nog steeds sprake is van leegstand van stallen, verwacht 11
12 het CBS dat deze leegstand af zal nemen. De invloed van de leegstand op de totale fosfaat- en stikstofproductie door de pluimveehouderij zal daarmee in 2018 beperkt zijn. In de volgende prognose zal het aantal stuks pluimvee gebaseerd zijn op de opgave in de Landbouwtelling. Eventuele leegstand die dan nog voorkomt, is dan automatisch verdisconteerd. Vraag 46 Hoeveel stallen staan er nog leeg in verband met de fipronilaffaire en wat betekent dit voor de fosfaatproductie? Leegstand tussen de ronden is gebruikelijk en kan korter of langer duren. Reden van leegstand wordt niet geregistreerd. Voor zover bekend bij de NVWA staan op dit moment 22 stallen leeg. De exacte gevolgen van leegstand op de fosfaatproductie in de pluimveehouderij zijn nog niet bekend, maar zoals in het antwoord op vraag 45 aangegeven, zullen deze naar verwachting beperkt zijn. Vraag 47 Op basis van welke gegevens en analyses is de samenstelling van krachtvoer en ruwvoer bepaald? Kunt u een gedetailleerd antwoord geven? De samenstelling van mengvoer van melkvee en varkens in de prognose is gebaseerd op gegevens van Nevedi. Voor de jaarlijkse publicatie van de fosfaat- en stikstofproductie door CBS wordt voor alle mengvoer en enkelvoudig droog voer gebruik gemaakt van voerjaaroverzichten van RVO.nl. Gegevens over de afzet en de samenstelling van vochtrijke krachtvoeders zijn afkomstig van de Overleggroep Producenten Natte Veevoeders (OPNV). Voor ruwvoer worden de graslandopbrengsten gebaseerd op jaarlijks CBS-onderzoek naar graslandgebruik, de snijmaïsopbrengsten zijn gebaseerd op gegevens van het bedrijveninfomatienet van Wageningen Economic Research. De samenstelling van ruwvoer is gebaseerd op gegevens van Eurofins Agro. Deze gegevens betreffen heel Nederland. Vraag 48 Waarom worden de cijfers van de landbouwtelling voor het CBS gebruikt en vanaf volgend jaar de gegevens van I&R? Zijn daar grote verschillen te verwachten? Zo ja, welke? Het CBS maakt voor het bepalen van de fosfaat- en stikstofproductie gebruik van de cijfers die bij de huidige stand van zaken het meest betrouwbaar zijn. Dat betekent dat voor rundvee de gegevens uit het I&R worden gehanteerd. Voor andere diercategorieën worden rechtstreeks de gegevens van de landbouwtelling gehanteerd, de basis voor deze categorieën is de opgave die ondernemers doen bij RVO.nl. Blijkens nieuwe inzichten kan het I&R ook voor andere diercategorieën als basis dienen, daarom zal het I&R in 2018 ook voor pluimvee, schapen en geiten ten grondslag liggen aan de berekening van de fosfaat- en stikstofproductie. Voor varkens blijkt het I&R onvoldoende detailgegevens te bevatten. Er valt op dit moment nog niets te zeggen over eventuele verschillen. Vraag 49 Welke gevolgen voor de toekomst van de melkveehouderij kan het niet of onvoldoende beschikbaar zijn van proefstallen hebben? In proefstallen vinden metingen plaats van de ammoniakemissie van nieuwe stalsystemen. Innovatieve veehouders en toeleverende bedrijven dragen met het testen van nieuwe systemen bij aan het tot stand komen van innovaties op dit gebied. Deze werkwijze blijkt succesvol te zijn, en draagt daarmee bij aan een toekomstbestendige melkveehouderij. Tot een bepaald niveau zijn aanvullende maatregelen mogelijk om met een lagere stalbezetting ook aan de meetverplichtingen, verbonden aan de proefstalstatus, te voldoen. Hierbij gaat het onder meer om 12
13 het afsluiten van stalgedeelten. Alleen in uitzonderlijke omstandigheden kunnen de metingen niet worden volbracht. Vraag 50 Hoeveel bedrijven hebben hun beschikking fosfaatrechten nog niet ontvangen, wat is de reden hiervan en worden deze bedrijven geconfronteerd met boetes? Het merendeel van de bedrijven heeft in januari 2018 de beschikking fosfaatrechten ontvangen. Ondernemers die menen in aanmerking te komen voor fosfaatrechten en geen beschikking hebben ontvangen kunnen hiertoe een verzoek indienen bij RVO.nl. Enkele honderden ondernemers hebben hiervan gebruik gemaakt, voornamelijk bedrijven waar vleesvee wordt gehouden. De bedrijven waar vleesvee wordt gehouden ontvangen hun beschikking na afstemming met de Europese Commissie over de beleidsregel met betrekking tot jongvee en de vrijstellingsregeling voor zoogkoeienhouders. Dit om te voorkomen dat betreffende ondernemers ten onrechte fosfaatrechten toegekend krijgen. De ondernemers die geen vleesvee houden ontvangen zo spoedig mogelijk na hun verzoek een beschikking fosfaatrechten. Vraag 51 Klopt het dat er bij RVO nog steeds een achterstand is in het verwerken van bezwaren? Nee, dit klopt niet. Inmiddels hebben ruim 5900 ondernemers bezwaar ingediend met betrekking tot de fosfaatrechten. Ik vind het belangrijk dat deze ondernemers snel weten waar zij aan toe zijn. In het belang van deze ondernemers moet deze duidelijkheid wel op basis van zorgvuldigheid worden verschaft. RVO.nl stelt alles in het werk om de grote hoeveelheid bezwaarschriften zorgvuldig en binnen de wettelijke termijnen af te handelen. Wettelijk geldt een termijn van 6 weken, die eenmaal met 6 weken kan worden verlengd. Voor een eventuele verdere verlenging van de beslistermijn is instemming van de ondernemer vereist of moet sprake zijn van het opvragen van aanvullende informatie. Zoals ook in de beantwoording op vraag 13 aangeven, zijn er reeds 2000 bezwaren met betrekking tot de fosfaatrechten behandeld en in 95% van de gevallen zijn deze bezwaren tijdig behandeld of is de beslistermijn verlengd met instemming van de ondernemer. Vraag 52 Kunt u in een schematisch overzicht aangeven: de hoeveelheid bezwaren en klachten en overige? Kunt u dit uitsplitsen naar aard van het bezwaar, klacht of overig? Kunt u hierbij een overzicht geven van wanneer het bezwaar, klacht of overig is ingediend? Onderstaande tabel geeft een overzicht van de ingediende bezwaren en klachten met betrekking tot het fosfaatreductieplan en het fosfaatrechtenstelsel. Het is mij niet duidelijk wat met de term overig wordt bedoeld, deze komt daarom niet terug in de tabel. Gelet op met name het grote aantal ingediende bezwaren is een uitsplitsing in aard en indieningsdata binnen de gevraagde termijn van beantwoording niet te geven. Bezwaren Klachten Fosfaatreductieplan Fosfaatrechtenstelsel Vraag 53 Klopt het dat er nog bezwaren open staan die al in 2017 zijn ingediend? Dit klopt, deze bezwaren hebben betrekking op de Regeling Fosfaatreductieplan Een groot deel van de relaties heeft gevraagd om uitstel om financiële stukken aan te kunnen leveren ter onderbouwing van hun zaak. 13
14 Vraag 54 Klopt het dat er bedrijven zijn die in de eerste weken van januari bezwaar hebben gemaakt en nu nog geen uitsluitsel hebben? Zo ja, om hoeveel bedrijven gaat dit? Dit klopt, dit gaat om 63 bedrijven. In ruim de helft van deze zaken is de beslistermijn met instemming van de ondernemer verlengd. In de overige gevallen is de beslistermijn overschreden, RVO.nl streeft ernaar deze zo spoedig mogelijk te behandelen. Oorzaak van de vertraagde afhandeling van deze zaken is het nog lopende overleg met de Europese Commissie over de oplossingsrichting voor vleesvee. Vraag 55 Hoeveel weken (of maanden) duurt het voordat een bezwaar wordt opgepakt? Zit er verschil in de aard van het bezwaar? Zo ja, welke? Elk bezwaarschrift wordt binnen maximaal 2 weken na binnenkomst opgepakt en in het kader van zorgvuldigheid wordt elke ondernemer binnen deze 14 dagen gebeld door de behandelend jurist. De aard van het bezwaar verschilt per onderwerp en qua gronden. Dit bepaalt mede de complexiteit van een bezwaarzaak. De complexiteit van een zaak invloed hebben op de doorlooptijd. De doorlooptijd van de behandeling van bezwaren in het kader van de Regeling fosfaatreductieplan 2017 is gemiddeld 12 weken. De doorlooptijd van de behandeling van bezwaren in het kader van fosfaatrechten is gemiddeld 11 weken. Zie ook het antwoord op vraag 13. Vraag 56 Hoeveel klachten zijn er over de behandeling/afhandeling van fosfaatrechten bij de Nationale ombudsman terecht gekomen? Zoals bij vraag 52 aangegeven zijn er in het kader van het fosfaatrechtenstelsel 13 klachten ingediend in het kader van het fosfaatrechtenstelsel. Voordat een klacht wordt behandeld door de Nationale Ombudsman moet deze eerst door de klager worden gemeld bij de overheidsinstantie waar de klacht over gaat. Het is mij niet bekend hoeveel van de 13 klachten over het fosfaatrechtenstelsel er bij de Nationale ombudsman zijn ingediend. Vraag 57 Waarom blijft de pilot Kringloopwijzer achterwege nu blijkt dat de fraude veel minder omvangrijk was dan in eerste instantie gedacht? Hiervoor verwijs ik naar het antwoord op vraag 20. Vraag 58 Klopt het dat de status van proefstal in gevaar komt bij bedrijven die hun stal niet volledig hebben benut en hoe gaat u met deze situatie om? Ik verwijs hiervoor naar het antwoord op vraag 49. Vraag 59 Kunt u uitgebreid reageren op de concept-algemene Maatregel van Bestuur van de actiegroep Innovatief uit de Knel? 14
15 De groep Innovatief uit de Knel heeft zich ingespannen voor ondernemers met onomkeerbare investeringsverplichtingen die als gevolg van het fosfaatrechtenstelsel in de problemen komen. Innovatief uit de Knel heeft hiertoe onder meer een voorstel gedaan over een aanvulling op de bestaande AMvB om ondernemers met onomkeerbare investeringsverplichtingen te helpen. Dit voorstel is met mij en mijn ambtenaren gedeeld en besproken. Het voorstel van Innovatief uit de Knel bestaat eruit de AMvB knelgevallen uit te breiden. Hiertoe wordt een extra categorie bedrijven gedefinieerd. Het gaat dan om melkleverende bedrijven die tussen 1 januari 2013 en 31 december 2015 onomkeerbare financiële verplichtingen zijn aangegaan voor het (ver)bouwen van een melkveestal. Ondernemers moeten als bewijs aantonen dat zij: Voor 2 juli 2015 de noodzakelijke vergunningen voor de (ver)bouw hebben aangevraagd; Tussen 1 januari 2013 en 31 december 2015 onomkeerbare financiële verplichtingen zijn aangegaan; Tussen 1 januari 2013 en 31 december 2015 zijn gestart met de bouw van een stal; Ten minste hebben geïnvesteerd in de (ver)bouw van een stal; Op 1 januari 2017 de bouwwerkzaamheden hebben voltooid. De compensatie betreft een aanvulling van de fosfaatrechten tot de volledige fosfaatproductiebehoefte van het bedrijf. Indien het bedrijf niet grondgebonden is, wordt wel de generieke korting toegepast. Er wordt een drempel voorgesteld van een verschil van tenminste 10% tussen het toegekende aantal rechten en de behoefte. Proefstalstatushouders met een beschikking afgegeven voor 31 december 2015 en onomkeerbare investeringsverplichtingen aangegaan tussen 1 januari 2013 en 31 december 2015 worden volledig gecompenseerd. Innovatief uit de Knel schat in dat middels deze aanpassing 800 melkveebedrijven worden bereikt en circa 1,3 miljoen kilogram aan rechten wordt toegekend. Ik heb waardering voor de inzet van Innovatief uit de Knel om tot een concreet voorstel te komen. Ik neem u graag mee in de hoofdlijnen van mijn reactie op dit voorstel. In het proces om te komen tot een omschrijving van een knelgevallencategorie voor investeerders, is Innovatief Uit de Knel met hetzelfde probleem geconfronteerd als de Commissie Kalden. Het is niet goed mogelijk om de groep bedrijven die als knelgeval zou moeten worden aangemerkt af te bakenen. De voorwaarden die door Innovatief uit de Knel zijn opgesteld zijn onvoldoende sluitend om de categorie scherp te definiëren. Dit betekent dat de categorie ondernemers die wordt geholpen met de voorgestelde voorziening niet per definitie meer wordt getroffen door het fosfaatrechtenstelsel dan ondernemers die buiten die categorie vallen. Ook is niet in te schatten hoeveel fosfaatrechten er gemoeid zouden zijn met deze faciliteit. Het cijfer van 1,3 miljoen kilogram is daarmee onzeker. Mede gelet op de onzekerheden ten aanzien van de geprognosticeerde fosfaatproductie in 2018 en het feit dat er reeds meer rechten zijn toegekend dan het productieplafond, zou bij invoering van het voorstel van Innovatief uit de Knel een extra generieke korting op de rechten die zijn toegekend aan niet-grondgebonden melkveehouders nodig zijn om overschrijding van het plafond te voorkomen. Naast deze algemene overwegingen wil ik een aantal onderdelen van het voorstel nader belichten. Innovatief uit de Knel neemt ondernemersbeslissingen mee die in de periode van 1 januari 2013 tot 31 december 2015 hebben geleid tot investeringen. Dit is een jaar eerder dan de startdatum van de Commissie Kalden en loopt door na de peildatum van 2 juli Deze periode is erg ruim en doordat deze doorloopt tot na de peildatum, omvat deze ook een periode waarin ondernemers mogelijk hadden kunnen afzien van hun investering. Er is geen sluitende onderbouwing voor deze verruimde periode. Verder stelt Innovatief uit de Knel voor dat ondernemers een absoluut bedrag van moeten hebben geïnvesteerd in hun bedrijf. Daarmee worden kleinere bedrijven, waarvoor een kleinere investering grote consequenties kan hebben, uitgesloten. Tegelijkertijd komen grote 15
16 bedrijven, waarvoor een dergelijke investering wellicht niet onoverkomelijk is, wel in aanmerking. Verder volgt uit voorgelegd voorstel dat de bedrijven volledig worden gecompenseerd. Daarbij wordt geen rekening gehouden met de gevolgen voor andere melkveehouders, voor wie minder fosfaatproductieruimte overblijft. Zie hierover ook het antwoord op vraag 39. Al met al moet ik helaas concluderen dat het Innovatief uit de Knel, net als de Commissie Kalden, niet is gelukt om een voorziening uit te werken die disproportionele gevolgen van het fosfaatrechtenstelsel zou mitigeren zonder dat de proportionaliteit van het stelsel voor andere melkveehouders in het geding komt. Vraag 60 Hoeveel fosfaat wordt er geëxporteerd naar landen waar schaarste heerst? De belangrijkste bestemmingen voor geëxporteerde mest zijn Duitsland, Frankrijk en België. Daarnaast wordt er ook mest geëxporteerd naar Polen en Tsjechië, echter de hoeveelheid is beperkt (<1%). Vraag 61 Kunt u inzichtelijk maken hoeveel biodynamische bedrijven koeien hebben moeten inleveren in verband met het door de sector bedachte fosfaatreductieplan, inclusief het aantal koeien? Vraag 62 Kunt u inzichtelijk maken hoeveel biologische bedrijven koeien hebben moeten inleveren in verband met het door de sector bedachte fosfaatreductieplan, inclusief het aantal koeien? Vraag 63 Kunt u inzichtelijk maken hoeveel gangbare bedrijven koeien hebben moeten inleveren in verband met het door de sector bedachte fosfaatreductieplan, inclusief het aantal koeien? op vragen 61, 62 en 63 De aard van het fosfaatreductieplan maakt dat ik geen zicht heb op het aantal bedrijven dat dieren heeft moeten afstoten als gevolg van het fosfaatreductieplan en de hoeveelheid dieren die het betreft. Ondernemers konden ervoor kiezen om geen dieren af te stoten, maar een geldsom te betalen (een hoge geldsom of een solidariteitsgeldsom). Hoe verschillende ondernemers hier per subsector mee om zijn gegaan heb ik niet in beeld. Wel geeft de vierde kwartaalrapportage fosfaatreductieplan van het CBS die ik bij brief van 23 januari aan uw Kamer heb verzonden (Kamerstuk nr. 252) een overzicht van het aantal dieren waarmee de melkveehouderij in totaal is gekrompen. Ik wil erop wijzen dat de schade voor de sector als geheel groot zou zijn geweest indien de maatregelen van het fosfaatreductieplan waren uitgebleven. Vraag 64 Kunt u inzichtelijk maken hoeveel bedrijven er vallen onder de definitie van grondgebondenheid van de organisatie Netwerk GRONDig en kunt u daarbij eveneens inzichtelijk maken hoeveel grondgebonden bedrijven (volgens de definitie van Netwerk GRONDig) koeien hebben moeten inleveren in verband met het door de sector bedachte fosfaatreductieplan, inclusief het aantal koeien? Vraag 65 Kunt u inzichtelijk maken hoeveel bedrijven er vallen onder de definitie van grondgebondenheid van LTO Nederland, en kunt u daarbij eveneens inzichtelijk maken hoeveel grondgebonden bedrijven (volgens de definitie van LTO Nederland) koeien hebben moeten inleveren in verband met het door de sector bedachte fosfaatreductieplan, inclusief het aantal koeien? op vragen 64 en 65 In 2016 was circa een derde van de melkveebedrijven grondgebonden. Zowel LTO/NZO als Netwerk GRONDig hanteren een strengere definitie, volgens welke minder bedrijven als grondgebonden zijn aan te merken. Aangezien deze definities afwijken van de wettelijke 16
Tweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 33 037 Mestbeleid Nr. 290 LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN Vastgesteld 4 juli 2018 De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 29 maart 2018 Betreft Stand van zaken fosfaatrechten
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2017 2018 33 037 Mestbeleid Nr. 281 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Agro en Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den
Nadere informatieCDM-Advies Kortingspercentage fosfaatrechten. Samenvatting
CDM-Advies Kortingspercentage fosfaatrechten Samenvatting Per 1 januari 2018 zal het stelsel van fosfaatrechten voor melkvee in Nederland in werking treden. Bedrijven krijgen per 1 januari 2018 fosfaatrechten
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum Gesprek met Innovatief uit de Knel. Geachte Voorzitter,
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Agro Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag
Nadere informatieGroeiregulering in de melkveehouderij
Groeiregulering in de melkveehouderij Juridische aspecten Peter Goumans Vereniging Agrarische Bedrijfsadviseurs Scherpenzeel 9 maart 2017 Groeiregulering in de melkveehouderij Programma Probleemschets
Nadere informatieVragen en Antwoorden Fosfaatrechten 7 december 2018
Algemeen Hoe kan de boer erachter komen hoeveel fosfaat hij mag produceren? Boeren hebben via mijnrvo.nl inzicht in de beschikkingen met betrekking tot hun fosfaatrechten. Tevens komt RVO.nl op korte termijn
Nadere informatieDe belangrijkste cijfers in de prognose van het CBS zet ik hieronder af tegen de sectorale en nationale productieplafonds.
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Agro en Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den
Nadere informatieVraag 1 Kunt u aangeven hoeveel melkveehouders sinds 2 juli 2015 gestart zijn met hun bedrijf of kort voor 2 juli 2015 zijn gestart?
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Agro en Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Agro en Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. 18 november 2016 Maatregelenpakket fosfaatreductie
Ministerie van Economische Zaken > Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Agro en Bezoekadres
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 532 Wijziging van de Meststoffenwet in verband met de invoering van een stelsel van fosfaatrechten Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander,
Nadere informatieDe belangrijkste cijfers in de prognose van het CBS zet ik hieronder af tegen de sectorale en nationale productieplafonds.
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Agro en Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 35 208 Wijziging van de Meststoffenwet in verband met tijdelijke verhoging van het afromingspercentage bij overgang van een fosfaatrecht Nr. 3
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2018 2019 33 037 Mestbeleid Nr. 314 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG Vastgesteld 15 oktober 2018 De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Nadere informatieFosfaatreductie en fosfaatrechten
Agrarisch omgevingsrecht Bestuurlijke boete Dierenwelzijn Duurzaamheid & innovatie Groeiregulering melkveehouderij Praktijkgroep Agribusiness & Landelijk gebied Handhaving Fosfaatreductie en fosfaatrechten
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 24 mei 2019 Betreft Stand van zaken fosfaatrechtenstelsel
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directie Plantaardige Agroketens en Voedselkwaliteit Bezoekadres Bezuidenhoutseweg
Nadere informatieCONCEPT. De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, Gelet op artikel 38, eerste en derde lid, van de Meststoffenwet; Besluit:
Ontwerpregeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit houdende vrijstelling van het fosfaatrechtenstelsel voor jongvee in de zoogkoeienhouderij (Vrijstellingsregeling zoogkoeienhouderij)
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2017 229 Wet van 29 mei 2017 tot wijziging van de Meststoffenwet in verband met de invoering van een stelsel van fosfaatrechten 0 Wij Willem-Alexander,
Nadere informatieTeus Kool. Flash VAB. Fosfaatrechtenstelsel. ComponentAgro. Specialist en mede-eigenaar ComponentAgro B.V.
Flash VAB Fosfaatrechtenstelsel Ing. Teus Kool Teus Kool Specialist en mede-eigenaar ComponentAgro B.V. Sinds 2007 werkzaam bij ComponentAgro Agrarische wet- en regelgeving Gemeenschappelijk Landbouwbeleid
Nadere informatieStudiebijeenkomst. Fosfaatrechten in de praktijk. Peter J. Houtsma Houtsma Bedrijfsadvies
Studiebijeenkomst Fosfaatrechten in de praktijk Peter J. Houtsma Houtsma Bedrijfsadvies Agenda Even voorstellen Benutting en handhaving Overdrachten Lopende zaken Benutting en handhaving Situatie vooraf
Nadere informatieVragen en Antwoorden Fosfaatreductieplan door ZuivelNL versie 16 december 2016
Vragen en Antwoorden Fosfaatreductieplan door ZuivelNL versie 16 december 2016 # trefwoord Q A 1. Noodzaak Waarom neemt de sector deze maatregelen? De maatregelen zijn noodzakelijk om te kunnen voldoen
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 33 979 Regels ten behoeve van een verantwoorde groei van de melkveehouderij (Wet verantwoorde groei melkveehouderij) Nr. 98 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS
Nadere informatieFosfaatrechten. Vleesvee en Zoogkoeien. Joke Noordsij 14 november 2018
Fosfaatrechten Vleesvee en Zoogkoeien Joke Noordsij 14 november 2018 Agenda Voor welke dieren zijn fosfaatrechten nodig? Diercategorie 101 en 102 Voorwaarden Aanmeld datums Afmelden Handel en vrijstelling
Nadere informatieDirectoraat-generaal Agro en Natuur Bezoekadres Postadres Overheidsidentificatienr Ons kenmerk Bijlage(n)
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401
Nadere informatieIn hoofdstuk 10 van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet wordt na paragraaf 4a een paragraaf ingevoegd, luidende:
Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van, nr. WJZ/18017367, tot wijziging van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet ten behoeve van de vaststelling van nadere regels voor de
Nadere informatieGeacht College, Doc. 1. College van Beroep voor het bedrijfsleven Postbus EA DEN HAAG
> Retouradres Postbus 40219 8004 DE Zwolle College van Beroep voor het bedrijfsleven Postbus 20021 2500 EA DEN HAAG Postbus 40219 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl Contactpersoon 10.2.e senior-jurist Betreft
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814.
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 75411 29 december 2017 Advies Raad van State inzake het ontwerp van een algemene maatregel van bestuur tot wijziging van
Nadere informatieWijziging Meststoffenwet in verband met de invoering van een stelsel van fosfaatrechten voor melkvee
Wijziging Meststoffenwet in verband met de invoering van een stelsel van fosfaatrechten voor melkvee Dit document bevat de alternatieve tekst van het origineel. Dit document is bedoeld voor mensen met
Nadere informatieVoornemen tot Maatregelenpakket fosfaatreductie
Voornemen tot Maatregelenpakket fosfaatreductie De zuivelsector heeft de afgelopen weken samen met andere partijen een pakket van maatregelen samengesteld om de fosfaatproductie door de melkveehouderij
Nadere informatie1 Kamerstukken I, , 28973, B
MEMORIE VAN ANTWOORD De leden van de SP-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de memorie van antwoord. De leden van de PvdA-fractie danken de regering voor de beantwoording van de vragen
Nadere informatieDirectoraat-generaal Agro Bezoekadres Postadres Overheidsidentificatienr Behandeld door Ons kenmerk Uw kenmerk Bijlage(n)
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401
Nadere informatieT E U S K O O L P R O D U C T I E R E C H T E N T H E M A D A G L A N D E L I J K V A S T G O E D. N L. Productierechten
T E U S K O O L P R O D U C T I E R E C H T E N T H E M A D A G L A N D E L I J K V A S T G O E D. N L Productierechten 1 Wat bepaald het aantal dieren op een bedrijf? Ing. Teus Kool Specialist wet- en
Nadere informatieGrondgebondenheid melkveehouderij op micro- en macroniveau
Grondgebondenheid melkveehouderij op micro- en macroniveau Huib Silvis en Martien Voskuilen De grondgebondenheid van de Nederlandse melkveehouderij is een belangrijk vraagstuk geworden door de afschaffing
Nadere informatieVoornemen tot Maatregelenpakket fosfaatreductie
14 december 2016 Voornemen tot Maatregelenpakket fosfaatreductie De zuivelsector heeft de afgelopen weken samen met andere partijen een pakket van maatregelen samengesteld om de fosfaatproductie door de
Nadere informatieFosfaatrechten Melkveehouderij. Marcel van Alphen
Fosfaatrechten Melkveehouderij Marcel van Alphen 1 Alan Accountants en Adviseurs - 1.000 bedrijven klant (waarvan 500 agrarisch) - 45 medewerkers - Waar staan wij voor: - Persoonlijke aanpak en korte lijnen
Nadere informatieFosfaatrechten. Vleesvee en Zoogkoeien. Tony Huizinga, Bert Knegtering en Christel Pieterse 6 november 2018
Fosfaatrechten Vleesvee en Zoogkoeien Tony Huizinga, Bert Knegtering en Christel Pieterse 6 november 2018 Agenda Voor welke dieren zijn fosfaatrechten nodig? Diercategorie 101 en 102 Voorwaarden Aanmeld
Nadere informatieMonitor fosfaat- en stikstofexcretie in dierlijke mest 1 april 2018
Centraal Bureau voor de Statistiek Monitor fosfaat- en stikstofexcretie in dierlijke mest 1 april 2018 CBS Den Haag Henri Faasdreef 312 2492 JP Den Haag Postbus 24500 2490 HA Den Haag +31 70 337 38 00
Nadere informatieRegeling fosfaatreductieplan 2017 vragen en antwoorden
Regeling fosfaatreductieplan 2017 vragen en antwoorden versie 20 februari 2017 De antwoorden op bijgaande vragen zijn gevalideerd door ZuivelNL en RVO.nl. Aan dit document kunnen geen rechten worden ontleend
Nadere informatieAdvies stelsel van fosfaatrechten
stelsel van fosfaatrechten Frits van der Schans 22 maart 2016 Provincie Zuid-Holland heeft eerder gepleit voor een stelsel van fosfaatrechten voor de melkveehouderij dat o.a. grondgebondenheid waardeert
Nadere informatiePresentatie onderzoeksopzet (Her)verdelingsmechanismen in het omgevingsrecht
Presentatie onderzoeksopzet (Her)verdelingsmechanismen in het omgevingsrecht Den Hollander-special 15 december 2016 Julian Kevelam j.kevelam@uu.nl Programma Onderzoek in het kort (1); Relevantie onderzoek
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 532 Wijziging van de Meststoffenwet in verband met de invoering van een stelsel van fosfaatrechten Nr. 4 ADVIES AFDELING ADVISERING RAAD VAN
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2016 2017 34 295 Additionele regels ten behoeve van een verantwoorde groei van de melkveehouderij (Wet grondgebonden groei melkveehouderij) 34 532 Wijziging
Nadere informatiede Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 4 Datum 23 januari 2018 Betreft Resultaten fosfaatreductieplan 2017
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal Binnenhof 4 Directoraat-generaal Agro en Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus
Nadere informatieAdditionele regels ten behoeve van een verantwoorde groei van de melkveehouderij (Wet grondgebonden groei melkveehouderij)
Additionele regels ten behoeve van een verantwoorde groei van de melkveehouderij (Wet grondgebonden groei melkveehouderij) NOTA VAN WIJZIGING Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: A Artikel I
Nadere informatieDe onderstaande fractie(s) hebben enkele vragen gesteld c.q. opmerkingen gemaakt. Ik verzoek u in uw brief deze vragen/opmerkingen te beantwoorden.
Commissie Economische Zaken Aan de staatssecretaris van Economische Zaken Plaats en datum: Den Haag, 20 januari 2016 Betreft: Vragen over de situatie in de melkveehouderij naar aanleiding van de regeling
Nadere informatieMonitor fosfaatreductiepakket 1 oktober 2017
Centraal Bureau voor de Statistiek Monitor fosfaatreductiepakket 1 oktober 2017 CBS Den Haag Henri Faasdreef 312 2492 JP Den Haag Postbus 24500 2490 HA Den Haag +31 70 337 38 00 www.cbs.nl 1 1. Inleiding
Nadere informatietig 7 M E I 7015 Ministerie van Financiën LTO Nederland Albert Jan Maat postbus LT Den Haag Datum
tig Ministerie van Financiën > Retouradres Postbus 20201 2500 EE Den Haag LTO Nederland Albert Jan Maat postbus 29773 2502 LT Den Haag Datum 7 M E I 7015 Betreft Stopzetting afscfirdving varkens- en pluimveerechten
Nadere informatieVerantwoorde ontwikkeling Nederlandse melkveehouderij Pakket maatregelen fosfaatreductie 6 juni 2017
Verantwoorde ontwikkeling Nederlandse melkveehouderij Pakket maatregelen fosfaatreductie 6 juni 2017 1 Wat vooraf ging 14 december 2016 ZuivelNL presenteert fosfaatreductieplan 30 december 2016 Staatssecretaris
Nadere informatie34295 Additionele regels ten behoeve van een verantwoorde groei van de melkveehouderij (Wet grondgebonden groei melkveehouderij)
Overzicht van stemmingen in de Tweede Kamer afdeling Inhoudelijke Ondersteuning aan De leden van de vaste commissie voor Economische Zaken datum 8 december 2016 Betreffende wetsvoorstel: 34295 Additionele
Nadere informatieRegeling fosfaatreductieplan 2017 vragen en antwoorden
Regeling fosfaatreductieplan 2017 vragen en antwoorden versie 2; 28 februari 2017 De antwoorden op bijgaande vragen zijn gevalideerd door ZuivelNL en RVO.nl. De vragen en antwoorden zijn van toepassing
Nadere informatieMonitor fosfaatreductiepakket 1 April 2017
Centraal Bureau voor de Statistiek Monitor fosfaatreductiepakket 1 April 2017 CBS Den Haag Henri Faasdreef 312 2492 JP Den Haag Postbus 24500 2490 HA Den Haag +31 70 337 38 00 www.cbs.nl 1 1. Inleiding
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401
Nadere informatieVerantwoorde ontwikkeling Nederlandse melkveehouderij Pakket maatregelen fosfaatreductie 8 mei 2017
Verantwoorde ontwikkeling Nederlandse melkveehouderij Pakket maatregelen fosfaatreductie 8 mei 2017 1 Wat vooraf ging 14 december 2016 ZuivelNL presenteert fosfaatreductieplan 30 december 2016 Staatssecretaris
Nadere informatieDeze toelichting is opgesteld door het CBS op verzoek van het Ministerie van LNV.
Toelichting op de cijfers van de mestproductie in 2018 zoals berekend in de vorm van momentopnames in kwartaalrapportages en zoals gepubliceerd als voorlopige cijfers d.d.15-2-2018 op de CBS-website. Deze
Nadere informatieMonitor fosfaatreductiepakket 1 Juli 2017
Centraal Bureau voor de Statistiek Monitor fosfaatreductiepakket 1 Juli 2017 CBS Den Haag Henri Faasdreef 312 2492 JP Den Haag Postbus 24500 2490 HA Den Haag +31 70 337 38 00 www.cbs.nl 1 1. Inleiding
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds Handelende in overeenstemming met de Staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu;
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 36002 16 december 2014 Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 11 december 2014, nr. WJZ/14129109,
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den Haag Postadres Postbus 20401
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2015 2016 34 295 Additionele regels ten behoeve van een verantwoorde groei van de melkveehouderij (Wet grondgebonden groei melkveehouderij) Nr. 4 ADVIES
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 30 826 Voorstel van wet van de leden Van Gerven en Dijsselbloem houdende een verbod op de pelsdierhouderij (Wet verbod pelsdierhouderij) Nr. 40
Nadere informatieMonitor fosfaatreductiepakket 1 januari 2018
Centraal Bureau voor de Statistiek Monitor fosfaatreductiepakket 1 januari 2018 CBS Den Haag Henri Faasdreef 312 2492 JP Den Haag Postbus 24500 2490 HA Den Haag +31 70 337 38 00 www.cbs.nl 1 1. Inleiding
Nadere informatieNa overleg met de gerechten, adviseert de Raad als volgt. 4
De staatssecretaris van Economische Zaken Ir. M.H.P. van Dam Postbus 20401 2500 EK Den Haag datum 13 juli 2016 e-mail voorlichting@rechtspraak.nl telefoonnummer 088-361 33 17 uw kenmerk WJZ / 16079550
Nadere informatieRekenmodel grondgebondenheid behorende bij de AMvB Verantwoorde groei melkveehouderij
Rekenmodel grondgebondenheid behorende bij de AMvB Verantwoorde groei melkveehouderij 1. Inleiding Met de Wet verantwoorde groei melkveehouderij (in werking getreden op 1 januari 2015) is het begrip melkveefosfaatoverschot
Nadere informatieEerste Kamer der Staten-Generaal
Eerste Kamer der Staten-Generaal 1 Vergaderjaar 2016 2017 34 295 Additionele regels ten behoeve van een verantwoorde groei van de melkveehouderij (Wet grondgebonden groei melkveehouderij) 34 532 Wijziging
Nadere informatieRegeling fosfaatreductieplan 2017 vragen en antwoorden
Regeling fosfaatreductieplan 2017 vragen en antwoorden versie 3; 16 maart 2017 De antwoorden op bijgaande vragen zijn gevalideerd door ZuivelNL en RVO.nl. De vragen en antwoorden zijn van toepassing voor
Nadere informatieMest, mestverwerking en mestwetgeving
Mest, mestverwerking en mestwetgeving Frits Vink Ketenmanager grondgebonden veehouderij Ministerie van Economische Zaken Inhoud Feiten en cijfers (3 sheets) Huidig mestbeleid (2 sheets) Mestbeleid: koers
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2013 2014 33 979 Regels ten behoeve van een verantwoorde groei van de melkveehouderij (Wet verantwoorde groei melkveehouderij) Nr. 2 VOORSTEL VAN WET Wij
Nadere informatieADVIES VAN DE COMMISSIE KNELGEVALLEN FOSFAATRECHTEN. 30 juni 2017
ADVIES VAN DE COMMISSIE KNELGEVALLEN FOSFAATRECHTEN 30 juni 2017 INLEIDING OPDRACHT, BENOEMING EN WERKWIJZE COMMISSIE UITGANGSPUNTEN VAN DE COMMISSIE BESCHRIJVING EN BEOORDELING CATEGORIEËN ADVIES EN VERVOLG
Nadere informatieSTAATSCOURANT. Nr
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 21924 18 april 2017 Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 13 april 2017, nr. WJZ/17015021, tot wijziging
Nadere informatieDatum 8 september 2015 Betreft Beantwoording vragen over het artikel 'Worden we de melkvee-industrie ingerommeld'
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA s-gravenhage Directoraat-generaal Agro en Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC
Nadere informatieWijziging van de Meststoffenwet in verband met de implementatie van het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn
Wijziging van de Meststoffenwet in verband met de implementatie van het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn VOORSTEL VAN WET Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins van
Nadere informatieMonitor fosfaat- en stikstofexcretie in dierlijke mest 1 oktober 2018
Centraal Bureau voor de Statistiek Monitor fosfaat- en stikstofexcretie in dierlijke mest 1 oktober 2018 CBS Den Haag Henri Faasdreef 312 2492 JP Den Haag Postbus 24500 2490 HA Den Haag +31 70 337 38 00
Nadere informatieOp de voordracht van Onze Minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij van..., no. trcjz..., Directie Juridische Zaken;
WIJ BEATRIX, BIJ DE GRATIE GODS, KONINGIN DER NEDERLANDEN PRINSES VAN ORANJE-NASSAU, ENZ.ENZ.ENZ. Ontwerp-Besluit houdende wijziging van het Besluit hardheidsgevallen herstructurering varkenshouderij Op
Nadere informatieMonitor fosfaat- en stikstofexcretie in dierlijke mest 1 januari 2019
Centraal Bureau voor de Statistiek Monitor fosfaat- en stikstofexcretie in dierlijke mest 1 januari 2019 CBS Den Haag Henri Faasdreef 312 2492 JP Den Haag Postbus 24500 2490 HA Den Haag +31 70 337 38 00
Nadere informatieAMvB Grondgebonden groei melkveehouderij. 21 April 2015 Harry Kager LTO Nederland
AMvB Grondgebonden groei melkveehouderij 21 April 2015 Harry Kager LTO Nederland Terminologie Onderwerpen Achtergronden mestverwerkingsplicht Achtergronden Melkveewet AMvB Grondgebonden groei melkveehouderij
Nadere informatieWijziging van de Meststoffenwet in verband met de invoering van een stelsel van fosfaatrechten
Wijziging van de Meststoffenwet in verband met de invoering van een stelsel van fosfaatrechten NOTA VAN WIJZIGING Artikel I van het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd: A Onderdeel G wordt als volgt
Nadere informatieIk stel het aantal fosfaatrechten (in kg fosfaat) voor uw bedrijf vast op
> Retouradres Postbus 40219 8004 DE Zwolle Postbus 40219 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl Contactpersoon Jurist T 088 042 42 42 Betreft Beslissing op bezwaarschrift fosfaatrechten, ontheffing Uw brief van Uw
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2014 2015 Aanhangsel van de Handelingen Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden 3359 Vragen van het lid
Nadere informatieOfficiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds De Regeling fosfaatreductieplan 2017 wordt gewijzigd als volgt:
STAATSCOURANT Officiële uitgave van het Koninkrijk der Nederlanden sinds 1814. Nr. 18602 30 maart 2017 Regeling van de Staatssecretaris van Economische Zaken van 28 maart 2017, nr. WJZ/17041550, houdende
Nadere informatieOVEREENKOMST. Verbeteren mineralenefficiëntie van melkveebedrijven via KringloopWijzer
OVEREENKOMST Verbeteren mineralenefficiëntie van melkveebedrijven via KringloopWijzer Van 1 januari 2014 tot 1 januari 2016 zijn de volgende afspraken van kracht tussen: - De Nederlandse Zuivelorganisatie,
Nadere informatieStaatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden
Staatsblad van het Koninkrijk der Nederlanden Jaargang 2017 521 Besluit van 20 december 2017 tot wijziging van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet in verband met de vaststelling van het percentage waarmee
Nadere informatieHierbij informeer ik uw Kamer over de voortgang en resultaten van verschillende dossiers op het gebied van het mestbeleid.
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Agro en Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den
Nadere informatieDE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT,
MINISTERIE VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT Ontwerp-Regeling van de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van, TRCJZ/2008/3190, houdende wijziging van de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 33 037 Mestbeleid Nr. 222 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Den Haag, 7 september
Nadere informatieMonitor fosfaat- en stikstofexcretie in dierlijke mest 1 juli 2018
Centraal Bureau voor de Statistiek Monitor fosfaat- en stikstofexcretie in dierlijke mest 1 juli 2018 CBS Den Haag Henri Faasdreef 312 2492 JP Den Haag Postbus 24500 2490 HA Den Haag +31 70 337 38 00 www.cbs.nl
Nadere informatieIntroductie Optimus advies door middel van Melkveewet en GLB 2015
Introductie Optimus advies door middel van Melkveewet en GLB 2015 Bijeenkomst 26 januari P.G. Kusters land- en tuinbouwbenodigdheden B.V, Dreumel Optimus advies Gestart in 2014 als samenwerkingsverband
Nadere informatieVisie Netwerk GRONDig
Visie Netwerk GRONDig Binnen de melkveehouderij zijn twee bedrijfstypen te onderscheiden: grondgebonden (extensieve) bedrijven met een fosfaatreferentie van 0 en niet-grondgebonden (intensieve) bedrijven
Nadere informatieAgro-Nieuwsbrief. Speciale uitgave: fosfaatrechten. Welke runderen vallen onder melkvee? Volgens de Meststoffenwet vallen de volgende diercategorieën
Agro-Nieuwsbrief Uitgave: 10 januari 2018 Speciale uitgave: fosfaatrechten Inhoudsopgave: Reden invoering fosfaatrechten 1 Welke runderen vallen onder melkvee? 1 Vrijstelling vleesvee? 1 Vrijstelling voor
Nadere informatiePink >1 Veestapel Grondgebonden Aantal Aantal Aantal GVE Aantallen ,48 J
Doc. 3 > Retouradres Postbus 40225 8004 DE Zwolle Rijksdienst voor Ondernemend Nederland Mandemaat 3 Assen Postbus 40225 8004 DE Zwolle mijn.rvo.nl T 088 042 42 42 F (0592) 31 36 05 Bijlagen 1 Datum 6
Nadere informatieDatum 17 juli 2017 Betreft Reactie op nader voorlopig verslag aangaande het voorstel van wet van het lid Kuiken Wet zorgplicht kinderarbeid.
Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 22 Den Haag Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag Postbus 20061 Nederland www.rijksoverheid.nl Datum 17 juli 2017 Betreft Reactie op
Nadere informatieNieuwsbrief VMB-ADVIES. Geachte lezer, Speciale uitgave: fosfaatrechten. Agro. Januari 2018
Nieuwsbrief Agro Januari 2018 Speciale uitgave: fosfaatrechten Geachte lezer, Met deze nieuwsbrief informeren wij u over de actualiteiten en ontwikkelingen die mogelijk voor uw bedrijfsvoering van belang
Nadere informatieFosfaatrechten. Tel In deze uitgave onder andere: Reden invoering fosfaatrechten
In deze uitgave onder andere: Reden invoering fosfaatrechten Welke runderen vallen onder melkvee? Vrijstelling vleesvee? Vrijstelling voor hobbymatig gehouden dieren Peildatum toekenning rechten Tel. 0575
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA DEN HAAG. Datum 20 december 2016 Betreft Stand van zaken mestbeleid 2016
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA DEN HAAG Directoraat-generaal Agro en Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den
Nadere informatieHierbij ontvangt u mijn antwoorden op de vragen van het lid Thieme (PvdD) over het verbod op het aanbinden van koeien.
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA 's-gravenhage Directoraat-generaal Agro Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC Den
Nadere informatieTweede Kamer der Staten-Generaal
Tweede Kamer der Staten-Generaal 2 Vergaderjaar 2016 2017 33 037 Mestbeleid 34 532 Wijziging van de Meststoffenwet in verband met de invoering van een stelsel van fosfaatrechten Nr. 184 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS
Nadere informatieRegeling fosfaatreductieplan 2017 vragen en antwoorden
Regeling fosfaatreductieplan 2017 vragen en antwoorden versie 4; 28 maart 2017 De antwoorden op bijgaande vragen zijn gevalideerd door ZuivelNL en RVO.nl. De vragen en antwoorden zijn van toepassing voor
Nadere informatieDe Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof AA s-gravenhage
> Retouradres Postbus 20401 2500 EK Den Haag De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 2513 AA s-gravenhage Directoraat-generaal Agro en Bezoekadres Bezuidenhoutseweg 73 2594 AC
Nadere informatieHerstelkader Rentederivaten checklist voor als u in het verleden een rentederivaat heeft afgesloten
Herstelkader Rentederivaten checklist voor als u in het verleden een rentederivaat heeft afgesloten Ondernemingen uit het midden- en kleinbedrijf (mkb ers) die in het verleden een rentederivaat hebben
Nadere informatie